26 APRIL 1933
AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.
Economisch,wStatistische
Berichten
ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER
ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART
UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT
18E JAARGANO
WOENSDAG 26 APRIL 1933
N. 904
NEDERLANDSCH ECONOMiSCH INSTITUUT.
Curatoren: Mr.
G.
Vissering, Voorzitter; Ir. A. Piste, Onder.
Voorzitter; C. II. van der Leeuw, Penningmeester; Mr. W.
M. van Lan.schot; Mr. L. J. A. Trip; E. D. van Wairee.
Directeuren: Prof. Mr. F. de Vries; Prof. Dr. N. J. Poiak;
Prof.. Mr. Dr.
G.
M.
Verrijn Stuart, Directeur-Secretaris.
ECONOIIISCH-STATISTISCIIE BERICHTEN.
COMMISSIE VAN
ADVIES:
Prof. Mr. D. van Bio in; J. van ilasseit; Jhr. Mr. L. H. van
Lennep; Mr. K.
P.
van der Mandeie; Prof. Dr. N. J.
Polak; Mr. Dr. L. F. II.
Regout; Dr. E. van Wel deren
Baron Rengers;
Prof. Mr. II. R. Ribbius; Jan Bchilthui8;
Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries.
Oedelegeerd Ud: Prof. Mr. Dr.
G.
Al. Verrjn Stuart.
Redacteur.Secretaris: Dr. II. Al. Ii. A. van der Volk.
Secretariaat: Pieter de lloochweg 122, Rotterdam.
Telefoon Nr. 35000. Postrekening
8408.
Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement
volgens tarief. Administratie van abonnementen en udver-
tent ies: Nijgh
d
van Ditmar N.V.; Uitgevers, Rotterdam,
Amsterdam, ‘s.Gravenhagc. Post chèque. en giro.rekening No.
145192.
26 APRIL
193.
De resultaten van de inschrijving 01) het schatkistpapier,
waarover hieronder de nadere bijzonderheden, hebben in-
vloed op de positie van de gelcimarkt gehad. Was de toe-
stand de eerste dagen van de week onveranderd, bij het
bekend worden van de toewijzing namen dc geidgevers een
meer afwachtende houding aan, iitecle in verband met de
naderende iiiaandwisseling. Particulier cl isconto noteerde
tfnslotte
%
ic 1 pOt. in cle noteeriug voor caIl en •prolon.
gatie kwam geen verancleri ng.
*
*
Blijkens dcii weekstaat van De Nederlandsche Bank nam
de binneulandsehe wisselportelcuille niet
f
192.000 af; cle
post beleeningcii steeg niet
f
1,6 millioen. De post papier
op het buitenland bleef op gelijke hoogte, terwijl de diverse
rekeningen onder cle activa der Bank ntet
f
239.000 ver-
inecrjrden.
De
goudvoorraad heeft een vermindering van
f
26,3 nijl-
lioen aan te wijzen; de voorraad zilver nam daarentegen
niet
f
958.000 toe.
Onder de passiva der Bank vertoont de biljettencirculatie
een inkrimping van
f
12,3 unllioeti. De saldi in rekening-
courant daalden met
f
11,4 millioen, waarin het saldo van
‘s Rijks schatkist met
f
2,1 millioen deelde en het tegoed
van anderen met
f
9,3 millioen. Het beschikbaar metaal-
saldo is met f15,7 millioen teruggeloopen; het dekkings-percentage bedraagt nagenoeg 83 pCt. evenals de vorige
week.
*
Op het schatk
–
istpapier werd iii totaal voor f 66.987.000
ingeschreven; toegewezen werden:
f
26.520.000 3-maancls 998.10 = ca.
%
pCt. 12.780.0006
,,
,,993.60 = ,, 1%
22.345.000 1 -jciarbiljetten
A
f
1011.43 = iets onder de
1718 pCt.
Deze week is dan eindelijk de band tussehen het goud
en den Dollar verbroken. Tal van moeilijkheden, die hier.
door zijn ontstaan, hebben den toestand vati cle wisselmdrkt
er niet gemakkelijker op gemaakt. De situatie in Amerika
laat zich echter nog niet goed overzien en daar niemand
weet hoe de toestand zich zal ontwikkelen, was vooral de
eerste dagen de stemming zeer nerveus. Tal van geruchten
doen de ronde. Vooral van Engelsche en Belgische zijde
wordt vrees gekoesterd, dat ook wij onzen Gulden op den
duur niet zullen kunnen handhaven, waarom velen hun
Gulden-saldi couverteerden. Daardoor was er hier veel vraag
naar Pondeu, contant zoowel als op termijn, aan welke
vraag echter gereclelijk kon worden voldaan door Ponden
aankoopen te Parijs tegen Francs-te.goed, dat resulteerde
uit goudverkoopen aldaar. Pomtcleu openden op 8.53 en
stegen tot 8.79; slot 8.75. Dollars openden cle week op en.
2.40, maar vielen bij het bericht van het opnieuw van kracht
vorclen vau het goud-embargo terug op ca. 2.18, waarop een
verbetering tot 2.30 volgde. $lot 2.26. Marken liepen aan-
vankelijk scherp terug: 58.40-56.20; het slot mas weder
hooger 57.12%. Voor Frausche Francs was natuurlijk veel
vraag; zij kwamen van 9.75 op 9.81. Op de hoogere prijzen is er, zooals reeds va.rnmald, veel goud naar Parijs gegaan
de koers is daardoor w-at teruggeloopeu en sloot
01)
9.79.
Ook Belgas vareu vast: 34.50-34.80, slot 34.73. Zwitser-
sche Francs 47.80-48.10-48.–. Pesetas varen gezocht 21.– 21.50-21.35. Ook voor Lires was veel vraag; zij
kwamen van 12.65 op 12.95. Kopenhagen blijft met het
Pond medegaan: en. 39. Stockholm iteerde.tenslotte
44.90, Oslo 44.50. Oslo was gisteren echter heel moeilijk
te plaatsen. Batavia 99%.
Bonden op 66u- en clrie-ntaaimdei waren, zooals reeds ge-
zegd, zeer gezocht. Tenslotte deden zij 1%
C.
en 4%
C.
agio. Vanuit Londen s in deze dagen wel 10 c. en meer voor
drie-maancls Pouden betaald. Dollars op termijn zijn aan-
vankelijk zeer aangeboden geweest, zelfs wel in hct geheel
niet te plaatsen. Ook hier is de stmmniing verbetcrd ; ten-
slotte deden ze 1% en 3% c. cldport. Fransche Francs op
termijn deden evaneens agio, nl 1 en 2%. c.
Zooals •te begrijpen, was het op de gondmarkt heel leven-
dig. De prijs voor baren is opgeloopen tot f 1.663 per K.G.
Eagles deden 2.57, Sovereigns 12.50.
LONDEN, 24 AYE.l.L 1933.
Evenals vOOr cle Paaschclagen, bleef de geldlivarkt ook
daarna overvoerd met op korten termijn beichikbare mid-
delen.
Alle markten werden zeer opgeschrikt door cle plotse-
linge actie van Amerika om het uitvoerverbod op goud
weder in te stellen en daarmede de facto den gouden sta.n. daard tijdelijk althans vaarwel te zeggen. Schertsenderwijs
werd in de City cle Vraag gesteld, hoe ht mogelijk is, dat
iemand met zijn koffers vol goud en geen pen try schuld
faillissement kan aanvragen.
De speculatie viel onmiddellijk 09 de overige nog op
goud berustende valuta’s aan, vooral op Francs en Gul-
dens, die op groote schaal werden aangeboden. Francs lie-
peit dientengevolge tot 90 op oni daarna Zaterdag na. cle
verklaring van de i3anque de France weder in te zakken
op pim. 88. Gulclens verbeterden tot 8.65-8.70, na 8.90.
Dollari liepen tot 3.93 op, 1nair sloten Zaterdag vast op
3.80-3.83.
Alen vraagt zich natuurlijk allerwegen af, welken ‘invloed
deze actie van Amerika zal hebben. Voor den exporthandel
van Engeland zal een gecleprecieerde Dollar ongunstig moe-
ten werken, terwijl men nog al moet w’achten, hoe de nu-
clere valuta’s zich tegen dezen versterktën concurrent zul-
len kunnen verdedigen.
Zeker is het, dat een gezamenlijke actie, om een oplossing
van deze chaotische verwarring te vinden, belangrijk nader-bij is gebracht.
Disconto, na eerst flauw geweest te zijn, trok tegen het
einde der week aan tot
/-%
pCt. voor cirie-maands bank.
accepten. De nieuwe schatkistpromessen werden Ii pl.m.
34
pCt. toegewezen.
338
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
26 April 1933
DE LANDBOUWMACHTIGINGSWET EN DE
VERNIETIGING VAN VEE.
De Tweede Kamer heeft in de ritting van 19 April
de wet aangenomen, waarbij de Minister van Econo-
mische Zaken groote bevoegdheden tot ingrijpen in
den landbouw krijgt. Slechts zijn deze bevoegdheden beperkt, ingevolge een aangenomen amendement, tot
bloembollen en dergelijke gewassen, stroocarton en
rundvee. In de discussies is naar voren gekomen, dat
bepalingen omtrent de beperking van den veestapel
op het Departement in studie zijn. De Minister be-
loofde dergelijke bepalingen niet uit te vaardigen,
zonder daarin de samenwerkende landbouworganisa-
ties te hebben gekend. Deze hebben eçhter reeds eeni-
gen tijd geleden de regeering tot medewerking ver-
zocht aan maatregelen, wiardoor een deel der koeien
,,geconserveerd” zou worden, waarmede vermoedelijk
wordt bedoeld, geslacht en in koelhuizen opgeborgen.
Wij gelooven het recht te hebben, te verklaren, dat
deze consequentie van de Orisis-Zuivelwet ons niet
verrast. In de Econ.-Stat. Berichten van 1 Juni 1932
wezen wij erop, dat de verhooging van den boter-
prijs, gepaard met een menggebod voor boter in mar-
garine, het gevaar van vermindering van debotercon-
sumptie schiep en dus van een toenemende overproduc-
tie van boter in ons land. Wij schreven daarin o.m.:
.,Wij verwachten dan ook, (lat de economische noocizake-
lijkheid de boeren ertoe za.l brengen, wanneer de verhoog-
de boterprijs zijn uitwerking zal doen gevoelen, om de
melk nog lager dan thans, desnoods voor niets, aan cle
fabrieken af te staan en alleen te rekenen
01)
den steun
uit het Boterfoncis.
Inderdaad zijn de prijzen in Maart tot beneden de
50 cent per KG. gedaald, lager dan zij voor de in-
voering van de Orisis-Znivelwet ooit waren, terwijl
thans de maanden van de grootste rnelkproductie nog
moeten aanbreken. Dat de Orisis-Zuivelwet niet zulke
ongunstige gevolgen voor het boterverbruik heeft ge-
had als wij verleden jaar berekenden, is het gevolg
van de afwijking van den oorspronkelijken opzet, zeer
kort nadat men de uitwerking der wet was gaan be-
merken. Volgens de oorspronkelijke bedoeling zouden
de margarinefabrikanten immers slechts 80 pOt, van
het bedrag der heffing op boter behoeven te betalen
voor de 25 pOt., die zij in de mar.garine verwerkten.
Dit is al heel spoedig tot de volle 100 pOt. verhoogd,
terwijl men daarenboven nog een belasting op de mar-
garine heeft ingesteld, later ook op andere vetten,
waarvan in het begin geen sprake was. Men was daar-
toe wel gedwongen, omdat de practijk terstond de
juiitheid van onze prognose aanwees, dat het publiek
in veel grootere mate dan voor de invoering der Cri-
sis-Zuivelwet het geval was de goedkoopere margarine
zou gaan gebruiken. Men heeft dit overloopen van
boter naar margarine trachten tegen te houden door
Icunatmatige prijsverhooging van het laatste product, zoodat de voordeelen van margarineverbru ik minder
groot zouden zijn.
Toch rijn de gevolgen voor het boterverbruik on-
gunstig geweest. De boteruitvoer heeft verleden jaar
ruim 18.000 ton bedragen., zooals de regeering bij den
opzet van de wet heeft getaxeerd. Het binnenland-
sche verbruik is echter zoodanig verminderd, dat men
thans tot een mengpercentage van 40 pOt. boter in
de margarine moet overgaan, wil men een groot sur-
plus in den loop van dit jaar voorkomen.
Volgens de wekoljksche opgaven van. de Orisis-
Zuivelcentrale bedroeg het gemiddelde wekelijksehe verbruik van zuivere boter in ons land, gedurende de
maanden October 1932 tot Maart 1933 780 ton. het-
geen neerkomt op een jaarlijksche consumptie van
40.000 ton. Het margarineverbruik bedroeg in dezelf-
de periode gemiddeld 1023 ton per week, waarvan
dus 256 ton boter was. Dit geeft een totaal verbruik
per jaar voor bijmenging in de margarine van 13.600
ton, zoodat de boterconsumptie in Nederland op deze
basis 53.600 ton ron bedragen, tegen 58.500 in 1931.
Deze cijfers geven evenwdl den toestand niet
ziti-
INHOUD:
blz.
DE
UANDB0UWMACRTIGJNGSWET EN DE VERN1E’IIGINC
VAN
VEE
door
Ir. A. Baars ……………………33
8
De beteekenis van de graanprijzen voor het ontstaan en
het voortduren der crisis II (Slot) door
Dr. F. 0. Walter 340
Het pseudo-goud van Prof. Keynes door
H. Dunlop ….342
De Rijksmiddelen over Maart
1933 ………………3
43
Bo1eAANKoNnIoINoEN:
Export n aaj- Zul d-Ameri kit,
J1
ïddelt-An1erika en
Wet-Jndië …………………………….
3
44
MAANDCIJFERS:
Overzicht der Rijksmiddelen ………………….
344
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
………………….
345
Geidkoerseri. – Wisselkoersen. – Bankstaeii. – Üoedercnhaidel.
ver weer. Uit de wekelijksehe cijfers blijkt, dat het
boterverbruik sinds October 1932 voortdurend is ge-
daald, hetgeen een gevolg is van de geleidelijke prijs-
verhooging van dat product tengevolge van de ver-
hooging der heffing, die van 60 cent tot 1 gulden per
1(0. is gestegen. In Januari en Februari van dit jaar
was het welceljksche boterverbruik dan ook slechts
724 ton, de in margarine verwerkte boter 262 ton, het-
geen een wekeljksche consumptie geeft van 986 ton,
of een jaarlijksehe consumptie van 51.000 ton. Daar
de boterproduetie in 1932 ruim 79.000 ton heeft be-
dragen en het uitvoersaldo 16.000 ton, moet er, op
dezelfde basis van productie, invoer en uitvoer, in
ons land jaarlijks 63.000 ton boter worden verbruikt,
om de totale productie af te zetten. .LLoogstwaarschijn-
lijk Zitl het verbruik in 1933 nog iets grooter moeten
rijn, omdat de kaasproductie wordt ingekrompen,
wegens .stagnatie van den kaasexport, en er zoodoende
meer melk voor hoterprocluctie beschikbaar komt, ter-
wijl hetzelfde verschijnsel zal optreden, wanneer de
uitvoer van gecondeuseercie melk, melkpoeder, enz.
za! afnemen, als gevolg van maatregelen der Engel-
sche regeering.
Tengevolge van de prijsverhooging van boter en
margarine zal het verbruik van die artilcelen in 1933,
op dezelfdc basis als gedurende de eerste maanden
van dat jaar, 91.500 ton bedragen tegenover een con-
sumptle van 123.800 ton in 1931, een vermindering
dus van nagenoeg 32.300 ton. Men ziet, dat hier spe-
ling
genoeg:
is, om een vergrooting van de hoeveelheid
geconsurnecrde boter van ongeveer 12.000 ton te bè-
reiken, mits…. de pri,s dienovereenlcomstig wordt
geregeld. De organisatie der zuivelbonden heeft dan
ook reeds om verlaging der heffing verzocht, waar-
door cle groothandeisprijs voor boter tot ongeveer
f
1,25 per KG. zou worden teruggebracht, inplaats
van den thans geldenden prijs van
f
1,50 5.
f
1,60.
Men heeft deze verlaging van de heffing geweigerd,
en wil thans blijkbaar de gevolgen afwachten van de
v’erhooging van het mengpercentage in de margarine
tot 40 pOt. In het gunstigste geval echter, wanneer
het boter- en margarineverbruik door dezen maatregel
niet worden beïnvloed, zal dientengevolge per jaar
ca. 8000 ton meer boter in cle margarine icunnen wor-
den verwerkt, dus niet voldoende om het geheele
overschot aan boter op te nemen.. .00gstvaarsehijn-
lijk zal deze verhooging van het mengpercentage, zon-
der verhooging van den margarineprijs, omdat de hef-
fing op margarine zelf tegelijk steric is verminderd,
weer een flinicen overgang van het verbruik van boter
naar margarine met 40 pOt. boter veroorzaken, en
daardoor een geringere toeneming van het boterver
–
bruik geven dan de maximale, boven berekende. Wij zouden het, bij deze verbruikscijfers, volkomen
onverantwoord achten, wanneer tot vernietiging van
meikvee in welken vorm dan oolc w’erd besloten. De Orisir-Zuivelwet heeft een onderconsumptie van vet-
ten veroorzaaict. Moet men dan eerst het verbruik
daarvan kunstmatig doen verminderen, en daarna,
wanneer bljlct, dat de productie te groot is voor het
met geweld belcnotte verbruik, de produetiebronnen,
welvaartsbronnen van ons, land, gaan aantasten?
26 A pril 1933
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
339
Dc opzet van de Crisic-Zuivelwet was juist, het is
in de Memorie van Toelichting en hij de behandeling
in de Kamer nadrukkelijk verklaard, om inkrimping
van dciî rundveestapel te
vermijden.
Thans zijn de
rollen omgekeerd, en schijnt de wet doel in zichzelf te
worden. Om de wet verder te doen funetioneeren moe-
ten de beesten dan maar worden afgeslacht. In plaats
daarvan stellen wij voorop, ctat het afslachten van den
veestapel ‘in ieder geval noet worden voorkomen, en
dat dan maar de Orisis-Zuivelwet moet worden ge-
wijzigd, wanneer deze tot een factor is geworden, die
de noodzakelijkheid van vee-afsiachting grooter maakt.
De noodzakelijke wijziging is trouwens niet groot.
Men behoeft slechts de heffing op boter te verlagen,
zoolang totdat het boterverbruik voldoende toegeno-
men zal zijn. Dat is proefondervindelijk spoedig ge-
noeg te vinden. Overigens kan het mengpercentage
voor boter in margarine van 25 of 40 pOt. behouden blijven, naar gelang blijkt of dit hooge percentage al
clan niet een belangrijke overgang van het verbruik
van boter naar dat van margarine veroorzaakt.
Wij weten zeer goed, dat dientengevolge een tekort
in het Crisis-Zuivelfonds zal ontstaan, wanneer de
uitkeeringen aan de melkveehouders op het huidige
niveau van 1,75 cent per liter melk van 3 pOt. vet-
gehalte worden gehandhaafd. De regeering heeft ech-
ter reeds bij andere takken van het agrarisch bedrijf
haar oorspronkelijk standpunt moeten verlaten, dat
geen steun uit de schatkist zou worden gegeven, en
zal dus •op eenigerlei wijze voor aanzuivering van dat
tekort hebben zorg te dragen. Dit is een vraagstuk,
dat geheel buiten de meikveehouderij en de zuivel-hereiding staat, maar dat samenhangt met het prijs-
peil van alle landbouwproducten en de lasten, die op
den landbouw drukken. Men zal voor deze vraagstuk-
ken tot een oplossing moeten komen, wil men onzen
landbouw n.iet langzaam, maar zeker, ten onder laten
gaan. De achter ons liggende maanden van func-
tioneering der Crisis-Zuivelwet hebben evenwel één
ding onweerlegbaar bewezen, en dat is,
dat de tekor-
ten niet op de verbruikers zijn te verhalen.
Deze be-
antwoorden de pogingen daartoe met een soort ver-
bruikersstaking, vaartegenover de regeering machte-
loos staat.
Wanneer wij, uitgaande van de grondslagen, waar-
op onze landbouwpolitiek ‘berust, tot dergelijke ah-
surditeiten komen, dat de basis van onze welvaart,
onze productiemiddelen in den landbouw, moeten wor-
den vernietigd, hetgeen niet alleen ‘bij rundvee het
geval is, maar ook bij varkens en kippen, dan geloo-
ven wij toch tot de vraag te mogen komen, of de
grondslag, waarvan wordt uitgegaan, wel de juiste is.
Men schijnt de gevolgen van inkrimping van den vee-
stapel sterk te onderschatten. Volgens de gegevens van de Directie van Landbouw wordt van de totale
in cultuur gebrachte oppervlakte van Nederland
slechts ongeveer 20 pOt. gebruikt voor de productie
van plantaardige voedingsmiddelen voor den mensch, en 75 A 80 pOt. voor ‘de voortbrenging van voedings-
middelen en grondstoffen. van dierlijken oorsprong.
Een zeer belangrijk deel van ons akkerland wordt be-
bouwd ten ‘bate van de veeteelt, voor het teelen van
veevoeder. Inkrimping van onzen veestapel met b.v.
10 pOt. zou nagenoeg 175.000 H.A. bouw- en grasland
in ons land overtollig maken, een oppervlakte, die in
‘staat is ca. 35 pCt. te leveren van alle plantaardige
voedingsmiddelen voor menscheljk gebruik, die thans in ons land worden geproduceerd. De bezaaide opper-
vlakte van granen voor menschelijke consumptie, erw-
ten en boonen (behalve voederboonen), een deel der
consumptie aardappelen, groenten, fruit en bloemen,
bedraagt nog niet eens 400.000 H.A., en levert zooveel
op, dat wij van onze groenten b.v. meer dan twee
derden exporteeren, en ook van consumptie-aardap-
pelen, planten en bloemen een groot exportoverschot
hebben. Nu stelt men de regeering in staat wat’ de
veestapel betreft in te grijpen, maar zonder bevoegd-
heden ten aanzien van andere producten. Het blijkt
terstond, dat beperking van den veestapel op belang-
rijke schaal dan tot de grootste chaos in den landbouw
moet leiden, tenzij men de overtollig geworden ‘weide-
gronden en akkers, beplant met veevoeder, braaic laat
liggen. Dit zijn de onvermijdelijke consequenties van beperking van de productie van zuivelproducten door vermindering van het aantal koeien.
Een crisiswetgeving, die op zulk een overdu’idelijke
wijze als de Crisis-Zuivelwet, de consumptie doet af-
nemen, bevat naast den steun aan de producenten,
elementen, die de crisis verscherpen. Het is hier niet
mogelijk ‘volledig de vraag te behandelen, welke maat-
regelen ter aanvulling van die der Crisis-Zuivelwet
genomen dienen te worden. Wij willen er slechts in
het algemeen op wijzen, dat een z66 hooge heffing als
thans voor ‘boter is ingevoerd, bij pacht- en hypotheek-
lasten, die slechts weinig of
in
het geheel niet zijn
verminderd, met een heffing ten bate der verpachters
gelijk staat. De pachtprijzen voor grasland zijn in
verschillende streken van ons land verleden jaar
zomer, bij invoering van de Crisis-Zuivelwet, zelfs
verhoogd. De Minister van Economische Zaken. heeft
onlangs aan de Kamer medegedeeld, dat hij het zeer
ingewikkelde vraagstuk van verlaging der hypotheek-
lasten, die op den landbouw drukken, in studie ‘had.
Het is te hopen, dat die studie spoedig tot practische
resultaten zal voeren, omdat de mogelijkheid van
pachtverlaging goeddeels afhankelijk is van verlaging
der hypotheeklasten, die vele verpachters moeten op
2
brengen. De geschiedenis van de Crisis-Zuivelwet be-
wijst, dat het zonder dergelijke verlaging der vaste
lasten in de veeteeltbedrijven onmogelijk is, om anders
dan met ondragelijk verlies voor de producenten of
hooge subsidie uit de schatkist productie en verbruik
van zuivelproducten in evenwicht te brengen.
Er is nog een ander gebied van kostprijsverlaging,
waaraan naar onze meening te weinig aandacht wordt
besteed, en dat is de voedering van het vee. Wij ver-
wijzen in dit verband naar de kort geleden gepubli-
ceerde dissertatie van den •heer C. Kooy Lzn.: Over
doelmatige veevoedering in Nederland, waarin de
schrijver tot de conclusie komt, dat er jaarlijks 50 mii-
lioen gulden meer voor veevoeder wordt uitgegeven dan strikt noodzakelijk is. Nu de regeering ten min-
ste de bevoegdheid tot
ingrijpen
in het melkveehou-
dersbedrijf heeft gekregen, zou het aanbeveling ver-
dienen, wanneer daarvan gebruik werd gemaakt, om
invloed in de richting van goedkoopere en doelmatiger
voedering uit te oefenen. Het zal daarbij, misschien,
ook mogelijk zijn te bereiken, dat meer voeder van inheemschen oorsprong wordt gebruikt, zonder dat
daardoor de kosten worden verhoogd.
Tenslotte hebben sommige regeeringen, bv. die van de Zuid-Afrikaan sche Unie voor het loslaten van den
gouden standaard, den uitvoer van landbouwproduc
ten door een goudpremie gesteund, omdat anders deze
export voor haar landbouwers tot ‘te groote verliezen
zou hebben geleid. Deze premies werden uit de schat-
kist betaald.
Het bovenstaande moge voldoende zijn, om te be-
wijzen, dat er nog wei andere middelen zijn, om de
noodlijdende veehouders te steunen, alvorens men tot
het wanhoopsmiddei van veevernietiging overgaat.
Onze steunwetten waren tot nu toe opgezet met de
bedoeling, om ieder, die uit den landbouw, direct of
indirect, zekere voordeelen trok, deze zooveel mogelijk
te laten behouden, en den verbruiker te dwingen die
voordeelen te ‘betalen. Wij zijn thans tot het punt ge-
naderd, waarop blijkt, dat zulks verder onmogelijk is. liet is zeker onmogelijk bij vernietiging ‘van de bron-
nen van productie. De consequentie is, dat de regee-
ring, nu zij de bevoegdheid tot ingrijpen heeft ver-
kregen, deze gebruikt om de zwaarst drukkende las-
ten te verminderen en zoodoende de gelegenheid te
scheppen voor prijsverlaging van boter en kaas, waar-
op de verbruiker dankbaar zal reageeren door afname
van de totale geproduceerde hoeveelheid, ‘die niet
kan worden uitgevoerd.
A.
BAARS.
340
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
26 April 1933
DE BETEEKENIS VAN DE GRAANPRIJZEN VOOR HET
ONTSTAAN EN HET VOORTDUREN DER CRISIS.
II
(Slot.)
§
3.
De vooruitzichten voor den landbouw en
de voorwaarden voor een oplossing van de crisis.
De vraag of de tegenwoordige lage graanprijzen
stand zullen houden, wordt vbbr alles beheerscht door
de andere vraag: Zijn de productiekosten van den
landbouwer zoodanig, dat hij bij de tegenwoordige
prijzen een redelijk bestaan kan vinden na zijn pacht of hypotheekrente te hebben betaald? Reeds tevoren
is opgemerkt, dat deze vraag in de meeste gevallen
niet S’oor beantwoording vatbaar is, omdat de ge-
gevens ontbreken. Wel kan men zonder ‘tegenspraak
te ontmoeten, zeggen, dat in de West-Europeesche
landen hij het tegenwoordige loonpeil, productie tot
de huidige graanprijzen niet kan geschieden. De land-
bouwloonen zijn weliswaar gedaald, maar de indus-
trie- en overheidsloonen niet, of althans niet in de-
zelfde verhouding, hetgeen een verdere daling der
landbouwloonen belet. Het geheele probleem wordt
echter veitroebcld door de talrijke regeeringsmaat-
regelen, die bijna overal werden genomen ter be-
scherming van de binnenlaridsehe graanproductie.
Voor cle Oost-Europeesche landen blijft de vraag
der productieinogelijkheid onder de vigeerende prij-
zen, onbeantwoord bij gebrek aan gegevens.
Voor Australië en Argentinië is het eveneens niet
gelukt, betrouwbare data te verkrijgen.
Daarentegen zijn voor de U.S.A. en Canada wel
gegevens voorhanden, die een ranhi.ng mogelijk maken.
Dit spruit voort uit de omstandigheid, dat Chicago
en Winnipeg twee groote centra zijn, waarheen het
grootste deel vooral van den tarwe-oogst wordt ge-
dirigeerd, die daar wordt overgeladen of opgeslagen,
gezuiverd, gegradeerd, gemengd, enz., en eindelijk
wordt verzonden, gedeeltelijk per spoor, maar vooral
ook over de groote meren.
Terwijl Chicago tegelijk markt- en expeditiecen-
trurn is, is Wirinipeg alleenarktcentrun, maar de
eigenlijke afscheephaven is Fort William aan het
Lake. Superior.
1)cze centrale behandeling maakt het mogelijk een
gemiddeld cijfer te bepalen, waarmede de rnarktprij-
zen te Chicago en Winnipeg moeten worden: verinin-
derd om tot den uiteindelijken gemiddelden prijs te
komen, die de landbouwers ontvangen. Daarmede is
dus de eene zijde der exploitatierekening vastgesteld. Over de andere zijde dier rekening, d.w.z. de produc-
tiekosten, zijn niet zoo besliste gegevens mogelijk,
maar wel is met zeer groote waarschijnlijkheid de
vraag te beantwoorden in hoeverre onder de vigeeren-
de prijzen een loonende graanproductie mogelijk is.
Uit mij verstrekte gegevens ‘blijkt, dat men de
Chicago-marktprijzen met de volgende ‘bedragen moet
verminderen om te komen tot den netto-prijs, dien
de landbouwers gemiddeld voor huii granen ont-
vangen.
De minder belangrijke graansoorten: rogge, gerst
en haver terzijde latend, moet de Chicago-prijs voor
tarwe worden verminderd met 14 dollarcent per
bushel, en maïs met 7 dollarcent per bushel.
Onder gebruikmaking van deze gegevens, is het
volgende overzicht samengesteld, waarbij de vbbroor-
logsche kosten voor tarwe eveneens op 14 cents zijn
gesteld, hoewel zij vermoedelijk lager zijn geweest:
letto Farmerprijzeu.
cloilai’cerit
1)°r
bushel.
Tarwe
Maïs
1909/13
…….
93
=
1.00
%
56
=
100
%
1925/29
…….
131
=
141
,,
85
=
152
1931
…….
52
=
5
46
=
82
1932
…….
39
=
42
25
=
44
Aannemende, dat in 1909/’13 een gemiddelde winst van 5 cents per bushel tarwe werd gemaakt, dan moet
de nettofarmerprijs van 93 cents met dit bedrag ver-
minderd worden om tot de zuivere productiekosten te
komen, die dus 88 et. zouden hebben bedragen. De
nettofarmerprijs in 1932 was 39 cent, een verschil dus
van 49 cent met 1909/’13. De productieprjs van den
farmer in 1032 zou dus met dit bedrag moeten zijn
verminderd, opdat hij zonder winst, maar ook zonder
verlies zou hebben gewerkt, d.w.z. dat de productie-
kosten sedert 1913 met 56 pCt. zouden moeten zijn
verlaagd. Dit
cijfer
is zoo onwaarschijnlijk, dat men
zonder bezwaar mag aannemen, dat dit in de verste
verte niet werd bereikt, en dat dus de conclusie moet’ zijn: er werd met verlies gewerkt.
Deze conclusie stemt geheel overeen met hetgeen
men uit anderen hoofde kan concludeeren. In de eer-
ste plaats lbestaat in de practijk vrijwel een morato-
rium voor de overgroote meerderheid der landbouw-
hypotheekschulden, die niet minder dan pl.m. 10 mil-
hard dollar ‘beloopen. Executie durft men niet aan,
omdat er geen koopers zijn. Verder zijn teekenen van
een wanhoopsstemming de optochten van landbouwers
naar Washington, een slag menschen, die overal in
de wereld terecht den roep van bezadigdheid hebben.
Eindelijk de Allotmentplannen van Roosevelt, die
den tarweprijs niet minder dan 35 cent per bushel
omhoog wil brengen.
Toch zou men verkeerd doen door geen rekening
te houden met een daling der productiekosten ‘bene-den die van 1913. Uit een publicatie van het Depart-
ment of Agriculture blijkt toch, dat de arbeidsloonen
einde 1.932 25 pCt. lager zijn dan het gemiddelde der
jaren 1909/13, terwijl verder wordt medegedeeld, dat
in de Staten van het Noordelijk M:iddel-Westen, land-
aiheiders menigmaal geen geldloon ontvangen, maar
alleen kost n inwoning. In dit verband zij hier ver-meld, dat een sedert 27 jaar in den Staat Michigan
gevestigde landarbeider, uit Nederland geëmigreerd,
mij onlangs schreef: ,,ln 1930 kreeg ik 2
1
/i dollar per
dag met vrije kost, thans incLien er al werk is 50 dol-larcent (zegge 1.25 gulden)
zonder icost.”
:ftit is een
loonsverlaging van meer dan 80 pCt.
Uit de bovengenoemde publicatie blijkt verder, dat
de werkgelegenheid sterk is verminderd, want vroeger waren op 100 boerderijen, 92 betaalde arbeiders, thans
nog slechts 72 omdat de boeren zooveel mogelijk alle
werk met familieleden doen.
Behalve loonsverlaging lijdt het geen twijfel, dat
mechanisatie in steeds meerdere mate in den land-
bouw haar intrede heeft gedaan, maar men moet zich
‘toch mi. in dit opzicht geen overdreven voorstellin-
gen maken. Het is mogelijk, dat in buitengewoon
gunstige omstandigheden, bijzonder goede grond, gun-
stig klimaat, dat b.v. toelaat om gelijktijdig met de-
zelfde machine te maaien en te dorschen, zeer lage
cijfers voor de productiekosten icunnen ‘bereikt wor-
den, maar op de totale productie hebben, voor zoover
de informaties strekken, deze bedrijven nog geen over-
wegende beteekenis.
De beschouwingen over de netto±’armerprijzen in de
U.S.A. gelden ovei het geheel ook vooi Canada. De prijsnoteeringen te Chicago en Winnipeg waren
sedert 1025 practisch gelijk.
i)
Wat nu betreft de gemiddelde kosten voor vracht,
opslag, euz.,. waarmede de Tinnipegprijs
moet ver-
minderd worden om te komen tot den nettofarmer-
prijs, vindt men gegevens in een artikel van een
Canadeesch correspondent in ,,The Times” van half.
November 1932. De titel is ,,The Canadian Orop. Far-
mers’ Piight.” .
Na eerst vermeld te hebben, dat de tarwe-oogst 1932
zeer groot is, naar schatting 432 millioen hushels =
1)
Sedert den grooten val dier graahiprijzen is de Cana.
deesche dollar spoedig tegenover de Amerikaanschc goud.-
dollar in meer of mindere mate gedeprecieerd geweest:;
einde Maart
1933
zelfs
pim. 17
pot.
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
341
1:17 millioen
ciuintalen,
en dat van den ouden oogst
(1931) bij het bgin van den nieuwen oogst nog. een
abnormaal groote voorraad in de silo’s lag, namelijk
130 millioen bushels = 35 millioen ciuintalen, ver-
volgt de correspondent:
.,,Meanwhile the great
harvest, so cagerly awaiteci, is
passin.g rapidly from the farmers hands to the terminal
elevators. But the testiutony is growing that, big as the
erop is, it will mean littie ei.ough to the farmers, and this
carries the saci corollary that
1932/1.933
Nvill not see the
restoration of Nvestern purchasing power upon shich thé
prosperity of Canada ultiniately depencis. The price of
wheat is ciirrently
49
cents a bushel af Fort W’illiam, but
vhen elevator charges and freight rates are dechieted, the
price to the farmer for Nr.
1
Northern wheat (and. only ha!f of it is of so high a gratie) is little more than
30
cents
a busliel. Controversy rages as to the actual cost of wheat
production, but no one has been so brave as to say that
30
cents. or even
40
or
50
cents is a return sufficient to
enable the average vheat grower to meet his obligaions.”
• in dit bericht worden drie punten naar voren ge-
bracht
lo. dat men ook in Canada van meening is, dat de
herstelde koopkracht der boeren de voorwaarde is
voor herstel van de prosperiteit in Canada;
2o. dat het bedrag waarmede de Port William-prijs
moet verminderd worden om tot den nettofarmerprijs
te komen, circa 19 centS bedraagt
t).
3o. dat de nettofarmerprijs ligt in de buurt van
30 cents, en dat niemand zal durven beweren, dat
deze prijs of zelfs een 10 â 20 cents ho.ogere, de ge-
middelde kosten van de boeren gondmaakt en dat
du
ook in Canada met verlies is geprodiceerd.
t[ochten er in de U.S.A. nog enkele grootbecirijven
zijn, die bovendien nog onder buitengewoon gunstige
klirnatologische voorwaarden produceeren, en die daar-
door zeer lage productiekosten hebben, in Canada be-staan zulke bedrijven nagenoeg niet.
In tegenstelling met wat men veeltijds aanneemt,
is in Canada de productie verdeeld over 250.000 be-
trelekelijk kleine boerderijen met een gemiddelde
grootte van 130 H.A., w’aarvan 60 H.A. onder tarwe
staan.
liet resultaat van ons onderzoek is dus, dat in de
twee als tarweproducenten aan het hoofd staande lan-
den, de productie van tarwe op den prijs van 1932
verlies laat.
Aangezien op den duur niet met verlies kan wor-
den gewerkt, is er geen twijfel aan, of de graanprij-zen zullen weer stijgen. Omtrent het tijdstip waarop
dit zal geschieden, valt niets met zekerheid te zeggen.
Terugziende leert de geschiedenis, dat in de periode
1890/1900 de zeer lage prijzen vier jaren hebben aan-
gehouden, maar de omstandigheden zijn heden teveel
verschillend met die van 40 jaar geleden dan dat aan
deze vergelijking veel waarde kan worden gehecht.
Zooveel is zeker, dat cle wereldproductie kleiner moet worden en de voorraden tot normale bedragen moeten
worden teruggebracht.
T
a
t
de wereldvoorraden betreft, komt het Research .Institute of Stanford University, dat beweert een zeer
uitgebreid onderzoek te hebben ingesteld, tot de vol-
geucle resultaten:
,,Gedurencle de 8 jaren 1921/1928 was dc gemiddelde
werelcitarwevoorraad, begin Augustus, dat is dus on-
middellijk vdSr het ter markt komen van de oogsten
op het noordelijk halfrond, ongeveer 137 millioen
quintalen. In de jaren 1929/1932 steeg deze voorraad
tot 230 millioen quintalen. Indien men 135 inillioen
ciuintalen als een normalen voorraad aanneemt, dan
is er dus een ongewenschte surplusvoorraad van 95
t)
De bedoeling van dcii correspondent is blijkbaar de
Winnipegprijs vermeerderd met de spoorvracht Winnipeg-
Fort William, die vier cents per bushel is. De Winnipeg-marktprijs moet dus met
15
cents verminderd worden om
tot den nettofarmerprijs te komen, dus ongeveer hetzelfde
cijfer dat voor Chicago geldi.
milliocn quintalen, of pLm. 10 pCt. van de jaarljk-
sche wereldproductie.”
Vanneer deze surplusvoorraden zullen zijn opge-
teerci en de productie zich weder met de onvermijde-
lijke schommelingen zal hebben aangepast aan het
verbruik, dan zullen de tarweprijzen weder op een
gezonde basis komen. Zal dit in 1933, 1934 of nog
later het geval zijn? Niemand die dit met eenige
zekerheid kan zeggen, daar o.a. de opbrengst der oog-
sten zeer wisselvallig is. Dat het beplante areaal een
vermindering heeft ondergaan, is nog niet gebleken,
maar de gegevens daaromtrent zijn nog niet volledig.
e
l
is het zoo goed als zeker, dat, waar in Sovjet-
Rusland hongersnood heerscht, van die zijde geen
export is te wachten, zoomin als deze sedert Atigus-
tus 1932 van eenige beteekenis is geweest.
Verder is de raming van de komende wintertarve-
oogst in de U.S.A. tengevolge van slecht weder, slechts
90 millioen quintalen, tegen 123 millioen quintalen
in 1932, dus 33 millioen quintalen lager, terwijl toch
de wintertarwe-oogst in 1932 reeds ver beneden een
gemiddelde opbrengst bleef.
De tegenwoordige hoogere noteeringen te Chicago
zijn een gevolg van deze raming, maar geven thans
geen beeld van den wereldmarktprijs, omdat zij uit-
gaan van de onderstelling, dat er in cle U.S.A. geen
exportsurplus voorhanden zou kunnen zijn, misschien
zelfs invoer noodig zou blijken. Tengevolge van het
hooge invoerrecht zou de binnenlandsche prijs dad
ver boven den wereldprijs kunnen stijgen.
De Winnipeg-noteering is een meer betrouwbare
maatstaf, en deze is de Chicago-hausse slechts zeer
schoorvoetend gevolgd. Niet uit het oog is te verlie-
zen, dat de Winnipeg-noteering geschiedt in Cana-
deesche dollars; die 16 h 17 pCt. beneden goudwaarde
staan, zoodat een noteering van pim. 50 cents te
Tin
nipeg, thans overeenkomt met 42 cents te Chicago.
Men hoedde zich dus voor optimistische beschou-
vingen naar aanleiding van het enkele feit der slech-te wintertarwe-oogst in de U.S.A., vooral ook omdat
de termijnmarkt tot nu toe slechts kleine verhoogin-
gen op de latere termijnen te zien geeft.
Welk volgend jaar uitkomst zal brengen, onttrekt
zich aan elke berekening, maar wel staat vast, dat,
waar althans sommige landen niet verlies verlcen,
binnen korter of langer tijd een beperking van de
tarweprocluctie door kleinere uitzaai zal intreden. Dit proces wordt zeer bemoe.ilijlc doordat een groot deel
van Europa zijn tarweiouw niet alleen â tout prix
wil instandhouden, maar zelfs nog vergrooten, zoo-
dat de mindere productie geheel van de overzcesche
gel)ieden moet komen.
Tenslotte is er bij alle beschouwingen over de. toe-
komst, een geheel onberekenbare factor; dat zijn even-
tueele Regeeringsmaatregelen, zooals b. v. tarwerestric-
ti e door overeenkomsten tusschen Regeeringen, allot-
mentplannen . van Roosevelt, nieuwe Farm Board-
achtige instituten, enz. Maar om welke redenen dan
ook, over korter of langer tijd zullen de prijcn der
granen en der daarmede samenhangende producten
stijgen.
De vraag kan gesteld worden: Zou daarmede weder-
om een area van algemeene welvaart haar intrede
doen? Om deze vraag bevestigend te kunnen beant-
woorden, zal mi. naast de prijsstijging der landbouw-
producten, nog aan een andere voorwaarde moeten
worden voldaan, en wel deze: een daling van de prij-
zen der industrieproducten.
Een prijsstijging toch in den landbouw zal, Ee-geen ngsmaatregelen buiten beschouwing latend, niet weder de naoorlogsche topprijzen doen zien.
De verscherpte concurrentie door de vergrooting van het beplante areaal, de plaats gehad hebbnde
loonsverlagingen, de bezuinigingen ook in andere
richtingen, zullen de • graan1rijzen op een .lâer
niveau houden. Dit zoo zijnde, zal echter de industrië
alleen met goedkoopere producten den noodigeh. nf-
zet kunnen vinden bij de millioenen menschen, •çlie
342
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
26 April
1933
in den landbouw hun bestaan vinden. Waar de pro-
ductiekosten der industrie per slot van rekening voor
pim. 80 pOt. uit arbeidsloon bestaan, zal dus een
loonsdaling met belangrijke bedragen van hoog tot
laag noodzakelijk zijn. De werkloosheid van den hui-
digen tijd is zonder twijfel voor een goed deel veroor-zaakt door het zich niet aanpassen der industrieloonen
(industrie in den ruinasten zin genomen) en der
overheidsuitgaven aan de mindere inkomsten van den
landbouw en de daarmede samengaande loonsverlaging
der landbouwarbeiders.
Een kortzichtige tactiek der vakboudcit maakt,
dat deze aanpassing in een zeer langzaam tempo
gaat. In de U.S.A., waar de loonsverlagingen iii dcii
landbouw van 60 tot 80 pOt. bedragen, is het b.v. nog
niet gelukt de bonen van het spoorwegpersoneel met
meer dan 10 pOt. te verlagen. De kortzichtigheid,
hierboven, genoemd, bestaat vooral hierin, dat men
net wil inzien, dat een loonsverlaging over de geheele
lijn de voortbreuging der goederen zooveel goedkoo-
per maakt, en de prijzen zoodanig doet dalen, dat,
zooals de ervaring leert, slechts een betrekkelijk klein
gedeelte ten laste der loontrekkenden komt, terwijl
daarentegen de afzetmogelijkheden worden vermeer-
derd en de werkloosheid verminderd. Dit onderwerp
zou echter een nieuw opstel noodig maken.
Kort geresumeerd, is in dit derde hoofdstuk ge-
tracht, aan te toonen:
lo. dat een stijging der landbouwprijzen is te ver-
wachten, maar omtrent het tijdstip niets valt te
zeggen;
2o. dat deze stijging een hoofdvoorwaarde is, zonder
welke een herstel en vermindering •der werkloosheid
niet mogelijk zal zijn;
3o. dat deze stijging echter niet meer de tophoogte
der ,,boom”-jaren zal bereiken;
4o. dat de landbouw met een lager boonpei] en klei-
nere w’insten zal werken;
– 5o. dat voor een werkelijk herstel noodig is: een aanpassing van de industrieloonen en overheidsuit-
gaven aan de lagere landhouwloonen.
F. G. WALLER.
Sedert het bovenstaande werd geschreven, is de val
van den Dollar gekomen. In de conclusies van het
artikel brengt dit feit geen wijziging, integendeel is
do Dollardepreciatie in hoofdzaak doorgezet om den
landbouw te hulp te komen, waaruit volgt, dat men
ook in de U.S.A. instemt met de conclusie, dat een
rendeerend landbouwbedrijf een hoofdvoorwaarde is
voor het herstel der welvaart.
In hoeverre met de valutadepreciatie dit doel be-
reikt zal worden, zal nog moeten blijken. De wereld-
marktprijzen zullen slechts een invloed van de U.S.A.-
maatregelen ondervinden voor zooverre deze een ver-
grooting of verkleining der graanproductie in de
U.S.A. tot gevolg zullen hebben, tenzij op openlijke
of bedekte wijze uitvoerpremies zouden worden ge-
geven.
.0e Chicago- en Winnipeg graannoteeritigen van
heden zijn natuurlijk niet zonder meer te vergelijken
met die van v66r den val van den Dollar.
HET PSEUDO.COUD VAN PROF. KEYNES
De Heer II. Dunlop schrijft ons:
Het reeds zeer korteljk in dit weekblad
1)
bespro-
ken plan vtn Prof. Keynes, hetwelk komende van
een zoo bij uitstek bekwaam econoom reeds dadeljk
zonderling aandeed, wordt door the Hon. R. H. Brand
in de Times van 7 April aan een scherpe kritiek on-
cl erworpen.
Men weet dat Prof: Keynes had voorgesteld – min
of meer bij wijze van een vervanging en enorme uit-
breiding van den ndodlottig gebleken ,,Gold-exchange
) Zie E.-S.13. eau
5 April
jl
standard’ – het nijpende tekort aan goud aan te
vullen, door het -doen uitgeven, door een daartoe te
scheppen internationaal instituut, van goud-certifi-
caten voor een totaal bedrag van $ 5.000.000.000, welke
certificaten over alle centrale banken zouden worden
verdeeld naar verhouding van haar voorraden in 1928.
Van die voorraden zouden de $ 5.000.000.000 ongeveer
45 pOt. uitmaken.
,,ln effect we shali discover, say, at Basle, a new
gold mme vith $ 5.000.000.000 of gold all ready for
use, on nearly one half as much again as all the gold
hitherto produced and empboyed for monetary pur-
poses,” zegt Mr. Brand.
liet bedoelde instituut zon tot taak hebben de eir-
(-ulatie der certificaten te regelen naar gelang van
de wereldprijzen. Stijgen die te hoog, dan worden ze
gedeeltelijk ingetrokken, in het tegenovergestelde ge-
val iii circulatie gebracht. Ook wordt de te berekenen
inteiest daarnaar geregeld.
Wanneer bct plan aanvaard werd, zegt Mr. Brand,
zon de totale hoeveelheid internationaal ‘goudgeld
(die hij op ongeveer $ 12.000.000.000 stelt, hetgeen
ongeveer overeenkomt met de berekeningen van de i
Gold Delegation to the League of Nations) plotseling
stijgen tot $ 17.000.000.000, waarvan dus $ 5.000.000.000
papier zou zijn, het overige goud, hetwelk jaarlijks
zou aangroeien zooals tot nog toe, door ‘de productie.
.0e internationale gouden standaard zou alsdan in-
derdaad een ,,managed currency” zijn. De manager,
hijv. te Bazel, zou verantw’oordelijk zijn aan 39 regee-
ringen, en de vraag is of de beslissingen unaniem zou-
den iiioeten zijn, dan wel bij meerderheid van stem-
men? Zoo zou de geldeenheid in ieder land staan on-
der het bestuur van twee instanties: de nationale cir-
culatiebank en het internationale instituut. Maar
daar het geldwezen steeds een deel is geweest van de
staats-souvereinitei t, is liet moeilijk in te zien, hoe men er de verschillende staten toe zon kunnen krij
–
gen, dat deel ‘op te geven. Mr. Brand stelt dan ook
het plan op één lijn met het plan voor een Interna-
tionale Politie, waarvoor evenmin de tijden rijp zijn.
Bovendien hebben do groote crediteurstaten, zooals
de Ver.. Staten, Engeland en Frankrijk, geen extra-
goud n.00dig, zegt Mr. Brand, en hun moeilijkheden
zijn voor ieder van verschillenden aard. De arme lan-
den, zooals bij’. Brazilië, Chili, Hongarije, e.a. zou-
den de certificaten gaarne ontvangen. De geheele
zaak zou neerkomen op een groote internationale lee-
iing, maar: ,,.[t would be easy to get the notes out; it would be much harder to get .them in.” Hij denkt
dan ook dat iedere centrale bank zou pogen, de ge-
volgen vai:i de Wet van Gresham op hare buren af
te wentelen.
Daarom zo;t liet onmogelijk zijn aan alle landen zon
maar toe te staan, d.e nieuwverkregen schatten te
spendeereri, en er zou een contrôle op de staatsuit-
gaven noodig zijn.
Mr. Brand gelooft, dat de crisis is ontstaan door
het groote verschil in evenwicht tussehen crediteu-
ren- en debiteuren-landen, en hij noemt, zooals in
Engeland gebruikelijk is, natuurlijk de ,,War Debts”.
(FEet is wel eigenaardig hierbij op te merken, dat het
Macinillan Report, dat verscheen kort v66r het op-
geve,n van den gouden standaard door Engeland, van
dc War iehts volstrekt geen melding maakt).
Kortom, Mr. Brand wil, zeer terecht m.i., van’ het
plan niets weten.
‘)
Mr. 11. E. Moon, oud-bankier te Londen, oefent in
The Times
van 10 April nog cle. volgende mi. zeer
juiste kritiek uit. –
J-loewel de uitgifte van internationale goud-reçus
een uitstekende manier zou zijn om het in enkele lan-
) Prof.
Keynes heeft in
The ‘/’im.es
van
ii April 1.1.
Mr.
!lrand s J ritiek beantwoord. iij coet dit in een brief,
die vel
zeer
in mineur
gesteld -is! Hij begint met te zeggen:
Mv
auswer to theni (Mr. Brand’s eritieisms)
is
best som-
ice:l : p by say ing that IIty
l)0P0l
t
is ait itteml)t ‘to makc
the
best of
a ‘bad job.”
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
343
den opeengehoopte goud te distribueeren, kan men
nauwelijks van de Ver. Staten en Frankrijk verwach-
ten, dat zij verarmde volkeren met niet-sluitende be-
grootingen zullen toestaan biljetten uit te geven, die
over de geheele wereld wettig betaalmiddel zouden
zijn, tegen
hun
goud. En dan, stel er breekt oorlog
uit tusschen eenige der 39 volkeren die Keynes noemt,
zal dan eell goud-bezittend land zijn vijand toestaan
tegen
zijn
goud noten te laten ciicu.leeren? Dat zou
een prachtige manier voor een arm land zijn, om een
oorlog te financieren.
Tot zorn’er Mr. Moon. liet komt mij voor, dat eèn
man als Prof. Keynes de bezwaren van zijn plan wel
degelijk heeft overwogen en het plan alleen gepu-
bliceerd heeft om den geheel ouhoudbaren toestand dien de gouden standaard teweeg heeft gebracht, in
een schel licht te stellen. Neemt men dat niet aan,
dan zou Keynes zich eenvoudig belachelijk hebben
gemaakt.
