Uitgelicht

Onbetaald werk maakt wereldwijd een groot deel uit van de economische activiteit, maar wordt niet meegenomen in het nationaal inkomen. Alonso et al. laten zien dat zelfs in de meest gendergelijke landen vrouwen ten minste twintig procent meer uren onbetaald werk doen dan mannen.

De loonverschillen tussen de opleidingsniveaus zijn de afgelopen decennia toegenomen. Ook het aantal gewerkte uren per werknemer verschilt steeds sterker, vinden Dias da Silva et al. aan de hand van beroepsindexen van vijftien Europese landen.

Zorgt een hoge vermogensbelasting ervoor dat miljardairs verhuizen? Moretti en Wilson onderzoeken de gevolgen van een hervorming van de vermogensbelasting in 2001 voor de Amerikanen die tussen 1981 en 2017 op de Forbes 400-lijst stonden.

Elektronische betaalmethoden maken transacties transparanter en kunnen zo transactiekosten verlagen. Toch worden deze methoden maar beperkt gebruikt door het midden- en kleinbedrijf in ontwikkelingslanden.

Mensen zijn intrinsiek vrijgevig tegenover de armste mensen, ongeacht hun sociaal-economische achtergrond. Met behulp van experimenten in Bogotá, waar inwoners bij wet verdeeld zijn in zes sociaal-economische groepen, vinden Blanco en Dalton dat wanneer iedereen eenzelfde geldbedrag krijgt en daar een deel van mag doneren, mensen uit hogere sociaal-economische groepen meer geld doneren.

Als we luchtvervuiling door de industrie willen belasten, dan is het beprijzen van de maatschappelijke schade van de vervuiling de beste optie, in plaats van alleen de uitstoot van CO2 te beprijzen.

Economische groei gaat vaak gepaard met milieuschade. Een meta-analyse van Demena en Afesorgbor laat echter zien dat buitenlandse directe investeringen groei bevorderen, maar uitstoot terugdringen in het land waar wordt geïnvesteerd.

De afgelopen tien jaar namen de techreuzen, zoals Facebook, gezamenlijk honderden bedrijven over. Vooral de overname van start-ups die uit hadden kunnen groeien tot concurrenten roept mededingingsvragen op.

Wanneer bedrijven overstappen op hernieuwbare energie wordt alom aangenomen dat deze vorm van corporate social responsibility (CSR) leidt tot een grotere winstgevendheid als gevolg van een beter imago. Hulshof en Mulder onderzoeken de relatie tussen het gebruik van hernieuwbare energie door 920 bedrijven en hun winstgevendheid tussen 2014 en 2018.

De negatieve rente die in 2014 werd ingevoerd in verschillende Europese landen bracht veel discussie teweeg. Het was onduidelijk wat de economische effecten van dit beleid waren, met name voor de financiële stabiliteit en winstgevendheid van banken.