Ga direct naar de content

Jrg. 15, editie 761

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juli 30 1930

30 JULI 1930

AUTEURSRECHT VOORBHOUDEN.

Eq
.
onomisch-Statistische
3

Benchten

ALGËMEEN WEEKBLAD VOOR HAND.L, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE R!JNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

15E JAARGANG

WOENSDAG 30 JULI 1930

No. 761

INSTITUUT VOOR ECONOMISGHE GESCHRiFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. Al. Verrijn Stuart.

ECON6jIISCHS7ATÏSTISCIIE BERicHTEN:
COMMISSIE
VAN ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L.H.
VOl?
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele;
Prof.
Dr.
W.
J
Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis;
Mr. Q. J. Terpstra;
Prof.
Mr. F. de Vries.

Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur.Secretaris: H. M. H. A. van der Valk.

Secretariaat: Pieter de -Boochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Abonneinentsprijs voor het weekblad franco p. p.
ifl
Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per
jaar. Lôsse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont.
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor soo-
ver daaromtrent niet anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh d van Dit mar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchèque- en giro-
rekening No. 6729.

29
JULI
1930.

in den toestand van de geidmarkt kwam geen ver-

andering. Particulier disconto noteerde de geheele

week 1
7
/8
pOt. Alleen in liet laatst der week kwam

er iets meer aanbod van wissels en ging de plaatsing

minder gemakkelijk, zoodat ook
115/lo
pOt. moest wor-

den toegestaan. De vraag naar gelçl op prolongatie

was daarentegen eerder kleiner, waardoor cle notee-

ring tot 134 pOt. terugliep. Later kwam ook hier wat
meer vraag en werd 1% pOt. genoteerd. De cailrente

noteerde 1 h 136 pOt.

* *
*

Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank ‘er-

toont de Post hinnenlandsche wissels een teruggang

van ruim
f
300.000; de beleeningen daarentegen blij-

ken te zijn toegenomen met een bedrag van bijna

f
500.000. 1-let credit-saldo van de’ schatkist ten be-

drage van bijna
f
2,4 millioen op den vorigen week-

staat blijkt thans weder te hebben plaats gemaakt

voor een renteloos voorschot en wel van ruim
f
2

millioen.

De nietaalvoorrhacl der Bank vertoont een toenerni og

van ruim
f
200.000 als gevolg van een bijha even groote

stijging van den post zilveren munt. De Post gouden

munt is’ met, eeli klein bedrag teruggeloopen, terwijl

do post muntmater.iaal goud ditmaal geen wijziging

te zien geeft. De post papier
op
het buitenland, is

toegenomen met ruim
f
2,5 millioen, terwijl de di-

verse rekeningen onder het actief met ruim
f
4,5

millioen ‘zijn verminderd.

De hankbiljtten in omloop namen toe met bijna

f
2 millioen. De rekening-courant-saldi van anderen

wijzen een toeneming aan van bijna
f
700.000. Het be-

scliikbaar metaalsaldo wijst een verhooging aan van

bijna
f
200.000; het dekkingspercentage bedraagt

ruim 5036.

*
S
*

De kleine inzinking van den Sterlingkoers der vo-

rige week werd deze week weder geheel ingehaald.

Vooral Dinsdag was er vrij veel vraag naar Ponden

en werd 12.09/io betaald. Daarna werd weder voor

12.09
3
fi6 vérhandeld en verder kwam er
vrijwel
geen

verandering. Dollars warén daarentegen iets gemak-

kelijker en tenslotte voor 2.4843 aangeboden. Ook

Parijs was lager en meestal voor 9.77% verkrijgbaar.

Madrid ondanks steun en pogingen tot stabilisatie

weder terugloopend. Reeds direct bij de opening werd

bijna 20 cent lager afgedaan en later zakte de koers

nog verder in tot 28.40. Buenos Aires eveneens op-

‘nieuw lager90.75-89.75. In de overige wissels kwam

bijna geeii verandering.

LONDEN, 28 JULI 1930.

Geld is tenslotte verleden week toch ook gemakke-

lijk gebleven, zoodat nu wel aangenomen mag worden,

dat het einde van deze maand zonderschaarschte van

eenige heteekenis verloopen zal, terwijl begin Augus-

tus belangrijke bedragi’ aaii dividend- en coupon-

gelden het marktsaldo komen versterken.

1)isconto bleef zeer vast en noteerde aan liet einde

der week 2fic-36. voor 3 maands prirna hankaccep-

ten. Onder den invloed van een ,onveiwacht vrij ruime

geldmarkt en cle veronderstelling, dat goucl-aankoo-

pen hier voor Franshe rekening voor het oogenblik

voorbij zijn, nu New-York groote bedragen aan Parijs

heeft moeten afstaan, verzwakte disconto heden weder

‘tot
27/!u
pOt.

Dollars werden hier goedkooper, terwijl cle Fran-

sche koers zich op 123.71 herstelde.

680

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

DE RIJWIELINDUSTRIE IN 1929.

De onlangs verschenen cijfers
1)
omtrent den aan-

maak van rijwielen in ons land, •geven diideljk te

kennen, dat deze bij uitstek nationale industrie met

een omzet van meer dan 20 millioen gulden, op vas-
ten grond staat. Wederom vertoonende productiecij-

fers een toeneming, terwijl de invoer nagenoeg geheel

verdrongen is. Indien er in dezen tak van nijverheid

al geklaagd wordt, kunnen toch zeker de afnemers

niet aansprakelijk worden gesteld, daar zij- in het af-
geloopen jaar klaarblijkelijk den normalen kooplust

vertoonden en de afzet dus in verband met de toe-

nemende bezetting der wielrijdende klasse verhoogd
kon worden. Nu op een vaste minimum-behoefte kan
worden gerekend, die kwantitatief voorloopig nog

zal toenemen, ligt de omvang van de rijwielindustrie,

die in ons ‘land zeker kan bestaan, in hoofdlijnen vast.
Het aantal in Nederland vervaardigde rijwielen b-

droeg in:
1925 …………….203.900


19’26 …………….257.200

11927 …………….30-7.500

1928 …………….373.500
1929 ……………..405.000

Tegenover dit laatste
cijfer
van 405.000 stuks staat

slechts een invoer van 4.200 stuks, zoodat onze rijwiel-

makers er
.
blijkbaas in geslaagd zijn, den importeur,

van geheele rijwielen het leven onmogelijk te maken.

De cijfers over de laatste vijf jaren waren:

Jaar

Aantal ingevoerde rijwielen.

1925

13.700 1926

22.600

1927

22.600

1928

10.400
1929

4.200

Minder opbeurend is het beeld van den uitvoer:

Jaar

Aantal uitgevoerde rijwielen

1925

15.500

1926

13.100


1927

12.500

1928

18:300 –

1929

12.700

-‘

In ieder geval valt er sinds twee jaren een uitvoer-
s1do van ca. 8000
rijwielen
te boeken, maar men moet

zich toch afvragen waarom ons land, met een zoo
zekeren inheemschen afzet, niet in staat zou zijn op buitenlandsche markten sterker mee te spreken. Ter
vergelijking volgen hieronder eenige
cijfers
omtrent

den uitvoer van Duitschland, waaruit wel blijkt, dat
de mogelijkheid van vergrooting van, den afzet zeker
aanwezig’is. Zij zijn ontleend aan een statistiek uit
het Z. des V. D. I. en reeds eerder in het orgaan van

de Mij.
voor
Nijverheid
en Handel
,
gepubliceerd.

In Jan. tot In Jan. tot,

Afzet naar:

Juli 1928 Juli 1929

stuks

stuks

Hongarije ……………..39.695

34.523
Roemenië ……………..-28.808

28.841

Litauen ……………….9.264

8.331

Nederlandsch-Indië ……..7.641

6.422
China …………………7.107

12.628

Letland ……………….6.551

4.879
Zwitserland ……………6.054

5.409
Estiand ……………….5.843

8.570

enemarkeu ……………4.345

1.921

Het antwoord op de vraag, waarom ons land niet
tot export in staat zou zijn, is waarschijnlijk daarin
te vinden, dat de vervaardiging van
rijwielen
in ons
land plaats vindt in een groot aantal betrekkelijk
kleine bedrijven, die uit den aard der zaak minder
in staat zijn een krachtige exportpolitiek te voeren.
De cijfers over het afgeloopen jaar doen duidelijk zien,
dat in ‘dezen niets is veranderd.

9
,
Overdruk uit het Maandschrift van het Centraal
Bu-
reau voor de Statistiek; Statistiek van Voortbrenging en
Verbruik, Rijwielnijverheid
1929.

INHOUD.

Blz.
Da
RIJWIELINDUSTRIE IN 1929
door
Ir. S. van
Hoog-
straten

………….._ ……………………..
680
Derde Internationale Credietverzekeringsconferentie
Berlijn II (Slot)
door
Mr. E. L. G. den Dooren de Jong.
681
De vrachtenmarkt gedurende het eerste semester
1930
door
C.
Verrney ……………………………..
683
Is het statuut van Barceloni op den Rijn toepasselijk?
‘ door
Mr. J. Zaaïjer …………………………
684
De Indische middelen over April
1930 …………..
685
BUITENLANDSCFIE MEDEWERKING:
De Duitsche petroleumindustrie door
Dr. Karl Hoif.
mann
,
…………………………………..
686
BOEKAANKONDIOINGEN;
Dr. Max de Vries Heutiger Protektionismus ‘in der
Weltschjffahrt ……………………………
690
MAANDCIJFERS:
Rijkspostspaarbank ………………………..
690
Giro-omzet bij De Nederlandsche Bank …………
690
Handelsbeweging van Nederland gedurende het eerste
halfjaar van
1930 ……………………….
691
Overzicht van de Indische middelen …………
692

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
……………….
692-698

Geidkoersen.

Bankstaten.

Verkeerswezen.

Wisselkoersen.

Goederenhandel. –

– –

Terwijl in 1929 35′ âbrieksondernemingen met een

jaarproductie grooter dan 500 stuks, 209.700 rijwie-

len vervaardigden, waren – er nog 58 montage-inrich-

tingen werkzaam, – eveneens , met een productie van
meer dan 500 stuks per jaar, waar 89.40Q rijwielen

ontstonden, terwijl teslotte het restant van circa –

100.000
rijwielen
in kleinere ondernemingen tôt stand

-kwam. Het gemiddelde voor de fabriek bedroeg dus’

5.990 en dat voor de

montage-inrichting slechts

-1.540. De gemiddelde, fabriek heeft dus een produc-
tie die bijna het viervoud.is
van die van de gemiddel-

de môntage-inrichting van dezelfde categorie.
‘. –

Vergelijkt men deze
cijfers
met die van het vorige

jaar; dan blijkt dat de toenening van de productie

voor het grootste gedeelte niet van. de rjwielfabFie-
-ken, maar van de mofltage-inrichtingen afkomstig is.

In:

1928

1929
Toeneming

Fabrieken ..
201.100 209.700

8.600

mingen met een pro->

ductie grooter danlMontage.inr.
69.600

89.400 19.800
500
stuks per jaar.

– Hierbij moet er rekening medè worden gehouden,’
dat het aantal montage-inrichtingen met een produc-
tie van meer dan 500 rijwielen in het afgeloopen jaar
van 49 op 58 is toegenomen. De verhouding komt
waarschijnlijk beter uit door de volgende tabel:

Totaal aantal

Aantal in

Aantal in

in Nederland

fabrieken

montage-mr.

Jâar

verv. rijw.

verv. rijw.

Oo

verv. rljw.

01

1928

373.500

201.100

54

69.600

19

1929

405.000

209.700.

51

89.400

– 22

Het aandeel van de fabriek nam af van 54 op
51 pOt., dat van de montage-inrichting nam toe van
19 op 22 pOt. Dit wil dus zeggen, dat de montage-
inrichtingen met hun betrekkelijk kleinere gemiddelde
productie een grooter aandeel in de totale toeneming
hebben gehad, of in het algemeen, dat de minder ont-
wikkelde bedrijven relatief sterker tot de verhooging
van de productie hebben bijgedragen. Hier staat
tegenover, dat de rijwielfabrieken ook nog in de be-
hoefte aan frames voor anderen voorzagen (de groep
met een productie boven 500 p. j. leverde 57.000 extra
frames), en dug indirect aan de ontwikkeling van de

montage-inrichtingen deelnamen.
Het eenige lichtpunt bij deze eigenaardige ontwik-
keling is wel, dat in de fabrieken de efficiency in
ieder geval verhoogd is, zooals uit onderstaande tabel

blijkt, die weer betrekking heeft op de fabrieken met
een grootere productie dan 500 rijwielen per jaar.
Onder arbeiders wordt hierbij het personeel verstaan,

dat direct- bij de productie betrokken is, dus werk-
lieden, meesterknechten, enz.
Wanneer wij tenslotte bedenken, dat behalve de,
circa 100 grootere fabrieken en montage-inrichtingen,
er minstens nog 200 kleinere bedrijven noodig waren

30 Juii 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

681

Aantal

Aantal
onder-

Aantal

geprod.

Per

Jaar

nemingen azbeiders

rijwielen arbeider

1925

31

1.679

116.500

69

1926

35

1.699

145.000

85

1927

38

1.804

171.200

94

1928

37

1.904

201.100

105

1929

35

1.849

209.700

113

om tot do totaa1produtie van 400.000 rijwielen per

jaar te komen, is de vraag wei gewettigd, of een dQr-

gelijke, versnippering, die uit een oogpunt van econo-mische weerbaarheid bedenkelijk is, niet te vermijden

zou zijn. Waar ons land meer en meer industrieland
wordt en wij hier met een massa-artikel te doen hebben,

dat in dif land in uitnemende kwaliteit door eerste klas
vaklieden vervaardigd kan worden, behoeven wij ons

de gelegenheid niet te laten ontgaan, met een nieuw
export-artikel op de wereldmarkt te komen. Men zou
haast to de couclusic koien, dat het met de malaise
in het bedrijfsleven nog zoo erg niet is gesteld, wall-

neer men zich’ nog de luxe van een dergelijke ver-
preidiiig kan veroorloven,- die – afgezien van. ‘de
gemiste èxportkansen – t1leen tot onnoodige kosten voor den afnemer èn voor den fabrikant kan leiden.

Het lijkt mij toch onbetwistbaar, dat de interne en

externe transportkosten in de 35 fabrieken en 58 in-
richtingeii, cle administratiekosten van al die be.-

drijven, om niet te gewagen van de verkoopskosten,
bij een doelmatige concentratie en arbeidsverdeeling,
een aanmerkelijk bedrag zou kunnen worden bespaard,
• wat ons tot de miridium prijen zou voeren, waar de
kooper rechtop heeft; en waarmede de buitenlandsche

markt bereikbaar wordt.
Al zouden de Qverige tweehonderd bedrijfjes de
• voordeelen van minimum-directiekosten, lage bonen en dd nabijheid van een groep vaste afnemers genie-
ten, dan voldoet bij dè huidige verdeeling de kern

van onze rijwielnijverheid toc,h niet aan dë eischen van economie, die men in onzn tijd aan een zoo be-

langrijk bedrijf moet stellen.

Ir. S.
VAN U000STRATEN

DERDE INTERNATIONALE-

CREDIET-VERZEKER1NGSCONFERNTIE BERLIJN.’)

II (Slot).

• Als tweede onderwerp werd ter conferentie behan-
cleld de verhouding tusschen het bankiersbedrijf en credietverzekeraars, een onderwerp dat tot nog toe,
vooral van de zijde der laatstgenoemden veel belang-
stelling heeft en waarbij van hun kant meerdere ma-
len uiting is gegeven aan hun teleurstelling, dat van de door hen zoo vurig gewenschte entente door ge-

brek aan .appreciatie bij de wederpartij nog zoo wei-
nig tot stand is gekomen. Dit tekort. aarf appreciatie
komt behalve in het passieve gebrek van lauwheid,
bovendien ook actief op twee andere wijzen voor den
dag. En wel in de eerste plaats, doordat de bankier,
wanneer hij niet de juiste grenzen der verzekerings-techniek in het oog houdt, zôôveel van den crecliet-
verzekeraar vraagt, dat daaraan onmogelijk kan wor-

den voldaan. De aldus teleurgesteldê bankier loopt
dan over naar het kamp der oppositie, waar in het al-
gemeen termen zonder zaakkundig onderzoek, het
nut- der credietverzekering betwijfeld wordt. Ten
tweede wanneer de bankier, evenzeer uit een onjuiste beoordeeling van de positie van den cred.i.etverzeke-
raar meent voor de toekomst in deze instelling een
wellicht te duchten concurrent te zien en daardoor

met wantrouwen zich van de bemoeiingen van dezen
,assuradeur verre houdt. Deze beide elementen •van tegenwerking kwamen op de conferentie ter sprake.
liet eerst had de heer Bernhard Stiehel, Direc.eur
der S.venska Kredit-Förskrings A. B., Stockhoi,
het woord over deze materie, waaromtrent hij ten-
slotte, naat eenige mededeelingen over zijn eigen be-
‘drijf, niet dan enkele algemeene opmeking’en maak-

t)
Zie voor liet eerste gedeelte
E.-S. B. van 9 Juli ji.

te. Van veel meer belang waren de beschpuwingen van den tweedii’spreker, den heer Jean Desbrosses,
i)irecteur van de Urbaine-Orédit, die zijn uitvoerg
betoog een wehgekozen en logisch opgebouwden vorm
gaf. Zijn bespiegelingen ving hij aan meteen uitge-

breide bewijsvoering ten opzichte van het axioma,
dat alleen nâ vaststelling van het definitieve verlies

(dus niet reeds bij simpele non-betaling) de crediet-

verzekeraar tot betaling geroep6n kan worden. Aan
de ratio van dit principe wijdde ik in het voorgaapde

reeds eenige woorden.’ Van het uitvoerig betoog van

Desbrosses vermeld ik derhalve slechts in het kort
zijn opvatting (welke – mij inderdaad- juist lijkt), dat

het risico bij het disconteeren van een wissel, te split-
sen is in een ,,ri,sque de trésorerie’ het financierings-

risico en een ,,risque de perte définitive”, het risico

van’ een uiteindelijk verlies. De fondsen, welke een
assuradeur ter beschikking staan, mogen niet voor het
,,faire de la trésorerie” gebruikt worden, veeleer

moet zullcs aan den financier bij uitstek, den bankier,

worden overgelaten; alleen het risico van de perte
définitive moet den assuradeur worden toegewezen.
Hoe eenvoudig deze opmerking in hare juistheid

moge lijken, de algemeene erkenning daaivan, is, ook

in bankierskringen, niet verkregen en het is vôorna-
meljk dit gemis aan inzicht ten opzichte van zulke

fundamenteele, principes er credietverzekering, dat
tenslotte
leidt
tot gebrek aan medewerking of zelfs
tegenicanting.

Bij de bespreking van den verderen inhoud van
het rapport van den Franschman, lijkt het mij wen-

schelijk, eenals ik dat deed
bij
de bespreking van

deze materie; behandeld op het Congres te
Parijs
in
1928, voor een goed begrip van zaken gescheiden te
houden A. de positie van den bankier voor zoover
die in aanraking komt met-credietverzekering vja zijn
cliënt, voor wie hij wissels heeft gedisconteerd en B.
zijn positie voor zo9ver hij rechtstreeks door den cre-
dietverzekeraar wordt geassureerd. In het eerste ge-
val zal de bankier belang bij de credietverzekering
krijgen of kunnen krijgen door cessie. Het typeeren-
de van een polis is om zoo te zeggen het min of meer
voorwaardelijk karakter aan elke verzekering eigen.
Een polis is geen garantie voor schade-uitkeering,
maar een belofte te zullen betalen in die en die ge-vallen ten aanzien van bepaald omschreven verze-

kerde intresten en risico’s. De bankier, die zich tegen-
over den cred:ietverzekeraar
Qp
een gecedeerde, polis
beroept, loopt dus het gevaar zich door den verzeke-
raar te zien toegeworpea een beroep op het onvervuld
blijven van sommige voorwaarden tusschen hem (ver-
zekeraar) en den oorspronkelijken verzekerde, (clan-
ses de déchéitnce, invalidating rislcs).

Behalve dit bezwaar, dat mij practisch het zwaar-
ste en het best gefundeerde lijkt, is door den bankier
als vermeend gebrek van do gecedeerde polis genoemd:
gemis aan 100 pOt. dekking van zijn vordering (een
credietverzekeraar wil principieel slechts een gedeel-
te dekking verieenen, hoogstens 75 pOt.) en het ver-
icrijgen van vergoeding, niet reeds dadelijk bij non-
betaling, maar eerst wanneer na afwikkeling van het
faillissement van den afnemer de definitieve schade
l)ekefld is. Voor het laatste wilde de heer Desbrosses den bankier geen balsem toedienen; hij had niet voor
niets zoo’n uitvoerige peroratie gehouden over het verschil tusschenrisque de trésoreri.e en risque de
perte définitive. Voor het bezwaar van de niet volle dekking achtte hij ean remedie daarom niet noodig,
omdat de bankier behalve de gecedeerde polis toch ook
zijn regresrecht op den trekker van den wissel heeft
en verwacht mag worden dat vn die
zijde
toch ge-
rakkeljk de niet verzekerde 25 pOt. te verhalen zijn.
Do bezwaren van den banicier ten opzichte van de
clauses de déchéance wilde hij wel tegemoetkomen,
althans gedeeltelijk, en da-t in dier voege, dat hij den
bankier ingeval diens recht uit de gecedeerde polis
door fouten van den verzékerde, feitelijk niet geldend gemaakt zou kunnen worden, toch een, recht op scha-

682

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

devergoeding toekent, echter onder .voorwaarde, dat

de bankier zich eerst tracht te voldoen door u.itwin
tAnk van den trekker en wanneer zulks niet voldoende
oplevert van het clan overgebleven verlies hem ten

hoogste 50 pOt. uitbetaald wordt.

Voor zoover de bankier zich rechttreeks wenscht’

– te verzekeren voor disconto’s van wissels (getrokken

uit hoof cle van geleverde goederen) wees de heer Des-
hroses op de poii ,,double insolvabilité”, welke zijn

Maatschappij in practijk heeft gebracht. Bij deze
polis, welke niet zoozeer voor enkele transacties, maar

veelee voor geheele omzetten is bedoeld, is de ban-
kier rechtstreeks en buiten zijn disconto-cliënt om,

verzekerd, zoodat hier geen Qlauses de déchéance spe-
len, tenminste niet voorzoover hij deze niet zelf con-

troleeren kan. Bovendien heeft een rechtstreeksche
polis het voordeel, dat de bankchënt het bestaan daar-

van niet kent, hetgeen i.n bepaalde gevallen voor den

bankier zeer wenschelijk kan zijn.

Wat de voorwaarden tot uitbetaling betreft, ook

hier moet de bankier eerst trekker en acceptant uit-
gewonnen hebben, véérdat hij zich tot den verzekeraar
kan wenden, ook hier blijft 50 pOt. de maximum dek-

king,- ook hier wordt geen afstand gedaan van het

principe: geen schade-uitkeering v66r vaststelling van

de perte définitive.
Tot zoover de heer Desbrosses in zijn uiteenzetting

van hetgeen de Urhaine Orédit op dit gebied doet.

