Vorig jaar op pakjesavond kondigde de Autoriteit Consument & Markt aan voortaan strenger te zullen zijn bij de beoordeling van ziekenhuisfusies. Dat besloot ze op basis van eigen onderzoek waaruit bleek dat fusieziekenhuizen hogere prijzen rekenden dan een controlegroep van niet-gefuseerde ziekenhuizen.
De afgelopen vijftig jaar hebben veel ziekenhuisfusies plaatsgevonden. Naast actief overheidsbeleid lagen hieraan bij ziekenhuizen ook strategische overwegingen ten grondslag.
De laatste tijd zijn er veel kritische geluiden over ziekenhuisfusies. ACM lijkt hier gevoelig voor te zijn, maar ze kan en mag ziekenhuisfusies niet anders beoordelen dan andere fusies.
De aankondiging dat de Autoriteit Consument & Markt verscherpte aandacht heeft voor de concurrentierisico’s bij ziekenhuisfusies, heeft tot veel reacties geleid. Een toezichthouder zal zich moeten aanpassen aan deze veranderende context; de ACM doet dat ook.
De afgelopen jaren zijn er veel ziekenhuizen gefuseerd. Critici vragen zich af of er nog sprake is van voldoende mededinging. Het antwoord verschilt per type ziekenhuiszorg.
Al enige tijd is er aandacht voor de toenemende concentratie op de markt voor ziekenhuiszorg. Maar een steeds groter deel van de medisch-specialistische zorg vindt plaats in zelfstandige behandelcentra. Is er op deze markt dan ook sprake van marktconcentratie? Een empirische analyse.
Bedrijven kunnen op verschillende manieren aan geld komen om hun activiteiten te financieren. Alternatieve financieringsbronnen spelen nog altijd een beperkte rol op deze financieringsmarkt, maar zijn wel in opkomst. In Nederland valt vooral het toenemend gebruik van factoring op.
Natuur wordt relatief schaarser in verhouding tot de rest van de economie en substituten zijn vaak niet voorhanden. Dat betekent dat de prijs van diensten die de natuur levert, ook wel ecosysteemdiensten, relatief snel stijgt. Welke implicaties heeft dit voor de discontovoet in maatschappelijke kosten-batenanalyses?
De kritiek op mainstream-economie is de laatste decennia toegenomen, omdat er een intellectueel monopolie zou zijn. Aan de andere kant lijkt er meer ruimte te zijn voor nieuwe ideeën. Komt er in economisch onderzoek ruimte voor andere denkwijzen?