Het ‘hamsteren’ van arbeid (labour hoarding) bij Nederlandse bedrijven is sinds de coronapandemie sterk toegenomen. Dit hamstergedrag – waarbij bedrijven overtollig personeel aanhouden – kan de arbeidsmarktkrapte aanwakkeren en in stand houden.
Sinds kort publiceert de Europese Commissie een nieuwe indicator om dit gedrag in beeld te brengen: de labour-hoarding-indicator (LHI). De indicator is een gewogen percentage van bedrijven die verwachten dat hun personeelssterkte gelijk blijft of groeit, terwijl hun output naar verwachting daalt.
Volgens deze indicator is het hamsteren van personeel sinds de coronapandemie sterk toegenomen. In de figuur is te zien dat de LHI begin 2020 in korte tijd omhoog snelt. Door de steunpakketten, met name de NOW, houden bedrijven hun personeel in dienst, ondanks een enorme economische klap.
Maar ook ná corona ligt de LHI nog steeds zo’n dertig procent hoger dan in de jaren ervoor. Sinds corona is er sprake van een historisch krappe arbeidsmarkt: in de figuur te zien aan het aantal openstaande vacatures, dat een ongekend hoogtepunt bereikt. De krappe arbeidsmarkt kan een oorzaak zijn voor het aanhoudende hamstergedrag. Uit vrees in de toekomst moeilijk vacatures te kunnen vullen, houden bedrijven hun overtollig personeel dan liever vast. Tegelijkertijd kan het hamsteren van arbeid de krapte op de arbeidsmarkt juist aanwakkeren en in stand houden. Werknemers die op andere plekken vacatures zouden kunnen vervullen, stromen immers niet door.
Ook in een ruime arbeidsmarkt is het mogelijk dat bedrijven personeel hamsteren. De figuur toont dat de LHI in 2012 op een vergelijkbaar niveau ligt als in de periode na corona. Nederland verkeert op dat moment in een recessie, met bijzonder weinig niet-ingevulde vacatures. Bedrijven hielden toen mogelijk vast aan hun personeel omdat het te duur was om ze te ontslaan, dan wel omdat ze verwachtten hun personeel door een aantrekkende economie binnenkort weer nodig te hebben.
Auteur
Categorieën