Itiet had de aandacht der vergadering dat de Trade
Indemnity met de bescherming van den bankier veel

verder is gegaan en dat reeds sinds gern.imen tijd. De

Trade Indernnity geeft aan de Engelsche Banken
(althans de voornaamste onder deze instellingen) des-

re
r
langd een aanhangsel op de credietverzekerings-

polissen van hun cliënten, waarin principieel van alle invalidating risks ten opzichte van den bankier wordt
afgezien en waarin tevens ten opzichte van hem ook
een vervroegd tijdstip van scliad-uitkeering wordt

aangenonien (3 maanden ma- het protest van den

wissel). –
• •De heer Spain gaf echter toe, dat hij diseriminee-
rend is ten. opzichte van de bankiers voor wie hij dit

toegiftje op een credietverzelcering beschikbaar stelt

en erkende voorts, dat hij tot deze tegemoetkoming
min of meer geprest
wras
door de outechnische behan-

deling van credietverzekeriiig door het Govern. Ex-
port Credit-Department, (garantie op den wissel en
dadelijke uitbetaling bij non-payment).
Als zoodanig kan het voorbeeld van. de Trade 1
11-

denwity niet zonder meer als richtsnoer doorandere

Creclietverzekeraars worden aanvaard, al blijkt m.i.
uit dezc ontwikkeliug wel, dat, hoef t een Oreditver-
zekerings-Maatschappij
een
maal
in een. reeks, jaren

van rustige ontwikkeling een voldoende hoeveelheid
reservefondsen kunnen cumnleeren, zij tenslotte prae
tisch tot zekere maatregelen in staat is, welke ee.nigc
jaren geleden technisch niet geheel toelaatbaar waren.
In zijn eigen beschouwing over ,,Export Credit in-
surance” op den eersten dag der Conferentie, had, de
heer Spain, wat betreft zijn pogingen een speciale
,,Bankers-policy’ te scheppen cl.w.z. een polis recht-
streelcs aan den Bankier verstrekt voor een gedeelte

zijner banktransacties, meegedeeld, dat helaas deze
plannen door gemis
,
. aan samenwerking der Engeische
Banken, niet tot uitvoering waren gekomen. De
Trade Indemuity een keer partner in bankzaken, zoo
hadden de Engelsche Banken geredeneerd, zou zich
wel eens als een concurrent kunnen gaan gedragen.
Tegen het foutieve van een dergelijke opvatting waar-
schuwde de heer Spain nog eens nadrukkelijk. De
fondsen der Verzekerings-Maatschappijen hebben prili-

cipieel immers een andere bestemming dan de fondsen
der Bankinstellingen, en zouden de Verzekerings-
Maatschappijen dergelijke Bankiersneigingen willen
vertoonen, dan behoeven zij immers om een dergelijk
operatieterrein te betreden zeJer niet de brug der
cred letverzekering.
De taak der credietverzekeraars tegenover de ban-

kiers zal, – zooals de taak der,assurai:ttie in het alge-
meeni -,• steeds een aanvullende zijn; een werkkring

die begint, waai de verzekerçlë zelf om subjectieve re-
Ienen n:iet langer den volien omvang van zijn risico’s

wil- of kan’ dragen, zonder dat daarmede gezegd -Ican

worden, dat door de overscIiijding vin déze grens ob-
jectief het karakter van het risico gevaarlijker wordt.

– Eet was’interessant te vernemen, wat van bankiers-

zijde hierop in het rniddeii gebracht werd, bij monde
van cle hoeren Nathan, Directeur van. d Dresdner

Bank en Lehideux, een Parijsch bankier. Beide heeren

gaven als hun opinie te kennen, dat een credietverze-

,keringspolis voor een bankier nog een te weinig over-

zichtelijk document is, weshalve zij
Op
vereeiiv
OU
di-

ging’ van de redactie aandrongen. Overigens sprak de heer Nathan zijn groote appre-

ciatie uit voor den steun, welken de credietverzekering

in Duitschlancl reeds voor het geheele economische

leven biedt, vooral in de tegenwoordige depressie.

Van de vergaande inschikkelijkheid
,
van de Trade –

Indemnity tegenover den bankier nam de heei Nathani’

met belangstelling kennis en hij verklaarde dat, in-
dien een dergelijke oplossing aan de Duitsehe ban-
kiers zou worden voorgesteld, deze in alle opzich-

ten tevreden zouden zijn;
De heer Lehideux achtte de pol.ice double

insolva-

bilité, welke zijn landsman Desbrosses aangeprezen

had, inderdaad een document, waarvan de bankier in

Prankrjk veel genoegen kon beleven. Hij vreesde al-
leen, dat de banken er niet spoedig toe zouden komen

bepaalde omzetten te verzekeren; in nar zich’ eerder

zbude,n beperken tot de, verzekering van enkele trans-
Lctje. Met nadruk .verklaarde hij, dat hij geen. bijzon-
der gewicht hechtte aan een dekking van 100 pOt. en:

dat hij de 50 pOt., welke de Fransche bankier door de’,
Urbai.ne Oréd jet verzekerd kan krijgen, meer dan vol-
doende achtte. (Op de Conferentie te Parijs hebben
ook andere Fransche bankiers verklaard tevreden te

zijn met 50 pOt. dekking). . –
De heer Lehideux w’ees tenslotte op de nuttige pre-
,

ventieve werking, die van de werkzaamheid van een
eredietverzekeraar uit kan gaan. Hij stelt de contrôle,

die deze assuradeur op de verzekerde risico’s voortdu-
rend uitoefent, zeer op prijs; hij achtte daarom een

credietverzekeringspolis, ook al gaf zij geen dekking
voor 100 pCt., van meer waarde dan borgtochten van

vrienden of kennissen, die nneestal niet iii staat zijn
een
wakend oog te houden op de positie
van
dengene,

die zij gara.ndeeren.
Hoewel er vele andere l)ankiers ter conferentie

aanwezig waren, trad geen daarvan verder als spre-her op, hetgee.n teleurstellend is, gezien het vele en
verschiilend, • dat de credietverzekeraars geprobeerd
hebben om, den bankier ten opzichte van de speciale
ci.sehen van zijn bedrijf tegemoet te komen. ik vraag
mij af of liet niet wenschelijk is, dat er in bankiers-
kringen ouderling overleg gepleegd w&dt, teneinde
gemeenschappelijk hun standpunt in deze materie te
bepalen. Behalve het voordeel, dat op deze wijze ver-
schillende bankkringen, die hun. aandacht nog niet
inn credietverzekerinig hebben gegeven, gedwongen

zouden zijn hieraan eenige opmerkzaamheid te wij-
den, zou een dergelijke gmeenscliappelijke acti.e der

banken door eredietverzekeraars zekei als een tee-
ken van appreciatie worden opgevat en ongetwijfeld
prikkelend werken op hun bereidwilligheid; zoo two-

dig eenige concessies te doen.
Tenslotte zou langs dezen weg wellicht ook inter-
nttionaal een Bankers-policy kunnen ontworpen
w-orden, welke standarisatie zoowel voor bankiers als
credietverzekeraars; (voor de laatsten vooral met het
oog op hun ré-assurantie-arrangementen) ongetwij-
feld groote aantrekkelijkheid zal hebben.
Als laatste onderwerp der vergadering stond op de
agenda een bespreking . over credietverzekering en
huurkoop, welke ons wellicht de stof zal leveren voor
een afzonderlijke beschouwing. –

D.D.D.J.

30 J’uli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

683

DE VRACHTENMARKT GEDURENDE HET EERSTE

SEMESTER 1930.

Men moet wel heel ver in de geschiedenis van het

reederijbedrijf teruggan om een periode te vinden,

die, wat omvang en diepte der depressie aangaat, het

achterliggende halfjaar evenaart. – Een .enkele kort-
stondige opleving veroorzaakt door bijzondere omstan-
digheden – staking der Engelsche mijnwerkers in

1926 e.d. – daargelaten, heeft de toestand der vrach-
tenmarkt feitelijk sedert het eind der hoogconjunc-

tuur in 1921 voortdurend te wenschen gelaten en kon
van een redelijk rendeerend bedrijf moeilijk worden

gesproken. Nochtans was het tijdvak 1921/’28, waarin

niet ten onrechte veelvuldige klachten werden ge-
hoord over onvoldoend rendement, allen tegenslagen
ten spijt en zij’ ivaren niet weinige, een gulden tijd
vergeleken met den crisis-toestand der vrachtenmarkt
sedert den aanvang van dit jaar. De eerste aanwij-

zingen voor een naderende depressie, t.w. geleidelijk
afuemende vraag naar ruimte en dalende vrachtprij
zen, volgend op de langdurige staking in de Zuid-
Amerikaansche havens, waardoor de Laplata-markt

volkomen werd ontwricht, vielen reeds in 3ulifAugus-

tas van verleden jaar op te merken en het tweede
semester 1929 was dan ook, zooals wij reeds in het
vorig aan de vrachtenmarkt gewijd overzicht zagen,
over het geheel weinig bevredigend.

Sedert is het in snel tempo bergafwaarts gegaan.
Onafgebroken bleven de vrachten dalen en herhaiti-
(lelijk werden na-oorlogsche laagterecords gevestigd en gebroken, totdat thans in onderscheidene versche-
pingscentra de vrachten zijn aangeland op een peil,
dat zelfs beneden dat van 1913 ligt. Ofschoon statis-
tieken mitsgaders indexcijfers een ‘subtiele materie vormen die, ‘gehanteerd door niet-insiders, maar al
te gemakkelijk tot onjuiste conclusies leiden, daarge-

laten, dat over het geheel cijfermateriaal tot dcii leek
niet spreekt, mogen ditmaal onder verwijzing naar

het nummer van 16 J’uli de indexcijfers – herleid
tot een percentage voor 1913 = 100 – nog eens de
revue passeeren, t.w.:

1929
1930
Januari

………..
100.6
81.2
Februari

……….
106.7
76.5
Maart

….,.,.,
102.6
75.5
April

……. . ……
90.1 17.1
Mei

.,..,…,.,..,,
07.3
76.1
Tuni
09.1
757

Inderdaad leggen deze vergelijkende cijfers een
sprekend getuigenis af van de huidige malaise in het
vrachtvaartbedrijf. Een index-gemiddelde van 75.7
tegen 100 in 1913 en exploitatiekosten, die naar schat-
ting 60 . 70 pOt. hooger zijn dan in laatstgenoemd
jaar! [s het w’onder, dat vier h vijf millioen tons
scheepsruimte – Amerika niet medegerekend – zijn
opgelegd en dat de schepen, die nog in de vaart zijn
– speciale trajecten daargelaten – met verlies
varen? Het is trouwens niet zoozeer de vraag of men
– en dit geldt voor verscheidene overzeesche mark-
ten – een vrachtcijfer, waarvan men weet, dat het
verlies laat al clan niet zal accepteeren dan wel 5f
men ,,überhaupt” lading kan secureeren en als zulks
al mogelijk is of men dan niet voordeeliger in ballast
naiu huis kan icomen. Het is waar, dat sedert een
dag of tien iets meer vraag is op te merken naar
ruimte voor graanvervoer’ van Zwarte Zee, Donau en
Argentinië, en dat met name de viachten van laatst-genoemde markt zijn aangetrokken, maar allereerst
zijn cle kolenvrachten naar de Middelli,ndsche Zee –
gebruikelijke combinatie voor retourlading van Zwar-
te Zee en Donau — eveneens ongekend laag, zoodat
zelfs op het iets hooger peil der thuisvrachten vait loonend emplooi geen sprake is, terwijl wat Zuid-
Amerika betreft eenerzijds de kolenvrachten van
Wales onmiddellijk nadat de retourvrachten iets waren
opgeloopen, omlaag gingen, anderzijds •de vraag be-
perkt blijft tot prompt beschikbare ruimte en zich

‘vooralsnog fiiet uitstrekt tot latere posities. Als ver-
dere origunstige factoi moet bovendien de lage water-stand op de bovenrivier worden genoemd, omstandig-
heid die al te vertrouwenden reeders vermoedelijk nog

parten zal spelen. Ook dé graanvrachten van de -Golf
van Mexico, van waar dcii laatsten tijd een aantal

schepen bevracht werden – enkele vertrokken zelfs in ballast van Europa – laten êen verlies, dat boven

de kosten van opliggen uitgaat en de voorzichtige

reeder gunt deze ,,aubaines” dan ook gaarne ftan an-

dere, die blijkbaar coûte que coûte ,,aan den gang”
willen blijven.

Montreal, weleer gedurende de maanden Mei—No-

vember ,,a reular taker of tonnage”, is ‘nu al cnlceic seizoenen vrijwel uitgeschakeld, ondanks wassende
voorraden, waarvoor – en dit is mede Sé:n der oor-
zaken van liet gebrek aan vraag van de St. Lawrence
– de Cahadeesche tarwepool prijzen vraagt clie
Europa, dat in Argentinië, Roemenië etc. goedkooper

terecht kan, niet wenscht te betalen. De zaken, die
tot dusver van Montreal tot stand kwamen zijn van

geenerlei beteekenis de vrachten zijn ook hier abnor-

maal laag en laten den reeclers gevoelige verliezen.

Australië, het Verre Oosten en Britsch-Indië heb-
ben zich evenmin aan cle algemeene malaise kunnen
onttrekken en ook hier zijn de vrachtprijzen gedaald
tot een niveau, dat slechts een deel der exploitatiè-
kosten dekt.

Waren dus de afgeloopen zes maanden zéér ongun-
stig, helaas Ican ook vooralsnog van de onmidldelljke
Vooruitzichten weinig goeds worden gezegd. Zoolang
de huidige crisis-toestand voortduurt en liet wereld-
verkeer zich in dalende richting blijft bewegen, zoo-.
lang Europa voortgaat met ,,mondjesmaat” over-
zeesch graan aan te voeren, is er geen hoop op blij-
i’end herstel der vrachten. Daarvoor zijn handel, nij-
verheid en scheepvaart te zeer
01)
elkander aange-wezen en reageert het reederijhecirjf – hoe kan het
ook anders – te scherp top de ups en downs – voor-
al de laatste – in het internationale bedrijfsleven.
Afgezien echter van den algemeenen economischen
toestand, die onmiddellijk aansprakelijk is voor dc – huidige crisis in het reederijbedrjf, is er echter nog een belangrijke aan dit bedrijf blijkbaar inhaerentc
factor, die mede verantwoordelijk is voor de tegen-
woordige
moeilijkheden,
ni. het schijnbaar onvermij-
delijk teveel aan -ruimte. De huidige wanverhouding
tussehen vraag en aanbod staat
waarlijk
niet op zich-
zelf in de geschiedenis der wereld-scheepvaart. Steeds
weder ziet men hoe, zoodra op een gegeven oogenbiik,
hetzij door normaal toegenomen vraag dan wei door

volmaakt iucidenteele gebeurtenissen de vrachten
,,hausseeren”, allerwegen uitbreiding aan de bestaan-
de scheepsruimte wordt gegeven. Jiet heterogeen –
karakter van het bedrijf is oorzaald, dat- van vloot-
uitbreiding, uitsluitend gebaseerd op en aangepast –
aan cle behoeften en groei van den werelclhandlel, na-
genoeg nimmer sprake is. Veeleer kan mcii stellen, –
dat de wereldaanbouw van, schepen – en dit geldt
in het bijzonder voor de algemeene vrachtvaart – in geenerlei verband staat tot de werkelijke behoeften
iran het wereldverkeer. Inderdaad
ontbrce1t
ieder
oozakeljk en wetenschappelijk verband tusschen deze
beide en liet onvermijdelijk gevolg, een met welhaast
eentonige regelmaat terugkeerende wanverhouding
tusschn vraag naar en aanbod van scheepsruimte,
leidt op gezette tijden tot min of meer ernstige crises
in liet reeclerijhedrijf, ernstiger naarmate, zooals thans
het geval is, het bedrijfsleven zelf door een acute
depressie wordt ontwricht.

i In zijn jaarrede ter vergadering der Baltie & In-
ternational Maritime Conference heeft cle Voorzitter,
‘de Heer W. A. Souter uit Newcastle on Tyne, met
enkele
cijfers
aangetoond hoeveel sneller dle wereld-
vloot
is toegenomen dan het wereldver/ceer groeit.
Allereerst blijkt uit onderstaan.d overzicht van de
totale bruto register tonnenmaat der wereldvloot,
t.w.:

684

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

1899 ……………..20.818.000 1005 ……………..20.963.000
1914 ……………..45.404.000
1.029 ……………..66.401.000

(lat (leze sedert 1914 met 21. millioen tdns of 46.25 pOt.

is toegenomen. De wereidhevolking vermeerderde in
het tijdvak 1913/1928 met 154 millioen of 8.6 pOt.,

terwijl de toeneming van het
wereldverlceer
in het-

zelfde tijdvak 17.4 pOt. (tot 1929 = 20 pOt.) bedraagt.
Hieruit volgt, dat, om een stijging in het wereld-
verkeer
van 11.4 pOt. ,,zu bewï.ltigen”, de wereld-
vloot
met 46.25 püt. werd uitgebreid!
WTeliswaar
valt ook op
deze
statistische gegevens het één en ander

af te dingen; immers zijn eenerzijds in het totaal der

wereld-tonnenmaat begrepen rond 5.6 millioen tons
aan tanksehepen, alsmede
ee.
3.3 milliden tons aan
schepen van meer dan 25 jaren oud en 2 millioen on-

bruikbare Amerikaansche tonnage, terwijl anderzijds
de zooveel grooter gemiddelde snelheid, de veldwin-
neucle vcrbrandingsmotor en andere weliswaar niet
in
cijfers
uit te drukken factoren het feitelijk totaal
nog vergrooten. Zijn dus de
cijfers
op zichzelf niet
geheel ,,einwandfrei”, zij geven niettemin voldoenden
steun aan de stelling, dat er een absolute wanverhou-

ding bestaat tusschen vraag naar en aanbod van
ruimte.

Zelfs zonder de huidige kentering in de conjunc-

tuur zou een crisis op de vrachtenmarkt niet zijn
vermeden. Hieruit volgt dat terugkeer van meer nor-

male verhoudingen niet is te verwachten, zoolang het

ernstig verstoord evenwicht tusschen vraag en aan-

bod niet is hersteld en de toekomstige uitbreiding der
wereld-handelsvloot niet wordt aangepast aan de

werkelijke behoeften van het wereidverkeer.

Rotterdam, Juli 1930.

C. V.

IS HET STATUUT VAN BARCELONA OP DEN

RIJN TOEPASSELIJK?

De vraag is gerezen, of krachtens artikel 354 van
het Verdrag van Versailles op den Rijn van toepas-
sing is het Statuut van Barcelona, dat zou moeten

worden beschouwd als de door het artikel bedoelde

algemeene conventie
1)

Het Permanente Hof van Internationale Justitie

heeft voor de Oder een geheel analoge vraag ontken-
nend beantwoord
2)
Bovendien heeft Nederland, bij
zijn toetreding tot de Versailler
Rijnartikelen,
zich
tegen een dergelijke toepasselijkheid van een door
Nederland niet aanvaard verdrag een waarborg laten
geven
3).
Een onderzoek naar de gechiedenis van
art. 354 moge geschikt zijn om eventueel nog bestaan-
den twijfel weg te nemen.
* *

De commissie vor havens, waterwegen en spoor-
wegen van de vredesconferentie heeft een algemeene
conventie betreffende het régiem van internationale
rivieren trachten uit te werken, maar het ontwerp

moest, bij gebrek aan tijd en eensgezindheid, ter zijde
worden gelegd. De commissie bepaalde zich verder
tot het vaststellen van de aan Duitschiand voor zijn

rivieren op te leggen bepalingen, aan de hand van

‘ Artikel
354,
voor zoover hier van belang, luidt: Au
cas d’opposition -entre certaines des dispositions de ladite
Convention (ni. die van Mannheim) et les dispositions de
la Convention générale visée a larticle
338
ci-dessus,
qui
s’appliquera au Rhin, les dispositions de la Convention
générale prévauciront.
Dans un délai maximum de
six
mois a dater de la mise
en
vigueur du present Traité, la Commission centrale visée
a l’article
355
se réunira pour établir un projet de revi-
sion de le Convention de Mannheim. 0e projet devra
être rédigé en conformité des dispositions de
le
Convention
generale,
si
clie est iutervenue
A
cette date, et sera soumis
aux
Puissances représentées
f
la Commission centrale.
Recueil des Arréts
No. 23. Struycken: Veranderingen in het Rij irégiem na den
wereldoorlog blz. 22
vlgg. Zaaijer: Het Nederlandsche delta-
gebied blz.
28
vlgg.

Fransche ontwerpen, die hoofdzakelijk de instelling
van bcheerscommissies inhielden.

De Britsche delegatie wilde deze ontwerpen aan-
vullen met bepalingen uit het mislukte algemeene

ontwerp, over vrije vaart, uitvoering van werken, e.a.

Voor wat betreft Elbe, Oder, Niemen en Donau heeft

zij hierbij geen tegenkanting ondervonden
1),
maar
over den Rijn zelf heftige en lange debatten gevoerd.
De Britsche gedelegeerde zag er geen bezwaar in,

zulke bepalingen voor den Rijn te maken: ,,On peut

appliquer n’importe quelles conventions, du moment
que c’est â l’ennemi.” Nu, wat dat betreft behoefde
hij van de commissie waarlijk geen tegenspraak te
vreezen. De moeilijkheid was echter, dat het aigu-
ment niet geheel ter zake dienende was. Hetgeen de

Engelschman toonde ook wel te weten, door te zeggen

dat, nu anderen rechten op den Rijn kregen, zij ook
maar bijzondere plichten aanvaarden môesten.

Ten tijde dat het Britsehe voorstel kwam stond
ei. al
vast, dat de Rijn onder een internationale com-
missie zou worden gesteld, en ‘dat Frankrijks in-
vloed daarin groot zou zijn. De voorwaarden die voor
een
Duiischen
Rijn zeker zouden zijn goedgekeurd
konden voor een
Frwrtschen,
Rijn natuurlijk geen
genade vinden. En de Engelschman hoorde zich tegen-

werpen: ,,Pour le canal de Kiel il s’agissait des
Allemands seuls. Aujourd’hui ii s’agit des Fran-

çais.” ,,Je ne peux pas accepter pour le Rhin dés

clauses qui ne s’appliqueront pas pour les autres

fleuves.” ,,Si ces principes ne sont pas appliqués i

l’ensemble des fleuves, nous n’aurons aucune raison

de les appliquer pour ie Rhin.” ,,Je ne vois pas com-

ment je pourrais demander h un pays quelconque
d’accepter des principes sans réciprocité.” ,,Je ne

puis pas admettre qu’on nous impose pour le Rhin
des principes que vous n’appliquerez pas sürement it
d’autres fleuves.”

Frankrijk wilde geenszins onredelijk zijn: wanneer

de voor allen geldende conventie er eenmaal was, zou
deze 66k voor den Rijn gelden, zelfs v66Hat de Akte

van Mannheim ermee in overeenstemming was ge-
bracht (art. 354). Tegen onmiddellijke
wijziging
van
enkele concrete bepalingen in de Akte van Mann-
heim, die den Engelschen in het
bijzonder
aanstoot
gaven, was geen bezwaar (art. 356), terwijl later nog

over andere wijzigingen zou worden gepraat (art.
354: herziening van de Akte 66k indien de algemeene
conventie eens
niet
tot stand gekomen zou zijn).
Maar Frankrijk weigerde pertinent voor
zijn
Rijn
beginselen te aanvaarden, die anderen voor hun

rivieren niet aannamen. Ten aanzien van de te maken algemeene conventie moest de Rijn met andere rivie-
ren gelijk staan. En hierbij is het gebleven.

