Jrg. 11, editie 553

i, AUGUSTUS 196

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN

Ec
‘
on
‘
omisch
~
Stati*stische

Benchten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORCAANI VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENITRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOÖR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

11E
JAARGANG

WOENSDAG
4 AUGUSTUS 1926

No. 553

INHOUD.

Blz.
Mededeelingen van de Centrale Commissie voor de Rijn-
vaart II (Slot) …………………………….684
DE
BELASPINO-ONTWERPEN COLIJN-DE GEER
T
door
Mr.
Af. W. F. Treub …………………………
686
De gevolgen van de verhooging van het Invoerrecht op
Thee op het verbruik in Nederland door F. H.
de
Koek
van
Leeuwen ………………………………
688
Het c.i.f.-contract in de International Law A8sociation
door Mr. K. Jausma ………………………….
689
Poincar’s financieele plannen door
D. J.
Wansink
….
690
BUITENLANDSCHE MEDEWERKING:
De financieele toestand; de ontwikkeling der kolo-
niale hulpbronnen door
Prof. Bertravd Nogaro
..
692
AANPEEKENINGEN:
Bijeenkomst van de afgevaardigden der voormalige
,,International Welfare Workers” op den Rigi door
Mej. Dr. Jos. van
Anrooy………………….
694
MAANDCIJFERS:
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam ……….695
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
.. .. .. . . – – …
695-702
Geidkoersen.

1 Bankstaten.

Goederenhandel.
Wisselkoersen.

1 Effectenbeurzen. 1 Verkeerswezen.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Algemeen Secretaris: Mr.
Q.
J. Terpstra.

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN AD VIES.
Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. E. Moreaco;
Mr.
Dr. L. F. 11. Regout; Dr. E. van Welderen Baron
Renger8; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan &hitthuia; Mr.
Q.
J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Gedelegeerd lid:
Prof.
Mr.
G. M. Verrijn Stuart.
Redacteur-Secretaris: D. J. Wnsink.
Secrretariaat: Pieter de Eloochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in
Nederland
f
20,—. Buitenland en Kolon’iën
f
23,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
instituut ontvangen het weekblad gratis.

Advertenties
f
0,50 per regel. Plaatsing hij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-
tenties:
Nijgh
d van Ditmar’s Uitgevers-Maat8ohappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘8-Gravenhage. Postehèque- en giro-rkening No. 6729.

3 AUGUSTUS 1926.

Ondanks de naderende maandwisseling bleef ook

deze week de geidmarkt weder zeer ruim. Particulier

disconto noteerde 2
°
fi&
h
2% pCt. en kon zelfs op den

laatsten niet meer dan
1
1
16
pCt.
stijgen.
De prolonga-

tierente was iets vaster, maar daarentegen bleef Call-

geld buitengewoon stêrk aangeboden, zoodat slechti

moeilijk en alleen voor beperkte bedragen 2Y2 pOt. te
bedingen viel.
* *
*

Het opereerend kapitaal van De Nederlandsche

Bank onderging, als gevolg van de maandwisseling,

een kleine stijging. De post binnenlandsche wissels

klom met
f
1,3 millioen. De beleeningen blijken mef

f
6,5 millioen te zijn vermeerderd. De voorraad gou-

den munt en de zilvervoorraad daalden beide
met
on-

geveer
f
300.000. De post muntmateriaal
bleef
on-

veranderd. Het hoofd papier op
het
buitenland en de

diverse rekeningen onder het actief stegen resp. met

f
3,7 millioen en
f
2,4 millioen.

–
De biljettencirculatie noteert
f
846,3 millioen tegen

f
814,2 millioen op
den
vorigen weekstaat. Het tegoed

van het Rijk verminderde van
f
41,8 millioen tot
f
3,6

millioen. De rekening
–
courantsaldi van anderen klam-

nien met
f
23,8 milli-oen.
Het
beschikbaar metaalsaldo

geeft een vermindering van
f
3,1 millioen te zien.

liet dekkingspercentage bedraagt 50.

* *
*

De frankenkoersen bleven
ook
deze week weder he-

vig schommelen; aan de doorgaande regelmatige da-
ling was echter een einde gekomen en een niet onbe-

1ngrijk herstel kon intreden. Aanvankelijk was
dei

stmming weder flauw, zoodat
het
reeds behaalde
tvance, vooral voor Frensche francs, weder grooten-

dêels verloren ging; maar later trad een regelmatig

herstel in;
het eerst
voor Belgische francs en daar-

na ook voor Fransche. De nieuwe week opende zelfs

in een zeer vaste stemming, waardoor
Parijs
tot 6,57
en België tot 6,65 opliep. Lires volgden eenigszins de

stemming voor Franken, maar de daling bleef veel

gèringer, waar tegenover ook de
stijging
vrij
onbe-

t-eekenend bleef. De goudwissels Qndergingeu weinig

verandering. Ponden waren -aanvankelijk aangeboden,

maar later weder goed prijshoudend;
New
York Vrij
–

wel zonder verandering. Ook de overige wissels gaven

geen aanleiding tot
opmerkingen.

LONDEN, 31 JULI 1928.

Niettegenstaande het naderende einde van de maand

bleef de positie in de geidmarkt gemakkelijk en zal

blijkbaar alleen vandaag, Zaterdag, de omzet werke-

lijk groot worden ook al door den invloed van de

afwikkeling van groote leveringscontracten in valuta

per einde Juli.

–
Disconto bleef onveranderd tot gisteren toen de
toewijzing der Treasury Bilis op even hooger dan

4
116
pOt. bleek plaats te hebben. De koers voor 3-

rraands prima papier stelde zich daarom op 4Y
4
—

‘
li6
pOt.

De markt in francs en lires is zeer nerveus en

nu eti dan zeer moeielijk voor het plaatsèn van le-

vringscdntracten.

684

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE

VOOR DE RIJNVAART.

Verslag vah het Bureau over de werkzaam-

heden van de Ceiitrale Commissie in het

jaar 1925. (Slot.)

Technische kwesties.

Rijnverbe tering tussch en Straatsburg en Bazel.

De Commissie heeft kennis genomen van de inlichtingen
verstrekt dooi de Commissarissen van Frankrijk en Zwit-
serland betreffende de onderhandelingen over het Kembser
zijkanaal.

Zooals in liet voorgaande verslag vermeld hadden tijdens
de vergaderingen van 18 en 19 December 1924 der sub-commissie, ingesteld voor de bestudeericig van het alge-
meene uitvoeringsontwerp voor de normaliseering van den
Rijn tussohen Bazel en Straatsburg, bij de Centrale Com-missie ingediend door de Zwitsersche delegatie en vaû het
ontwerp voor een zij-kanaal tussohen Bazel en Straatsburg,
ingediend door de Fmansche delegatie, reeds algemeene be-
sprekingèn plaats gehad. De sub-commissie heeft opnieuw
vies. 5 tot 14 Maart 1925 vergaderd. De verschillende dele-
gaties hadden vragen gesteld, betreffende de beide ontwer
–
pen, welke door de Fransobe en Zwitsersche delegaties
waren beantwoord; zoodoends was de sub-commissie volle-
dig gedocumenteerd en konden de verschillende kwesties
grondig besproken worden.

Tijdens de zitting heeft de sub-commissie een enquête
gehouden, waarbij vertegenwoordigers van de volgende
lichamen gehoord zijn:

Verein zur Wahrung der Rhein schiffailirtsinteressen,
Duisburg.
Partikulierschiffer-Verband ,,Jus und Justitma”, Duisburg. Deutscher Verkehrsbund, Berlijn.
Oh ambre de Gonimeroe d’Anvers, Antwerpen.
Ohambre de Coinmerce de Strasbourg, Straatsburg.
Compagnie Cénérale pour la Naivigation du Rihin, Straats-
burg.
Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Amsterdam,
Amsterdam.
Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rotterdam,
Rotterdam. Basler Handelskammer, Baze’l.
Sehweizerische Schleppsohiffahrts Gesellschaf’t, Bazel.

Eet door den president van de sub-commissie aan cle Cen-
trale Commissie ingediende rapp&t is door de Commissie
in hare April-zitting behandeld. Het onderzoek van de
Commissie omvatte eenerzij’ds de eventueele goedkeuring
van het door cle Zwitsersche delegatie ingedliencle nornia-
liseerizigsontwerp en anderzijds de kwestie of het zij-kanaal
ontwerp, ingediend door de Fransche delegatie, de voor-
waarden van artikel 358 van het verdrag van Versailles
vervulde, volgens welk artikel….’de uitoefening van het
recht om water aan den Rijn te onttrekken tot de voeding
van sdheepvaartkane]en en van het uitsluitend recht op de
door de verbetering van cle rivier gewonnen waterkracht,
nôch de bevaarbaarheid zal mogen schaden, nOch de gemak
keljkheid van de scheepvaart zal mogen verminderen, hetzij
in de Rijn’beddirig, hetzij in de vertakkingen, die ervoor in
de plaats mochten komen.
In hare zitting van 29 April 1925, heeft de Commissie
in ‘deze kwestie het volgende besluit genomen:
Na kennis genomen te hebben van het rapport van 14
Maart 1925 der sub-commissie, belast met het onderzoek
van liet door Zwitserland, ter uitvoering van het besluit
van 10 Mei 1922, ingediende plan tot normaliseering van
den Rijn tusschen Bazel en Straatsbur.g en het ontwerp van het uit 7 panden bestaande laiteraal kanaal, gelegen
beneden het ,,Kembser pand” welk ontwerp door Frankrijk
is ingediend ter uitvoering van art. 358 van het verdrag
van Versailles, –
hecht de Centrale Commissie voor de Rijnvaart, in ver-
band, eenerzijds met art. 359 van het verdrag van Versail-
les, anderzijds met art. 358 van hetzelfde verdrag, haie
goedkeuring aan het norm al iseeringspl an, en
stelt vast, dat het ontworpen lateraal-kanaal voldoet
aan de voorwaarden omschreven in bovengenoemd art. 358;
een en ander onder de hierna volgende reserves en voor-
waarden:
(Zie verslag van de eerste zitting van 1925, in het num-
mer van 3 Juni 1925, blada. 466.)
In hare November-zitting heeft de Commissie nota ge-
nomen van de door de Fransche en Zw’itsersche Commis-
sarissen verstrekte inlichtingen betreffende de onderhan-
delingen over de uitvoering van het bovenwermelde besluit.

Brug van Dusseldorf.

De ongelukken welke voortdurend bij de brug van Dus-
seldorf voorkwamen, hebben opnieuw aanleiding gegeven
tot een onderzoek in de Centrale Commissie. Daar de Duit-
sehe Commissarissen erop gewezen hadden, dat in verband
met de werken tot verbreeding van genoemde brug, in
een gratis sleepdienst
was
voorzien, heeft de Commissie
de behandeling van deze kwestie tot de winterzitting uit-
gesteld. In deze zitting hebben de Duitsche Commissarissen
verklaard, dat de gratis-sleepdienst tot midden 1926 zou
blijven bestaan en dat zij in de volgende zitting de door
de Duitsche Begeering te nemen maatregelen zullen mede-
deelen om de gevaren te vermijden, welke de scheepvaart
op deze plaats loopt.

Hydronietrische dienst.

Zooaiis in het vorige verslag vermeld, waren matregelen
genomen voor het instellen van een proefdienst voor het
voorspellen der waterstanden, met het hoofdbureau te
Straatsburg. Deze proefdienst heeft van 27 Februari tot 21
October geduurd. Het Comité voor de hydrometrische dienst,
samenglesteld uit ‘deskundigen van de Duitséhe Staten,
Frankrijk, Nederland en Zwitserland is 3 October bijeenge-
komen en heeft vastgesteld, ‘dat, alvorens zich te kunnen
uitspreken over het nut van het bestaan eener definitieve
dienst, nog enkele ‘inlichtingen noodig waren, nl. over de
mogelijkheid va.n het, lichten der schepen in Lauterburg.
In de November-zitting heeft de Centrale Commissie het hydrometrisch Comité verzocht, in verband met de verkla-
ring der Fransche Commissarissen, dat alle mogelijke
maatregelen genomen zullen worden om ‘het lichten van
schepen in Lauterbiirg mogelijk te maken, liet onderzoek
op grond van deze verklaring voort te zetten en haar voor de volgende zitting definitieve voorstellen te doen.

Stroombevaring 1924,

Het rapport van den heer Balclwin Commissaris voor
Engeland, betreffende de protocollen en rapporten van het
technisch Comité der Stroombevaring (zie het vorig ver-
slag) is in de Centrale Commissie grondig besproken; met
voldoening is vastgesteld, dat sedert de laatste stroom-
bevaring (1908) belangrijke verbeteringen van het vaarwa-
ter hebben plaats gehad, ver.beteringen, welke ten voor-
deele van de scheepvaart zullen komen en hare ontwikke-
ling ten zeerste zullen bevorderen.
Ten aanzien van de nog door het Comité opgemerkte be-
lemmeringen voor de scheepvaart en de door het Comité
aanbevolen verbeteringen, heeft de Commissie het volgende
standpunt ingenomen: (zie het nummer van 13 Januari
1926, bladz. 26).

Ver-wijdering van een rots uit liet bed van des Rijn.

De Fransche delegatie heeft bij de Centrale Commissie,
overeenkomstig artikel 359 van ‘het verdrag van Ver-
sailles, een verzoek ingediend tot het verwijderen van en
rots uit het bed van den Rijn tussohen Straatsburg en
Bazel bij kil. 12,6 (Fransche oever). De Commissie heeft
de Fransche delegatie gernachtigd over te gaan tot ‘het uit-
voeren ‘der daartoe noodige werkzaamheden.

NantiscJje Zaken.
IJking.

Het verslag van 1923 geeft mededeelingen over de eerste
werkzaamheden van het IJkingscomité. Zooals in dat ver-
slag vermeld was, heeft de Ce’njtra.Ie Con’imiissie de rappor-
ten van het IJkingscomité aan de Verkeerscommissie van
den Volkeniboud doen toekomen; daarbij werd aanbevolen
een Europeesche Overeenkomst betreffende de ij’king te
sluiten. Wij hebben hierboven medegedeeld welk gevolg aan
dit voorstel is gegeven.
Iiltusschen heeft het Comité, tengevolge van gedach-
tenwisselcingen tusschen den President en het privaatrecht-
comité, zijn besluiten geheel en al gewijzigd. Het ijkings-
comité had inderdaad uit zijn ontwerp alles weggelaten
wat betrekking had op het ,,inschrijving”-ontwerp, het-
welk door het pvivaatrechtcomité overgenomen was. (Zie
onder priivaatrecht). Het is sindsdien gebleken, dat men in
de praktijk zonder bezwaar kon terugkeeren tot het sys-
teem volgens hetwelk de ijking niet verplichtend zou zijn,
daar de inschrijving, waarvan de verplichting ‘in het ontwerp
van het privaatrechteomité is gehandhaafd, noodzakelijker-
wijze de ijking moet voorafgaan en men alleen door de in-
schrijving de gegevens kan opmaken noodig om de identiteit
uani liet vanrtitig vast te stellen. Op deze gewijnigde basis,
overgenomen door de sub-commissie voor binnenscheep-
vaart van de Verkeerscommissie, is de Europeesche ‘Over-
eenkomst gesloten.

4 Augustus 1926

ECONOMISCH STATISTISCHE BERICHTEN

685

&h.ipperspaspoorten.

De
800’p,
uitgesproken in het vorige verslagij dat cle onder-
handelingen tosscheu de Du’i.Lsche en Belgische Begeer
–
in-
gen, ‘tot doel hebboticl de opheffing van het visum voor de
schipperspaspoorteti orp tien Rijii, tot een bevretigencl resul-
taat zouden komen, is veswezenlijkt..
Tijdens de besprekingen, die over dit onderwerp plaats
hadden in cle vooijaar’s-zitting heeft cle Con missie kunnen
vaststellen, dat er overeenstemming ieerschte tcissehen de
twee Itogeeringen maar ‘dat, de geographiselie grenzen van
liet gebied, waarvoor cle visa zouden worden afgeschaft,
nog bepaald moesten worden De overeenkomst, welke door
toedoen van de twee delegaties in October 1925 tot sta.rtti
kwam, bepaalt deze grenzen
els
oigt: wat België betreft,
de stroonien, rivieren en kanajlen, n’el’ke met den Rijn in
verbinding staan en voor Duitsehiand, te Rijn en op enkele
andere, doer een latere overeenkomst te bepalen, water
–

wegen, maar w,ajntoe ‘in elk gevul het Rihein-Hern(- kanaal
en de Main zullen hhorn.
De Commissie heeft hovenzhen in hare vootjaars-zitti ng valt ccii overeenkomst kennis genomen, welke in het begin
valt 1925 tusschen Duitschiand en Franlorijk is gesloten
en waarin tot een gratis ‘visum is besloten voor beambten
en employé’s op dc kantoren der Rijnreecicrijen.

Economische kwesties

(/oederenljsi.

‘l’wee kleine ver.ander i itge u zij ii aan cle goe:lere nl ijst aan –
gebracht: No. 37/38. De woorden cacao ‘brut, cacao pré-
paré” zijn vervangen dooi cle ivoordeti ,,c:acao brut oct pré-paré; chocolat”.
No. 86e en 861) zijn ougewissokl, zooclat de betreffende
til ililliers als volgt luiden
Pavés.
Autres pierres brcites ou siniplement préparées, 86e. Asphalte naturel, solide.

1)octa.ne kwesties.

.Douaneb’ureccu in de Fransche entre6ts
te
Keu1c2b

Nadat een verzoek van de belanghebbenden om de ittstel-
liitg van een douaitebureau in de aan dcii Ii’ranschen Staat
verhuurde entropôts in te haven van Keulen, niet door de
bevoegle douane-adiiu ii istratie was toegestaan in verbitid
niet liet oliliclangrijke verkeer, dat er in deze cutrepôts
01fl-
ging, werd do kwestie in de voorjaar.szitting van de Cen-
trale Contncissie gebracht.
Nadat ‘cle Commissie vastgesteld had, dat er oiiclerhan-
dolingen tttssolien ‘de twee belanghebbende delegaties gaande
waren, nieeltdle zij geen oltm’iddOlilijLk ondorzock, te moeten
instellen. Maar voor ‘het algemeen belang, in verband niet
ht stelsel der vrijhiav’ens, verzocht zij de t’we delegaties
haar alle bercoodigde documenten to verstrekken om in
iie volgende zitting oen ter zake kundig oordeel te’ ‘kunnen
vellen. In do wi.nterzittiug kon de Commissie vaststellen,
dat cle hoop op een overeenkomst, welke haar ertoe had geleid een afwachtende hioutling aan te nemen, zich had
ver.woaeuiijkt. De tot stand gekomen overeenkomst voor-
zag voor zeeschepen eelt, gratis douane-onderzoek in dc
entrepôts, en voor andere vaartuigen tegen een vogens
do
voorscihrften v’:tstgestel’cl tarief. Bij deze laatste vaartuigen
zal ht onderzoek van situkgoecleren voorloopig slechts bij wijze ‘van proef plaats ‘hebben en voorz.00ver liet inet het
belang van den ‘d,iensit overeenkomt, terwijl het onder-
-zoek van niassa-goetleren zou plaats hebben naar gelang
de-ze beguitstigiug ook verleend kan worden aan andere, iii
(Ic haven gevestigde maatschappijen.

De gesloten overeenkomst gaf tot geenerlei commentaar
van de Commissie aan]eidbeg. – –

Piiv nat n Sociaal Recht.

in den
100]) van 1925 heeft het Comité voor de itniijca-
tie van liet pi-ivaati-echt onder voorzittet-schiap van den
heer ,liossetti, Coninussnris voor Italië, twee vergaderingen
gehouden, cl. iii Maart te Genève en in October te Parijs.
Tijdens de eerste vergadering in 1924 had liet Comité
in eerste lezing (ten tekst acngeuonteii van een voor-wit-
worp van een Overeenkomst, betreffende’ de
nOfio-lcalifejt
i’Iii -i)ill
neitvaartuigen cii had besloten dezei:t tekst aan cle
Centrale Commissie te onderwerpen, tevens
de
aandacht
vestigencts op de wenschelijkheid van een tweede lezing,
waarbij liet aaiibevelriitg zon verdienen eventueel van dozen
tekst niet de teksten. betrekking hebbende op ‘cle ,,inschrij-
ving”, bewerkt door het ijkingseomité, één geheel te
vormen. ‘
Bovendien had het Comité een werkplan opgesteld, waar-
bij het zou beginnen met het bestudeeren der kwestie’s,
betreffende de zakelijke rechten (eigendom, hypotheek) en

de priviiegiën, zooals aanvaringen en hulp- en bergloon,
‘ kwestie’s, waarmede de internationale zeerechteonferentie zich reeds ‘groiidig had beziggehouden. Voor elk van deze
groepenkwestie’s was een rapporteur benoenicl met de op-
ciracht een
vtageilijst
samen te stellen, date vervolgens
aan de delegatï&s te zenden, out het ComiLd in te lichten
over het in hunne landen van kracht zijnde stelsel, en over
cle oventueele wensehen van cle belanghebbenden.
In Maat-t 1924 werd de tekst betreffeilde de nationali-
teit i’aii vaartiigen aan de Centrale Commissie onderw’or
–
pn ; bij besluit van 22 Maart werd het Comité uitgenoo.
digd over te gaan tot een tweede lezing van liet vooront-
werp. Tijdeiis de vergaderiiig in Genève echter ‘decten twee
delegaties i’eten, dat hunne Regeeringon geenerlei nOt
zagen in cle totstandkoming van een dergelijke overeen-
komst, cii dat zij dus dientengevolge geen me:lewerking
meer zouden kunnen verleenen aan de w’ericzaamheden.
In deze ontstantl’ighoden werd het vrij’ bezwaarlijk een över
–
ceitkonist oltdler de auspiciën van de Centrale Commissie
te’ sluiten.
-‘

De andere delegaties waren echter van nieening, niet
geheel te moeten afzien van het i
–
eeds bereikte resultaat,
dat’ naar hunne nieening een vooruitgang’ ten opzichte van
den vroegeren toestand beteekende. Daarom besloten zij
liet ontwerp, liefwelk intusschen een ige wijzigingen hi ad
ondet-gaa.11, aan licinne Regeeringen voor éventueele onder-
teekening te onderw’erpen, ‘terw’ijl
do
uitwisseling der be-
krachtigingsoorkonden op het Secretariaat van den Vol-
kenbon.d zou plaats hebben. Na’ een gedachtenwisseling in
de Aprilzitting besloot de Centiale Commissie, ma vist-
gistelci te hebben, dat ,,hiet beginsel van de erkeiining der vlag van binnenschepen reeds geruimen tijd deel uitmaakt
van het internationaal publiek Rijnrechit”
t),
dat zij zich
niet meer bezig had te houden met het ontuvei
–
p en bepaalde
zich ertoe hare leden te verzoeken het ontwerp ter heschik-king van hctnne Regeeringen te stellen.
Na van liet ontwerp van de overeenkomst beti
–
effencie
de nationaliteit van binnenvaartuigen afgezien te hebben,
dcccl zich de vraag voor of liet Comité, zich aldus vereerd-
gende met het voorstel van verschillende delegatie’s, uit
het ‘te ‘Straatsburg opgestelde ontwerp, niet alle bepalin-
gen, betreffende de inschrijving in eelt enkele overeenkomst
zocc kunnen groepeereil, welke dan tevens als hutsis kon dienen voor de verdere werkzaaniliecleji val) het Comité, met betrekking ‘tot de hestudecring der zakelijke rechten.
In deze omstandigheden w’erd een tekst van een ont-
werp-overeenkomst over de i nsclirijvi lig vali hinnenvna’r-
tuigen tijdens de in 1925 gehouden zittingen, besproken. Op enkele punten ‘van de door het Comité, in de. zitting,
van Parijs in October 1925, in tweede lezing aangenomen
tekst, is door de Duitsche en Fransclie delegatie een u’oor-
behocid gemaakt; er is dan ook overeengekomen, dat een
derde lezing zou plaats ‘hebben.
De meest karakteristieke bepalingen van het ontw’erp,
zooals liet in de oiganen van de Centrale Commissie is
gepubliceerd (zie het nummer van 24 Maart 1926, bl. 270)
kunnen als volgt worden samengevat: –
Voor de definitieve indienststelling van elk vaartuig,
dc).t moet of kan worden ingeschreven, overenkomstig cle
w’çt.geving van een der contracteerencle Staten is de in-
schrijving vei-plichtend (art. 3 en 2, al. T)
2).
De verplicht-
t.ende inschiijving is dus niet van toepaasing voor alle,
den Rijn hevarende vaartuigen. Het was namelijk onmo-
gelijk om in een detgelijke overeenkomst aan deze ver-
plichting liet karakter te geven van een politie-bepaling,
‘toepasselijk
01)
al degenen die aan cle Rijiivaart deelnemen,
zonder in strijd te zijn met het grondbeginsel van de vrij-
heicl vat) ‘scheepvaart, zooals dat tot uitdrukking komt in
artikel T van cle Rijnvaart Akte. Deze gedachte ‘heeft uit-
dlrukking gevonden in artikel 15, dat bepaalt, (lat ,,geen
van de ai-tike]en van (leze overeenkomst op zoodauige wijze
uitgelegd mag worden, dat daardoor inbreuk zou worden
gemaakt op de rechten van niet-oontracteerende Staten,
ten aanzien van internationale waterw’egen”.
De bepaling van the plaats waar de inschrijving moest
plaats lichten stuitte op groote moeilijkheden, wegens de
groote verschillen, welke op dit gebied tusschen de wet-
geviugen der Oeverstaten bestaan. Men heeft zich dan ook,
met het oog op liet gevaar van niet tot overeenstemming
te komen ten opzichte van een enkel kriterium – per-

De delegatie van het Rijk en der Dtiitsche Staten
heeft, wat deze verklaring betreft, een voorbehoud ge-
maakt.

