Hierbij reageren we op de recensie door Arnold Heertje van ons visiedocument voor een nieuwe methode die de schrijvers dezes samen met Lans Bovenberg aan het ontwikkelen zijn voor de middelbare school. Een nieuwe methode moet een gevoelig thema zijn voor de mastodont van het economieonderwijs. Beide auteurs hebben les gehad uit zijn methode, net als vele generatiegenoten. Het valt Heertje te prijzen dat hij zich zelfs op hoge leeftijd nog inzet voor het populariseren en onderwijzen van het vak.
Dat het onderwerp gevoelig is, blijkt uit het gekozen frame van Heertje. Onze methode wordt rap weggezet als religieus en politiek getint, waarbij zelfs een verwijzing naar het nationaal socialisme niet wordt geschuwd.
Eigenlijk stopt de discussie hier, maar laten we niet flauw doen. For the record, twee van de drie auteurs beschouwen zichzelf niet als religieus, bovendien stemmen de drie auteurs van het visiedocument op verschillende politieke partijen. De Tweede Wereldoorlog laten we maar even buiten beschouwing, maar we kunnen Arnold Heertje verzekeren dat wij ook allergisch zijn voor het sluipenderwijs indoctrineren van leerlingen.
Grotendeels eens
Opmerkelijk is dat we het ondanks Heertjes grote woorden, toch zeer met hem eens zijn. Zoals hij volkomen terecht zegt past de rol van normen en waarden in de allocatie van schaarse middelen en de behoeftebevrediging van burgers in de evolutie van de economische wetenschap. En het is precies die evolutie die we wensen vorm te geven voor het onderwijs.
Heertje zegt ook terecht dat een vastlegging op een exogeen, door religieuze en politieke waarderingen, exclusief stelsel van normen en waarden uit den boze is. Vinden wij ook en daaraan doen we dan ook niet mee.
Als een boodschap niet begrepen wordt, ligt dat doorgaans aan de zender en niet aan de ontvanger, dus we maken graag van de gelegenheid gebruik misverstanden uit de weg te ruimen en onze methode nog eens toe te lichten.
Economieonderwijs niet kritisch
De evolutie zoals hierboven geschetst heeft weliswaar de economische wetenschap bereikt, maar nog lang niet voldoende de lesmethodes op de middelbare school, ook niet in het boek van Heertje zelf. Daar waar de economische toptijdschriften vol staan met publicaties over sociale normen, vertrouwen, geluk, gedragseconomie en experimenten, krijgen de leerlingen nog voor het grootste deel de standaard neoklassieke theorie opgediend, zonder kritische reflecties op de beperkingen daarvan.
Juist dat maakt het economieonderwijs van nu normatief. Wij willen niet op ons geweten hebben dat hele generaties leerlingen worden opgeleid met de gedachte dat economie gaat over geld, eigenbelang en de ander de loef afsteken. Dit is geen door ons bedachte stroman van het huidige onderwijs, maar krijgen wij terug als feedback van docenten en leerlingen. Een voorbeeld is dat van de uitleg van het gevangenendilemma leerlingen vaak onthouden dat je de ander vooral niet kunt vertrouwen. Zonder zich dat te realiseren, en ongetwijfeld onbedoeld, hebben methodemakers als Heertje bijgedragen aan dit normatieve doceren van economie.
Wij willen op een aansprekende manier de concepten van de commissie Teulings, de commissie die een kleine 10 jaar geleden met een nieuw programma kwam, een niveau verder brengen, is door een onderscheid te maken tussen theorie en praktijk en manieren te vinden die een brug kunnen slaan tussen die twee.
In theorie werken markten perfect, worden belangentegenstellingen overbrugd, externe effecten beprijsd en ontstaan vormen van handel en samenwerking die de welvaart vergroten. Het is goed om die theorie te kennen en tegelijkertijd te snappen waar de beperkingen vandaan komen. Veel leerlingen zien zelf dat de economische praktijk zich niet altijd gedraagt zoals de theorie voorspelt.
In het eigen leven van een leerling blijkt samenwerken wel nuttig maar lang niet zo simpel, zelfs niet op kleine schaal. De verleidingen zijn groot, misverstanden en conflicten zijn gauw geboren. Ook op een hoger niveau gaat het niet van een leien dakje. In het bedrijfsleven gaan veel dingen goed, maar zien we ook graaigedrag, woekerpolissen en fraude. Op macroniveau waart er een economische crisis en is samenwerking op Europees niveau knap ingewikkeld.
Economie=relaties
In onze beoogde methode (we beginnen na de zomer met de ontwikkeling) is er een voortdurende wisselwerking tussen de mogelijkheid van welvaartcreatie en de kans op welvaartvernietiging. Zo zijn informatie en risico best handig omdat je solidariteit kunt organiseren en verzekeringen kunt sluiten. Economie gaat over het benutten van verschillen, dat is een fundamenteel inzicht met vele verschillende toepassingen. Maar asymmetrische informatie kan ook misbruikt worden doordat degene met meer informatie zichzelf verrijkt ten koste van de ander.
Al vanaf Adam Smith gaan alle economische vraagstukken in hogere zin over de spanning tussen het benutten van mogelijkheden en de gevaren van misbruik. Vrijwel al het economische beleid staat in dienst van het verhinderen van misbruik en het benutten van kansen, of het nu gaat om mededingingsbeleid, monetair beleid of innovatiesubsidies. Zowel de markt als de overheid kunnen benut worden om die spanning te verlichten, maar we zijn ook niet blind voor de rol van sociale normen en waarden die vooral belangrijk zijn op kleinere schaal wanneer niet transacties maar relaties dominant zijn.
Door deze insteek krijgen leerlingen een rijker beeld van wat ons vak inhoudt en worden ze beter voorbereid op de wereld die op hen afkomt. Op de vraag waarom Heertje zelf niet heeft geprobeerd deze ambitie in zijn methode te realiseren moet hij zelf maar antwoord geven. Het vak economie op de middelbare school kan beter. Wij zijn er van overtuigd dat er een wereld te winnen is.
Auteurs
Categorieën