Ga direct naar de content

Premieverschillen te klein voor wisseling zorgverzekeraar

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: november 5 2013

Veel mensen vinden het wisselen van zorgverzekeraar veel gedoe en stappen pas over wanneer de premie elders veel lager is. Wil de zorgmarkt goed werken dan moet overstappen zo makkelijk mogelijk worden gemaakt.

ESB Gezondheidszorg

gezondheidszorg

Premieverschillen
te klein voor wisseling
zorgverzekeraar
Hoeveel goedkoper moet een zorgverzekering zijn voordat men
overstapt? Het lijkt erop dat de huidige premieverschillen te klein
zijn voor veel mensen om een overstap te rechtvaardigen. Ook
heerst het idee dat het veel tijd en moeite kost om van zorgverzekeraar te wisselen.

Romy bes
Onderzoeker bij het
Nederlands instituut
voor onderzoek van
de gezondheidszorg
(NIVEL)
Emiel Kerpershoek
Onderzoeker bij het
NIVEL
Emile Curfs
Hoogleraar bij de
Open Universiteit
Heerlen
Judith de Jong
Programmaleider bij
het NIVEL

690

Z

orgverzekeraars hebben een belangrijke rol in
het huidige zorgstelsel. Zij moeten kritisch zorg
inkopen bij zorgaanbieders waarbij zij onderhandelen over prijs, kwaliteit en volume. Zorgverzekeraars mogen selectief zorg inkopen en hun verzekerden
sturen naar gecontracteerde zorgaanbieders. Dit zou uiteindelijk moeten leiden tot een betere prijs-kwaliteitverhouding
in de zorg in Nederland. Zorgverzekeraars worden geprikkeld
om kritisch zorg in te kopen doordat zij met elkaar moeten
concurreren om verzekerden. Verzekerden mogen ieder jaar
van zorgverzekeraar wisselen, zodat verzekerdenmobiliteit
een belangrijk instrument voor de beoogde werking van het
zorgstelsel vormt. Het idee is dat als verzekerden wisselen van
zorgverzekeraar omdat ze ontevreden zijn met de premie en/
of de kwaliteit van zorg die hun zorgverzekeraar heeft gecontracteerd, verzekeraars worden gestimuleerd om te streven
naar een betere balans tussen prijs en kwaliteit bij het inkopen
van zorg.
Vlak na de invoering van het huidige zorgstelsel was de
verzekerdenmobiliteit hoger dan ooit, rond twintig procent.
Daarna is het percentage mensen dat wisselt van zorgverzekeraar sterk gedaald, van zes procent in 2007 naar vier procent in 2008 en drie procent in 2009. Vanaf 2011 neemt het
percentage overstappers echter weer toe (acht procent). Deze

stijging lijkt samen te gaan met een stijging in premieverschillen tussen zorgverzekeraars (Reitsma-van Rooijen et al.,
2011). De verzekerdenmobiliteit in Nederland is ongeveer
gelijk aan die in Zwitserland (Leu et al., 2009). Vergeleken
met de Verenigde Staten, waar zorgverzekeraars ook met elkaar moeten concurreren om verzekerden, is dit vrij laag (in
de VS is het rond zeventien procent; Cunningham en Kohn,
2000). De meest genoemde reden om te wisselen van zorgverzekeraar, is de premie (Reitsma-van Rooijen et al., 2011), terwijl kwaliteit nauwelijks als reden wordt genoemd. Dit roept
de vraag op hoeveel goedkoper een andere zorgverzekeraar
moet zijn voordat men daarop overstapt. Zijn er verschillen
tussen groepen verzekerden en wat voor invloed hebben de
tijd en de moeite die het kost om te wisselen van zorgverzekeraar hierop?
Onderzoeksopzet

