Ga direct naar de content

VK trekt aan, Japan verzwakt, Duitsland stabiliseert

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: september 2 1993

VK trekt dan,
Japan
verzwakt,
Duitsland
stabiliseert

over de gulden daalde de dollar zelfs
tot onder de/ 1,87, terwijl eind juli
nog/ 1,96 werd genoteerd. Tegenover de yen viel de dollar nog verder
terug. Voor het eerst in de geschiedenis kwam de 100 yen in zicht. Interventies door de Japanse centrale
bank haalden niets uit.
Een sterkere yen past in het streven van de Amerikaanse regering om
het bilaterale handelstekort (in juli
$ 4,3 miljard) te reduceren. Toen de
Amerikaanse centrale bank echter
besloot de eigen valuta ten opzichte
van de yen te steunen, wist de dollar
weer iets aan kracht te winnen met
een stijging richting de 105 yen.

een economische krimp met 2%. De
taxatie van de Oeso wijkt hiervan
weinig af met een verwachte teruggang van 1,9%, gevolgd door een
groei van 1,4% in 1994.
De inflatie die de laatste maanden
rond 4,2% lag, moet eind 1994 zijn
gedaald tot 3%. De eerste voorzichtige stappen in die richting lijken te
zijn gemaakt. De prijzen in augustus
zijn op maandbasis onveranderd gebleven, na stijgingen in de voorgaande maanden van 0,3% en 0,2%. Dit
resulteerde in een inflatie op jaarbasis van 4,2%, na 4,3% in de voorgaande maand.

Britse groei verrast
Contractie Japanse economic
Record handelstekort VS
Het Amerikaans handelstekort is in
juni aanzienlijk hoger uitgevallen
dan was verwacht. Gerekend was op
een tekort dat in de buurt van het
meicijfer ($ 8,4 mrd) zou uitkomen.
Het tekort bedroeg evenwel $ 12,1
mrd, het hoogste in de afgelopen 6
jaar. Belangrijkste oorzaak was een
scherpe terugval met 3,3% in de export ten opzichte van de voorgaande
maand. Aangezien het merendeel
van de Amerikaanse handelspartners
te kampen heeft met een conjuncturele neergang, is de buitenlandse
vraag gestagneerd. De invoer liet
daarentegen een groei zien van

5,1%.
De tegenvallende export stelt de
eerder geprognostiseerde groei van
1,6% over het tweede kwartaal in
een minder zeker daglicht. Daarentegen is de inflatie-ontwikkeling onverwacht gunstig. In juli is de inflatie op
maandbasis met slechts 0,1% gestegen, waardoor het cijfer op jaarbasis
(2,8%) voor het eerst dit jaar onder
de 3% is uitgekomen.
Dollar verzwakt
De Amerikaanse dollar heeft de afgelopen weken terrein moeten prijsgeven. Belangrijke reden was de berichtgeving over de stand van de
Amerikaanse economic. Met de combinatie van een tegenvallende groei
en een dalende inflatie is de angst
voor een verkrapping van het monetair beleid verdwenen. Daartegenover gaat het proces van renteverlagingen in Europa uiterst traag,
hetgeen de belangstelling voor de
dollar niet ten goede komt. Tegen-

Terwijl de vorige Japanse regering
nog optimistisch de verwachting van
economisch herstel verkondigde,
lijkt met de regeringswisseling tevens
het optimisme over de Japanse economic te zijn verdwenen. De verwachting is dat na een negatieve
groei van 0,3% in het eerste kwartaal, het tweede kwartaal eveneens
een contractie zal vertonen. Dit zou
volgens de officiele definitie (twee
achtereenvolgende kwartalen een negatieve groei) een recessie voor de
Japanse economic betekenen.
Inmiddels wordt gesuggereerd dat
de overheid met een nieuw stimuleringspakket moet komen, het vierde
in anderhalf jaar tijd. In de pers
wordt geschreven over een belastingverlaging tot een bedrag van 18,5 miljard gulden. De eerdere maatregelen,
waarmee honderden miljarden guldens gemoeid waren, hebben nog
onvoldoende effect gesorteerd. Alle
hoop is dan ook gevestigd op een
snelle discontoverlaging door de
Japanse centrale bank.

