Ga direct naar de content

Monopolist zonder macht

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 3 1999

Monopolist zonder macht
Aute ur(s ):
Theeuw es, J.J.M. (auteur)
Verb onden aan de SEO
Ve rs che ne n in:
ESB, 84e jaargang, nr. 4191, pagina 143, 26 februari 1999 (datum)
Rubrie k :
Prikkel
Tre fw oord(e n):
informatie-, communicatietechnologie, industriële, organistatie

In de grote, stofvrije zaal, onder het schrille licht van neonbuizen, stond hij daar, de IBM mainframe, het rekenmonster met duizend
knipperende lichtjes en talloze kabels voor de aan- en afvoer van kennis. Hij verstookte evenveel energie als Schiphol bij nacht en een
regressie duurde toen nog een halve dag. Maar dat deed niets af aan ons ontzag voor de jumbo computer. In de jaren zeventig was IBM
een reus en had het monopolie in mainframes. IBM was de Microsoft van toen. IBM kreeg een rechtszaak aan zijn broek over
misbruik van monopoliemacht. Net als Microsoft nu. Die rechtszaak bleek al gauw overbodig. Want de volgende ochtend kwam de pc
en ‘s avonds was de mainframe verdwenen. In de jaren tachtig ging het trotse IBM door een diep dal. Posities in de informatie en
communicatie technologie veranderen met de snelheid van het licht. Microsoft is zo zijn sterke marktpositie kwijt. Dan wordt de
rechtszaak die nu tegen haar loopt net zo overbodig als die tegen IBM.
Microsoft heeft met Windows een enorm marktaandeel (90%) in de markt voor besturingssystemen van pc’s. Gebruik makend van die
machtspositie zou Microsoft de concurrentie in de markt voor internet browsers hebben beperkt. Een internet browser is een programma
dat de gebruiker toegang verleent tot het internet. Netscape was tot voor kort marktleider. Dat had tussen de 60 en de 80% van de
browsermarkt. Toen kwam Microsoft met een eigen browser (Internet Explorer) ingebouwd in Windows. Het marktaandeel van Netscape
zakte naar 45% (Internet Explorer heeft 50%). Volgens Netscape is dat de schuld van Microsoft die haar geen ruimte biedt binnen
Windows. Volgens Microsoft is haar browser gewoon beter dan Netscape. Dat komt mede omdat Internet Explorer naadloos is
ingebouwd in Windows.
Over misbruik van haar economische machtspositie gaat de zaak die de Amerikaanse federale overheid en 19 staten hebben
aangespannen tegen Microsoft. Het lijkt de strijd van de rijkste man van de wereld met de beste advocaten tegen de armtierige juristen
van de overheid. Maar dat valt wel mee. Wie de rechtszaak de afgelopen week heeft gevolgd weet dat Microsoft heeft geblunderd als
een beginneling toen bleek dat ze geknoeid hadden met videobeelden om het verschil in snelheid van Windows met en zonder Internet
Explorer te illustreren.
Microsoft heeft een topeconoom onder de arm genomen: Richard Schmalensee, decaan van de Sloan School of Management van het
MIT, gewezen economisch adviseur van President Bush en een autoriteit op het gebied van de industriële organisatie. Maar ook de
econoom van de overheid, Franklin Fisher is geen kleine jongen.
Schmalensee geeft toe dat Microsoft met Windows weliswaar een monopoliepositie heeft, maar dat ze daar geen misbruik van maakt. Hij
laat zien dat consumenten makkelijk toegang hebben tot andere browsers en die met groot gemak onder Windows kunnen draaien. Hij
toont aan dat de ‘quality adjusted price’ van Windows in de loop van de jaren sterk is gedaald. De huidige prijs van het Windows pakket
is volgens Schmalensee slechts 1/16 van wat de winstmaximaliserende monopolieprijs zou zijn. De consument mag zich gelukkig prijzen.
De prijs wordt laag gehouden omdat er voldoende concurrentie is. Er is de actieve concurrentie van Apple en van de
besturingssystemen op handcomputers. En er is de altijd dreigende concurrentie want toetreding is relatief makkelijk. Als Windows te
duur wordt dan zijn er zo een paar computergeeks die een nieuw besturingssysteem op de markt brengen. Het op dit moment sterk
opkomende Linux-besturingssysteem, bij elkaar geschreven door computeraars over heel de wereld en overal gratis verkrijgbaar, is daar
een voorbeeld van.
Er wordt nu druk gespeculeerd over de maatregelen die de overheid zou kunnen opleggen. Misschien wordt Microsoft opgesplitst in
‘Baby Bills’ die tegen elkaar moeten concurreren, zoals men AT&T ooit heeft opgesplitst in ‘Baby Bells’. Er wordt gesuggereerd dat
Microsoft zijn Windows code moet vrijgeven. Dat is hetzelfde als vragen dat Coca-Cola zijn geheime formule voor zijn frisdrank
prijsgeeft. Hier moet Bill Gates van wakker liggen. Maar het zal nog wel jaren duren voor deze zaak definitief beslist wordt.
Tegen die tijd is het waarschijnlijk niet meer nodig. Want eigenlijk is de pc een onding. Het is een verzameling van niet aan elkaar
gerelateerde mogelijkheden. Je kan er op rekenen, schrijven, spelletjes spelen, mailen en internetten. Het valt te verwachten dat de pc
straks uit elkaar valt in gespecialiseerde apparaten die al die functies afzonderlijk veel beter kunnen. Mailen en internetten worden zeker
aparte markten. Voor sommigen belooft de combinatie van mobiele telefoon en internet gouden bergen. Als de pc uit elkaar valt verdwijnt
het monopolie van Microsoft. Voor de overheid het doet, slaat de technologie de deur dicht voor Gates. De ‘quiet life of the monopolist’
is hem niet gegund.

Copyright © 1999 – 2003 Economisch Statistische Berichten ( www.economie.nl )

Auteur