De vraag kan worden behandeld door onderzoek onder leden
van het Verzekerdenpanel. Dit panel bestaat uit mensen die
verzekerd zijn bij een van de labels van zorgverzekeraar Coöperatie VGZ (Univé, VGZ, IZA, ZEKUR, Bewuzt en Plus)
(Bes et al., 2012). In het najaar van 2012 is naar 3247 leden
van het Verzekerdenpanel per e-mail een vragenlijst verstuurd.
Hierin werd de respondent gevraagd hoeveel euro per maand
een willekeurige andere zorgverzekeraar minimaal goedkoper
moet zijn voordat hij overstapt naar de goedkopere zorgverzekeraar, aangenomen dat de zorgverzekering inhoudelijk
hetzelfde blijft. Respondenten konden hier een bedrag tussen
0 en 99 euro invullen. Hierbij is gevraagd naar het verschil
ten opzichte van hun huidige zorgverzekering, omdat dit een
realistische situatie is. In onderzoek waarbij gevraagd wordt
hoeveel goedkoper of duurder iets zou moeten of mogen zijn,
is het beginbedrag relevant. Als dat bijvoorbeeld 0 is, vinden
mensen een verhoging van 1 euro erger dan wanneer het
beginbedrag 100 euro is (Schut en Laske-Aldershof, 2001;
Tversky en Kahneman, 1981). Verder is de respondenten een
aantal stellingen voorgelegd over verwachte kosten in tijd en

De auteur heeft verklaard dit artikel alleen te publiceren in ESB en niet elders
te publiceren in wat voor medium dan ook. Het is wel toegestaan om het artikel voor eigen gebruik
en voor publicatie op een intranet van de werkgever van de auteur aan te wenden.

Jaargang 98 (4672) 8 november 2013

Gezondheidszorg ESB

moeite van het wisselen van zorgverzekeraar (schaal ‘inspanning’; tabel 1). De score op inspanning is berekend door per
respondent de gemiddelde score te berekenen over de drie
items. Ook de loyaliteit aan de zorgverzekeraar is onderzocht,
door te vragen of respondenten het eens waren met de stellingen: ‘In de toekomst zal ik mijn zorgverzekeraar trouw zijn’
en ‘Het is heel waarschijnlijk dat ik bij mijn zorgverzekeraar
verzekerd blijf ’. De achtergrondkenmerken leeftijd, geslacht,
ervaren gezondheid en inkomen van de panelleden waren al
bekend.
Premieverschil

Een andere zorgverzekeraar zou gemiddeld 27,26 euro per
maand (SD 22,89) goedkoper moeten zijn dan de huidige zorgverzekeraar, voordat verzekerden gaan wisselen. In figuur 1 zijn
de antwoorden weergegeven, verdeeld in stappen van 5 euro.
Te zien is dat meer dan de helft van de verzekerden een bedrag
heeft gekozen tussen de 0 en 20 euro (56 procent). Daarnaast
hebben ook veel mensen een bedrag tussen 46 en 50 euro gekozen (14,6 procent); 4,7 procent heeft 0 euro ingevuld en
3,6 procent geeft 99 euro of meer op (niet in figuur).
Inspanning en loyaliteit

Als verzekerden hoog scoren op inspanning – dus als zij denken dat er veel tijd en moeite verbonden is aan het wisselen
van zorgverzekeraar – vullen zij een hoger bedrag in. Mensen
die loyaal zijn aan hun zorgverzekeraar – zij die aangeven dat
ze hun zorgverzekeraar in de toekomst trouw zullen blijven
en zij die aangeven dat het heel waarschijnlijk is dat ze bij hun
zorgverzekeraar verzekerd blijven – vullen ook hogere bedragen in. Tabel 2 toont de regressieresultaten van het bedrag
waarvoor men bereid is te wisselen van zorgverzekeraar (ZV)
en de afhankelijke variabelen inspanning, loyaliteit, leeftijd,
inkomen, ervaren gezondheid.

Verwachte kosten in tijd en moeite van het
wisselen van zorgverzekeraar

tabel 1

Gemiddelde
score op
zevenpuntsschaal

Stellingen over inspanning
1. Over het algemeen is het een gedoe om van
zorgverzekeraar te wisselen

4,54

2. Het zal veel tijd en moeite kosten om van zorgverzekeraar
te wisselen

4,29

3. De kosten aan tijd, geld en moeite om van zorgverzekeraar
te wisselen zullen voor mij hoog zijn

3,79

bedragen zijn bepaald op basis van een man, geboren in 1970,
woonachtig in Utrecht, met een standaard eigen risico van
350 euro). Het verschil tussen de duurste en goedkoopste
basisverzekering is 26,50 euro. Dit komt in de buurt van het
bedrag dat mensen gemiddeld aangeven. Omdat ruim 67
procent van de respondenten een bedrag invult van 26 euro
of minder, zouden dit potentiële overstappers kunnen zijn.
Maar inhoudelijk verschillen deze twee polissen sterk. ZEKUR is een internetpolis waarbij je alleen gebruik mag maken van dertien gecontracteerde ziekenhuizen, en je medicijnen online moet bestellen. De duurste verzekering (Zilveren
Kruis Achmea) biedt onbeperkte ziekenhuiskeuze en allerlei
extra zaken zoals een second opinion via best doctors en een

