Ga direct naar de content

Jrg. 10, editie 501

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 5 1925

5 AUGUSTUS 1955

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.’

Econom’l’sch-wStat’lost’l*sche

B

erich’

ten’

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL;, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJN VAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VÔOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

tOE
JAARGANG

WOENSDAG 5 AUGUSTUS
1925′

No. 501

INHOUD.

BIz.
DE NEDERLANDSCI-IN
HA1)ELSPOL1TIE1C
door
Mr. Dr, L.
F. H. Regout ………………………………662
Een handleiding voor Loonsvergelijking door
M. Triebets 663
Het Verdrag met België een ramp voor het Vaderland
door
Prof.
Ir. W. K. Behrens …………………
665
BUITÉNI,ANDSCHE MEDEWERKING:
De illiquiditeit der Duitsche ondernemingen, door
Prof. Dr. J. Wolf …………………………667
De Deensche Kroon op weg naar de pariteit door
L.
Estrup…………………………………668
De nieuwe Duitsche Centrale Landbouwbank door
Dr. Cart Krcimer …………………………..
669
AANTEEKENINGEN:
Kosten van het leVensondei’houd bij arbeidersgzinnen
te Amsterdam ………………………….’
670
Verscheidenheid bij de spoorwijdte in’ Afrika ……
671
Dr. J. L. Prak: De Psychotechniek der Beroepskeuze,
bespr. door
Dr. P. W.. van W’ulfften Paithe …….
67.1
OvERzICHT VAN TIJDSCHRIFTEN
……….
673
STATISTIEKEN EN OVERZI0RTEN.,…


673-680
Geidkoersen.

Bankstaten.

Goederenhandel.
Wisselkoersen.

Effectenbeurzen.

Verkeerswezen.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE. GESCHRIFTEN
Wd. Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstro.

ECONOMISCH-ST4TISTIZCHE BERICHTEN

COMMISSIE VAN ADVIES.’
J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van Lennep; Prof. Dr. E.
211 oresco; Mr. Dr. L. F. H. Regovt; Dr. E. van Welderen
Baron Rengers; Mr. Q. J. Terpstra;
Prof.
Mr. F. de Vries.
Gedelegeerde leden: Prof. Mr. D. van Blom.;
Prof., Mr. H. R. Ribbius.
Redacteur-Secretaris: D. J. Wa,nsink. Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam..
Telefoon 2V’r. 3000. Post’rekening 8408.

Abon.nementsprijs’ voor het weekblad franco .p. p. in
Nederland f 20,—. Buitenland en Kolon’iën f 25,— per
jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het
Instituut ontvangen het weekblad gratis.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver.
tenties: Nijgh d van Ditm,ar’s Uitgevers-Maatschappij, Rot-
terdam, Amsterdam, ‘s-G’ravenhage.
3 AUGUSTUS 1925.

De geidmarkt was, deze week zeer vast. Het aanbod

van geld ‘kromp dagelijks in en ‘bij een vrij groot aan-
bod van wissels ‘steeg de ‘discoatokoers snel. A’an het

einde der week werd grif 3% pCt. betaald en voor

verschillende posten moest 3Y4 en
37/s
pOt. worden

toegestaan. Ook de prolongatierenite liep verder op.

Donderdag werd 3 i4 ‘pOt. genoteerd. Daarop werd

Vrijdag in verband met den ‘beiusvacantiedag en h:et

daardoor -ontstane renteverlies’ lager genoteerd op

3 â 3 pOL, maar Maandag -was de n-oteering opnieuw

h.00ger op 4 pOt. Heb aanbod van callgel’d was zeer

gering en hield op den eersten der nieuwe maand,

mede in verband met de storting op het schatki-stpa-

pier, geheel op.
* *
*

De op ‘de gel.drnarkt ontstane beweging ten ‘gevolge

van de maandwisseling, de stortim.g op schatkistpa-

pier en
dergelijke
hebben niet nagelaten ook op den

weekstaat van De Nederlandsche Bank invloed te

oefenen. De post binnenland.sehe ‘wissels steeg ‘dien-

ten gevolge met ongeveer
f
9 millioen, terwijl de be-

‘leen in’gen en voorschotten in rekenirigcourant met

f
36 millioen vermeerderden. Deze laatste stijging

komt voornamelijk voor rekening van de Hoofdbank.

‘De post buiteniarnidsche wissels steeg met ongeveer

f
4 niillioen, terwijl -de diverse rekeningen onder het

actief met circa
f-
5 millioen vermin.’derden. Er zijn

blijkbaar geen wijrigingen van beteekenis geweest in
het vreemde valutabezit der Bank. Het voorschot aan

het Rijk verdween en maakte plaaitis voor een tegoed

van ruim
f
11 millioen.

De bil jettencirculatie steeg met bijna
f
24 rniliioén;

:cle – rekeuingcoiirant-saldi van anderen vertoonen

:sieekts een .ger inge daling van ongeveer
f
500.000.

Het,hesoh.ikbaar metaal-saldo daalde met ruim
f
8 mii-
-lioen. In ‘den loop der week werd geen scha,tldstpapier

rehtet.reeks bij de Bank ondergebracht.

* *
*

De wisselmarkt vertoonde deze’ week hotnelfcle beel’d

ls ‘de’ vorige week. Ook nu wder ws.ren’ het’ alleen

1
Kopeiihagen en Oslo, waarin schomneliugen. voor-

kwamen
CII.
alle andere wi-ssls ‘bleven vrijwel on-

veranderd. De week opende met een hernieu.wde ster-
ke stijging voor deze’ wissels. Dinsdag vpoeg vê.id’ bij

opening 60 en 46,90 genoemd al-s hie’dkoerseh. Zo’ader

a’ffaire liepen ‘deze koersen echter daarna vrij snel

terug ibot 59,— en 46,65 en den volgenden d-ag werd

voor 56,90 en 45,90 aangeboden. Wilde schommelin-

gen bleven d,aiin a a-a’nihouden. Kopen-hagen werd in

den ioop der vek weder voor. 55,— maiir oo-k weder

,00r 57,25 afgedaan.
01)
56,— en 45,20 was ten slotte

ongeveer vrij regelmatig te verhandelen.

A.

LONDEN, 1
‘AUGUSTUS 1925.

De vaste tendens van. -d -vorige -beriohtsperi.ode

deed zich ook ideze week verder -gevoelen, zoodat geld

Donderdag ere Vrijdag zeer gezocht was, tot prjn

v-aai-43′ ii 5 pOt.

Disconto
i’ok derhalve nog iets verder aan en sluit

le week met’ 4i-4
5
/1e
voor prima 3-maa.nds bank-

accepten. –

In de vreemde wisselmarkt was het stil; Dollars

werden goedkoop er tot 4,85 X.

Slot heden: ‘New York – 4,85
11
1—%,’ Amsterdam

12;09 34-4:

/

662

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

DE NEDERLANDSCHE HANDELS-

POLITIEK.

De zoe uiterst moeilijke, ik mag wel zeggen delicate

kwestie van de handelspolitiek hier te lande, trekt
dezer dagen eens te meer de aandacht, nu het ge-

wijzigde tarief onlangs in working is getTeden. Diit
feit heeft van meerdere zijden tot hernieuwe – en ten
deele van eene ruime beuis getuigenide – uitingen van
misnoegen geleid en onwillekeurig, doet zich de vraag

voor, of sedert verleden jaar, toen de indiening en be-
handeling van het ontwerp gewijigde tariefwet zoo-
veel stof hebben opgejaagd, op economisch geb,jed
nieuwe gezichtspunten geopend zijn?
Wat •de handelsbeweging betreft, gaven over het
afgeloopen jaar zoowel in- als uitvoercijfers vrijwel
in gelijke verhouding eene niet onaanzienlijke sti.j-
gin’ te zien. De arbeidsmarkt bleef daarnaast ook
in 1925 een ongufistig beeld vertoonen. Tegenover
verbetering in enkel’e bedrijfstakken, stond stilstand

en ‘zelfs verdere achteruitgang in andere, zoodat door-
eengenomen in dit opzicht eene noemenswaardige

verbetering nog is uitgebleven en ‘de werkgelegenheid
in niet geringe mate bij het aanbod van arbeidskracht

achterbleef.

Deze verschijnselen bieden dus niet veel houvast,
daar zij tot tegengestelde conclusies aanleiding zouden
kunnen geven en overigens zijn zij •bij een overzicht over kortere perioden van ondergeschikte beteekenis
te achten tegenover het meer statistische ‘kaa’kter
eener algemeene tariefherziening, te meer daar deze laatste ten onzent een uitgesproken fiscale strekking

heeft gehad.
Van meer belang, zulks ten aanzien van onze ge-
heele handelspolitiek als zoodanig, is een ander ge-
geven. En wel een gegeven, dat niet ornopgemerkt kan
blijven, zoodra men de handelspolitiek ‘der onderschei-
dene staten als eene bij uitstek internationale aange-
iegenhei’d beschouwt, zoozeer ‘dat er heden ten dage
wel geen onderdeel van nationale wetgeving is, waar-

bij de belangen van andere staten in gelijke mate be-
trokken zijn:
Waarop ik doel, is de steeds verder gaande ontwik-keling van de han’delspol’itiek ‘der vreemde staten op
den weg van bescherming van eigen nijverheid. Het
helpt niet of men zijn oogen er voor zou willen slui-
ten, erkend moet worden dat bovenstaand verschijnsel

zich tot in den laatsten tijd geaccentueerd heeft. Al-
dus op de voornaamste plaats in Engeland, bij de toe-
passing van de Safeguarding of Industries, aldus in
Duitschlan’d en Frankrijk bij de aldaar aanhangige
tariefhervoi;mingen, aldus ook buiten Europa in de
Zuid-Afrik’aansche Unie en.Australië. De meer tege-
moetkomende ‘houding van verschillende staten tegen-

over Duitschlan’d, doet aan ‘het door ‘die staten ge-
huldigde principe niets af. Ook kan van de schuch-
tere, ‘hoezeer lofwaar.dige stappen van ‘de zjde van
den Volkerenhond, ter bestrijding van in- en uitvoer
belemmerende bepalingen, bezwaarlijk veel resultaat verwacht worden om het hovengemel’de verschijnsel
te ‘keeren. Zonder overdri.jvin’g kan thans gezegd wor-
den, dat alle geciviliseerde landen ‘der wereld op den
hui’digen dag in meerder of minder mate uitgesproken beschermende tendenzen vertoonen. Hierop dient ‘dan
alleen eene uitzondering te worden gemaakt voor
Nederland, in zoover men althans ‘niet zou willen
stellen, gelijk ‘door tegenstanders der gewijzigde ta-
riefwot veelal geschiedt, dat •deze laatste wet even-
eens in wezen beschermend is. Maar al mocht hier-door ook ten onzent reeds van het beginsel van den
vrijhan’del zijn afgeweken, dan geschiedde •dit toch slechts in zoo veel geringer mate dan elders, ‘dat wij
in deze een geïsoleerde positie blijven innemen. Wegens deze laatste omstandigheid kan natuurlijk
nog niet het minste argument tegen de in ons land
gevolgde gedragslijn worden ‘ingebracht, wanneer ook
de feitelijke verhoudingen alhier een geheel op zich

zelf staand beeld vertoonen. Is dit zoo? De vraag stel-

len is gemakkelijker, ‘dan haar beantwoorden. Ons
land is ongetwijfeld op de eerste plaats een handels-
staat te noemen. Aan ‘den handel heeft Nederland
zijn opkomst en welvaart en goeddeels zijne huidige

positie op ‘de wereldmarkt te danken. Daarnaast be-
twisten, landbouw en industrie elkander voorloopig
no ‘den voorrang voor het ‘bezetten van ‘de volgende

plaats, maar reeds stelt de toekomst eene andere ver-
houding in het vooruitzicht. Met ‘het oog al op de
sterk toenemende bevolking in Nederland, is ons land
noodwendig op de gestadige ontwikkeling
zijner
in-

dustrie aangewezen, terwijl land- of .tuinibouw in ver-
houding tot den .bevolkingsaanwa’s nooit eene vol-
doemie uitbreidingsmogelijkheid bieden kan.

Z’iehier een probleem, dat tevens de han’delspolitiek
raakt. Voor den ‘handel brengt
el1,e
belemmering van

het internationale verkeer uiteraard nadeel. Voor het
meerendeel van onzen land- en tuinbouw evenals voor
de exportindustrie ontstaat eerst gevaar, zoodra de
uitvoer
belemmering gaat ondervinden. Anders weer
is het ‘gesteld met de zgn. binnenlan’dsche industrie,
voor wel’ke belemmering van ‘den
invoer
v66rdeelig

pleegt ‘te zijn. Botsing ontstaat ‘hier met de export-
belangen dan, zoodra invoerbelemmerende maatrege-
len tevens ‘den uitvoer indirect gaan schaden. Deze
laatste belangentegenstelling wordt echter voor wat ‘de
industrie betreft, eensdeels ‘reeds verzacht door het
feit, dat deze vaak ‘beide elementen zoowel van ‘bin-nenlaud’sche als van exportin’dustrie in zich bevat en
schijnt overigens naar wat ‘de practijk elders te zien geeft, niet van dien aard te zijn, als ‘de hier te lande

op theoretische gronden scherp getrokken scheidings-
lijn zou doen verwachten. Het valt althans op, ‘dat
men in overwegende industriestaten met hooge in-
voerrechten van een belangenstrijd tusschen beide
soorten industrie zoo weinig reppen ‘hoort.
Hetgeen de geheele kwestie der handelspolitiek
zoo uiterst moeilijk maakt, is juist de tegenstrijdig-
heid van belangen, die er mede gemoeid zijn. Volgens
niet weinigen .mag ‘zelfs de vraag, of Nederland in
de toekomst ooit zijne geïsoleerde positie op het
terrein ‘der handeispolitiek zal moeten
prijsgeven,
niet
eens gesteld worden, daar ‘dit voor ons land geen
vraag zou zijn.
Moet echter voor zulk een aprioristisch stelling
nemen de kwestie toch niet te gecompliceerd worden
geacht? Wanneer een beduidend deel van onze indus-
trie, ook zoover ze exportin’dustrie is, door ‘de han-
delspolitiek der buitenlan’dsche staten bedreigd wordt

of ‘bedreigd gaat worden, wanneer onder moer de ex-
port onzer land- en tuinbouwprod’acten ernstig in
gevaar mocht ‘komen, moet Nederland dan terwille van
zijne ha,ndelsbelangen per se werkeloo,s ‘blijven toe-
zien? Hoe ‘de ‘beslissing ook zou mogen uitvallen, een
zorgvuldig wikken en wegen lijkt hier op
zijn
plaats.
Niet genoeg herhaald kan worden, dat eene begin-
selvraag voor of tegen vrijhandel ‘hier geheel buiten
staat, vooral dan, wanneer de afwijking van het vrij-
han’delstelsel zich beperkt tot de nader te bespreken
retorsiemaatregelen, di. tot zuiver afveermiddelen
in ‘den ‘buiten ons toedoen maar niet ‘buiten onze be-
langensfeer gevoerd wordenden’ strijd op economisch
gebied. Er bestaat hier tot zekere hoogte eene volko-
men analogie met ‘den strijd tegen eenzijdige ontwa-
pening op militair gebied, welke daarom nog geens-
zins verzaking aan het vredesideaai inhoudt.
Wordt niet vaak ok elke afwijking van het ahsö-
lute vrijhandelsstelsei, als zoodanig te veel over een
kam geschoren, aihoe*el in aard en uitwerking ve-
schillen’d? Op ‘de eerste plaats valt hier te onder-
scheiden ‘de uitgesproken protectionistische politiek
over de geheele lijn, van landen als Amerika, Duitsc’h-
land, Frankrijk, België, Tsjecho-Slowakije en zoovele
andere. Daarnaast is te wijzen op Engeland, waar
niet het minst den allerlaatsten tijd niet geschroomd
wordt door zeer ‘hooge beschermende rechten op be-

5
Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

663

paalde artikelen zulke industrieën bij te staan, wier

binnerilandsche afzet sterk te leiden heeft door – om
onderscheidene redenen als abnormaal beschouwde –
buitenlandsche concurrentie. Op de derde plaats is
te noemen het aanwenden van zgn. retorsiemaatre-
geld, waarmede niet rechtstreeks de beveiling van
den binnenlandschen afzet beoogd wordt maar van
den export, al zullen daarbij zich gevallen voordoen,
dat indirect industrieën, wier producten zoowel in
binnen- al’s buitenland afzet vinden, ‘bij hun binnen-
landschen afzet bescherming gaan ondervinden.
In tegenstelling tot de eerstgenoemde systemn van
haudelspolitiek, is -bij aanwending van retorsiemaat-
regelen bescherming dus geen vooropgezet doel, maar
in voorkomende gevallen automatisch intredend ge-
volg. Doel van retorsie is veeleér het bevorderen van
het internationale vrije ruilverkeer, aangezien tarie-
ven slechts verliooging ondergaan, in zooverre het

buitenland niet van overmatige heffing op onze
exportproducten of zelfs algeheele uitsluiting is af
te brengen. Ook indien men het thans in Engeland
gevolgde systeem voor ons land in allen deele onaan-
nemelijk zou blijven achten, is daarmede nog niet
beslist omtrent de wenschelijkheid, dat aan de Ne-
dorlan’dsche Regeering •de bevoegdheid wordt ver-
leend, om in ilitzonderi ngsgevallen retorsiemaatrege-

len toe te passen. Wellicht, zal juist deze vraag met het oog op onze
exportbelangen in de toekomst in het bijzonder ‘de
aandacht vragen. De practijk heeft wel reeds aan-
getoond, ‘dat de clausule der meestbegunstiging aller-
minst voldoende waarborg meer biedt tegen eene be-
handeling van de zijde van het buitenland, welke vaak
spot met alle gevoel vajn recht en billjkheid
Voorbeelden van het willekeurige en voor onze be-
langen schadelijke optreden, in het bijzonder van de
zijde onzer Oostelijke naburen, zullen er niet weinige
zijn ‘te geven. Ik wil mij hier ‘bepalen tot de vermelding
van een tweetal sprekende gevallen uit mijne omge-
ving. Ondanks zijn grooten kolenuitvoer naar Neder-
land ontziet Duitschiand zich niet, zijnerzijds syste-
inat’isch den invoer van kolen tegen te gaan van Ne-
‘derlandsche herkomst, naar het naburige Duitsche
industriegebied, alwaar deze kolen afzet kunnen vin-
den. Nu kan men wel tegenwerpen, d’at de beperkter
afzétmogelijk’heid voor Nederlandsche kolen naast den
onbelemmerden invoer uit Duitschland lage prijzen
voor het binnenlan’dsche verbruik in de hand werkt,
maar het willen voordeel zoeken voor een bepaalde consumentenkring uit zulke leloyale verhoudingen,
zou rn.i. toch van kortzichtige en tevens van weinig
hoögstaan.de politiek getuigen.

‘Ecn ander voorbéel’d vin’dt men bij het artikel tafel-
glâs. Ook ‘hier tegenover uitvoer naar ons land ôp
ruime schaal, invoerverbod van Duitschiand op ‘die
glassoorten, waarvoor aidaai navraag bestaat.
Zulke voorbeelden zijn ongetwijfeld gemakkelijk
‘door andere aan te vullen. Alen kan zich slechts ver-
wonderén over de laukmoedligheid der Nederlanjdsche
Roeërin g.
Voorzeker het aanwenden van wisselende tarieven
otder bëpaal’dc omstandigheden en ten aanzien van
onderscheidene landen, brengt complicaties met zich.
Ook zou aan het diplomatieke beleid hij het afsluiten
van handelstractaten zwaardere ei’scheu worden ge-
steld, dan bij het vasthouden onder alle omstandig-
heden aan de meestbegunstigin’gs-clausule noodig is. Maar door zulke moeilijkheden, welke ook elders op-
lossing hebben gevon’den, is het systeem nog niet
veroordeeld.
Jnist onder de kleinere landen zag men verschil-
lende met succes hun toevlucht nemen ‘tot zulke rnaat
regelen van verweer. Ontkend moet worden, ‘dat daar-
onder ‘de goede verstandhouding tusschen ‘de betrok-

ken landen noodwendig zou ljden. Het lijkt zelfs niet
gewaagd, de veronderstelling te opperen, dat de
vreemde staten dit verweer tegenover hun eigen han-

delspolitiek een heel wat ‘natuurljker daad zouden
vinden, dan ‘de passieve houding, ten deze tot dus-
verre door ons land ingenomen.
Hoe ook onze toekomstige handelspolitiek zal -uit-
vallen, te wenschen is, dat dit vraagstuk’ met onhe-

vangeiiheid en realiteitszin moge bezien worden. Veel
is reeds gewonnen, wanneer men het er over eens
mocht zijn, dat eenerijds niet met een uitsluitend
beroep op het ,,heproefde vrijhandelstelsel” kan wor-
den volstaan en ‘dat anderzijds een opnemen voor de
bescherming eener bepaalde belangengroep tegen rn-
stige en soms ‘deloyale bedreiging van de zijde van
het buitenland, nooit beteekenen mag haar voorrech-
ten te verleenen, maar slechts tot doel kan hebben,
haar eene rechtmatige plaats te verleene naast die

van andere belangengroepen.
Ten slotte zij mij in verband met dit onderwerp,
nog een enkele opmerking veroorloofd over den export
naar onze koloniën. Gelijk bekend, zijn aldaar ook de
produten uit ‘het moederlan’d aan invoerrcht onder-
worpen, hetwelk bijvoorbeeld bedraagt, om wederom tot mijne ‘omgeving te ‘blijven, voor keramische arti-
kelen 10 pOt., voor glaswerk 12 pOt. enz. Zou ook
hier aanpassing aan ‘het buitenlaind’sche, met, name
het Engelsche voorbeel’d, voor wat betreft de toeken-
ning van preferentieele rechten, in ‘de toekomst geen
punt van overweging ‘kunnen gaan uitmaken? Even-
zeèr op dit gebied schijnen alle argumenten niet te
zijn uitgeput met een uitsluitend ‘beroep op de nu
eenmaal altijd gevolgde politiek, welke de’financieele zelfstandigheid tusschen moederland en ‘koloniën be-
h’eerscht. Hiertegenover ware -te stellen, ‘dat andere
tijdeh andere voorzieningen ‘brengen.
Zooveel is naar mij voorkomt te verwaéhten, dat
een dergelijke maatregel hier te lande gemakkelijker
dan andere instemming zon vinden, waarbij althans
binnen het Nederiandsche rëchtsgebied de bestaande
tolgrerizen ten deele zouden worden opgeheven of
verzwakt, als •tegemöetko’ing aan de talrijke belem-
meri:ugeu, welke van elders anja •de ontwikkeling van
onzeh export worden in den weg gelegd.

Meerssen.

L. F. H. Rnj(:ou’t’.

EEN HANDLEIDiNG VOOR LOONS-

VERGELIJKING.’)

