Ga direct naar de content

Jrg. 5, editie 243

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: augustus 25 1920

25
AUGUSTUS 1920

AUTEURSRECHT
VOORBEHOUDEN

Economi-schp,Stah’ st
‘i”sch e

Beyi*chten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NUVERHEJD
,
FINANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HET INSTITUUT VÔOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

5E JAARGANG

WOENSDAG 25 AUGUSTUS
1920

No. 243

INHOUD
BIz.

EENE INTERNATIONALE VRIJHANDELSCONFERENTIE
door
Prof.
AIr.

G.

W. J.

Bruins

…………………….
737
Wanneer treedt
Nederland
toe? door
Air.
Dr.
K. Ii.
Corporaai
738
De Nederlandsche Zuivelindustrie en Zuivelhandel onder
invloed van den Oorlog 1 door G.
J. Blinlr
.
……….
740
De
Credietspanning in de Vereenigde Staten…………
742
Londensche

Correspondentie……………………..
745
De

Rijksmiddelen

…………………………….
747
AANTEEKENINCEN:
Internationale vrij han delsconferen tie

…………..
747
Concentratie in de Engelsche scheepvaart

……….
748
Wijziging in de Latijnsche Muntunie

…………..
748
OVERZICHT VAN

TIJDSCHRIFFEN

………………….
749
MAANDCIJFERS:
Rijkspostspaarbank

…………………………
750
Giro-omzet bij de Nederlandsche Bank …………..
750
Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam

…………
750
Productie der Kolenmijnen ……………………
750
Overzicht

der Rijksmiddelen ………………….
750
STATISTIEKEN
EN
OVERZICHTEN

751-756
Geldkoersen.
Effectenbeurzen.
Wisselkoersen.
Goederenhandel.

I
Bankstaten.
Verkeerswezen.

INSTITUUT

VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

Algemeen Secretaris: Mr. G. W. J. Bruins.

Assistent-Redacteur voor het weekblad:
D. J.
Wansink.

Secretariaat: Pieter de Hooghweg 122, Rotterdam.
Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruige Plaatweg 87.
Telef. Nr. 3000. Tele gr.adres: Economisch Instituut.
Postcheque en girorekening Rotterdam No. 8408.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p.
in Nederland f20,—. Buitenland en Koloniën f 22,50
per jaar. Losse nummers 50 cents.

Leden en donateurs van het Instituut ontvangen
het weekblad gratis.

De verdere publicatis van het Instituut uitgaande
ontvangen de abonné’s, leden en donateurs kosteloos,
voor zooiier daaromtrent niet anders wordt beslist.

Advertentiën. f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonne-
ment volgens tarief. Administratie van abonnementen
en advertenties: Nijgh & van .Ditmar’s Uitgevers-
Maatschappij, Rotterdam, Amsterdam, ‘s- Gravenhage.

23 AUGUSTUS 1920.

In de achter ons liggende week was er wat meer

leven op de fondsenmarkt waar te nemen en de geld-

markt heeft hiervan ook den invloed ondervonden.

Pro]on.gatierente liep op tot
43%
pOt.

Pr.ivaat-disconto ‘bleef ongeveer 3 pot., eerder nog

•iets ‘hooger. Een post schatkistpapier wisselde van

eigenaar voor
23%
pOt. op denzeifden dag, waarop de

Minister van Financiën de inschrijving op
f
50.000.000

nieuw papier had opengesteld, bij de toewijzing

waarvan bleek, dat .de 3-maandspromessen werden

gegund voor ‘ongeveer 3’/2, de 6-maands voor circa

3/i(j
pOt.

De juiste cijers voor ‘deze inschrijving zijn als

volgt:

3-maands

6-maands

biljetten

Eingeschreven:
f
38.130.000
f
16.090.000
f
3.855.000

prijs:

(988-994,37k) (978-995) (1002-1010)

toegewezen: f34.960.000
f
13.350.006

niets

– prijs:

991,08

982,57

*

*
S

Ook op de wisselmarkt was het wat levendiger,

• hoewel de koersen zeer onzekei bleven. De buiten-

gewone vastheid van den dol]arkoers sprong het

meest in het oog. Heden werd een koers van 3.09

bereikt.

De marken werden beïnvloed dooi de gebeurtenis-

sen in het Oosten en den eigen .politieken en econo-

mischen toestand. Van 6.50 liep de koers tot 5.85

terug. Door dekkingen van cle speculatie werd ‘heden
weder 6.10 bereikt.

LONDEN, 20 AUGUSTUS 1920.

In het begin der afgeloopen ‘week was ‘het aanbod

van geld ruim voldoende. Door wegtrekkingen van


»
loans” voor •belasti.ngen en door weder groote aan-

knopen van schatldstwi’ssels werd het aanbod in de

laatste helft der week beperkt en noteerde daggelci

53′—54 pOt.
Bij
de ,,Old Lady” behoefde echter niet

aangeklopt te worden. 7-daags-geld bleef op 5 pOt.