De •delegatie van he’t Rijk en der Duitsche Staten
heeft, wat artikel 3 betreft, (hetwelk de -inschrijving ver-
plichtend maakt), een voorbehoud gemaakt.

686

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

soonlijk of zakelijk – bepaald tot een verwijzing naar de
nationale wetgeving; artikel 2 bepaalt nl. dat ,,de wetge-
ving van eIken contracteerenden Staat bepaalt, welke
vaartuigen in Zijne openbare registers moeten of kunnen
worden ingeschreven en onder welke voorwaarden.” Om
echter wetsconflicten te vermijden in het geval dat een
vaartuig voldoet aan de voorwaarden voor inschrijving van twee of moer contracteerende Staten, heeft men er
aan toegevoegd, dat de eigenaar in dat geval de keus
heeft, in welk land hij Zijn vaartuig wil laten inschrijven
(art. 2 al. 2)
2)

Als een vaartuig is ingeschreven in een van de con-
bracteerende Staten kan het niet in een’ ander land wor-
den ingeschreven, zonder dat in de eerste Staat de inschrij-
ving ongedaan gemaakt is (art. 9). Deze uitsluitend prac-
tische bepaling heeft tot doel dubbele inschrijvingen te voor-
komen, welke gewoonlijk gevolgd worden door dubbele
hypotheken en waarvan de opname reed-s verschillende
malen door de belanghebbenden gevraagd was.
Ten slotte zij nog artikel 12 te vermelden, bestemd om
gesch.illen over de bevoegdheid te vermijden. Volgens deze
bepaling is aan de rechtbank van de plaats waar de in-
schrijving had moeten plaats hebben, bevoegdheid gegeven
voor alle overtredingen betreffende de inschrijving zelf
(het niet ingeschreven zijn; het niet aanwezig zijn van
de verklaring betreffende de wijzigingen voorkomende in
de op de registers vermelde gegevens) en aan de rechtbank
van de plaats waar de overtreding is vastgesteld, voor alle
overtredingen van de bepalingen tot doel -hebbend de identi-
teit van het vaartuig vast te stellen (nl. het uitwissdhen,
wijzigen enz. van de letters en nummers van inschrijving).

Behalve dit ontwerp heeft het Comite nog in eerste lezing
4 artikelen aaIgenomen, welke betrekking hebben op de
internationale erkenning van scheepshypotheken. Dit zijn de resultaten, waartoe het Comite sinds Zijn op-
richting is gekomen, resultaten, welke de sub-commissie van
binnenscheepvaart van den Volkenbond in zijn laatste it-
ting, waarin juist de kwestie van de unifticatie van het
binnensoheepvaartrecht werd behandeld, heeft gemeend te
moeten betitelen als uitstekende basis voor al diegenen clie
in de toekomst zullen medewerken aan het werk van de
iinificatie van het .binnenscheepvaartrecht.

Er is besloten, dat behalve de tweede lezing van den tekt
over hypotheken en de derde lezing van den tekst over de
inschrijving, het Com.it6 de bestudeering van de kwestie
der pivilegin en die der aanvaring en hulp- en ber-glooii zal ter hand nemen.

Het studie-comite voor de unificatie van het -sociaalrecht
in de binnenvaart, vermeld in het verslag van 1924, ‘is no
iiiet bijeengekomen.

Juridische kwesties.

‘ –

De werkzaamheid van -de Commissie als facultatieve
‘rechtbank voor hooger beroep ‘in particuliere geschillen be-
treffende Rijnvaartzaken, is op gewone wijze voortgezet.

Interne kwesties.

De Commissie heeft de volmachten der nieuwe Commis-
sarissen goedgekeurd.
De aanstelling van de ambtenaren van het Seoretariaat,
welke in 1926 zou afloopen, is vanaf 15 April 1926 voor den tijd van drie jaren verlengd.
De Commissie heeft haar budget voor 1926 vastgesteld
op 180.000 Zwitsersche franc en de rekening over 1925
goedgekeurd.
Het jaarboek voor 1924 is niet gereed kunnen komen,
wegens het te late inzenden van de noodige gegevens voor
de bewerking. Maatregelen zijn genomen om dergelijke late
inzendingen te vermijden. De ‘prijs van het jaarboek is
vastgesteld op 8 Zwitserscho franc.

De Becretccris.Generaal:

De -President:

(get.)
JAN HOSTIE.

(get.)
JEAN G0UT.

2)
De Fransche delegatiee heeft, wat de 2e alinea van ar-
tikel 2 betreft (hetwelk dus aan den eigenaar van een
vaartuig, dat aan de voorwaarden van inschrijving van
verscheidene Staten voldoet, de keus laat in welk land hij
zijn vaartuig iil laten inschrijven) een voorbehoud ge.
maakt.

DE BELASTING-ONTWERPEN

COLIJN—DE GEER.

I.
De ontwerpen op belastiugterrein, welke thans bij de

Kamer aanhangig zijn en naar de heer De Geer hoopt
in het najaar in openbare vergadering door haar zul-

len worden behandeld, wijken nog al sterk af van het

gewone mode]. Gewôoiilijk hebben ontwerpen van -dien
aard ten doel nieuwe belastingen in te voeren of be- –

staande belastingen af te schaffen, naar gelang de

schatkist eischt of gedoogt; -dan wel technische wijni
gingen in bestaande regelingen in te voeren, al clan

niet met het doel tevens een verhoogiug van op-

brengst te verkrijgen
of
een verlaging ervan toe te

staan.
Hier is het hoofddoel een ander. Verlaging van hef-

fing wordt alleen voorgesteld ten aanzien -van enkele
crisisheffin’gen, n.l. balveering van de verdedigings-

belasting
II
en -afschaffing van de leeningsopcienten

op den suikeraccijns en op de per-soneele belasting; de

laatste vermindering eventueel te vervangen door een
verlaging van de leeningsopcenten
01)
de inkomstenbe-

lasting. De rekening van het in 1914 ingestelde lee-

ningsfonds laat die vermindering van druk toe.
De ontwerpen, die bij aa-nneming invloed zullen

hebben op den gewonen dienst van ‘s Rijks schatkist

beoogen niet verhooging of verlaging maar verplaat-

sing van druk. Uitgangspunt bij de voorbereiding diei
voorstellen is geweest, dat door de hoogte, waarop

enkele directe belastingen in en ten gevolge van den

oorlogstijd moesten woid-en opgevoerd, de kapitaal-

vorming tot
sc
h
a
d
e
van de economische ontwikkeling

en de welvaart van het land, al te zeer wordt belem-

merd, en dat verbetering in -dien toestand dringend
noodig is.
In de Memorie van Toelichting bij de indiening

rzijner voorstellen valt de vorige Minister van Finan-

-ciën als het ware met de deur in huis. De zware

druk, di-en sommige directe belastingen tegenwoordig
uitoefenen, moet worden verminderd. De Regeering is

er op bedacht – zoo heet het daar – dit -doel te be-
reiken door vermindering van de Staat4uitgaven, maar
het streven in di-en geest wer-kt niet onmiddellijk. De

vermindering van druk der bedoelde directe belastin-
gen kan intusschen niet wachten. ,,De on-dergeteeken-

de (Minister Oolijn) is daarom te rade geworden, dat
al dadelijk verplaatsing van druk ter hand moet wor-
den genomen.”
Tegen deze redeneering is wel het een en ander aan
te ‘voeren.
Op
twee punten zouden ,,de uitgaven van
den Staat (reeds spoedig) op een belangrijk lager
peil (kunnen) worden gebracht”. Zoowel op het stuk
van het onderwijs als op dat der defensie zijn de uit-

gaven in
vergelijking
tot het nuttig effect, dat ermede
wordt bereikt ontstellend hoog. Maar ….. de politieke
constellatie belet eik levensvatbaar ministerie in de
uitgaven voor het onderwijs zoodanig het mes te zet-

ten, als anders
mogelijk
en noodig
zijî
zou. En aan
het Ministerie van Oorlog heerscht een eenser’vatieve militaire -kastengeest, die zelfs een militair als Oolijn
niet bij machte was te breken, en die ingrijpende ver-minderin-g van uitgaven sonder verzwakking van het
leger belet. Niet-militair gevormde Minister-s van
Financiën staan tegenover Oorlog als tegenover een ondoor-dringbaren muur. Misschien zal men er t-en

slotte toe moeten komen, voor dit ministerie een aan-
besteding te houden en het aan den minst duren des-

kundige te gunnen!
Intusschon ligt het er nu eenmaal toe, dat op be-
langrijke besparing -op ‘-s Lands uitgaven voorshands –
niet valt te rekenen. Men kan en moet rn.i. op dit
zwakke punt in den toestand ‘van ‘s Rijks financiën
soo nu en dan -den -vinger leggen, maar – gegeven de
omstandigheden – helpt het niet ertegen te blijven
sputteren. Zooals de Zaken er practi-sch voor staan, zal
het euvel der belemmering van kapitaalvorming door

overmatigen dru
–
k van sommige directe belastingen,

4 Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BËRICHTEN

687

voor zoover het bestaat, alleen door verplaatsing van

druk kunnen worden verminderd.
In de Memorio van Antwoord van den heer Colijn

wordt nog eens met nadruk
gezegd,
dat het hoofddoel

der voorestel.de
ontwerpen is ,,de belastin gheffrn g

zoodanig te ‘verbeteren, .dat eensdeels de noodzakelijke
kapitaalvorming daardoor zoo min mogelijk wordt be-
lernmorcl en anderdeoi.s de druk der belastingen naar
betere grondslagen over de geheele bevolking wordt
verdeeld”, in zijn toelichting tot de gewijzigde voor-

stellen van zijit •ambtsvoorganger sluit de heer De Geer
zich hierbij aan met cle volgende woorden: „Ook hij is

van meening, dat, nu de ‘,ware druk der belastingen

een er.nstigo belemmering vormt voor de wederople-
ving der algemeene ‘volkswelvaart, de Regeering in

cle eerste plaats
01)
een verlaging van de meest druk-

kende heffingen bedacht moet zijn. En eveneens is hij
van’ oordeel, dat, in zoover de stand van het budget
belastingverlaging nog niet mogelijk maakt, het aan-
beveling verdient, den huidigen druk, voor soover

clie al te oneconomisch werkt, te vervangen door een
heffing op niet-noodzakelijke uitgaven, welke tevens
hot nuttige gevolg hebben, dat deze beperkt worden

en dus de besparing wordt bevorderd”.

Alvorens nu na te gaan itt hoever do vborsteilen, in den vorm, waarin zij thans voor do Kamer liggen, tan
het doel zullen kunnen beantwoorden, is het geraden

stil te staan bij de vraag, of het euvel, ‘dat de Regee-
ring wenscht te bestrijden of althans te verminderen,
inderdaad aanwezig is. Bij cle bespreking daarvan kom
ik niet in de verleidin.g mij ook bezig te houden met
cle bewering, welke men in het Voorloopig Verslag
over het hoofdotitwerp van Minister Oolijn kan lezen,
dat het bi5 deze kwestie alleen ‘gaat om een kapitali.s-
tisch en niet om een algemeen landsbelang. Kapitaal-
vorming is in elke maatschappelijke organisatie on-
misbaar voor een bijvende ontwikkeling en verhooging
van de voikswelvaart. En al moge nu een deel onzer
land.genooten van oordeel zijn, dat het kapitaal en de

kapitaalvorming niet in handen van particuliere bezit-
ters maar in die van den Staat moesten zijn; het geval
ligt er nu eenmaal toe, dat het kapitaal in de maat-
schappij, waari.n wijt leven, voor ee.n belangrijk deel in
particuliere handen is en dat do kapitaalvorming spaak
loopt, indien zij niet of niet voldoende van particu-
liere zijde geschiedt.
Een mathoinatisch bewijs, ‘dat de kapitaalvorming
sedert den oorlog ook hier te lande onvoldoende is en
dat de hooge inkomstenbelastingen daarvoor voor een
•goed deel aansprakelijk zijn, is niet te leveren. Maar
toch zijn e:r in cle ten dienste staande gegevens wel
aanwijzingen in die richting, die niet mogen worden
gori.ngschat. Het schijnt mij iritusschen niet over-
bodig aan de bespreking van die gegevens een opmer-
king van meer algemeenen aard te doen voorafgaan.
Men hoort in den laatsten tijd vaak do beschouwing,
dat er geen tekort maar overvloed van kapitaal is.
Getuige de lage rentestand en de h.00ge koers ‘van
solide obligaties en aandecion ter beurze. Het feit,
dat de rente laag en de koersen hoog zijn, is niet voor
tegenspraak vatbaar, maar de conclusie, ‘die eruit
wordt getrokken, is wat voorbarig, inderdaad vraagt een belangrijk geidkapitaal belegging. Emissies van
leeningen zijn aan de or.de
van den dag, ook afgezien
van do conversieieeni.ngen, die voor hot vraagstuk, .dat
ons hier bezighoudt, niet van belang zijn. Een belang-
rijk deel van dit geldkapitaal wordt beschi.kbaar ge-

steld voor binnen- en huitenlandsche leeningen van
openbare lichamen. Dit verschijnsel vraagt een ver-
klaring. . . –
Met zeer enkele uitzonderingen werpen de hier te
lande gevestigde bedrijven i.n den tegenwoordigen tijd
geen winster af, die aandeelhouders in staat stellen
een eenigszins belangrijk deel van hun dividenden te
besparen en te kapitaliseeren. Men slaat de plank wel
niet al te ver mis, wanneer men constateert, dat het
voor kapitaliseering beschikbare inkomen’in de laatste
jaren in hoofdzaak afkomstig is van de Indische onder-

nemingen, •dioeenige jaren van grooten lhter

den rug hebben.

Hiertegen zal men waarschijnlijk opmorken, dat do

oorsprong van hot voor kapitaliseering beschikbare
deel van het Nederlandsche vol.ksinkomen voor de

vraag, welke ons bezighoudt, niet van belang is. Hot

komt ei’ alleen op aan, of er, ondanks de .hooge directe
belastingen, voldoende kapitaalaanwas plaats heeft.
Voor een groot deel is clie tegenwerping juist. Maar

niet geheel. Al and wel ieder toegeven, dat, onze econo-

khi scho banden met Intd iii voor de volks*elvaart van
66 overwegend belang zijn, dat verbreking van den

politieken
en daarmede verslapping en verzwakking

yan den
ccon,o’m,ischen
band met ‘het Aziatische deel

i.’an hot Rijk een nationale ramp zijn zou, is het toch

ëen heel ‘veeg teeken, als do ‘bedrijven hier te lande
een z66 .kwijnen•d bestaan leiden, dat
hun,
uitkomsten
hiet in staat ‘stellen aan de ‘kapitaalvorming ‘in eenigs-
itts belangrijke mate deel te nemen.

Dat
kwijnend
bestaan heeft evenwel nog in een
andei opzicht invloed op liet ‘verschijnsel, dat wij ‘hier

trachten’ te verklaren. Gaan cle zaken goed, dan is er
n’iet alleen vraag naar kapitaal van do zijde ‘der iii-
dustrie voor vernieuwingen en uitbreidingen, maar
ligt er een aanmdrkeljk vlottond kapitaal vast in
bn•der handen zijnde werken. In
tijden
van slapte wor-
en er geen nieuwe ondernemingen begonnen, worden

lestaande onderemingen niet uitgebreid en vloeit een
‘groot deel van het vlottend kapitaal, dat anders is ge-
stoken in werken, die nog niet’ .gereed en afgeleverd
zijn, naar de onderneming terug.

Dit verschijnsel kan men thans in verscheidene
iaken waarnemen. Het gevolg hiervan is, .dat er een
iiet te onderschatten aanbod van kapitaal van de zijde
van meer of ‘minder kwijnende ondernemingen aan de
narkt is, ‘dat niet als een teeken van welvaart, maar
‘an malaise is te beschouwen. De hier bedoelde onder-
,1)emin gen schrijven voor de’ belegging van het op deze
,syijze vrij gekomen geldkapitaal weliswaar niet in op ‘de omissies, waarvan ik zooeven gewaagde. Zij geven
hun geld op prolongatie, koopen schatkistpapier of
deponeeren hetgeen zij wegens de malaise in hun be-
çlrijf niet zelf noodig hebben, op korten termijn hij

evrien’de banken.

In welke bedragen
dit
aanbod van geidkapitaal
loopt, is niet na te gaan; maar gering is het zeker niet,
en het heeft zonder twijfel invloed op den rentestand
n daarmede op den koers der fondsen. Indien het hierbij ging alleen om een malaise in zaken in ons
eigen land zou deze invloed op de geldm’arkt niet van

groote beteekenis zijn. Daarvoor is de geld- en fond-
senhanclel te internationaal. Maar het is bekend ge-
noeg, dat het met het bedrijfsleven in de andere lan-
den van Europa niet beter en in ‘vele ‘daarvan nog
heel wat slechter gesteld is ‘dan hier te lande.

Men ‘kan er zelcer van zijn, dat al naar gelang de
aken in Europa weer betere tijden zullen beleven,
het hier aangewezen aanbod van geidkapitaal van de
zijde der tijdelijk kwijnende ondernemingei zal af-
iemen en aliengs weer zal plaats maken voor een nor-
male vraag van dien kant. De lage rentestand en de

hooge koers der effecten zijn – in dit licht bekeken
– niet een aanwijzing vn overvloed van kapitaal,
maar een der vele ‘symptomen van den treurigen econo-
mischen toestand ‘van Europa in het algemeen en van
verschillende Nederiandsche industrieën in het bij-
zonder.

Voorts is er nog een hijkomstige factor werkzaam,
die den invloed van de hier geschetste omstandigheden
versterkt. Eenige jaren geleden, in het tijdperk van
de sterk vallende Duitsche valuta, werd ons land over-
stroomd met waarden afkomstig van en toebehoorende
aan onze Oostelijke naburen. Dit brac’ht toen een tijde-
lijke ruimte op onze geldmarkt teweeg zonder dat het met de Nederlandsche welvaart of de Nederlan.dsc’he
kapitaalvorming iets had te maken. Toen de Mark
was gestabiliseerd, verdween dat Duitsche kapitaal

688

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTÉN

4 Âugustus 1926

vrijwel even spoedig als het in de pei’iode van voort-

cl urend e dal ing was bi nnengestroomd.
Een dergelijk verschijnsel vertoont zich thans weer,

zij het ook in wat mindere mate. Sedert één of twee

jaar komt er als gevolg van de daling van de Fransche
en Be]gische valuta opnieuw vreemd kapitaal binnen

onzegrenzen. Of de hoofdoorzaak daarvan is te zoekeh

in be]astingviucht van de zijde der Fransche en BeL. gische bezitters, die han waarden hier onderbrengen,
clan wel of het hun voornamelijk te doen was, om

voordat het heelemaal te laat zijn zou, hun Franscho
of Belgische fondsen om te zetten in waarden, uitge-

drukt in een vaste valuta, is voor ons thans niet van

belang. Voor
mijn
betoog is het alleen van beteekenis,

dat naast de hoofdoorzaak van het verschijnsel van den

lagen rentestand en van het groote aanbod van gold-

kapitaal, waarop ik in do eerste plaats wees, ook het

feit, dat vreemde bezitters hier opnieuw een goed

heenkomen voor hun roerend vermogen zoeken, zijn

uitwerking doet gevoelen.
Een en ander is wel voldoende om duidelijk te

maken, dat uit den lagen rentestand en de ruimte vn

geld hier te lande
onder de tegenwoordige omstandIg-

heden
geen argument is te putten ten hewijze, dat cle
kapitaalvorming hier voldoende zijn zou.

Na deze wel niet overbodige uitweid.ing kom ik
terug tot de vraag ôf de kapitaaivorming hier voldoen-

de is te achten. Gelijk ik reeds opmerkte, is hierom-

trent geen mathernatisch bewijs te leveren en moet
men volstaan met enkele aanwijzingen. Deze zijn voor-

al te vinden in de uitkomsten van de inkomsten- en de

vermogen sbel astin g.
Uit de gegevens, te vinden i.n de laatste
Jaarcijfers

kan men voor de toeneming der inkomens tusschen

1915116 en 1923124 het volgende staatje afleiden:

Verho’uding tusschen het aantal aangeslagenen en het
iislcoinen in verschillende groepen in
1915116

1923/24

( r:epemi van

a ii tal Bedragen der i antal Bedragen
inkomens

aa.ugo-

inkomens

aange-

der
slagen en

slagen en inkomens

800— 2.000

100

100

240

306

2.000— 6.000

100

100

463

442

6.000-1.0.000

100.

100

273

279

10.000-50.000

100

100

217

217

boven 50.000 100

100

170

188

Gaat men aan de hand der gegevens uit dezelfde
bron voor overeenkomstige groepen do verhouclings-
cijfers na van het aantal aangeslagenen in de vermo-
gensbelasting en hot bedrag hunner vermogens, dan

geeft dit cle volgende uitkomst:

Verhouding tusschen het aantal aangeslagenen en het
vermogen in verschillende groepen.
1914115

1923124

(roepeti van

Aantal Bedragen der Aantal Bedragen
i’ermogens (in

aange- vermogens

aange-

der
du izen dtallan)

sl agenen

slagenen vermogens

15— 50

100

100

178

184
50— 200

100

100

138

1.69
200— 500

100

100

144

141
500-1000

100

100

143

141
boven 1000

100

100

146

151.