Het bureau voor loongegevens van Centraal Over-
leg in arbeidazaken voor werkgeversbonden’ heeft een
handleiding samengesteld voor lo’onsvergelijki’ng tus-
schen verschillende bedrijfstakken. Deze ‘handleiding
moet dienen als leidraad voor werkgevers hij het
maken van vergelij’kingen tusschen ‘de bonen uit
eigen ‘bedrijfstak en de bonen uit andere bedrijfs-
nikken. Deze vergeljki.ngen blijken in de practijk van
de bedrijven meer en meer noodzakelijk.
Bij het gebruik van dit boekje is on’dersteld, dat
de gebruiker over •de noo’dige bedrjfskennis beschi’kt. Want het bevat enkel de hoofdzaken van ‘de met’hode,
die aan de loonsvergelj-king ten grondslag ligt, zoo-
als een technisch handhoekje voor den ingenieur met
de technische hoofdzaken ]zou aanleiding kunnen zijn tot een hoofdzakelijk loon-technische bespreking,
waar
bij: in het algemeen voor
de lezers van ‘dit tijdschrift de ‘techniek te veel oi
den voorgrond zon ‘moeten treden. Daarom

lijkt het
mij ‘beter om mij nu te ‘bepalen tot het maatschappe-
lijk belang van het feit, dat ‘deze handleiding uitgaat
– van een centrale werkgeversorganisatie,’ waarbij be-
langrijke landelijke werkgeversh’onden zijn aangeslo-
ten.
Reeds herhaalde

malen heb• ik, ook in dit tijd-
schrift,
2)
gewezen iop”een algemeen belang, dat ge-‘

‘) ,,Hanclleidiug voor loonsvergelijkiiig tusschen verschil-
lencie bedrijfstakken met va.kiijst Mei
1925″,
Centraal Over.
‘leg, Schotersingel
9,
Haarlem.
2)
,,E.-S. B.” van 18 ‘Mei
1921, 15
Novembér
1922, 23
en
30 April
1924.

664

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

diend is door ‘de aanwezigheid van betrouwbare en
vergelijkbare gegevens omtrent de werkelijke verdien-
sten, namelijk het inkomen der werklieden; dat der-
gelijke gegevens grootendeels ontbreken of zoo laat
verzameld worden, dat cle practische waarde dikwijls
geheel verdwijnt; dat het hij loonconflicten meerma-

Jeu voorkomt, dat geen ‘der partijen over de juiste
looncijfers beschikt, waardoor het gebeuren kan, dat
achteraf gezien de inzet den. strijd niet waard was;
dat ‘hierin verbetering is te brengen door het stelsel-
matig verzamelen en snel publiceeren van loongege-
vens door werkgeversorganisaties, omdat alleen de
werkgevers door middel van hun 1oonbokhouding in
staat zijn do juiste gegevens te verschaffen: Ook na
een bespreking van dit onderwerp in 1923 in den
Nijverheidsraa•d wees dit college ‘in een advies aan

den Minister op het groote belang van betrouwbare
en feitelijke gegevens omtrent bonen en loonsver-
houdingen en gaf als zijn meening te kennen, dat
,,een regeling tot het verzamelen van loongegevens uitsluitend door de werkgevers in het leven dient te
worden geroepen en dat de Regeering aan zulk een
regeling rechtstreeks geen aandeel moet hebben.”
Zooals bekend is, geschiedt dit reeds in de metaal-
nijverheid door den wer’kgeversvaicbond, den Metaal-
hond, waarvan de resultaten elk halfjaar worden ge-
publiceerd. Ook werkgeversbonden uit andere be-
drijfstakken zien •de noodzakelijkheid van een syste-
matische verzorging van deze aangelegenheid meer en

meer in. Zij trachten hierin te voorzien op een wijze,
die verband houdt met de eigenaar.digheden van hun
bedrijfstak en de meest practische oplossing van het
vraagstuk oplevert. Centraal Overleg, waarbij 15
landelijke
werkgevers-

bonden (met ongeveer 125.000 werklieden) zijn aan-
gesloten, heeft nu, als centrale Organisatie, •de daarbij
aansluitende taak op zich genomen om •de loongege-
vens van ‘deze bonden in ‘de
verschillende bedrijfstak-
ken
te vergelijken. Hiermede is, in verband met het-geen de inchvidueele werkgevers en de werkgevers-honden op ‘dit’ gebied reeds ‘doen en moeten blijven
doen, een soo’rt trapsgewijze regeling voor het ver-
zamelen en verwerken van loon gegevens voltooid. Een
regeling, die voortkomt uit en verband houdt met
den ontwikkelings’gang, ‘die het vereenigiu gsl•even der
werkgevers op het gebied van arbeidszaken te zien

geeft. –
Ik zal dit ‘in het kort toelichten en daarbij de hand-
leiding volgen.
De handleiding gaat uit van het feit, dat drie soor-
ten van loon svergelijkin gen voor ‘de werkgevers van
belang zijn. Ten eerste: in eigen onderneming, ten
tweede: in eigen
bedrijfstak
en ten der’de: tusschen
e:rschillende bedrijfstakken.

In
eigen o.nderneming is
‘de individueele werkge-

ver uit een oogpunt van een ‘goede bedrijfsleiding
genoodzaakt ‘de l’oonen van zijn eigen werklieden on-
derling te vergelijken. Uit ‘deze ver.gelij’kin.gen kan
hij geolgtrekkingen maken, ‘die den goeden geest
onder zijn werklieden bevorderen, doordat
‘hij
in staat
is tijdig verandering te brengen in. onjiïiste looiisver-
houdingen. Maar hij kan dergelijke vergeljkingen
alleen maken indien hij zorg ‘draagt, dat zijn loon-
boekhouding zoodanig is ingericht, ‘dat hij; over de
cijfers, die het inkomen der werklieden aangeven,
tijdig kan ‘beschikken.. Zijn ‘belang ‘brengt tevens mede,
dat hij dit systematisch ‘doet en ‘dat de kosten aan
het verzamelen en rangschikken ‘der
cijfers
besteed,
zoo gering mogelijk zijn. Ook d’oet hij nog een andere
ervaring op. Hij merkt, dat ‘het niet ‘voldoende is om
de looncijfers van ‘zijn onderneming op zichzelf te
beschouwen, maar ‘dat het bij de beoordeeling der
loonsverhoudirigen tevens van belang is ‘de beschik-
king te hebben over de loondjfers van andere onder-
nemingen uit eigen bedrijfstak.
Dit kan hij bereiken door zich aan ‘te sluiten bij
een 1 a’ndelij’ken werkgeversvakbond, bestaande uit

werkgevers van eigen of aanverwanten bedrijfstak. Die
hond is immers onder meen in staat te ‘doen, wat den
alleenstaanden werkgever nooit lukt, namelijk te zor-
gen voor het verzamelen en verwerken van de loon-
gegevens uit
zijn bedrijfstak,
‘die ‘de individueele werk-
gever bij •de heoordeeling van de boonsverhou’dingen

in eigen onderneming noodig heeft. Alleen moet hij
‘daartegenover de verplichting op zich nemen om aan

zijn bond op bepaalde tijden en in een bepaalden vorm
cle boon’gegevens van zijn onderneming te verschaffen.
De werkgevers’bond van zijn ‘kant heeft ei weder be-
lang bij, ‘dat het ‘verschaffen, verzamelen en verwer-
ken der lo’oncijfers zoo min mogelijk last aan zijn
leden ‘bezorgt en zoo min mogelijk kost. Daarbij komt,
dat liet bondsbestuur zijn taak ook niet naar behoo-
ren kan verrichten als het niet over ‘de boo’ncjfers
van zijn leden besc’hikt. En ‘daar deze looncijfers in
meer of mindere mate aan veranderingen onderhevig
zijn, is het ‘bestuur genoodzaakt te zorgen, ‘dat de ge-
gevens periodiek en zoo spoedi’g ziogeljk inkomen.
Deze belangengemeenschap kan derhalve ‘den grootst
mogelijken waarborg geven, dat deze regeling, die
met de organisatie der werkgevers verband houdt,
goed zal worden verzorgd en vlug zal werken.
Zoodra ‘de organisatie der werkgevers zoover ont-
wikkeld is, dat deze landelijke bonden met elkan der
in arbei’dszakon overleg plegen, ‘dan ontstaat er een
centrale organisatie van werkgevers, die belang heeft’
bij ‘het vergelijken vn de loongegevens ‘der landelijke
bonden. Het gevolg hiervan is, dat, ‘hetgeen de lande-
lijke hond reeds ‘doet voor een ‘bepaalden bedrijfstak
ten ‘behoeve van zijn individueele leden-werkgevers,
nu de centrale Organisatie gaat doen v’oor haar leden,’

namelijk de werkgevers’bonden uit de
verschillende bedrijfstakken.
Deze’ Centrale gaat dan zorgen vooc
de vergelijkbarè 1oon’gegevens, welke bij het onder-
ling overleg der bonden noodig zijn. Hiervan is de
handleiding van Centraal Overleg het ‘zichtbare tee-ken, waarin de methode, die ‘daarbij gevolgd wordt,
is vastgelegd. Over ‘de handleiding zelf het volgende.
Het is van het bureau van Centraal Overleg goed gezien om in het begin niet te veel hooi op de vork
te nemen. De loonsvergeljkingen zijn voorloopig be-
paald tot de meerdenjarige mannelijke ‘en vrouwelijke
werklieden. Dit lijkt mij geen bezwaar, omdat de loo-
non van de minderjarige werkliëden in de ‘verschil-lende bedrijfstakken een vrij nauwkeurig te bepalen
verband houden ziet de bonen ‘der meerderjarigen.
Dit zal derhalve ‘bij het overleg geen moeilijkheden
opleveren. Vervolgens qluit de rnebhode van loonsver-
geljking zich aan hij datgene, wat in werkgevérsbon-
den reeds met succes is toegepast. Als maatstaf vöor
het inkomen is igenomen ‘het uurink’om’en; voor de
vakindeeling de ‘opleiding, die voor het vak noodig is.
Ten ein’de de werklieden in va’kgroepen te kunnen
indeelen is in de handleiding een zeer uitgebreide
vakljst opgenomen met bijna ‘duizend vakken.
Dit is mede een zeer verdienstelijk werk van het
bureau voor loongegevens van Centraal Overleg, dat
daarbij, zooais het voorwoord zegt, van de voorlichting
van ‘deskundigen ‘heeft kunnen gebruik maken. Niet-
temin ‘blijft het samenstellen van een va’klijst, die
verschillende bedrijfstakken
1)
omvat, geen gemakice-

lij’ke taak.

‘) Deze bedrijfstakken zijn:
1.
Steen, glas, aardewerk-industrie;
2.
Boekdrukkerijen,
boekbinderijen, steeudrukkerijen, chemi’grafie; 3. Bouwvak-
ken (bouwbedrijf, schilders-, steeuhouwers-, stucadoors-,
loodgieters., installatiebedrijf);
4.
Chemische bedrijven
(zeep, soda, kaarsen, verf, olie, chem. producten, etc.)
5. Houtbedrijf (bonthandel, houtzagerijen, kuipers- en kis
;

tenmakersbedrijf, meubelbedrijf) ; 6. Kleermakersbeclrijf
(maat en confectie) ; 7. Leerbewerking (schoeniudustrie,
leerlooienijen);
8.
Mijnbedrijf; 9. Metaalindustrie (ruachi-
fles, instrumenten, scheepsbouw, constructie, rijtuigen, hoog-
ovens etc.)
; 10.
Papierindustrie en papierbewerki’ngsindus-
trie;
12.
Textielinclustrie (weverijen, spinnerijen, appretuur,
etc.)
; 12.
Voedings- en gen’otinicl’delen’bedrjf (meel, pellerijen,

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

665

Ten slotte moet ik nog opmerken, •dat ‘deze regeling
voor het verzamelen van loongegevens, die voortkomt
uit en verband houdt met cle organisatie der werk-
gevers en waaraan deze handleiding ‘haar ontstaan
dankt, nog in een stadium van ontwikkeling verkeert.
Maar de practische resultaten, die reeds bereikt zijn,
wekken ‘de verwachting, dat deze ontwikkeling zich
in de meest practische richting beweeg-t.

M. TRIEBELS.

HET VERDRAG MET BELGIE EEN RAMP

VOOR HET VADERLAND.

Onder ‘bovenstaanden titel heeft de Oud-Inspecteur-
Generaal van •den Rijkswaterstaat
J. C. Ranuer
een

geschrift het licht ‘doen zien, waarin een grondige
bespreking, uit technisch oogpunt, gegeven wordt ven
het bij Koninklijke Boodschap van 28 April 1925 aan
de Tweede Kamer der Staten-Generaal ter goedkeu-
ring aangeboden verdrag, tusschen •de Ministers van
Buitenlandsche Zaken van Nederland en van België
op 3 April te ‘s-Graven’hage gesloten.
Het grootste gedeelte van het geschrift, dat 54 blad-
zijden druks omvat, is gewijd aan ‘die gedeelten van
het verdrag, ivelke ‘betrekking hebben op de Schelde,
met name Art. IV, dodr ‘den schrijver aangewezen als de ‘hoofdschotel van het verdrag. Wanneer men let op
het gezag, ‘dat den schrij’er wegens de hooge positie,
welke hij bij den Waterstaat bekleed heeft, in water-
staatsaangelegenheden toekomt, en ‘daarbij in het oog
houdt dat ‘de heer
Ramaer.
in zijn ambtelijke loop-baan eenige jaren hoofdingenieur-directeur van den
Rijkswaterstaat in Zeeland is geweest en dus met de locale omstanclih’edei volkomen bekend is, zal men

moeten toegeven, dat ‘het zeker de moeite waard is,
te luisteren naar hetgeen hij over de Schelde-kwestie te ‘zeggen heeft. En dat is niet veel goeds!

Alvorens tot don hoofdschotel over te gaan, ‘brengt
de schrijver zeer beknopt ter sprake ‘de artikelen II

en III.
Bij art. II, betreffende de afwatering in Vlaande-
ren, zegt ‘de schrijver:

,,Ju afwijking van latere artikelen is in (lit artikel be-
,paald, ‘dat als er nieuwe hemalingen of andere werken
iit hoofde van dit artikel op Nederlandsch gebied ten
behoeve van cleelen van België, of op Belgisch gebied ten
,,behoeve van deeleim van Nederland nood.ig worden beven-
,,den, de kosten daarvan door den belaaghebbeude gedra-
,,gen worden. Dit is een goed beginsel. Maar waarom is
,,dt elders niet doorgevoerd?”
Dat art. III de
Vrije
scheepvaart huldigt, noemt de schrijver uitstekend. Het moet niet de bedoeling zijn,
aan de Belgische scheepvaart eeriige de minste ‘belem-
mering in den weg te leggen.

Volgens § 2 van art. IV moet ‘de Schelde met hare
toegangen van uit volle zee, wat hevaarbaarheid be-
treft, te allen tijde ‘beantwoorden aan ‘de eischen,
welke zoowol ‘door den vooruitgang van den sheeps-
bouw als ‘door de toenemende behoeften van de scheep-
vaart worden gesteld. § 8 zegt, dat door Nederland op zijn gebied çle kos-
ten gedragen zullen worden van ‘de werken tot instand-
houding van den togenwoord’igen staat van havaar-
haarheid, overeenkomstig de aangehaalde kaart in drie
bladen. Dit noemt ‘de schrijver reeds een vrij zwaren
eisch, ‘die elk jaar zwaarder en op den langen duur
ondragelijk wordt.
Men kan ‘het Nederlandsche gedeelte van de Schelde
niet vergelijken met een rivier als bijv. den Rotter-
damschen Waterweg.
Eigenlijk
is het geen rivier,
maar een zeeboezem, waarin het vaarwater zeer on-
standvastig is.. Waar vroeger prachtige, breede ‘geu-

cacao en chocolade, zuivel en mcmrga.rine, bier en dranken,
tabak en sigaren, suiker, etc.);
13.
Landbouw, tuinbouw;
14. Vissclierij;
15.
Havenbedrijf, scheepvaart, binnenbeurt-
vaart, transportbedrijven;
16.
Spoorwegen, tram:wegen;
17.
Overheicisbedrijf.

len waren, is de vaart thans veel moeilijker, doordat
de geulen smal ‘zijn of zelfs geheel gesloten voor diep-
gaande schepen.

De schrijver wijst erop, dat een stroom als de Wes-
ter-Schelde met weinig afvoer van ‘boven op den duu:r
achteruit moet gaan. Eene in 1860 ingestelde Staats-
commissie, waarin mannen als J. A. Beyerinck, P.
Caland, J. Dirks en J. F. W. Conrad zitting hadden,
kwam reeds tot deze uitspraak.
De verplichting, welke § 8 ons oplegt, moge nu niet
onredelijk schijnen, waar daartegenover staat, dat
België het
op
zijn grondgebied vallende gedeelte van
‘Ode Schelde’ te onderhouden heeft, men bedenke wel,
dat het Belgische gedeelte beneden Antwerpen een
zeer beschutte rivier met matige breedte en eehe lengte
van slechts 20 KM. is, terwijl het op Nederlandsch ge-
bied vallende gedeelte tot Vlissingen 64 KM. lengte
heeft en een wilde stroom is met zeer groote breedte, waar van alle ‘kanten zand beschikbaar is om onmid-
dellijk door den gewonen stroom, maar vooral bij
storm, in de gebaggerde geul ‘neèr te vallen. Boven-
dien geschiedt het onderhouden van de vaargeul op
Nederlan’dsch gebied dan toch geheel in het belaiig
van de vaart •op Antwerpen; ‘het juiste beginsel van
art. II omtrent ieders aandeel in de kosten is dus hier
geheel zoek.

Ziet ide ‘heer
Ramaer
dus reeds groote financieele
offers tegemoet als gevolg van de bovengenoemde ver-
plichting, welke § 8 ons oplegt, nog donkerder ziet hij

de toekomst in met het oog op ‘de 3e alinea van die-zelfde paragraaf, waar te lezen ‘staat, ‘dat in ‘de ver-
dere kosten – dat zijn •die van verbetering zoddatiig,
dat telkens weder ‘bereikt wordt hetgeen noodig zal

zijn om, in gevolge § 2, te voldon aan ‘de voortschrij-
dende eiichen van de scheepvaart ‘- elk der beide
Staten een later te bepalen aandeel zal dragen. Hij
vreest, ‘dat, wanneer de nelvaart zich geleidelijk her-
stelt, België reeds vrij spoedig ‘bij Nederland voor het dragen van zulk een aandeel zal ‘kunnen ‘komen aan-
kloppen. Wanneer andere havenpiaatsen, met name
Rotterdam, de vaar’diepte van hunne havens gaan
vergrooten, zal Antwerpen vanzelf niet wilien achter-
blijven en Nederland zal, volens § 8, nnieten mede-

werken om zijn grooten concurrent in staat te stellen,
de concurrenti.e vol te houden.

• Maar ‘hetgeen voor den Rotterdamschen Waterweg slechts eenige millioenen zal ‘kosten, loopt voer Ant-
werpen in de tientallen, misschien in do vijftigtalien.
millioenen. Wanneer België dan komt om eene hij-
drage, dan gaat het niet aan te zeggen: wij betalen
een duizendste in die kosten. Dat ware tegen den geest
der bepaling, dat ‘de kosten over de beide landen ver-
‘déeid worden. Wij zullen dan bi,jv.
Y4
of
h/
van die
kosten moeten dragen.

Niet minder somber is de schrijver gestemd over de
gevolgen, te wachten van § 3 van art. IV, ‘bepalende
dat er ter behartiging van de scheepvaartbelaugen
eene commissie van beheer (gelijk getal leden to be-
noemen door elke regeering) wordt ingesteld. § 4 be-
paa]t, dat ‘deze commissie beslist omtrent de plaatsing
op de oevers van alle inrichtingen, die door ‘de scheep-
vaart’belangon gevorderd werden, waaronder begrepen
zijn werken, zooals verleggingen en doorsnijdingen,
zelfs landwaa.rts vetn de bandijlen,
voorts het stopzet-
ten van alle werken, ‘die rivierwaarts van de ‘handijken
een zoodanige wijziging zouden teweegbrengen, dat zi,j
‘de sche&pvaartbelangen zouden schaden.
Hij, •die met de provincie Zeeland bekend is, moet
– aldus de schrijver – in deze bepalingen een zoo ge-
weldigen aanval op de beurs van Nederland en op de
veiligheid van Zeeland zien, ‘dat ‘hem de haren te herge
moeten rijzen.
Gewezen wordt ‘dan •op ‘de zeer
bijzondere
toestan-den, welke in de provincie Zeeland voorkomen, met
name op het verschijnsel van dijk- en oevervallen,
waartegen men zich vroeger vrijwel onmachtig voelde.

666

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

Aan een aaneengesloten verdediging van den aange-
vallen onderzeesehen oever, waar diepten tot zelfs wel

van 30 Al. ‘onder laag’water werden gepeild, kon, we-
gens de reusachtige daarmede gemoeide kosten, veelal
niet worden gedacht. Men wist dan niet anders te
doen dan het maken van inlaagdijken, d’ie dan soms
na verloop van tijd gevaar liepen, zelf in een nieuwen
val ‘betrokken ‘te worden, zoodat tot ‘het maken van een
nieuwen inlaagdijk, nog weer verder lan’dwaarts, moest
worden overgegaan. Zoo zijn in vroeger eeuwen in
Zeeland uitgebreide grondoppervlakten door het wa-
ter verzwolgen.

In de tweede helft van ‘de vorige eeuw is men ech-
ter met goed gevolg begonnen, voor zulke gevallen een
verdedigingsstelsel toe te passen, waarbij enkele doel-
matig gekozen punten van den aangevallen oever wor-
den vastgelegd, waardoor ‘de zekerheid wordt verkre-
gen, dat ‘het wegvallen van dan oever telkens tusschen
twee op elkaar volgende van ‘die punten niet verder
landwaarts zal geschieden ‘dan tot aan een onder

zekere boch’t naar binnen gebogen
lijn.
Bij dit zooge-
naamde ,,stelsel van de vaste punten” zijn en worden
hij voorkeur naar ‘buiten uitspringen’de gedeelten van
den oever als vast te leggen punten gekozen en zulke
punten kunnen aan de scheepvaart eenigen last ver-
oorzaken. Maar wanneer nu, in het sc’heepvaartbelang van Antwerpen, bevolen werd, bestaande vaste punten
op te ruimen of ‘belet werd nieuwe aan te leggen, dan
zou ‘de veiligheid van ‘den dijk in de
nabijheid
ernstig

bedreigd zijn.

Thans zijn het ‘de ‘hooge en andere heemraadschap-pen, dijk- en polderbesturen, onder toezicht van Gede-
puteerde Staten van Zeeland en oppertoezicht van het Rijk, ‘die over dergelijke zaken, waarbij de veiligheid
van het Zeeuwsche ‘grondgebied ‘betrokken is, te be-
slissen ‘hebben. Maar hoe zal ‘dit zijn als het verdrag
tot stand komt? De commissie van beheer zal ‘dan moe-
ten beslissen. De Nederland.sohe leden der Commis-

sie zullen zeker voor de Nederlandsche belangen
krachtig opkomen, maar voor de Belgische zal het belang der Antwerpsche scheepvaart den doorslag
geven. Bij gebrek aan overeenstemming zal een uit
drie leden bestaand scheidsgerecht moeten beslissen.
Daaromtrent schrj’ft de heer
Remaer:

,,Stellen wij het zeer vaa’rschijnlijk geval, (lat cle regee-
ringen voor de benoeming van het derde lid niet tot over-eensteiuming komen. Dan zal de handelwijze van
§ 5
ge-
volgd worden en cle eerste maal de koning van Spanje
het derde lid benoemen, na drie jaren zal die benoeming
door den koning van Denemarken geschieden en zoo ver-
der
4
tour de rôle.
Nu wil ik gaarne aannemen, dat koning Alphonsus
XTJI dat derde lid naar zijn beste weten zal benoemen,
maar het zal toch wel een Spanjaard zijn. En wat weet
een Spanjaard, hij moge zelfs een zeer bekwaam ingenieur
zijn (cle Spaansche ingenieurs zijn bekend om hunne
gi’oote viskundige kennis), van Zeeland en al zijne hi,jzon-
tlerhecien. In Spanje is geen enkele polder, en zelfs ge-
stticleerde Nederlanders, die in een ander gedeelte van het
land wonen, zijn van de polderzaken somtijds zeer slecht
op te hoogte. Zulk een Spanjaard, voor drie jaren
of
ook
voor één bepaald geval benoemd en die het met eigen
zaken waarschijnlijk volhandig heeft, zal zich onmoge-lijk voldoende op de hoogte van dit merkwaardige land
kunnen stellen en er is alle kans, dat een welbespraakt
Belgisch liii hem geheel in zijn schuitje krijgt.
Ik heb van het suggereeren van een opper-arbiter door
een zijner collega’s in eene arbitrage-commissie merk-
waardige voorbeelden gezien. Daar ging het om het be-
lang van een enkeling, hier zal het gaan om belangen,
zoo groot, dat men zijn hart vaathoudt bij hetgeen er ge-
betiren kan als de commissie den Belgischen kant opgaat.”