DE RIJKSMIDDELEN OVER 1933.
De ontvangsten van de schatkist in Maart ji. zien
er op het eerste gezicht niet zoo bijzonder veront-
rustend uit. De gewone middelen brachten
f
32.653.900
op tegen
f
34.702.400 in Maart 1932 en vertoonen
mitsdien een achteruitgang van
f
2.048.500. Hier-
tegenover staat, dat de gemiddelde maandraming met
een bedrag van
j’
804.700 werd overtroffen.
Deze vergelijking is echter allerminst zuiver. Men
mag de omstandigheid niet over het hoofd zien, dat
thans in den middelenstaat een drietal nieuwe pos-
ten voorkomen, t.w. de opcenten op de invoerrechten,
de opceuteu op den
‘bieraccijns
en de opcenten op
den suikeraccijns, die in het vorig jaar nog niet wer-
den geheven. Laat men daarom deze nieuwe middelen
buiten beschouwing, dan wordt de vergelijking voor het loopende jaar veel ongunstiger, immers dan blij-ken de overige middelen
f
4.971.300 minder te heb-ben opgeleverd dan in dezelfde maand van het vorige
jaar, terwijl de ontvangsten zelfs ben.ëden de raming
zijn gebleven (met
f
218.100). Verreweg de meeste
middelen geven dan ook een lager opbrengstcijfer te zien; eene uitzondering maken alleen de grondbelas-ting, de bieraccijns, de dotneinen en de loodsgelden.
De totaal-opbrengst over het eerste kwartaal, be-
liep
.f
94.633.900 of
f
9.472.900 minder dan in de
eerste drie maanden van het vorige jaar. Ook de
raming werd niet bereikt; het nadeelig verschil be-
draagt
f
913.700. Indien ook hier de nieuwe midde-
len buiten de vergelijking worden gehouden, stijgen
de hierboven vermelde nadeelige verschillen tot resp.
f15.513.900 en
f
1.254.700. De inzinking zet zich
derhalve nog steeds voort en welke nieuwe heffingen
ook worden ingevoerd, zij wegen niet op tegen de ge-
stadige vermindering in de •opbrengst der bestaande middelen; alle nieuw aangeboorde bronnen ‘ten spijt
wordt het gat voortdurend grooter.
De grondbelasting gaf ditmaal weer eén vooruit-
gang te zien (van
f
37.600). Gerekend over drie
maanden werd .in het loopende jaar een surplus van
f
75.000 ontvangen. Dit gunstig resultaat is aan het
binnenkomen van ach terstalli ce heus ti ng
‘
Ten opzichte van de raming ontstond in het eerste
kwartaal eeu ach tertand van
f
210.400, doch dit is
een
geheel
normaal verschijnsel; de maanden April
t/in. Juni geven in den regel veel ruimere ‘baten.
Met de inkomstenbelasting gaat het nog steeds berg-
afwaarts In de afgeloopen maand werd
.f
1.151.400
minder geboekt dan in de gelijknamige maand van
1932. De raming werd aanzienlijk overtroffen (niet
f
1.746.7.0.0), doch de eerste yijf maanden van het
jaar zijn voor dit middel steeds gunstig. De ont-
vangsten van het le kwartaal bleven f4.399.300, bij
die van hetzelfde tijdvak van het vorige jaar ten ach-
ter. Bij nadere analyse hlijkt, dat de teruggang ge-
heel op rekening komt van het loopende belasting-
jaar (1932/1933) met zijn veel lagere kohierbedragen.
in dit verband moge nog in herinnering worden ge-bracht, dat de totale opbrengst voor 1933 een derde
(f
25 millioen) lager is geraamd dan voor verleden
jaar, zood’at op een ‘belangrijken teruggang is. ge-
rekend. De vermogensbelasting volgt de inkomstenbe-
lasting vrijwel op den voet. Het decres bedroeg in de
afgeloopen maand
f
166.600; over het le kwartaal lie-
pen de ontvangsten met
f
619.100 terug. Ongetwijfeld
moet ook voor dit middel nog een verdere inzinking
worden verwacht.
De dividend- en tantièmebelasting gaf f 263.800
minder dan in Maart 1932. Over de eerste drie maan-
den outstond reeds een vermindering van
f
683.500;
een zeer aanzienlijke daling, indien men in aanmer-
king neemt, dat de goede maanden voor dit middel
eerst in het midden des jaars vallen. Deze laatste
omstandigheid maakt het intusschen begrijpelijk, dat
de rarning tot dusver bij lange na niet werd ver-
kregen; het tekort over het le kwartaal beloopt
f
1.493.400.
De invoerrechten liepen vrij aanzienlijk terug (da-
ling
f
818.800), waarin de vermindering van den in-
voer als gevolg van de belemmering van het ruilver-
keer tot uitdrukking komt. Toch waren de ontvang-
sten hooger dan in de d.rie voorafgaande maanden.
T-let le kwartaal leverde
f
5.434.000 minder op dan in 1932 en wat bedenkelijker is, ook de raming werd
op geen stukken na gehaald (nadeelig verschil
f
4.489.400). De nieuwe opcentenheffing gaf tot dus-
ver ruime baten; de afgeloopen maand bracht
f
2.075.000 in de schatkist of ruim
f
1.200.000 meer
dan de gemiddelde maandraming, terwijl in het le
kwartaal reeds een voorsprong ten opzichte van de
raming ontstond van
f
2.134.800′. Voor een groot deel
‘bestaan de ontvangsten echter uit nagevorderde be-
dragen. Het statistiekrecht liep met
f
18.300 terug
(over drie maanden metf 76.900). Ook ‘bij de ver-
wachting ‘blijft dit middel ten achter; niettegen-
staande de jaaropbrengst voor 1933 f900.000 lager
is gesteld, verschafte het le kwartaal nog
f
60.600
minder dan het evenredig deel der raming.
Met uitzondering van den bieracci.jns vertoonden
alle
accijnzen
een lager opbrengstcijfer. Voor de
daling van den
zoutaccijns
kan geen bijzondere reden
worden opgegeven. De geslachtaccijns wees een ver-
mindering aan ‘van
f
111.100 door de lage veeprij-
zen. De wijnaccijns decresseerde met niet minder dan
f
177.100, hoewel de ontvangsten van Maart 1932
ook al aan den lagen kant waren. De teruggang van
den gedistilleerdaccijns met
f
217.900 vindt zijn oor-
zaak in het verminderd verbruik. De stijging van den
bieraccijns (met
f
194.500) is een gevolg van de om-
standighe.id, dat v66r 1. Januari (datum van inwer-
kingtreding der opcentenheffing) voorraden zijn ge-
maakt, waarvan de accijns in Maart opvorderbaar
werd. De opcenten zelf leverden tot dusver nog niet
veel op wegens den voor de betaling toegestanen
crediettermijn. De suikeraccijns bracht
f
287.200 min-
der op, doch hierin zal wel een wisselwerking met
‘de vorige maand ‘moeten worden gezien, toen een ‘be-langrijke stijging moest worden geconstateerd wegens
het maken van voorraden in verband met de verwach.
te opcentenheffing. Deze laatste heffing leverde in
cle a Fgeloopen maand
f
826.900 op; de opbrengst van
het ie kwartaal bleef beneden de raming, daar d,e
nagevorderde opcenten eerst 1. Maart opvorderhaar
werden. .
De zegelrechten liepen tot op de helft terug (met
f
815.900). Behalve van de malaise is deze ‘buiten-
gewoon lage inkomst een gevolg va’n een restitutie
over een vorig jaar van ‘bijna 4 ton; zonder dezen af-
trek in het bedrag der raming overschreden. De
beursbelasting gaf in de afgeloopen maand
f
147.600
minder. Ook bij de registratierechten doet de econo-
mische crisis zich nog steeds gevoelen; de opbrengst
van Maart daalde
f
91.500 beneden die van dezelfde
344
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
26 April 1933
maand van 1932. Hiertegenover moet worden opge-
merkt, dat de maandraming met
f
136.400 werd over-
schreden.
De domeinen gaven
f 51.400
meer door toevallige
omstandigheden; voorts verschaften de loodsgeldeu
voor het eerst in drie jaren een klein surplus (van
f
31.300). Ook de raming werd overtroffen (met
f
34.100). De opbrengst over het le kwartaal steeg
hierdoor
f
12.400 boven die van de eerste drie maan-
den van 1932. Het dieptepunt schijnt bij dit middel
bereikt te zijn.
BOEKAANKONDIGINGEN.
Export naar Zuid-Amerika, Midden.-
Amerika en West-Indie.
De oprichting van het Nederlandsch Zuid-Amen-
kaansch Instituut, dat zièh ten doel stelt de betrek-
kingen tusschen Nederland en het Latijnsch Amen-
kaansche continent te bevorderen, is voor de Hol-
landsche Bank voor West-Indië’) een aanleiding ge-
weest om een handleiding samen te stellen onder
den hierboven genoemden titel. Den auteur van dit
werkje komt alle eer toe. De Nederlandsche exporteur
vindt er verschillende aanwijzingen voor de behande-
ling zijner goederen en de incasseening zijner wissels.
De inleiding geeft een uiteraard beknopt maar toch
zeer duidelijk beeld van onzen uitvoerhandel naar
Zuid-Amerika, waarbij de aandacht erop gevestigd
wordt, dat de vele tegenslagen en mislukkingen,
welke wij in Nederland met onze Zuid-Amerikaansche
commercieele ervaringen hebben opgedaan, in hoofd-
zaak te wijten zijn aan gebrekkige organisatie en on-
voldoende voorbereiding. De oude geschiedenis, die
immer weer nieuw is! Een onbevredigend succes in
zaken wordt heel vaak maar al te snel geweten aan
toestanden en omstandigheden, die in wezen nog geen
primaire oorzaken zijn voor de financiëele verliezen
der betreffende ondernemingen of ondernemers. Hoe-
vele der in Zuid-Amerika verloren millioenen hadden
wij niet kunnen behouden bij een meer degelijke en
hechter gefundeerde voorbereiding!
Dit boekje geeft den lezer de verschillende
Latijnsch-Amerikaansche republieken in alphabeti-
sche volgorde en verstrekt daarbij in de allereerste
plaats een opgave van de oppervlakte der bevolking,
de munteenheid alsmede eenig cijfermateriaal over
de handelbeweging van elk dezer landen. Daarbij
volgen algemeene inlichtingen omtrent de technische
behandeling der verschepingsdocumenten, de be’zich-
tiging en analyse van goederen, de formaliteiten in-
zake opslag en verzekering der verscheepte produc-
ten in de haven van bestemming, kosten van incas-
seening van wissels, aanwijzingen omtrent de wijze,
waarop de wissels uitgeschreven moeten worden, is-
selprotesten, enz. Men heeft zelfs niet nagelaten de noodige aandacht te besteden aan het verzen-
den van postpakketten. 1-let geheel is op een keu-
rige wijze afgewerkt en ook het formaat is uiter-
mate practisch. Een overzicht omtrent de deviezen-
restricties in de verschillende republieken is op-
zettelijk achterwege gebleven, omdat hierin telkens
wijzigingen worden aangebracht. Een blijvende en be-
trouwbare leidraad is daarom moeilijk samen te stel-
len, maar het Nederlandsch Zuid-Amerikaansch In-
stituut en ongetwijfeld ook de op Latijnsch Amerika
werkende bankinstellingen zijn gaarne bereid belang-
hebbenden dienaangaande inlichtingen te verschaffen.
Het valt o.i. niet te betwijfelen, dat deze handlei-ding, nu meer en meer afzetgebieden voor ons land
verloren gaan, in breeden kring een welkome bron
van inlichtingen zal vormen. Het zoo enorme
Latijnsch Amerikaansche continent biedt ongetwij-
feld, zelfs in de tegenwoordige crisis-omstandigheden,
mogelijkheden aan ondernemende zakenmenschen. Het
op de voorpagina afgebeelde zeilschip en daaronder de spreuk ,,Die winnen wil, moet bysetten” zijn dan
ook zeer goed gekozen.
‘)
Keizersgracht
255,
Amsterdam.
OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN.
(In Guldens)
Maart
1933
Sedert
Januari
1933
Overeen-
konistige
periode 1932
Directe belastingen.
496.539
1.250.065
1.175.066
Personeele belasting’)
–
–
29.685
Inkomstenbelasting
5.913.392
17.542.181
21.941.457
Vermogensbelasting
1.027.840
2.955.124
3.574.206
Dividend.en tantièmebel
309.137
1.131.610 1.815.086
5.332.262
14.510.587 19.944.585
Opc. op rechten op d. mv.
2)
2.075.048 4.749.783
–
163.363
464.433
541.315
4ccijnzen
179.743
596.878 637.782
Grondbelasting ……….
503.811
1.563.102
1.731.731 300.816
363.845
565.817
Invoerrechten
………..
2.788.256 7.437.185
8.370.881 1.059.579
3.248.230 2.397.050
Statistiekrecht
………….
Zout
…………………
Opc.opaccijnsopBier’)
20.836 25.251
–
Geslacht
…………….
Wijn
………………..
4.075.250
14.943.685 13.347.596
Gedistilleerd
……….
Bier
………………
Opc. op
cc. op Suiker
2)
826.891
1.255.983
–
1.846.820
5.823.534 7.493.495
Suiker
…………….
Bel, op gouden en zilverw.
54.219 156.573 186.789
Tabak
……………..
Indirecte bela8tin gen.
Zegelrechten ……….
84
828.365
5
3.49.256
8
4.623.114
Registratierechten
.
969.728 2.775.948 2.893.413 2.821.049 8.183.752
10.245.417
Domein., wegen
en
vaart
703.560
1.068.661
1.495.351
Successierechten
…….
31.083 193.590
193.710
Staatsloterij
………….
326.318
915.672 903.270
32.653.905
94.633.908 104.106.816
Loods gelden ………….
Totaal-Generaal
2)
Met ingang v. h. belastingjaar
1931
wordt de personeele bel, ge-
heven ten bate v. d. gem., zOOdat de in dezen staat vermelde bedragen uitsluitend vroegere belastingjaren betreffen.
2)
Wegens de wijzigingen,
tijdens de behandeling aangebracht in het ontwerp dat geleid heeft
tot de wet van
24
Dec.
1932,
Stbl. No.
634,
worden de opcenten op de
Invoerrechten en de opcenten op den bieraccijns lager geraamd dan
geschiedde in de toelichting bij de Middelenwet, en worden nieuw
ingevoegd de opcenten op den suikeraccijns.
‘)
Hieronder begrepen
f 102.001
wegens zegelrecht enz. (Beursbel.).
4)
Het lage bedrag is het
is het gevolg van eene restitutie over een vorig jaar ad
f 399.474.
5)
f 628.021.
6)
680.582.
HEFFINGEN VOOR HET LEENINGFONDS
191
Verdedigingsbelasting
813.122 2.520.901
3.771.556
Opcent en: 305.602
888.499 936.623
Grondbelasting ……..
Personeele belasting
..
–
5.628
Inkomstenbelasting
1.184.849 3.509.766
4.324.189
Vermogensbelasting
571.974
1.631.803
1.968.888
Dividend, en tantième-
373.431
598.978
belasting
………..102.015
Invoerr. Zuidvruchten
161.268
468.763
–
Opc.invoerropZuidvr
48.380
140.629
–
Accijns op Wijn
233.892
.
275.310
113.163
Gedistilleerd
278.825 743.719 837.088
Suiker
404.027
1.488.585
–
Tabaksacc. op sigaretten
481.624
1.448.957 1.307.638
Zegelrecht v.
buit). eif.’)
-25.766
247.423
170.110
4.559.8121
13.737.786
14.033.861 Totaal
1)
Het negatieve bedrag is het gevolg van een restitutie over een
vorig jaar ad
f 80.000,-.
HEFFINGEN VOOR HET WEGENFONDS.
Wegenbelasting ……….
705.381
2.098.056
1.898.022
Rijwielbelasting
34.470
58.588
54.620
Totaal
………..
739.851
2.156.644
1.952.642
INKOMSTEN TEN BATE VAN HET ,,GEMEENTEFONDS”
Gemeentefondsbelasting
6.338.7711
18.690.947
21.443.317
Opeenten
Vermogensbel
4.96.3321
1.427.981
1.648.434
Totaal
………..
6.835.103
20.118.928
23.091.751
SPLITSING VAN DE OPBRENGST DER GROND-, IN-
KOMSTEN. EN VERMOGENSBELASTING
SEDERT 1 JANUARI
1931.
zenstjaren
Grond-
belasting
Inkomsten-
belasting
Vermogens-
belasting
1930/31
–
143.351
23.416
1931/32
8.149 732.646
123.659
1932/33
685.476 16.666.184
2.808.049
1933/34
556.440
–
–
1.250.065
17.542.181
2.955.124
Totalen
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
3
.
5
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
BANKDISCONTO’S.
N d (Disc. Wissels.
2
+19 Apr.’32
Lissabon •… 6
1, Apr.’82
‘
1
Bel.Binu.Eft. 3
19Apr.’32
Londen ……2
30Juni’32
t
‘lVrsch. in R.C: 3
19 Apr.’32
Madrid ……6+
8Juli’31
Athene
……….9
3
Dec.’32
N.-YorkF.R.]3. 3
6Apr.’33
)3atavia ……….
4+lOMrt.’30
Oslo ……..4
1Sept.’32
Belgrado ……..
71 20Juli’31
Parijs …… 3+25
Jan.’83
Berlijn ……….4
22Sept.’32
Praag ……
.
+.25
Jan.’33
Boekarest……..7
3 Mrt. ’32
Pretoria . . ,. 4
20Feb.’33
i3russel …………
13Jan.’32
Rome …….. ‘
9 Jan.’33
i3udapest …….. 4j
17Oct.’32
Stockholm .. 3
1Sept.’32
Calcutta ……..3
16Feb.’33
Tokio ,… 4.3S
17Aug.’32
Dantzig ……..4
12Juli’32
Weenen ……5
23Mrt.’33
Elelsingfors …….6
31 Jan.’33
Warschau…. 6
20 Oct. ’32
Kopenhagen …. 3
12Oct.’32
Zwits.Nat.Bk. 2
22Jan.’33
OPEN MJiKT.
19331932
1931
1914
22A 1 18122
10/15
318
18123
20/25
20124
pri
April
April
April
April
April
Jul,
Amsterdam
Partic.disc.
1
1
12.1
51
1
,2_5!8
1
2
116.
1
14
his_luit 31183116
Prolong.
1
1
t
1
3
14-1
11/
4
-2
211
4
.214
Londen
Dag8eld. . .
94
4-I
1
141
1
1_1
1
1
142
1
12
1
1
2’2
1
3
1-2
Partic.disc.
litIs
2
12_
5
18
9
116_
1t
116
I5’14
2.1/
4
2
9
/it
404I4
Berlijn
Daggeld… 4
1
I2-5
1
/2
4I8-5112
43/_5t1
4
1
-518 5I46
1
11
3:11
4
_6
–
Maandeld 41/
2
.61/2 4’/2-6t2 4’i2-5l4 49
5
_52;
4
5
1
14.611
2
–
–
Part, disc.
371
8
3718
3718
31
0
5
4518
211s-11
2
Vlarenw. . .
4_11
4
1
/4
4-
1
14
4.1/
4
5_11
4
47/
5
.511
4
–
Nen, York
Dageld
1)
1
t -2
3
/4
2/4-3
3
21/2_3/
4
1
i/
2
_3I
4
1I42
1
1i
Partpc.disc.
7
!s
h-is
5!s-lu!4
11/
2
.21/
4
l_h1
4
I
3
l
3
(4
1)
Koers van 21 Apr. en daaraan voorafgaande weken tlm. Vrijdag.
WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAN]).
o
t °
New
York)
Londen
,)
Berlijn
)
Parijs
,J
Brussel
j
Batavla
1)
IS April 1933
2.45% 8.50
58.65
9.74J
34.53
100
19
1933
2.39sj
8
8.53% 58.30
9.75
34.55
100
20
1933
2.22i1
8.58%
57.50 9.80
34.67+
100
21
1933
25
8.78
56.50
9.81
3 4.7 5
100 22
.
1933
2.26
8.72%
57.-
9.80
34.75
100
24
1933
2.24
8.73
57.15
3 4.7 6
99s
Laagste (l.wl)
…
2.18
8.46
56.-
34.50
99
Hoogste d.wi)
2.4660
8.79
59.05
9.81
34.80
100
Mufltpariteit
2.4878
12.1070
59.263
9.747
34.592
100
Data
s7,d
Weenen
Praag
Bo:ka-
I
Milaan
Madrid
18 April 1933
47.86
–
7.371
1.51
12.67
21.10
19
1933
47.85
–
7.40
1.50
12.68
21.12
20
1933
48.10
–
7.42+
1.51
12.75
21.20
21
1933
48.10
–
7.42+
1.51
12.85
21.45
22
.
1933
48.02
–
7.41
1.51
–
–
24
19331
–
48.04
-.
7.42+
1.51
12.92+
21.35
Laagstwd.w’l)l
47.7711
27.50
7.35
1.45
12.60
20.80
hoogste d.w1)
48.1,234
35.25
7.45
1.55
12.97+
21.60
Muutpariteit
48.12%
35.007
1
7.371
1.4881
13.094
48.52
Data
Stock-
Kopen-
lie!-
Buenos-
Man- holm
)
hagen)
‘lo
*
/
Aires
2)
treal
1)
15April .1033
44310
37.90
43.40
1
3.76.
65
2.05
19
1933
45.-
38.10
43.65
‘
3.76
65
2.06
20
1933
45.-
38.25
44.-
3.80
65
1 .97
21
,.
1933
46.20
39.20 44.80
3.86
65
.
1.99
22
.,
1933
46.-
39.-
44.75
3.85
65
2.01
24
1933
45.30
38.90
44.70
3.85
65
2.-
:la1tgste d.w1)
44.25
37.65
43.25 3.70
–
1.92%
Hoogste d.w’)
46.25
3 9.2 5
45.25 3.90
65
2.07%
?zl.uutpariteit
66.671 66.671 66.671
6.2661
95%
12.4878
*) Noteering te Amsterdam.
5*)
Not, te Rotterdam.
1)
Part, opgave.
in ‘t Iste of 2cle No. van iedere maand komt een
overzicht
voor van een aantal
niet wekelijks opgenonion wisselkoersen.
KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).
Data
1
18
April
1933
3,52%
3,99%
24,-
1
41,155f
1!)
1933
3,71
4,27
25,20 43,50
20
1933
3,83;
4,30%
26,15 43,75
21
1933
3,83
.
4,24
25,-
43,25
22
,..
1933
3,82% 4,26%
26,25
43,75 24
1933
3,88%
4,38k
25,60 44,60
25 April
1932
3,672/
Is
3,94
23,76
40,51%
Muntpariteit.
4,86
3,9021
8
1
23.81%
1
403/
16
KOERSEN TE LONDEN.
Plaatsen en
Noteerings-
8
Apr.
15
Apr.
17122
Apr.
1933 22
Apr.
Landen
een/zeden
1933
1933
LaagsteHoogste
1933
Alexaudrie.
.
Piast
PL
9 7 %
974
9711j
5
973j
97
Athene
….
])r. p.
£
605
605
590 620 605
Bangkok….
3h. p. tical
1110%
1/10
1110
T
I
9
1/10k
1/10
T5 Budapest
. .
Pen.
‘. .4
193,i
19%
183%
21
20
Buenos Aires
d. p.$
41 41
40
41K
40%
Calcutta
. . . .
Sh. p. rup.
1/6i
1/61/
1/6 1/6
3
/
116
1
1
32
Con stantin
. .
Piast.
p. £
710
705
708 720 720
IT:ongkoiig
. .
Sli. ji. $
I/31j
113iz,
113%
1/44
1137/
Kobe
…….
S/t.
p.
yen
i/211/
16
1/27,
1/2%
1/3
122/
Lissabon….
Escu.
p. £
110
110
109%
1101,’
110
Mexico
….
$
per
£
12.50
1.2.50
12.- 14.-
131/
2
ilontevideo
d. perL
33 33
32.
34
–
Montreal
..
$
per
£
4.12i.
4.12
4.09%
4.47
4.3234
Riod.Jaiieiro
d.
per
Mii.
5l/
5,
4%
55
5
Shanghai
..
5h. p.
tael
1/8
1/25/
1/2
1/4%
1/22i
Sir.igapore
. .
id.
p. $
2/3%
2/3%
2/3
5
/8
2/37i
2/33%
Valparaiso
1).
$
per
£
– –
–
–
–
Warschau
..
Zi. 1h £
301/
s
303/
4
3 Oy4
3134
1
31
1)90 dg.
ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS’)
Londen’) N.York
2
)
Londen
18 April 1933..
1711/
1
287/
8
18 April i933….
1
2
0/9+
19
1933..
18i
323
19
1933….
120/2
20
1933..
191
35
1
j
20
1933….
120/6
21
,,
1933..
19%
34% 21
1933….
119/1
22
1933..
19%
351,j
22
1933….
118/-
24
1933..
20u1
37%
24
1933….
118/2
25 April1932..
17
28
25 April 1932….
110/10 27
Juli
1.914..
241’i
59 27
Juli
1914….
84/10%,
1)
in pence
p.
oz.atand.
2)
Foreign silver
in
$c. p.oz.
line.
3)
in sh. p.oz.fine
STAND VAN ‘a
RIJKS KAS
Vorderingen.
/
15 April 1933
1
22 April 1933
Saldo van’s Rijks Schatkist bij De Ne- derlandsche
Bank ………………
/
10.835.094,55
f
13.688.926,85
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
,,
303.725,57
•
50.067,96
Voorsch. op uit. Mrt. (resp. Febr.) ’33 aan
de gem. v€rst. op v. haard. de Rijks- adm. te heffen geni. ink. bel, en opc.
1.706.137,85
1.706.137,85
Voorsch. op uit. Mrt. (resp. Febr.) ’33a/d.
gem. verstrekt op aan
haar uit te
.
keerenhoofds.derpers.bei., aand. in
op de Rijksink. bel…………………..
de hooids. der grondbel. endergeni.
fondsbel., alsmede
opc. op
die belas-
tingen en
op
de vermogensbelasting
4.788.475,72
,,
4.788.475,72
Voorschotten aan Ned.-lndië ………
157.116.035,67 158.759.897,9Q
….
Id.
aan
Suriname …………………
14.172.172,18
…
,,
14.173.157,39
Id.
aan
Curaçao ………………….
…
6.988.082,80
,,
6.858.879,74
Kasvord. weg. credietverst. a/h. buitenl.
,,
102.328.690,91
,,
101.977.261,91
Saldo der postrek.
v.
Rijkscomptabelen
,,
35.261.885,64
,,
26.907.367.10
15.780.035,38
Vord.
op
andere Staatsbedrijven
1)
……15340.035,38
Verstr. t. laste der Rijksbegr. kasgeld-
leeningen aan gemeenten (saldo)……
39.701.554,84
,.39.710.310,79
Verplichtingen.
f302.580.000,-
f302.555.000,-
Schatkistbiljetten in omloop……….
Schatkistpromessen in Omloop……….
73.860.000,-‘
73.850.00,
Zilverbons
in
Omloop …………….
…
1.566.424,-
1.564.774,-
Schuld
op
uit. Mrt. (resp. Febr.) ’33 a/d.
gem’eenten, wegens aan haar uit te
keeren hoofdsom der pers. belasting,
aand. in de hoofds. der grondbel. en
der gem. fondsbel., alsmede
opc. op
die belasten
op
de verinogensbelast
– –
Schuld aan het Alg. Burg. Pensioent.’)
,,
15.921.126,92
15.864.612,28
Id. aan hetStaatsbedrijfd.P.,T.enT.’)
,,102.999.025,66
,,103.574.611,22
Id. aan andere Staatsbedrijven
1)
….. …….
177.207,68
177.207,68
Id. aan diverse instellingen
t)
……..
..73.225.033,51
73.831.372,31
1)
In rekg.-crt. met
‘s
Rijks Schatkist.
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
15April_I933
1
22 April 1933
Vorderingen:
Betaalmiddelen in
‘s
Lands kas
–
–
waaronder Muntbiljetten
………..
–
–
Saldo Javasche Bank……………..
f
271.000,-
–
Verplichtingen:
….
Voorschot’s Rijks kas es. Rijksinstehl
.
,,l57.116.000,-
fl58.760.000,-
…. ..
Scliatkistpromesseh
………….
……
1.250.000,-
1.050.000,-
Schatkistbiljetten
………………….
19.575.000,-
19.575.000,-
1.754.000,-
,,
1.753.000,-
Muntbiljetten
in
Omloop
…………..
Schuld aan het Ned.-Ind Mutitfonda.
830.000,- 793.000,-
Idem aan de Ned.-lnd Postspaarbank.,,
1.219.000,-
,,
1.233.000,-
Voorschot van de Javasche Bank
–
1,706,000,-
SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Dato
Metaal
latie
Andere
opeischb.
Discont.
25 Maat 1933
875
1.037
468 768 2.241
18
.,
1933.
.1
876
1.076
468
766
,
2.265
11
193
874
1.000
447
.
770
2.229
4
,,
1933
876
1
…
184
458
776
2.293
25 Febr.
1933
887
1.146 438
734
2.259
5 Juli
1914
645
1.100
560
735
396
1
Sluitp. der activa.
346
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
26 April 1933
NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 24 April 1933,
Activa.
Binneni. Wis-( Hfdbk.
f
31.167.962,61
sels, Prom.,’ Bijbnk.
677.144,75
enz.in
disc.l Ag.sch.
5.796.380,01
37.641.487,37
Papier o. h. Buiten!, in disconto
iTT. . T
Idem eigen porte!.
f
73.214.710,-
Af: Verkochtmaar voor
de bk.nognietafgel.
–
73.214.710,-
Beleeningen Ufdbk.f 26.397.498,25
mc!. vrsch.
Bijbuk.
3.971.324,84
in rek.-crt. Ag.sch. ,, 43.422.126,06
op onderp.
–
f 73.790.949,15
Op Effecten ……f 72.844.287,61
Op Goederen en Spec. 946.661,54 73.790.949,15
Voorschotten a. h. Rijk …………….,,
–
Munt, Goud ……
f
98.200.945,-
Muntmat., Goud . . ,, 831.721.451,81
f 929.922.396,81
Munt, Zilver, enz.
22.747.283.35
Ivluntmat., Zilver..
,,
952.669.680,16
1
)
Belegging
115
kapitaal, reserves en pen-
sioenfonds ……………………,,
20.042.917,59
Gebouwen en Meub. der Bank ……..,,
5.000.000,-
Diverse rekeningen ………………,,
13.410.053,23
Staatd. Nederi. (Wetv. 275’32, S. No. 221) ,,
19.331.195,17
f 1.195.100.992,67
Passiva.
Kapitaal ……………………….f
20.000.000,
Reservefonds ……………………,,
3.000.000,-
Bijzondere reserve
………………,,
5.000.000,-
Pensioenfonds ………………….,,
8.457.269,89
Bankbiljetten in omloop ………….. ,,
953.456.920,-
Bankassignati6n in omloop ……….,,
42.154,04
Rek..Cour.
j
Het Rijk f 12.184.130,21
saldo’s: ‘ Anderen ,,187.430.114,80 ,,
199.623.245,01
Diverse rekeningen ……………… ,,5.521.403,73
f
1.195.100.992,67
Beschikbaar metaa!saldo …………
f
491.520.818,11
lvlinder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd is ,, 1.228.802.045,-
1)
Waarvan in het buitenland
f 3.020.302,58.
Voornaamste posten in duizenden guldens.
Goud
Andere Beschikb. Dek-
Data
Ctrculatle opeïschb. Metaal- kings
Munt
1
Muntmaf.
schulden saldo’) perc.
24April ’33 98.201 831.721
953.4571199.665 491.521
83
18 ,, ’33 98.200 858.026 965.750 211.172 507.235 83
25 Juli ’14 65.703 96.410 310.437 6.198 43.521
54
– Belee- …..-
Data
1
1
pr
1
‘
ssn
1
op
hef
1
reke-
ldisconto’slrechtstreeksi ningen
buiteni. 1 ningen
2)
24 April 1933
37.641
–
73.791
73.215
13.410
18
,,
1933
37.834
–
72.129
73.215
13.171
25 Juli
1914
67.947
–
61.686 20.188
509
1)
Sedert den bankstaat van
4
Jan.
1929
op
de basis van
11
metaal-
dekking.
2)
Onder de activa.
JAVASCHE BANK.
Data
Goud
Zilver
Circulatie
1
opeischb.
metaal-
1
I
saldo
15 Apr.’33
2
)l
158.360
1
210.790
33.610
60.600
8
,,
1
33
2
)1
158.890
212.160
32.310
61.102
25 Mrt.19331
112.037
1
46.477
1
206.400
35.592
61.717
18
,,
19331
112.037
1
46.016
1
206.999
34.546 61.434
25Juli19141
22.057
31.907
1
110.172 12.634 4.842
Wissels.
buiten
Dis-
Belee-
Diverse
1
1
reke-
Dek-
kings-
Data
N-Jnd.
conto’s
ningen
ningen’)
Percen-
betaalb.
_________
tage
15Apr.’33
2
)
20.450 54.830 24.890
65
8
,,
‘332) 19.740
55.270
25.310
65
25 Mrt.1933
19.302
9.221
1
35.177’1
24.748
66
18
,,
1933
18.952
9.280
1
35,544
1
24.680
65
25Juli1914
6.395
7.259 75.541
1
2.228
44
‘)
Sluitpost activa.
2)
Cijfers
telegrafisch ontvan
g
en.
BANK VANENGELAND.
Bankbilj. t Bankbilf.
I
OtherSecurifles Data
Metaal
inin
B
anking Disc.and circulatielDepartnz. Advances ISecTtie5
12 April 1933 184.835 376.370
1
62.141
1
11.632
1
15.929
5
,,
1933 177.360 371.669
64.863
1
11.649
15517
22 Juli 1914 40.164
29.317
33.633
Ot!rsitsj
Dek-
Data
1Gov.
Public
1
Sec.
Depos. Bankers
1
Other Reserve1 kings-
Account
1
perc.’)
12 April’33
t
68.860 17.972
1
88.663
35.095 68.7121
5 ,, ’33
1
82.980
14.083 1109.599
1
34.495
1
65.601 4lf.
22 Juli ’14 11.005 14.736
42.185
1
29.2971 52
1)
Verhouding tusschen Reserve en Deposits.
BANK VAN FRANKRIJK.
Te goedl Wis-
1
Waan’.
Belee-
Renteloos
Data
Goud
Zilverl
in he
buiten
t
l.
sels
op het
buiten!.
.
n1ngenIt’
‘voorschot
Staat
1
14 Apr.’3381.OSO 11.3471
2.354
1
5.0421
1.528
2.685
1
3.200
7
’33
1
80.412 11.3831
,,
2.353
1
5.4901
1.970
2.709
1
3.200
23
Juli’
14
1
4
.
104
6401
–
1
1.5411
8
769
–
Bons
t’.
d)
Diver-
t
Rekg. Courant
1
_________
Data
zelfSt.
1
sen’)
Circulatle
1
1
Zelfst.
1
Partt-
Staat
amort.k.
___________
i
Iamort.k.I culteren
1
84.623
1
327
1
2.036 117.546
14Apr.33
6.608
1
2.259
7
,,
’33
8.608
1
2.291
1
85.360
1
193
1
2.026
16.768
23Juli’14
–
1
–
1
5.912
401
1
–
1
943
‘)
niu:tpost acilva.
DUITSCHE RIJKSBANK.
Daarvan
Deviezen
Andere
Data
Goud
bij bui-
als
goud-
wissels
Belee-
tenl.
circ.
dekking
en
nin gen
banken
1
)
geldende
cheques
15 April 1933
421,4
18,5 108
1
4
2.996,2
72,1
7
,,
1933
645,8 65,0
109,6 2.831,1
72,7
30 Juli
1914
1.356,9
–
–
750,9
50,2
Data
1
Effec-
1
Diverse
Circu-
1
Rekg.-
Diverse
ten
1
Activa
2
)
latie
J
Crt.
Passiva
15 April 1933
1
318
1
5
1
1
3.422,5
1
360,0
1
157,8
7
,,
1933
1
318,3
i
567,7
1
3.432,5
1
321,9
1
404,2
30 Juli
1914
1
330,8
200,4 1.890,9
1
*-
40,0
t) Ijnoelast. ) wo. Kentenoankscnelne 13, 1 itprii liui, resp.
zi;
20
miii.
NATIONALE BANK VAN BELGIË.
Data
Goud
.
Go
–
8Ct
Rekg.Crt.
1933
.2
na
.
tj
-‘
n
20Apri!2671
12671
62
779
55
363 40
3.611
1
307
13
,,
–
61
790
54
363
40
3.637
44
288
FEDERAL RESERVE BANKS.
Goudvoorraad
Wettig
Wissels
Data
betaal-
middel
Totaal
1
Dekking
In
her-
disc. v. d.
1
In
de
open
bedrag
1
F.
R.
Notes
Zilver
etc.
,nember
1
markt
banks
1
gekocht
5 Apr.’331 3.278,8
1
2.651,9
2096
,
1
436,2
286,0
29 Mrt.’33
3.236,8
1
2.616,0
2052
,
1
310,2
Belegd
1
in circu]
Totaal
Gestort Goud-
Dek-
Algem.
Dek-
Data
in
U. S.
Gov.Sec.
‘
Kapitaal
I
kings- kings-
latie
1
perc.’)
perc.
2
)
5Apr.’33
1.837,4
t
3.644,1
2.196,1
1
149,6
56,1
59,7
29 Mrt.’33
1.838,4 3.747,6
2.203,2
149,6
/
54,3
57,8
3) Verhouding totalen goudvoorraati tegenover opElscnoare
Bchuiden: F. It. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totaien
voorraad muntwaterlaal en wettig betaalmiddel tegenover Idem.
PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ UET
FED. flES. STELSEL.
Dis-
1
Totaal
1
Waarvan
Data
I
Aantal
_
conto’s
en
1
lRe5e.t’eI
1
Beleg-
ibil d
depo-
time
banken
1
beleen.
gingen
1 l
R.
1
l
banks
t
8.196
1.599
1
sito’s
deposits
1
5.288
1
Mrt.’331
488
1
9.627
15.971
22
Feb.’331
130
9.865
1
8.302
1.814
1
16.933
5.499
De posten van De Ned. bank, de Javascne uans en ee an os ang.
land zijn in duizenden, alle overige posten In millioenen van de be
treffende valuta.
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
347
GOEDERENHANDEL.
GRANEr’4.
2.i April 1933.
En het begin der afgeloopen week was de stemming voor
t a r w e in de Ver. Staten vast
01)
slechte oogstberichten
in het wintertarwegebied, terughoudendheid der boeren in
het ter markt brengen huuuer voorraden en berichten over
mogelijke inflatie van den Dollar, welke laatste ook tel-kens weder werden tegengesproken. De termijnmarkt te
Chicago liep 01)
CO
die te Winnipeg volgde het voorbeeld,
zij het in mindere mate. Toen in het midden (er week cle
uitvoer van goud uit de
Ver.
Staten werd verboden en de
waarde van den Dollar zakte, steeg de ternijnmarkt te
Chicago snel en werden ook te Winnipeg de prijzen ver-
hoogd. De verhooging was echter minder belangrijk dan de
waardedaling van den Dollar, zoodat Manitoba-tarwe hier
goedkooper werd alangeboclen dan den vorigen dag, niet-
tegenstaande de prijsstijging iii Winnipeg. Spoedig daarop
is door verdere stijgingen van tarwe in Noord-Aerika,
terwijl de koers van dcii .i)ollar nagenoeg onveranderd bleef,
de prijs aan onze markt belangrijk verhoogd. Na cciie reac-tie op Vrijdag werd de stijgende beweging voortgezet, zoo-
dat het tlot te Chicago 9 dollarcents per 50 lbs.,
te
Winni-
peg 7 dollarcents hooger kwam dan een week geleden.
Iii het midden der afgeloopen week zijn in Manitoba-tarwe
groote zaken tot stand gekomen, toen tengevolge van den
dollarkoers de prijzen daalden. Later zijn tegen de oploo-
pende prijzen ook geregeld zaken gedaan, echter van klei
neren omvang. Ook naar Argentijnsehe tarw
–
e bestond leven-
clige vraag, en de prijzen voor die soort stegen geregeld, al
gaven de koersen aan de Argentijtisehe termijnmarkt niet daclelijk aanleiding tot sterke verhoogingen Eer der moet
de prijsstijging van Plata,tarwe gezocht worden in groots
orders, veelal voor buiten.landsche reken ing, aal de Rotter
damsche termijnmarkt voor tarve, waar belangrijk lioo-
gere prijzen werden betaald. Deze termijnmarkt baseert zich
namelijk
01)
Platatarwe, die daarvoor de goedkoopste lever.
bare tarwesoort is. Tegen het einde der week stegen de
koersen aan de Argentijnsche termijnmarkten meer; het slot
te
Buenos Aires was 20 centavos, te Rosario 30 centavos
per 100 NO-. honger dan een week geleden. De prijzen voor
Australische tarwe stegen
01)
kleinere verschepingen naar
Europa en goede vraag in Engeland, waar verscheiden
ladingen werden verkocht. De Farmboard in de Ver. Sta-
ten heeft laten weten dat de voorraden per Mei-levering
zijn gel’ikwidccrd en dat op andere termijnan geen hoeveel-
heden van belang loopen. Berichten over wintertarwe in de
Ver.. Staten melden regen in het Zuidwesten
cii
Westen.
Het landbouwbureau in Kansas schat de opbrengst in dien
staat op 54.700.000 bushels, de kleinste sedert 1917. Vorst,
droog weder en insecten hebben veel kwaad gedaan en 48
pCt. van de bebonwde oppervlakte wordt
er
als verloren
beschouwd. En Australië acht men de vooruitzichten vooT
den oogst 1933/34 minder gunstig dan in het vorige jaar
wegens gebrek aan vocht in den bodem. Sedert liet rapport
werd gepubliceerd heeft het flink geregend in Nieuw Zuid-
Wales kn Victoria. Berichten over wintertarwe in Europa
blijven over het algemeen gunstig, hoewel men nu vrijwel overal in West- en Midden-Europa naar regen verlangt. In
de Donaulaiiden daarentegen wenscht men warm, zonnig
weder.
In navolging van tarwe stegen na het midden der week
ook de prijzen van r ogge. Met name van Platarogge, wel-
ke feitelijk de eenige roggesoort is, welke in de eerste hand
wordt aangeboden. De prijsverbetering was echter lang
old
zon groot als voor tarwe, daar de vraag voor rogge niet
groot is.
In liet begin der week was na de Paaschdagen de vraag
voor aangekomen
in
a ï s nog niet groot en de prijzen kon-
den zich voor lossen de Donaumafs niet handhaven. Ver.
schillende partijen zijn in de eerste dagen der week tot
lagere prijzen opgeruimd. Ook stoomende Donaumaïs en
latere aflading waren gedrukt en werden lager verkocht,
gedeeltelijk tengevolge van ruimer aanbod uit Argentinië
zoowel va.n stoomende mais als ter verlading gedurende
de eerstvolgende maanden. Vooral de laatstgenoemde posi-
ties waren flauw en werden door de eerste en de tweede
hand tot lagere prijzen verkocht. Grootere verschepingen
van den l)onau en uit Ai-gentinië droegen tot de flauwe
stemming bij. In de tweede helft der week is daarin ver
andering gekomen, en begon de vraag levendiger te worden
Eerst in Engeland en België, waar flinke hoeveelheden Pla.
tamaïs werden gekocht, later ook in Nederland. Zoowel
voor stoomende iPlatamaïs als Donanmaïs werden hoogere
prijzen betaald en ook voor latere aflading trad eene flinke
verbetering in. Tot de vastere stemming droegen ook de
snel stijgende icoersen aan de Rotterdamsche termijnarkt
voor maIs hij. Groote orders kwamen binnen, ook wat .maïs
betreft, veelal voor buitenlandsche rekening. De grootste
prijsverhooging werd betaald voor de verste termijnen. Vom
aangekomen maïs was de verhooging niet zon belangrijk,
daar de consumptie slechts schoorvoetend de hoogere prij-
zen betaalde en de houders van maIs er de voorkeur aan
gaven hunne aangekomen partijen te verkoopen. In Argen-
tinië zijn de maïskoersen aan de termijnmarkteu allengs
opgeloopen, het meest in de laatste dagen. Het slot te
Buenos Mres was 23 centavos per 100 NO-., te Rosario 25
centavos hooger. –
Ook voor ge r s t was cle stemming tegen het einde der
week vaster, nadat in de eerste helft de prijzen slechts ma-
tig walen gestegen. De vraag was beter clan in de vorige
week en aangekomen partijen vonden eenige guldens per
last honger koopers. In Donaugerst zijn eeuige zaken ge-
da.an
, sedert zijn de prijzen verhoogd. Deze verhooging is
echter niet betaald.
voor J3oheemscbe h a ve r is de vraag verbeterd, terwijl
het aanbod uit Bohemen gering is. De prijzen zijn dien-
tengevolge gestegen. Platahaver is ook in prijs gestegen,
doch niet in dezelfde mate. Het slot voor haver aan de
termijnmarkt te Buenos Aires was 10 centavos hooger.
SUIKER.
De afgeloopen week stond in het teeken van de nieuwe
valutapolitiek der Ver. Staten, welke allerwegen groot op-
zien baarde. De stemming op de verschillende suikermark-
ten was dan ook begrjpelijkerwijs zenuwachtig.
In A m e r i k a bestond tengevolge -van ht verlatei van
den gouden standaard groote belangstelling voor suiker.
Raffinadeurs kochten belangrijke hoeveelheden ruwsuiker
van diverse herkomst tot stijgende prijzen; ruim 1.25 d.c.
werd het laatst voor Cubasniker c. & fr. New-York bètaald.
Vanzelf sprekend konden de raffinadeurs ook hun vraag-
prijzen voor het afgewerkte product flink verhoogen.
Een en ander was eveneens aanleiding voor een stijging
op dle N e w-Y o r k s eb e termijnmarkt van 0.16 d.c. tot
0.20 d.c. vergeleken bij het vorige slot.
Na levendigen handel sloot de rnarkt met cle volgende no-
teeringen: Mei 1.30,, Juli 1.37, Sept. 1.40, Oct. 1.44 en Dec.
1.46, terwijl de laatste noteering voor Spot Centr. 3.30 be-
droeg, vorig slot 3.05.
De ontvangsten in de Atlantische havens der Ver. Staten
bedroegen deze week 64.000 tons, de versmeltingen 54.000
Loos tegen 45.800 tons en de voorraden 215.000 .tons tegen
344.400 tons.
–
AANVOEREN
in tons
van
1000 NO-.
Rotterdam
Amsierdam
Totaal
Artikelen
16122
April
Sedert
Osereenk.
1
61
22
April
Sedert
Overeenk.
1933
19 32
1933
1jan. 1933
tijdvak
1932
1933
1Jan.1933
tijdvak
1932
11.
2
50
354.129 387.592
516
10.950 3.648
365.679 391.240
6.3
88
132.377 130.744
50
1.160
640
133.537
131.384
Tarwe
………………
Rogge
………………
–
9.076 9.379
–
25
–
–
9101
9.379
Boekweit ……………….
Maï
s
……………….
35.3 25
344.177
419.456
1.230 74.337 110.463
418.514
529.919
Gerst
……………..
5957
96.943
123.393
–
9.730
6.851
106.673
130.244
61.129
73.657
105
–
1.428 1.292
62.557 74.949
Lij-nzaad
…………..
4.868
..
94.723
105.903
6.479 129.334
151.241
224.057
257.144
Haver
……………..9
12
2.
265
2-1.387
35.338
–
–
50
21.38
1
35.388
Lijnkoek
……………
.
7.092
8.529
97
2.735
4.110
–
9.827
12.639
Tarwemeel
………….163
m
Andere
eelsoorten
494
15.313 16.425 870 3.468
5.458
18.781
21.883
348
ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN
26 April 1933
De laatste C u b a-statistiek is als volgt:
1933
1912
1931
tons
tons
toits
Productie
……
(Raming) 2.000.000
2,602.864
3.122.186
Ontvangsten
…………..
47.413 49.206
3784″
Totaal sedert 1/1
……..562.597
966.025
1.212.740
Versehepingen
………..
65.401 63.520
44.772
Voorraad
.
…………….
1.002.197
1.344.762
1.690.096
In
–
En ge lan d was de stemming uiterst gereserveerd.
Een enkele scheepslading ruwsuiker kon hier koopers viii-
den. Ook op de termijnmarkt ging niet veel out De totee-
r’lngen fluctueerden nerveus en varen aan het slot lager
dan bij opening, mede tengevolge van een verbetering iii
den Pondenkoers.
De N.I.V.A.S. verkocht op Java ca. 8000 bus. vaarvati,
ongeveer de helft afgekeurde suiker.
0. Czarnikow publiceert een tabel van dc productiti vtt ii
geraffineerde suiker in B r i t s c h-I ii di 6 ge:lureitdc
laatste 10 jaren:
Geraffincerd
Geraffineerct
van Riet
van ,,Gur”
Totaal
tons
tons
totis
1922/23 . .
23.931
50.261
7 4. 19 2
1923124 . .
38.385
56.513
94.808
1924/25 . .
33.870
33.656
67.526
1925/26 . .
53.088
38.479
91.567
1926/27 . .
63.057
58.486
121.543
1927/2S . .
67.808
52.054
119.863
1928/29 . .
68.050
31.037
99.087
1929/30 . . ‘ 89.768
21.150
110.918
1930/31 . .
119.859
‘
31.791
1.51.650
1931/32 . .
158.581
69.539
228.120
H i c r t e 1 a n d e was de markt zeer rustig. De îluc-
tuaties op de Amsterdam s c h e ternnninarkt varen
fractioueel. Het slot luidde als volgt: Mei
f
.S
7
fs.
Aug.
f
6, Dec.
f
64 en Mrt.
f
6%.
KOFFIE.
Op denzelfden dag, waarop het vorig Overzicht in druk
verscheen, kwam de groote verrassing, dat de Vereenigde
Staten den gouden standaard hadden losgelaten. Daar bijna
alle importzakeu uit Brazilië en uit de andere Zuid- en
Centraal-Ametikaansche koffie-produceerende inn den in den
laatsten ‘tijd in dollars werden gedaan, heeft de plotseling
opgedoken onzekerheid betreffende de naaste toekomst van
den dollar den koffiehandel, die tegenwoordig toch reeds
met zooveel bezwaren heeft te kampen, weder vooj nieuwe
en voorloopig nog niet te overzieite iiioeilijkhiecten geplaatst.
Merkwaardig is, dat, waar sommige afschepers in Sl3razili6i
in de afgeloopen week geen of bijna geen offerten hebben
gezonden, de meeste andere wel aanbiedingen maakten of
biedingen uitvoerden in dollarprijzen, lager clan in clv vorige
week het geval is geweest. De daling van de dollarwaarde daarbij in aanmerking genomen, komen deze prijzen voor
Santos in de meeste gevallen 1 gouddollar per 50 Ngr. of
ongeveer 2 Ned. ct. per Y2 K.G. lager uit dan een week
geleden, terwijl zij voor Rio dooreengenomen ongeveer 0.55
goudclollar of bijna 1% Neci. et. lager zijn. Ook de offerten
van Columbia en van andere Centraal- en ZniÛ-Amerikaan-
sche koffie’s zijn teugevolge van dezelfde oorzaken, thans
een paar centen goedkooper.
De gisteren bekend geworden statistiek van Brazilië
wijst uit, dat cle versclteping’en en de verkoopen van Santos
in cle vorige week wederom veel kleiner zijn geweest
dan in cle week daarvOOr. Verscheept werden van Santos
naar Europa slechts 25.000 balen tegen 105.000 balen in cle week daarvOOr en naar de Vereenigdle Staten 76.000 balen
tegen 100.000 halen. Verkocht werden door Santos naar
Europa slechts 40.000 balen tegen 95.000 balen en naar cle
Vereenigde Staten 60.000 balen tegen 102.000 baien. Van
Rio werden verscheept naar Europa 31.000 balen tegen
24.000 balen en naar de Vereenigcle Staten 19.000 balen
tegen 18.000 balen.
Als vernietigd
iii
cle vorige week worden opgegeven 17.000 balen te Rio, 72.000 balen te Santos en 6000 balen
te Victoria, tezamen 95.000 balen.
In het vorig Overzicht is reeds gesproken over het ultra.
moderne catleaux-steisel, dat door Brazilië is. nitgeciaehi.t iii
zijn radeloosheid om het vraagstuk der overproductie tot
oplossing te brengen. Daarbij werd de verwachting uitge-
sproken, dat het eenige resultaat van’ dozen nieiiwen maat-
regel zon zijn een daling der Braziliaansche exportprijzen
en reeds den dag na het bekend worden van het nieuwe
plan werd deze verwachting bewaarheid. Verschillende af-
schepers offreerden toen al cladelijk 20 1 25 cloilarcents
p
50 K.G. lager clan den vorigeic dag en er zijn zelfs ver-
scheideue exporteurs, die bij hun gewone offer-ten de door
hen in natura ontvangen 10 % premie aan-bieden tegen
betaling vnu vracht, belastingen cii uitvoerrechten, welke
kosten zijzelven ook
te
bCtal6ii hb6en. De zeer lage kost.