Ouderen wisselen bij hoger bedrag

Jaargang 98 (4672) 8 november 2013

18,85

18,34

18
16

14,62

14
12
10

11,69
10,34
8,49

8

6,7

6

4,21

4

2,94

2

0,71

0,01

0,5 0,2

1,18

0,26 0,11 0,6 0,24

10
1115
16
-2
0
21
-2
5
26
-3
0
31
-3
5
36
-4
0
41
-4
5
46
-5
0
56
-6
0
66
-7
0
71
-7
5
76
-8
0
81
-8
5
86
-9
0
91
-9
5
96
≥

0

0
5-

Uit de resultaten blijkt dat het gemiddelde bedrag waarvoor
mensen bereid zijn over te stappen 27,26 euro is. De vraag is
of dit bedrag in de praktijk voorkomt. In 2013 is de prijs per
maand van een basisverzekering gemiddeld 106,28 euro. De
goedkoopste is 92,25 euro (ZEKUR) en de duurste 118,75
euro (Beter Af Exclusief-polis van Zilveren Kruis Achmea –
zie www.independer.nl, geraadpleegd op 4 september 2013;

20

Figuur 1

6-

Discussie

Aandeel personen dat bij bepaald bedrag wil
overstappen naar goedkopere zorgverzekeraar,
verdeeld in stapjes van 5 euro (N=2136)
Aandeel personen dat wil overstappen in procenten

Ouderen vullen hogere bedragen in dan jongeren, wellicht
omdat zij meer barrières ervaren om te wisselen van zorgverzekeraar. Dit volgt ook uit ‘inspanning’, waar ouderen hoger
op scoren dan jongeren. Ook zijn oudere mensen loyaler aan
hun zorgverzekeraar. Maar wanneer er voor inspanning en
loyaliteit gecorrigeerd wordt, blijft leeftijd invloed hebben
op de hoogte van het bedrag (tabel 2). Dit komt overeen met
bestaande literatuur waarin gesteld wordt dat jongeren prijssensitiever zijn dan ouderen (Van Dijk et al., 2008). Inkomen
en ervaren gezondheid hebben geen effect op de hoogte van
het bedrag waarvoor men zou wisselen van zorgverzekeraar.
De groep die minder dan 26 euro heeft ingevuld is significant jonger, scoort lager op verwachte inspanning en is
minder loyaal dan de groep die een bedrag hoger dan 26 euro
invult.

Korting ten opzichte van huidige premie in euro

De auteur heeft verklaard dit artikel alleen te publiceren in ESB en niet elders
te publiceren in wat voor medium dan ook. Het is wel toegestaan om het artikel voor eigen gebruik
en voor publicatie op een intranet van de werkgever van de auteur aan te wenden.

691

ESB Gezondheidszorg

Verklaringen voor de hoogte van
ingevuld bedrag

tabel 2

Regressiecoëfficiënt

Stelling
Inspanning

1,54**

Zal ZV trouw blijven

1,85**

Waarschijnlijk dat ik bij huidige ZV blijf

2,20**

Leeftijd

0,18**

Geslacht

1,05

Inkomen

-0,13

Ervaren gezondheid

-0,19

** Significant op vijfprocentsniveau

jaarlijks preventief onderzoek. Verzekerden zullen dus aan
luxe of voorwaarden moeten inleveren, willen ze 26,50 euro
per maand uitsparen. Het verschil in prijs tussen polissen die
inhoudelijk min of meer gelijk aan elkaar zijn, is in werkelijkheid veel kleiner dan 26,50 euro. Daarmee krimpt het aantal
potentiële overstappers ook. Het is lastig om precies te zeggen wat de prijsverschillen zijn tussen vergelijkbare polissen,
omdat bijna alle polissen wel enigszins van elkaar verschillen.
Stel dat het werkelijke prijsverschil tussen polissen die inhoudelijk ongeveer gelijk zijn, rond de 10 euro ligt, dan zou 28
procent van de verzekerden een potentiële overstapper zijn.
Het is echter ook waarschijnlijk dat mensen die een laag bedrag (minder dan 10 euro) hebben ingevuld, meer letten op
de prijs (vooral jonge mensen zijn prijsgevoeliger). Zij zullen
daarom nu al niet de duurste basisverzekering hebben, zodat
de ruimte om geld te besparen door te wisselen voor hen daarom nog kleiner is.