Het was dus zeer hepaaldelijk de bedoeling, dat
ten aanzien van de te maken algemeene conventie de
Rijn op één lijn zou staan met andere rivieren en
er is wel allerminst aanleiding om te trachten, op

grond van art. 354 een bijzondere gebondenheid voor
den Rijn te construeeren.
Men dient hierbij nog in het oog te houden, hoe de
heeren te Versailles zich die algemeene conventie
voorstelden. Zij dachten aan een tekst, die door de
geallieerden – anderen telden toen niet mee – voor
hun rivieren werd
aanvaard.
Of zulk een tekst zou
kunnen worden opgesteld, werd door meerderen blijk-
baar betwijfeld. Maar het denkbeeld om een staat ge-
bonden te achten aan een niet-aanvaard verdrag heeft
niet bestaan, getuige nog het feit, dat men het noodig

vond, in art. 338 Duitschland uitdrukkelijk tot aan-
vaarding van de te maken conventie te verplichten. En
bij de uitdrukking ,,eonvention générale” dacht men
ook niet. aan een ontwerp, dat eventueel als zoodanig
zou kunnen dienst doen, maar aan een verdrag, dat
inderdaad algemeen aanvaard was. En dat is de Con-
ventie van Barcelona geenszins.
Een enkel woord moet hierbij nog gezegd worden

1)
Artt.
332-37
van het Vredesverdrag.

30 Juli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

685

over de passage: ,,qui s’appliquera an Rhin” in art.

354. Men heeft zich aanvankelijk voorgesteld, dat de
algemeene conventie alle rivieren zou opsommen,

waarvoor zij gold. In die opsomming moest dan ook

de Rijn voorkomen, hetgeen aldus uitdrukkelijk ver-

meld werd. Te Barcelona heeft men evenwel het stel-
sel van opsomming niet gevolgd, zoodat de passage

geenerlei beteekenis meer heeft.

* *

Hoe is het, gegeven de zeer besliste houding van
Frïnkrijk ter vredesconferentie, te verklaren, dat

men juist in dat land. later een
bijzondere
verbind-

baarheid van het Statuut van Barcelona voor den

Rijn heeft willen construeerên?

De verklaring zal deze moeten
zijn,
dat de ,,Fran-
sche Rijn” in de practijk niet geheel aan de verwach-
tingen heeft beantwoord. Men had te Versailles in

het ontwerp-algemeene conventie ook het gezag van

de beheerscorninissies geregeld, maar in het vredes-
vërdrag i’s een dergelijke regeling niet opgenomen.
liet gevolg vas, dat de Rijn niet is komen’ te staan

onder het oppergezag van een voornamelijk Fransche
beheerscommissie, maar dat eenvoudig de oude Cen-

trale Commissie voor de Rijnvaart, zij het in een
bedenkelijke gedaante, is blijven voortbestaan, terwijl
er heel weinig kans is, dat met name Nederland tot
verdere verwezenlijking van de Fransche-Rijn-illusie
zal medewerken. Mocht men echter het denkbeeld
kunnen doorzetten, dat het Statuut van Barcelona
reeds op den Rijn van toepassing is, dan zou de Cen-
trale Commissie bevoegdheden verkrijgen, die het
genoemde ideaal aanmerkelijk dichterbij zouden
brengen.
* *
*

Dat het gezag van de Centrale Commissie zoo be-
perkt is gehouden is te danken aan het flinke op-
treden van de Nederlandsche regeering. Ik doel thans
niet op haar houding bij de onderhandelingen over
Nederlands toetreding tot de Rijnartikelen van het
vredesverdrag, maar op een episode uit de dagen,
toen dit verdrag nog niet vastgesteld was.

In het ontwerp voor den Rijn waar deze Fransch-
Duitsche grensrivier is (thans art. 358 van het ver-
drag) kwam een bepaling voor over de uitvoering van
werken, welke ten slotte als volgt geredigeerd werd:

,,Sous réserve des stipulations qui précèdent, aucun
travail dans le lit ou sur les berges du fleuve ne pour-
ra être exécuté sans avoir obtenu l’autorisation de
la Commission internationale ou de ses délégués.”

Nu is deze passage, die blijkens de discussie zui-

ver bedoeld-was als onderdeel van art. 358, door de redacteuren daaruit losgemaakt als een afzonderlijk
art. 359. Of wij hier te doen hebben met een opzet-
telijke slinksche manoeuvre is moeilijk te zeggen, men
zou geneigd zijn het te gelooven in het licht van de
latere houding der Franschen.

Aanvankelijk – de verandering had 15 Maart 1919
plaats – is zij niet opgemerkt. Maar op 22 April
kwam de Engelsche gedelegeerde met het voorstel,
de artikelen 358 en 359 weer samen te voegen. Direct
bleek toen, dat de Fransche secretaris der commissie
zeer opmerkelijke denkbeelden had over de beteekenis
van dit voorstel: ,,Cet article s’applique
en particu-
lier au .flhin en territoire hollandais
1
).
Par contre,
si on met ces stipulations
A
la f in de l’article (358),
elles ne s’appliqaeron-t qu’au Rhin compris entre les

points limites de la frontière française.”
De Britsche afgevaardigde verklaarde toen, waar-
aan zijn voorstel was te danken: ,,Cette question a été
soulovée par le représentant des Pays-Bas & Paris.
Le Gouvernement des Pays-Bas, ayant eu connaissan-
ce de cette clause, a déclaré que si elle devait être
comprise comme obligeant les Pays-Bas, pour tout
travail è. effectuer en territoire hollandais, A deman-

i) Ik cursiveer.

der l’autorisation de la Commission,
jamais ils ne
l’accepteraient”
1)

Zijn Fransche collega vond dit laatste heelemaal
niet erg: ,,Je crois que s’ils font des difficultés on

aura assez d’autorité pour la leur faire accepter.”

Frankrijk verzette zich met hand en tand tegen het
Britsche amendement, en de commissie was in meer-

derheid niet tot de verbetering bereid, zoodat het

ontwerp onveranderd bleef, totdat op 26 April de

Opperste Raad, op voorstel van Lloyd George, art.
359
wijzigde
in den zin als door Nederland ge-
wenscht: doordat de bepaling haar oorspronkelijke

bepükte strekking herkreeg werd het vreemde gezag

uit Nederland geweerd.

,,La souveraineté eet un principe que nous devons

mettre tout notre orgueil â garder intact, puisqu’il
est la sauvegarde de l’indépendance de tout pays.”
Aldus een Fransch afgevaardigde toen hem even de
vrees bekroop, dat misschien wel aan Frankrjks vrije
beschikkingsrecht over
zijn
binnenwateren zou wor-

den getornd. In haar algemeenheid behoeft men deze opmerking nog niet te onderschrijven om toch te er-kennen, dat
zij
ten volle waar is voor een land, dat

zich tegen de Fransche Rijnpolitiek te verdedigen
heeft.
J. ZAAIJER.

DE INDISCHE MIDDELEN OVER APRIL 1930.

De totale opbrengst sedert den aanvang van dit
jaar van de in
bijgaand
overzicht vermeldé Lands-
middelen bedroeg op het einde van verslagmaand

f
182.520.000 tegen
f
202.448.000 gedurende de eerste
vier maanden van het vorige jaar of
f
19.9 m/m min-
der. In dezen achteruitgang werd
bijgedragen
door
de groep:

belastingen ……ad circa
f
6.418 m/m
monopolies …… . ,,

,,

,,

1.409
producten …….

,, 10.417
bedrijven ……..

,,

1.714

de groep allerlei middelen bracht echter
f
0.03 mfm
meer op.
In verslagmaand werd in totaal
f
67 m/m minder
ontvangen dan in April 1929, welk decres even groot
is als dat in de maand tevoren. Wederom waren het
hoofdzakelijk de belasting- en de productengroep, die
dezen achteruitgang veroorzaakten en wel met resp.

f
2.8 m/m en
f
2.8 mfm.
Het totaal der ontvangsten bleef in verslagmaarid

f
146 mfm en in het afgeloopen 4 maandsch tijdvak

f
54.2 m.m beneden de som der fractioneele ramings-
cijfers. Van laatstgenoemd cijfer komt
f
27.9 mfm
voor rekening van de belastingen en
f
11.8 mfrn van
de producten, terwijl de groepen monopolies, bedrij-
ven en allerlei middelen daarin bijdroegen met ruim

f
1.2 mfm,
f
7.6 mfm en
f
5.6 mfm. T.a.v. de belas-
tinggroep valt daarbij op te merken, dat de directe
belastingen in de eerste maanden van een jaar steeds
belangrijk bij de ramingen ten achter blijven en
eerst in den verderen loop van het jaar ruimer plegen
te gaan vloeien.
Bij vergelijking van de ontvangsten der
belasting-
groep
met die in het vorige jaar blijkt, dat de per-
soneele- en inkomstenbelasting zoomede de verpon-
ding in de afgeloopen vier maanden meer opbrachtcn
dan- in hetzelfde tijdvak van 1929 en wel resp.
f
0.096
rnlm,
f
0.152 mfm en
f
1.93 mfm. Bij de vennoot-
schapsbelasting en de landelijke inkomsten waren de
ontvangsten in dat tijdvak daarentegen resp.
f
2.269
mfm en
f
0.256 m/m minder. De opbrengst der in-
directe belastingen, met uitzondering van die der
accijnzen, bleef ongunstig. De in- en uitvoerrechten
brachten in verslagmaand resp.
f
2.132 m/m en

f
0.215 mfm minder en in de afgeloopen vier maan-
den resp.
f
4.666 m/m en
f
0.877 mfm minder op dan
in dezelfde perioden van het vorige jaar; sedert
1 J’anuari 1930 bleven zij resp.
f
3.504 m/m en
f
1.318

686

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

,mfm beneden het 4/12 deel der jaarraming. Het sta-

tistiekrecht was in de afgeloopen vier maahden even-
eens lager dan in het vorige jaar, en dan de rarning
deed verwachten (resp.
f
0.10 r’ni en
f
0.274 mfm):
De accijnzen brachten in verslagmaand
f
1.083 mini

meer op dan in April 1929; welke vermeerdering tot circaf 1.- m/m haar oorzaak vond in do lioogere op-

brengst der petroleum-accijns. Gedurende de afgeloo-

pen vier maanden was de opbrengst der accijnzen in
totaal f1.963 mfm hooger dan in dezelfde periode van het vorige jaar en
f
0.162 mfm hooger dan het
402 deel der jaarraming. Het zegelrecht bracht ge-
durende verslagmaand
f
0.234 ifm minder op dan

in dezelfde maand van het vorige jaar. In het af ge-
loopen jaargedeel.te bleef de opbrengst van dit recht

f
0.26
mim beneden die in dezelfde periode van het
jaar 1929 en
f
0.326
mini
beneden het 4112 del der

jaarrarning. Aan slachtbelasting werd in totaal
.f
0.135

m/m minder ontvangen dan in de eerste vier maan-
deti van 1929 en
f
0.463 ni/in minder dan werd ge-

raamd.

Bij de
nionopolies
zette de daling der opbrengsten
der opi.umreg:i.e zich voort. In verslagmaand en i.n het

afgeloopen jaargedeelte werd resp.
f
0.461 i/m en

f
1.56 ni/m minder ontvangen dan in dezelfde pe-
rioden van het vorige jaar; deze opbrengsten bleven

resp.
f
0.423 rnfm en
f
1.369 mfm benedeA de, even-
redige gedeelten der jaarraming. De minder gunstige
economische toestand tengevolge van de malaise iii

de batik-industrie en slechten oogst wegens de laat
doorgekomen West-moesson deed daarentegen bij de

pandhuisregie de uitkomsten
stijgen.
Bij dit mono-
polie werd in verslagmaand
f
0.392 mfm meer ont-

vangen dan in dezelfde maand van het vorige jaar

en in de eerste vier maanden van dit jaar
f
1.236 mfm

meer dan in dezelfde maanden van het jaar 1929. In
beide verslagtijdvakken was de opbrengst resp.
f
0.139
m/ni en
f
0.659 m/m hooger dan werd geraamd. De
opbrengsten uit het zoutmonopolie bleven in het af-

geloopen tijdvak
f
1.084 m/m achter bij die in dezelf-
de periode van het vorige jaar, op Java en Madoera
waren zij
f
1.216 m(m lager als gevolg van den over-

gang van den detail-verkoop naar de provincie Mid-den-Java en in de Biiitengewesten
f
0.132 mfm hoo-
ger. De totale ontvangsten bedroegen
f
0.503 •m/m

minder dan het
4112
deel der jaarraming.

Bij de
roductengroep werd de
achteruitgang
t.a.v.

liet vorige jaar hoofdzakelijk veroorzaakt door de
daling van den tinprijs. Deze had tengevolge, dat het
tiumiddel in de afgeloopeiL vier maanden
f
8.615 m/ni

n:iinder pbracht dan in hetzelfde tijdvak van het
vorige jaar en
f
5.919 m/m ten achter bleef bij het
evenredige deel der jaarraming. De opbrengsten der
steenkolenmijnen en der .goud- en zilvermijnen gaven
tegenvallers in vergelijking met die in de eerste vier
maanden van 1929 ad resp.
f
0.09 mfm en
f
0.085 m/m
en in vergelijking met de 4f 12 jaarraming ad resp.

.f
2.152 m/m en
f
0.067 mfm. De steenkolenmujnen

hadden ulto. April 1930 echter nog een bedrag van

f
1.231 mfm aan uitstaande vorderingen. Doordat de
prijzen van djatihont op de veilingen belangrijk ach-
ter bleven bij die in het vorige jaar, bracht het bosch-
wezen in het afgeloopen jaargedeelte
If
1.16 m/m
minder op dan in dezelfde periode van het vorige
jaar en
f
2.845 mini minder dan werd geraamd. Het
decres t.a.v. het vorige jaar bedroeg bij het djatibe-

dri.jf
f
1.284 m/ni; de wildhoutbosschen brachten ech-

ter
f
0.117 mfm meer op. De daling der rubberprijzen
veroorzaakte sedert Januari 1930 een mindere p-
brengt van ‘s Lands caoutchoucondernemiug ad
f 0.508 m/m; deze opbréngst bleef f.0.735 mfm ten
achter bij het evenredig deel der raming. De . kina-

en thee-onderneming gaf slechts weinig afwijkende
uitkomten, de ontvangsten wegens verkoop van kina-
bast zoowel als van theeblad waren iets hooger dan
in het vorige jaar.

De ongunstige uitkomsten der
bedrijven
werden in
de afgeloopen vier maanden tot een bedrag van

(2.615 mfni veroorzaakt door den dienst der S.S. en
Tramwegen. l)e ontvangsten uit het vervoer van

reizigers en bagage op. Java waren in die periode

f
0.616 m/m. en d.ie uit het goederenvervoer ruim

f
2.024 m/m minder dan in hetzelfde tijlvak van het
vorige jaar. De totale opbrengst van dien dienst bleef

f
7.722 m/m ten achter bij het
4112
deel der jaar
raming. De resultaten van çlen dienst der P. T. en T.

waren bevredigend. Hoewel de opbrengst in verslag-
maand
f
0.083 m/m lager was dan die in April 1929,
was zij in de afgeloopen vier maanden
f
0.2 mfm hoo-
gen dan in dezelfde periode van het vorige jaar.. In

deze meerdere ontvangsten werd bijgedragen door de:

posterijen
……..
beer
f
78.000
telegrafie
……..

,,

1.000
telefonie
………

,, 170.000

aan andere ontvangsten werd
f
49.000 minder ont-
vangen. De in bovenstaande uitkomsten begrepen out–
vangsten uit cle radio-telegraf ie en -telefonie waren
resp.
f
17.000 minder, cii
f
9.000 meer dan in 1929.
Het havenwezen gaf in het loopende jaar gunstige
uitkomsten; sedert Januari van dit jaar brachten de
havenbedrjven
f
0.108 mfni meer en het goederengeld

f
0.077 mfm minder op, zooclat in totaal
f
0.63 mfm
meer werd ontvangen dai

i in de eerste vier maanden van 19.29; het 4/12 deel der jaarraming werd over-
troffen met
f
1.1.65 mfm. De uitkomsten van den bag-
gerdienst waren vrijwel gelijk aan die in het vorige
jaar, in het tijdvak Jan.fApril 1930 overtroffen zij
de gedeeltelijke jaarraming met
f
0.236 m/m. De
Landsclrukkerij en de dienst voor W. en E. gaven in

het afgeloopen jaargedeelte hoogere uitkomsten dan
in dezelfde periode van het jaar tevoren, deze bleven
desniettemin nog resp.
.f
0.376 mfm en
f b
.55 mfm
beneden de evenredige gedeelten der jaarraming, aan-
gezien bij die bedrijven immer nog belangrijke bedra-
gen te vorderen zijn.

De ontvangsten ten bate van de groep
a2lerlei
middelen
waren in het afgeloopen 4 maandsch tijd-
vak gelijk aan die in. hetzelfde tijdvak van 1929. Het
verschil met de iaming wordt tot een bedrag van
f
3.5 mfna veroorzaakt door de in deze groep voor-
komende ramingen van winstaandeelen, waarop tot
dusver nog niets werd ontvangen: voorts geeft de
post mijnconcessies een verschil aan van circa
f
2.-
m/m, omdat het vast recht dezer concessies ook eerst
tegen het einde van een jaar wordt voldaan.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE DUITSCHE PETROLEUMINDUSTRIE.

i)r. Karl Hoffmann te Berlijn schrijft ons:

De productie van ruwe olie van Hannover bereikte
in 1929 een hoeveelheid van bijna 104.000 ton.

Tegenover deze . binnenlandsche productie van
Duitschland, die ongeveer 0,05
h
0,06 pOt. van de
ruwolieproductie van de véreld bedraagt, stond in
1929 een totaalinvoer van petroleumproducten in
1)Liitschland van bijna 2,8 millioen ton, ter waarde van
een kleine R.M. 361 millioen. Hiervan was rond
90.000 ton met een waarde van R.M. 7,2 millioen ruwe
olieen ruim 1 millioen ton met een waarde van ruim
R.M. 115 millioen benzine, d.w.z. ruwe, zware en lichte
benzine tezamen. Het zwaartepunt viel op lichte ben-
zine, waarvanruim 713.000 ton, ter waarde van bijna
R.M. 117 millioen, werd ingevoerd. Het belangrijkste
productvan de petroleumindustrie is benzine, omdat
hierop niet alleen do geheele autornobielindustrie,
doch ook de luchtvaart met haar verkeerslijnen berust.
De benzinewinning in Duitschiand, hetzij uit ruwe olie, door raffinage, hetzij door distillatie van kolen,
is vrijwel van geen beteekenis, niet alleen ten öpziehte
vtn den invoer maar ook ten aanzien van de binnen-
landsche productie van zware koolteeroliën. De Duit-
sche benzolproductie, die zich gunstig ontwikkelt, heeft daarentegen in 1929 volgens de voorloopige
ramingen ongeveer 360.000 tonbedragen. Wat echter
de rechtstreeksche omzetting van kolen in lichte olie

30 Juli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

687

d.v.z. de bereiding van olie uit kolen door middel van
hydreering (de productie van z.g. Leunabenzine door

de T. G. Farben) betreft, zoo wordt de jaarlijksehe
productie thans op rond 100.000 ton geraamd, nadat in
:1028 nog maar 30.000 ton van deze soort benzine werd

geproduceerd. :De leek op technisch gebied mag zich
over de ontwikkelingsmogelijkheden van dit buiten-
gewoon belangrijke vraagstuk geen oordeel azumati-
gen. Voor zooverre cii zoolang :Duitschland echter ten

aanzien van de dekking van zijn behoefte aan benzine
en minerale oliën in hoofdzaak van het buitenland

afhankelijk is, heeft het belang hij liet openhouden

van de markt.
* *
*

De beide historische petroieuinconcerns van Duitsch-

land waren de Deutsche Petroleum A. G. (Deutsche
Bank) en de Deutsche Erdöl A. G. (Diskonto-Geseil-
schaft). Door den wereldoorlog gingen haar bezittin-

gen in Roenenië, Gaiieië en in den Elzas (Deutsche
Erdöl A. G.) en de concessie-deelneming van de

:Detitsche Bank-groep ii

i Mesopotamië verloren. :De

Deutsche Erdöl A. G. behield slechts haar bezit in

.Llannover, terwijl de Deutsche Petroleum A. G., afge-
zien van het oliehoudende krijt in IJolstein, feitelijk
niets positiefs bezat. Het verlies in Roemenië beteeken-

de voor de Deutsche Petroleum A. 0% een zwaren slag,
omdat zij dooi de reorganisatie van de Steaua Romana
gedurende de eerste jaren van deze eeuw in
Roemenië een moderne petroleumindustrie in het
leven had geroepen. Overigens bleven de onderne-
mingen voor verwerking, transport en distributie en
de grootsch opgezette verkoopsorganisaties in het be-

zit van heide concerns.
Zij moesten derhalve tot het winnen van petroleum
uit kolen overgaan en werden als het ware kolencon-
cerns; de Deutsche Erdöl A. G. evenwel op grootere
schaal en met beter resultaat. Aan de Deutsche Erdöl
A. 0. behoort èn historisch èn practisch de voorrang
van de productie van oliedervaten door middel van. kolendistillatie. Einde September 1925 sloten beide
groepen zich aaneen; men sprak destijds over de
,,netie Deutsche Oeltrust”. In den laatsten tijd werd
deze verbinding door de fusie van de beide bankgroe-
pen, waartoe zij behoorden, nog sterker. De verwach-
tingen, clie in het begin omtrent de nieuwe Duitsche
petroleumtrust werden gekoesterd, gingen evenwel

niet geheel in vervulling.
Bij de totstandkoming van deze belangengemeen-
schap werd aan de Deutsche Petroleum A. 0. de exploi-
tatie van het zuivere petroleumhedrijf toegewezen,
terwijl cle :Deutsche Erdöl hij de ontginning van kolen-
mijnen en de veredeling van kolen betrokken bleef.
:Bijgevoig ging het eigenlijke petroleumbez:it van de
Deutsche Erdöl te 1-lannover in hande.n van de
Deutsche Petroleum A. G. over. De Deutsche Petro-
leum A. 0% beheerscht met dc van haar afhankelijke
bedrijven evenwel niet de ruwolieproductie van Han-nover. Buiten haar moeten nog de Gewerkschaf t ,,El-
werath”, cie o.ndernemngen van Anton Ralcy, de
,,Ebag” (Erdöl-Bergbau A. CL) en de ,,Nordöl” (Nord-
deutsche Mineralöl A. CL) worden genoemd. Volledige
gegevens omtrent het aandeel van de verschillende
maatschappijen hij cle ruwolieproductie van Hannover

ontbreken.
Naar men zegt, is niet de dochteronderneming van
de Deutsche Petroleum A. 0., maar de Gewerksehaf t
Elwerath” de belangrijkste. Een onlangs tot stand
gekomen verbinding vande ,,Nordöl” met een kleine
Engelsche groep (Haunover Oilfields Corporation)
schijnt men niet van beteekenis te achten. Daaren-
tegen baarde het in April jI. groot opzien, toen de
Amerikaansche ,,Neoc” (North European Oil Co.),
waarachter, naar men zegt, Doherty van de ,,Big In-
dependents” stond, zich niet slechts in Hannover, doch
ook in de aangrenzende streken van Noord-Duitsch-
land door verwerving van nieuwe terreinen trachtte
uit te breiden. Deze zaak is voorloopig weder tot rust
gekomen, doch men dient er rekening mede te hou-

den, dat de Amerikanen en de Engelschen mettertijd
aandacht zullen schenken aan de nog bestreden pro-
ductiemogelijkheden in de Noord-Duitsche laagvlakte.