-prijs, waarop. aan iiiipOrteurl deze 10 -% prennekoffie dan
komt te taan, is gelijk te stellen niet een prijsverlaging
van de eienljke offerte mt ongeveer 35 1 40 clollarcents
-(Ca.
‘fs
ct. per
4
K.G.).
Dc kost. en vrachtaaitbiechingen van Snntos – zijn op het
oog’e ibl ik vooc- gewoon goed beschreven Sn perior San-los
qp pronipte verscbeping- aan te nemen 01)
$
9.35 Ii- 9.65, voor
dito Pritne op
$
9.60 1 9.90 en voor Rio type lÇew-York 7
niet beschrijving, prompte verscheping. op $ 8.55 it 8.65.
Bij deze prijsopgave zijn cle offer-ten met 10 % Pi’emniekofîie
herleicl tot cle waarde zonder premiue. Bij de lagere wiia,ncie
van ([en dollar komen de lnergenoemi’ide aanbiedingen, om-
‘gerekend iii gouddollars. ongeveer uit als volgt:
–
Santos Snperior $ 8.50h 8.75) = ongeveer 1 goucidlollar lager l’riirie
,. 8.70 1 9.-)
dan verleden week,
Bio 7
.,7.75 17.85 = ongeveer 0.55 gouddollar
–
lager cIa ii veidecleri week.
De prijzen in the eerste hand in iNcclerlanclsch-Iuchië zijn
–
op het oogenblik voor de ongew’asschen Sumatra Robusta-
soorten bij zeer beperkt aanbod
1%
ct. per 3′ K.G. hooger
doch gewasselicu Bobusta is Y2 cL lager. De noteeringen
zijn iian te nemen 01):
.i’alem
–
iibang Robusta, Mei-verscliepiiig. 17m/i ct.; Benkoe-
hen Bobusta 5.tei-versc’heping, 17Y., ct. ; Siandlieling Robns-
te, Mei.verseheping, 18Y2 ct. ; W.I.B. faq. Robnsta, Mei-
verscheping, 22/ cl., alles per Y2 N.G. cif, uitgeleverd ge-wicht, netto contant.
De notc’eringen aan cle termnijnniarkten ontgingen tien
invloed ,’nn de prijsverla.gii:cg vaii San-tos-koffie natuurlijk
niet, doelt cle noteerimigeis welke, vooral voor cle meer ver-
cvijchvrde maanden in verhouding toch reeds laag warelf te
noemen, liepen veel minder terug dan cle prijzen in het
‘hiroduetiehe til. Aan cie Botterdanische termijnmarkt liep
Mei
71
ct. en liepei.i cle verdere niaanchen 4 Ii % ct. per
14 NO.
terug. April noteert thans 19, Mei 17%. Septem-
ber
16%,
Jecenilee- 16% en Maart 1034 – 1614 ct. per
14
K.G.
Ook dc officieele hoco-noteering van Superior Santds
nioest ziaticurlijhc cvorclen verlaag:l. Zij werd gebracht van
2614
op 25 ct. per
14
NO-.; de noteering valt Robusta kwam
van 2314 op 23 eh
De slotno-tee-ringeri te New-York waren
Geiiiengd contract
Sai.itos contract
(basis Rio No. 7)
(basis Santos No. 4)
Ski Sept. Dec. Mrt. Mei Sept. Dec. Mrt.
24 Apeil
$
5.63 5.63 5.63 5.60
8.16 7.98 7.88 7.80
iS April …..5.32 5.02 4.97 4.88 7.69 7.28 7.18 7.11
10 April …..5.42 5.36 5.08 5.-. 8.01 7.38 7.26 7.18
3 April …..5.34 4.99 4.92-.- 7.71 7.16 7.07 7.01
Rotterdam, 25 April 1933-
N.B. De prljsstatistiek isinhet,,Econ.-Stat.Kwartaalber.”opgenomen
INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN.
Bedrijfsleven en de strijd tegen
de Armoede in Nederland
door Dr. CH. A. VAN MANEN.
Prijs ingenaaid
f 3,-.
Gebonden
f 4,75.
Voor leden der Vereenigiug en geabon-
neerden op het Weekblad wordt dit werk
beschikbaar gesteld tegen den prijs van
f 2,50 ingenaaid en
f 4,-
gebonden.
Bestellingen richte men tot het Secretariaat
van
het
Instituut, Pieter de Hooehweg…22,’ onder
–
gelijk-
tijdige remise per postwissel 6f ôj
–
‘ dtèh4p- èn
girorekening No.
8408, Rotterdam.
Economisch–stat isti sch
Kwartaalbericht
Uitgave van het Nederlandsch Economisch Instituut
(Bijvoegsel van het Weekblad ,,Economisch-Statistische Berichten”)
No. IX
WOENSDAG,
26 APRIL 1933
INLEIDING.
Met betrekking tot het achter ons liggend kwartaal
valt inzonderheid te wijzen op twee groote gebeurte-
nissen, de politieke omwenteling in Duitschland en
(Ie bankcrisis in de Vereenigde Staten.
Uit economisch oogpunt zijn de gevolgen van de po-
li verander:ingen in Duitschland zoowel nationaal
als .internataonaal nog niet te overzien. De Nationaal-
Socialistische Regeering is nog te kort aan het be-
wind, dan dat men hare daden op economisch gebied
zou kunnen beoordeelen. Twee groote vraagstukken
heeft zij in de allereerste plaats op te lossen, t.w. de
werkloosheid, die in Duitschland nog steeds enorm
is, en cle verhouding van Duitschiand tot het buiten-
land met betrekking tot den internationalen handel
en de buitenlandsche schulden.
Beide vraagstukken hangen in belangrijke mate
samen. Oplossing van het werkloosheidsvraagstuk in
l)uitschland is zonder herstel van den. interuationa-
l.en handel niet ‘mogelijk, ten-zij laflgs den van Na-
tionaal-Soci al istische zijde gepropageerden weg van
algemeenen arbeidsdwang. Het is in een land als
i)uitschland met zijn sterke uitvoernijv erheid eene
illusie te meenen, dat men langs den weg der vol-
leclige autarkie kan komen tot eeni duurzame ver-
grooting van de nationale werkgelegenheid, tenzij men
het ,,Russische” middel van den arbeidsdwang in toe-
passing wil brengen. En zeker is het, dat de toepas-
sing van een autarkisch systeem, waarbij immers niet
slechts de invoer, doch ook uitvoer en verkeersbe-
drijven een knak krijgen, de betaling van buiten-
landsche schulden, welker voldoening terecht door
den ten tweede male tot Rijksbankpresident benoem-
den Dr. Schacht noodzakelijk wordt geacht, bijzon-
der zal bemoeilijken.
Voorloopig vormt de onzekerheid ten aanzien van
den koers, dien Duitschiand zal nemen, een beletsel
voor het herstel van het internationale vertrouwen,
hetgeen bv. in het begin van April duidelijk is ge-
bleken bij de vervroegde aflossing van het indertijd
aan de Rijksbank verleende internationale steunere-
diet, waardoor een algemeene en acute koersdaling
van Duitsche fondsen werd veroorzaakt.
Het vraagstuk der internationale handelsbelem-
meringen, dat in deze phase van de depressie zulk
een struikelblok voor het herstel vormt, is door het
optreden van de nieuwe Regeering in Duitschiand
niet verder gekomen. integendeel, reeds door een aan-
tal maatregelen (verhooging van de invoerrechten op
eieren en kaas, Fettwirtschaft, e.d.) is dit vraagstuk
verder van zijne oplossing gebracht. Het is teekenend
voor de situatie, dat Duitschland zich bereid heeft
verklaard om op de te houden Pinanciëele en Eco-
nomische Wereldconferentie mede te werken aan
tariefsverlaging, maar daarbij alleen heeft gedoeld op
de tarieven der industriëele producten. Aan de land-
bouwprotectie zal dus niet worden getornd, maar
daar, waar Duitschlands exportkracht ligt en waar
zijn binnenlandsche afzet relatief ‘het minst van het’
buitenland heeft te duchten, wil het wel medewerken
aan verlaging.
1-let
is
duidelijk, dat er in deze mentaliteit nog heel
wat veranderen moet, voordat een vruchtdragende
actie tot vermindering van handelsbelemmeringen mogelijk zal zijn. Men zal er daarbij – en dat geldt
niet slechts van Duitschland, doch ook van andere
landen, die in het protectionistisch vaarwater steeds
verder afdrijven van gezonde economische beginselen
– niet op moeten hopen, dat men de zondaars tot
inkeer brengt door hen te wijzen op het nadeel, dat
zij anderen berokkenen, doch slechts dun kans op
succes hebben, wanneer men hun kan aantoonen, dat
eenerzijds maatregelen van bescherming uitermate
gevaarlijk kunnen worden, zoodra de productie, dank
zij deze bescherming, zoo groot gaat worden, dat de
binnenlandsche markt overvoerd wordt en men tot
afnemende prijzen naar het buitenland moet expor-
teeren, en anderzijds dat de bescherming van bepaal-
cle bedrijfstakken voor de binnenlandsche markt de
positie van de eigen uitvoerbedrijven steeds moeilijker
maakt.
Ta
nieer men dan tenslotte nog wijst op het feit,
dat in het huidig stadium vrijwel elk beschermings-
maatregel elders tegenmaatrgelen in het leven roept
– onze Nederlandsche landbouw levert daarvan het sprekend bewijs – en ‘dat de economische waanzin
zoodoende steeds grooter wordt, dan heeft men wel-
licht kans om de verdwaasde wereld weder tot bezin-
ning te doen komen en te geraken tot die mate van
overleg, die voor de regeling van den ontredderden
boedel noodig is. Daartoe zal de Economische Wereld-
conferentie moeten dienen, maar of zij thans in het
licht van datgene, wat nog dagelijks gebeurt, de
kracht zal kunnen ontwikkelen om tegen den stroom
in te gaan, een stroem, die tenslotte uitgaat van de
gezamenlijke Regeeringen, die ter Oonferentie om
de groene tafel zullen gaan zitten, is nog een open
aag.
Ziet het er met het vraagstuk van de internationale
handelsbelemmeringen nog verre van fraai uit, zoo
INHOUD
BIz.
Inleiding
………………………………
XXXVI.[
De loop
der
prijzen
……………………..
XXXVIII
Productie
en
voorradcn
………………….
XXXJX
Voorraadstatistiek van groothandelsartikeleii
.
XL
Celd-
en
kapitaaiiiiarkt
………………….
XLII
Lijnen betreffende de conj unctuur in Nederl an cl.
XLV
De hiiitenlanclsclie hauçlei
van Nederland
in de
laatste
10 jaar
……………………….
XLVIII
De buitenlandsche handel van Nederland in ver-
gelijking met dien van andei’e landen
L1II
Seizoens(luctuaties in den in- en uitvoer van Ne-
derlatid………………………………
Lvi,
Seizoensfluetuaties van liet i’ond Sterling
LTX
1
lIet prijsverloop van groothandelsarti kelen gedu-
rende het eerste kwartaal van 1933 ……….
LX
Statistisch overzicht van groothandelsprijzen
.
LXIII
De ecouomische toestand van Nederlandscli-Indië,
i)tiitschland, (root-Brittannië en de Vereenigde
Staten
…..
…………………………
LXX.E
Conj unctuu rgegevensbetreffende Nederland, Ned.-
Indië, Duitsebland, Groot-Brittannië en de Ver
eenigde
Staten
,
……………………….
LXXII
XXXVIII
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1.933
hebben ook de recente gebeurtenissen in Amerika den
wereldtocstand voorshands aanmerkelijk onoverzich-
telijker gemaakt. :De bankcrisis, cli.e kort na de ambts-
aanvaarding van President Roosevelt in de Ver. Sta-
ten uitbrak, scheen aanvankelijk door den nieuwen
bewindvoerder op energieke en vertrouwenwekkende
wijze te worden aangepakt. Strenge contrôle
0
1) liet
ba
–
nkwezen, steunverleen ing aan instellingen, die
liquiditeitsmoeilijkheden ondervonden, reorganisatie van banken., die zich in iusolvente of duurzaam be-
vroren dehiteuren hadden vastgewerkt, een en ander
gepaard met een. rationeele uitbreiding van de he-
voegdhedenv an het Federal Reserve System en van
de Reconstructi on Fina nee Oorporati on, daarnevens
een krachtig streven naar herstel van het budgetaire
evenwicht bij de steunende Overheid en naar hand-
having ‘van cciie stabiele valuta, dat alles maakte aan-
vankelijk een zeer gunstigen indruk.
Zeer plotseling is echter Roosevelt gezwicht voor
den aandrang dergeiien, die op een snelle verheffing
van het binnenlandsch prijsniveau in de Ver. Staten
willen aansturen. Het laatste punt van het hierboven
genoemde programma, de stabiele valuta, werd los-
gelaten.. De President verkreeg machtiging om tot
cciie devaluatie van den Dollar over te gaan. Op welk
peil dit zal geschieden, is onzeker; als minimum is
gesteld de helft van het huidig goudgewicht.
De w.ispeltnrigheid, waarvan de Amerikaansche po-
litiek getuigt, is weinig bevorderlijk voor het zoo
uitermate nood.i.ge
herstel van het internationale ver-
trouwen. Op de kapitaalmarkt veroorzaakt de Amen-
.kaan.sche maatregel een nieuwen schok in verband
‘met het nadeel, dat aan de houders van doilarobliga-
ties wordt aangedaan. Beter ware daarom een reflatie-
politiek met behoud van de vroegere goudhasis ge-
‘eest en gevoerd in. overleg met andere landen.
Welke de gevolgen van de nieuwe Amenikaansche
politiek zullen zijn, is nog volstrekt niet te zeggen.
Alles toch zal afhangen van de mate, waarin de Ame-
rikaansche geldci rcu lati e zal worden uitgebreid.
Het schijnt ons niet juist om a priori aan de
Amerikaansche politiek, op welker nadeelen wij met
een enkel woord wezen, elke goede zijde te ontzeggen.
immers,
als
de lijn, die de vorige week werd gekozen,
verder wordt gevolgd, zoo kan het zijn, dat een aantal
vraagstukken eerder tot oplossing zal komen, dan
vôôr liet aanvaarden van de devaluatiepolitiek ver-
wacht mocht worden. Wij denken bv. aan de inter-
nationale politieke schulden en aan de handelsbelem-
meringen. De schulden zullen automatisch worden
verlicht, als de Dollar in waarde daalt, hetgeen dus
een verlichting van cle positie van, alle debiteuren-
landen tegenover Amerika beteekent. .En de handels-
belemmeringen, die Amerika zelf op zoo ruime schaal
heeft ingevoerd, zullen allicht minder hegeerd wor-
den, nanneer in Amerika als gevolg van de stijging
van het prijsniveau een aantal ondernemingen tot
opleving komt en deze de bescherming minder noodig
zullen hebben., dan in den huidigen dep:ressietijd. Ook
liet vraagstuk van den schuldenlast van den landbouw
in Amerika zelf worcli bij stijg.ing van het prijsniveau
gemakkelijker.
In.tusschen, dit alles :is nog verre van zeker en daar-
om zijn verdere beschouwingen in dit Stadium van de zaak .00k nog zeer speculatief. Het scheen ons slechts
noodig niet alleen op de schaduwzijclen van de A.me-
r.ikaan.sche politiek de aandacht te vestigen.
Voor cciie oplossing van het internationale geld-
vraagstuk schijnt een spoedige stabilisatie van den
Dollar op een vaste goudbasis zeer gewen’scht. Uitstel daarvan. beteekent een fluctueerende dollarwaarde ten
opzichte van .de valuta
van.
dle landen, clie niet de-zelfde politiek volgen als de Vereenigde Staten. Dit
schept een toestand, die voor internationale stabilisa-
tie van de onderscheiden geldeenheden verre van gun-
stig is.
DE LOOP DER PRIJZEN.
De daling van de groothandelsprijzen heeft zich in
het afgeloopen kwartaal weer verder voortgezet. in de
belangrijkste goudlanden heeft het prijspeil overal
ccii nieuw laagtepunt bereikt, meestal in Februari jl.,
terwijl sindsdien in ccii aantal landen weder eenig
herstel intrad. Zelfs Engeland heeft zich aan deze
daling niet kunnen’ onttrekken. In de meeste overige
landen met een gedepreciëerde valuta heeft echter
een stijging van de groothandeisprjzen – in japan
cii Denemarken zelfs een zeer aanzienlijke – plaats-
gevonden. ‘De omvang van deze stijging hangt, zoo-
als
‘begrijpelijk
is, nauw samen met de mate van
clepreciatie. Daarentegen is in Zweden het peil der
g roothandeisprijzen, ii a den betrekkelijk stabieleri
toestand in 1032, niet onbelangrijk gedaald. Men zie
voor een en ander de onderstaande tabel.
De daling van de goudpr.ijzen ging zoowci van cle
grondstoffen als van cle half- en ei ndfabrikaten uit.
Wat de eerste betreft, bereikte liet indexcijfer van
grondstoffen (goudprijzen) van ,,The Economist” in
Februari een nieuw laagtepunt op 77.2
(is
Sept. 1031
= 100). Daarop is echter in April een aanmerkelijk
herstel gevolgd.
Allerwegen heeft dus in de goudiancien het def in-
tieproces weer verderen voo m
rtgang geaakt. De stij-
ging, die in den zomer van het vorige jaar verwach-
tingen wekte voor een blijvende verbetering der prij-
zen, is verloren gegaan en heeft zelfs voor een nog
verdere daling plaatsgemaakt. In dit .opzicht is de
situatie sedert het midden van het vorige’ jaar niets
verbeterd, doch veeleer ongunstiger geworden.
Analyseert men den toestand nader, dan blijkt de
prijsdaling het gevolg te zijn van verschillende fac-
toren, die vaak een tegengestelde werking uitoefenen en soms ook verschillen van diie, welke zich een half
jaar of een jaar geleden voordeden.
lIet opmerkelijke is, dat de quantitatieve ver.hou-
ding tusschen vraag en aanbod van verschillende, be-
18
September 1931
=
lOO
1913= 100
1914
=
lOO
1913
=
100
Indexc. ,,The Econoinist”
..
Data
Totaal
Grond
Goud
Zweden2)
O
.
ix
sffn
prijzen
•
30Dec.
’31
.108.9
.117.1
04.4
96.1
93.4 96.9 94.6
85
109.9 (76.5)
119
83.1
103
131.0
105
110.0
114.1
27
Jan.
’32
1.08.3
115.7
93.8 93.5 93.6 95.8 91.6
84
108.5 (77.6)
118
80.8
101
130.0
104
108.4 120.5
29
Juni
’32
97.4 90.3 80.5
86.4
91.5
89.5
88.1 78
107.5
(75.0) 113
74.7
95
127.8
94
104.0
110.6
21 Sept.’32
106.0
1.17.4
89.6
90.5
89.7 91,2
87.1
76
109.4 (72.6)
119
77.0
95
132.4
92
104.5 126.5
14Dec. ’32
102.2
112.1
78.2
85.1
87.0
91.4 85.0
77
1.06.7
(71.2) 119
75.4
92
125.6
89
100.0
139.5
11 Jan.
’33
1018
.109.7
80.3
83.1
87.1 00.7
83.8
75
104.1
(70.9)
117
75.3
91
123.5
88
99.8
139.8
25
Jan, ’33
101.3107.7
78.0
80.5
88.1
90.2 83.8
–
103.6 (70.4)
8Il,’ehr.’33
100.0
105.2
77.2 80.2
88.1
89.8
83.2
74
103.6 (70.2)
124
73.8
90
90.3
135.7
S Mrt. ’33
99.2
105.1
–
–
87.2
88.0
84.1
72
123
72.6
5Apr. ’33
98.2
102.9
82.0 81.5 87.0
86.2
1
)
83.21)
–
19 Apr. ’33
98.7
104.6
88.7 82.41)
–
86.1
1
)
84.0
1
)
‘ Deze cijfers hebben betrekking, op 12 April
2)
Maandgemiddelden. Cijfers tussehen haakjes gpudpariteit.
26 April 1939
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
XXXIX
1 angrijke goederen ii jet ongu nstiger is geworden hier
en daar is zelfs een aanmerkelijke verbetering inge-
treden, hetgeen blijkt uit de ontwikkeling van de
zichtbare voorraden. Van
deze
zijde was daarom eer-
der ccli prijsstijging te verwachten geweest.
I-letzel:fde geldt voor een belangrijke monetaire fac-
tor, het Engelsche Pond, dat, zooals wij reeds vroeger
hebben opgemerkt, een belangrijken invloed op de
prijzen van enkele grondstoffen uitoefent. De koers-
stijging in liet begin van dit jaar en cle stabiele hou-
ding van het Pond in cle laatste maanden hadden im-mers op zichzelf beschouwd tot hoogere prijzen aan-
leiding moeten geven.
Dat ondanks deze betrekkelijk gunstige situatie de
prijzen verder zijn gedaald, bewijst, dat cle ongucstige
factoren cle overhand hebben gehad. Welke hiervan
weer de voornaamste zijn geweest, is moeilijk te zeg-
gen.
l)c nog steeds in aantal toenemende protectionis-
tiselie maatregelen hebben zonder twijfel een nieuwen
impuls aan de prijsdaling gegeven. De were.lclmarkten
van diverse producten worden nog voortdurend klei-
ner, waardoor liet vergroote aanbod, zoowel bedoold in
absuluten als in relatieven zi ii, de prijzen ongunstig blijft beïnvloeden, zoolang de hierdoor noodzakelijk
geworden aanpassing zich nog niet heeft voltrokken. Dat dergelijke en andere noodzakelijke aanpassin-
gen, voorzoover zij zich door de ouistancligheden niet
vanzelf voltrekken, een buitengewoon moeilijk pro-bleem vormen, bewijst een andere factor, welke niet
bijzonder bevorderlijk is voor stabiele prijsverhoudin-gen. Wij doelen hier op cle voortdurende onderhande-
lingen, di.e tusscheri de producenten van sommige
grondstoffen worden gevoerd om tot overeenstem-
ming inzake een beperking van de productie te komen
(petroleum, zink, koper). De geringe bereidheid om
de productie, waar zulks nooclig i.s, te beperken, kan
niet anders dan noodlottig op de prijsverhoudingen
werken hij een bijna allerwegen afnemende consump-
tie en een voortdurende verkleining van de wereld-
markt.
Tenslotte zouden wij nog een factor willen noemen,
waarvan men den omvang in geenen dccle kan bere-
kenen, maar die nochtans voor do prijsbeweging,
zoowel direct als indirect, van zeer groot belang is
t.w. het algemeene tekort aan vertrouwen. Het ver-
trouw’en der mensehheid in economische maatregelen
heef t dè laatste jaren wel een zeer gevoeligen kaak
gekregen. Het is deze week 3Y2 jaar geleden, (24
October 1929), dat de crisis begon en sedertdien is
het bijna voortdurend bergafwaarts gegaan. Wel Icon-
den bepaalde maatregelen hier en daar de beweging
stuiten of zelfs van richting doen veranderen, alras bleek meestal, dat zij ôf te kunstmatig ôf te weinig
doeltreffend waren. Onder deze omstandigheden :is
liet niet te verworideren, dat het vertrouwen lang-zamerhand bijna overal is verdwenen, hetgeen ook
hieruit moge blijken, dat de markten op bepaalde ge-
beurtenissen lang niet meer in diezelfde mate reagee-
ren als dat onder normale verhoudingen zon geschie-
(leO. En helaas vaak terecht.
Deze mentaliteit mist zijn uitwerking op de prijs-
ontwikkeling niet. De voorraden in de tweede en ver-dere hand zullen waarschijnlijk tot een minimum zijn
teruggebracht, temeer ook waar verschillende onder-
nemingen met liet oog
01)
haar afnemende liquiditei t
slechts •bij mondjesmaat kunnen koopen. Zoolang de
prijsdaling echter blijft aanhouden en de voorui tzih-
ten onizelcer zijn, zijn handel en industrie niet bereid
over te gaan tot aanvulling van voorraden, waar-
op tot dusverre per saldo nog altijd verlies is geleden.
Welke voorwaarden voor een verbetering in den
economischen toestand vervuld moeten worden voor-
dat liet vertrouwen wederkeert, daarop hebben wij in
dit kwartaalbericht reeds meermalen gewezen. Een aanvulling van de voorraden kan weliswaar tot een
prijsstijging leiden, maar een dergelijice politiek moet
tenslotte – wil zij uiteindelijk effect sorteeren –
gebaseerd zijn op een opleving in het bedrijfsleven.
Dit laatste houdt mede verband met en is tot
01)
zekere hoogte nauw afhankelijk van de ontwikke-
ling
01)
de belangrijkste kapitaaimarkten. Alvorens
wij tot een beschouwing bi ervan overgaan, zuilen wij
eerst eenige aandacht schenken aan de wereldproduc-
iie en -voorraden.
Productie en voorraden.
Produci e van vo edings- en genoins idd clan.
hoewel- de tcsrweprjs in de afgeloopen maanden
van een vaste stemming heef t blijk gegeven en ook d
statistische positie op het oogenblik niet bijzonder
ongunstig is, zijn de vooruitzichten niet van bemoe-
digden aard.
De oorzaak hiervan ligt niet bij liet aanbod v an de
cxportlanden. Volgens de statistieken. van het inter-
nationaal Landbouw in sti tuu.t te Rome bedragen,
volgens de schattingen van Maart de te exporteereil
hoeveelheden tarwe in dit oogstjaar 348 millioen
(lui ntalen. De verdeeli ng van deze hoeveelheid over
de verschillende exportianden en de vergeljkende cij-
fers van vroegere oogstjaren laten wij hieronder vol-
gen.
i.[oeveelheid tai’we beschikbaar voor export
(iii inill. quintalen).
1926-
1927
1927-
1928
1928-
1929
1929-
1930
1930-
1931
1931-
1932
Schat-
ting
Maart
1933
92
110
140 84 109
Dl
121
Canada
………..
74 74
96 104
101
124
105
Ver. Staten
…….
Argentini€
.
……
.53
68
88
51
50
48
50 35
26
37
27
55
51
52
Sovj. Rusland
. . .
11
0 0
3
31
iS
5
Australië
………
2
0
0
0 0 0
Indië
………….3
Douaulanden
1)
. . .
12
9
10
14 12
22
3
Noord-Afrika
0
3
4
4
4
6
4
Stoom hoeveelh
10
13
12
10
U
10
S
Totaal ……..
.290
305
387
297 373
370
348
1)
]lulgarij.e,
1
Ilongarije, Roemenië en Joego-Slavië.
Dat de vooruitzichten, ondanks het lage export-
quantum in dit jaar, vergeleken met cle heide vorige oogstjaren, zoo ongunstig zijn, is een gevolg van cie
verminderde vraag van de invoerlanden. De invoer
van de Europeesche importlariden wordt op 120 mii-
Ïioen quintalen geschat, de laagste hoeveelheid die in
de laatste jaren is voorgekomen.
etto-i.inporten van tarwe in Europa
(in niill. quiiitalen).
1927-
1928-
1929-
1930-
1931- 1932-
erioden
1928 1929 1930
1931
1932
1933
le halfjaar
….
1
88,1
86,0
74,S
85,4
79,1
57,6
2e
..
. . . .
88,9 91,0
65,1
81,8
87,1
Totale campagne
177,0
1177,0 1139,9
1167,2
1
166,2 120,0
1
)
1)
Schatting.
Met de overige consumptielanden medegerekend,
zal de vraag van de invoerlanden dit oogstjaar in
totaal naar schatting 170 niillioen ciuintalen bedra-
gen. Daar voor export dit oogstjaar 348 millioen
qui ntalen beschikbaar komt, zullen de voorraden op
1 Aug. as. waarschijnlijk 178 millioen groot zijn
tegen 154 millioen cuintalen op 1 Aug. 1932.
De tarwepositie hart in verband niet de enorme
voorraden, die te verwachten zijn en welke liet hui.-
dig’e verbruik ‘afl 65n jaar van alle importianden,
zullen overtreffen, slechts verbeteren door drastische produ ctiebeperk ii igci i – de weersinvloeclen buiten
beschouwing gelaten, liet is maar al te zeer te ven-
schen, dat dc Parm Relief Bill, die thans in de Ver.
Staten is ingediend, en welke beperking der productie
XL
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26
April
1933
ton doel heeft, bij invoering ook inderdaad resultaten
zal opleveren. fiiertoe is echter nooclig, dat de im-
portian den niet opnieuw door productie-uitbreiding
cn verdere vermindering van de invoeren veroor-
zaken en op deze wijze de waarde der productiebeper-
king door de exportlanden verminderen of zelfs ge-
heel teniet doen.
Dergelijke verhoudingen zijn niet denkbeeldig, het-
geen duidelijk hij een ander product, de
suilcer,
wordt
gedemonstreerd. De zichtbare wereldvoorraden be-
droegen begin Maart 8.8 millioen ton, dat is 100.000
ton meer dan een jaar geleden.
Op
Java alleen be-
droegen de voorraden op 1 Maart ji. 2.7 millioen
tegen 1.8 inillioen ton een jaar geleden. De wereld-
productie wordt voor dit oogstjaar op ongeveer 23.5
millioen ton geschat tegen ruim 26 millioen ton in
1931/32 en 28.5 nillioen ton in 1.930/31. Bovendien
is voor het volgende oogstjaar op Java een drastische
vermindering van de productie te verwachten (vol-
gens schatting zal de productie ongeveer 450.000 ton
bedragen tegen 3 millioen ton in
1931/32).
Dienten-
gevolge zullen de voorraden het volgend jaar sterk
moeten verminderen en tot gezonder verhoudingen
kunnen ‘bijdragen. liet is echter te vreezen, dat deze
verwachtingen niet geheel in vervulling zullen gaan.
immers, tegelijk met de plannen voor een productie-
beperking op Java en Cuba (tot’2 mill.ioen ton) wordt
in vele Europeesche landen de productie uitgebreid.
Volgens schatting van Licht zal de bebouwde opper-
vlakte in Europa voor het komende oogstjaar
1.463.300 tegen 1.327.103.
H.A.
in 1932f33 bedragen
Dit streven naar zelfgenoegzaamheid, waarvan vooral
VOORRAADSTATISTIEX VAN GROOTHANDELSARTJKELEN.
1)
KOPER
2
)
TIN3)
–
LOOD4) ZINK
I
RUBBER)
SUIKER
6
)
KOFFIE7)
THEE
TARWE’°
KATOEN ii)
Wereld
.
Wereld
Kartel
Wereld Wereld .
Wereld
Sant.
Londen
Wereld Wereld
1fl
dam
tofls
ir0
I1O
in 1000 tons
in millioen balen
E
inIl.
1′
q
ale
00
tons
tons
1925
17.1
11
3.3
13
5.2
4.49
50
187.3
31,5
5.635
26 1926
15.8
11
3.2
12
4.9
6.0
9
53
191.3
57,4
40.5
8.225
35
1927 15.6
11
3.8
15
5.3
13.1
9
89
213.0
64,7 47.3 7.037
28
1928
292
16
24.9
15 4.4 16 5.2
13.6
83
220.5
88,2 50.0
7.024
28
1929
401
22 32.4
18
334.5 42
6.7′
25
5.1
20.0 118
260.4
89,6
72.9
7.234
28
1930
535
42
46.6 30 90.5
479.9
69
8.5
31
5.2
24.1 131
261.6
68,5
72.9
9.731
32
1931
59.2 42
148.3
623.6
90
8.8 33 6.9
27.4 154
244.7
89.4
76.1
10.709
48
1932
55.9
47
177.0
148.5
611.8
92
8.9
33
6.2
22.2
121
285.8 64.2
74.1
10.807
49
Jan. ’30
435
34
33.3
21
362.2
52
6.6
24 5.1
21.1
117 266.6
91,1
72.1
7.421
29
Febr.
457
36
37.0
24
392.1
57
7.1
26 5.3
21.4
120
267.0
102,4 68.9
6.969
28
Maart
479
38
35.3
22
409.3
59
7.7
29
5.3
22.2
123
248.9
108,4 ‘64.8
6.436
25
April
525
42
41.7
26
45.1
408.4
59 7.8
29
5.3
24.0
131
234.8
119,6
58.8 5.698
23 Mei
528
42
44.4
28 51.7
400.4
58
7.4 28 5.5
24.3
131,
215.0
126,5
51.5
5.102
20
Juni
522
41
46.4
29
57.0
407.2
59
6.8
25
5.6
22.8
127 209.1
117,6
47.4
4.756
19
Juli
517
41
46.6
30
63.1
414.8
60
6.2
22 5.4
22.1
123
201.2
123,3
51.5 4.317
17
Aug.
532
42. 47.4
30
70.7
431.8
62
5.9
21
5.5
23.7
131
214.9
119,6 58.7
4.525
20
Sept.
545
43 44.1
28
72.0
449.2
65 5.5 19 5.5
22.0
123
223.0
96,8
68.0
5.661
25
Oct.
554
44
44.8 28 81.5
448.5
65
6.4
22
5.0
24.3
131
234.8
89,0
66.1
8.050
36
Nov.
543
43
45.4 29 87.9 457.1
66
7.7
29
5.1
24.4
132
243.5
75,5
67.6 9.068
40
Dec.
535
42
46.6
30
90.5 479.9
69
8.4
31
5.2
24.1
131
261.6 68,5
72.9
9.731
32
Jan.
’31
525
42 48.7
34
111.5 498.7
72
8.4
31 5.4
23.4
129
273.5
84,0
75.2
9.421
42
Febr.
519
41
51.8
37
123.2
513.4
74
8.7
32 5.9
22.6 128
270.4
91,4
78.8
9.327
41
Maart
510
40
51.6
36
130.0
.
519.0
75
9.0
33
6.0
22.3
128
242.2
86,5 75.0 9.039
40
April
523
41
54.6 38
133.2
524.0
76
9.3
34
6.2
21.3
123
212.0
94,2
67.1
8.356
37
Mei
551
44
58.0
41
140.7
536.9
78
8.7 32
6.4
20.0
118
205.3
96,9
60.0
7.784
35
Juni
564
45
58.8
41
138.1
539.4
78
8.1
29
6.4
19.1
114
203.0
99,1
55.4 7.222
32
Juli
582
46
58.1
41
132.9
551.0
80
7.5
27 7.0
20.8
125
198.1
102,0
57.8
6.592
29
Aug.
596
47
56.7 40
133.5
550.3
80
7.3
26
7.0
23.0
135
205.9
101,6
62.5 6.177 27
Sept.
823
49 56.8 40
131.8
556.9
80
6.8
25
6.6
25.0
142
195.1
88,3 62.5
7.040
31
Oct.
57.8
41
137.4 583.7
84
7.5
28
,
6.4
25.8
144
206.9
85,3
66.1
9.157
41
Nov.
58.7
41
141.1
204.0
607.0
88
8.9
30 6.8
26.5
149
219.5 81,0
67.7 10.545 47
Dec.
59.2
42
148.3
197.0
616.9
90
8.7
33
6.9
27.4
154
244.7
89,4
76.1
10.709
48
Jan. ’32
60.4
50
156.4
189.3
646.6
98
8.3
31
7.0
27.4
146
248.3
83,4
79.0 10.742 48
Febr.
(684)
59.6
50
161.9
191.2
834.9
116
8.4
33
6.6
27.6
146
240.4
80,2
76.5
10.613
47
Maart
(686)
60.2
50
165.7
182.4
614.9
93
8.7
33
6.5
27.8
146
213.3
75,9
74.5
10.141 35
April
(685)
60.5
50
165.3
177.5
614.7
93
8.8
33
6.7
26.7
142
171.2
71,7 66.2
9.412
34
Mei
(688)
59.4
50
189.1
1744
621.8
94
8.3
33
6.9
23.8
131 182.1
73,6
61.0
8.875
43
juni
(700)
58.2
49
176.8
173.8
585.2
89
8.1
30
6.7
22.4
126
182.2
72,0 55.6
8.159 46
Juli
(708)
59.8
50
176.8 167.8
573.0
87
7.7
29
6.3
–
–
198.1
75.4 51.0
7.682
42
Aug.
(725)
58.7
47
173.4
163.2
589.4
89
7.5
28
6.0
–
–
202.7
92.5
53.0
7 548 38
Sept.
(722)
56.3
47
169.9
160.5
595.4
90
7.0
26
5.7
–
219.1
79.0
62.2
8.239
37
Oct.
(716) 56.1
47
167.1
154.6
599.2
91 7.8
29
6.3
-.
–
239.0
61.1 66.1
9.552
43
Nov.
(713)
56.2
47
175.1
153.8
603.2
92
8.9
38
6.0
22.8
.123
263.8
61.7 65.7
10.778
48
Dec.
(694)
55.9
1,7
177.0
148.6
611.8
92
8.9
33
6.2
22.2
121
285.8
64.2
74.1
10.807
48
Jan. ’33
54.3
45
188.6
148.9
608.9
92
8.6
32 5.6
21.5
115
295.5
83.9
80.4
10.832
49
Febr.
52.7
44
147.6
604.9
91
8.5
32
5.8
17.5
99
292.1
98.6
77.6
10.365
46
Maart
51.7 43
8.8
33
6.1
95.9
9.866
44
De cijfers hebben betrekking op het einde van de maand
(jaar)of het begin van de daarop volgende maand.
Met uitzondering van de voorraden in Japan. De cijfers
tusschen haakjes zijn niet.officierj en ontleend aan het
Bulletin Mensuel de Statistique (Volkenbond).
De visible supply volgens W. 1-1. Gartsen (vroeger Ricard
en Freiwald). Verbruik voor 1932 geschat opI20.000 ton.
) Voorraden in de Ver. Staten en Engeland.
Wijnand & Keppier’s Rubberbericht. Zichtbare voorraden volgens Czarnikow.
Statistiek der firma G. Duuring & Zoon.
Niet inbegrepen de binnenl. voorraden in Brazilië
Sedert Juni niet inbegrepen de gouverneinentsvoorraden
van Sao Paulo.
Alleen de binnenlandsche voorraad te Santos.
Statistiek van George Broomhali. Zichtbare voorraden
in de tweede band in de Ver. Staten en Canada, en in de
voornaamste havens van Groot.Brittannië, in Europa, Ar-gentinië en Australië en stoomende partijen.
Liverpool Cotton Association. De cijfers hebben betrek-
king op de voorraden in Engeland, op het Continent, in de
Ver. Staten, te Alexandrië, te Bombay en in den Orient.
20 A11’il 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
XLI
Duitschiand een voorbeeld geeft (in dit land zal de
bebouwde oppervlakte met 33 pOt. worden uitge-
breid) vormt een belemmering voor de zoo gewenschte
stijging van den suikerprijs, die reeds de laatste maan-
den op grond van de verwachtingen omtrent een
betere statistische positie van dit artikel wat is aan-
getrokken.
De theeprijzen
zijn in den laatsten tijd een weinig
gestegen in verband met het restrictieplan van de
Engelsche en Nederlandsche producenten, volgens
hetwelk gedurende vijf jaren de productie met 15
pOt. zal worden beperkt. De Ned.-Tndischc regeering
heeft echter nog niet haar goedkeuring aan dit plan
gehecht.
Onzeker blijft nog steeds de lcoffiesituatie, zulks in verband met de vooruitzichten van een grooten oogst.
en den verminderden export in de laatste maanden. De hierdoor gedaalde opbrengsten van het uitvoer-
recht op koffie, welke dienen tot opkoop voor ver-
nietiging, verminderen tevens de middelen, waaruit
de vernietiging gefinancierd wordt. Tot 1 Febr. ji.
zijn in Brazilië 13.578.000 balen koffie vernietigd.
Intusschen is mede door deze politiek de zichtbare
wereldvoorraad van begin December 1932 tot begin Maart ii. gedaald van 28.8 millioen tot 23.3 millioen
balen.
Metalen en
andere grondstoffen.
Op de metaalmarkten is in de afgeloopen maanden
zeer weinig verandering in-getreden. Alleen de
tin-
prijzen zijn niet onbelangrijk gestegen, hetgeen een
gevolg is van de straffe productiebeperking van het
Kartel, waardoor de wereldvoorraden in dit kwartaal
met niet minder dan 4.000 ton (tot 51.700 ton) zijn
afgenomen. Volgens de statistieken van het American
Bureau of Metal Statistics is de wereldproductie van
tin in 1932 gedaald tot 94.800 ton tegen 147.200 ton
in 1931. Deze geweldige daling is zoowel relatief als
absoluut voor het grootste gedeelte een gevolg van de
productiebeperking van ‘de kartelleden. De outsiders
hebben hun productie of in het geheel niet of in veel
mindere mate ‘verminderd. Hierdoor is het aandeel
van cle ou:tsiders in de wereldproductie sedert het in
werking treden van het restrictieschema niet onbe-
langrijk toegenomen. Een andere •ongunstige factor
voor het Kartel is. dat Bolivia zich niet strikt aan
het schema houdt. De productie van dit land is in de
laatste maanden aanmerkelijk grooter geweest dan zijn
quotum.
Op de lcopermarkt heerscht daarentegen nog steeds
een ongebreidelde concurrentie. Internationale aan-
eensluiting met het doel om tot productie-beperking te geraken, is hier voorshands vrijwel uitgesloten en
de noodzakelijke vermindering van de I)rOductie zal
nu of later van de zwakste producenten. uit moeten
gaan. Volgens recente geruchten, waarvan wij echter
nog geen bevestiging hebben gekregen, zullen de groote
Amerikaansche producenten (Anaconda, Kennecott en
Phelps Dodge), welke de helft van de Amerikaansche
productie controleeren, hun productie gedurende 6
maanden tot een minimum beperken. Met het oog
op -de enorme voorraden in de Ver. Staten, die met
een verbruik van twee jaren overeenkomen, is een dergelijke politiek zeer zeker noodzakelijk, indien
men ook op dit gebied tot gezonder verhoudingen wil
komen. Tegenover deze waarsqhijnlijke productiever-
laging staat een uitbreiding van de koperproduetie iii
Afrika. De Haute Katanga zal haar productie van
40.000 tot 56.000 ton per jaar uitbreiden en ook de
producenten in Rhodesia schijnen een zelfde politiek
te willen •doôrvoeren. – – – –
– De toestand op de loodmarkt vertoont veel overeen-
komst met dien op de kopermarkt. Ook hier
–
vindt nog
steeds een ongebreidelde- concurrentie plaats, waar-
door de voorradén blijven toenemen Een-verbetering
is-,bij gebrek aan internationale teuierking,
–
s1eh€i
te verwachten v.n een drastische bepek:ing lvaii de
productie, die ook hier wel van de zwakste- rodu.-
centen zal moeten uitgaan.: – – ——— —
Evenals–op de tinmarkt zijn ook op de
zinkmarkt
de voordeelen van internationale samenwerking dui-
delijk te constateeren. De onderhandelingen over Öen
verlenging van het Ziukkartel, die in het begin tot
allerlei moeilijkheden hebben geleid, waardoor het
Kartel einde Januari zelfs werd ontbonden, zijn ten-
slotte einde Februari geslaagd. Het Kartel is voor-
loopig tot -einde Juli verlengd. Dat de zinkprijzen in het afgeloopen kwartaal slechts weinig zijn gestegen
is o.a. toe te schrijven aan het feit, dat, naast een
vermindering van de Kartelvoorraden (men’ zie de
Voorraadstatistiek op de vorige bladzijde, waarin wij
voor het eerst eveneens de voorraden van het Zink-
kartel hebben opgenonien), de voorraden in de Ver.
Staten zijn gestegen.
De ijzerprjzen zijn in de laatste maanden iets ge-
stegen, hetgeen mede verband houdt met den vooruit-
gang in de onderhandelingen inzake de vorming,van
een nieuw kartel. De quota zullen volgens porsberich-
ten als volgt worden verdeeld: België 29 ilOt.,
Duitschiand 23 pOt., Luxemburg 22 pOt. en Frank-
rijk 21 pOt. –
De gang van zaken op de petroleuinmarkt is nog
weinig bevredigend; de Amerikaansche priJzeii zijn in
het afgeloopen kwartaal opnieuw scherp gedaald,
doordat de productie zich nog
–
steeds niet bij het af-
nemende verbruik heeft aangepast. President Roose-
velt heeft er in het begin van deze maand bij de gou-
verneurs van de 11 olie-produceerende staten op aan-
gedrongen, dat zij ten opzichte
an het vraagstuk van
de productiebeperking in de petroleumindustrie zou-
den samenwerken. In Europa heeft Roemenië in het
eerste kwartaal 1.68 millioen ton geproduceerd tegen
1.55 millioen ton in 1932, zoödat ook in dit land van
een zoo noodzakelijke productiebeperking nog geen
sprake is. –
Hoewel de rubbervoor-raden in de laatste maanden
weder :iets zijn afgenomen en ook de versehepingen
in Jan.IFeb. ca
. 3.491 ton lagér waren dan in Jan.1
Febr. 1932, blijft de toestand nog weinig bevredigend.
Zoolang het verbruik in de Ver. Staten niet belang-
rijk toeneemt, – in Jan/Maart bedroeg de consump-
tie in dit land 62.600 ton tegen 85.800 ton in Jan./
Maart 1932 – valt op een verbetering niet te rekenen.
Een ongunstige factor blijft ook hier nog, -dat de
productiebeperking niet algemeen wordt doorgevoerd. Zoo heeft bij’. Fransch Indo-Ohina in 1932 14.376 ton
rubber uitgevoerd tegen 11.713 ton in 1931. De rub-
bercultuur in dit gewest wordt gesubsidiëerd door
Frankrijk, dat de daarvoor henoodigde middelen ver-
krijgt uit de heffing van een speciaal invoerrecht op
ruwe rubber.
– Het algemeene beeld, dat de grondstoffenmarkte.n in de afgeloopen maanden – hebben getoond, kan dus
nog niet bevredigend worden genoemd. Mochten de
verschillende plannen tot productiebcperldng (tarwe.
katoen, koper cnz.) tot uitvoering• komen, dan is-het
echter niet onwaarschijnlijk, dat bij een bevredigende
oplossing van de verschillende internationale, vraag-stukken, een wending ten gunste zal intreden. Bij en-
kele artikelen is de weg hiervoor geëffend, hij andere
artikelen zal de productiebeperking daarentegen veel
straffer moeten worden doprgevoerd.
–
lndustriëele productie.
–
De latst bekendë officiëele cijfers van de indus-triëele productie wijzen voor Duitschland, de Ver.
Staten en Frankrijk op een eenigszins stationnairen
-Westand- Er -is in deze landen gèen verderen açhter-
.uitgang, ilsaar- ook geen merkbare verbetering te -be-
seureu, terwijl do toeatand ten
.
opzichte van hët ovér-
eenkomstige tijdvak van een jaar geleden
is
achter-
-uitgegaan. Eeriigen vooruitgag vetoont laattelijk
En’gelénd – ten deeae te verklaren uit seiioensinvlôe-
den —- terwijl.: Japan,- dat
5
mede h1s gevolg vn de
dop±eciatie van deii Yen, van de depressie weinig
heeft te hij-den, een belangrijke-stijging van zijh pro-
XLII
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
ductie-index te zien geeft, ook teh opzichte van voor-
gaande jaren.
Indexcijfers van de iudustriëele bedrijvigheid
1.928 = 100
Duitsch-
land
Enge-
land
Frank-
rijk
Ver.
Staten
Canada
Japan
1929
.
101.4 107.9
109.4
106.3 111.6
113.7
1930
….
90:1 96.1
110.8 86.9 91.6
102.5
1931
•..
73.6
82.2
98.0
72.9
76.7
102.1
1932
….
61.1
.
82.8
75.8 57.9
62.8
October
. .
66.7
92.4
65.8 72.2
104.3
November
66.4 88.3 90.0
65.8
72.6
103.3
December.
63.8
87.7
66.7 67.5
108.2
Jan.
1932
61.9
82.9
.64.9
67.9
106.3
Februari
.
62.6
89.1
79.0
6.2
69.0
109.4
Maart
•.
61.4 77.4 60.4 65.3
115.8
April….
61.0
75.0
56.8 57.9
113.4
Mei
•…
62.2
81.2
74.2
54.1
63.3
114.1
Juni
….
60.9
73.5 53.2 65.3
117.9
Juli
•…
60.4
72.7 52.3
63.0
115.0
Augustus
58.5 75.9
73.5 54.1
62.5
116.2
Septemb.
.
60.3 74.2
59.5 61.0
120.3
October..
60.7
)
75.0
59.5 59.8
121.7
November
62.3
85.0
76.6 58.6
61.0
December.
61.2
J
77.4
59.5
57.5
Voor ons land is de ontwikkeling van de conjunc-
tuur in de drie belangrijkste industrielanden, de Ver.
Staten, Engeland en Duitschiand, van het meestc
belang. Op het oogenblik is de toestand, vooral in
het eerst- en laatstgenoemde land zoo onoverzichtelijk,
dat men slechts enkele tendenzen kan aangeven,
welke voor den verderen loop van de conjunctuur van
beteekenis zijn.
Reeds in de inleiding tot dit kwartaalbericht maak-
ten wij de opmerking, dat het niet onmogelijk zou
zijn, dat een zekere mate van inflatie in Amerika tot
een opleving van vele bedrijven zod leiden, en dat
met name de landbouw, die thans onder een grooten
schuldenlast gebukt gaat, daarvan profijt zou kunnen
trekken. Niet .dat zulk een opleving duurzaam succes
waarborgt; maar tijdelijk kan zij zich zeer zeker voor-
doen, zooals de ervaring in tal van .inflatie1ander
heeft bewezen.
Welke reactie dit op de rest van de wereld zou. heb-
ben, is nog niet te zeggen. Eenerzijds zal een inflato-
rische geldpolitiek het vertrouwen op de niet-Amen-
kaansche kapitaalmarkten ondermijnen, mede iii ver-
band met cle verliezen, die houders van Dollar-obli-
gaties daardoor lijden. Anderzijds kunnen echter een
,,boom” in de Ver. Staten en een algemeen verleven-
digde vraag naar goederen daar te lande ook elders
hun terugslag hebben, met name in de landen, die aan
Amerika grondstoffen leveren, waaronder bv. Ned.-
Indië moet worden vereld. Dit zou dan eventueel
in andere landen tot opleving kunnen voeren, inzon-
derheid, wanneer ook de credietverleening doop de
Vereen:igde Staten aan het buitenland zich zou her-
.tellen.
i)aarentegen zal voor de landen, die op indutriëel
gehièd mt Amerika moeten concurreeren, wellicht
uloeilijkh’eid ontstaaii. Als de Amerikaansche valuta
daalt, verhoogt dit de exportkracht van het land. Al-
leen, wantieer de
prijsstijging
in het binneuland te
zijner tijd de daling van de valuta voldoende zal heh-
ben gecompenseerd, eindigt het gevaar van Amen-
kaansche v1utaconciirrentie, maar in de overgangs-
periode kan het zeker van beteekenis zijn en zeker ha-
(leelig voor de goudianden.
In welke mate de invoer van ‘Amerikaansche goe-
deren iii Nederhnd en de uitvoer van Nederland naar
de Ver. Staten van belang is, moge blijken uit den
volgenden staat (zie bovenaan de volgende kolom).
De. invoer uit de .Ver. Staten, die in de jaren 1922
tot 1930 betrekkelijk, stabiel is gebleven, is evenals de
uitvoer, sedert het laatstgenoemde. jaar sterk gedaald.
In elk geval is onze handelsbalans niet de Ver. Staten
steeds’ passief geweest.
.I”landelsheweging van Nederland met de Ver. Staten.
(zonder goud en zilver).
Invoer uit cle Ver. Stateii ‘Uitvoer naar de Ver. Staten
miii. :EÇG. miii. gid.
miii. KG. miii. gici.
ie
kw. 1933
145,3
18,9
119,5
7,5
1932
172,7
22,8
69,5
6,3
1932
706
86
333
29
1931
1116
148
,
183
34
1930 1269
211
165
49
1929 1416
272
224
71
1928 1387
M6
260
69
1927 1437
268
218
65
1926 1338
258
344
80
1925 1340
276
222
71
1924 1470
271
189
58
1923 1780
256
280
69
1922 1771
271
161
62
Ook het Du.itsche economisch leven vertoont een
vprdeeld aspect. Evenals in de Ver. Staten zijn de
bonen daar in de laatste jaren sterk gedaald, zoodat
een belangrijke voorwaarde voor een herstel van de
rentabiliteit in het bedrijfsleven is gegeven. Of dit
herstel zich echter langs denzelfden weg als in vroe-
gere crises zal voltrekken, 6f dat het gepaard zal gaan
niet een ingrijpende structuurwijziging, is nog onze-
ker. De eerstgenoemde weg zou voor de wereld, maar
i.n liet
bijzonder
voor ons land, de grootste voordeeleri
opleveren, omdat het zou leiden tot een vergrooting
van de handelsbeweging. De sterke daling van het uit-
voersaldo van Duitschland, dat in de eerste drie maan-
den van dit jaar R.M. 113 millioen bedroeg tegen R.M.