Ik merk hierbij op, dat het tijdperk tusschen de twee
vergelijkingsjaren hij do vermogens een jaar langer is
dan bij de inkomens. 1-let zou zuiverder zijn, indien
mcii ook voor de inkomens het laatste jaar voor den
oorlog had kunnen nemen. Maar de inkonzsbenhelas-
ting werd voor het eerst over 1915116 geheven. In-

tusschen geven de
cijfers
dor vermogensbelasting over
1.914/15 de vermogens op 1 Mei 1914, dus v66r den
oorlog; en die der inicomstenbelasting over 1915116 de
inkomens in 1914, dus althans voor een deel v66r den
oorlog. Betere vergeljkingscijfers zijn er. nu eenmaal
niet. En waar het hier slechts te doen is om aanwij-
zingen, niet om bewijzen, zijn zij, hoewel gebrekkig,
toch bruikbaar.
Men zij evenwel voorzichtig met het trekken van al

to snelle conclusies uit deze verhoadingscijfers. Er

zijn twee factoren, die er invloed op hebben en waar-
mede men das rekening heeft
te
houden. De waarde
van het gold is sedert het begin van den oorlog be-

langrijk achteruitgegaan. De verhoudingscijfers van
cle toeneming dor vermogens- en inkornenscijfers geven

dus, zonder correctie, een te gunstig beeld. Oorrigeert

men ze zoo goed iogeljk aan de hand der indoxeijfers
der .groothandelsprijzen, dan moet men bij de inkom-
stenbelasting voor het belastingjaar 1915/16 rekening

houden met het indexcijfer van 1914, dat, in.dien men
het
cijfer
voor 1913 op 100 stelt, 109 bedroeg, en
voor het belastingjaar 1923124 met dat van 1922, toen

liet 160 was. Brengt men deze correctie aan, dan ver-
minderen de veioudingscijfer•s voor de bedii gen der
inkomens volgens de belastingkohieren van 1923124

voor de verschillende groepen tot: 208; 301; 190;

148; 128.
Voor de vermogensbelasting moet men rekening hou-

den met het indexcijfer op 1 Mei 1914, dus véôr den

oorlog, toen de prijzen sedert het voorafgaande jaar
nog niet waren gestegen, en dat .op 1 Mei 1923, toem

het rond 150 bedroeg in procenten van dat van hot

eerstgenoemde tijdstip. De bedragen der vermogens op
1 Mei 1923 moeten dus, ook in de hoven aangegeven
verhoudingsgetallen, met % worden verminderd.
Doet men dit, dan komt men tot de volgende cijfers
voor cle verschillende groepen: 123; 113; 94; 94; 101.

In dit verband merk ik tevens op, dat het totaal

der aangeslagen inkomens in het aangegeven tijdperk
volgens do govens der inkomsten- en dor vermo-

gensbelasting steeg met 236 pOt., en na correctie, met
161 pOt., en dat der vermogens niet 171 pOt., of na

correctie, met 114 pOt.

Do tweede factor, die cle gegevens der inkomsten-belasting onzuivor maakt, is het bekende feit, dat cle
fiscus, ondanks de contrôlerniddelon, die hem ten dien-
ste staan, slechts een deel der inkomens in de laagste
.

groep weet te achterhalen. Een belangrijk aantal ar-

beiders, wier inkomen meer l)edraagt dan
f
800, weet
zich aan den groei) van (en belastingheffer te onttrek-
ken. Het vermoeden is gowottigd, dat, indien dit
anders ware, de stijging in de eerste groep, die in de
tweede ‘sou nahijkornen, zoo niet overtreffen. Als tegenhanger hiertegen mag ook niet worden vor-
geten, dat een deel der bezitters van hoogere inko-
mens zich door verhuizing naar hot buitenland even-
eens aan den he]astingpiicht weet te onttrekken. Deze
kapitaal:v]ucht is evenwel naar verhouding in cle
verste verte niet van zulk een beteekenis, als de on-
macht van den fiscus tot het aanslaan van een groot
doel .der .arbeidersinkomens. Zij zou zich, indien zij
onder cijfers was te brengen, wel niet in meer dan
enkele procenten van de hoogere inkomens en vermo-
gens uitdrukken.
In mijn volgend artikel zal ik, met een en ander
rekening houdend, in de eerste plaats nagaan in hoc-
ver uit cle ni.oclegeclooldo cijfers conclusies ten aanzien
van het onderwerp, dat ons bezighoudt, zijn te trokken.

TREUB.

DE GEVOLGEN VAN DE VERHOOGING VAN HET

INVOERRECHT OP THEE OP HET VERBRUIK

IN NEDERLAND.

Nu cle verhruikcijfers van thee in Nedorland voor
het ie halfjidar 1926 bekend zijn, kan voor het oerst
de juiste invloed worden nagegaan, die het in Mei
1924 in werking getreden verhoogde invoe.rrecht op
thee gehad hoef t op de’ hinnenlandsche consumptie
en wei door vergelijking dier
cijfers
niet die van het
eerste halfjaar 1923. Over 1924 en 1925 kunnen die cijfers niet ter vergelijking worden genomen, omdat
de invoeren tot verbruik toen niet aan gaven de wer-
kelijk verbruikte hoeveelheden. In 1924 werd toch in
de eerste vier maanden van het jaar veel meer’ thee
ingeklaard dan voor het gebruik noodig was, ten einde te kunnen profiteeren van de toen nog gel-

4.. Augustus 1926

ECONOMISCH-STATIS’1ISCHE BERICHTEN

689

deucle lagere invoe.rrechtcir, terwijl het cijfer dier
invoeren iii liet le halfjaa.r 1925 nog ver beneden het

werkelijke verbruik bleef, doordat er nog getee.rd
werd op de vroeger ingeldaarde hoeveelheden.

In het hierondervolgend staatje wordt daarom
naast de gespecificeercie opgave van het le halfjaar

1926 opgenomen diezelfde opgave over 1.923.

Invoeren tot verbruik in Nederland

In KG. netto.
le halfjaar le halfjaar
1923
1926

Ned.-Indische

thee
4.071.000 3.455.000
Chineesche

,,
524.000
713.000 Britsch-Indïsche
472.000
434.000

Totaal ……..
5.067.000
4.602.000

Al dadelijk valt de vermindering op van het totaal
van 1.926 ‘tegenover 1923, een verschil opleverende
van niet mncIer dan
465.000 KO.
of van ruim 9 pOt.

Het zou echter niet geheel juist zijn om deze cij-

fers zonder meer met elkaar te vergelijken, want met
den helangrijken aanwas van de bevolking van Necler-

land is daii geen rekening gehouden.
Do officieele bevoikingscij.fers voor de beide voor-
afgaande jaren, dus voor 1922 en -1925 geven aan
resp.7.087.000 en 7.416.000 zielen.
Neemt men nu deze bevolkingscijfers in aanmer,

king, clan zou bij een gelijk verbruik van thee per
hoofd der bevolking als in 1923, het totale verbruik
van thee voor het eerste halfjaar 1926 moeten ge-

i’eest
zijn
5.301.000 KO.
i)e theoretische vermindering van liet verbruik in
het ie halfjaar 1920 is dan niet 465.000 1(0., maar
5.301.000-4.002.000 of
700.000 1(0.,
uitmakende

13,2 pOt. van, het berekende verbruik van. 5,3 mail.
1(0. en. 13,6 pCi. van het verbruik in het eerste half-

jaar 1023.
Maar ook deze rekening is feitelijk nog geflatteerd. i)e rekening is opgemaakt in vergelijk:i ng met 3. jaar
geleden hij een
gelijk gebleven
verbruik van thee per
hoofd der bevolicing en per jaar. Neemt men echtei
in aanmerking, .dat het theeverbruilc in Nederland
vSbr de invoering der verhoogde rechten jaar op jaar
stijgende was, – een feit, dat Nederland gemeen
heeft met alle andere theedrinkende landen van de
wereld, het sterk thee-verbruilcende Engeland zelfs
niet ii it,gesl.oten – dan wordt cle berekening nog veel
ollgu
ii S
tiger.

In het tijdvak 1913-1923 steeg het theeverbruik
n Nederland per hoofd der bevolking en per jaar
van 1.76 .h’KG tot 2,76 h.1C0., een st:ijging
dus
van
bijna 00 pct. over 10 jaar, dus gemiddeld van 0 pOt. per jaar.
Langs verschillende wegen kan men nu de hoeveel-
heden thee berekenen, clie naar schatting meer ver-
bruilct zouden zijn, indien niet een zoo sterke ve’rhoo-
ging van invoerrechten geheven ware geworden. In beginsel toch is er geen enkele reden aan te voeren,
waarom die geregelde toename van het eibruik per
hoofd der bevolking onder normale omstandigheden
n 1923 zou hebben opgehouden.

De verschillende wijzen van berelcening leiden voor
de eerste lielf t vaa 1926 tot hoeveelheden, varieereude
tusscheii 400.000 en 550.000 KO. Aan den veiligen
kant blijvende, kan die hoeveelheid aangenomen wor-
den op ongeveer 500.000 KG. Met deze hoeveelheid
iiioet dan de hierboven becijferde hoeveelheid van
5.300.000 1(0. verhoogd worden, zoo’dat liet verbruik,.
zonder verhooging van liet invoerrecht, voor het le
halfjaar van. 1926 te stellen ware op 5.800.000 KO.
thee, tegenover een werkelijk verbruik van 4.600.000
1(0. thee.

Aldus redeneerencle – en deze redeneering is zeker
niet geflatteerd te noemen – mag men op grond van bovenstaande becijfering aannemen, dat de in 1924
ingevoerde sterk verhoogde rechten
een nicnder ver-
bruile van, thee in. Nederland tengevolge hebben, ge-
had van. ongeveer 1.200.000 KG. d.i. van. 26 pCI. van

het iegenwoord’iqe verbruik of van. 21 pCI. van hei

berekende verbrv,ik van 5.8 m.illioen. KO.
Met het verloop der marktprij’zen en dus der detail-
prijzen in Nederland behoeft in dit verband geen

rekening gehouden te worden, omdat de middenprij-
en in de jaren 1923, 1924 en 1925 slechts weinig uit

elkaar loopen. Voor de Amsterdamsche veilingen be-

lroegen die middenprijzen resp. 88%, 89% en 84% ets.
per Ii. 1(0. in entrepôt.

Er is echter meer! Vergelijkt men in het hierbo-
ven opgenomen staatje het gespecificeerde verbruik

van .1923 met dat van 1926, en .berekentmen het per-
cents’gewijze aandeel, .dat elk der drie theesoorten –
Ned.-Indische, Ohineesche en Br.-In’dische thee – in het Nederiandsch verbruik hebben gehad, ‘dan krijgt
men het volgende overzicht:

1923

1926
Ned..Indische thee

80
o/

75
Gb
Chineesche

.

lot
0
10

15 o/
,

Br.-Indische ‘

gk
0
10

ij
0
10
Totaal

100 o/

100
°Io
Doordat de ‘detailthee als gevolg van de sterke
verhooging der invoerrechten (50 ets. per KG.) zoo-

veel duurder werd, heeft het verbruik zich meer en
meer gericht naar de goedkoopere theemelanges,
‘dat zijn rnelan.ges, waarin meer Chineesehe thee ver-

werkt is geworden. Bleef ‘het aandeel van Britseh-
Indische thee in de melanges hetzelfde in 1926 als in
1923, dat van Ohineesche thee ve.rmeerderde van
10%’ püt. tot 15% pOt., welke vermeerdering geheel
tea na’deele kwam van het aandeel van ons koloniaal
product, dat van 80 pOt. terughiep tot 75 pOt.
Het mes van de verhoogde rechtn heeft dus met
lwee kanten gesneden. Eenerzijds zou bij een onver-
stooi’clen gang van zaken het ve,i-bruik van thee onge-
veer
35 pCI. grooler
zijn geweest dan thans het geval
is, anderzijds is het aandeel van ons eigen koloniaal
product in het Nederiandsche verbruik met
ruim
6 pOl. verman-derd.
De gevolgen van deze zeer sterke opdrijving der in-
voerrechten op thee zijn ‘dus wei zeer groot en daar-
in moet dan ook alle aanleiding bestaan voor do Ho-

geering om, nu er wat meer ruimte is gekomen in
de Rijksmicldeleu, deze zware nooclbelasl;ing op een
zoo uitnemendon volksclrank als thee, zoo siioedig mo-
gelijk te cl oeii verdwijnen.

F. H.
DE
Kocid
VAN
LEEUWEN.

HET C.I.F.-CONTRACT IN DE INTERNATIONAL

LAW ASSOCIATION.

Zooa]s men weet, zal van 5 tot 11 Augustus a.s. te
Weeu:en de twee-jaarlijksche conferentie der Inter-
national Law Association worden gehouden, waar
voor zich reeds een vijf en twintig tal laadgenooten
hebben aangemeld. Het zal dozen deelnemers, alsook wellicht anderen, interesseeron iets te vernemen over den stand der voorbereiding van ecn der
,
‘vooirnaamste
te Weenen aan de orde komende onderwerpen, nI.
het c.i.f.-contract.

Voor zoover mij bekend, is deze materie het eerst
aangeroerd door den Berlijnschen advocaat :D.r. Edwin
Katz, die er in 1924 op de conferentie ‘der I.L.A. te
Stockholm een ,,paper” over indiende. Het bestuur
heef t vervolgens een commissie van voorbereiding in-
gesteld, waarvan Dr. Katz voorzitter werd. Tevens

vormden zioh landelijke commissies, waarvan ‘de Fran-
sche en de Neder]andsehe de meeste activiteit hebben
ontwikkeld.

De Fransche commissie, gepresideerd d6or Paul
de Rousiers diende reeds in Mei 1925 een volledig
uitgewerkt ontwerp in van nietminder dan vier en twintig regels voor het c.i.f.-contract met een uit-
voerige toelichting. Het is dit ontwerp geweest, ‘dat
in hoofdzaak gediend heeft als ,,base de discussion”
voor de Nederiandsche commissie, die bestond uit de
hoeren Abram Muller, voorzitter, Gottfr. H. Orone,
A. Meretis, Jan Schilthuis en A. van Stolk, leden en

690

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

Mr. R. Jansma, secretaris. De heer H. R. du Mosch;

die reeds vroeger voor dit onderwerp groote belang
stelling toonde, was door verblijf in het buitenland
verhinderd van de commissie deel uit te maken. Deze

commissie bracht na een negental vergaderingen, in

Maart 1926, eveneens een uitvoerig rapport uit, hou-
dende een gemotiveerde omwerking van het Fransohe

voorstel. Op aanvrage is •dit rapport, waarin ook de

oorspronkelijke Fransche tekst voorkomt, voor belang-stellenden bij ondergeteekende verkrijgbaar.

Op 18 Mei jI. is vervolgens te Londen een verga-

•dering gehouden van de internationale c.i.f.-commissie.
Bij afwezigheid ‘van den voorzitter, Dr. Edwin Katrz,

werd deze vergadering gepresi’deerd door ‘den Deen

Dr. Alfred Ba’gge; uit ons land waren aanwezig de

heeren Abram Muller en Jansma.
Bij
de besprekingen

bleek al spoedig, dat met name de aanwezige Engel-

schen zich nog niet in die mate van de Fransche en

Nederlandsc’he rapporten op de hoogte gesteld haddenl
dat deze reeds met vrucht in bespreking kondén wor-‘
den gebracht, zoodat men zich bepaalde tot een alge:

meene discussie, zoomede een behandeling van een
viertal, vrij willekeurig gekozen vraagpunten, die door

een vorige vergadering der internationale commissie

waren geformuleerd. Men mag derhalve aannemen; dat op het congres te Weenen, waar ‘het onderwerp
zal worden behandeld onder ‘de gezaghebbende leiding.

van onzen landgenoot Mr. van Slooten, evenmin nog
het laatste woord over dit onderwerp zal worden ge.

zegd, al is er ‘dan ook een middag- en een ochtiend
zitting voor ingeruimd. Eerst op een volgend con-

•gres zal een resultaat kunnen worden bereikt. Het
schijnt echter thans reeds mogelijk iets te zeggen

omtrent de strekking van hetgeen men in deze zal
kunnen tot stand brengen.
Het staat wel vast, dat men daarbij zijn verwach-tingen niet te hoog •moet spannen. In het bijzonder’

kan kwalijk worden aangenomen, .dat het ooit zal ge

lukken een stel regels ingevoerd te krijgen, dat alleiz

transacties zal beheerschen, die op c.i.f.-basis worden
1

afgesloten, op dezelfde wijze als de International Law
,

Association de York-Antwerp Rules tot algemeen’
averij-grosse-recht wist te verheffen, en zooals men
dit met minder volledig succes getracht heeft te bei’

reiken op ‘het .gebied van zeerecht met ‘de Hague Rules;

Wat is ni. het geval?
In tal van bedrijven bestaan reeds uitvoerige model-

contracten voor c.i.f.-zaken. Uit het feit, dat belang-‘
hebbenden zich keer op keer aan •deze contracten on-
derwerpen, mag men afleiden, dat zij met den inhoud’
daarvan over het a1geeen accoord gaan. Welnu, er is
geen enkele aanleiding om te verwachten, dat zij nu
plotseling deze bestaande formulieren over boord zul-‘ len werpen om een model-contract te aanvaarden, ‘dat
de International Law Association wel zoo vriendelijk
geweest is te hunnen behoeve te ontwerpen. Er be-,
staat daarvoor ook geen goede reden. Met name kan

men niet zeggen, dat er op dit gebied dringende be-,

hoefte bestaat aan
uniform.itei.
Er wordt geen enkel

belang door geschaad, dat de condities, waarop men,
graan koopt, niet dezelfde zij’n als die waarop hout
wordt verhandeld. Zou men zich voorstellen deze
vogels van zeer diverse pluimage alle onder én hoedje

te vangen, ‘dan zou ‘deze poging van te voren tot een
droevige mislukking gedoemd zijn.
Wanneer de Association haar taak in deze beschei-
dener opvat, zal zij, naar wij meenen, op dit gebied

ev’enwe] nog zeer nuttig werk kunnen verrichten. Zij
zal zich dan uitsluitend moeten instellen op de
transacties, waarbij geen model-contract bestaat en
partijen er zich toe beperken hun contract in enkele,
woorden of zinsneden samen te vatten, waarbij dan
de beroemde drie letters het principe inschakelen, dat
de verkooper de kosten, assurantie en vracht betaalt.
Men zou ten zeerste dwalen door te meenen, dat der-
gelijke transacties zeldzaam zijn. Het tegendeel ervaart
men wanneer men de jurisprudentie naslaat, die in
hoofdzaak op dergelijke gevallen betrekking heeft; dit

is trouwenS geen wondei omdat in ‘de meeste con-

tractformulieren een arbitrgebeding voorkomt, zoo-
dat de burgerlijke rechter ‘deze formulieren slechts
zelden te ‘beoordeelen krijgt.

Er blijft ‘dan nog het bezwaar bestaan, ‘dat die trans-

acties van zeer verschillenden aard zijn. Dit behoeft

ons echter niet te beletten een eensluidend formulier
voor allen te ontwerpen, daar toch bij iedere bij
–
zondere transactie
partijen
vrij zijn van het algemeene
formulier af te wijken zoo
dikwijls
hun dat noodig
voorkomt.

Zooals men weet, waren de ,,Hague Rules” oor-

spronkelijk opgezet als contractueele bepalingen, doch
is aan ‘hare beginselen ten slotte de eer te beurt geval-

len in een aantal landen tot wet te worden verheven.
Het is niet waarschijnlijk, ‘dat een soortgelijk lot aan
de c.i.f.-regels is beschoren. Er is hier geen sprake
van, dat een der partijen tegen econ’omische over-

macht moet worden beschermd en met het oog ‘daar-
op den steun des wetgevers niet ontberen kan; ook
andere gronden zijn voor diens ingrijpen tot dusverre
op dit gebied nog niet aangehaald. Slechts
bij’
één
onderdeel zouden vetgevende bepalingen noodig zijn,

bij het vraagstuk van den ei’gen’domsoverga.ng, hetgeen
echter een reden te meer is om dit vraagstuk, hoe in-
teressant ook, voors’hands buiten beschouwing te laten.
Wie den eigendomsovergang wil gaan herzien, raakt

‘aan de fundamenten van ‘het civiele recht en moet
zich voorbereiden op een ,,voiumus mutari” niet

alleen van de ,,leges An’glicae”, maar ook van de
codices van andere landen.
K. JANSMA

Amsterdam, 26 Juli 1926.

POINCARÉ’S FINANCIEELE PLANNEN.

Frankrijk bouwt thans op Poincaré en zijn ministe-
rie der ,,Nationale Eenheid”. Dit verleent zijn plan-

nen een
bijzondere
beteekenis, want falen zij, wat
dan?

Datgene wat er reeds van bekend is verdient dus
een aandachtige belangstelling,
terwijl
het evenzeer
belangwekkend is, aan •de hand van elders opgedane
ervaringen na te gaan, welke desiderata nog onver-
vuld zijn.
Men kent zijn plannen. Hun details zullen hier

niet worden besproken. Van meer belang voor dit
overzicht zijn enkele besc.houwingen, welke de Memo-
rie van Toelichting bevat en die een kijk geven
0
1
)

zijn inzicht in den aard van het euvel. In de eerste plaats, zegt de Memorie, moet het bin-
nenlandsche crediet worden ‘hersteld, als eerste voor-
waarde voor iedere poging tot monetair herstel.
Daartoe is allereerst noodig: begrootingseven-
wicht, te bereiken door bezuiniging en vermeerde-
ring van inkomsten. Nu is het niet de eerste maal,
dat onder deze ‘dubbele leus het Fransche begroo-
tingsevenwiciht zal worden verzekerd. Toegegeven,
dat de tijd, om concrete bezuinigingsmaatregelen

voor te bereiden te kort was, zou toch een’ige duide-
lijke aanwijzing omtrent de richting en het bedrag
der bezuinigingen gewenscht zijn geweest, vooral in

een land waar de ambtenaren zoo’n geweldige macht

vormen als in
Frankrijk.
Slechts een openbaar ge-

maakt ,,Abbau”-programima zal den waarborg geven,
dat het de regeering ernst is met haar voornemen.
Wat van de bezuiniging terecht komt blijft ook dan

echter nog af te wachten.
Wat het effect der verhooging, inzonderheid der

indirecte belastingen aangaat, het is
begrijpelijk,
dat

Poincaré zich hierover met ‘het grootste vertrouwen
uitlaat. Toch kan een,ige twijfel niet achterwege blij-
ven ten aannien van zijn opvatting, ‘dat de begrooting
thans zelfs beveiligd is tegen wisselkoersschommelin-

gen en daaruit voortvloeiende prijsstijgingen. Want
steeds wordt toch nog een belangrijk deel der inkom-
‘sten uit de directe belastingen getrokken en verder
zal de uit koersdaling voortvloeiende toeneming van

den last der buitenlan’dsche schuld
bijv.
zeker sneller

4Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

gaan dan de stijging van de ontvangsten uit indirecte
bc1astnge.n, wegeiTs het achterblijven der binnenland-

sche prijsstijging.
De tweede maatregel is de oprichting van een
amortisatiekas tot administratie en aflossing der
vlottendo schuld. Ten grondslag aan ‘deze oprichting

ligt de gedachte, dat •de Staat de nakoming zijner

schulden moet waarborgen. Men mag intusschen aan-
nemen, dat niet zoozeer de vrees voor insolvabiliteit
van den Staat als wel de waardedaling van het geld
de houders van sehatkistpapier tot inwisseling aan-
zette. Dooi’ een administratieve operatie, gelijk de op-
richting van de kas is, maakt men aan deze waarde-

daling geen einde. Po.incaré verwacht intusschen vnel
van deze kas. Typisch voor •de rol van het sentiment in de Fransche politiek is •de volgende zin in de toe-lichting ,,Mais peur que cette caisse inspire une con-
fiance durable, F1 est indispensable, que la création

soit solennelle, que le statut et les recettes ne puis-

sent être modifiés.”
De middelen, waarmede de kas zal worden gevoed,
bestaan uit een aanvullende en buitengewone belas-
ting op den eigendomsoverdracht en een deel van de opbrengst der successiebelasting, over 1927 op resp.