Naast het concern Deutsche Petroleum A. 0.—Deut-
sche Erdöl A. G. komt alleen de I. G. Farbenindus-

trie als vooraanstaande en belangrijke Duitsche petro-
leumonderneming in aanmerking. Voor zooverre de
1. G. Farben een petroleumonderneming is, is zij door
haar-overneming van Riebeck-Montan – uit historisch

oogpunt – in zekeren zin een indirecte voortzetting

van de vroegere Sti.nnesgroep. De grondslag voor de
petroleumproductie van de 1. G. berust niet meer op

de ruwolieproductie maar op kolenbezit en geestelijke

gaven ni. op chemische capaciteiten, die :in patenten
tot uitdrukking komen. In 11oeverre dit

concern in
de petroleumindustrie van heteekenis zal worden, valt

tiog niet te voorspellen.
Beide Duitsche groepen, cle 1. 0. Farben Industrie,
zoowei als het concern Deutsche Petroleum A. 0.-

Deutsche :Erclöl A. 0-. zijn reeds door haar verkoops-

organisaties internationaal, georiënteerd. De ver-
koopsorganisatie va:n petroleum van de T. G. Farben
is. de Deutsche Gasolingesellschaft. De .1. G. bezit
slechts 50 pOt. van het kapitaal van deze maatschap-
pij, terwijl de resteerendd 50 pOt., ieder voor de
helft in handen is van de Koninklijke Shell en de
Standard Oil Co. of New-Yersey. Beschouwt men nu

deze deelneming van de Standard Oil Co. of New-
Yersey en haar nauwe contractuèele verhouding tot
de I. G. Farhen, dan is de T. G. Farben, als petrol
leumconcern op industrieel politiek gebied, in8’de
richting van de Standard Oil Co. georiënteerd.. (‘Ré
deelneming van de Koninklijke-Sheligroep in de Deut-
sche Gasolingeseilschaft vindt haar verklaring in
haar gewone samenwerking met de verkoopsorganisa-
ties van de Standard op Ae Duitsche markt). Nog beter is een soortgelijke oriëntatie bij het concern

Deutsche Petroleum—Deutsche Erdöl A. G. waar te
nemen.
Na de oprichting van dit gemeenschappelijke con-
cern in den herfst van 1925, werden de twee ver-
koopsorganisaties, di.c mede werden ingebracht, name-
lijk de Deutsche Petroleum-Verkaufs A. G. en de
,,Olex” (Deutsche Erdöl A. 0.) tot de ,,Olex Deutsche
Pdtroleum-Verkaufs-A. 0.” vereenigd. Ingevolge deze overeenkomst vericreeg de Deutsche Petroleum A. G.
cle contrôle hierover. Het scheen echter, alsof deze
onderneming of de nieuwe Olex niet over voldoende
bedrijfskapitaal beschikte. Ten einde zulks te verze-
keren, sloot de Olex-Geselischaf t met cle Anglo-Per-
sian Oil Co. in 1926 een leveringscontract, waarbij
de Anglo-Persian Oil Co. 40 pOt. van het kapitaal
van de Olex-G-esellschaft verkreeg. In het voorjaar
van 1929 was de Angio-Persian
in
staat haar deel-
name in de Olex aanzienlijk te verhoogen, naar men
zegt, tot ruim 70 pOt. Hierdoor ging de contrôle over
de Olex-Gesellschaft van de Deutsche Petroleum A. G.
aan de Anglo-Persian Oil Co. over, die op haar beurt weder door de Engelsche Regeering wordt gecontro-
leerd. Het speciale petroleumconcern van de Deut-
sche Petroleum A. G. (cl.w.z. niet zonder meer het
speciale kolenconcer.n van de Deutsche Erdöl A. 0.)
is thans uit industriëel politiek oogpunt in Anglo-
Persian-richting georiënteerd. Omgekeerd werd de
Olex de Dui.tsehe-Oentraal-Europeesche verkoopsorga-
nisatie van de Britsche Regeeringsgroep.

Ondanks deze verbindingen ligt het zwaartepunt
hij ‘de voorziening van de Duitsche marlct met brand-
stof f en en andere producten van minerale oliën noch
hij de Deutsche G-asolingesellschaft, noch bij de Olex,
maar bij de verkoopsorganisaties van de wereldgroepen
zelf.
:De Deutseh-Amerikanische Petroleum-Geseilschaft
te Hamburg is een oude dochteronderneming van
de Standard Oi.l Co. of New-Jersey, waardoor deze
leidende eenheid van de Standard Oil-groep de con-
trôle bezit van een concern van verkoopsorgani-

688

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

stiês en afhankelijke bedrijven in -geheel Duitsch-

land. De Koninklijke-Shell groep wordt door de Rhe-
nania-Ossag vertegenwoordigd, die ontstaan is door

fusie van de ,,Mineralölwerke Rhenauia A. G.” te
Dusseldorf, een dochteronderneming van de Konink-

lijke-Shell, met de ,,Oelwerke Stern-Sonneborn A. G.”
(Ossag) te Hamburg, waarover de Koninklijke-Shell

in 1924 de contôle heeft verworven. Daarna volgen
pas de Olex, de Deutsche Gasolingeselischaft en de
Aligemeine Oelhandeisgeseilschaft (Oelhag). Bij de

Oelhag, te Hamburg, die in nauwe relatie staat met

de llanielgroep, is weder de Atlantic Refining Co. iii de Vereenigde Staten betrokken. De Atlantic Ref in-

ing Co. behoorde officiëel tot de voornaamste maat-

schappijen van den ouden Standard Oil Trust, voor-

dat deze in 1911 door den rechter werd ontbonden.
In den laatsten tijd werd haar verhouding tot de
Stahdard-groep losser. Geheel onafhankelijk en in een

zekere tegenstelling met deze Angelsaksisch georiën-
teerde ondernemingen staat de Russische groep: de

Deutseh-Russische Naphta-Gesellschaft (Deruuapht)

te Berlijn met de handelsonderneming van de ,,Derop”
(Deutsche Vertriebsgesellschaft für russische Oelpro-
dukte A. G.). De Derunapht is het buitenlandsche

agentschap van de Sowje-Russische petroleumindus-
trie voor Duitschland, Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije,

Joego-Slavië 6n Scandinavië.
Behalve deze groote verkoopsorganisaties in de

minerale
olienijverheid,
met welke men in Duitsch-
land rekening heeft te houden, bestaat nog het geheel
onafhankelijke Benzolverband. In Maart 1928 sloot

het Benzolverband met de groote benzineverkoopsor-
ganisaties, in de eerste plaats met de groep van de
DeutschAmerikanische Petroleum-Geselischaft en de

Rhenania-Ossag, een ,,conventie”, welke op we-
derzijdsche leverings-ovemenkomsten berust. Kort
gèleden optstond over de noodzakelijk geworden ver-
nieuving van deze overeenkomst oneenigheid.
De Angelsaksische invloed op de voorziening van de

Duitsche markt met minerile oliëii overtreft in om-
vang dien. van de rechtstreeksche verkoopsorganisa-
ties der groote groepen, terwijl de Angelsaksische ver-
k’oopsoranisaties zich anderzijds niet tot de vermelde
groote concerns bepalen. Als beslissende factor komt hierbij, dat het meerendeel der talrijke Duitsche mid-
delmtige en kleine handelsfirma’s, hetzij middellijk,
hetzij onmiddellijk, zijn goederen uit het buitenland
betrekt en wel vaak uit Noord-Amerika. Zij zijn hier-
van vaak indirect afhankelijk. Zoo is bijv. het kapitaal
van de bekenle firma Julius Schindler G.m.b.H. te Hamburg voor 49 pOt. in handen van het Pure Oil
oncern, een van de Amerikaansche ,,Big Indepen-
dents”. Bovendien bezit het Pure Oil Concern in Ham-
burg een eigen maatshappij, die denzelfden naam
draagt, evenals de Atlantic Refining Co. naast haar.
deelneming in de Oelhag een eigen maatschappij, de
,,Atlantic Refining Co. of Germany”, heeft. Tenslotte bezit zelfs de V.cuum Oil Co., een van de belangrijk-
stO maatschappijen van de Standard Oil, ondanks het
bestaan van de Deutsch-Amerikanisëhe Petroleum-Ge-
seilschaft, de ,,Deutsche Vacuum-Oelgesellschaft” te
Ham1urg. Eerst vérleden jaar richtte het Sinclair
concern de ,,Deutsche Si nclair-Petroleumgésellschaft”
te Keulen op, waaraan evenwel nog geen bijzondere
beteekenis behoeft te worden gehecht. Alles welbe-
schouwd, is behalve-de door de Derunapht gecontro-
leerde maatschappijen alleen een Roemeensche groep,
die voornamelijk in Beieren afzet, bij den verkoop in
D ui tschland ,,onafhankelijk” van den Angelsaksischen
en Nederlandschen invloed. Op grond van het hieuwe
Duitsch-Poolsche handelsverdrag van 17 Maart 1930
verwacht men mettertijd een grooteren invoer van

Galiciche petroleurnproducten, die wellicht een gun-stigen invloed op de Duitsche markt zou kunnen uit-

oefenen.
* *
*

Volgens de ramingen in de pers, zouden de Stan-
dard Oil en de Shell ongeveer 60-70 .pCt. van

het ‘erruik aan brandstoffen in Duitschiand in-

voeren. ) Deze berekening, waarvan de juistheid hier
niet kan worden nagegaan, leidt tot het vraag-
stuk van. de mogelijkheid van een staatsmonopolie

voor benzine voor de beide wereldgroepen tegen een
leening van rend R.M. 1 milliaid, een vraagstuk, dat
in Februari en Maart ji. buitengewoon levendig werd

besproken. De grondgedachte hiervan is. geenszins

nieuw. Het denkbeeld van een monopolie der Duit-
sche petroleumindustrie dateert oorspronkelijk reeds
uit de laatste jaren v66r den oorlog. Al kan het op

het oogenblik weder als afgedaan wôrden besclouwd,
toch is het mogelijk, dat het tengevolge van de finan-
ciëele
moeilijkheden
van het Rijk spoedig weder op
den voorgrond treedt. ‘

Indien de uitoefening van een dergelijk monopolie
aan de beide wereldgroepen, d.w.z. practisch aan de

Deutsch-Amerikanische Petroleum-G-esellschaf t en
Rhenania-Ossag, zou .worden opgedragen, dan kan men

zich gemakkelijk voorstellen, dat deze monopoliehou-
ders met de Olex (Anglo Persian) en de speciale

Deutsche Vacuumgeseilschaft (Standard) tot een fusie
komen. Overeenkomsten met de Deutsche Gasolinge-seilschaft op commercieelen grondslag zouden even-

eens voor de hand liggen of mogelijk zijn. Men kan
zich ook voorstellen, dat de monopoliehouders moeite
ullen doen om tot overeenstemming te geraken met de groep Oelhag—Atlantic Refining en de Pure Oil-
groep. Evenwel geldt de Atlantic-Refining, afgezien
van haar deelneming in de Oelhag, als ,,outsider” bij de voorziening van Duitschiand. Een blijvende rege-

ling met het Benzolverband zou wel niet onmogelijk,
doch in ieder geval veel moeilijker te treffen zijnl De kleine en middelgroote handeisfirma’s in de Duitsche

nijverheid voor minerale oliën zouden ehter geheel
en al worden uitgeschakeld. Overeenstemming met de
Roemeensche en in de eerste plaats met de Russische
groep kan men zich evenwel niet voorstellen.
Volgens een opvatting in
{
Daitsche kringen, die
met de DeutschAmerikanische Petroleum-Geseil-
schaf t in relatie staan, zoi.iden de kosten ‘voor den

aanlegvan nieuwe inrichtingen, welke die van de tot dusver concurreerende ,,andere, en kleinere verkoo-
pers” moeten vervangen en overtreffen of de kosten
voor schadeloosstelling van deze concurrenten en voor

de overneming hunner fabrieken ongeveer Mk. 200-
300. millioen bedragen. Wie zal deze kosten dragen?
De wereldgroepen, resp. het door haar te vormen
consortium als gevolmachtigd houder van het mono-
polie, of het Rijk als rechtssubject en borg voor het monopolie, dat om zoo te zeggen kant en klaar zou
moeten worden uitgereikt.
Voorts moet men er rekening mede houden, dat
een overeenkomst op commercieelen grondslag tus-
schen de mondpoliehouders en de Deutsche Gasolin-
geseilschaft, die men zou kunnen veronderstellen, in
strijd zou zijn met de op basis van de productie afge-
sloten overeenkomst tusschen de T. G. Farben en de
Standard Oil Co. of New-Jersey. En hierdoor zou
het in strijd zijn met de volgens de overeenkomst
gegarandeerde speelruimte, voor de ontwikkelingsmo-
gelijkheden van de bereiding van petroleum uit kolen
in Duitschland. –
* *
*

De relaties tusschen de I. G. Farben en de Standard
Oil Co. of New-Jersey dateeren van 1925. Na lang-
durige onderhandelingen sloten zij in den zomer van
1927 eerst een patent- en studie-overeenkomst; de
thans van kracht
zijnde
overeenkomst, waarvan de
grondbeginselen reeds in het voorjaar van 1929 ge-
reed zouden zijn geweest, werd beiderzijds op 23 No-
vember 1929 te New-York en te Berlijn officiëel be-
kend gemaakt. Volgens dit verdrag wordede paten-ten voor de hydreering van kolen en petroleum van
de I. G. Farben-Industrie A.-G. en de Standard Oil.

i) Zie
,;Tagliche Berichte Ober die Petroleum.Inclustrie”,
Weenen en. Berlijn,
Jrg. 1930, No. 51.

30 Juli 1930

ÉCÔNOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

689

Co. of New-Jersey voor -de geheele wereld, mt uit-
zondering van Duitschland, door een maatschappij

overgenomen, welke zich in het gemeenschappelijk
bezit van beide partijeh bevindt. Deze . maatschap-

pij, die de pateuteh buiten Duitschiand in bezit
1

eeft en ze niet zelf exploiteert, dobh alleen ,,con-

troleert”, staat harerzijds weder onder de contrôle
van de Standard Oil Co. of New-Jersey en draagt den
naam van Standard 1. G. Company. Voots werd een

speciale overeenkomst overwogen voor – de door – de

i:. G. Farben-Industrie £ 0′. vervaardigde benzine
vooi de Duitsche markt, onder voorwaarden, welke
de belangen van de 1. G. Farben Industrie A.-G. waar-
borgt. Hierdoor is aan de 1. G. Farben voor haar

Leunabenzine in Duitschland bedrijfstechnische en

economische zelfstandigheid verzekerd, terwijl een
aparte Standard Oil Development Co., die wederom
met de tëchnische leidihg van de I. G. Farben-Indus-.
trio moet samenwerken, voor de practische toepassing

der patenten in de Vereenigde Stafen zal zorgdragen.
De indruk, die wellicht kan postvatte, dat de I. G.
Farbeu-Industrie waardevolle Dui tsche geestesgaven
aan het buitenland heeft verkocht, is niet slechts
oppervlakkig, doch getdigt tevens van miskenning
van den werkelijken stand van zaken.

Het zwaartepunt voor de Standard Oil Co. ligt

niet in de bereiding van petroleum uit kolen, doch op gausch ander. terrein. De overeenkomst heeft betrek-
king öp de patenten voor de hydreering van kolen
én
petroleum.
Door deze redactie wordt de nadruk
elegd op het essentiëele van de zaak,
nl.
dat het
hydreeringsprocédé van de 1. G. Farben niet slechts
kan worden toegepast voor de omzetting van kolen in
lichté olie met benzine als eindproduct, doch tevens
voor de omzetting van zware flatuurlijke aardolie,
d.w.z. asfalthoudende ruwe olie, stookolie of residu’s in asfaltarme en benzinehoudende destillaten. Zooals
het hydreeringsprocédé in staat zal zijn de andere
procédés van kolendistillatie voor de winning van
petroleumderivaten uit kolen technisch te overtref-
fen of deze door economische ontwikkeling nog ver-
der zal – ovèrtreffen, overtreft het nu reeds devroe-
gere procédés voor de raffinage van ‘aardolie. Op
grond van de gemeenschappelijke patent- en studie-
overeenkomst van 1927 had de Standard Oil Co. of New-J’ersey een bedrijf voor het doen van proefne-
mingen te Baton Roiige (Louisiana) opgericht; in
den voorzomer van 1929, toen de nieuwe overeenkomst
reeds werd voorbereid, maakte het officiëele orgaan
van het Standardconcern ,,The Lamp” melding van
het resultaat van de daar gedane onderzoekin-
gen, nl. dat ,,de verkregen hoeveelheid gasolie

of benzine practisch 100 pOt. bedraagt, d.w.z. dat
door hydreering uit 100 vaten stookolie of residu’s
100 vaten gasolie of benzine kunnen worden verkre-gen”. Thans worden te Baton Rouge, Bayway (New-
Jersey) en Baytown (Texas) grôote bedrijven voor
proefneming opgericht. –

Inderdaad heeft de Standard Oil Co. of New-Jer-
sey de concurrentie, die voor haar uit het hydree-
ringsprocédé op het gebied van raffinagetechniek en
wellicht ook op het -gebied van de bereiding van petro-
leum uit kolen had kunnen ontstaan, door haar over-
eenkomst met het I. G. Farben-concern niet slechts
voorkomen, doch tevens productief gemaakt. Want nu
zal de Standard de overige verwerkende industrie in de Vereenigde Staten mettertijd economisch te
gronde richten, hetzij door geleidelijke matzetting
tengevolge van het technisch overwicht van het hy-
dreeringsprocédé, hetzij door de overige verwerkende
industrie van de Vereenigde Staten financieel a:f
hankeljk te maken, door deze aan de toepassing van
de I. G. patenten, die door de Standard I. G. Oom-
paay kunnen worden afgestaan, te doen deelnemen.
Met vrij groote zekerheid mag men aannemen, dat dit
laatste zal plaats vinden. Want met het doel om de
patenteu in de Vereenigde Staten te verkoopen werd
kort geleden de I-Iydro-Patents Co., een bemiddelings-

in’stituu in het ‘leven geroepen, welke als dochter-
maatschappij van de Standard Oil Development Co.’

voor alle Amerikaansche belanghebbenden toeganke-

lijk is, terwijl zij door de licentierechten financiëel
aan de Standard I. G. Gompany verbonden is.

In’het kort is de toestand op het oogènblik aldus. De.

Standard Oil Co. of New-J’ersey heeft zich in principe
een vooraanstaande plaats verzekerd in de raffinage-industrie en tevens een rechtstreeksche contrôle âver

de verdere ontplooiing van de bereiding van petro-

leum uit kolen volgens het hydreeringsprocédé over’

de geheele wereld met uitzondering van Duitschland.

Maar o.ok het I. G. Farbenconcen heeft door de
overeenkomst met de Standard Oil Co. of New-Jer-

sey eveneens de concurrentie voorkomen, die de we-reldgroepen stellig aan de ontwikkeling van zijn pro-
cédé ter bereiding van petroleuni uit kolen in den
weg zouden hebben gelegd en zij heeft dit zelfs langs
een omweg winstgevefid gemaakt. In de tegenwoordige

phase van enorme overproductie in de wereldruwolie-

productie zou het ‘de wereldgroepen gemakkelijk
zijn gevallen om de in wording zijnde Leunabenzine

in de kiem te smoren. Anderzijds kon de I. G. Farben-
Industrie, wier petroleumindustrie niet op ruwe olie
berust, met de toepassing van’ het hydreeringsprocédé

voor raffinagedoeleinden uitsluitend voor zichzelf en
zonder aansluiting bij een van de groote aardoliegroe-
pen nauwelijks iets beginnen. Door samenwerking met
de Standard Oil Co. of New-Jersey kan zij dit pro-
cédé in practijk brengen. Gelijktijdig participeert zij via de Standard I. G. Gompany, waarvan zij deelge-
noote is, aan andere patenten, die de Standard Oil

Co. of New-Jersey mocht verkrijgen. Hierdoor werd
een wetenschappeljké rivaliteit verhinderd, die in
Amerika had kunnen beginnen. Tevens werd een riva-
liteit van Engelsche zijde voorkomen, doordat de
Amerikaansch-Duitsche belangengemeenschap Stan-
dard-I. G. Farben met de Imperial Ghemical Indus-tries Ltd. een overeenlçomst trof:’ ,,for cooperating
and pooling knowledge”, zooals Lord Melchett op 2 April 1930 op de jaarljksche vergadering,van de
Engelsche cherhische trust heeft medegedeeld (Man-
chester Guardian ,,Gommercial” d.d. 1 Mei 1930).
Lord Melchett sprak hierbij feitelijk niet van kolen-
h,ydreering, doch van de voortbrenging van waarde-
volle petroleumproducten op commercieelen grondslag.

Zelfs de Koninklijke Petroleum Maatschappij stelt,
volgens haar laatste jaarverslag, groot belang in het
hydreeringsprocédé. Volgens haar moeten alle uit-‘
vindingen en verbeteringen in één enkel centraal,
lichaam worden onder-gebracht, opdat dit procédé op zoo ruim mogelijke schaal kan worden aangewend.
1)

Het is niet aan te nemen, dat de Koninklijke aan de
patenten, waarover de Standard 1. ‘G. Oompany thans
de beschikking heeft; slechts als licentieh’oudster wil
deelnemen. Daar zij harerzijds groote belangen bezit
bij heel moderne Amerikaansche raffinageprocédés,
is het veeleer waarschijnlijk, dat zij een same’nwer-
king van verstrekkeiide beteekenis ‘tot stand wil
brengen. Lord Bearsted gaf op de ‘laatste jaarlijk-
sche vergadering van de Shell Transport & Trading
Co. hierover de volgende verklaring: ,,Alle evarin
gen en patenten van de ‘drie groepen zullen worden

690 .

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

uitgewisseld; alle vraagstukken van chemischen aard

zullen gemeenschappelijk worden opgelost.” De uit-
werking van de Amerikaansch-Duitsche belangengo-
meenschap Standard-I. G. Faben schijflt zich juist

door deze op komst zijnde overeenstemming met de

Engelsche en Nederlandsche groepen meer en mee:i:
tot de stichting en organisatie van een wereldmono-

pol ie voor petroleumhydreering te willen uitstrekken.
– [ntusschen zullen aan de I. G. Farben uit de op-
brengst vn haar patenten in Amerika en elders geld-
middelen toevloeien, clie haar in staat zullen stellen,

thans ook de bereiding van petroleum uit kolen vol-

gens het hydrèeringsprocédé economisch tot volle ont-
wikkeling te brengen. Door deze geldmiddelen en. de
bevoorrechte plaats in Duitschland, die- aan cle I. G.

Farben -bij de overeenkomst word gegarandeerd, krijgt
het hydreeringsprocécl( in Duitschiand feitelijk pas
speelruimte en vrije lucht. Deze speelruimte blijft
evenwel slechts tot Duitschland-beperkt. Doch binnen
cle grenzen van de overeenkomst liggen de technische

en materieele voorwaarden voor ontplooiing. Of men
eeis zoover zal komen, dat de productie van Leuna-

benzine in de Duitsche behoefte zal kunnen voorzien,
kan de leek niet beoordeelen.
Zou het echter eens zoover komen, dan zou dd

-Stanclard-I. G.-overeenkomst haar invloed moeten aan-
wen den, opdat de Detitsch-Ameri kahische Petroleum-
Geselischaft met alles, wat haar behoort, de Duitsche

markt verlaat en aan de,I. G’.-productie afstaat. Het

is niet mogelijk om de diepere beteekenis van de

Standard-I: G.-overeenkomst en de gedachte van een
rijkshenzi nemonopolie, dat aan de Deutsch-Amerika-

ni.sche Petleum Geselischaf t, de Rhenania-Ossag en
haar aanhang zou moeten worden opgedragen, met

elkaar in overeenstemming te brengen.