Omdat onderzoek heeft uitgewezen dat de meeste mensen van zorgverzekeraar wisselen vanwege de premie (Reitsma-van Rooijen et al., 2011) en uit het hier beschreven onderzoek blijkt dat velen een niet in de praktijk voorkomend
prijsverschil noemen waarbij ze van zorgverzekeraar zouden
willen wisselen, zou het gebrek aan verzekerdenmobiliteit
verklaard kunnen worden door de huidige kleine premieverschillen. De resultaten laten wel zien dat mensen bereid zijn te
wisselen wanneer ze voldoende geld kunnen besparen. Voor
zorgverzekeraars heeft het dus wel degelijk zin om een scherpe premie aan te bieden. Verder speelt verwachte inspanning
een belangrijke rol. Blijkbaar weegt het bedrag dat verzekerden uitsparen door over te stappen niet altijd op tegen de hoeveelheid tijd en moeite die zij verwachten hierin te moeten
steken. Daarnaast moet men ook nog op zoek gaan naar een
mogelijk goedkopere zorgverzekeraar. De vraag is wanneer
dat gebeurt. Wellicht moet men eerst ontevreden zijn over
de huidige zorgverzekeraar of behoefte voelen om kosten te
besparen. Ook moet men het idee hebben dat er inderdaad
andere zorgverzekeraars zijn die goedkoper en/of beter zijn.
Maar men kan ook kosten besparen zonder over te stappen,
bijvoorbeeld door een hoger eigen risico of een goedkopere
aanvullende verzekering te nemen, of door een aanvullende
verzekering op te zeggen. Bij de huidige premieverschillen
geniet dit wellicht de voorkeur boven het wisselen van zorgverzekeraar.
Een andere optie om verzekerdenmobiliteit te bevorderen is het verminderen van de inspanning die het mensen
kost om te wisselen van zorgverzekeraar. Dit zou bijvoorbeeld
kunnen door te zorgen dat informatie over prijs en kwaliteit
van zorgverzekeringen heel makkelijk te vinden en te interpreteren is.
Conclusie

Veel mensen willen wel wisselen van zorgverzekeraar wanneer
de financiële beloning groot genoeg is. Ook blijkt dat wanneer verzekerden verwachten dat het veel tijd en moeite kost
om te wisselen van zorgverzekeraar, zij het pas voor een (relatief ) hoog bedrag de moeite waard vinden om dat te doen.
Om het huidige zorgstelsel goed te laten functioneren, is het
belangrijk dat overstappen zo gemakkelijk mogelijk wordt gemaakt voor de consument.

Literatuur
Bes, R.E., S. Wendel, E.C. Curfs en J.D. de Jong (2012) Het Verzekerdenpanel: basisrapport met
informatie over het panel 2012 – update. Utrecht: NIVEL.
Cunningham, P.J. en L. Kohn (2000) Health plan switching: choice or circumstance? Health
Affairs, 19(3), 158–164.
Dijk, M. van, M. Pomp, R. Douven, T. Laske-Aldershof, E. Schut, W. de Boer, en A. de Boo
(2008) Consumer price sensitivity in Dutch health insurance. International Journal of Health
Care Finance & Economics, 8:225–244.
Leu, R.E., F.F.H. Rutten, W. Brouwer, P. Matter, C. Rütschi (2009) The Swiss and Dutch health
insurance systems: universal coverage and regulated competitive insurance markets. Commonwealth Fund publication, 1220. Artikel op www.commonwealthfund.org.
Reitsma-van Rooijen, M., A.E.M. Brabers en J.D. de Jong (2011) Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste reden om te wisselen. Utrecht: NIVEL.
Schut, E. en T. Laske-Aldershof (2001) Volledig nominale premies dienen geen doel. ESB,
86(4333), 860–863.
Tversky, A. en D. Kahneman (1981) The framing of decisions and the psychology of choice.
Science, 211(4481), 453–458.

692

De auteur heeft verklaard dit artikel alleen te publiceren in ESB en niet elders
te publiceren in wat voor medium dan ook. Het is wel toegestaan om het artikel voor eigen gebruik
en voor publicatie op een intranet van de werkgever van de auteur aan te wenden.

Jaargang 98 (4672) 8 november 2013

Auteurs