Gastblog door Dirk Stelder.
Tijdens dit schrijven heeft mijn werktafel geen trilling ondergaan maar we hebben hier in Groningen in januari al wel meer dan tien aardbevingen mogen noteren terwijl het jaargemiddelde tot 2002 bij 4 meldingen wel ophield. Er wordt gezegd dat wij noorderlingen onze gasbevingen maar moeten accepteren omdat we daarmee Nederland warm houden maar zo simpel is het niet. In 2011 haalden we 76 miljard m3 gas uit de eigen Groningse bodem en 22 miljard m3 uit het buitenland. Daarmee hebben we in totaal 98 miljard m3 gas beschikbaar. Is dat allemaal nodig om ons eitje te bakken? Welnee. Het totale nationale verbruik van aardgas is slechts 45 miljard m3 en de overige 53 miljard m3 gaat naar het buitenland. Anders gezegd: je kunt in principe de Groningse gaskraan met 40% terugdraaien en dan hoeft er nog geen enkele Nederlander in de kou te zitten.
Dat is wat kort door de bocht omdat je natuurlijk aan buitenlandse leveringscontracten vast zit maar de bocht van minister Kamp is nog veel korter als hij suggereert dat beperking van de aardgaswinning gans ons volk in de kou zal doen verkeren. Omdat het om groot geld gaat mag iedereen graag de feiten naar zichzelf toe masseren. Het brengt wel opnieuw de discussie op tafel over hoe je wel of niet met bodemschatten om moet gaan. Laura Spierdijk had het in haar post al over duurzame aanwending van de aardgasgelden. Welnu, de gangbare opvatting onder economen is dat je kapitaal wat in de grond zit om moet zetten in kapitaal boven de grond en niet aan lopende uitgaven zoals bijvoorbeeld sociale uitkeren moet verkwisten. Dat is alles behalve duurzaam.
Uit de diverse rapporten die ik hierover nog eens heb opgezocht komt steeds weer de bewondering voor Noorwegen naar voren. Daar hebben ze er uitdrukkelijk voor gekozen om de olieopbrengsten in een zogenaamd sovereign wealth fonds te stoppen ter belegging, waardoor het land inmiddels de facto geen staatsschuld meer heeft maar een overschot van 150 procent van het nationaal product. De Rabobank heeft in 2008 al eens uitgerekend wat dat voor Nederland zou kunnen hebben betekend. Uitgaande van een bescheiden jaarrendement van 3% zou zo’n aardgasfonds nu een omvang van 300 miljard hebben gehad, oftewel meer dan 50% van ons nationaal product, bijna de helft meer dan het huidige ABP pensioenfonds. Het huidige vergrijzingsprobleem zou dan niet hebben bestaan.
Over duurzaam gesproken. Wij hadden tot voor kort nog wel een Fonds Economische Structuurversterking (FES) dat de bedoeling had om aardgasgelden aan duurzame investeringsprojecten uit te geven, maar dat is sinds haar oprichting in 1995 nooit verder gekomen dan 35 miljard. Dat is al zeer bescheiden in vergelijking met de totale aardgas opbrengst van ruim 200 miljard en het Centraal Planbureau beoordeelde in 2008 ook nog eens de effectiviteit van 15 van de 49 onderzochte FES projecten als “gemengd” en 20 als ”ongunstig”. Het FES is in het regeerakkoord van 2010 opgeheven dus nu is geen enkel zicht meer op in hoeverre ons gaskapitaal nog duurzaam wordt geïnvesteerd of niet. We hebben nog steeds een behoorlijke gasreserve in de grond zitten die momenteel geraamd worden op een waarde van 152 miljard euro. Vergeleken met de 200 miljard die we al verkwist hebben kunnen we dus nog ten halve keren in plaats van ten hele te dwalen. We moeten eens een goed gesprek met de Noren voeren.