Ga direct naar de content

Jrg. 15, editie 756

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juni 25 1930

5 JUNi 1930

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economi*sch~Statistische

Bericchten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOÖR DE MEDEDEELINCEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

1
I5EJAARGANG

WOENSDAG 25 JUNI
1930

No. 756

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Prof. Mr. Dr. G. M. Verrijn Stuart.
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN
ADVIES:
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Jiasselt; Jhr. Mr. L. H. vai
Lennep; Mr. K. P. van der Mandela; Prof. Dr.
W.
J.
Polak; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van Welderen
Baron Rangers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schiltkuis;
Mr. Q. J. Terpstra;
Prof.
Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid:
Prof.
Mr. Dr.
G. M.
Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: H. M. H. A. van der Valk. Secretariaat: Pieter de Boochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Kôloniën f 23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen hèt weekblad gratis.
De verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont-
vangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo-
ver daaromtrent niet, anders wordt beslist.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnemekt
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties: Nijgh d van Ditmar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot.
terdam, Amsterdam, ‘s-Gravenhoge. Postchèque- en giro.
rekening No. 6729.

24 JUNI
1930.

Het is wel bijna overbodig om het oyerzicht van

onze geidmarkt aan te vangenmet de medeeling, dat
de middelen overvloedig bleven. Cali-gelden waren

moeilijk te plaatsen; groote bedragen blevn renteloos

in de kassen der banken of op haar rekeningen bij

De Nederlandsche Bank. De noteering voor cail-geld

schommelde tusschen
Y2′
en 1 pOt. De vraag naar

wissels voor buitenlandsche rekening is deze week blij-

ven aanhouden, zoodat de noteering voor privaat-

disconto geleidelijk aan tot 1% pOt. terugliep. Op het

laatst was er echter. voor dezen prijs geen animo meer

en hielden geldevers zich wat terug, zoodat de stem-

ming tenslotte iets vaster was. Prolongatie noteerde

1%-2 pOt.
* *
*

De balans van De Nederlandsche Bank geeft weinig

veranderingen van beteekenis te zien. De post binnen-
landsche wissels daalde met
f
800.000. De beleeningen

blijken met
f
2,3 nillioen te zijn teruggeloopen.

De goudvoorraad der Bank bleef weder zoo goed als

onveranderd. 13e zilvervoorraaci klom met

f
600.000.

De post papier op het buitenland bleef ongeveer op

clezeff de hoogte, terwijl de diverse rekeningen op de

actiefzijde der balans een vermindering van
f
5,1 mii-

lioen te aanschouwen geven.

De b’iljettencirculatie daaldé met
f
15,2 millioen.

Het tegoed van het Rijk nam met
f
4,9 millioen toe.

De rekening-courant-saldi van anderen stègen met

f
2,9 millioen. Het beschikbaar metaalsaldo bedraagt

f 3,1
millioen meer dan verleden week. Het dekkings-

percentage is nagenoeg 54.

* *
*

De wissêlmarkt bleef onbelangrijk. Door de groote

geidruimte trokken de koersen hier aan. Ponden kwa-
men van 12.081% op 12.09f1e. De Dollars varen niet-
tegenstaande de disconto-verlaging in New-York vas-

ter; zij kwamen van 2.4870 op 2.4889, na voorbijgaand

2.4893 te hebben genoteerd. Dollars in Londen waren

4.8580-4.85976-4.8586. Ook Marken ondergingen

geeninv’loed van de disconto-verlaging; zij monteer-

den van 59.33 tot 59.36. Op het ‘eind van den laatsten

dag kwam er plotseling een groot aanbod; slot 59.33

latend, zonder koopers. (Ponden in Duitschland

20.374 bieclend). Fransche Francs weder beter: 9.77

na 9.76. (Panden in Parijs 123.17). De overige wissels

alle hooger in sympathie met de hoofd-deviezen: Bel-

ga’s 34.721%, Zwitsersche Francs heel vast 48.23, Lires

1.3.031%. Peseta’s konden zich aanvankelijk wat ver,-

heteren en stegen van 29.10 tot 29.40, warop weder

een daling tot 28.97V2, volgde. Zloiy’s 21.92. Yen

bleven ca. 1.23, niet 1.25, zooals de vorige maal abu-

sievelijk vermeld. Rupees 89/8. Argentijnsche Pesos
921%-91%-92. Rio fractioneel beter: 28.

Termijnen flauwer, beïnvloed door de vraag naar

contante wissels. Een- en driemaands Ponden noteer-

den tenslotte resp.
h1/io__%
en 11%–1, Dollars 16-

14 en 27-25; Marken 5Y4-4% en 11-10 alles déport.

4
LONDEN, 23 JUNI 1930.

Daggeict was in de afgeloopen week vrij gemakke-

lijk, terwijl er tevens vraag bestond naar geld tot

begin Juli voor 3 pOt. eu een fractie daarboven.

Einde Juni wordt er gewoonlijk op vrij ruime

schaal van de Bank van Engeland geleend en vanaf

imorgen zullen er ook ditmaal wel
belangrijke
bedra-

gen
01)
clie wijze op de markt komen. Heden werd

31% pOt. tot begin Juli betaald om morgen de Bank

te kunnen vermijden.

Disconto hield zich eerst vast, maar na de verla-

ging in New-York en Berlijn kon de markt hier den

invloed daarvan niet ontgaan. De noteering brok-

kelde af en is heden 2% pOt.

Het koersverloop van de nieuwe Duitsche Her-

stelleening was teleurstellend; De koers daalde met

2 püt. en noteert nu 11% pOt. disagio. De slechte in-
schrijvingsresuitaten in Amsterdam maakten een on-

gunstigen indruk.

574

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICflTEN

25 Juni 1930

DE JONGSTE POGINGEN TOT STABILISEERING

EN ,,UNITIZATION” DER PETROLEUMINDUSTRIE.

De meeste (Ier groote petroleumeoncerus, afgezien
inichien vnu de ietwat eigenzinnige Gulf Oil, zijn
in beginsel bereid tot een overeenkomst betreffende
de regeling der ruwolîewtnn?ng
in de Ver. Staten en
vervolgens over de geheele wereld. Echter verklaart
zelfs deze maatschappij, in principe aan een dergelijke
regeling te willen medewerken. Bij het nagaan der be-
weegredenen voor deze algemeene bereidwilligheid valt een merkwaardige
wijzi ging in het doel
vast te stellen.
1-let begin der beweging dateert van ongeveer 1921.
Destijds begon men in Amerika er zich rekenschap
van te geven, dat de olieter±eioen der Ver. Staten,
hoe onuitputtelijk zij ook wel mogen lijken, toch niet
werkelijk onuitputtelijk zijn
1)
en ten tweede, dat de
meeste der toentertijd’ bekende velden buiten de Ver.
Staten niet door Amerikanen, doch door Engeisch-
Nederlandsehe belangen worden gecontroleerd: De
tegenwoordige l’resiclent der Ver. Staten, toen Staats-
secretaris van Handel, de heer ioover, riep de leiders
der grootste petroleumondernemngen hij zich, zette
hun dezen stand van zaken uiteen en spoorde hen
tevens dringend aan, zich
buiten de Ver. Staten van
olieterreinen te verzekeren.
M.a.w.
inaugurati e van
de buitenlandsche expansie der Amerikaanse/te olie-
maatschappijen door de Amerikaansche 1?egeering
zelve.
Ten dccle zeker uit werkelijke bezorgdheid, ten
dccle ongetwijfeld ook om de openbare meening te
winnen ten gunste van de zoo welwillende houding dr
Regeeri.ng ten aanzien der niet bovenmatig geliefde
oliemaatschappijen, werd i.n de pers luid en aanhou-
dend gewezen op het gevaar eener uitputting van de
Amerikaansehe petroleumreserves, en daarmede op
dat van een ontzaglijke
prijsstijging
der benzine, maar
ook op het gevaar ten opzichte der voorziening der
Ver. Staten in geval van oorlog.

President
Coolidge
stelde in 1924 een uit de Staats-•secretarissen van Binnenlandsche Zaken, van Oorlog,
Marine en Handel bestaanden
Federal Oil Cortserva-
ior& Board
in, welke sindsdien in wisselende samen-
stelling steeds nauw met de petroleamindustrie heeft
samengewerkt. Het meest representatieve en grootste
lichaam -daaruit, het American Petroleum Institute,
liet door een Comité van elf personen het vraagstuk
der uitputting van de Amerikaansehe oliereserves

onderzoeken – niet het eerste onderzoek van dien
aard. Het kam in 1925 tot de conclusie, dat met de
tot dusverre gevolgde produetiemethoden slechts nog
betrekkelijk weinige jaren petroleuia in voldoende
hoeveelheid tot de tegenwoordige prijzen zou kunnen worden geleverd. Daarom scheen het wel dubbel ver-
werpelijk, roofbouw te plegen op dit onvervangbare
goed, hetzij dan- dat deze gelegen was in tde pro-
ductie of ondoelmatige behandeling van de ruwe olie
hij de verwerking. De begrippen der
technische en
economische verkwisting
hielden hun intocht. Viel het nog wel te rechtvaardigen, de petroleum-

terreinen zoo snel mogelijk leeg te halen? Was het
-toelaatbaar, dat het aanboren van een bron aanstonds
aanleiding werd tot het ten spoedigste neerlaten van
een ontelbaar aantal andere boringen, uit vrees, dat
de nahuur nog sneller zijn boring zou voltooien on
aldus de olie, welke zich helaas niet bekommert om
aan de aardoppervlakte getrokken grensljnen, ook
onder het terrein van den eersten vinder of bezitter
zou aftappen? Was het niet mogelijk, ja zelfs nood-
zakelijk, in plaats van dit ,,eompetitive drilling”
(wedstrijd in het boren) een economisch gezonder
systeem te stellen? Slechts langzaam was de industrie
daartoe te bekeeren. Een of twee mannen wezen den

I)
S
j
ndsdien hebben nieuwe ontdekkingen van cle rijkste
velden weliswaar het tijdstip van uitputting der Amen.
.kiiansche reseres naar een verdere toekomst dan ooit
kon worden gehoopt, verschoven; maar aan de juistheid
der opvattitg, dat ‘dc oliereserves niet onuitputtelijk zijn,
verandert lit feit natuurlijk niets.
INHOUD.
BIz.
DE JONGSTE POGINGEN TOT STABILISEERING EN
,,IJNI-
TIzATION”
I)ER PETROLEUMINDUSTRIE door
Dr. Wil-
hein

t

Mantner

…………………………..
..
574 Kan de invloed van seizoenbewegingen
i
n ons beta-
lingsverkeer op geld- en wisselmarkt hier te lande
voorspeld worden? II (Slot) door
P.
Tefrocie Jr.

..
577
De
Rijksmiddelen …..

.
580

BLJIPENLANDSOHE MEDEWERKING:
Wereldsuikerproductie, -verbruik, -invoer en -uitvoer
door Dr.

Gnstav Mikusch

………………..
582

AATNTEEKENINGEN:
De Surinaamsche Bank in
1929 …………….583

MAANDCIJFERS:
Productie der Steenkolen-, Bruinkolen-en Zoutmijnen
585
Overzicht der Rijksmiddelen .. .

._ … ..
586
Posterijen, Telegrafie en Telefonie …………..
586

SPATISTIEKEN EN OVERZIChTEN
…………….
586-592
Geidkoersen.

Bankstaten.

Verkeerswezen. – Wisselkoersen.

Goederenhandel.

weg, legden den nadruk op de noodzakelijkheid van
samnwerki ng turschen de producenten, eischten, dat
men de
afzonderlijke
petroleumterreirten als ,groote
productie-eenheden zou
beschouwen, aan de exploita-
tie waarvan alle daarbij belanghebbenden in verhou-
ding van hun bezit, hadden deel te nemen. Aanvan-kelijk stiet dit denkbeeld op tegenstand, vooral om-
dat het dwang van Staatswege tot deze samenwerking
vooropstelde. Maar dringender nog dan de woord-
voerders van dit denkbeeld predikten de verhoudingen
in de olie-industrie de noodzakelijkheid van deren
vorm van exploitatie. Thans is het, wanneer men af-
ziet van het punt: staatsdwang ôf
vrijwillige
samen-
werking, waarover nog rordt gestreden, gemeengoed
bij de industrie, of althans bij het grootste en verstan-
digste gedeelte ervan.
Door de invoering van een dergelijke

wettelijke
r’egeling zou ook de voornaamste hindernis uit den
weg zijn geruimd, welke thans een dergelijke samen-
werking nog belemmert: de
bepalingen der antitrust-
wetten,
die zoowel. ila den Statenbond als ook – en
gedeeltelijk nog veel drastischer – in de afzonder-
lijke Staten alle overeenkomsten inzake productiebe-
perking verbie’den, ioodat, om ook dit te vermelden,
niet weinig van het op ,,eonservation”-gebied ver-
richte meer geduld dan wel verlangd, meer stilzwij-
gend toegelaten dan uitdruklcelijk geoorloof dl of zelfs
voorgeschreven was. Want hun, die voor de productie-
regeling slechts ten halve zijn, gewonnen, zullen deze
bepalingen wel niet eens zoo onaangenaam voorko-
men, en voor den innerlijken onwil, die de eonser-
vation” bemoeilijkte, is het typeerend, dat de door
den Handeissecretaris Hoover verstrekte aanwijzing,
het eens te worden betreffende
amendeering van de
Sherman-antitrustwet,
waarna er voor zou worden gezorgd, dat over dit amendement in het Congres
werd beraadsiaagd, tot dusverre niet is verwezenlijkt.
Het was ongetwijfeld de overprodiictie van 1927,
welke dan toch de meeningsverandering bij de petro-
leumindustrie teweeg bracht.
De
,,conservatiorc”-politieli is
in dien tijd de offi-
eiëele politiek van het American Petroleum Institute
geworden, verscheidene commissies van rechtsgeleer-
den en petroleum-vaklieden hebben
wetsontwerpen
voor een zoodanige amendeering uitgewerkt. Hun
voornaamste inhoud is, dat overeenkomsten tot be-
perking der productie niet zijn te beschouwen als in
tegenspraak met de antitrust-wetgeving, wanneer het
gaat om een vermijding van overproductie en de Fede-
rai Oil Conservation Board (of een dergelijk lichaam)
dien stap heeft goedgekeurd. in dat geval moet deze
samenwerking niet alleen zijn veroorloofd, maar moe-
ten onwilligen tot het achterwege laten van onnoo-
dige boringen zelfs gedwongen kunnen worden
1).

t)
De antitrust.wetgeving laat ieeds sedert het jaar
1919
een gemeenschappelijk optreden van Anierikaansche onder.
nemingen tegenover het buitenland (bij den verkoop enz.)
-toe. Ook de l)etro]ewllindlustnie lieeft anderhalf jaar geleden

2
5Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

575

Een andere moeilijkheid an staatsrechtelijkeu aard
vormt de onzekerheid, of de
Bondsregeering
in deze

aangelegenheid iets ken ondernemen, dan wel, of niet
uitsluitend de
afzonderlijke – Staten
desbetreffende
regelingen kunnen uitvaardigen. De Regeering van
den wel het meest trnst-vijandigen Staat Texas heeft
zelfs tenslotte besloten, overeenkomsten tot beperking
cl er productie tu sschon de petroleumP
.
roducenten toe
te laten; ja meermalen werden dergelijke overeenkoni-
sten door de betrokken autoriteiten op wensch der
daarbij betrokkenen als voorschrift afgekondigd. Daar-
aan en aan soortgelijke stappen in Oklahoma moet,
naast aan meermalen doorgevoerde d±astische prijs-
verlagmgen der ruwe olie koopende groote maatschap-pijen, worden toegeschreven; dat cle overproductie der
licitste jaren niet nog veel grooter is geworden dan
zij inderdaad was. De kroon op deze verandering
vormt een door den Staat
Califo’rni,
een der centra
van overproductie, verleden jaar uitgevaardigde wet,
welke bepaalde voorschriften tegen de verkwisting
van gas en voor het handhaven van den gasdruk in
de oliebronnen bevat. a behandeling van het vraag-
stuk harer grondwettighie.id voor de Rechtbank door
enkele ohderne.mingen, welice van de prodnctierege-
ii ng aficeenig waren, kan, waar de hoogste instantie
nog geen beslissing heeft genomen, cle grondwettig-
held echter nog steeds niet als vaststaand worden be-
schouwd. De wet zal, zoocira dit zal zijn gebeurd, ech-
ter zeker dienst doen als baanbreekster voor soort-
gelijke bepalingen in de andere Staten.
T
e
l
kan de Bondsregeering daar, waar zij bezitster
is van cle petroleumvelclen, deze positie gebruiken om
met meer of minder zachten drang productiebeper-
kingen door te voeren. Zulks geschiedde bijv. op het
Kettie?nan Hillsveld in
Californië, dat beschouwd wordt als het rijkste bekende terrein. .in genoemden
Staat, doch waarvan de exploitatie ter vermijding
van een catastrophale overprodnctie op haar aandr.it-
gen achterwege blijft. Doch oolc hier wordt de wefte-
lijicheid van het standpunt der Regeering bestreden..
Men moet de kracht der antitrust-tendenzen in de
V. Staten ook thans nog niet onderschatten. lIet
bijna klassieke bewijs daarvoor biedt het
optreden van
den Procurevr-Genero.al
tegen het plan
eener unifor-
me productieregelincj
in de
Ver. Staten
(en in de ver-
dere toekomst ook in het grootste deel der overige
wereld). In Augustus 1928 waren cle leiders der groot-
ste Amerikaanschre concerns met die van de Konink-
lijlce-Shehi en de Aiîglo-Persian het eens geworden
inzake een prod.uctie-stabiliseering, welke de gehieele
wereld omvatte, want elke slechts tot de Ver. Staton
beperkte regeling zon door verhooging der productie
hutten Amerika en verhoogde i tvoeren van bui ten-
landsche olie krac]]teioos gemaaict Icu rinen worden. in
Fdhruari 1929 had de pri ncipiëele overeenstemming vasteren vorm aaiigenorncr, mcii had het maximum-
cijfer voor dc productie der Ver. Staten vastgesteld.
cii de werèld verwachtte het schouwspel der samen-
werking van tevoren vijandelijke broeders, de syste-
ma tische economische exploitatie van een onschat-
baar prod uct in plaats van matelooze concurrentie.
liet Anierican Petroleum Institu te had een door zijn
,,Çomité voor werelclp±odu.ctie en wereldverbru i Ic”
uitgewerkt plan Övergnomen. Dit paste volkomen in
de. gedachtenwereld van het Staatshoofd en beant-
woordcle aan de aanwijzingen, welke de Federal Oil
Coiiservatwn Board herhaaldelijk had verstrekt. Toen
evenwel het Insti tute, daartoe gedrongen door de ongeruste juristen der maatschappijen, den Board
offieiëel van dit plan kennis gaf, was de President
van dien Board, de Staatssecretaris van. Binnenland-
sehe Zaken
Dr. Wilbur,
genoodzaakt den gedelegeer-
(lee van liet Institute mededeeling te doen van het
standpunt van den Procureur-Generaal, wien hij zijn

gele-eik gzenaakt ‘ali cle haar door de Webb-Pomereue-wet
geboden gelegenheid en een Petroleum Export Association
in het levcii geroepen, waartoe vijftien groote oiiclernemin-
gen behooren.

nieening had gevraagd. Deze had echter verklaard, dat het Congres aan den Board geenerlei bevoegdleicl had
verleend, dergelijlce overeenkomsten goed- of af te
keuren ; ook het American Petroleum Institute zelf
twijfelde, volgens den Procureur-Generaal, eraan, of
zonder toestemming der autoriteiten een dergelijke
overeenkomst wel geoorloofd zou zijn, want anders had
het zijn toestemming niet gevraagd. Daarmede was
het plan veroordieeldi.
Begrijpelijkerwijze gevoelde de Regeering zich ver-
plicht, voor de petroleum-industrie op andere wijze
de mogelijkheid van een productieregeling te openen.
Een
,,cornpact”,
een volgens de Grondwet der Ver. Staten geoorloofd, aan de goedkeuring der Bonds-
regeering onderworpen verdrag tusschen de afzon-
derljice Staten, moest worden gesloten en dit moest als inhoud hebben de verplichting tot invoering van
een uniforme petroleum-wetgeving. Dit plan strandde
bij de z.g.
Gouvern.eursconferentie
te Colorado Springs op de uiteenloopende belangen der kleine en der groo-
te petroleum-staten en op de afwijzende houding van verscheidene petroleum-menschen, waarvan velen in
het harnas waren gejaagd tegen een officiens ont-
werp, dat een tamelijk vérstrekkenden invloed van
den Staat behelsde.
Sindsdien zijn wel talrijke andere producti ebeper-
Icingen doorgevoerd, maar zulks geschiedde zooals
reeds gezegd
,,an
den rand van de Wet”, niet op
grond- daarvan. In vele gevallen was de neiging tot
medewerken slechts gering, de productie

bereikte nog
dag aan dag een nieuw record. Zoo hoog bleef deze,
dat vooral in Cahifornië zeer scherpe prijsverlagingen
van de zijde der restri.ctie verlangende maatschappijen
noodzakeljic waren om de weerspannigen te temmen.
Maar zelfs toen de productie verminderde, was zij,
gezien liet te verwachten ierbruik en de voortdurend
toenemende opbrengst uit de ruwe olie, zoo hoog,
dat hij den aanvang des jaars ook in het Mid-Conti-
nerit nieuwe prijsverlagingen noodig waren om naast
het bereikte evenwicht tusschen productie en ver-
werlci.ng oolc dat tusschen verwerking en verbruik te
vcr]crijgen.

Deze verlagingen hebben den overmoed der uit-
sluitenci-produ.centen bezworen, maar ook geleid tot
hernieuwing van een ve1dtoht ter bereiking van een
invoerrecht op ruwe petrole.uni en daaruit vervaar-
digde producten.
Want niet aan de eigen overproduc-
tie, maar aan de invoeren van huitenlandsche, vooral
Venezolaansche ruwe olie wijt men de schuld voor
den ongu.nstigen niarkttoestand. De pogingen tot ver-
Icrijging van dit iniroerrecht hadden het politiek be-
langrijke resultaat van een brelcen der oude, den
Senaat be]i.eersehende coalitie tussehen Democraten
en .,wiide” Republikeinen, daar de Senatoren-voor-
standers zich verbonden niet hen, die voor een invoer-
recht op tirnmerhout waren en met hen, clie een ver-
hmooging van het invoerrecht op suiker w’enschten.
Daar cle in de oude coalitie geslagen bres echter juist
bij de stemmingen inzake het olie-invoerrecht werd
gevuld door ,,tamme” Repubhikeinen, kregen de pro-
tectionisten niet hun zin. Men mag wel zeggen: ge-
lukkig voor de petroleumindustrie. Deze meening
steunt geenszins bij’. hierop, dat een zoodanig in-.
voerrecht een brelcen zou hebben heteekend met de
door President Hoover – die er dve.rigens ook niets
voor gevoelde – irigelcide activiteit der Amerikaan-
sehe petroleurnmaafschappijen in liet buitenland, doch
(lat liet de aanleiding zou hebben gevormd tot een on-
mei dclellijke prijsverhoogi ng voor ruwe olie. Daartoe
werd het trouwens ook verlangd. De geheele geschie-
cienis echter der petroleumindustrie is er om te be-
wijzen, dat prijsverhoogingen van eenige beteelcenis
aarmstormds boorbeitels en oliepompen .i.n beweging zet-
ten. Een verhoogiog derprijzen met 50 en meer pro-
cent zou de petroleumindustrie een overproduetie
doen beleven, bij de eatastrophale gevolgen waarvan
alle vroegere ongeluksperioden iii het niet zouden ver-
zinken. Een pnijsdébacle zou het verdere gevolg zijn;

576

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Juni 1930

krachtiger bescherming, hoogero invoerrechten
zou-

den worden verlangd en het spel kort opnieuw begin-
ncii. Thans, nu nieuwe onderzoekingen en boriugen
op n jet te hetwijfeieia wijze hebben aangetoond, dat
de Vereenigde Staten rijker aan petroleum zijn dan
mcii ooit had dinyven hopen, kan de mogelijkheid van
ccii dergelijke overproductie niet meer worden weg-
gepraat met de opmerking, dat zij in die mate door
gebrek aan materiaal niet zou kunnen bestaan
1).