800 en 2700 millioen francs geraamd. De vraag is,
of deze bedragen bij een eventueele verdere francs-

daling voldoende zouden zijn.
Van meer beteekenis zou ongetwijfeld zijn geweest
het treffen van afdoende maatregelen tegen iedere
verdere vermeerdering der viottende schuld, ev. na

het verstrekken van een werkkapitaal aan de schat-
kist. Dit punt stond op het program der Experts,
gelijk •op dat van de saneeringsprogramma’s, die

de laatste jaren voor andere landen zijn opgesteld.
Bij a’anlegging van dezen rem zou het belangrijkste
motief voor inwisseling zijn weggenomen. Een ge-
ringe renteverhoogiing voor schatkistpapier als dezer
dagen heeft plaats gevonden compenseert evenmin
als de oprichting der kas het waardedalings-risico. De derde groep maatregelen bedoelt het gevluchte
kapitaal te doen terugkeeren door herstel van ver-
trouwen. De ,,mala’die monétaire”, waaraan Frank-

rijk
lijdt,
heeft nl. volgens de Mernorie – •die het
oorspronkelijk verband om.keert en voorbijgaat aan
den waren schuldige – haar oorzaak niet in de
gunstig genoemde, Jiandelsbalans doch in een on-
onderbroken kapitaalvlucht. De instabiliteit der
geldwaarde wordt even verder echter op haar beurt,
evenzeer als de hoogte van zekere belastingen, als de
oorzaak van kapitaalvlucht erkend. Voorgesteld wordt
om het kapitaal tot terugkeer te prikkelen door deze
belastingen te verlagen, car dans la concurrence
acharnée des nations industrielles, l’épargne d’un

pays, si
0fl
ze lui assure pas une rémuneration équi-
table et certaine, se trouve in&vitablement attirée au

cl ehors”.
Ook deze maatregel zal als de vorige eerst effect sorteeren, wanneer de franckoers zal zijn gestabili-

seerd.

Bezien
wij
bovenstaande voorstellen niet op zich-
zelf, doch met ‘het oog op de stabilisatie van der
franc, dan zijn zij een terugval tot de opvattingen
van v66r het Rapport der Experten. Vergeten schijnt
reeds de opvatting der Experten, dat ,,fragmentaire
programma’s en partieele oplossingen broos en ineffec
tief zullen zijn” en dat ,,zonder stabilisatie nooh et
begrootingsevenwicht noch dat van de administratie
der vlottende schuld kan worden hersteld”, al maken
anderzijds deze twee weer stabilisatie mogelijk. Te
vroeg heeft Keynes er zijn voldoening over geuit, dat
het thans ook tot het officieele Frankrijk is doorge-
drongen, dat de nieuwe waarde van den franc niet aan
het einde, doch in een vroeg stadium der hervor-
mi ngsmaatregel en moet worden vastgelegd. Over
hetzelfde punt uitte zich dezer ‘dagen in den Manches-
ter Guardian Oommercial Sir Arthur Salter, de chef
van de Economische afdeeling van het Volkenbonds-

secretariaat, die van het saneeringswerk als weini-

gen op de hoogte is, als volgt:

De ervaring heeft aangetoond, dat waar een munt.
stelsel volkomen is gedemoraliseerd en het vertrouwen is verdwenen, monetaire stabilisatie moet voorafgan n.
In tusscheugevalleu kunnen beide misschien goed ge-
lijktijdig plaats vinden. Doch waar clepreciatie en des.
organisatie ver zijn voortgeschreclen, niet het hen vel-
gezellenci verlies van vertrouwen, is het hopeloos en nut-
teloos den weg van het herstel te zoeken in bu(lgetaire
maatregelen, zonder eerst of tegelijkertijd het geldwe-
zen
aan te pakken.
Op
het belang van dit beginsel be-hoeft, in verba.iv,t int de verschillende pogingen, welke
zijn gedaan, ons in Frankrijk financieele stabiliteit te
bereiken., geen nadruk te worden gelegd.”
(Wij cur-
siv. – W.)
Poincaré gaat intusschen uit van een ander begin-
sel. Misschien door de parlementaire constellatie ge-

dwongen; op de juistheid of onjuistheid van
zijn
ge-

dragslijn heeft dit echter geen invloed. In de Kamer-

zitting van Zaterdag 11. verklaarde
hij
met een be-

roep op Tsjechoslowakije en Servië, dat alle landen,
die hun geldwezen hebben willen stabiliseeren, be-
grepen hebben, dat als onwankelbaar fundament
daarvan een volkomen begrootingsevenwiciht noodza-

kelijk was. Over stabilisatie sprak
hij
dan ook nog
niet, wel over een, zij het ook beperkte, waardestij-
ging van den franc. In de regeeringsverklaring heet
het, dat de oplossing van het vraagstuk wel eenige
maanden kan duren, terwijl Poincaré voor cle Oom-
mission des Finances verklaarde: ,,Nous devons pro-
céder par étapes”. Dus geen aanvaarding in eenmaal
van het geheele complex herstelmaatregelen, met
meer nadruk nog dan door de Experts door Sir
Arthur Salter bepleit.
Het vertrouwen, meent Poincaré, zal middelerwijl
den Franc scihragen. Van het ‘herstel van vertrouwen
en het ,,verzekeren” van begrootingsevenwicht ver-
wacht men in Frankrijk veel. Aan de rechterzijde

,zelf
vrijwel
alles – de stabilisatie zal dan vanzelf wel
komen. Zoover gaat Poincaré niet, hij kondigt ver-
dere maatregelen aan. Maar het vertrouwen, dat zijn
optreden heeft gebracht, is intussehen slechts een

stemming, niet gegrondvest op
feitelijke
basis. ‘Vant
als zoodanig kunnen de getroffen budgetaire maat-regelen niet worden aangemerkt. En al kan nu wel-
licht ook, gegeven den aard van ‘het Fransclie volk,
een appèl aan de ,,confiance” daar langer doorwerken
dan elders het geval zou zijn, ook daar is men al zoo
vaak teleurgesteld, dat er niet veel meer nôodig zal

zijn, om de stemming te doen omslaan en dan is men
verder van huis dan véér Poincaré optrad. Het ver-
trouwen is, met de woorden van de ,,Oeuvre”, wel een
kalmeerend, doch geen geneesmiddel.

Zijn de dagen dus kostbaar voor Poincaré, onder
de voor ‘het herstel essentieele punten, die hem t
regelen overblijven, bevinden zich die, waarbij hij op
krachtdgen tegenstand van het parlement kan stuiten
of die anderszins niet gemakkelijk zullen zijn te rege-
len. Wij komen hiermede tot ‘de in den aanvang be-
doelde desiderata, waaromtrent zijn standpunt nog

niet bekend is.
Daar is in de eerste plaats de kwestie van de mid-
delen, rioodig voor stabilisatie. Uit het Rapport der.

Experten en hetgeen Prof. Nogaro elders in dit No.
opmerkt, blijkt, dat de goudvoorraad van de Bank, de familie-juweelen, zooais Keynes hem noemt, niet be-
schikbaar wordt gesteld. Buitenlandsche credieten wil
het Parlement, en volgens Prof. Nogaro ook db
Regeering niet. Zij zuJlen, zoolang de ratificatie van
‘de Mellon- en Ohurchili-overeenkomsten niet verze-
kerd is, ook wel niet gemakkelijk te krijgen zijn.’)
1)
De weg, om zich ecu buitenlaiidsch tegoed te schep-
pen uit den verkoop van Duitsche Spoorwegobligaties, is
nog afgesloten. Volgens het in Mei
11.
uitgebrachte Rapport
van den Trustee dier obligaties aan de Commissie van Her-
stel kan jil. voorloopig nog niet worden gedacht aan een emissie in den daarvoor in aanmerking komenden mini-
mum omvang van
1
milliard Mk.

692

ECONOMSCH-STkÇISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

Naar het schijnt bevindt -de Regeering zich hier in ee
impasse; alleen clie groep in Frankrijk, welke alles

van het vertrouwen en enkele bulgotaire maatregelen

veLwacht, zal hierover anders denkeit – –

Zij onderschat echter, zelfs al. heeft men van het

buitenland. slechts een lireclitberettschaf-t” noodig,

in ernstige mate-de reëele beteokeriis -hiervan voor het
herstel van dit vertrouwen, in zijn bovengenoemd

artikel schrijft, Sir Arthur -Salter, dat Oostenrijk,

Hohgarije. en i)uitschlan•d (en Danzig) de eenige lan-

den zijn, waarin de stabilisatie is gesteund door een
internationale ,actie en dat zij te-yens de e-enige geval-

len rijn, waarin de stabilisatie van een volledig gecle-

moraliseer-d gelciwezen stand heeft gehouden. En de

vorige week, in een lezing te Londen, merkte hij in
zake Polen op, dat ,,de afwezigheid van -het vertrou-

wen, dat intertiationale actie schenkt,- een noodlottig

defect bl-edk in Qrabski’s programma”. Na mag men Frankrijk natuurlijk niet zonder meer met Polen. vei-

gelijken.

Het tweede belangrijke punt, waaromtrent -klaai-
iieid zal moeten heerschen, is dat er een einde wordt

gemaakt aan cle creatie van viottende schuld. Dit is
een der hoofdpunten van de hers-telprogramma’s, wel-
Ice tot dusverre zijn uitgevoerd en de F.ransche Ex-
perts deden hieromtrent dan ook scherp om.lijnde

voorstellen. –

– Direct verband hiermede houdt het -derde punt, de
verhouclil]g van den Staat tot de Bank. Gelijk elders
zal liet ook hier de Ba.nk verboden moeten worden

voorschotten aan het Rijk- te verleenen, of zal het

bedrag dezer voorschotten, als- in :Duitschiand, tot
een gering bedrag moeten worden beperkt. In

dit land is liet, maximum 100 iiili.ioen nia.rk, voor niet
langer dan drie maanden, terwijl -het Rijk
01)
het einde

van liet boekjaar blanco moet staan. De bestaande
voorschotten -kunnen dan in schuld op langen ter-,

mijn aan •cle Baiilc worden- omgezet.

Een vierde punt, waaromtrent -men gaarne zeker-
1
liei-cl zou -hebbe.n, zijn -cle credietpolitieke inzichten

der baiïkieiding. Zal. zij-, bij -dreigen-de zwakte van
-den gestabiliseerden Franc, tot een drastische ere-
cl ietrantsoeneei’i ng overgaan, gelijk President Schacht
deed, toen de Mark in het voorjaar van 124 plot-

seling ging afhrolcke]en.? Als vriendin van krachtig
ingrijpen heeft zij zich tot dusverre niet doen ken-
nen. 1-bar angstvallige zorg voor de handhaving vah
-den reeds zoo groeten -goudvoorraad wijst eerder op
het tegendeel. -Ook -de recente disconto-verhooging

van 6 op 7i pOt., is -geen aanwijzing, dat een groB-
zügige politiek zal worden gevoerd; men kan haar
onder de omstandigheden, waarin Frankrijk zich –
thans bevi-n-dt, noch voor -de bin-nenlandsohe erediet-

vraag, noch voor de
–
internationale kap-itaalverplaat-

sing nauwelijks boteekenis toekennen. – –
Een vijf-de punt, niet van zoo principieele beteei

ken is als -cle voorgaan-de, doch niettemin van belang,
is de onvoldoende publicatie, van gegevens omtrent
cle Fransc.hn openbare financiën. De wet van 30
April 1921, die hierin verbetering zou brengen, is,
naar uit het Rapport der Experten blijkt, een doode
letter gebleven. Hun aandrang, hierin wijziging te
brengen, verdient dan ook allen steun.

:aoeve men ook gevorderd zou zijn, indien bo-v.’-
staande punten bevredigend zouden zijn geregeld, ôé
vraag van beslissende beteekenis blijft dan nog over,
nI. of men er op zal kunnen vertrouwen, -dat -de ofltr
worpen maatregelen ook werkelijk -zullen worden

-doorgevoerd.
De i-nternationaJe actie, waarop Sir Art-hur -Salter
w’ijst, heeft -als onderdeel – voor Oostenrijk en Hon
garije behoort het commissariaat-generaal reeds tot
-liet verleden – buiten]an-dscJie contrôle op de -door-
voering -der reconstructie-maatregelen.
Nu is Frankrijk geen overwonnen land, dat men –

voor -eigen bestwil
—
eei
;
-dergeljlce contrôle kan op
leggen en het ziet er allerminst naar uit-, -gegeven. d
overdreven vrees voor – buitei:ilandsche ci’edie-ten, dt

liet er eigener beweging om zal vragen: De kansen

van het herstel hangen -dus af van de echtheid – van
i
-den zelfnkeer van -den zondaar. Zal Frankrijk het’

zichzelf opgelegde ju.k tot het em-de toe -dragen, of

zal het het -eerder afschu-dd-en? De politieke instab.i-
liteit is groet; breede groepen
zijn
van de noodzaak
van -stabilisatie nog niet doordrongen; machtige be-

langen – men vergelijke -het artikel van Prof. No-
garo – werken -haar tegen.

Voor Frankrijk mag men hopen, dat, in strijd met

-de ervaring, de stabilisatie zal slagen op de wijze,
waarop zij thans ter -hand i-s gen ome.0 en dat haar

succes blijvend zal zijn. Vooralsnog echter moet men

naar -het schijnt sceptisch staan tegenover de thans
aangevangen pogingen.

–

D. J. WANS1NJd.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE FINANCIEELE TOESTAND; DE ONTWIKKELING
–

DER KOLONIALE HULPBRONNEN.

Prof. Bert.i’and Nogarb te Parijs -schrijft ons:

–

‘

De finan-cieele toestand.

De f.inancieele toestand blijft dn Frankrijk liet
voornaamste voorwerp van zorg.

In April jI. soheen -het begrootin-gsevenwicht clefi-
uitief en ruimschoots bereikt en -de leden van het

Parlement nam-en in alle -gernoedsrust een -eenigs-zins
late, -doch welverdi-ende Paasehvacantie.
Zij
rekenden

erop, -(lat ovei’eenkomsti.g ee.0 in breeden kring ver-

brei-de opvatting stabilisatie of revalorisatie van den
franc -zou volgen, nu het begroot-ingsevenwicLht ten

voile was verwezenlijkt. Do toenmalige Minister van –
Financiën scheen deze -gemoedsrust te doelen; voor
Regeering en Parlement was het dan ook een pijn-
lijke verrassing, -dat het pond opnieuw ging stijgen,

kort nadat een beslissende fiscale kracht-s-inspanning

•had plaats -gevonden. Men moest zwichten voor de
feiten: eens te meer werd bewaarheid, dat het begroo-

-tingsevenwi.cht niet voldoen-de is, rn den wisselkoers
te stabiliseeren, aangezien er -tusschen deze twee ver-
schijnseleii geen scherp oorzakelijk verband bestaat.

Toen werd, ondanks -den -tegen-stand van -de Bank
van
Frankrijk,
de ,,masse de -manoeuvre”, door de
Morgahleening -gevormd, aan het werk gezet, welke
reed-s eenmaal eer-der -den franc had -gered. Zij, die
ermede waren belast, haar op de markt te werpen,
verkend i.gden echter -in de eerste plaats, dat zij on-
vol-doen-de was- -en vervolgens, dat -de negen maal zoo
groote goudvoorraad van de Bank, die de grootste

gou-dvoorraad van Europa is, in geen beval zou wor-
den aangesproken. Voorts deed de meen-iflg, dat -deze
in-t-erven-t-je op de wisselmarkt van korten -duur zou
zijn, talrijke importeurs ertoe overgaan, -zich van
te voren te dekken, -hetgeen -de markt uit haar even-

wicht wierp. De onmogelijkheid, de Bank tot een
nieuwe poging te bewegen, leidde tot -het aftreden
van den Minister -van Financiën en een nieuw kabi-
net-Br-ia.nd vorm-de zich, waar-in -de -heer Oaillaux met
twee medewerkers, gekozen uit de beste parlemen-
taire specialisten, de portefeuille van financiën op

zich nam. – –
Voor de eerste maal sinds- den oorlog werd toen
-het vraa-gs-tulc van de stabilisatie van den franc on-
bewimpeld -door een Fran-sche regeering aangesneden.
Gegeven de heerschen-de geestesgesteldhei-d en de fei-
telijice moeilijkheden, die daaruit voortvloei-den,
scheell het niet -mogelijk, ondanks den omvang van
den metaalvoorraad van de Bank, een -direct en on-
middellijk monetair herstel te overwegen door -terug-
keer tot de inwi-sselbaar.heid -van biljetten in goud,
uitsluitend voor bu-itenlan-dsche betalingen en op
-den grondslag eener nieuwe pariteit. Men moest -der-
halve voor de regularisatie van de wisselmarkt reke-
nrng houden met de noodzaak van het opnemen van
buiteniandsche leeningeu: aldus luidde overigens ook
-het programma van -het ,,Oomité d’experts”, -dat door

4 Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

693

de vorige regceri.ug was ingesteld. Doch het opne-
men van credieten in het buitenland zou de goed-

keuring van de overeenkomsten van Washington en
Londen inzake de intergeallieerde schulden met zich

kunnen brengen. Hierin was een eerste hinderpaal
aan de zijde van het Parlement gelegen. Voorts vroeg

de regeoring, aangezien de noodzaak scheen te be-
staan van een sneilo aanpassing der belastingen, bui-
tengewone bevoegdheden, om gedurende het parle-

mertta’ire reces te kunnen overgaan tot deze aanpas-

sing en tot het, afsluiten van leeniugen in het buiten-
land. Do tegenstand tegen dit verzoek om ,,plei’ns
pouvoirs” werd het voorwendsel, waarvan zekere

parlementaire leiders ter linker- en ter rechterzijde

gebruik maakten, om togen de regeering te laten
stemmen; in werkelijkheid kwam het streven naar
stabilisatie in botsing met zeer machtige belangen,
die op handige wijze de parlementaire gewetensbe-zwaren en intrigues wisten op te wekken.

De nieuwe regeering der ,,nationale eenheid” i

voornemens, zich te redden zonder buitenlandschen steun tot handhaving van den wisselkoers. Zij denkt
er evenm’in over, gebruik te maken van den goud-
voorraad van de Bank, doch indien zij aan het g-roote
publiek vertrouwen inboezemt – hetgeen op het
oogeublik waarschijnlijk schijnt -, dan zal de kas-
positie worden vergemakkelijkt door een groote ver-
nieuwing van schatkistpapier en de wisselkoers zal waarschijnlijk verbeteren, uitsluitend door de hoop
op een verbetering en ook, omdat de markt dan ont-
last kan blijken door het feit, dat tal van importeurs
zich ‘in ‘het voren hebben gedekt. In ‘dit geval zou een
herstel van den franckoers kunnen plaats vinden en
vervolgens rou het mogelijk zijn, bij een stijgende
tendens te stabiliseeren door met francs het pondeu
en dollarover.schot, dat ter markt wordt aangeboden,
op te nemen.

* *
*

De ornwi/ckeling der 1ioloniale hupbro’nne’iv.

Ondanks de financieele moeilijkheden, die ‘voor-
namelijk- beslag leggen
01)
de aandacht van het pu-
bliek, gaat de economische ontwikkeling van Frank-
rijk op bevredigende wijze voort: de verwoeste ge-
bieden zijn bijna hersteld, de industrie, ‘die sedert den
oorlog zeer in omvang is toegenomen, kent bijna
geen werkloosheid en de Fransehe kapitalisten leg-
gen zich meer en meer toe op de ontsluiting der
koloniën, waarvan de productie zich zeer snel nt-
wi kkelt.

Niemand, die niet de beteekenis kent van het nieu-we Fransche koloniale rijk, waarvan de voornaamste
doelen zijn: Continentaal Afrika, Madagascar en
Indo-Ohina. Deze laatste kolonie is het ‘dichtst be-
volkt – zij telt een 20 millioen inwoners – en •haa.r
bévolking is het verst ontwikkeld; zij is ook de rijk-
ste. Madagascar, grooter dan Frankrijk,
heeft slechts
3 nriilioen inwoners, doch zijn bevolking heeft een
bijzonder groot aanpassingsverniogen en de leidende
elementen zijn reeds volkomen aangepast aan het
Fransche leven. Wat Continentaal Afrika betreft, dit
omvat in de eerste plaats cle drie groote Noord-
Afrikaansche bezittingen – Algiers, Tunis, Marok-

ko – vervolgens het uitgebreide Nigergebieci
(Fransch West-Afrika) en een deel van het Congo-bekken (Fransch equatoriaal Afrika). Hoewel geen
enkele spoorweglijn de Saihara doorsrijdt, is Noord-
Afrika reeds met het Fransche Zwarte Afrika ver-
bonden en bezit
Frankrijk
in Afrika een
aaneenge-
sloten
gebied, dat ‘bijna even groot is als Europa.

Noord-Afrika heeft, gelijk bekend, een gematigd
klimaat en lee:nt zich bijzonder voor duurzame vos-
tiging van Europeanen en voor Europeesche cultu-
res. Bijna 1 millioen Europeanen, waaronder de
Fransehen de overwegende meerdenheid vormen, zijn
thans in dit gebied gevestigd, te midden van een
12-1al millioen inboorlingen. Dit uitgestrekte gebied

– alleen reeds tweemaal zoo groot als Frairilcrijlc –
i)1OÇI
ucceit overvloedig en exporteert : graan, wij
“i,
vee, vol, tabak, olijfolie, kurk, groenten – in het bij-

zonder ‘de primeurs, die op de Eciropeesche markten
worden verkocht – waarbij zich dan nog voegen de

Afrikaansche vruchten, sinaasappelen, daclels, enz.
liet bevat bovendien zeer belangrijke hoeveelheden
mineralen, clie nog onvoldoende zijn geëxploiteerd:
steenkolen ontbreken, doch ijzer en fosfaten hebben
een intensieven mijnbouw in het leven geroepen: de
fosfaatproductie van Algiers en Tunis en Marokko

heeft 34 millioen ton overschreden en vormt
de
helft van de geheele wereldproductie.
Alles bijeengenomen levert de Noord-Afrikaansche
‘groep alleen reeds
aan het nwederla’n4
voor meet dan
3 milliard goederen tegen
44
milliard, welke wor-
den geleverd door de gezamenlijke Fransche koloniën.
De andere koloniën hebben, ondanks ‘hun versprei-

ding, dit gemeen, dat zij bijna alle in tropische zone
gelegen zijn, hetgeen maakt, dat ‘de meeste hunner

‘geschikt zijn voor dezelfde cultnres. Zoo wordt de
katoen – waarvan de cultures reeds sinds lang in

zekere warme streken van Algiers worden beproefd,
– thans verbouwd, zoowel in West-Afrika (in hoofd-
zaak de Niger-vallei) als in Judo-China. De Fransche
‘katoenproductie staat echter nog slechts in de kinder-

schoenen. De Fransohe koloniën leveren het moeder-
land nauwelijks 20.000 ton katoen van de 325.000,
welke het ieder jaar noodig heeft. Maar reeds kan

men vaststellen, dat op ‘verschillende punten de pe-
riode ‘van proefnemingen voorbij is :i n Wî
es
t_Af
r
ik
a

zoowel als in indo-Chi na zijn de verschillende cul-
tii urmethod en. genoeg bestudeerd en o’nt’ ikkel t zich
cle productie, zoowel (loor de aan de inlancische ver-
bouwers vorleencie faciliteiten als door het initiatief
(Ier groote maatschappijen; het schijnt op het
oogenblik, alsof de Fransche koloniën eens de moe-
cl cr1 andsche markt geheel zullen kunnen voorzien.