BOEKAANKONDIGING.

Dr. Max de Vries: Heuiger Protek-
fionisrnus in der Weltschiffahrt. Wil-

helm Christians Verlag, Berlin 1930.

Een niedewerker schrijft ons:
Het is een hachelijke onderneming een beschrij-

ving te geven van den huidien stand der scheep-

vaartprotectie iii de verschillende landen, eensdeels
omdat het meestal niet mogelijk is uit volkomen be-
trouwbare bron met cijfers gestaafdê gegevens over
den dmvang der regeerings-bemoeiingen te verkrj-
gen, anderdeels omdat de gegevens, die verkregen zijn,

snel plegen te veroudeien in verband met het voort-
durend proces van verandering, waaraan de aan de
• shepvaart verleende bescherming onderhevig is.
– Wat voor dit jaar geldt, gold het vorig jaar nog niet
en zal AVellicht het volgend jaar reeds niet meer gel-den. -.Duie nioèilijkheid doet zich vooral gevoelen bij
eèn onderzoek als door Dr. Max de Vries ingesteld,
hétwelk zich in hoofdzaak bepaalt tot een copilatie
van aan verschillende, meestal indirecte (couranten,
tijdschriften e.d.) bronnen ontleend feitenmateriaal,
waLrvan niet blijkt, dat de schrijver zich van de juist-
heid en volledigheid heeft kunnen overtuigen. Daar
dee cijfers zonder veel commentaar werden dpge
• soiiicl, geven zij bovendien slechts een beperkt inzicht

in de beteekenis, welke de verleende bescherming voor
ieder bepaald land heeft. Immers een ,juiste beoor-

deeling
is
slechts mogelijk na een beschouwing van
de geheele economische structuur van het betreff en-
de land en de ontwikkeling van zijn nationale scheep-
vaart in het algemeen en van de financiëele positie

en hestaansmogelijkheden van de gesubsidieerde
scheepvaartmaatschappijen in het bijzonder; eerst dan
zou kunnen worden vastgesteld welken invloed het
• protectionistische streven uitoefent en welk percen-
tage van de nationale scheepvaart rechtstreeks van
de verleende bescherming âfhankelijk is. Cijfers op
zichzelf zeggen nog weini; zij moeten worden gezien
– in verhouding tot de exploitatiekosten, winsten en,
verliezen der reederjen en de kosten van nieuwen

aanboiw,. waarbij bovendien rekening is te houdeia

met liet bezwarend karakter ‘an vele voorwaarden,
die aan het verkrijgen van staatssteun verbonden zijn.

])e schrijv er leidt zijn overzicht in met korte be-

schouwingen over de vormen, aanleiding en oorzaken
van de steunverïeening en eindigt met een.hoofdstuk
over gevolgtrekkingen en toekomstaapect, welke uit

het voorafgaande. zijn af te leiden. Hij doet zich hier-

bij kennen als een tegenstander van bescherming,

zonder echter
zijn
standpunt op een goed geargumen-

teerd betoog te fundeeren, en duidelijk te onderschei-
den cle vele theoretische en practische vragen, -die

zich voordoen, waar het- betreft steun aan de scheep-

vaart, een bedi-ijf, in welks bloei van ouds edn element

van nationaal prestige gezien wordt Zoo wordt niet
ingegaan op het verschil in beginsel, uitwerking en

economisch nut tusschen subsidieering en vlaghevoor

•rechting, tusschen mailcontractei tot instandhouding

vaia een geregelde verbinding met de koloniën en liet

verstrekken van koedkoope leeningen aan elke na-
tionale reederij. Ook wordt voorbij-gegaan de princi-

pieele vraag, in hoeverre steun aan vericeersmiddelen

van staatwege nuttig of wenschelijk is (te vergelij-

ken bijv. staatssteun aan spoor- en’ tramwegen, vlieg-

diensten e.d.). Aan het slot wordt de eenige hoop op
afschaffing van het subsidiesysteem op Genève ge-

steld. Nu meer en meer door belangrijke zeevarende

landen als de Vereenigde Staten, Frankrijk, lialië,

Japan e.d. de bevordering der nationale scheepvaart nagenoeg als staatszaak wordt beschouwd, hetgeen

weér geheel samenhangt met de in het algemeen door
deze landen gevolgde handelspolitiek, is inderdaad

slechts van een eventueele Volkenbondsactie heil te

verwachten. Op overtuigende wijze zullen echter eerst
moeten worden aangetoond de verderfelijke gevolgen
van den overheidssteun, niet slechts voor de scheep-
vaart van andere, niet subsidieerende landen – dit
is duidelijk genoeg -, maar ook op den langen duur

voorde scheepvaart.van de hetrokken,landen zelf.
Het zou nuttig zijn indien ter voorbereiding hier-
van door eek internationaal lichaam van naam een

uitgebrei.d en grondig onderzoek naar dit vraagstuk

werd ingesteld. –

MAANDCIJFERS.

RIJKSPOSTSPAARBANK.

APRIL
I

1928
I


1929

1
1930

Enlagen ……….
.
.-.
f

8.774.091

f

9.60.407

f

9.828.567
Terugbetalingen
. . .
,,

11.841.536
,,

12.403.473,,
12.431.713 regoed der inleggers
328.443.114 339.788.949 353.673.852
t’7
om. bedr. der uitst

staatsschuldboekjes
op

ultimo ……….
42.362.450
,,

42.244.300
43.006.250
Spaarbankboekjes:

op ultimo ………..

Aantal nieuw uit-
gegeven …….
8.579
9.162
9.182
Aantal

geheel

af
betaald
7.918 8.283
7.876
Aantal in
omloop
op
ultimo 2.052.971
2.083.096
2.120.650

GIRO-OMZET BIJ DE NEDERLANDSCHE BANK.

April 1930

11

April
1929

Posten
I

Bedrag

11
Posten
I

Bedrag

Voor reke- ninghouders
50.581 f3.215.5I7000 57.664 f3843.213.000
waarvan door


de 11.-bank plaatselijk

38.120 ,,2.830.063.000 44.273 ,, 3.424.740.000

Ter voldoe-


ning van
Rijksbelast.

1.842 ,,

13.984.000 1.785 ,,

11.597.000

00
00)
4010000
041
0
0)004010

1
041
0100
It
Ht-C4)01
4
10
’41
4
0000
4
1’C40

4
II
ll.++
+

0
041041
t-00010
t-

440
t

100
4
010
0)
to
100)
t-00C40
00

04)
+
II
11+1
+.
0
4
0
040
0)000
t-
0)
0(0
0100
04)
041
t-
.4t-
,

10
t-
0
0
c41ci cz
c
1(010
0411(0(00).
04)

t-
0Id
,

10t-0)-.’
00
041
t-00
t-t-4000
4
1
)
000
0010C41 4
t-


041
041 01 –
0)01
1
+1
+ + + +
+
00
0)
0)0) (0041
00
04140’1040t-
0
(0
Ic
0(000

CO

t-
01

.+
.
+
++.+
+

(0
00
00
t- 0)
I
t-
0

l
(0
t-
041.
-4
0
0-
0cO’0cj

cc


4
CO

4
Co
104
000)
0410)00
041

(1) (1)
000400
‘0
‘I
(0
00(0


0) 0)

041

1C)
0)
f1
0101
Cd’cd
11
‘0401
-0410)
+
II
Il++
+
z
c
– –

•coo-,
o 0
04010
0)C00
0
4
0
o
cc
4t-104
104
UZ
0)10040(0
41
00
+
II
I

I + +
+

10
0l
00001.0)
0
Z
O

4
CON
1Co
00C4100
000.N
00
0
1
0
0101
(000041t-
cd

0) CO

l

0 .00
t-

0)
t-041
00000)0
l
Z
041
00

I
0)041

4
0
0)
0)
40411(0
0000t-
(0
4
01
•Cdoo
ci
40
CO
0(0
01

-0

Z
+
+1
l+++
+
00
(00)
041

4

t-

Cl)
0
00
0040
0 t- t- 00
(0
00
04)0)
C41t-0000
t-

10
0O01
‘o
(0(0
0(00
041
—4

+
+1
+
co
t- o
000400) t-

00
t-
C10
0004140
0
041
‘0041
’41
4
0)

l00

CO
1(000
(0(0 t- to

(1)
041(0
0400
4
z

cc
4000’i

:
:-
0
0.
>
:::::::::cd:

0)

………….

Z

:
:

4
0•
4.’-4

………..
.’

.

.

.0)

.

.
.0)

.

.

.bO

:.


0.’

.

.0

Qb

04.’

cd

0)0.00

0)
:-

cd

:

4
0.
0

3C40()

)’

cd

)


:.

0
0

•’

o’

4.’

ce

0
0

1
30 Juli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

691
1

d
f)

z

pq

t1

z

0
t-
0

0

0
–t

c

4

‘cq
N


1+1+

+
1
000 m w CO 0 CO

m

m 110 CO w

C’

0000 M m 0001C

4
00
O
0
cl xq CR 0

c~
N

to
I-
M.
I-
4o N

00
c

C’l
0
‘..c’io.jcsjc’j
C6
Cl
0
G)
‘4.


00

.
lI+lllIlIj!+Jl

II

cd
00
00
0100

4
,
00

00

-0 00 0
0 cq 0 00 0 ‘d
4

0
o
t-
0
o

r1
cli c’ c’ c’

cli
t-

01 0

c1l ICS 00

00
cq

.
00

2
000
00.-c’.-i000-000

0

0
cli
0 C’1

0 0) 0 0) 00

C4
0




000000000Ccd40N40c0

00
c00


10
.

•4
00

– )0 C1


t-


4

++T+++++

1 1 + 1 +

+
0
©
0) 00 00

4
0 00 0) 00 00 0) C

10 0 0)

0)
Co
10
00
t- 0)
CO

t- ‘c14 –

40

l

4
00

t-
40 00
0 0)

Cl

00

t-
C’

0)

to

0
0)
ci
00

10 0 0)

t-
0)
od

(m
.0’1

C’1-4

01


01

.
l+++l+++I

Hl+l

1

0)
0 t- CO 00 10 00 t-
‘cl
‘0 00 40 01
0 t-

00
10 0)

l

‘4

00
C
0
t- t-

00

01

t-
t- 10 0

00
4 0000
t- 01 01 00 0) 10
10

4 10
00

01
0)
0)
040
0)
00t-.-C4000

0
cd

00 0)

10 00

4
00

10 00

t- 01 CO

00
4
00

t-

0

t-

00

0)
10 404 10 00 00 00

104
t- 0) ‘0 00 00 00

t-
00

ci
00 t- 0) M. 01 t- 01
104

00
‘0

440
N

)00t-

04001000)

00

CR
0)

404000040.-iC0C40410t-
00
1000

01

0
4
)
M

-a
Tl
1

l+l+++l++++i+

++
0-
cqoo01.-
,
.00’0’0-4t-

00
0
o
00
0 404 40
CO 0
4
)
00

4
00-4 0)
0 t- ‘d

0
4
00

0
01
00 0 0)

00 01 40 0000
,

4 4
0 00 10
01

0)

40.-

Cd
4
cd
10



1

+i+++i

+1+1+

+
1

cd



CO 0
104
0 00 00
10

01 04) 00 0)
t- 40

t-
0 10 0) CO 0
0 0) 00

0) 01
0 CO

04)

0
0

0)

©000
0)C4)01

t-

C
CS010cd

‘411

t- 40

0000 CO 040 10 –

01 (0

l

4

0101

4

o
0

l 0
.

0 0) 01 CO 0) CO
t

0
0 0

041

01 10 0) 0)
0 01

0)

t- .0.41 m ‘0 w

0

C410000C
&00004)-0000

0
040
0
cd–,
40 0 –

CO 04) 01 01 4
,
J –

‘414 040
t-

CO
0
04)0

04000

00



041
00


++l+

±+
0
014100l00000000c4101

©
cd
100t-0100100t-0010.00

40
o
o
0)
t-

4

C000 100000410 It
000410

0)
040
t 10 0

041

‘411 t-

(0

4

04)
00


l+++++++I+l+l+±±

Z
(0
0) ‘0 t- ‘414 00 0) 0 040 00 0

t- 00 ‘411

1()
CO
0
C41t-0coot-

401000

4

040
01C
0000)-4t-10(0

4
043
0)

00t-0
‘4’0’0
0)
0

041
t-
00

00

0
41
cc
0410
—4
‘0

0)

t-

..
…………
04.

••••••••••••••

………….

111

:.’

:

:-°

:

:

:

:

:

:

😮
cd

0
)

.

.0).
o

000

•v0

d

• •

:.
cd

Pi

fl’

g.

692

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 iu1i 190


S

OVERZIORT.VAN DE INDISCHE MIDDELEN.

(In Guldens).

Apni
1930

le vier
maanden
1929

le vier
maanden
1930

Belastingen.
Pachten inal. pandhuizen
3.755
48.182 48.529

Invoerr. mci. Landsgoed
6.312.416 27.228.646
31.894.858

Uitvoerr. mcl. Landsgoed
876.898
3.218.350
4.125.851
4.511.043
15.269.413
13.306.413

Andere ontv. T. U. en A
22.190
107.495
100.728

Statistiekrecht

………449.300
1.858.612
2.049.257

Personeele belasting
420.217
1.274.588 1.178.080
Inkomstenbelasting …..

.

3.1 52.754
14.166.086 14.013.098
Vennootschapsbelasting
492.578
6.213.677
8.482.925
Oorlogswinstbelasliug
.
1
).-30.496
1
)-104.422
787.593
Opgeheven productenbel.
.
1)-28.329
1)
.

23.709
1)_

8.405
282.478
2.653.889
723.637
Recht van openb. verkoop.
301.145
977.006
834.351
Zegelrecht ……………
1.308.818
4.457.308
4.7 18.276
Overschr. van vaste goed.
184 929
789763
926.428
Recht v. succ. en overgang
20.919
131.829
808.568
Vergunning speeltafels ..
10.725
37.928
44.690 485.880
2.036.458
2.172.364
Bijzondere bel. buitengew.
12.033
45.307 74.114

Accijnzen

……………

9.619
25.708
19.424
Landelijke inkomsten….
1.994.368
4.241.6.99
4.497.776
Belasting op loterijen….
750
2 236
305.360
20.794.590 84.686.049
91.104.515

Verponding ………….

Totaal….

Monopolies.
2.913.016
11.978.715
13.539.686

Slachtbelastingen ……..

1.082.011
4.611.299 5.695.458

Hooidgeld …………….

2.006.306 8.128.266
6.892.196

Totaal
6.001.333 24.718.281
26. 27.340

Opium ……………….

Producten.

Zout …………………
Pandhuizen

…………..

189.586
139.385
Landscaoutchoucbedrijf
.40.900
1.520.826
2.029.422
Kina

……………….87.855

1.303.357
4.766.270
5.933.635
Boschwezen

…………..
437.287
522.852
Goud

……………….106.304
Tin ………………..
.2.418.926
]0.615.476
19.230.625
Steenkolen ……………
1.195.630
3.670.814 3.761.607

Totaal
5.552.972 21.200.259
31.617.526

Bedrijven.
1.216.329
6.103.924
5.473.057
391.453 1.423.999 1.504.753
27.555
.

54.937
51.428

Havenwezen …………..
Baggerdienst ………….

Post.,Telegr..enTeldienst
2.509.015 10.568.803 10.368.729
Landsdrukkerij ………..

Spoor. en Tramwegen
5.152.901
21.377.483 23.992.899
Waterkracht en Electricit
198.215
514.566
367.143

Totaal ….
9.495.468 40.043.712 41.757.809

Allerlei middelen.
Aand. ijd. winstN.V. ,,Gem.
Mijnb. Mij. Billiton”


Aandeel i/d. winst van de
Javasché Bank ……..



152.186 1.693.303
1.423.920
15.051
129.292
159 564
Boeten en verbeurdverki
161.862
498.970 493.629
Leges en salarissen, ont-
vangen d. de griffiers

vId.
versch. rechtscoll
34.442 139.730
137.341
Heffiog terzake van gesl.
werkovereenkomsten
43.820
232.649
233.412
Opbr. Wees. en Boedelkam
50.962
240.809
300.475 33.722
160.506
130.744
Afkoop heerendienst. B.G.
603.362
2.306.891
2.274.293

..

1.775.082
1.644.188

Afstand van grond ………
Mijnconcessies …………

Ontv. groote

ziekenin-
.

9L002
richtingen en krank. zinnigengestichten ….
351.656
277.204
IJ k van maten en gew
48.729
156.216
136.000

Kadaster

…………….

Verk en verh. van huizen
194:1399
758.537 715.042

Schoôlgelden

…………488.489

Ontv. waterleidingen
57.415
186.706
147.833
246.963
996.810 966.860
278.527

..

1.143.310 1.065.422
Bakengelden

………….

203.192
1.100.758
1.735.253
Loodsgelden …………..
Diversen ……………..

Totaal
2.704.423
11.871.225
11.841.180

Totaal generaal….
44.548.786
182.519.526
202.448.370

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.
BANKIMSCONTO’S.

inR.C.
,
Vrsch.
4

7Mrt.’30
Madrid ……6
.19Juls ’30
Athene

……….
9

2Dec.’28
N.-York1f.R.B.2l9Juni’30
Batavia ……….
4l0
Mrt.’SO
Oslo

……..4/’20 Mrt.’SO
Belgrado

……..
528 Mei ’30
Parijs

……2/

1 Mei ’30
Berlijn………..
4
21 Juni’30
Praag

……4
24Juni’30
BOekarest ……..
9
23 ls’ov.’29
Pretoria

…. 6
17 Aug.’29
Brussel ………..
1

1
Mei
’30
Rome …….. 519
Mei
’30
Budapest ……..
5)28 Mei ’30
Stockholm

.. 3/ 2
Apr.
1
30
Calcutta

……..
5
10 Juli’30
Tokio

…….5.4
lSOct.’fl
Danzig ……….
424
Juni’30
Weenen ……
523
Mei’
30
Helsingfors ……
628Apr.’30
Warschau….
6412 Juni’30 Kopenhagen

….
4

3
Mei
’30
Zwits. Nat Bk.
2410 Juli’30

OPEN MARKT.

1930

.
1929
1928
1914

26

1
Ju
t
21126
14119
7/12
22127
23j28
20124
Juli
Juli Juli Juli
Juli
JulI

Amsterdam
Partic.disc.
1
15
116-2
1
1
5116_2
lt
5
/162
3
/16
1
11(5515/
5
1
!it
4-1
/8
3
1
10116
Prolong.

1
1
1-2
21/
4

1514-2
431
4
_5
311_4
211
4
8/
4

Londen
Daggeld.
. .
1
1
12-2
1
1
1-2
1-2
1
14
1
1
143
4_531
4

2111.41/4
1314
-2
Partic.disc.
27/16.
1
/5
27156-115
211
132-
7
116
25116-3/8
513132_7/16
4-/16
2114_5/4
Berlijn
Daggeld…
2-3I1
13144112
311
4
_511
3

21135113
61-9
1
1
5113.7114

Partic.disc.
30-55 d…
331
g

318
3/8
3I8-
1
12
7
e18
614
1

56-90 d…
318
331
8

3
3
18
318-12
718
6/4
2
1
10/,
Waren- wechsel.
3314
3314-I8
331
4

331
4

‘i7/
7.1/4

New York
Daggeld )
2
1
1
2
1
14
21/
4

231/
4

7-I0/4
51214
1
8
14.2
1
13
Partic.disc.
2
2-
1
/8
2-5
/8
2-
1
/8
5
1
18
1
14
414

/8

t) Koers van
25
Juli en oaaraan vooralgaande weken tm vrijoag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Data
New
Londen

1

Berlijn
Par(fs
Brussel
Batavla
York’)
0
)
‘)
)
‘)
1)

22 Juli

1930
2.48%
12.098/
16

59.365
9.78
,

34.75
1001/
23

,,

1930
2.4834
12.09%
59.35
9.78
34.75 1001j 24

1930
2.48%
12.09%
59.334
978
34.75
1001j 25

1930
2.48%
12.09k
59.345
9.78
34.76
1001/
26

,,

1930
2.487/
10

12.091/
59.34
9.77e
34.755
100t/
6

28

,,

1930
2.48
1
/
in

12.09i/
59.335
9.775
34.751
10011,
Laagstvd.w.t)
2.48s/
16

12.08+

59.325
9.77
34.735
1008/
18

Hoogste d.wt)
2.48%
12.093/
3

59.37
9.78
34.764
1003/
16

21
Juli

1930
2.48%
12.09
59.35
9.78
34.75
14

,,

1930
2.48
9
/
!2.093/
j5

59.33
9.78 34.73
11001/
8

1001/
8

Muntpariteit
2.48%
12.10%
59.26
9.75
34.59 100
Data
Zwit

sad
Weenen
Praat
Boeka-
Milaan Madrid
)
)
.

)

22 Juli

1930
43.31%
35.12%
7.365
1.48
13.02
28.47
23

1930 48.31
35.12%
7.365
1.48
13.02
28.35
24

1930
48.30 35.12%
7.365
1.48
13.015 28.425
25

1930
48.31
35.15
7.365
1.48
13.02
28.525
26

,,

1930
48 30.
.35.15
7.365
1.49


28

1930
48.25%
.
35.15
7.364 1.475 13.015
28.125
Laagsted..w.
3
)
48.24
35.09
7.364
1.465
31_
28.10
Hoogsted.wl)
48:32
35.16
7.37 1.49
13.03
28.60
21 Juli

1930
48.30
35.12%
7.37
1.48.
13.015
28.70
14

,,

1930
48.32% 35.12% 7.374
1.48
13.02
28.90
Muntpariteit
48.-
35.-
7.3711.488
13.09 48.525

ata
Stock-
Kopen-
,
sla )
sng
Buenos-
Man-
holm )
ha gen’)
Aires
t)
treal
1)

22 Juli

1930
66.825
66.60
86.60
6.25
908/
s

2.489(
23

1930
66.824 66.60 66.60 6.254
90%
2.48%
24

,,

1930
66.85 66.60
66.60
6.254
89% 2.487/
5

25

1930
66.85
66.60 66.60
6.254
89%
2.487/
8

26

1930
66.85 66.60
66.60 6.254
89%
2.48
7
/8
28

,,

1930
68.824
66.60
66.575
6.254
90%
2.48
5
/8
Laagste d.w.5)
66.774 66.55
66.524
6.25 89%
2.48%
Hoogste d.w1) 66.85
66.63
66.60
6.28
9 0 %
2.49
21 Juli

1930
66.825 66.575
66.574
6.255
90%
2.48i/
14

,,

1930
66.824
66.60
66.60



Muntpariteit
66.67
66.55
66.67
6.265 95y,
2.48%
1)
Teruggegeven belastinggelden.

) Noteering te Amsterdam. “) Not. te Rotterdam.
1)
F’art. opgave.
In het eerste nuninier van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

30 Juli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

93

KOERSEN 1’E NEW YORE.(Uable).