Niet a1leen, ‘dat de belanghebbenden.niet meer vrij

zullen zijn, een bedreigden oever te verdedigen op
oene wijze als, met de ervaring ‘daaromtrent in Zee-
land opgedaan, ‘het meest passend wordt geacht, zelfs
tegen landaanwinning door bedijking van rijpe schor-
ren zal bezwaar gemaakt kunnen worden op gron’d van
daarmede gepaard gaande verkleining van de vloed-
kom voor de Wester-Schelde, hoewel zulk eene ver-
kleining ‘toch reeds door geleidelijke aanslib’bing zal
hebben plaats geh ad.

De ‘beschouwingen van den heer
1?a.rnaer,
verband
hou’dende met de Schelde-kwestie, eindigen met de
volgende opmerking:

,,Zoo heeft de Belgische regeerïng ook overvraagd en
wel op eene schromelijke wijze, en terwijl de Nederland-
sche regeering tegen dergelijke onbillijke eischen steeds
cciie afwijzende houding heeft aangenomen, is ze nu op-
eens van die ‘houding afgeweken. Ik vraag mij tevergeefs
af: waarom?”

Na de Schelde behandelt de heer Eamaer
de kanalen.

Met betrekking tot het kanaal Antwerpen—Moer-
dijk brengt hij in herinnering, dat, toen de Ooster-
Schelde door de natuur zoodanig verdroogd was, dat

men er bij laagwater door kon loopen van Zuid-Beve-land naar ‘den Noordbrabantschen wal, Nederland, ter
voldoening aan § 8 van art. IX van ‘het op 19 April
1839 te Londen gesloten verdrag met België, het ka-
naal door Zuid-Beveland van Hansweert naar Wemel-
dinge heeft aangelegd. Later toen, ten behoeve van den spoorweg door Zeeland, ook het Sloe tusschen
Zuid-Beveland en Walcheren afgedamd moest wor-
den, heeft Nederland, ter vervanging van’ dien van r-
weg, een kanaal van zeer ruime afmeting van Vlissin-gen naar Veere gemaakt. Waarom moet er nu nog een
kanaal komen van Antwerpen naar den Moerdijk, al-
leen om Antwerpen even ‘dicht ‘bij Du’itschlan’d te
brengen als Rotterdam?
Wat het kanaal Antwerpen_LVenlo_Rijn betreft,
vestigt de heer Rarnaer de aandacht op de geheel on-verplichte concessie onzerzijds tot medewerking aan
het tot stand komen van zulk een kanaal en het daar-
in gelegen ‘bewijs van Nederlandsche welwillendheid,
in tegenstelling met de houding van België betrekke-
lijk werken in ‘deze buurt in vroegeren en lateren tijd. In herinnering wordt gebracht de ruwe wijze, waar-op vroeger de Belgen omgi,,ngen met de waterontlee-
ning aan de Maas ‘bij Hocht voor voeding van de Zuid-
Willemsvaart en van ‘het kanaal van Bocholt naar Antwerpen met zijtakken en voor bevloeiingen in
België. Nadat het bevloeiingswater zijn diensten als
zoodanig bewezen had, werd het naar Noor’d-Brabant
afgevoerd en gaf ‘daar aanleiding tot overstroomin-
gen. Dor het Maastractaat van 1863 werd de hoeveel-
heid water, die België voor bovengenoemde doeleinden
gebruiken mag, althans tot een zeker ‘maximum be-
perkt; maar men heeft, zij het ook in mindere mate
dan vroeger, in de Dornmelvallei nog heel wat last
van ‘het Belgische bevloeiingswater. En volgens het
onderhavige verdrag, wordt het water, ‘dat België ge-
bruiken mag, nog vrij sterk uitgebreid. Waarom?.
Nederland heeft behoefte aan een goeden afvoerweg
te water voo,t zijn kolen uit ‘het Limhurgschë mijn-
gebied naar ‘de overige provinciën van ‘het land, maar
is met België niet tot overeensteriming kunnen ko-
men omtrent kanaliseering van de g’rensscheideiide
gedeelten der Maas, hoewel ook België daarbij belang
zou hebben gehad voor het Luiksihe ‘bekken en dc
mijnen in ht Oosten van Belg’sch Limburg. Het ge-
volg is, ‘dat Nederland een kostbaar ‘lateraal kanaal
van do Maas moet maken van Born nttam Borgharen. Toch zullen nu kostbare verbeteringen van het kanaal’
Luik—Maastricht en van ‘de Zuid-Willemsvaamt do6t
Nederlaudsch grondgebied loopen en d’oor Nederland
betaald worden.
Aan Nederland wordt in § 3 van art. VII zooge-.
naamd de concetie gedaan, .dat België erin toestemt,
dat er een kanaal wordt aangelegd van cle Zuid-Wil-
lemsvaart tuaschen Neej–Oeteren en Bocholt naar ecn
punt van de Maas habij Maasbracht. Een vootdeel voor
Nederland ziet de heer
,Ramaer
in dit kanaal niet, nu
wij ‘het kanaal Born—Borgharen maken, wel een zeer
groot voordeel voor den kolenafvoer der mijnen van
het Oostelijk ‘deel van Belgisch Limburg naar de ge-
kanaliseerde Maas en verder door ‘het Maas—Waal-

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

667

kanaal naar de Waal. Toch zal nu Nederland, in het voordeel van de Belgische concurrentie, het op zijn
grondgebied vallende, ruim 2 EM. lange gedeelte van
het 20 EM. lange kanaal maken met een kostbare
schutsi ii is tegén over Maasbracht.

Tegen de regeling van ‘de afwatering der polders
0
1)
de grens van Oost-Vlaanderen en Zeeuwsch-Vlaande-
ren en die, betreffende de afwatering van de Roozen-
daalsche Vliet en de Mark, heeft de heer
Rarnaer
geen

bezwaar. Maar ‘hij betreurt het, dat onze regeering de
onderwerpelijke overeenkomst niet heeft aangegrepen
als eene gelegenheid om te komen tot eene voor ons
bevredigende regeling van de kwestie Baarle. Uit-
voerig zet hij uiteen, hoe aliergrilligst het beloop is

van de grenzen tusschen Baarle-Nassau (Neder-
landsch) en Baarle-Hertog (Belgisch) en welke on-
overkomelijke moeilijkheden zulks ons bezorgt in het
tegengaan van smokkelhan’del.

Aan het slot van zijn geschrift komt de heer
Ranraer
nog even terug op de Schelde-kwestie en heeft dan
geen slot voor den mond. Men luistere slechts!

Wanneer België de kosten van ‘het onderhoud van
•den, uit de natuur op ‘den duur achteraitgaanden, toe-
stand van Antwerpens waterweg moet betalen, zal
Antwerpen matiging in acht nemen. Maar waarom
zullen ‘zijne handelaren ‘dat doen als Nederland, zijn
concnrrent, het betaalt?
Ingevolge ‘liet verdrag zullen onze nazaten gebonden
zijn, een rivier, die dan op cle wijze van ‘het Zwin,
hetwelk van. 1350 tot 1550 van eeu zeer diepen en bree-
den zeearm tot niet veel meer dan eerw sloot is aan-
gesiibd, waardoor ]3rugge als haven geheel vervallen
is, op cle bovengenoemde groote diepte te houden.’)
Ik verzeker u, dat als ‘dit verdrag tot stand komt, die
nazaten onze nagedachtenis met volkomen recht zullen

vervloeken.

Aan het Nederlaridsehe gezag wordt een slag toege-
bracht, doordat in Zeeland alles zal moeten wijken
voor het scheidsgerecht van drie leden, een slag, die
‘volgens de memorie van toelichting vergoelijkt wordt
doordat Nederland cijne souvereiniteit behoudt, maar
tegenover het gezag van het se’hei’dsge:recht is ‘die sou-

vereiniteit niets dan schijn.

Nederland wordt misschien spoedig, maar zeker op
den langen duur (en het ver’drag is een eeuwig edict,
dat niet als het in de 17e eeuw vastgestelde van ‘dien
naam, zijn naam niet verdiende) door de op zich ge-
nomen verplichtingen financieel op zware lasten ge-

bracht.
Nederland mag zonder op don duur in groot gevaar

te, komen, zijne hooheidsrechteri niet opofferen en
moet alle arbitrale uitspraken, in het bijzonder om-
trent de verdediging van de provincie Zeeland tegen
den waterwolf als omtrent de diephouding der Schol-
d, afwijzen.
En nu nog iets over ‘hetgeen ‘de inzender in de
,,Nieuwe Rotterdamsche Courant” ons verhaalt van
een stok achter ‘de deur. Waar staat die stok? Zou Bel-
gië, nu er een Volkenbon’d is, nu zoovele landen, ja
bijna alle landen van den aardboi, vredelievend gezind
zijn, ons omdat wij niet aan zijne ongerechtvaardigde
eischen willen voldoen, een oorlog willen aandoen?
Mij dunkt, dat is onmogelijk. Wij ‘hebben minder
zielen clan België (ten niinste als onze kolon’iën niet
medegereken’d worden), maar het is toch ook iets,.
voor eene rechtvaardige zaak te strij’den. En als het –
wat God verhoede – zoover mocht komen, zullen er
dan ook in.België niet een aantal eerlijke mannen op-‘ staan om te zeggen: ‘het is te dol? Ik stel mij van dien
stek achter de deur geen schrikbeeld voor.
Moge de ramp, die door dit ver’drag over ons vader-
land gebracht ‘dreigt te worden, dooi de vereende po-
gingen van alle vaderlanders afgewend worden. –

) Uit dezen zin zijn blijkbaar eenige weerden weggeval.
leii; cle bedoeling is niettemin wel ‘duidelijk.

Met liet bovenstaande heeft de ondergeteekende een
geheel objectief overzicht gegeven van den inhoud van
liet geschrift.

Hij stelt er echter prijs op; te verklaren, dat hij –
zonder in alle bijzonderheden de inzichten van den
schrijver te ‘deden – met die:ns betoog omtrent de
uiterst schadelijke gevolgen, ‘welke van het verdrag
voor Nederland ‘to wachten staan, geheel instemt.
Hij ziet in het optreden van den heer
1?amaer in
deze een vaderlands]ieveude daad, waarvoor hij hem
gaarne hulde ‘brengt. Prof. Ir.W. K.
BaFIRENS.
Delft, 13 Juli 1925.

BUITENLANDSCHE MEDEWERKING.

DE ILLIQUIDITEIT i)ER DTJITSCHE

ONDERNEMINGEN.

• Prof. Dr. J. Wolf te Berlijn schrijft ons:

Men zegt, dat ‘de beurs ‘de barometer van het eco-
rionnisch leven is. In waarheid lieef t zij met ‘haar
cyclische stemmin,gswisselin gen reeds onheil ge-
noeg aan gericiht en wel het ergste met haar ‘depres-
sies Hiertoe komt het steeds, wanneer er gebrek is
aan vrij kapitaal. Bijzonder erg worden de depres-
sies, wanneer het zoowel aan op ‘kozt’en als aan op
langen termijn ‘beschikbaar kapitaal mangelt en aan
een opheffing van dit gebrek gedurende langeren
tijd niet te ‘denken valt. ,,Urid wall -mein Flilsachen
trübe lii.uf ti, so ist die Weit auch auf ‘der Neige”.
Ook ditmaal ‘is de ‘de.pressie, toen haar tijd gekolnen
was, niet uitgebleven. Sedert einde Januari is de
aan,deelenin’dex van 110 tot 10 gedaald. Sedert het
vastloopen van het Stinnes-concern en het stilleggen
van ‘de Rei’heratdeg scheepswerf geldt liet ter ‘beurze voor uitgemaakt’, ‘dat ‘de ‘Duitsche volkshuis’houding
een zware illiquiditeitscrisis ‘doormaakt. BijioopeÎs
fabelen zelf’s reeds van een voor de deur staande ,,vol-
iec]i’ge iiaeenstorting van het economische leven”.
Tot zulk een’ opvatting ‘kan men slechts komen,
omdab men sedert maanden alleen acht heeft geslagen op ‘de ongunstige teekenen. Het beeld van het geheele Duitsch’e economische leven is wezenlijk
anders
‘dan
de beurs het afschildert.
Het allergrootste deel van het Duitsehe economi-
sche leven gaat ‘het in het geheel niet zoo slecht al’s het
schijnt. ‘De Duisc,he landbouw ‘is gedurende het laat-
ste jaar op wonlerbaarljke wijze versterkt. Groot is ook het aantal indu,strieele branches, waar zich ‘de
vrucht overvloedig heeft gezet. Het ren,’dabeist is
op het oogenblik de automobielindustrie. De zaken
‘dier kali-industrie hebben zich verdubbeld. Zeer goed
van orders voorzien zijn de electroiteclmische bedrijven
en de cliemiscihe industrie, vele industrieën van bouw-
naterialen – in het
bijzonder
de cementin’dustrie –
de keramische bedrijven en ‘de cellulosefabricage. De
uurwerlc’indu’strie is met haar ‘huidigen toestand ge-
heel tevreden. Andere taicken herstellen zich zicht-
baar. Daartoe behooren de gaheele textielin’dnstrie
en de ‘schoenennijverheid. Meer gemopper’d dan ge-
klaagd wordt er door de machine-industrie. Bij haar
hap ert ‘het eigenlijk slechth in ‘dén buitenlaindsehen afzet en ook ‘hier hoofdzakelijk nog wegens te lange
leveringstermijnen, hetgeen nu juist niet voor een
slechten gang van zaken spreekt. Algemeen slecht
gaat het op het oogenblik uitsluitend ‘de zware indus-
trie, den steenkolenmijnbouw, de ‘staal- en ijzerin’dus-
trio, den scheepsbouw en den loco’rnoief- en’ wagon-
bouw. P]atselj’k heeft hi eronder de bouwnijverheid
te ljden. Catastroph’aal slecht gaat het echter oolc
hier slechts enkelen ondernemingen. De meeste wer-ken slechts met verminderde, soms sterlc verminder-
de capaciteit, ‘doch slechts hier ei ‘daar onrenddbel.
Weliswaar zijn er maar weinig, die ‘dit w’oor’d willen
hebben.
‘Ondanks ontslag van arbeiders op groote schaal door de zware industrie is het werkloosheidscijfer
sedert den winter ‘sterk gedaald. En dit ook nog ge-

668

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

•durenide den laatsten tij,d, waarin geen sei.zoenople-
ving plaats vond. Tegenover iederen ontslagen arbei-
der staan er twee, welke evde.rs een plaats vinden.
Waar de raken zon staan kan er in ‘het geheel geen
sprake van zijn, dat wij than’s wegens het stilstaan

van den stroom van buitenl’an’d.sch kapitaal weder
teruggezonken zijn in de ill.iqu,id’iteitscrisis vein het
vorige jaar. Deze was een afzetcrisiis van geheel a.n-
clere afmetingen ‘als de slochtsgedeeltelWk
e
van thans.
Het ‘kraakte toen in het gebinte der allermoeste on-
clornemin gen, terwijl dit: op liet oogeublik hij weinige’
het geval is.
De illiquiditeitscrisis van thans heeft een eigen ka-
rakter. Zij is liet gevolg van de te groote viottende,
schuld ‘der D uitsch e ondernemingen.
Algemeen wordt
thans met te veel kort crediet gewerkt.
Lang crediet

was en isog stond’s in geheel onvoldoende mate ve’r- 1
krijgbaar.
Men hield en houdt zich daarom aan het
korte, ook voor doeleinden, waar zulks zeer gewaagd’
is. Men bouwde en bouwt ermede, kocht en koopt.
daarmede grori’dstukken, machines en’ dergelijke. De
meesten deden en. doen het in blind vertrouwen, dat
telkenmale het crediet zal worden verlengd, of dat
zich spoedig ‘een gelegenheid tot omzetting in cre-‘
diet op langen termijn of in aandeelenkapitaal zal’
voordoen. Anderen over.schatten de verbeter,g in het
bedrijfsleven ‘en achtten zich sterk genoeg de schuld
te rechter tijd te kunnen aflossen. Alen vergeet ook
te rekenen met de mogelijkheid van een latere groo-
tere ‘behoefte aan, bedrijfskapitaal, als gevolg van
1 oonsverl oogi ngen, meer gemakkelijke betal ingsvoor-
vaar,den voor afnemers en dergelijke en nog minder
denkt men aan een prijsdaling van grondstoffen, vel-
ke met kort crecliet uit cie markt werden genomen.
Daarom moeten velen bevreesd zijn voor d,e verval-
termijnen ‘der ‘door hen opgenomen korte oreditbn’.
Op zijn minst hebben’ zij zich op genade of ongenade
aan Ihet bankkapitaal overgeleverd. Gevaarlijker nog
dan de vervaitermijnen van oude schulden, is de
noodzaak tot het opnemen vain aanvullend kort crediet,
‘ook al gaat het hierbij om echte bedrjfscredieten. Het
was nl. het weigeren van zoodanig credib, ‘dat tot
stillegging van de Reiherstieg scheepswerf leidde.
Daarentegen geraakte de Stinnesgroep ‘door het op-
zeggen van groote
buitenlandsche
credinten in moei-
ljkheden. Is het reed’s een waagstuk met bin’n,enland-
sche korte credieten heb vaste kapitaal uit te breiden,
‘dan ‘is ‘het vanzelf ‘sprekend in ‘dubbele mate een had’s-‘breken’d’e toer, ‘zulks met .huite’nlandsc’he ‘te doen, wel-
kar verlenging nog veel minder zeker is. Alles bij
eengenomen ging het bij beide om fouten in ‘cle finan-
ciering van op zichzelf levens’krachtige ondernemin-
gen. Gebrek aan liqui’d,iteit ‘kan ‘immers ook onderne-
mingen breigen, waarvan de waarde der activa die
der passiva ‘overtreft. Desniettegenistaand’e kan liqui-
datie een afolachting worden, ‘waarbij ‘het vlotten’d
kapitaal ‘het vaste kapitaal zoo in het’ nauw brengt,’
als voor eenigen tij’d het vaste kapitaal het vlotten’d

kapitaal ‘deed.
Tot bijzondere vrees voor de volkshuishouding geeft
deze soort iliiqiiiditeitscrisis echter nauwelijks aan-
le’id’ing. De ‘bedrijven worden in ieder geval afzonder-
lijk
voomitgezet
en vaak zelf’s door daartoe meer ge-

schi’kten. . J.
woLF.

DE ])EENSCRE KROON OP WEG NAAR DE

PARITEIT.

De heer L. Estrup te Kopenhagen schrijft ons:

De Deensche kroon heeft de laatste maanden een
zeer krachtige hausse doorgemaakt, welke haar in
snelle sprongen van circa 65 öre tot een koers, die

:
bij ‘het
schrijven
van deze regel’s 85 öre nadert, heeft
‘gebracht, een ‘beweging, ‘die in hetzelf’de tempo schijnt
door te zullen gaan.
Wij hebben in een tweetal vroegere artikelen
1)
de

valutaregeling beschreven, die met nieuwjaar 1925 in-

1)
[Zie
de Nos. van
.11
en
18
Maa.rt
11.
– Red.]

gevoerd is en tot ‘besluit van, deze uiteenzettin.g op-
gemerkt, dat ‘de valutaregeli’n g, n iettegenstaand e haar
schijtn;baar bescheiden doel wat de verbetering van den
kronenkoersbotreft, geen werkelijke ‘garantie gaf voor
een koersstijgin.g. Afgezien van de politieke kringen,
die reden hebben, de verdiensten van de regeerin,g en
haar nieuwe valutawet op te hemelen, is men het er
hier algemeen over eens, dat niet ‘deze wet het be-reikte resultaat veroorzaakt ‘heeft. De stijging van
d.e kroon; moet
ongetwijfeld
veroorzaakt zijn door een

zeer scherpe credietinperking ‘door de Nationale Bank gedurende de laatste 18 maanden, en in verband staan.
met ‘de groote uitsluiting, waarvan de invloed dui-
delijk te bespeu.r’en. is in de handelsbalans, wier cijfers
hieronder volgen:

Invoer ininus Uitvoer van binnen
,
en buitenlandsche goederen, in millioenen kr.

Januari
1925

+ 22
Februari

± 25
Maart

+ 15
April

+ 11
Mei

– 14

Januari—Mei
1925

+ 59
Januari—Mei
1924

+ 97

Hierbij ‘komt een aantal oorzaken van meer toe-
valligen aard. In de eerste plaats de verwachting
vak

een buitengewoon .grooten .00gst en ‘de belangrijke be-
perking der uitgaven, zoowel in het particuliere als
openbare leven, welke het noodzakelijk gevolg was van

het groote aibeid’scouflict, dat van einde Maart tot
begin Juni zijn stempel drukte op het Deensohe ‘be-
.drjf’sleven. Bovendien was liet de grootste loonstrjd,
‘dien het land ooit doorgemaakt heeft.