-. 01) het oogenbiik is de meest ontwikkelde produc-
tie ‘der Fransche koloniën clie van ol:iehoudende za-
den, Çaardnoten enz.), welke een grooten exporthan-
dol heeft doen ontstaan. De boschexploitatie neemt
oveneens een belangrijke plaats in in de ontwiklceling
dezer kolonën: wetenschappelijke zendingen hebben
getracht de soorten te classificeeren en ‘hun eigen-
schappen voor bouw- en meubeldoeleinrle’n vast to
stellen en bekend te maken en de koloniale houtsoor-
ten nemen thans een belangrjko plaats in, bij de voorzienng der Fransche industrieelen en hand-
werkers.
Wat ludo-China aangaat, buiten de katoencultuur,
welke duidelijk vorderingen vertoont, doch nog wei-
nig ontwikkeld is, wordt hier in overvloed
rijst
en
rnbber geproduceerd en geëxporteerd. Nauwelijlcs een
vijftiental jaren geleden ingevoerd, vertoont de
heveacuituur thans een dergelijke ontwikkeling, dat
Indo-Ohina een der groote rubberproductiegebieden
der verelcl schijnt te zullen worden. In dit land van
het Verre Oosten begint zich overigens ook de in-
dustrie te ontwikkelen, zoowel door de volmaking der
Inlandsche productiewijzen als door de oprichting
van Europeesche fabrieken; goede en gemakkelijk te
exploiteeren kolenmijnen zullen in sterke mate den
opbloei bevorderen.

Madagaskar leent zich ‘egens zijn dunne bevolking niet tot een even snelle ontwikkeling. De veestapel is
zijn voornaamste rijkdom en de coriservenfabrieken,
welke daar reeds vele jaren bestaan, vergemakkelijken
‘den vleeschexport; de klimatologische omstandighe-
den, heet in de lage deden, gematigd op de centrale
hoogvlakte van het eiland, stellen in staat tegelij-
kertijd de tropische cuitures (koff ie, ohiehoudende
zaden, suikerriet enz.) als de Europeesche te ont-
wikkelen.
Ten slotte vormen de lcleine Fransc,he kolonië n,
verspreid in de Caraïbische Zee, in den Indischen
Oceaan, in den Pacif ie, ondanks hun geringen om-
vang, zeer to waarcleeren bronnen van rijkdom: de

694

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

oude Antillen-koloniën (Martinique, Guadeloupe,

enz.) en Réunion voorzien bij voortduring het moe-
derland ‘van een zeer aanmerkelijke hoeveelheid sui-
ker, koffie en cacao. Nieuw-Oaiedonië is, met Canada
én •der twee grootste nikkelproducenten der wereld

en bezit thans hoogovens, waardoor het het ruw
erts niet meer behoeft te exporteeren.
Slechts de kleine eilandjes, verloren in den Atlan-
tischen en $tillen Oceaan hebben geen economische

waarde van beteekenis: St. Pierre en Miquelon, bij
New-Foundland, blijven een groot centrum voor de

visscheri,j en de Fransche eilanden in de Pacific pro-
duceeren vanille voor de geheele wereld.
De ontwikkeling der Franscihe koloniën kan op

zichzelf worden beschouivd en ook in samenhang met

de economische ontwikkeling van het moederland. In

de huidige omstandigheden is het vooral vanuit dit
laatste standpunt, dat zij de F.ra.nsc’he openbare mee-
ning interesseert: vooral wegens de wisselkoersmoei-
lijkheden ‘houdt men zich er vooral mede bezig uit

cle koloniën zooveel mogelijk grondstoffen te betrek-

ken – in het bijzonder de katoen – voor welke
grondstoffen Frankrijk thans nog in zeer groote

mate schatplichtig aan het buitenland is.
Men kan derhaive zeggen, dat het koloniale vraag-
stuk op het oogeublik een des ‘te grootere pieats in-

neemt in de openbare meening, omdat het verbonden
is aan de meest dringende zorgen.

AANTEEKENINGEN.

Bijeenkomst van de afgevaardigden der voormalige,

,,International Welfare Workers” op den Rigi.

De Intern. Ass. of Welfare Workers heeft op haar
laatste congres, dat in Juli 1925 in Vlissingen ge-
houden is, tot naamsverandering besloten. Daar is
vaak genoeg heel wat ,,in a name”. De Vereeniging

heeft verleden jaar terecht willen te kennen geven,

dat ‘zij iets anders beoogt dan ,,Welfare Work” in dër
ouden zin van het woord. Daarom heet zij nu:
,,In-

ternaiorbal Associctiion for tive study and insprove-
ment of hunia’a relations an,d conditions in industry.”
Deze nieuwe naam is nU ongetwijfeld héél duidelijk,

geeft het doel zoo precies als dit anders alleen statu-
ten plegen te doen. Maar hij is tevens ‘zulk een strui-
Icelbiok voor iedereen, die schriftelijk niet de vereeni-,
ging te maken heeft, dat hij of zij, die erin slaagt,
ongeveer hetzelfde in een woord of 5, 6 te zeggen, op de dankbaarheid der Vereeniiging kan rekenenH
Welnu, ‘de afgevaardigden dezer tamelijk kunstma-

tig tot J. R. T. afgekorte Association zijn van 10-
15 Juli op den Rigi bijeen geweest. Ik was er als gast
bij aanwezig en men heeft mij gevraagd, een kort be:

richt erover voor de E.-S. B. te schrijven.
Daar was slechts é6n onderwerp van bespreking:
,,The clevelopment of scientific and efficiency me-
thods in industry and their effect on those taking part,” dus: de invloed van de rationaliseering der

industrie op de iverkers.
Ingeleid werden de discussies door &mn hoofdvoor-
dracht en door een reeks van korte toespraken over

de situatie ten opzichte van de rationaliseering der

bedrijfs- en werkmethoden in eenige landen, waarvan

af..gevaardigden aanwezig waren.
Het is typeerenid voor de tegenwoordige situatie der wereld, dat er in alle internationale bijeenkom-
sten, waar sociale en economische problemen behan-
deld worden, twee zeer verschillende standpunten

voor den dag komen.
Daar zijn –
eenerzijds –
de Europeesche staten

met hun groote, zij het dan ook niet overal even groo-

te, nooden; en daar zijn
anderzijds
de Vereenigde

Staten, die tegenover de centrale problemen daarom
zoo geheel anders staan dan wij, omdat hun afzetmo-
gelijkheid voorloopig over het geheel vrijwel onbe-
grensd is en de ,,factor arbeid” zoo ,,zeldaa” is.

Op den Rigi sprak
Dr. Stephan von Zaborsky
over

liet door de convulsies van den oorlog geboren en
voor zijn bestaan vechtende Hongarije, waar men

met sociaal werk nog
nauwelijks
begonnen is en waar

slechts weinige verderzienden zich voor rationalisee-
ring in den wijden zin van het woord interesseeren.

Voor Duitschiand wees
Dr. Hildegard Bbhnie
erop

dat de economische situatie het met zich medebrengt,
dat rationalisatie niet alleen vaak met loondaling

samengaat, maar ook tot een, misschien slechts voor-

loopige, vermeerdering der werkloosheid leidt. Dit

maakt, dat de Duitsche arbeiders, ook wanneer zij

als Marxisten den technischen en organisatorischen
vooruitgang in principe toejuichen, zich er in de

practijk vaak tegen verzetten. Toch is het onvermij-
delijk, dat aan alles, wat verspilling in de industrie
kan tegengaan, veel meer aandacht wordt besteed,

dan tot nu toe het geval is. De dames
Göransson
en

Ojessen
(inspectrice van den arbeid) hadden uit
Zweden en Denemarken over de rationaliseering

geen groote feiten te vermelden.
Daartegenover stonden nu de berichten uit de

V. S., waar sedert meer dan 50 jaar technici in den
wijden zin zich in toenemend aantal en met stijgende
intensiteit met de rat,ionaiiseering der bedrijfs-

methoden bezighouden.
Mïss Reticker
van de Taylor

Society vertelde interessante dingen uit de geschie-
denis der tijd- en bewegingstudies, van de ,,plan-
ning,” de calculatie op verschillend gebied: de ,,cost
of counting,” de ,,sales administration,” die op be-

langrijke resultaten, ook t.o.v. de stabilisatie der

werkgelegenheid kan bogen. Het werk, door eenige
individuen begonnen, w’erd door organisaties, waar-
van de Technical Engineers en de Taylor Society

vooraanstaan, met kracht en met groote middelen

voortgezet. In de Taylor Society heeft vooral het
echtpaar Gilbreth aan het human element alle aan-
dacht gewijd en in woord en schrift op de noodzake-

lijkheid, het geheele arbeidsproces en het arbeiders-
leven te bestudeeren (,,24 hours’ psychology”), ge-
–

wezen.
De ziel der bijeenkomst op den Rigi was de draag-
ster van den naam, die met de Taylor Society even-

zeer verbonden is als die van Taylor zelf:
Mrs. Lilian

Gilbreth,,
Frank Gilbreth’ weduwe en buitengewoon
begaafde medewerkster, ‘zelf Oonsulting Engineer

and Member of the Board of D. of the Taylor So-

ciety. Het is niet mogelijk, dat, wat
zij
uit den schat
van haar weten en haar practische ondervinding zoo
frisch en levendig mededeelde, in enkele woorden
weer te geven. (In Amsterdam zal zij, vermoedelijk over verwante dingen, op het Congres der vrouwen
met academische opleiding spreken.) Het was boven-
al aan Mrs. Gilbreth te danken, dat de discussie over een onderwerp, waaraan zoo beangstigond veel kan-ten zijn, binnen de perken gehouden werd.
Zij
heeft

er met kracht op gewezen, dat een zoo jonge vereeni-
ging, die onder haar leden een groot aantal ,,Person-
nal workers”, ,,So’zial sekretiire”, maatschappelijke

werkers in de industrie telt, voor wie dus de belang-
stelling in de menschelijke zijde der problemen voor-
opstaat, zich tot enkele, eenvoudige, zoo scherp mo-
gelijk omljude kwesties moet beperken. Dan alleen

zal de organisatie in staat zijn, iets eiigens
bij
te dra-

gen. Zoo leidde zij een animeerende en geanimeerde
bespreking in over het gecompliceerde vraagstuk der

vernsoeienas
en haar ‘directe en indirecte, physiolo-

gische en psychologische oorzaken. Deze gedachten-
wisseling had men nog dagenlang kunnen voortzet-

ten.
Het ontbrak Mrs. G. niet aan inzicht in de tegen-

stelling Amerika—Euiopa. ,,Wij zullen de verschil-
lende landen zoo goed mogelijk moeten uiteenhou-
den. In de V. S. is zooveel bereikt, wat in vele lan-
den van Europa op voorloopi:g onoverkomelijke moei-

lijkheden stuit.” Toch zal ,,Europa” er ook in deze
jonge en kleine ,,Internationale” telkens op moeten
wijzen, dat Amerikaansche methoden slechts zelden z66 maar aan deze zijde van den Ati. Oceaan toege-

past kunnen worden. –

4 Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICIÏTEN

695

–
In 1927 zal wederom een kleine conferentie, dit-
•

Data
Sfock-
ho1m)
–
Oslo
)
Ij
s
i

lng-
Buenos-
1
Aires
1)
Mon-
treal’)
maal in Italië worden gehouden. Men wil ei-aan vast-
•
1
fors’)
_____
_____
–
_____ ______ _______ 27 Juli

1926 66.65

66.-

54.70

6.26

1OOy,

249K
knoopen een ,,Summer Sihool,” waarin het vraagstuk
der rationaliseering

door verschillende sprekers zal
28

,,

1926 66.65

66.-

54.70

6.28

1003%

2•48/j6
worden belicht.

.
29

,,

1926 66.65

66.-

54.55

6.27

100

2.49(

li
et eerstvol.gen.cl
congres zal in 1928, vermoedelijk
30

,,

1926 66.65

66.-.

54.25

6.271

]OO’-

2.49h

in
Engeland, plaats hebben.
31

,,

1926

_

6.27

1OO

2.49k

ITet secretariaat der Association, dat op het oogen-
2 Aug. 1926 66.65

66.02

54.55

6.27

101

2.49,1
8

Lagsted.w.
1
)
66.55

65.90

54.45

6.25

1OO’-

2.48k
blik nog in Zürich zetelt, zal binnenkort naar Hol-
Hoogste d.wl) 68.70

66.05

54.70

6.30

bit,,

2.493f
land verhuizen.

J.
v. A.
26 Juli

1926 68.65

66.-..

54.70

6.27

1OO9

249K
19

,,

1926 66.65

65.95

54.70

8.271

101

2.491/
4

GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.
Muutpariteit 166.67

66.67

66.67

48.-

105

2.4881
8

8)
Noteering te Amsterdam. *9 Not. te Rotterdam.
1)
Part. opgave.

Laatstbekende noteeringen’ te Amsterdam en Rotterdam op
1
Juni 1926
Juni 1925

Giro’s
(eenzijdige ver-
Aantal
melding)
miIlienen
_______ _______
moeneni
______
Aantal
—
Aug. 1926 vdor
telegrafische
uitbetaling op:
____________
–
–
Girobetalingen aan
1 Bank-
gemeenteinstellingen
f
45,6
20687
f
74,4 14.062
(u1den per
Pan
Koers
dis-
Girobetalingen aan
_______________
1
conto
Eitropa.
_________
_______
_________
_______

010
particulieren
,, 20,3 70.254
,, 21,-
58.281
GeWomzet.
Londen*)
£
12.1O
12.10
5

,,

4,8
6.870
4,8
6.385
Berlijn
S)
100 Mark
59.261
59.25
6

,,

6,9
29.413
6,6
26.572
100 Franc
48.-
6.06
7
Ontvangsten

……..

Part.rekeninghouders
,, 17,7′
27.350
2

18,6
1

24.6732
Brussel
S)

ZÜIiCh*)
100
100
48._
48._
6.35 48.17
7
Betalingen

……….

Waarvan

rekeningh.
welke gelden voor 1
100 Kronen
50.41′
7.37 34
6

jaar

vast

hebben
100 Schilling
35.-
35.20
74

gedeponeerd ……..
8,3
2.809
2

9,1 ,,
2.6232
Mili. Kronen
50.41
1)

34.90
7

t) Gemiddeld saldo te goed.
2)
Einde
der maand.

Stamboel

……..

100 Lei
100 Lêva
100 Dinar
Turksch
£
48.- 48.-
48.-
10.93

1.13 1.79
4.40
1.38

6
7
6
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
GELDKOERSEN.
100 Drachme
48.-
2.75
10
OPEN MARKT.

Parijs
S)
………….

Madrid
S)

..

..

100 Lira
100 Peseta
48.
–
48.-
8.05
38.224
7
5
1926
11

1925
1924
1

1914

Weenen
5)
………..

Boedapest

………..

Kopenhagens)

..
. .
Escudo
100 Kronen
2.6%
66.67
0.124
66.-
9
5
–
31Juli
26-31 19-24
12-17
1127Ju11_I128Ju11_II
20-24
Juli
1

Juli

–
Juli
ji
Aug.11
2 Aug.11
Juli

…………
Praag

…………..

Boekarest

……….

100
100 66.67 66.67
54.55
66.65
54
44
—
Amsterdam
Partic.disc.

251_11I
1
,
29/16-‘/,6
2i1
8
.2
11
1,
6

21
1
87
1
8

3118_314

2
1
1
2-
3
I4

3
1
18-‘
11
6

Sofia

…………..

Milaan
S)

……….

100
IJsi. Kr.
66.67
54.90
Prolong.

32)

2-3

2114-211

2114-314

21123112

2314

2114314

Belgrado …………

Lissabon ………..

..

..

100
Zioty
48.-
26.50
10
Londen
Dageld
..

3112-4

3112-4

3.4114

35

3
‘/2
–
4’/2

2
1
/2-3.I4

121
4
.2

Athene

…………

Kovno (Litauen)
100
Lita
24.88
24.50
Part c.dlsc.

4
1
j4_
5
1I6

4
1
14
5
116

414-116

41j
4
_31
5

431_1j

P/
4
-7/
s

21/4-2/4
Riga
(Letland)

. . .
100
Lat
48.-
48._
8
Berlijn

Oslo 5) …………..

Warschau
……….

Reval (Estland)
100
Estl.Mk.
0.664
0.664
DageId
..
4ij6/,
2
312-612

3..51/

3-5112

8
1
12.12

–

–
Part c.disc.

Stockholm
5) ……..

100
Finnmrk.
6.26 0.27
74
30.55 d..
.

43/
4
2)

4
1
/2.3/4

41/

4
1
/2

77/

–

–

Reickjavik
………..

Tjerwonets
12.80
12.80
56-90 d..
.

41/
s
2

4’/2

4
/2

4′!,

7’18

–

2
8
/8.
2
/2
(10
Roebel)
Waren-
wechsel.

5.11
4
2)

5-14

5

418-5
1
18

911
4

–

–

Helsingfors

……..
Moskou

…………

Amerika.
100
Gulden
48.40
48.25
7

New York’)
CaIl money

5.11
4

4.511
4

4.11
4

4_31
4

33/
4
_42/
4

2.1/
4

13/421l2
New-York
t)
$
2.4875
2.484
34
Partic. disc.

3
1
12

3
1
12

3
112

3
1
12

331
8

–

–
Canad
$
2.4875
.2494
8)
Cail money-koers van 30 Juli en daaraan voorafgaande weken
t1n,.
Mex. Dollar
1.21
Vrijdag.
2)
Koers van
30
Juli.

.
Peso (papier)
1.0568′
1.004

WISSELKOERSEN.

Danzig

…………

La Paz (Bolivia)
..
Boliviano
0.97
0.894

KOERSEN IN NEDERLAND.

Rio de Janeiro…
.
Milreis (pap.)
0.8075
8

0.38

Bogota (Columbia).
Peso (papier)
Peso
0.9080
2

2.42
0.30
2.44
Data
New

‘Londen
Berlijn
Parijs
BrussellBafavial)
York)
1
”

Valparaiso
………

Quito (Ecuador)
. .

Montevideo (Urug.)

Sucre
Per.
£
Peso

1.21
12.104
2.5725

0.45
9.10 2.48
27 Juli

1926
2.487
s

12.104
59.26
6.11
6.124
100l1
28

,,

1926
2.48
18
1,
12.094
59.24 5.95
6._
10081
8

Caracas(Venezuela)
Bolivar
0.4795
0.48
29

,,

1926
2.4811/,
6

12.101 59.26
5.934
6.164
100X
Paramaribo

…….
Gulden
1.-
0.99
30

,,

1926
2.4811
8

12.104 59.26
5.98
6.274
100k
Willemstad (Curaç.)
Gulden
1.-
1.014
31

,,

1926
–
–
–
–
–
100!.
San José
(0.
Rica)
Colon
0.6220
0.62
2 Aug. 1926
2.48iI/,
12.104 59.261
6.534
6.60
100(
Peso
0.0415 0.0415
Laagste(I.w.i)
2.4834′
12.094
59.21.
5.721
1

5.90

1
10011
8

Managua (Nicarag.)
(Jordoba
2.484
2.52
Hoogste d.wl)
2.49
12.104
59.27 6.60
6.65
100%
San Salvador (Salv.)
Colon
1.2440
1.24
26
Juli

1926
2.488/
8

12.104 59.26
6.43
6.524
100

Montreal

……….
Mexico

…………

Azië.
19

,,

1926
2.48k
12.10
59.22
5.37
5.7641
100l1
8

Buenos Aires
……..

Calcutta
………..
Rupee
0.807
0.904
4
Muntpariteit
2.48%
12.10
59.26
1
48.-
48.-
100

Lima (Peru)
…….

Batavia

………..
Gulden
I.C.
Yen
Dollar

1
7
_
124
1.004
1.174
7.3
Data
serland
Weenen
Praag
Boeka-1
rest1)
1
Milaan
Madrid
••
Taël
1.344
1.76
27
Juli

1926

48.18

35.20

7.37

1.14

7.924
38.35

Guatemala
………

Singapore

……..
Straits Doil.
1.4125
1.404
28

,,

1926

48.17

35.20

7.38

1.14

7.85
38.374
Phil.
Peso
1.214 1.224
29

,,

1926

48.16

35.20

7.37

1.13

8.024
38.05
Bangkok
……….
Tical
0.914
1.124
30

,,

1926

48.18

35.20

7.37

1.13

.
8.024
38.374

Kobe

………….

Teheran (Perzië)
.
Kran
0.26
31

,,

1926

–

–

7.37

1.15

–
–

Hong Kong

…….

Afrika.
2
Aug. 1926

48.174

35.20

7.38

1.124

8.124 38.20

Shanghai

………

Kaapstad

..

£
12.104
12.074
Laagsted.w.1)

48.14

35.10

7.36

1.10

7.824
38.-

Manilla

………..
.

Egypt.
£
12.42 12.42
aoogsted.wl)

48.20

35.20

7.40

1.20

8.25
38.80
Austraiië.
26
Juli

1926

48.19

35.20

7.37

1.13

8.26

Alexandrië………

Melbourne, Sidney
19

,,

1926

48.20

35.20

7.37

1.15

8.324
39.25
1
31*10
en Brisbane
.
£
12.104
12.12
Muntpariteit

48.-

35.-

50.41

48.-

48.-
48.-
Nieuw Zeeland
.
£
19.104
12.12
)
Noteering te Amsterdam.

8)
Noteering te Rotterdam.
t) Particuliere opgave.
1)
Pariteit der voorm.
Oostenr. Kroon. 2)
Goudpeso.
3)
Milreis
Goud.
5)
Not, te Amsterdam.
*)
Id. te Rotterdam.
Overige
not, part. opgave.

696

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

D a a
Londen
($per)
Parijs
($p.IOOfr.)($p.lOOMk.)($p.lOOgld.)
Berlijn
Amsterdam

27 Juli

1926
4,861.(
2,49
23,80
40,18
28

,,

1926
4,865/
2,394
23,80
40,39

29

,,

1926
4,8651
2,4l
23,80
40,181
30

,,

1926
4,86l1
2,40
23,80
40,38

31

,,
.

