Ga direct naar de content

Het ongelijk van Wouter Bos

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: maart 8 2014

Beste Wouter, waarde erfgenaam van Colijn,

Ook de Grote Depressie is ooit opgehouden. Als ik je goed begrijp, zou ook toen een anticyclisch begrotingsbeleid volkomen zinloos zijn geweest? En dat het toen goed was dat men strak bleef vasthouden aan budgettaire orthodoxie? John Maynard Keynes had zijn General Theory helemaal niet hoeven schrijven, toch? We hadden gewoon de postulaten van de Gouden Standaard kunnen blijven volgen: (interne) devaluatie, deflatie en depressie? En zou Colijn niet postuum niet toch een ereplaats in de geschiedenis van Nederlandse weldoeners moeten krijgen?

Althans, dat is wat jij donderdag in De Volkskrant suggereert, alleen dan over de Grote Recessie. De langste periode van crisis die Nederland en de wereld sinds de Grote Depressie teistert. Je suggereert op vileine wijze dat de CPB-groeiraming van 1,25% voor 2015 het ongelijk van de Keynesianen zou ‘bewijzen’.

Allereerst, en dat is niet onbelangrijk, de redenen waarom Keynesianen zich de afgelopen jaren zo druk maken is dat de economie kampt met grote overcapaciteit. Er is veel meer potentieel aanbod dan vraag in de economie. Met je opmerkingen over het ongelijk van de Keynesianen suggereer je impliciet dat hun grootste economische zorg – de gigantische verspilling van macro-economisch potentieel – volstrekt ongegrond was en is. Dat is bizar in het licht van de economische situatie.

We zitten zelfs bij de optimistische CPB-raming van 2015 nog steeds onder het inkomensniveau van 2008, zie de volgende figuur. We maken nu zeven jaar economische stagnatie mee. We zijn hard op weg naar een verloren decennium.

Figuur 1 – Economische groei in Nederland

Bron: CBS en CPB.

Het groeitempo in Nederland na Grote Depressie is groter geworden dan anno nu. We zijn op basis van een trendmatige groei van 2 procent (1¾ procent) van voor de crisis nu circa 16,5 (14,5) procent van het nationale inkomen kwijtgeraakt tussen 2008-2015. Dat bbp-verlies lijkt voor een zeer groot deel structureel te worden.

De economie draait volgens het CPB al jaren 3-4 procent van het bbp onder haar potentiële productie (de output gap). Er zijn meer dan 400.000 mensen sinds 2008 werkloos geworden. Veel van die mensen zouden graag weer willen werken. De werkloosheid staat nog steeds op grote hoogte die de niveaus van de jaren 80 naderen: zo’n 9% volgens de CBS-definitie, zo’n 7 procent volgens de ILO-definitie. Het CBS heeft de afgelopen jaren recordaantallen bedrijfsfaillissementen gemeten. Bedrijven kampen met grote overcapaciteit. Ze zouden graag hun spullen verkopen, maar raken ze aan de straatstenen niet kwijt.

Waarom durf je te suggereren dat Keynesianen ongelijk hebben bij de eerste duidelijke aanwijzing dat de economie weer groeit? Keynesianen hebben nooit beweerd dat de economie nooit meer zou groeien. Wel dat de economie veel sneller zou herstellen door in een (balans)recessie niet massaal te bezuinigen of de belastingen te verhogen.

De CPB-raming voor 2015 is goed te verklaren. In 2013 was de begrotingsconsolidatie zo’n 15 miljard euro. Dit jaar staat er nog circa 12 miljard aan tekortreductie op de rol. En voor 2015 ongeveer 7 miljard, zie ook Figuur 2.

Figuur 2 – Overzicht tekortreducerende maatregelen (2011-2017)

Bron: CPB.

Het tempo waarin de overheid de begroting op orde brengt neemt dus sterk af. Dat de economische groei hoger wordt als het tekort minder wordt verminderd is dus in lijn met wat Keynesianen beweren. Zoals Paul Krugman het al eerder beeldend beschreef: als je al jarenlang met je hoofd op de muur bonkt, dan voelt het best goed als je ermee ophoudt.

We weten bovendien uit ieder Nieuw-Keynesiaans model dat wanneer de economie langer in recessie zit de groei hoger wordt wanneer de economie zich herstelt. Zie ook Simon Wren-Lewis. De reden is dat  als gedurende een langere tijd minder wordt geconsumeerd  of geïnvesteerd – en de verdiencapaciteit niet al zwaar is aangetast – dit gecompenseerd zal worden door hogere consumptie en investeringen in de toekomst. Iedere economie gaat – ook al is het jarenlang recessie geweest – ooit weer groeien. Zie ook Figuur 1. De relatief gunstige CPB-raming na jarenlange economische malaise is daarom op geen enkele wijze een verwerping van het gelijk van Keynesianen.

Daarnaast had je wat voorzichtiger moeten zijn met de CPB-raming tot werkelijkheid te verheffen. Wist je nog dat het CPB voor 2013 aanvankelijk raamde – na het Lenteakkoord – dat de economie ¾ procent ging groeien? Het werd 1¼ procent krimp. Een ramingsfout van 2 procent bbp. Wist je nog dat Diederik Samsom aan iedereen die het maar wilde horen rondbazuinde dat volgens het CPB het door jou onderhandelde akkoord maar 2 promille minder groei per jaar zou kosten? Het werd alleen al in jaar 1 van Rutte-2 2 procent bbp minder groei. Het dubbele van de geraamde economische schade van het hele regeerakkoord in slechts een jaar tijd. Weet je dat het CPB de laatste jaren eigenlijk continu mis zat met de ramingen? Zie ook Figuur 3 met de ‘grafiek des doods’ voor Nederland.

