staat onder andere in dienst van het bereiken van
een evenwichtig koopkrachtbeeld en is er mede op 1991
Miljoenennota 1992:
krachttoer van Kok
C.G.M. Sterks, J. de Haan en C.A. de Kam*
I
n de Miljoenennota 1992 kiest schatkistbewaarder Kok voor degelijkheid.
Weliswaar blijven de ontivikkeling van departiculiere consumptie, de rente en de
lonen risico’s vormen, maar de macro-economische ontwikkeling is realistisch
gepresenteerd. Positiefis tevens dat de aandacht is gericbt op de lange termijn. De
Internationale recessie vormt voor Kok geen reden om de budgettaire doelstellingen
van bet regeerakkoord los te laten, De verbetering van bet financiele bebeer, ten
slotte, begint vrucbten afte werpen.
Het kabinet heeft lang gewacht, alvorens eindelijk
belangrijke budgettaire knopen door te hakken. Het
in de Miljoenennota 1992 aangekondigcle omvangrijke pakket met ombuigingen en talrijke lastenverzwaringen loopt op tot boven de/ 20 mrd. in 1994.
Wanneer het lukt alle voornemens in daclen om te
zetten en zich geen nieuwe tegenvallers voordoen.
daalt het tekort volgend jaar volgens plan, zonder
dat het collectieve-lastenpeil uitstijgt boven het plafond uit het regeerakkoord. De prijs van het gevoerde saneringsbeleid is evenwel hoog: in 1991 en
1992 veroorzaakt de overheid bijna de helft van de
inflatie (minder subsidies voor wonen en vervoer.
hogere accijnzen), het beleid versterkt de conjuncture le dip en de werkgelegenheid brokkelt in 1992 af
met 8.000 arbeidsjaren, mede door de afslanking
van het overheidsapparaat.
In deze bijdrage plaatsen wij enkele kanttekeningen
bij de Miljoenennota 1992. In het eerste cleel van
onze beschouwing staan het macrobeeld van economic en overheidsfinancien centraal. In het tweede
deel besteden wij aandacht aan het beheer van cle
overheidsbegroting.
Beperkte ruimte
Een blik op de meerjarencijfers maakt zonneklaar
hoe beroerd de financiele vooruitzichten voor het
Rijk zijn. Volgens de ontwerpbegroting voor het jaar
1992 bedragen de relevante uitgaven/ 204 mrd. Zij
nemen toe met/ 33 mrd. tot/ 237 mrd. in 1996 (tabel 1). Dat suggereert een aanzienlijke expansie. De
aanvullende posten, die voornamelijk nodig zijn om
de gevolgen van loon- en prijsstijgingen op te vangen, slokken echter al/ 21 mrd. van de ‘ruimte’ op.
Op wat dan nog aan ruimte resteert, leggen oplopende rentelasten voor/ 8 mrd. beslag. Zo blijft de
komende vier jaar slechts/ 5 mrd. over voor de volumegroei van de rijksuitgaven (0,5% per jaar) 1 .
Het derde kabinet-Lubbers is dus hopeloos verstrikt
geraakt in de steeds smallere marges voor het budgettaire beleid. Onder zulke omstandigheden is het
976
verleidelijk om lucht te scheppen via lastenverxwaring of een oplopend financieringstekort. Om die
verleidelijke vluchtwegen a f t e sluiten bevat het
regeerakkoord enkele afspraken. Het financieringstekort nioet geclurencle deze kabinetsperiode in stappen van 0,5 procentpunt cialen van 5.25% tot 3.25%
van het netto nationale inkomen ( n n i ) in 1994. Het
macropeil \ r an belastingen. sociale premies en bepaalcle niet-belastingontvangsten mag niet uitstijgen
boven het clestijds voor 1990 veronclerstelde niveau
van 53.6% van het netto nationaal inkomen. Daar
staat tegenover dat het financieel-economische fundament van het regeerakkoord niet deugde. Voorgenomen beleidsintensiveringen (waaronder het herstel van cle koppeling en extra uitgaven voor sociale
vernieuwing) werden gedekt door een combinatie
van voortijdig geboekte inverclieneffecten, onverantwoorcl optimisme en uit de noocl der tijclen geboren
kunstgrepen”.
De eerste eigen begroting van de CDA/PvdA-coalitie, de Miljoenennota 1991. zou het ware gezicht
van de coalitie tonen. Koos de nieuwe bewinctsinan
op Financien \’oor de hete-luchtballonnen uit het regeerakkoord en zou hij claarvoor de afgesproken
budgettaire randvoorwaarden laten schieten. of gaf
hij de voorkeur aan een deugdelijk financieel beleid? Het kabinet slaagde er een jaar geleden in duiclelijke keuzen nog te ontlopen. Het jaar 1991 bracht
weliswaar tegenvallers, maar Kok meldde dat het afgesproken tijdpacl voor de reductie van het financieringstekort zou worden gehaald. De meeste compensaties voor uitgavenoverschrijclingen waren
* De auteurs zijn verbonden aan de vakgroep Algemene
Kconomie van de Kconomische Facullcit van de Rijksuniversiteit Groningen.
1. De Miljoenennota / 9.92 (label 4.3.1 en 4.4.2) vermeldt
een volumegroei van 1.2% per jaar indusief rentebetalingen en 0.2% exclusief rentebetalingen.
2. C.G.M. Sterks. Het regeerakkoord. Openbare Citgaren.
nr. 6. 1989. hi/. 250-252.
echter van tijdelijke aarcl: structurele omhuigingen
waren veelal niet concreet genoeg ingevuld. Vorig
jaar al lieten de meerjarendjfers echter zien dat het
tekort op het eind van de regeerperiode een vol
punt hoven het afgesproken niveau zou uitkomen.
1’itgaancle van realistische vooronderstellingen (9%
in plaats van 6% rente; een contractloonstijging hoger dan 2%) Het zich een ombuigingstaakstelling
1991
1. Relevante uitgaven
2. Relevante niet-belastingontvangsten
3. Belastingontvangsten
4. Mutatie derdenrekening
5. Financieringssaldo (1-2-3-4)
1992
1996
196
204
237
28
148
-1
21
29
153
1
21
27
191
p.m.
19
van ten minste / 10 mrd. herekenen. De Golfcrisis
Bron: samengesteld aan de hand van Miljoenennota 1992, bijlagen 1 en 4.
vormde het argument om de hesluit\”orming over
aan\ ullende maatregelen uit te stellen tot cle ‘mid
term review’.
De zogeheten Tnssenbalans 1991 hracht in fehruari
van dit jaar een heclrag v a n / 17 mrd. aan financieel
Tabel 1. Rijksstreven naar grotere efficiency. Het fiscale pakket
financien