1926
4,86%
2,43
23,80
40,17%

2 Aug.

1926
4,86s„
16

2,664
23,80
40,174

3 Aug.

19251
4,85
3
%
4,74
23,80
40,18

Muntpariteit …
4,8667
19,30
23,81%
4021,

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en

INoteerings-‘ Landen
eenheden
17Juli)
1926

1

24
Juli)
1926

ILaagste1ooesteI
26131
Juli’26

1
31
Juli
1926

Alexandrië.
.
Piast. p.0
97% 97%
9771
97
/ie
9734
Athene

….
Dr. p.
£
402 435% 430
463
442%

Bangkok …
Sh.p.tical
1110j.(
111018
1110
5
111081,
111081
8

Budapest
.
..
Pen. p.
£
27.85
27.85 27.75
27.95 27.85

B. Airesl). ..
d. p.
$
4551
s

45131
4551,6
4519132

4591,0

Calcutta ….
Sh. p. rup.
115
1
‘
163
15
31
1
22
115
29

132
115
32
1
32

1
1
515
116
Constantin..
Piast.p.h
880
875 860 885 865
Hongkong ..
Sh. p.
$
‘2
.
‘
.43
2/28/
8

2/2isj
2I2
21
1
3
Kobe

……
1111
9
3
16
1
1111
76

1
1
1
11
1/118/
s

1
1
1151
5

Lissabon
1)
. .
d. per Esc.
2171
82
2
11
1
32

:22
2ij2
2
15
1
84
2j
:82
Mexico …..

.Sh.p.yen

d. per
$
24
24
23
25
24
Montevideo
1)

d. per
$
49%
49%
48
49%
49:/,

Montreal
.
..
$
per
£
. .
per Mii.
4.85
%
4.85
76

4 85
76

4.85
5
1
4.85
T
s
v

R.d.Janeiro
1)

..

784 717:
1
32
8
7o
719!
I32
Shanghai
. . .
Sh. p. tael
21
1
11
16

,
2/11l/
211051
4

2/lls/,
2111

Singapore…
id. p.
$
213291
1

82
2/3
20
/
32

2/313/te
2/331/
s

0329
1
1
163
Valparaiso
2).
$
p.
39.70 39.70 39.70 39.70
39.70

Warschau ..
ZI. p.
£
48
3
)
4634
43
48
45%
1)
lelegralisch transtert.
) 91.1
og.
.1)
Dieclen.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)

Londen1
N.York2)
Londen
26 Juli
1926.. 2934
6371
9

26 Juli
1926
…..
84/10%
27

,,
1926..

2934
637,
27

,,
1926
84110%

28

,,
1926…

295
6 4y
4

28

,,
1926
…..
84/10%
29
1926…

2921
6411
29

,,
1926…..
84111

30

,,
1926..

29
7
/
6371
s

30

,,
1926
…..
84/11%

31

,,
1926…

29o
8

635
31

,,
1926……
84111%

1
Aug.
1925…

32
69%
31 Juli 1925…
.
–

20
Juli
1914..

24
18
116
541/8
20 Juli
1914….
84111

1)
in pence p.oz.stand.
2)
Foreign silver in
$c.
p.oz.fine.
3)
in sh. p.oz.fine

STAND VAN ‘s RIJKS KAS.
De Minister van Financiën maakt bekend:

Vorderingen.

1
23Juli 1926
1

31Juli 1926

Saldo bij de Nederlandsche Bank
f
45.168.436,85
f

17.109.873,34
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,

1.601.653,08
–
Voorschot
op
tilt. Juni 1926 aan de ge-
rneenten
op
voor haar door de Rijks-
administratie te heffen gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten
op
18.006.368,47
,,

18.006.368,47
de Rijksinkomsten bellsting…………
Voorschotten aan de koloniën ……..
buiteni
14
..4.069.934,86
,,

11.199.095,51
144.199.928,80
Kasvord. weg. credietverst. ajh.
Daggeldieeningen

tegen onderpand
,, ,,

van Staatsschuldbrieven

……….
17.700.000,-
,,

31.7C0.000,-
Saldo der postrekeningen van Rijks-

..8.971.776,76

18.076.744,33

…

,,

13.359.752,15
comptabelen

………………..
….
Vordering
op
het Staatsbedrijf der
T.

en

T.
2
) ……………………..
Id.
op
andere Staatsbedrijven 2)
……-
,,

3.748.348,03
,,

.
3.928.348,03

V
e r
p1 i c
hti n ge n.

Voorschot door de Nederl. Bank….

–

–
Schatkistbiljetten in omloop
1
)………..127.630.000.-

f

127.630.000,-

Waarvan direct bij de Ned. Bank..

–

–
Schatkistpromessen in omloop ………52.290.000.-

,,

52.290.000,-

Schuld a.d. Bank
v.
Ned.Gemeenten 2)..

–

561.141,80
Zilverbons inOmloop ……………….14.266.134,-

,,

14.038.934.-

2)

24.856.112,48
Id. a. h. Alg. Burg. Pensioenfonds

..,,
34.685.225,48

,,
Id. a. h. Staatsbedrijf d.
P., T.
en
T. 2)..

44.750.371,14

46.145.723,44
Id. aan andere Staatsbedrijven
2)

……..480.000,-

,,

455.000,-
Id. aan diverse instellingen
2)
……..
…3.630.597,95

,,

3.598.178,28
1)
Waarvan
f
12.056.000 vervallende
op 1
Juli 1929.
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.
De Minister van Kolo niën maakt bekend

24_Juli1926 31 Juli 1926

Voorschot uit
‘s
Rijks kas aan N.-lndië
f

383.000,-

f

85.000,-
Indische Schatkistprom. in omloop ..,,23.250.000,’-
,,23.950.000,-
Voorschot Javasche Bank aan N.-Indië
,,
2.692.000,-
–
Muntbiljetten

in

Omloop

……………
34196.000,-
,,34.365.000,-
Ten voordeele van Ned.-Indië ge.
boekte beleggingsgelden van het
4.435.000,-
,,

3.911.000,–
Ned.-lnd. muntfonda……………….
Idem van de Ned.-Ind. Postspaarbank.
,,

953.000,-
,,

911.000,-
f65.909.000,- f62.883.000,-
Totaal
…………………….
Te goed bij de Javasche Bank
–
,,

339.000,-
In

‘5

Lands

Kassen
……………….
–

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 2 Aug. 1926.

Activa.
Biunenl.Wis.l Hfdbk.
f

29.572.589,96
sets, Prom.,
Bijbnk.
,,

8.492.506,22
enz.indisc.t Ag.sch.
,,

17.456.429,30

f
55.521.525,48
Papier
o.
h. Buitenl. in disconto
–
Idem eigen portef.
.
f
227.399,748,-
Af :Verkocht maar
voor
de bk. nog niet af gel.

–

»
227.399.748,-
Beleeningen
nc1.
vrsch.
Hfdbk.
f

58.730.391,69

in rek.-crt.
Bijbnk.

12.126.561,36

op
onderp.
Ag.sch.

,

76.108.185,96

f
146.965.139,01

Op
Effecten …..
…
‘f
143.432.339,01 Op Goederen en Spec.
,,

3.532.800,-
146.965.139,01
Voorschotten a. h. Rijk
… … …………
–
Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud
……
f

64.302.350,-
Muntmat., Goud … ,,
361.336.448,-

r
425.638.798,-
Munt, Zilver, enz..
,,

27.479.055,47
Muntmat. Zilver..

–

Effecten
453.117.853,47

BeleggingRes.fonds.
f

7.040.755,51
id.van
1
18
v.
h. kapit.,,

3.999.542,38
11.040.297,89
Gebouwen en Meub. der Bank
……….,,
5.142.000,-
Diverse rekeningen
……………….,,
46.068.564,26

f
945.255.128,11
Pauiva.
Kapitaal
……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds
……………………,,
7.047.731,06
Bijzondere

reserve
……………….,,
8.800.000,-
Bankbiljetten in
omloop …………..

,,
846.308.740,-
Bankassignatiën in omloop… … ……,
1.377.823,31
Rek.’Cour.
j
Het Rijk

f

3.551.844,17
saldo’s:

Anderen,,

51.7’76.288,20
55.328.132,37
Diverse rekeningen
…………….

.,,
6.392.701,37

f
945.255.128,11

Beschikbaar metaalsaldo
……………….
1.940.168,14
Op de basis van
21

inetaaldekking …..
,,
9.1.337.229,-
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is. ,,
1.359.700.840,- Voornaamste posten
in
duizenden
guldens.

Goud Andere
Beschikb.
Dek-
Data
Munt
Muntmat.
Circulatle
opeischb.
schulden Metaal-
saldo
kin ga
p

2 Aug. ’26
64.302
361.336 846.309
56.706
271.940
50
26 Juli

’26
64.615
361.336
814.221
76.081
275.066
51
19

’26
64.736 356.282
822.478
66.762
270.006
50

12

’26
64.888
361.248
833.070
45.753
276.953
51

5

’26
65.067
361.248
841.724
35.054 277.731
52

28 Juni ’26
65.271
361.238
809.229
64.417
279.042
52

3 Aug.’25
56.184
363.219
899.926
43.309
252.731
47

25 Juli

’14
65.703
96.410
310.437
6.198 43.521
1
)
54

Totaal
Schatxist-
Belee-
Papier
Diverse
Data
bedrag
disconto’s
promessen
rechtstreeks
,
n ngen
op
het
buiten!.
reke-
ningen
2)

2 Aug. 1926
55.522
–
146.965
227.400
46.069

19

1928
54.197
–
140.451
223.690
43.696

12

1926
55.361
–
145.818
211.229
53.317

5

1926
56.361
–
143.751
203.658
45.944

28 Juni 1926
57.413
–
137.448
203.317
44.985

21

,,

1926
54.817
–
141.580 198.447
47.712

3 Aug. 1925
85.945
–
171.670
232.429
41.396

25 Juli

19141
67.947 14.300
61.686
20.188
509

1) Op
de basis
van
21s
metaaldekking.
2)
Sluitpost
activa.
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
c
latie

Andere
opeischb.
Discont.

3 Juli

1926…
1.022
1.641
762
974
477
26 .Juni

1926..
1.027
1.510
554
972 458
19

,,

1926..
1.028
1.514
608
968
450
12

1926..
1.017
1.558 592 970
474
5

1926_
1.018
1.692 607
972
406

4 Juli

1925..
1.008
1.701
635
1.003
293

5 Juli

1914..
645
1.100
560
735
396
‘1 OlUlipOSt uer

4 Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

697

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichamark.
Daarvan
Deviezen
Andere
Data
Goud
b(jbui-
alsgoud-

1

wissels

1

Belee-
ten!. circ.
dekking
en
ninge.n
banken
1)
geldende

cheques

23 Juli

1926
1.492,5
260,4
308,4
1.130,5 8,3
15

,,

1926
1.492,3
260,4 335,4
1.192,5
12,9
7

,,

1926
1.492,2
260,4
324,8 1.288,2
143,3
30 Juni 1926
1.492,2
260,4
149,8
1.224,0
5,3
23

,,

1926
1.492,2
260,4 205,4
1.283,1
6,4
23 Juli

1925
1.103,0
123,3
367,7 1.487,6 21,6

30 Juli

1914
1.356,9
– –
750,9
50,2

JAVASCHE BANK.

Voornaamste posten in duizenden guldens. De aamengetrok.
ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Andere Beschilcb.

Data

Goud

Zilver

Circulatle opeischb. me taal-
schulden saldo

24juli1926

22.000

335.500

50;000 151.900
17 ,, 1926

234.250

338.500

45.500 157.450
10

1926

235.500

331.500

43.000 160.600

3Juli1926 200.067

35.186 331.581

43.274 160.739
26Juni1926 200.267

36.358 326.240

44.813 162.901
19

1926 195.309

36.652 327.578

47.364 158.869
12

1926 195.399

37.787 324.205

45.250 160.363

25Juli1925 132.941

45.810 311.088

55.235 106.261
26 ,, 1924 146.547

64.783 253.295

95.628 142.253

25 Juli 1914 22.057

31.907

110.172

12.634

4.842
2
)

Wissels.

Dek-

Dis-

buiten

Belee-

verse

kings

a a

conto’s

N.’Jnd.

ningen

e’

percen-
_______________

betaalb.

—
24 Juli 1926

11450

***

59
17 ,, 1926

112.230

”

61
10 ,, 1926

108.760

63

3 Juli 1926 11.529 23.724

47.795

62.185

63
26Juni1926 11.384 23.433

45.375

59.711

64
19

1926 10.876 20.753

43.420

64.182

62
12

1926 10.516 20.800

42.415

63.624

63

25Juli1925 18.040 30.183

74.162

63.589

49
26 ,, 1924 36.524 24.775

65.387

21.735

61

25Juli1914

7.259

6.395

47.934

2.228

44
‘)Siuitpost activa. ‘)
Basis
‘(, metaaldekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden ponden sterling.

Data
Metaal
Circulatie
Currency Notes

Bedrag
1
Bankbilf.
1
Gov. Sec.

28 Juli

1926
152.127
142.020
293.896
56.250 243.089
21

1926
151.734 141.347 291.981
56.250
241.270
14

,,

1926
151.335
141.469
292.960
56.250
242.403
7

,,

1926
150.521.
142.218 296.019 56.250
245.626
30 Juni 1926
150.350
141.705
294.036 56.250
243.667
23

,,

1926
150.085 140.388
293.889
56.250
243.258

29 Juli

1925
164.258
144.751
301.040
54.450
251.524

22 Juli

1914
40.164 29.317
–
–
–

Data
1

Oov.
1

Other
1
Public
1

Other Reservel
1

Dek-
kings-
1

Sec.

j

Sec.

1
Depos.

1
Depos
i

,,,.,.

11

28 Juli ’26
34.925
68.525
9.727 105.492 29.857
26
21

’26
40.540
69.942
7.612 114.972 30.137
2491
16

14

;,

’26
38.925
72.876 9.352 114.012
29.616
24
7

’26
37.250 74.560
16.498
105.595
28.053
23
30 Juni’26
51.610
103.091
10.458
105.283
28.394
171,,
23

,,

’26
40.160 67.261
18.625
108.214
29.447
245%

29 Juli ’25
33.600
69.174 20.690
103.264 39.257
315!
8

22 Juli ’14
11.0051
33.633 13.735
42.185
29.297
5251,
1)
Verhouding
tusschen
Reserve
en Deposits.

BANK VAN
FRANKRIJK.
Voornaamste posten
in millioenen francs.

Waarv.
Te
goed
Wis-.
1
Waarvan
Belee-
Data
Goud
in
het
Zilver
in hei
buiten!.’.
sels
ningen
buiten!.’

29Juli’26
5.549
1.864
338
577
6,7101
24
2.288
22

’26
5.549
1
1.864
338 577
5.2201
24
2.305
15

’26
5.549
1.864
338
576
4.870
17
2.366
8

’26
5.549
1.864
338
576
5.606
14
2.254
1

’26
5.549
1.864
337
576 4.744
16
2.311

30Juli’25
5547
–
1.864
312
582 3.639
16
2.906

23 Juli’141
4.104
–
640
–
1.541
8
769

Buit.gew.I
Schat-
Diver-
Circulatte’
Rekg. Courant
Dat,,
voorsch.
kist bil-
sen
_
ajd.
Staatlietten
‘)I
,
i’.n

Staat

29Juli’26
37.450
5.389
4.233 56.022 4.326
17
22

’26
38.350
5.389 3.376
55.006
3.847
38
15

,,

’26
37.800 5.386
3.214
54.918
3.226
13
8

’26
37.700
5.384 3.704
54.862
3.342
38
1

,,

’26 37.350
5.371
2.948
53.914
3.204
23

30Juli ’25
27.250
5.069
3.668
44.496
2.452
59

23 Juli’14
– –
–
5.912
943
401

‘)ln disc, genomen wegens voorsch. v. d. Staat a.buitenl. regeeringen.

Data

Effec- 1 Diversel Ctrcu.
1
Rekg.- Diverse II Rijksb.

1
ten

Activa2)1 latie

Cr1.

Passiva
II II
disc.

23 Juli

1926
89,5
714,4
2.644,9
748,7
129,0
–
15

,,

1926
89,5
693,5 2.738,1
705,0
143,8
–
7

,,

1920
89,5
521,6
2.971,2 526,9
119,9
–
30 Juni 1926
89,5 670,9
2.498,1
764,0
160,4
3,8
23

,,

1926
89,0 680,9 .2.612,8
763,0 157,4
3,7
23 Juli

1925
201,6 724,0
2.200,9 878,8 621,4
580,8
30 Juli

1914
330,8
200,4
1.890,9
944,-1
40,0
1
1
–

1)
Onbelast.

)
.o. Rentenbankscheine
23,
15,
7 Juli,
30, 23
Juni,
resp.
258; 222,8; 200,8;

132,2; 222
miii.

NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Voornanmste posten in millioenen
franca.

0
t

‘0
.

–

‘0

i77sch.ajdSi.

0
L
,
51
.
Data
0–.
‘o,,,
e
.S0
‘

–
ë3

29Juli’26
361 30
1.919 545
5.200
1.075
8.975
360
22

,,

’26
361 30
1.709 607
5.200
1.075
8.896
599
15

,,

’26
362
30
1.636 689
5.200
1.000
8.947
492
8

,,

’26
362
30
1.391 621
5.200
975
8.631
433
1

,,

’26
363
30
1.362 570
5.200
900
8.514
392
24Juni’26
363
30
1.509
354
5.200 800 8.277
469
30 Juli’25
354
30
1.413
260 5.200
–
7.688
153

,
VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Totaal

–
Dekking
in
her-
disc. v. d.
in
de
open
bedrag
F.
R.
Notes
Zilver
etc.
niember
markt
__________ _________

gekocht

14juli’26
2.845,4
1.495,1
145,7
514,9 234,2
7

,,

’26
2.806,8
1.376,8
135,2
612,6
237,6
30Juni’26
2.834,9 1.518,4
144,7
515,0
249,4
23

’26 2.846,6
1.511,9
148,9
479,2
247,2
16

,

’26
2.836,6
1.576,0
147,7
393,3
233,2
9

’26
2.833,2
1.529,2
149,3
448,2
249,8
15Juli
1
25
2.790,6
1.523,6
144,8

‘
454,7 231,3

Data
Belegd in U. S.
in
circu]
OÏ
–
Gestort
ôii-
Dek-
Algem.
Dek-
Gov.Sec.
latie
.ef0?;
1

‘
Kapitaal
kings-
perc.’)
kings-
perc.’)

14Juli’26
391,1
1.707,2
2.286,6
122,8
71,2
74,9
7

,,

’26
375,3
1.737,5
2.279,2
122,8
69,8
73,2
30Juni’26
385,3 1.697,3
2.259,8
122,8
71,6
75,3
23

,,

’26
383,1 1.682,8
2.258,2
122,8 72,2 76,0
16

,,

’26
482,2
1.688,2
2.290,9
122,7
71,3 75,0
9.
,,

’26
418,3
1.692,9
2.251,3
122,7
71,8 75,6
15Juli’25
344,5

1
1.627
2.231,7
115,6
72,5
76,1
•U11UCI guuuvourraau
tegenover opeiscnoare scnuIoen:
F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totalcn voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ IIET
FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
banken

Dis-
conto’s
en

.
beleen.

1 1

Beleg-
1

gingen
1

t
bij de
F
depo-
banks

1
1

Totaal

sos
1

Waarvan
time
deposits

7Juli ’26
701
14.058
1

5.653
1.669
1

18.820 5.655
30Juni’26
702
14.135 5.681
11.661
1

19.066
5.650
23

’26
703
13.946
5.656
1.665
1

18.696
5.608
16

’26
703
14.055
5.683
11.687
18.918
5.604
9

’26
703
13.905
1

5.723

11.660

1

18.750
5.586
8Juli ’25
733
13.280
5.498
1:616
1

18.143
5.164
an net erna van Ieder kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

r

698

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 2 Augustus 1926.