Doch ‘het vraagstuk van het bereiken der productie-
regeling met minder grove middelen dan dat

ran een
prijsverlaging houdt evenals eertijds die kringen bezig,
dei.ke niet slechts het meest directe particuliere be-
lang vermogen te zLell. Zoo heeft het
Conservation
Co’,nntittee der Mineral Section vwo, de Avserican Bar A.sociation
zich onlangs daarmede beziggehouden, en
heeft de Petroleum ivisiou van het
American
In-
stihtte of Mining and Metallurgical Jijng’inecrs Inc.
liet vraagstuk grondig bestudeerd. Dit beschrijft de
z.g.
,,’unitization”
of
,unit operation”
der oli.evelclen
als de samenvatting vaii allen eigendom op petro-
leum- en gasvelden tot één enkele bedrijfseenheid op
een. wijze, die het wedijveren met boren doet vermijden
en toelaat, de productie door tot het uiterste gebruiken
van de natuurkrachten van het veld zelf (gasdruk,
enz.) te doen geschieden. Dc groote vraag daarbij is:
gedwongen of vrijwillige ,,ouitization”? Na grondig
onderzoek komt genoemd Comité tot de conclusie, dat
de volgende bezwaren: vrees, dat de ,,unitizatiori” in
strijd zou zijn met dc antitrustwetten; de ‘bewering,
dat zij de persoonlijke contrôle over den eigendom
zot verminderen, en vrees, dat zij het behalen van
winst zou vertragen – nog afgezien daarvan, dat deze
argumenten niet steekhoudend zijn – door de vol-
gende voordeelen veel meer dan gecompenseerd zou-
deti worden. Die voordeelen zijn:

Voor den verbruiker:

Grootere zekerhei.d van geregelde en gelijkmatige
aflevering;
Lagere doorsneeprijs der producten in den loop

der jaren;
Grooter waarborg tegen monopolistische markt-

heheersehing;

Voor den producent:

Geringer kaitaa1 vereisch t;
Geringer exploratiekosten;
Geringer bedrijfskosten;
Hoogere opbrengst per vlakte-eenheid; .rlooger waarde van het gas;
Stahieler bedrijf;
Gemakkelijker verkoopbaarheid van het bezit; Grooter werkelijke contrôle over zijn bedrijf; Betrouwbaarder voorzi.enlng met ruwe olie voor
de andere takken van zijn onderneming;
Besparing in de grootte der (verwerkings-) in-
stallaties;
Besparing hij pijpleidingen en opslagtanks.

Voor den royalty-houder:

Stabiele prijs
van de ruwe olie; Hoogere opbrengst per oppervlakte-eenheid;

Hooger waarde van het gas;
Stabieler bedrijf en daardoor stabieler inkomsten;

Verminderd risico;
Gemakkelijker te verkoopen belang;
Bezit, dat tot grootere zekerheid kan worden ge-
steld (bij leeningen).

Voor de gemeenschap:
Een groote, beter in evenwicht zijnde industrie; Stabiele arbeidsverhoudingen iii de industrie; Blijvende vestiging van industrieën in de nabij-
heid (wegens de zekerheid van geregelde gas-

levering);
Constante gemeenten;

1)
Zie voor meer gedetailleerde bespreking
vnu
liet vraag-
stuk van een invoerrecht op petroleum, de artikelen van
schrijver clezes in cle nummers vali dit tijdschrift van
19 cii
26 Febr. jl.

Zekerheid der levering van petroleum voor. de
‘ lalidsverdedigirig ;

Langere duur vnu ccii betrouwbare binnenland-
sclie olievoorziening voor eommerciëele en iii-

dustriëele doeleinden ;
Vermindering der speculatiezucht;
Geringere behoefte aan groote pctroleo.moi’nli.r-
nemin gen;

Verminderde mon opolisti sche tendenzen;
Bevrijding (ier Regeerii:ig van do noodzakelijk-
heid, toezicht te houden op de petroleu min-
dustrie;

Grontere kansen voor kleine, doch zich met alle
takken der i.n cl ustni e be’zighoudencle oncierne-
nungen.

Mao ziet: niet meer zoonis vroeger is het uitslui-
tend. de vrees voor spoedige uItputting der tcrre:i tien,
welke het ontzien der reserves gehiedt, doch de erken-
ning, dat ook de rijkste bodemschatten systeinati seh en niet blind voor cle toekomst en het belang der ge-
meenschap mogen worden geëxploiteerd. Dat het juist
de Amerikaansche Regeering is, die – in weerwil van
alles – voor di.t denkbeeld strijdt, moge voor dengecie,
die maar al te veel gewoon is, in de Ver. Staten liet
Dorado van het onhekom.merde .indiviclualisme en van
het onbelemmerde jagen naar winst te zien, misschien
verrassend zijn. Voor ons onderwerp is het van he-
lang, tint het juist de problemen der petroleuminiclus-
trie waren, welke dit loslaten van. langen tijd voor
heilig gehouiden en gekoesterde opvattingen in Regee-
:ringskr.ingen, in de petroleu.m-indnstrie zelve en ‘hij
een gedeelte van het groote publiek bewerkten
J)•

Dc wereld-economische toekomst der petroleumi.n-
dustrie en van hare grondstofferuvoorziening is even-
wel niet alleen ccci vraagstuk van rijkdom en levens-
cl uur der petroleumreserves en van de organisatie
der industrie, maar staat ook in het engste verband
met de volledige benutting van het ruwe materiaal
en het creëeren van vervangingsmiddelen (syntheti-
sclie oliën): Devorderingen, die op dit gebied vooral
in Duitschiand werden behaald, de verwachtingen, die van nog niet industr.iëel toegepaste methoden worden
gekoesterd, kunnen in dit artikel niet nader worden
l)esehOuVd. Slechts moge worden opgemerkt, dat de
mogelijkheid, reeds niet het thans door de I.-G. Far-
luenjudustnie A. -0. uitgewerkte, in samenwerking
met de Sttndard Oii Co. (New Jersey) verder ont-
wikkelde procôdé, miuderwaarclige ruwe oli.esoorten,
residu’s, cnz. door middel van ca.talytischehydreering
geheel in bruikbare eindproducten om te zetten, tege-
lijkertijd een toekomst opent, waarin de toepassingen
van deze niethode een totale’ omwenteling kunnen
brengen — deze woorden dan niet te beschoi.iwen als
een phrase, doch als inderdaad bedoeld. Een omwen-
teling niet slechts voor de petroleumindcistrie, maar
ook voor tallooze andere economische en politieke ver-houdingen
i)

Ook voor politieke. Doch deze, welke verbonden zijn
aan het feit, dat de Staten zich heden nog niet kunnen
losmaken van da petroleum voor hunne maehtspoli-tieke doeleinden, dat deze kostbare grondstof echter
bijna geheel in handen van particuliere maatschap
pijen is en omgekeerd de petroleummaatsehappijen
niet den steun der Regeeringen hij haren strijd om

– 9 Het bovenstaande was reeds geschreven, toen in Euro-
pa bekend werd, dat het zoo juist verschenen 4e rapport
van dcii Fecleral Oil Conservation Board de ,,uuitization”
tot de meest geschikte manier verkitiart, om de hier behan-
delde problemen der petroleum-industrie op te lossen. Het
woord is dus aan de vakmenschee op politiek en industrieel
gebied, om niet behulp der juristen en der volksvertegeu-
woordigingen deze politiek niet slechts te bepleiten, maar
haar ook wettelijk mogelijk te maken,
2n
aldus aan de iii-
dustric .ca het publiek een belangrijken dienst te bewijzen.
9 Zooals in het inmiddels versclieueii jaarverslag der
Koninklijke werd medegedeeld, heeft deze een belangeuge.
unceitschap niet de groep Standard
OilîL
G. Farben op het
gebied der hycireeriug aangegaan, zeker ccii hoogst belang-
rijke erkenning van cle indrites dezer proc&ls.

25 Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

577

terreinen en wellicht ook om de afzetgebiëden kunnen
ontberen, vormen niet het thema van deze beschou-
wug, w’elke slechts betrekking dient te hebben op de
tegenwoordige situatie en de ontwikkelingstendenzen
der petroleumindustrie. Ook haar weg echter voert,
moet voeren, van de daad van den enkeling en ten
behoeve van den enkeling, naar de systematische
samenvatting van alle lçrachten ten dienste van de
gemeenschap.
Dr.
WILHELM MAUTNER

KAN DE INVLOED VAN SEIZOENBEWEGINGEN

IN ONS BETALINGSVERKEER OP GELD- EN

WISSELMARKT HIER TE LANDE
VOORSPELD WORDEN?
II
(Slot).

Naar aanleiding van de in het vorige nummer uit-
gesproken verwachtingen, zullen wij thans de gebeur-
tenissen op onze geld- en wisselmarkt in de afgeloo-
pen maanden aan een nadere beschouwing onder-
werpen.
Opvallend is, dat – niettegenstaande de officieele
discontoverlaging van 25 Maârt I.I. – de stijging
van het disconto in de open markt hier te lande
tot 2%-7/s pOt. boven dat te Londen
(2hfis_7fie
pOt.)
en nabij dat te New-York (2%-3/s pOt.) bij die van
de meeste andere onderzochte jaren niet is achter ge-
bleven, zij het dan ook, dat zij van korteren duur is
geweest dan gewoonlijk. Dit laatste waarschijnlijk
goeddeels als gevolg van de nog altijd dalende tendens
iii de noteeringen op de internationale geldmarkten.
De omvang van deze stijging zal wel aan den be-
trekkelijk grooten afstand te wijten zijn, die er ge-
legen was en nog is tusschen de rentetarieven in de
open markt en die van de circulatiebank; het p1afonl
door deze laatste als het ware gevormd, kan onder die
omstandigheden na een aanzienlijke stijging in de
geldkoersen, deze stijging eerst opvangen.
Vervolgens vraagt de bijzonder sterke i’erbetering
van. den guldenswisselkoers dit keer de aandacht, uit-
gedrukt in onden met 5
°
/
16
en in Dollars met
7/
ct.;
hiervoor kan de marge tusschen Bank- en open markt
d.isconto althans ten dccle worden aansprakelijk ge-
steld. Beter – want tegen lager rentekosten – dan
door bijv. disconto’s onder te brengen hij de Oentrale
Bank, kon men een deel van de noodige contante mid-delen verkrijgen door inperking van den aankoop voor
Nederlandsche rekening van wissels, zoodat deze – die gelijk bekend in belangrijke mate transacties in
den vreemde financieren – hier te lande tijdelijk
bijna geen plaatsing konden vinden, en als gevolg onze
vlottende vorderingen op het buitenland een stevige
vermindering moesten ondergaan, welke gelijktijdig
in de wisselkoersen tot uiting kon komen, en tevens
in de versterking van den deviezenvoorraad van De
Neclerlandsche Bank een bedrag van
f
38.— m/m.
De
stijging
der Bankbiljettencirculatie met
f
85.—,
die van de opeischbare schulden van De Nederland-
sche Bank met
f 77.—,
en van haar binnenlandsche
uitzettingen met
f
42.— m/m. behoeft geen nader
commentaar.
Eindelijk dient men zich af te vragen, wat de be-
teekenis is van het verkregen resultaat. Aan de rea-
liteit van de op onze geld- en wisselmarkt gevonden
seizoenbeweging valt niet te twijfelen. Het geringe
aantal jaren, dat voor onderzoek in aanmerking kon
komen
1)
en het groote verschil tusschen de onder-
zochte jaren, zoowel in geldmarkttechnisch opzicht als
algemeen monetaire verhoudingen, brengen die reali-
teit in duidelijk licht.
Bedenkt men verder, dat het practisch belang van

3)
De wederinvoering valt den gouden standaard dateert
van
29
April
1925,
cii de iiiouetaire onzekerheid sinds
1914,
en vOOr
dien het geheel andere karakter onzer geld- en
wisselmarkt maken liet practische belang van een onder-zoek over vroegere jaren clan de behandelde van twijfel-
achtige waarde.

beweging-ch als de hier onderzochte voornamelijk ge-
legen is in hun voorzienbaarheid, en verliest men
daarbij niet uit het oog, dat onder normale omstan-
digheden de voorzienbaarheid van andere bewegingen
op geld- en wisselmaikt menigmaal niet verder reikt
dan enkele weken, zoo bestaat er eellige aanleiding het belang van het gevondeuc niet te onderschatten;
-Dit te meer, waar in het neerendeel dér gevallen een
en ander het van andere invloedên aan heteekcii:is
schijnt te winnen. –

*

X.
*

Wanneer wederom wordt uitgegaan van den om-
‘ang van cle eischen aan de Oircuiatiebank gesteld,
clan blijkt het, dat de
onispccnnin.cj
na den April-
uitinio zich bijna even snel voltrekt – tot achterin Juni – als de voorafgaande toeneming in de geld-behoeften, en in omvang bij deze vrijwel niet ten
achter blijft.

De teruggang over de zeven of acht weken in
q.uestie, bedraagt blijkens de weekstaten over de jaren.
1926-1929
1),
wat de Bankbiljettenomloop betreft,
resp. f89.—, 88.—, 85.—, 12.— m/m. en voor de op-
eischbare schulden resp.
f
44.—, 57.—, 10.—, 67.-
mfm. Na de in Maart en April voorafgegane inkrim-
ping vertoonen de credit-saldi. in Rek.-Ort. weer
eenige stijging, hoewel in de laatste jaren, minder dan
vroeger, omdat het Rijk haar overtollige geldei meer
clan voorheen op de geldmarkt pleegt uit te zetten.
De regelmaat van jaar tot jaar in den omvang
van den teruggang nu is opvallend, en wordt blijk-
baar evenmin als tevoren die in de toename, belangrijk
beïnvloed door de wijze, waarop zij plaats vindt: af-
gif te van deviezen perkt slechts den teruggang van
de posten heleeningen en soms ook disconteerin gen
wat in – als in 1927 -, terwijl omgekeerd opname
van goud en deviezen als gevolg heeft extra-afname
van de hinnenlandsche uitzettinigen der Bank – als
in 1929.

De discontokoersen in de open markt toonen
hoewel soms eerst in Juni – eveneens eenige dnt-
spanning, ook t.o.v. van die in de andere geldcentra,
met uitzondering alweer, van 1927, toeil disconto-
verh9ogingeii in het buitenland en dezelfde invloe-
den als enkele maanden tevoren (vgl. H.
548)
hijzon-
deren druk op onze betalingsbalans begonnen te
leggen.
In de wisselkoersen evenwel noch in de verande-
ring van de positie van De Nederlandsche Bank
t.o.v. het buitenland is van die ontspanning veel
terug te vinden. Wellicht, dat dc verbetering der
Nederlandsche betalingshalns, die gewoonlijk tot
een eind in Mei schijnt aan te houden, en de nabije
ook in andere landen gewichtige halfjaarswisseling
hier storend werken.

Jaar:

1926

1927

1928

1929
a. Bie-
nenl.uitz.
_0

—12

—76

—127

Ned. Bk.

.

b.Bujtenl.

2
id. id
. –
7

—50

+ 2 ± 50
-j-goud
c.a. +
b. —67

—63

—74 – 78
4,
d. £—no-

° teering te
+ 21

+

+
el

A’dam.

teid.

+ T
I
U

+ T5

+ T
°
5

Juni

14119

13118

18123

17122

f. Amster-
2- 216

31.

43

5
3 – t

w

dam.

4
T5

4

c

TC T5
g.Londen.
4-

4–

ie*
h. New-

7

1

. e

– York.

r

De vloed van extra-behoeften aan betaalmiddelen,
die in de eerste dagen van Mei haar hoogtepunt

vond, is einde Juni weer geëbd. Is daarmede de be-

1)
1926
van
315-21/6; 1.927: 215-20/6; 1928: 30/4-
2516
;
en
1929: 615-2416.

578

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Juni 1930

talingsbalans weer bevrijd van cle evenwichtsversto-
ring, haar door den Mei-termijn bezorgd, en komen
zoocloende andere invloeden op onze wisselkoersen in
begrijpelijker licht? Zoude m.a.w. de saldo-beweging
n deze laatste en clie in cle positie van cle Circulatie-
bank over het kwartaal geëindigd achterin Juni niet
wellicht meer licht kunnen ontsteken over andere,
ook langer aanhoudende bewegingen in de ontwikke-
ling van betalingsbalans, geld- en kapitaalmarkt
h.t.l.?
De groote bewegelijkheid der internationale geld-
markten maakt genoegzame isoleering van een in-
vloed als de onderzochte, die andere storende in-
vioeclen op onze betalingsbalans in intensiteit soms
verre kan overtreffen, practisch vaak niet goed mo-
gelijk, ook indien men in staat is – soms eerst ach-
teraf – cle data te bepalen, waarbtnnen een bepaalde
seizoenbeweging zich als het ware afspeelt, of indien
cli.t laatste niet mogelijk blijkt, waarbinnen deze zoo goed mogelijk is geneutraliseerd.
Daaibij komt, dat statistische vastiegging van’ die
verschillende invloeden vaak een verlceerden, en dan
nog ongelijk verkeerden indruk geeft van hun uit-
werking op de betalingsbalans: Datum van grens-
overgang van in- en uitgevoerde goederen valt uit
den aard der zaak niet zonder meer samen met dien
van raag naar en aanbod van vreemde valuta, voor
bun betaling allicht in het leven geroepen; noch ook
cle datum van eventueele overmalcing met cl ien van
storting van hier te lande aan de markt gebrachte
bu iteniandsehe emissies.
Toch moet er in dit schijnbare warnet van beta-
lingen regelmaat bestaan, zonder welke behoorlijke
afwikkeling van het economisch verkeer niet wei
mogelijk zonde zijn. Betali ngsge’.voon ten wijzigen
zich over het algemeen slechts langzaam, gelijk het
economisch aspect van een land als geheel; bovendien
vereischen cle seizoenafha.nkelijkheict van cle land- en
tuinbouw bijv., en ook clie van velerlei, andere becirij-
vigheid, als cl:ie in gloeilampen- en textieli ndustrie,
alle evenzeer regelmaat in (le bewegingen niet den
tijd van de betalingsbehoeften.
1)it alles schijnt wel een: poging tot onderzoek naar
andere in vloeden op onze betalingsbalans te moti-
veeren, en wel door neutraliseeriug gelijk eerder ge-
noemd. ilet iest schijnt zich hiertoe te leenen de
periode van vier maanden, clie achterin Februari
begint; de hoogte der Bankbiljetteneirculatie wijkt
dan niet veel af van die aehteri.n Juni, en (Ie af-
vloci ing van middelen naar het buitenland na a:floop
van de jaa:rw.isselirig heeft dan nog ii iet den tijd ge-
had – als een maand iate – ccii veel grooteren
omvang aan te nemen dan achterin Juni na afloop
van den April-ultimo mogelijk is; zij het ook, dat die
afvloeii lig achterin Juni waarschij nlijk getemperd word t door een. nabijen belangrijken betaaitermijn
(1, Juli).

Jaar

periode

A.
B.

C. D. E.

F. G.

1926 ±22Febr.-21 Juni -24

15 279 55
—55
278
1927 ±21

-20

-J–

-42 223 104
+13
340
1928 ± 20

.25 ,,


11 –

±
16 208 118 + 12 398
1929 ± 18

-24

-4? –

+22 230 33 +15 280
1930 ±24

-23

A., B., 0., Verander:ing in respect.: wisselkoers-
noteeringen in ct. te Amterclam van Ponde’n en Dol-
lars en positie van De Nederiandsche Bank t.o.v. liet
buitenlanclin f. mrn.
Invoersaldo Nederlandsehe goederenhandel met
liet bui teniancl in millioenen guldens.
Totaalbedrag aan buitenlandsche leeningen, ge-
emitteerd h.t.l. in id.
Verandering in liet bedrag aan kasvorderingen
op liet buitenland van ‘s Rijks kas, in id.
G.:D.+E.+F.
N.B.: De perioden zijn niet ± aangegeven, omdat
zij niet geheel dezlf cle zijn. De gegeven data z:ijn
die van de weelcstaten van De Nederlandsche Bank;
zij gelden voor de kolommen A. t.e.. 0. Voor kolom
F. is cle bij deze data meest nabij beseli.ilcbare ‘dag
vai’i cle rnaaiici van cle vierniaal niaandelijks verschij-
nencle publicaties omtrent den stand van ‘s Rijlcskas genomen; voor de kolommen D. en E. de laatste ‘dag
vai:i cle maand.

Over het algemeen kaii men opmericeii, dat – met
ii itzoncleri’ng vati :1.927 – onze betalingsbalans over
liet onclerzoeh te tijdvak blijlcbaar een verbetering
pleegt te ondergaan, welke haar oorzaak vindt iii
aiclere dan cle onder D. tot F. genoemde factoren
(die respect. met gemiddeld + 15.—, 5.— en + 2.-
ni/m. gids. afwijken van de uit cle jaarsommen bere-
kende viermaandelijkselie gemiddelclen). Naast de
hierboven genoemde geldmarlctoorzaak, clie ook in den
grooteren omvang einde Juni der Rek.-ert.-salcli pas-siva hij De Ned. Bank schijnt te worden teruggevo’n-
den, zouden als oorzaak de dividericlu:i tkeeringen uit
den vreemde kunnen worden aangevoerd, die voor een
groot deel juist in deze periode van het jaar plegen
te vallen.

Wat de vier onderzochte maanden der afzonder-lijke jaren betref t, speelt de eredietverleening eau
liet buitenland een belangrijke rol, belangrijker nog
clan uit de cijfers lcan worden opgemaaict.
1926, en in meerdere mate nog 1927, zijn – met
het minst dank zij den lagen rentestand h.t.1. – voor
cle ontwildldeling en uitbreiding van het guldens-
accept, en ook voor die van onze eredietverleening
aan het buitenland op korten termijn in anderen
vorm vafc veel heteekenis geweest. In scherpe tegen-
stelling daarmede staat 1928 met hier lioogere rente
ten dccle dan in andere groote geldeentra, welke een
druk uitoefende op onze erediteupösiti.e op korten
termijn. ‘Weliswaar bereilcten toen de vreemde ernis-
sies een hoogtepunt, doch de inschrijvingen op deze
voor vreemde rekening nanien ook toe, zij liet clan
dat deze laatste ten dccle eonipensat:ie vonden in on-
(lerhandsehe plaatsing

van buiteulandsche effecten.
Wat eindelijk 1929 hetref t, werpt de zo ignap der
New-Yorksehe ef:fectenspeculati.e een sc:had uw over
alle andere eredietverleening aan het buitenland. Dat
per saldo onze betalingsbalans zich toen zon buitenge-
woon gunstig heeft ontwikkeld, is zonder twijfel een
gevolg geweest van den geconibineerden buitengewo-
nen steun, welke d iscon toverhocging van een vol pro-
een t h.t.l. ‘tijdelijke teniperi ngen in clie speculatie en
een ige vlucht voor de Duitsehe valuta als gevolg van
een tijdelijk ongunstig verloop der Parijsehe Herstel-
onderliandel ingen aan onze wisselkoersen verleonclen.
Jammer genoeg laten deze opmerkingen zich niet
iiiet voldoende nauwkeurigheid statistisch verwerken.
Voorzoover hier een ‘schatting mogelijlc is, lijkt even-
wel de opnierki ng op haar plaats, dat deze, opgeteld
hij den op cle vorige hlz. )n kolom Ci gc’noeniden
,,druk op onze betalingsbalans” een practisch wel
bruikbare afspiegeling schijnt te vinden in verande-
ring van wisselkoersen en van Positie der Oireulatie-
bank t.o.i’. liet bui tenianci.
Van, veel praetisch belang zonde derhalve zon goed
mogelijke vervanging zijn van cl:ie schatting doo,r
exacte gegevens. Beter inzicht in (ook) liet (toekom-
stig) verloop der w’isseikoersen wordt daarmede he-
vorciercl, wan t de nieest hewegelijke posten der beta-
lingsbalans zijn dan statistisch vast te leggen.
Ondertusselien doet rne:n verstand ig cle veruach-
ti ngen hier niet tè hoog ‘te spannei, omdat de betee-kenis van een dergelijke statistische vastiegging door
late beschiilcbaarlconiing van een aantal gegevens (als
die betreffende den goederenhandel met liet bui ten-
land) ivel wat aan practische bruikbaarhei d i nboet.
Daarbij komt bovendien, (lat juist de meest bewege-
ij1ce der betrokken posten, ‘onr snelle veranderingen
uitermate vatbaar zijn, terwijl eindelijk het kleine
aantal jaren, dat voor onderzoek in aanmerking
lcwani, geen gelegenheid kon bieden de reactie waar
te nemen van een snelle verandering in de wereld-
conjunctuur als die welke wij op het oogenblik onder-
vinden, op de bewegelijlcheid van de verschillende –

25Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

S

579

ook van andere, tot dusverre niet onderzochte – he-
standdecien dezer betalingsbalans.