362 millioen in 1932, eil R.M. 501 millioen in 1931,
heeft tot gevolg een vernietiging van een groot deel
van den internationalen handel en zal waarschijnlijk
leiden tot het niet kunnen voldoen van de bestaande
schulden, waarop dan wel noodgedwongen een reduc-
tie zal moeten worden toegepast.
Indien Duitschland inderdaad naar autarkie stree:ft,
dan zal ook de industrie zich meer op de binnenland-
sche markt moeten oriënteeren, hetgeen zonder twij-
fel nieuwe verschuivingen zal teweeg brengen. Het
is wel zeker, dat op deze wijze de werkloosheid niet
kan worden weggenomen, zooals wij reeds in onze In-leiding opmerkten.
Geld- en kapitaalmarkt.
De verhoudingen op de internationale geld- en
kapitaalmarkt hebben zich in de afgeloopen maanden
eenigszins gewijzigd. Tengevolge van de bankcrisis is
de geldrente in New-York sterk ‘gestegen en ook op
de andere belangrijke geldcentra vond een aantrek-
king van de geldkoersen plaats. Deze was echter
slechts, van tijdelijken aard; in Engeland, Nederland
en Zwitserland lbeweegt de geldrente zich weder op
een laag niveau. In Engeland.is
de rente zelfs tot een nieuw laagterecord gedaald als gevolg van dc groote
geldruimte, hetgeen o.a. in de sterke stijging van den
gondvoorraad bij de Bank of England tot uiting komt.
Deze is van £ 120.6 millioen op 28 Dec. 1932 tot
£ 184.8 millioen op 19 April gestegen. Dit beteekent,
dat de goudvoorraad. in Engeland thans grooter is
clan ooit sedert het hèrstel van den gouden standaard
is voorgekomen. (‘Op 12 Sept. 1928 werd heb vorige
,,record” bereikt met £ 176.6 millioen).
De Vereenigde Staten hebben, na de discontover-
hooging op 2 Maart tot 34 pOt., reeds op 7 April
weer het disconto met A pOt. kunnen vérlagen..De
overige geldkoersen zijn nog niet weer tot liet oude
peil gedaald.
De uitêrst’ lage geldkoersen in enkele centra zijn
een teeken van ‘de ernstige depressie, waarin wij ons
bevinden. De’ vraag naar geld op korten termijn is,
afgescheiden van de eischen van de Overheid, tot een
minimüm beperkt, terwijl bij de centrale en andere
banken het géld opgehoopt ligt.
De Aerikaansche bankcrisis ‘ heeft de interna-
tionale geld- en kapitaalmarkt weliswaar niet onbe-
roerd gelaten
3
maar haar invloed is toch zeer gering
geweest.
Opmerkelijk is in de eerste plaats, dat deze bank-
1928
.
1929 .
1930 .
1931 .
932
Jan. ’32.
Febr…..
Maart
Dec…..
4.18
1
6.54
1
4.16 4.82
6.87
5.31
2.06
4.43 2.62
1.42
6.78
3.57
0.85 4.95
1
1.94
2.09 6.94 5.65
.89
6.67
i
5.11
1.21
6.09 2.64
0.37 3.88
0.93
4.17
3.02 5.10
3.44
2.53
2.31
1.65
1.56
1.31
1.3]
2.92
1.82
2.80
1.80 2.57
1.74
0.45
1.07
26
April
1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
XLIII
Particulier Disconto.
Amster-
New
dam
Berlijn
Londen
York
1 arijs
Jan. ’33.
0.37
1
3.88
0.92
0.41
1.27
Febr
0.37
3.88
0.88
0.75
Maart
0.70
3.88
0.68
2.25
crisis uitbrak, toen cle algemeene crisis reeds 40 maan-
den aan den gang was. Het is ons uit de geschiedenis
niet bekend, dat een beurscrisis na zoo langen tijd
werd gevolgd door een débacle in het bankwezen. Dat, gezien den omvang van deze bankcatastrophe,
de uitwerking op het economisch leven zoo gering is
geweest, is aan verschillende feiten toe te schrijven.
ie Ainerikaansche, maar ook de andere effectenbeur-
zen, heeft deze bankcrisis vrijwel onberoerd gelaten,
terwijl andere bankcrises vaak een aanleiding waren
tot heftige schokken op de effectenmarkt. Dit ver-
schijnsel pleit voor een gezonden toestand van de
‘beurzen. De meeste fondsen worden waarschijnlijk op
liet oogenblik te laag gewaardeerdi terwijl aan het
einde van een hausse het omgekeerde plaats vindt.
Verder ist het effectencrediet tot een minimum terug-
geloopen, hetgeen ook hieruit moge blijken, dat de
makelaarsleeningen in de Ver. Staten einde Januari
ji. $
359
millioen bedroegen tegen $
8.549
millioen
einde September
1929.
Maar ook op andere gebieden van het credietver-
keer waren eenerzijds reeds heel wat bedragen tot
afwikkelin g gebracht, anderzijds een aanzienlijk be-
drag aan crediet overgenomen door noodorganisaties,
die in laatste instantie op den staat leunen. En wat
het internatiOnale credi etverkeer betreft, was immers
al bijna een jaar geleden een einde gekomen aan den
goudwisselstan daard. Bovendien werd het terugtrek-
ken van credieten uit de Ver. Staten onmogelijk ge-
maakt door het goudembargo.
Het is overigens wel zeer leerzaam te constateeren,
dat dé crisis in de Ver. Statentenslotte geculmineerd is in dat deel van het economisch leven, waaraan de autoriteiten tot dusverre de meeste aandacht hebben
geschonken. Ten onrechte heeft men gemeend, dat,
door het treffen van monetaire maatregelen alleen,
alle andere deelen van het bedrijfsleven in orde zou-
(len kunnen worden gebracht. Het is wel dienstig
even in het kort de voornaamste financiëele maatrege-
len tot bestrijding van de Amerikaansche crisis te
recapituleeren. De voornaamste maatregelen v66r de
bankcrisis waren: –
The National Credit Corporatiosv (7
Oct.
1931),
welke diende voor steun aan die banken, die geen
beroep op de Federal Reserve Banks konden doen.
The .Reconstruction Finance Corporation
(Febr.
1932).
Hulp wordt niet alleen aan banken verleend,
maar tevens aan andere financiëele instellingen,
spoorwegmaatschappijen, enz.
–
Glass-Stecvgall Act (27
Febr.
1932).
Verruiming
van de disconteeringsbevoegdheden van de Federal
Reserve Banks, credietexpansie door de openmarkt-politiek, uitbreiding
–
van het recht van uitgifte van
bankbiljetten.
Emergency .Relief and Construction Act (20
Juli
1932).
Uitbreiding van de bevoegdheden van de
Refico, die $
1.5
milliard voor de uitvoering van pro-
ductieve werken beschikbaar moet stellen. Bovendien
kan van de schatkist, indien zij ‘de middelen heêft,
nog $
322
voor openbare werken worden gevraagd.
De Federal Home Loan Banic Act.
Volgens
deze 2ullen Fed. Home Loan Banks worden opge-
richt voor het verstrekken van. leeningen aan finan-
ciëele instellingen, die door de daling van grond- en
huizeriprijzen in
moeilijkheden
zijn geraakt. Paragraaf
29
vah deze ivet breidt het recht van uitgifte van
bankbiljetten van de National Banks uit.
6) Commodities Finance Corporation (23
Aug.
1932).
Doel is het verleenen van credieten aan fabri-
kanten enz. tot aankoop van grondstoffen.
Toen in het begin van Maart
1933
de groote bank-
crisis losbrstte, enkele dagen nadat President Roose-
velt het bewind van zijn voorganger had overgenomen,
volgden in een snel tempo eerst ‘plaatselijke morato-
ria en .’vervolgens het algemeene bankmoratorium,
het embargo op den gouduitvoer, de maatregelen tot
bestrijding van het oppotten van goud
1)
en de ‘verrui-
ming van de bevoegdheden van het Fede’ral Reserve
System en van de Refico. Het geheele bankwezen
in de Ver. Staten, hetwelk, gelijk men weet, over een
groot aantal banken is versnipperd, werd onder con-
trôle gesteld.
De heropening der banken voltrok ‘zich in een
bevredigend tempo, terwijl het goudembargo spoe-
clig belangrijk kon worden beperkt. Van de
18.171
banken, welke in de Ver. Staten werkzaam waren bij
het uitbreken van de crisis, zijn er thans weder
13.097
heropend.
3.692
banken hebben haar zaken ouder con-
trôle gedeeltelijk kunnen hervatten, terwijl de overige
banken nog gesloten zijn.
Was het aanvankelijk de bedoeling om devaluatie
van den Dollar te vermijden, na Paschen kwam plot-
seling de tijding, dat de Aierikaansche politiek in
dit opzicht zou worden gewijzigd en dat aan den Pre-
sident machtiging was verleend om het goudewicht
van den Dollar te verlagen, waarbij als minimum-
grens werd gesteld ‘de helft van het huidige gewicht, terwijl het aanvankelijk ingevoerde en ria korten tijd
practisch weder opgeheven goudembargo wederom ten
volle werd hersteld. Tevens werd machtiging ver-
strekt tot verdere uitgifte van hankpapier en daar-
mee werd een politiek van drastische verruiming van
de geldcirculatie ingeluid, welker gevolgen, zooais wij
reeds elders in dit Kwartaalbericht hebben opge-
merkt, nog volstrekt niet zijn te ôverzien.
Een toestand van groote onzekerheid is daardoor
ontstaan. Mogelijkheid voor groote monetaire cxperi-
inenten is thans geôjiencl, eensdeels in verband met de
voorgenomen uitbreiding van het fiduciaire geld,
anderzijds in verband met voorshands nog niet beves-
tigde plannen om aan het zilver een grootere plaats
in het Amerikaansche geldwezen toe te kennen.
Voor de Overheid schept de nieuwe politiek de mo-
gelijkheid om op ruime schaal te leenen, zoowel ten
behoeve van de dekking van het hudgetaire tekort, als ook in verband met de omvangrijke steunacties
aan het bedrijfslevén. In zeer belangrijke mate zal
dan ook de Amerikaansche kapitaalmaskt in de naaste
toekomst nog door de Overheid in beslag genomen
worden. .
Ook in andere landen zal de kapitaalmarkt voors-hands nog in het teeken van een consolidatie van de
overheidsfinanciën staan. Zon sluit h.v. de Fransche
hegrooting met een tekort van Frs. 10 milliard, waar-
van ongeveer de helft op de geld- en kapitaalmarkt
zal worden gedekt. Niet alleen in de Ver. Staten,
maar ook in Frankrijk heeft de regeerfog’groote be-
dragen van de geidmarkt aangetrokken. Het totale
bedrag aan schatkistbiljetten beloopt ongeveer Frs. 10
milliard. Zoolang deze vlottende schi’zlden nog niet
geconsolideerd zijn, blijft de toestand onzélcer. Van groote beteekenis is echter, of het ve’rtrouw’en
door drastische bezuinigingen kan worden hersteld, hetgeen tot uiting zou moeten komén in eèn stijging
1)
Volgens een medëdeeling van Minister Woodin
is
in
de periode van 4 Maart tot.30 Maart $ 1.160 millioen aan
opgepot geld ‘bij cle banken teruggekdmen. Op
5
April heelt
President Roosevelt eefi besluit u.itgevaaidigd, volgens het-
welk het oppotten – van goud na
1.
Mei as. strafbaar zal
worden gesteld.
XLIV
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26
April
1933
van de koersen van ohilgabies resp. een daling van
den rentestand op langen termijn, waardoor de moge-
lijkheid wordt geopend voor consoliclatie van de vlot-
tende schulden en voor conversies, niet alleen van
p ubliekrechteJijke, maar ook van pr ivaatrechtelijke
lichamen.
De emissiehedrijvigheid blijft overigens nog steeds
zeer gering en bèperktzich hoofdzakelijk tot leenin-
gen van de overheid.
Tengevolge van de Amerikaansche bankcrisis Js op
de internationale kapitaalmarkt een betrekkelijke
stilstand ingetreder. De door de belangrijkste kapitaal
exporteerende lan dan aan het bui tenlan cl verstrek te
leeningen zijn gedaald tot
f
52
millioen tegen
f 228
millioen in het laatste kwartaal van
1932.
Iltuiteit t auudsche Emissies
in
millioenen Guldens.
Ver.
Staten
Groot
Brittannië;
Neder-
land
1)
Zwitser-
land
T
0
aa
le
kwart. 1.929
838
547
55
31
1
1.471
622
317
14
12
965 3e
..
164
132 25
10
331
4e.
..
31.
145
14
–
490
le kwart. 1930
804 402
65 14
1.285
2e
,,
1.245 423
141
74
1.883
3e
,,
.,
451 110
.
22
23
606
4e
,,
354 382
15
36
787
ie kwart. 1931
385 292
8
12
697
2e
.,
159
228
20
38
445
3e
.,
126 36
8
–
170
4e
0.2
0.9
– –
1
le kwart. 1932
2
57
–
36
95
2e
.,
..
–
127
–
-.
127
3
P,
54M
l
4 14
74
4e
.,
..
10.4 74
124
20
228
1.e
kwart. 1933
–
33
–
–
19
52
1)
Buitenland en koloniën
Dcviezertlta
‘
rlr.t.
–
1 lIet afgeloopeui kwartaal heeft zich gekenmerkt
door een bijzondere
•
vasthe’id van den Pondenkoers ‘) welke in, het begin van dit jaar cI.e stijging in Decem-
ber voo:rtzettc en de laatste maanden. tu.sschen zeer
i) lcn
zie
eveneens in dit verband het op hlz. LIX
op-
genottien artikel ,,Seizoensfluctuaties van het Pond Sterling”.
enge grenzen heeft gefluctueerd. Van
1.4
Maart tot
17 April bedroeg, volgens onze opgaven, de laagste
.Pondenkoers teAmsterciam
8.42,
de hoogste 8.57.
Niet in overeenstemming hiermede is de koersout-
wikkeling van de Sea ndinavische valuta’s geweest.
Denemarken heeft zijn valuta moedwillig verder la-
ten deprecieeren met het oog 01) de moeilijke positie
van zijn export, waardoor het contact met het Pond Sterling geheel is verbroken. In Zweden voert men
nog steeds een eigen valuta-politiek, terwijl de Noor-
sche Kroon zich geheel hij de fluctuaties van het
Pond aansluit. De onderstaande grafiek toont een en
ander duidelijk aan.
to
9
8
9it
IYJI
ii
Van een Sterling-club met. de Scandinavische lait-
den is dus feitelijk wei.ni.g sprake moer. Daarentegen
heeft het Zuid-Afrikaansche Pond zich geheel hij
het Pond Sterling ‘aangesloten. De Dollar bereikte sinds het loslatëu van. eene sta-
biele valutapolitiek een laagtepu nt van 2.1.8
01)
20
April , jl., terwijl de laatste dns bekende koers
2.24
beliep.
E iii ssi
es.
(uit
aan dgeiui i (l deicleti)
Ver. Staten
.D ui
tscltl au cl
Engeland
reuk rijk
N ede ii en cl
eer
.’uuu-
Obli-
Fluiten-
j’tatt.-
tibli-
Binnen- Kolo-
Buiten-
..
.
otaa
Jalt-
ASI-
Obli-
.
lluttenl.
leenun-
deeleut
.
gaties
land
deeleui
.
gaties
1 and
.,•
uiten
land
deelit
deeleut
gaties
getu
in niill.$
in
miii.
11.11.
in
titjil.
£
in
niill…..s.
in inUl. Guldens
1925..
101
417
.127
55
.
195
11.0
4.8
2.5
.
5
19
10
1926
..
98
1
430
95
82
428
11.7
4.4
5.0
6
33
23
.1927
.
.
126
523 130 120 359
14.7 7.3
4.2
.
619 338
S
33
–
28 1928
.
. .
256
420
110
–
112
365
18.3
,
7.1
4.8
.
844 543 28
27
25 1929
..
508
341
63
82
160
13.3
4.5 3.3
1.249.
708 24
14
11
930
..
129
456
,
84 46
222
10.6 5.8
3.2
‘
1.827
364
47
21
1931
.
26 233
21
53
112
3.5
3.1
0.8
1.370
174
1.0′
27
‘3’
1932′..
2
97
2
.13
47
7.0 2.4
‘
511 108
–
37
2
Jan.’32
4
:181
–
19
-‘
77
0.3
2.6
–
,
370
’61
‘
‘
0.3
8.6
Febr…
4
70
-,
5
68
9.1-
2.9
‘-
815”
205
–
15.5
Maart
1
–
160
–
9
.
23
.
II’.]
1.0
–
341
.
92
._
77.8
April..
–
70
–
.
62:
45
9.6
8.4
–
1.705
97
4.
07:
Mei:.
–
91
–
.6
74,
8.9
3.4′
-.
5.60
.9)’
.
1.1”-
Juni
..
–
78
‘ –
:-22
15.4
2.1
–
223
104
-__
Juli..
1
103
–
5
30
3.2
‘0.1
.
.2I1,
.105:
”.0.4…
4.5.
–
Aug…
2
106
2
9′
80
0.1.
-.
.-.’
328′.-73
Sept…
–
93
20
,
5
37′
–
‘
-..
–
‘197.
32
.20.9”29
Oct
2
96
4
6
28
II
9
7.9
–
588
291
–
122 2
5 3
2
42
……..
S
2
103
03
0.3
621
34
–
122
:
7 …
292
14 6
Dec.
..’.
4f’
119
–
tO
36
.4.0
:02
.”
:177.85
.,’_
Jan.’33
‘
3
62..
–
19
‘:52..
7.9
o.3r,.’:o.,1:.459
54
:f
‘1112-.
Febr.’..
‘-
20
–
12
284.1)
‘1.8.
0.5.
”
..
……………………
‘-_’
‘12.3’-‘
Mrt..
.
12.3
‘
‘
.:-
. .
1.4
. Api’il 1.933
ECONOMISCH.STATISTISCH KWARTAALBERICHT
xLv
LIJNEN BETREFFENDE DE CONJUNCTUUR IN
NEDERLAND.
De economische toestand van ons land baart. nog
bij voortduring groote zorgen. Vrijwel over de geheele
linie is er een verdere achteruitgang te bespeuren.
Al mag het i.nstitu.t für Konjun.kturforchung in
zijn laatste bericht cstateercn, dat het einde van de
,,’Tirtschaftsschrumpfung bereikt is, dan geldt deze
uitspraak misschien voor :Duitschland en de Angel-
saksische landen, maar zeker niet voor ons land. in
Nederland heeft de crisis zich later doen gevoelen
dan in de meeste andere landen en het is te verwach-ten, dat wij ook als een van de laatsten uit de depres-
sie te voorschijn zullen komen.
De beste index voor een beoordeelin.g van de indus-
trieële bedrijvigheid is, zooals wij reeds meermalen
hebben opgemerkt, het werkloosheidscijfer. Zooals in
onze Januari-aflevering is medegedeeld, hebben wij
inplaats van de 18 groepen, waaruit het gewone
werkloosheidscijfer is samengesteld, een werkloos-
heidsindex uit 12 groepen berekend. Door omkeëring
van deren index hebben wij een bedrijv igheidscurvc
geconstrueerd, waarvan men de ontwikkeling in on-
derstaande grafiek kan volgen. Deze curve is door
seizoensinvloeden ditmaal zeer sterk gedaald, maar
ook de lijn van het ,,verschuivend gemiddelde” be-
weegt zich nog steeds in dalende richting, hetgeen
01)
een verscherping van de crisis in Nederland wijst. Men moet hierbij in het oog houden, dat de index-
cijfers van de werkloosheid eerst tot en. met Januari
ji. bekend zijn.
Volgens de opgaven van het tepartement van Bin-
nenlandsche Zaken, .die meer recente gegevens be-
treffende de werkloosheid verstrekt, is het aantal
weikloozen in Maart weder sterk gedaald, zooal•s uit
het volgende blijkt. –
Gemeenten die
Geheel
Gedeeltelijk
opgaven verstrekken
Datum
werkloos
werkloos
1070
28 Jan. 1933 402.978
24.307 1072
25 Febr.
.,
382.950
23.160
1035.
25 Mrt.
343.371
21.255
Het aantal personen, dat bij een werkverschaffing
werd geplaatst bedroeg op:
28 Jan. ……………. 47.492
25 Febr. …………… 53.187
25 5inrf
…………..56.226
De ongunetige toestan.d van ons land blijkt voorts
uit de sterke daling van de w’aarde. van den uit-
voer i.n het eerste kwartaal, ook al houdt men re-
kening met het, feit, dat de uitvoer in dit kwartaal
steeds beneden het normale niveau ligt
1)
Eliminee-
ren wij cle normale seizoenfluctuatie.ui.t de kwar-
taalci.jfers, dan blijkt deze in het eerste kwartaal een
waarde te hebben van 93 pOt. van de-geiiddelde
waarde per kwartaal, in het laatste kwartaal echter
een waisrde van 1.03 püt. van de gemiddelde. Op deze
wijze wordt de waarde van den Nederiaiidschen ex
port, in millioenen guldens, zonder goud en zilver:
Seizoensfluctuatie
Uitvoerwaarcie . g&ilimineercl
le kwartaal 1932
218,3
233,0
4e
221,5
215,0
le
,,
1933
177,4
190,5
Ook wanneer men met de seizoensfluctuaties reke-
ning houdt, blijkt dus de waarde. van onzen uit-voer
nog steeds te verminderen, in een jaar tijds met 18
pOt., dus veel sterker dan door de prijsdaling van he
afgeloopen jaar verklaard kan worden.
De toestand van. onzen land- en tuinbouw en vee-
teelt 2iet er nog zeer zorgwekkend uit. Het feit, dat
de export van enkele agrarische producten in het
eerste kwartaal van dit jaar t.o.v. het vorige jaar is
toegenomen (boter, bacon. en sla) of zich tamelijk
goed heeft kunnen handhaven (kaas en eieren)
beteekent nog geen ken tering in den toestand. Het
betreft hier vaak artikelen, die uitgevoerd
moeten
worden, omdat onze markt er mede verzadigd raakt
en het forceeren van den afzet tot geweldige prijsda-
lingen zou leiden of omdat de binnenlandsche con sumenten de premie betalen, die tot uitvoer in staat
stelt; Nationaal gezien; beteekent dit precies hetzelf-
de; alsof er met verlies wordt uitgevoerd.
Hieronder laten wij den uitvoer naar het gewicht
van eenige zuivel- en tuinbouwproducten volgen,
waaruit de bovengenoemde tendens blijkt:
.1)
Men zie over dit punt het elders opgenomen artikel
,,Seizoensfluctuaties in den in- en uitvoer van Nederland”.
Curve
van
de Bedrijvigheid in Nederland.
Frc9ntages
–
_
_ 1
IQ2.
‘925
926
027
028
1929
1030
93
932
1033
40
1926
1927
1928
1929
1930
1931
1952 . 1953
valt nog moeilijk te zeggen. In elk geval ‘bevindt
de omloopssnel’heid zich tengevolge van de groote
oppotting van geld nog op, een zeer laag niveau. Wij
vejwijzen voorts naar de staten, die de cijfers betref-
fehde de omloopssnelheid behelzen en die hierachter
zijn opgenomen.
1)
• De stijging van het particulier disconto in Maart is
niet als een teeken van verbetering te beschouwen.
Zij was geheel van tijdeljken aard en een gevolg van
de onzekerheid op de geidmarkt tijdens de Amen-
kaansche bankcrisis.
• Ook de emissiemarkt toont een gedeprimeerd
aspekt. De groote staatsleening in J’ahuani buiten be-
schouwing latende, is er in het eerste kwartaal weinig
te doen geweest, vooral als men in aanmerking neemt,
dat in dit kwartaal op de Nedenlandsche emissie-
markt meestal de grootste
bedrijvigheid
heerscht. De
algemeene stilstand van emissies van aandeelen en
van buitenlandsche fondsen bewijst wel zeer duidelijk,
dat van een terugkeer van vertrouwen niet alleen
nog niet gesproken kan worden, doch dat er zelfs met
betrekking tot de emissies van buitenlandsche fond-
sen merkbare achteruitgang is.
100
90
80
70
6o
.50
–
– –
–
–
XLVI
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
Uitvoer in 1000KG.
iste kw. 1933 4de kw. 1932 iets kw. 1932 lste kw. 1931
Boter ……..
6.554
7.826
3.824
6.936
Kaas ………
15.953
18.374
16.302
18.934 Versche eieren
. 15.880
7.257
18.776
20.113
:Bacon, gez. en
.
gerookt spek
. 18.853
25.998
11.148
14.739
Margarine . . . .
3.201
4.065
5.055
15.529
Witte kool . . . .
12.192
28.224
22.340
Roode kool . . .
7.314
18.091
15.937
Sla
……….
1.176
1.151
181
Uien ………..
40.897
41.430
44.385
Vooral de uitvoer vanroode en witte kool is, door
‘de moeilijkheden, die Duitschiand ons in den weg
legt, in de eerste drie maanden van dit jaar sterk
afgenomen.,
In dalende richting wijzen eveneens de uitvoer-
cijfers van fabrikaten, die men -in de tweede grafiek
naast den totalen uitvoer ziet weergegeven.
De uitvoer naar het gewicht van enkele belangrijke
industriëele producten laten wij ‘hieronder volgen.
Uitvoer in 1000 KG.
iste kw. 1933 4de kw. 1932 iste kw. 1932 iste kw. 1931
Radio-artikelen
. 1.489
2.229
1.385
2.962
Gloeilampen
1)
. 6.037
6.034
4.707
8.448
Katoenen weef sels
2.050
2.429
3.732
5.265
Kuustzijde …..
. 2.054
2.354
1.956
2.1682)
Krautenpapier
. 4.068
6.085
6.178
5.838
Arbeidswerktui.g.
906
1.016
911
1.187
Fijn aardewerk
. 1.519
1.330
1.034
1.878
9 In 1000 stuks.
2)
Bruto.gewicht.
Een ongunstig verschijnsel is voorts, dat het defla-tie-proces in onl land nog steeds verderen voortgang
maakt. Het indexcijfer van groothandeisprijzen is van
Dec. tot Maart gedaald van 71 tot 72, of met ruim
6 pOt. Daarentegen is het indexcijfer van de. kosten
van levensonderhoud veel minder gedaald, waar-
door de marge tusschen deze twee lijnen opnieuw is
.vergroot (zie •de nevenstaande grafiek).
In overeenstemming met de ontwikkeling van do
bedrijvigheid en den uitvoer, wijzen ook de monetaire
indices op een verderen achteruitgang. De belangrijk-ste hiervan is de omloopssnelheid van de girosaldi bij
den Postchèque- en Girodient, .die in het afgeloopen
kwartaal haar dalende tendens ‘heéf t voortgezet. De
omlcopssnelheid van girosaldi bij De Nederlandsche
Bank is in de laatste maanden een weinig gestegen.
In hoeverre dit aan seizoensinvloeden is toe te schrij-
ven, of dat inderdaad een ommekeer plaats vindt,
t)
De derde tabel heeft uitsluitend betrekking op de om-
loopssnelheid van particuliere gelden bij het Giro-kantoor
der Gemeente Amsterdam.
Gecorrigeerdë waarde van den totalen uitvoer en “van die’n van fabrikaten.
A.
w
1
1
.
•/”
”
923
1924
‘1925
1926
1927
1928
1929
1930
1931
1932
. 1933
1934
S 8ffingdn,
26 April 1933
EÇONOMISCHSTATI.STISCH KWARTAALBERICHT
XLVtI
Tabel 1.
Postehèque- en Girodienst.
Jaar
Jan.
Febr.
Maart
April
Mei
Juni.
Juli
Au.
Sept.
Oct.
Nov.
Dec.
4.13 3.82 4.20
4
4.01
4.58
4.44 4.02
3.92 4.13 4.20
4.69
4.64
.
4
•4.67
4.67
4.28 5.10
4.62:
4.75
4.57
4.35
4.75 5.23
4.20
1927
…………
4.64 4.57 4.26 4.30 5.09 4.29
5.03
4.67
4.81
5.48 4.93 4.53
1928 ………….47
4.87
4.54 4.56 4.38
5.12
4.72
4.75 4.35 4.19
4.56 4.58 4.34
1929 …………
1931
……….
4.49 4.12 4.23
4.16
4.59
4.54
4.14
3.83
3.84
3.71 3.67
3.44
1930 …………
3.38
3.38 3.12
3.29
3.21
2.88
3.05 2.87
2.88
3.01
3.25 3.02
1932 …………
1933 ………..
3.06 2.92
2.87
Tabel 11.
Girokanto or der Gemeente Amsterdam.
Jaar
Jan.
Febr.
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Aug.
Sept.
Oct.
Nos’.
Dec.
2.23
2:02
2.07
3.42 5.41
4.40
1.96
1.6ï
1.64
1.85
i
2.54
1927
……….
2.27
1.70
1.88
5.94
4.31
5.53
1.79
1.55
1.50
L93
1.90
1.71
2.34
1.58 1.65
3.75 7.20 5.04
2.14
1.71
1.66 1.99
2.10
2.52
1928 ………..
2.13
1.68 1.83
2.66
6.61
4.82
1.72
1.40
1.44
1.64
1.49
1.88
1929 …………
1.77
L44
2.04
2.79 6.43 3.09
1.69 1.25 1.60 1.92
1.61
1.96
1930 ………..
1931
………..
1.78
1.51
1.88 2.71
3.88 2.86 4.74
1.13
1.24
1.27
1.46
1.44
1932 ………..
1933 ………..
1.00
1.02 1.54
Tabel III.
Jan.
Febr.
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Aug.
Sept.
Oct.
Nov.
Dec.
Jaar
1.45
1.45
1.57 1.53
1.52
1.18
1.06 1.15 1.19 1.26
1.23 1.23
1.14
1.21
1.14
1.25 1.17 1.22
1.01
1.11
1.26 1.32 1.25 1.24
1.02
1.10
1.14
1.26
1.16 1.32 1.18
1.20
1.29.
1.45
1.31
1927
……….1.51
1930 ……….
1.18 1.25
1.32
1.32.
1.13
1.18
1.Oi
.
1.07
1.18
1 .03
1.13
1928 …………
1929 …………
1.00 1.00
1.03
1.07
1.04
1.14
0.85
1.09 1.23
1.13 1.13
1931 ………..1.13
.1.45
1.19
0.94
0.95
1.00
0.92 0.92
1.04
0.75
0.85
0.87 1.06
0.80
1932 …………
1933 ……….
0
..70
0.64
0.73
Tabel IV.
De Nederlandsche Bank.
Jaar
Jan.
Febr.
M.art
April
Mei
Juni Juli
Aug.
Sept.
Oct. Nov.
Dec.
122.1
176,0
160,3 162.8
153,5
107,8
101,4
120,7
130,4
117,2,
123,3
108,3
1927
……….
1928 ………..
109.4
89,8
100,4
105,3
112,9
95,7
106,8
108,7
102,1
107,4
123
2
6
103,3
1929
…
. ……
119,5
251,4
239,2
287,5 250,2 252,2
2229
272,2
219,0
193,8 187,9
1930 ……….
140,9 174,9
191,3
227,8 209,9
901
186,3
151,0
182,3
89,7
142,0
133,8
.96,6
134.9
96,9
161,1
187,8 193,9
972
38,3
12,3
15,8
13
9,6 11,0
1931 ………..
16.5
16,8
17,5 12,9
10,4
6,3
6,5
5,5 5,7 6,7
5,1
5,5
1932 ………..
1933
………..
Percennge,(m,.
–
5.7
7,4
8,1
192i
926
1917
1928
192.9
1930
1051
1052
9
XLVi[i.
ECONOMISCH-STATISTISCH, KWARTAALBERICHT
26 April 1933
DE BUITENLANDSCHE HANDEL VAN NEDERLAND
1
door deeling van de geidswaarde door den groothan-
IN DE LAATSTE 10 JAAR.
delsindex van het betrokken jaar. Dientengevolge is
In
de algemeene prjsfluctuatie zooveel mogelijk geëlimi-
een drietal grafische voorstellingen, die men
neerci, behoudens het verschil in prijsdaling tusschen
hieronder aantreft, is de Nederlandsche in- en uit- cie verschillende groepen, waaromtrent echter voor.
voer gedurende de jaren 1923-1932 weergegeven, ons land gegevens ontbreken.
Daarbij is de internationale indeeling in voedings- t
middelen, grondstoffen en fabrikaten gevolgd. ‘
StruwijZig’i?Z.gen in den ‘uitvoer.
Met het oog op de
–
groote hoeveelheden grond-
1
De toegenomen industrialisatie van ons land komt
stoffen zijn deze op kleinere schaal geteekend dan’ die
tot uiting, in den vergrooten industriëelen export,
van cle voedi.ngsmiddelen.en fabrilcaten. Overigens is
vooral tot aan het jaar 1930.
WTas
in den aanvang der
de schaal gelijk gehouden, zoodat de figuren onder- beschouwdë periode de waarde der uitgevoerde voe-
ling vergelijkbaar zijn. Naast de waarde in guldens, dwgsmicldelen nog iets grooter dan die der fabrika-
LS
ook de gecorrigeerde waarde aangegeven, berekend !. ten, welk, verschil in 1924 en 1925 toenam en tot
rom
/923
5’28
‘9.3/
/9.32
0
iYdI,oen
On&E W. SN i’A4J8E
WX7
.
WAAjQ.e
GQ/VOJY.
WA4.
t1’/I,ke,i
‘7,i
924
J
-.
p.&6
927
92P
‘929
f930
’93/
‘932
/?
‘een
CMidei,’.
FW(A7E4′
26
April
1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
XLIX
meer dan
f 200
millioni steeg, nadien vertoont
de waarde der uitgevoerde fabrikaten een sterk stij-
gende lijn, terwijl die der voedingsmiddelen neiging
tot dalen heeft. De volgende cijfers toonen deze
wijziging.
Uitvoerwaarcie in millioeti en guldens.
Voedingsmiddelen Fabrikaten Surplus
1924
764,3
533.3
231,0 Voediugsin.
1929
734
1
1
867.8
133.7 Fabrikaten
Ook cle hoeveelheden geven dezelfde beweging te
zien. De uitvoer van fabrikaten is tot
1928
sterk ge-
stegen en daarna tot
1931
constant gebleven, die van
voedingsmiddelen is, na de stijging in
1924,
tot
1931.
nagenoeg constant gebleven. Deze voorsprong is in
1.932
slechts gedeeltelijk verloren gegaan, zooals uit
onderstaanden staat blijkt.
Uitgevoerde hoeveelheden in duizenden toi.inen.
1932 t.o.”.
1923 1928 1929 1931 1932 1923 in %
Fabrikaten
1.528
2.701 2.741 2.765 2.462
161
Voediogsm’idd. . 1.919 2.731 2.730 2.663 2.275
118
Hetzelfde is het geval met den uitvoer ‘an grond-
stoffen. Onze export van grondstoffen van plant-
aarrligen en dierlijken oorsprong, bleef tot
1929
ongeveer
0])
het niveau van
1923
staan, om daarna
sterk af te nemen. De export van grondstoffen van
mineralen oorsprong, steekolen en cokes nam even-
vei zeer sterk toe. Een en ander wijst eveneens op
voortgang der indusrtriaiisatie van ons land.
Uitgevoerde hoeveelheden grondstoffen in (lilizenden tonnen.
1932 t.o.v.
1923 1929 1930 1931 1932 1923in %
Plantaard. en dierl. 823 890
795
465 472
57,3
1iner. oorsprong 4.349 9.848 10.350 10.829 8.693
200
(mcl. steenkolen en cokes)
De invoer volgt in het algemeen dezelfde bewe-
ging als de, uitvoer. De industrialisatie van ons land
ging gepaard met een toenemenden invoer van grond-
stoffen en van fabrika’ten, want vooral groei in in-
dustrieel opzicht schept een groote behoefte aan aller-
lei machines, die vooralsnog niet in het eigen land
kunnen worden geproduceerd. Een afwijking treedt
slechts op bij de voedingsmiddelen, waarvan de in-
‘oer na
1.929
sterk is toegenomen hij inkrimpenden
export van deze groep.
Vergelijkt men op deze grafieken den loop van de
lijn der hoeveelheden met dien van de gecorrigeerde
waarde, waaruit dus de algemeene prijs’beweging is
geëlimineerd, dan valt hieruit een conclusie te trek:
ken omtrent eventueele struotuurwijziging in onzen
in- en uitvoer. Bij den uitvoer ‘van voedingsmiddelen
en grondstoffen is de wijziging van de gecorrigeer-
de waarde per ton zeer gering. De lijnen der hoeveel-
heid en van de gecorrigeerde waarde loopen vrijwel
parallel. Anders is dit bij den uitvoer van fabrikaten.
De structuurwijziging in onzen uitvoer van fabri-
katen wordt geïllustreerd door de volgende cijfers.
Daarbij hebben wij ons tot de meest sprekende voor-
beelden beperkt, die van de voornaamste fabrikaten met een lage waarde per ton en de meest hoogwaar-
dige. Daartusschen liggen groepen, die uit tientallen
verschillende soorten bestaan. (Zie tabel onder aan
deze bladzijde).
Het aandeel der goedkoopere fabrikaten, met een
waarde per ton ‘beneden de gemiddelde waarde ‘van
den export, dat in
1928
slechts
19,07
pOt. van het
totale gewicht van onzen export van fabrikaten
bedroeg, was in
1932
tot
42,6
pOt. gestegen. Dien-
tengevolge kwam de gemiddelde waarde, die in
1928
‘belangrijk boven de waarde van papier lag, in
1932
nagenoeg met de waarde van papier overeen.
1-let aandeel der hoogwaardige fabrikaten is in de-
zelfde periode van
1,69
tot
0,93
pOt. van het gewicht
gedaald. De omvang van den export dier producten
is, met uitzondering van radio-artikelen, zeer sterk
achteruitgegaan.
De invoer van fa’brikaten in ons land beweegt zich
in overeenstemming met de ontwikkeling van den uit-
voer van fabrikaten uit andere landen. De gecorri-
geerde uaarde per ton
stijgt
sinds de crisis; de invoer
van de hoogstwaard.ige fabrikaten is daardoor minder
afgenomen dan die van de minderwaardige. Deze
ontwikkeling is dus zonder twijfel een ongunstige
factor voor d.en in- en uitvoer on’zer fabrikaten.
De invoer ‘van voedingsmiddelen toont vanaf
1923
een neiging om toe te nemen, wat de hoeveelheid
betreft.
terwijl
de gecorrigeerde waarde vrij constant
‘blijft. Er worden dus relatief steeds goedkoopere voe-
dingsmiddelen in ons land geïmporteerd, hetgeen ook
blijkt uit de vermindering van den invoer der ver-
edelde voedingsmiddelen, die in de grafiek afzonder-lijk zijn aangegven.
Eenzijdige orinteering van den uitvoer van
agrarische producten.
Bij een meer gedetailleerde hestudeering van onzen uitvoer dient onderscheid te worden gemaakt tusschen
den agrarischen en den industriëelen export, voorna-
melijk wat betreft het aantal landen, waarheen wij
onze producten exporteeren. Terwijl onze fabrikaten
naar nagenoeg alle landen worden uitgevoerd, is het
Vergelijking van de hoeveelheid en waarde van den export van eenige fabrikaten uit Nederland.
1928
–
1930 1932
Waarde Waarde Waarde
O
0
van
010
van
010
van
Gein.
–
Gein. Gem.
Uitvoer
gewicht
Uitvoer gewicht Uitvoer
gewicht
in
van den
Artikel
waarde
in
van den
Artikel
waarde
in
van den
Artikel
waarde
1000 ton
totalen
per ton
fabrikat.
1000 tôn
totalen
per ton
fabrikat.
1000 ton
totalen
per ton
fabrikat.
uitvoer
in gld.
per ton
uitvoer
in
gld.
per ton
uitvoer in gld.
per ton
in gld.
in gld. in gld.
Briketten …….
93,6
1
3,46
11,25
1
297,-.
208,8
7,84
‘
11,44
277,-
340,7 13,80
9,17
138,-
?.w’avelzurearnm
31,3
1,57
12,05
297,-
91,8 3,44
9,40
277,-
377,0
15,25
4,44
138,-
Ioolteerproduct
60,1
2,22
93,00
297,-
99,1
3,72 74,30
277,’-
87,1
399
54,90
138,-
8troocarton ….
9,12
85,80
297,-
253,9 9,52
94
2
40
277,-
181,3 7,35
61,65
138,
Jouranten-,
schrijf- en pak-
..247,3
papier
72,9
2,70
15,-
297,-
71,9
2,80
203,-
277,-
54,5 2,21
137,30
138,-
Totaal
…….
505,2
19,07
725,5
27,32
1040,6
42,60
latoenen manuf
30,1
1,11
3380,-
297,-
24,0
0,90
2825,-
277,-.
11,9
0,48
2060,- 138,-
Wollen manuf. en kleeren
3,4
0,13
7000,-
297,-
3,1
0,12
6570,-
277,-
1,0
0,04
5400,-
138,-
reder ……….
3,5
0,13
7070,-
297,-
3,7
0,14
5860,-
277,-
2,1
0,09
3650,-
138,-
[etaaldraad-
gloeilampen
..
4,8
0,17
5220,-
297,-
3,5
0,13
6580,-
277,-
ca. 1,4
0,06
5340,-
138,-
Etadioartikelen..
–
4,0 0,15
5530,-
297,-
10,9 0,41
6080,-
277,-
6,4
0,26
6030,-
138,-
45,8
1
1,69
1
47,2
1,70
1
11
22,8
0,93
L
ECONOMISCH..STATIsTIsCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
aantal landen, dat
onzen
agrarisohen
uitvoer
op-
neemt, in de meeste gevallen zeer beperkt.
Uitvoer
van
eieren
(in
hoeveelheden).
1929 1930 1931
1932
pCt. pCt.
pOt.
pCt.
Dujtsehland
…………………..70
65
66 83
Engeland
…………………….26
30
30
14
in proc. van den totaleti eiereuexport
96
95
96
97
Uitvoer
van
versehe
groenten
(hoeveelheden).
Duif,schland
………………..54
47
41
46
Engeland
…………………….28
32
België
………………………
7
9
10
ii
in
proe.
van
den totalen groentenexport 89
88
88
88
Uitvoer van
zuivelproducten (waarde).
Duitschiand ……………………
48
42
32
27
Engeland …………………….24
24
29
31
België ……………………….10
12
14
14
Frankrijk …………………….
5
8
10
11
in
proe.
van den totalen •zuivelexport 87
86
85
83
Uitvoer van
varkensvieeseht (hoeveelheden).
Duitschland …………………..
11
8
13
19
Engeland ……………………..70
57
51
46
België
……………………….12
13
17
14
Frankrijk …………………….
4
20
17
6
ïn
proc.
van
den
totalen varkens-
–
vleesehex’port ………………..
97
98
98
85
Bij
zuivelproducten
is
de
waarde
van den export
genomen en niet de hoeveelheid, omdat deze groep
uit een kleine hoeveelheid zeer hoogwaardige produc-
ten
als
boter en kaas bestaat
en
een groote hoeveelheid
gecondeuseerde en geprepareerde
melk van
lagere
waarde.
I)oor dit beperkte afzetgebied hebben bepaalde
maatregelen
van
één enkel land op-het gebied van in-voérheperking een zoo grooten invloed op onzen agra-
rischen export, dat men hier niet goed van een alge-
meene tendens kan spreken. Van 1928 tot en met 1931
nam de invoer van
voedingsmiddelen in Frankrijk,
België en vermoedelijk ook in Eigeland toe. Dienten-
gevolge kon een deel
van het verlies
van
onzèn export
naar Duitschiand in die jaren wordèn goedgemaakt,
ofschoon dit slechts een klein deel
was.
Töen 1932 in
dit
opzicht een omkeer bracht, doordat deze drie lan-den min der voedingsmiddelen in voerden, meestal als
gevolg van contingenteeringen, heeft
Du i
tschland
veer meer
dan in
1931 afgenomen.
Wat
eieren en
groenten betreFt, heeft de Nederlandsche uitvoer van
voedingsmid delen hierdoor eenige verlichting onder-
vonden. Waar dit niet het geval
was,
zooals bij zuivel-
producten, bleek de toestand in 1932 reeds uiterst
precair te zijn geworden.
-.
Nu de invoerbeperkingen in 1.933 niet verminderen,
en Duitschlancl dëze nog verder wil doen toenemen
op dezelfde drastische
wijze
als in de jaren 1928 t/m.
1-
931, kunnen de vooruitzichten vooi dén export vah
agrarische producten uit ons land niet anders dan
zorgwekkend worden genoemd.
Een klein liehtpunt
vormt
hier de export van var-
kensvieesch, waarvan in 1932 liet percentage, dat
.l)ûitschland, Engeland, België en Frankrijk ge’zamen-
lijk opnamen, is gedaald, terwijl de totale export zich
op 91.000 ton heeft kunen handhaven tegenbver
100.000 ton in 1931: In do voorafgaande jaren was
de afzet
van
verach
–
rarkensvleesch naar Frankrijk en
België vermeerderd, welke vermeerdering door con-
tingenteeringen in 1932 grootendeels teniet werd ge-
cI.aan. Nederland heeft echter in dat jaar een nieuw
afzetgebied in italië veroverd, waarheen
–
onze export
van varken
svleesch vroeger onbeteekenend was. Het
blijkt dus nog mogelijk, om ook in dezen crisistijd door
te dringen op markten, waar zulks vroegérniet ge-
lukte of niet was geprobeerd.
Verschil
in
afzetmogelijicheden voor producten van kapitaal- en van arbeidsintensieve bedrijven.
De eenzijdige oriënteering van den expozt naar en-
kele landen lbestaat bij den ui-tvoer onzer fabrikaten
niet. Deze blijkt, integendeel, over nagenoeg de ge-
koele wereld verdeeld te zijn.
Wij
maken hierbij on-
derscheid tusschen producten, clie in grootendeels ge-
mechaniseerde bedrijven worden vervaardigd, en die,
waarbij
de arbeid een grootere rol speelt. Als voor-
beeld van de eerste groep kan men kunstmest en
papier beschouwen, waarvan de in- en uitvoer gedu-
rende cle laatste jaren de volgende beweging vertoonen:
Invoer Uitvoer
Stikstoï.
kunstmest
Waarde
veelh.
Prcen-
Waarde
Hoe-
eelh.
Percen-
per ton
100n0
varf28
per
ton
LO
O
on
van
f928
f
111,50
405,6
100
f
1.15,80
34,7
lOO
1929 ……….
.105,28
438,4
108
,
105,84
37,8
109
1928 ………
1930 ……….
.99,43
190,4
47
93,36
96,2
277
.
62,68
308,7
76,3
67,90
256,5
739
1931…………
1932 ………
.47,55
194,1
47,9
47,23
406,1
1169
Couranten-
Waarde
Hoe-
veelh.
P-
Waarde
Hoe-
veelh.
Percen-
papier
per
KB.
00n0
va per K
.
G. age
f 0,15
241,1100
f
0,14
30,4
100
,
1929
……..
0,15
29,2
121
0,14
29,1
96
1928 ………
,,
0,15
34,1
141,5
0,14
32,1
105
1930 ……….
1931. ……..
1932
…
.
,,
0,13
38,1
158
0,13
26,1
86
………
0,10
,,
33,3
138
0,10
25,2
83
.I)ruk- en
Waarde
Hoe- veelh.
ercen-
Waarde
Hoe-
veelh.
Percen-
schrijfpapier
per KB.
11000
ton
van28
per
K.G.
~1000
ton van
p928
f
0,27
24,3
100
f
0,32 25,8
101)
,
0,28
25,0
103
,,
0,31
26,3
102
1.928 ………
1930 ……..
,,
0,28
22,3
94
0,31
21,0
81,3
1.929 ……….
0,26
.
20,1
8,7
.,
0,26 22,3 86,5
19
.
1.
.
……..
1932 ……..
…0,19
17,8 73,3
.,
0,19
17,3
67,1
Bij deze artikelen is de waarde
der in- cni-uitge-
voerde producten ongeveer even groot. Er heerseht
cl us con curren
–
tie tusschen gelijksoortige p rodu eten,
zoowel op de Nederlandsche
markt
als op andere mark-
ten.
Wat
stikstofkunstmest lbetreft, blijkt oiis land
ten volle in staat te zijn aan clie conèurrentie het
hoofd te bieden, terwijl dit oolc voôr schrijf- en druk-
paijier en in mindere mate voor ëou.réntenpapier het
geval is: Bij de verminderijig van den uitvoei
van dit
laatste pioduet dieit intusséhen in aanmerking te
worden genomen, dat eén standaardjroduct als con-
:rantenpapier ich beter voor conti ngenteeri
11
gsmaat-
regelen en dergelijke beperkingen leent dan de veel
moer gedifferentieerde soorten druk- en sc-hrijfpapier.
Een geheel ander beeld vetoonen. de in-
én
uitvoer
‘an meer arbeidsintensieve goedeen. Wij nemen ter
illustratie allereerst eenige belangrijke groepen van
textielptoduétér
1
):
-.
.
.-
Gebleekte
Invoer
‘
Ijitver
Waarde
H
Percen-
.
•
in -ton
van
1928
)
r
.
in ton
van
1928
1928 ……..
f
5,14
246,0
100
f
3,14
16.267,0
100
1929 ………
,,
5,46
232,8
.95
3,11
16.597,2
102
1930 ……..
.
,,
5,28
236,7
96,5
2,77
13.575,3 83,6
1931. ……..
3,89
287,3
117
2,19
11.792,0
72,4
1932
………
.
,,
2,84
…
98,0
122
1,82
7.442,0
45,$
Gverïde
en bedreikte
katoen
f
9,64
84,2
100
f7,94
525,2
100
1929 .. ……
9,67
77,4
92
7,90
428,3
81,3
1930 ……..
5,84 117,7
140
7,0
403,7
77,0
1928 ………
,,
6,03
…
92,5
110
,,
5,62
344,6
65,5
1931 ……… 1932 ………
…
,,
4,37
63,0
–
75
5,72
51,0
9,7
Bont gewevea katoenen stoffen
1928
………
f
3,47
224,1
100
f
3,66
91
100
1929
……..
…3,37
249,5
111
3,47
6453,6
101
1930
………..
3,13
353,2
157
3,11
5176,1
82,3
1931
,,
2,61
441,5.
196
2,89 4533,7
71
1932
……… ………
,,
2,03
5 59, 0
250
2,66
1640,0.25,7
1)
De invoercijfers
hebben
–
betrekking
op
het bruto-,
cle
uitvoercijfers op
het
netto-gew’icht.
26 April
1.938
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LI
Invoer
Uitvoer
‘aarcle
floeyeelh,
Waarde
E{oeveelh.
p. JIJ
.
in
Ton p. K.0
in
Ton
CL
1928..
f
5,08
3263,2
100
f
4,17
57
40,5
100
1929..
..
4,50
:1483,5
110
.,.3,91
5450,4
95
1930 …4,29
3302,7
104
.
,,
3,61
3957,9
69
1931
. .
..
3,53
3242,4
99,4
2,S9
3461,2
60,3
932..
.,
2,58
3752,0
115
2,66
2299,0
40
13
iiksk
i
ns
1928.
.
f
6,52 1440,4
100
9,09
671,7
100
1929..
6,42
1497,5
104 8,87
650,5
97
1930..
.,
6,76
2283,0
159
8,02
976,8
145
1931..
,,
5,88
2415,9
169
6,85
736,2
110
1932..
4,67
2050,0
142 5,31
284,0
42,3
Flaiiel
1928..
f
5,83
35,6
“Tö’ö f
7,76
91,3
TÖ
1929.. ,, 5,54
40,3
113
7,80
138,5
152
1930..
4,83
48,4
136
7,28
125,2
137
1931..
4,15
46,3
130
5,76
208,1
‘228
1932. .
3,44
34,0
95,5
4,96
60,0
63
Uit deze cijfers laten zich een tweetal factoren af-
leiden. in de meeste gevallen, voerden wij goedkoopere
tex’tielgoederen uit clan wij invoerden. De Neder-
landsche export was voor een groot deel gericht op
levering aan de Oostersc’he en tropische markten. Ons
grootste exportartLkel, gebleekte katoen, waarvan in
1929 ruim 16.000 ton werd uitgevoerd, en in 1932
ruim 7.400 tôn, ging in (lie jaren in een hoeveelheid
van resp. 1.5.300 en 7.200 ton naar Aziatische mark-
ten en naar tropische gebieden in Afrika. Deze export
van goedkoope goederen ondervond reeds v66r de
crisis de gevolgen van de toenemende ,Japansche con-
currentie.
Voor cle artikelen als bukski,ns en flane], waarbij
wij qualiteitsproducten uitvoerden, in waarde hooger
clan ‘wat wij zelf importeerden, terwijl deze artikelen
veel meer op afzet naar landen met gematigd klimaat
waren aangewezen, is de export tot 1931 resp. 1932
zelfs vooruitgegaan. in 1932 heeft onze textielexport een zeer gevoeligen
slag ontvangen door den val van liet Engelsche Pond.