Da a
Londen
($ per £)
Parijs
($ p. IOOfr)
I

Berlijn
($
p. roo
Mk)
I
Amsterdüm
($ p. 100 gld.)

22 Juli

1930
4,6
21
/
33

3,935/
8

23,89
1

40,247/
s

23

.,

1930
4,86
11
,
3,932/
s

23,881/
t

40,24%
24

1930
4,86
21
/
32

3,93%
23,88
40,24%
25

,

1930 4,8611,,
3,93%
-23,88%
40,24,’.
26

1930
4,86
27
/
32

3,93L
23,88
5
j
40,24%.
28

1930
4,87 3,93%
23,89%
40,27%

29 Juli

1929
4,859/,
3,92% 23,84%
40,11%
untpariteit ..
4,8687
3,908/
9

1
23,81%
40si

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenheden
12Juli
1930
I
19
Juli
1930
1

21126
Juli
’30
jLaagstejHoogstqj
1
26
Juli
1930

Alexandriö. Piast. p.
97
1
4
97%
/16
979
11
97%
Athene ……Dr.
p: y,
375 375 374%
375%
375
Bangkok….
Sh. p.tical
1
1
9%
110
1/9
2
/8
1i10’/
8
1/101/
8
Budapest …
Pen. p.
£
27.79
27.741
27.74
27.79
27.76
Buenos Aires
d. p.$
40
19
/
32

40%
408/
2

41
402/
8
Calcutta
. . . .
8h. p. rup.
1/5181
16

li5ial
jo

11
1525132

1,527/33
1/551/64
Constantin..
Piast.p.
1.025
1.025 1.025
1.026
1.025
aongkong ..
8h. p. $.
1/35/
8

1138/
8

113
1
/
4
l/3
1
‘/
Sh. p. yen
210
3
/
8

2/0
25
/
33

2/0
9
/
33

21071
j

2/023/
94

Lissabon….
Escu. p.
£
108%
108%
1088/
9

1088/
8

108%

Kobe

…….

lilexico

….
$
per
£
10.35
10.35
10.25 10.45 10.35
lfontevideo
.
d. pers

4214
42% 41%
43
41%
1’lontreal


$
per
£
4.861/
8
4857/
8
4.85%
4.861/
9

4.86
Rio d. Janeiro d. per Mii.
53/
8
5s/
5
9
1
5131
33

Shanghai …
8h. p. tael
1/6%
1/6
7
/
33

1,’57/
117%
1/5%
Singapore
. .
id. p.
$
213%
213%
2/3
21
153

2/3
27
/
32

2/3
5
/,
Valparaiso
1).
$
per
£
39.96
39.96
39.96
39.99
39.99
Warschau ..
Zi. p.
£
43.361
43.361
43.35
43.42
43.38
•8 uu ug.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
2)

0
Londeni) N.York’)

Londen -.
21 Juli

1930..

1511/,
9

34%

21. Juli

1930….

85/1%
22

1930-..

16

345/
5

22

1930…

85/1
23

1930..

168/
88

34
2
/8

23

1930….

85/1
24

,,

1930..

16

34
2
/8

24

1930….

85/1


25

1930.
.

16af,

35

25

,,

1930….

85/1
26

,,

1930..

167/
9

358

26

1930….

85/1
27 Juli

1929.. 248/
9

52%

27 Juli

1929….84/11%
27 Juli

1914..

2416

59

27
Juli

1914….
.

84/11
t)
In pence p.oz.stand.
1)
Forelgn sliver In
Zc. p.oz.
fine.
8)
In 5h. p.oz.fine

STAND VAN
‘e
RIJKS
KAS..

Vorderingen.
15Juli 1930
1

23 Juli 1930

f

3.359.616,42
1

3.792.038,65
Saldo bij de Ned. Bank

…………..
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten Voorschot
op
ultimo Juni

1930 aan
307.874,45
631.836,79

de gemeenten
op
voor haar door de
Rijksadministratie te heffen gemeen-
telijke inkomstenbelastingen opc. op de Rijksinkomstenbelasting
Voorschotten aan Ned.-lndit ………
73.463.057,74
73.998.471,92-
…11.247.664,92

11.310.422,16 3.383.634,55
,,

3.412.884,51
Kasvord weg. credietverst. aJh. buitenl.

108.948.059,87
104.628.248,73
Daggeldleeningen tegen onderp

Id.

aan

Suriname…………………….
Id. aan

Curaçao……………………..

Saldo der postrekeningen van Riks-
j
comptabelen Vordering
op
het Algemeen Burgerlijk
21.323.761,56
,, ,,

20.527.240,22
………………….



Pensioenfonds
1)

………
Vorderingopandere Staatsbedrijven’)
,,

11.918.969,37
,,

11.000.912,02
V
er
p1 i c
h t
i
n ge n.

/
132.541.000,-
1
132.541.000,-
,

10.090.000,-
l0.090.000,-
Waarvan direct bij de Ned. Bank

Schatkistbiljetten in omloop
……….
Schatkistproniessen in Omloop
……..

Zilverbons in Omloop
……………
Schuld
op
uit. Juni ’30 aan de gemeen-
5.472.396,50
,.

5:278.195,50

ten wegens voor haar door de Rijks-

..

administratie geheven gemeentelijke
inkonistenbelasting en opcenten
op
de Rijksinkomstenbelasting
………
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.1)
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.

T.’)
en

..

,,

4.985.818 74
687.384,88
4.985.818,74
,,

136.769,69

Id. aan andere Staatsbedrijven’)
…….
18.859.486,78
,,

73.019,08
9.107.336,65
.,,

73.019,08
Id. aan diverse instellingen’)
……..

9.571.197,55
,,

9.570.146,88
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH.INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.

19 Juli

1930
1

26 Juli 1930

Vorderingen:



Saldo bij de Javasche Bank ……….




Verplichtingen:

Saldo bij
‘s
Rijks kas
………………

Voorschot
‘s
Rijks kas ……………
/
73.118.000,-
f
75.953.000,-
1.450.000,-

..

2.200.000,-
‘s
Betaalmiddelen In

Lands Kas …..
Waarvan Muntbiljetten
…………..
39.137.000,-
3.777.000-

Schatkistpromessen

………………

,

23.536.000,-

.

,,

23.240.000,-
Muntbiljetten In omloop
…………..
Schuld aan het Ned.-lnd. Muntfonds.

..

4.144.000,-

..

,,

4.218.000,.-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank.
,,

1.341.000,-

1373.000,-
Voorschot van de Javasche Bank….
,,
29.733.000,-

23.913.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans
op
28
Juli

1930

lctiva.
Binnenl.Wis-(flfdbk.
f

39.540.414,59
sels,Prom.,Bijbnk.

302.925,-
enz.indisc.Ag.sch.
,,

9.788.049,64
49.631.389,23
Papier
o.
h. Buiteni.
1*13

…….

Idem eigen portef.
.
f
240.636.917,-
Af :Verkochtmaar voor


de bk. nog niet afgel.

0

240.836.917,_
Beleenlngen
mcl.
vrseh.
flfdbk.
f.

30.708.972,73

in

rek.-crt.
Bijbnk.

6.444.588,37

op
onderp.
Ag.sch.

49.300.587,32

86.454.148,42

Op
Effecten
……
f

84.259.117,-
Op
Goederen en Spec.,2.195.031,42
86.454.148,42
Voorschotten a. h. Rijk
…………….
..2.062.576,41
Munten Muntmaterjaal
Munt, Goud
……f

64.839.110,-
Muntmat., Goud ..325.820.298,38

f
390.659.408,38
Munt, Zilver, eng..

26.607.290,54
Muntmat., Zilver..

Belegging
1
/8
kapitaal, reserves en pen-
417.266.698,92′)

sioenfonds

……………………
25.891.875,-
Gebouwen en Meub. der Bank
……..
,,’

5.000.000,……
Diverse

rekeningen
………………
,,43.793.585,-

O
Passiva.
f

87t).737.1l9,98

Kapitaal
……………….. ……..
f

20.000.000,-.
Reservefonds
…………………. ..
,,

7.199.946,44
Bijzondere reserve

………………
,,

8.000.000,-.
Pensioenfonds

…………………..
,,

6.697.499,37
Bankbiljetten in omloop…………..
,,

808.924.930,_
Bankassignatiën in omloop
……….
,,

169.516,75
Rek.-Cour.
5
lIet Rijk
(


saldo’s:

1
Anderen

,,15.870.733.73
.

15.870.733,73
Diverse rekeningen
………………
,,3.874.563,69

f

870.737.189.98

Beschikbaar metaalsaldo
………….
f

86.890.101,76
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is.
,,

217.225.250,–
1)
Waarvan In het buitenland
f
28.846.779,33.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Goud
Andere
Beschikb.
Dek-
Data
Circulatie
opeischb.
Metaal-
kin
ga

Munt
1
Muntmat.

schulden
saldo’)
perc.

28
juli

’30
64.839
325.820

808.925
16.040
86.890
50
21

’30
64.844 325.820 806.996
17.933
86.703
50
14

,,

’30
64.849
349.626
822.188
26.966
100.468
52
7

,,

’30
64.853
367.054 833.931 20.154
115.624
53
30 Juni ’30
64.861
367.054
843.171
32.117
107.805
52
23

,,

1
30
64.870
367.054
790.921
61.570
117.320
54 29
Juli
’29
05.745
383.668
811.999
15.395
139.649
57
25 Juli

’14
65.703
96.410 1310.437
6.1981
43.521
54
Totaal
Schatkist-

B

ee-
Papier


Dleerse
Data
bedrag
I
disconto

‘s
promessen
nien g
op
hei
reke-
rechtstreeks
.
buitenl.
ningen
1
)

28 Juli

1930
49.631

86.454 240.637 43.794
21

1930 49:972

85.993
238.059
48.487
14

1930
50.594

91.321
237.947
40.299-
7

1930
49.518

87.289
237.805
35.777
30 Juni 1930
50.100

108.527
237.682
34.241
23

,,

1930
51.092

86.756
237.570
31.753
29 Juli

1929
62.981

97.058
177.722,, 28.911
25 Juli

1914

67.947

61.886 20.188
509
oeuert aen oanestaat van jq Jan.

;eg wener op ae Pasis van ‘h
metaaldekking.
2)
Sluitpost activa.

SURINAAMSCHE BANK.

Voornaamste poste/i in duizenden guldens.

Data


Metaal
Circa

latle

1
Andere
1
opelschb.
schulden

1 1
Disconi.
1

Div. reke
ningen’,

21

Juni

1930.
931

1.278 563
1.037
513
14

1930…
900
1.274
624
1.038
.

510
7

1930..
901
1.352 617
1.039 508
31 Mei

1930-
926
1.468
508 1.034 506

22 Juni

1929-
810 1.480 650
978
400

5
Juli

1914-
645
1.100
560,
735 396
‘)Siultp. Oer aCtIva.

694

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

’30 Juli 1930

Eli

JAVASCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden guldens. be
samengetrok.
ken cijfers der laatste weken zijntelegrafisch ontvangen..

Andere
IBeschikb.
Data
Goud
Zilver
C’rculalie
opeischb.
metaal-
schulden saldo

26 Juli1930 ‘16.800
267.400 55.000
34.840
19

1930
161.200
273.100
53.000
30.760
12

1930
161.500
278.200 50.800 29.900

28 Juni1930
139.204

2421
273.847
52.966
32.700
21

,,

1930
139.210

24.567 276.238
50.534
33.009
14

1930
138.895

24.619
279.338 47.373
32.830
7

1930
138.924

27.761
276.413
49.623
36.271.

27 Juli1929
147.122

21.862
301.951
52.188
28.328
28 Juli1928
173.313

14.276
312.719
57.501
39.501

23
Juli 1914
22.067

.

31.907
110:172
12.634
4.842

Wissels,
verse
Dek-

a
0
Dis-
buiten
Belee-
kings- conto’s
N.-lnd.
ningen
[

e’

ng

percen-
_____________ betaalb. lage

26Juli1930

12000

51 19

1930

134.600

••
4

49
12

1930

138.600

49

28Juni1930

10.652

45.288

45.263

38.042

50
21

1930

10.451

45.944

46.123

39.090

50
14

,.

1930

10.428

41.782

46.848

41.821

50
7

1930

9:862

38.522

47.624

43.978

51

27 Juli1929

10.870

36.417

112.736

26.144

45
28 Juli1928

14.188

24.013

90.976

56.506

51

25 Juli1914

7.259

6.395

75.541

2.228

44
t)
Sluitpost

activa.

BANK VAN ENGELAND.

Voornaamst.e posten in duizenden ponden stertiug.

Bankbuj.

BankbIlf.
Other Securities
Data
Metaal
in

in Banking
Disc, and
Sec

itie
ur


circulatie

Deparim.Advances

384.138

.

49.981

S

23 Juli

1930
155.034
7.008
22.102
16

;,

1930
156.371
365.121

50.359
6.218
20.392

9

1930
156.585
363.804

51.904
6.266
19.911
2

,,

1930
157.228 363.583

52.738
29.917 19.408
25 Juni 1930
157.773
358.532

58.350
15.899 15.340
18

.
,,

1930
157.490
359.247

57.383
7.099
16.641

24 Juli

1929
150.700 367.332

42.134
9.427
23.873

22
Juli

1914
40.164 29.317
1

33.633

Data
Gov.
Sec.
Public
Depos.

I

Other Deposits
Other
Bankers Accounisl

1 1
Reserve
kings-
I

Dek-

perc.’)

23
Juli!30

51.356 9.904 67.266
36.207
50.896
16

,

’30
55.696
10.397
69.588
35506
51.251
152.782
445/,,
9

,,

’30
54.126 9.264 69.533 36.237
45
1
8,,
2

’30
49.076
11.671
84.305
38.063
53.645
40
25Juni’30
48.856 21.505 63.776 36.114
59.241
48
28
/
32

18

,,

’30
46.476
16.578
58.332
35.687
58.243
52”
/52

24Juli’29
50.782
11.685
61.009
36.484
43.368
3928!
/82
22 Juli ’14
11.005 13.736
42.185
29.297
52
1)
Verhouding tusschen Reserve en L)eposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen 1 ranes.

Te goed-I
Wis-
1
Waarv.
1
Be1ee

Renteloos
Data
Goud’) ZIlver
in het
1

sels
op het
ningen 1
voorschot
buitenl.1
buitenl.
Ia.d.Staal

18Juli’30
44.912
362
6.738
24,123
18.991
2.726
3.200
11

,,

’30
44.457
357
6.744
24.0681

18.988
2.765
1
3.200
4

,,

’30
44.170
346
6.904
24.4061
18.731
2.836
3.200
27Juni’30
44.052
331
6.905
25.0201
18.728
2.693
3.200

19Juli’29
36.786
408
7.334
26.258f 18.508
2.4151
3.200

23 Juli’14
4.104
640

1.5411
8
769
-.

B

v. d
Diver-

Rekg. Courant
Data
zelst.
sen
)
Circulatie
Staat

Zelfst. 1 Part(

amort. k.
.
I
amort.k.lculieren

18 juli ’30
5.395
1

1.835
72.293
3.280
4.964
7.351
11

’30
5.395
1.605
72.859
3.113 4.459
6.769
4

.,

’30
5.395
1.855
73.260 3.474 4.048
6.552
27 Juni’30
5.305
1.766
72.594
3.042
1.895
10.420

19Juli’29
5.769 1.413
64.110
6.012
6.042 6.450

23Juli’14


5.912
401

943
1)
Bq de stabilisatie is de goudvoorraad gewaardeerd volgens de
nieuwe waarde van den franc.
8)
Sluitpost activa.

DUITSCHE RLJKSBANK.
Voornaamste posten .in millioenen
Reichsmark.

Daarvan
.Ôeviezen
Andere

Da
0
ou d
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
tenl. circ. dekking
en
ningen banken
1)

geldendè
cheques

23 Juli

1930
2.618,7
149,8
181,6
1.427,2
57,6
15

1930
2.618,9
149,8
183,9
1.486,0
70,2
7

,,

1930
2.618,8
149,8
422,7 1.646,3 55,8
30 Juni 1930
2.618,9
149,8
459,0
1.777,1
185,8
23

,,

1930
2.618,9
149,8
457,2
1.348,1
55,3
23 Juli

1929
2.085,3
142,9
340,8
2.130,8
53,2
30 Juli

1914
1.358,9
-.-

750,9 60,2

Da to
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.-
Diverse
ten
Act ivas)
lat ie
Crt.
Passiva

23 Juli

1930
101,0
753,6
3.965,9
677,0 217,6
15

,,

1930
101,1
729,4
4.186,9
426,8
264,1
7

1930
lOto
585,8
4.492,0
381,1
218,0
30 Juni 1930
101,0
589,3
4.685,4
491,6
213,6
23

,,

1930 101,0
620,5
4.038,0
648,6 212,9
23 Juli

1929
92,9
540,2
4.091,1
550,9
329,8
30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
‘J onoelasL.’) w.o. l(enten Dankschelne
23,
18,
7Juli,
30, 23
Juni
’30
23Juli 29,
resp.
69;58; 51; 12; 50; 37
miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornaamste posten in millioenen Belgas.

Data

Goud


I
-.
g3
.
Rekg. Cr1.

0

1930
.

InI
s

0
1..
QQ
‘O
0

24 Juli
1202 795
87
767
32
31Ï
3.007
9
113
17

,,
1202
808
67
771
32
311
3.005
24 118
10

,,
1202
794

783
32

3.013
10
103
3

,,
1202 728

770
40

.2.971
8
75
26 Juni
1202
734

785
38

2.902
3
167
25 Julix
1012
451
44
781
48
347
2.554
26
75

‘1
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Totaal
Dekking
In her-
disc. v. d.
In de
open
bedrag
F. R.
Notes
Zilver
etc.
member
markt
banks
gekocht

9Juli’30
3.018,1
1.634,2
159,6
236,3
148,9
2

,,

’30
2.993,4
1.604,7
157,8
260,4
157,5
25Juni’30
3.059,2 1.637,0
172,6
231,5
102,3
18

’30
3.067,2
1.636,1
166,7
206,8
132,8
11

’30 3.079,5
1.662,6
164,7
210,5
148,2
4

’30
3.060,6 1.641,6
184,7
239,7
189,2

10 Juli ‘291
2.901,8
1

1.521,8
10,2
1.153,0
66,0

Belegd
Notes

Totaal


Gestort
Ooud-
Dek-

I
Al em.
1

Ifek-
Data
in
u.
s.
Gov.Sec.
in circa_
Kapitaal
kings-
1

kings-
latie
perc.l)
1

perc.
2
)
__________
9Juli’30
590,6 1.408,6
2.481,1
169,6 77,6
81,7
2

,,

’30
596,0
1.432,3
2.473,8
169,6 76,7
80,7
25Juni’30
577,0
1.402,9
2.459,4
169,7 79,2
83,7
18

,,

’30
597,6
1.419,3
2.484,6
169,7
78,9 83,3
11

,,

’30
578,7
1.447,0
2.463,2
170,6
78,7
83,0
4

’30
543,8
1.457,3
2.464,5
170,6
78,0 82,2

10Juli

9

29
136,1
1.833,0
2.359,7
158,8
69,2
1

73,0
9 vernouaing tutSlen gounvoorraad tegenover OpelsCflOare
schulden: F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.

PARTICULIERE BANKEN – AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken

Dis-
1

conto’s
en
beleen.

1
1

Beleg-
1
gingen
1

.irvel
bij de
F. R.
banks

1.792

1

Totaal
depo-
1
sito’s
1

Waarvan
t/me
I
deposits

7.315
2 Juli’30
84
16.979
6.120
21.248
25 Juni’30
54
17.059

6.081
1.779
21.045
7.273
18,,

’30






11

1
30 48
16.966
5.917
1.783
20.888
7.182
4

’30
67
17.038 5.919
1.775
20.822
7.161

3Juli ’29
826
16.925
5.560
1.724
20.165
6.670
Aan net elnij van ieaer Icwartaal worat een
overzieni
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

30 Juli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

695

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

29 Juli 1930.

De prijsverlaging voor t a r w e aan cle ternnninarkten te
Chicago en te Winnipeg, welke op den laatsten dag der
vorige berielitsweek wis iiigetro:Ien en waardoor het groot-
ste gedeelte van de verbooging, welke in cle daaraan voor-
afgaande dagen had plaats gevonden, weder was te niet
gedaan, is reeds spoedig daarop tot staan gekomen en se-
dert zijn bijna dagelijks de
prijzen
aan de termijnmarkt
te Chicago iets hooger gesloten dan den vorigen dag.
lengs bedroeg, deze vooi- den Juli-termijn te Chicago 1
dollarceuts pci 60 lbs. rf
e
Winnipeg vonden geen prijs-
schommelingen van beteekenis plaats, zoodat op cle meeste
dagen van de afgeloopen week de prijzen vrijwel onver-
anderd bleven. Gisteren -is een verlaging gevolgd, zoodat
vergeleken niet een week geleden het slot van Juli te
Chicago
1%
dollareeuts en te Winnipeg 2/ dollarcents per
60 lbs. lager was. Te Buenos Aires.ondergingen op de mee-
stè dagen cle koersen aan de termijnmarkt slechts geringe
veranderingen. De Augustus-termijn sloot te Buenos Aires
7 cents en te Rosario 15 cents per 100 KG. lager dan een
week geleden. Verkoopers van Argentijnsche tarwe zijn
niet dringend aan de markt. De laatste oogst was kleiner
clan die van het jaar te voren en de van den laatsten oogst
voor uitvoer beschikbare voorraad wordt op het oogen-
blik geschat op 35 millioen bushels tegen 110 millioen in
het vorige jaar. De van den ouden oogst in Noord-Amerika
nog aanwezige vqorraden worden geschat op 356 millioen
hushcls tegen 319 millioen bushels van het vorige jaar.
Terwijl er dus in Argentinië van dcii laatsten oogst aan-
nierkelijk minder tarwe voor uitvoer beschikbaar is, heeft
het in Noord.Amerika aanwezig geschatte surplus een groo-
ter cijfer. Het groote aanbod komt op het oogenblik dan
ook uit cle Vercenigde Staten en Canada, waar de druk-
kende voorraden van den ouden oogst en groote aanvoeren
van den ilienwen oogst van wintertar.’e houders van tar-
in ruime mate aan de markt doen zijn tot concurree-
iende prijzen Op verscheiden dagen van cle afgeloopen
week zijn in Enropa groote hoeveelheden buitenlandsche
tarwe gekocht, waarvan het leeciwenaandeel voor Noord-
Amerika’s rekening komt. Toch zijn op zulke dagen de
prijzen çaOn de.tçrmijnmaykten sleclits Nveinig opgeloopen,,
waaruit neii dc gevolgtrekking kan maken, dat Aerika
graag van zijn overvloed wil verkoopen. De levendige be-
langstelling voor tarwe in Europa was niet alleen het ge-
volg van vraag ter dekking van directe behoefte, want
oôk op verdere afladiug werd gekocht. Ze hield ook ver-
band met de oogstvooruitzichten in Noord-Amerika en
Europa, waarin koopers op vele dagen aanleiding vonden
tot koopen over te gaan. De berichten over wintertarwe in de Vereeuigde Staten blijven gunstig en de uitkomsten bij
het dorschen zijn beter dan men verwachtte, terwijl de
kwaliteit zeer goed is. Uit liet zomertarwegebied waren de
berichten minder gunstig. Het te velde staande gewas heeft
in het zomertarwe verbonw’ende gebicl vrij ernstig van
droogte en overniatige hitte te lijden gehad. Hoewel er aan
cle iii het Noord-Westen van de Vereenigde Staten beer-
scheude hittegolf een einde is gekomen en ook regen ge.
vallen is, verwacht men toch- dat de volgende oogsts’chat-
ting door de regeering der Vereenigcic Staten voor zomer-
‘tarwe een lhger cijfer zal aangevun dan in de vorige maand:
Van vi iitcrtarwc daarentegen wordt een vermeei-dering
Van de geschatte opbrengst verwacht. De zichtbare voor-
raad in de Vereenigde Staten is tengevolge van de groote
aanvoeren in het wintertarwegebied in de vorige week met
9 ujillioen bushels toegenomen nu is op het oogeublik 21
mnillioen bushels grooter dOn in dezelf cle week van het vori-
ge jaar het geval was. In Canada is de toestand in de
Prairie-Provicicies lang niet overal gelijk. In Manitoba zijn
dc vooruitzichten gunstig en wordt een betere dan gemid.