Perspectief Duitsland verbetert
Het Duitse bruto binnenlands produkt (bbp) is in het tweede kwartaal
gelijk gebleven aan het voorgaande
kwartaal. De hoop dat de recessie
ten einde loopt, is hierdoor toegenomen. In het eerste kwartaal was nog
sprake van een teruggang met 1,5%
ten opzichte van het voorgaande
kwartaal. Voor het derde kwartaal
wordt nog niet op groei gerekend, alhoewel het vertrouwen van het bedrijfsleven een lichte verbetering laat
zien. Voor het hele jaar voorziet het
Duitse onderzoeksinstituut DIW nog

De Britse economic ontwikkelt zich
dit jaar sterker dan de regering aanvankelijk had voorzien. Terwijl in
maart nog werd uitgegaan van een
groei van slechts 1,25%, heeft de regering haar groeitaxatie verhoogd
naar 1,7%. Voor het volgend jaar
wordt zelfs een groei van 3% haalbaar geacht. Het sterke hersteltempo
maakt het onwaarschijnlijk dat het
werkloosheidsrecord van 3,1 miljoen
uit 1986 zal worden gebroken. De
werkloosheid bedroeg in juli 2,91
miljoen, 10,4% van de beroepsbevolking.
Zorgwekkend is wel de ontwikkeling van de overheidsflnancien. Het
tekort dreigt dit begrotingsjaar de
£ 50 miljard te overschrijden. De
overheid ziet zich daarbij voor een
dilemma gesteld. Op 30 november
worden de nieuwe begrotingsplannen ingediend. Hoewel belastingverhogingen onontkoombaar lijken om
het tekort te reduceren, zal de overheid ervoor moeten waken het vertrouwen en de bestedingen niet zo
sterk te beschadigen, dat het herstel
in de kiem wordt gesmoord.
Daarnaast dreigt de inflatie een
lichte stijging te laten zien. In juli is
de inflatie uitgekomen op 1,4%, ten
opzichte van 1,3% in juni. Wanneer
het effect van de lagere hypotheekrente hieraan wordt onttrokken, resteert een inflatiecijfer van 3,1%, tegenover 2,9% in juni. Verwacht moet
worden dat de inflatiecijfers zullen
stijgen naarmate het effect van de
rentedaling uit de cijfers verdwijnt.

CPB raamt nulgroei
Het Centraal Planbureau heeft zijn
verwachtingen in neerwaartse rich-

ting bijgesteld. De nulgroei die voor
dit jaar wordt voorzien, ligt overigens aan de bovenkant van de marktverwachtingen. Voor volgend jaar
wordt door het CPB een groei van
1% voorzien, tegenover aanvankelijk
1,5%. Vooral de stagnerende investeringen zijn debet aan de neerwaartse
bijstelling.
Tegenover een voor dit jaar verwachte inflatie van 2% wordt voor
1994 op 2,9% gerekend. Behalve dat
dit jaar de btw-verlaging van een jaar
geleden uit de cijfers loopt, lijkt de
overheid volgend jaar door bij voorbeeld hogere benzineaccijnzen enig
prijsopdrijvend effect te gaan sorteren.

FvanLanschot
Bankiersnv
SINDS1737

Rente en valuta’s
Duits disconto onveranderd
Tegen alle marktverwachtingen in
hield de Bundesbank het disconto
voor de tweede maal in successie onveranderd. Eind juli vormde deze beslissing nog de aanzet tot een verruiming van de bandbreedtes in het
EMS. Een van de factoren die de Bundesbank ondersteunde in haar starre
houding, is de ontwikkeling van de
geldgroei. In juli is deze uitgekomen
op 7,5%, aanzienlijk boven het gewenste maximum van 6,5%. Daarnaast moeten de geldmarktverruimende interventies van eind juli nog
in de geldgroeicijfers van augustus
worden verwerkt.
Daar staat tegenover dat de inflatie
een lichte verbetering vertoont. In augustus is het prijspeil voor het eerst
dit jaar onveranderd gebleven ten opzichte van de voorgaande maand.
Hierdoor is het jaar-op-jaar cijfer uitgekomen op 4,2%, tegenover 4,3% in
juli.