Voor onze qualiteitsproduoten kon Engeland ons on-
dehieden. De geweldige daling van o:nzen export komt
bij alle artikelen aan het licht. Dooh wat wij hebben
kunnen handhaven, is in vergelijking met de alge-meene prijsdaling naar verhouding duurder en dus
van betere qualiteit dan wat wij vroeger exporteer-
den. Was in 1929 en 1930 de prijs van cle geëxporteer-
cle gebleekte katoen iets meer dan de helft van het-
geen wij hiervan invoerden, in 1932 was de verhou-
ding tot 64 pOt. gestegen, terwijl voor alle andere
textielproducten dat jaar de gemiddelde waarde der
uitgevoerde goederen per KG. die van den invoer
overtreft.
Men mag daaruit conciudeeren, dat onze indus-
t.rie zich ‘te weinig aan de prijsdaling’ heeft kunnen
aanpassen en dienténgevolge veel terrein verloren
heeft, vooral wat betreft goedkoopere producten. Dit
is de voorstelling, die de betrokkenen in de practijk
krijgen, waar ieder slechts met zijn eigen producten
heeft te maken. Ook wanneer men den toestand in
zijn geheel overziet, blijkt de piocentueele achteruit-
gang van den uitvoer der goedkoopere goederen groo-
ter te zijn dan bij de ‘duurdere.
Nemen wij daarnaast als voorbeeld eenige groepen
uit de electrische en machine-industrie. Voor de eer-ste industrie hebben wij de posten 1048, 1266, 1267,
1268, 1248 en 1250 van de Nederlandsche in- en uit-
voerstatistiek tezamen genomen, alle electrische
machines en apparaten omvattende, zonder radio-
apparaten. Voor de machine-industrie hebben wij een
combinatie genomen van arbeidswerktuigen, hefwerk-
tuigen en compressoren, de posten 1056, 1057, 1214,
1215 en 1216 omvaîttende.
Invoer
Uitvoer
Electr.
aI)pal’ateil
Prijs P.
In :1000
:Irijs p.
In 1000
i
J,”
Ton
F.U.
Ton
a.
1928
.
..
.
f
1,60 12,6 100
‘
1,87
5,65
100
1929
. . . .
1,60
14,5 115
1,74 5,3
94
1930
. . . .
1,60
15,8
125
,.
1,82 5,5
97 1931
. . . .
1,73
10,9
87
‘
1,51)
3,6
64
1932
. . . .
1,59
7,9
63
,.
2,19
1,8
32
.A
rbeiclswerktuigen, en z,
1928
. .
f
0,98 49,1
100
f 1,06
15,25
100 1929
….
1,07
52,2
106
1,15 14,7
96
1930
….
1,-
49,7
101
1,075
1.3,4
88
….
,,
0,97
…
38,4
78
,.
1,075
9,3
61
1.931……
1932
. . .
,,
0
3
93
23,9
49
1,-
7,3
48
In verband met de algemeene prijsdaling beteekent
deze nagenoeg constante waarde ‘van in- en uitvoer
per KG. van machines en apparaten, dat gedurende de
laatste jaren, toen de omvang van ‘beiden verminderde,
de hoogwaardiger producten zich, relatief, beter heb-
ben kunnen handhaven dan de goedkoopere producten.
De uit ons land geëxporteerde producten hebben hier
dezelfde of hoogere gemiddelde waarde als de inge-
voerde producten. ilet uitgesproken verschil to sschen
den achteruitgang van den in- en uitvoer, dat wij
bij text.ieiproducten hebben ontmoet, komt hier niet
zoo sterk naar voren. Onze machine-industrie schijnt
cle gevolgen van de prijsdaling van het Engelsche
Pond minder sterk te hebben ondervonden dan de tex-
tielindustrie.
Uit de hier geanalyseerde cijfers van den uitvoer
van fabrikaten blijkt derhalve, dat wij ‘hij dien uitvoer
onderscheid hebben te maken tusschen een klein aan-
tal produuten van hooggemechani seerde ‘bedrijven,
zooals kunstmest, briketten, en gedeeltelijk papier,
waarbij het om stand aardproducten van uniforme
qualiteit over de geheele wereld gaat. Gedeeltelijk is
Nederland hieibij de laatste jaren sterk vooruitge-
gaan, mede omdat die industrieën in ons land in die
jaren zijn uitgebreid, ‘gedeeltelijk is de achteruitgang
van onzen export niet groot geweest, zooals bij papier.
Vergelijking van de waarde per KG. van in- en uit-
gevoerde artikelen brengt aan het licht, dat onze
producten in staat zijn tegen die van het buitenland
te concurreeren.
De zoo belangrijke groepen producten van arbeids-intensieve bedrijven hebben in de crisisjaren, wat den
uitvoer ‘betreft, zeer sterk geleden. Over het algemeen
is de, uitvoer daarvan uit ons land sterker gedaald
dan de invoer. Zonder hierbij de noodzakelijkheid van
kostprijsverlagin.g uit het oog te verliezen, dient ‘voor deze artikelen toch op het feit gewezen te worden, dat
ook in ons land bij nader onderzoek ‘blijkt, hoe in vele
gevallen de duurdere producten aan den achteruit-
gang van den uitvoer tengevolge der crisis beter
weerstand hebben weten te bieden dan cle goedkoopere
artikelen. Dit zou dus wijzen op de noodzakelijkheid
om hij den uitvoer van fabrikaten nog grooter aan-
dacht te ‘besteden aan kwaliteitsproducten dan tot nu
toe is geschied.
Bij den uitvoer onzer landbouwproducten is het
kwali’teitsproduct wel overwegend, getuige het feit,
dat de waarde per KG. der uitgevoerde landbouwpro-ducten nagenoeg even groot is als die der fabrilcaten,
hetgeen uit de grafieken ‘terstond volgt, daar in beide
gevallen de lijnen der hoeveelheden ongeveer met die
van de gecorrigeerde waarde samenvallen. Daar is
het echter de eenzijdige oriënteering van onzen export
op een beperkt aantal landen, die ons zeer gevoelig
maakt voor ‘maatregelen van een bepaald land, hetgeen
minder het geval zou zijn, wanneer de uitvoer over
een zoo groot aan’tal landen was verdeeld als hij fabri-
katen het geval is.
/a»-d
G.b
LII
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
DE BUITENLANDSCHE HANDEL VAN NEDERLAND IN
VERGELIJKfNG MET DIEN VAN ANDERE LANDEN.
Voor een beoorcleeliiig van de ontwikkeling van
oiizen huitenlandschen handel is vergelijking met
andere landen noodzakelijk. 1-let is genoegraam be-
kend, dat de in- en uitvoer in alle landen gedurende
cle crisisjaren sterk is ierminderd, zoodat men alleen
tot eenige conclusie omtrent de beweging in ons land
kan komen door na te gaan, in hoeverre deze tendens
voor Nederland overeenkomt met dan wel afwijkt van
de algemeene.
Voor een vergelijking hebben wij de inteirnationale incieeling volgens de groepen levensmiddelen, grond-
stoffen en fabrikaten toegepast, welke in alle landen
op ongeveer gelijksoortige wijze is doorgevoerd. Er
blijven echter ook hierbij nog verschillen in de indee-
lmg tuisschen cle afzonderlijke landen bestaan, die van.
ondergeschikten aard zijn.
In dit onderzoek is zoowel het gewicht als de waar-
de der goederen betrokken, tenminste waar zulks mo-
gelijk was. Bij de Britsche statistieken kan de hoeveel-
heid moeilijk worden uitgerekend, in veiband met het
groote anta1 eenheden van oppervlakte, ruimte en
gewicht, hetwelk hij cle in.- en uitvoerposten wordt
gebruikt. In de Engelsche compilaties ontbreken
daarom cie totale hoeveelheden.
1)aar wij een vergelijking tusschen de verschillende
landen willen maken, hebben wij de algemeene prijs-
daling der laatste jaren, voor zoover mogelijk, ge-
elimineerd door de waarde steeds te deden door het
indexcijfer van het betrokken jaar. Daarbij is aller-
wegen het indexeijfer der groothandeisprjzen van
1913 gelijk 100 gesteld, zoodat de gevonden gecorri-
geerde waarden ook onderling vergelijkbaar zijn.
De volgende drie grafieken geven den in- en uit-
voer weer van Duitschland, België, Frankrijk, Neder-
land en Engeland gedurende de jaren 1928-1932,
gespecificeerd volgens de internationale indeeling.
Invoer van grondstoffen.
De hoeveelheid ingevoerde grondstoffen, die als
een der graadmeters der industriëele bedrijvigheid
kan worden beschouwd, is in Nederland, België en
Frankrijk ongeveer in dezelfde verhouding vermin-
.PPV
–
PJ 7VO
VA’Y
WAAMOM
–
GECO
W4A.q,
–
–
–
j
–
,4v//4,,’
&’dg,-i
,
9Q
19-11
/pP
1930
/9tP
‘950
/95/
,
9′-C,
,
9•
’90
‘5’4e
1
9
2
9
/9.10
,9J.,
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LIII
derd. Uit de betreffende grafiek blijkt, dat in ons land
en Frankrijk de achteruitgang later is begonnen dan
in Duitschland, België en Engeland, hetgeen in over-
eenstemming is met het feit, dat in deze landen de
crisis vroeger haar intrede heeft gedaan dan in
Frankrijk en Nederland. Wij hebben dien achteruit-
gang voor 1932 procentueel in cijfers uitgedrukt,
zoowel in hoeveelheden, werkelijke prijzen als gecor-
rigeerde prijzen, waarbij •het gemiddelde van de jaren
1929 en 1930 als 100 is aangenomen.
Proceutueele omvang van den invoer van grondstoffen
Hoeveel-
Werkelijke
Gecorrigeerde
1932
heid
waarde
waarde
pCt. pCt.
pCt.
Engeland
………..
onbek.
44,3 (63,5)
72,9 Duitachiand
………
50,2
37,9
51,2
België
…………..
69,3 43,5 66,0
Frankrijk
……….
‘71,9
41,0
56,6
Nederland
…
. ……
63,1
42,4
69,7
Voor Engeland is de waarde op goud’basis omge-
rekend. Tusschen haakjes is de waarde in papieren
ponden aangegeven. De achteruitgang blijkt derhalve
in Duitschiand verreweg het grootst te zijn geweest.
in 1930 en 1931 ging de •grondstoffeninvoer in En-
geland, wat de gecorrigeerde waarde betreft, even
sterk achteruit als in Duitschland, maar na de depre-
ciatie van het Pond is hierin een verandering ge-
komen. Engeland is het eenige van de beschouwde
landen, waar de gecorrigeerde waarde van den in-
voer van grondstoffen in 1932 nagenoeg even groot
is geweest als in 1931. Daardoor is de verhouding
tusschen de gecorrigeerde waarde van den invoer in
1932 en in 1929/30 voor Engeland, België en
Nederland min of meer dezelfde geworden (zie
bovenstaand staatje). Voor Frankrijk is de hoeveel-
heid der ingevoerde grondstoffen minder afgenomen,
de gecorrigeerde waarde meer dan voor België en
,’a7′,bc,,
c9
6
.
0
Nederland, welke landen in dat opzicht de meest
o vereenkomende cijfers aanwijzen.
• Uilvoor vwn fobriitcrien.
Op dezelf de
wijze
is de verhouding van den export
van fabrikaten in 1932 tot dien van 1929/30 voor de
di verse landen aangegeven.
Proceutueele omvang van den uitvoer vau fabrika-tea.
in vergelijkinr met
1929130
=
100.
–
lloeieel.
‘Verkelijke
Gecorrigeerde
1932
heid
waarde
waarde
pCt.
pCt.’
pOt.
Engeland
………..
oubek.
39,3 (56,4)
70,6 Duitschiand
………
53,7
47,6 64,5
België
……………
66,7
45,4
70,0
Frankrijk
……….
53,4
41,9 57,8
Nederland
……….
91,3
35,3
58,1
In dit opzicht wijkt de positie van Nederland
van die van andere landen af. Wat de hoeveelheid be-
treft, ‘is onze export van fabrikaten veel minder ach,-
teruitgegaan dan die van andere landen; wat de waar-
de en de gecorrigeerde waarde betreft, behooren wij tot
de landen, die het zwaarst zijn getroffen. De structuur
van onzen export van fabrikaten heeft zich dus ge-
wijzigd. De goedkoopere fabrikaten, inzonderheid die
der kapi taalsintensieve bedrij.en, zijn procentueel
gaan overheerschen. Deze afwijkende tendens ‘blijkt
duidelijk uit de volgende.tabel,’ waarin de gecorrigeer-de waarde per ton uitgevoerde fabrikaten voor de ver-
schillende landen in de laatste jaren is berekend. Voor
Engeland is deze berekening- niet uitgevoerd wegens
het ontbreken van gegevens omtrent de ‘hoeveelheden.
Alle cijfers zijn afgerond. (Zie bovenaan de volgende
bladzijde).
De gemiddelde waarde van onzen export van fabri-
katen was steeds lager dan die vaii Duitschland en
Frankrijk. Wij stonden vroeger ‘belangrijk hoven Bel-
gië, dat door het groote percentage, dat ouhewerkt
11V
-py
(/Z7V’
‘,A.ty / A
,.Z»JLC.4
7EÇy
/’ôe’7
7w
‘l,pd
LIV
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
Werkelijke en gecorrigeerde waarde van den uitvoer van fabrikaten per ton gewicht, in guldens.
1928
11
1930
11
1931
11
1932
Werkel.
1
ecori’.
II
Werkel.
ecorr.
II
Werkel.
1
Gecorr.
II
Werkel.
I
Gecorr.
Duitschiand …………………….
665
475
644
518
617
547
568
585
Be1gi
…………………………
16
9
137
165
151
150
165
127
165
Frankrijk ………………………
590
450
531
470
470
460
418
510
Nederland ……………………..
.
304
204
273
232
195
202
142
180
ijzer, cement, baksteen, ed. goedkoope fabrikaten van
zijn totalen export uitmaakte, een lage gemiddelde
exportwaarde had, maar het verschil is in 1932 zeer
klein geworden.
Op deze structuurwijziging in onzen handel, waar-
bij inzonderheid een quantitatieve toefleming van de in kapitaal-intensieve bedrijven vervaardigde massa-
artikelen opvalt, hebben wij in het artikel over den
boitenlandschen handel van Nederland, dat elders
in dit Kwartaalbericht is opgenomen, nader •gewe’en.
Invoer van fabrilcaten.
Wat den invoer van fabnikaten betreft, is, zooals uit
de grafiek blijkt, de beweging van de gecornigeerde
waarde tot 1931 toe voor Engeland, België, Frank-
rijk en Nederland een gelijksoortige. De veel groo-
tere hoeveelheid, die Nederland importeert, staat
in verband met het ontbreken van een eigen metallur-
gische industrie, waardoor de relatief goedkoope
ijzerfabrikaten, 2ooals rails, e.d. het gewicht van den
invoer sterk beïnvloeden.
Ten aanzien van fabrikaten, geeft Engeland in 1932
een tegenovergestelci beeld te zien als bij grondstoffen.
De •gecorrigeerde waarde van den invoer van fabri-
katen is met een sprong achteruitgegaan, die van den
export, welke voordien sterk achteruitging, is in 1932
plotseling blijven staan. De vergelijking van de be-
weging van den in- en uitvoer met die van andere
landen gedurende een aantal jaren toont zeer duide-
lijk den grooten invloed, die het verlaten van deti
ZN
£iV
,irvoeci
VAN
VO/NGW.OLW.
l.4
1
44A
GEcq,E.q.o.E i444.9
26 April 1.933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
L ‘
gouden standaard op Engeland’s buitenlndschen
handel heeft gehad.
Duitschland geeft, in vergelijking met andere lan-
den, cle grootste vermindering van den invoer van
fabrikaten te zien, vooral ook wat de gecorrigeercle
waarde betreft.
In- en uitvoer van voedingsmiddelen.
De in- en uitvoer van voedingsmiddelen vertoonen, behalve voor Duitschland, een geheel ander beeld dan
de fabrikaten. België, Frankrijk en Nederland hebben
in 1932 zelfs een grooteren invoer gehad dan in 1928,
terwijl de gecorrigeerde waarde van den invoer van
voedingsmiddelen in Engeland vrijwel constant is
gebleven.
Procentueele omvang van den in- en uitvoer van
voedingsmiddelen in vergelijking met
1929/’30 =
ioo:
Uoe’eel- Werkelijke Gecorrigeerde
heid
waarde
waarde
pOt.
pCt.
pOt.
Invoer in. 1932
ngelanc1 ………..on.bek.
52,4 (75,3)
98,5
:Duitsch.land ……..
76,3
43,9
59,3
België
………….
109,4
59,2
89,4
Frankrijk ……….
131,4
87,8
120,9
Nederland ……….
107,5
68,4
91,7
Uitvoer in 1932
Engeland ………..onbek.
44,9 (65,5)
79,1
Duitschiand ……..
60,7
35,0
47,2
België
………….
123,4
63,2
97,5
Frankrijk ……….
63,7
48,9
68,6
Nederland ……….
84,2
47,3
77,8
De achteruitgang van Duitschiand als verbruiks-
land van geïmporteerde voedingsmiddelen is veel
grooter dan uit deze
cijfers
blijkt, omdat de invoer in
1929 en 1930 reeds sterk was gedaald in vergelijking
met de vorige jaren. Duitschland w’as toen reeds bezig
zich onafhankelijk van den graaninvoer te maken. De
vergroote invoer van relatief goedkoope voedingsmid-
delen in verschillende landen heeft geleid tot het
in voeren van diverse contingenteeringsmaa tregelen ter bescherming van den binnenlandschen landbouw.
In alle landen, behalve Duitschland, was de invoer
van voedingsmiddelen in 1932 dientengevolge kleiner
dan in 1931, terwijl de geringe toename van dien
invoer in Duitschland in het afgeloopen jaar geens-
zins in verhouding staat tot de exceptioneel groote
vermindering, die de invoer van voedingsmiddelen in
dal land vanaf 1928 aanwijst.
De gecorrigeerde waarde van den invoer van
levensmiddelen is allerwegen sterker gedaald dan de hoeveelheid. (Men raadplege de tabel onderaan deze
pagina). Dit wijst op den invoer van naar ver-
houding steeds meer goedkoope voedingsmiddelen,
die zich dus in alle landen openbaart. Gedeeltelijk
hebben .hi ertoe misschien contingenteeringsmaat-
regelen medegewerkt, waarbij de invoer der meest
hoogwaardige voedingsmiddelen, zooals boter, kaas,
vleesch, verschillende groenten, visch, soms sterk
werd beperkt, terwijl in andere landen weer deviezen-
beperkingen dezelfde uitwerking als deze coiltingen-
teeringen hadden.
Wat de waarde van den uitvoer per ton betreft, is
deze voor Nederland vrij hoog. Wij volgen op Frank-
rijk, staan boven België en ver boven Duitschland.
Daartegenover is de waarde der in Nederland inge-
voerde voedingsmiddelen per ton lager dan in de
andere landen, waarmede wij deze cijfers hebben ver-
geleken. Een en ander blijkt uit de volgende tabel.
De hoogere exportwaarde van de Fransc.he voe-
dingsmiddelen is het gevolg van de belangrijke posi-
tie, die de export van wijn, en vooral likeuren, in
deze groei) inneemt.
Onze in- en uitvoer blijkt derhalve vrijwel in de-
zelfde verhouding als die van België, Frankrijk en
Engeland te zijn verminderd. Duitschland vertoont
een procentueel grootere vermindering van zijn bui-
tenlandschen handel dan de andere landen. Voor ons
land is het speciaal van groot belang, dat de invoer
van voedingsmiddelen in Duitschland een buitenge-
woon grooten achteruitgang te zien geeft, die welis-
waar in 1932 even tot stilstand is gekomen, maar
zich waarschijnlijk in den loop van 1933 weer met
vernieuwde kracht zal doorzetten.
De betee/cenis der verschillende landen voor het
internationale ruilvericeer.
In het begin van deze serie van vijf jaar was Enge-
land in ieder opzich’b het lnd, dat voor het interna-
tionale ruilverkeer de grootste beteekenis had. Uit
onze grafieken 1blijkt, dat het een veel grooteren in-
en uitvoer van fabrikaten had dan eenig ander land,
waarvan wij den buitenlandschen handel hebben ge-
analyseerd, terwijl het, wat den in- en uitvoer van
grondstoffen betreft, met Duitschland gelijk stond.
Engeland’s invoer van voedingsmiddelen was in die
jaren bijna gelijk aan de som van den invoer van
Duitschiand, Frankrijk, België en Nedeland.
Deze positie van Engeland, vooral bij den in- en
uitvoer van fabrikaten, is in de crisisjaren eenigszins
verzwakt. Slechts de gecorrigeerde waarde van den
uitvoer van fabrikaten was in 1932 nog grooter dan
•die van Duitschiand, de werkelijke waarde was klei-
ner, terwijl deze in 1928 den Duitschen export van
fabrikaten nog verre overtrof. Wat den invoer be-
treft, is de waarde der geïmporteerde grondstoffen
‘oor Duitschiand, Frankrijk en Engeland nagenoeg
evenveel achteruitgegaan, zooda’t deze drie landen ook
in 1932 ieder ongeveer voor dezelfde waarde aan
grondstoffen invoerden. Als invoerland van voedings-
middelen heeft Engeland zijn overwegende beteekenis
ten aazien van andere Europeesche landen behouden.
Als importeerende landen van fabrikaten staan op
het oogenblik Engelaild en Frankrijk aan de spits,
hetgeen eveneens •het geval is bij den invoer van ‘oe-
digsmiddeleil. In beide groepen heeft 1)uitschland
de tweede plaats aan Frankrijk afgestaan. Door deze
zeer sterke, goeddeels met opzet doorgevoerde ver-
mindering van den invoer, vermindert dus de relatie-
ve beteekenis van Duitschland in den wereidhandel.
‘Waarde per ton der
in-
en uitgevoerde levensmiddelen, in gildeus.
1928
11
1930
–
1931
1932
Werkel.
Gecorr.
Werkel.
Georr.
Weikel.
Gecorr.
–
Werkel.
Gecoir.
Invoer.
222
161
237
190
212
187
126 130
Duitschland
…………………….
147
121
–
124
113
86 95 75
96
tielgie
………………………..
Frankrijk
………………………
211
161
.
186
165
150
147 115
141
Nederland ……………………….
162
109 118 100
83 87
68
87
Uit voer.
–
87,5
109
87,5
78
69 68
70
204
165
180
165
141
155
110
142,5
Duitsektand
…………………….122
België
…………………………
354
270
265
–
235 250 245 209 255
Frankrijk
……………………….
Nederland ………………………
298
.
200
.
235
200
193
200
142 180
LVI
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
SEIZOENSFLUCTUATIES IN DEN IN- EN UITVOER
VAN NEDERLAND.
Uitvoer.
Beschouwt men de maandeli,jksc’he ontwikkeling van
de waarde van den uitvoer van Nederland nauwkeu-
rig, dan blijkt, dat deze afwisselend dalingexi en stij-
gingen te zien geeft, welke zich over het algemeen
zeer regelmatig herhalen. Om deze en wellicht nog
andere tendenzen in de beweging van de uitvoer-
waarde duidelijk naar voren te laten komen, hebben
wij vanaf 1925 de dalingen of stijgingen van elke
maand ten opzichte van het maandelijksch gemiddelde
van het betreffende jaar, dat wij op 100 hebben ge-
steld, berekend. De onderstaande cijfers stellen
in procenten de afwijkingen naar boven en ‘beneden
voor ten opzichte van het algemeene maandgem’id-
delde, ‘t.w. 8.33 pOt.
(/12
van 100), dat, zooals vanzelf
spreekt, voor elk jaar een ander absoluut getal ver-
tegenwoordigt (zie onderstaande tabel).
Hieruit blijkt, dat men ‘bij de waarde van den uit-
voer drie groepen van maanden kan onderscheiden:
10.
De uitvoer ligt bijna steeds beneden ‘het gemid-
delde in de maanden Januari, Februari, April, Juni
en December.
2o. De uitvoer ligt bijna steeds boven het gemid-
delde in de maanden Augustus, September en October.
3o. De uitvoer ligt dan weder ‘boven, dan weder
beneden het gemiddelde in de maanden Maart, Mei,
Juli en November.
De periode van December tot en met Februari geeft
dus steeds een inzinking van onzen export ‘te zien,
terwijl de periode van Augustus t/m. October een
uitgesproken opleving vertoont. De overige maanden toonen een eenigszins afwisselend beeld van stijgin-
gen en dalingen. Dit verschijnsel wordt zeer goed
waarneembaar, indien men de onderstaande cijfers
in grafiek brengt. tOm de seizoensfluctuaties duide-
lijker te laten zien, hebben wij in plaats van een
periode •van 12 een van 15 maanden genomen. De
inzinking in de waarde van den uitvoer in de periode
van Dec. ‘t/m. Febr, komt daardoor beter uit. Men
zie de nevenstaande grafiek.
1)
Wat de veranderingen van de afzonderlijke maan-
den betreft, moge op het volgende worden gewezen.
Wij beginnen daartoe met de periode Augustus t/nl.
October.
Stijging van Juli op Augustus.
Deze wordt in de
eerste plaats veroorzaakt door den export van
bloem-
bollen.
Kleinere, maar toch nog vrij regelmatige stij-
gingen komen voor bij den uitvoer van kaas en pekel-
haring. Tegenover deze stijgingen staan echter dalin-
gen bij den uitvoer van komkommers, aardbeien en
aardappelen n.a.g.
Stijging van Augustus op September.
Ook hier is
de export van
bloembollen
de
belangrijkste
factor van
de stijging. Bovendien constateeren wij andere niet
onbelangrijke stijgingen bij den uitvoer van groene
erwten en •bacon. Daartegenover vertoonen verschil-
1)
Voor de procentueele afwijkingen van de laatste drie
maanden in de grafiek zijn steeds de cijfers van het vol.
geud jaar genomen, waardoor deze niet op dezelfde
abso-
lute
uitvoerwaarde gebaseerd zijn als die van de overige
12
maanden. Deze onregelmatigheid heeft verder geen- be.
teekenis, omdat het ‘hier te doen is om de maandelijksche
beweging
van de uitvoerwaarde.
lende agrarische artikelen reeds een daling, waarbij
die van tomaten de belangrijkste is.
Stijging of daling van September op October.
Hoe-
wel de uitvoerwaarde van October steeds, vaak
zeer ibelangrijk, boven het gemiddelde ligt, is in het
meerendeel van de gevallen een daling ten opzichte
van September waar te nemen. Deze daling is dan
hieraan toe te schrijven, dat de export van bloembol-
len in October geringer is dan die in September. De uitvoerdaling van tomaten, ‘boter en versche eieren
is, hoewel op zichzelf belangrijk, tegenover den vaak
plotseling sterk afgenomen uitvoer van bloembollen
van minder be’teekenis. Verschillende producten ver-
UITVOER
J.
f.M,A.M.J.JA.S.O,N.D.
1925
‘
3,
/N
N
1928
1931
1.
E M. A. M. J.
i,
A
5. O. N
D.
+1
-I
+1
–
+1
-I
+1
-H
-1
-H
-i
+1
-1
+1
Procentueele atwijkingen in de rnaandelijksche uitvoerwaarde t.o.v. het jaargeiniddelde.
Jan.
I
Febr.
I
Maart
I
April
I
MeiI
Juni
I
Juli
I
Aug.
I
Sept.
Oct.
I
Nov.
I
Dec.
1925
………..
-0.80 -0.97
-0.28
-0.20
+
0.15
–
1.39
+
0.66
+
1.26
+
1.52
+
0.75
-0.11
–
0.54
1926
……….
–
1.73
–
1.16
–
0.17
–
0.58
–
0.91
–
0.75
0.09
.4-
1.15
+
2.14
+
1.32
+ 0.66
+
0.16
1927
……….
–
1.09
–
1.17
+
0.39
–
0.08
–
0.16
+
0.15
–
0.16
.4-
0.23
+
1.22
+
0.93
+
0.07
–
0.31
1928
……….
–
1.44
-0.77
+
0.20
-0.92
-0.02
–
1.07
–
0.17
+
1.48
+
1.55
.
-‘
0.95
+
0.28
–
0.02
1929
……….
–
0.82
.
–
2.28
+
0.15
0
+
0.33
0
+
0.29
— 0.86
+
0.86
+
1.07
+
0.29
–
0.71
1930
……….
–
0.43
.
.
–
0.50
+
0.39
–
0.43
+
0.3’b
–
0.56
+
0.25
+
0.80
+
0.59
±
0.93
–
0.50
–
0.90
1931
……….
–
0.08
..
–
0.60
– 0.01
+
0.29
–
0.23
–
0.75
+
0.43
+
0.06
.j-
1.39
—
0.88
-0.01
–
1.33
1932
……….
.-
0.60
.
+
0.24
–
0.04
–
0.32
-0.79
–
0.42
–
0.60
– 0.04
+
1.07
+
1.54
+ 0.14
– 0.14
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERIÇHT
LVII
1
toonen echter in deze maand een toeneming, zooals
aardappelen na.g., suikerbieten, boomen en heesters,
pekelharing, versch varkensvieesch en koelhuiseieren.)
Daling van October op November.
November is als een overgangsniaand te beschouwen tusschen een
periode van hooge naar een van lagè uitvoerwaar-
de. De uitvoer ligt in deze maand nog meestal
boven het gemiddelde. Zonder uitzondering neemt
men echter een daling ‘ten opzichte van October waar,
hetgeen aan den verminderden uitvoer van een groot
aantal artikelen is toe te schrijven. Wij noemen naast de voortgaande daling van den export van bloembol-
len, die van aardappelen, groene erwten, druiven,
pekelharing, kaas en versche eieren. Een stijging van
den uitvoer van suikerbieten en van koelhuiseieren
verzwakken slechts in geringe mate het effect der
grootere dalingen.
Daling van November op December.
Zeer regelma-
tig is ook de daling van de uitvoerwaarde in Decem-
ber t.o.v. die in November. Naast een algemeene
daling in tal van groepen, vindt deze daling haar oor-
zaak weer voornamelijk in den verderen teruggang
van den uitvoer van landbouw- en veeteel’tproducten.
Vrij sterke en regelmatige dalingen vertoonen de
posten: pekelharing, bacon, boter, kaas, groene erw-
ten, aardappelen, suikerbieten, boomen en heesters.
Stijgingen van eenig belang staan hier haast niet
tegenover.
Daling van December op Januari.
De daling in
Januari ‘ten opzichte van December is over het alge-
meen zeer regelmatig. Uitzonderingen waren 1930 en
1931.• De daling in deze maand wordt door veischil-lende artikelen veroorzaakt, die in hoofdzaak behoo-
ren tot de groepen III (mineralen, metalen en niet in andere groepen opgenomen fabrikaten daarvan), VI
(olie, hars, gom, balsem, pek, teer, was; fabrikaten.
van deze stoffen), IX (garen, touw en touwwerk,
1)
In de jaren
1929, 1939
en
1932
vertoont de uitvoer-
waarde in October t.o.v. September een stijging in tegen-
stelling met de dalende beweging in de overige jaren. Deze vindt naast kleine stijgingen in verscMllende groepen, vul.
haar oorsprong in den vermeerderden uitvoer van artike-
len van groep VIII, van welke groep vooral in
1929
de
onbereide huiden van runderen en van kalveren een toe-
neming vertoonen, van groep
XIV,
waarbij de post schepen
soms vrij sterk stijgt, verder van groep III, waarin de
artikelen steenkool, bunkerkolen voor vreemde schepen en
kunstmest in de jaren
1930
en
1932
stijgingen ondergaan, en van groep VI, waarin de uitvoer van cocosolie, cacaoboter
en van mengsels van al of niet geharde oliën in de maand
October toeneemt.
IN MILL. GULDENS
weefsels en stoffen, kleederen en modewaren) en
XIII (voedings- en genotmiddelen niet genoemd in
de groepen 1, II, IV en VI) van de handelsstatistiek.
Stijging of daling van Januari op Februari.
De
veranderingen in deze periode zijn zeer onregelmatig.
Bijna zonder uitzondering ligt de uitvoerwaarde in
deze maanden beneden het gemiddelde.
Stijging van Februari op Maart. Een regelmatig
voorkomende stijging is die van Maart ten opzichte
van Februari. Alleen het afgeloopen jaar geeft hier
een tegengestelde beweging te zien, waarbij wij er de
aandacht op vestigen, dat de export in Februari 1932
op een veel hooger niveau lag dan in andere jaren.
De stijging in Maart ten opzichte van Februari is aan
een groot aantal artikelen toe te snhrijven. Bij deze
stijging moet men er rekening mede houden, dat de
maand Februari gewoonlijk drie dagen minder telt
dan Maart, ‘hetgeen op zichzelf reeds een verschil
beteekent van 10 pOt.
In de volgende maanden zijn de fluctuaties in den
export zeer onregelmatig. Over het algemeen valt een
daling van Maart op April te constateeren. De veran-derin.gen van April op Mei zijn zeer onregelmatig
Daling van Mei op Juni.
De uitvoerwaarde in Juni
ligt ‘bijna zonder uitzondering onder het gemiddelde,
terwijl zij zich t.o.v. Mei meerendeels in dalende rich-
ting beweegt. Stijging in Juni komt slechts voor, wan-
neer de waarde van den export iii Mei reeds op zeer
laag niveau is gekomen. Een onderzoek naar de groe-
pen der statistiek, welke in deze dalingen een rol spe-
len, leverde het volgende resultaat. Een regelmatig
terugkeerende daling geeft groep IX te zien (garens,
touw
;
touwwerk, enz.), waarin vooral de dalingen der
posten garens van kunstzijde (onbewerkt, ruw of ge-
bleekt) en garens van katoen overwegen. Evenzoo be-
weegt de export van cacaoboter, geharde plantaardige
vetten en lijnolie van groep VI, cacaopoeder, in som-
mige jaren ook melis van .groép XIII, zwavelzure
ammoniak, ruw ijzer en staal van groep III en elec-trische toestellen en soms me’taaldraadgloeilampen
van groep XV zich in dalende richting.
Tenslotte hebben wij voor een goed inzicht in deze
materie den totalen export, den export zonder groep
1 en II (dierlijke en plantaardige producten) en de
groepen 1 en II afzonderlijk in grafiek gebracht.
Duidelijk blijkt hieruit, dat de seizoenfluctuaties in
de uitvoerwaarde voornamelijk door den variëeren-
den uitvoer van agrarische en dierlijke producten
worden veroorzaakt.
1925
1928
1927
1928
1929
1930
1931
1932
Waarde van den totalen uitvoer (zonder goud en Zilver).
gr,,
,,
exclusief die van de groepen 1 en H.
,,
,,
,,
uitvoer van de groepen 1 en 11- (dierlijke en plantaardige producten).
LVIII
ECOOMISCH-STATISTISÇH KWARTAALBERICHT
26 April 1933.
Invoer.
Bij den invoer is de invloed der verschillende sei-
zoenen op de beweging van de ingevoerde waarde
bijna niet waar te nemen. Wel is bij enkele producten
of groepen vn producten een regeimatige seizoens-
beweging te bemerken, maar in de totale waarde corn-
penseeren deze verschillende tendenzen elkaar weer
grootendeels. Beschouwen wij onderstaande tabel,
welke op dezelfde wijze als de overeenkomstige staat
van den export is opgesteld, dan blijkt duidelijk, dat
de schommelingen in geen geval een seizoensbeweging
vertoonen. De nevenstaande grafiek illustreert dit
eveneens.
Bij nadere beschouwing der verschillende dalingen
en stijgingen kunnen wij in enkele gevallen een –
weliswaar zwakke – regelmaat waarnemen.
lo. De jaarlijks terugkomende vrij sterke stijging
in Maart zal ook hier grootendeels haar oorsprong
in de korte kalendermaand Februari vinden.
2o. October is de eenige maand, wier invoerwaarde
steeds boven het gemiddelde ligt. Deze vertoont boven-
dien in de meest gevallen een stijging t.o.v. Septern-
ber. In de jaren 1926 en 1928, toen de invoerwaarde
in October daalde ten opzichte van September, had zij
in deze laatste maand echter reeds een hooger niveau
dan gewoonlijk ‘bereikt. Deze stijging in September
was gedeeltelijk toe te schrijven, aan een vervroegden
import van agrarische producten, maar de eenige oor-zaak was dit geenszins.
• De soms zeer groote vermeerdering der ingevoerde
waarde in Oct. t.o.v. Sept. (in 1925 bedroeg de tQene-
ming zelfs
f
60 millioen, in 1929
f
27 millioen) blijkt,
na. analyse der verschillende groepen van de handels-
statistiek, voornamelijk door de groote invoeren van
plantaardige voort’brengselen veroorzaakt te worden.
Zoo vertoont deze groep (groep II der ‘handeisstatis-
tiek) in Octeber 1925 een
stijging
van ruim
f
31 mii-
lioen. Ongeveer de helft van dit bedrag is een gevolg
van den verhoogden invoer van granen. Over ‘het alge-
meen is de ‘beweging van groep II in de maand Octo-
ber zeer wisselvallig, hetgeen voor een ‘belangrijk deel
de schommelingen in de invoerwaarde van deze maand
t.o.v. vorige maanden verklaart.
Regelmatiger
stijgingen
vertoonen de groepen XV (andere goederen dan gebracht onder de groepen 1-
X1V; o.a. arbeidswerktuigen, electrische generatoren
en dynamo’s, electrische toestellen en installaties,
speelgoed, kramerj en galanteriewaren), XIII (voe-
dings- en genotmiddelen, niet genoemd in de groepen
1, II; IV en VI).. In de artikelen van deze laatste
groep is weinig regelmaat te ‘bespeuren. Soms stijgt
de invoer van koffie, melis, Kentucky-ta’bak en daalt
de invoer van ruwe rietsuiker, maar in andere jaren
overwegen andere artikelen en bewegen de genoemde zich soms in tegengestelde richting. Verder vertoonen
nog regelmatig stijgingen groep 1 (dieren en dierljke
producten; meestal bestaande uit een grooter aantal
kleine stijgingen), en soms ook groep VI (olie, hars;
gorn, enz.). Een ontleding van al deze groepen levert
vrijwel geen resultaat op, daar slechts zelden een
eenigszins aanzienlijke stijging van een bepaald arti-
kel een ‘behoorlijke regelmaat vertoont.
3o. De daling van de invoerwaarde in November
kan eveneens een tamelijk regelmatig verschijnsel ge-
noemd worden. Afgezien van groep II, spelen de
dalingen in de groepen IX (garens, touw en touw-
werk, weefsels en stoffen, kleederen en modewaren;
vooral de invoer van wollen en ‘halfwollen bovenklee-
ding van vrouwen en meisjes en kinderen ondergaat
hier een aanmerkelijke daling), XIII en III (miiie-
ralen, metalen en niet in andere groepen opgenomen
fa’brika’ten daarvan) een rol. Verdere ontleding geeft
ook hier een zeer wisselvallig resultaat, terwijl de
daling meestal veroorzaakt wordt door een groot aan-
tal kleine dalingen bij verschillende producten.
Wij ‘komen dus tot de conclusie, dat de seizoens-
beweging, welke wij bij de uitvoerwaarde constateer-
den, bij de irn’oerwaarde slechts een geringe rol speelt.
INVOER
F. M. A. M. J. J. A. S. 0. N. D
1025
1926
—__
9
28/
1929
..-
/
1931
•_____’•
A’
________
932
N
YN
1, F MA M
1
1
A
0 N
fl
+1
-I
-t-‘
-4
+1
+1
-I
+1
-1
+1
-J
-H
-1
+1
4-1
S
Procentueele afwijkingen in de maandelijksehe uitvoeiwaarde t.o.v. het iaareemiddelde
Jan.
I
Febr.
I
Maart
April
I
Mei
I
Juni_
Juli
I
Aug.
I
Seph
I
Oct.
I
Nov.
‘
Dec.
1925
……….
.
–
0.03
-0.47 -0.03
-0.28
-0.09
–
0.78
0.79
–
0.53
–
0.40
+
2fl
–
0.22
–
0.03
1926
……….
.-
0.41
–
0.53
+
0.36
–
0.06
–
0.29
+
0.36
+
0.30
0
+
0.48
0
–
0.23
0
1927
………..
-0.79 -0.79
+
0.78
-0.04
-0.21
+
0.14
-0.21.
+
0.14
±
0.08
+
0.43
+
0.37
+
0.14
1928
…
.
…….
-0.50 -0.28
+
0.72
-0.77 -0.28
..
0.11
-0.39
+
0.33
+
0.88
+
0.55
0
-0.45
929
……….
.-0.11
-2.11
-0.77
+
0.05
+
0.20
0
+
041
+
0.61
+
0.10
+
1.13
±
0.61
-0.16
1930
……….
.-
0.18
–
0.57
±
0.64
-0.23
+
0.8.9
–
0.08
‘-t-
0.25
+
0.11
.4..
0.16
–
0.30.
–
033
–
0.86
1931
………..
+
0.36
–
1.02
-0.05
+
0.10
-0.26
0
4-
0.36
-0.36
+
0.25
+
0.87
-0.31
+
0.15.
1932
………..
+ 111.
-.028
.+.
020
+
0.20.
-0.59
1
–
0.04
-0.71 -0.65.
-0;28
+
0.87
+
0.02
+’08’
26 Apiil 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LIX
SEIZOENSFLUCTUATIES VAN HET POND STERLING.
Het loslaten van den gouden standaard door Enge-
land heeft geleid tot belangrijke fluctuaties van het Sterlingdevies, die bij voortduring groote onzeker-
heid in het bedrijfsleven veroorzaken. Hoewel het
Pond de laatste weken vrij stabiel is gebleven, valt
over de toekomstige ontwikkeling weinig met zeker-
heid te zeggen. Niettemin willen wij hier de aandacht
op één bepaald verschijnsel vestigen, dat bij de juiste
beoordeeling van de koersontwikkeling ‘niet gemist
kan worden.
In de jaren, toen Engeland nog den gouden stan-
daard voerde, fluctueerde het Pond Sterling elk jaar
iii bepaalde perioden zeer regelmatig, hetgeen echter
niet zeer sterk in het dog viel, omdat de kooi’s zich
binneu de beide goudpunten bleef bewegeu. Niettemin
konden de fluctuaties relatief toch van vrij groote
beteekenis zijn. Het was namelijk een opmerkelijk
verschijnsel, dat het Pond Sterling steeds in het voor-
jaar vast en in het najaar zwak gestemd was. Dit is
gemakkelijk te bewijzen, indien men de koersfluctek-
ties nagaat. Wij hebben daartoe voor de jaren 1926-
1930 een gemiddelde berekend van de rnaandeljksche
gemiddelde -goudprijzen te Londen en deze in on-
clerstaande grafiek weergegeven. Hieruit blijkt dui-
delijk, dat de goudprjzen te Londen ten tijde van
den gouden standaard in den loop van het jaar ste-
gen, hetgeen dus overeenkomt met een daling van den
Sterlingkoers. Het schijnt, dat deze daling in ver-
band staat met de financiering van oogsten en den
invoer van grondstoffen.
1-Jet is van belang in dit verband twee feiten te
memoreeren, die in het licht van deze seizoenflucta-
ties begrijpelijker worden. Het betreft hier den terug-
keer tot en het loslaten van den gouden standaard
door Engeland. De eerste gebeurtenis vond plaats in
April 1925, op een tydstip dus, dat het Pond t.o.v. cle buitenlandsche valuta’s in een vaste stemming
verkeerde. Het opgeven van den gouden standaard in
September 1931 geschiedde in een maand, waarin
steeds een zeer sterke daling van het Pond optreedt.
Dat deze seizoenfiuctuaties invloed
01)
deze gebeur-
GULDENS
8
84/i/
LJII
—
9.50
/
JAN. FEDR.MRT APR. MEI JUIII JULI AUG.SEPT.00T NOV.DEC.
— Gemiddelde van de maanclelijksche goudprijzen te Lon-
den in de periode van
1926-1930.
– – Koers van liet Pond in
1932.
–
tenissen hebben gehad, is wel zeer waarschijnlijk.
Het hier gesignaleerde verschijnsel vormt boven-
dien voor een belangrijk deel ook de verklaring voor
een ander feit, t.w. de koersontwikkeling van het
Pond Sterling in 1932 en het begin van 1933.
Deze koersontwikkeling komt namelijk in groote
trekken geheel overeen met den aard van de fluctua-
ties van het Pond, toen het nog op goudbasis stond.
Het Pond is in den loop van 1932 belangrijk gedaald
om begin December den laagsten stand te bereiken.
Deze daling was echter niet continu en bovendien is
daarna weder een verbetering ingetreden; in de laatste
maanden legt het Pond wederom een vaste stemming aan -den dag. Van het koersverloop van het Pond ten
opzichte van den Gulden en van de Londensche goud-
prijzen in 1932 geeft nevenstaande grafiek een beeld.
1)
Deze gang van zaken is geheel in overeenstemming
met de seizoensbeweging. liet eenige verschil is, dat
de fluctuaties thans veel grooter zijn, omdat het Pond
tot op zekere hoogte aan geen -grenzen meer is ge-
bonden, waardoor bepaalde gebeurtenissen zich veei
ste±ker accentueeren dan vroeger. Zoo is bijv. het
Pond begin December sterk gedaald in verband met
de betaling van de oorlogsschulden aan de Ver. Sta-
ten. De onzekerheid, die dit teweegbracht, had boven-
dien tengevolge, dat er een soort vlucht uit het Pond
plaatsvond. 1-letzelf de verschijnsel, maar in omgekeer-
de richting heeft zich de laatste maanden voorgedaan.
Volgens een uitlating van Chamberlain in het Lager-
huis, op 23 Februari jl., wardn de goudaankoopen
door de Bank of England een gevolg van den grooten
toevloed van buitenlandsche gelden naar Londen. Het
is zeker, dat deze geidverplaatsingen mede toe te schrijven zijn aan de vaste houding van het Pond
Sterling en de wankele positie van den Dollar.
De krachten, die het Pond doen fluctueeren, zijn
vaak zoo sterk, dat het ,,Fonds -tot nivelleering van
den wisselkoers” waarschijnlijk niet voldoende is het
Pond binnen enge grenzen te houden. Dit Fonds,
dat in April 1932 door de regeering is opgericht, zou
over middelen ten bedrage van 11175 millioen beschik-
ken, welke voor een deel omgezet zijn in -deviezen.
Hoewel de transacties van dit Fonds’geheim zijn, is
het zeker, dat het sedert zijn oprichting voortdu-
rend op de wisselmarkt heeft geopereerd. Het is aan
geen twijfel onderhevig, dat het Fonds in •de laatste
maanden op groote schaal deviezen heeft gekocht en
op deze wijze een al te sterke stijging van den Pon-
denkoers heeft voorkomen. De belangrijke toeneming
van den goudvoorraad van de Bank of England schijnt -bovendien in verband te staan me-t de transacties van
dit Fonds. Volgens Paul Einzig
2)
zijn de middelen
van het Fonds tot verderen aankoop
–
van deviezen
uitgeput en wissel-t het daarom zijn deviezen in
Londen of New-York in goud om, dat aan de Bank
of England wordt verkocht. Het Fonds krijgt zoo-
doende weder de beschikking over nieuwe middelen,
die het tot -aankoop van deviezen kan -gebruiken.
in-dien men zich een oordeel over de koersontwik-
keling van het Pond wil vormen, moet men er reke-ning mede houden eenerzijds, dat -de seiz-oensfluc-
tu-aties in de afgeloopen maanden een stimuleerende
werking hebben uitgeoefend, waard-oor tevens vele
buitenlandsche gelden in Londen belegging -hebben
gezocht, anderzijds, -dat de -goudvoorraad van -de Bank
of England op 5 April 156 millioen grooter was dan
een jaar tevoren, en -het Exchange Equalisation Fund
thans waarschijnlijk een groot bedrag aan deviezen
bezit. – –
Tot welk resultaat een en ander zal leiden, valt
in het geheel niet te voorspellen,, te minder waar
cle kwestie van de -oorlogsschulden nog niet definitief
is -opgelost. – – –
9 In deze grafiek hebben wij de koersbeweging in
omge-
keerde richting
.geteekend, teneinde cle para-lielliteit met de
niaaudelijksche goudprijzen te Londen beter te doen uit-
komen.
2)
In ,,The Banker” van Maart
1933.
–
SHIU.ING
64/t
,2ç1
–
_
–
‘t,,
8,50
IJ
LX
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
HET PRIJSVERLOOP VAN GROOT-
HANDELSARTIKELEN GEDURENDE HET
EERSTE KWARTAAL VAN
1933.
1
)
TARWE.
De markt heeft zich in het begin van het jaar her-
steld van de depressie van het einde van 1932 en is
verder steeds beheerscht geweest door eenerzijds de
geringe vraag naar buitenlandsche tarwe op het
West-Europeesche vasteland, waar in 1932 de tarwe-oogsten groot zijn geweest, alsmede door ruime oog-
sten en dringend aaiTbod van het Zuidelijk halfrond,
anderzijds door den onbeteekenden omvang der Rus-
sische verschepingen, geregelden grooten uitvoer uit
Australië naar het Verre Oosten, de waarschijnlijk-
heid, dat als gevolg van droogte de wintertarwe der
Ver. Staten een zeer kleinen oogst zal opleveren, het
achterhouden door de Amerikaansche boeren, den zeer
geringen uitvoer uit de Ver. Staten en het vooruit-
zicht, dat nieuwe steunwetten voor den landbouw aldaar zullen leiden tot vermindering van den uit-
voer van zomertarwe.
Deze hausse-factoren hebben zich in Europa ech-
ter aanvankelijk nauwelijks doen gevoelen, omdat het vasteland zeer weinig kocht en Argentinië zoowel als
Australië dringend offreerden, ondanks de vele ver-
koopen van Australische ‘tarwe naar China. Dat Cen-
traal Europa wegens kleine oogsten en het in de
:Donaulanden ontbreken van een uitvoeroverschot
overzeesche tarwe kocht, steunde de markt niet merk-
baar. Langen tijd verkeerde de Europeesche markt
dan ook in lustelooze houding. Nadat de Mei-termijn
aan de Rotterdamsche termijnmarkt in Januari nog
in prijs was gestegen van f3.82Y2 tot f4.12 per
100 KG., schommelde die later hoofdzakelijk tus-
schen
f
3.95 en
f
3.80.
en
Canada slaagde in den verkoop zijner tarwe ge-
woonljk beter dan de andere uitvoerlanden, ondanks
zijn groote voorraden, omdat Canadeesche tarwe
tegenwoordig eigenlijk de eenige aangeboden harde
tarwe is en het Europeesche vasteland zooveel eigen
zachte tarwe te verwerken heeft, dat de beperkte invoer zich voor een grooter gedeelte dan anders
dient te bepalen tot Canadeesche soorten. Canadee-
sche tarwe is dan ook geleidelijk vrij wat duurder
geworden dan Argentijnsche, ook als gevolg van de
preferentiëele douane-behandeling in Engeland en
vindt tevens gemakkelijker plaatsing dan de over-
vloedig aangeboden Platatarwe. De binnenlandsche
bankcrisis heeft aanvankelijk vooral uit inflatievrees
tot een korte
prijsstijging
geleid, doch ook nadat die
weder was ingezakt, is het prijspeil toch gehandhaafd.
De markten der Ver. Staten bleven vast met Vrij
sterke
prijsstijging
wegens de slechte vooruitzichten
der wintertarwe en de toenemende kans, dat daar tot
algemeene productiebeperking zal worden overgegaan.
Ook Canada ondervond daarvan den invloed en of-
schoon
Argentijnsche
en Australische tarwe in Maart
nog nauwelijks vaster liepen, verkreeg de markt toch
reeds een beteren grondtoon.
ROGGE.
De internationale handel in rogge is gedurende
i) Bij de beschouwing van •de volgende overzichten dient
men er rekening mede te houden, dat, wij deze reeds in
het begin van deze maand van onze mede’erkers hebben
ontvangen (Red).
het hier ‘behandelde kwartaal van weinig beteekenis
geweest. Dit Rusland was het aanbod gering en in
Polen en Duitschland is de lust, om tot de tegen-
woordige lage prijzen, rogge te exporteeren, eveneens
afgenomen. Bij de beperkte vraag leidde dat niet tot
prijsverbetering van eenige beteekenis en de voor-
raden te Rotterdam vonden op een weinig veranderd
prijspeil slechts langzaam plaatsing. Tenslotte was
eigenlijk Argentinië het eenige uitvoerland, dat ge-
regeld rogge aanbood.
Ie”:
CM.
CM
CM
Geregeld werden in Plata-rogge bescheiden zaken
naar Nederland gedaan. Uitvoer uit de Ver. Staten
en Canada kwam zoo goed als niet voor.
MAIS.