De stijging van de kroon gedurende dit jaar wordt
door onderstaande cijfers toegelicht:

Dollar.noteering te Kopenhagen.
2
Januari
1925

566.50

15
Juni

1925

528.50
2
Februari

561.00

22

,,

521.00
2
Maart

,,

560.75

29

,,

507.00
1
April

,,

547.50

6
Juli

,,

485.00
1
Mei

,,

536.75

13

,,

488.75
2
Juni

,,

535.00

20

,,

469.00
8 ,,

,,

533.25

27

,,

439.50

De groote snelheid, waarmede de kroon ‘in de laat-
ste twee maanden gestegen is, ‘heeft natuurlijk veel
opzien en bezorgdheid in het bedrijfsleven’ gewekt. De
vereenigingen van pachters, welke de kleine land’bou-
wrs vertegenwoordigen, zien in ‘de stijging der kroo
een groot gevaar, omdat zij grond ‘hebben gekocht tot
hooge prijzen, waarvoor een .bedrag aan rente opge-
bracht moet worden, hetwelk,’ daar zij hun voort-

brengselen verkoopen tegen vreemde valuta, steeds
stijgt en dientengevolge hebben zij den ei’sch gesteld,
de wettelijke goudwaar’d.e van de kroon ,tot 80 öre
te verlagen, ina haar op dien ‘koers gestabiliseerd
te hebben. Deze eisch vond. geen ‘bijval in de andere
kringen van ‘het Deen sche volk en ‘het overige be-drijfsleven beperkte rijp eisch tot eene discontover-

laging.
De stijging van de kroon heeft haar stempel ge-drukt op de zomerbijeen’konist van den Rijksdag. Laigdnrige ‘besprekingen hadden tot resultaat een
‘door alle partijen aangenomen motie, waarin verlangd
wordt, dat de regeering, in overleg met de Nationale
Bank, zal zorgen voor een verhoogiing van de in de
valuta-wet vastgelegde miinim unid.ollarlcoersen, bene-
vens vaststelling van de verdere ontwikkeling en het
einddoel der Deensc’he valuta-politiek, waaronder be-
grepen ‘de afwending der moeilijkheden, welke de ‘de-
finitieve stabilisatie van ide kroon met zich brengt.
De motie verklaart tevreden te kunnen zijn met een
gelijktijdig van ‘de Nationale Bank ontvangen toezeg-
ging, ‘dat de Bank pogingen zal aanwenden, om. groote
schommelingen in dcii wisselkoers tegen te gaan. Tof
dit doel beschikt de Bank over een belangrijk valuta-
bezit, ‘dat zij aanwenden zal om deze schommelingen,
zoo klein mogelijk te maken. Tot slot spreekt de Rijks-
dag-motie ‘de wen:scheljkhei.d eener discontoverla-

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

gin.g dit, als zijnde van groote waarde voo.r het be-
d.rijfsleven, aannemode, idat men het disconto ver-
lagen kan, zonder de crediet-politiek der Nationale
Bank te veranderen en dat een verlaging geen andere
uitwerking op ‘de valuta-politiek heeft dan een voort-
zetting van de te snelle sprongsgewijze stijging van
den kronenkoers tegen te gaan.
Bovengen oerncle in:d.i en ing eener nieuwe valuta-wet,
met verhoogde mi nimum-dollarkoersen, heeft plaats
tusschen de buitengewone zornerbijeen’komst en ‘de
gewone Rijks’da.gbijeenkomst in October. Maar ‘de mo-
gelijkheid bestaat natuurlijk, dat de stijging ‘der kroon
zich gedurende de besprekingen voortzet in zoodanig
tempo, dat de pariteirt’ bereikt is, voordat men een
nieuwe wet gereed ‘heeft.
In het algemeen moet gezegd worden dat men hier
te lande de hoop koestert, thans eindelijk goed op
weg te zijn naar het einde van de belangrijke valuta-
moeilijkheden, waarmede men in de laatste jaren
heeft geworsteld en dat ‘het volk bereid is, ‘de lasten

.0
1)
zich itce nemen, welke een snelle en sterke deflatie
als thans optreedt, noodzakelijk met zich brengt.
Van de zijde der conservatieven werd gedurende de
besprekingen in den Rijkadag zonder tegenspraak be-weerd, dat de bovengenoemde, door alle partijen aan-
vaarde motie, aldus is uit te leggen, dat de Nationale
Bank de vrije hand heeft, op eigen verantwoordelijk-
lieid al clan niet tot discontoverlaging over te gaan
en •deze eventueel achterwege te laten, indien zij
meent, ‘dat zoodoende haar vermogen, ‘den koers op-
het thans bereikte peil te ‘houden, verzwakt wordt.
Van dezelMe zijde werd zonder tegenspraak be-
weerd, dat de motie moet opgevat worden als een uit-
d.ru.kkin.g van den wil om de kroon op de pariteit te
brengen.
Een ‘belangrijk ‘deel der besprekingen omtrent de
stijging van de kroon werd ingenomen -door de kwes-
tie betreffende buiten]ainrdsche speculatie, omdat van
verschillende zijden beweerd werd, idat zoo’wel van
Am’erikaansohe als Hollandsche zijde in de verwach-
ting van een rjzing ‘belangrijke kapitalen in Deen-
sche kronen ‘gestoken waren.
De kwestie betreffende de hoegrootheid en de be-
teeken.is dezer vreemde kapitaadsbeloggirn.g voor de
stijging ‘der kroon, wordt zeer verschillend beoordeeld
in financieele kringen hier te lande, maar de alge-
meene opinie is toch, dat de Nationale Bank, in ver-
binding met het koersegaliseerin.gsfond.s, en gesteund
door de belangrijke voorraden -buitenlandsche vaJ.ujt’a,
welke zij isedert .nieuwjaar heeft bijeengegaar.d, in
staat zal zijn de reactie, •die zich eenmaal zal doen
gelden, te neutraliseeren.
L. EsTRUP.

DE NIEUWE DIJITSCEIE CENTRALE

L ANDBOUWBANK.

Dr. Oarl Kriimer te Hamburg schrijft ons:

De ‘dringendste credietbehodt’e van den Duitschen
landbouw werd na ‘de stabilisatie van ‘het geld uit de
middelen der Rentenbank bevredigd. Door de oprich-ting ‘der inieuwe Reichsbank als met ‘de zorg voor het
gel.dwezen belast instituut in Augustus 1924, werd
hierin tweeërlej veranderd. De landbouw werd van
de credietverleeniug ‘door het nieuwe Intituut uit-
gesloten, omdat de lanicibouwwissels niet kunnen vol-
doen aan ‘de strenge dekkings.v.00rschriften van de
bankwet, terwijl daaren.tegen het bedrijf ‘der Reniten –
bank beperkt werd tot de afwikkeling ider oude wis-
selschul’den; zij kon ‘dus geen nieuwe credieten ver-
leenen. Deze beperking van ‘de voor den landbouw
beschikbare credieten was nu des . te gevaarlijker,
daar zij met een zeer ongunstigen toestand op de
markt voor iandbouwproducten samenviel. Mirtadien
moest er reeds toen aan gedacht worden, recht te doen
wdervaren aan de credietbehoeften van -den land-
bouw. Derhalve wer’den toen de beschikbare middelen
vara de Renteubank en een bedrag van 25 niill. R.M.
jaarlijks uit ‘den dienstt ‘d’er Rentenbankihypoth.eken

beschikbaar gesteld voor een op te richten ,,Agrar-
bank”. Biunenl an’dsche politieke moeilijkheden ver-
hinderden toentertijd •het aannemen van het -desbe-
treffend wetsontwerp, dat o.’m. voorzag in het voort-
bestaan van genoemde hypoith-eken’ ten gunste ‘der
Agrarbank, ook ria beëindigde liquidatie van ‘de Ren-
terribank. Aangezien de- onderhandelingen over de wet
bleven slepen werd op 22 Decembr 1924 een ,,Treu-
handstell’e ‘der Deut,sc-h-en Renteribarik” opgericht, die,
gedurende een overgangsperiode tot 1 November 1925,
.de beschikbare middelen der Ren ten:bank (160 miii.
R.M.) volgens een ‘door ‘dit Instituut met toestem-
ming ‘der Rijksregeering opgesteld pl-au moet uitlee-
nen en ‘beheer-en. Den S’den Mei werd vervolgens het
ontwerp van wt tot oprichtin.g van de Deutsche
Renitènbarrkkreditanstalt bij den Rijk’s’dag ingedi end
en na veel beraadslagingen met ‘aanzienlijke veran-
deringen op 18 Juli jl. door ‘den Rij’ksdag aangeno-
men. De hoofdzaken laten wij hieronder volgen. De taak der nieuwe op te richten Rentenban.kkr-e-
ditanstalt (Centrale Bank voer ‘den Landbouw) met
zetel te Berlijn, is het aantrekken van middelen en
het verleenen van credieten ten behoeve van alle
takken van ‘den Duitschen landbouw, met inbegrip
van, ‘de bevordering van cde grondontginning en van
de vestiging van nieuwe lan’d’bouwbedrij-ven. Bij deze
credietverleening meet niet ‘de toestanden in en ‘de be-
hoeften van de verschillende landen en ‘deden ‘daarvan, zoowel al’s met ‘die van de ‘verschillende grootte-ld-as-
sea ‘der landbouw-bedrijven, op gepaste wijze rekening
worden gehouden. De taak vallt: in twee ‘deelen uit-een: ‘het verleenen van rentedragend.e voorschotten
ter bevrediging van de ‘behoefte aan hypothecair cre-
diet en de verzorging met kort credi-et zonder hypothe-
cair onderpand. Dit tweede -deel van haar werkzaamhe-
den is voorloopi’g -beperkt tot een termijn, welke 31
December 1930 afloopt, aangezien het de vraag is, of
‘daarna nog ‘dezelfde schaarschte -aan lan’dlbouwbedrijfs-
middelen heerscht. In zooverre -deze taak niet kan wor-
den vervuld uit ‘de eigen -middelen van het Instituut
is het. gemachtigd obligaties aan Itoonder uit te ge-
ven, en leenin gen voor -den -duur van minstens 65n
jaar op te inemen, deviezen te knopen en te verkoopen
en ‘de beschikbare k-asmi’ddelen door uitzetting op
korten termijn bij solide banken te benutten.
De Bank is in zeker opzicht als
,,Bank der Laad-
bouw banken’
gedacht; ‘de credietverleenin-g vin’d.t niet
direct aan ‘de landbouwibedrjven plaats, ‘doch aan een
aantal in ‘de wet genoemde credietinsteilingen. Voor
de verl’eeninrg van ‘het
hypothecair crediet
komen in
hoofdzaak ‘de plaatselijke credietvereenigingen, de
hypotheekbanken en de ,,Spitzen”-organisaties van de
publiekrechtelijke spaarbanken (Girocentrales) al’s
hemi’ddelings-intanties -in aanmerking. De A.grar-
bank neemt vermoedelijk -hoofdzakelijk in het buiten-
1-and leeniingen op en geeft -daarvoor tot ‘het zes- resp.
8-voud van ‘het kapitaal (3, resp. met goedkeuring
van den Reich-srat 4 milliard R.M. al-s maximum) ren-
tedragen’de obligaties aan toonder uit. De aldus ver-
kregen bed-ragen worden – waartoe ‘d’e Bank het
recht tot het handel’drijven in -dev-iezen is verleend –
aan de aan-gegeven instituten tegen overgavé van.
pau’dlbrieven en hypotheken over-gedragen en’ door
deze -aan -de credietzoekeniden -doorgegeven.
De den land-bouwbedrijven verleende hypothecaire
oredieten mogen slechts tot meer economische in-
richting der lbodrijvein ‘dienen (,,Meli-or-ations”-credie-
ten). Deze werkzaamrheid zal ‘derhalve – wanneer -de
credietverleening op korten termijn zonder hypothe-
cair verband zal zijn afgeloopen – het voornaamste
deel van het bedrijf ‘der Bank uitmaken.
Op het oo-genbLik is het echter de taak, welke voor
-cip Bank op het gebied ‘dezer laatste credietverleening
is weggelegd, welke haar oprichting gewensch-t, maakt.
De instituten, waarmede zij zaken op het gebied der
.credietverl-eening zonder hypothecair onderpan-d mag
doen, wor’d-en met name -genoemd; wij noemen ‘hier:
-de Preussische Ze.ntralgenossensohaftska,sse, de Preus-

670

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

sisohe Oentra]landschaftsbank, de Deutsche Landes-bankenzentrale A.G., de Staatsbanken der Landen, de
circulatiebanken der Landen en de Deutsche Giro-zentrale. De middelen voor deze credietverleening
vorden in hoofdzaak gevonden in het eigen kapitaal
der Bank. Dit bestaat thans uit ‘delesciukbare mid-
delen der Rentenbank iter hoogte van 200 miii R.M.
cii
wordt jtrlijks° met een bedrag verhoogd, waar-
iiiede de hypothecaire rente, welke ‘de Renten’ban.k
ontvangt, 60 miii. R.M. overtreft; met een jaarlijk-
schen groei van 25 miii. R.M. moet ‘dus worden ge-
rokend.. De rest van ‘de zudvere winst van het Insti-
tuut, over welker aanwending overigens nog zal zijn
te spreken, vloeit het kapitaal zoo lang toe, tot dit
met inbegrip der reserves een bedrag van 500 miii.
Lui:, heeft bereikt; verdere verhoogimg van het ka-
pitaal is slechts op grond van een wet mogelijk. Dit
maximum van het kapitaal zal eerst in den loop der
jaren worden ‘bereikt. Het is in dit verband van be-
lang, ‘dat de ten hhoeve van do :Ren’tenibank gescha-
pen hypotheken, uit weiker rentedinst de Agrar-
bank jaarlijks 25 miii. R.M. trekt, met het afloopen
van de liquidatie der Rendenhaink, die ongeveer acht
jaren: zai duren, verdwijnen.
Behalve deze eigen middelen zal worden getracht
birmeulan dsche middel en voor credietverieening op
korteni termijn zonder hypothecair onderpand aan ie
trekken. Deze credieteu zuilen dcii genoemden isisti-
tuten tegen nader te bepalen zekerheden worden be-
sohikbaar geeteld. Maatregelen zullen worden getrof-
f en, dat de laatste credietnemers door deze opeenhoo-
ping van bemiddelingsi nstanties bj de rentebereke-
ii
in g niet word en ben acleel d.
Wat de
organisatie
van de Lamdbouwbank aan-
gaat, zij is ecu pu’bliekrechtelijke instelling onder
toezicht der Rijksregeering. Afgezien van ‘dit rijks’-
toezicht hij de doorvoering der wettelijke bepalingen
is de Laudbouwbauk, vat bestuur en gestie aangaat,
zelfstandig. Haar organen zijn :Diiectie, Commissa-
rissen en Algemeene Vergadering (Anstaltsversamm-
lang). De Directie wordt dôor ConimLissarissen be-
noemd, leidt de zaken en het verniogensbeheer der
Bank en vertegenwoordigt haar in
cii
buiten

rechte. De Raad van Commissarissen bestaat
uit dcii Voorzitter (tot hat afloopen van de liquida-
tie der Renten’ban’k wordt ‘deçe functie door den Pre-
sident der Rentenbank vervuld), elf door •de Alge-
meene Vergadering benoemde leden, elf door den Reichsrat en twee door de Regeering aangewezen
leden, waarvan drie landbouwers en twee i’ertegen-
woordigers der land,bouwrarbeiders moeten zijn; bo-
vendien ken men ‘zich nog twee credietdeskundigen
aasumeeren. De Algemeene Vergadering telt 110 le-
déni, wearvan er telkens 20 worden aaugewezen door
den Deutschen Lan’dwirtsohaftsrat,den Reichs-Lan.d-
bund, de Vereiniging der Deutsohen Bauernve.r-
cme, den Reichsverbancl der DeutAschen Landwirt-
schaftliche.n Gen ossen schaften, den Generalverband
der Deutschen Raffeisengenossensdhaften en 10 door
de Arbeitsgemeinschaft der Organisationen landwirt-
schaftlicherer Klein- und Mittel’betriebe. De Alge-
meene Vergadering beslist over balans, verlies- en
winstrekening, zoowel als over ide ‘décharge van Di-
rectie en Gom.issarissen.
Van de zuivere winst moet minstens een vierde
worden gevoegd bij ide reserve, totdat deze 10 pot.
van het kapitaal (50 miil. R.M.) bedraagt. Tot meer-
dere zekerheid voor houders van obligaties moet een
bijzondere reserve werden gevormd. Hieraan moet
minstens een derde van de zuivere winst worden toe-
gewezen, tot zij 5 pCt. van ‘dé uitgegeven obligaties
(maximaal dus 150 resp. 200 miii. R.M.) heeft be-

reikt.
De rest ‘der zuivere winst moet bij de reserve wror-den gevoegd of tot verhooging van het kapitaal wor-
den aan gewend; verdere aaawen’d.ingsmogelijkheden
zijn: uitleening aan den landbouw, aflossing van ‘de
circul’eerende, rentenbaindebiljetten of vorming van

verdere roserves. Kapitaal en reserves, met uitzonde-

ring echter van de bijzondere reserv’e, mogen slechts
met bij ‘de wet verleende toestemming een bedrag
van 500 mijl. R.M. overschrijden.

De eerste statuten der Bank zuilen (leur den Raad
van Conimissa:r.issen der Ren tenhauk worden vastge-
stel’d; zij moeten door ‘de Rijlesregeeririg wonden
goedgeieua’d; tot statutenwijziging, waarvoor ‘de goed-
keuring van Reiclisrat en Rijksregeering noodig is,
wordt door de Algemeene Vergadering bësloten. De
statuten moeten om, bepalingen bevatten over den
naderen vorm, wel’keu liet bedrijf zal aannemen, over
de zekerheden, waartegen het ni’et tegen hypothecair
o riderpan’d ven eend e cred i cii zal worden verstrekt,
over de inwendige organisatie der Bank en ten slotte
o’or ‘de beleggi rig ‘der hijzoindere reserve.

Dr.
CAar
KRiiiiiER.

AANTEEKENINGEN.

Kosten van het levensonderhoud bij
arbeidersfJezinnen te Amsterdam.’) –
11
-et in’dexcijfer over Juni 1925 van ‘de kosten van
levensondeihoud voor arbeidersgezinnen te Amster-
dam is, vergeleken bij zijn voorganger, vrijwel con-
stant gebleven. Tegenover een cijfer van 83,9, drie
m.aarnl,èu geleden, staat ei.’ thans een van 83,8.

Stijging en daling in perc
Rest
3
)
Totaal
sedert Mrt

20
Index-
ciifer

______________

i
e
T
g

Rest

Gemiddelde weke-
lijksche uitgave per
genseeiheid4)in
f
5,564

f
5,704

f 11,27
100
100
100

Bedragen, welke p.
gezinseenheid zou-
den

zijn

uitgege-
ven,indien besteed
aan hetzelfde als in
Mrt. 1920, in:
Juni

1920….
5,754,,
5,784
11,54
3,4
1,4
102,4
Sept.

1920….
6,20
,,5,83
12,03
11,4
2,2
106,8
Dec.

1920..
. .
,,6,15
,,5,54
11,69
10,5

2,9
1037
Maart

1921….
,,5,83
5,234
11,06
4,8

8,2
98,2
Juni

1921.
.
..
5,88
5,084
10,964
5,7
_10,9
97,3
,
5,43
5,07 10,50

2,4
-11,1
‘93,2
Sept.

1921
…..
5,154
4,884
10,04

7,3
_i 4,4
89,1
Dec.

1921…

Maart

1922…

….
5,214
4,91
i0,124_
6,3
_13,9.
89,8
Juni

1922….
4,93
4,924
9,854_1i,4
-13,7
87,4
Sept.

1922….
4,33
4,884
9,214
_224
1-21,2
_14,4
81,8
Dec.

1922….
4,384,,
4,914
9,30
_14,_
82,5
Maart

1923….
4,264
4,83
9,094_23,4
_15,4
80,7
Juni

1923..
. .
4,37
,, 4,78
,,

9,15
-21,5
162
81,2
Sept.

1923…. ,,4,3444,784
9,13
-21,9
_16,1
81,-.
Dec.

1923….
4,584
4,78
»

9,364
_17,6 _16,2
83,1
Maart

1924….
4,634,,4,804
9
2
44
_16,7
_1 5,8
83,8
Juni

1924. …
4,34
,,4,80
9,14
_22,0
-15,9
81,1
Sept.

1924….
4,444,,
4,85
9,294
-.20,1
_15,-
82,5
Dec.

1924.
..
.
,, 4,654,,
4,884
9,54
_16,4
_14,4
84,6
,4,55
,,4,90
,,

9,45
_18,2
_14,1
83,9
Maart

1925.

…..
Juni

1925.

…..
,4,594,,
4,85
,,

9,44-17,4
-15,-
83,8
2)
Verg. p.
368
in het nummer van
29
April ji.
Brood, beschuit, koek, grutterswaren, melk, kaas, eieren,
vieesch, visch, vetten, suiker, andere kruidenierswaren,
groenten, fruit, aardappelen.
Kleeding, schoeisel, huishuur, brandstof, gas, elect’ri-
citeit, poetsartikelen, wasch, fondsgelden, verzekering, con-
tributie, periodieken, tabak, sigaren, dranken, instandhouding
huisraad, ontspanning, tram; diversen. De herleiding tot gezinseenheden geschiedt aldus, dat
de man geldt voor
1,
de vrouw voor
0,9,
een kind in het
eerste levensjaar voor
0,15,
in het tweede voor
0,2,
in het
derde voor 0,3 volwassene en zoo geleidelijk opklimmende
met 0,05
voor elk leeftijdsjaar.

Het Bureau licht de cijfers als volgt toe:

Op de basis van Maart 1920 = 100
bedraagt het index-
cijfer der kosten van het levensonderhoud over Jnni
1925
83,8, of eer, daling van
16,2
pCt. beneden Maart
1920.
Ovei Maart
1925
bedroeg het
83,9,
zoodat sedert cle vorige
berekening een geringe daling is ingetreden, en wel . met 0,1 op
83,9
of
0,1.
pCt. Sedert Septeiiiber
1920,
in welke maand de duurte het hoogste punt bereikte met een index-

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

DU

cijfer van 106,8 ‘op cle basis van Maart
1920 = 100,
be
draagt de daling thans
21,5
pCt. tegen
21,4
pCt. in
Maart
1925.
Voor cle voeding afzonderlijk is de daling sedert
Maart
1920
in Juni
1925
17,4
pCt., tegen
18,2
pCt. iii Maart
1925.
lii
dcii
1001)
van
het tweede kwartaal
1925
heeft zich dus
voor de voeding een stijging voorgedaan van
1,0
pOt. Deze
stijging komt echter iii het einch’ijfer niet tot uiting, door-
dat zij geneutraliseerd wordt door ccii tegenovergestelde
beweging van het overige ‘•gedeelte van het budget, meer
iii liet bijzonder door d’e posten mansbovenkleecliag en
brandstoffen (anthraéiet, eierkoleu, briketten), welke in
de laatste maanden een prijsverlaging hebben ondergaan. De stijging, welke de
,
oeding in haar geheel vertoont,
is de resultante van verschillende prijsbawegïngen in tegen-
overgestelde richting. Enkele rubrieken ondergingen een
daling sedert Maart
1925:
grutterswaren (erwten, boonen
en capucijliers), vleesch (vermindering sedert
4
Juni j.l.
van cle prijzen der goedkoopere soorten vail bevroren rund-
vleesch), vetten (natuurboter), kruidenierswaren (koffie,
thee, krenten en rozijnen). Doch deze daling wordt over-
troffen door de sterke stijging op de posten groenten, fruit en aardappelen, welke onder den invloed van den aanvoer
der cinurdei’e voorjaarssoorten een niet onbelangrijke ver-
hoogicig vertoouen.
Omgerekend op de basis van liet prijzenpeil gedurende
de periode
1911-1913 = 100
cii
Maart
1920 = 213,7
geeft
bovengenoemd indexeijfer
83,8
een cijfer van
179,1,
o
f een
stijging van
79,1
pCt. boven het peil van vOOr den oorlog.
Iii Maart
1925
bedroeg dit cijfer
79,3
pCt. Ook thans moet
weer worden herinnerd aan liet voorbehoud, dat wegens
liet ongelijksoortige der cijferreekseu van koloniineit
1
en
2,
waartussehen door deze wijze van berekening verband
gelegd w’ordt, steeds is gemaakt.

Verscheidenheid bii de spoorwijdte
i is
A f r i ic a. –
Indien Af:rilca een ontwikkeling te-
gemoet gaat, waarbij het bestaan van een grdot aantal
cioo.rgaaude tcei.iïverbindingen beteekenis verkrijgt,
zal hinder ondervonden worden van de omstandigheid,
dat groote verscheidenheid bestaat bij de in Afrikd
toegepaste spoorwijdte. Er bestaan iii Afrika bij de
voor het verkeer opengestelde lijnen ‘de volgende af-metingen: 61 cM. (2ft.), 70 cM. (2 ft., 6 in.), 01,5 cM.
(3
ft.), 1 meter, 101 cM. (3 ft., 6 in.), 143,5 cM. (4 ft.,
8 in.).

