Er lijkt een nieuw paradigma te ontstaan. Beleid gericht op waardecreatie grijpt – vanuit macro-economische belangen – in op micro-economische processen. Dit beleid – dat de verbinding legt tussen de macro-economie van de vraag en de micro-economie van het aanbod – kan bestempeld worden als ‘meso-economie’.
Beleidseconomen zijn een speciaal soort economen. Ze proberen de kloof te overbruggen tussen de beleidspraktijk, de wetenschappelijk gefundeerde adviezen van hoogleraren, en de analyses vanuit de wetenschappelijke literatuur. Vaak is het moeilijk, maar de ervaringen in de jaren tachtig laten zien dat het wel kan.
Economische ideeën zijn van grote invloed op het gevoerde economisch beleid, laat de geschiedenis zien. Deze ideeën kunnen de reikwijdte van het beleid beperken, maar ook verruimen. Welke richting gaat het op met de huidige ideeën?
Aan een aantal van belangrijke maatschappelijke dossiers hebben de Haagse beleidseconomen de afgelopen tijd nauwelijks wat bijgedragen, en was hun blik te eenzijdig gericht op de politieke waan van de dag. Hoe zou dat beter kunnen?
De complexiteit van de wereld neemt alleen maar toe vanwege de klimaatcrisis, woningnood, Brexit, groeiende ongelijkheid, en het misbruik van privacygegevens door big-tech. Voor het oplossen van deze problemen moet er volgens Irene van Staveren door beleidseconomen gespeurd worden naar tegengeluiden.
Een gedeeld beeld van de werking van de economie is onontbeerlijk om beleidsadvies te kunnen geven bij onzekerheid. Een recent initiatief van de A-directies van de Ministeries van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Financiën, en ook Economische Zaken en Klimaat werkt aan zo’n beeld. Hoe ziet dat er uit?
De investeringen als aandeel van het bruto binnenlands product zijn sinds 1995 licht gedaald, ondanks een herstel in de laatste jaren. Hoe komt dat? Een blik op de rol van de woningmarkt, ICT, en het aandeel kleine bedrijven in de economie.
De afgelopen jaren zijn de investeringen in immaterieel kapitaal over de hele wereld toegenomen. Deze ontwikkeling wordt gekenmerkt door een sterke toename in het aantal grote platformbedrijven, die zeer intensief gebruikmaken van immaterieel kapitaal. Hoe staat het met de ontwikkelingen van het immaterieel kapitaal in Nederland?
Met het Nationaal Groeifonds hoopt het kabinet op korte termijn de Nederlandse R&D-investeringen aan te jagen. Wat levert dat op, en is het voldoende om tot de meest kennisintensieve economieën te gaan behoren?
Ondanks dat het – tot aan de coronacrisis – goed ging met de bedrijven en de rente laag was, investeerden bedrijven relatief weinig. In haar column gebruikt Mariek Blom inzichten vanuit de bank om dit te verklaren.
De transities naar een digitale, circulaire en CO2–extensieve economie en industrie vergen veel innovatie en forse investeringen. De bedrijfsinvesteringen blijven echter achter. Waarom een actievere overheid deze investeringen los zou kunnen trekken en dat ook moet doen.