Ook de maïsprjs heeft zich in Januari hersteld van
de depressie, die onmiddellijk voor Kerstmis haar
diepste punt had bereikt en die in Nederland in het
bijzonder nog was versterkt door overdadige aanvoe-
ren van Donaumaïs. In Januari reeds waren de aan-
voeren in West-Europa aanmerkelijk kleiner. Uit de
Donauhavens werd minder verscheept wegens de daar
ingetreden vorst en Argentinië laadde minder af,
omdat het uitvoeroverschot sterk was afgenomen.
Daar echter tevens het maïsverbruik verminderd bleek
te zijn, waarvan in Nederland de oorzaak ligt in ver-
mindering van den varkensstapel en de steeds slech-tere vooruitzichten bij den afzet der veeteeltproduc-
ten, kwam de prjsverbetering spoedig tot staan, on-
danks de afgenomen verschepingen. Wel ‘bestond er
nu en dan een premie voor spoedige mais en ook was
Platamaïs wegens het afnemende aanbod uit den
ouden oogst spoedig Vrij wat duurder dan andere
soorten. Toen de Donau weer ijsvrij werd en de Ver-
schepingen daar ‘dus konden toenemen en tevens
vastetond, dat de nieuwe Argentijnsche oogst weder
een groot uitvoeroverschot zou opleveren, nam de
reeds niet groote ondernemingslust weer af en in
Februari zette een nieuwe prijsdaling in. In Neder-
land verminderden de daar aanwezige voorraden
slechts langzaam en zelfs de beperkte nieuwe aanvoer
vond nu en dan slechts moeilijk plaatsing. Daarbij
was van tijd tot tijd Noord-Amerika goedkoop met
maïs aan de markt, wat dan weder in Argentinië de
rnaïsmarkt drukte. Zoo xette zich in Maart de prijs-
-‘
I
IsIe
CM.
L,Li
daling voort tot mais van den Donau, waar nog
groote hoeveelheden aanwezig zijn, lager werd aan-
geboden dan in dit seizoen nog was voorgekomen. Wel
had men in Nederland in December nog iets lagere
prijzen voor aangekomen maïs gekend, doch daartoe was toen uit de eerste hand niet te koop. Met het oog
op de onzekere toekomst en den zeer voldoenden om-vang van den nieuwen Argentijnschen oogst ontmoet-
te het aanbod van nieuwe maïs uit Argentinië zeer
weinig ‘belangstelling, al werd die op aflading na
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LXI
April tot geleidelijk dalende prijzen en met een aan-
merkelijk deport aangeboden. Tot de lage prijzen is
in Nederland vrij geregeld Donaumaïs gekocht en
Russische mais vindt daar wegens de drogere kwali-
teit eveneens steeds afzet evenals Platamaïs; doch de
omzet is aanmerkelijk afgenomen. Beter is die nog
gebleven in Engeland, doch ook daar werd veel over
den teleurstellenden afzet geklaagd. Tenslotte heeft
in verband met de kleine aanvoeren de markt voor spoedige mais in het einde van Maart nog een iets
vriendelijker voorkomen verkregen, doch de vooruit-zichten voor de maïsmarkt blijven weinig rooskleuri.g
en latere posities ‘bleven flauw.
GERST.
Voergerst is ook in deze eerste maanden van 1933 weder een veel minder belangrijk handelsartikel ge-.
weest dan vroeger, vooral ook omdat Duitschland den
invoer nu vrijwel geheel heeft gestaakt. Aanvoeren
van Rusland en den Donau waren steeds zeer klein
en in den aanvang van het jaar moesten dus de in
West-Europa aanwezige voorraden bijna in de ge-
heele vraag voorzien. In Nederland waren zij daar-
toe gemakkelijk in staat, want de vraag was aller-
minst levendig en de prijzen bleven vrijwel onveran-
derd. Geleidelijk is van Argentinië het aanbod van
gerst toegenomen en herhaaldelijk leidde dat tot
zaken van eenige beteekenis naar Nederland. Naar-
DD 1Y1Ö
k
1929
1930
1931
1932
1972
mate deze gerst begon te arriveeren, bleek zij van zeer
goede hoedanigheid te zijn, hetgeen den afzet der
voorradige Oost-Europeesche soorten nog heeft ver-traagd. Gedurende eenigen tijd, toen de aanvoer nog
beperkt was, werd voor spoedige partijen Platagerst
een premie hoven latere posities betaald, doch in
Maart is die bij ruimeren aanvoer verloren gegaan.
Aan het einde der maand is tevens het prijspeil, dat
geruimen. tijd vrij stabiel was geweest, eenigszins
ingezakt.
LIJN ZAAD
Het optimisme van begin Januari, waarmede het
laatste overzicht eindigde, heeft zich tenminste in zoo-
verre bewaarheid, dat inderdaad de prijzen, die begin
Januari op circa
f
134 tot
f
135 per last stonden,
langzaam gestegen zijn en gedurende de laatste helft
van Januari op
f
139 tot
f
140 terecht zijn gekomen.
De zeer groote consumptie in Europa en de regel-
matig groote afladirigen uit Argentinië hebben tot de
gedachte geleid, dat in aanmerking genomen den niter-
maten kleinen oogst in Argentinië, de prijzen van lijn-
zaad waarschijnlijk wel voor een groote verbetering vatbaar zouden zijn. Dit is in den loop der maanden
een misrekening gebleken. De vraag naar koeken en
de afzet van ljnolie werd in Europa voortdurend
slechter en bij ‘het sluiten van dit bericht zijn, de toe-
standen nu zoo, dat omzetten van eenige ‘beteekenis
niet meer plaats hebben. Er wordt slechts schoorvoe-
tend gekocht en de Duitsche vetverordening, die einde
Maart bekend is geworden, heeft natuurlijk een
paniek op de wereldmarkt voor oliën en vetten te
voorschijn geroepen. Deze verordening is daarom van
zoo ingrijpenden aard, omdat het niet alleen direct
den import van oliën en vetten in Duitschland belem-
mert, maâr tevens den afzet van veevoederkoeken en
deze veevoederkoeken, die toch een belangrijk product
vormen van de olie-industrie, zullen dus ergens anders
moeten worden verkocht. Het gevolg is alleen, dat
de prijzen voor alle oliezaden en daaronder natuur-
lijk ook ljnzaad sterk zijn gevallen.
in alle gevallen is het aanbod uit Argentinië steeds
grooter geworden en de aankomsten in ons land zijn
zoo groot geweest, dat de consumptie die niet heeft
kunnen opnemen. Het gevolg hiervan is geweest, dat
zich voorraden in onze havens hebben gevormd, welke
op het oogenblik ca. 25/30.000 tons bedragen. Onder
den druk van deze voorraden zijn de
prijzen
aan het
einde van de maand Maart tot ca.
f
123,50 per last teruggegaan. Sindsdien is wel een kleine veibetering
ingetreden, maar zelfs op het oogenblik is lijnzaad nog
te verkrijgen voor ca.
f
18,—, welke prijs dus onge-
veer even laag is als in Juni van het vorige jaar,
toen wij een geweldigen oogst van lijnzaad hadden.
l?e afladingen uit Argentinië zijn tot op voor eenige weken regelmatig groot geweest en het land heeft van
zijn nieuwen oogst niet minder dan 116.500 tons ver-
stuurd en het nog voor export beschikbare surplus is nu nog door de Argentijnsche regeering geraamd op
655.000 tons. .
I
—
•’A
I’I.P
Opmerkelijk is, dat Bri’tsch-Indië, hetwelk het vorig
jaar eigenlijk in het geheel niet in staat ‘bleek tot
de toen heerschende marktprjzen iets te verkoopen,
dit jaar daarentegen blijk geeft, goed mede te kunnen.
Waar bovendien in Engeland het Britsch-Indische
zaad vrij kan ingevoerd worden, terwijl op het Argen-
tijnsche lijnzaad 10 pOt. invoerrechten zijn gelegd, is
het duidelijk, dat Britsch-Indië in een voordeeliger
positie is geraakt. In alle gevallen zijn transacties
naar Engeland voor Britsch-Indië successievelijk
grooter geworden en het gevolg zal dus zijn, dat Ar-
gentinië, meer dan andere jaren, op het vasteland van
Europa is aangewezen.
Amerika is door de daar heerschende finaociëele
omstandigheden dit jaar een uitermate slechte af-
nemer van lijnzaad geweest en het is niet te beoordee-
len, hoe zich de toestand zal ontwikkelen.
KAAS.
Het nieuwe jaar heeft geen verandering kunnen
brengen in de lustelooze stemming, die de twee laatste
maanden van het afgeloopen jaar kenmerkte. De
markt bleef voortdurend ‘buitengewoon flauw ‘bij
langzaam, doch gestadig afbrokkelende prijzen. De
vraag van buiten- zoowel als binnenland was zeer
beperkt. Slechts in broodkaas 40plus werd met het
buitenland een goede handel onderhouden; de prijzen
van deze soort konden zich dan ook het langst hand-
haven. Duitschiand verhoogde tot tweemaal toe zijn invoerrechten. Hiervan ondervindt onze handel zeer
nadeelige gevolgen. Door het afloopen van het
Zweedsch-Duitsche verdrag op 15 Februari jl. werd
het invoerrecht op onze harde kaassoorten (in verpak-
king van meer dan 236 KG.) van 20 R.M. op het
autonome tarief van 30 R.M. gebrâcht. ‘Vervolgens
werd met ingang van 11 Maart het autonome recht
voor genoemde kaassoorten tot 60 R.M. verhoogd. Dat
beteekent voor ons land dus een iuvoerrechtverhoo-
ging van 300 pOt. in één maand tijds. Een dergelijke
maatregel van een land, waarheen het afgeloopen jaar
nog 42 pOt, van onzen kaasu.itvoer ging, zal zeer
ernstige gevolgen voor onze kaasmarkt hebben. Dat
wij volgens het Finsch-Duitsche verdrag nog 1010 ton
tegen ‘het oude recht mogen invoeren, is voor ons
land van weinig belang, aangezien onze uitvoer naar
LXII
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
•
STATISTISCH OVERZICH’
GRANEN
EN ZADEN
TUINBOUWARTIKELEN
VLEESCH
TARWE
R000E
MAIS
GERST
LIJNZAAD
________(Loosduinen)
RUND-
VLEESCH VARKENS-
BLOEM-
–
KASKOM-
SALADE
Manitoba
No. 2 loco
No. 2 Canada
loco
La Plata
loco
62/63 K.G.
z, Russische
La Plata
loco
(versch)
VLEESCH
(versch)
Rotterdam!
Amsterdam
R’damlA’dam
R’damlA’dam
loco Rotter-
dam!A’dam
R’damiA’dam
KOOL
le söort
KOMMERS
le soort
le soort 5)
Gem.v.3kw.
100KG.
per
per 100 KG.
K.G.
per 100 K.G.
per 2000 K.G.
20000.
per 1960
K.G.
p.lOOsLS)
i.l00sL5)
Rotterdam Rotterdam
–
f1,
0j
f1.
°Io
f1.
0
1
0
6.
9/
f1.
°!o
/
o/
,f
0/
f
0/
/
0
10
/
Ojo
1925
17,20 100,0
13,07
5
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0
–
–
1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9
–
1
–
—
–
–
1927-
14,7585,8
12,475
95,4
176,00
76,0
237,00
100,4
362,50
78,4!
– –
—
—
– –
1928
13,47
5
78,3
13,15
100.6
226,00 97,7 228,50
96,8 363,00 78,5
26,47
100,-
—
23,08
100,-
5,83
100,-
93,-
100,-
77,50 100,-
1929
12,25
71,2
10,875
83,2
204,00
88,1
179,75
76,2
419,25
90,6
26,32
99,4
23,83
103,3
7,60
130,3
96,40
103,7
93,125
120,2
1930
9,67
5
56,3
6,22
5
47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
16,32
61,7
18,28
79,2
3,51
60,2
108,-
116,1
72,90
94,1
1931
5,55
32,3
4,55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
18,49
69,9
16,89
73,2 4,33
74,3
88,-
94,6
–
48,-
61,9
1932
5,22
5
30,4
4,62
5
35,4
77,25
33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
16,71
63,1
11,87
51,4 3,57
——
61,2
61,-
65,6
37,50 48,4
lan.
1931
6,52
5
37,9
4,-
30,6
84,50
36,5
86,25
36,5
207,50
44,9
96,-
103,2
56,-
72,3
febr.
5,775
33,6
3,90
29,8
87,50
37,8 85,75 36,3
206,25
44,6
—-
91,-
97,8
64,5
Maart
5,62
5
32,7 4,20
32,1
103,00
44,5
104,75
44,4
214,00
46,3
90,-
96,8
65,8
April
5,90 34,3
4,42
5
338
112,00
48,4
117,00
49,6
197,75
42,8
20,42
77,1
22,42
97,1
7,45
127,8
97,-
104,3
47,-
60,6
Mei
6,15 35,8
4,975
380
95,75
41,4
124,00
52,5
189,00
40,9
16,56
62,6
18,75
81,2
4,27
73,2
98,-
105,4
45,-
58,1
Juni
5,75
33,4
5,05
38,6
86,75
37,5
116,50
–
49,4
191,50
41,4
9,51
41,2
1,27
21,8
101,–
108,6
41,-
52,9
Juli
5,425
31,5
4,70
35,9
84,25
36,4
115,75
49,0
211,00
45,6
—
—-
95,-
102,2
49,-
63,2
Aug.
4,975
28,9
4,025
30,8
74,50
32,2
119,50
50,6
185,50
40,1
94,-
101,1
54,-
69,7
Sept.
4,775
27,8
4,27
32,7
68,00
29,4
97,00
411
164,25
35,5
84,-
90,3
50,-
64,5
Oct.
5,-
29,1
4,475
34,2
68,50
29,6
94,75
401
160,25
34,6
75,-.
——
80,6
49,–
63,2
Nov.
.
5,825
33,9
5,475
41,9
81,00
35,0
114,50
48,5
169,75
36,7
————————
————————
72,-
77,4
48,-
61,9
Dec.
4,925
28,6
4,95
37,9
69,25
29,9
111,25
47,1
145,75
31,5
–
–
–
–
–
–
70,-
75,3
43,
55,5
lan.
1932
5,05
29,4
5,07
38,8
71,25
30,8
114,00
48,3
142,50
30,8
70,-
75,3
40,-
51,6
ebr.
•
5,30 30,8
5,07
5
38,8
74,00
32,0
108,50
46,0
142,25
30,8
68,-
73,1
34,-
43,9
Maart
5,525
32,1
5,80
44,4
86,75
37,5
118,00
50,0
143,25
31,0
67,-
72,0
32,-
41,3
April
5,65
32,7
6,225
47,6
88,75
38,3
124,50
52,8
135,25
29,2
20,38
77,0
15,06
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
65,3
5,27
90,4
63,-
67,7
28,-
36,1
Mei
5,60 32,6
5,30
40,5
78,00
33,7
116,00
49,2
130,25
28,2
13,03
49,2
14,78
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
64,0
3,71
63,6
67,7
26,-
33,5
luni
5,225
30,4
4,15
31,7
80,75
34,9
105,75
44,8
128,75
27,8
–
5,76
25,0
1,73
29,7
67,-
72,0
34,-
43,9
)uli
4,90
28,5
4,-
30,6
78,75
34,0
100,25
42,5
129,75
28,1
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
—
–
–
–
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
—
–
–
–
68,8
35,50 45,8
Aug.
5,20
30,2
4,07
5
31,2
77,50
33,5
98,25
41,6
133,00
28,8
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
—
–
–
–
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
—
–
–
–
62,-
66,7
40,50
52,2
Sept.,,
5,475
31,8
4,20
32,1
78,50
33,9
88,50
37,5
150,75
32,6
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
–
–
—
–
–
–
55,-
59,1
42,50
54,8
Oct.,,
5,25 30,5
3,92
5
30,0
74,50
32,2
79,50
33,7
138,25
29,9
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
51,-
54,8
44,-
56,8
NOV.
4,90 28,5
•
3,90
29,8
71,25
30,8 79,00
33,5
135,25
29,2
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
–
–
—
–
–
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
53,-
57,0
46,-
59,3
Dec.
4,725
27,5
3,80
29,1
66,25
28,6
75,25
31,9
135,00
29,2
53,–
57,0
46,-
59,3
Jan.
1933
4,95
28,8
3,75
28,7
•
73,00
31,5
75,25
31,9
136,50
29,5
–
–
–
–
—
–
–
–
–
–
–
–
—
—-
—
–
–
–
–
–
—
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
–
–
–
–
—
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
50,50
54,3
44,75
57,7
Febr.,,
4,775
27,8
3,70
28,3
71,00
30,7
74,75
31,7
130,25
28,2
–
–
–
–
—
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
-49,25
53,0
45,-
58,1
Maart
,,
5,05 29,4
3,825
29,3
73,50
31,7
76,25
32,3
130,50
28,2
–
–
–
–
—
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
46,50
50,0
46,-
•
59,3
3 April
,,
4,85
28,2
3,75
28,7
71,00
30,7
71,00
30,1
125,50
27,1-
13,67
51,7
17,06
–
–
–
–
—
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
–
–
–
–
—
–
–
–
—
—
—-
–
–
–
73,9
–
–
–
–
—
–
–
—
—
—
—-
–
–
4,99
85,6
47,-6
50,5
48,_6)
61,9
10
5,-
29,1
3,70
‘28,3
71.00
30,2
71,00
30,1
128,-
27,7
14,75
55,7
14,125
–
–
–
–
—
–
–
—
—
—
—-
–
–
–
61,2 3,56
61,1
50-
7
53,8
48,-
7
)
61,9
18
,,
,,
5,25
30,5 3,70
28,3
74,00
32,0
70,00
29,6
129,00
27,9
14,75
55,7
1
13,08
56,7
2,88
49,4
51,-
8
54,8
48,-
8
)
61,9
24 5,45
31,7 3,80
29,1
75,00 32,4
72,50
30,7
135,00
29,2
1) Men zie voor de toelichting op dezen staat de nos. van 8, 15 Aug. 1928, .25 Febr. 1931 en IS Febr. 1933.
2)
Tot Jan. 1931 Hard Winter No.2. van Jan. 1931 to
vanaf 26Mei1930 tot 23Mei1932 74 K.G. Zuid-Russische.
4)
Tot Jan. 1928 Malting; van Jan. 1928 tot 9 Febr. 1931 American No. 2, van 9 Febr. 1931 tot 23 Mei 193
het betreffende jaar.
6)
7 Apr. 7)14 April.
S)
22 April.
Vervolg STATISTISCH OVERZICH
MINERALEN
‘TEXTIELG OEDEREN
– –
DIVERSEN
STEENKOLEN
Westfaalschel
–
PETROLEUM
BENZINE KATOEN
WOL
–
WOL
gekamde
–
KOE-
KALK-
Hollandscfie
bunkerkolen, Mid. Contin.
Crude
Gulf
6XP
–
gekamde
Australische, Australische,
HUIDEN
SALPETER
_________
onezeefd f.o.b.
33 tim 33.9° 6466
0
$cts. per
Middling
locoprijzen
F.0. F.
Sakella-
G. F. No.
1
Merino, 64’s Av.
CrossbredColo-
nial Carded,
Gaaf, open
kop
Old. per
100
KO.
R dam/A’dam
per
1000
K.G.
Bé
s.
g.
per barrel
U.S.
gallon
New-York
rides
Oomra
Liverpool
loco
Bradford
per Ib.
SO’s
Av. loco
57-61 pnd.
netto
per Ib.
Liverpool
Bradford per
1h.
–
–
–
1925
f1.
10,80
°lo
100,0
$
1.63
0
1
100,0
8cts.
14,86
°/o
100,-
$
cts.
23,25
0
10
100,0
pence
29,27
01
0
100,-
pence
9,35
0
/o
100,-
pence
55,00
–
°Io
100,0
pence
29,50
0
/0
100,0
6.
34,70
01
100,0
f1.
12,-
0
10
100,0
1926
17,90
165,7
1.89 112,5 13,65
91,9
17,55
75,5
16,24
55,5
6,30
67,4
47,25 85,9 24,75
83,9 28,46
82,0
11,61
96,8
1927
11,25
104,2 1.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77,8
48,50
88,2
26;50
89,8
40,43
116,5 11,48
95,7
1928
10,10
93,5
1.20
71,4
9,98
67
1
2
20,00
86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50 93,6 30,50
–
103,4
47,58
137,1
11,48
95,7
1929
11,40 105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17,05
58,2
6,59
70,5
39,-
70,9
25,25 85,6 32,25
92,9
10,60
88,3
1930
11,35
105,1
1.12
36,7 8,77
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0
3,92
41,9
26,75
48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
82,0
1931
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
33,9
8,60
37,0
7,33
25,0
3,08
33,0
21,50
39,1
12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
71,8
1932
8,00
74,1
0.81
48,2 4,50
30,3
6,45
27,7
5,21
17,8
3,11
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
-11,15
32,1
6,15
51,3
Jan.
1931
10,30
95,4
0.85
50,6
6,08
40,9
10,30
44,3
8,31
28,4
3,09
33,1
21,25
38,6
12,00
40,7
24,63
71,0
10,11
84,3
Febr.
10,30
95,4
0.85
50,6 6,14 41,3
10,95
47,1
9,58
32,7
3,55
38,0
21,75
39,5
12,00
40,7
22,50
64,8
10,21
85,1
Maart
10,30
95,4
0.66
39,3
6,07
40,9
10,90
469
9,70
33,1
3,56
38,1-
25,25
45,9
14,50
49,2
22,25
64,1
10,21
85,1
April
10
1
15
94,0
0.53
31,5 5,66
38,1
10,25
44,1
8,68
29,7
3,31
35,4
24,50
44,5
14,50
49,2 22,25
64,1
10,21
85,1
Mei
10,00
92,6
0.535
31,5
5,375
36,2
9,40
40,4
8,18
27,9
3,01
32,2
23,50
42,7
13,00
44,1
21,75
62,7
10,21
85,1
Juni
10,00
92,6
0.34
205
4,24
28,5
9,10
39,1
7,54
25,8
3,01
32,2
22,00
40,0
12,50
42,4
19,13
55,1
10,21
85,1
Juli
10,00.
92,6
0.24
5
14:3
3,40
5
22,9
9,25
39,8
7,73
26,4
3,35 35,8
22,25 40,5
12,50
42,4 20,25
58,4 8,26
68,8
Aug.,,
10,00
92,6
0.4.3
25,9 3,94
26,5
720
31,0
5,94
20,3
2,59 27,7 22,25 40,5
–
12,00
40,7
18,75
54,0
7,
58,3
Sept.
10,00
92,6 0.56 33,2 5,50
37,0
655
2
8:2
5,77
19,7
2,59 27,7
20,00
36,4
11,00
37,3
18,-
51,9
6,50
54,2
Oct.,,
9,90
91,7 0.56
33,2
4,19
28,2
6,30
27,1
5,82
19,9
2,85
30,5
19,50
35,5
10
:
75
36,4
17,50
50,3
6,65 55,4
Nov.
9,90
–
91,7 0.68
404
4,62
311
6,40 27,5
5,72
19,5 3,11
33,3
19,00
34,5
10,75
36,4
16,75
48,3
6,80
56,7
Dec.
9,90 91,7
0.71
423
5,31
35:
7
6,30
27,1
4,98
17,0
2,99
32,0
16,25
29,5
9,00 30,5
—
–
–
6,95 57,9
Jan.
1932
8,25
76,3
0.71
42,3
5,25 35,3
6,65 28,6
5,09
17,4
3,38 36,2
–
16,50
30,0
9,00
30,5
11,63
33,5
7,10
59,2
Febr.,,
8,25
76,3
0.71
42,3
4,925
33,1
6,90
29,7
5,31
18,1
3,51
37,6
16,25
29,5
9,00
30,5
11,75
–
33,9 7,25
60,4
Maart
8,35
77,3
0.71
42,3
4,625
311
6,90
29,7
5,37
18,3
3,30 35,3
16,50
30,0
8,75
29,7
10,25
29,5 7,40
61,7
April
8,65
–
80,1
0.86
51,2
4,34
292
6,25 26,9
–
5,08
17,4
3,08 33,0
16,50
30,0
9,00
30,5 9,25 26,7
7,40
61,7
Mei
‘
8,30
76 ,9
0.86
51,2
4,25
28,6 5,80 24,9
4,57
15,6
2,76 29,5
15,75
28,6
8,25
28,0
8,88
25,6
7,40
61,7
Juni
,,
8,25
76,3
0.86
51,2
4,25
28,6 5,25 22,6 4,44
15,2
2,55 27,3
15,25
27,7
7,75
26,3
9,
25,9 7,40
61,7
Juli
8,10
75,0 0.86
51,2 4,25 28,6
5,80 24,9 4,97
17,0
2,77
29,6
16,00
29,1
8,50
28,8 9,75
28,1
–
–
Aug.
7,80 72,2 0.86
51,2 4,30
28,9
7,35
31,6
5,71
19,5
3,33 35,6
15,75
–
28,6
.8,25
28,0
12,
.34,6
5,70 47,5
Sept.
7,75
71,8
0.86
51,2
4,375
29,4. 7,75
33,3
6,37
21,8 3,64 38,9
16,75
30,5
8,75
29,7 13,75
39,6
5,90
49,2
Oct.
7,65
70,8
0.86
51,2
4,45
29,9
6,50
28,0
5,68
‘19,4 3,16
33,8
15,75
28,6 8,50
28,8
–
14,-
40,3
6,-
50,0
Nov.
7,40
68,5
0.86
51,2
4,60
31
,
0
6,15
26,5
5,16
17,6
3,-
32,1
–
15,25
27,7
8,25
28,0
12,
34,6
6,10
50,8
Dec.
7,25
67,1
0.745
44,3
4,435
298
5,95
25,6
4,73
16,2
2,80
30,0
15,25
27,7
8,00
–
27,1
11;50
33,1
6,20
51,7
Jan.
1933
7,05
65,3
0.53 31,5
4,16
28,0
6,15
26,5
5;13
17,5
2,95
31,6
15,75
28,6
–
8,25 28,0
11,50
33,1
6,30
52,6
Febr.
7,20
66,7
0.38
22,6 3,97
26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78.
29,7
15,50
28,2 8,25
28,0
10,38
29,9
6,40
53,3
Maart
,,
7,25
67,1
038
22,6
3,87°
26,1
6,40
27,5 1
4,97
17,0
1
2,77
29,6
15,25
–
27,7
7,75
26,3
10,75
31,0 6,40
–
53,3
3 April
,,
7,25
67,1
0.38
22,6
3,$75.2
26,1
1
6,40 27,5
J
5,05
5
17,3
1
2,605
27,8
15,50
8
)
28,2
7,75°)
26,3
–
6,40
53,3
10
,,
,,
7,25
67,1
–
0.38
22,6
3,875
3
26,1
1
6,60
28,4
5,21
1
17,8
1
2,676
28,6
–
– –
– –
–
6,40
53,3
18
,,
,,
7,15
66,2
0.38
10
)
22,6
3
;
494
23,5!
6,70
10
)
28,8
1
5,23
7
17,9
!
2,677
28,6
15,75
0
)
28,6
7,759)
26,3
•
6,40
53,3
24
7,40
68,5 0.34
20,2
1
6,90
29,7
1
1
—
–
6,40
53,3
1)
Jaar- en maandgem. atger. op
‘Is
pence.
2)
7 Apr. 2)13 Apr.
4)
20Apr.
5)5
April.-
0
)12 April.
7
)19 April.
9
)6 April.
.9)
20April.
10)
17 April.
/
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LXIII
‘AN GROOTHÂNDELSPRIJZEN
1
)
ZUIVEL EN EIEREN
METALEN
BOTER KAAS
Edammer
EIEREN
KOPER
LOOD
TIN
.
IJZER
1
Cleveland
1
GIETERIJ-
ZINK
•
GOUD
ZILVER
per K 0
Leeuwar-
Alkmaar
Gem. not.
Eiermijn
Standaard
Locoprijzen Locoprijzen locoprijzen
Foundry No. 3
•IJZER
(L
III)
p.
Locoprijzen
Londen
•
cash
Londen
cash Londén
per
der Comm.
Fabrieks-
kaas
Roermond
Londen Londen
per Eng. ton
Londen per
Eng. ton
•
f.o.b.
Middlesbrough
1
Eng. t. f.o.b.
per per ounce
Standard
Noteering kI. mjmerk
P 100 St.
per Eng. ton
perEng.ton
Antwerpen
Eng.ton fine
Ounce
f1.
51
0
f1.
Oj
R.
Oj
o
‘Ê
O/
£
°!o
£
ole
5h.
°lo
sh.
010
£
O/
5h.
0/ pence
°Io
231
100,0
56,-
100,0
9,18
100,0
62.116
100,0
36.816
100,0
261.171-
100,0 731-
100,0
67/-
100,-
36.3/6
100,-
8516
100,-
32
1
1s
100,0
1,98
85,7
43,15
77,1
8,15
88,8
58.11- 93,5
31.116
85,3
290.1716
111,1
8616
118,5
68/8
102,5
34.216
94,3
85/-
99,5
28
11
,1
89,3
2,03
87,9
43,30 77,3
7,96
86,7 55.141- 89,7 24.41- 66,4
290.41-
110,8
731-
100,0
6416
96,3
28.101-
78,8
851-
99,5
26jg
83,3
2,11
91,3
48,05 85,8
7,99
87,0
63.161-
102,8
21.1-
57,8
227.51-
86,8
661-
90,4
6218
935
25.5/6
69,9
851-
99,5
26
1
116
1
81,1
2,05
88,7
45,40
81,1
8,11
88,3
75.141-
121,9
23.51- 63,8
203. 1516
77,8
7016
96,6
68/9
102,6 24. 17/6
68,8
851-
99,5
24
7
116•
1
76,2
1,66
71,9
38,45
68,7
6,72
73,2 54.131-
88,0
18.116
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
99,5
17
11
116
1
55,4
1,34
58,0
31,30
56,9
5,35
58,3
36.51- 58,4
12.1/-
33,1
110.11- 42,0
551-
75,3
47/6
70,9
11.106
31,9
9216
108,2
131
41,6 0,94 40,7
22,70
40,5
4,14
45,1
22.171-
36,8 8.121- 23,6
97.2/-
37,1
42/-
57,5
371
55,2
9.161-
27,1
1181- 138,0
12718
40,1
1,61
69,7
32,25
57,6
6,63
72,2
45.716 73,1
1 4-16
38,5
1 I68/-
44,4
6016
82,9
5116
76,9
12. 1816
35,7
85/-
99,5
.
13
7
1
43,2
1,66
71,9
33,80
60,4
6,21
67,6
45.116
72,6
13.56
36,4
117.-16
44,7
586
80,3
5017
75,5
12.101-
34,6
85/-
99,5
12
112
38,9
1,47
63,6
35,00
62,5
4,94
53,8
43.116
72,6
13.316
36,2
122.11-
46,6
586
80,3
48110
72,9
12.816
34,3
85/-
99,5
13
7
11
41,8
1,35
58,4
31,60
56,4
4,20
45,8
42.1516
68,9
12.101-
34,3 113.41-
43,2.
5816
80,3
4916
739
11.121-
32,1
851-
99,5
13
118
40,9
1,26
54,5
30,85
55,1
4,07
5
44,4
39.616
63,4
11.1016
31,6
104.171-
40,0
5816
80,3
48/-
71,6
10.1316
29,5 851-
99,5
12
1
61
16 .
40,3
1,29
55,8
33,50
59,8
4,30
46,8
36.616
58,5
11.1116
31,8
106.216
40,5
58j6
80,3
4711
.
70,3
1110f-
31,8
85/-
99,5
12
1
8
40,1
1,32
57,1
37,75
67,4
4,40
47,9
34.141- 55,9
12.1516
35,1
112.516
42,9
5816
80,3
4819
72,8
12:11/-
34,7
851-
99,5
13
1
1,
41,2
1,30
56,3
36,00
64,3
4,98
54,2
32.151-
52,8
11
.
1
916
32,9 114.19,6
43,9
5816
80,3
4719
71,3
11.14/6
32,4
851-
99,5
12
1
31
1
6
39,9
1,27
55,0
32,25
57,6
5,775
62,9
30.316
48,6
11.41-
31,1
111.16(-
42,7
5516
76,0
.4617
69,5
10.19j-
30,3
9113
106,8
131
41,4
1,24
53,7
26,25 46,9
6,27
5
68,4
28.216
45,3
10.9.6
28,8
101.116
38,6
46
1
–
63,0
44/8
66,7
10.7/6
28,7
106f3
124,3
13
1
3J
43,0
1,17
50,6
24,75
44.2
7,07
77,0
27.1916
45,1
11.51-
30,9
102.-(-
39,0
4416
61,0
43/6
64,9
10.15/6 29,6
110(9
129,5
14
1
12
45,1
1,18 51,1
21,40
38,2
5,32
5
58,0
27.616
44,2
10.161-
29,6
98.1716
37,8
41j6
56,8
43/3
64,6
10.2/6
28,0
12216
143,3
1451
44,6
1,16
50,2
25,75
46,0
4,71
51,3 27.14/6
44,7
10.141-
29,4
98.181-
37,8
41,6
56,8
421-
62,7
10.616
28,5
12013
140,7
13
7
/8
43,2
1,34
58,0
27,75
49,6
3,79
41,3
26.41-
42,2
10.51-
28,1
99.2/6
37,9
41,6
56,8
40/-
59,7
10.-!-
27,6
11916
139,9
14
43,6
0,98 42,4
23,65
42,2
3,425 37,3
24.181-
40,1
9.91-
25,9
96.61-
36,8
441-
60,3
40/-
59,7
9.1 1/-
26,4
1 14/- 133,5
13
3
14
42,8
0,99 42,9
19,60
35,0
2,775 30,2
23.81-
37,7
8.1616
24,2
84.1516
32,4
451-
61,6
3716
56,0
9.21-
25,2
110/3
129,0
•
13
1
18
40,9
0,82 35,5
19,65
35,1
2,88 31,4
21.61-
34,3
8.-!-
22,0
89.1316
34,2
441-
60,3
3716
56,0
9.9/-
26,1
11219
132,0
1251
39,3
1,11
48,1
24,25 43,3
3,08 33,5
20.1216
33,2 7.51-
19,9
84.91-
.
32,3
441-
60,3
3716
56,0
8.13/-
23,9
113/6
132,7
12
5
/8
39,3
0,96 41,6
19,55
34,9
3
1
125
34,0
19.216
30,8
7.316
19,7
90.1716
34,7
4216
58,2
371-
55,2
8.616
23,0
116/-
135,7
12
3
1s
38,5
0,76 32,9
17,90
32,0
3,72 40,6
22.416
35,8
7.1716
21,6
101.-!-
38,6
421-
57,5
36/6
54,5
9.1316
26,7
1 1816
138,6
12131j6
39,9
0,84
36,4
19,70
35,2
•
4,64
50,5
25.81-
40,9
9.1016
26,1
109.916
41,8
421-
57,5
35/-
52,2
11.2/-
30,7 118/9
138,8
13
•
40,5 0,82
35,5
25,50
45,5
62,4
22.516
35,9
8.7/-
22,9
105.1316
40,4
411-
56,2
3416
51,5
-10.8/6
28,8
12116
142,1
12
1
12.
:
38,9
0,81
35,1
26,50
47,3
1
6,65
72,4 21.191- 35,4
8.4/6
22,6
104.7/6
39,9
401-
54,8
34/6
51,5
10.81-
28,7
125/9
147,2
12
5
118
38,3 0,73
31,6
22,55
40,3
t
5,125
55,7
19.1216
31,6
7.916
20,5
100.1016
,38,4
39/-
53,4
3416
51,5
10.7/-
28,6
12519
147,2
11
1
12
35,8
0,73
31,6
21,75
38,8
4,27 46,7
19.171-
32,0
7.8/-
20,3
100.116
38,1
40/6
55,5
3416
51,5
9.19/-
27,5
12218
143,5
11
11
/16
36,4
0,65
28,1
20,60
36,8
435
47,4 20.31-
32,5
7.71-
20,2
104.716
39,9
43/-
58,9
341-
50,7
9. 15/-
27,0
12015
1140,8
1
1
1
6/]6
37,2 0,53 22,9
19.40
34,6
1
2,80
30,5
20-16
32,3
7.101-
20,6
104.1813
40,1
43j-
58,9
3417
51,6
10.7!-
1
28,6
12015
140,8
12
7
/16
38,7 0,526
22,5
17,756 31,7
1
2,15 23,4 19.91- 31,3
7.416
19,8
104.816
40,0
4216
58,2
3516
53,0
9.18/-
1
27,5
120!4
140,7
117j
36,9
0,537 22,9
18,50
7
33,0
1
2,10
22,9
20.1416
33,4
7.1016
20,6
109.4j-
41,7
4216
58,2
3516
53,0
10.111- 1 29,2.
120/11
141,4
12
3
1
38,5
0,55
8
23,8
:1
2,02
5
22,1
20.8-
32,9
7.141-
21,1
110.816
42,2
4216
1
2,02
5
58,2
3516
53,0
10.616
28,5
120/9k 141,3
12I1e
39,1 22,1
•
21.141-
.
35,0
8.-1-
22,0
1
115.716
44,1
1
4316
•
59,6
351-
1
52,2
–
1
–
11812
1138,21
14
7
116
45,0
6 Sept.
1932
79 K.G.
La Plata.
3)
Tot Jan.
1928 Western
;
vanaf
Jan.
1928 tot
16 Dec.
1929 American
No.
2. van
16
Dec. 1929
tot 26
Mei
1930 7415
K.G. Flongaarsche
415 K.G.
Zuid-Russische.
Van 23
Mei-19
Sept. 1932
No. 3 Canada.
5)
De
jaargemiddelden
zijn berekend
uit
de
gemiddelde
prijzen
van
April,
Mei
en
Juni
van
‘AN
GROOTHANDELSPRIJZEN.
BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN
VURENI-IOUT
S T
–
E E N E N
CACAO
KOFFIE
RUBBER’)
SUIKER
THEE
basis 7″ f.o.b…
Zweden/
binnenmuur
buitenmuur
–
G.F. Accra
COPRA
Ned.-Ind. f.m.s.
Robusta
Standaard
Ribbed Smoked
Witte kristal-
AfI. N.-I. theev.
Finland
–
–
per
per
per
50 K.G. c.i.f.
per
ioo
K.G.
Locoprijzen
Rotterdam
Sheets
suiker
loco
R’damlA’dam
A’dam gem. pr
.
Java- en Suma-
per standaard
van 4.672 MO.
per
1000
stuks
per
1000
stuks
Nederland
Amsterdam
per
‘l
K.G.
loco
Londen
per Ib.
per
lOO
K.G.
tratheep.’/!KG.
f
0
1
f
0
/0
f
0
/0
sh.
010.
f
0
Jo
cts.
0/
Sh.
–
01
II.
oj
cts.
0
/0
139,75
lOO
15,50
100,-
19,-
100,- 42/6
100,-
35,87
5
100,0
61,375
100,0
2111,625
100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
153,50
96,1
15,75 101,6
19,50 102,6
49/-.
115,3
34,-.
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5 160,50
100,5
14,50
93,5
–
18,50
97,4
68/-
160,0
32,62
5
90,9
.
46,875
76,4
116,375
51,6
19,125
102,0
82,75
97,9
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
57/3
134,9
31187
5
88,9
49,625
80,9
-110,75
30,2
15,85
84,5
75,25
89,1
146,00
91,4
14,-
90,3
21,25
111,8
1
45110
107,9
27,376
76,3
50,75
82,7
-11025
28,8
13
1
–
69,3
69,25
82,0
141,50
88,6
12,50
80,6
20,75
109,2
1
34/11
82,2
22,62
5
63,1
32
.52,1
-15.875
16,5
9,60 51,2
60,75
71,8
110,75
69,3
10,25
.66,1
20,25
–
106,6
.1
2215
52,8
15,370
42,9
25
40,7
-13
8,4
8,-
42,7
42,50
50,3
69,00
43,2 9,25 59,7
15,-
78,9
19/6
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-/1,75
4,9 6,32
5
33,7
28,25
33,4
125.00
78,2
10,-
64,5
–
21,-
.
110,5
2614
62,0
18,25
50,9
28
45,6 -14,25
.11,9
8,20
437
66,25
78,4
125,00
78,2
–
10,-
64,5
21,-
110,5
22/2
52,2
18,12
5
50,7
26,25
42,8
-13,875
10.9
8,20 43,7
53
62,7
125,00
78,2
10,-
64,5
21,-
110,5
22/6
52,9
18,62
0
51,9
25,50 41,5 -13.75
10,5
8,30
44,3.
45
53,3
125,00
78,2
.
10,50.
67,7
–
21,-
110,5
22/7
53,1
17,50
48,8
24,75
40,3
-13,125-
8,8
–
8,57
5
45,7
43
50,9
125,00
78,2
10,50
67,7
21,-
110,5
21/0
49,4
15,37
5
42,9
–
25-
40,7
-/3,125
8,8
–
8,50
45,3
40,25
47,6 110,00
68,9
10,50
–
67,7
21,-
110,5
2214
52,6
14,12
39,4 25,75 42,0 -13,125
8
1
8
8,57
5
45,7
39,50
46,7
110,00
68,9
–
10,50
–
67,7
21,-
–
110,5
2615
62,2
..
15,-
41,8
27
44,0
-3
8,4
8,770
48,6
38,25
.45,3
100,00
62,6 -10,50 67,7
21,-
110,5
2418
58,0
14,12
5
39,4
.25,50
-41,5
.
-12,5 7,0
7,90
42,1
–
38,50
–
45,6
100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
100,-
2217 53,1
13,375
37,3
23,75
–
38,7
-/2,375
.
6,7
7,52
5
40,1
37,50
44,4 100,00
62,6
10,50
67,7
19,-
lOO,-
2110.
49,4
13,25
36,9
–
23
375
-/2,375
6,7
7,55
–
40,3 37,75
44,7
100,00
62,6
.
10,50
67,7
19,-
100,-
21/2
49,8
13,75
38,3
23
375
-/2,25
6,3 7,15
38,1
37
.
43,8
82,50
51,6
:
:- 10,-
64,5
18,50
97,4
18/3
42,9
12,75
35,5
23
37,5 -12,25
6,3
6,75
36,0
35
.
41,4
82,50
51,6
. 10,- –
64,5-
18,75
98,7 17/9
41$
13,125
36,6
23
37,5 -12,125 6,0
7,35
–
39,2
32
37,9
82,50
51,6
–
10,-
64,5
18,75
98,7
1811
42,6
14,50
–
40,4
23
37,5
-12
5,6
7,05
37,6
–
–
30
–
35,5
70,00
43,8
9,75
62,6
18,-
94,7
21/9
51,2
14,75
41,1
23
37,5 -11,625 4,6 6,25
33,3
31
36,7
70,00
43,8
–
9,75
1
62,6
18,-
94,7
20/6
48,2
14,-
39,0
23
37,5
–
1
1,5
4,2 5,90 31,5
29,25
34,6
70,00
43,8
8,50
54,8
15,
–
–
78,9
20/6
48,2
13,25
36,9
23,50 38,3
-/1,5
4,2
5,625
30,0
30,25
.
35,7
70,00
43,8
8,50
.54,8
15,-
78,9
20/6
48,2
12,37
5
34,5
24
39,1
-11,375 3,9
6,30 33,6
28,50
33,7
67,50
42,3
8,50 54,8
15,-
78,9
20/1
47,3
12,37
5
34,5
24
– .
39,1
-11,375
.
3,9
6,70
35,7 23,75
28,1
63,00
39,4
8
1
50
54,8
15,-
78,9
20
1
7
48,4
12,37
5
34,5
24
39,1
–
1
1,75
4,9
6,57
5
35,1
22,75
.26,9
60,00
37,6
8,75 56,5
15,-
78,9
21/2
49,8
12,75
35,5
25,25
41,1
–
1
2,125-
6,0
6,525
34,8
23,75
28,1
63,50
39,7
58,1
14,50
76,3
18/8
43,9
12,375
34,5
26,50
43,2
-/1,75
–
4,9
6,325
33,7
28,50 33,7
63,50
39,7
9,50
61,3.
14,25
75,0 17/6
–
41,2
12,12
5
33,8
24,50
39,9
-11,75
4,9 5,870 31,3
30,75
36,4
65,00
40,7
64,5
13,75
72,4
17/4
40,8
11,75
32,8
24
39,1
-11,75
4,9
5,50
29,3
28,25
33,4
70,00
43,8
925
597
13,50
71,1
16(6
–
38,8
11,45
31,9
24
39,1
-/1,625
–
4,6
–
5,370
28,7
25
29,6
70,00
43,8
9,25
–
59,7
13,-
68,4
15/9
37,1
–
10,62
5
29,6
23,75
-38,7
-11,5
–
4,2
5,60
29,9
26,75
–
31,7
70,00 43,8
9,50
61,3
12,25
t
64,5
1613
I
38,2
–
10,375
28,9
23,50
38,3
-/1,5
-.
4,2
.
6,-
32,0
26,25
31,1
70,00
43,8
1
14
1
8
1
34,1
9,62
5
26,8
23,50
38,3
–
-(1,375
3,9
6,-
32,0
27,50
5
)
32,5
70,00 43,8
–
–
–
1
15/5
j
36,3
9,12
5
25,4
23,50
38,3
–
1
1,375
3,9
6,-
32,0 27,50
9
)
32,5
70,00 43,8
-I
9,25 25,8
1
23,50
38,3
-/1,75
4.9 6,12
5
32,7
70,00 43,8
-I
–
9,75
27,2
–
23
37,5
–
11
.875
5,3
6,120
32,7
N.B. Alle Pondennot. vanaf
21 Seot.
1
31
zijn ee
aoudbasls
omoerekend
de Dollarnot.
vanaf
20 Aoril
1
33
zIIn in verhoudina
van de deoreciasie van den
Dollar t.o.v. don Gulden verlaagd.
LXIV
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
Duitschiand gedurende het afgeloopen jaar het 17-
voud hiervan iedroeg.
De aanvoeren waren dit kwartaal niet bijzonder
overvloedig, doch ook deze omstandigheid vermocht
de markt niet uit haar lusteloosheid te wekken.
De in- en uitvoer van kaas heeft zich in het afge-
loopen kwartaal als volgt ontwikkeld:
Kaas in tons.
Invoer
I
Uitvoer
1930 11931 11932 1933
1
1930
1
1931
1
1932
1
1933
le
halij
308 274 239
44.031 41.364 36.603
2e
,,
377 336 249
49.744 45.027 40.535
le
kwart
171 148 128
90 2
18.934 16.302 15.953
Jan
…….
71
50
37
27 7.468 6.741 5.883 4.910
Febr.
44
41
44
26 6.109 5.845 5.457 5.232
Maart
56
57
47
37 6.599 6.348 4.962 5.811
BOTER.
De prijsstijging in den binnenlandschen handel,
die het vorig kwartaal kenmerkte (gevolg van de hef-
fing van de OZO.), hield ook in den aanvang van
dit berichtskwartaal aan. Begin Februari echter be-
gonnen de prijzen, ondanks het feit, dat de heffing
sindsdien tot tweemaal toe verhoogd werd, gestadig
af te brokkelen, aan welke beweging bij het schrijven
van dit bericht nog geen einde is gekomen. De Leeuw.
Comm. noteering heeft thans, einde Maart, een prijs-
peil bereikt, zoo laag als wij in geen 200 jaar hebben
gehad.
pejs
Deze lage prijzen zijn het evolg van:
le. de aanmerkelijke prijsdalingen op de wereld-
markt;
2e. het wegvallen van belangrijke afzetgebieden ten-
gevolge van het instellen van beschermende maat-
regelen in die gebieden, zooals contingenteering van
den invoer en verhooging der inkomende rechten;
3e. de maatregelen door de regeering getroffen.
Dat de wereldprijs thans op zulk een laag niveau
staat, is voornamelijk te wijten aan de kolossale aan-
voeren uit Aus’tralië en Nieuw-Zeeland op de belang-
rijkste botermarkt (de Engelsche), aanvoeren, die in
vier jaar tijds met 100 rJCt. zijn toegenomen.
1)
De zeer
lage prijzen, waarvoor deze boters worden aangeboden,
drukken de Engelsche markt sterk, wat zijn terugsiag
op het vasteland heeft. Geruchten, dat voornoemde
landen hun export met 6 pOt. zouden verminderen
1)
“Alen zie in dit verband de beschouwing over de in-
ternationale botermarkt in
1932,
opgenomen in Economisch-
Statistische Berichten van
12
April
jl.,
blz. 305
en
306.
(tegen Denemarken met 12 pOt.), hebben direct de
markt doen opleven, ‘zoodat het zeer te wenschen zou
zijn, dat deze berichten zouden worden bewaarheid.
Als tweede factor van onze lage boterprijzen geldt het wegvallen van afzetgebieden tengevolge van be-
schermende maatregelen aldaar getroffen. Beginnen wij met Duitschland te noemen, langen tijd onze be-
langrijkste buitenlandsche boterafnemer. Door con-
tingenteering en verhooging van.zijn tarieven heeft
dit land zijn totalen boterimport in 1932 met 35 pOt.
weten terug te brengen, welk cijfer voor ons land
50 pOt. bedroeg. Daarbij had deze markt dit kwartaal
constant met overaanbod te kampen, terwijl daaren-
boven de koopkracht van het Duitsche volk nog steeds
afnemende is. Vooral door onvoldoenden afzet naar
deze markt was men vaak genoodzaakt op and?re
markten geforceerd aan te bieden.
Frankrijk, dat eerst getracht had door contingen-teering van den invoer de buitenlandsche boters te
weren, is vervolgens tot geleidelijke verhooging van
zijn rechten (tot zelfs Frs. 850 p. 100 KG.) overgegaan,
doch is sinds half Maart jl. weer tot de contingentee-
ring teruggekeerd. Dit heeft onzen export daarheen
(naar Frankrijk is dit kwartaal veel koelhuishoter
uitgevoerd, aangezien ‘deze boter, belast met het recht,
nog met de inheemsche kon concurreeren) een gevoe-
l.igen slag toegebracht. Bij het afkomen van dezen maatregel waren wij echter reeds over het ons toe-gestne kwantum heen. Hierdoor kwam onze boter-
handel met Frankrijk tot 1 April stil te liggeri en
moesten wij met onze boter in Engeland tegen sterk
gereduceerde prijzen een goed heenkomen zoeken.
De handel met België bleef dit kwartaal redelijk
goed. Toch is ook hij dezen buurman Denemarken,
tengevolge van zijn gereduceerde valuta, ons verre
de baas.
Bij het vorig kwartaal vergeleken, is onze boter-
export gedaald. Daarentegen was de uitvoer veel
grooter dan in het eerste kwartaal van 1932, zooals
uit onderstaande
cijfers
blijkt.
Boter in tons.
Invoer
1
Uitvoer
1930
1193111932119331 1930
1
1931
1
1932 j 1933
le
halfj.
742 1.233 3.792
21.678 18.007 8.400
2e
,,
1.252 2.7981 437
20.231 14.951 11.977
le
kwart
413 813 3.165 114 8.723 6.936 3.824 6.454
Jan
……
189 4231.252
15 3.137 2.2781 1.060 1.905
Febr.
129 260 1.606
58 2.419
1.8191
853 1.916
Maart
95 1301 307
41 3.167 2.839 1.911 2.633
Het wordt thans ernstig de vraag, of het geen tijd wordt, nu onze buitenlandsche afnemers onze boter
zoo streng gaan weren, hiervoor in het binnenland
vergoeding te zoeken. Door middel van verlaging der
heffing zou men de consumptie kunnen doen toene-
men; hiermede ‘zullen echter tevens maatregelen t.a.v.
de margarineproductie gepaard moeten gaan, daar er
anders voor onze overtollige boter ook geen afzetmo-
gelijkheid op de binnenlandsche markt te vinden is.
Ook zal, wanneer een betere afzet binnen de grenzen
wordt gevonden, het buitenlandsch marktverloop niet
meer zulk een ingrjpenden invloed op onze markt
kunnen uitoefenen.
Hieronder laten wij tevens het bedrag der hef f in-
gen volgen, zooals zij sedert de invoering van de Ori-
sis- Zuivelwet zijn vastgesteld:
Crisis-heffing op dcn boterprijs.
10 Juli
1932
t.m.
30
Juli
1932
……
f
0,42
31
,,
,,
,,
27
Aug
…
……
..0,55
28
Aug.
,,
,,
15
Oct
………
, 0,65
16 Oct.
,,
,,
26 Nov
…
……
..0,75
27 Nov.
14
Jan
1933
……
..0,85
15
Jan.
1933
,,
25
Febr…
…… ..0,90
26
Febr.
,,
,,
11
Maart
………
, 0,95
12
Maart ,,
,,
1,-
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LXV
Naast de boternoteering’ te. Leeuwarden, hebben wij
in de grafiek tevens de beweging van het binnenland-
sche prijspeil aangegeven. Men ziet •hieruit, dat het
binnenlandsche prijsniveau thans ongeveer driemaal
zoo hoog is als het prijspeil op de, vrije markt.