Deze groote verscheidenheid kan geen verwon’de-
ring wekken, in aanmerking nemend de verspreide
ligging van de reeds in cultuur gebrachte gebieden en
den pol i.tieken naijver, welke daarbij onderling bestond.

In het vooruitzicht, dat een steeds grooter gedeelte
van Afrika ontsloten zal worden en ‘daardoor de aan-
sluitingen over andere gebieden van meer belang
zuilen worden, verdient aanbeveling om reeds thans
in studie te nemen. op welke wijze bij de heerschende
verscheidenheid van spoorwijdte over langere trajec-
tent een doorgaand verkeer zou kunnen ingesteld
worden.

Een der nummers van ,,The Times Trade and
Engineering Supplement” wijdt hieraan een •beschou-
w’i ng, waaraan het hier opgenon en kaartje ontleend is.
Indien de kleinste spoorwijdten buiten beschouwing
gelaten worden, kan een verdeeling van het Afrikaan-
sche gebied in drie zon es ‘worden doorgevoerd en wel
van het 107 eM.-type, het 1 meter-type en het 143,5
cM.-type.
Zooals door het kaartje nader wordt aangewezen,
blijkt de laatste categorie zich ui.t te strekken over
Noord-Afrika, met name Egypte, Algiers, Tunis en
Marokko. Via Kan’tara (aan ‘het Suezkanaal) en •den
Bosporus bestaat hieivan, bij gelijke ‘spoorwijcFte, aan-
sluiting met Europa. Als een merkwaardigheid valt
nog te noemen, ‘dat het zuidelijk gedeelte van den
Egyptisch,en spoorweg you Luxor naar Assoean een
abnor.maliteit vormt, met een wijdte van 107 cM.
Zuidelijk van den tien’den breedtegraad op het zuide-
lijk halfrond domineert het 107 eM.-ty,pe, echter zal
men vermoedelijk ook de Belgische Congo tot deze
categorie kunnen gaan rekenen, aangezien enkele nieu-
we ]ijnen ‘daar volgens -dit type worden aangelegd en
men reeds bezig is oude lijnen -daar-op om te bouwen.

—rRENCH

. PiFRCA

TRIPOLt.
y
p.

S
DAN

E.

t’
q

ELCIP11
1.
No
l4’8frArea,

C

1
!-Metre
Area.

GO

kzÂ3’6″Area.

1ûouljtPuI,
j4mett’ç

A ‘ CA

Miles.
.or3.6.

0 500 1000

A 13’6″Corridors

across metregauqe v’ea.
, Metre Corridor across

if Stan/eyvi//e-/é’/fe /?aiÏway is öui/L

(to
lattergauge.

(T1414)

De lijn van •de Congorivier naar het Tariganykameer

heef t evenwel vooishands nog het 1 meter-type. Voor
iie geprojecteerde lijn van Stanleyvilte naar den Nijl,
welke het nog ontbrekende stuk zal ‘ormeu. in de
-,,Kaap-Kairo-verbinding” – staat de spoorwijdte nog
niet vast.

De nu nog overblijvende tussehenmoot, in hoofdzaak
dus bestaan-de uit Britsch-O. Afrika en A’byssinië, aan
de zijde van den I-ndischen Oceaan en Fransch West-

Afrika, aan de zijde van den Atlantischen Oceaan,
heeft het 1 meter-type. Geheel zuiver laat zich deze’zône
echter met trekken, omdat voor enkele van de op deze
breedte gelegen gebieden het 107 eM-type gel d t, met
name cle Britsche Soedan, en de Britsche kolonies i-
geria en Goudkust. .’

Van Britsche zij’de zal natuurlijk gaarne gezien
worden, -dat -de hierboven geuemde verbinding van
Stanieyvilie aan de Contgorivier naar den Nijl wordt
aangelegd op het in geheel Zuid-Afrika geldende 3 f t.,
0 in. (lol
oM.) type. Het is wel merkwaardig, dat de
schrijver van, het artikel in de ,,Times Trade Supple-
me.nt” in ‘dit verban’d niet als van ouds spreekt van
de ,,Kaap-Kairo- spoorweg”, maar van een aaneenge-
sloten spoorlijn, -die Kaapstad in .rerbinding zal bren-
gen met het aan de Roode Zee gelegen Port Soedan.
Nu Engeland de hegemonie in Egypte kwijt’ is;
schijnt dus aan Cecil Rhodes’ oude illusie een andere
gedaante te zuilen gegeven worden en richt Engeland
zijn oog op een verbindingsweg, die, -zij het dan van
de Europeesche wateren nog door het Suezkanaal ge-
scheiden, althans op een nog geheel onder ‘het Brit-sche gezag staand gebied zijn noordelijke uitgangs-
poort zal vinden.

Op het kaartje ziet men nog in beeld -gebracht de
onderlinge verbindingen, die zouden mogelijk zijn om
de afzonderlijk liggende gebieden met gelijke spoor-wijdte gelegenheid te geven een doorgaand verkeer te
openen.

BOEKAANKONDIGING.

De Psychoechniek der Beroepskeuze,
– door Dr. J. L. Prak, Psycholoog aan de
Philips fabrieken. J.
B. Wolters Uitg.-
Maatseh., G’ronimgen-Den Haag, 1925.
Prijs f4,50.

De dissertatde van den heet Prak is in ‘den handel

672

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

verschenen ,en dus bedoeld om buiten don kring ‘der
vakgeleerden de ‘huidige kennis te verspreiden aan-
gaande ide psyohotechnielc der beroepskeuze. Dit is
stellig een loffelijk streven en voorzoover zijn werk
zich dan ook bepaalt tot de zeer volledige, kritische
beschrijving van al wht door anderen op dit gebied
gewerkt is, heeft de schrijver ‘den ‘dank en waaridee-
ring te oogsten, waarop zijn ijver, werkkracht en
belezenhoid hem recht geven. Wil men bovendien wat
praktisch bruikbaars te weten komen over de me-
thoden van p.sychotechnisch onderzoek en fde mathe-
matisdhe verwerking van het verkregen materiaal,
clan vindt men in het hoofdstuk ,,Meetmethoden, contrôle en statistiek” een duidelijke en ook voor
den leek begrijpelijke uiteenzetting.
Het eigen werk echter van den schr. ‘moet, voor-
zoover ik ‘tenminste heb kunnen zien, gezocht worden
in zijn pogen om uit ‘de verrichte onderzoekingen
het bewijs te leveren’, ‘dat de intuïtieve menschen-
ken.nis biji de personeel’sselectie en bij de beoor.deeliug
van’ menschen ten aanzien ‘hunner beroepskeuze vrij-
wel waardeloos is en ‘dat de oplossing van dit vraag-
stuk eerder gevonde1. moet wonden in het exact toe-
passen van proeven en tests, die neutraal, volgens
vaste instructie, ‘gehanteerd lcmnen worden en wier
1

uitkomsten voor een nauwkeurige wiskun’dige verwer-
king vatbaar zijn.
Men kan ‘liet nu ‘hiermee eens of oneens zijn: in
elk geval mag men van den
schrijver
van een disser-
tatie, die nog wel uit de school van Heymans komt,
verwachten, dat zijn betoog logisch in elkaar is ge-
zet en geen •denkfduten bevat die, al is een deel der
feiten juist, tot volkomen ongewettigde conclusies
leiden.
Om een voorbeeLd van zijn ,,’bewijsvoerin.g” te ge-
ven kies ik het hoofdstuk over de meest gebruikelijke
methoden om personeel uit te kiezen. Eéu dezer me-
thoden is om gebruik te maken van ‘den indruk, dien
men ‘van het portret van den candi.daat krijgt. Hoe.-
wel men het nu volkomen met ‘dan schr. eens kan
zijn, dat deze potretbeschouw’ing al heel weinig waai-
borg kan geven voor een juiste beoordeeli’ng, zoo is
schr.’s bewijsvoering voor ‘de waarideloosheid dezer
methode niet te aanvaarden. Immers hij gaat ‘hierbij
nu als vol’gt te werk:
Gegeven zijn 2 soorten ‘beoordeelingen van een aan-
tal’ meisjes:
‘de oordeelen van haar goede bekenden. dé beoordeeling naar foto.
Als ‘basis neemt hij irbu
a,
vergelijkt daarna
b,
bere-
kent de correlatie en komt nu tot de conclusie, .dat de beoordeeiing naar foto praktisch waardeloos is.
Dit zou juist zijn, wanneer
a
beho3rlijk vaststond
mahr juist in een vorig hooMstuk beweert hij met
klem, ‘dat de betrouwbaarheid van het :bekendenoor-
deel niet hoog moet worden aangeslagen. Een be-
paalde uitkomst wordt dus vergeleken met een an-
dere uitkomst, die onbetrouwbaar genoemd is (en
ook welzijn zal) en ‘daaruit wordt ‘dan geconcludeerd,
dat de eerste uitkomst waardeloos is.
Deze zelfd9 redeneering vinden we het ‘geheele be-
gui van het boek door: in de kritische analyse va”i
de gebruikelijke ‘me’thocles voor personeelsseiectic
tracht schr. bv
. aan. te toonen dati de z.g.n. ‘intui-tieve, mepschenkennis hiervoor onbruikbaar is. Dit
zou exact, te bewijzen zijn, indien het mogelijk was
van de op die manier geselecteerde personen een he-
trouwbaar bedrijfsoordeel te krijgen, dat men dan
vergelijken kon met liet (intuitieve) oordeel omtrent de verwachtingen, ‘die men zich van ‘deze’ personen

gemaakt had.
Dan had men in ‘dit bedrjfsoordoel een basis, waar-
mee men de odrdeelvèllingen – op grond van intuï-
tieve -mensc’h’enknn’is eenerzijds en ‘die, welke langs
p.sychotechi.schen weg verldege’n ‘aren anderzijds –
vergelijkên kon en dan vare het mogelijk de superiori-
teit van het een boven liet an’d’ei ‘te bewijzen. De heer
Prak neemt nu maar stilzwijgend aan,
dat
dit bedjijfs-

oordeel ‘betrouwbaar is, doch ieder, die op dit gebied
gewerkt heef t, weet wel beter. Even’ ondoenlijk als ‘het
is om van te voren te zeggen, wat iemand in een be-
trekking waard
zal
zijn, even moeilijk is het zijta capa-
citeiten juist ‘te schatten, wanneer hij in die betrek-
king werkzaam is (‘behalve in de enkele beroepen,
waar d’e praestaties qua’nti’tat.ief te meten ‘zijn aan ‘de
hoeveelheid ‘der vervaardigde producten). Wij werken
in de psychotechniek allen niet ,,bedijfs’oord.eelen”,
doch wij, moeten ons er ‘steeds bewust van blijven,
dat deze toetssteen niet zuiver is; immers is die be-
drijfsoorcioelen spelen bijna steeds factoren mee, die
er niet mee te maken hebben. De •beoordeeling van
iemand in zijn, beroep is niet
exact
mogelijk en ten-
slotte is zoo’n bedrijfsoordeel niets anders ‘dan een
in’div’idueele waardeschatting, ‘die beïnvloed’ wordt
door dezelfde niet ter zake doenide overwegingen, die
‘de heer Prak ter andere plaatse zoo hekelt in zijn be-
toog over de waardeloosheid van ‘het ,,’heken’denoor-
doel”.

Er ‘is ‘tot nu toe maar één steeiahopdend argument,
dat een regeling ‘der beroepskeuze – ongeveer op de
wijze als de beer Prak die wil, – kan wet’tigen en
dat is het succe,s van de psycliotechniek in ‘de prak-
tijk. Het
blijkt
in enkele beroepen, waar men het toe-
past, ‘dat het goed ‘gaat en ‘beter dan vroeger. Maar
waarbm dit het geval is, ‘daaromtrent kan men niets
bewijzen.
Alen kan er een bepaalde meening over ‘heb-
ben en de mijne is wel heel stellig deze, ‘dat de ‘hoofd-
zaak van liet succes gelegen’ is in, liet feit, ‘dat men
überhaupt aandacht aan liet probleem der personeel-
selectie ‘is gaan schenken, dat liet niet meer zoo
plompverloren als vroeger gaat en ‘dat ‘degene, die in
een fabriek of andere onderneming met ‘die functie
belast is, gedurende ]an’geren tij’d met ‘de caindidaten
onder – voor allen gelijke – proefomstan’digheden

bezig is en zoo, niet langza.merhan’d geschoolde in-
tuïtieve menschenkennis, hen ‘beter dan vroeger leert
kennen en prognostisch b000r’deelen. Geeft men cle
psychotechnische proeven met al ‘hun exacthei’d in
handen van hen, ‘die intuïtieve menschenkennis niet
kunnen ‘of niet
iijiilen;
laten nieespreken, dan komt
er naar’mij ii vaste overtuiging niet.s van terechl:
waar het bedrij’en geldt, die niet op uiterst eenvou-
dig peil staan en vrijwel volkomen, gemechaniseerd
zijn. In alle andere bedrijven – en ‘dat zijn verreweg
de meeste en belangrijkste – ‘spelen, in het algemeen
gezegd,. wil’s- en ‘gevoelsolementen, die psycho-
technisch onon’derzoelcbaar zijn, een z66 groote rol,
dat elk oordeel omtrent ‘de geschiktheid van een
cancli’daat, ‘dat met deze ,,elementen” geen rekening
houdt, waardeloos i’s.

Wanneer iemand – zooals ‘de schr. op pag. 116
– zegt, dat ,,het eindresultaat van een beroeps-
studie zou moeten vertoonen den eenvoud, de concisie
en. •de exacthei’d van een scheikundige formule” en
zoolang hij ook maar een oogenblik denkt, dat dir

zelfs in dc verre toekomst mogelijk zou zijn, dan geeft
hij blijk van z66 weinig ‘begrip, dat zijn, heele werk,
theoretisch tenminste, op een volkomen foute basis
rust. Niet, dat zoo iets nog niet bereikt werd id.och
‘dat het ‘met
psychotechnische
hulpmiddelen über-
haupt onbereikbaar ‘is, moet dunkt me, in liet hoofd
van iedoren practischen psycholoog gegrift zijn.

Nu weet ik wel, dat de heer Prak in ‘dit opzicht
zij ii ein’dconciusies sterk gematigd heeft, ‘doch door
zijn Jieele werk loopt als een mode draad zijn over-
schatting van de waarde van streng empirisch on-
derzoek, van rigoureus gehandhaafde experimeuteele

con’dities en van exacte mathematische verwerking
der resultaten, een over.schatting in,’ een woord van
de psyc’hotechniek
qua talis.

De’an’dere methoden der practische psychologie
worden met .groote heslistheid en een ‘hinderlijke
zelf verzekerd’heid be- en veroordeeld en ‘het hoofd-stuk over pem’soon’slijsten is in z66 minderwaar’dige
bewoordingen vei-vat, dat het ‘maar beter is er niet

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

673

op in te gaan
i)
al verwondert men er
zich
over, dat
van academische zijde – waar het toch een disser-
tatie geldt – hiertegen geen bezwaar is gemaakt.
.* *
*

Of voor de lezers van de Economisch-Statistische
Berichten het boek van den heer Prak een aanwinst
mag genoemd worden waag ik niet te beslissen..
Met veel kritischen zin gelezen, kan het stellig
waardevolle kennis bijhrengen al zal het, ook wat de
terndnologi.e betreft, voor velen niet gemakkelijk
verstaanbaar zijn. Wanneer de -sch.r. h.v. wil zeggen,
dat het inzien van een verband wordt overgelaten
aan het .begripsvermogen, drukt
hij
zich als volgt uit:
(p. 150) ,,de intelligente apperceptie van het cau-
saai verband werd geheel aay de intuïtie van
den proefpersoon overgelaten:” En zoo wemelt
liet geheele werk van

overbodige vreemde woorden,
die •den lezer wel nadenken4 doch niet aangenaam
stemmen. Bepaald -hinderlijk zijn echter germanis-
men en andere -ismen, die het geheel ontsieren.: woor-
-den als: ,,uitprobeeren” ,,-discipiines”, ,,faculteiten
van het mensehelijk denken” kunnen , ,zinvoi” ,,’binnen
het raam der individueele geschiktheid” zelfs een
,,bezomien psycholoog” in de ,,richtige uitoefening
van zijn beroep” tot wnhoop brengen, als hij ten-
slotte ook nog moet lezen, -dat – ,,een -spoortreiri, een ijzeren, – door damp gedreven, vervoermiddel is”.
P. W. V. WULFFTEN PALTHz. ‘) Belangstellenden woi-den verwezen naar een artikel
val,
Prof. Dr. F. Roels in het Tijdschrift voor Zielkunde
en Opvoedingsieer. Jaargang XVII, af 1. 1; 1925.

OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.

Jou-mal des Economistes. – Parijs, 15
Juni 1925. – –
Yves-Guyot,
Saint-Simoo et s-en école;
A. Bouton,
La colonisation rurale par les Francais;
X.,
Les fac-
teuirs
da
pouvoir .d’achat;
Y.-G.,
Le conflit américain
de la science et de Ja prohibiti-on;
G. de Nouvion,
Les marchés de guerre de la marine;
N. Monciet, No-
tes sur le budget de
M.
Caillaux. –
The Joumnal
of
Political
Economy. –
Chicago,
Iii.,
Juni 1925.
B. .B.
Westerfield,
The balance required of borro-
wers;
R. A. Lehfedt,
Analysis of profit;
W. Muhi-
bach,
Tariff devices for depreciating curre.ncies;
S.
R. Nerlove,
American contingent •duties;
H. R.
Trunibower,
Freight and agricultur-al products;
C.
Goodrich,
Symptoms or -agencies?
De Socialistische Gids. – Amsterdam,
Juli 1925.
bevat o.a.
P. Olberg,
Sovjet-Rusland’s economische politiek
en de -agrarisdhe revolutie
1; J. F. A’n.lcersmit,
Nieuwe
woningbouw;
P. J. Schmidt,
De Britsche socialisti-
sche partij;
S. de Wolff,
Beschouwingen over de
waardeleer.
IV.
De Naamlooze Vennootschap. – Roer-
mond, 15 Juni 1925.
Prof. Mr.
W. P. J. Ponspe,
De strafbepaling van
het Ontwerp;
Prof.
J. G. Ch. Volmer,
De winstver-
deeling •der Naamlooze Vennootschap;
Prof. Mr.
E.
J. J.
V.
d. Heyden,
Het wetsontwerp Nelissen-Heems-
kerk
II;
Mr.
W. de Gavere,
Inkoop van eigen aandee-
lan en het w’etson;terp op •de N.V.;
H. J. Francic,
:De -moeilijke jaren van liet Nederlandsch bankwezen;
Mr. J. C. van- Sandick,
De bestuurders eener N.V.
mogen -niet onherroepelijk wovdeu aangesteld. Arti-
kel 44 2e lid
W. v. K.
i)e directeur steeds op de wip-
stoel? – –

Tijdschrift voor Economische. Geo-
g r a p h i e. – ‘s-Gravenhage, 15 Juni 1925. A. Hallema,
Bloei en verval der Friesche gemeen-
ten in de laatste halve eeuw op grond van haarbevol-
kingscijfers;
Prof. Dr.
P. ,Serton,
Basoetoland;
Jhr.
J. C. C. Sandberg,
Zuid-Afrikaansche vraagstukken;
Joh. J. Han.rath,
Agrarische toestanden in Zuid-
Argentinië.

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
– N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.
Ned.jDisc. Wissels. 4
15Jan.’25
Zwits.Nat.Bk. 4
16Juli ’23
Bel.Binn.Eff.
4*15Jan.’25
N.Bk.v.Denem.
7 17Jan. ’24

Vrsch. inR.C.
515 Jan.’25
ZweedscheRbk 5
24 Juli ’25
Javasche Bank.
4’i0Oct. ’24
Bankv.Noorw. 7
8Mei
1
25
Baukvan Engeland 5
5Mrt.’25
Bk. v. Tsjecho-
Duitsche Rijksbk. 9
26Feb.’25
slowakijë. 7
25 Mrt. ’25
Bank v. Frankrijk II
9Juli’25
N.Bk.v.O’rijk. 1024Juli
’25 BelgiecheNat.Bnk.
5*22 Jan.’23 N.
Bkv. Hong. 9
28Mei ’25
Fed.Res.BankN.Y.
3
*
26
Feb.’25
Bank
v.
Italië. 7
17Juni’25
Bank van Spanje.:. 5
2
3Mrt.’231Z..Afr.Res.bnk 5

OPEN MARKT.

1925 1924 1923
1914

1
Aug.
27Juli-
20-25
13-18
28Juli- 30Juli-
20-24
1Aug.
Juli Juli
2Aug. 4Aug.
Juli
.4mslerdam
Partic.disc.
35
/8

/
4
3
1
18-
1
14
271-3
2
1
18.
3
/4
211
3
3/
4

3
1
14
3
1
1s-/16
Prol6ng.
31/
4
2)
2
1
1-3
1
13
211
4
-231
4

1
3
14-2113
2-
3
/4
231
4
_31/
2

211
4
-3/
4

Londen
Daggeld
– •
331..4
311_41/2
3.1/2
3_3/
4

211_3314
11
12_2
1
14
131
4
-2
Partic. disc. 4
14

116
41
/16

/4
411e-116
3314715
311
15
_3J
211
4
3/
4

Berlijn
Daggeld ..
10
1
12-12 8112-12
8_911
2

8-11



Partic.disc.
30-55 d..

771
8
2)
7
7
I8
7
7
18
771



56-90 d..

771
8
2)
771
8

771
8

771
s



211_1/
Waren- wechsel.
911
4
2)
91(
4

9.11
4

91f
5



New York’)

Cali money
411_3(
4

331
4
_431
4

33/
4
_4
33/
4
.511
4

2_1/
4

46
1
14
1314_211
Partic. disc.
3
3
13
331
8

3
3
18
33/8
– – –
1
Cail money-koers
v.
31Juli en daaraan voorafgaande weken
tim.
Vrijd.
1)
Noteering van 31 Juli.
WISSELKOERSEN.

KOERSEN IN NEDERLAND.

Da
a
New
York)
Londen
•)
Berlijn

0)
Parijs
0)
0)


BrussellBatavial)

28 Juli

1925
2.49
i/
12.10 59.29
11.77
11.51
l003.
29

1925
2.49i,
12.10
59.29
11.81
11.53
100%
30

1925
2.491/
s

1210
59.30
11.84
11.50*

100%


31


1925
2.491j
12
.09*
59.30

11.80*
11
.
4
7*
100k
1
Aug. 1925



. –
100;
3

,,

1925
g.49
12.09
59.25
11.79
11.45*

10034
Lasgsted.w.1)
9.4871
12
.08* 59.22
11.76
11.42
100
Hoogste d.wl)
2.49%
19
.1
0*
59.32
11.86
11.55
100%
27 Juli

1925
2.498,
12
.09*
59.29*
11.77
11.52*
100% 20

,,

1925
2.49
12.10
59.26
11.73 11.52
10034
l4untpariteit2.48%
12.10 59.26
48.-
48.-
100
0)
Noteering te Amsterdam.
*0)
Noteering te Rotterdam.
1) Particuliere opgave.

