Uitgelicht

Toegang tot mobiel internet vergroot het verlangen om te emigreren. Toegang tot mobiel internet maakt mensen minder tevreden met hun spullen, en doet ook het vertrouwen in de overheid dalen. Dit zijn mogelijke redenen voor mensen om liever ergens anders te willen wonen.

Bedrijven die werknemers in dienst nemen afkomstig van een bedrijf met een hoge productiviteit zien hun eigen productiviteit toenemen omdat deze werknemers hun kennis meenemen van hun oude bedrijf.

Van alle OESO-landen heeft Nederland nog steeds de meest genereuze hypotheekrenteaftrekregeling. Deze belastingvoordelen zijn inefficiënt en dragen bij aan inkomensongelijkheid.

Geld uitgegeven door overheden tijdens de coronapandemie is de Amerikaanse economie ten goede gekomen. De effecten waren het grootst tijdens de piek van de economische recessie.

Het verhogen van de pensioenleeftijd heeft negatieve gevolgen voor de mentale en fysieke gezondheid. Het idee dat een hogere pensioenleeftijd goed kan zijn voor de gezondheid blijkt op geen enkele manier waar te zijn.

Wanneer verschillende economen dezelfde hypothese met dezelfde dataset onderzoeken komen ze tot verschillende conclusies. Verschillen ontstaan door proceskeuzes, bijvoorbeeld bij het econometrische model, het opschonen van de data en de statistische software.

De sluiting van basisscholen als maatregel tegen het verspreiden van het coronavirus heeft geleid tot een leerachterstand, en heeft de ongelijkheid in schoolprestaties tussen leerlingen vergroot.

De coronapandemie zou er mogelijk toe kunnen leiden dat de conjunctuurcycli in de noordelijke en zuidelijke landen van de eurozone niet meer synchroon lopen. Daardoor kan de macro-economische stabiliteit van de muntunie, net als tijdens de crisis van 2008, weer op de proef worden gesteld.

Waarom werken er eigenlijk niet meer economen aan onderzoek dat gerelateerd is aan de klimaatverandering? Tachtig procent van de bevraagde economen gaven aan hiervoor te weinig tijd en middelen te hebben.

Niet discriminatie, maar meetfouten in de Cito-toets verklaren waarom de onderwijsniveau-adviezen van kinderen met een lage sociaal-economische status afwijken van het door de Cito-score geïmpliceerde niveau.