Bijna een op zes Nederlandse huishoudens hebben geen liquide buffer. Een deel van hen houdt zelfs structureel geen liquide middelen aan. Sommige van deze huishoudens hebben wel illiquide vermogen, zoals een huis.
De economische groei is hoger dan de rente op staatsobligaties, waardoor de overheid de kosten van haar schuld gemakkelijk kan dragen. Dit kan echter ook snel omslaan, zoals bijvoorbeeld te zien was in 1980, 1996 en 2000.