delde oogst verwacht. In het Noorden van Saskatchewan en van Alberta is dit eveneens hit geval, doch in het Zui.
den en Zuid-Oosten dezer beide proviucies is cle toestand minder gunstig. Gednrehcie ëenhgen tijd zijn uit de laatst. genoemde sti-eken alarmeerende berichten gekomen over
groote hitte en droogte, doch sedert is de toestand ver-
Ijeterd tengevolge an regen en het schijnt, dat daar voor
een mislukking van . den oogst niet meer gevreesd behoeft
te worden. Volgens schattingen van particuliere zijde wordt
in Canaaa een tarwe.opbrengst verwcicht van 100 millioen
•bnshels meer dan in het vorige jaar werd geoogst. Toen
bedroeg deze 300 millioen bushels. Men verwacht, dat be-
gin Augustus met het binnenhalen van den oogst begonnen
zal kunnen worden en meent, dat de dritieke periode in
Canada bijna voorbij is. In Europa heeft het in de afgeloo-
pen week hard geregend, met name in Frankrijk zijn de
vodruitzichten weinig gunstig, zoowel kwantitatief als
kwalitatief. Men hoort van schattingen van den oogst in Frankrijk Van 30 millioen quarters tegen een opbrengst
van 45 milliodn qnarters in het vorige
jaar.
In J)uitsch-
lamid is de regen van gunstigen îi.avloed geweest op de te velde staande tarwe en men këestert goede verwachtingen
van de opbrengst. Op het oogenblik ziet men echter met
verlangen uit naar goed weer en heeft de tarwe behoefte
aan warmte en zonneschijn.
– De regen heeft het oogsten van r o g ge in Dnitschland
vertraagd, terwijl men zich bcangst gemaakt hOef t over de
kwaliteit en cle opbrengst, als gevolg van den voor rogge
op zulk een ongunstig mornetit gevallen regen. Sedert zijn
in Duitsehianci de weersomstandigheden verbeterd en het
is te hopen, dat ze gunstig blijven om den boeren gelegen-
lieid te geven hun roggë in drogen toestand binner.i te ha-len. In Polen zijn de vooruitzichten niet gunstig. De lange periode van droog weer is van nadeeligen invloed ge’eest.
Wel is de conditie van w’iiitergraau beter dan’ het gemid-
clelcie, doch van het voorjaarsgraan worden geen gemiddelde
opbrengsten verwacht. Tengevolge van het slechte weer in
1l)uitschland ‘en de verwachting, dat de ôpbrengst’ van rogge
kleiner zal worden dan in het vorige jaar, was in de afge.
loopen week gedurende verschillende dagen de stemming
voor roggc vast. In Duitsche rogge bestaat op het oogen-
blik zeer weinig aanbod, doch in andere soorten werden
vrij belangrijke contracten afgesloten. Ook werd Noord-
Amerikaansche rogge naar Europa verkocht. Daarop zijn
de prijzen aan de termijnmrarkten te Winnipeg en te Chi-
cago vrij aanmerkelijk gestegen, welke verhoogde prijzen
niet werden betaald, ook al, omdat de stemming voor dit artikel in Europa minder vast werd, toeb het weer verbe-
terde en Europeesche roggesoorten weder in -prijs daalden.
Het aanbod van ni af s in spoedige posities is nog steeds
zeer sehaarsch en de in Europeesche havens aankomende
partijen worden tot hoogo prijzen verkocht met een belang-rijke premie tegenover in de eerste week van Augustus ver-
wachte partijen. In verband met deze premie voor clispo-
iibele en zeer spoedig vérwachte mais, koopt de consumptie
deze voor de hooge prijien slechts schoorvoetend en zijn de
omzetten iiiet groot. Voor later aankomende stoomende
nieR bestaat wel ‘eeuigc grootere belangstelling, doch met
koopen daarvan is men ook voorzichtig, daar gedurende de
laatsten’ eken deverschepingen van mais uit Argentinië
aanmerkelijk zijn toegenomen en op een voor dezen tijd van het jaar meer normaal peil zijn gebracht. De weers-
omstandigheden voor het .dorscheu en verschepen van mais
zijn gunstiger geworden en daarvan wordt gébruik – ge-
maakt door grootere hoeveelheden naar cle uitvoerhavens. in Argentinië te verzendeu. Ook voor Donanmaïs in spoe-
dige posities wordt een premie betaald, doch (leze is niet
zoo groot als voor Platamaïs. Aflaclers van Donaumaïs zijn
niet dringend aan de markt, daar, ten gevolge van

de
werkzaamheden verbonden aan liet binnenhalen van den
gerstoogst in Roemenië,. de aanvoeren naar de Donauhavens
slechts van kleinen omvang zijn. Veel belangstelling bestaat

AANVOEREN in tons van 1000 KG

Rotterdam
Amsterdam
Totaal

Artikelen
20126 Juli
Sedert
Overeenk.
20126 Juli
Sedert
Overeenk.
1930.
1930
1 Jan. 1930
tijdvak
1929
1930
1Jan. 1930
tijdvak 1929

26.813
750.080
1.014.927

26.554
5.409
776.634
1.090 336
Tarwe

……………..
R

ge

……………..
14.378
258.661
132.237

24.650
350
283.3,11
132.587
200 9.576 12.662

1.512
40
10.088
12702
Mais ……………….
550.420 400.549
3.209 93.272
105.276
-643692
505.825
Buekweit ………………

5.223
263.551
247.488
843 21.251
2.483
284.802
249.971
3.076
115.288
125.101

2.812
2.746
118.100
127.847

27.
.147

2.166

48.181
100.825
1.152
165.638
211.259
213.819
312.084

Gerst

………………
Haver

………………

2 065
92.764
138.735


250
92.764
138.985
Lijnzaad

…………….
Lijnkoek

…………….
.
3.526 73.289 51.421
228
,
21.554
17.203
94.843
68.624
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten
….
18
10.922
10.110
75
75

10.997 10.110

696

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

30 Juli 1930

van de zijde der koopi-s voor deze maïssoort op het oogen-blik niet en de onzet.ten blijven beperkt. De berichten over
den uieuwen zna-ïsoogst in Roemçinë zijn gedurende cle laat-
ste (lagen gunstig, daar in de inceste maïs verbouwende ge-bieden overvloedig regen is gevallen. Wel hoort men klach-
ten -over droogte in sommige streken, doch deze zijn öp -liet
oogenbuik van minder groote beteekenis. De opbrengst van
maIs in Roemenië wordt op het oogenblik geehat op
23 mii-

lioen quarters tegen
29
millioen in liet vorige jaar. Van deze
opbrengst zou 9 millioen quarters voor uitvoer beschikbaar
zijil, iwsaabij inog the-t van den vorigen oogst .voor uitvoer be-
schikbare surplus moet wordeu gevoegd. Men berekent dit
overschot van den ouden oogst op
4.500.000
quarters. – Zuid-
Afrika is geregeld met niaïs aan dc markt tot lagere prij-
zen dan die, welke voor Plata- en Donaumais gevraagd
worden. Op vaste dagen zijn in deze mafssoorten belang

rijke contracten afgesloten, doch tegen het einde der week
is de stemming verflauwd door Zuid-Afrikaansche zoovel
als voor andere ma’fssoorten, hetgeen een verlaging van
enkele guldens, per last tengevolge had. Aan de Argen-
tijusche terniijnmarkteu waren de prijzen voor mais voor
Augustus; te Buenos Aires
22
cents en te- Rosario
20
cents

per 100 KG. lager.
In ge r st zijn in de afgeloopen week groote zaken tot
stand gebracht. In de eerste helft der week waren de prij-
zen eenigazins teruggeloopen en in -do tweede helft onder-
gingen zij belangrijke verlagingen voor alle posities. De be-
richten over den Roemeenschen gerstoogst luiden gunstig
en men •is druk bezig met het binnenhalen daarvan. Men
verwacht dan ook, dat de aanvoeren in de Roemeensche af-
laadhavens spoedig zullen toenemen en afladers zijn reeds
met flinke hoeveelheden aan de markt. Het voor uitvoer
beschikbare surplus van gerst in Roemenië wordt, inclu-
sief hetgeen nog van den vorigen oogst onverkocht is ge-
bleven, op
.10.500.000
quarters geschat. De prijzen van, Noord-
Amerika-ansche gerst zij]], nadat een.ige zaken in die gerst-
soort tot stand zijn gekomen, verhoogd, waar-door deze op
het oogeieblik te hoog in prijs is om tegen den Donau te
-concurreeren. De berichten uit Rusland luiden gunstig en
op ruim aanbod van Russische gerst zal kunnen worden ge-
rekend, Op het oogenbl.ik zijn de Russen echter nog niet aan
de markt tot tegenover Donaugerst concurrecrende prijzen.
Duitsche h a v e r wordt niet -meer -aangeboden en de vraag

heeft zich nu gericht tot Russische soorten van goede kva-
liteit, waarin geregeld zaken worden gedaan. Het aanbod daarvan is echter beperkt en groote omzetten komen niet
tot stand. Argentinië is geregeld met Plataihaver aan cle
markt, iwaaxiii ook vrij geregeld zaken worden gedaan. In
liet begin der afgeloopen week zijn de prijzen aan de ter-
mij uniarkt te Buenos Aires voor haver vrij – aanzienlijk ge-
daald, doch ]ater vrij-wel onveranderd gebleven. Vergeleken
niet een ‘week geleden was de September-termijn te Buenos
Aires 25
cents per 100 KG. lager.

SUIKER.

])e loome stemming der vorige veken hield op alle Sui-
ker markten aaii.
In A m e r i k a ging een en ander om in ruwe suiker tot
ca.
3.7
d.e. –
De terniijni’na-rkt te N e w-Y o r k was kalm en sloot
flauw’ op een nieuw laagterecord als volgt: Sept.
1.17;
Dec.
1.27;
Jan.
1.29
en. Mrt.
1.37,
terwijl de laatste noteering
voor Spot Centr. 3.26
was.
I)e outvngsten in de Atlantische havens der V.S. be-
droegen deze week
32.000
tons, de versmeltingen
74.000 fons tegen
67,288
tons verleden jaar en de voorraden
339.000
fons tegen
662.600
ton. –
Dc laatste C u b astatistiek is als volgt:

1930 –

1929

1928
– – Tons Tons Tons
Cubaproductie …………..
4.671.260 5.156.3
.
15 4.037.833
Consumptie …………….
59.069 80.315 116.833
Weekontv. afscheephavens
22.968 25.846 27.576
Totaal sedert
1/1
……….
3.077.821 4.176.740 3.100.597
Weekexport…………….
75.045 76.524 71.978
Totale export sedert 1/1 ….
1.721.087 3.052.586 2.050.005
Voorraad afscheephavens..
..
. 1.497.074 1.124.154 1.050.592
Voorraad binnenland ……..
1.394.030 899.989 821.449

Volgens F. 0. L i c h t staail de bietenvelden in Europa,,
dank zij de flinke neerslagen, er gunstig voor.
in E ci ge 1 a n d was de stemming apatisch, tengevolge
van de terughoudendheid van de groote raffinadeurs. De noteeringen op de Londensche termijnmarkt luidden aan
liet slot i4, cl. lager dan de vorigu week.
Op J a v a ii’as de markt rustig, hoewel de V.I.S.P. zoo-

STATISTISCH OVERZICH1

,

-TARWE
HardWinter

•0
A

er am,

pe
T
OK
aG.

.
.
R000E
AmericanNo.22)
loco
Rotterdam
per 100 K.O.

MAIS
La Plata
loco
R’damjA’dam
per 2000 K.O.

OERST Amer.No.2
)
loco
°
ter am

LIJNZAAD

La Plata
loco
R’damjA’dam
per 1960 K.G.

STEENKOLEN
We8tfaalschej
Hollandsche bunkerkolen,
ongezeefdf.o.b.
R’dam!A’dam
PETROLEUM
Mid. Contin.
Crude
tlm 33.9
0

prébrl

IJZER
Cleveland
OundlY 0.3

f.o.b.

ii
per Eng.tJ

KOPER

Standaard
Locoprijzen
Londen
per Eng. ton

H.
0
10
ii.
0
10
fi.
Ol
o

f1.
Oj
f1.
O(
f1.
Ol
o

,$
0
10.
Sh.
ol
o

£
0
10
Jaargemidd. 1925
17.20 100,0
13,07
0

100,0
23150
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
10,80 100,0
.1.68
100,0
73J-
100,0
62.116
100,0
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4 360,50
77,9
17,90
165,7 1.89 112,5
8616
118,5
58.11-
93,5
1927
14,75
85,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50 78,4
11,25 104,2
1.30
77,4
731-
100,0
55.141-
89,7
Juni

1927
15,60
90,7
13,20 101,0
175,25
75,8
246,00
104,2
372,75
80,6
11,00
101,9 1.22
72,6
701-
95,9
54.216
87,2
)uli

,,
-15,10
87,8
12,05
92,2
171,50
14,1
235,75
99,9
367,75
79,5
11,10
102,8 1.22
72,6
701-
95,9
53.19j-
86,9
Augustus


14,87
5

86,5
11,45
87,6
178,50
77,1
252,50
107,0

368,25 79,6
11,05 102,3
1.22
72,6
691-
94,5
55.516
8910
September ,,
‘14,70
85,5
12,15
92,9
179,50
77,5
233,25 98,8
369,50′
79,9
10,90
100,9
1.22
72,6
651-
89,0
54.131-
88,0
October

,,

13,72
5

79,8

11,45
87,6
178,75


77,2 230,50
97,7
359,00
77,6
10,90
100,9
1.22
72,6
651-
89,0
55.5!- 89.0
-November

,,
13,45
78,2
12,125
92,7
184,75
79,8 233,25
98,8

349,75
75,6
10,65
98,6
1.22
72,6
651-
89
1
0
59.1!-
95,1
December

,,
13,40
77,9

12,57
5

96,2

1

201,00
86,8.
246,25
104,3
348,25
75.3
10,60
98,1 1.22
72,6
651-
89,0
602f-
96,8
Januari

1928
13,50
78,5
12,70 97,1
207,50
89,6
247,75
105,0
361,00
78,0 10,30
95,4
1.22
72,6
65f-
89,0
62.-!-
99,9
Pebruari

,
13,80
80,2
12,87
0

98,5
226,50
97,8
243,75
103,3
361,00
78,0
10,00
92,6
1.21

72,0

’65f-
89,0
61,121-
99,2
Maart

,,
14,60
84,9
14,00
107,1
240,75

104,0
255,75
108,4
350,75
75,8 9,95
92,1 1.19
70,8
6516
89,7
61.316
98,6
April

,,
15,30
88,9
14,97
5

114,5
239,50
103,5
261,00
110,6
358,25
77,5
10,05
93,1
1.19
70,8
661-
90,4
61.1416
99,4

Mei

,,
15,30
88,9
15,47
5

118,4
238,50
103,0
260,75
110,5
372,00
80,4
10,60 98,1 1.19
70,8
661-
90,4
62.151-
101,1
Juni

,,
14,37
5

83,6
14,27
109,2
234,00
101,0
252,50
107,0
365,25
79,0
10,10
93,5
1.19
70,8 661-
90,4
63.171-
102,9
Juli

,,
-14,25
82,8′
13,07
5

100,0
246,75
106,6
241,00
102,1
359,75
77,8
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
62.181-
101,3
Augustus

,,
.
12,00
69,8
12,62
5

96,6
214,75
92,8
226,75
96,1
350,75
75,8
10,05
93,1
1.21
72,0
66!-
90,4
62.1016

‘,
100,7
September ,,
11,65
67,7
11,57
5

88,5
198,75
85,9
198,25
84,0 350,75
75,8
10,00
92,6
1.21
72,0 661-
90,4
63.81-
102,1
October
‘12,27
5

71,4
12,27
93,8
218,50
94,4
189,50
80,3 366,00
79,1
9,95
92,1 1.19
70,8
661-
90,4 65.121-
105,7
November
,
12,32
5

71,7
12,07
5

92,4
227,25
98,2
185,50
78,6
386,25
83,5
10,20
94,4

1.18
70,2 661-
90,4
67.181-
109,4
December

,,
12,30
71,5
11,90
91,0
220,25
95,1
180,50
76,5
373,75
80,8
10,10
93,5
1.18
70,2 661-
90,4
70,31-
113,0
Januari

1929
12,35
71,8
12,20
93,3
231,50
100,0
194,25
82,3
365,00
78,9
10,10
93,5
1.16
69,0
661-
90,4
75.1016
121,7
Pebruari
‘12,72
5

74,0
12,65
96,7
236,00
101,9
194,75
82,5 357,25
77,2
12,90
119,4
1.11
66,1
6616
91,1
78.-16
125,7
Maart
‘12,65
73,5
12,625
96,6
233,00
100,6
191,75
81,3
359,00
77,6
12,00′
111,1
1.11
66,1
671-
91,8
89.8!-
144,0
April

.
12,12
5

70,5
11,625
88,9
218,00
94,1
185,25
78,5
373,25
80,7
11,05
102,3
1.11 66,1
681-
93,2
82.1716
133,5
Mei

,,
11,125
64,1
10,57
5

80,9
198,25
85,6
177,50
75,2
363,50
78,6′
11,15
103,3
1.16
69,0
6916
95,2
75.416 121,2
Juni
0,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25
76$
11,25
104,2
1.30
77,4
711-
97,3
74.111-
120,1
Juli

,
2,80
U3,125
74,3
11,20
85,6
218,50
94,4
191,25
81,0
415,50
89,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
72.1216
117,0
Augustus

,,
76,3
10,75
82,2
202,50
87,5
182,75
77,4 452,50
97,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
73,171-
119,0
September ,,
12,62
5

73,4
10,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9
506,75
109,6
11,40 105,6 1.30
77,4
7216
99,3
74.191-
120,7
October
12,10 70,4 9,87
5

75,6
185,00
79,9
168,00
71,2
516,50
111,7
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
72,161-
117,3
November ,,
11,775
68,5
9,20
70,4
174,00
75,2
164,75
69,8
483,25
104,5
11,35
105,1
1.30
77,4
7216
99,3
70.5!-
113,2
December

,,
12,62
5

73,4
9,35
71,5
166,00
71,7
163,75
69,4 482,00
104,4
-11,75
108,8
1.30
77,4 72f6
99,3
68.616
110,1
Januari

1930.
12,67
5

73,7
9,35
71,5
149,25
64,5
151.25
64,1
433,75
93,8
11,75 108,8
1.21
72,0 72!6
99,3
71.916
115,1
‘Februari
.11,725
68,2
8,17
5

62,5
139,00
60,0
135,75
57,5
398,50
86,2
11,75
108,8
1.11
66,1
,

7216
99,3 71.12!6
115,4
‘Maart

,,
10,90
63,4
7,15
54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
.390,00
84,3
11,55 106,9
1.11
66,1
701-
95,9
68.1916
111,1
April

,,
11,17
5

65,0
7,625
58,3
180,25
77,8
1-29,75
55,0
431,00
93,2
11,35
105,1
1.16
5

69,3
6716
92,5
61.31- 98,5
Mei

, .
10,45
60,8 6,55
50,1
148,50″
64,1
114,50
48,5
405,00 87,6
11,35
105,1
1.18
5

70,5
6716
92,5
5391-
86,1
Juni

,
10,05
58,4
5,17
5

39,6
145,50
62,9
103,75
44,0
385,50
83,4
1135
105,1
1.18
5

1.185
70,5
6716
6716
92,5 92,5
50.1 f6
48,151-
80,7 78,5
7 Juli

,,
14

,

»
9,55
9,25 55,5
53,8
5,20 5,25
39,8
40,2
158,00
168,00
68,3
72,6
106,00
102,00
44,9
43,2
.350,00
317.00
75,7
68,5
11,35
11,35
1.05,1
105,1
1,185
70,5
70,5
6716
92,5
47.101-
76,5
21

,

,,
9,65
56,1
6,60
50,5
160,00
69,1
114,00
48,3 362,00
78,2
11,35
105.1
1,18
5

70,5
6716
92,5
47.716
76,3
28

,,

»
9,75 56,7
6,25 47,8
145,00
62,6
110,00
46,6
354,00
76,5
11,35
105,1
1,18
5

70,5
6716
92,5
48.151-
78,5

1)
Men zie voor de toelichting
op dezen staat de num,mera val] 8 en 15
Augustus
1928
(Not 658 en
659)
pag.
689I90
en
709.
2)
=
Western vOôr de invoering vai

30 Juli 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

697

wat dagelijks kleine partijen uit den oogst 1930 kon ver-
koopen tot de oude limites. Deze verkoopen bedroegen ge-
durende de afgeloopen week ca. 15.000 tons Superieur en
2700 tons No. 16 &fhooger.
Het rendement der verschillende fabrieken loopt dit jaar
nogal uiteen; van sommige is het lager, van andere weer
hooger, doch in doorsnee is liet tot dusver ongeveer gelijk
aan dat van verleden jaar.
Ook h i e r t e 1 a ii de was de markt kalm met afbrok-
kelende noteeringen op’ de Amsterdamsche termijnmarkt.
Deze luidden afn liet einde der week als volgt: Aug.
f
8%;
Dec.
f
9; Ivirt.
f
9
%’ en Mei
f
9%. De omzet bedroeg
4350 tous.

KATOEN.

Marktbericbt van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.

Manchester, d.d. 23 Juli 1930.