De stemming op de binnenlandsche markt was op
enkele oplevin.gen na tamelijk lusteloos. Behalve den
onvoldoenden afzet naar het buitenland zullen de
regoeringsmaatregelen hier wel debet aan geweest
zijn. Deze maatregelen toch veroorzaakten geforceerd
hooge prijzen, met als gevolg een terugloopend boter-
verbruik en het onverkocht blijven, van aanzienlijke
partijen. De Leeuw. Oomm.-n.oteering staat sinds half
Februari doorloopend onder de Kopenhaagsche, het-geen voor dezen tijd van het jaar een ongewoon ver-
schijnsel is. Mede oorzaak hiervan is, dat voor Dene-
marken, met Engeland als hoofdafnemer, de ‘be-
schermende maatregelen van Frankrijk en Duitsch-
land niet zoo fataal werken als voor ons.
De
stijging
van de productie is thans nog betrekke-
lijk gering. Alle koelhuisboter, gedurende het vorige
jaar opgeslagen, was halverwege Maart ‘erkocht.
EIEREN.
De prijs van eieren is in het ‘afgeloopen kwartaal
weder sterk gedaald, hetgeen overigens geen oxige-woon verschijnsel is. De verhooging van de invoer-
rechten in Duitschland in begin Maart heeft onze
exportmogelijkheden sterk verminderd en tevens een
nieuwen druk op de reeds lage prijzen veroorzaakt.
Uitvoer van Eieren in schaal in tons
Verscbe eieren
Kalk-
eieren en
Waarvan naar
Ï(oelhuis-
01)
andere
Jaar
Totale eieren
wijze ge.
.
–
uitvoer
Duitsch
:’°°.
conserv.
land
Britannië
eieren
1920 •.
433
–
441
–
30
1923
. .
13.522
–
11.383
107
1.374
1925 ..
43.864
31.492
11.826
1.359
3.129
1926 ..
53.598 38.632
14.571
2.258 2.940
1927 ..
63.004 45.593
16.580
3.880 2.714
1928 ..
66.762
46.782
17.716
6.032
2.829
1929 •.
71.827 52.329
16.977
6.872 2.886
1930 ..
76.073
50.888
21.260
6.595
2.285
1931 ..
77.958 52.687
22.117 6.586
1.655
1932 •.
75.020
62.667
10.223
3.964
1.076
Ie kw.’31
20.113
13.094
6.481
0.320
.
0.547
’32
18.776
16.489
1.832
0.671
0.334
’33
15.880
14.053
1.318
0.018
0.032
STEENKOLEN.
J)e resultaten van de afgeloopen drie maanden in
de kolenindustrie zijn weinig bevredigend geweest.
Wederom is een winter voorbijgegaan zonder belang-
rijke koude en wederom heeft dus het weer de kolen-
industrie in haar moeilijke omstandigheden geen
steun gegeven. De weinige dagen van vorst in de
tweede helft van Januari hadden geen noemenswaar-
di.gen invloed op de zaken, in huisbraudkolen. Alleen
de vraag naar bnêchcokes is hierdoor eeni.gszins merk-
baar voor een korte periode levendiger geworden. In
het algemeen neemt.de
productie sedert het hoogte-
punt in het laatst van verleden jaar weer af. Zoo is
nu voor al diegenen, die in de opleving van het voor-
laatste kwartaal een teeken meenden te mogen zien,
waaruit men zou mogen afleiden, dat het laagste
punt in de crisis was bereikt, het eerste kwartaal van
dit jaar een groote teleurstelling geweést. Dit geldt
vooral voor Engeland, waar de productie zelfs ver
beneden het geproduceerde kwantum van het eerste
kwartaal 1932 bleef. Aan den anderen kant was ech-
ter de opbrengst per ton niet ongunstig. Deze was
gemiddeld voor geheel Engeland over Januari 16/2%
en over Februari 15110%. Behalve de moeilijkheden,
die men in Engelan’d.heeft in verband met de nood-
zakelijk gebleken wijzigingen van de Coal Mines Act
1930, die naar het schijnt binnenkort voor eèn deel
tot een oplossing zullen komen, zijn er in de laatste
drie maanden ook nog teekenen waar te nemen ge-
weest, die er op wijzen, dat een arbeidsconflict naar aanleiding van ‘den eisch .der arbeiders van een na-
tionale loonregeling niet tot de onmogelijkheden be-
hoort.
De omzet van het Westfaalsche Kolensyndicaat,
welke in Januari zeer achteruit liep, zich in Februari
kon handhaven, en in Maart weer verder daalde, nood-
zaakte tot verhooging van de Umlage. Zeer ongunstig
is het voor
•
het Syndicaat, dat de omzet in het on-
omstreden gebied meer achteruit ging, dan in het
omstreden gebied. Wel is de oorzaak ‘hiervan voor-
namelijk de vermindering van de vraag naar huis-
brandkolen, maar behalve dit is het van ‘belang, dat,
naar uit enkele berichten ‘blijkt, in het speciaal voor
het Syndicaat gereserveerde afzetgebied in Duitsch-
land ook kolen van andere Duitsche herkomst ver-
kocht worden. De vraag naar industriekolen in
Duitschland kon zich op een ghnstig peil handhaven. De productie is wel minder vergeleken met het voor-
laatste kwartaal, maar toch nog grooter dan in ‘het
eerste ‘kwartaal 193. In het algemeen wordt ide
toestand in Duitschiand gunstiger ‘beoordeeld en
men hoopt, dat het toenemend vertrouwen bij het
begin van het nieuwe regime en de ,,na’tionale Erhe-
bung” ‘betere tijden ook voor de kolenindustrie zal
brengen. Aan den anderen kant is men in de Duit-
sche kolenindustrie zeer bezorgd over den toenemen-
den steun aan den Duitschen landbouw ten nadeele
van het buitenland. Men is er zich maar al te zeer
van bewust, dat de Roerkolenmijnen voor de ‘helft
van haar afzet op het buitenland aangewezen zijn ‘en
dat de onts’temming, welke door de Regeeringsmaat-
regelen in het buitenland ontstaat, den kolenexport
merkbaar beïnvloedt. Hierop wordt in de laatste leden-
vergadering van het Syndicaat met nadruk gewezen.
Het droevigst schijnt wel de toestand in de kolen-
industrie in Polen. De Regeering aldaar heeft zich
tenslotte genoodzaakt gezien een prijsverlaging van 15 pOt. tot 20 pOt, voor de binnenlandsche kolen te
bewerken. Waar de Poolsche kolenexport den laatsten
tijd toch al niet opgewassen bleek tegen de Engel-
sche kolen, vooral op de Scandinavische markt,
moest de Regeering tevens de exportprernies vehoo-
gen en de spoorwegtarieven verlagen. Men vreestin
Polen, respectievelijk men hoopt in Engeland, di%t
deze compensatie niet voldoende zal blijken te zijn.
in Nederland ziet de toestand er gunstiger uit, nu
de pacificatie tusschen Westfaalsôhen en Nederland-
schen kolenhandel tot stand is gekomen. Op de prij-
‘zen heeft deze tot nu toe weinig invloeU gehad. ‘De rust, die wederom op de markt is teruggekeerd, heft
reeds een beteren toestand in den kolenhandel van
ons land geschapen.
LXVI
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
PETR0LI6mvI.
• De
wereldproductie van petroleum
heeft in het jaar
1.932 volgens de statistiek van het U.S. Bureau of
Mines 1.305.563.000 barrels belooperi tegen 1.312.532.000
vaten in 1931 en 1.411.905.000 barreli in 1930. Van deze productie brachten de Ver. Staten 59.9 (62.0 en
63.6) püt. voort, Rusland 11.9 (11.9 en 8.9) pOt., Ve-
nezuela 8.9 (8.5 en 9.1) pOt., Roemenië 4.1 (3.6 en
3.0) ‘pOt., Perzië 3.8 (3.2 en 33) pOt., Nederl.-Indië
30 (2.6 en 3.0) pOt., Mexico 2.5 (2.4 en 2.8) pOt.,
Oolumbia 1.3 (1.3 en 1.4) pOt. en Argentinë 1.0 (0.0
en 0.6) pOt. De productie der overige landen beliep
voor, elk lad minder dan 1 pOt. Uit bovenstaande percentages is tevens te zien, dat de afneming het
gevolg was van meer of min belangrijke productie-
vermuaderingen in sommige landen en van productie-
vermeerderingen in andere. De stabiliteit van het
Russische aandeel beteekent een teleurstelling voor
de Sovjets, maar toont ook aan, dat de concurrentie-
strijd door hen iets minder fel moest worden gevoerd,
terwijl, omgekeerd, de toeneming der Roemeensche
producti.e voor de groote concerns een telcurstelling was en de Roemeeusche petroleum een nog scherper
mededingster was dan in vorige jaren.
Dit feit verklaart de groote moeite, die men zich
in het afgeloopen jaar gaf, om de Roemeensche pro-
ductie en den Roemeenschen uitvoer te regelen. Lan-
gen tijd zonder succes. Pas gedurende het eerste kwar-
taal vai 1933 was de Roemeensche productie op een,
trouwens zeer hoog, niveau gestabiliseerd. Op een te
Londen
gehouden
conferentie
werd gepoogd, de over-een1comt voort te zettèn. Waar de Roemenen over het
prijsverloop op de voor hen belangrijke markten wa-
reii teleurgesteld, en meenden, dat de groote con-
cerns, ondanks hun toezeggingen, niet in staat waren,
betere prijzen te waarborgen, bleef deze conferentie
vruchteloos en moest men tegen het einde van de ver-
slagperiode een nieuwe te
Parijs
bijeengeroepen. De
verwachtingen dienaangaande waren, vooral omdat de
Roemeensche petroleumindustrie met nieuwe eischen
voor den dag was gekomen, niet hoog gespannen. Mis-
schien gedeeltelijk juist daarom, gedeeltelijk ook ten-
gevolge van de omstandigheid, dat een petroleum-
conferentie in Washington (Regeeringen van de Unie
en van de olie produceerende Staten) maatregelen ter bestrijding van de Amerikaansche overproductie be-
sloot, was het tenslotte toch mogelijk, overeenstem-
ming te bereiken, echter niet zonder nieuwe offers
van den kant der groote concerns. Deze moesten niet
slechts daarin instemmen, dat de conventie met
slechts drie maanden werd verlengd, maar zij moesten
ook hun zeer begrjpelijken wensch laten vallen, dat
het Roemeensche productiecijfer van 18.500 ton op
17.500 ton dagelijks zou worden verlaagd, en zij moes-
ten ook de Roemeensche verlangens inwilligen, die
daarop neerkwamen, dat Roemenië slechts de totale
hoeveelheid van elke soort uit te voeren petroleum-
producten beperkt, niet echter, wat den uitvoer van
elke soort naar elk land betrof; daardoor wordt het
mogelijk, dat een exporteur, die tot nu toe naar land
A heeft geleverd, zijn goederen in land B aanbiedt, en aldus de concurrentie aldaar verscherpt. Boven-
dien werd den Roemenen toegestaan boven de nor-
male exportquota ook nog hun voorraden uit te voe-
ren.
Dat de
petrolcuinprijzen
in het laatste kwartaal ge-
drukt waren, spreekt haast vanzelf. Hoe laag bv. de
prijzen voor benzine – en benzine is het ‘voornaafnste
petroleumproduct – op het oogenhlik zijn, bewijst
een noteeri.ng van de normale soort in Oklahoma vau
2/io d.cts. per Gall. (3% Liter), terwijl zij einde De-
cember nog
37/
d.c. was; de exportprijs voor de
betere en in Europa gewilde soort beliep 3 d.c.
tegen 4 d.c.
Onder deze omstandigheden is het zelfs voor de best
georganiseerde petroleummaatschappij moeilijk, zon-
der verlies te werken; de jaarcijfers, die nu bekend worden, en die meestal gunstiger zijn dan die voor
1931, vertellen een ,,histoire passée”, want sinds het
najaar van 1932 is de toestand, die voordien iets beter
was, weer slechter geworden.
RUBBER.
Misschien was het meest kenmerkende feit van de
afgeloopen maanden de herleving van de
restrictie-
gedachte.
Dit feit te constateeren beteekent echter
nog niet, ook een succes dezer pogingen te ‘oorspel-
len. Men kent ten aanzien van deze plannen ht
standpunt cter Ned.-indische regeering: geen princi-
pieele afwijzing, maar medewerking alleen bij uitvoc-
r.ing van een plan, waarvan redeljkerwijs mag wor-
den verwacht, dat het inderdaad geschikt zal blijken,
en dat met de belangen der bevolkings-rubbercultuur
niet minder rekening houdt dan met die der Euro-
peesche ondernemingen. Inmiddels moet de verhoog-
de belangstelling voor de reeds dood gewaande restric-
tie-plannen als teeken worden beschouwd, dat het met
het tegenwoordige stelsel van ,,uitzieken” toch niet
naar wensch gaat, en dat men een methode hoopt te
vinden, die, minder primitief dan deze, een verbete-
ring der situatie zou kunnen mogelijk maken. Dat men op het pad der aanpassing van de produc-
tie aan het geslonken verbruik ook op de eerstge-
noemde manier eenige vorderingen heeft gemaakt, willen wij niet ontkennen; echter evenmin, dat nog
zéér veel zou moeten gebeuren, om werkelijk tot een
evenwicht tusschen productie en consumptie te ge-
raken, terwijl nog steeds achter deze ontwikkeling het
spook der ,,potentiëele productie” staat.
Volgens voorloopige ramingen beliep de
wereld-
productie
van rubber in het jaar 1932 pl.m. 697.000
ton (1931: 805.000 ton) en het verbruik 663.000
(670.500) ton. De inlandsche productie heeft in 1932
nog geen 65.000 ton bedragen tegen 87.000 ton ii’
1931 en meer dan 100.000 ton eenige jaren geleden.
Al zal de inlandsche productie niet zeer veel boven
het laatstgenoemde
cijfer
kunnen stijgen, ongetwij-
feld schuilt er in de nieuwe aanplantingen der Euro-
peesche ondernemingen een factor, waarmede. men
terdege rekening moet houden, en die, zelfs indien
men op betere afzetmogelijkheden (opleving in de
autoniobielindustrie enz.) zou mogen hopen, een radi-
cale
prijsstijging
van het product weinig vaarschijn-
lijk maakt, al zal dan de prijs boven het tegenwoor-
dige noodpeil aantrekken.
1e,
14
10
11.
Het is, trouwens, opmerkenswaardig, dat gedurende
de laatste drie maanden de rubberprjs maar heel wei-nig heeft geschommeld. Mag men daaruit concludee-ren, dat ,,de bodem bereikt is?”
De
uitvoer
der
F. M. St.
en van de Straits beliep
gedurende de eerste drie maanden van 1933 126.100
ton, tegen 124.500 ton in dezelfde maanden van 1932;
de uitvoer van
Ned.-Indië
was in de eerste twee
maanden 29.800 ton vergeleken met 36.200 ton in
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LXVII
1932. De totale
wereldproductie van plantage-rl2bbe’r
toont maar een kleine vrmindering tegenover het
vorige jaar; zij bedroeg in Jan. en Feb. 118.652 ton
tegen 121.284 ton in dezelfde maanden van 1932.
De
wereidvoorraad
bereikt, met uitzondering van
de slechts ruwweg te schatten stoomende voorraden
met andere bestemming dan de Ver. Staten, voor-
raden in Fransche en sommige andere havens enz.,
einde Februari 604.924 ton 634.870 ton einde Febru-ari 1932; echter zou, om deze cijfers
vergelijkbaar
te
maken, een vroeger te veel berekende hoeveelheid van pl.m. 20.000 ton van laatstgenoemd cijfer moeten wor-den afgetrokken.
De
automobielproductie
in de Ver. Staten bedroeg
in 1932 1.370.678 (1931: 2.389.738) wagens, waarvan
1.134.372 (1.967.055) personenauto’s. Het
rubberver-
bruilc
in de Ver. Staten bedroeg 314:619 ton tegen
346.684 ton in 1931, en was daarmede voor het eerst
minder dan de helft van het wereldvèrbruik. De
meeste Europeesche landen consumeerden in het af-
geloopen jaar meer rubber dan in het jaar 1931.
IJZER.
Terwijl het prijsniveau van ruwijzer op de export-
markt gedurende het vierde kwartaal van 1932 vrijwel
stabiel was, toonde het in de afgeloopen drie maan-
den eenige fluctuaie. Tot Februari werd de notee-
ring van Lux. 3 fob. Antwerpen 34/6, welke reeds ge-
durende het laatste kwartaal 1932 had gegolden, ge-
handhaafd. Vervolgens daalde de prijs plotseling tot
33/3, om ongeveer op de helft van Februari tot 35/10
op te loopen. Daarna daalde de noteering wederom
tot 34/6 op de helft van Maart, om vervolgens tot
35/6 te stijgen. Op dit peil werd de prijs tot dusver
gehandhaafd.
Daar er geen sprake was en is van een uitbreiding
van den tot zeer geringe hoeveelheden beperkten om-
zet, en de exportmarkt evenmin steun kreeg van dc
Fransche markt, moet als oorzaak van deze schom-
meling worden aangewezen de haussestemming onder
de staalproducenten, als gevolg van goed nieuws om-
trent de stichting van een Internationaal Ruwstaal-
kartel op nieuwen grondslag. De prijs van stalen pro-
ducten werd in het verstreken kwartaal eenige ma-
len met verscheidene shillingen verhoogd, alleen op
grond van deze berichten. Daar de onderhandelingen telkens weer mislukten, en verbruikers van staal vol-
strekt onverschillig ten opzichte van de actie der
producenten bleven, zakte het niveau weer tot een
aanmerkelijk laag peil, zij het ook niet z66 ver als
het laagste, dat in 1932 werd bereikt.
• –
_________________________________
•_
_
1
.1
De genoemde prijs van Lux. 3 mag bij gebrek aan
een toetsing aan transacties van eenige beteekenis
nominaal wordengenoemd. De positie van de export-
markt is nog zwak; zij ondervindt, zooals gezegd,
geen steun van de Fransehe markt. Wel leek het er
in Februari en Maart op, alsof de concurrentie wat
was geluwd, maar einde Maart kwamen wederom ver-
schillende producenten met aanbiedingen onder de
noteer.ing van Frs. 200, basis Longwy, voor P.L. No. 3
aan de markt. Op de Belgische markt, waarvoor zoo-als men weet een overeenkomst tusschen de voor het
grootste deel Fransche producenten bestaat (Ooinptoir
beige), wordt tegen B. Frs. 290-300 fob. grens aange-
boden, maar bij verkoopen wordt nog steeds korting
verleend.
De Oleveland-producenten géveh blijk van een-ig
optimisme. Half Januari werd de prijs van Oleveland
No. 3 voor den verkoop in Engeland en Schotland
verhoogd, nadat de noteering eenige jaren lang 58/6
fot./f.ob. was geweest. Voor levering aan de Tees is
de prijs thans 62/6 franco gieterj, overeenkomende
met 60/6 fot. hoogoven. Voor Schotland bedraagt de
noteering thans 59/9 franco Falkirk (was 54/- for.)
en 62/9 franco Glasgow. Opgemerkt dient te worden,
dat men aan de klachten der verbruikers aan de Tees
omtrent den hoogen prijs, dien zij in verhouding tot
de Schotsche verbruikers moesten betalen, eenigszins tegemoet is gekomen door den Schotschen prijs meer
te verhoogen dan den Teês-prijs. De Schotten genieten
echter nog altijd een be1angrjje preferentie.
Op de exportmarkt wordt tegen zeer lage prijzen
zaken gedaan. Dit blijkt wel uit den gemiddelden
netto verkoopsprijs, die eens in het kwartaal voor No.
3 wordt vastgesteld. Deze bedroeg voor het verstre-
ken kwartaal 50/1 tegen 50/11 in het voorlaatste
kwartaal. Ondanks de vçrhooging voor het binnenland
i3
het peil van den gemiddelden prijs gedaald.
– De prijsverhooging is mogelijk geworden, doordat de voorraden tengevolge van de stelselmatig op een
laag peil gehouden productie zoo sterk is geslonken,
dat zelfs een geringe uitbreiding van de productie
heeft moeten plaats vinden. Bovendien is de vraag den laatsten tijd wat grooter geworden, vnl. aan de Tees en in Schotland. In de overige Britscie indus-
triëele centra is zij eerder gedaald. Hoewel de berich-
ten uit Middlesbrough in het algemeen van optimis-
me blijk geven, is de toestand nog altijd zeer slecht
te noemen.
In nog sterkere mate is dit met de Duitsche markt
het geval. De voorraden bij de hoogovens zijn gedu-
rende het afgeloopen kwartaal toegenomen en bedra-
gen thans niet minder dan 900.000 ton, oftewel 70
dagen productie. Het Roheisen-Verband tracht met
kortingen op de officiëele prijzen de concurrentie van
het buitenland te bestrijden, maar af en to,e vinden
partijen, speciaal uit Britsch-Indië, haar weg tot zelfs
naar het Ruhrgebied.
Hoewel de productiecijfers over Maart nog niet be-
kend zijn, kan toch met vrij groote zekerheid gezegd
worden, dat het peil van de ruwijzer-productie in
– TestEuropa
in het eerste kwartaal 1933 iets hooger is dan in het laatste kwartaal van 1932 en eveneens
iets hooger zal zijn dan in het eerste kwartaal van 1032.
Een gunstig verschijnsel, wat de positie van gietijzer
betreft, is het feit, dat de verhouding van de gieterij-
ijzerproductie tot de totale voortbrenging van ruw-
ijzer den laatsten tijd grooter is dan zij eenige jaren
lang is geweest. In 1930 en 1931 was zij gemiddeld
1.2,5 pOt., in 1932 en Jan.—Febr. 1930 10 pOt.
ZILVER.
KOPER.
Over den prijs van het koper in het afgeloopen
kwartaal valt niet veel te berichten. De groote prijs-
schommelingen hebben opgehouden en de prijsgrenzen
voor electrolytisch koper bewogen zich vanaf Januari van dit jaar tot nu toe tusschen de £ 34.-.- en £ 32.-.-.
Deze marge is betrekkelijk gering, indien men reke-
ning houdt met het feit, dat de
prijzen
in 1932 nog
tusschen ca. £ 50–.- en £ 32.-.- schommelden.
De tijdelijke crisis van het Amerikaansche geld-
$CT5 PER LA
PENCE
2′.
24
LXVIII
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26April 1933
wezen heeft op de kopermarkt geen nadeoligen in-
vloed gehad. Wei had men bij een daling van don Dor-
lar een stijging van het koper kunnen verwachten.
Gelukkig is men, zooals reeds boven vermeld, erin
geslaagd een crisis op het gebied van het geldwezen
in Amerika voorloopig te voorkomen, zoodat deze
kwestie niet nog meer verwarring heeft kunnen
stichten.
Pm
Enojori.
–
929
I90
1931
1932
loss
Op het oogenblik zijn weer besprekingen gaande
tusschen Katanga en de Amerikaansche producenten.
Afgewacht zal dienen te worden, of deze ‘besprekm-
gen tot eenig resultaat zullen leiden.
Tot de consumenten, welke in de toekomst groote
kwantiteiten koper zuilen kunnen gebruiken, behoort
om. Rusland.
Het ijfjarenp1an is, wat cle koperproductie betreft,
verre ten achter. Men had voor 1.932 bv. 90.000 ton
geraamd, maar het valt te bezien, of de productie van
1931 is ‘bereikt, ni. 31.000 ton, aangezien er, voor oo-
ver de cijfers bekend zijn, tot einde Augustus 1932
niet meer dan 21.000 ton was geproduceerd. Indien
de Bussen hun programma willen volbrengen, dan
zullen zij vooral voor hovengrondsche leidingen en
andere electrische verbindingen zeer veel koper noo-
dig hbbeu en het is misschien juist in dit verband,
dat om. ook de onderhandelingen tusschen Amerika
en Rusland over uitwisseling van goederen en het
plaatsen van orders in den laatsten tijd een aanvang
hebben genomen. De Amerikaansche noteering heeft
zich in de afgeloopen periode om de 5 dollarcents per
ib. bewogen, terwijl de ‘binnenlandsche Aînerikaansche
prijs nog steeds heel weinig voordeel heeft gehad van
de geldende invoerbepalingen.
TIN.
in het afgeloopen kwartaal trad een niet onbelang-
rijke wending ten goede in, wat de statistische positie
van tin betreft.
De zichtbare wereidvoorraden, nl. de visible supply plus de carry-over in de Straits, welke eind December
1932 nog 55.903 ton bedroegen, daalden tot 51.705 ton per eind Maart 1933, een vermindering dus van
rond 4.200 ton in drie maanden.
Over de laatste twaalf maanden ‘bedraagt deze
daling 8.450 ton of gemiddeld 700 ton per maand.
Uit deze cijfers blijkt dus, dat, dank zij de restric-
tiemaatregelen, de wereldproductie van tin op een
niveau is gekomen beneden dat van het verbruik van tin. Tenzij de consumptie nog verder zou dalen, mag
dan ook voor de toekomst een verdere afneming der
voorraden worden verwacht.
1929
De nog weinig bevredigende economische en poli-
tieke wereldverhoudingen lieten echter niet na haar
invloed op de Londensche tinmarkt uit te oefenen,
zoodat het prijsverloop aldaar niet overeenkomstig de
gunstiger positie van het metaal was. De prijsstijging bedroeg gedurende deze periode nl. slechts £ 2, doch
daar de kôers van het Pond Sterling zich eenigszins
herstelde, bedroeg, in goud omgerekend, deze stijging
ongeveer £ 5.—, nl. van £ 101.7/6 op eind December tot £ i06.5/- per ultimo Maart.
Hieronder volgt een opgave van cle exporten in
long tons tin der vijf bij het restrictie-scherna aange-
sloten landen voor het jaar 1932 eu de eerste twee
maanden van 1933. De Maart-cijfers zijn nog niet
bekend.
1932
1933
januari Februari
Neclerla.udsch.lndië
………….
15.427
1.382
1.312
Malakka
………………….
28.408
.2.438
2.219
Bolivia
…………………..
20.583
1.057
1.339
Ngeria
…………………..
4.099
375
317
Siam
……………………..
9.261
874
540
Totaal….
77.778 6.126
5.727
LOOD.
Zooals reeds in ons vorig overzicht medegedeeld, is het Loodkartel in verband met de bepaling, dat in
Engeland 10 pOt. rechten voor buitenlandsch lood
zou worden geheven, uiteengevallen.
De loodprijs geeft weinig reden tot ‘bijzondere op-
merkingen; hij variëert vanaf het begin van dit jaar
tot nu toe tusschen de £ 10.-.- en £ 10.10.-, hetgeen wijst op een betrekkelijk stabiel prijsniveau. De ge-
middelde prijs over 1932 voor lood was £ 11.18.- tegen-
over £ 13.-.- in 1931.
1929
1930
1931
1932
1933
De productiecijfers waren 1.266.000 ton voor 1932
en 1.401.000 ton voor 1931, terwijl de voorraden ca.
500.000 ton voor 1932 en 450.000 ton voor 1931 be-
droegen. De statistische positie van dit materiaal is
clu.s ongunstiger geworden.
KATOET.
Prijzen voor ruwe katoen hebben in het afgeloopen
kwartaal al zeer weinig gefluctueerd en de prijs in
Rotterdam, die begin Januari 19% cent ‘bedroeg,
was eind Maart tot 20% cent gestegen. Fluctuaties
zijn dan ook van zeer kleinen omvang geweest. In het
begin van Maart zijn de Ameri.kaansche goederen-
beurzen veertien dagen gesloten geweest en verwacht-
te men bij heropening van. de beurs een belangrijke stijging van de prijzen der landbouwproducten. Wat
katoen betreft, is ook de markt op 16 Maart ca. 80
punten gestegen, doch deze
stijging
was van korten
duur en werd niet gevolgd door de Europeesche ‘beur-
zen, zoodat na eenige dagen dc prijzen weer tot het
vurig niveau waren ingekrompen.
1929
1930
1931
‘332
1933
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LXIX
Liet wereldverhriîik van ruwe katoen is ongeveer
gelijk aan dat van het vorig jaar, zoodat door den
kle.irieren oogst 1932/33 ce voorraden geleidelijk wat
afnemen. Men is in Amerika met allerlei pogingen
•bezig em te trachten voor den nieuwen oogst een be-
perking in de aanplariting in te voeren, maar tot nu
toehebben deze pogingen nog niet tot cQncrete maat’
regelen geleid. Van niet-officiëele zijde woriFt zelfs
medegedeeld, dat de nieuwe aanplant waarschijnlijk
6 S pOt. hooger zal zijn dan in het vorig jaar.
WOL.
De stemming van de markt was gedurende het
geheele eerste kwartaal van 1933 rustig, doch be-
trouvbaar. Bijzondere factoren hebben hierop niet
ingewerkt. In het bijzonder heeft noch de politieke
ommekeer in Duitschland, noch de •bankdé’bacle in
Amerika invloed op de wolmarkt gehad.
WoLPEnCE PFR Le.
45
35
:
.
II:::L
15
1
-.
CPOSSBEDCOLOM., CO1
……
1929
1930
1931
1
.932
1933
Van een wijziging’ in de prijzen in het afgeloopen
kwartaal was dan ook nauwelijks sprake.
De omzet was bijzonder groot naar Japan en naar
de overige landen normaal, terwijl de de wol gunstig
gezinde moderichting het absorbeeren der buitenge-
vuon groote wolproductie van dit jaar verlieh’tte.
HOUT.
Bij’ den verkoop van vuren- en grenenhout heeft
Rusland de afgeloopen maanden weer het leeuwendeel
‘gehad.
Over het algemeen wordt aangenomen, dat ce. 80 ? 85.000 stds. ‘van Rusland zijn verkocht, nagenoeg
idies voor MeifJuli-verlading, een enkel partijtje per
Jiili[Augustus. De. prijzen zijn vrijwel stabiel geble-
ven, cl.w.z. voor Rusland ‘basis
1″
f82,— c.i.f., mei
f
3;— lager vuur ,,B”-kwaliteit van Leningrad ei;
f1,0,—
reductie voor ÏVdc soort Leningrad.
Zweden,heeft geregeld vastgehouden aan een basis
prijs van f70,— voor 7″ f.o.’b., met een enkel par
tij tje van een minder goede productie
f
67.50. Beste’
Finsche producties zijn verkocht â f 70,— met d
minder goede
it
f67,50 en van de kleine zagerijen
f
65,—. Zoowel Zweden als Finland hebben hun vn
rhiihout voor vroege verscheping nagenoeg uitver
kocht en het wachten is nu op de najaars-specifica
ties,, w’aror evetiwel nog niet veel animo
is.
Alle,
zal natuurlijk afhangen vii
it
het verbruik gedurend
den zomer. –
NOOT. F. PEQ STANDAARD
6
3 ___ ‘
ac
1929
1930
1951
1932
1935
l_O..pjieto.ogenblik is er in de. bouwerij nogal wat
nk, doh er wordt geklaagd over de slechte prijzen,
tèrwijl de kistenfabrieken door den beduidend ver-
minderden export ten zeerste worden gedupeerd. Ook
worden.:in..deze branche zeer slechte prjzen.betaald,
zoodat er, van winstmaken nauwelijks sprake kan zijn.
1.
Bij hèt beoordeelen der
prijzen
moet niet uit het
oog worden verloren, dat dê schaal van, f 5,— op en
af overal, is afgeschaft. in Zweden en Finland wordt
voor hou’thoven’ 7′
f
5,— meer verlangd met een
reductie van f 4,— voor de verschillende maten
onder 7″.
SUIKER.
Het eerste kwartaal van het nieuwe jaar zette in met flauwe markten. Gaandewég kon echter eene
gunstigere stemming voor suiker doorbreken en vol-
gens veler meening zonde hiermede de zoolang ver-breide kentering voor het artikel ingeluid worden.
Hoewel de binnenlandsche financiëele moeilijkheden
der Ver. Staten in den loop der verslagperiode haar
hoogtepunt bereikten, ging de vaste tendens van
Amerika uit. Houders van Ouhasuiker waren ‘voort-
durend zeer gereserveerd – onlusten op ‘het eiland
zouden den oogst schaden – terwijl raffinadeurs nu
en dan voor helkugrijke posten ruwsuiker in de markt
waren. De ingrijpende maatregelen van President
Roosevelt tot saneering der binnenlandsche toestan-
den en de verwachting, dat de nieuwe Regeering der
Ver. Staten bij een tariefwijzigi.ng ook het invoer-
recht van Oubasuiker zou verlagen, gaven aan de
markt een krachtigen ondertoon.
De voorgenomen drastische inkriping van den
aanplant op Java voor den oogst 1934, waardoor met
een oogst van slechts 450.000 tons rekening moet
worden gehouden, had eveneens een •gunstigeii in-
vloed op de markt.
Het met bieten te beplanten areaal in Europa daar-
entegen zal volgens F. 0. Licht niet verder ingekrom-
pen worden. In Duitschiand wordt zelfs eene uitbrei-
ding van den uitzaai geplant, welke noodig wordt
geacht met het oog op de geslonken voorraden.
SUIKEQ,F,PER 100 K.G.
14
12
10-
1929
1930
1931
1932
1933
In New-York brokkelden de noteeringen langzaam
af van 0.78 dc. voor Meitermijn tot 0.68 d.c. in het
begin vail Februari. Londen en Amsterdam liepen on-
geveer parallel met Amerika. Hierop volgde een stij-
ging te New-York tot 0.93 dc. op 3 Maart, ‘den dag
voor dle sluiting der goederenheurzeu in Amerika; in
Londen van Sh. 4fiiY2 tot Sh.
5J/
en in Amsterdam
van f5 tot
f
5X eveneens voor Meitermijn. Na
herope n ing der Amerikaan sche goederen beurzen op
15 Maart beleefde de markt in Amerika eene zeer
vaste periode, tengevolge van de bovenvermelde oor-
zaken. Aangezien echter verbetering van den binnen-
laudschen finaneiëelen toestand der Ver. Staten en
evetueele wijziging der invoerrechten meer’ speciaal
van invloed zijn
01)
het suikervraagstuk in Amerika, trokken de Europeesche markten zich daarvan wei-
nig aan.
Op Ouba ving de maaltijd volgens Regeeringsbe-sluit pas op 15 Februari aan.
Op java begon de N .11. V.A.S. hare werkzaamheden
met verkoopen op eene eenigszi.ns verlaagde prijs-
basis. Gaandeweg namen deze transacties belangrijke
afmetingen aan en veroorloofde de vastere wereld-
markt eene geleidelijke verhooging van de verkoop-
limites. De totale verkoopen gedurende deze drie
maanden bedroegen ongeveer 665.000 tons, waarvan
de leyering over alle maanden tot het najaar ver-deld is. De afschepingen van Java, die in Januari
en Februari zeer klein waren, ‘nl resp. 47.500 tons en
85:500
–
ton.s, toonden over Maart met 129.000 tons,
oene verblijdende stijging.
KOFFIE.
In den loop van het eerste kwartaal daalde de
LXX
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
26 April 1933
noteering van loco Robusta van 24 op 23/ ct. en die
van loco Superior Santos van 31 op 27 ct. per % K.G.
Dat de waarde van Robusta zoo goed als onveranderd
bleef, vindt zijn oorzaak in het feit, dat de voorraden
in het productieland tengevolge van de groote ver-
schepingen in het vorig jaar tot een minimum zijn
geslonken, terwijl aanvoeren uit den nieuwen oogst
niet v66r Juli a.s. alhier kunnen worden tegemoet-
gezien. De belangrijke teruggang in de waarde van
Santos-koffie is het gevolg van de daling der prijzen
in Brazilië, alwaar de uitvoer in de laatste maanden
ver beneden de verwachting is gebleven. Ook het voor-
uitzicht op een zeer grooten volgenden oogst, die thans
door velen voor Santos alleen reeds boven 22 millioen
balen en voor geheel Brazilië boven 30 millioen balen
wordt geraamd, bleef natuurlijk niet zonder invloed.
De handel was in Europa en in de Vereenigde
Staten gedurende de afgeloopen drie maanden luste-
loos en de zaken bleven in de meeste gevallen beperkt
tot vodrziening in het voor de consumptie hoogst-
noodige.
ÇO t
–
It CUIT5 2E2 72 K.G.
De kost- en vrachtaanbiedingen van Brazilië daal-
den voor goed beschreven Superior Santos van $ 10.50
op $ 9.80 per cwt. en voor Rio type New-York 7 met
beschrijving van $ 9.— op $ 8.45, alles prompte ver-
seheping.
De cif-prijzen van Robusta op prompte verscheping van Nederlandsch-Indië daalden voor Robusta W.I.B.
f.a.q. van 244 ct. op 22 ct. per % K.G. Die van onge-
wasschen Palembang Robusta daalden van 19% ct.
op 17% t.
De noteeringen aan de Rotterdamsche termijnmarkt
zakten 1% . 1% ot. per % K.G. in.
THEE.
Veel verschil in prijs heeft het eerste kwartaal van
1933 op de theemarkt – dooreen genomen – niet
opgeleverd. Hoe zou dat ook anders kunnen. De posi-
tie van de theemarkt hangt te nauw samen met den
interjiationaal-economischen toestand dan dat bij-
zondere maatregelen, haar alleen betreffende, haar
gunstig zouden vermogen te beïnvloeden.
Het veilinggemiddelde te Amsterdam gaf een terug-
gang te zien voor de Java-thee van 27% cts. per hKG.
in entrepôt (eerste veiling d.d. 12/1) op 25% ets. per
einde Maart (2313). Daarentegen steeg het Sumatra-
gemiddelde van 21% op 26 cts. Het totale veiling-
gemiddelde bleef schommelen om 25 ets, per pond.
Het bedroeg 25% ets. op 12/1, en 25% ets. op 2313.
Opmerkelijk was de loodzware druk, dien de ‘bin-
nenlandsche markt onderging van de rechtenverhoo-
ging sinds 1 Januari met 30 pCt. (waardoor het recht
op thee kwam op 48% ets. per pond of rond 2 maal de aankoopsom in Nederland) gepaard met een na-vordering van deze 30 pOt. voor thee ingeklaard in
het tijdvak 29 September-31 December 1932. Neemt
men het cijfer der inklaringen in ons land gedurende
het laatste kwartaal van 1932, dan blijkt, dat de han-
del ca. 1 millioen Gulden uit hoofde van •deze navor-
dering heeft te ‘betalen over vroeger onder een lager
invoerrecht ingeklaarde, verhandelde en ‘ten deele
reeds opgedronken thee.
De ‘binnenlandsche handel heeft zich uiteraard ge-
dwongen gezien zijn aankoopen in veiling sterk te
verminderen of te staken. 1-let is duidelijk, dat de
theeprijzen den kwaden invloed daarvan ondergirigen;
niettegenstaande de buitenlandsche markten bijna
voortdurend een betere stemming meldden, bleef de
belangstelling op de Amsterdamsche markt gering.
Een duidelijk bewijs hoe ontwrichtend de bovenbe-
doelde Reeeringsmaatregeleu op de markt hebben
ingewerkt (overigeng geheel volgens de verwachtingen
van de belanghe1’hende vereenigingen in hare reques-
ten aan de beide Kamers der Staten-Generaal) en hoe
schadelijk zij zijn geweest voor de reeds zoo sterk lij-
dende Indische thee-plantage-maatschappijen:
1
ric
CTS. 2E
l’jU
1931
1932
1933
De voorraden bij het Thee-etablissement te Am-
sterdam bedroëgen per ulto. Maart jl. 95.927 kiste:ii
tegen 75.919 kn. per ulto. Maart 1932. Totaal werden
aldaar aangevoerd gedurende het eerste kwartaal
102.502 kn. en afgeleverd 70.812 kn. tegen resp. 81.619
kn. en 95.099 kn. in het vorige jaar.
Volgens cle gegevens van het Centraal Bureau voor
de Statistiek bedroeg de aanvoer in Nederland gedu-
rende Januari en Februari 3.840.000 KG. (v.j.
3.008.000 KG.), de invoer tot verbruik 971.000 KG.
(1.992.000) en de uitvoer 734.000 KO. (1.411.000
KG.). Derhalve liepen de invoer tot verbruik en
helaas ook de uitvoer met ruwweg de helft terug.
De Vereeniging voor de Thee-cultuur in Neder-
landsch-Indië maakte bekend, dat de uitvoer van thee
uit de voornaamste productielanden gezamelijk in
1932 430.070.000 KG. heeft bedragen tegen 420.744.000
KG. in 1931. Britsch-Indië alleen voerde in 1932
ruwweg 10 millioen KG. méér uit dan in 1931.
De Londensche vooiraden ‘bedroegen volgens cijfers
der Tea Brokers’ Association per. ulto. Maart 275% millioen lbs. tegenover 213 millioen in 1932 en 242
millioen in 1931.
De Board of Trade in Engeland heeft de pu’blidatie
van verbruiks- en voorraadeijfers voor geheel Enge-
land wederom hervat. De totale voorraad van thee
in entrepôt (mcl. voor aankomst opgegeven partijén)
bedroeg op ulto. Januari ji. 316V2 millioen lbs. en
op ulto. Februari bijna 311 millioen lbs.
COPRA.
De markt voor Copra was gedurende de laatste drie
maanden flauw gestemd.
Het Oosten offreerde regelmatig, terwijl de vraag
van consumenten veel te wenschen overliet.
Het bericht van moeilijkheden bij den import in
Duitschland deed de markt sterk (ca. 75 cents) terug-
loopen.
Voor import in andere landen, zooals Polen en
Spanje, vreest men ook moeilijkheden.
10
2,50
In het algemeen zijn er nog niet veel teekenen voor afname der aanvoeren, en sluit de markt dan ook zeer
gedrukt op ca.
f
9% voor April f.m.s., en
f
8% voor
Mixed Copra, tegen gemiddeld
f
13,— voor fm.s. en
f-12Y8 voor Mixecl in 1932.
26 April 1933
ECONOMISCH-STATISTISCH KWARTAALBERICHT
LXXI
DE ECONOMISCHE TOESTAND VAN NEDERLANDSCH-
INDIË, DUITSCHLAND, GROOT-BRITTANNIË EN DE
VER. STATEN.
– Wij laten hierachter weder de gebruikelijke con-junctuurstaten volgen betreffende bovengenoemde
landen. Waar verschillende conjunctuurgegevens be-
treffende Nederland reeds vroeger behandeld wer-
den, bepalen wij ons in het hiervolgende ‘tot eene
bespreking van de gegevens betreffende de bovenge-
noemde landen.
Nederla.nclsch-Indië.
Het groote aanpassingsvermogen van Ned.-Indië
doet de depressie normaler verloöpen dan in vele
andere grondstof-produceerende landen. Verschillen-de factoren hebben hiertoe medegewerkt. In de eerste
plaats bevindt dit land door grootere diversiteit •van
exportartikelen zich tegenover vele andere overzee-
sche landen in een gunstige positie. Bovendien
blijven de voedselverhoudingen gunstig. Dö bevolking
legt zich bij’. thans in vele streken op de rijstteelt
toe. De invoer van rijst daalde dan ook van 609.000
ton in 1931 tot 423.000 ton in 1932.
Hoewel de waarde van den totalen uitvoer in 1932.
t.o.v. 1931 weder sterk is gedaald, is het gewicht toe-
genomen. Daarentegen is de invoer zoowel naar ge-
wicht als naar waarde verder gedaald. Een ongunstig
verschijnsel is-nog steeds, dat de waarde per ton uit-
gevoerde goederen sterker is gedaald dan die van de
ingevoerde goederen.
Uitvoer
1929 1930 1931 1932
Iii 1000 tonnen ………….
10.457 10.268 8342 8.747
-i1Iioenen guldens …….
1.488 1.192 818 619
Invoer
In 1000
tonnen ………….
3.461
2.866 2.221
1.726
millioenen guldens …….
1.166-
922
610
409
lJjtvoeroverschot ………….
322
270
203
210
De vermeerdering va.n het gewicht van den uitvoer
is aan een groot aantal artikelen toe te schrijven,
zooals koffie, aardoliën, copra, klapperolie, enz. De
vooruitzichten voor de belangrijkste exportproducten
zijn, wat de productie betreft, niet bijzonder gunstig.
De drastische beperking van het suikerareaal zal zoo-
wel voor de bevolking als voor de schatkist, nieuwe
moeilijkheden mede-brengen. Verder zal de export
van thee in verband met de restrictieplannen af-nenlen, terwijl de tinproductie thans ook tot een
nieuw laagterecord is gedaald. De productiebeperking
van de andere groote producenten van dit metaal
heeft echter reeds tot een prijsstijging geleid, waar-
dooi de moeilijkheden hier niet zoo .groot zijn. De uit-
voer van tin bedroeg in 1932 slechts 12.989 ton
(waarde
f
8.2 millioen) ‘tegen 11.715 ton (waarde
f
9.8 millioen) in 1931.
Het is zeer te hopeu, dat de productiebeperking
van suiker en thee ook tot prijsstijging zal leiden.
Duitschla,nd.
De toestand in Duitschiand vertoont een verdeeld
aspe,ct. Nog steeds is deze in het algemeen zeer slecht
te noemen, hetgeen wel blijkt uit den lagen stand van
de meeste prodmictie-indices en uit den enormen om-
vang der werkloosheid. Toch is de toestand min-
der ongunstig dan een jaar geleden. Dit blijkt, zoowel
uit -den -hoogeren stand der productie-indices voor
steenkolen, ijzer en staal, vergeleken met de overeen-
komtige periode van het vorig jaar, als ook uit het
feit,, dt het aantal werkloozen ruim 400.000 minder
is dan een jaar geleden.
Troosteloos is echter het beeld van Duitschiands
buitenlandschen handel. De sterke achteruitgang van het uitvoeroverchot, -den grondslag voor de betaling
van Duitschiands huitenlan-dsdhe schulden, levert
daarvan wl het duidelijkste beeld. Duitschland is er
in: geslitagd -om intern zijn economischen ‘toestand een
weinig te verbeteren, maar ten koste van externen
achteruitgang.
Engeland.
De buitenlandsche handel van Engeland in het
eerste kwartaal van 1933 geeft een
belangrijke
ver-
betering van ‘de handelsbalans ‘te zien in -vergelijking
met het ee1st6 kwartaal van 1932, hetgeen uit ‘de vol-
gende cijfers blijkt:
Eerste kwartaal Eerste kwartaal
1932
1933
Invoer (in 1000,) ………..
193.441
159.241
Uitvoer ( ,,
,,
,,) ………..
92.331
89.706
Terwijl de waarde van den uitvoer bijna dezelfde
was als die van verleden jaar, hetgeen – bij de in-
middels gedaalde prijzen – op een toegenomen hoe-
veelheid wijst, daalde de waarde van den invoer met
bijna 20 pOt.
Dit op peil blijven vn den uitvoer wijst op een
constante bedrijvigheid ‘der inheemsche industrie.
Voor zoover daaromtrent gegevens ‘bekend zijn beves-
t.igen deze de tendens van den buitenlandschen han-
del. Zoowel de productie van steenkool, als die van
ijzer en staal, was ‘gedurende de maanden Januari
en Februari (voor Maart ontbreken nog de gegevens)
nagenoeg even groot als in de overeenkomstige maan-
den van verleden jaar. Meer ‘dan een zekere stabili-
teit -heeft Engeland echter nog niet bereikt en van
een oplossing van het werkloozenvraagstuk is men nog
even ver
–
verwijderd als in het vorig kwartaal.
Vereen.igde Staten.
De in-dustriëele bedrijvigheid vertoonde aan het be-
gin van ‘dit jaar geen uitgesproken tendens. Zij bleef
over het algemeen op het niveau van die van het laat-
ste kwartaal van 1932 staan, met hier en daar een
opleving als gevolg van seizoeninvloeden. De bouw-
bedrijvigheid was in Januari sterk gedaald, zelfs
wanneer men met de seizoenfluctuatie rekening
houdt. Het in-dexcijfer daarvoor was in Januari 22
tegen 28 in December 1932, in beide gevallen na
eliminatie van -de seizoeninvioeden. –
Daar de productie van eindproducten zich lang-
zaam in gunstige richting -bewoog, verwachtte men
in Februari de normale seizoenopleving, die evenwel
achterwege is gebleven, doordat de bankmoeiljkheden
in -den loop van die -maand een dergeljken’ omvang
aannarnen, dat zij tot de -bekende -bankcrisis leidden.
De productie bleef in Februari ten aanzien van
Januari constant, terwijl -gedurende de eerste helft
van Maar-t een merkbare vermindering ‘intrad, in
plaats van de normale seizoensuitbreiding. Het is clan
ook goed te verklaren
;
dat ,i ‘de tweede helft van
Maart, toen do meeste banken weer heropend Werden
en er kans -scheen te bestaan op een herstel in het
bankwezen, de industriëele bedrijvigheid zeer snel
toenam, -da-ar de achterstand der normale seizoens-
opleving moest worden ingehaald.
Het indexcijfer van ‘de productie van gietijzer ver-
toonde het volgende verloop, waarbij seizoenfluctuaties
gecorrigeerd zijn: Januari 19, Februari 18, half
Maart 13, terwijl het in April tot boven de 20 is ge-
stegen. Ook het aantal afgeleverde automobielen ver-
minderde in Februari. De bouwbedrjvighei-d bleef ge-
duren-de het geheele eerste kwartaal op een uiterst
laag niveau. –
De uitvoer der Ver. Staten, die in Januari $ 119
millioen bedroeg, nam in Februari tot $ 1-00 millioen
af, hetgeen een laagterecord is sinds den zomer van 1904, terwijl de invoer $ 83 millioen bedroeg tegen
$ 96 millioen in Januari, hetgeen, met uitzon-dering
van verleden jaar Juli $ 79 millioen,
eveneens:
een
minimum beteekent, dat na 1904 niet meer is voor-
gekomen. Vooral de uitvoer van granen en katoen stagneerde sterk. De vermindering van den invoer
kwam vooral tot uiting in dien vtn grondstoffen en
halffabrikaten, hetgeen op sagnatie van het binnen-
landsche bedrijfsleven wijst. De invoer van voedings-
middelen is, in vergelijking met -de eerste twee maan-
den van 1932, minder sterk afgenomen.
De financiëele situatie gedurende het eerste kwar- –
taal werd geheel beheerscht door de bankmoeilijlche-
den, – waaromtrent wij elders in dit nummer uitvoe-
riger hebben bericht.
LXXII
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE NEDERLAND.
26 April 1933
Productie en Handel.
Productie.
Invoer
S)
Uitvoer
*)
..
.
Aanbe-
.
c
E
‘
stedingen3)
8
)
)
ø
v
) .
G
n
c)
:.
0
t)
_
••
b
••
b
2
-2
0.
• •
:
N
•
.
,
v)
0)
.
)).
C)
•n
0
•
9
l
lI .
0
.
Q
,
.
v
.
‘
o
•
(n.
o
.
(
)
‘
0
0
–
(
–
t).
–
•-
–
in
miii.
1000
tons
fijijö
B
–
in
miii.gld.
–
n
niill.
in mijl. K.G.
In
miii.
in
1000
in
miii.
t
in
1
1000
in
miii.
X
10.000
in
ICOO
in
1000
–
in
1000
j
,
gld
ss
ts
ts
f1
OO
1925
593
101
9.55
0.36
__
205
121
30.7
49.4
7.5
151
164
52
631
24
395e
31
237
1.
280
1
7.7
6.6 36.5
54
1926
737
148
11.33
0.39
–
203
125
36.5 56.3
8.1
146
193 52
899
28
325
4
100
444
1.7441
7.9
7.0
35.9
58
1927
791
172
11.07
0.48
7,5
212
139
39.4
63.9
7.1
158
210
58
751
29
318
173
579
2.1581
7.7
8.1
38.8
54
1928
910 173
13.35 0.57 5,6
224
157
48.3
76.6
7.1
166
225
67
849
27
573 336
633
2,4311
7.4
7.7
43.8
58
1929
965 172
14.84
0.68
5,9
229
161
51.2
82.4
7.4
166
228
72
895
27
503
875
717
2.271
6.0 8.0 45.9
63
1930
1.0111
187
15.42
0,29
7,8
202
146
40.3 78.2 8.1
143
222
62
929
23
412 908 743
1.992
5.7
7.8
45.0
59
1931
1.075
108
12.66
0,18 14,7
158 128
23.4
56.0
6.5
109
230
45
941
17
243
706
791
1.588
4.5 7.2
39.4
49
1932
1.063
49
7.44
0,10 25,0
108
101
18.9
37.8
4.4
71
204
28
764
12
163
530 686 1.380
1.3
6.4 35.0
38
J.’31
1.167
15.99
0.08 11,7
165 126
1.73
5.42 0.58
115
238
47
1.112
18
211
353 753
1.554 5.5
8.9 58.0
50
Aug.
1.068
95
10.53
0.27 12,2
147
123
1.93
4.61
0.44
07
225
41
1.025
16
157
457
674
1.368
4.1 7.7
52.7
40
Sept.
1.121
10.97
0.33 128
153
117
162
4.76
0.34
120
246
45
1.004
17
204
651
679
1.367 4.3
7.5
36.4
33
Oct.
1.156 10.09
0.08 14,8
180
119
1.48
4.11
0.23
111
213
43
954
17
241 746
852
1.656 5.3
8.1
32.9
49
Nov.