Disconto’s waren in sympathie met ,,loau-rates”

vaster en prijzen sloten voor 2-, 3-, 4-, en 6-maands-

wissels op 6, 6/s. 6%_
hh
/1(;
en 6
7
/8
pOt. resp.

EENE INTERNATIONALE VRIJHANDELS-

CONFERENTIE,

De mededeeling, dat in het begin van October te
Londen een conferentie van voorstanders van der’
vrjhandel zal worden gehouden,
1)
moet met vreugde

worden begroet. Een breed voorbereid congres zal het
niet wezen; hiervoor was tijd tekort. Het besef van
de noodzakelijkheid dat ‘in het huidig tij dsgewricht
de collectieve stem van de voorstanders van den
vrijen ha.ndel zich doet hooren, ‘heeft •desniettemin de Oobdencmnb tot nijn loffelijk initiatief gebracht.
Inderdaad schijnt het tijdstip juist gekozen. De

mentaliteit der vredesconferentie was de andere Pool.
Aanvaardde het verdrag van Frankfort in 1871 het
beginsel van weerzijdsche moestbegunstigin.g, het vre-
desvel-drag van 1919 is louter eenzijdigheid. Vol-
strekte meesthegun’stigi.ng, gelijke behandeling van
den vreemdeling in ‘het verkeer te land en te water, in
het octrooi- en merkenrecht, en in zoovele andere rich-

tingen wordt niet als natuurlijk beginsel’ vooropge-,

i) Zie de aankondiging dienaangaande in dit nummer op
bis.
747.

738

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1
25 Augustus 1920

steld, maar eenzijdig als straf aan :Duitsclilaud op-

gelegd in een reeks bepalingen, die in hun uitvoe-

righeid eerbied afdwi’ng&n voor de virtuos’isteit van
de .stell’ers van het verdrag in het uitvinden en af- –

sn’ijtden van sluikwegen, waarlangs het beginsel wel-

licht zou kunnen worden omgaan.
Sedeitdien is een jaar voorbijgegaan en in verschil-

]ende der oorlo’gvoeien’de landen, Engeland in de

eerste plaats, is een .wijziging in de geesten duide-
]ijk aanwij-sbaar. Ook in het officieel verkeer ;tus-

schen de oude tegenstanders is verandering merk-
baar. Spa vormde ‘in dit opzicht een begin en ver-

trouwd imag worden, dat te Brussel deze lijn zal wor-
den doorgetrokken. In deze periode, waarin de grond-
slagen worden gelegd voor verderen gemèenschappe-

lijken reconstructiearbeid, behoort het beginsel van
den vrijen handel met klem te worden geponeer.d.
Zonder strijd zal voor den vrij.handel de toekomstr

niet’ zijn. Het blijkt reeds uit het statuut van ‘den
Volke’nbo’nd. Hoe nauw dit lichaam in beginsel aan,

het ,,Peace, Goodwill among Nations” van den vrij-
1

handel verwant moge zijn, ‘het beginsel van den
vrijen handel zal men er, zelfs ‘als einddesideratum,’,

tevergeefs in zoeken. Slechts in art. 25, dat, ibbua als
paradepaard, de internationale regeling van den ar-

beid op den voorgrond stelt, zal men, verscholen on-
der e., het rekbare ‘beginsel van een ,,équit’able traite-.

ment du commerce de tous les Membres de la So-
ciét” ontdekken.

Ongetwijfeld was in d,e Parijsche atmospheer reeds,

dit winst en kan het den vrijhan’del ‘goedgezinden

elementen in dan Bond steun geven bij hun pogin-
1
.

in de goede richting – meer dan een eerste en,
bescheiden stap is-liet
echter niet.

Ook de binnenlandsche toestand in verschillen’de
landen is aan den vrijhandel niet i:n alle opzichten, gunstig. Te vreezen ‘is dat in de, periode, waarin in

de door den odriog ‘getroffen landen het ind.u’striëel
organisme weder op gang moet worden gebracht, het

proitectionistische stelsel nog eens ioo noodi.g zal

wörden geacht als een der meest werkzame verweer- j
middelen tegen ‘de concurrentie uit neutrale ]andep;’
en van overzee, terwijl tegelijk voor het zoo zwaar- ,

belaste ‘staatsbudget de ‘bron ‘van inkomsten, gelegen
in een stelsel van’ invoerrechten, onontbeerlijk zal.,
worden geacht. Op agrarisch gebied is het uitzicht

op ‘het oogenblik ongetwijfeld hoopvoller. Ook hier
‘echter kunnen omstandigheden; als bij.v. een ‘belang- 1
rijke daling der zeevrachten, verandering brengen.