Figuur 3 – Grafiek des doods voor Nederland

Bron: GeenStijl

Een van de belangrijkste redenen hiervoor is dat het CPB  naar eigen zeggen, zie hier – systematisch de schade van tekortreductie heeft onderschat. En het CPB hanteert nog steeds hetzelfde model om de ramingen te maken voor 2015, terwijl we weten dat de financiële problemen bij banken en huishoudens niet goed in het model zitten. Ik zou dus wat voorzichtiger zijn geweest om Keynesianen te bekritiseren op basis van een enkele CPB raming voor een enkel jaar.

Serieus onderzoek van IMF hoofdeconoom Blanchard heeft laten zien dat de economische schade van begrotingsconsolidatie in de Grote Recessie veel groter was dan iedereen in de gangbare onderzoeksinstellingen als IMF, Wereldbank en OESO dacht. En we wisten ook uit vele theoretische en empirische onderzoeken dat bezuinigen en lasten verhogen veel schadelijker zijn in perioden van balansrecessie – huishoudens en bedrijven die willen ontschulden – en de liquiditeitsval – beleidsrentes van centrale banken kunnen niet beneden nul zakken. Zie ook mijn blog hier en wederom het CPB.

Tot slot maak je een werkelijk onnavolgbare gedachtenkronkel om uiteindelijk uit te komen op de conclusie dat de Keynesianen altijd al gelijk hadden, maar het alleen nog niet wisten. Doordat de overheidstekorten al die jaren groter waren dan drie procent was er feitelijk sprake, schrijf je, van ‘superkeynesiaans’ beleid. Het moet echt niet veel gekker worden.

Beste Wouter, ga nog eens terug naar Figuur 2. Wat heeft de overheid eigenlijk de afgelopen jaren gedaan? Tussen 2011 en 2015 voor 7 procent bbp aan belastingverhogingen en uitgavenbeperkingen doorvoeren, in het tempo van een Zuid-Europees crisisland. Wat we de afgelopen jaren hebben gezien kent geen historisch precedent in Nederland. Het is ridicuul om het Nederlandse begrotingsbeleid te typeren als ‘superkeynesiaans’.

Dat het evenwel in het geheel niet lukte om het tekort en de staatsschuld substantieel terug te brengen was economisch geen verassing. Op basis van de analyse van DeLong en Summers (2012) heb ik eerder eens geschat dat tekortreductie niet zou leiden tot een substantiële vermindering van het begrotingstekort en al helemaal niet van de staatsschuld. Raad eens wat er gebeurde?

De beleidsvoornemens van Rutte-I, het Lenteakkoord en Rutte-2 om de overheidsfinanciën te saneren mislukten volkomen. 7 procent bbp aan tekortreducerende maatregelen deden het feitelijke begrotingstekort tussen 2011-2015 naar schatting met slechts 2 procent bbp teruglopen. Circa 5 procent bbp tekortreductie verdampte, omdat de economie slechter ging draaien. En de staatsschuldquote is alleen maar verder opgelopen van 65,7 procent in 2011 tot de geraamde 74,7 procent van het bbp in 2015.

En doordat een deel van de economische krimp structureel is geworden loopt de overheid toekomstige belastingopbrengsten mis. Dat kan oplopen tot 7-8 procent bbp als alle economische schade van de afgelopen jaren permanent zou worden; de helft van de economische groei die we nu zijn kwijtgeraakt. Die schade aan de overheidsfinanciën is meer dan alle houdbaarheidsmaatregelen die de regeringen Balkenende-IV (0,65 procent), Rutte-1 (3,1 procent) en Rutte-2 (2,3 procent) bij elkaar hebben genomen.

“When the facts change I change my mind”. Deze gevleugelde uitspraak wordt aan Keynes toegedicht. De jarenlange feitenregen van onwaarschijnlijk beroerde cijfers voor de Nederlandse economie was en is nimmer aanleiding geweest voor de voorstanders van begrotingssanering om hun opvattingen te herzien. Terwijl de economische prestaties een jarenlange, continue bevestiging gaven van het gelijk der Keynesianen.

Wouter, je deed precies hetzelfde als George Osborne, de Engelse Minister van Financiën, toen daar de eerste gunstige groeicijfers naar buiten kwamen. Je greep de eerste de beste kans aan om op basis van slechts één flinter goed economisch nieuws te suggereren dat die Keynesianen maar wat hebben lopen kletsen. Eerder vond je nog dat Keynesianen weliswaar economisch een punt hadden, maar voor jou waren politieke argumenten altijd doorslaggevend om 3-procenttekortnorm toch te willen handhaven.

Nu lijk je ook de economische argumentatie niet meer te onderschrijven. Waarom? Misschien omdat het gevoerde begrotingsbeleid onder Rutte-2, waarvan je informateur was, ook heeft bijgedragen aan de economische malaise? Of omdat de PvdA zich heeft uitgeleverd aan uitermate onverstandig begrotingsbeleid en nu wel wat steun kan gebruiken gezien de dramatische peilingen?

Hoe dan ook, beste Wouter, de volgende keer verwacht ik toch wat meer wetenschappelijke degelijkheid en intellectuele brille. Je kunt zoveel beter.

Ps. Veel van de opmerkingen in dit stuk zijn ook van toepassing op de column van Mathijs Bouman.

 

Auteur

Categorieën