In de Amerikaansche katoenmarkt is in de afgeloopen
week weinig verandering gekomen. Er was een iets vastere
toon op Vrijdag en Zaterdag j.l., doch sedert dien tijd zijn prijzen weer gedaald en was gisteren Mid. American spot
weer ongeveer op hetzelfde niveau van verleden Woensdag.
De ontvangsten in Amerikaansche havens bedragen dit sei-
zoen circa driekwart millioen balen minder dan een jaar
geleden, terwijl exporten ongeveer 1.400.000 balen minder
bedragen. Egyptische katoen is eveneens vaster geweest,
doch F.G.F. Sakel ,,Spot” was gisteren 15 punten lager dan
op j.l. Zaterdag.
De berichten over den nieuwen oogst blijven gunstig lui.
den, terwijl de voorraden in Alexandrië ca. 1.800.000 cantars
(of ongeveer 100 pOt.) meer bedragen dan een jaar geleden.
Loco-verkoopen in Liverpool bedroegen de vorige week
slechts 15.310.000 balen, waarvan een derde Amerikaan.
sche, Zuid-Amerikaansche soorten bedroegen 4.820.000 ba-
len, Egyptische en Soedaneesche soorten 1.790.000 balen,
Afrikaansche 1.320.000 balen; Oost-Indische 1.790.000
balen.
Voor ‘Amerikaansche garens bestaat een betere vraag,
hoewel het aantal geboekte orders slechts weinig vera.nde.
ring aantoont, daar de geboden prijzen voor hoeveelheden
op een te lage basis zijn om geaccepteerd te worden. De
meeste soorten Mule Twist en Weftcops worden slechts in
geringe hoeveelheden gekocht, hoewel wij gisteren verna-
men, dat er flinke kwanti afgesloten zijn in grove garens
speciaal voor geruwd doek geschikt. Ook bestaat er iets
meer belangstelling naar ringgarens speciaal in de betere
gekaarde soorten. Enkele flinke hoeveelheden zijn geplaatst
tegen prijzen, die, naar men zegt, beter zijn, ofschoon zij
nog wel te .wenschen overlaten.
Getwijnde garens worden slechts in kleine hoeveelheden
verkocht. Egyptische Twist en Weftcops worden slecht ver-
kocht, terwijl slechts weinig orders voor grootere hoeveel-
heden mogelijk zijn. Deze opmerkingen gelden ook voor en-
kele
bunaelgarens
voor export; er gaat slechts een zeer be-
perkte handel voor Indië om. Getwijnde garens, zoowel
voor het binnenland als voor export, worden algemeen
slechts weinig verkocht met uitzondering van de hard
twisted nummers voor het weven met kunstzijde, waarin
vrij goede zaken gedaan worden.
De doekmarkt is vast en prijzen zijn onveranderd. Het
is wel teleurstellend, dat de verbetering in toon, die wij
de vorige week gerapporteerd hebben, geen betere resul-
taten heeft afgeworpen. Er zijn eenige zaken in gebleekte
en geverf de goederen voor Hongkong gedaan, doch zelfs
hier is het aantal geboekte orders niet algemeen geweest.
De getoonde belangstelling heeft echter de verwachting van
verdere zaken opgewekt, die tot op heden niet verwezen-
lijkt zijn, daar de lage wisselkoers een onoverwinbare moei-
lijkheid vormt. Wat zaken over het algemeen betreft, zijn
hier en daar posten geplaatst, waar voorraden van katoen
gering waren. Hoewel er een flinke vraag is, blijven zaken over het algemeen van weinig beteekenis en het aantal ge-
boekte orders is slechts gering.

Liverpoolnoteeringen

Oost. koersen 15Juli 22 Juli
16Juli 23Juli T.T.opBr.-Indië 1/5 1/5
F.U.F. Sakellaridis 12,30 12,50 TT. op Hongkong 113 i 113 i,
G.F. No. 1 Oomra 3,55 3,55 T.T.op Shanghai 1157/
t
116

KOFFIE.

De stemming was in de afgeloopen week wederom zeer
kalm en de vraagprijzen van Brazilië liepen nog verder terug. Het verschil met een week tevoren bedroeg voor
Santos koffie van1/6 tot 316′ en voor Rio van 1/6 tot 2/6
per cwt. Dc oorzaak, dezer daling is hoogstwaarschijnlijk

VAN GROOTHANDELSPRIJZEN
1
)

TIN
locopriizen
Londen per Eng, ton

KATOEN
for Middling
locoprijzen
New York
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,
Merino, 64’s Av.
loco Bradford
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,
CrossbredColo-
nial Carded,
SO’s Av. loco
Bradford per Ib.

RUBBER4)
Standaard
Ribbed Smoked

loc

len
per Ib.


SUIKER
Witte kristal-
suiker loco
R’damlA’dam.
per 100 K.G.

KOFFIE

Robusta
Locoprijzen
Rotterdam
per
‘Is 1(0.

THEE
AfI. N.-I. tlieev.
A’dam gem. pr.
Java- en Suma-
tratheepl(sK0.

Indexcljfer
v(h. Centr. B.
v. d. Stal.,
herleld
van 1913
=
100
tot 1925= 100

Indexcijfer
van The
Economist,
herleld
1927
=
100
tot 1925=100

261.171-
010 100,0
$
cts.
23,25
01
100,0
pence
55,00
01
100,0
pence
29,50
0(
100,0
Sh.
2111,625
0
/0
100,0
t.
19,75
0(
100,0
cts.
61,375
0
1
0

100,0
cts.
845
0(0
100,0
1000
1000
290.17(6
111.1
.17,55
75,5
47,25
85,9 24,75
83,9
2(-
67,4
17,50′
93,3
55,375
90,2
94′,25
111,5
93′,2
93:9
290.4!-
110,8
17,50
75,3
48,50
89,2
26,50
89,8
116,375
51,6
19,12
5

102,0
46,875
76,4
82,75
97
1
9
95,4 89,5
296.9(6
113,2 16,85
72,7
47,25 85,9 26,00
88,1
116
50,5
18,37′
98,0
47
76,6
81,25
96,2
96,1
89
1
6
289.1516
110,7
17,90
77,0
48,50
88,2
26,50
89,8
114,75
47,0 18,62′
99,3
47
76,6
84
99,4 97,4
92,2
292,-(6
111,5 19,70
84,7
48,50 88,2 26,50
89,8
115,25
40,8
18,50
98,7
45,375 73,9


96,1
90,2 287.12(6
109,8
22,05
94,4
50,00 90,9 26,50
89,8
1(4,25
45,6 17 87′
95,3 44,25
72,1
94,5
111,8
96,8
89,1
264.216
100,9
20,65 88,8
50,25
91,4 26,75
90,7
1(4,375
46,0
16
:8
75

90,0 45,25
73,7
93
110,1
96,8
‘88,6
264.416
1009
20,25
87,1
52,25
95,0
28,50
96,6
116,5
51,9
17,25
92,0
46
74,9
96
113,6
97,4
88,9 266.13(6
101:8

19,70
84,7
51,50
93,6
28,75
97,3
1(7,75
55,4
17,87′
95,3
46
74,9
89,25
105,6
97,4
88,2
255.l(-
97,4
19,25
82,8 53,00
96,4
,
29,75
100,8
117,25
54,0
17,37′
92,7
46
74,9
84,5
100,0
98,7
87,9
233.10(6 89,2
18,35
78,9
5475
99,5
31,75
107,6
1(3,75
44,2
16,75
89,3
46
74,9
,

79,5
94,
1
96,8

87,9
233.17(6
89,3
19,35
83,2
53:00

100,0
33,25
112,5
110,75
35,8
16,87′
90,0
Cr
76,6
79
95
98,1
89,2 234.61-
89,5
20,65 88,8
54,50
99,1
33,00
111,9
-(9,375
26,3
16,875
90,0
47
76,6
74,25
87,9
98,7
90,5
230.13/-
88,1
21,55 92,7
54,25
98,6 32,25
109,3
-(9
25,3
16,62′
88,7
48,25
78,6
78,25
926
98,1
91,2
218.8(6
83,4
21,35 91,8
55,50
100,9
31,75
107,6
-(9,25
26,0
1,75
84,0
49
79,8
73,25
8
6:
7

98,7
898
211.19!-
80,9
21,75
93,5
53,00
96,4
31,25
105,9
-(9,25
26,0 15,50
82,7
49,875 81,3
71,25
84,3
95,5
882
211.181-
80,9
19,30
830
51,75
94,1
30,00
101,7
-(9,25
260
16,00
85.3
51,875 84,5
6775
80,1
92,9
86,6
214.7(6
81,9
18,55
79:8
47,00
85,5
29,00
98,3
-(8,5
23′,9
15,87
5

84,7
52,75
86,0
7
0:
2
5
83,1
93,5
85,4
221.191- 84,8
19,45
83,7 46,25
84,1
27,25
92,4 -18,8
24,7
14,625
78,0
53
86,4
73
86,4
94,2
85,1
232.1016 88,8
19,90
85,6 47,25
85,9
27,50
93,2
-18,625 24,2
14,00
74,7
53
86,4
75,75
89,6
95,5
85,1
228.81-
87,2 20,45 88,0 46,25
84,1
28,00
94,9
-j8,5
23,9
13,92′
74,3
51,75
84,3
76,5 90,5
95,5
84
1
8
222.716 84,9 20,20 86,9
46,75
85,0
28,75 97,3
-19,875
27,9
13,77
5

73,5 53,125
86,6
77,25
91,4
94,.
84,6
222.11(-
85,0
20,10
86,5
44,25
80,5
27,75
94,1
I(-
33,7
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
94,2 85,4
221.0(6
84,4
21,25
91,4 44,00
80,0
27,50 93,2
1(0,125
34,0
13,50
72,0
54
88,0
72,75
86,1
94,8
85,8
207.5(6
79,2
20,45
88,0
43,25
78,6
27,25
92,4
-(10,5
29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25
87,9
92,9
83.9
197.516
75,3
19,40
83,4
41,50
75,5
26,25 89,0
-110,875
30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50
87,0 91,6
81,7
200.51-
76,5
18,75
80,6
40,00
72,7
25,75 87,3
-110,625
29,8
12,00
64,0
54
88,0
69,50
82,2
91,0
81,9
209.516
79,9
18,65
80,2
38,75
70,5
24,75
83,9
-(II
30,9
13,425
71,6 54 88,0
68,50
81,1
91,0
83,7
210.11(-
80,4
18,60
80,0
37,00
67,3
24,00 81,4
-110,5
29,5
13.00
69,3
53,50
87,2
64
75,6
91,6 83,6
205.516
78,4
18,90
81,3
34,25
62,3
23,75 80,5
-110,125
28,4
13,475
71,9
51,75
84,3
64
75,6
91,0
82,0
188.916
72,0
18,45
79,4
32,50
59,1
22,50
76,3 -19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0
66
78,1
90,3
80,5
182.-/6
69,5
17,50
75,3
34,25
62,3
23,00
78,0
-18,125
22,8
12,50
66,7
41,75
68,0
66,50
78,7
88,4
78,8
178.1816
68,3
17,25
74,2
31,25
56,8
21,25 72,0
-/8
22,5
12,075
64,4
36,75 59,9
60,75
71,8
87,1
78,8 174.131-
66,7
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3 -17,375
20,7
11,675
62,3
35
57,0
60,50
716
84,5
76,9 174.41-
66,5
15,45
66,4
28,50 51,8
17,75
60,2
-(8
22,5
11,40
60,8
35 57,0
58,25
68:9 81,3
75,2
165.181-
63,4
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9 -17,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25
73,7
78,7
74,2
161.1716
61,8
16,45
70,8
27,25
49,5
17,25
58,5
-17,375
20,7
10,55
56,3
35
57,0
59,50 70,4 78,7 72,8
145.-1-
55,4
16,50
71,0
28,75
52,3
18,00
61,0
-16,875
19,3
9,80
52,3
34,75
56,6
58
68,6
76,1
72,0
1364(6
52,0
14,50
62,4
27,75 50,5
17,50
59,3
-(6,125
17,2
9,775
52,1
33
53,8
58
68,6
76,1

70,4
135.216
51,6



27,00
8

49,1
8

17,00 8 57,38 -16,1875
17,4
9,75
52,0
32
52,1
56,75
67,2
132.151-
50,7
13,105
56,3
6
1
26,75
8

48,5
9

16,625
0

56,4
9

-15,75
16,1
9,50
50,7
32
52,1
56,25″
66,6
10

135.1216
51,8
13,406
57,6
6
1
25,75″
48,5
10
1
16,50

10
55,9
10
1

-(5,3125
14
1
9
9,25
49,3
32
52,1
136.-1-
51,9
12,75
7

54,871
27,00″
49,1
U

1

16,50

55,9″
-15,3125
14,9
8,625
46,0
30
48,9
de huld!ge officieele noteeringswijze (Jan. 1928);vanaf 16 Dec.1929 7415 K.G. Hongaarsche; vanaf 26Mei1930 Z.-Russïsche.’) = Malting vôôr de invoering van de huidige
offic. not.wljze (Jan. 1928).
4
)Jaar- en maandgem.afger. op
1
18 pence. 5)
11
Juli.
6)
18 Juli. 7)25 Juli.
0)3
Juli.
0)
10 Juli.
10)
17 Juli.
35
)24 Juli.

Irr

11-08

ECON’bMISCH.STATÎSTISÔHE – BERICHTEN

30 Juli 1936

:i:’dêeritô plaats fe zoeke in. het kitblijven van buiten-
gewodn lage tempei tui&n in het productiela]icl. Werd er
• reed enkele wekeu geleden de aandacht op gevestigd, dat
dethermoiieter in sommige gedeelten van Brazilië tot dicht
bij het nu1junt was genaderd en dat liet in omliggende
]udeii abuorïuâaY kôud ‘v1 gewoi’den, zoodat de ,ka,ns op
vorst iii de koffie-producerendè districten als vrij groot
• werd afeschi1deid, id werkelijkheid heeft zich tot nu toe
nieti veroutrustencls vâh dien aard voorgedaaiX Van geen
inkete zijde is eenig bëtrdw’baar bericht Ôver vorst en

.
6vei dard6or veroorzaa.kte schade aan defl koffie-aanplant
-ontvangk en het is bekend; dat, indied ook in de eerstvol-
gende weken vorstschade ”an beteekenis mocht uitblijven,
devolgendd dogst. wederom groot zal
woi:den.
Dat bij een
teruggehociden vooi’racid van 21.210.000 balen in Sao Paulo
van 1.621.000 balen in Rio en een zichtbaren wereld-
voorraad van ongeveer 5.600.000 balen, dus bij een totalen
re1dioorraad, van bijna 28.500.000 balen, het vooruit-
z.icht op .een nieuvn grooten Braziel-oogst de prjzan
.i’erder drukt, is maar al te . begrjpelijk temeer daar ook

:
de iselkoers .in Brazilië in de laatste dagen nog bijna
5 Ct. is gézakt..
1.

Zooals hjerboven reeds is vermeld, bedroeg volgens

een
dezer dagen ontvângen telegram de voorraad, in de binnen;
landsche pakhuizen en in de spoorwegstations .van Rio
:
te1Uggeoude, op 30 Juni 1.621.000 balen,

hetgeen tegen
31′ Mei,’ toen deze voorraad 2.498.000 balen bedroeg, een
vérmindering beteekent van 877.000 balen.
• • Da )imiet der dagèlijksche .aanvoei-en in de haven van
R-io is voör de eërste helft van Augustus gebracht op 7.496
balen tegen
.
6.739 balen in de tweede helft van Juli.
Aan de loco-markt bleef de afzet zeer beperkt; de offi-
eïeele ioteering van Superior Santos werd verlaagd van
38 op 37 ct per K.G. en die vn Robusta van 32 op
30 dt.
Aan de Rotterdamsche termijnmarkt liepen de notee-
ringen sedert verleden week
Y
2
1
a
1%
ct. terug. Dinsdag 29

dezer des vooi

middags waren zij als volgt: Juli 24Ç, sep-
;tectiber(23, December 20%, Maart 1931-19
3
/, Mei 1931-”
:.19.ct. per
1%,
K.G.

De p±ijzen VanT. gewoon goed beschteven Superior Santos
o. prompte. verschepug zijn thans ongeveer 51f- A 53/- per
cwt. en vaddito Prie ongeveer 55/- 5.
ö’Tf-,
terwijl zij. van
Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte versche-
ping, bedragen 32/9 5. 34/6.
Nederindsch.Indïë was bij uiterst klein aanbod vooi- -cle ongewasschen Robusta-soorten wederom iets hooger, doch
van gewasschen Robusta bleef de prijs onveranderd. Op het
oogenblik zijn de noteeringen in de eerste hand als volgt:
Palembang Robusta, Augustus-verscheping,
171%
et.;
Benkoelen Robusta, Augustus-verschepiug,
171%
ct.; Mand-
heling Robusta, Augustus-verscheping,
191%
et.; W.I.B.
f.a.q. Robusta, Augustus-veikcheping 26 et., alles per
34
K.G., eif, ditgeleverd gewicht, netto contant.
De slot-soteeringen te New-Yoi-k van het aldaar gelden-
de gémencl contract (basis Rio No. 7) wardn

Sept.

. Dec.
I
Maart

Mei

28 Juli

…….$ 6,45

$ 5,92

$ 5,82

$ 5,74
21

,….,, 6,96

,, 6,53

,, 6,28

,, 6,16
14

,………,,

6,87

,,

6,55

,,

,,

6,34
7

,……..,, 6,21

,, 5,94

5,83

,, 5,76

Rotterdam, 29 Juli 1930.

THEE:
In de vorige week behield de lustelooze stemming van
de thee-markt te Londen cle overhand.
Dit geldt niet voor de Java- en Sumatra-soorten, welke
de eenige waren clie in het algemeen goede vraag ontmoet-
ten.
In het bijzoiider voor de goedkoopere soorten.


In Calcutta ,verden van cle 29.000 kisten ca. 20.000 kis-
ten verkocht.

De uitvoer uit Noordelijk-Brïtsch-Indië bedroeg in Juni
niet minder dak 19.8 millioek lbs. hetgeen 4.1 millioen lbs. hooger is dan verleden .jaar. De achterstand over de
maan-
de
.
n April/Mei is hiermede niet slecht te niet gedaan, maar
het totaal over April/Juni overtreft thans het vorige jaar
met ruim 3 niilliocn lbs.
De uitvoer van NedIndische thee uit Nederland bedroeg volgens cle cijfers van het Centraal Bureau vooi- de Stati-
stiek, gedurende Juni 797.000 KG. tegen 651.000 KG. in
1929.

De aanvoer in Nederland bedroeg 1.8 millioen 1KG. (v.j.
1.79 millioen KG.) en de invoer tot verbruik 834.000 KG.
(v.j. 908.000 KG.).

– Amsterdam, 28 Juli 1930..

.

.

IJZER

De baisse op de contineutale exportmarkt voor ruwijzer
zette zich in de afgeloopen veertien dagen voort. Naar
Cleveland ijzer was zeer weinig vraag ; de prijs werd even-
.wel gehandhaafd. – .. .
De stemming op de staalmarkt werd door, de onzeker-heid t.a.v. de besluiten van het Internationale Ruwstaal-
kartel zoodanig beïnvloed, dat de omzet tot een minimum
beperkt bleef. De prjspositie is voor alle producten zwak.
De
of ficieele prijzen der gekartelleerde procluctan – (half-
fabrikaten en profielijzer) lijn met 5—734 A. verlaagd.

VERKEERSWEZEN.


VRACHTENMARKT.

Graan. van Noord-Amerika..
Er was beduidend meer vraag
naar – seheepsruimte, in het bijzonder van de Gulf en de
• vraeitek liëpen – in het algemeen iets op.
Yaii I’.lontreal werden pronipte partijen në.ar het Cbnti-
acht eip balis ‘an $ 0.08 naar AiiTtWerperî uit lé maikt gë-
komen, – terwijl voor – 6n boot kier begin Saptemb&r :n&ar
A ritwerpèn of Rotterddnï $ 0.093/, liièt de kptiè Borddaux/

,R5.n’iburg range tegan $01034 betiild werd.. Naar de Mid-
.dellandiche Zee werd per Augustuëop basis van $ 0.11 -en
per Septeinbex op balis van $ 0.12 afgesloten. ——
Vin de Northern range :k”as betrekkelijk weikig te doen.
— V5.n de Gulf

werd kanva.nkelijk op basis uaci $ 0.12
34
naar. -Antwerpen of Rotterdam per Juli/Augustus.bevraeht;

ciaarna zijie verëchei.dene bclbteh per Augustua en Septem-
liëa
tegn $ 0,12 opgenoiiien, in sommige gevallen met de
.optié

Bôrdeaux[Dui.nkerkkn range tegen $ 0.13 en
U.K.
tegen. 2/9:

• . –

LaPlitta. In-dazeafdeeling ging in .de aifgelooeh
week hét meeste om. Er was meer vraag tegen betere eijfers
al •hadden ï’rôège bdöten ook de voorkeur. In het geheel wer-
.deiÇoneveer 22 booten bevracht, voor het meeren.deel had-
clige schepen. Van de Bovenrivier werd tot 18/- betaald
:iiF,
U.K../Contiiieiit niet cancelling 10 Augustus, terwijl
voor ccii boot van 5500 ton van Santa F6 naar Antwérpen,
Rotterdam of Aalisterdain, met cancellidg 31/7 zelfs 19/6 cl.
toegestaaii wérd. .Van Buenos Aires werden booten tot
7000 lek ‘oer begin Augustus tegen 15/-, ‘basisHavre/Eam-
bui-g- r.ange opgenomen, optie Middellandsche Zee tegen
16/6
cl.;
per medio Augustus werd naar UK/Continent 15,
1


betaaldmet 6 d. minder voor Antwerpen of Rotterdam en
per einde Augustus begin September 13/6. –
iSuiker van West-Indië.
In het algemeen was het in deze
af deeling rustig. Naar UK/Continent kwamen geen af-
sluitingen tot stand en op het oogen.blik is er zeer wei-
Ilig .vraag in deze richting. Voor de naar Rusland ver-
kochte ladingen werden.twee vroege booten tegen -.15/3
resp. 1511034 naar Leilingrad opgenomen. Waar ovèr den
verkoop van verdere ladingen naar de Zvarte Zee en Le-
ninrad onderhandeld wordt, is te verwachten, dat binnen-
kort boeten voor Augustus/September laden geplaatst kun-
nen worden. Van de naar Gothenbarg verkochte 10.000 ton
werden 6000 ton van Cuba per medio Augustuh tegen het
betrekkelijk lage cijfer van 141- afgesloten; de resteerende
4000 ton zullen pas per eerste helf t September ter ver-
scheping komen. –
Donau en Zwarte Zee.
Van den Dokau vonden beduidend
n1inder afsluitingen plaats dan de voorgaande week. Zoo-
vel voor Augustus als wel voor September werd 14/- be-
taald, basis Antwerpen of Rotterdam. –
Van de Zwarje Zee werd een behoorlijk aantal booten
opgenomen tegen 11/-, ,basis Continent voor Augustus laden.
Middellav4sche Zee.
Deze markt was zeei- kalm. Bij een
gering aantal ordei

s was het aanbod van tonnage zeer
groot en reeders waren bereid elk bd in overweging te
nemen. Ertsiadingen werden om. als volgt gesloten: Huelva/
Rotterdam 417
34.,
Follonieaamburg en Stettin 5/3 en 5/6,
Val – de Torreotter.dam 4110%, Bonn/Rotterdam of Vlaar-
dingen 4/-, Algiers(Rotter.dam of Vlaarclingen 411 34.,
Les
Falaises/Botterdanu 4/6, terwijl cle volgende phosphaatla-
dingen bevracht werden: Sfax/Bo.r.deaux en Nantes 4110%,
Antwerpen 5/3, Cette
5111%
en Tunis/Vl.aardingen 6/3.
• iVoord-Spanje. –
Ook in deze afdeeling valt geen verbe-
terihg te vei-.melden. Betaald werd: 4/9 BilbaofGrange-
mouth en Bilbao/Tyne en 5/9 Rivadeoflmmingham.
van U.K.
De toestand bleef vrijwel ,ongewijzigd.
Van Wales werd om. afgesloten: Havre 31-, Lissabon 6/4 34,
Algiers 7/6, ‘Napels 6/3, Ban 7/9, Port Said 7/-, Alexan-•drië. 7/-, La Plata 14/6, Buenos Aires 15/-, Montreal of
Qnebec
:71-,
en van.de Oostkust:: Manager 4/6, Stettin 4/-,
Königiberg 4/3, – Bordeaux 4/3, Marseilles .7/3, Cette 7/6,
West-Italië 6/3 en Alexanclrië 7/3. –

Auteur