* *
*

l3lijft tenslotte cle seizoenreactie van de tot achter-
n Juni gewoonlijk afnernende behoefte aan be-
laalmiddelen op geld- en wisselmarkt h.t.l. Die
middelen zullen voor den toch al grooten vluttenden
voorraad, clie onder invloed van de dalende prijzen
ing geeti neiging tot afnerning aan den dag schijnt
Le leggen, ccii verdere verruiming beteekenen. im-
mars hun on t»Lrekking aaii het verkeer door middel
van i.nkrimpi ng van het uitstaande Circulatiebank-
crediet schijnt slechts binnen beperkte – hoewel op
zichzelve allerminst onbelangrijke – grenzen moge-
lijk te zijn. De terugvloeiing van bankbiljetten uit
(Ie cirau.iate zal dit jaar dan oolc wel in niet veel af-
wij kenden omvang plaats vinden van die in andere
jaren. iloogstens in iets grooteren, omdat de dalende
prijzeu nu ook wel langzaam aan de geldbehoeften
van hen beginnen te beperken, die bij voorkeur ge-bruik maken van bankpapier als betaalmiddel. Ver-
schillende redenen, als cle sterk gedaalde geldrente
en de korte duur van slechts anderhalve maand
maken een belangrijk grooteren teruggang dan an-
1 ere jaren vrij onwaarschijnlijk.
iets anders is het met de Rek.-crt.-saldi passi.va
der
Bank, die – voornamelijk onder invloed van de zeer
ruime positie der Schatkist – reeds in Mei een
sterke toeneming vertoonden. Ook Juni is een
maand, waarover cle Schatkist herhaaldelijk ruim in
dc middelen zit, en een beroep op de geldmarkt voor
deze, gelijk ook thans weer, overbodig is. Daarbij
Icomt de buitengewoon groote goud- en deviezenvoor-
raad der Bank, en de dientengevolge
bijzonder
ge-
ringe omvang harer binnenlandsche uitzettingen.
Komt in de eerste geen groote verandering, dan
moeten de laatste een tijdelijke vermindering tot be-langrijk beneden het sinds langen tijd bereikte mini-
mum ondergaan, indien tenminste het totaal der op-
eischbare schulden de gebruikelijke inkrimping wil
vertoone:n. Nu is uit het laatste Jaarverslag van den
l?resident van De Nederlandsche Bank geblelcen, dat
– althans tot voor kort – de aanpassing der bie-
nenlanclsche uitzettingen aan de snel wisselende be-
lioeften van het verkeer nog te wenschen laat, om-
dat de beleeningen die een aanzienlijk deel van deze
uitmaken door den termijn van één maand waarop zij gesloten worden, zich voor een dergelijke aanpassing
minder goed leenee. Onder invloed van een en ander
lijkt dus de mogelijkheid niet uitgesloten, dat de in
Juni uit de c irculatie teru gstroomende bankbiljetten
voor een deel geen aanwending zullen kunnen vin-
(ten. voor aflossing van schulden aan de Bank, omdat
de vervaldatum van die schulden nog niet is aange-
Lroken. Zij blijven danallicht als saldi in Rek.-Crt.
hij de Circulatiebank staan, waartegen te minder be-
zwaar moet bestaan, nu het daarop te lijden rente-
verlies wel betrekkelijk klein zal blijven door de lage
geidkoersen cii den
waarschijnlijk
zeer korten tijd»,
waarover dat renteverlies zal geleden worden.
Een lager peil van het open-markt disconto in de
tweede helft van Juni dan zeven weken tevoren lijkt
waarschijnlijk; voorheen zelfs in tijden van stijgende
geidkoersen was het meestal zoo, en daarbij komt nog
het zeer tij delijke karakter van de betrekkelijk hooge noteeringen in begin Mei.
Telisuiaar
zullen het verloop der openmarkttarie-
i’emi in den vreemde en de nog boven onze markt han=
gende omvangrijke buitenlandsche ernissies tot eenige
verstijving van de geldmarkt kunnen leiden, maar daartegenover staat, dat d’ie verkrapping wel heel
sterk moet zijn (voor het particulier disconto op
het oogcnblik van dit schrijven ongeveer
7%
pOt.),
wil per saldo de terïiggang in de geidkoersen
uitblijven; terwijl er bovendien in het verloop
mler conjunctuur nog geen teekenen schijnen aan-
wezig te zijn, welke
bijzondere
geldvraag doen ver-

wachten van bedrijfsleven .en/of van effectenbeurs.
integendeel, in verhouding tot andere prijzen – als
clie in dén groothandel – zijn de koerson van aan-
deelen, genoteerd aan de Amsterdamsche Beurs, ook
indien men rekening houdt met eenige door een begin
van daling van den rentestand gemotiveerde terug

gang in het netto-rendement van deze, allesbehalve
laag. I)e indexcijfers van het Centraal Bureau voor
de Statistiek over de laatste vijf April-maanden –
nieuwere cijfers dan over April zijn voor het loopen-
(Ie jaar nu nog niet beschikbaar – schijnen wel dâar-
op te wijzen, temeer wanneer men bedenkt, dat de
vooruitzichten van het bedrijfsleven over het alge-
meen genomen minder gunstig zijn dan eenigen tijd
terug. in tegenstelling met die in de andere indices,
zijn, gelijk uit bijgevoegd staatje blijkt, en ook wel
beicend is, de veranderingen in die van den rentestand
onzer obligaties al clie jaren betrekkelijk gering ge-
bleven.
1) –

April

Indexeijfers van respect.:
Aandeelen-

Rendement in
0
10
Groothandels-
koersen
van aflosbare Ne-
prijzen
(1921-1925
den. en Ned.-ln-
Jaar
(1913
=
100)
=
100)
dische obligatiën
(a)
(b)
(c)
1926
143
101
4,68
1927
143
112
4,76
1928
153
119
4,65
1929
144
119
4,83
1930
122,
100
4,68

Wat eindelijk de wisselkoersen betreft, een kleine
seizoenstijging ljlct, naar analogie van vroeger jaren,
wel mogelijk. Zij behoeft evenwel allerminst als on-
welkom te worden beschouwd, wanneer men bedenlct,
dat onze valutapositie, voorzoover die zich laat op-
malcen uit wisselkoersen en goud- en deviezenvoor-raad van de Centrale Bank, gunstiger is dan in eenig
der onderzochte jaren omstreeks dezen tijd.
* *
*

Tenslotte in dit verband nog een opmerking naar
aanleiding van den terugsiag in de conjunctuur,
welke zich thans bezig is te voltrekken.
Ons land kan sinds lang op een gunstige beta-
li ngsbalans bogen, waardoor het in de gelegenheid is van jaar tot jaar aanzienlijke bedragen in den vreem-(Ie te beleggen. Dat thans in dezen toestand algeheele
ommekeer zoude komen, lijkt niet zeer waarschijnlijk.
Terugloopende conjunctuur is evenwel menigmaal
niet bevorderlijk voor de plaatsing van leeningen op
langen termijn. Allicht dus ook niet voor die aan het
buitenland, waarin het saldo onzer betalingsbalans
goeddeels geruimen tijd zoo nuttig emplooi heeft
kunnen vinden. De belegging in vlottende middelen
schijnt onder die omstandigheden grooter aandacht
te vragen. Hiertoe b:iedt juist ônze geldmarkt, en wel
met name de discontomarkt als een van de best ge-
outilleerde ter wereld, tegenwoordig ruime ge-
legenheid. En dat niet alléén in het Nederlandsch be-
lang. G-uldensacceptcredieten hebben velen in den
vreemde reeds weten te bereiken, niet in de laatste
plaats door hun geringe kosten, die daarenboven de
verdienste hebben slappe tijden als die van thans
wat dragelijlcer en misschien ook wat eerder over-
Icomeljk te maken.
Sinds de laatste maanden van 1927, toen het be-
drag aan uitstaande guldensacceptcredieten in min-
der dan twee jaren tijds bijna verdubbeld was en een
hoogte bereikte van 360 m/m.,
2)
is van een belang-
rijlce blijvende toeneming daarin niet meer ver-
nomen; slechts kon men af en toe – voorjaar 1929,

2)
Sinds liet bovenstaande werd geschreven, heeft de einde
April ingezette koersdaling op cle voornaamste Beurzen ter
wereld ook
01)
onze Beurs vrij aanzienlijke afmetingen aan.
g-ulomen. 1 Fierdoor schijnen (Ie Aamideelenkoersen hier te
lande sneller dan zich liet aanzien, teruggek

omrien te zijn
van hun in verhouding tot de Groothandelsprijzen te voren
vrij hoog niveau.
2)
Vgl. Mr. J. Westerman Holstijim, De Nederlandsche
Acceptmarkt, E.-S. B.
1929, bi. 222.

580

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25Juni 1930

hdgin 1930 – ‘van tijdelijk berikte’ hoogtepunten
lezen, die aan den bovenkant van de
f
400 mfm. la-

gen, zoodat. moeilijk aan den indruk valt te ontko-
men, dat hiermede althans bij benadering een boven-
grens zoude bereikt zijn.
De kans zoude dan thans evenwel toenemen, dat
een aanzienlijk deel van den overvloed aan vlottende
middelen elders practisch geen nuttig emplooi kon
vinden – tot schade van hen, die daardoor van het
betreffende crediet verstoken bleven, en ook van hen
wier middelen aldus om een populaire uitdrukking
te gebruiken op straat liepen te bedden.
Dat die straat nog niet de voorkeur verdient ho-
ven belegging op de discontomarkt h.t.l., wordt ook

dan duidelijk, w’anneer men bedenkt, dat dia goede

f 400.— m/m. in verhouding tot het totaalbedrag aan
vlottende middelen hier een vrij pooveren indruk
maakt, wanneer men ziet naar voorbeelden van cl-
(Iers of vroeger.
Ik vreemde ‘middelen der Engelsche banichuizen omvatten s.inds meer dan een menschenleeftijd wei
het voornaamste deel van cle totale Fluessigkeit van de Engelsche Volkswirtschaft. Hierin uitgedrukt, en
rekening houdend met de ongeveer gelijke plaats
welke het Engelsche schatkistpapier als beleggings-
object zich na den wereldoorlog naast het £-accept
heeft verworven, worden daar die verhoudingsgetaI
len voor 1873 als ongeveer 3 : 4, voor 1913 2 : 5 en
voor 1929 1 2.
Met deze cijfers voor oogen, zou de op den duur zelfs
een veelvoud van het totnogtoe bereikte maximum-bedrag aan uitstaande guldensacceptcredieten aller-
minst bedenkelijk lijken. Trouwens de tijden zijn nog
iiet zoo heel lang voorbij – ruim acht jaren -, dat
alleen al cle in Nederiandsch en Ned.-Indisch schat-
kistpapier belegde vlottende middelen een bedrag
van
f
1 milliard te boven gingen. En dat waren dan
nog ,,vlottende” beleggingen, wier liquidatie in be-
trekkelijk korten tijd – in zwarte tegenstelling met
beleggingen in het prima papier dat nu op de Am-
sterdamsche discontomarkt komt – onder omstan-
(ligheden den grootsten rampspoed over ons land had kunnen brengen.
* *
*

Samenvatting van het bovenstaande kan kort zijn.
De boven dit artikel gestelde vraag is goeddeels be-
vestigend beantwoord kunnen worden. Daarbij ver-
lieze men evenwel niet uit het oog, dat hier slechts
één enkele, en dan misschien nog wel de voornaamste

seizoenbeweging is behandeld.
Voorts schijnt uitschakeling van dezen seizoenin-vloed, op de wisselkoersen practisch eenig beter in-
zicht te kunnen geven in de ontwikkeling onzer be-
talingsbalans.
Tenslotte mag niet uit het oog worden verloren,
dat – in tegenstelling met de in wijde kringen ge-
bruikelijke opvatting – wel gebleken is, dat herhaal-
delijk clepreeiatie van den gulden in het internatio-
iak verkeer niet als een minder goed teeken, noch
ook appreciatie als een bewiji van sterkte van onz
valuta mag worden beschouwd.
P. TCTRODE JR.

4′ .Juni 1930.

DE RIJKSMIDDELEN.

In dit nummer treft men aan het gebruikelijke
overzicht van de opbrengst der Rijksmiddelen over de
maan cl Mdi 1930, afzonderlijk en vereenigd met die der vorige maQuden, in vergelijking gebracht met de
raming van dat jaar en de opbrengst over dezelfde

tijdvakken van 1929.
De gewone middelen brachten in de’ afgeloopen
maand
f
50.777.300 op tegen
f
48.718.900 in Mei 1929
en. vertoonen mitsdien een vooruitgang van f2.058.400.
Detotale opbrengst dr vorige maand overtrof voorts
db raming met een bedrag van
f
10.394.400. Bij dit
laatste dient te worden bedacht, dat de maand Mei

steeds dc hoogste opbrengst van het jaar geeft.
De totaal-opbrengst over de eerste’ vijf maanden van dit jaar bedroeg f220.014.400, d.i. f10.025.900
meer dian in hetzelfde tijdvak van het vorige jaar.
Ook de raming werd in bedoelde periode overschreden
en wel met
f
18.099.800.

In vergelijking met de overeenkonistige maand van
liet vorig jaar vertoonen de personecle belasting, de
inkomstenbelasting, de vermogensbelastiug, dc rech-
ten, op den i rvoer, de zout-, cle bier-, cle suiker- en de
tabakaceijums cmi de belasting op gouden en zilveren
werken een honger opbrcngstcijfer. Daarentegen
brachten minder
01)
de groncibelasting, cle dividend-
en tantièmebelasting, het statistiekrecht, de geslacht-,
(Ie wijn-, en cle geclistilleerdaccijns, de rechten en boe-
ten van zegel, cle rechten en boeten van registratie,
cle rechten en boeten van successie, van overgang bij
overlijden en van schenking, de domeinen, wegen en
vaarten en de loodsgelden.
in tegenstelling met de vorige maanden gaf de
gj’onclbelasting ditmaal cen lagere opbrengst dan in
de overeenkomstige maand van het vorige jaar. 1let
clecres was echter vrij gering
(f
42.200) en val t in
het niet bij liet surplus, dat door de voorafgaande
maanden wencl opgeleverd. De totale ontvangsten over
cle eerste vijf maanden kwamen dan ook
f
1.441.800
uit boven die van hetzelfde tijdvak van 1.929. Aange-
zien in de opbrengst van deze belasting door de *ijze
van heffing maar een zeer gering accres Ican zitten,
moet deze toeneming zijn te danken aan de snellere
lcohierbewerking. Uit de gesplitste opbrengstcijfers
blijkt dan ook, dat op liet loopende belastingjaar tot
dusver ruim
f
1.315.000 méér werd ontvangen dan in
cle eerste vijf maanden van 1929. Ook de raming werd,
gerekend over vijf maanden, belangrijk overschreden
(met
f
1.542.600), doch dit is een geheel normaal
verschijnsel.

De personeele belasting vertoonde opnieuw een
stijging in opbrengst (van f453.600) en waar dit mid-
del in de vorige maanden ruime baten heeft opge-
leverd, wijst ook de middelenstaat over de eerste vijf
maanden een hoogere inkomst (van
f
1.221.000) boven
dezelfde periode van 1929. Ook bij dit middel is dit
gunstig resultaat een gevolg van de snellere invorde-
ring. Het loopende belastingjaar bracht in de eerste
maanden van dit jaar ruim 8 ton méér op clan in
clezelf dle maanden van 1929. Wat de raniing betreft
bleef de ontvangst in het tijdvak hnuari t/m. Mei.

f
3.703.000 bij ‘5112 van de geraamde opbrengst ten
achter, doch dit vindt zijn verklaring in de omstan-
digheid, dat de personeele belasting vooi het grootste
deel in het midden des jaars binnenkomt; bovendien
hebben in de maand April de uiticeeringen van de
provinciale en gemeente-opcenten betreffende den
vorigen dienst plaats gehad.
De inkomstenbelasting gaf een zeer belangrijlcc
stijging in opbrengst te zien (van f 1.764.200), waar-

door een bedrag van
f
14.269.800 in ‘s Rijks schatkist vloeide. Oolc de raming werd in de afgeloopen maand
beduidend overtroffen (met ruim
f
1.600.000), doch
de maand Mei. is voor deze belasting altijd zeer gun-
stig. Bij vergelijking van de ontvangsten uit de in-.
komstenbelasting over de eerste vijf maanden van
1.929 en 1.930 blijkt, dat de bedragen als volgt over
de verschillende dienstjaren kunnen worden ver-

deeld:
Jan. t/m. Mei 1929

Jan. t/m. Mei 1930
1926127….
f

245.600
1927128….
,,

1.357.700
192829….
,,
43.323.400
1929130….
,,

2.300
1930131
. . . .

Totaal ..

f
44.929.000

f
48.799.400

Blijkens deze
cijfers
werd in het loopende jaar tot
dusver
f
3.810.400 meer ontvangen dan gedurende de
eerste vijf maanden van 1929. Tevens doet de verge-
lijking der cijfers zien, dat de vooruitgang alleen is
toe te schrijven aan de ruimere baten van het belas-

186.400
892.500
47.717.600
2.900

2
5Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

581

tingjaar
192911930.
Ongetwijfeld vo’rmt ook hier de
snçllere invorderirig een factor van beteekenis. Gere-
kend over vijf maanden werd de raming met,
f 15.466.000
overschreden, een voor dit deel vsn het
jaar gewoon verschijnsel.
De vermogensbelasting leverde opnieuw een surplus
boven de gelijknamige maand van het vorige jaar
(vao
f 241.500),
terwijl ruim
f 1200.000
moer dan de
gemiddelde maandraming kon worden geboekt. In
het tijdvak januari t/in. Mei beliep de vooruitgang
f 699.000,
waarvan bijna
f 6
to:n op rekening komt
van het pas afgeloopen dienstjaar. Wat •de raming
aangaat viel een stijging waar te nemen van
f 2.30.600.
Een en ander maakt en bevredigenden
indruk, al is ook h.i er de mogelijkheid n jet ui tgeslo-.
ten, dat de verkregen voorsprong weer geheel of ge-
deeltelijk zal worden teniet gedaan.
i)e dividend- en tantièrnebelasting liep ditmaal weer
in . opbrengst terug (met
f 366.400).
Gerekend over
vijf maanden bedraagt het nadeelig verschil
f1.086.600,
waarbij intussehen moet worden bedacht, dat de in-
komsten in de eerste helft van het vorige jaar bijzon-
der hoog waren. Bovendien valt bij deze belasting,
die op zoo onregelmatige wijze binnenkomt, op een
enkele maan dopbrengst en zelfs. op de. eerste vijf
inaandopbrengsten geen peil te trekken. De gunstigste
maanden moeten voor dit middel nog komen. Al is
het uitspreken van een bepaalde conclusie dus nog
voorbarig, aan den anderen kant moet wel worden
gevreesd, dat de opbrengst over
1930
door de con-
urictu u.rw.ijziging zal tegenvallen.

l)e invoerrechten bleven zich in stijgende lijn be-
wegen en gaven ditmaal een accres van
f 399.400,
ter-
wijl bi,j na zes ton boven de gerni cldelcle maandrarning
werd geïnd. Waar ook de vorige maanden van het
jaar ruime baten opleverden, kloni de opbrengst van
le eerste vijf maanden
f 2.274.500
boven clie van de-zelfde periode van
1929
en
f 2.468.000
boven
.
5112
der
raming. liet statistiekrecht hield ook thans met dc in-
voerrec]iten geen gelijken tred, doch vertoonde een
vermindering van
f 31.300,
terwijl ook de raming niet
werd gehaald (nadeelig verschil f20.200).
Gerekend
over vijf maanden bedroeg de teruggang
f 91.400
ten
opzichte van de opbrengst van het vorige jaar en
.f 107.100
ten opzichte van cle raming. :Dit verschil
met het invoerrecht is wel te verklaren, daar het sta-
tistiekrecht 1°foo der aangegeven waarde bedraagt, ter-
wijl het in voerrecht verseh illencl is en voor som mige
artikelen veel hooger dan het standaard tarief.

De accijnzen vertoonden onderling een geheel ver-
schillend beeld. :De zoutaceijos aecresseerde met
f 44.400,
waardoor de opbrengst der eerste vijf maan-
den van
1.930 f 255.100
steeg hoven die van hetzelfde
tijdperk van het vorige jaar. Vermoedelijk neemt het
verbruik van binnenlandsch geraffincerd zout toe,

terwijl de invoer van zout afneemt. De gesiachtaccijns
gaf een daling in opbrengst te zien (van
.f 69.500),
evenals de vorige maand. Een bepaalde oorzaak is “oor
clezen teruggang, nadat ruim ccii jaar lang steeds een
stijging in opbreugst w’as waar te nemen, niet aan-
wijsbaar. Ook de wijnaccijns vertoonde opnieuw een
decres (van
f 12.400).
De loop van laatstgenoemd mid-
del blijft teleurstellen; tot dusver werd
,f 311.800
minder ontvangen dan waarop blijkens de raming was
gerekend. Ook cle loop van den gedistilleerdacciijns
blijft bij de verwachting ten achter. Over Mei ii. he-
iie]) de achteruitgang
.f 12.400.
Van meer gewicht is, dat, gedurende de eerste vijf maanden
f 313.900
min-
der werd ontvangen dan waarop bij de raming was
gerekend. Weliswaar werd i.n dat tijdvak
f488.500
meer geboekt dan in dezelfde periode van
1929,
doch
de ontvangsten van het vorige jaar werden ongunstig
beïnvloed door teruggeven van accijns, betaald over
den op 1 Maart
1929,
datum van inwerkingtreding
der tariefsverlaging, aanwezigen voorraad. Het bier
leverde een surplus van
f 326.200
voor de schatkist
op. Ook op zichzelf beschouwd was de ontvangst der
vorige maand hoog, nl.
fl.14.300
meer dan de gemid-

clelde maandraming. Opvallend is veer de hoogere
opbrengst van den suikeraccijns (toenoming
f439.400),
naar alle waarschijnlijkheid toe te schrijven aan het

opslaan van voorraden met het oog op de lage suiker-
prijzen. In verband met de hooge ontvangsten in het
begin van dit jaar, maakt de middelenstaat over yijf
maanden eve:neens een goed figuur; vergeleken met
het vorige jaar bedroeg de vooruitgang
f1.837.500,
terwijl de raminig met
f 303.500
werd overtroffen.
Tenslotte trekt nog de tabakaccijs de aandacht, welke
ditmaal een surplus opleverde van
f 59.900
en daar-
door cle ontvangsten over de eerste vijf maanden
f 857.1.00
deed
stijgen
boven die van hetzelfde tijdvak
‘van
1029,
en
f 1.068.300
boven het evenredig deel der
raming. Het toenemend verbruik van rookartikelen
en de prijsverhooging zijn in deze voortdurende stij

ging te onderkennen.