Nog in andere richting dreigt gevaar van wellicht

verdere strekking. Reeds gedurende den oorlog heeft Engeland in zijn politiek nopens dein Midden-Afrika gewonnen plantaardige vetten blijk ‘gegeven hoe een

land, dat overi’gen op het gebied der invoerrehten in
het eigen land totdusver aan het beginsel van den
vrijhandel, met enkele geringe uitzonderingen, is
trouw gebleven, langs anderen weg maatregelen ‘kan demen, die tegen dit beginsel in-druischen. De petro-
]eumpolitiek in ‘P’erzië’ en de jongste regelingen no-
pens Mesopotamië stellen dit in nog scherper. licht.

Vooral waar, zooais in ‘het laatste geval, d’it ingrij- ,
pen dan vorm aanneemt van een nauw samen-gaan van
den Staat met de .groote monopolistische onderne-
mingen, die het kenmerk vormen van onzen tijd, kun-

nen deze eerste ‘oorbeel’den wellicht d’e voonboderi
zijn van veel meer. Voorzoover deze nieuwe vorm van ,
regeeringsbemoeiing een beperkt nationadistisch ka-

rakter ‘aanneemt, wat in den regel het geval zal zijn,
is hij in dieperen zin met het ‘beginsel van den vrijen’, handel i’n directe ‘botsing en kan hij in zijn gevolgen
zelfs veel verder reiken dan een stelsel van in- of;
uitvoerrechten zou vermogen. ‘

Tast men mis, wanneer men om deze en andere re-
denen’ ‘in ‘de omschrijving van de ter conferentie te

behandelen onderwerpen een zeker defensief e],ement
meent te ontdekken? Vooral het laatste punt der
agenda, dat ,,het gevaar van protectie in Groot-

Brittannië” aan de orde stelt,
wijst
in ‘deze richting.

Acht men deze beschouwingen tot ‘inleiding van de

te houden conferentie wellicht iet’at pessimistisch,
dan moet het antwoord wezen, dat ‘het in zaken als

deze volstrekt noodzakelijk ‘is de dingen te zien zooais
zij zijn. Des te noodweudiger is het ‘dan ‘echter, dat

allen, ‘die voorstanders zijn van het beginsel van den
vrijen handel, ‘doordrongen van ‘het besef, dat (lit he-

giusel noodzakelijke voorwaarde is voor een wezenlijk

goede verstandhouding tusschen de volken, in het

openbaar zich voor dit, beginsel schi’ap zetten. De
mogelijkheid, dat het ‘beloofde land wellicht nog verre

is en dat vermoedelijk een ‘voik’en’bond van een thans.

nog slechts ‘gedroomde machtsositie een ‘dor voor-

waarden •zal zijn voôr «de uiteindelijke verwezenlij-
king van het ideaal, mag niet ontmoedigen.

Vooral Nederland heeft hier een plicht te verval-

len. Reeds heeft de Nederlandsche vereeniging ,,Het

Vrije Ruilverkeer” getoond hiervan do,or.dr&n,gen te
zijn.
1)
De ‘weerklank, die ‘de conferentie hier te lande
vinde, moge er een verder ‘bewijs ‘van zijn. B.

WANNEER TREEDT NEDERLAND TOE?

14 April 1891 troffen zes Staten (Engeland, Fran-krijk, Portugal, Spanje, Tunis en Zwitserland) in het

grijs Madrid eene schikking, waarbij de ,,valsche aan-

duiding van ‘herkom’st” in den ‘ban wer’d gedaan; later

traden ‘daartoe nog drie andere landen toe (Brazilië,
Ouba en het ‘Fransche protectoraat Marokko). Elf

jaar was over die kwestie beraadslaagd, zegge elf jaar

had het probleem de staatslieden van vele landen be
zig gehouden, voor er overeenstemming op dit punt

bereikt werd. En nog was ‘de uitkomst schraaltjes:

want niet in het Unieverdrag van Parijs tot beseher-

m,ing van den industrieelen eigendom van 1883, waar-
toe op dat oogen’blik 15 (thans 25) Staten toegetreden
waren, werd de bestrijding van den hatelijken vorm

van oneerlijke medediriging tot plicht gesteld, maar

eene afzonderlijke schikking binnen het kader van
‘artikel 15 ‘van dat verdrag, ‘dus ‘met veel beperkter
wrkingSsfeer, was d’e voornaamste uitkomst geworden

van het vele zwoegen van Frankrijk om een einde te maken aan het euvel, .dat voornamelijk zijnen wijn-bouwers het leven ergalde. Behalve Engeland, waar

alle koopwaren reeds siid’s 1887 de juiste plaats van
herkomst vermelden moesten en. Zwitserland, dat

meer uit overtuiging van de juistheid van het be-
ginsel toetrad, h’ad Frankiijk slechts die landen voor
zijne denkbeelden kunnen winnen, wier belangen in dezelfde’ richting liepen, als de 7bne, wijn- en land-
bouwstaten, als Spanje, Portugal en het later toege-
treden Brazilië. Wel had het reeds v66rdien eene
overwinning te boeken gehad, daar de opneming van
artikel 10 va’n het Un’ieverdrag, door Nederland met
10 andere landeh onmiddellijk geteekend (St. 1884
No. 189), aan zijn aan’dringen te danken was, maar
deze had niet ten volle beantwoord aan ‘zijne ver-wachtingen. Die bepaling toch richtte zich slechts