Data
se
Zw
lan
lt_d
Weenen
S)
Praag
1)
I
Boeka-IMIlaan
rest
1)
5*)
Madrid
*0)

28
Juli

1925
48.3711
35.10
7.38 1.35

9.13
36.07*
29

1925
48.38
35.12% 7.39
1.25
9.1*

36.10
30

1925
48.37% 35.12% 7.38
1.25
9.16*

36.10
31

1925
48.37%
35.10 7.38
1.25
9.
1
1*
36.05
1
Aug. 1925


7.38
1.25
– –
3

,,

1925
48.3734
35.10
7.38
1.25
9.08
36.0
2
*
Laagste d.w.
1
)
48.32%
35.07%
7.36
1.20

9.05

35.95
Hoogsted-.wi)
48.42%
35.20
7.4

1

1.40
9.20 36.20
27
Juli

1925
48.37%
35.10
7.38
1.30
9.15
36.1
1
*
20

,,

1925
48.34 35.10
7.39
1.20
9.17*
3
6
.07*
Muntpariteit
48.-
35.-
50.41
48.-
48.- 48.-
5) Noteering te Amsterdam.
5*)
Noteering te Rotterdam.
1) Particuliere opgave.

Data
1
Stock-
holm)
Kopen-
hagen*)
Oslo
)
Hel-
sing-
fors’)

1
1
Buenos-
Aires
1)

Man-
treal
1)

28
Juli

1925
157.-
57.90 46.40
6.27*

100%
2.493
29

1925
66.97*

57.15
46.10
6.27
100%
2.49%
30

1925
66.95 57.10

46.05
8.27
1003[
2.49%
31

1925
66.97*

56.70 45.70
6.
2
7*
100
1
j
2.491f
1
Aug. 1925
– –
– ‘.
6.
2
7*
10034
2.491,
3

,,

1925
66.95 56.15
45.25
6.27*
1001/
8

2.49
Laagsted.w.
1
)
66.90
55.
45.-
6.25
100%
2.48k
Hotgste d.wl)
67.-
59.50 46.90
6.30
100
1
%
2.49%
27
Juli

1925
66.97*
56.85 45.75
6.271
100%
2.49%
20

,,

1925
67.02 53.25 44.15 6.28
100
2.49
Muntpariteit
66.67 66.67
66.67
48.-
105
2.481%
‘) Noteering te Amsterdam.
*5)
Noteering te Rotterdam.
1) Particuliere opgave.

674

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable)

D
a a
Londen
($ per
£)
Parijs
($
p.lOOfr.)
Berlijn
($p. iOOMk.)
Amsterdam
(op.
100 gld.)

28 Juli

1925
4,851j,
4,73
23,80
40,15

29

1925
4,857/
8

4,76
23,80
40,14

30

1925
4,8534
4,75
23,80
40,13

31

1925
4,85
11
/
16

4,74
23,80
40,14

1 Aug.

1925
4,858%
4,74
23,80
40,12

3

,,

1925
4,858%’
4,74
23,80
40,18

21 Juli

1925
4,861/,
4,73
23,80
40,17

4untpariteit …
4,8667
19,30
23,8134
401/

KOERSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen
Noteerings-
eenhe
den
18
Juli
1925
25
Juli 127julill
1925

iLaagstelHoogste
l

Aug.’25
1
Aug.
1925

Alexandrië Piast. p.
£
9715j
16/32
731
8

9791,,
97111/32

‘Bangkok
. .
Sh.p.tical
1/11j
8

1L10
1
/,
11101/,
1110
1
4
1/101/,
B. Aires’) ..-
d. p.
$
455i
16

45s/8
45
7
1
32

45 ‘/32
45s/6

Calcutta ._
5h. p. rup.
1161j
8

1/6
5
/32
1/6
3
/32 116
5132
116
5
/32
Constantin.
.
Piast.p. X
877%
870
865 880
875

Hongkong
8h. p.
$
214k
2143i
1
,
2/394
2/4sj,
2
1
1
4
Lissabon’)
d. per Mii.
234
2%
2
15
/
32

2i4
234
Mexico
.
…..
d. per
$
26
26
25
27
26
Montevideo’)
d. per
$
48%
49y
4

49
49%
4934
Montreal
..-.
$
per
£
4.86
4.84*

4.845/
8

4.85% 4.85%
R.d.Janeiro’)
d. per Mii.
/32
5
7/
5%
529182
527/32

Shanghai …
Sh. p. tael
3/2k
3141
8

3/1%
3/2i/
2

312
Singapore…
id. p.
$
2143/
10

2/48/
1

2141,
2/4%
2148/
10

Valparaisol).
peso p.
£
40.60 40.60 40.20 40,40
40.40
Yokohama …
Sh. p. yen
1/89/,
1
1/834
11187/32

187/,
118
13
/
32

Koersen oer vooratgaanoe aagen.

‘) ieiegranscn eranslert.

•,i w ug.

ZILVERPRIJS
COUDPRIJS
3)

Londen
7
)
N.York’)
Londen 27

Juli

1925..

3211,,
6934
27

Juli

1925..
84110%
28

1925..

31
13
/1
695/
8

28

1925..
84/10%
29

1925..

3113
0

69%
29

1925..
84/10%
30

1925..

317/
9

692/,
30

1925..
84/1034
31

1925..

32
695/
6

31

1925..

1 Aug. 1925.. 32
69%
1 Aug. 1925..

2 Aug. 1924.. 34%
68%
31 Juli

1924-
9319

20 Juli

1914..

2413/
16

541/,
20 Juli

1914…
84/10
1)
in pence p. oz. stand.
2)
Foreign silver
in
$c. p. oz.
line.
3)
in
sh.
p.oz.fine.

STAND VAN
‘s RIJKS KAS.
Vorderingen

1
27
Juli
1925
1 3
Augustus
1925

Saldo bij Nederi. Bank…
f


(
15.115.851,73
Saldo bij betaalmeesters..
5.787.139,38 3.454.868,17
Saldo b. d. Bank
v.
Ned.

,

5.366.365,93

Voorschotop uit. Juni1925
aan de gemeenten
op
voor haar door Rijk te
heffen gem. ink.bel. en

Gemeenten

………..

opcenten opRijksink.bel.
,,
33.747.308,14
33.747.308,14
Voorsch. aan de koloniën
,,

12.051.543,27
,,

6.903.332,97
Voorsch, a. h. buitenland
,,214.949.322,60 215.432.953,27
Daggeidleeningen

tegen onderp.
v.
schatk.papier
,,

2.000.000,.-.

Voorsch. door de Ned.Bank
f

3.958.304,31

f


Schatkistbilj. in omloop’)
130.265.000,-
i
51.727.000,-
Schatkistprom. in omloop ,,108.340.000,- 118.640.000,-
Waarv. direct bij Ned. Bk.
,,

1.000.000,-
,,

1.000.000,-
Zilverbons(met inbegripv.
de bedragen bij debetaal
meesters in kas)
……-.
18.062.325,50
,,

18.221.627,50
Door den Postch.. en Giro-
dienst in
‘s
Rijks Schat.
,,
37.251.904,87
,,
41.073.171,38
kist gestort
………..
Schuld a. d. Bank
v.
Ned.
Gemeenten

………
,,


,,

157.777,30
1)
Waarvan
/
37.056.000 vervallen op of
na
1
April
1927.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.

1

18Juli
1925
1

25
Juli
1925

Voorschot uit
‘s
Rijks
kas aan N.J.

..- …
f

3.413.000,-

f

4.131.000,-
md. Schatk.prom. in oml
64.100.000,
,,
64.100.000,-
Voorsch. Jav.Bk. aan N.-I.
13.625.000,-
,,

8.530.000,-
Muntbiljetten in omloop
34.991.000,- 35.289.000,-
Ten voordeele
v.
N.J. ge.
boekt beleggingsgeld
v.
h. N..I. muntfonds …

5.760.000,_
,,

5.760.000,-

Totaal

… … ….
fl
2
l.
889
.
000,
_
f
l,
l
7.8
lO.
000,.
_
In
‘s
lands kassen
…….
,,
41.899.000,-

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 3 Augustus 1925.
Activa.
Binnenl.Wis-
1
Hfdbk.
f
44.876.513,68
sels,Proni., Bijbnk. ,, 14.758.901,39
enz.in
disci Ag.scb. ,, 26.309.434,03
f
85.944.849,10
Papier o. h. Buiteni. in disconto


Idem eigen portef. .
f
232.428.629,-
Af :Verkoehtmaar voor
de bk. nognietafgel. ”

232.428.629,-
Beleeningen Hfdbk.
f
87.965.769 47
snel. vrsch.
Bijbnk.

12.202.441 78
in rek.-crt.
Ag.sch.

71.501.911 20
op onderp.

f
171.670.122,45

Op Effecten …….
f
169.000.561,49
Op Goederen en Spec. ,, 2.669.560,96 171.670.122,45

Voorschotten a. h. Rijk ……………..

Munt en Muntmateriaal
Munt, Goud ……
f
56.184.145,- Muntmat., Goud .. ,, 363.219.324,89

f
419.403.469,89
Munt, Zilver, enz. •

22.546.997,91
Muntmat., Zilver . .

Effecten

441.950.467 80

Belegging]ies.fonds.
f

6.476.900,11
id. van ‘j,v. b. kapit.,,

3.973.278,87

10.450.178,98
Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,

5.171.000,-
Diverse rekeningen ………………,,

41.395.763,36

f
989.011.010,69
Passiva


Kapitaal ……………………….
f

20.000.000,-
Reservefonds ……………………,,

6.483.597,96
Bijzondere reserve ……………….,,

12.000.000,-
Bankbiljetten in omloop …………….899.926.055,-
Bankassignatiën in omloop ………….1.252.004,89
Rek.-Cour.j liet Rijk
f
17.037.232,33
saldo’s: ‘1,, Anderen

25.019.488,71

42.056.721,04
Diverse rekeningen ……………….,,

7.292.631,80

f
989.011.010,69

Beschikbaar metaalsaldo ………….
f

252.731.479,57
Op de basis van
2/,
metaaldekking.
. . . ,,

64.084.523,38
Mindei’ bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. ., 1.263.657.395,-
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Andere Beschikb. I Dek-

Data

Goud Zilver
Circulatle ‘opeischb. Metaal- kings
chulden saldo I perc.

3 Aug.
1
25 419.403 22.547

899.926 43.309 252.731 47
27 Juli ’25 419.417 22.803

876.414 26.790 260.998 49
20

’25 431.571 22.457

883.516 27.559 271.209 50
13 ,,
1
25 431.558 22.246

895.963 35.252 266.953 49
6

’25 443.644 22.238

902.739 35.788 277.543 50 29 Juni
1
25 455.323 22.577

888.784 48.848 290.072 51

4 Aug.
1
24 531.511 10.925

982.452 45.697 336.208 49

25 Juli ’14
1
162.1

141 8.228

310.437

6.198 43.521
1
) 54

Hiervan

Papier

D t

b oaa

Schatkist- Belee-

op het

re%e55

a a

d1secont,s rO

ningen

buiten- ningen’)

3 Aug. 1925 85.945

171.670 232.429 41.396
27 Juli 1925 77.048

1.000 135.398 288.717 46.263
20

1925 ‘ 78.319

3.000 137.745 215.699 48.409
13 ,, 1925 89.227

14.000 143.526 213.789 48.510
6

1925 95.194

20.000

145.471 ‘195.466 54.191
29 Juni 1925 85.163

164.271 190.738 47.693

4 Aug. 19241 138.819

193.892 93.694 85.956

25 Juli 19141 67.947

14.300

61.686 20.188

509
1) Op de basis van
31
inetaaldekking. 2)’Sluitpost activa.

SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Metaal
Circu-
bus
Andere
opeischb.
schulden Discont.
Div. reke-
ningen’)

20 Juni

1925..
1.008 1.425
869
1.016
315
13

1925-
1.008
1.489 900
1.018
344
6

1925.
1.009 1.629
741
1.013
311
30 Mei

1925-
1.021
1.644
845
1.009
265

23

,,

1925..
1.023
1.441
1.056
1.012
253

21
Juni

1924…
1.152
1.406
830
1.119 435

5 Juli

1914-
,

645
1.100
560
735 396
1) SiuitpOst oer acuva.

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

675

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok-
ken cijfers der laatste weken zijntelegrafisch ontvangen.

Andere Beschlkb.
Data

Goud

Zilver

Circulatie opeischb. metaal-
schulden saldo

25 Juli 1925

17.500

311.000

55.000 106.300
18

1925

179.250

309.000

45.000 108.450
11

1925

180.750

307.000

44.500 110.450

27 Juni1925 133.360

47.457 294.141

511454 112.433
20

1925 133.547

48.272 292.628

48.151 114.420
13

1925 133.233

48.651 293.055

45.186 115.043
6

1925 133.703

50.108 289.110

47.717 117.309

26 Juli1924 146.547

64.783 253.295

95.628 142.253
28 Juli1923 152.380

60.920 260.975 107.053 140.285

25 Juli1914 22.057

31.907 110.172

12.634

4.842′

Wissels,

Dek- D a a
______________

Dis-
conto’s
buiten
N.-Ind.
betaalb.

Belee-
ningen

nin en’s
g
kings-percen-
tage

25Juli1925
***
49
18

1925
143.180
*
51
11

1925
134.080

51

27Juni1925
19.689

ii

56.436
63.023
52
20

1925
19.817

18.482

53.904
59.597
53
13

1925
19.590

18.228

50.435 67.400
54
6

1925
19.406

16.564

54.007
61.452
55

26 Juli 1924
36.524

24.775

65.387 21.735
61
28 Juli1923
36.219

37.788

69.876
22.997
54

25 Juli1914
7.259

6.395

47.934 2.228
44
‘)Sluitpost activa.

5)
Basis
2
1s me aaldekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste
posten, onder bijvoeging der Currency Notes, in duizenden ponden sterling.

Data•
Metaal
Circulafie
Currency Notes

Bedrag

Bankbi 1f.
1
Gov. Sec.

29 Juli

1925
164.258
144.71
301.040
54.450
251.524
22

1925
161.444
143.392
298.936 54.450
249.814
15

1925
161.567
143.149
298.070
53.950
249.502
8

,,

1925
158.862
145.206
297.337 53.950
248.720
1

1925
157.603 146.629
293.501 53.950
245.536
24 Juni 1925
17.184
145.270
292.278
53.950
243.474

30 Juli

1924 128.309 127.092
295.566
27.0002)
251.474

22 Juli

1914
40.164 29.317


D ata
00v.
Sec.
Other
Sec.
Public
Depos.
Other
Depos.
R

it’e
kf)e
g

29 Juli’25
33.600
69.174 20.690
103264
39.257
315j,
22

’25
34.960 69.762
15.574
110.691
37.802
313f,
15

,

’25
36.007
71.684
12.595 115.229 38.168
297j,
‘8

’25
42.517 71.992 11.250 118.652 33.406
25
1

’25
46.577 96.278
11.659 143.951
30.723
19
24Juni’25
39.031
79.023
13.559
118.254
31.663 24

30 Juli ’24
45.762
75.495
12.194
111.991
20.967
16,88

22 Juli ’14
1

11.005
33.633
13.735
42.185 29.297
52s,,
‘) vernouuing tusscnen vçeserve en ueposlls. ‘) uouuueeKlng.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voornaamste posten in miljoenen franes.

1
Waarv.
1
1
Te goedl
Buit. gew.I
Schat-
Wis-
Data
Goud
1
in het
1
Zilver
1

In het
1
voorsch.
1
kist bil-
sels
1
buitenl.l
buitenl.laJd.
Staatljetten
1
,)

30 Juli ’25
5.547
1.864
312
582
27.250
5.069
3.639
23

,,

’25
5.547
1.864 312
582
27.400
5.068 3.045
16

.,

’25
5.547
1.864 312
581
27.850
5.068
3.167
9

’25
5.547 1.864
312
581
27.400
.5.065
3.352
2

’25
5.547
1.864
312
576
27.700
5.054
4.327

31Juli’24
5.544
1.864
300
571
23.000
4.740 5.134

23 Juli’141
4.104
1

640
– – –
1.541

Waarvan
1
Uitge-
Belee-

Rekg. Courant
0016
op het
1
stelde
Wissels’
ningen
Circulatie
Parti-
1
Staat
buitenl.
culierenl

30Juli’25
16
6
2.906 44.496 2.452
59
23

’25
18
6
2.987
44.221 2.270

1
51
16

’25
23
6
3.012
44.532
2.494
32
9

’25
23
6
3.057
44.494 2.474
14
2

’25
22
6
3.013
43.800
3.078
30

31Juli’24
27
9
2.653 40.325
1.147
16

23 Juli
1
14
8

‘769
5.912.
943
401
1)
In disc, genomen wegens voorsch. v. d. Staata. buiteni. regeeringen.

DUITSCHE RIJKSBANK.
Voornaamste posten in millioenen Reichsmark.
Daarvan
Deviezen
Andere
o a
,.

,,
ou
hij bui-
als goud-
wissels
Belee-
ten!. circ.
dekking

.
en
ningen
banken
1)

geldende
cheques

23 Juli

1925
1.103,0
123,3
367,7 1.487,6
21,6
15

,,

1925
1.068,7
93,1
356,2 1.526,5
13,4
7

1925
1.065,6 90,7 355,2
1.579,7
15,6
30 Juni 1925
1.061,7
91,9
353,9 1.691,5
46
3
5
23

1925
1.061,6
97,0 346,7
1.336,0
7,1 15

1925
1.040,2
75,7
338,6
1.402,5
8,9
30 Juli

1914
1.356,9


750
3
9
50,2

Schuld
D o a
Effec-
Diverse
Circu- Rekg.-
Diverse
aan
ten
Actjval)
latie
Crt.
Passiva
Renten-
______________

bank

23 Juli 1925
201,6 724,0
2.200,9
878,8
621,4
0,6
15

,,

1925
201,5
730,5
2.297,9
765,8
619,7
0
3
7
7

1925
201,3 685,7
2.442,6 574,0
661,7
2,1
30 Juni 1925
201,3
639
3
3
2.474,4
564,4
724
3
1
2,4
23

1925
201,3
1.009,7
2.238,6
802,2
750,9
2,4
15

,,

1925
201,2
1.078,8
2.362,9
717,3
776,1
5
3
6
30 Juli

1914
330,8
200,41
1.890,9
944
3

40,0

, W.U. n.cllIClIL.JdIIKbClleIlle £3,
tO, t JUlI,
341, £3,
13
JUIII, ECSP.
384,4; 326,5; 257,3; 183,9; 533,9; 515,2 miii.

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.
Voornaamste posten in millioenen franca.

….
.

‘5

Data
n’
a
n,
5
9

°

30 Juli ’25
385
85
480
1.413
260
5.200
7.688
153
23

’25
385
85
480 1.429
235
5.200
7.570
265
16

’25
384
85
480
1.374
254
5.200
7.609 206
9

25
385


1.370
257

7.590 212
2

1
25
384


1.325
306

7.562 218
25Juni’25
383
85
480
1.208
228
5.200
7.403
210

31 Juli’24
354
85
480 1.339 476
5.250
7.764
211

VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA.
FEDERAL RESERVE BANKS.
Voornaamste posten in millioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
.

Wissels

Data betaal-
middel,
Totaal

Dekking
In her-
disc. v. d.
In de
open
bedrag
F. R.
Notes
Zilver
etc.
member
I
markt
banks
gekocht

15 Juli’25
2.790,6
1.523,6
144,8 454,7
231,3
8

,,

’25
2.784,3
1.508,7
139,5
450,3
240,7
1

’25
2.785,6
1.517,3
141,3
511,6
249,1
24Juni’25
2.810,8
1.526,9
148,0
455,4
241,7
17

’25
2.821,1
1.538,4
146,7
442,0
246,1
.10

’25
2.821,1 1.582,5
144,2 417,1
275,0

16 Juli’24
3.160,6
1

2.148,8
1

105,9
1

305,2

1
37,4
Belegd
14e;;1
Tot
Gestort
Goud-
Dek-
Algem.
Dek-
Data
in U. S.
Gov.Sec.
in circu-
Kapitaal
kings-
kings-
laffe perc,
1
)
perc.’)

15Juli’25
344,5
1.627,0 2.231,7
115,6
72,5
76,1
8

’25
339,0
1.652,3
2.187,7
115;6
72,5
76,1
1

’25
353,6
1.653,0
2.252,4
115,7
71,3
74,9
24Juni’25
324,6
1.634,2
2.210,4
115,6
73,1
77,0
17

’25 306,4
1.643,0
2.244,6
115,5
72,5 76,3
10

’25
359,8
1.659,7
2.225,6.
115,5
72,5
76,3

16Juli’24
466,6
1.812,7
2.144,0
111,4
1

79,9
82,6
‘)
V C1J1UUU111g IULUICII gUUuVUWIL4OU
LegefluVer UClSCflU5[C SCLIUIUCU
F. R. Notes en netto .deposito. ) Verhouding totalen voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.

PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET
FED. RES. STELSEL. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Data
Aantal
Dis-
conto’s
Beleg-
IReserve
bij de
Totaal
depo-
Waarvan
time banken
en
gingen
F.R.
sito’s
deposits
beleen.
banks

8 Juli’25
733
13.280
5.498
1.616
18.143
5.164
1

,,

’25
733
13.375 5.517
1.662
18.339
5.172
24 Juni’25
733
13.205 5.505 1.604 18.030
5.188
17

,,

’25
733
13.201
5.539
1.667
18.167
5.188
10

’25
733
13.190 5.521
1.619
18.105
5.162

9 Juli’241
748 12.198
4.857
1.538
16.572
4.437
Aan aet eln.cl van Ieuer kwartaal wordt een overzicht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen ban.kstaten.

676

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5 Augustus 1925

EFFECTENBEURZEN.

Amsterdam, 3 Augustus 1925.

De onderhandelingen, welke deze week in Engeland zijn
gevoerd, ten einde tot een oplossing van het conflict in de
steenkoolindustrie te komen, hebben op cle internationale
fondsenmarkten een vrij groote uitwerking gehad. De om-
zetten zijn bijna overal nog sterker ingekrompen dan de
vorige week reeds het geval was en de teudentie
a
In haus-
se, welke hier en daar in enkele afcleelingen heeft bestaan,
is er sterk door belemmerd. Uit den aard der zaak echter
was het voornamelijk de beurs te L on cle n, welke het
krachtigst onder iie onzekerheid gebukt is gegaan. Geclu-
rende het grootste deel van de berichtssveek bestond hier
dan ook een lustelooze stemming, waarop slechts enkele
afdeelingen een uitzondering hebben gevormd. De beleg-
gingsmarkt bv. was vast gestemd, hoewel ook hier Vrij
belangrijke fluctuaties, o.a. in 334 pCt. conversieleening,
zijn voorgekomen. Daarnaast bestond er eellige belangstel-
ling voor aandeelen Courtaukis. Overigens was de markt
gedrukt, ofschoon aan den anderen kant van overheer

schend aanbod, niet kan w’orden gesproken. Tegen het einde
der week, toen bekend werd, dat de mijnwerkers niet tot
een staking zouden overgaan, werd iie ondergrond iets vas-
ter. De critieken echter, welke al spoedig op het subsidie-
voorstel van de regeering zijn gevolgd, hebben de neiging
tot stijging, welke te onderscheiden viel, wederom tegen-
gewerkt. –

Te B e r 1 ij
n
viel vrijwel over de geheele linie een lichte
daling van de koersen op te merken. ])oor de inkrirnpiiig der omzetten, ook hier, bleven de variaties echter binnen
zeer enge grenzen. De liquidatie van de groep Stinnes neemt
nog te veel aller aandacht in beslag, dan dat men in de
kringen van den beroepshandel of bij het publiek in aan-merkelijke mate ]iieuw’e affaires zou wenschen te onder-
nemen. Tot op het oogeablik toch kan worden aangenomen,
dat van de engagementen, welke de groote banken ten aan-
zien van Stinnes op zich hebben genomen, ongeveer de
helft is afgewikkeld. Men verkeert nu in het onzekere, hoe
lang de resteerende helft geïmmobiliseerd zal moeten blij-
ven en vreest, mocht ‘dit gedurende langen tijd het geval zijn, onaangename gevolgen voor de credietgeving in de
Duitsche nijverheid. Ook de ongunstige valorisatiebepal in-
gen werken nog na, zij het dan meer speciaal op de af dec-
ling voor staats-, gemeentelijke- e.d. leeningen.