‘lu cle ïu’htur ons liggende berihtsperiode is het sinds
‘eIe weken bekende beeld der 1? a r ij s c h e b e ii .r s geheel
ernnderd. iioeweI aa ii het uiteindelijk succes van Poin-
card’s herstelactie gegronde twijfel mag worden gekoes-
terd, heeft de voorloopige terugkeer van het vertrouwen
geleid tot een krachtig herstel van Fransche obligaties en
een overeenkomstige dli ng van buiteni andsche fondsen
en binnenlandsche aandeelen.
Te B er lij n heeft zich de stemming grondig gewijzigd.
Voor alles de verder voortschrijdende verbetering in de
zware industrie en het programma der voor Spooru’eget en Posterijen uit te voeren werken leidden tot terugkoop
der afgestooten fondsen door de speculatie, waarbij he
publiek zich aansloot. De materiaalsdhaarschte leidde daarbij tot aanmerkelijke koersstijgiugen. In de eerste
plaats geldt dit voor steenkolen-waarden (Gelsenkirchen en E[arpen, Köln-Neuessen en Rheinische Braunkoh1e).
Evenzeer voor ijzer-aandeelen. In T. G. Farbenindtistrie
kwamen minder groote omzetten dan gewoonlijk tot stand.;
niettemin liep de koers op. De hovengenoemde bounr
programma’s stimuleerclen in ‘t bijzonder de vraag naar
elec’tro-aandeeleii. Zeer levendig was de vraag naar bank-,
aandeele n, wegens geruchten omtrent kapitaal sverhoogin-
gen en een zeer gunstige heoordeeling van den toestand in
cl it bedrijf. Alle bankwaarden hebben nieuwe inaxima be-
reikt. Kali-aandeelen vormen een uitzondering op de al-
gcnieene tendens, daar de kaliprijzen niet werden ver-
hoogd.
De foiidsenmarkt te L o n de ii heft ook weinig leven-
cligheid aangetoond. Het nog steeds onopgeloste geschil in
de steenkoolnijverheid drukt sterk op de markt. Tal vail
fabrieken hebben hun arbeidstijd moeten inkrimpen cii
zelf s zijn er enkele van de grootste geweest – zooals d
bekende kunstzijdefabrieken der Courtaulds – welke hun
bedrijf tijdelijk geheel hebben moetei:i stil leggen. Het is
dan ook begrijpelijk, (lat de markt voor aandeelen een
kwijnend bestaan voert, hoewel de ondergrond toch niet
ongeanimeerd is geworden. Bijzondere belangstelling be-
stond voor beleggingsfondsen, welke tot hoogere koersei
uit de markt werden genomen, hetgeen mede in verband
staat met de zeer geringe vraag, welke in industrieele
kringen voor nieuw kapitaal bestaat. – 1

Te N e
w
Y o r k is de markt opgewekt geweest. :Eroevèl
de Steeltrust geen extra uitkeering heeft aangekondigd –
zoals vrij algemeen was verwacht lieef t de staat vaii
ontvangsten over het tweede kwartaal toch een gunstigen indruk gemaakt. De winsten zijn grooter gew’eest, dan in
het voorafgaande kwartaal en eveneens grooter dan iii het
overeenkomstige kwartaal van het vorige jaar. Ook uit
andere industrieele centra hebben de berichten een opge-
wekten klank gehad, o.a. uit de automobielintustrie. Met name voor de General Motors Comp. verwacht men een
gunstig verslag. 1
Ten o n z en t hebben zich slechts enkele opmerkelijke
gebeurtenissen voorgedaan. Zooals gewoonlijk is ook in dit
opzicht de
beleqy’ivgsefdeelirag
hiervan geheel Vrij gebleven:
Wel bestond er ruime vraag naar beleggingsmateriaal en
wel hebben verschillende desbetreffende fondsen hun
koerspeil kunnen verbeteren, doch aanleiding tot omvang-
rijke omzetten of tot groote koersverschillen werd liieriu
niet gevonden. 6 pCt. Ned. Werk. Schuld 1922: 106
9
11
ii
;
106, 106
7
f10;
4% pCt. Ned. Werk Schuld 1917: iOOIn
10034, 100
13
11
6
; 7 pCt. Necl.-Indië:
i0&’fi6,
1007%,
100f;
5 pCt. Brazilië 1903 100 797%, 8071
16,
801% ; 8 pCt. Sao
Paulo: 1.05%, 105, 105
3
/8.
Grooter waren de variaties in de
rabberrnerkt.
In de
laatste dagen voor het einde van dc vorige maand werd
de belangstelling in deze aideeling geheel getrokken door
de vraag, of per 1 Augustus ji. al
of niet cle restrictiebe palingen van het plan Stevenson in werking gesteld zou-
den worden. De strijd tusschen producenten – welke wel
– en verbruikers – welke geen belang hadden bij een
beperking van den uitvoer uit Britsch-Indië is zee hef
tig geweest, dat tot op het allerlaatste oogenhlik onzeker-.
heid bestond ten opzichte van de te nemen maatregelen.
Ten slotte is clan ook gebleken, dat de rubberprijs slechts
een fractie van een peilny is gebleven boven het peil,
waarop de restrictie ingevoerd had moeten worden. De
bekendmaking van het feit, dat in de komende drie maan-
den een practisch onbeperkte uitvoer uit de Britsch-In-
dische bezittingen zal mogen plaats vinden, is door de
rubbermarkt beantwoord met een daling van den prijs
en door de fondsenmarkt met een vrij gevoeligen achter-
uitgang van de koersen der aandeelen. Amsterdam Rub-
ben: 323, 319%, 322, 312% ; Deli Batavia: 248%, 240%,

234% ; Hessa Rubber : 438, 439, 427 ; Java Caoutchouc:
181, 180, 170% ; Kali Telepak: 312, 307%, 301% ; Ned.-had. Rubber & Koffie : 366, 363, 365 ; Oost-Java Rubber:
338, 333, 324% ; Rotterdlain Tapanoeli : 153%, 150, 146;
Serbadjadli : 324, 321, 312 ; Sumatia. Caoutchouc : 317, 318,
291% ex div. ; Sumatra Rubber : 35634, 356, 357 ; Ver.
Did. Cultuur Oud. : 182, 179%, 181, 17434. Op de overige afdeelingen ter beurze hebben deze over-
w’egingen uit den aard dier zaak geen invloed uitgeoefend.
Dientengevolge was de handel hier zeer beperkt, in over-
eenstemming met dien tijd van het jaar en met het ontbre-
ken van bepaalde gegevens. Eenige afwijking heeft de
pet’rolcemmcarkt
getoond, omdat, de koers van aandeelen
Koninklijke Petroleum Maatschappij vrij sterk werd ge-
drukt door cle stijgende richting, welke de waarde van
het Fransche ruilmiddel heeft ingeslagen. In afwijking van
de daling van het hoofdfonds varen echter de overige soor-
ten goed prjshoudend. Dordtsche Petr. md. Mij. : 355%,
365, 35934 ; Ccc. Roll. Petr. Mij. : 178%, 174, 178% ; Kon.
Petr. Mij.: 3757%, 381%, 376%; Perlak Petr.: 80%, 83%,
81%; Pcudawa: 42%, 40%, 44%.
De
tebak.snca.rkt
is kalm geweest, doch niet een vasten
ondergrond, welke alleeu tegen het einde der berichtsweek
eenige weifeling te zien heeft gegeven. Arendsburg: 546,
548 34, 545; ]3esoeki Tabak:
229%,
230; Dcli Batavia:
428
1
/8, 434, 430; Dcli Mij.: 409
1%,
410, 405% ; de Oost-
kust: 199%, 197%, 194%; Senembah:
408%,
402, 399%,
405%.
Suikereendcelwv
hebben veel van hun belangstelling van
enkele h’eken geleden ingeboet. De Cubatioteeringen heb-
ben geen aanleiding tot ingrijpen gegeven en ook de be-
i’id:hten omtrent verkoopcii door de V.J.S.P. zijn niet van
dien aard geweest, dat belangrijke verschillen in het
koersniveau gemotiveerd geweest zouden zijn. Cult. Mij.
der Vorstenlanden : 168, 167%, 1677/
s
; Handelsverg. Am-
sterdam:
626%,
622, 623% ; Java Cultuur Mij.: 340,
339
34,
344%; Kalibagor: 378
1%,
379, -; Krian: 136,
137%, 140; .Moorman: 42934, 436, 440; Ned.-Ind. Suiker
Unie:
2423/,,
243%, 243; Pagottan: 279%, 280, 279; Poer-woredjo: 106%, 106%, 107; Sindanglaoet: 418, 416, 409;
Tjepper: 666, 660, 653; Tjeweng Lestari: 224, 223.
De
scheepvaartan.arkt
heeft een iets grootere belang-
stelling getrokken. In het bijzonder hebben dle aandeelen
der Indische maatschappijen op den voorgrond gestaan. De
aandacht is
01)
•de aancieelen dezer ondernemingen geval-
len, omdat deze als regel van goede vrachten zijn voorzien en dus geen stagnatie in de dividenduitkeeringen gevreesd
behoeft te w’orden. Het waren derhalve allereerst overwe-
gingen van rendenient, welke hier dien doorslag hebben
gegeven. Holland-Amerika Lijn: 45, 48, 47; Java-China-
Japan Lijn: 117, 120%, 119%; Kon. Ned. Stoomboot Mij.:
95, 99%, 96%; Ned. Scheepvaart Unie: 181%, 184
5
/8,
183%; Stoomv. Mij. ,.Nederland”: 180, 185%, 179, 180%.
In de markt voor binneinlasi.dschs jncljestrieele eancicelen
heeft de beweging in kunstzijdesoorten nog steeds de aali-
dacht getrokken. Wel zijn de variaties niet groot geweest,
doch het herstel, dat v.rij algemeen was verwadht, is uit-
gebleven. Ook voor Jurgens aandeelen bestond een weinig
geanimeerde stemming. Een uitzondering werd gevormd
door aandeeleii van in Nederlandsch-Indië werkende maat-
schappijen, zooals Nederlandsch-Indische Gas Mij. en Al-
gemeen Necl.-Tndisclie Eleetriciteits Maatschappij. Cen-
trale Suiker Mij.:
121v/s,
116, 116%; Feijenoord: 173,
173%, 173; Hollandsche Kunstzijde Ind.: 99%, 99, 96%
Jurgens: 168%, 162%, 165; Maekubee: 125%, 122%, 123;
Ned. Ktinstzijdefabriek: 281%, 272%, 270; Philips Gloei-
lampen: 347%, 344%,
Mijnsan.deciciv
waren, kalm, met een lichtelijk reageeren-
de tendns voor aandeelen in ti non dernemi ngen, hetgeen
als een natuurlijke reactie op een lang volgehouden rijzing
werd beschouwd. Algem. Exploratie Mij.: 122, 117, 11834
Billiton ie Rubriek: 725, 706, 715, 722; Redjang Lebong:
270, 272, 270; Singkep Tin: 389%, 375, 379, 389. De afdeeling voor
bankanndeelen
was rustig, zonder bij-
zondere verschijnselen. Amsterd. Bank: 163%, 163, 162%;
Roll. Bank voor Zuid-Amerika: 79%, 78%, 79%; Kolo-
niale Bank: 1887%, 189%, 190%; Ned.-Ind. Handelsbank:

163%,
165,
168%;
Ned. Handel Mij. C. v. A.: 153%, 154%,
155
1
/8; Bobaver: 73%, 74%’, 7534; Twentsche Bank: 136.
Ârneri/caansche ea.ncleelen
waren vast, in aansluiti iig aan
de tendens •in New York. Anaconda Copper:
101%,
101%,
102; Studebaker: 54%, 53%, 57%; United States Steel:
139%, 142%, 147%; Atehison Topeca: 13934, 138%, 140;
Baltimore & Ohio: 96%, 98i/, 103%; Ene: 34%,
34%,
34;
St. Louis & ‘San Francisco:
-, -;
Union Pac.
Rw.:
154,
15
3%, 156%; Wabash Railway: 45
1
/
8
, 45
7
132,
4611
/16.
De
geldinusrkt
is tegen het einde der maand iets stroe-
ver geworden. Prolongatie steeg van 2% tot 3 pCt.

4 Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

OEDERENHANDEL.

GRANEN.

3 Augustus 1926.

liet verloop der tarweniarkteti aan de overzijde van den
t
.

Oceaan heeft in de afgeloopen week het gebrek aan sensa-
tiotieele berichten duidelijk aangetoond. De dagelijkseho
verschillen waroii zoowel te Chicago als te Winnipeg van
geen groote beteekenis. De laatste schatting, welke van
den oogst in de 3 Prairie Provincies werd bekend ge-
maakt, name]ijk Iechts 300 niillioen bushels, heeft te Win-
nipeg niet veel geloof gevonden, want de Octoberkoersen
hebben in geenen deele aan deze schatting beantwoord.
Toch was de grondtoon aan den vasten kant
bp
31 Juli sloot de Octobertermijn 3% cents hooger dan een week
daarvoor, en’ toont een ver’hooging sedert 1 Juli van 1434
cents aan. Iii Chicago ziet men per September een rijzing van’ 2/ e. sedert den 24-sten, terwijl de verhooging sedert
1 Juli daar slechts S7/ cents bedraagt. Een voorspelling
omtrent het verdere verloop dezer markten is moeilijk te
doen, daar de dagelijksche stemmingen geheel aan de beer-
schende weersomstandigheden onderworpen zijn. Op 2
Augustus meldde Chicago gevoelige dalingen per Septem-
her en December, volgens berichten op grond van overvloe-
dige regens in het Noordwesten en in verband daarmede
hevige liquidaties. interessant is het te zien, hoe in Chicago
ten slotte de Juli-termijn is afgewikkeld. 01), den laatsten
dag der maand wordt nog even een stijging van 10 dc.
gemeld, waaruit blijkt, op welke wijze de baissiers op het
laatste einde nog iii ‘het nauw werden gedreven.
liet dorschen der wintertarwe heeft in de Vereenigde
Staten onder zeer gunstige omstandigheden plaats en de
opbrengsten schijnen de eerst gekoesterde verwachtingen
nog te overtreffen. 1)e groote aanvoeren worden door de
Amerikaansehe molens gestadig geabsorbeerd, te meer daar
gebleken is, dat de nieuwe vintertarwe voor de maalderij
van
ti
itstekende kwaliteit is.
En Europa nemen de koopers nog steeds een negatieve
houding aan, in afwachting van meer betrouwbare ge-
gevens omtrent den Canadeeschen oogst. Op 10 Augustus
as. kan het officieele rapport tegemoet worden gezien, en
deze cijfers zullen eerst iii staat zijn hun invloed op de
zaken in nieuwe Manitoba’s uit te oefenen. Indien dit offi-
cieele rapport in overeenstemming blijkt te zijn met de
schacleherichten, welke in de laatste wekeu door particu-
liere experts in omloop zijn gebracht, zijn hoogere prijzen
waarschijnlijk niet uitgesloten.
Uit Argentinië valt weinig nieuws te vermelden. De
verschepingen zijn nauwelijks grooter geweest dan een week daarvoor, en zoolang de vradhtenmarkt zoo hoog
blijft, is geen belangstelling voor l’latatarwe in Europa te
verwachten. Een flauwe stemming op cle vrachtenmarkt valt intusschen niet te ontkennen.
In West-Europa was cle weersgesteldheid in de afgeloo-
pen week ongestaclig en hier en daa’r wordt vaut veel regen-
val gesproken, vooral in Engeland. Aan de tarwe zal dit

Noteeringen.

Chicago
Buenos
Aires

Data
Tarwe
Mars
Haver
Tarwe
Mars
L/Jnzaad
Juli Juli
Juli
Aug.
Aug.
Aug.

31Juli’26 157h
7
7
,
1
8

41
1
/
8

13,60
6,75
17,95 24

,,

1
26 141
7651
8

4151
8

13,40
6,70
18,-
31 Juli’25

166
103
4
IV,
13.65
9,48
20,40
31Juli
1
24 135%
113
51
10,221)
9
,
951)
24,531)
31Juli’23

95′
89i
4011,
10,53
8,20
21,25
20Juli’14

82
56t1
36
9,40 5,38
13,70

1)
per September.

intusschen wel geen bepaalde schade hebben berokkend,
daar het snijden nog niet begonnen is.
liet zakendoen wrcl nog steeds door cle wisselvallige
houding dci- overzeesche markten bemoeilijkt. Slechts voor
directe behoefte iverd gekocht.
In Duitschland en ook hier te lande is het oogsten van
t ogge begonnen. in cle afgeloopen week werd dit op
sommige dagen door regen zeci- bemoeilijkt en een tijdperk
van droog en warm weer is nu wel zeer noodig, wil men
straks op goede kwaliteiten kunnen wijzen. Polen is sedert
cle laatste dagen weei- meer nis
verkooier
van iogge clan
de markt gekomen, echter tot veel hoogero prijzen, dan een
tiental dagen geledeti. Anuej-ika gaf dagelijks hevige fluc-
tnaties te zien, doch iii Europa vall’n deze vrijwel buiten
de belangstelling, nu Europeesche soorten tot veel lagere
prijzen aan de markt komen. Uit Rusland verneemt mcii
nog weinig omtrent Jlieuve rogge, en liet is moeilijk,
eenige betrouwbare inlichting uit dat land te bekomen. 1)at
Rusland eerstdaags niet nieuwe rogge aan cle markt zal
komen, is echter als zeker aan te nemen.
De in a ï s-verschepingen uit Argentinië waren iii cle af.
geloopen week veel kleiner clan in de week daarvoor, zon-
der dat dit op de prijzen in Europa eenigen invloed kon
uitoefenen. De markt in Engeland, welke tot voor kort
cle beste markt in Europa kon genohincl worden, heeft
sedert de vol-ige week veel van ha.re vaste stemming in-geboet. De prijzen van ladingen daaldeti toet ruim 1/., en
de koopers hebben zich
01)
het moment geheel van de markt
teruetrokken.
Toch kan van dringend aanbod van de zijde der afladers
uiiet gesproken worden. i)e prijzen bewegen zich nu al
sedert een week op vrijwel dezelfde hoogte, zonder dat veel
zaken tot stand komen, in verband niet de sterk ingekrorn-pen verschepingen vati Roemenië en de beperkte hoeveel-
he’Jen. welke Rusland aflaadt, zou uiten een, vastere stem-
ming op de Europeesche markten mogen verwachten, te-
meer waar Argentinië eigenlijk
01)
het moment (le eenige
niaïsleverancier is. liet uitblijven dezer vastere stemming
moet worden toegeschi
–
eveit aan (le relatief slechte vraag
op de Europeesche coiisuniptiemarkteti, welke, speciaal wat
ôns land aangaat, haar oorspi-ong vindt in de ongunstige
resultaten, welke de boeren momenteel met het voederen
behalen. Door deze nundere vraag zijn cle onderweg zijnde
voorraden geheel voldoende, om een prijsstijging tegen te
houden. Bovendien werken cle as. eigen oogsten, zooals
gewoonlijk, remmend 01) dc vraag Haai- buitenlaiidsch
graan. Veel zal intitsscben afhangen van de kwaliteit,
welke de Europeesche rogge-oogsten zcmllen opleveren, is
deze slecht, dan zal cle vraag naar maTs er iiiet
01)
verbe-
teren, daar slechte rogge slechts als veevoeder zal kunnen
lienen, hetgeen altijd ten koste van liet rnaïsverbruik gaat.
Opmerkelijk blijft de vaste stemming in Amerika voor nienwen oogst mars. Klachten over te groote droogte en iitte zijn daaraan niet vreemd. Uit Roemenië wordt over
regen geklaagd, c’elke schadelijk voor den tarwe-oogst is,
doch een heilzamen invloed
01)
(le nieuwe maïs uitoefent,

Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

s
oor en
2
Aug.
1926
26Juli
I
3Aug.
1925

Tarwe (Manitoba III)
…1
16,40
16,25
*
17,50
Rogge (No. 2 Western)
.,.1
11,90 12,25
13,-
Maïs (La Plat.a)

………
1

171,-
172,-
245,-
Gerst (48 1h malting) ….
1
190,-
194,-
266,-
Haver (Canada3) ……..
1
10,60 10,70 13,60
Lijnkoeken (Noord-Ameri-
ka van La Plata-zaad)
._ 1
11,90
12,25
14,20
Lijnzaad (La Plata) …..’
387,_
392,-
457,-

1)
per 100 KG.
1)
per 2000 KG.
3)
per 1960 KG. • No. 2
Rard/Red Winter Wheat.

AANVOEREN in tons van 1000 KG.
–

Rotterdam
Amsterdam

,
Totaal

Artikelen
25131
Juli
Sedert
Overeenk.
25131
Juli
Sedert
Overeenk.
1926
1
Jan.
1926
tijdvak
1925
1926
1Jan.
1926
tijdvak
1925

Tarwe ………………
59.192 916.416
671.133
–
7.731
15.465
924.147
686.598
13.778
168.036 132.060
‘ –
916
–
168.952 132.060
Boekweit ………………
193 13.081
16.480
–
855
150
13.936 16.630
Male ……………….
27 .417

..

539.202 393.017
517
67.390
‘

48.388
606.592 441.405

Rogge

………………

20.530
217.497
99.337
–
6.915
4.018
224.412
103.355
13.633 141.681
119.575
–
2.165
150
143.846 119.725
143.058 114.837
11.148
141.616
35.552
284.674
150.389

Gerst

………………
Haver …….. ……….

5.429
151.844
121.719
–
–
–
151.844 121.719
Lijnzaad

……………3.998
Lijnkoek

……………
2.196
33.676
68.495
613 8.391
11.313 42.067
79.808
Tarwemeel

………….
Andere meelsoorten
. . . .
155
9.217 3.405
–
–
–
9.217 3.405

700

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

waarvan daii ook een binteugewoon goede opbrengst wordt
verwacht. Gedurende de laatste dagen begonnen aanbie-
dingen van nieuwe ])onaumaïs op onze markt te verschij-
nen, doch cle gevraagde prijzen zijn nog dermate hoog,
dat er slechts weinig belangstelling voor bestaat.
De ge r st-markt had in de afgeloopeii week een flauw
aanzien. Amerika en Canada boden dringend aan, en daar
de vraag slechts gering is, liepen de prijzen gestadig om-
laag. Roemenië biedt dagelijks nieuwe gerst aan, doch de monsters, welke getoond worden, geven geen mooi beeld
van de kwaliteit. Bulgarije meldt, dat de kwaliteit van de
gerst dit jaar beter is dan verleden jaar, dodh monsters werden nog niet ontvangen. Uit Rusland zijn nog geen
aanbiedingen van nieuwe gerst vernomen.
Over h a v e r valt weder weinig te vermelden. De vraag
is zoo gering geworden, dat aanbiedingen int Amerika
nauwelijks worden aangehoord, welke trouwens voor onze
markt dan ook te hoo.g zijn, daar de tweedehand tot veel
lagere prijzen wenscht te liqnicleeren.

SUIKER.

De versclt i liende su ikermarktea toonden de afgeloopen
week weinig beweging.
:rfoa,s’el in A m r i k ii eigenaren hun suiker op prijs
hielden, waren raffi n adeurs, ondanks een beter gevoelen,
zeer aarzelend gestemd wegens de speculatieve invloeden,
welke
01)
de termijnmarkt een druk uitoefenen. De notee-ringen te New York finctueerden slechts weinig, hetgeen
uit de ondervolgende cijfers blijkt:
Sp. C. Sept. Dec. Jan. Mrt.

Slot voorafgaande week ……4.14 2.41 2.59 2.64 2.62 Opening verslagweek ……….4.14 2.42 2.60 2.63 2.66
Slot verslagweek…………..4.18 2.41 2.57 2.62 2.64

De ontvangsten in de Atlantische havens der V. S. be-
droegen deze week 08000 tons, de versmeltirigen 73.000
tons (tegen 68.000 iii 1925) en de voorraden 318.000 tons.
Cubasuiker w’erd aanvankelijk tot betere prijzen ver-
handeld en werd 2
7
/ de.
C.
& fr. New York aangelegd,
waarna echter de prijs veer inzakte tot het vroegere ni-
veau van ongeveer 2% dc.
Stoomende Cuhasuiker naar Europa werd verkocht tus-
nheii sh. 11/71% en 11181% c.i.f., terwijl voor aflading sh:
1 1(9 werd gevraagd; ook vonden nog eenige la:lingen koo-
Pel_S in het Verre Oosten.
De C u b a-statistiek is nv.:

1926

1925

1924

Tons

Tons

Tons

Weekontvangsten tot 24 Juli

33.222

49.740

35.284
Totaal sedert 1112 tot 2417 3.923.841 4.387.940 3.451.255
Werkende fabrieken

1

10

2
Weekexport 24 Juli ……..57.837

72.421

68.419
Totaleexport sedert 1/1 t.24/7 2.687.012 3.352.990 2.840.465
Totale voorraad 24 Juli …. 1.236.831′ 1.014.950 605.640

Volgens Licht was in Europa het weder in Juli over
het algemeen bevredigend voor den te velde staanden biet-
oogst. Licht’s uie1iwste laming vat het bietareaal luidt
2.160.963 :IÏA. tegen eene beplanting van 2.139.189 HA.
in 1925/26 cli zijn voorgaande raming van 2.148.000 tons.
De zichtbare voorraden zijn volgens Czaruikow:

1926

1925

1924

Tons

Tons

Tons
Duitschland 1 Juli ……..684.000 399.000 548.000
Tsjechoslowakije 1 Juli

447.000 315.000 173.000
Frankrijk 1 Juli ……….231.000

216.000

97.000
Nederland 1 Juli ………..135.000

75.000

69.000
België 1 Juli …………..85.000

113.000

48.000
Polen 1 Juli …………..118.000

108.000

107.000
Engeland 1 Juli ……….477.000 357.000 3W.000

Europa

2.177.000 1.583.000 1.359.000
V.S. Atlant. havens 28 Juli

318.000 230.000 188.000
Cuba 24 Juli …………..1.236.000 1.015.000

606.000

Totaal .. 3.731.000 2.828.000 2.153.000

‘[ii En g e 1 n. n 4 sloot cle teroiiijniii:irkt deze week met
de volgeicle iioteer i ugen

Juli ……..Sh. 1316

December ……Sh. 1418
Augustus …

,, 13/7%

Maart ……..,, 151-
September

,,
13/8%

Mei ……….,, 1513%
October ……,, 14/0%

01) J a v ii was cle markt deze w’eck kalm gestemd. De
Visp i’erkoclit nog wat Superieur uit oogst 1927 tot
f
16,75
en w’at Melassesuiker op basis van dezen prijs.
Het rendement van 147 fabrieken per half Juli was
circa 14 pot. lager dan op dat tijdstip verleden jaar.
H i e r t e 1 a n d e was de markt tamelijk lusteloos ge-

stemd, gedeeltelijk in sympathie met New York en ge-
deeltelijk wegens realisatie vali Augustustermijn. Prijzen
brokkeiclen dan ook af met
f
0,25 tot
f
0,375. Augustus
sloot op
f
16,25, ])eceniber sloot op
f
17,-, Maart sloot
op f
17,50.
NOTEERINGEN..