Eene vergelijking van de opbrengsten der accijnzen
over de eerste vijf maanden van
1930
met die van
1929
en met de raming leidt tot het volgend resultaat:

Opbrengst

Opbrengst

liaming

5 m. 1929

5 m. 1930

5 ni. 1930
Zout ……
f

767.900

f
1.023.000

f

750.000

Geslacht…..
, 4.737.700

,, 4.967.200

5.000.000
Wijn …….,

777.400

753.200

1.125.000

Gedistilleerd ,,
14.614.300

,, 15.102.800

15.416.700

Bier ……..
5.279.600

5.899.300

6.250.000
Suiker ….

18.382.700

20.220.200

19.916.700

Tabak …..
, 11.044.600

,, 11.901.600

10.833.300

De belasting op goiden ên zilveren werken bracht
f 7.300
meer op; over vijf maanden bedroeg de i’oor-
uitgang
,f 27.400.

Van de middelen, die meer in rechtstreeksch ver-
band staan met liet zakenleven, wezen de zegelrechte.n
een daling aan van
f 150.200,
welke geheel moet wor-
den geweten aan een trager vloeien der beursbelas-
ting, welke
f 288.500
minder in de schatkist bracht.
Ook op zichzelf beschouwd was de ontvangst der af-
geloopen maand niet hoog, nl. ra.im”IY2 tol) minder
dan de gein iddelde maandra.niing. Gerekend over vijf
maanden bleef de opbrengst van het loopende jaar
f 582.500
hij die van het vorige jaar en
f 25.300
bij
de rarning ten achter. De’ registratierechten liepen
eveneens in opbrengst terug (met
f 751.300);
de min-
clere bedrijvigheid in den handel doet zich ook hier
gevoelen, hoewel mede niet uit het oog moet worden
verloren, dat in de eerste maanden van het vorige
jaar groote aandee]enuitgiften door naamlooze ven-
nootschappen plaats vonden. In de eerste vijf maanden
kwam aan registratierecht
f 3.919.500
minder binnen
dan in het vorige jaar, doch
f 241.400
meer dan
5112
der raming. In verband met het laatste moge nog
worden opgemerkt, dat liet voor
1930
geraamde op-
brengsteijfer
f 3.000.000
hooger is gesteld dan voor
1929.

De suceessierechten leverden ditmaal een decres van
f 181.300,
welke tegenvaller evenwel niet kan opwe-
gen tegen de ruime ontvangsten, die deze belasting
in de voorafgaande maanden te boeken gaf. Gerekend
over vijf maanden was een stijging te constateeren
van
1″
1.1
40.500
boven dezelfde maanden van het
vorige jaar, terwijl
f 1.676.100
boven
5/1.2
der raming
werd ontvangen.
De domeinen verschaften
.’f 34.100
minder door toe-
vallige omstandigheden en de loodsgelden gaven een
mmdere bate van
f25.800.
Laatstgenoemd middel
bracht over liet tijdvak Januari t/m. Mei
1.930 f 12.400
méér op; daarentegen werd de raming niet bereikt
(nadeelig verschil
f 36.700).
De inkomsten van het ,,Leeningfonds
1914″
kwamen
van
f 10.024.600 op f 10.810.500.
Van laatstgenoemd
bedrag was ruim
f 7.576.000
aan de Verdedigingsbe-
lastingen te danken. Over de eerste vijf maanden viel
een’ vooruitgang te bespeuren van
f 1.293.400.
In dien
tijd brachten cle zegelreehten van buiteulandsche of f ee-
ten
f 83.600
meer op.
Voor ‘het ,,Wegenfonds” kwam in de afgeloopen
maand
f1.898.500
binnen tegen f1.418.900 in
Mei

582

ECONOMI’SCHSTATISTISCHE BERICHTEN

2
5Juni 1930

1929. Van eerstgenoemd bedrag komt
f
1.862.400 op

rekening van de wegenbelasting, terwijl de rest of
[ 36.100 wordt bijgedragen door de rijwielbelasting.
In de eerste vijf maanden kwam aan het Wegenfonds

ten goede
f
7.077.900, waarvan
f
6.920.500 wegenbo-

lasting ën
f
151.400 •rijwielhelasting. In het vorige
jaa:r bedroegen cle beide laatstgenoemde opbrengst-
cijfers respectievelijk
f
5.861.000 en
j
80.400.

BIJITENLANDSCHE MEDEWERKING.

WERELDSUIKERPRODUCTIE, -VERBRUIK,

-INVOER EN
-UITVOER.

i)r. Gustav Mikusch te Weoneu schrijft ons:

Dc volgende tabellen geven een overzicht van de
suikerheweging, eii wel van de productie, het ver-
bruik en den in- en uitvoer over cle geheele wereld
gedurende cle campagne 1.928/29 in vergelijking met

het hedrijfsjaar 1927f28. Voor
19291’30
werd slechts

een raming van de productie gegeven, omdat het voor
afloop der campagne niet mogelijk is, voor de andere
onderdeelen van de statistiek ook maar eenigszins be-

trouwbare
cijfers
te verkrijgen.

Indien men in aanmerking neemt, dat het moeilijk
is, zelfs na afloop van een campagne een volledige
wereidstatistiek samen te stellen, begrijpt men wel,
dat een statistiek van het verbruik, den in- en den
uitvoer over een campagne, waarvan pas zeven of ten
hoogste negn maanden voorbij zijn, door haar onver-
mijdelijke gebreken nauwelijks als volwaardig kan

worden beschouwd.

De productie gedurende de campagne 1929f’30,
‘elke thans op 28.641.000 ton geraamd is, toont tegen-
over het bedrijfsjaar 1028f’29 een achteruitg’ang van
161.000 ton of 0.6 pOt. In het bedrjfsjaar 1913/14
bedroeg de wereldproductie 1.9.879.000 ton, waaruit
een vermeerdering met 44.1 pOt. blijkt.

Van deze toeneming komt het leeuwendeel op reke-
ning van. de rietsuikerproductie, aangezien de pro-
ductie van bietsuiker in vergelijking met 1913f’14
slechts met 6.5 pOt. steeg, terwijl er in de r.ietsuiker-
landen gedurende de campagne 1929/30 voor 15.3 pOt.
meer suiker geproduceerd werd dan gedurende de
laatste campagne v66r den oorlog.

liet wereldverbruik blijft gedurende beide cam-
pagnes 1.928/’29 en 1927[’28 vrij aanzienlijk bij de
roductie ten achter. Gedurende de campagne 1928/29

staat een productie van 28.814.000 ton tegenover een
verhru.jk van 21.191.000 ton, terwijl in de daaraan
voorafgaande bedrjfsperiodo 26.615.000 ton werden
geproduceerd en 26.313.000 ton verbruikt. Hoewel
het verbruik van 1928f’2.9 in vergelijking met het
voorafgaande jaar met ruim 3 pOt. is gestegen, kon
het de productie, die van 1927f’28 tot 1928/’29 een
stijging van 8 pOt. aanwijst, toch niet bijhouden.

Zooals echter reeds bij vroegere statistieken her-
haaldelijk naar voren, werd gebracht, zou het wer-
kelijk verbruik ongeveer 200-400.000 ton grooter zijn
dan uit de statistieken blijkt, omdat een gedeelte van

de suiker,
in
hoofdzaak door verstuiving bij transport,
verloren gaat, zonder dat dit statistisch kan worden

vastgelegd.

Wat de in- en uitvoercijfers betreft, bedroeg de uit-
voer over de geheele wereld gedurende de campagne
1928f’29 12.915.000 ton tegen 11.381.000 ton in het bedrjfsjaar 19271’28, terwijl de invoer gedurende de
beide jaren resp. 12.628.000 ton en 11.395.000 ton be-
droeg. Hieruit blijkt derhalve voor 1928/’29 een over-,
schot van den werelduitvoer van rond 350.000 ton,
waarmede echter nog niet gezegd is, dat deze totale
hoeveelheid als niet statistisch verbruik is te beschou-
liet is zeer goed mogelijk, dat aan het einde van
de campagne 1928f’29 groote hoeveelheden suiker door
enkele laiiclen werden uitgevoerd, die in het land van
bestemming pas gedurende de volgende campagne

WERELDSIJIKERPRODTJCTIE

1913/14 1927/28 1928/29 1929/30

in 1.000 nietr. tom. ruwsuikerwaarde
0
Bietsuiker:

Schatting
Europa:

Duitschiand

………..
2.716
1.675
1.864
1.90
Tsjecho.Slowakijc
1.254
1.057
1.030
Oostenrijk ………….
1
.680a)
110
107
120
Hongarije
187
220
247
Frankrijk

………….
797
868
907
920 België

…………….
230 273 279
.252
Nederland ………….
231
261
321
265
Polen

……………..

560
747 917
Sowjet.Unie ………..
1.740
1.481
1.425 1.200
Denemarken ………….
4
143
170

134
Zweden

……………
137
145
161 121
Italië

………………
330
281
387
435
Spanje…………….
188
217
239
247
Joego.Slavië ………..
6
84
129
132
Roemenië ………….
39
140
134
82
Groot-Brittannië
4
214
213 307
OverioEurona ………
17
108
98
112

Totaal Europa

……..
8.259
8.001
8.458
8.501

A m e r i k a:
Ver. Staten, Canada en
Argentinië ………..
753 1.115
1.103
1.063

Australië:
Victoria (Maffra)
1
1
2
2

Azië:
Japan, Korea, Mandsjoe.
rije,Turkije

………

25
26
34

TotaalBietsuikerprod…
9.013 9.142
9.589
9.600
Verhouding tot 1913/14
.
100
101.4 106.4 106.5

R i e t s u i k er:

Europa:
Spanje ……………..

8

14

17

22

A
in
e ii k a:

Louisiana, Texas, Florida 283

68

126

216
Portorico en Maagden.

eilanden ………….336

693

543

766

Hawaï ……………..60

823

832

820

Cuba ……………..2.638

4.103

5.240

4.750
Brit. West-Ind. en Br:

Guyana ………….250

364

366

383
Fransch West-Indië

81

72

50

68
San Domingo en Haïtib)

107

393

372

399

Mexico …………….145

180

187

196
Overig Midden-Amerika

59

125

116

133

Peru ………………179

362

375

395

A
r
ge
n
t.i
n
iëC) ………..278

422

375

340

Brazilië ……………203

847

988

900

Overig ZuidAmerikad)47

93

93

96

Totaal Amerika ……..5.166

8.545

9.663

9.462

Azië:

Britseh-Indië ……….2.478

3.509

3.021

3.054

Java.. . …………… 1.531

2.547

3.163

3.115

Formosa en Japan……261

690

907

929
Philippijnen e)

233

638

747

800
Overig Azië ………….

320

260

260

260

Totaal Azië …………4.823

7.644

8.098

8.158

Afrika:

Egypte ……………69

91

109

.

90

Mauritius ………….272

242

274

244
lInie van Zuid.Afrika

84

224

267

271

Overig Afrika ……….80

159

162

173

rj
o
t
aa
l Afrika ……….505

716

812

778

A u s t r a lië:
Queensland en Nieuw

Zuid-Wales……….270

518

546

536

Fidji………………94

96

89

91

Totaal Australië……..364

614

635

627
Totale Riotsuikerprod. .. 10.866 17.533 19.225 19.047
Verhouding tot 1913/14 . 100 161.4 176.9 175.3
Wèreldsuikerprocluctie .. 19.879 26.675 28.814 28.647
Verhouding tot 1913/14. 100 134.2 144.9 144.1

a) Oostenrjk.Hongarije.
h)
Zonder de in eigen bedrijf ge-
produceerde suiker.
C)
Suiker tel quel. ) Met uitzondering van de productie der kleine molens, die niet in een statistiek zij
II
onder te brengen.
e)
Zonder de in het binnenland verbruikte
,,Muskovaden” suiker. –

25 Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

583

WERELDSU1KERVERBRUIK.

1927/28

1928/29
Verb. Verb. p. Verb. Verb. p.
in

hoofd

in

hoofd
1000 t. in KG. 1000 t. in KG.
E u r o p a:

ruwsuikerwaarde ruwsuikerw.
Duitschiand …………….
1.623
25.2
1.693 26.1
Tsjeoho-Slowakije …………
393
27.2
407
28.0
Oostenrijk ………………
202 30.2
209
31.1
Hongarije

………………
113
13.3
116
13.5
Zwitserland ……………..
167
41.9
1.72
43.1
Frankrijk

………………
971
23.5
1.020
24.6
België

…………………
210
26.5
223
27.9
Nederland ………………
232 30.4
240
31.0
Groot-Brittannië …………
2.051
44.8
2.109
45.9
Polen

………………….
386
12.9
411
13.5
Sowjet-Unie°) : …………..
l.315b)

8.9
1.350′))
9.0
Denemarken …………….
183
52.3
198
56.1
Zweden

………………..
231
37.9
244
39.9
Italië

………………….
379
9.3
395 9.7
Spanje…………………
269
12.1
286
12.8
Overig Europaa)

…………
907
11.5
946
11.9

Totaal Europa …………..
9.632
18.2
10.019
18.7

Azië:

China en Hongkong ……….
1.150′
)
)
2.6

1.100′
)
)
2.5
Britsch-Indië ……………
4.325b)
13.1
4.000′
))
12.1
Japan en Formosa… ……..
829
9.6
868
9.9
Java…………………..
297
8.0 339
9.1
Overig Azië ……………..
610b)C) 5.9
625b)C) 6:0

Totaal Azië ……………..
7.211
7.2
6.632
6.9

Af r i k a:
Egypte

………………..
150′))
10.5
169
11.7
Unie van Zuid-Afrika ……..
169
19.4
182
20.8
Mauritius

………………
6b)
14.6
6′
))
14.6
Overig Afrika ……………
361 3.1
395
3.4

Totaal Afrika……………
686
4.9
752
5.4

Amerika:
Vereenigde Staten ………..
5.983′
)
)
50.3
6.630′
)
)
Q4.0
Hawaï

…………………
19
52.8
20
533
Portorico en Maagdeneilanden
50′
)
)
34.2
sob)
34.1
Cuba

………………….
16
43.7
168
46.9
Canada

………………..
420′
)
)
44.1
44013)
45.6
NewFoundland

…………
9
34.0
lOb)
377 Britsch West-Indië en Guyana
3213)
15.0
33′
)
)
15.3
Fransch West-Indië ………
5b)
10.3
5′
)
)
10.2
Haïti en San Domingo
30b)
8.8
30b)
8.6
Mexico …………………
190
13.3
192
13.4
Overig Midden Amerika ……
83′)
12.8
79b)
12.2
Argentinië”) …………….
340e)
32.0
350e)
32.6
Brazilië

…………………
800b)
20.1
820
1
))
19.9
Perud)

…………………
41C)
6.9
59e)
9.9
Overig Zuid-Amerika
274
14.7
280
14.8

Totaal Amerika ………….
8.432
35.7
9.066
37.8

Australië
Australië (vasteland) ……..327

51.5

346

53.4
Overig Australië …………85e) 26.9

76e) 23.6

Totaal Australië………….412

43.4

‘422

43.5

Wereld…………………26.373

13.8 27.191

14.1

a)
mcl.
het in Azië gelegen gebied van de Sowjet-Unie en
Turkije.’)) Schatting.
C)
Zonder de op de Philippijnen verbruikte
.,Muskovaden”suiker.
d)
Suiker tel quel.
e)
Kalenderjaar 1928 resp. 1929.

aankwamen en derhalve natuurlijk in de invoersta-
tistiek van 1929/30 werden opgenomen. Bovendien is
het zelfs heel goed mogelijk, dat zich voor 1929130
de schijnbare anomalie van een overschot van den in-
voer boven den uitvoer zou kunnen voordoen, zooals
ook de wereidstatistiek 1927/28 een invoer aantoon-
de, die grooter was dan de uitvoer. Indien men echter
dcii in- cii uitvoer van meerdere campagnes verge-
lijkt, moet de uitvoer in doorsnee reeds door het on-verinijdelijk verlies gedurende het transport grooter
Y.un dan de invoer, indi,en d.e statistieken juist zijn.
Uit de vergelijking van cie productie- cii de ver-
bruiksstatistiek 1027Ï28 en 1928/29 blijkt nog het
fel t, dat de wereldvoorraden in den loop van deze twee
campagnes weder met ongeveer 1Y2 millioen ton moe-
ten zijn toegenomen.

i:N- EN UITVOER VAN SUIKER.

1927/28

1928/29
Invoer Uitvoer Invoer Uitvoer
in 1.000 metr. tonn. ruwsuikerwaarde
Europa:


Duitschiand ………..84

154

77

218
.Tsjecho-Slowakije

813

662
Oostenrijk ………….97

112

1
Hongarije ………….1

71

1

‘101
Zwitserland…………161

1

166

1
Franluijk …………..392

276

562

323
België ……………… 87

1.27

83

119
Nederland ………….285

240

220

162
Groot.Brittannië …….1.912

81

2.178

167
Polen……………..

164

316
Sowjet.Uniec) ……….4

153

40

136
Denemarken ………..42

2

35

2
Zweden ……………101

116

-.
Italië ………………106

8

33

10
Spanje …………….7

2


Overig Europa c)
627

39

653

31

Totaal Europa ………3.906

2.129

4.278

2.249
A z i ë :
China en Hongkong ..

919

2

860)

2
Britsch-Indië ……….869

61

1.031

51
Java………………

2.264

2.820
Japan en Formosa ……

417

253

262

212
Overig Azië…………540a)

572)

552a)

673)

rj
o
t
aa
l Azië …………2.745

3.152

2.705

3.758.
Afrika:
Egypte

……………
71
6
98
6
Unie van Zuid-Afrika
16
56
21
78
Mauritius

………….

,
233

265)
Overig Afrika ……….
336
131
370)
136)

Totaal Afrika ……….
423 426
489
485
Amerika:
Vereenigde Staten, Hawaï,
Portorico en Maagden-
eilanden ………….
3.597
103
4.418
133
Cuba

…………….

3.969

4.933
Canada

……………
410
28
427
12
New-Fund,land
9

10′)
Britdch West-Indië en
Guyana ………….
4b)
3451))
4b)
323)
Fransch West-Indië

65

46)
Haïti en San Domingo
2
362
1
))
2
343b)
Mexico …………….
– –


Overig Midden-Amerika
2b)
43′
)
)
3′
)
)
321))
Argentinië”) ………..
1′))
63b)
1′
)
)
34′
)
)
Brazilië ……………

30′))
– .
151))
Perud)

…………….

298′))

311b)
Overig Zuid-Amerika
214′))
32″)
2181))
31)

Totaal Amerika ……..
4.239 5.338
5.083
6.213

A u s t rai
i
ë:
Australië (vasteland)
_b)
212′))
_1))
196′))
Overig Australië …….
82b)
124′)) 73′))
74b)

Totaal Australië……..
82
336
73
270
Wereld…………….
11.395
11.381
12.628
12.975
5)
Geraamd.
1))
Kalenderjaar 1928,
resp.
1929.
0
)
Inci. het
gebied van de Sowjet-Unie
en Turkije in Azië.
d)
Suiker tel quel.

AANTEEKENINGEN.

De Surinaamsche Bank in 1929.

In ons nummer van 11 dezer namen wij het een en
ander over uit de beschouwingen van algemeen
economischen aard, welke voorkomen in het verslag
over 1929 van den 1

loofd-Directeur der Surinaam-
sche Bank. Thans willen wij nog enkele grepen doen
uit de meciedeelingen betreffende het bedrijf der bank
in het afgeloopen jaar.

Wat het octrooi der S. B. betreft, zoo was in 1920
dc voornaamste maatregel de
verhoo ging van de ver-
plichte ?netaaldekking
van 20 pOt., het percentage,
dat sinds 1917 had gegolden, op 30 pOt. Tegen dezen
maatregel had de Directie geen bezwaar, hoewel deze
haar niet bepaald noodzakelijk voorkwam, nadat men
jarenlang met 20 pOt. minimum dekking had volstaan.
IIët rëutetaricf bleef in 1929
. onveranderd (hyp.
rente 7 pOt., bclecning effecten, goederen en wissels
8 pOt., wisseldisc. 8 pOt., prom. disc. 9 pOt.). –

5.84

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERIChTEN

25 Juni 1930

De discontoportefeuille bedroeg in de laatste jaren

gemiddeld:
1.924 . . .

f
1.083.502

1927 ….
f
927.480
1925 ……1.005.048

1928 ….,. 940.230
1926 . . . . ,,

932.205

1929 …. ,, 1.021.823

De stijging in het laatste jaar is een gôvoig van een

overboeking van
2
ton van ,,ieleeningen” op ,,disc.

port.”. .In liet Verslag wordt opgemerkt, dat er ge-
streef d is naar beperking dezer uitzettingen, maar
dat er tenslotte een grens is, beneden welke men niet
gaan kar zonder de samenleving te schaden. Die grens
schijnt met betrekking tot de cliseonteeringen vol-
gens den Roofd-:Directeur voor Suriname bereikt.
Anders dan hij cle disc. port. is het roet de helee-
ningen gesteld. De vdornaamste post daarvan, cle be-leeningen op wissels, bedroeg gemiddeld in de laatste

jaren:
1924 ….f506.420

1927 ….
f
707.855

1925 ….., 516.154

1928 ……1.087.534
1926 ……. 618.124

.1929 ……1.541.735

Men ziet dus, dat
1.929
een aanzienlijke stijging ver-

toonde, welkè volgens het verslag aan bijzondere om-
standigheden valt toe te schrijven. Inkrimping ligt
hier in tegenstelling tot de disconteeringen in de be-

doeling.
De hypotheken zijn het laatste jaar eenigszins ver-

,pii nclerc!, ni. van ruim
236
mille tot ruim 1.01 mille.
Dit was geen uiting van restrictiepolitiek, maar van

mindere vraag hij de S. B.
De winsten, welke door de Bank in
1929
werden

behaald, worden eheel overgebracht naar de Dis-
contoreserve, die daardoor van ruim
289
mille tot

bijna
534
mille is gestegen. Reeds ten vorigen jare
werd de Discontoreserve flink gedoteerd, zoowel met
het oog op den algemeenen toestand als op het feit,
dat cle S. B. bij enkele debiteu ren voor groote be
dragen betrokken is. De toestand is in
1929
verergerd

en er is daarom ditmaal geen winst uitgekeerd. liet
vermoeden ligt voor de hand, dat het oploopen van
den post beleeningen, waarvan zooeven sprake was,
met den blijkbaar wein.ig gunstigen gang vafi zaken

verband houdt.
Wat de circulatie en de dekking betreft, was
1929

ecn veelbewogen jaar door de opheffing van het uit-
voerverbod van zilvergeld. De biljettencirculati.e be-
droeg gemiddeld
f 1.589.620
tegen
f 1.525.150
in
1028,
een kleine stijging dus. Daarentegen was de ge-
mi.ddeld.e dekking belangrijk lager, ul.
34,01
Ot….n

1029
tegen
44,50
pOt. in
1928.
Over de opheffing van het uitvoerverbod van. zil-
vergelci en de gevolgen, welke deze maatregel voor
de S. B. heeft gehad, is het verslag zeer uitvoerig. l)e
Hoofd-})irecteur refereert eerst aan een artikel van
den heer 1. Bos in het nummer van
28
September
1.921

van dit weekblad, waarop door hem in E.-S. B. van
0 November day, werd gereageerd. In hoofdzaak
komt het betoog van Mr. Schoch hierop neer, dat het
disagio, hetweik de Surinaamsche gulden jarenlang
tegenover den Nederlandschen heeft gedaan, een ge-
volg was van een bij voortduring ongunstigen stand
van de betalingsbalans der kolonie.
Vervolgens herinnert cle U.00fd-Directeur der S. B.
aan de behandel,i:ng van het zilveruitvoerverboci in de
Tweede Kamer welke den vorigen Minister aanlei-
ding gaf een tweetal adviezen in te winnen, terwijl
Mr. S. hieraan toevoegt, dat zijn eigen advies aan den Minister zeer beslist luidde om het uitvoerverhod van zilvergeld te handhaven, aangezien vrijlating van dcii
uitvoer schokken zou veroorzaken, die cle kolonie
moeilijk zou kunnen verdragen.
Daarna gaat het verslag als volgt verder:

In beginsel kwam het geheel onjuist voor om zilveren muM
eene taak te geven, die alleen aan het goud is toevertrouwd.
De overheid heeft in het algemeen belang aan zekere munten
eene zekere teekenwaarde toegekend om te denen als circu-
latiemiddel in een bepaald gebied. Door de van overheidswege
vastgelegde verhouding tusschen de zilveren munt ôn het
goud, zou men kunnen beweren, dat de zilveren specie reëele
koopwaarde heeft tussehen Suriname en Nederland en deze

evengo&d als goud als koopwaar zou kunnen dienen, maar clan
geeft men aan de zilveren specie een taak, die voor haar niet
bedoeld is.
Het Koloniaal Bestuur heeft de zorg voor eene voldoende
geldeireulatie. Wie die specie uitvoert, bemoeilijkt de taaic van
dtat Bestuur, want de noodige wederinvoer van specie komt
dan ten laste van het Koloniaal Bestuur, dat is, in casu, in
laatste instantie ten laste van den Nederlandschen belasting.
betalen en dat ten bate van een of meer Suninaamsche koop-
.lieden.
Rad Suriname eene eigen teekenmunt, dan zou voor cle
dwaling geen grond bestaan, die bij velen thans wordt aan-
getroffen, dat een Surinaamsche gulden steeds en overal gelij Ic
is of althans moet zijn met een Nedeniandschen gulden.
Naar de uitspraak van de Commissie der Tweede Kamer zou
onze instelling in staat moeten zijn om na intrekking van het
zilveruitvoerverbod den wisselkoers binnen redelijke grenzen
te doen blijven en de waarde van het geld te handhaven. Dat
dit zuivere theorie was voor normale economische omstandig-
heden en dus in de praktijk zonder waarde voor Suriname,
heeft de uitkomst wel bewezen.
Om den zilveruiVvoer tegen te gaan en den wisselkoers binnen
normale grenzen te houden, moet er voldoende remisetnateniaal
zijn, moet dus de betalingsbalans gunstig zijn. Waar dit niet
het geval was noch is, houdt de praktijk er cciie andere logica
op na dan de theorie.
Minister Koningsberger liet de kwestie onbeslist, maar
nauwelijks was Minister de Graaff opgetreden of de door Mr.
van Gijn c.s. voorgestelde maatregel kwam tot stand.
Bij besluit van 28Augustus 1929 (G. B. 62) had de intrekking
plaats van het uitvoerverbod van munt en inuntmateriaal,
terwijl dit besluit in werking trad op den len September d.a.v.
De gevolgen van dezen maatregel bleven natuurlijk niet uit.
Reeds in de eerste maand werd voor 1100,000,— aan zilver aan
de Bank onttrokken, waarvan 170.000,— door den Pakketpost-
dienst naar Nederland werd overgemaakt. Deze zilveront-
trekking had direeten invloed op onze metaaidekking, welke
Icortgeleden op 30
%
van het gezamelijk bedrag van bank-
biljetten, rekeningcourant saldi en andere in Suriname dadelijk
opeisehbare vorderingen was vastgesteld. Die dekking liep aan
het einde van de eerste maand tot 29.35 % terug.
De Regeering, erkennende haren plicht om voor de noodige
hoeveelheid circulatieniiddel in de kolonie te zorgen, zond
begin October dadelijk op aanvraag van den Gouverneur
/ 200,000,— zilver naar Suriname. in de periode tussehen
bestelling en aankdmst van deze munt in de kolonie was er
natuurlijk schaarste aan circulatieniiddel en onze dekking
ondervond er de nadeelen van. Dit gaf mij aanleiding, in liet algemeen koloniaal belang en
ter bescherming van de positie van onze instelling, begin
October overleg te plegen met den Minister van Koloniën en
Zijne Excellentie te verzoeken den per 1 September in werking
getreden maatregel weder in te trelcken om verdere moeilijk.
heden te voorkomen of althans den pakketpostdienst te doen
ophouden met het verleenen van zijn tussehenkomst voor den
uitvoer van de zilveren specie. De Minister bleek totintrekking
van den eenmaal genomen maatregel niet bereid, maar wilde
wel overwegen in hoeven de pakketpostdienst kon worden
uitgeschakeld. Zijne Excellentie zag het zonderlinge van den toestand in, waarbij een bestuursorgaan, de Koloniale Poste-
rijen, zijne medewerking door den pakketpostdienst verleende
aan hen, die het zilver uitvoerden, terwijl voor rekening van
het Koloniaal Bestuur met de volgende boot door de Regeering
weder een ongeveer gelijk bedrag moest worden teruggezonden. Teneinde onzerzijds mede te werken om de zilververseheping
tegen te gaan, in afwachting van wat de Regeening zou meenen
te moeten doen, zijn toen dezerzijds drie maatregelen genomen:

lo. is de verkoopkoers van traites op Amsterdam van 103
teruggebracht op 101, den normalen koers van vroegere
jaren;
2o. werd, in verband met de noodige versterking van onze
dekking t 100.000,— in goud bij de Nederlandsche Bank
geearniarkt, terwijl in de
3o. plaats aan de Directie werd opgedragen voorhands bij
de afgifte van traites eene rantsoeneeringspolitiek te volgen,
waardoor een groote aanloop op onze insteffing, nu dc
koersen plotseling zoo verlaagd waren, zou worden tegen.
gehouden en voorkomen kon worden, dat op het buiten-land meer zou worden afgegeven dan aan saldi aanwezig
was of door remises kon worden gedekt.
Er moest tot dezen laatsten maatregel worden overgegaan
omdat ons kantoor te Paramaribo reeds te lang zijn evenwicht
tusschen trekkingen en remises op het buitenland had verloren
en daardoor te zwaar debet was komen te staan bij het hoofd-
kantoor.
Het was de bedoeling, dat, voorzoover onze instelling niet
kon voldoen aan de behoeften der bevolking aan betalings.

25 Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

585

middel voor het buitenland, de postwisselctienst daarin tijdelijk
zou voorzien. Dat was mogelijk in verband niet de reeds ge-
ruimen tijd bestaande afspraak, dat de postwisseldienst den.
zeifden koers zou aanleggen als onze insteUing. Die dienst bleef
daarmede toch altijd
nog
duurder dan onze koers, omdat
voor postwissels nog boven den koers een recht geheven wordt.
J)e eerst genoemde maatregel was niet in overeenstemming
met onze tot nog toe gevolgde wisselpolitiek en naar econo-
mische beginselen onjuist. Blijkens den stand van de betalings-
balans was èr allerminst reden den Surinaamscihen gulden in
eens meer waarde te gaan geven tegenover den Nederlandschen
gulden. Alleen het motief om het Koloniaal Bestuur tijdelijk
bij te staan ter vermijding van de groote onkosten, verbonden
aan den wederinvoer van het door den handel uitgevoerde
zilvergeld, lag hieraan ten grondslag.

Door den afgiftekoers op Nederland op 101 te stellen, brach-
ten wij dezen koers op het normale ziJveruitvoerpunt. Dit
uitvoerpunt wordt toch aangegeven door de kosten, die de
handel heeft te maken om op normale wijze goederen, in casu
zilver, uit te voeren, d.w.z. per scheepsgelegenheid. De Kon.
Nederlandsche Stoomboot Mij. heeft voor dergelijke ver-
zendingen een tarief van
/8
% van de waarde
± 1/
% assu-
rantie, dus 1 %. De pakketpostdienst is niet ingesteld om te
dienen voor het gewone handelsverkeer en vervoer. Zijne limite
van 10 K. G. gewicht per pakket geeft dat trouwens ook wel aan.
Het pakketposttarief, dat de kosten voor verzending van
± 11000,— op ongeveer
1/2
% brengt, doet, ten deze aan de
normale verkeersmiddelen eene ongeniotiveerde concurrentie
aan en kan dus niet als maatstaf worden aangenomen. Juist dit lage tarief is de oorzaak van den voortdurenden uitvoer
van zilver. Wordt liet tarief voor pakketten met zilveren munt
gelijk gesteld aan dat van de genoemde scheepvaartmaat-
schappij, dan is alle aanleiding voor den uitvoer verdwenen en
keert de handel van zelf terug tot wissel- en postwissel-
verzending, zoolang nl. de wisselkoers op 401 gesteld blijft.
Blijft die tariefsherziening achterwege, dan zal, vrees ik, de
Regeering de zilververschepingen niet zien ophouden. Onze
maatregelen hadden in verband daarmede dan ook niet het
gedachte gevolg. De zilveruitvoer bleef voortgang hebben.

Enkele opmerkingen mogen naar aanleiding van

bovenstaande passage gemaakt worden. Op den theore-
tischen grondslag van het betoog, dat hierboven werd weergegeven, zullen wij thans niet nader ingaan, aan-
gezien wij daarover in deze kolommen reeds eerder
schreven. Wij betoogden destijds, dat, indien al de
betalingsbalans van Suriname eenige verstoring zou
i-ertooneu, zulks voor de circulatiebank geen reden
behoefde te zijn om den wisselkoers te laten schieten,
indien zij zelve in een positie van voldoende liciuidi-
t.eit verkeerde. Het trekt de aandacht, dat over deze
liquiditeit, die tenslotte den kern van het geheele
vraagstuk vormt, in boven staande beschouwingen van
den Hoofd-l)irecteur met geen woord gespoken
wordt. En eveneens trekt dc aandacht, dat de Hoofd-
J)i.recteur geenerlei verband legt tusschen de toene-
mingder uitzettingeriin Suriname en de bij de bui-
tc’nlandsche betalingen ondervonden moeilijkheden.

in de tweede plaats wordt in het Verslag de stelling
verdedigd, dat het zilvergeld geen remisemateriaal oor het buitenland is en dat het dus onnatuurlijk is
om een uitvoerverbod op te heffen, wanneer deze op-
heffing afvloeiing van zilvergeld naar het moederland
Lot gevolg moet hebben.

i)aarvau zouden wij het volgende willen zeggen. De
S. B. moet evenals andere circulatiebanken werken
met een zekere metaaldekking. Deze heeft tiveeërlei
doel, t.w. het bevredigen van de behoeften van hen, die voor het hinnenlandsche betalingsverkeer bank-
papier wenschen te vervangen door munten, en voorts
het regelen der buitenlandsche betalingen. De tweede
functie wordt bij andere circulatiebanken vervuld door middel van het goud. i)e S. B. zou dat wellicht kunnen
doen, heeft ook wel een zekeren goudvoorraad, maar
het .i.s voor haar niet noodig, dat zij evenals andere
circulatiebanken een goudpolitiek volgt, aangezien zij
kan steunen op het moederland, waarmede Suriname
een muntunie heeft, en waarheen dus het zilvergeld –
ad libitum verzonden kan worden. In het algemeen
zuilen wij zeker de muntunies niet gaan verdedigen,
maar in het geval van Suriname zijn de bedragen aan
zilvergeld, waarom het gaat, zoo miniem, dat de be-

Zwaren van ccii muutu.ni.e tussôhen moederland en
kolonie geheel ïn het niet zinken.

Nu zal men van deze tweede functie van het zilver-
geld in normale tijden niets bespeuren. Van remise van
zilvergeid zal clan geen sprake zijn. Het zilver dient,’ evenals elders het goud, als een reserve voor buiten-
gewone gevallen, en, wordt het daarvoor gebezigd, clan zal daarop gereageerd moeten worden met de-
zelfde middelen en volgens dezelfde beginselen, waar-
mede elders goudafvloeiing wordt beantiobrd. Af-
vloed van zilver uit Suriname is dus in de gegeven
omstandigheden niet meer abnormaai clan af vloed van’
goud elders. Men zal er ten onzent niet aan denken our
de zorg vom don goudvoorraad te leggen in handen
der Regeering en daarvan de centrale bank te ont-
lasten; en ook zal men zich elders wel hoeden voor
de opvatting, als zoucle liet op een vast peil houden
van den wisselkoers een uitsluitend belang van enkele kooplieden zijn. Ten aanzien van Suriname heerschen
hier echter ongel uickigerwijice andere opvattingen.
Tenslotte cle oneenigheid tusschen de Postpaketten-

dienst en cle S. B. Deze toestand is inderdaad abnor-
maal en eischt verbetering. Deze kan van twee zijden
komen. Of de S. B. kan haar afgiftekoers verlagen,
en weder brengen op een lager niveau, dat ook vroeger,
naar wij meenen, 100 bedroeg, en waarbij dan tevens (le aankoopkoers een half procent verlaagd zou moe-
ten worden; ôf het pakkettentarief ken worden ver-
lioogd, opdat het uitvoerpunt van rilvergeld per pak-
ketpost in overeenstemming home met dat per gewone
seheepsgelegenheid. ‘Wij kunnen niet beoordeelen,

welke bezwaren tegen den eersten maatregel zouden
bestaan. In het verslag der S. B. wordt men daarom-
trent niets gewaar. Het ware wel wenschelijk, wan-
neer dit punt t.z.t. nog eens tot klaarheid zou worden
gebracht.
v.
S.

MAANDCIJFERS.

PRODUOTIE DER STEENKOLEN-, BRUIN- KOLEN- EN ZOIJTMIJNEN.
(Gegevens verstrekt door den Hoofdingenieur der mijnen.)

T. Gezamenlijke Steenkolenmijnen.

April Jan.fApr.
Jan./Apr.
1930 1930
1929

Prod. Steenkolen in tonnen.
977.466
4.018.743
3.702.911
Aantal normalewerkdagen
.
25
1
)
101 101
H. Bruinkolenmijn ,,Carisborg”.

April
1
Jan./Apr. Jan./Apr.
1930
1930 1929

Netto-productie in tonnen.
.
23.834
2
)
83.442
30.465,4
Aantal normale werkdagen
26
92
31

III. Zoutmijnen.
(Kon. Ned. Zoutindustrie te Boekelo.)
April Jan./Apr.
Jan./Apr.
1930
1930
1929

Afgeleverd:
Geraif. zout ……..(ton)
3.123 12.669 12.613
Industriezout

..(

)
32
221
172
Afvalzout

……….
(

)
198
801
1.010
Aantal normale werkdagen
23
99
102

Arbeiders.

Gezamen-
Bruin-
Aantal.
lijke
Steenkolen-
kolenmijn
Zoutmijnen
mijnen
Carisborg”

f
11.1263)
181
142
k
26.5104)
1Mei1930

…………….

1
10.5068)

170 178
1 Mei

1929

……………
24.541
4
)
1)
Staatsm. en Domaniale mijn 25 dagen; overige mijnen
24 dagen.
8
)16.607 ton ruwe bruinkool en 7.227 ton bruinkoolbrjk.
8)
bovengronds.
4)
ondergronds.

1

586

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTTEN

25 Juni 1930

OVERZICHT ‘DER RIJKSMIDDELEN
(In Guldens)

M 1
1930

Sedert
1 Januari.
1930

Overeen-
komstlge
periode
1929

Directe
belastingen.
Grondbelasting …….
2.761.887
10.452.978 901 1.207
Personeele belasting ..
2,334.647 7.755.325
6.534.278
Inkomstenbelasting ..
14.269.835
48.799.368
44.929.002
Vermogensbelasting ..
2.379.970
8.1 41.929
7.412.907

belasting
… …
. .

.
1.481.796
5.597.291
6.683.843

Invoerrechten.
.
.,. …
.
6.057.87(1
29.759.675
27.485.181

&tatistiekrecht
…,_

.
354.779
1.767.331
1.864.779

accijnzen..
Zout
…….. …,

.. .._..
195.645
1.023040
767.938
Geslacht

………….
‘968.892
4.967.222
4.737.714
Wijn …………….. …
47.220
753.150
777.390

Dividend- en tantième-

Gedistilleerd………..3.339.016
15.102.815
14.614.276
Bier

……………_.

.
1.364.333
5.899.267
5.279.650
20.220.173
18.382.681
11.901.644
11.044.577
e1asting op gouden en
445.722 418.272

indirecte
belastingen.
Zegelrechten
.
…. .. ._…
2.0
.56.6572
11.016.391
8
11.598.888

Suiker …………….3.840.553

2.640.307
12.741.450 16.660.998

Tabak…………………2.558.041

Successierechten…
3.323.086
19.176.656
18.036.175

zilveren werken …….92.061

Domeinen,
wegen en

Registratierechten …….

vaarten
.
.. ..
301.581
2.211.655
1.509.850
16947
234.684
234.729
Staatsloterj ………….
392179
2.046.591 1.974.158
ioodsgelden
.
..
.
………

Totaal-Generaal
50 777.308
220.014.357 209.988.494
1)
Hieronder begrepen
f
398.469 wegens zegelrecht van
nota’s van makelaars en commissionnairs in effecten, enz.
(Beursbel.).
1
)Id. f2.130.279.
8)
Id.
f
3.588.864.

HEFFINGEN VOOR HET LEENINGFONDS 1914.

me
i

1
1930
Sedert
1
Januari
1930

Overeen-
komst (ge
periode
1929

Verdedigingsbelast.
1
2.749.804
9.538.743
8.582.822
Verdedigingabelast.
II
4.826.286 16.544.625 14.867.599
Opcent en:
Grondbelasting
… .-. .
553.786
2.101.333
1.810.815
Personeele belasting..
410.543
1.472.126
1.333.605
Inkomstenbelasting
..
1.331
4 659
303.742
Vermogensbelasting

1.332.939 1.847.106
4.142.593
Dividend- en tantièmc
belasting
……

…..
488.993
4.572.620 2.205.668

Accijns
op
Suiker
…..

580.416
3.676.536
Wijn
9.444 150.630 155.478
Gedistilleerd

. . . ….

.
333.902 1.510.282
1.461.428

Zegelrechtvanbuitl.eff.
103.4291
2.007.970
496.805

Totaal
.. …
10.810.457
40.330.510
39.037.091

HEFFINGEN VOOR HET WEGENFONDS.

Wegenbelasting……… 1.862.432

6.920.543

5.861.038
Rijwielbelasting

36.060

157.353 1

‘80.400

Totaal ………..1.898.492

7.077.896

5.941.438

1) 90 o/ der werkelijke opbrengst; art. 39 der Wegenbel.wet.

SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, PERSO-
NEELE-, INKOMSTEN- EN VERMOGENSBELASTING
SEDERT 1 JANUARI 1930.

Telefonie ……………,, 2.036.918,-

a

2.093.952,-

Dienstjaren
Orond-
belasting
Personeele
belasting
1
Inkomsten-
belasting
1
Vermogens-
belasting

1927128


186.392
1

651
,
1928129
5.266
83.842
1

892.469
t

147.980
1929130
4.156.103
4.457.401
47.717.613
1

7.992.819
1930131
6.291.609
3.214 082
2.894
479

rotalen
._
10.452.978
1
7.755.325
48 799.368
1

8.141.929

POSTERiJEN, TELEGRAFIE EN TELEFON IE.

Opbrengst

April 1930

April 1929

Posterijen ……
………/ 4.292.954,-.

/ 4.352.77 1,-
Telegrafle …… …. ….
.,,

549.928,-

633.144,-

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
N.B. ” heteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.
BANKDISCONTO’S.
Ned (Disc. Wissels. 3
25 Mrt. ’30
Lissabon

…. 8
28 Juli’28
Londen

’90
3

1 Mei
Be1.Binn.Eff.
4

7Mrt.’30
……
I,Vrsch. inR.C.
4

7Mrt.’30
Madrid ……
5519 Dec.’28
Athene

…….

..
9

2Dec.’28
N.-YorkF.R.B.24l9Juni30
Batavia ………..
45/0 Mrt.’90
Oslo

……..
4420Mrt.’SO
Belgrado

……..
5428 Mei ’30
Parijs


……24
1 Mei
1
30
Berlijn

……….
4
21Juni’30
Praag

……
4424Mei ’30
Boekarest. …….
9
23Nov.’29
Pretoria

..
.
.6
17Aug.’29
Brussel ………..
l
30Apr.’30
Rome …….. 5419
Mei ’30
Budapest ……..
5528 Mei ’80
Stockholm
.. 35
2 Apr.
1
30
Calcutta

……..
6

3Apr.’30
Tokio

……5.4
180ct.’27
Danzig ……….
452J Juni’30
Weenen ……
5423 Mei’ 30
Helsingfors ……
6428Apr.’30
Warschau….
6412
Juni’30
Kopenhagen

….
4

8Mei ’30
Zwits. N at. Bk. 3

8Apr.’30

OPEN MARKT.

1930
1929
1928
1914

21
Jun
16121
9114
217
17122
18j23
20124
Juni Juni Juni Juni Juni
Juli

Amoterdam
Partic.disc.
1
3
14
1
3
14-2
1
“!i&2
1
/i
1314-2
53
15
5/
15

4_1/
3′(11
Prolong.

1314-2
111
3
.2
1314_2114
5.1/
3

3
1
51164
3
/16
211401
4

Londen
Dageld…
1
h/
3
2
1
1
122113
1
1
14’2
3
14
1
1
14’2
45
1
14
2
1
123
1
12
1
3
1
4
-2
Part,c.disc.
2
7
116
2
7
/16-
5
18
2-
5
/2
2
3
132-
3
116
591
33
31
5

331
4
7/
g

2
1
14_
5
14
B.,rll/n
DageId.
– .
1
1
133
11J2-411
2

2
1
13.4
112
5-6
3
14
6
1
148
112
5.7
1
12

Part,c.disc.
30-55 d…
3
1
12
311,
351
g

3314
7
1
12
6
1
1-51

56-90 d..
.
311
3

311
3

351s
331
4

7
1
12
61135/3 2
1
j8-
1
12
Waren- wechsel.
331
4
71
5

3314_4
4 4
73
14

8
1
11
614-7

tien,
York
Dageld
1)

2
1
1-
3
1
2
1
11_3
1
14
2
1
12.3
1
14
3..1
7.11
5’j2-6
3
1 1
3
142
1
1,
Partic.disc.
2
1
/8
2
1
18_
1
14
2114
211
4
.115 5
5
18.
1
11
4
1
18.
1
14

1) Koers van 20 Juni en daaraan voorafgaande weken t(m Vrijdag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND. –

D
o
New
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Balavla
York
)
‘)
)
0)

)
1)

17 Juni 1930
2.48% 12.08%
59.34 9.764
34.70
100i1
18

,,

1930 12.08+
59.35
9.764
34.71
100%
19

,,

1930
2.4818/,
12.08+

59.34
9.764
34.705
100′,
20

,,

1930
2.48″,
12.09i,,
59.38
9.77
34.73
10011
21

,,

1930
2.488/,,
12.0981,
59.364
9.774 34.734
1001/,
23

,,

1930
Laagsted.w.1)
2.48851,
6

2.4821/,
12.09s1,
12.081/,,
59.364
59.314
9.775
34.734
34.68
1001,
100
Hoogste d.wl)
2.48″,,,
12.09%
59.38 9.755 9.774
34.74
10011,
16 Juni 1930
2.4811!,,
12.085/,
59.334
0.76
34.69k
100′
9

,,

1930

– – – –

Muntpariteit
2.48% 12.10%
59.26
9.75
34.59
100

o
a
Zwit-
ser an
Weenen
Praag
Boeka-
Milaan
Madrid

resi
1)
0*)
)

17 Juni 1930
43.17% 35.12%
7.374
1.48
13.03
28.85
18

,,

1930
48.18% 35.12% 7.375
1.48
13.03
29.-
19

,,

1930
48.17
35.12%
7.371
1.48
13.03
29.38
20

,,

1930
48.19% 35.15 7.385
1.48
13.035
29.324
21

,,

1930 48.2034
35.15
7.384
1.48


23

,,

1930
48.22%
35.15
7.385
1.48
13.035 28.974
Laagsted.w.’)
48.15
35.05
7.37 1.47
13.02
28.65
Hoogated.w’)
48.25
35.1534
7.381
1.49
13.05
29.50
16 Juni 1930
48.20
35.10 7.375
1.48
13.03
29.124
9

,,

1930

– –



Muntpariteit
48.-
35.-.
7.371 1.488
13.09
48.523

D a a
Stork-
Kopen-
Oslo
)
Hel-
Buenos-
Mon-
holm
)
hagen’)
Aires’)
(real’)

17 Juni 1930
66.825
66.5751
66.60
6.264
92
2.48o1
8

18

,,

1930
68.824
66.60
66.024
6.2641
91%
2.48%
19

,,

1930
66.824
68.574
66.60
6.264
921,
2.4818/,,
20

,,

1930
86.85 86.60
66.624
6.265
92’1
b

2.48’a1,,
21

,,

1930
66.85
66.624 66.625
6.283
9214
2.4871
8

23

,,

1930
66.85 66.62k
66.65 6.264
92%
249
Laagsted.w.’)
66.75 68.50
86.525
6.254
91%
2.48%
Hoogste d.w
1
)
66.90
66.65
66.674
6.27
92%
2.49%
16 Juni 1930
66.80 66.55
66.575
6.265
92%
2.483/
8

9

,,

1930



– – –
Muntpariteit
66.67 66.67 66.67 6.264
95%
2.48%

‘) Noteering te Amsterdam. “) Not, te Rotterdam.
1)
Part, opgave
In het eerste nunimer van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

25
Juni
1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

587

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Data
1

Londen
1

($
per £)
1

Parijs
1(3
P.
IOOfr.)I($
1

Berlijn
P.
100
MJ’.)l(3
1
Amsterdam
p. 100 gld.)