Te P a r ij s is men iets vriecdelijker gestemd geweest.
De propaganda voor de inwisseling van bons de la ddfense
nationale tegen de nieuwe waardevasteleening is met alle
kracht voortgezet en schijnt zoodanig te worden gevoerd, dat
met een groot succes rekening mag worden gehouden. De voorschotten toch van de Banqiie de France aan den Staat
zijn met een – zij het gering – bedrag afgenomen. Ten
gevolge van dezen loop van zaken zijn de koersen van vaste
rente dragende Fransche stukken ter beurze van Parijs
vrij belangrijk gestegen, terwijl terzelf der tijd de vraag
naar de z.g.,, arbitragewaarden” iets geringer is geworden.
Vooral stemt hot hoopvol, dat de omzetten van Pransche
Rente en andere obligaties zoo veel grooter zijn geworden.
Korten tijd geleden was •de handel in deze afdeeliag zoo
gering, dat er een z.g. ,,zwarte” beurs was gevormd, waar
de desbetreffende stukken belangrijk beneden cle officieele
koersen werden verhandeld. In dit opzicht is er derhalve
een groote verbetering ingetreclen.

Te Nw Y
0
r k is het beursverloop vrij onbelangrijk ge-
weest. De toonaangevende kringen bevinden zich thans alle op reis en daar zich geen bijzondere gebeurtenissen hebben
voorgedaan, welke desoncanks eenige stimulans in de eene
of de andere richting zouden kunnen verstrekken, was het
koersverloop kalm. Over het algemeen wa,s de stemming
echter vast.

Te ii o ii z e n t zijn wel enkele ingrijpende koersvariaties
01) te merken geweest, zonder dat nochtans de markt hier-
door als geheel sterk beïnvloed is geworden. De
beleggings-
merkt
bleef voortdurend vast, hoewel het animo voor cle
gedurende deze berichtsperiode aan de markt gebrachte
nieuwe beleggingspapieren niet zoo buitengewoon omvang-
rijk is geweest. Als symptoom voor de daling van den ren-
tevoet kan gelden, dat de Gemeente ‘s-Gravenhage een
434 pCt. leening aan de markt brengt, welke Ii 9734 pOt.
wordt aangeboden. 6 pCt. Mcd. W. Schuld 1922: 106, 106;
434 pCt. Ned. W. Schuld 1917: 98/, 98% ; 7 pOt. Neil.
Indië: 1031/, 1077/
s
, 103; 8 pOt. Sao Paulo 1921: 101,
101%.

De
rubber?isarkt
heeft zich vrij goed kunnen herstellen
van de schokken, haar toegebracht door de daling in het
product te Londen. Hiertoe heeft voornamelijk bijgedragen

de overweging, dat cie vermeerdering van het uitvoerper-
centage, pers 1 Augustus toe te passen, niet meer dan de
reglementaire 10 pOt. van het plan Stevenson zou bedra-
gen. Inmiddels heeft de loop van zaken bewezen, dat dit
inderdaad het geval is geworden, ten gevolge waarvan ccli
krachtige koersverbetering is ingetreden. Aan de diploma-tieke stappen, door ‘de Amerikaansche regeering onderno-
Irlen, ten einde tot een lageren rubberprijs te geraken heeft
men aan onze beurs niet veel waarde gehecht. De omzetten
zijn ‘tegelijkertijd ook weder grooter geworden. Amsterdam
Rubber: 281, 2894, 285%, 287%, 296%; Hessa Rubber:
365, 38134, 380, 395; Ned. md. Rubber & Koffie: 257,
252%, •248, 253; Botterdam Tapanoeli: 56, 55, 57%; Su-matra Oaoutchouc: 254%, 259, 240 exd.,
245%;
Tjihoeni
Tjipongpok: 155, 162, 1604, 165.
De
taba/csafdeelinq
heeft eveneens bijzondere levendigheid
aan den dag gelegd. De inschrijvingen op de aandeelen der
Oultuur Maatschapij ,,De Oostkust’ zijn soo groot ge-
weest, dat slechts een uitermate gering percentage kou
worden toegewezen. Het gevolg is ccii zeer aanmerkelijke stijging ter beurze geweest, zoodat de desbetreffende aan-
deden zijn verhandeld op een niveau, dat ruim 20 pOt.
boven den emissieprijs lag. Ook do overige soorten konden
zich in goede belangstelling verheugen, met name aandee-
1w) Senembah, waarvoor voortdurend ruime vraag bestond.
Arendsburg: 441, 442%, 440; Dcli Batavia: 34, 346%,
34234, 350; Dcli Mij.: 395, 395%, 389, 394; Senenihnh:
45034, 457%, 460%, 466.
guikereancleeleiv
hebben slechts in zeer geringe mate (le
aandacht getrokken. De .afcloenci’nigen, welke de V.J.S.P. in
den laatsten tijd heeft gemeld, zijn niet van grooten om-
vang geweest en do Oubanoteeringen te New York hebben
‘slechts geringe schommelingen aangetoond. Dientengevolge
heeft zich de ‘speculatie op ander terrein bewogen en zijn
cle koersen van de aan onze beurs verhandelde suikeraa.n-
doelen vrij ‘stabiel gebleven. Vorstenlanden: 154%, 1.53%,
155%, 156%; H. V. ‘A. 49634, 504%, 503%; Ned.-Tn.d.
Suiker Uinie: 212, 214, 210%, 215; Poerworedjo: 116, 115,
11634, 115%.
Petroleunsaandeef en
hebben daarentegen een reageere nde
tendens aan den dag gelegd. Vanuit Frankrijk is cle vlaag
naar aandeelen Koniniclijke Petroleum in de laatste dagen
iets minder geworden – in verband met het hierboven
gereleveerde omtrent de beurs te Parijs – en van de andere
beurscentra zijn geen factoren bekend geworden, welke tot
koop of verkoop van de aandelen zouden hebben kunnen
leiden. De overige potroleumsoorten hebben zich bij dezen
loop van zaken aangesloten. Dordtsche Petroleum: 371,
368, 370; Oonsols: 163, 159, 166%; Kon. Petroleum: 39S,
390%, ,394i.

De
scheepvaartmarkt is
doorgdans vast geweest. De be-
richten van de vrachtenmarkt hebben melding gemaakt
van een verbetering der tarieven, voorloopig weliswaar ge-
heel voortkomende uit clie vraag naar scheeperuimte voor graanvervoer, doch van dien aard, dat de reederijen, velke hiervan gebruik ‘kunnen maken, volgens ter becirzo gang-
bare opvatting, met winst kunnen exploiteren. Ten gevolge
van deze opvatting hebben in •de eerste plaats sommige
aan.cleelen der ,,wilde vaart” in koers kunnen stijgen. Doch
ook van de overige soorten, bijv. aandieelen Java-Ohina-
Japan Lijn werden vrij groote posten uit cle markt geno-
men, zoodat de algemeene stemniiing zeer opgewekt is ge-
worden. Holland Amerika Lijn: 68, 70; Java-Ohina-Japan.
Lijn:
102%,
106; Kon. Boot 67%, 65%, 67
3
/4; Mcd. Scheep-
vaart Unie: 140, 141, 143; Stoomvaart Mij. ,,Nederland”:
:154, 151%, 153%, 155.
Indwstrieele aandeleu
zijn eenigermate op den achter-
grond gebleven. De algemeene tendens kon •hier goed prijs-
houdend worden genoemd. Naar voren getreden zijn echter
aandeelen Neder.l andsche Kunsizij clefabrieken, welke ge-
vraagcl bleken. Ook de overige kun stzijdesoorten echter
toonden een goeden ondergrond. Oentrale Sniker Mij.:
1.17, 118%, 118; Hou. Kui.istzij’de I’jid.: 168, 170, 167 34, 169%.; Jurgens:
116
v/s,
115
/,
1167
1s,
118
3
/8;
Maekubee:

130%, 130%, 131%, 132
3
/
4
; Mcd. Kunatzijdefabriek: 424%,
427, 423,
430%;
Philips Gloe4lampen: 422%, 427, 43034,
444%, 4393/4.

De
lnijwlnerlct
heeft geen opvallend verloop ‘gehad. De
meeste koersen zijn niet veel veranderd. ‘-Een uitzondering
vormden de aandeelen der tiinmaatschappijen, zooals Bill’i-
ton en Singkep Tin, welke, eenerzijcls onder den invlodd
van het verslag der Bankatinwinning, anderzijds onder den
stimulans van de stijgende tiinprjzen, goede vraag hebben
ontmoet. Algem. Exploratie Mij.: 127,
124%,
123; Billi-
ton le Rubriek: 524, 523, 524; Redjang Lebong: 290 284,
295, 298.

5 Augustus 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERIChTEN

677

Ban1caendelen
toonden geringe variaties; -als regel heeft
hier cle vraag -het aanbod eenigszi-ns overheerscli.t. Ani-
stercl. Bank: 151%, 150%, 152; Incasso-Bank: 115, 114%,
115, 112% ex div.; Javasche Bank: 278, 278%,
280%;
Ko-
toniale J3aok: 174%, 175%,
17
5%; Nei-Tunt. Hand. Biulk:
1
40%, .1.38%, 1391
4
; Neci. Hand. Mij. C. v. A.: 133%,
1341/16, 134%; Rott. Bankvereeniging:
74%,
74,
73%.
De
Arn.erikaansohe afdeeling
aan onze beurs is weder
zeer onbelangrijk geweest. Aandeelen T.ntercontiuental Ri ib-
ber daalden tamelijk constan.t, zoodat de speculatie tot
verkoop overgIng. Aandeelen Wabas.h werden iets mincer
ridni ve,rhandeld. American Water Works: 330, 315;
Anaconda Copper: 86%, 86%, 86, 86% ; Stuclebaker: 1195,
1175, 1180, 1187%; United States Steel: 118%, 119, 118%, 118%; Ene Spoorw’eg:
28%,
29%, 287/
s
.
De
geldiircarkt is
iets stroever geworden, vermoedelijk ii
verband met de nsaandwisseling; op den laatsten dag der
herichtspeniode werd zelfs een noteeniing van 4 pCt. voor prolongatie bereikt, waarvoor echter niet veel is geplaatst.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

4 Augustus 1925

T a r w c. Het minder gunstige i’eer in een groot gedeelte
van Europa is een van de factoren geweest, clie de steni-
rning voor tarwe aanmerkelijk vaster gemaakt lieef t.
t
T.
d
liet ongunstige oogstjaar 1924 leek 1925 weer eens bijzon-
der groote oogsten op te zullen leveren, maar dat er meer
tarwe zal zijn clan in een normaal jaar wordt hoe langer
hoe meer onwaarschijnlijk. De eerste .00gst, clie van -do
wintertarwe in Noord-Amerika, is klein uitgevallen cii van
alle andere oogsten is het resultaat nog onzeker. Het feit,
dat Rusland in plaats van als importeur als exporteur zal
optreden, een feit van groote beteekenis, is misschien toch
overschat. In ieder geval staat Europa voor het geval dat
er sedert lang geen andere vraag was daiu voor zeer spoe-
dige levering en dat dientengevolge geregeld moet worden
hijgekocht, wederom voor spoeclige af 1 ading, waarvan liet
aanbod maar al te vaak beperkt is, zoodat hooge prijzen
iiioeten worden besteed. De voorraden zijn ontegerzeggelijle
veel te klein en waarschijnlijk zal een tijd lang de vraag
grooter dan iiormaal zijn. Dit zal cclie prijsstijging vcrooi

zaken, tenzij gunstige ontwikkeling der oogsten een groo-
ter drang tot verkoopen met zich zou brengen. Op liet
oogeublik is van dit laatste niets te bespenren en de mark-
ten zijn over liet algemeen zeer vast geworden. De aller-
Idatste berichten van het N.W. der Ver. St. evenals
vnu
Canada zijn iets minder gunstig; roestscliade schijnt tante-
lijk veel voor te komen. i)e aanvoeren zijn voor den tijd
i’aul liet jaar klein en de vraag voor tarwe en iuieel neemt
toe.
In den toestand van m al s is weinig verandering ge-
komen. De N.A. markten gingen afwisselend op en neer,
doch ten slotte is de prijs vrij-wel onveranderd, vergeleken
bij een week geleden. Nog steeds zijn de voorraden in Enge-

Noteeringen.

Chicago

1

Buenos Aires

Data
Tarwe
Sept.
‘Maïs
Sept.
Haver
-Sept.
Tarwe
Aug.
Maïs

L(nzaad
Aug.

Aug.

9,45

20,30
1Aug.’25
153i

104’/
13,65
25Juli’25
1518/8 1)

102% 5)
438%
1)
13,50
9,50

20,10
1Aug.’24
130,

lllf
48
7
/6

.
.16.-
2)

10,15
2)
24,202)
1Aug.’23
98%

7734
35
‘/a
10,65 8,15

21,35
1Aug.’22
106

611,,
33%
12,20
8,25

20,15
20Juli’14
82

56%
3634
9,40 5,38

13,70

5) per Juli.
2)
per September.

i
laud onvoldoende en voor onmiddellijke levering werd zelfs
cciie partij van Ai:itwerpen naar Engeland verkocht. Het aanbod van Donau-mais is gering, terwijl ook-
Z.-Afnika
zich eenigszins heeft teruggetrokken. Het aanbod van La
Plata daarentegen was iets meer -dringend.
Ook de prijzen vali ge r s t blijven goed gehandhaaf(l.
Voor spoedig verwachte Ainerikaansche gerst w’orclen zelfs
zeer hooge prijzen betaald. Ook Roemenië begint eenige
1)8crtijen gerst af te laden, terwijl Rusland op ruime schaal
voor iets latere verscbeping aanbiedt. Ook Noord-Afrika
blijft aan de markt, ook niet zeer spoedige afladiuig, waarin wederom eenige zaken tot stand kwamen.
Voor 11 a
v
e r was er meer vraag, waarschijnlijk ook tn
gevolge van het minder gunstige oogstweer. De prijs voor
haver is betrekkelijk laag, vergeleken met andere voerarti-
– kelen. Vooral iii Noord-Amerikaan sche en Can adeesche soor-
ten werd nog a n
l ccii e ander vechandelcl.

SUIKER.
Ce:ltirende de versl ugweek verkeerden de Suikermarkten
in eene iets vastere stemming ten gevolge van verbeterde
vraag hoofdzakelijk van raffinacleurs in. Amerika en Eis-
geancl. De noteeniugen der Ame ika a ii 50 h e termijn.
markt trokken dientengevolge langzaa.m aan. –
De ontvangsten in de Atlantische havens der V. S. be-
droegen 43.000 tons, de versmeltingen 68.000 tons en de
‘voorraden 230.000 tons. De totale productie
01)
Cuba bedroeg op 30 Juli 5.115.000
tons tegen 4.046.000 tous in 1924.
De prijs waartoe Cubasuiker werd afgedaan bleef om cii
hij 2,50 cle. c. & f. New York, terwijl in het begin der week
een matige kwantiteit naar

Europa werd afgedaan tot
St. 11110%.
De 0 n b a-statistiek Inidt als volgt:

1925

1924

1923
Tons

Tons

Tons
Weekontvangstén 25Juli ……49.740

35.284

10.883
Tot. 1 Dec._25 Juli …………4.367.940 3.451.255 3.265.697
Aantal werkende fabrieken

10

2

1
Weekexport 25 Juli ……….72.421

68.419

27.599
Totaal exp. 1 Jan.-25 Juli …..’3.352.990 2.840.465 2.742.910
Totale voorraad op 25 Juli … 1.014.950 605.640 523.687
F. 0. L i c Is t meldt dat het weer in D cfi t s c h 1 a n d
gunstig is geweest voor den veldarbeid, terwijl cle slag.
regens in gedeelten van het land niet cloorclningencl genoeg
waren voor den uitgedroogden grond. Zooals het tot nu toe
er uitziet wordt verwacht, dat de opbrengst van den oogst
beneden normaal zal blijven.
Iii T s j e eb -os 1 o v a k ij e staan cle gewassen bevrecli-
gend tot goed, zooclat de oogstvooruitz-ichten gunstig zijn.
Hetzelfde ‘geldt voor F r a n k r ij k, waar groote hitte
en doordningende regens elkaa.r voldoende af wisselden.
In België en Neclerl and blijft de toestand der ge-
wassen niet onbevredigend, hoewel de regen-s, welke geval-
Locoprjzen te Rotterdam’/Amsterdam.

s
oor en
t
3Aug.
1925

27Ju
1
i

4
Aug.
I

17,_

15,-
Tarwe

_. …..
.
-.
.
…..
_
1

17,50
Rogge (No.
2 Western)

1
13,-
12,20

11,75
Mais (La

Plata) ………..
2

245,-
248,-

203,-
Gerst (48
Ib. malting)

.
266,- 269,-

260,-
Haver(381b.
white clipp.)
1

13,60)
13,50
4
)

11,50
4
)
Lijnkoeken
(Noord-Amen.
kavan La Plata-zaad) 1
14,20
14,10

13,65
Lijuzaad (La
Plata)

-. ..
3
457,_
449,..-.

458,-

1) per 100 KG.

2)
per 2000
KG.

3)
per
1960 KG.
No.ZHard/Red
Winter
Wheat.
4)
Canada
No. 3.

AANVOEREN in
tOflB
van
1000
KG.

Rotterdam
Amsterdam


Totaal

Artikelen
26Ju11J1
Aug.
Sedert
Overeenk.
26 JuliIl Aug.
Sedert

Overeenk.
1925
1924
1925
1
Jan.
1925
tijdvak
1924
1925
1Jan.
1925
tijdvak
1924

Tarwe 22.052
671.133 575.720
2.256
16.454 18.313
687.587
594.033
Rogge
11.773
132.060
292.994


3.775,
132.060
296.769
Boekweit
.

_…
– –
16.480 12.785


528
16.480 13.313
Mais
.
4.941
393.017
418.468
2.070
48.388 69.998
441.405 488.466
G-erst.
4.893 99.337
196.589

4.018
28.606 103.355
225.195
Haver
2.906
119.575
.

107.185
– –

305
119.575
107.490
2.489
114.837

144.177
7.454
35.552 46.792 150.389 190.969
Lijnkoek
813
121.719
125.678


.
-.

.

700
121.719 126.378
Lijnzaad ——–

Tarwemeel
4.272 68.995
142.684
1.67-2

11.313 16.445

80.308
159.129
-Andere meelsoorten
115
3.405
4.475



3.405 4.475

11
678

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5
Augustus 1925
II

len zijn niet zoo doordringend waren als in Frankrijk. In-
dien het weer in de volgende maanden gunstiger wordt
zal men op een micidelmatigen oogst kunnen rekenen.
De laatste ranring van den bietoogst heeft geen verancie-ring ondergaan in vergelijking met cle vorige.
De zichtbare voorraden zij ii volgens C. Czarnikow:

1925

1924

1923
Tons

Tons

Tons

Duitschiand 1 Juli

………268.000 469.000 519.000
Tsjechoslowakije 1 Juli .

235.000 114.000 107.000
Frankrijk 1 Juli ………..158.000

78.000

109.000
Nederland 1 Juni ……….100.000

84.000

99.000
België 1 Mei …………..157.000

62.000

47.000
Engeland 1 Juli …………353.000

317.000

405.000

Europa

1.271.000 1.124.000 1.286.000
V.S. Atlant. havens 29 Juli.

230.000 188.000 124.000
Cuba alle havens 25 Juli …..1.015.000 606.000 521.000

Totaal

2.516.000 1.918.000 1.934M00
De markt op J a v a bleef zeer kalm. De V.Ï.S.P. ver-
kocht restanten Muscovados tot
f
8%, terwijl in de tweede
hand zoo goed als niets omging. Het rendement van 147
fabrieken bedroeg ‘op 1/8125 14 pCt. meer dan op 1/8 ver-
leden jaar.
II
i e r te 1 a n de was de markt zeer stil en had de
vastere tendenz in New York weinig invloed. De notee-ringen sloten op
f
18½ voor Augustus
f
181% voor De-cember en
f
18% voor Maart. De veekomzet bedroeg slechts
2550 tons, terwijl de omzet gedurende de maand Juli 16.750
tons beliep.
NOTEER1NGEN.

Londen
New York
White Java’s

Cubas
Amster-
960
Data
dam per
Tates
!

f.o.b. per
96
1
c.l.f.
Cenfrl-
Aug.
fugals
Cubesl’-
No. 1
Augustus Augustus

kristalsuiker
Sh.
5h.
Sh.
$
ets.
basis 990
3Aug.’25
f
182/
34/9
14/41%
12/-
4,27
27 Juli ’25
18o/
34/9
14/6
12/-
4,27
3Aug.’24
2413
43/..
20/-
17/9
5,02
3Aug.’23
24
6019
211-
24’_
6,03

ruwsuiker
b’lsis 88°
4 Juli ’14
f

11
13
/
32

181_
– –
3,26

basis 99°
f
1413/331
1)
Het verschil tusschen ruwsuiker 88
0
en kristalsuiker
99
0
is aan te nemen op
f3,-
per 100 KG.

KATOEN.

Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester, d.d. 29 Juli 1925.
Het Amerikaausche Bureau Rapport, dat 25 Juli gepu-
bliceerd werd, gaf een veel slechtere positie aan (lan men
algemeen verwachtte. De oogstconditie bedroeg 70.4, terwijl
de opbrengst op 13.588.000 halen geschat wordt. De markt
reageerde ‘hierop terstond door een stijging van 60 punten.
Deze prijs kon zich enkele dagen handhaven, hoewel ka-toeaprijzen thans weer wat flauwer zijn. Dergelijke prijs
reacties op onverwachte rapporten zijn in de. meeste ge-
vallen overdreven en worden over het algemeen dan ook
spoedig weer door prijsdalingen gevolgd, zooals dit cle laat-
ste dagen ook weer het geval is. Men moet niet vergeten,
‘dat hoewol de uiwnenteele positie van den oogst aanmerke-
lijk beter is dan op hetzelfde tijdstip verleden jaar, de
waarschijnlijkheid, dat de nieuwe oogst belangrijk grooter
zal worden, thans veel kleiner is geworden. De algemeene”
opinie is, dat de oogst dit jaar niet groot zal worden, ter

wijl de mogelijkheid bestaat van een toenemend verbruik.
Prijzen van Egyptische katoen zijn in sympathie met Ame-
rikaai.ische gestegen, hoewel niet in dezelfde mate.
Deaanlioudeude slechte toestand voor Spinners van Ame-
rikaansche garens, heeft als gevolg gehad een zich nauwer
aaneensluiten om zich strikt aan den korteren werktijd,
zooals door cle Federatie aan.bevolen, te houden, zoodat
spinners daii ook algemeen vaster gestemd zijn. Er is een
goede vraag geweest, hoewel er nog niet veel zaken zijn
afgesloten; over•zeesehe koopers schijnen de draagkracht
van het Rapport nog niet ten volle te beseffen en Spin-
iers staan op ‘ban irijzen. In Ring Twist en Weft zijn
zaken voor het Continent geboekt, doch naar bundles en
getwijnde gareus is de belangstelling slechts gering ge-
ii’eest. Over Egyptische garens valt weinig belangrijks te
zeggen. Indië heeft kleine hoeveelheden getwijnde garens gekocht in de gewone nummers 70/100s en de vraag voor
binnenlandsch gebruik is slechts van weinig beteekenis.

