Europese impuls voor Nederlandse export
Aute ur(s ):
De Nederlandsche Bank
Ve rs che ne n in:
ESB, 84e jaargang, nr. 4228, pagina 822, 5 november 1999 (datum)
Rubrie k :
DNB-indicator
Tre fw oord(e n):
conjunctuurindicator
De vooruitzichten voor de Nederlandse conjunctuur blijven gunstig. De export trekt aan, terwijl de consumptiegroei aanhoudt.
De DNB-conjunctuurindicator, ditmaal vooruitblikkend tot en met maart 2000, duidt voor de industriële productie op een terugkeer
naar boven-trendmatige groei (figuur 1). Hiermee lijkt de industrie zich definitief te herstellen van de gevolgen van het tumult in
Rusland en de Azië-crisis, die in de loop van vorig jaar een flinke domper op de exportactiviteiten legden. Momenteel tekent zich ook
een herstel af in andere Europese landen. Dit kan de komende tijd de Nederlandse export een nieuwe impuls geven, zodat de bbp
volumegroei, 3,1% in de eerste helft van dit jaar, op peil kan blijven.
Figuur 1. De DNB-conjunctuurindicator
Europese conjunctuur trekt aan…
Na een scherpe terugval vorig jaar, is momenteel een herstel van de wereldhandel waar te nemen. Reeds in het begin van dit jaar nam de
vraag vanuit de Zuidoost-Aziatische landen weer toe, en thans lijkt mede onder invloed van de depreciatie van de euro eerder dit jaar en
de opleving in andere delen van de wereld ook de conjunctuur in Europa aan te trekken. Diverse indicatoren bevestigen deze opgaande
lijn. Zo is de West-Duitse IFO-indicator, die tevens onderdeel is van de dnb-conjunctuurindicator, de laatste maanden gestegen van 89,8
in april tot 95,4 in september. In België en Frankrijk is reeds enige tijd een stijging van het producentenvertrouwen zichtbaar, terwijl het
vertrouwen van inkoopmanagers in het eurogebied de laatste maanden eveneens sterk stijgt. Bovendien heeft de industriële
productiegroei de opwaartse lijn weer hervat, alhoewel het herstel nog pril is.
..waar Nederlandse export van kan profiteren.
Nederland is als open economie, waarbij veel van de productie bestemd is voor de export, voor een belangrijk deel afhankelijk van
buitenlandse ontwikkelingen. Vooral de direct omringende landen zijn van groot belang. Ruim de helft van onze export richt zich op
Frankrijk, België en Duitsland. Een aantrekkende conjunctuur in deze landen zal dan ook onze handelsactiviteiten stimuleren. De eerste
tekenen hiervan zijn reeds zichtbaar. Vooral ondernemers uit de chemische industrie verwachten voor de komende maanden een
toenemende bedrijvigheid. Deze sector richt zich bij uitstek op het buitenland. Verder steeg in augustus de waarde van de export naar
Europese landen met dertien procent in vergelijking met een jaar eerder. In de daaraan voorafgaande maanden lag dit percentage
aanzienlijk lager.
Vooruitzichten rooskleurig, maar niet zonder risico’s.
Naast de toename van de export, lijkt ook de interne dynamiek de komende tijd de economische groei in Nederland te blijven
ondersteunen. Indicatoren voor de korte termijn wijzen voorlopig nog niet op een sterke afvlakking van de consumptiegroei: zowel het
vertrouwen van consumenten als dat van detailhandelaren staan historisch hoog. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat aan het
hoge niveau van de aandelen en de sterk stijgende huizenprijzen risico’s zijn verbonden. Een ommekeer van het sentiment in deze
markten, welke vaak gepaard gaat met een stijging van de lange rente, kan een domper op de consumptiegroei zetten. Niettemin lijken
voor de directe toekomst de vooruitzichten voor de Nederlandse economie betrekkelijk rooskleurig. Nadat de aanhoudende kooplust
lange tijd de belangrijkste motor van de economische groei was, lijkt deze door de aantrekkende export een bredere basis te krijgen.
Copyright © 1999 – 2003 Economisch Statistische Berichten ( www.economie.nl)