tegen die valsche aan’dui’dingen van herkomst, die ver-
gezeld gingen van eenen verdichten of .met eene be-
driegelijke ‘bedoeling aan een ander ontleen’den ‘han-
delsnaam, zoodat feitelijk d’e ‘handelsnaam, niet de
,aanduidin’g ‘van herkopast beschermd werd. Zwitser-sche chocolade, Pilsener bier, Port, zij kunnen ‘hier te

lande in den handel worden gebracht, zonder dat de
‘Nederlan’dsche fabrikant van die producten in Den
Haag, Rotterdam of Dordrecht daardoor in strij’d
komt met het naar aanleiding van het Unieverdrag

1)
Op 15 Maart j.L heeft h’et bestuur dezer vereeuigi’ng
tot den Minister van Buiterilandsche Zaken een schrijven
gericht, waarin gewezen wordt op ‘den plicht van Nederland
als ‘vrijhandeisland om op grond van de reeds genoemde be-
paling uit ‘het Volken’bon’dver.drag binnen den kri’ng van
den Volkenbond aan te ‘driiigen
op
aanvaarding van -het beginsel van ‘den algemeenen vrijen handel. Dit schrijven
is
in extenso afgedrukt
in
het jinimfier van
24
Maart j.l.,
blz. 253 v.

25 Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

739

in 1886 gewijzigde artikel 337 van ons strafwetboek,

zoolang hij zich maar speen’t van het genoegen daarbij
nog een Zwitserschen, Pilsener of Portugeesehen
firmanaam te vermelden. Andere gchreken, die aan

het aanvankelijk al héél slappe artikel 10 van de con-

ventie kleefden en de wijze van beteugeling van het

kwaad betroffen, waartoe de Mogendiheden zich ver-

plichtten, zijn sindsdien door de herzieningen van
Brussel in 1900 (St. 1902 No. 177) en van Washing-

ton in 1911 (St. 1913 No. 143) hersteld; het Unie-

verdrag is i’ch te dien aanzien naar de schikking van

Madrid gaan richten, zoodat er tusschen beide op dit

punt thani overeenstemming heerscht. Maar ‘het ob-
ject Ivan beide is verschillend gebleven; het verdrag

‘beoogt slechts het ibedrog onder bepaalde verzwarende

omstandigheden tegen te gaan, de schikking keert zich
tegen de valsche aanduiding van brkomst zonder
meer. –

Vanwaar die ongeneigdheid van het meerendeel

der Unieleden om een einde te maken aan de toch
buiten allen twijfel verkeerde praktijk om nama’aksels
voor echte waren door te laten gaan? De argumenten
door de vertegenwoordigers van de verschillende lan-

den
01)
cle conferenties tot staving van hunne afwij-

zende houding tegen de Fra.n’sch-Engelsc’he voorstel-

len aangevoerd zullen het antwoord op deze vraag. moeten geven. Reeds op de conferentie te Parijs in
1880, aan den v.00ravond du.s van de totstandkoming
van het Unieverdrag, was gebleken, dat vele Staten,
erkennend, dat de gewoonte om onwaarachtige op-
gave te doen van de herlcomst der producten, die men

fabriceer’de en in den. ‘handel ibracht, onzedelij’k was,
er toch tegen op ‘zagen haar te gaan ‘bestrijdën, omdat
zij zoo ingekankerd was, dat zij bijkans onuitroeibaar leek. Zij vreesden daarom, dat eene verdragsbepaling
in den geest van het Fran’sche voorstel, dat zoowel op

industrieele, als op wijn- en landbouwproducten be-
trekkin’g had, toch eene doode letter zou moeten blijven
en dat misschien het geheele verdrag öp •haar zou
stranden. De tolk van ‘deze praktische bezwaren, die
tot den zwakken telcst van artikel 10 van het verdrag geleid. hebben, was België, dat bekend ‘stond als een
land, waar de te bestrijden kwaal, evehals trouwens
elders, zeer wijd vhrspreid was, ‘maar het vond, behale
bij anderen, zeer krachtige ondersteuning hij Italië,
dat in 1886 op de conferentie te Rome, dus na de ge-
boorte ‘van het Unie’verdra’g, de leiding van de oppo-
sitie op zich nam, toen Engeland oortelde om alles,
wat op den’ handelsnaam betrekking had, uit artikel