ESB 1-9-1993

Lagere geldmarkttarieven in EMS

In Europa lieten de obligatiemarkten flinke koersstijgingen zien op
grond van de verwachting dat de

In de meeste overige EMS-landen is
overigens wel gebruik gemaakt van
de grotere fluctuatiemarges. Alle centrale banken buiten de “hard core”
(Duitsland en Nederland) met uitzondering van de Belgische hebben de
afgelopen weken de aanvankelijk
sterk verhoogde geldmarkttarieven
teruggebracht. Daarbij werd wel getracht de afstand tot de Duitse mark
niet al te groot te laten worden. Zelfs
Denemarken, waarvan de valuta on-

in snel tempo te verlagen. De Franse
obligatierente is inmiddels ruimschoots onder het Duitse niveau gedaald, een positie die recent alleen
aan Nederland (en Zwitserland) was
voorbehouden. Sterke koersstijgingen deden zich ook voor in Spanje,

geveer de helft van de maximaal toe-

waar vooruitgelopen werd op verde-

gestane bandbreedte van 15% benut,
heeft het 2-weeks depositotarief verlaagd tot 10,50%. De Franse centrale
bank is het verst gegaan met de tariefsverlagingen. Het daggeldtarief is
inmiddels in vijf achtereenvolgende
stappen verlaagd tot 7,75%. De meeste EMS-valuta’s, waarvoor op dit moment de ruimere marge geldt, kwamen na de beslissing van de Bundesbank om het disconto niet te wijzigen enigszins onder druk te staan.

re renteverlagingen.
Voor de Nederlandse en Duitse
obligatiemarkt pakte de beslissing
van de Bundesbank om het disconto
onveranderd te houden, opmerkelijk
genoeg positief uit. Met de gedachte
dat de Bundesbank zo niet deze keer
dan toch de volgende keer de tarie-

ruimere EMS-bandbreedtes de centra-

le banken buiten de “hard core” landen in staat zouden stellen de rente

ven zal verlagen, was met name het

lange segment gevraagd. Bundesbankdirecteur Issing wakkerde deze

gedachte nog eens aan door zich optimistisch uit te laten over het ver-

Gulden even onder druk
Zelfs de Nederlandse gulden is de
afgelopen weken even onder druk
gekomen, doordat speculatieve druk
van de Oostenrijkse schilling oversloeg naar de gulden. Beide valuta’s
bezitten namelijk als enige nog een
nauwe band met de Duitse mark.
Tijdelijk moest de gulden de positie
van sterkste EMS-valuta afstaan aan
de Duitse mark. De Duitse mark bereikte zelfs even de/ 1,1280 en de
Nederlandse geldmarkttarieven kwa-

men voor het eerst dit jaar weer even
boven de Duitse te liggen. De gulden herstelde zich echter snel en de
oude situatie werd weer hersteld.

Ten opzichte van de Duitse mark beweegt de gulden comfortabel rond
de/ 1,1240 met een geldmarktrente
die rond de 20 basispunten onder

het Duitse niveau noteert.

Wereldwijd hogere obligatiekoersen
Wereldwijd hebben de obligatiekoersen de afgelopen weken sterke stijgingen laten zien. In de Verenigde
Staten kwam het rendement van de
30-jarige treasury dicht in de buurt
van de 6,10%. De 30-jarige treasuries
bezitten een schaarstepremie, aange-

loop van de inflatie. Het rendement
op de laatste Nederlandse 10-jarige
staatslening daalde tot 6,10%, bijna
15 basispunten onder het vergelijkbare Duitse tarief.

Rentedaling stuwt beurzen
omhoog
Onder invloed van een voortgaande
rentedaling vestigden veel aandelenmarkten nieuwe records. Alleen Tokio blijft binnen vrij nauwe marges
schommelen rond het niveau van
20500 voor de Nikkei index. Verschil-

lende Japanse ondernemingen klaagden over de dure yen, die hun winstgevendheid zichtbaar aantast.
Ook de Amsterdamse aandelenmarkt wist record na record te breken. De hoop op nieuwe renteverlagingen in Duitsland gaf de beurs
vleugels, terwijl de vaste stemming
op buitenlandse beurzen meehielp.
Met name buitenlandse gelden stromen naar de Nederlandse beurs.
Men anticipeert tevens op een eeonomisch herstel in Europa, en kiest
daarbij voor de zekerheid van de harde gulden.

zien de overheid bij de financiering

van de staatsschuld meer gebruik zal
maken van kortlopende leningen.
Echter ook de daling van de groei en
de inflatieverwachting werkt gunstig
door in de obligatiekoersen.

Deze bijdrage is ontleend aan de tweewekelijkse publikatie Beleggen met Van
Lanschot.