])e doekmarkt is in overeenstemming met de prijsstij-
ging vara ruwe katoen aanmerkelijk vaster. Deze stijging
heeft wel een groote vraag verooizaakt, hoewel het aantal
geboekte ordex-s daardoor nog niet veel grooter is gewor-
den. De vraag richt zich naar alle soorten. Wat Indië be.
treft moeten misschien speciaal sarx-ies en dhooties genoemd
worden, hoewel er een goede vraag is voor alle lichte goe-
deren en er een flink aantal ‘orders op diverse kleinere partijen geboekt zijn. De toon van de markt is over het
algemeen meer optimistisch en
delublicatie
van het Bu-
reau-Rapport heeft zeker als gevolg gehad, .dat verkoo.pers
vaster gestemd zijn en prijzen circa een half penny per Ib.
gestegen zijn. Er zijn zeker nog wel enkele flauw gestemde verkoopers, hoewel dit aantal, ook door de vastere houding
van Spinners en cle vacantiedageri in cle verschillende dis-
tricten, ‘zeker niet ioo belangrijk is, zoodat het zeer lastig
begint te worden prijsconcessies te verkrijgen.

22Juli 29 Juli Oost. koersen. 21 Juli 28Juli

Liverpoolnoteeringen. T.T.op Br.Indië 1/6
1
1/6
F.G.F. Sakellaridis 32,15 32,55 T.T. op Hongkong2/3
7/
8
2137/
G.F. No. 1 Oomra 9,70 9,85 T.T.op Shanghai 3/1 3/l(

Noteering voor Loco.Katoen.
(Middling Uplands.)

31 Juli
1925
24
Juli
1

1925

17 Juli
1

1925

31 Juli
1

1924

31 Jul!
1

1923

New York voor
Middling
.
..
24,85 c
25,30 c
24,40e
32,40 c
22,45 c
New Orleans voor Middling
24,25 c
24,85 c
23,85 c
29,42e
22,- c
Liverpool voor
Middling
.
..
13,53 d 14,08 d
13,92 d
18,59 d*
13,72d)

*) Voor fully niiddling ouden Standaard.

Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansche havens.
(In duizendtallen balen).

1 Aug.’24 tot
24
Juli’25

Overeenkomstige periode

1923-’24

1

1922-’23

Ontvangsten Gulf-Havens.
9405 6895
5837
,,

Atlant.Ravens
j
UitvoernaarGr.Brittannië
2528
1687
1287
‘t Vasteland etc.
4520
3484
2847
Japan

….
896
581
664

Voorraden.
(In duizendtallen balen).

Overeenkomstig tijdstip
24Juli’25

1924

1923

Amerik. havens •….._

.,
266
208
216
Binnenland .

._
166
196
274
100
55 50
New York

…………….
52
52
New Orleans…………..61
Liverpool …………….
349
153
152

KOFFIE.
O9k in de laatste acht dagen was cle koffiemai’kt vast
gestemd. ]3raziliii, alwaar de prijzen voor pronipte verselie-
ping langzaam, doch vrij regelmatig opliepen, gaf ook dit-
maal den toon aan, en de termijnmarkteu volgden met in
verhouding stijgende lioteeringen. Onze termijnmarkt liep
nnder deze omstandigheden I.Y. ii. 1% et. op. Loco Saritos
echter stond reeds gernimen tijd ver h&vcn terrn.ijnisçaarde
en was in cle laatste twee maanden, tden Brazilië voor
lrolnpte af lading ongeveer 8/- t 9/- per civt. daalde, slechts
weinig in prijs teruggeloopen, waardoor het tenslotte ook
vrij belangrijk boven Braziel-pariteit te staan kwam. Het
natunrlijk gevolg hiervan is geweest, dat de rijzing van
deze week er feitelijk ook geen invloed op hoef t gehad. De waarde van de ongewasscheu Snmatra-Robnsta’s (Mandhe-
ling, Padang, Palembang enz.) liep onder den invloed van
de zeer vaste stemming in Indië iets op. De afzet was ten
onzent over ‘het algemeen, vooral voor binnenlandsche con-
sumptie, nog altijd onbevredigend. Voor uitvoer ging, in
de eerste plaats in Rio, nog al wat om.
Volgens alhier ontvangen telegrafisch bericht, wordt op liet oogenblik in Brazilië de uit den loopenden oogst voor
intvoer beschikbaar komende hoeveelheid Santos koffie offi-
cieel geraamd ‘op 8.769.000 balen. Op liet oogeublik is die
uitvoer, zoowel naar Europa als naar Amerika, zeer be-
langrijk. In cie afgeloopen week namelijk werden naar
Amerika uitgevoerd 219.000 balen en naar Europa 134.000
balen Santos, en in de voorafgaande week bedroeg de uit-
voer respectievelijk 183.000 en 103.000 balen.
De prijzen der kost- en vrachtaanbiedingen uit Brazilië

5 Augustus 1925

ECONOMISCH.!STATTSTISCHE BERICHTEN

679

zijn thans van goed beschreven Superior San.tos op prompte
verscheping, ongeveer 991- & 100/- per cwt. en van dito-
Prime ongeveer 102/- h 103/-, terwijl zij van Rio type New-
York 7 met beschrijving, prompte verscheping, bedragen
89/6 en voor latere verscheping 841. h 88/

, naar gelang
van cln verschepingstermijn.
In. Palembang Robusta op af lading ging ook ditmaal zeer
weinig om. Indië is, gelijk hierboven reeds gezegd, zeer vast
en vraagt voor Augustus-verscheping prijzen van 48 ct. en
hooger per Y2 KG., cif, uitgeleverd gewicht, netto contant.
Koopers zijn daartoe ten onzent niet te vinden. Naar
Frankrijk worden die prijzen echter op het oogenblik wel
gemaakt.
De officieele loco-noteeringen bleven onveranderd 70 ct.
voor Su.perior Santos, en 62 ct. voor Robusta, alles per
KG.
De noteerinen aan de Rotterdamsche termijnmarkt wa-
ren aan de ochtend-call als volgt (de prijzen van 14 Juli
vati het op 20 Juli ingevoerde Gemengd contract zijn die,
velke op dien dag te Amsterdam werden genoteerd)

(Santos.contract)

(Gemengd contract)
basis Good

basis Santos Good

Sept. Dec. Mrt.
I
Mei Sept. Dec.
I
Mrt. Mei
4 Aug. 52y,478/8 44

43s

50% 453

42s/
28 Juli 50% 45s/ 49sj 41% 48%
43i

40% 381,
21

49′

43% 40% 39% 465/
8
4111
8
38% 37%
14

49

44

41% 40%
457/8
41
8/
38% 371

De slotnoteeringen te New York van het aldaar geldende
gemengd contract (basis Rio No. 7) waren:

Sept.

I
Dec.
I

Mrt.
I

Mei

$
18,29
$
16,14
$
14,90
$

14,-…
27 Juli
,,

17,17
,,

15,35
,,

14,37
,,

13,68
3 Aug……..

,,

16,30
,,

14,45
,,

13,30
,,

12,75
20

,……..
13

,……..
,,

16,20
,,

14,34
,,

13,30
,,

12,70

Rotterdam, 4 Aug. 1925.

(Mededeeling van de Vereeniging voor den Goederenhandël
te Rotterdam.)

Noteeringen en voorraden in Brazilië.

Data
te Rio
te
Santos
Wisselkoers
te Rio
op Londen
Voorraad
1 Prijs
Voorraad
1

Prijs
(In Balen)
1
No. 7
1)

(In Balen)
No.
41)

1 Aug. 1925
136.000
1
32.350
1.464.000
32.000
521!
132
27 Juli

1925
173.000
t
33.375
1.604.000
1
31.500
5
55
1
04

20

,,

1925
1.74.000
31.850 1.871.000 30.000
6
1 Aug. 1924
310.000
1
30.975
683.000.1
2)
5/33

Ontvangsten uit het binnenland van Brazilië in Balen.

te Rio
te
Santos
Data
Afgeloopen Sedert
Sedert
week
1Juli
week
I

1Juli

3 Aug. 1925……
85.000 370.000
178.000
803.000
4 Aug. 1924…
119.000
454.000

8)
216.000
1)
In Reis.
2)
Markt gesloten.

THEE.
De Ilteejnarkt vertoonde in de afgeloopeit week een on-
regelmatige, doch vaste stemming met prjsvrhoogingen
voor de middenkwal.iteiten, die van % tot 1 d. beliepen.
Londen gaat thans ook 14 dagen vacantie houden, zoodat
een algemeene stilte van de theemarkt verwacht kaat
worden. –
De statistische cijfers van •het Thee Etablissement te
Amsbercla.rn geven te nien, dat de aanvoer in Juli 21.410 ku.
bedroeg, een vermeerdering van bijna 8000 ku. ten opzichte van cle daaraan voorafgaande maand. De afleveringen daar-
entegen ‘bedroegen 16.217 kn., een achteruitgang bij ver-
leden maand aantoonende van bijna 3000 kn. De aalt-
voeren overtroffen cle afleveringen, niet bijna 5000 kii., waar-
mede ctej voorraad is toegenomen, clie dan ook op uito. Juli
bedroeg 47.546 kn. Intussohen valt op te merken, dat waar
de voorraad in de eerste hand op dat tijdstip 19.832 ku.
bedroeg, cle voorraad van den handel een cijfer aangeeft van
27.714 kn. Dit cijfer bed.roeg op ulto. Juni bijna 29.000 kn., zooclat die toch al kleine voorraad nog met ruim 1000 kn. is
teruggegaan. Blijkbaar neemt cle Ze hand op de theemarkt
ndg steeds een min of meer af wachtende houdiipg aan.
Amsterdam, 3 Augustus.

RUBBER.

De stemming op cle rubbermarkt was zeer flauw gedu-
rende de eerste dagen der afgeloopen week. De prijzen daal-
den aanvankelijk, doch de stemming kon zich later weer
iets verbeteren ten gevolge van Amerikaansche kooplust,
hetgeen wederom een kleine prijsstijging met zich bracbt.
])e slotnoteeringen luiden als volgt:

Prima Sheets:

einde voorafgaande week:
Augustus 2493. ct. ………….. 273

ct.
Sept.

248

,.

…………… 268
Oct./Dec. 208

,…………… 231
4 Augustus 1925.

COPRA.
Gedurende de afgeloopen week kwam er in de prijzen
niet veel verandering.
Van de zijde van consumenten blijft goede belangstelling
bestaan, terwijl Indië weinig afgeeft. Ook Cebuen Zuidzee Copra wordt schaarser aangeboden.
De markt sluit met de volgende noteeringen:

Nederl..Ind. f.m.s. stoomend ……….fi. 367/
8

Juli aflading ……
D 36%
Aug. . . . . 361/,
Sept.

,,

36%
3 Aug. 1925.

KAPOK.

lOpgave van de Makelaars Gebrs. van der Vies, Amsterdam.)

Kapokstatistiek op 31 Juli 1925.

Voorr. Aa,I’v. Verk.

Voorr.

1 Jan.

tot

tot

op
Importeurs:

1925 31Juli 31Juli 31Juli
(in pakken).
H. G. Th. Crone………-

4401

4354

47
Van Eeghen &Co ………

– 1676

1676


N.V. ‘Handel en Cultuur Mij.
v/h. Smidt & Amesz q.q.
Edgar & Co’s Handel
Mij. Soerabaja ……..141

4407

4351

197

Hand. Verg.v(h. Reiss&Co. – 1587

1587

Int. Hand. &Cred.Mij. IHEC – 1608

1494

114

Jacobson v. d. Berg & Co… – 5538

5538


Koning, Teves & Go…….

845

845


Landb. Mij. ,,Geboegan”… –

196

198


Maintz’Productenhandel..

84 5326

4672

738
A. Merens …………..-

262

262

Mirandolle,Voûte & Co… 121 11487

11375

233

Tiedeman & van Kerchem. – 3258

3177

81
Weise & Co ………….. 279

3263

2286

1256
Order ……………….1378

6669

7649

398

2003 50523

4942

3064

STEENKOLEN.
Zooals bekend is (le zoo zeer gevreesde Engelsche sti-
king ten slotte uitgebleven doordat het Britscite Gouverne-
ment een misschien vernuftig gevonden, doch in zijn con-
sequenties funest systeem van suhventie heeft uitgedacht,
waardoor de mijneigenaars tijdelijk over de moeilijkheden
heen geholpen worden. Zooals gewoonlijk betaalt Sijmen
en het is op zijn minst twijfelachtig, of de gemeenschap er
van zal profiteeren.
In Westfalen dreigen ook al weer moeilijkheden, zoowel
aan de zijde van de mijnwerkers, als aan den kant van de
spoorwegmannen.
De prijzen zijn iets afgekomen van het hooge niveau, dat
zij de vorige week bereikt hebben, doch noteeren toch nog
altijd honger dan wij in ons vorige bericht aangaven. Zij
zijn als volgt:
Northuinberland Ougezeefcle …………
f
13,20

Dur-ham Ongezeef de ……………….

..13,75

Ca-rdiff Ongezeefde ………….. ……

..17,-

Schotsche Gezeefde ………………..

..12,-
Yorkshire Gevasschen Doubles ……….15,25

Westfaa.lsche Vetförder …………….

..12,75

Vetstukken …………..

..15,-

Smeenootjes ………….

..14,50
Gasvlamförder ………….12,75

Gietcokes

……………

..17,50
alles per ton van 1000 KG-., franco station Rotterdam/Am-
sterdam.
Westfaadsche bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterclasn

f
10,75. Markt onzeker.
4 Augustus 1925.

/

680

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

5
Augustus 1925

METALEN.

Loco-Noteeringei te Londen

Data
Koper
Stan- daard

Koper
Electro-
lytisch
Tin Lood
Zink

4 Aug.1925..
62.7/6
67.10/_
264.1216
37.51-
35.1716
27 Juli 1925..
61.5/ 66.101-
257.716
35.-/-
35.2/6
20

1925..
62.216
67._/_
261.51_
34.151_
34.17/6
13

1925..
61.12/6
85.10/-
285.716
34.10/-
34.15/-
1 Aug. 1924..
63.2/6
67.51-
248.12/6
32.10/_
32.2/6
20 Juli 1914..
61.-1_
145.15/-
19._/_
21.10/-

VERKEERSWEZEN.

VRACHTENMARKT.

Do graanvrachtenmarkt van Noord-Amerika onderging
een successievelijke verbetering en de meeste vraag bestond
van Montreal voor vroege belading. Er werd 143. cents
betaald per 100 lbs. basis zwaar graan van Montreal naar
]iotterdam of Antwerpen voor. spotprompte belading, ter-,
wijl met cancelling 12 Augustus 14 cents werd betaald
naar de Antwerpen/Ha.mhurg range. Naar cle Middelland-
sche Zee werd afgesloten op basis van 16 cents ddn, 16 twee en 17 cents drie havens, lossing West-iItalië, terwijl
naar Marseille en/of Genua 3/4 édn, 3/6 beide ‘havens
werd gedaan. Van cle Range naar BaltimorefAntwerpen
werd tegen 11 cents voor een handige boot afgesloten,
prompte belading, terwijl van dc Gulf geen afsluitingen te
vermelden zijn.
Er was tets mcci- vraag naar ruimte voor suiker vaij
Cuba en afsluitingen vonden plaats voor Augustus belading tegen 16/6 voor een 6500 tonner naar Liverpool/Greenock,
16/- Continent (Havre-Haniburg range) – Een dergelijke
boot werd afgesloten tegen 6 d. minder voor dezelfde posi-
tie. Van St. John werd een 2000 tonner gedaan naar twee.
havens TJ. TÇ. togen 21/-, 1/10 Augustus belading.
Voor late belading ontstond in de markt van de North
Pacif ie een verbetering iii de vraag en daar de reeders vast-
hielden stegen de vrachten. Per October/November wordt
32/6 geoffreord, (misschien is 33/- te krijgen) en per No-
vmber, ook December/Januari 32/6, basis U. 1(. /Continent.
Voor lumber wordt nog tonnage gezocht naar Australië
tegen $ 14 pci- mille.
De betere toon in de markt van cle River Plate, die de
laatste weken heerschte, bleef en wederom werd speciaal
handige tonnage gezocht. Van Upriver werd 20/- betaald
naar IJ. K./Contineut niet de optie Middellandsehe Zee
tegen 2/6 extra. Groote booten kunnen echter deze vracht
niet bediugen en een 7000 tonner accepteerde 15/6 van
Upriver. Vai Bahia Blanca naar’ Antwerpen of Rotterdau
werd ccii groote bopt afgesloten tegen 1516, .prompte be-
lading.
Er was tamelijk vepI vraag naar ruimte vool Chilisalpe-
Ier cci de afsluitingen gevel.t ccii verhooging in de vrachten
te zien. Volle ladingen werden niet afgesloten, doch er
wordt tonnage van 7/8000 tons gezocht per SeptemberjOctce
ber naar Alexandrië (1irect tegen 25/-. Naar het Continent
bestaat ook vraag voor dezelfde positie op basis vat 22/6
doch bevi-achters schijnen hiervoor nog niet definitief te
zijn. Een flink aantal pai-cels werd afgesloten; per Septerii-
her 4000 tons naar HavrefDuinkerkenfAntwerpen/Rotter-
dam tegen 19/- minus 23.
2
pCt., naar Duinkerken/Hamburg
4000 tons tegen 18/6 netto ‘en 2000 tons naar Duinkerken
direct tegen hetzelfde cijfer.
Eenige van de Oostelijke markten vertoonden een kleine
opleving en ofschoon de vrachten niet stegen, zijn de ree-ders aan den anderen kant meer geneigd hun tonnage vast
te honden. Van Wladiwostock en Dalny was hoofdzakelijk
vraag naar tonnage voor latere posities, nl. November en
December. Van Saigon en Kohsichang wordt een Augustus/ September boot gezocht naar 6 havens Cuba, waarvoor 27/6
geïndiceerd wordt, terwijl van Java werd afgesloten naar
Alexan drië/Marseille/Rotterdam/Hamburg/Antwerpen op
basis van 24/- twee havens, 25/- drie loshavens, Augustus
belading. Van Burmah werd tonnage gedaan naar Hamburg
tegen 23/6, optie Hamburg en Liverpool tegen 25/6, per
Augustus. :llritsch-Indië gaf geen betere vraag te zien, maar,
bij een schaarsch aanbod van tonnage, zijn vrachten geneigd
tot stijgen. Het zou
01)
het oogenblik niet mogelijk zijn af
te sluiten van Bonibay/Karachi onder 19/- dén, 19/6 twee
havens op d.w. per Augustus naar Middellandsehe Zee/
U. K./Co’ntinent, tegen 17/- verleden, week. Van Zuid-Afrika
bestond veel vraag naar ruimte en er werd gedurende de
afgeloopen week ongeveer 64.000 toris afgesloten voor be-
lading geduren de Septemher/October en begin November.

Van den Donau voiden niet veel afsluitingen’ plaats en
de eenige graan afsluiting is een kleine boot per 10/5
Augustus tegen 27/- naar U. K./Continent. Ook werd een
boot afgesloten voor 400 wagons hout naar Buenos-Aires
tegen £ 17.10.0 per wagon. Van cle Zwarte Zee vo’nd echter
een grooter aantal graanafsluitingen plaats voor Augustus
belading: De volgende vrachten werden betaald: 12/- Con-
tinent, 12/6 1.1. K. voor 5000 tons 10 pCt., 11/6 en 12/- voor
6000 tons 10 pCt. en 11/- en 11/6 voor 7000 tonners, ter-
wijl voor eerste helft September 12/6 naar het Continent
werd betaald, 13/- naar U. K.
Het aantal afsluitingen van de Midclellandsche Zee was
wederom zeer gering. Ertsa.fshi itingen vonden meerendeels
plaats naar de Vereenigde Staten; Algiers/Philadelphia 71-,
Almeria Pier/Philadelphia of Baltimore
81-
en Hue1va/Phi-
dadeiphia of Baltirnore 9/9. De Golf van Biseaye is zeer
stil: twedmaal werd afgesloten Bilbao/Cardiff tegen 6/-.
Ook cle time-charter vrachteumarkt i’as zeer stil en er
vallen van hier geen afsluitingen te vermelden. Er zijn
evenwel verschillende aanvragen aan .,do markt.
1)e Amerikaansche kolenvrachtenmarkt was levendig en er vonden verscheidene afsluitingen plaats. Naar Rio werd
afgesloten tegen $ 3,50, Rio Grande do Sul $3,80, Buenos-
Aires 171., alles per prompt. Naar Italië werden verschil-
letide ladingen afgesloten tegen $3,10. ‘
De kolenvrachtenmarkt van Engeland was flauw en de
vrachten zijn iets lager. Van Zuid-Wa]es zijn de afsluitin-
gen om.: Dieppe 5/-, La Pallice 6/-, Malaga 10/6, Alex-
andrië 11/6, terwijl van de Oostkust om. als volgt werd
afgesloten: Kiel 4/6, Elbe Port
4/73,
Oran 10/6 en
Genua 8/9.

3 Augustus 1925.

RIJNVAART.

Week van 26 Juli t/m. 1 Augustus 1925.

i)e aanvoeren van zeezijcle bleven ongeveer clezelf cle als
do afgeloopen week.
Bij iltidclelmatige vraag bleef beschikbare ruimte vol-
doende.
De ertsvrachten naar de Ruhrhavens bedroegen gomicl-
dleld:
f
0,60/70 niet % lostijd,
f
0,70/80 met 4 lostijd. Vrachten voor ruwe producten naal- Maunheim gemici-
cleld
f
1,80 per last met verkorten lostijd.
Scheepahuur voor den Bovenrijn gemiddeld 3 cents per
tondag. Het sleeploori varieerde van
f
0,35/32

Tarief.
De waterstand 01) den Rijn werd eenigsains gunstiger,
zoodat met het oog
01)
het afladeci met een meerderen diep-
gang gerekend kon worden.
’10
kolenvrac-hten iii cle Ruhrhavens konden zich teinau-
wernod handhaven, cii liepen in het laatst der week een
kleinigheid terug.

INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.

Bedrijfsleven en de strijd tegen

de Armoede in Nederland

door Dr. CH. A. VAN MANEN.
Prijs
ingenaaid
f
3,—.

Gebonden
f 4.75.

Voor
leden der Vereeniging en geabon-

neerden op het Weekblad wordt dit werk

beschikbaar gesteld tegen den prijs van

f
2,50 ingenaaid en
f
4,—
gebonden.

Bestellingen richte men tot het Secretariaat van het

Instituut, Pieter de Hooghweg 122, onder gelijk-

tijdige remise per postwissel of op postchèque-
en

girorekening No. 8408, Rotterdam.

Auteur