10 te verwijderen. Ook de Italiaansche bezwaren wa-
ren van praktischen aard
;
eene val’sche aanduiding
van herkomst ‘zou, wilde men Italië gelooven, eene
gratis reclame zijn voor het land, waar de echte pro-ducte.n vandaan kwamen, en het verzet ‘van de pro-
ducenten tegen de gewoonte, waar zij zoo ‘krachtig
tegen te velde trokken, ‘zou daarom onverklaarbaar
zijn; niet zij immers werden van die valsche aandui-
dingen van herkomst de dupe, maar ,,misschien” de
consumenten. Italië zei ,,misschien”, omdat ‘het vond,
dat de voorkeur voor het echte product bij nader on-
derzoek in den regel ‘zou blijken op vooroordeel te ‘be-
rusten. Daarmede was het spitsvondig betoog nog niet
uitgeput; neen, ook het karakter van het Unieverdrag

zou niet strooken imet de opneming van een artikel in
den Engelschen geest, want het verdrag beoogde al-
leen de producenten en handelaren ter hulpe te ko-
men, in geen geval de consumenten, die maar hun
troost moesten zoeken b•.’hun eigen strafwet. En voor
dit laatste formeele bezwaar, zoo zw’ak als het was,
omdat de geest van het ver’drag zich er toch ‘zeker

niet tegen verzette, dat door hescherming van de
producenten middelljk ook de consumenten beschermd
werden en Italië’s poging om ‘het belan.g’van de pro-ducenten ‘bij de bescherming van de ‘aanduiding van

herkomst geheel uit te schakelen te doorzichtig was

om haar in ernst ‘te bestrijden sloëgen’ zoowaar te
Madrid in 1891 de meeste Staten op de vlucht! Schou-

der aan schouder met Italië streed Nederland, dat
in de voorgestelde bepalingen eene verkapte toeken-

ning van het uitsluitend recht op het gebruik van

den naam van eene ‘bepaalde landstreek zag, ‘hoewel
zulk een naam •niet aan eene collectiviteit kon toe-

behooren. Terecht wees het daarbij op de moeilijkheid
om het beginsel ten aanzien van alle namen, die met

eene bepaalde landstreek verband hielden, streng door

te voeren, die de ontwerpers van de regeling er dan
‘ook toe gebracht had daarvan aanzienlijk af te wijken

door de rechtbanken van ieder land bevoegd te ver-
klaren om uit te maken welke namen, oorspronkelijk

aanduidingen van herkomst, door lang gebruik ,,soort-

namen” Seworden warën en daarom aan de werking
‘an de schikking onttrok’ken zouden
zijn.
Verder
merkte onze ‘vertegenwoordiger op, dat er steeds
nieuwe soortnamen bij ‘konden komen, hetgeen de
taak van de rechterlijke macht zeer verzwaren zou;

ook dit was jui’st gezien, immers in elk land oordeelt
de rechter over die
moeilijke
kwestie anders en een-heid van ‘rechtspraak valt, waar de belangen van de

verschillende landen zoo ver uiteen loopen, voorloo-
pig niet te verwachten. Minder gelukkig was mis-

schien de gevoigtrekking, dat het beginsel niet juist kon zijn, u’aar men daarop zulk eene groote uitzon-

dering moest maken; beginsels moeten vaak wijken

voor belangen, znder dat zij daarom minder juist
behoeven te zijn. Beginselvaste conventies zijn te tel-
len, want de verschei’denheid van interessen noopt
maar al te vaak tot compromissen (Londensche zee-

rechtdeclaratie!). Met de door onzen vertegenwoordi-

ger bedoelde, reeds in 1886 te Rome uitgevonden

formule – for.mulos in .conventies zijn in den règel
wan.hoopsprodu’cten., geboren uit de botsing van tegen-
strijdi’ge, onverzoen’bare belangen – hoopte men die Staten te paaien, die..het toch wel wat al te bar von-
den om geen onderscheid te maken tussehen indus-
trieele producten eenerzijds, land- en wijnbouwpro-
ducten anderzij’ds. Bij de eerste toch komt het in den.
regel aan op de werkwijze, het rècept, bij de tweede
‘daarentegen op den bodem, het k’limaat, waar zij .ver-
vaardigd worden, zoodat bijv. Eau de Cologne, indien
men het juiste recept maar heeft, even goed in Utrecht
als in Keulen gemaakt kan worden, wat met Rijn-
wijn niet het geval is. Voor de wijnen nu zette
Frankrijk zich schrap met het ‘gevolg, dat de bena-

‘min’gen daarvan, anders dan die van de landbouwpro-
ducten, waarvoor inzonderheid Portugal opkwam;
uitdrukkelijk uitgezonderd werden van de reserve en
weer onder de werking van den algemeenen regel ge-
bracht werden; Champagne mag dus geen rechtbank

in de tot de schikking toegetreden Staten voor een
soortnaam laten doorgaan.