Londen
New York
Amster-

1
White Java’s
I –
Cuba’s

960
Data

dam per Tates f.o.b. per

96° ci.!.

Centri-
Aug.

Cubesl

fugais
No.1
1

Juli

Aug.

basis99°
26 Juli ’26

f
16%
33(3

15,
1
_

11/7%
4,14
19

,,

’26

,,

1611/
16

33/3

151-

11/7% 4,11
26

’25

,,

l8o/
34
1
9

14:6

12-
4,27
26

’24

241o/,

431-

201_

1717%
5,15

ruwsuiker
basis 88°
4Juli ’14

f
1118/
181-

–

–
3,26

basis 990
1)
Het verhil tussclien ruwsuiker
88
0
en

f
141311
krist.suik.
990
is aan te nemen opf3 p. 100KG.

KATOEN.

Noteering
voor Loco-Katoen.

(Middling
Uplands.)

30
Juli
1926
23Juli
1

1926
16
Juli
1

1926
30
Juli
1

1925
30Juli
1

1924

New York voor
Middling…
19,18e
18,85e
18,55e
24,90e
31,75 c
New Orleans
voor Middling
18,57 c
18,53e 18,24e
24,25e
28,75 c
Liverpool voor
Middling…
10,02 d
9,93 d 9,92 d
13,87 d
19,17d
4
)

*) Voor fully middling ouden Standaard.

Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen).

1
Aug.’25
tot
23
Juli
’26

Overeenkomstige periode

1924125

1923124

Ontvangsten Gulf-Havens.
,,

Atlant.Havens
}
9453
6895

Uitvoer naar Gr.Brittanuië
2270
2534
1687
,,

,,’tVasteland etc
4635 4745 3484
Japan ……
.1221
898
581

Voorraden.
(In duizendtallen balen).

Overeenkomstig tijdstip
23Juli’26
–

1925

1924

Amerik. havens ……….
..539

266

208
Binnenland ……………883

166

196
New York …………….51

100

55
New Orleans ………….’ 161

61

52
Liverpool …………….483

349

153

Marktbericht van de lIeeren Sir Jacob Behrens & Sons, Manchester, d.d. 28 Juli, 1926.

lIet voornaaiitste feit in de afgeloopen week was de
publicatie van het Auiierikaa tische Landbouw l3urean Itap-
port
01)
jl. Vrijdag. Dit gaf een coitd itie aan van 70.7, dat,
hoewel 3 punten beter clan het vorig jaar, over ‘liet -ilge-
oneen iets beneden de verwachti ogen was. Men schat den
oogst thans op 15.368.00& balen, gebaseerd op een ge-
nuddelde opbrengst van 155.8 lbs. per acre. Dit beteekent
een vermindering van 267.000 balen sinds liet rapport van
25 Juni. iret rapport was reeds in de Liverpoolmarkt
vertliseonteei
–
cl, hoewel er een kleine daling platits vond,
die echter
01)
Zaterdag weer verdween. Sedert is de markt
vaster gestenid, ofschoon hedenmorgen Liverpool iets lager
opende. Egyptische soorten toonen slechts weinig veran-
dlering, doch. de berichten over den ii ieuwen oogst zijn min-
der gunstig. Ontvangsten in Alexand.rië, alsook voorra-
den zijn heel wat grooter dan verleden seizoen. De vraag
haar alle soorten is nog gering; locoverkoopen iii Liver-
1)001 bedroegen de vorige w’eek slechts 23.000 balen.
In de Amerikannsche garenmarkt is geen verbetering
gekomen. Spinners van grove garens rapporteeren slechts
weinig vraag en waar van zaken nog sprake is, spreekt
men van prijzen van drie weken geleden, toen katoen nog
80 punten lager was. In medio nummers, zoowel twist
als veft, is de vraag onregelmatig en zijn prijzen slecht,
zoodat de omzet slechts zeer gering is. Naar getwijnde
garens bestaat weinig belangstelling, terwijl de vraag

4 Augustus 1926

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

701

voor export gering is. Ook ringspinners rapporteeren
over het algemeen weinig vraag, ofschoon hier en daar
nog wel flinke posten tegen behoorlijke prijzen schijnen. te
zijn afgesloten. In vergelijking met spinners van Amen-
kaansche garens, zijn spinners . van Egyptische garens in
een gunstiger positie, doch de omzet laat nog wel wat te
wensehen over. In getwijnde garens is nog wat gedaan in 8012 voor Indië. Ten gevolge van mindere werkuren, va-
cantie in verschillende districten en gebrek aan brandstof-
fen, is cle productie van alle soorten waarschijnlijk onge-
veer de helft van normaal. Dit houdt de voorraden klein,
maar de onzekerheid van de toekomst onder al deze on-
gunstige factoren alsmede de waarschijnlijkheid van vol-
doende aanvoeren van ruw materiaal, doet een gevoel van
wantrouwen ontstaan en is een beletsel voor den handel.
Doekprijzon zijn vast, met neiging tot stijgen. Dit heeft
nog geen nieuwe zaken ten gevolge gehad, maar van Indië
komt een goede vraag eti cle toon
–
van de markt is daar-
door wat optimistischer. De geboden prijzen zijn bijna alle
zonder uitzondering te laag. De kolencrisis overschaduwt
alles en er bestaat nog weinig uitzicht op verbetering. De
productiemoeilijkheden zijn nog een factor van beteekenis
en dragen er niet toe bij het vertrouwen in de markt te
steunen. Behalve Indië en de Rangoon zijn de Oostersche
markten flauw en toonen niet veel belangstelling; men
schijnt algemeen een afwachtende houding aan te nemen
in verband met cle ontwikkeling van den industrieelen toe-
stand en (ten nieuwen oogst.
21 Juli 28Juli. Oost. koersen. 20Juli 27Juli
Liverpoolnoteeringen. T.T. op Br.-Indië 11511
8
11529

F.G.F. Sakellaridis 16,20 16,25 T.T. op Hdnkong 21234 212*,,
G.F. No. 1 Oomra.. 6,75 6,90 T.T. op Shanghai 2110e 2/10k

KOFFIE.
iMededeeling van de Vereeniging voor den Goederenhandel
te Rotterdam.)
Noteeningen en voorraden in Brazilië.

Data
te Rio
t

te San los
Wisselkoer8
te Rio
op Londen
Voorraad
1 Prijs
Voorraad
1

Prijs
(In Balen)
1
No.
71)

(In Balen)
1
No. 4
1
)

2 Aug. 1926
276.000
1
23.975
1.102.000
1
24.300
71,,
6 Juli

1926
270.000
1
24.375 1.178.000 124.500
721
182
19

,,

1926
298.000
1
24.250
1.267.000
1
24.500
727
!32
3 Aug. 1925
136.000
32.350
1.464.000
32.000
5
31
1
82

Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.

te Rio
te San fos
Data
Afgeloopen
Sedert
Vj
Sedert
week
1Juli
week
1Juli

31

Juli

1926…….
78.000
394.000
155.000
678.000
1 Aug. 1925……
85.000
360.000
178.000
772.000
1)
In
Reis.

Sedert het vorig bericht valt er niet veel nieuws te ver-
melden. De wisselkoers in Brazilië schommelde met kleine
fracties heen en weder; op het oogenblik staat de koers
op Londen genoteerd op 7
11
11
.
6,
zijnde slechts
81
hooger dan
een week geleden. Daarentegen zakten de binnenlanclsche
koffieprijzen in Reis in Brazilië eene kleinigheid in en
zouden de Braziliaansche uitvoerhuizen iets gemakkelijkere
kost- en vrachtaanbiedingen, zoowel van Rio als van San-
los. Een telegram uit Santos deed mededeeling van het
gerucht, dat de aanvoeren aldaar, die sedert half April op
circa 25.000 balen per dag waren gelimiteerd, vanaf
1 Augustus waarschijnlijk op 35.000 balen zouden worden
gebracht (de heden ontvangen Braziel-cijfers vermelden in-
tusschen voor de aanvoeren van Maandag 2 Augustus nog
een cijfer van 26.000 balen). Veel indruk maakt dit bericht
niet en onverwacht komt het trouwens ook niet, daar de voorraad te •Santos in de laatste dagen gedaald is onder
1.200.000 balen (op het oogenblik is hij slechts 1.102.000
balen), terwijl, zooals bekend is, verleden jaar in Augus-
tus overeengekomen is tusschen de afgevaardigden der Ainerikaausche koffiebranders en het bekende Instituut
tot Verdediging van de koffie te Sao Pauio, dat te Santos
een voorraad gehouden zou worden van minstens 1.200.000
balen. Het voor de hand liggend middel om dien voorraad
wederom op het overeengekomen peil te brengen, is na-
tuurlijk verhooging van de limieten der aanvoeren.
De termijuprijzen ondergingen alhier slechts zeer kleine
veranderingen en de markt sluit heden op noteeringen,
slechts ongeveer
34
á
34
cl. lager dan verleden week. Eene
uitzondering hierop maakt de maand Mei van het Santos-
contract, die een vollen cent heeft ingeboet. In loco zijn de
officieele noteeninglen onveranderd, doch cle afzet bleef
matig, en hier en daar werd om tot zaken te komen op de
prijzen wel iets toegegeven.
De prijzen van gewoon goedbeschreven Superior Santos
op prompte verscheping zijn thans ongeveer 971- & 981- per
cwt. en van dito Prime ongeveer 991- b. 1001-, terwijl zij van Rio type New York 7 met beschrijving, prompte ver-
scheping, bedragen 8513 It 861-.
Van Robusta op aflading zijn de, noteeringen op het
oogenblik:
Palembang Robusta, Juli verscheping, 47 ct.; Palembang
Bobusta, Juli/Aug. verscheping, 46% ct.; Benkoelen
Ho-
busta, JulijAug. verscheping, 48 ct., alles per
34
KG. c.i.f.,
uitgeleverd gewicht, netto contant. De officieele loco-noteeringen bleven onveranderd 65 ct.
per
34
KG. voor Superior Santos en 57 ct. voor Robusta.
De noteeringen aan de Rotterdamsche termijnmarkt wa-
ren aan de ochteud-call als volgt:

Santos-contract

Gemengd Contract
basis Good

11

basis Santos Good

]Sept.1 Dec.
1
Mrt.
1
Mei
II
Sept.
1
Dec.
1
Mrt.I Mei

3 Aug. 5534 53

52

50

54i
8
5051
8
4834 47
27 Juli
55*,’
53v, 52
i,
51

54sf, 51

49

47’1,
20

565, 55

53′!
8
5134

55i, 52
1
1
9
150v, 4834
13 ,,

5611
4
54

52’1
8

5071
8

5371, 5034

48e1, 47*1
8

De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

Juli
1

Sept.
1

Dec.
1

Maart

2Aug ………
$
17,62
$16,58
$
15,92
$15,50
,,

17,60
,,

16,58
,,

15,98
15,56
26 Juli

………
19

,.

……..
,,

17,93

.

,,

17,10
,,

16,56
16,15
12

,.

… .. …
..,,

17,30
,,

16,52
,,

15,97
15,53
Rotterdam, 3 Augustus 1926.

THEE.
In de afgeloopen week vond de laatste Amsterdamsche
veiling vôÖr de vacantie plaats, die ditmaal het groote
aanbod van ca. 26.000 kisten omvatte. De verwachting, dat
deze veiling een langzaam en langdurig verloop zou heb-
ben, werd niet bewaarheid. Trots het groote aanbod had
cle veiling een vlug verloop. Wel waren eenstemming met Londen flink lager dan die in vorige
veiling, doch men dient daarbij in het oog te houden, dat
Londen in het tijdvak van vier weken tusschen deze en
de vorige veiling, bijna voortdurend lager was afgekomen.
In de afgeloopen week toonde Londen wederom een vaste
,stemming en liepen de prijzen iets op, een omstandigheid,
waarvan de Amsterdamsche veiling dan ook profiteerde.
(
Toch waren de pnijsverschillen, vergeleken bij de vorige
yeiling, nogal groot en in het bijzonder voor de betere
gruistheeën, die dikwijls 8 It 10 ets. lager werden afge-
daan. Bladsoorten waren meer gevraagden daaronder in het bijzonder Oranje Peeco’s, clie slechts weinig op hun
vorige prijzen lieten vallen.
Aanvankelijk werd er nogal wat opgehouden, doch zeer
veel van zulke partijen werden weder onmiddellijk na de
veiling afgedaan. Het gemiddelde prijsniveau zal, vergele-
ken met de vorige veiling, slechts een teruggang te zien
geven van ongeveer 5 ets., zoodat de middenprjs van deze
veiling zich omstreeks 87 ets, zal bewegen.
Amsterdam, 2 Augustus.

RUBBER.
Gedurende de afgeloopen week bleef de rubbermarkt in
dezelfde kalme stemming verkeeren. De prijzen ondergin-gen geen noemenswaardige verandering en de omzet bleef
beperkt. Het slot bracht de bekendmaking, dat per 1 Augus-
tus geen restrictie zal worden ingevoerd in de Engelsche
koloniën.
De slotnoteeringen luiden:

la Sheets:

einde voorafgaande week:
Augustus

1.15

…………..1,15
Aug.lSept.

1.15

…………..1,15
Oct./Dec.

1.151

…………..1,16
2 Augustus 1926.

COPRA.
Gedurende de afgeloopen berichtsweek bleven de prijzen
nagenoeg onveranderd. Er vonden behoorlijke omzetten
plaats in af lading. Ook Marseille toonde veel belangstelling,
op welke haven eveneens behoorlijke zaken gedaan werden.
De slotnoteerin.g is voor alle posities voor Nederlandsch-
Indische f.m.s., koopers
f
3434, verkoopers
f
34%.

702

ECONOMISCH-STATÏSTISCHE BERICHTEN

4 Augustus 1926

KAPOK.

(Opgave van de Makelaars Gebrs. van der Vies, Amsterdam.)

Kapokstatistiek op 31 Juli 1926.

Voorr. Aanv. Verk.

Voorr.
1 Jan.

tot

tot

op
Importeurs:

1926 31Juli 31Juli 31Juli

J. A. Bergvelt ………..
H. G. Th. Crone………..
Van Eeghen
&
Co……..
N.V. Handelen Cultuur Mij.
v/h. Smidt
&
Amesz q.q.
Edgar

&

Go’s ‘Handel
Mij. Soerabaja ……..
–
4350 4350
The Hall Tr.Corp. ,,R’dam”
–
1528 1401
Hand.Verg.v/h.Reiss&Co
–
1836
1800
Jacobson v. d. Berg
&
Co
–
511 511 M.

Kolthoff

…………
–
240
240
Koning,Teves&Co …….
–
1883
1883
Landb. Mij. ,,Geboegan”
–
216
212
Maintz’Productenhandel
–
3463 2584
Mirandolle,Voüte
&
Co…
–

4017
4017
Ned. Kolon. Handeisvereen
–
2599 2599
Tiedeman & van Kerchem
1328 1328
Weise &Co ……………
878 996
Order

………………..
–
8578
8578

500 35865

35229

1136

STEENKOLEN.
De staking in Engeland duurt voort. De interventie van
de Bisschoppen schijnt tot niets te aullen leiden, daar hun
voorstellen voorwaarden bevatten, waarin het Britscheti Gouvernement niet treden wil. Een nieuw geluid is dat,
hetwelk de heer Cook eergisteren heeft doen hooren, nl.
dat hij met de mijneigenaars en de Regeering opnieuw zou,
willen onderhandelen, indien maar . priori vast komt te’
staan, dat niet aan de werktijden getornd worde. Met
andere woorden, hij zou bereid zijn in een verlaging van
de bonen toe te stemmen. Men zal moeten afwachten, hoe inijneigenaars en Regeering hierop reageeren.
De prijzen zijn als volgt:
Northumberland Ongezeefde ………….
•

Durham Ongezeefde ………………..
Cardiff Ongezeefde ………………..
Schotsche Gezeefde ………………..
Yorkshire Gewassehen Doubles ………
Westfaa.lsche Vetförder …………….
f
14.25
Vetstukken …………….16.75
Smeenootjes ………….. ., 16.50

.

Gasvlamförder ………….14.25
Gietcokes

– ……………,, 18.75
alles per ton van 1000 KG., franco station Rotterdam/Am-
sterdam.
Westfaalsche Bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam.

f
17.25. Markt vast.
3 Augustus 1926.

IJZER,
In Engeland is nog geen verandering ingetreden; de ruw-ijzerprodictie staat practisch stil. De Belgische producenten

Noteering in de week van

19125 juli 26 J.Jl A.
27 J.12 A. 1926
1926
1925

Ruwijzer.
J.
o. 5.
Middiesbrough
Sh. Sh.
Sh.
Cleveland Found’ry no. 1
9016
931-
751-
3
881-
9016
711-
4
871-
8916
7016
Biematite East Coast
Mixed Numbers
801- 811-
771-

Wagon clépart Longwy
(Lot hai-in gen)
Frs. Frs.
Frs. Moulage P. L. no. 3.
460,-
460,- 345,-
Semi-phosphoreuse …
560,-
560,_
365,-

eb Werk Rhëinl:.Westfaleiz
Mk. Mk.
Mk.

Gieszereiroheisen no. 1
88.-
88.-
90.-
3
86.-
86.- 88.-
93.50
93.50
95.50

f oS. Antwerpen
Sh. Sh.
Sh.
Gieterijruwijzer no. 3
67,-
67,-
62163

Hilmatit………………

Walsproducten.
f. o. b. Antwerpen (vrijbi.)
Sh.
‘Sh.
92-93
93
–
Stafijzer

…………..
Plaatijzer 5 mM …….
.100-101
100-101
–
3

..

…

…
.107_108
107-108
–

zijn ruim van orders voorzien, er kunnen slechts posten
yorden geaccepteerd voor levering ‘begin September.
T.n Frankrijk is met ingang van 1 Augustus een nieuwe
verhooging van den ruwijzerprijs tot stand gekomen; Mou-
lage P.L. No. 3 kost thans fres. 600 en semi-phosphoreus gietijzer fres. 670. Dit zijn dus belangrijke verhoogingen,
die waarschijnlijk weldra door nieuwe gevolgd zullen wor-
den. Het O.S.P.M. heeft zich nI. voorbehouden den prijs
van de hoeveelheid, welke in Augustus boven 50.000 t. naar
het binnenland wordt afgezet, nader vast te stellen.

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:

Data

Tin
1
Lood
1
Zink

30 Juli, 1926..

59.216 . 67.5;- 291.15/- 33.51-

34.-f-
26 ,,

1926..

58.716

66.716 . 289.216

32.151- 34.5/-.
19 ,,

1926..

57.1716 85.151-. 282.12,6 32.2/6

33.1716
12 -»

1926..

58.-/-

65.151- 277.716

31.51-

34.716
4 Aug. 1925… 62.716

67.101-. 264.1216 37.51-

35.17/6
20 Juli 1914.. 61.-f-

145.15/_ 19.-,-

21.101-

VRACHTENMARKT.

De Noord-Aznerikaansche graanvrachtenmarkt was zeer
flauw gestemd en van Montreal is de eenige bevrachting
een kleine boot naar Avonmouth tegen 3/44 per begin
Augustus. De Golf van Mexico is bijna zonder eenige def i-
nitieve vraag en er werd slechts 44n boot van middelma-
tige grootte bevracht per laatste helft Augustus naar Ant-
werpen of Rotterdam op basis van 18 cents. Sindsdien is
liet beste cijfer, dat in uitzicht wordt gesteld naar dezelfde
havens 17 cents.
De vraag naar tonnage voor suiker van W-Indië was
tamelijk vast en naar LJ.K./Continent werd bevracht tegen
23/. en 2216. In den loop van de week deed echter de’kolen-
markt ‘haar invloed gelden en tonnage per September wordt
thans overvboedig aangeboden, echter zonder succes. Tegen
het einde der week accepteerde een 8000 tonner naar
Continent
2011,
optie Marseille 2116 per 1118 September.
De •North Pacific was flauw gestemd voor alle posities.
Een 7000 tonner werd per Sept.(Oct. met 30/6 betaald van
Vancouver naar U.K./Continent. Per November wordt ton-
nage gezocht van dezelfde grootte tegen 3113, terwijl ook
naar Japan orders gecirculeerd worden.
De vrachten van de La Plata rivier zijn de afgeloopen
week enorm teruggeboopen. De graanmarkt aan deze zijde
was minder vast en dit, te zamen met de berichten van
nat weder in Argentinië, hetgeen de maïsverscheping be-
lemmert, heeft deze markt uit haar ‘verband gerukt. Er
werd slechts weinig bevracht en de vrachten zijn gezakt
tot 251- van dë boven La Plata havens. Tegen het einde
der week leefde de markt wederom eenigszins op en de mo-
gelijkheid bestaat om 2616 te bedingen voor handige booten.
De chilisalpeter vrachtenmarkt bleef geheel levenloos. Naar de gebruikelijke lijnboothavens van Europa bestaat
uitzicht op kleine partijtjes per Aug./Sept.fOct. tegen on-
geveer 13/6, doch de verschillende lijnreeders hebben hier-r
voor geen interesse getoond. 500 toiis is geboekt naar Li-
verpool tegen 17/6 per Augustus.
De Oostelijke markten bleven over het algemeen onver-
anderd. De boonenmar’kt van Wladiwostock was kalm en
de eenige boeking van deze week zijn 2000 tons naar Rot-
terdam en/of Hamburg per October tegen 251-. Van Dalny
werd bevracht per Augustus en September op basis van
2319 naar Londen/Hull/RotterdamfHamburg, optie Scancli-
navië 251-. Voor Javasuiker is de vraag beperkt tot Oos-
telijke bestemmingen; naar Hongkong wordt 45 cents per
picol in uitzicht gesteld. Van Z.-Afrika werden kolen be-
vracht naar Durban/Aden of Perim tegen 13/6 spot, en naar
Djibouti 141- per Augustus. Vi.n Mauritius werd: een groote
boot bevraalit naar U.K. op basis van 23/6 per September.
• De bevrachters van den Donau schijnen meer geneigd
tot’ afsluiten. Een .prornpte boot van 3500 tons werd be-
vracht tegen 1713, terwijl voor Augustus 1613 werd ge-daan voor een 4500 tonner. Per September worden han-
cbige booten gezocht ‘tegen 181- tot 1816. De vrachten van de Zwarte Zee bleven vast en er werd tot ’14f- bétaalci voor
Augustus, , teiivijl per’ September. tegen 13/3 en 1219 be-
vracht werd, het laatste ‘cijfer oor een’ 6000 tonner.
• DeMiddellandsch’e Zee was zeèr kalm en de vrachten bFe-
ven op een laag peil. In erts werden eenige bevrachtingen
gedaan, nl: MelillafBoulogne 5/10, IJmuiden 5/6, Bona(
Rötteidam 413 en Algiers/mclen 416. Voor fosfaat is een
flinke vraag naar tonnage. Van de Golf van Biscaye is de vraag beperkt tot conti-
nentale bestemmingen. BibbaofRotterdam betaalde 419 en
Santander/Rotterdain 51-.

20
382

(in pakken).

1834

1834
1426

1446
1178

1450
90

127
36

4
879

…
118