17 Juni

1930
4,85′
8
/
3,92
5
/t
23,855f
40,20
18

,,

1930
4,85
25
82

3,92
5
18
23,85
3
18
40,19%
39

,,

1930
4,85
,
1
8

3,92%
23,85k
40,1934
20

,,

1930
4,85
15
/
3,92s1
23,8514
40,18
5
/8
21

,,

1930
4,85
27
1
32

3,923
8

23,85
5
1
8
40,17!4
23

,,

1930
4,8529/
33

3,92
5
/8
23,833/ 40,17%

24 Juni

1929
4,84
25
/
32

3,9111
8

23,83% 40,15%
Muntpariteit..
4,8867
3,9051
9

23,81 y
,
4051
1

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en t’Joteerings- 7Juni 14Juni 16121 Juni
’30 21Juni
Landen

eenheden

1930 1
1930 1
LaagstelHoogst
.
91
1930

Alexandrië.. Piast. p. £
97

97

9771,

9791, 97
Athene ……
Dr. p.

375

375

374

376

375
Bangkok…. Sh. p.tical
1/1031
5
111011
1!’0Tv
1j10 i/lOT
5

Budapest . . .
Pen. p £ 27.781 27.771 27.75 27.80 27.7%
Buenos Aires d. p.$
425
1 4171
8
41% 417/
8
4151
9

Calcutta
. . . .
3h. p. nop. 1j5
91
1
64
1j5131 1/5
23
1
32
1,5
27
1
32
115
53
/
Constantin.. Piast.p.e 1.025 3.025 1.025 1.025 1.025
Hongkong
. .
3h. p.
$
1/3
3
18 1
1
371
1
1127/
s
11351 1128
Kobe …….3h. p. yen 210
25
1
64
210
13
1
53
21’O8,

21015133
2/0
13
1
32

Lissabon
….
Escu. p. £ .108%

108% 10811 10871
8
10834
Mexico’)….
$
per £

10.25 10.5 10.15 10.35 10.25
Montevideo
.
d.per

51
8
431,6

4234

44

43%
Montreal

$
per £
485il
4.85

4.853/
s
4.857/
8
4.8551
8

Rio d.Janeiro d. per Mii. 551/
54

517/
35
515/33

/32
535/54

Shanghai
. . .
Sh. p. taei 1/671
8
1/69/,

l,’5I,

1/6o/

1/5
29
/
aa

Singapore
..
id. p.
$
213% 2139/
4
2/321
1
21327132
Y/314

Valparaiso
5).
$
per £ 39.88 39.90 39.89 39.94 39.94
Warschau
..
Zi.
p. £
1
43.34
1
43.34 43.31 43.37 43.341
1)
In het vervolg worden de Mex.
$
niet meer in penc. doch in £
genoteerd.

2)
90 dg.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
3)

Londen’)
N.Yorkl)

Londen
16 Juni 1930.
.
1555/18
3351

16 Juni 1930…. 84/11%
17
,,

1930.. 1515,

3411
9

17
,,

1930…
.
8510 18
,,

1930..
15
11
/,
6
34

18
,,

1930.
.
.
8510
19
,,

1930

151s1

34’1

19
,,

1930… 85,0
20
,,

1930.
.
151s,

33%

20
,,

1930..
.
85,0
21
,,

1930.. 15

33 Y
4

21
,,

1930…. 8510
22 Juni 1929.. 24%

52%

22 Juni 1929…
.
84/11%

27 Juli 1914.
.
24″i,,
59

27 Juli 1914…
.
84111
1)
In pence
p.OZ.
8tand.
3)
Forelgn
sliver
In Sc. p.oz. line.
3)
in ah. p.oz. line

STAND VAN

s
RIJKS KAS.

Vorderingen.

7 Juni
19301
15Juni 1930

Saldo bij de Ned. Bank
………
…..j 15.399.908,94
/
13.724.882,97
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten 15.931,73
,,
.
138.249,88
Voorschot op uIt. Mei 30 aan de ge-
meente op voor haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting ei, opc. op de
Rijksinkomstenbelasting…………
,,
30.496.961,25

,,
4.123.461,05
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
…56.129.656,75

,,
57.28.744,09
n,
Id. aan Surinae
………..
.
………
….11.362.741,83

,,
11.377.707,15
Id. aan Curaçao
………………….
.
,,

3.003.012,08

,,

3.003.584,98
Kasvord. weg. credietverst.a/h. buitenl

107.424.164,49
,,
107.621.787,63
Daggeldleeningen tegen onderp ……
.
,,
5.500.000,-
,,
9.000.000,-
Saldo der postrekeningen van-Rijks-
comptabelen
….

………………..
,
22.096.134,82

,,
20.983.895,24
Vordering op het Algemeen Burgerlijk
Pensioenfonds
1) ……………………..


Vordering op andere Staatsbedrijven’)
,,
12.020.689,14
..
11.986.511,76

V erp1i c h t i nge_n.

Voorschot door de Nederi. Bank ingev.
art. 16 van haar octrooi verstrekt


Voorschot door de Ned. Bank inrek.
courant verstrekt ………………


Schatkistbiljetten in omloop ………

.
.
/
32.541.000,-
/
132.541.000,-
Schatkistpromessen in omloop …….
,,
26.210.000,-
,,
26.210.000,-
Waarvan direct bij de Ned. Bank


Daggeldleeningen ……………….
……


Zilverbons in omloqp ……………

6.33
…5.383,50

,,
5.829.884,50
Schuld aami het Alg. Burg. Pensioenf.’)
,,

205.988,10

,,
1.113.087,95
Id. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T.’)..
,,
30.692.689,81

30.096.970,72
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)

…..


.
Id. aan diverse instellingen’) ………8.462.559,99
,,
8.482.134,99
1)
In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH.INDISC}-IE VLOTTENDE SCHULD.

14 Juni 1930 1 21Juni1930

Vorderingen:



Saldo

bij

‘s

Rijks

kas ……………..

Saldo bij de Javasche Bank………..
Verplichtingen:
Voorschot ‘s Rijks

kas
……………

..

t
57.299.000,-
/
61.400.000,-
Schatkistpromessen

……………..
.700.000,-
,,

700.000,-
Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas

41.855.000,-

3.9
(
9.000,-
Muntbiljetten in omloop
………….
27.300.000,-
26.288.000,-
Waarvan Muntbiljetten …………. ……

Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.
,,

3.394.000,–
..
,,

3.394.000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.,,
859.000,-
,,

808.000,-
Voorschot van de Javasche Bank……
31.516.000,-
,,
30.b78.000,-

NEDERLANDSCHE
BANK.
Verkorte Balans op 23 Juni 1930.
4otiva. Binnenl.Wis.(Rfdbk.
f

39.003.235,18
se1s,Prom.,

.Bijbnk.
,,

408.275,77
enz.in disc..Ag.sch.
,,

11.680.534,13
f

51.092.045,08
Papier o. b. Buitenl. i’iÏsconto

……
,,


Idem eigen portef.
.
f
23 7.569.755,-
Af :Verkocht maar voor
de bk. nog niet afgel.


,,

237.569.755,_ Beleening:n
Hfdbk.
f

29.976.367,98

tn rek.-crt.
Bijbnk.
,,

6.128.624 23

op onderp.
Ag.sch. _
,
50.651.096_91

f

86.756.089,12

Op Effecten ……
f

84.043.180,25
OpGoederenenSpec.
,,
2.712.908,87

86.756.089,12
Voorschotten a. h. Rijk …………….
,,


Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud … …
f

64.870.345,-
Muntmat., Goud
..
,,
367.053.747,69

f
431.924.092,69
Munt, Zilver, enz.

26.835.280,22
Muntmat.

Zilver.. _
,


,,

458.759.372,91
1
)
Belegging
11,
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds

……………………
,,

25.884.030,87
Gebouwen en Meub. der Bank ……..
,,

5.000.000,_
Diverse rekeningen ………………

,,
31.752.903.49

Passjva
f

t1915.S14.196,47

Kapitaal ………………………..
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………………
,.
7.199.946,44
Bijzondere

reserve

……….
……..
,

8.000.000,-
Pensioenfonds

…………..
……..

,

6.709.422,39
Bankbiljetten in omloop ……
……..

,,

790.921.230,_
Bankassignatiën in omloop

……….
,,

193.050,93
Rek.-Cour.

Het Rijk
f

16.926.831,86
saldo’s:

‘,
Anderen

,,
44.450.059,93
,,’

61.376.891,79

Diverse rekeningen ………………

,,
2.413.654,92

f

896.814.196,47

Beschikbaar inetaalsaldo ….. .. ……

f

117.319.816,87
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop da,, waartoe de Bank gerechtigdis
,,

293.299.540,-..
‘)
Waarvan
in
het buitenland
/
23.890.447,18.
Voornsma.niste oosten in duizenden guldens.

Goud
1 Adere
Beschtkb.
Dek-
Data
Munt
1
Muntmat. Circulatle
opischb.
Is~
hulden
i

Metaal-
saldo
1
)
kinga
perc.

23 Juni’30
64.870
387.054
790.921
61.570
117.320
54
16

’30
64.873
367.054
806.139
54.024 113.629
53
10

’10
64.88
367.054 816.879
45.043 112.312
53
2

.,

’30
64.883
387.054
-846.537
25.326
108.774
52
26 Mei

’30
64.891
367.021
804.012
54.471
114.933
53
19

,,

’30
64.895
367.021
815.756
42.530 114.649
53

24 Juni ’29
65.976
370.803
778J368
21.390
137.954
57

25

Juli

‘14165.7031
98.410
310.437 6.198 43.521
54

Totaal
Schaixist-
B 1


Papier
Diverse
Data
bedrag
promessen
ee
n

1e

nn,ge
op het
1

reke-
disconto’s
rechtstreeks
buitent.
ningen
1
)

23 Juni 1930
51.092

86.756
237.570
31.753
16

1930
51.898

89.084
237.518
36.842
10

11’30
52.386

91.857
237.432
38.231
2

1930
52.422

95.797
237.394
39.188
26 Mei

1930
52.407

91.181
236.194
40.476
19

,,

1930
52.177
-.
91.943
236.722
39.443

24 Juni 1929
54.663

96.387
175.591
37.676

25 Juli

1914
67.947

61.686 20.188
509
‘1
seaert oen oankstaat van
14
Jan.
29
weaer op ae oaa,s van

15

metaaldekkiiig.
2)
Sluitpostactiva.

SURINAAMSCHE BANK.

Voornaamste poateo in duizenden guldens.

Data Metaal Circu

latie
Andere
opeischb.
scIiuld
Dtscont.
Div. reke-
ningen’)’
31 Mei

1930..
926
1.468
508
1.034
506
24

1930..
915
1.297
532
1.033
498
17

1930_
925
1.377
533
1.029
502
10

1930._
947
1.399 631
1.021
491

1 Juni

1929..
840
1.685
660 973 315

5 Juli

1914.
645 1.100 560
735
396
1)
Sluitp. der activa.
3)
f
100.000 bij de Ned. Bank gedep.

588

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25Juni 1930

JAVASCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden guldens. be
samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Data
Goud
Zilver
C’rculatie
opeischb.
schulden
metaal-
saldo

21 Juni1930
l600
276.200
50.600
33.080
14

,

1930
163.500
279.300
47.400
32.820
7

1930
166.700
276.400
49.600 36.300

24Mei 1930
138.961

27.409
272.153
50.003
37.508
17

1930
138.607

27.683
275.705
45.032 38.055
10

1930
138.958

29.182 278.423
48.181
37.499
3

1930
138.964

29.723
272.507
49.047 40.066

22Juni1929
161.429

21.454
304.670
43.483
42834
23Juni1928
174.040

15.294
307.594
50.013 118.1602

23Juli1914
22.057

31.907
110.172
1

12.634 4.842

Wissels,
1
Diverse
bek-

Data Dis-
bulten
Belee-
reke-
kin gs-
conto’s
N.-Ind.
nlngen
ningen’)
percen-
betaalb.
lage

21 Juni1930
150.200
*SS
50
14

1930
147.500
50
7

1930
141.400
•’
51

24Mei1930
9.590
39.056
50.057
34.423
52
17

1930
9.468
37.546 50.428 33.947
52
10

1930
9.198
37.681
53.548 32.528
51
3

1930
8.824 36.330 54.025
29.588
53

22Juni1929
9.812 27.312
100.097
35.631
53
23Juni1928
15.379
20.549
79.399
60.144
53

25juli1914
7.259 1
6.395
75.541
2.228
44
1)
Sluitpoat

activa.

)
Basta
11

metaaldekking.

BANK
VAN ENGELAND.
Voornaamste posten in duizenden ponden sterling.

Bankbilf.
ilf
her .Secur,ties
Data
Metaal
in
in
circulatie
Departm.Advances

18 Juni 1930
157.490
359.247 57.363
7.099
16.641
11

1930
157.180
364.002
52.259 6.804
13.943
4

1930
156.879
359.799 56.190
6.476
12.717
28 Mei

1930
158.117
356.132
61.054
6.805
11.516
21

1930
158.444
354.694
62.804
6.838
13.643
14

1930
163.348
356.455
65 929
6.404
10.989

19 Juni 1929
163.501
360.304
1

62.166
7.596
24.756

22 Juli

1914
40.164 29.317
33633

Data
00v.
Sec.
Public
Depos.

Other Deposits1
1

Other

1
Bankers IAccountsl
Resere,
1
Dek-
kings.
1
perc.
1)

18 Juni’30
46.476
16.578
58.332
35.687
58.243
52
19
/
11

’30
46.311 8.239
58.822
35.383
53.178
51
29
1
22

4

’30
58.381
8.878
71.082
36.909 57.080
48’s,
28 Mej ’30
45.578
13.241
58.964
35.907
61.985
5751
1
,
21

,,

’30
49.788 21.178
57.838
37.035 63.749
54231

14

,,

’30
52.793
24.548
58.311 36.457 66.893
58

19 Juni’29
35.402
21.263
56.237
35.555
63.197

22 Juli ’14
11.005 13.736
42.185
29.297
52
1)
Verhouding tuaschen Neserve en Lleposits.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in millioenen franes.

1
Te goed
Wis-
Waarv.
B

I
Renteloos
Data

Goud’) Zilver in het

op het

e ee- voorschot
bulten!.1
se

buifeni.
n ngen a.d.Staal

13Juni’30 43.900 314 6.864
1
23579
1
186781 2.734

3.200
6 ,, ’30 43.818 309 6.878 23.641 18.678 2.720

3.200
30 Mei ’30 43.809 297 6.873 26.343 18.689 2.541

3.200
23 ,, ’30 43.802 297 6.879 27.485 18.702 2.621

3.200

14Juni’29 36.610 632 7.440 24.827 18.434 2.415

3.200

23 Juli’141 4.104 1640

1.541

8

769

Bons v. d. Dl

Rekg. Courant
Data

zelfst.

se
9

n) Circulatie

Zei/st

Parti-
amorf. k.

Staat amorf.k. culieren

13Juni30

5.395 1
1.591
1 71.936

3.516 1 1.935

8.605
6 ., ’30

5.395

1.730

72.559

3.180 1.772

8.535
30 Mei ’30

5.395

1.741

73.079

3.500 1.863 10.062
23 ,, ’30

5.395

1.576

70.907

3.010 1.844 13.921

14Juni’29

5.769

1.648

63.141

5.525 6.192 6.313

23 Juli’14

5.912

401 –

943
1)
Bij de stabilisatie is de goudvoorraad gewaardeerd volgens de
nieuwe waarde van den franc.
1)
Sluitpost activa.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.

Daarvan
Deviezen
Andere

Data
Goud
bij bui-
als goud-
wissels
Belee-
tenl. circ.
dekking
en
nin gen
banken
1)

geldencte cheques

14 Juni 1930
2 618,8
149,8
422,2
1 543,8
55,1
7

,,

1930
2.618,8
149,8
379,8
1.792,6
67,1
31 Mei

1930
2.591,1
149,8
350,8
1.873,7
187,7
23

,,

1930
2.585,9
149,8
342,7
1.519,7
53,3
15

,,

1930
2.577,7
149,8
297,8
1.584,8
69,1
15 Juni 1929
1.764,3
59,1
318,5
2.555,5
125,8
30 Juli

1914
1.356,9
– –
750,9
50,2

D t
a ii
Effec-
Diverse
Circu-
Rekg.- Diverse
ten
Activa’)
latie
Crt.
Passiva

14 Juni 1930
101,0
620,0
4.278,8
537,4

219,8
7

,,

1930
101,0
612,8 4.572,7
448,8 211,0
31 Mei

1930
101,1
618,5
4.812,5
401,1 210,7
23

,,

1930 101,1
815,5
4.045,8
680,2
192,2
15

,,

1930
93,0
606,0
4.196,3
556,0
185,8
15 Juni 1929
92,9
471,5
4.191,8
602,6
319,9

30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-
40,0
‘1 unDelast. ‘) w.o. lenten Dankscnelne
14,
1Juni,
ïi, Zá, to
Mei
‘SU,
15 Juni ’29, resp. 51; 49; 26; 62; 62; 19 miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIE.
Voornaamste posten in millioenen Belgas.

Data

Goud
1
-.0

n

Rekg.
Cr1.

1930
.2

o

19 Juni
1202
715
45
770
32
310
2.885
20
127
ii
1200 715
45
785
32
310
2.920
9
118
4

,,
1199
707 45
.804
37
309
2.923
52
86
28 Mei
1200
673
45
830
30
315
2.909
32
113
22

,,
1200
673
45
830
29
315
2.875
36
142
20 Juni’
1000
456
44
730
48
342
2.450
34
92

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goud voorraad
Wettig
Wissels

Data betaal-
middel,
Zilver
Totaal
1
Dekking
1

p
In her-
disc. v. d.
In de
Open
bedrag
Notes
etc.
member
banks
markt
gekocht

4Juni’30
3.060,6 1.641,6
184,7
239,7
389,2
28 Mei’30
3.057,3
1.634,6
163,5
247,0
175,6
21

,,

’30
3.076,5
1.661,2
171,6
210,0
186,9
14

,,

’30
3074,1
1.681,5
174,2
210,5
171,0
7

,,

“30
3.068,2
1.700,9 174,0
237,4
375,2
30Apr.’30
3.072,7
1.683,3
178,9
233,5 209,6

5Juni’29
2.844,0
1

1.371,5
1

141,4
1

977,4
112,7

Data
Belegd
in
u. s.
Notes

‘-0t,l

Gestort
Ooud-
Dek-
Algem.
Dek-
Gov.Sec.
in circu-
latie
Kapitaal

kings-
perc.’)
kings-
perc.
1)
____________
4Juni’30
543,8
1.457,3
2.464,5
170,8
78,0 82,2
28 Mei’30
529,8
1.465,9
2.420,8
170,5
78,6
82,9
21

’30
528,3
1.452,7
2.438,9
174,2 79,0
83,5
14

’30
527,9
1.464,9
2.420,8
174,2
79,1
83,6
7

,,

’30
527,8
1.493,0
2.413,0
174,2 78,5
83,0
30Apr.’30
529,5
1.507,312.433,9

174,2
77,9
82,5

5Juni’29
147,3

1
1.647,4
2.365,8
1

175,5
70,8
1

74,4
‘) vernouoing totaisu gouavoorraha tegenover opeiacnuare
schulden:
F. It.
Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalen
voorraad muntmateriaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken

Dis-
conto’s
en
beleen.

Beleg-
gingen
bij ae
F. R.
1

Totaal
depo-
I

sito’s
1

Waarvan time
deposits

28 Mei’30
67
16.837
5.889
1.742
20.591
7.159
19

’30
43
16.806
5.855
1.757
20.564
7.139
12

,,

’30
47
16.806
5.811 1.755
20.618
7.100
5

,,

’30
79
16.852
5.792
1.727
20.457
7.079
30Apr.’30
74
16.964
5.791
1.774
20.732
7.055

29 Mei’29
680 16.202
5.798
1.617
19.655
6.765
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overziCftt
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

.7

25 Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

589

GOED ERENHANDEL

GRANEN.