Waarom wij ook naderhand geen aanleiding ‘hshben
gevonden om tot de Union restreinte met de wijd-

geopende achterdeur toe te treden, ‘bleef onopgehel-
derd. Wogen de formeele bezwaren zwaarder dan de
voordeelen van eene toetreding voor onzen landbouw,

66k sinds 1905 zich het streven openbaarde om zijne
producten de ‘bijzondere, bescherming van den wijn-.
bouw deelachtig te laten wor’den, of zou het ‘voor onzen
handel te lastig
zijn
om andere namen te bedenken en
spoedig algemeen ‘bekend te maken voor de Haagsche

‘versnapering, het lRotterdamsche hrouwse1 en .het
Dordtsche men’gsel? Eene tweede vraag: zijn de om-
standigheden sinds 1891 niet zoozeer gewijzigd, dat

vat zich toen’ tegen .de toetredin.g verzette, thans geen
voldoende gewicht ‘meer in de schaal vermag te leg-gen? Veel toch is er nadien op ‘het gebied van de be-

strj’ding van de valsche aanduiding van hericomst ge-
beurd. De pogingen van Frankrijk om de schikkin’g
ook door andere landen.geteeken’d te krijgen zijn met
on-erminderde kracht doorgezet en waren sinds 1904

voornamelijk er op gericht Duitschland tot het Fran-
sche standpunt te bekeeren, dat het jaar tevoren lid
van de Unie geworden was Deze pogingen stuitten
aanvankelijk op hardnekkigen tegenstand, daar de

740

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25
Augustus 1920

Duits-che fabrikanten groot nadeel zouden lijden, in-

dien -het gebruik van de namen Champagne en Coj-

nad vbor wijnen, die niet in Champagne of Oharente
geproduceerd waren, als oneerlijke mededinging ge-
brandmerkt zou worden, en zij dus met hand en tand het recht op die – volgens hen soortnamen geworden

.benamingen verdedigden. Het eerst genoemde

woord, nu dat wilden zij, toen er flink wat over gere-
dekaveld was, desnoods wel loslaten, omdat de woor-

den Sekt en Schaumwein inmiddels in hun land in-

geburgerd waren, maar voor Oognac kon men geen

andere benaming vinden en dat ‘bleef dus het groot

struikelblok. Ging het echter niet precies om die

beide namen, dan was Duitschiand handelbaar-der;

zoo sloot het verdragen met Hongarije (1905) en met

Portugal (1908), waarbij het op zich nam Tokayer,

Port en Madeira als aanduidingen van herkomst te

beschermen, verbood het zelfs inlandsche producten
Bourgogne of Duitsche Bour-gogne te noemen. Wat

Frankrijk door overreding niet kon bewerken, ve-

kreeg het intusschen met de wapenen: bij het vreded-
verdrag van Versailles van 26 Juni 1919 (artikel 274

en 275) verhond zich Duitschiand, bij het vredesver-

drag van Saint-Germai-n van 10 Septeurber 1919 (ar-
tikel 226 en 227) verbond zich Oostenrijk alle wette-
lijke-en administratieve regelingen te treffen ten ein-

de de producten- en merken van de Geallieer-d,e en

Geassocieerde Mogendheden te beschermen, verplicht-

ten zij zich éénzijdig zich neer te zullen leggen bij ‘de

wetten, administratieve en rechterlijke beslissingen in
de landen der vroegere tegenstanders met betrekking

tot de aanduidingen van herkomst -bij wijnen en spi-

ritiialiën van kracht en den invoer, den uitvoer, de
fabricage, -de circulatie en den verkoop van alle produc-

ten met -herkomstaanduidin-gen in strijd met die wet-
ten en -beslissingen te zullen verbieden. Deze bepalingen
komen neer op eene -passieve toetreding van Duitsch

land en Oostenrijk tot de -schikking van Madrid, met

de ‘wijziging daarin aangebracht te. Washington in

1911. Duitschland heeft nu voor het woord Oognac
-het no.g vreemd in de ooren -klinkende ,,Weinhrand”

uitgevonden en -beraadt zich over eene formeele toe-

treding tot -de schik-king. Italië liet sinds 1902 zijne

formeele -bezwaren tegen het Arrangement waren,
België gaf reeds in 1910 te kennen,’ -dat er zich eigen.

lijk niets meer tegen zijn-e toetreding verzette en Zwe-
den heef-t zich door -twee wetten, van 1.913 en 1914,
den weg tot eene toetreding -gebaand; te verwachten
valt derhalve, ook met -oog o-p de verdragen tusschen

verschillende Unieleden en niet-Unieleden onderling
over de aanduidingen van herkomst gesloten, dat de

werkingssfeer van de schikking van Madrid weldra nog
verder zal worden uitgebreid. Moet Nederland ,,Jan-
achteran” zijn, zooals bij de Bernerconventie, of wordt
dit -met onze eer en ibelange onvereenigbaar geacht?
Het antwoord op deze vraag is aan onze regeeling. –

Mr. Dr. K. H. CORPORAAL.

[Zie
ook
de Londensche Correspondentie in di-t nummer,

his. 745. –
Bed.]

– DE 1TEDERLANDSCHE ZUl VELINDUSTRIE

EN ZUIVELHANDEL ONDER IN VLOED

VAN DEN OORLOG. I.

