Ga direct naar de content

Hangplaatsen voor werknemers

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 9 2000

Hangplaatsen voor werknemers
Aute ur(s ):
Theeuw es, J.J.M. (auteur)
SEO, Universiteit van Amsterdam.
Ve rs che ne n in:
ESB, 85e jaargang, nr. 4268, pagina 655, 1 september 2000 (datum)
Rubrie k :
Prikkel
Tre fw oord(e n):

Hooguit een dozijn economen heeft de Wealth of Nations uitgelezen. Iets meer economen hebben, op zoek naar de onzichtbare hand,
het boek ooit in handen gehad. Maar alle economen kennen het verhaal van de speldenfabriek. In tegenstelling tot andere leerstukken
uit het boek van Adam Smith is het verhaal van de speldenmakers verouderd. Werknemers zijn niet langer meer levende
schroevendraaiers aan de rand van de lopende band. De achttien werknemers van de speldenfabriek van Smith, gespecialiseerd in
steeds dezelfde eenvoudige handeling, zijn vervangen door robots. Moderne werknemers hebben variatie in hun werk, afwisselende
taken en verantwoordelijkheid. Vandaag zijn ze met hun team verantwoordelijk voor de kwaliteit en de productie van de spelden,
morgen voor de punaises. Job rotation, multi tasking en total quality control zijn de moderne organisatieconcepten, die overigens nog
wachten op een goede Nederlandse vertaling.
De arbeidsverdeling van de speldenfabriek heeft decennialang stand gehouden. Frederick Taylor met zijn tijd- en bewegingsstudies en
autofabrikant Henry Ford met de introductie van massaproductie hebben in het begin van de vorige eeuw de speldenfabriek
geperfectioneerd. Lange tijd is de lopende band het prototype van de industriële productie geweest. Al die tijd heeft de speldenfabriek
bijgedragen aan de groei van de welvaart. Maar volgens de sociologen hebben de kapitalisten het Taylorisme en het Fordisme nu
afgezworen. Daar zijn goede redenen voor. Het past niet bij de diensteneconomie en het past niet bij de steeds hoger opgeleide
beroepsbevolking. Meer verantwoordelijkheid en afwisseling in het werk verhogen de arbeidssatisfactie, de productiviteit en de kwaliteit
van het geleverde werk. Daarom zijn de werkgevers er voorstanders van. De werknemers willen het ook. Het gefragmenteerde werk in de
speldenfabriek is geestdodend en saai. De nieuwe werknemer doet aan bungee jumping in zijn vrije tijd en wil ook uitdaging op de
werkplek. Maar niet alleen de inhoud van het werk verandert. De aanstormende revolutie is nog ingrijpender. De toekomstige werknemer
wordt ontkoppeld van klok en kantoor. Het kantoor verdwijnt en het negen-tot-vijf werk gaat van de baan. Niet voor iedereen, maar wel
voor een steeds groter aantal werknemers.
Er zijn nu reeds tekenen van ontkoppeling. Het aantal werkers dat buiten het traditionele dienstverband werkt, neemt toe. Daarentegen is
het aantal vaste voltijdse banen sinds het einde van de jaren tachtig, ondanks de werkgelegenheidsexplosie, nauwelijks gestegen. Er
komen meer flexwerkers, free-lancers, zelfstandigen zonder personeel en gewone zelfstandigen. In heel Europa wordt de laatste jaren
steeds meer op onregelmatige tijden (‘s avonds en in het weekend) gewerkt. Bedrijven gaan steeds meer activiteiten afstoten. Dat
betekent meer werk voor kleine zelfstandige toeleveranciers. Thuiswerken komt steeds meer in de mode. Het Amerikaanse bedrijf
Northern Telecom ontdekte dat de productiviteit met bijna eenderde toenam als werknemers drie dagen per week thuis werkten. De
productiviteitsstijging ontstond door een toename van tevredenheid met het werk en een vermindering van stress. In de commerciële
dienstverlening hebben werknemers vaak geen vaste kantoorplek meer. Voor hen is er alleen een stopcontact in de muur en een bureau
op wieltjes met in de bovenste la de foto’s van de kinderen en de hond.
Door de moderne techniek gaat de ontkoppeling alleen maar harder. Steeds meer werknemers hebben thuis in hun slaapkamer een snelle
krachtige pc met kleurenprinter, e-mail en een volledige geëquipeerde telefooncentrale van waaruit ze werken. Thuiswerken maakt de
combinatie van werk en zorg zoveel makkelijker. Nadeel is wel dat men vierentwintig uur per dag bereikbaar is. Straks als de kruitdampen
van de strijd om de umts-frequenties zijn opgetrokken, zullen de overgebleven telefoonbedrijven investeren in nieuwe
communicatiemogelijkheden. Op dit moment trekken kabelmaatschappijen een spoor van glasvezel door het land. Over een paar jaar
kunnen we honderd maal zoveel informatie versturen als nu. Beeldtelefonie en ‘video conferencing’ vanaf de keukentafel worden net zo
vanzelfsprekend als een boterham met hagelslag. Niemand wordt op de werkplaats gemist.
Waar gaat dit heen? De factor arbeid gaat dezelfde weg op als de grondstoffen en toeleveringen. Bedrijven houden steeds minder
voorraden aan. Grondstoffen worden immers ‘just in time’ geleverd. In het Centraal Economisch Plan van dit jaar wordt berekend dat
bedrijven dank zij de zegeningen van ict bijna de helft minder voorraden aanhouden dan voorheen en dat doet wonderen voor de
winstpositie. Dezelfde ict zorgt er straks voor dat steeds meer werknemers just in time gaan werken. Bedrijven hebben dan geen
werknemers meer. Alleen maar een telefoonlijst en e-mailadressen.
Helemaal verdwijnen zal de werkplaats echter nooit. De thuiswerker gaat kapot van eenzaamheid of wordt gek van de kinderen. Ze moet
af en toe ergens heen. Collega’s zien. De Amerikanen praten al van ‘drop in offices’. Dat zijn hangplaatsen voor werknemers.

Copyright © 2000 – 2003 Economisch Statistische Berichten (

www.economie.nl )

Auteur