24 Juni 1930.

De t
L
ru’ e-prijzeu hebben deze week weder verdere ver-
lagilig ondergaan als gevolg van gunstige weerberichteic om-
trent het op liet Noordelijk halfrond te velde staande ge-
was. De regen, welke in het einde der vorige week in
Caitacla cii liet Noord-Westen der Vereenigde Staten ge-
valleii was, liacli n het begin dezer week flauwe marlten in
Noord-Amerika en ook in Argentiuib tengevolge. De ver-
laagcle p1jzen ivaren echter in Europa en wel speciaal in
‘Engeland dc oorzaak van verbetering van dcii oncierne-
niingslust, zôodat daarheen iii cle eerste dagen der week
in sterk toengcicomen mate zaken in buitenlancisehe tarive
werden gedaan, waarbij Engeland vooral Canadeesche soor-
.teb kocht cii tevens Vrij wat zaken gedaan werden in
Austra.lische tarwe. Ook bestond er meer vraag op het
vasteland; waar vrij wat hard winter uit de Vereenigde Staten en Plata-tarwe werd gekocht. Deze toegenomen
.hiuropeesche vraag, benevens nieuwe berichten omtrent te
weinig regenval in Canada hadden op 17 Juni een prijs-
herstel tengevolge, waartoe ook minder gunstige berichten
uit Frankrijk meewerkten. Daar hebben nanielijk den laat-
sten tijd ongunstige weersomstandigheden geheerscht, welke
in, verschillende gedeelten viiie het land ernstige klachten
omtrent de te verwa’chten tarwe-opbrengsten tengevolge
hebben. Ook de weinig bevredigende resultaten van den
Itiliaanschen tarwe-oogst, die volgens sommigen kleiner zal zijn clan 27
34
millioen quarters, waarop hij officieel
wordt geraamd (vorig jaar 32% milliocii qnarters); werkten
tot de minder flauwe stemming ler tarwemarkt mccle.
Daarna hebben echter onder le factoren, die den prijsloop
belieersehien, de goede oogstberichten weder de overhand
gekregen. Centraal en Zuid-Oostelijk Europa en Engeland napporteereir zeer gunstig over het te velde staande graan
en’ ook in :Duitschland zijn de vooruitzichten nog steeds.
goed, ofschoon lner cii daar na de lange periode van droog-
te sterk naar regen wordt verlangd. Na de eerste dagen der
week was bovendien cle Europeesche vraag weder klein, het-geen al spoedig tot een nieuwe prijsdaling heeft geleid, welke
vooral een belangrijken omvang aannam, toen overal in cle
Canadeesehe Prairie-1rovincies, alsmede in het Noord-Wes-
ten der Vereenigcle Staten weder volop regen viel, welke
de’ ‘vooruitzichten daar weder aanzienlijk heeft verbeterd.
De tarweprijzen aan de termijnmarkt te Chicago kwamen
aanmerkelijk beneden het niveau van het einde van Mei
1 929, toen de lage tarweprijzeni de aanleiding werden tot
hetingrijpen der Noord-Amerikaansehe regeering. Ook te Wi]lnipeg staat tarwe veel lager dan in dien tijd het geval was, doch cle prijzen van December 1923, de laagste, die
te Winnipeg sedert den oorlog zijn voorgekomen, zijn nog
i.iiet w’eder bereikt. Intussehen zijn cle voorraden tarwe,
welke in Noord-Amerika aanwezig zijn, nog altijd zeep
groot. Ondanks liet feit, dat waarschijnlijk in Europa cle
opbrengst van tarwe kleiner ‘zal zijn dan in liet vorige
jaar, ziet het er clan ook voor den afzet dier groote Ame-
nikaansehe voorraden slecht uit, vooral wanneer cle nieuwe
oogsten weder een ruime opbrengst zullen geven. Van cle
wintertarwe der Vereenigde Staten, waarvan het oogsten
nu iii volleir gang is, valt cle opbrengst mee. Er zijn wel
gedeelten van de wintertarwe-gebieden, zooals de staat Ohio,
waar de vooruitzichten slecht zijn, doch in het Zuid-Westen
en ook in Kaiisas is het beschot grooter dan men verwacht had. Verder staat ook in cle Vereenigde Staten de zomer-
tarwe er zeer goed voor. Voor dcii afzet van buitenlandsehe
tarwe naar :Dnitschland zijn voor de naaste toekomst de
vooruitzichten iets beter, omdat de voorraden inlandsehe
tarwe daar nu sterk’ zijn geslonken en in cle maand Juli
cle verplichte hoeveelheid inlariclsche tarwe, welke de molens
iuoetei gebruiken, waarschijnlijk van 50 pCt. op 30 pCt.
zal worden verlaagd. ])aarna zal het echter niet lang meer

duren tot in Duitschland de nieuwe tatwe-oogst binnen
zal zijn. Tegenover den kleinen Argentijnschen oogst staat
nu reeds eenigen tijd de zeer groote tarwe-opbrengst van
Britsch-lndië en dit land speelt tegenwoordig, vooral op cle
Engelsche markt, een vrij belangrijke rol. De weerberieli-
ten int Canada en het Noord-Westen der Vereenigde Staten
zullen in de naaste toekomst een zeer belangrijke plaats
blijven innemen in de factoren, die den loop der tarwe-
prijzen bepalen. Ook de verdere ontwikkeling iii Frankrijk
cc het eventueel voortduren van liet droge weder in. Duitsch-
land zullen daarop van iuvloecl kunnen zijn, doch in de
allereerste plaats zal zeker rekening te houden zijn met
het w’eder in Noord-Anierika. Daarom reageeren dan ook
de prijzen zoo bijzonder sterk op berichten omtrent droogte
of regenval in Noord-Amerika, nu daar zoo bflitengew’oon
groote hoeveelheden tarwe aanwezig zijn. Op 23 Juni open-
den Chicago cii Winnipeg weder zeer flauw, doch in’ tien
1
001)
van den dag trad een herstel in, vooral wegemls de
iets betere stemming der fondseniiarkt, welker zeer flauwe
houding in den loop der afgeloopen week had bijgedragen
tot de flauw’e graanmarkt. liet slot was vooi’ tarwe te
Chicago en Winnipeg 2 ii 4 clollareeut per 60 lbs. aan de Argent.ijnsche termijnmar]dten 10 centavos per 100 KG.
lager dan
01)
den 16deu. Sedert liet begin der maand zijn
de tarweprijzen in Noord-Amerika nu ongeveer 14 pCt.
gedaald.
In r o g ge blijven de zaken nog altijd moeilijk. Rusland blijft rogge aanbieden en in den loop der week zijn daarin raar Nederland eenige vrij belangrijke zaken tot stand ge-
komen tot een vrij wat lageren prijs dan onlangs, .toen even-
als nu, vooral met het oog op cle lage prijzen, zulke zaken
werden gedaan. De Europeesche roge-oogsten blijven zich
gunstig ontwikkelen. Niet slechts wiordt in Duitschlancl
nog altijd een groote rogge-oogst verwacht, maar ook uit
Rusland zijn de berichten voor deze graansoort zeer gun-
stig, evenals ook voor tarwe, gerst en hever.
Voor ni a 1 s hebben de prijzen zich dere week goed kun-
nen handhas’ei.i, vooral tengevolge van kleine verschepingen
uit Argentinië, waar het natte weder van den laatsten tijd den aanvoer van mais, die droog genoeg is om te worden
verscheept, nog steeds binnen zeer beperkte grenzen houdt.
Zelfs schijnt liet, dat een belangrijke hoeveelheid mais in
Argentinië door den’ overniatigen regen geheél verloren is
gegaan, zoodat de ranungen van liet 4sgentijn!ehe uitvoer-
overschot vrij wat zijn verlaagd. Dit heeft bijgedragen tot
een over liet algemeen vrij vaste stemming voor Plata-
mal’s, zoow’el aan de .Argentijnsche termijnmarkten als
ze
Europa. De beperkte hoeveelheden Plata-maïs, welke ter
verscheping komen, vinden clan ook in Europa gemakkelijk opname tot prijzen, clie zeer veel hooger zijn dan die, welke
voor Donau-mais worden betaald. Daar’ echter grootere
Arge,tijnsche verschepingen verwacht worden, zoodra het
weder in Argentinië beter wordt, bestaat voor Plata-maïs
op iets verwijderde afladiug zeer weinig ondernemingslust,
ofschoon die posities vrij wat lager te koop zijn dan spne-
dige verscheping. Donau-maïs bleef ruim aangeboden, doch
daarvoor bestond goede vraag in Italië, terwijl ook in En-
geland vrij wat zaken in Donau-maïs tot stand kwamen.
Nederland vervulde dus ten opzichte van de, zaken in
Donau-niaïs niet meer die belangrijke rol van eenigen tijd
geleden. Wel ‘ku’amen naar Nederland geregeld zaken in
Donau-maIs tot stand, doch daar in tegenstelling met andere
graansoorten de prijzen van mais tien laatsten tijd vrij

D E Pandbrieven der NV. Insulaire Hypotheekbank te Zierikzee
behooren tot de beleggingsfondsen ,der Rijkspostspaar-
bank, der Rijksverzekeringsbank en van het Kroondomein
Verkrijgbaar, 4
1
12
pCts. Pandbrieven á 99 pCt.
Pandbrteven op 1 Jan. 1930: t 19.052.700.-

AANVOEREN in tons van 1000
KU.

Rotterdam

Aihslerdam
Totaal
Artikelen
15(21 Juni

Sedert

Overeenk.
15121 Juni

Sederi

Overeenk.
1930

1929
1930

1 Jan. 1930

tijdvak 1929
1930

1Jan. 1930

tijdvak 1929

11.969
626.393
769.162
1.277
25.716
58.434 652.109 827.596
Tarwe

……………..
Rogge

…………….14.704

211.814
104.599 5.458
24.440

236.251


.

104.599
Boekweit …………. ..
,

253

,
7.307
11.974
49
1.467

8.774
11.974
9.044 464.929
340.508
346
78.695
98.856
543.624 439.364
4.519
221.534
197.051

1.805
20.150
1.731
241.684
198.782
3.418
102.550
101.482

2.602 2.746
105.152
104.228

lvlaïs ……………….

2.780 36.822
85.056
695
138.066
188.792
,

174.888
273.848

Gerst

……………..
Haver

…………….

..
83.723 111.596



250
83.723
111.846
Lijuzaad

……………
Lijnkoek

……………610
Tarwemeel

…………
1.000
52.976
43.161
2.375
18.338
15.310 71.314
58.471
Andere meelsoorten
….
.101
9.796
8.913



9.796 8.913

590

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Juni 1930

stabiel geweest zijn, nog groote hoeveelheden in Roemenië
aanwezig zijn en gerst zoo buitengewoon goedkoop te koop is, was van een levenclige vraag toch eigenlijk geen sprake.
De verschepingeu van Roemenië zijn eigenlijk niet groot,
doch desondanks was voor stooinende ,.Donau.maïs de markt
voortdurend gedrukt, terwijl ook voor Juiu-afladiiig in
Nederland over het algemeen weinig vraag bestond. Dit
wijst wel
01)
den teleurstellencien omvang van het maïsver
bruik. Uit ZuidAfrika wordt maïs geregeld aangeboden,
doch van zaken daarin hoort men naar het vasteland zeer
weinig. Flauw was mais aan het begin der week in Noord-
Amerika, doch later is eenig prijsherstel tot stand gekomen.
Het weder is daar gunstig voor den nieuwen oogst. Ook
Argentinië is tenslotte wegens beter weder flanwer geloo.
pen, alsook wegens de geringe Europeesche vraag voor
mals op aflading. De prijsstijging van het begin der week
ging daardoor bijna geheel verloren.

Voor ge r s t bevinden de prijzen zich nu 01)
CCO
olige-
kecci laag peil, doch daar Duitschland zich nog altijd van
inkoopeti yan gerst onthoudt en zeer groote hoeveelheden
Russische gerst onderweg zijn, is tot nog toe geen prijs.
herstel tot stand gekomen. Uit Roemenië blijft gerst voort.
durend ruim aangeboden en blijkens cle offertes op afladiiig
in de eerstvolgende maanden is ook iii Rusland nog veel
gerst aanwezig. Koopers voor die groote hoeveelheden zul.
len waarschijnlijk voorloopig nog zeer moeilijk te vinden
zijn. Slechts indienDuitschianci weder als kooper van bui.
tenlandsche voergerst mocht gaan optreden, is een verbe-
tering der gerstprijzen mogelijk. Na een aanvankelijk prijs-
herstel is gerst ook weder flauw geloopen in Noord
Amerika, doch de prijzen zijn er nog altijd te hoog voor
export naar Europa. In Roemenië en Bulgarije is met het oog-
sten van cle uieiiw’e gerft begonnen. Er worden daar ruime
opbrengsten verwaeht, hetgeen dus ook al niet tot verbete.
ring der gerstpi’ijeu zal bijdragen, ter nijl ook uit Rus-
land de berichten over den nieuwc,l gerstoogst zeer gun-
stig zijn.

Nu in Duitschlauud geen uitvoerrecht op h a v e r meen
wordt betaald, zijn zaken in Duitsche haver naar de ver-
schillende West-Europeesche i uvocrlai.udeu vrijwel tot staan
gekomei.u. :Poolschc haver wordt echter geregeld aangeboden
en ook wel verhandeld, speciaal naar Engeland, doch tot

een verhooging der ha.verprijzen heeft het uitblijven vati
utieuwen Duitschen export nog niet geleid. Slechts werden
deze week w’at meer zaken gedaan in Plata-haver naar
A uutwcrpcn, terwijl ook Engeland bescheiden inkqopeu dcccl
van Plata. en Chileeusc-be haver.

SUIKER.
Dc afgeloopen week gaf weder zeer flauwe markten te
zien.
De gebeurtenis van belang iii deze week was de in
wei–
king tredi uig van de uicnw’c Tariefwet in Amerika. Hier-
door is liet iutvoerrecltt voor Cubasuikcr 01) 2 dc. en voor
oubeschcrnudc suiker op 2.5 cle. gebracht.
Met het voortutzicht op deze verhoogiiug werd in A in e-
r i k a reeds sedert eenigen tijd suiker gekocht om alsnog
van het lagere invoerrecht te profiteeren. De afzet t’auu
geraffincerci was in den laatsten tijd dermate onbevredi.
geuid, dat cle voorraden van ruwe stuker ook hierdoor zeer
zijn toegenomen, hetgeen een drukkeu(len invloed 01) de
markt uitoefencie.
De termijnmarkt te New-York opende zeer flauw en de no-
teeringen daalden weer tot een ongekend laag peil. Het
slot was pnijshondend met de volgende noteeringen : Juli
1.29; Sept. 1.38; Dec. 1.48; Jan. 1.50 en Mrt. 1.57,-terwijl
de laatste uuotceriug voor Spot Centr. 3.24 tt’as.
i)e ontvangsten in cle Atlantische havens der
V. S.
be-
droegen deze week 35.000 tons, de vcrsmeltingcn 52.000
tous tegen 68.400 tons verleden jaar en de voorraden
488.000 tons tegen 712.300 tons.
Dc
C
nu b a-statistiek luidt als volgt:

1930

1929

1928

Tons

Tons

Tons
Cubaproduetie …………..4.650.000 5.1 56.3 15 4.037.833
Consumptie ……………..40.116

70.000

96.000
Wsekontv. afscheephavens.

46.746

43.934

31.438
Totaal sedert 111 ……….2.932.254 3.988.748 2.948.468
Weekexport…………….68.077

91.996

52.747
Totale export sedert 111

1.432.255 2.819.604 1.738.985
Voorraad afscheephavens.. . . . 1.659.272 1.369144 1.209.483
Voorraad binnenland ……..1.518.258 1.098.855

998.744
Aantal werkende fabrieken

8

2 •

Volgens
1′. 0. L
i cli t is dc stand der bieten over het

STATISTISCH OVERZICHT

,

TARWE
ar

n er
No.2
lOCO
Rotterdam!

pe’.

R000E
ArnericanNo.2
2
)
loco

Rotterdam
per 100 K.O.

MAIS
La Plata
loco
R’dam/A’dam
per 2000 K.O. –

OERST
nier.

o.2
,
loco
Rotterdam

200lO

LIJNZAAD
La Plata
.
loco
R’dam/A’dam
per 1960 K.O.

STEENKOLEN
Westfaalschef
1-lollandsche
bunkerkolen, ongezeefd f.o.b.
R’danilA’darn

PETROLEUM
Mud. Contun.
Crude
tlm 33.90

ébS8l

IJZER
leve an
Foundry No.3

f.o.b.
Middlsbrugh

KOPER
Standaard
Locoprijzen

Londen
per Eng. ton

f1.
010

f1.
°Jo
f1.
Ol
o

f1.
0
10
f1.
Olo
f1.
0
10
$
Ol
o

Sh.
Olo

0j
Jaargemidd. 1925
17.20
100,0
13,075
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0 10,80
100,0
1.68
1oo;0
731-
100,0
62.116
100,0
.1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
17,90
165,7
1.89 112,5
8616
118,5
58.11
93,5
1927
14,75
85,8
12,47
5

95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78.4
11,25
104,2
1.30
77,4
731-
100,0
55.141-
89,7
Mei

1927
15,75
91,6
13,57
6

103,8
172,75 74,6
258,25
109,4
373,75
80,8
10,95 101,4
1.22
72,6
741-
101,4
54.141-
88,1
unI


15,60
90,7

13,20
101,0 175,25
75,8
245,00
104,2
372,75
80,6
11,00 101,9
1.22
72,6
701-
95,9
54.216
87,2

l
uli

,,
15,10
87,8
12,05
92,2
171,50
14,1
235.75
99,9 367,75
79,5
11,10 102,8
1.22
72,6
70!-
95,9
53.191-
86,9
Augustus

,,
14,87
5

86,5
11,45
87,6
178,50
77,1
252,50
107,0
368,25
79,6
11,05
102,3
1.22
72,6
691-
94,5
55.516
89.0
September ,,
14,70
85,5
12,15
92,9
179,50
77,5
233,25
98,8
369,50
79,9
10,90
100,9
1.22
72,6
651-
89,0
54.131-
88,0
October


,,
13,725
79,8
11,45
87,6
178,75
77,2
230,50
97,7
359,00
77,6
10,90 100,9
1.22
72,6
651-
89,0
55.5/-
89,0
November ,,
13,45
78,2
12,12
5

92,7
184,75
79,8
233,25
98,8
349,75 75,6
10,65
98,6
1.22
72,6
651-
89,0
59.1!-
95,1
December
13,40
77,9

12,57
5

96,2
201,00
86,8
246,25
104,3
348,25
75.3
10,60
98,1
1.22
72,6
651-
89,0
60.21-
96,8
Januari

1928 13,50
78,5
12,70
97,1
207,50
89,6
247,75
105,0
361,00
78,0
10,30
95,4
1.22
72,6
651-
89,0
62.-!-
99,9
]ebruari
,,
13,80
802
12,87
5

98,5
226,50
97,8
243,75
103,3
361,00
78,0
10,00
92,6
1.21
72,0
651-
89,0
61.12!-
99,2
Maart
14,60
84,9
14,00
107,1
240,75
104,0
255,75
108,4
350,75
75.8
9,95
92,1
1.19
70,8
6516
89,7
61.316
98,6
April
15,30
88,9
14,97
5

114,5
239,50
103,5
261,00
110,6
358,25
77,5
10,05
93,1
1.19
70,8
66!-
90,4
61.1416
99,4
Mei
,,
15,30
88,9
15,476

118,4
238,50
103,0
260,75
110,5
372,00
80,4
10,60
98,1 1.19
70,8
66f-
00,4
62151-
l01,1
JunI

,,
14,37
5

83,6
14,27
5

109,2
234,00
101,0
252,50
107,0
365,25
79,0
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
63.171-
102,9
Juli

,,
14,25
62,8
13,07
5

100,0
245,75
106,6
241,00
102,1
359,75
77,8
10,10
93,5
1.19
70,8
661-
90,4
62.181-
101,3
Augustus
12,00
69,8
12,625
96,6
214,75
92,8
226,75
96J
350,75
75,8
10,05
93,1
1,21
72,0
661-
90,4
62.1016
100,7
September ,,
11,65
67,7
11,57
5

88,5
198,75
85,9
198,25
84,0 350,75
75,8
10,00
92,6
1.21
72,0
661-
90,4
63.81
102,1
October

,,
12,27
5

71,4
12,27
93,8
218,50
94,4
189,50
80,3
366,00
79,1
9,95
92,1 1.19
70,8
661-
90,4
65.121-
105,7
November
12,32
5

71,7
12,07
5

92,4 227,25 98,2
185,50
78,6
386,25
83,5
10,20
94,4
1.18
70,2
661-
90,4
67.181-
109,4
December

,,
12,30
71,5
11,90
91,0
220,25
95,1
180,50
76,5
373,75
80,8
10,10
93,5
1.18
70,2
66!-


90,4
70.31-
113,0
Januari

1929 12,35
71,8
12,20
93,3 231,50
100,0 194,25
82,3 365,00
78,9
10,10
93,5
1.16
69,0
661-
90,4
75.1016
121,7′
Februari

,,
12,72
5

74,0
12,65
96,7 236,00
101,9
194,75
82,5
357,25
77,2
12,90 119,4
1.11
66,1
66(6
91,1
78.16
125,7
Maart
12,65
73,5
12,625
96,6
233,00
100,6 191,75
81,3 359,00
77,6
12,00
111,1
1.11
66,1
671-
91,8
89.81-
144,0
April

,
12,12
5

70,5
11,62
5

88,9
218,00
94,1
185,25
78,5 373,25 80,7
11,05
102,3
1.11
66,1
681-
93,2
82.1716
133,5′
Mei
11,125 64,1
10,57
5

80,9
198,25
85,6
177,50
75,2
363,50 78,6
11,15
103,3
1.16
69,0
691
6

95,2
75.416
121,2
Juni
10,875
63,2
10,20
78,0
193,50
83,6
171,25
72,6
355,25 76,8
11,25
104,2 1.30
77,4
711-
97,3
74.111-
120,1
Juli
12,80
74,3
11,20
85,6 218,50
94,4
191,25
81,0
415,50
89,8
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3

72.1216
117,0
Augustus
13,125
76,3
10,75
82,2 202,50
87,5
182,75
77,4 452,50
97,8
11,25
104,2 1.30
77,4
7
21
6

99,3
73.171
119,0
September
12,62
5

73,4
10,20
78,0
191,00
82,5
172,00
72,9
506,75
109,6
11,40
105,6 1.30
77,4
7216
99,3
74.191 120,7
October
12,10 70,4 9,87
5

75,6
185,00
79,9
168,00
71,2 516,50


111,7
11,25
104,2
1.30
77,4
7216
99,3
72.16!-
117,3
November
11,775
68,5 9,20 70,4
174,00
75,2
164,75
69,8
483,25
104,5 11,35
105,1
1.30
77,4
7216
99,3
7051.
113,2
December
12,62
5

73,4
9,35
71,5
166,00
71,7
163,75
69,4
482,00
104,4
11,75
108,8 1.30
77,4
72/6
99,3
68.616
110,1
Januari

1930
12,67
5

73,7
9,35
‘11,5
149,25
64,5
151,25
64,1
433,75 93,8
11,75
108,8
1.21
72,0
7216
99,3
71.916
115,1
Februari
11,72
5

68,2
8,175
62,5
139,00
60,0
135,75
57,5 398,50
86,2
11,75
108,8
1.11
66,1
7216
99,3
71.1216
115,4
Maart
10,90
63,4
7,15 54,7
143,50
62,0
125,00
53,0
390,00
84,3
11,55
106,9
1.11
66,1
701-
95,9
68.1916
111,1
April
11,175
65,0
7,625
59,3
180,25
77,8
129,75
55,0
431,00 93,2
11,35
105,1
1.165
69,3
6716
92,5
61.31-
98,5
Mei
10,45
60,8 6,55
50,1
148,50
64,1
114,50
48,5 405,01
87,6
11,35
105,1
1.185
70,5
6716
92,5
53.91-
86,1
2 Juni
10,75
62,5 5,60 42,8
137,00
59,2
110,00
46,6 404,00 87,4
11,35
105,1
1185
70.5
6716
92,5
53.1716
86,8
9

,, ,,
10,70
62,2
5,25 40,2
145,00
62,6
106,00
41,9

395,00
85,4
11,35
105,1
1.1855
70,55
67/65
92,55
51:7165
82,85
16
9,80
57,0
5,05 38,6
144,00
62,2
102,00
43,2
389,00
84,1
11,35
105,1
1.185
70,5
67/6
92,5
47.7
1
6
76,3
23

,,

,,
9,60
55,8 4,85
37,1
149,00
64,4
98,00
41,5
380,00
82,2
11,35
105,1
1.165
70,5
6716
92,5
48.101-
78,1


1
Men
zie voor
de toelichting
op dezen staat
de nummers van 8 en 15
Augustus
1928
(No. 658 en
659)
pag.
689190
en
709.
°)Western vôör de invoering van
‘)Manitoba No. 3.
t
Zuid-Russische.

25 Juni 1930

ECONOMISCH-STATISTISCHE
BERICHTEN

591

algemeen bevredigend doch wordt in verschillende streken
naar cloordringende neerslag verlangd.
In E n ge
1
a n cl ging slechts weinig Om in Ruwsuiker tot
Sh. 6/9 per Cwt. Dc termijnmarkt te Londen was flauw gestemd en cle no-
teeringen luidcleic aan het einde der week als volgt:
Juni

……….
Bietsuiker 88
0
fob. Sh. 5110
Augustus
5I114

December
0121
Januari

……..
Rietsuiker 96
0
cif.

71_
Mrt
-. ………
,,
Mei…………,

,,

,,

,,

6

Op J a v a verkocht de V.:[.S.P. nog ca. 20.000 tons Su-
Perieur tot
f
9.-. Daarna trokken koopers zich terug.
Dc totale verkoopen der V. 1. S. P. van nieuwe oogst.suiker
beloopen thans nog slechts ca. 260.000 tous.
II
i e r te 1 a is cl e brokkelden de prijzen aanvankelijk
af. De noteeringen op de Amsterdamsche termijnmarkt luidden aan het slot als volgt: Ang.
f
94 Dec.
f10.-;
Mrt. f 10%
en Iei
f 10%.
De omzet bedroeg 4100 tons.

