De inflatie is laag en de werkloosheid ook. Dat is precies omgekeerd aan de situatie in de jaren zeventig. En toch is er een interessante parallel met de stagflatie-economie van toen.
In een wereld met een onbeperkt aanbod van arbeid bieden de neoklassieke en keynesiaanse modellen geen oplossing voor de aanhoudend lage economische groei. Een klassiek economisch model kan dat wel, en wijst naar de tekortschietende effectieve vraag in het westen.
In reactie op het grote aanbod van kapitaal heeft de Europese Centrale Bank (ECB) op grote schaal overheidsobligaties opgekocht. Daardoor is de lange rente thans niet veel hoger meer dan de korte rente. Dit beleid heeft tot veel publieke discussie geleid. Het referentiekader van de meeste commentatoren – de kwantiteitstheorie van het geld – hoort echter in het museum thuis.
“De rente is exceptioneel laag, vooral door toedoen van de Europese Centrale Bank (ECB). Die lage rente doet inmiddels minstens net zoveel kwaad als goed in de economie – en vooral in ons land domineren de negatieve effecten.” Dat is een gedachte die onder Nederlandse economen geleidelijk meer opgeld doet. Klopt die gedachte wel?
De Nederlandsche Bank ziet de stijgende huizenprijzen ten gevolge van de lage rente als een risico voor de financiële stabiliteit in Nederland. De huidige nationale instrumenten om de stabiliteit te waarborgen, richten zich vooral op de kredietgroei. Kredieten lijken echter dit keer niet de oorzaak te zijn van de stijgende huizenprijzen. Alternatieve instrumenten kunnen uitkomst bieden.
Het CPB en DNB moeten de gevolgen van extreem lage rentes voor de macro-economische politiek, het begrotingsbeleid en de houdbaarheid van de overheidsfinanciën beter doordenken. De uitkomsten van de houdbaarheidssommen bieden geen houvast voor het begrotingsbeleid in de volgende regeerperiode.
De Europese Centrale Bank heeft de afgelopen jaren de rente verlaagd tot onder de nul procent en heeft voor banken de mogelijkheden verruimd om geld te lenen. Maar bereikt dit monetaire beleid ook de reële economie? Een analyse van de in- en uitleenmarges van banken.
De Koninklijke Vereniging voor de Staathuishoudkunde (KVS) introduceert gedragsregels voor haar evenementen en activiteiten. Wij spraken voorzitter Robert Dur over de overwegingen en uitvoering van een dergelijke gedragscode.
De instroom van werknemers naar de Werkloosheidswet (WW) verschilt per seizoen. En die seizoensgevoeligheid verschilt weer per arbeidsmarktregio, blijkt uit cijfers van het UWV over het gemiddelde aantal nieuwe WW-uitkeringen in de periode 2012-2018.