1.085
68
8.24
0.12 18,4
140
117
1.54
3.52
0.14
101
226
44
835
17
224
1.127
804
1.493
2.7
7.2 31.1
39
Dec:
1.069
10.61
0.02 22,6
141 119
1.34
3.85
0.16
81
23
36 779
15
234
712 927
1.684
2.4
5.6
26.2
60
1.’32
7.88
0.05 27,1
131
115
4.49
368
0.26
70
193
29
691
13
156
588
597
1.329
1.9
5.9
34.9
61
Feb.
1.001
51
7.65
0.06 25,9
110
114
1.16
3.82
0.31
76
250 34
697
13
153
448
730
1.581
1.9
5.5
38.6
34
Mrt.
1.072
7.64
0.05 23,9
fl6
111
1.42
3.18
0.47
73
266
31
722
13
162
348
608
1.347
1.3
5.0
43.7
43
Apr.
1.069
8.40
0.01 22,1
113 103 1.36
3.96j
0.68
69
202
27
715
12
126
312 660
1.377
1.4
6.4
40.9
44
Mei
1.02}
997
49
6.47
0.16 22,6
101
95
1.59
2.82
0.44 64
182
25
753
11
102
292
566 1.194
1.1
6.3
34.1
37
Juni
1.067
8.12
0.08 23,0
107 93
1.62
2.93
0.49
66 188
25
838
12
Ml
408
732
1.475
1.0
7.6
41.8
41
Juli
1.035
7.58
0.11 25,3
96 87 1.12
3.071
0.48
63
171
25
799
11
158
486 696
1.345
1.1
6.7
46.4
33
Aug.
1.043
40
5.88
0.20 25,7
95
89 1.02
2.62 0 37
67
191
27 723
11
139
587
615
1J99
1.0
7.3
47.3
28
Sept.
1.069
9.31
0.18 25,8
102
89 1.41
2.59 0.30
77
191
26
747
12
214
659 709
1.347
1.1
8.1
29.6
25
Oct.
1.1081
5.59
0.10 25,4
117 98
1.16
3.34
0.24
82
233
33
825
14
188
707
898
1662
1.4 7.8
22.4
35
Nov.
1
.
11
4?
6.02
0.09 26,9
106
102
1.34
2.67
0.17
70
184
28
769
13
210
684
738 1.369
1.2
5.5
19.9
36
Dec.
1.154)
8.78
0.12 29,5
107 121
1.23
3.11
0.16
70
201 30
883
14
206 839
681
1.359
1.4 5.1
20.6
37
J.
1
33
1.088
5.84
0.12 35,4
95
121
2.29
2.43
0.15
58
180
25
646
12
176
694
588 1.189
LO
4.9
24.8
37
Feb.
957}
10.04
0.03
86 120
0.78 2.43
0.231
55
190
23
540
11
139
478
629 1.245
5.2
27.1
31
Mrt.
1.137
99
1
1
65
241
28
795
13
165
316
803
1.572
0.11
1.2
5.8
1
28.9
34
i) Vanaf
Jan. 1931
voorioopig.
2)
De cijfers
van
1925-1927
hebben
betrekking
op
Juni.
3)
De
Aannemer”.
4)
Bruto-gewicht
X
1000 ICO.
Kapitaalmarkt
Geidmarkt
Prijzen
Verkeer
Effectenbeurs Emissies
Spaar-
‘
Indexcijfers
____________
van
Scheepv.
n
c
Koersen
ii
,
4 9,
banken
verkeer
S)
c
–
,t1
.
t)
–
t)
o’t
.itn
,t*
to
itt)
0
Qt))
t)
E
.
t)
t)
.
1
t)Jt)
n
.-
•0
oE
tj
,tit
.
0
o
?”
.
ittC
Int)
t)
=
t)
0
Z
n
‘t
0 0
0-
.
0
t)t)
Oom
i
0
t)
____
.
0.
—
0.
U.
1
In millioenen guldens
InpCt.
‘-30Spt
Oct.23
In
10.000.000
in
millioenen
lOO
24=100
MB.
guldens
1925
–
–
–
–
297 219
175 122
64
233
304
191
2,88
3,08
155
–
5.00
4.24
13.6
6.31
342
1926
– –
–
-470
429
196
274
73
397
299 209
2,92
2,88
145
–
95,1
5.22
6.10
13.6
6.23
312
1927
–
–
–
-494
46
158
336
93
401
321
225
3,83
3,76
148
–
94,9 5.95
4.80
13.5
6.23
296
1928
– –
–
–
667
48
364
303 338 329 332 242
4,16
4,18
149
–
95,8 6.14
5.03
14.5
6.42
266
1929
158
168
433
125
460
84
327 133
287
173
343
257
4,89
4,82
142
–
95,1
6.02 4.12
15.0
6.79
236
1930
149
126
265
83
598
64
349
249
29
569
367
292
2,17
2,06
117
79
91,1
5.95 4.00
14.6
6.62
252
1931
118
94 167
50333
474
292
41
11
322 429 302
1,56
1,42
97
54
85,5
5.17
3.85
13.7
6.19
287
1932
76
67 116
25
439 252
415
24
1
438
490
294
1,18
0,85
79
51
79,8
4.42
3.16
11.6
6.09
382
J.’31
126
100
169
56
26.0
12.1
19.0 7.0
–
26.0
395 315
1,43
1,41
97
69
–
5.62
4.15 15.9
7.27
255
Aug.
113
88
151
48
19.3
5.4
19.2
0.1
1.0
18 3
400
318
1,21
1,28 94
67
–
5.04
3.83
16.3 5.71
194
Sept.
95
74 126
37
3.5 1.8
3.1
0.4
–
3.5
404
314
2,07
1,01
91
62
85,6 5.06 3.75
14.3
6.13
278
Oct.
89
72
125 35
0.3
–
0.3
–
–
0.3
413 304
3,07
2,74
89
58
–
5.19 3.74
13.7
6.68
331
Nov.
93
75 135
35
7.4
–
7.4
–
0.5 6.9
423 302
1,73
1,67
89
58
–
5.14
3.44
12.1
6.06
298
Dec.
79
62
114
27
20.7
–
20.7
–
0.4
20.3
429 302
1,57
1,47 85
54
82,2
5.11
3.48
11.7 7.49
354
J.’32
81
64 124 27
8.9
–
8.9
–
0.3
8.6
443
304
2,37
2,09
84
54
–
4.57 3.28
11.3
5.80
312
Feb.
83
66
123
28
15.5
–
15.5
–
–
15.5
464 306
1,69
1,89
83
55
–
3.92 3.13
.10.5
5.82
369
Mrt.
81
69
123
27 77.8 120.9
77.8
–
–
77.8 468
306
1,06
-1,21
82
52
79,9
4.39
3.04
12.0
5.90
423
Apr.
70
59 102
20
4.4
–
3.7
0.7
–
4.4
472
292
1,03
1,00
80
51
–
4.01 3.07 11.8
6.33
384
Mei
65
53
94
19
1.1
–
1.1
–
–
1.1
478
292
1,03
0,74
79
49
–
4.67 3.19
12.1
5.61
356
Juni
.59
51
89
17122.7
129.8 122.7
–
–
122.7
480
290
1,00
0,52
78
52 79,8
4.40
125
11.3
6.20
409
Juli
68
64
108
21
.
4.5
1.0
4.5
–
0.4
4.5
485
290
1,00
0,48
76
52
–
4.41
3.27 13.0
6.04-
323
Aug.
80
72
126
26
12.1
–
12.1
. –
–
12.1
490 292
1,00
0,37
75
49
–
4.47
3.37
13.3
5.77
312
Sept.
86
78
133
31
20.9
–
18.0
2.9
.
–
20.9
493
289
1,00
0,37
76
50
.
79,9
4.11
2.87
11.7
5.98
477
Oct.
84
1
78
127
29
122.2
_I
–
116.9
•i
_j
122
.
2
494 288
1,00
0
,3
7
77
1
52
i
-_
4.60′ 3.06′
11.21
6.381
.
381
.1
Nov.
81
7711.241
271
29.11
14.51
14.6)
–
29.21
488
1
29.1 1,00
l
0,37j
77
51
1
–
.
4.511
3.181
10.81
581
l
394
1
Dec.
1
79
1
7
6
11161
261
19.71
-1
19.7
-1
-1
19.71
490
1
294
1,001
°’i
.76
48
1
79,4
4.941
3.191.10.51
7.27I 421
1
J•’3l
85
1
80
1
124
1
28
1
111
.
2
1
-1
-1111.21
494
300
1,00
1
0,371
75
1
48
1
–
1
4.301
2.981v10..71
–
5:7I-
–
384
–
1
Feb.
1
83
1
76
,
11
91
24)
12.31
-j
12.3
-I
….i
12.31
500
i
l,OOi
0,371
74
47
1
–
1
4.101
2.751v
8.31
5.551
356
Mrt.
82
1
75
1
118
1
221
1.41
-1
.
1.41
-I
-1
1.41
1
1
1,111
0,691
.
78.1
.J
.
I
v
9.7J
1
v =
voorloopig
S)
Centraal
Bureau
voor
de
Statistiek.
i)
Bank
voor
Handel
en Scheepvaart
te
Rotterdam
(Nadrukverboden).
3)
Directie
van
den
Landbouw.
Nieuwe
reeks,
begonnen
Juli
1929.
3)
Bureau
van
Statistiek
der
Oemeente
Amsterdam.
26 April 1933
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE NEDERL kNDSCH-INDIË.
LXXIII
Productie van
Buitenlandsche Handel
Invoer Uitvoer
v
o.
v
.
.
a
a
-.
bt
–
.n
:..
. .
.=
F
._
n
v
–
‘-
•
‘
-.
i-
n
v
,
.n
.
.5
.0
E-•
,
‘
i)
0
•0
–
0n
Fo
E-o
•°
;.i
)
(-0
.
-;
o
Co
0.
0
in
in
in
.
In 1000 K.G.
nijl!.
In millioen K.Q.
iiiilI.
In
niillioen
K.G.
nijl!.
gld. gid. gld.
1925
70.0-
—-150.1-
–
-190.04.25.8-29.3-
80.1
1920
–
_
‘-
–
–
74.5
123.41
_
_
–
132.1
234.41
_
_
166.8
5.1
6.2
–
•
31.4
–
57.6
1927
75.2
117.4′
_
–
–
137.0
630.3
10.5
8.1
193.9
5.5
7.2
–
25.4
–
61.8
1928
–
_
–
– –
83.6
234.8
–
_
_
–
131.7
801.4
12.1
7.6
255.0
5.8 9.7
–
36.7
231.3
48.1
1929
– –
–
–
–
88.1
279.7
–
–
_
60.3 120.3
842.7 26.0
12.4
248.0
6.9 7.0
–
37.8
299.4
32.2 1930 12.794
5.341
3.136
849
3.581
69.5 235.0
–
7.0
12.4
52.3 100.3
830.3
13.3
9.9
185.0
6.0 5.2
10.9
31.3
356.0
30.8
1931
13.901
6.059
3.817
776
4.387
45.7 183.2
_
3]
10.2
50.7 87.6
675.5
15.0
9.8
129.5
6.6
5.8
16.0
30.0
286.8
21.9
1932
12.728 5.979 4.884
718
6.091
32.9 143.4
13.0
1.9
10.2
35.3 48.2
714.0
3.3 6.8 125.2 6.5 9.6
–
39.9
328.2
15.3
J.’31
14.091
6.439
513 770
3.800
53.6
227.2
–
3.2 10.8
58.5 89.3
735.4
14.5 10.6
198.4
7.5 3.8 15.4
36.6
276.0
35.7
Feb.
12.016
6.048
393 697
3.172
45.6
196.0
17.7
3.6
11.5
58.3
79.9
733.2
13.2
8.8
132.8
5.9
3.2
13.3
37.8 324.3 34.3
Mrt.
14.180
6.569
530
868
4.326
56.0
258.6
21.4
4.5
14.5
68.6 85.7 760.8
13.6
11.5
111.7
7.1
3.3
16.0
31.8
379.3
29.7
Apr.
13.059
5.814
–
—
–
–
–
—
–
–
–
—-
–
—
928
—–
–
—
–
—–
—
–
–
821
3.683
46.5
197.1
19.0
3.8 8.9
63.8
68.7
555.8
13.5
8.9 68.6 6.6 2.9
13.4
32.8
224.1
22.2
Mei
14.287
6.858 2.979
916
3.619 43.6
161.0
15.0
3.2
10.8
39.5
60.8
586.1
16.5
10.9
57.4
6.9 5.3
12.1
24.1
265.6
17.2
Juni
4.230
5.936
7.967
861
3.679
44.6
152.3
10.6
2.9
7.9
35.1
62.0 638.2
14.4
11.4 129.9
6.6
8.4
11.6
24.2
289.4
17.4
Nov.
14.519
6.444
960
432
4.941 39.8 155.9
11.9
1.9
13.0
44.1
59.6
709.7
17.8
8.3
177.5
8.2
5.6
23.7
36.0
251.9
19.8
Dec.
15.085
6.771
779 506
4.553
50.3
195.1
19.5
3.2
12.1
51.8
54.1
639.7
17.1
9.5
96.4
7.6
6.0
23.3 27.0
260.7
3.8
J.’32
14.370 6.469
725
779
4.216
37.2 146.9 9.8 2.3
9.2
38.0 53.6
628.6
16.2
9.1
110.2
8.3 5.4
21.7 42.3
268.1
16.4
Feb.
12.964
5.229
665 659
4.277
34.9
164.5
11.5
2.4
9.1
54.6 54.0
673.1
11.7
6.5
133.1
6.0 4.3
17.6
37.2
305.2
19.1
Mrt.
14.313
6.118
1.026 876
5.416
35.9
191.3
12.9
2.4
14.7
51.4
68.2
867.4
13.6
5.8
190.0
6.6
5.6
23.5
40.7
345.6
32.3
Apr.
12.758
5.995
1.897
793
5.236 37.3
143.0
12.4
2.5
10.6
27.4
54.2
727.0
14.7
4.1
98.4
7.2
6.6
26.1
34.8
321.8
16.9
Mei
12.941
6.765
4.429
791
5.349
33.3 131.8
13.8
2.0 9.4 26.2
45.2
700.3
14.7
5.0
75.0
6.7
8.7
13.6
37.7
379.5
11.9
Juni
12.636
6.012
10.069
748
5.571
31.9
136.5
11.8
1.7
9.1
21.4 42.2
649.6
148
4.7
119.6
6.6
10.7
9.9
32.4
313.4
10.3
Juli
11 930 5.351 16.205
742
6.229
28.5
111.0
12.3
1.4
9.0
24.4
42.5
7348
13.7
5.1
107.2
6.4
14.6
10.9
43.1
389.8
14.0
Aug.
10.951
5.270
14.252
797
7.585
31.8
135.7
13.8
1.5
9.7
31.2
42.9
705.5
11.6
6.7
105.8
6.0
17.8 37.5
333.6
11.1
Sept.
11.411 4.962
5.606
717
7.65
1
26.7
123.6
11.7 1.8
9.7
32.0 46.2
799.1
11.9 7.6
129.8
5.1
19.0
45.9
342.2
19.5
Oct.
12.236
6.144
1.850
574
7.919 27.6
133.9
12.7
1.8
9.5
35.3 42.6
665.2
12.1
9.4
143.7
6.1
9.9
44.1
263.9
17.0
Nov.
13.055
6.912
958
404
7.545
29.2
144.4
17.1
1.6
11.1
41.6
43.0
717.1
11.9
9.3
147.5
7.0 6.7
38.8
345.5
13.8
Dec.
13.176
6.515
924
371
6.094
30.3
158.4
16.1
1.7
11.8
39.6
43.3
699.5
13.5
8.9
142.8
7.8
6.4
44.2
329.6
10.0
1.”33
12.619
15.999
1
477 411
5.598
1
1
.
47.5
Effectenbeurs
Geldmarkt
*
Kapitaal-
Prijzen
”
________
Verkeer
markt Ontv. van
Indexeijfers van Indexeijfers van
…
u
Aandeelen
1)
0.
”
,
E
,
–
“.
‘o
.-
eni’s
Grooth.
prijzen
Kleinh.
prijzen
0
Scheeps- vrachten
0
i
c’
z.
0
1
.
–
.
. .
.
.0
II
‘
.
a
.
->
0
‘
”
,
0
.0
0
..
.0
..
‘
._ .x
0
‘0
.
0
.
.
(/D
‘n
=
0
‘
–
.0 ._
.
>
.X
0 .
.
0-
a
.
‘
1924
= lOO
In
inillioenen
guldens
1913 = 100
19231’25
1925
–
397
–
–
–
34.7
11.5
172
146 169 152 166
104.0 108.0
– –
1926
–
–
.334
81
333
–
–
–
22.4
12.1
165
137 170
148
163
103.8
109.6
–
–
1927
317
106
349
1.2
–
–
20.9
9.4
160
130 166 147
161
103.0
106.7
6.1
1.6
1928
–
100,0
314
100
318
0.4
–
–
11.1
305
155 125 160
148
161
102.9103.6
6.4
1.4
1929
234
398 487
443
99,4
305
111
306
1.0
1.8
–
4.1
61.9
155 123
162 145
161
97.7 100.3 6.5
•
1.4
1930
111
293
361
357
99,7
270
59
231
5.6
2.9
–
0.9 115.2
146 88 156 143 163
90.1 100.5
5.5 2.6
1931
52 182
242
251
96
243
48
198
9.6
6.6
–
1.6
102.1
115
66
134
133
146
85.9
97.9
4.4 2.4 1932 27
107
138
176
92
221
49 155
–
104.4
95 52
107
116
123
80.4
86.1
3.4 2.1
J.’31
76
224
274
281
100
250
45
249
9.0
4.2
121
– –
132
73
148
139
156
86.4
100.1
4.6
2.8
Feb.
80
238
308
292
101
246
45
189
10.0
4.9
116
–
–
126
72
143 139 152
86.1
100.1
4.0
2.3
Mrt.
81
243
306
291
100
243
45
206
11.2 4.8 122
–
2.8
122 72 140 139
152
86.1
100.1
4.0
2.4
Apr.
59
220
—
—
—
–
–
—
–
–
–
—
300
283
101
244
45 172 12.2
5.0
119
–
–
118 70 138
138
150 86.1
100.1
3.8
2.3
Mei
51
191
276
251
100
246
45 182
11.2
5.4
116
1.2
99.3
116 68 136 137
149
86.0
100.0
3.9
2.4
Juni
48
191
262
250
100
245
47
236
11.3
5.9
112
–
–
115
67
131
133
145
85.9
99.4
4.9
2.4
Nov.
33
126
196
–
—
–
—–
–
—
–
—–
–
—-
237
89
238
52 192
7.1 9.1
99
–
–
107
60
125
127
137
85.6 91.0
3.7
2.3
Dec.
26
107
161
180
75
233
51
204
6.5 9.5
98
– –
105 57 122
125
134
85.6 95.7
3.5
2.3
J.’2
28
108 174
181
83
230
50
174
6.4
10.7 96
–
–
104
56
119 124 132
85.5
86.7
3.3
2.4
Feb
28 109
180
178
84
229
50
152
6.5 11.5 96
–
–
102
58
117
122
131
85.1
84.9
3.2
2,2
Mrt
24
113
178 182 90
‘227
48 180
7.1
11.8
97
–
–
101
57
114
119
128
85.1
84.9
3.1
2.2
Apr.
14
97
111
154
88
226
48
155
6.5
12.1
93
–
–
98
53
111
117
128
85.0
84.9
3.2
22
Mei
85
102
157
89
225
49
153
6.8
12.4
90
–
–
98
52
107
116
123
81.5
84.9
3.4
2.1
Juni
14
88
95
154
86
223
50
153
60
12.8
88
–
–
94 50
105 116
122
80.0 84.9
4.1
2.1
Juli
23
106 120 176 92
221
50
158
5.7
13.7
85
–
0.8
92
50
104 115
119
78.3
84.9
4.2
2.1
Aug
35
118 138 201
96
219
48 142
6.1
14.3
82
–
–
92
51
103 115
118
78.3
87.4
3.9
2.1
Sept
.
……
42
129
151
202
98
219
49
151
5.6 14.8 80
– –
92
51
102
114 118
78.3
87.4
3.6 2.1
Oct
34
119
136
188
98
217
49
151
5.2
15.0
77
–
103.6 92
48
102
114 119
78.3
87.4
3.4
2.1
Nov
35 112
137
180 98
211
48
142
5.3
15.2
75
–
–
90
47
102
113 118
77.5
87.4 2.9 2.0
Dec.
33 105
135
157
98
207
45
146
–
–
89
46
101 111
114
72.3
87.3
2.8
2.1
J.’33
34
108
147 196
205
44
135
–
–
89
46 98
110
113
71.4
87.3
Feb.
30
103 142
200
–
–
Mrt.
28
110
139
187
*)
Centraal
Kantoor
voor
de
Statistiek.
Bank
voor
Handel
en
Scheepvaart.
2)
Jaargem.
resp.
1925126,
1926j27,
enz.
Hierin
is
niet begrepen
de
achterstand
van de
desabanken
in de
Buitengewesten.
LXXIV
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE DUITSCHLAND.
26 April 1933
Productie
1),
Handel en Verkeer
)
Productie-index van
)
_
—
_____
–
Buitenlandsche handel (maandgemidd.)
Scheepvaart-
Datum
–
.
verk.
–
Iangr.havenO
v. d. be-
Invoer
Uitvoer
. . .
.
;
2
<.
_______________
______________
.
.
‘
.E
HE
Totaal
Grond-
stoffen
Fabri- katen
Totaal
Grond- stoffen
Fabri-katen
°
0
Gemiddeldevanl928=100
1000
in millioenen R.M.
in
.
R0
87,6
813,6
84,6
81,8
–
–
1.030
518
167
774
166
563
256 2.766
2.793
–
1925 …….83,2
1926 …… .78,9
96,5
82,7
76,7
69,5
85,0
–
834 412
114
888 228 596
—
34 3.190
3183
–
1927
…….
100,1
102,0
111,3
112,6
91,7
110,1
–
1.186
599 212
900 217
644
286 3.389
3.374 417,6
100,0 100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
–
1.167
602
204
1.023
229
740
144 3.678
3.653
428,3
101,4
108,3
113,8
112,5 100,9
91,9
1.917
1.121
600
189
1.124
244
819
‘
3.637
3.598
445,5
1928 …….
83,6
94,7
82,5
80,5
83,1
90,0
3.076 866
459
150
1.003
204
753
+
137 3.671
3.644 380,3
69,1
78,7
51,6
57,5
59,5 87,7
4.520
561
290
102
800
151
615
239 3.366
3.331
319,8
1929 ……. 1930 …….
1931
…….
1932
‘
69,0 33,4 40,0 28,4
80,1
5.580
389 201
61
478
86
374
892.943
2.909
240,8
Januari ’31
67,8
90,2
60,5
62,9
54,8
78,4
4.887
715
375
116
775 170 575
60 3.353
3.313
302,7
Februari
69,2 82,6
57,7
67,2
59,4
78,4
4.972
620
331
113
778 160
591
158 2.732
2.746
281,3
Maart
73,5 82,0
56,1
66,1
64,6
83,8
4.744
584 297
1 1 1
867 172
662
283 3.223 2.250
329,4
April
76,3
79,3
54,6 65,3
66,4
85,6
4.358
679 368
115
8,18
160
620
139 3.236 3.225 326,4
Mei
73,9
78,1
55,5
65,7
61,5
87,5 4.053 600
311
113
783 154
593
183 3.546
3.572
343,1
Juni
74,4
76,7
59,6
63,4
6?,4
86,9
3 954
607
323 114 747
150
566
140
3.694
3.551
342,8
October
64,2
76,8
43,4
47,3
49,8
89,8
4.623
483
224
95
879
148 691
396 3.320
3.470
335,8
November
64,0 80,4 44,0
48,2 48,2 90,6
5.060
485 251
89
749 124
589
264
3.310 3.093
290,0
December
59,4
73,7
35,4
37,2
56,3 86,6
5.668
491
243
86
738
116
589
247
3.125 3.076
258,6
Januari
’32
52,9
70,8 36,0
34,2
33,5
84,7
6.042
440 221
75
542
102
417
102 2.964
2.824
216,2
Februari
55,2
67,3 35,4
37,8
37,6 81,7
6.128
441
230
76
538
97
423
97 2.535
2.589 219,7
Maart
56,8 67,8 31,3 36,5
39,6
81,8
6.034
364
188 60
527
93
417
+
163 2.810
2.653
244,5
April
56,5 65,6
34,7
42,2 35,6 76,6
5.739
427
220
62
481
92
372
+
542.724
2.731
230,4
Mei 60,0
68,2 38,2
57,4
37,7
73,6
5.583
351
176
57
447
78
356
+
962.885
2.885
243,4
Juni
56,6 64,6 31,9
41,2
43,9 71,0
5.476
364
176
58
454
80
362
+
903.125
3.030 245,4
Juli
.
53,1
63,7
29,5
34,8
37,4
72,3
5.392
366
179 56
431
79
339
+
65
3.067
3.014 253,1
Aug.
52,3 62,9
27,0
32,7
38,6
74,7
5.224
332
174
50
428
79
334
+
963.076
3.058
253,0
September
56,2
66,5 28,2
31ç9
41,9
80,7
5.103
360
195
55
444
81
340
+
842.882
2.918
249,4
October
69,9 73,3 33,2
42,4
38,9
86,7
5.109
398
207
58
482
87
371
+
843.200
3.163
258,3
November
62,9
80,0
38,5 47,9
36,2 89,0 5.355
393
215
59
475
82
371.
±
822.924
3.014
230,0
December
77,1
36,3 41,2
39,4 88,4
5.773
423
232
60
491
84
387
+
683.128
3.025
246,4
Januari ’33
72,9 40,3 43,9
6.014
368
214
51
391
75
299
+
232.712
2.708
208,4
Februari
6.001
347
200
52
374
74
284
+
272.483
2.468
Kapitaalmarkt
2)
Effectenbeurs
.
Emissies
2
)
(maandgemiddelden) Geldmarkt
2)
Priizen
S
lndexcijfer_van
•
:.c
8
.3
0)
5
,
E
5.5
E
=
..1.
ta
.
n.0)5
__-
;0’0
,
,
‘
E
.0o
=d.
5
,
4
.
sa
9oo
a
.
5
L)
0
3
=
.2
0
o
.OoQ
‘
–
.
-.
.
.
o
–
.5
”
_.
–
00
U.
1924-1926
=
100
in millioenen R.M.
1
fl1111:
19=
191314
1
1925
..
93 93 97 97 93 89
–
250
145 105 55 195
182
68
1.694
9,08
7,62
10,82
142
–
948
1926
..
109 118
121
97
121 113
–
510
381 129 82
428 310
200
3.18
5,31
4,91
6,57
134
–
1.003
1927
..
158 162
163
130 174 155
–
479a
361a
118
120 359 358
121a 4.693
6,05 5,49
7,82
138 148
472
1928
..
148 159 128
301
174
142
97,2
477b
355h
122
112
365
321
156b
6.990
6,74
6,54 8,22
140 152
665
1929
•.
134 153 120
85
168
123
94,4
242c
213e
29 82
160 174
68e
9.016
7,68
6,87
8,97
137
354
821
1930
..
109
130
111
73 139
94
97,3
367
269
98
46 321
224
143
10.400
5,06 4,43
6,14
125
147
945
1931
..
206d
177d
29 65
140
149 57
9.722
8,37 6,78
8,71
111
136
1.133
1932
..
58
58
–
12
46 37
21
9.917
6,23 4,95 6,73
96
121
717
Jan. ’31
82
111
86 54
100
74
99,0
301 301
–
75
226
273
28 10.767
5,10 4,75 6,70
115 140
1.085
Febr.
86
111
87
56 106
79
99,4
193
193
–
47
146 169
24
10.946 5,78
4,88
0,81
114
139
1.065
Maart
91
113
93
59 112 86
99,8
198
198
1
15
183 164
34
11.044
5,31
4,76
6,41
114 138
1.240
April
92 113
94 59
113
88 100,2
265
246e
19 14
251
171
94
11.165
5,88
4,65
5,95
114
137
972
Mei
83
106 85 52 102
79
99,8
709
393 315
259
449 345
364
11.225
5,64 4,65 5,90
313
137
956
Juni
76
101
77
47
98
73
97,6
170
170
2
57 113 138
34
11.074
7,07
6,09 7,04
112 138
1.034
Oct.
–
–
–
–
–
–
44
44
–
8
36
28
16
9.936
9,52
8,-
9,67
107
133
1.435
Nov.
–
–
–
—
–
–
–
–
—
—
–
–
–
–
—
–
–
–
–
–
56
56
–
29 27
50
6
9.745
9,17
8,-
9,93
107
132 1.215
Dec.
–
–
–
–
—
–
–
——-
–
—
56
56
–
22 34
49
7
9.722
8,45
7,32
9,59
104
130
1.258
Jan. ’32
96
96
–
19 77
57
39
9.886
7,91
6,94 8,53
100
125
1.128
Febr.
73
73
–
5
68
27
46
9.988
7,89
8,67
8,21
100
122
1.091
Mrt.
32 32
–
9
23
24
8
9.951 7,50
6,09 7,48
100
122
975
Apr.
g49.6
9547
9497
933
•
3 9
–
–
–
—
—-
—
–
—
—
52.2
°52.9
–
107
107
–
62 45
83
24
9.956
6,33 5,13 6,89
98
122
929
Mei
50.6
53.9
53.4
31.1
53.1 53.7
–
80
80
–
6
74
25
55
9.905 8,10
4,87
6,48
97
121
739
Juni
49.7 53.3 54.5
29.6
–
–
–
—
—-
–
—
–
—
50.3
51.8
–
25 25
–
t
22
21
4
9.800
5,87
4,75 6,48
96
121
704
Juli
49.9
53.5
52.8
30.1
51.8
51.6
–
35
35
–
5
30
31
4
9.717
6,07
4,58
6,51
96
122
629
Aug.
52.2 52.9 52.7
31.2
55.7
53.3
–
89 89
–
9
80
26
63
9.734
6,01
4,50
6,52
95
120
499
Sept.
59.0 53.7 59.7
——-
—
—
–
—
–
–
–
—
–
—
—
–
–
–
–
—
–
35.7 .63.3
00.5
–
42
42
–
5
37
39
3
9.730
5,99
4,25 6,27
95
120
480 Oct.
57.2
53.1
58.0
35.2
59.4
58.8
–
34
34
–
6
28
32
2
9.759
5,09
3,88
5,79 94
119
459
Nov.
58.2
52.9
58.9 35.6 59.6 59.5
–
33 33
–
8
25
31
2
9.783
5,01
3,88
5,79 94
119
449
Dec.
61.8 53.6
67.1
38.9 62.9
62.1
–
46 46
–
10
36 41
5
9.917 5,04
3,88 5,79
92
118
•
521
Jan. ’33
64.6
57.1
70.5 39.8 66.3 66.9
71
71
–
19
52 68
3
110.228
5,06
3,88
5,79
91
117
539
Febr.
64.8
57.3 72.2 40.2
65.5 67.9
40
40
–
12
28
38
2
10.365 5,09
3,88
5,79
91
117
475
Maart
91
117
467
1)
Ontleend
aan het
lnstitut
für
Konjunkturforschung”.
2)
Ontleend
aan
,Wirtschaft
und
Statistik”.
3)
V66r
April
1932 329
aand.
De
cijfers
hebben betrekking
op
het einde
van
de
maand,
resp.
van
het jaar. a) waarvan
5,
b)
1,
c)
2,
d)
1,
e)
7
buitenl.
em.
in
Duitschland.
1-11
Juli. 6-11 Juli.
7)
3-18
September.
8
)14.19
September.
9)
12-30
April.
v)
voorloopig.
26April 1933
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE GROOT-BRITTANNIË.
LXXV
Productie,Handel en Verkeer.
.
.
)
Productieindexi) van
Buitenlandsche handel
2
)
Scheepviartverkeer
T
.
-:–
Invoer
Uitvoer
.
Indexcijf.v.
x2
E
•
b
•
.
)
. .
Q:)
.
–
•
0
0.
.-
(1)
0
u
ca
•
c
‘
–
0
.O-
–
(2
)
..-.
..=.>
n°
0
.
.
‘
0.
o
u
O.5.E
.
–
Gemiddelde van 1924
=
100
1000
MiU.
£
0000 tons
1924
=
100
jIj.
1925..
•
97,5
91,7
85,4 90,2
69,7
106,0
93,0
123,6
–
1.338
110,3
35,5
26,7
64,4
51,4
45,9
463 519 95
86
8,65
1926..
75,3
46,1
33,4 43,4 52,0
113,8
81,6
106,7
–
1.506
103,6
32,7
26,3
54.3 44,9
49,3
535
391
108
98 7,12
1927..
08,1
94,6
99,8
111,0
103,6
122,0
97,6
120,5
159
1.179
101,7
29,3
26,9
59,1
47,0 42,3
505
59
107
95
9,15
1928.. 102,5
89,6
90,5
104,0
90,6
114,9
101,2
107,8
214
1.290
99,8 27,9 26,5 60,3
48,2 39,5
503
537
97 87
8,63
1929..
110,6
96;8
103,7
118,4
105,9
116,1
102,8
108,4
225
1.263
101,9
28,3 27,9
60,8
47,8
41,1
52
573
107
84
8,91
1930..
98,5
91,8
84,8
90,5
91,7
115,7
81,6
84,1
193
1.991
87,2
20,9 25,6 47,5
36,6 39,6
531
549
77
65
8,29
1931..
84,1
83,0 51,4 63,8
37,7 106,5
8,7
81,5
216
2.717
71,9
14,5
21,8
32,4
24,2
39,5
503
486
61
67
7,54
1932..
84,9
79,4
48,9 64,8
20,4
98,2
88,0
89,0
287
2.828
58,6
13,7 13,1
30,4
23,0 28,2
470 447
48
64
6,24
Jan.’31
183
2.663
75,6
17,9
20,4
37,6 28,7 38,0
450 469
64
70
7,99
Febr.
85,188,3
55,4
67,7
50,6 92,4
83,9
71,7
170
2.697
63,6
13,3
19,5
31,8
24,0
31,8
401
423
–
65 7,37
Mrt.
191
2.668
70,7
15,1
22,3
34,0
25,6
36,7
478 466
59
66
8,01
April
181
2.593
70,0
15,5
20,9
32,5 24,3
37,5
459
465
54
67
7,49
Mei
80,6
81,4
54,4
62,9
40,5 121,9
82,5
78,1
186
2.578
69,6
14,6
21,0
33,9
26,0
35,7
511
504
56
70
7,05
Juni
220
2.707
68,6
14,1
20,2
29,4 21,7 39,2
558 507
56
64
7,38
Oct.
i
•
250
2.793
80,7 11,9
27,2 32,8
24,0
47,9
522 538
77 73
8,06
Nov.
!
90,586,2
49,9 66,8
29,2
110,6
86,5
102,0
297
2.735
83,2
15,3
28,7
31,9
22,9
51,3
498 460
71 74,
7,53 Dec.
J
288
2.670
77,0
18,5
18,2 32,1
22,7
44,9
486 460
71
72
7,64
Jan.
1
32
305
2.855
62,3
16,9 13,3
31,1
23,4
31,2
423
454
51
62
6.67
Febr.
.
91,385,4
54,2
67,0
27,2
105,9
89,2
100,9
309
2.809
70,2
15,4
20,1
30,0
22,6
40,2
465
410
51
65
6.90
Mrt.
300
2.660
61,1
16,5 13,0
31,2
24,2
29,9
413
428
51
69
6.64
Apr.
(
306
2.727
53,5 13,4
11,8
34,
26,8
18,7
435
446
71
69
6,44 Mei
83,2
78,8
51,7
63,9
20,5
95,5
96,
94,0 .J
289
2.822
55,7
13,7 11,6
30,2
23,2
25,5
477 426
71
66
6,04
Juni
1
296
2.843
57,5
13,5
11,8
29,7
22,9 27,8
513 465
–
58
6,08
Juli
(
271 2.921
51,9 10,8 11,4
29,3
22,4
22,6
502
480
–
56
5,81
Aug.
77,869,3
44,5 61,4
17,3
92,0 81,8
73,3
219
2.947
53,3
11,7
13,1
28,6
21,7
24,7
513
450
45 59
5,47
Sept.
1
.
270 2.925
54,3
11,2
12,1
26,2
19,8 28,1 491 477
55
64
5,73
Oct.
)
(
300
2.810
60,8
11,9
13,5
30,4
22,7
30,4
483
435
61
63
6,14
Nov.
,
87,183,9
45,3
67,0
16,5
99,3
85,0
87,9
)
313
2.849
61,6
13,7
13,21
31,1
22,5
30
1
5
435
441 58 65
6,88
Dec.
j
t
262
2.776
60,6
15,6
12,7
32,4
23,6
28,2
455
429
62 67
6,55
(
281
2.955
54,1
15,1
11,5
29,2
22,1
24,9
440
440
60 64
6,12 Jan. ’33I
Febr.
2.915
49,1
13,2 10,5
27,9
21,4
21,2
403 409
61
63
Mrt.
1) Productie-index
van
de London
en
Cambridge
E:onomic Service, met uitzondering
van
dien
van kunstzijde,
welke
anti
de Board
of
Trade
en dien van electriciteit,
welke
aan de
British Electrical
and Allied
Manufacturers’
Association
is
ontleend.
2)
De cijfers
over
de jaren 025
–
1929
zijn
maandgemiddelden.
Kapitaalmarkt
Prijzen
Effectenbeurs’)
Emissies’)
Geidmarkt
0
..
ludexcijfers v.
–
Koersen van
grooth.prijzenS)
no
E
6
0
Datum
0
drag.fonds.
Vaste rente-
.
.-.
0
..L
,
00
,
na’
na0
=
00
E
=
–
0
0.00
,
0
00
‘t
o
0
2
=
0
’00
00
Q
–
.
–
o
°
‘
0
E.T
c’i
°
o
>6
C ‘t
.6
–
0
.5
LondenscheBanken4
1924
= 100
Mijl. £
Miii. £
0/
O/
1924
= 100
°Io °Io
109
98,3 101,8
18,3
11,0
4,8
2,5
2.983
1.662
856 226 3,47
4,15 95,9
100,4
93,5
100
100,6
413
115
96,4 103,8
21,1
11,7
4,4
5,0
2.946
1.665 892 216
4,01
4,49
89,1
93,1
87,0
98
100,4 370 124
96,9 103,2
28,2
14,7
7,3 4,2
3.068 1.713 928
218
3,71
4,24
85,1
91,4
81,8
95
100,7
381
1925………
1926
………
142
99,2 100,8
30,2
18,3
7,1
4,8
3.276
1.766
•
948
237
3,56
4,16
84,4 91,6
80,7
95
99,8
365
1927
………
139
96,3 104,0
21,1
13,3
4,5
3,3
3.328
1.800
991
229
4,58
5,31
82,2 87,4
79,4
94 00,2
345
1928
………
1929………
112
99,4 100,7
19,6 10,6
5,8
3,2
3.232
1.801
963 264
2,36
2,62
72,0
75,4
69,7
90
98
369
87
98,7 101,8
7,4
3,5
3,1
0,8
2.651
1.760
957
270
2,92
3,57
62,7
67,0 60,3
84
97,1
339 84
112,4
90,3 9,4
7,0
2,4
-.
2.319
1.791
843
308 1,64
1,94
61,1
66,5 58,4
82 95
1930………
1931
……….
Januari 1931
96
103,5
96
0
8
12,3
7,8
1,1
3,4
3.389
1.873
924
330
1,87
2,i7
64,3
68,1
62,4
87
98
426
1932
………..
Februari
94
98,5 101,8
9,6
6,0
13,6
–
2.841 1.820 925
301
2,50 2,52
63,9
67,1
62,1 86
398
Maart
95,5
99,6 100,6
13,4
7,4 3,6
2,4
2.849
1.764 936
240
2,23 2,62
63,7
66,6
62,1
84
971
441
April
94
100,2
99,9
1,7
1,4
–
0,3
2.893
1.736 940
211
2,31 2,61
63,6
67,4
61,5
84
97
315
Mei
80 103,0
97,6
11,0
0,9
10.1
–
3.045
1.738
935 224
1,98
2,26
62,8
67,8
60,1
83 97
395
November
92
94,0
106,5
4,4
4,3
0,1
–
1.887
1.706
900
240
5,02 5,76 64,0
69,1
61,4
85
961 365
December
81
90,2
111,2
2,7
2,7
–
–
1.969 1.737
900
246
4,21
5,84
63,7
68,0
61,5
84
961
400
Januari 193
82
93,4
107,5
2,9
0,3
2,6
–
2.046
1.714
905
239
4,46 5,65
63,7
69,0 61,0
84
961
435
Februari
80,5
93,7
107,2
12,0
9,1
2,9
–
1.875
1.659 902 208
4,27
5,11
63,4
68,7
60,7
84
93J
431
Maart
86
103,4
97,0
12,1
11,1 1,0
–
2.572
1.676
901
217
2.48 2,64 63,0
69,5
59,7
83
95J
470
April
83
104,5
96,0
18,0
9,6 8,4
–
2.210
1.681 881
240
1,98
2,36 61,6
69,2
57,8
82
951
468
Mei
77
109,4 91,7
12,3
8,9
3,4
–
2.317
1.699
871
246
1,38
1,57
60,6
68,8
56,5
81
951 390
Juni
73
108,8
92,5
17,5 15,4
2,1
–
2443
1.764 852
278
0,94
1,06
58,9
66,8
55,0
82
95J
375
Juli
83
121,7
82,7
3,1
3,2
0,1
–
2.992
1.804
836
317
0,67
0,98
58,8
64,9
55,7
81
95,1
413
Augustus
86
120,2
83,9
0,1
0,1
–
–
2.192
1.851
816 374
0,71
0,72 59,9
64,5
57,5
81
95J
383
September
90
121,5
82,7
–
–
–
–
2.072
3.865
803
392
0,65 0,69 61,4
64,6
59,7
82
95J
435
October
90
126,8
79,0
19,7
11,8
7,9
–
2.398
1.893 795 390
0,71
0,84
60,8 63,6
59,3
82
95
November
92
122,9
81,8
10,8
10,3
0,3
0,2
2.281
1.898 785
391
0,69
0,77
60,8
64,0
59,1 82
94
December
91
122,7
81,9
4,3 4,0
0,2
–
2.435
1.933 773 408
0,75 0,93
60,8
64,8
58,7
81
9
Januari
1933
93
122,3
82,2
8,3
7,9
0,3
0,1
2.250
1.983
764
431
0,75
0,92 60,3
64,1
58,4
81
941
Februari
96
123,6
81,3
7,2 4,9
1,8
0,5
0,75
0,88
59,5
62,8
57,8
80
94,
Maart
93 1122,41
82
,
1
1
13,41
12,3)
1,2
–
0,58
0,68
1
94JI
1)
London and
Cambridge
Econon,ic Service.
2)
Volgens
Midiand
Bank
Ltd.
3)
London
Banker’s Clearing-House Returns.
4)
Wekelijksche
gemiddelden.
5)
Board
of
Trade.
6)
Ministry
of Labour.
7)
London
and Cambridge
Economic
Service.
S)
Sociëté
des
Nations:
LXXVI
CONJUNCTUURGEGEVENS BETREFFENDE DE VEREENIGDE STATEN.
26 April 1933
Productie
1),
Handel en Verkeer
Pr
o
d
u
ct
i
e
–
i
ndex
Buitenlandsche
handel
3
)
Datuiii
>
-.
.
.o.=
.2.
invoer
Uitvoer
_o
2
.
.0
°
a
0
Totaal
!Grond
Fabri
Totaal
!
stolf.
_
katen
1923-1925
Miii.
$
Gemiddelde
van 1923-1925
=
100
1925
….
104 105
99
99
104
106
106
104
107
122
103
–
99.6
100.9
352
146
409
154 50
1926
….
108 108
108
110
105
110
113
104
108
129
106
1092
101.4
104.3
369
149
401
163
32
1927
…
.
106
106 107
99
122
lOS
1.04
113
86
129
103
122
98.8
102.0
349
133
405
165 56
1928
. . ..
111
112
106
96
122 115
]]9
107
110
135
103
107
97.2
101.8
341
122
.427
188
.86
1929
. .. .
119 119
115
102
137 127
130
115
135
117
106
115
101.1
107.7
367 130
437
211
70
1930….
96
95
99
88 122
87
95
91
85
92 92 87
87.8 87.4
255
84
315
158
60
1931
….
81
80
84
73
116
–
60 94
60 63
75
88
74.4
66.0
174
54
198
93
24
1932
….
64
63
71
58
106
–
31
83
35 28 56
81
62.4
45.3
110 30
131
52
21
Jan. ’31
84
83
88
77
110
72
70
86
63
71
82 82
76.4
68.4
183
59
250
117
67
Februari
86
86
86
73
110
76
73
95
68
79
80 86
77.8
73.2
175
56
221
116 49
Maart
87 87
89
76
112
70
75
97
67
77
80 89
78.1
74.9
210
64
236
110
26 April
.88
87
91 77
121
69
70
96
77
73
80
92
77.9 73.6
186
55
215
111
.
29
Mei
87 87
87
75
122
68
67
97
78
65
79
90
77.1 72.1
180 55
204
103
24
Juni
83
82
86
74
122
67
61
96
65 63
77
90
75.0 67.6
173
52
187
98
13
December
74 73
84
65
121
–
42
88
66
38
69 86
69.4 55.8
153
50
181
64
28 Jan. ’32 72
71 77
58
111
43
89
45
31
64
83
68.1
52.4
136
38 147
55
12
Februari
70
68
78
63
109
–
41
86
35 27
62
83
67.8
53.6
131
37
151
57
.
20
Maart
67
64 84
70 109
–
34
82
28
26
.1
85
66.4 52.3
131
36 152
61 21
April
63
61
79 55 112
–
32
65
35
27 59 68
64.3
48.7
127
36 133 59
5
Mei
60
58 67 49
109
–
29
59
45 26
54
63
62.1
46.2
112
28
129
61
-17
Juni
59
58
63
45 105
–
25
63
.47
27 52 64
60.0 42.6
110 30
110
53
–
1
Juli
58
57
64
46 104
–
25
69
33
27
51
63 58.3 39.6
79
20
104 47
25
Aug.
60
59 65
50
104
–
23
90 23 30
51
82
58.8
40.1
91
22
107
46
16
Sépt.
66
65 70 58
1.04
–
28
104
24
30
54
99
60.3
42.1 98
27
130
46 32
Oct.
66
65
74
67
103
–
31
99
17
29
57
96
61.1
43.5
106
27
151
49
45
Nov.
65
64
75
66
106
–
31
92
31
27
57 93
61.2 41.8
105
28 137 47 32
Dec.
66
64
76
66 96
–
27
91
60
28
58 93
60.6 40.9
97
29
129
45 32
Jan. ’33
65 64
73 57
107v
–
29
87 48
22
56
88
59.4
39.2
96 27 119
44 23
Februari
64
62
1
77
31
84
33
18
54
59.4
40.0
84
1
21 99
1
42
15
I)
De indexcijters betreffende de productie, de wagonverladingen, liet katoenverbruik, het aantal tewerkgestelden
en
de betaalde bonen zijn
ontleend aan het Federal Reseive Bulletin. Wat de index van dc industrieele productie betreft, deze is samengesteld
uit
de gegevens
van
58
industrieën nl. 50 van fabrikaten en 8
van
mineralen.
3)
Gemiddelde van Maart-Dec.
3)
De cijfers der jaren 1925-1929 zijn maandgeniiddelden. v)
=
voorloopig.
Kapitaalmarkt
Effectenbeurs Emissies
3
)
Geldmarkt
Prijzen
lndexcijfer van ï)
Innen
–
en buitenL
Binnenlands
8 n
,
bO
1
.2
)
0
,
3
,
,
0
0
‘
.
n
CL=
0
02.
2.
0
m
o’
2….
0
,C
00
–
‘5
0.tttfl’S
0
n
=
.0
t
•
0.0
no
–
.!’-
…-n0
‘5’-
0_ic
2.
0
.51
,
(.)
.’
0 0
0
1926
=
100
miii.
$
in millioenen dollars
1926= 100
1923
1
=
1110
1925
.90
88
90 95
95.3
2.336
518
76
101
417
391
300
91
127
4.20
I
104
110
103.8
1926
100 100 100 100
97.0
3.293
528
91
98
430 433
313
120 95
450
5
31
41
100
100
103.8
~
101.6
1927
118
118
119 116
98.9
4.433
649
179
126
523
519
388
131
130
4.05
3j
q
95
99
1928
150 154 129
149
98.7
6.440
676
156
256
420
566
446
120
110
6.05
4t/16
4j
97
106
100.4
1929
190
189
147
235
95.7
3.990
849
117
508
341
786
668
118
63
7.74
51j
5j
95 105
100.0
1930
150
141
125
215
98.3
1.894
585
54
129
456
501
374
127 84
2.87
21
315/,
86
88
96.2
1931 94
87
72
148
95.9
587
259
76
26 233
238
129 109
21
1.74
loj
5
5
/
s
73
65
86.7
1932
48
46
26
79
80.1
371
9911
4411
2
97
97 27
70
2
2.05
13/
28,
65 48
77.6
Jan.’31
112
103 100 163
99.6
1.720
467
182 45
422 335
280
55
132
1.50
1-
2-3
78
73
91.1
Febr. 120
.110
105 178
99.4
1.839
206
15
27 179
202
74
128
4
1.50
1-
2
~
-j
77
70
89.6
Mrt.
122
112
97
189
100.0
1.909
566
135
9
557
553
295
294
13
1.56
4
2j
76
71
89.1
April
109
100
87
170
99.6
1.651
387
204
102
285
369
267
102
18
1.57
1.
2
75
70
88.2
Mei
98
89
77
156
99.7
1.435
344
84
29
315
334
161
173
10
1.45
._]*2
–
73
67
86.9
Juni
95
87
74
153
99.4
1.391
251
151
6
245 225
106 119
26 1.50
j
2
72 65
85.9
Nov.
72
68
46
115
89.0
730
110
21
24
86 110 50 60
–
2.50
2
_31
3_
4
70 59
83.9
Dec. 58
54
33 96
81.6
587
124
21
39 85
124
67 57
–
2.70
3
3_.4
69
56
83.1
Jan.’32
58
54
37
94
81.0
512
185
14
4
181
185 47
138
–
2.65
2.. 3
3-4
.67
53
81.4
Febr.
57
53
34
93
80.4
525
74
21
4
70
74 39 35
–
2.50
2_
3_4
66
51
80.1
Mrt.
57 54 32 93
82.8
533
161
29
1
160
161
48
113
–
2.50
3
j
-j
66
50 79.6
April
44
42 22 73
79.4
379
70
72
–
70
70
15
55
–
2.50
_2*
3» j
66 49
78.8
Mei
40 38
17
68
75.0
300
91
32
–
91 91
7
84
–
2.50
li
2_4
64
47
77.9
Juni
34 34
14
55
72.2
244
78
64
–
78
78
4
74
–
2.50
j
2_3
64 46
77.2
Juli
36 36 16
55
74.2
242
104
50
1
103
104
63
41
–
2.08 1
2
1
–
,
3
65 48
77.0
Aug.
53
52 29
84
83.2
332
62 108
2
106
60 26
34
2
2.00 J
.
2_24
65 49
76.8
Sept.
58 56 35
91
85.8
380
937
47
–
93
73
7
66
7
20
2.00
j
2
_*
65
49
76.6
Dct.
50
48
28
81
84.1
325
988
248
2
96
94
49
458
4
1.35
J
4
4-21
64
47
76.1
Nov. 48
45
26
78
81.9
338
449
31
2
42
44
11
339
–
1.00
1!
1
‘2
‘
64
47
75.6
Dec. 47
45 26
80
81.2
347 12310
3510
4
119
123
11
112
–
1.00
12
1-
63
44
75.1
an.’33
49
46
28
82
84.1
359
6511
4512
3
62
65 22 43
–
1.00
1
3
-j
61
43
717
)’ebr.
45
42
27 73
82.5
359
2018
3713
–
20 20
1
19
–
1.00
-t
1 J-j
60
41
72.1
iIrt.
1614
314
3
13
16
3
13
–
.,
uiucxeijiers van otanuaru
osaussics s..o.
‘j
tinue v. n. jaar reSp. maanu). 9 Untieena aan 10e Commercial
and Financial Chronicle
De cijfers der jaren 1923-1929 zijn maandgemiddelden.
4)
Stock exchange call loans.
5)
Renewatrate.
6
Bureau of Labor Statistics.
7)
Exct.
$ t8.523 502 voor leeningen van de Reconstruction Finance
Corp. aan gemeenten.
8)
Id. $ 94.192.845.
9)
Id. 25.950.135.
10)
Id.
$ 41.676.247.
ii)
Id. $
197.274.398.
12)
Id. $
53.273:816.
13)
Id. $
71.402.351.
14)
Id.
$
40.640.940.
_J