KATOEN.
Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons.
Manchester, d.d. 18 Juni 1930.
])e Amerikaansche katoenmarkt heeft sedert wij 14 dagen
geleden ons laatste rapport publiceerden een groote ver-
andering ondergaan. Prijzen bleven tot gisteren dalen en
futures noteerden in Liverpool voor alle maanden tot Juli
1931 onder 7 d. per Ib. Later in den middag liepen prijzen
echter weer op en sloten Juli futures 20 punten hooger
dan het langste punt, terwijl alle maanden slechts weinig
verandering toonden en New-York, na iets duurder te zijn
geweest, Vrij vast met weinig verandering sloot. Mid-
American noteerde gisteren in Liverpool 7.50 d. De laatste
keer, dat een dergelijk cijfer bereikt werd, was 7.51 d. op 15 Maart 1927 genoteerd. Egyptische katoen is eveneens
lager in prijs, terwijl F..G.F. Sakel gisteren 12.20 d. no-
teerde. Op 28 Maart 1927 was de noteering 13.20 cl., doch
de vorige keer, dat het cijfer van gisteren bereikt is, was
op 25 Maart 1916 »1. 12.10 d. Verbruikers van Sakellaridis
beweren echter, (lat de genoteerde prijzen niet de actueele

prijzen van katoen vertegenwoordigen, daar de points on
gestegen zijn en ongeveer gelijk zijn aan een stijging van
2
d. per pond op den genoteerden prijs, waardoor de spin-
ner slechts weinig, van de daling profiteert.
,l)e Amerikaansche garenmarkt verkeert nog eenigszins
ouder den invloed van de vacantie. De fabrieken in de
groote spincentra wei-den eerst gisteren geopend, zoodat
er slechts weinig te rapporteeren valt. Er was voldoende
1 elangstelling voor prijzen, doch de gedane biedingen wareii
over het algemeen op een te lage basis om geaccepteerd te
worden. In enkele gevallen van betere kwaliteiten, prof i-
teerden gebruikers van cle daling om flinke repeat-orders
te plaatsen., Wij vernamen eveneens, dat tenminste één goe-de post getwijnde garens onder dezelfde omstandigheden ge-
plaatst was. Wat Egyptische gareus betreft, waren orders
slechts gering en van een gemengd karakter, hoewel in en-
kele gevallen biedingen voor flinke hoeveelheden gedaan
werden tegen prijzen van ca. 3 d. per Ib. beneden spinners
prijsideëen. ])e cijfers van den ,,Board of Trade”, betreffen-
de den export van katoenen gareris, welke de vorige week
gepubliceerd werden, bedroegen voor Mei 12.448.900 pond
tegen 11.483.000 pond in April. May shipments bedroegen
in 1928 14.066.800 pond en in 1929 16.026.000 pond. Het
is wel vermeldenswaard, dat Duitschland en Nederland
samen 5.807.600 poiid ruwe garens afnameu in de afge.
loopcn maand tegen een totaal export van 11.180.600 pond.
])e doekmarkt heeft zich nog niet aan de nieuwe prijs-
ideëen, door de daling van katoenprijzen veroorzaakt, aan-
gepast. Er blijft een goede belangstelling naar prijzen be-
staan, doch wij gelooven niet, dat er zaken van eenige
beteekenis zijn afgesloten. De flauwe stemming in zilver
houdt China nog uit de markt, doch zaken in Indië zijn
niet voldoende geregeld om een normale hervatting moge-
lijk te maken. Met het groot aantal fabrieken, dat nu in
Lancashire stilstaat, wordt het steeds moeilijker aan ieders
behoefte zoo vlug en gemakkelijk te vol’doen, als gewoon-
lijk het geval is en koopers zullen dit niet mogen vergeten,
zooda zij weer in de markt zijn. Intusschen blijft
er over
het algemeen slechts weinig omgaan.

Liverpoolnoteeringen

4 Juni

11 Juni

18 Juni
F G
F Sakellaridis ..

13.30

12.95

12.45
G 1? No. 1 Oomra….

4.20

3.80

3.40

‘AN
GROOTHANDELSPRLJZEN’)

TIN
locoprijzen
Lonaen’per
Eng, ton

KATOEN
for Middling
locoprilzen
New York
per 1h.

WOL
gekanide
Australische,
Merino, 64’s Av.
loco Bradford
per Ib.

WOL
gekamde
Australische,
CrossbredColo-
nial Carded,
50’s Av. loco
Bradford per Ib.

RUBBER4)
Standaard
Ribbed Smoked
Sheets loco Londen per Ib.

SUIKER
Witte kristal-
suiker loco
R’damlA’dam.
per 100 K.G.

KOIF1E
Robusta Locoprijzen Rotterdam
per ‘/ K.G.

THEE
Afi.
N.-l.
theev.
A’dam gem. pr.
Java- en Suma-
trathee
p
1/
1<0.

Indexciifer
v/h. Centr. B.
v. cl. Stat.,
herleid
1913=100
= ico

Indexcijfer
van The
Economist,
herleld
1927
=
100
tot 1925=100

£
01
$
cts.
0J
pence
Olo
pence
Ol
o

Sh.
01
II.
0f
cts.
°Io
cts.
01
0

261.171-
100,0
23,25
100,0
55,00
100,0
29,50
100,0 2111,625 100,0 18,75
100,0
61,375
100,0
84,5
100,0 100,0
100,0
290.1716
111,1
17,55
75.5
47,25


85,9 24,75
83.9
21-
67,4
17,50
93,3
55.375
90,2
94,25
111,5
93,2
92,9
290.41-
110,8 17,50
75,3
48,50
88,2
26,50
89,8
116,375
51,6
19,125
102,0
46,875
76,4
82.75
97,9 95,4
89,5
295.121-
112,9 16,15
69,5
47,00
85,5
26,00
88,1
117,75
55,4
20,25
108,0
47
76,6 86,5
102,4
93,5 90,4
296.916
113,2
16,85
72,7
47,25 85,9 26,00
88,1
116
50,5
18,37
6

98,0
47
76,6
81,25
96,2
96,1
89,6
289.1516
110,7
17,90
77,0
48,50
88,2 26,50
89,8
114,75
41,0
18,62
5

99,3
47
76,6
84
99,4
97,4
92,2
292.-16
111,5
19,70
84,7
48,50
88,2 20,50
89,8
115,25
40,8
18,50
98,7
45,375
73,9


96,1
90,2
287.1216
109,8
22,05
94,4
50,00
90,9
26,50
89,8
114,25
45,6
17,875
95,3
44,25
72,1
94,5
111,8
96,8
89,1
264.2/6
100,9
20,65
88,8
50,25 91,4
2675
90,7
1/4,375
46,0
16,87
5

90,0 45,25
73,7
93
110,1
96,8
88,6
264.416
100,9
20,25
87,1
52,25
95,0
2850
96,6
116,5
51,9
17,25
92,0
46 74,9 96
113,6
97,4
88,9
266.1316
101,8 19,70
84,7.
51,50
93,6
28,75
97,3
1/7,75
55,4
17,876
95,3
46
74,9 89,25
I
105,6
97,4
88,2
255.11-
97,4
1925
82,8
53,00
96,4
29,75
100,8
117,25
54,0
17,37
6

92,7
46
74,9 84,5 1100,0 98,7
87,9
233.1016
89,2
1835
78,9
54,75
99,5 31,75
107,6
1/3,75 44,2
16,75
89,3
48
74,9
79,5
94;1
96,8 87,9
233.1716
89,3
19,35
83,2
55,00


100,0
33,25
112,5
110,75
35,8
16,87
5

90,0
4,-
76,6
79
93,5
98,1
89,2 234.61-
89,5
20,65
88,8
54,50
99,1
33,00
111,9
-/9,375
26,3
16,875
90,0
47
76,6
74,25
87,9
98,7
90,5
230.131-
88,1
21,55
92,7
54,25
98,6
32,25
109,3
-19
25,3
16,62
5

88,7
48,25
78,6
78,25 92,6
98,1
91,2
218.816 83,4
21,35
91,8
55,50
100,9
31,75
107,6
-19,25
26,0
15,75
84,0
49
79,8
73,25
86,7
98,7
89,8
211.191-
80,9
21,75
93,5
53,00
96,4
31,25

.
105,9
-19,25
26,0
5,50
82,7 49,875 81,3
71,25 84,3
95,5
88,2 211.181-
80,9
19,30
83,0
51,75
94,1
30,00
101,7
-19,25
25,0
6,00 85.3 51,875 84,5
67,75
80,1
92,9
86,6
214.716
81,9
18,55
79,8
47,00
85,5
29,00
98,3
-18,5
23,9
15,875
84,7
52,75
86,0
70,25
83,1
93,5
85,4
221.191-
84,8
19,4,5
83,7
46,25
84,1
27,25
92,4
-18,8
24,7
14,625
78,0
53
86,4
73
86,4
94,2
85,1
232.1016
88,8
19,90
85,6
47,25
85,9
27,50
93,2
-18,625
24,2
14,00
74,7
53
86,4
75,75
89,6
953
85,1
228.81-
87,2
20,45
88,0
46,25
84,1
28,00
94,9
-j8,5
23,9
13,925
74,3
51,75
84,3 76,5
90,5
95,5
84,8
222.716
84,9
20,20
86,9
46,75
85,0
28,75
97,3
-19,875
27,9
13,77
5

73,5 53,125 86,6
77,25 91,4
94,
84,6
222.111-
85,0
20,10
85,5
44,25
80,5
27,75
94,1
1/-
33,7
13,375
71,3
54
88,0
74,25 87,9
94,2
85,4
221.016 84,4
21,25
91,4
44,00
80,0
27,50 93,2
110,125
34,0
13,50
72,0
54
88,0
72,75
86,1
94,8 85,8
207.516
79,2
20,45
88,0
43,25
78,6
27,25 92,4 -110,5
29,5
13,375
71,3
54
88,0
74,25 87,9
92,9
83,9
197.516
75,3
19,40
83,4
41,50
75,5
26,25
89,0
-110,875
30,5
12,25
65,3
54
88,0
73,50 87,0
91,6
81,7
200.51-
76,5
18,75
80,6
40,00
72,7
25,75 87,3 -110,625
29,8
12,00
64,0
54
88,0
69,50 82,2
91,0
81,9
209.516 79,9
18,65
80,2
38,75
70,5
24,75
83,9
-(II
30,9
13,425
71,6
54
88,0
68,50
81,1
91,0
83,7
210.111-
80,4
18,60
80,0
37,00
67,3
24,00
81,4
-110,5
29,5
13,00
69,3
53,50
87,2
64
75,6
91,6
83,6
205.516
78,4
18,90
81,3
34,25
62,3
23,75 80,5
-110125
28,4
13,475
71,9
51,75
84,3
64
75,6
i
91,0
82,0
188.916
72,0
18,45
79,4
32,50
59,1
22,50
76,3 -19,625
27,0
13,30
70,9
48,50
79,0
66
78,1

1
90,3
80,5
182-16
69,5
17,50
75,3
34,25
62,3
23,00
78,0
-18,125
22,8
12,50
66,7
41,75
68,0
66,50
78,7
1

88,4
78,8
178.1816
68,3
17,25
74,2 31,25
56,8
21,25
72,0
-18
22,5
12,075
64,4
36,75
59,9
60,75
71,8
87,1
78,8
174.131- 66,7
17,15
73,8
29,50
53,6
19,25
65,3
-17,375
20,7
11,675
62,3
35
57,0
60,50
71,6
84,5
76,9
174.4-
66,5
15,45
66,4 28,50 51,8
17,75
60,2
-18
22,5
11,40
60,8 35
57,0
58,25 68,9
81,3
75,2
165.181-
63,4
15,20
65,4
26,25
47,7
16,50
55,9
-/7,625
21,4
10,70
57,1
35
57,0
62,25 73,7
78,7
74,2
161.1716
61,8
16,45
70,8 27,25 49,5
17,25
58,5
-17,375
20,7
10,55
56,3 35
57,0
59,50 70,4
78,7 72,8
45.-!-
55,4
16,50
71,0 28,75 52,3
18,00
61,0
-/8,875
19,3
9.50
52,3
34,75
56,6
59
58,6 74,8
72,0
138. 17/6
53,9
15,85
6

68,2
6

28,50
9

51,89 17,75° 60,29
-16,6875
18,8
9,75
52,0
34
55,4
579 67,5
9

137.15/-5
52,6
5

14,507
62,3
7

28,0010
50,9
10

17,50
10

59,310
-16,125
5

1725
9,755
52,05
33 53,8
5915
69,811
133.101-
51,0
14,05
0

60,4
8

27,50
11

50,0
11

17,50
11

59,351
-16
16,8
9,8u
52,7
33 53,8
134.51-
51,2
-15,875
16,5
9,75
52,0
33

1
53,8
otticieele noteer,ingswijze Uan. 1928); vanaf 16 Dec.1929 74/5 K.G. Hongaarsche: vanaf 26Mei1930 Z.-Russisclie.’)= Maltine vÔôrde invoering van de huidige
Ific. noteeringswijze (Jan. 1928). °)Jaar-en maandgemiddelden afgerond op
‘Is
pence.
5)
10 Juni.
6)
6 Juni. 7)13 Juni.
8)
20 Juni. 9) 5 Juni.
10)
12 Juni.
11)
19 Juni.

592

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Juni 1930

Oostersche koersen
3 Juni


10 Juni
17 Juni

T T op Indië

……..
Vacantie
115
25
1
32

115
26
1
32

Hoi.igkong
. . .
Shanghai

. . . .
,,
11711
8

11331
11654
1/27/t
1153

KOFFIE.
De markt bleef de afgeloopen week in kalme stemming
verkeeren. Volgens uit Brazilië ontvangen telegrammen
bedroegen op 31 Mei de voorraden in het binnenland van
Sao Paulo 21.833.000 balen tegen 22.367.000 balen op
30 April, hetgeen eene afname beteekent van 534.000 balen.
Te Rio bedroeg de voorraad, in de Regeeringspakhuizen op
31 Mei 2.498.000 baien tegen 1.643.000 balen op 30 April,
‘dus eene toename van 855.000 balen. In de opgave ‘van
31 Mei zijn echter begrepen 899.000 balen, welke zich
bevinden in de binnenlanOsche pakhuizen, stations en
wagons, waarmede in de vorige opgave blijkbaar geén reke-
ning werd gehouden.
Van Nederlandsch-Indië zijn de prijzen afbrokkelend en
voor de verschillende Robusta-soorten ongeveer 1 ct. lager.
Aan de locomarkt waren cle zaken van weinig beteekenis, terwijl de of ficieele noteeringcn onveranderd bleven, name-
lijk 39 et. per
Y
2
1 K.G. voor Superior Santos en 33 ct. voor
Robusta.
De prijzen aan de termijnmarkt ondergingen slechts wei-
nig verandering en sluiten na eenige kleine schommelingen
vrijwel gelijk aan de vorige week. Aan de Rotterdamsche
markt waren zij Dinsdag 24 dezer des voormiddags als
volgt: Juni 25
1
/
2
., September 237/
8
, December 21%, Maart
1931 – 21
3
/8, Mei 1931 – 21 ct.
De prijzen van gewoon goed besçhreven Superior Santos
op prompte verscheping zijn thans ongeveer
561- á
58/- per
cwt. en van dito Prime ongeveer 5816 1 6216, terwijl zij van Rio type Ne-York 7 met beschrijving, prompte ver-
scheping, bedragep 3619 1. 381-.
Van Robusta op aflading van Nederlandsch-Indië zijn de
prijzen in de eerste hand op het oogenblik:
Palembang Robusta, Juli-verschepin, 17 cl.; Benkoelen Robusta, Juli-%rerscheping, 18 et.; Mandheling Robusta,
Juli-verscheping, 20 .c’t.; W.I.B. f.a.q. Robusta, Juli-versche-
plug, 28 ct alles per
Y
21
K.G., cif, uitgeleverd gewicht,
netto contant.
De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

‘Sept.
1

Dec.
1

Maart

1
Mei

23 Juni
$

7,23
$

7,05
$

6,86
$

6,80
16

,,,’
,,

7,45
,,

7,22
,

7,02
,,

6,92
9

,;
,,

7,84
,,

7,58
,;

7,40
,,

7,29
2

,……..
.,,

7,70
,,

7,45
,,

7,32
,,

7,20

Rotterdam, 24 Juni 1930.

THEE.
De theemarkt had in de afgeloopen week een vrij vasten
ondertoon en in de Amsterdamsche veiling van 19 dezer
liepen de prijzen per saldo niet veel uiteen.
Bladsoorten waren eerder iets lager, terwijl ordinaire
en gebroken sorteeringen tn volle prijshoudend varen.
De mHdenprjs (P. v. d. T.) bedroeg 59 ets, tegen 57
ets, in de vorige veiling.
De uitvoer van Noordel. :Ilritsch-Indië over Mei beliep
5.9 millioen lbs. tegen 8.d millioen lbs. in ‘1929.
De oogst van Noordel. Britseh-Indië beliep tot ulto. Mei
32.3 millioen lbs. tegen 37.6 millioen lbs. in 1929.
Amsterdam, 23 Juni 1930.

VRAcHTENMARKT.

Graan van Noord-Arneri1ca.
De vraag naar scheepsruimte
nam in den loop van de afgeloopen week gestadig toe en
betrof in hoofdzaak booten van Montreal naar de Middel-
landsche Zee. De vrachten toonden een merkbare stijging
en nadat voor prompt laden van $ 0.09 D. 0.09% voor einde Juli/Augustus tot $0,11 en voor Augustus/September $ 0.11
betaald werd, zijn thans per begin Juli $ 0.10, eind Juli
$ 0.10%, Augustus $ 0.11, September 0.11%, per October
waarschijnlijk $ 0.12 en per November $ 0.12%1 verkrijgbaar.
‘Van de
Northern Range
was niets te doen, doch van de
Gulf is
de vraag iets verbeterd. Een boot van 35.000 qtrs.
werd per eerste helft Juli naar U.K. op basis van 119 per
qtr. opgenomen, terwijl naar Antwerpen of Rotterdam thans
$ 0.10 verkrjgbaar is, met de optie U.K. tegen 213. Ver-der werd een Juli-lading naar Piraeus tegen $ 0.15% be-
vracht met de optie Montreal laden tegen $ 0.02 minder. Van cle North l’acific werd een boot per Augustus tegen
21/. opgenomen. Verderd seheepsruimte kn waarschijnlijk
gen

21/6 geplaatst worden, terwijl buitendien een lading

gerst van San Francisco naar U.K. per einde Augustus/
begin September tegen 2316 genoteerd wordt.
La Plata.
De toestand is sinds het laatste bericht nog niet
verbeterd. Terwijl het slechte veer nog steeds veel opont-
houd bij de versehepingen in Argentinië veroorzaakt, on-
dervinden afladers tevens de grootste moeiljkheden om
hun graan in Europa en elders te verkoopen. Van de
Bovenrivier werden prompte handige booten naar
Continent tegen 101- bevracht, met 6 d. minder naar Ant-
werpen of Rotterdam. Voor een lading naar Marseille enfof
Geuua werd 1116 naar 1 en 1213 naar beide havens betaald.
Van Bahia Blanea heeft een 7000 tonner 9/. naar Londen geaccepteerd, terwijl een 5900 tonner van Necoehea naar
Genua tegen 1216 bevracht werd.
$alpeter van Chili.
De vraag naar ruimte neemt niet toe
en is verreweg niet voldoende voor liet aantal booten, het-
welk bereid is van de La Plata in ballast naar Chili te
varen. De eenige afsluiting der afgeloopen week betreft een
8000-tonner per 1/15 Juli op •de ongewijzigde basis van 171-
Bordeaux/11amburg range, 181- Noord-Spanje, 191- Mid-
dellandsche Zee, 201- Adriatische Zee of Alexandrië.
Suiker van West-Indië.
Bevrachters toonden vooralsnog
veel belangstelling in scheepsruimte. Van Cuba werden
groote booten per medio Juli’en Juli/Augustus naar U.K.
Continent tegen 1119 tot 121- opgenomen. Naar handige boo-
ten was de vraag zeer gering. Slechts één van 4500 ton
werd per 10/24 Juli van Cuba naar Bordeaux/’Hamburg
range tegen 12/3 naar één haven, 1219 naar twee havens in
hetzelfde land en 131- naar twee havens in verschillende
landen bevracht.
Donau.
Er werden vrij veel booten afgesloten. Voor groote
schepen werd 13/9 op basis AntwcrpenfE[amburg range be-
taald, met 6 d. mindér voor Antwerpen of Rotterdam, tei
wijl voor handige booten 1416 naar dezelfde losrange te
verkrijgen was, of 6 d. minder indien Antwerpen of Rot-
terdam, voor Juni en Juni/Juli laden. Per Augustus was
het cijfer 1413. Naar Scandinavië direct heeft een 5000-ton-
ner 171- geaccepteerd en wel naar 4 loshavens. Tegen het
einde der week was de markt kalmer.
Ook van cle
Zwarte Zee
vonden verscheidene afsluitingen
plaats tegen 1016 It 111- naar het Continent ‘vooi’ Juni en
Juli laden, op welke basis verdere booten geplaatst kunnen
worden.
Mid4ellandsche Zee.
De toestand was vrijwel onveran-
derd. Er waren weinig orders aacl de markt, zelfs voor
latere verscheping, en er schijnt voorloopig geen uitzicht
te zijn, dat er spoedig een verbetering zal intreden. De
vrachten bleven ongewijzigd, maar zeer laag. Ertsladingen werden om, als volgt gesloten:
BonafGlasgow 616, Rotterdam 411 34 La CalerafMiddles-
brough 616, Mellila/Rotterdam 411%’, Huelva/Bordeaux of
Nantes 519, terwijl voor phosphaat van Tunis naar Rotter-
dam 613, van Sfax naar Rouaan 614%, en van Bona naar
Rotterdam 519 betaald wei
4
d.
Noord-Spanje.
De markt was iets minder lusteloos, maar
door het ruime aanbod van schepèn bleven de cijfers onge-
wijzigd. Van Bilbao naar Rotterdam werd tegen 413 en
naar Tyne Doek tegen 51- afgesloten.
Kolen vav U.K.
Het aanbod van lading wordt niet gun-
stiger, doordat praktisch geen, nieuwe orders ontvangen worden. Onder deze omstandigheden zijn reeders niet in
staat de uitgaande vrachten op een hooger peil te brengen.
Van Wales werd om, afgesloten: Rotterdam 319, Lissabon
619, A.Igiers 7(3, Piraeus 8/-, Port Said 7/9, Colombo 1416,
Rio de Janeiro 1319, Buenos Aires 1619 en van de Oost-
kust: Kiel 4/1%, Hamburg 313, Rouaan 319, Venetië 8/3,
Port-Said 81-, Montevideo 1616.

RLJNVAART.

Week van 15 tlm. 21 Juni 1930.

Tengevolge van de vefminderde aanvoeren en de toe-
name van ledige seheepsruimte, werd in de afgeloopen week
de stemming flauwer, terwijl de vrachten tengevolge der
verniinderde vraag naar scheepsruimte verder terugliepen.
De ertsvracht naar de Ruhrhavens bedroeg
f
0.20 ad

f
0.17% met 4 en
f
0.30 ad
f
0.27% met 8 losdagen, per
last. Naar den Bovenrjn werd voor ruwe producten ge-
middeld
f
0.50 ad
f
0.60 per last betaald. Het sleeploon
werd genoteerd volgens het 30 ad 25 ets. tarief. De water-
stand, hoewel langzaam vallend bleef gunstig; zoowel naar
den Boven- als naar den Benedenrijn werd op vollen diep-
gang afgeladen.
In de Ruhrhavens bleef de algemeene toestand ouewij-
zigd. In den vrachttoestand kwam geen verandering. De
vracht voor exportkolen naar Rotterdam bleef onveranderd genoteerd op Mk. 0.60 per ton inclusief sleeploon.

t

1



S


• •

S

S


*

-.


t


.-

.5

S
.

•1

*

,




.


t

.
.
-<
.
–•
S

*
4

Auteur