T. Welke beteekenis hebben d zuivelindustrie en
de zuivelprodüc-ten voor ons land?
De beteekenis. van de zuivelindustrie vangt aan bij
liet procluceeren van de grondstof: melk. Er is in

Nederland, praktisch gesproken,. ‘geen boerderij, die
niet in meerdere of mindere mate zich bezig houdt
met de meikveehouderij. In sommige streken bestaat
vrijwel het -geheele bedrijf hieruit; in andere streken
is de meikveehouderij het centrum van het bedrijf,
d-och wordt ook op belangrijkste -schaal -akker-bouw ‘ge-
dreven; weer in andere streken is de akkerbouw
hoofdzaak, ,doch,staat d-e m-elkveehou-derj daar naast
als belangrijk onderdeel. In -het algemeen staat echter
vast, dat de meikveehouderij de kern is van onzen

Nederlan-d-schen landbouw. Hiermede acht ik vol-

doende aangetoond, -da-t alleen reeds de productie van

deze gron-dstof voor -de zuivelindustrie een -bedrijf is
van zeer buitengewone economische bete-ekenis vopr

ons land. Deze bewerin-g wordt na-der onderstreept

door de mededeeling, -dat de melkproductie in Neder-
land op -het oogenblik jaarlijks ongeveer bedraagt

– 3.800.000.000 L.

met êen waarde van bp het oogenblik ongeveer –

f
500.000.000.

Deze grondstof wordt voor een gédeelte i-n natura
ve

r-bruik-t; verreweg het grootste -gedeelte wordt door
de Zuivelindustrie verwerkt (hieronder reken ik een-

voudigheidsh-alve ook de -melk, -die door melkinrichtin-

gen, enz. wordt -bewerkt’: gereinigd, gepasteuriseerd,

gesteriliseerd, enz., ten behoeve van de m-elkconsumen-

ten). Er zij-n in Nederland ruw geschat ongeveer 800

zuivelfabrieken. Hieronder zijn kleine fabrieken, doch

in de laatste tijden – heeft er een groote neiging be-
staan, om klein-ere fabrieken te com-bineeren in groo-

tere bedrijven, zoodat een belangrijk gedeelte van

genoeMd aantal bestaat uit groote fabrieken. Het is
-duidelijk, -dat in deze fabrieken een groet aantal per-

sonen een

bestaan vindt: directeuren, boekhouders, vkpersoneel (botermakers, kaasmakers, centrifugis-

ten, machinisten, enz.) en werklieden. –

Nadat de producten lbeTeid -zijn, kom-t -de verkoop
in -binnen- -en -buitenland. – Deze- verkoop -geschiedt
soms door de fabrikanten zelf of door cbmbinaties
van fabrieken -gezamenlijk, terwijl een -niet onbelang-

rijk -gedeelte van het product wordt verkocht aan de

in’ Nederland gevestigde handelaren’ in

zuivelproduc-

ten. Aldus vinden vele hon-d-erden groote en kleine

-handelaren met hun pakhuis- en kantoorpersoneel een

nuttig -bestaan in de zuivelindustrie.
Behoef ik nog te wijzen op de industrieën, die hulp-
middelen en ‘grondstoffen leveren voor -de zuivel-

industrie; op -de leveranciers van machines en verpak-
kingsmateriaal; op de talloo-ze -groepen van personen,

-die in of door de zuivelindustrie de middelen vinden
om op nuttige wijze werkzaam te -zijn en daardoor in hunne levensbehoeften te voorzien? Ik meen, da-t het

vorenstaande voldoende is- om -de maatschappelijke be-
teekenis van de zuivelindustrie voor ons 1-and eenigs-

zins -duidelijk -te maken.
Ik heb -hierboven gezegd, dat de personen, -die in de
zuivelindustrie werkzaam zijn, nuttig werk verrichten.
Dit -dien ik nog dan te toonen. De zuivelproducten

verrichten voor Nederland twee èconomische functie-s.
Zij zijn in -den vorm van consumptiemelk, boter en
kaas zeer nutti-ge voedingsmiddelen voor de eige-n be-
volking en zij worden in verschillende vormen geëx-porteerd. Of, met andere woorden,
zij
voeden gedeQl-

telijk -ons volk en zij versterken de creditzijde van onze

handelsbalans.
De omvang -der nuttighei-d van de eerste functie
behoef ik niet nader te omschrijven: wij gebruiken
allen melk ,iboter en kaas en wij -zouden ze niet gaarne
missen. De nuttigheici der tweede functie varieert
naar gelang van de hoeveelheid, -di-e geëxporteerd
wordt en van de prijzen. Ter oriënteering zij hier ver-meld, dat in het – laatste voor-oorlo-gsche jaar (1913)
aan zuivelproducten geëxporteerd werd voor een
waarde van o-geveer

– f
125.000.000,

waarbij in aanmerking genomen moet worden, da’t
dit voor-oorlogsche guldens zijn, -dus dat diezelfde
export op liet oo-genblik een waarde zou -hebben van
bv. 2Y2 maal zooveel of ruim:

‘ –

f
300.000.000.
Volledigheidshalve zij hier aangeteekend, dat een
zeer klein deel van de zuivelindustrie werkelijke luxe-

producten voortbrengt. – –
II. De ontwikkeling van zuivelindustrie en zuivel-
handel v66r den oorlog.
Het is -duidelijk, dat een zoo uitermate-belangrijke
industrie, die reed-s vele eeuwen oud is en die in de

‘1

25 Augustus
1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

741

laatste halve eeuw de evolutie tot het machinale groot-

bedrijf heeft doorgemaakt, eene zeer belangwekkende

historie heeft. Deze historie valt echter geheel buiten
het kader van dit artikel, zoodat ik hier volsta met

eene veer schematische beschrijving van de voornaam-
ste ‘bijzonderheden.

Als uitgangspunt zij dan vermeld, dat v66r den
oorlog het zuivelbedrijf eene volledige economische

vrijheid genoot. Men heeft toen wellicht nooit beseft,
welk een eerste vereischte die vrijheid is voor de ont-

wikkeling van een industrie. Onbewust leefde men in
deze vrijheid en profiteerde er van door een gezond

bedrijf en een gezonden handel op te bouwen. Het resul-

taat van dit alles was, dat er zeer intesief gewerkt

werd; de productie werd meer en meer opgevoerd.
Enkele cijfers ten aanzien van de voornaamste produc-

ten mogen dit verduidelijken:

Uitgevoerd
in K.C.
Jaar.

iÇn.
.
Boter.
1900

……..
45.908.000

1905

……..
44.651.000
23.207.000
1910

……..
55.689.000
32.866.000
1911

……..
51.523.000
30.170.000
1912

……..
59.470.000 39.149.000
lal
Q
(.Q9dAÛA
Q7 ÛIÛÛ

Eenigszins volledige en betrouwbare gegevens om-
tient binnenlandsch verbruik en productie bestaan
niet, zoodat ik met deze uitvoergegevens genoegen
dien te nemen. Ik moet daarbij vermelden, dat deze
toename in den uitvoer niet te danken is aan inkrim-
ping van de consumptie in ons eigen ]and; eerder mag
aângenomen worden, dat dit binnenlandsche verbruik
zibh tegelijkertijd in stijgende richting bewoog.
V66r den oorlog stegen dus de productie en de uit-
Soer in belangrijke mate. Dit was niet in -de eerste
plaats te danken aan uitbreiding van het bedrijf van
den melkveeliouder, doordat b.v. land, dat vroeger
diende als bouwiand, omgezet werd in grasland, doch
in hoofdzaak aan ht feit, dat de melkveehouderij
voortdurend geïntensiveerd werd. Er werd steeds meer
krachtvoeder bijgekocht en . door aankoop van mest-
stoffen werd da productie van veevoeder op het eigen
land verhoogd, waardoor eenerzijds meer vee gehouden
kon worden op dezelfde oppervlakte gronds en ander-
zijds het vee, dat gehouden werd, meer melk per hoofd
produceerde. Bovendien werd door systematische teelt het vee zelf voortdurend verbeterd.
Dit streven, om het bedrijf te intensiveeren is een
bewijs, dat het op een gezonden 1basis rustte. Welke
was deze basis?

Nederland was aan drie zijden ingesloten door •be-
langrijke industrie-gebieden. In het Oosten door
Duitschiand en Oostenrijk-Hongarije; in het Zuiden
door België en Frankrijk en in het Westen door Enge-
-land. In •deze landen legde men zich speciaal toe op

de ontwikkeling van de industrie en mijnhouw met
het gevolg, dat men er, althans in groote gebieden,
eene zeer dichte bevolking had wier behoefte aan
levensmiddelen niet gedekt kon worden door de pro-
ductie in het eigen land. Het resultaat was, dat die
streken een zeer goed afzetbied vormden voor
levensmiddelen; boter en kaas in de eerste plaats. Ik
meen dan ook, afgezien van kleinere bijzonderheden,
dat de ontwikkeling van onze zuivelindustrie en de
drang tot intensiveering van het veehouders- en zui-
velbedrijf hunne volledige verklaring vinden in de
nahijhei.d van de Duitsche, Oostenrjksche, Belgische, Fransche en Engelsche industriegebieden
1-liermede is de hoofdtendenz aangegeven. Daar-
naast mag ik echter niet nalaten te vermelden, dat nog
verschillende landen voor onze zuivel-indutrie be-
langrijke afzetgehieden vormden. Deze landen mogen
dan geen massa-afnemers geweest zijn als de ‘bovenge-
noemde landen, toch waren zij van groote beteekenis,
omdat zij vaste en goede afnemers waren van kleinere
hoeveelheden, veelal van speciale merken. In dit ver-

hand noem ik Spanje, de Scan-dinavische landen,
Italië, ZuidAmerika, Zuid-Afrika, Indië.

De basis voor eene indnstiie is het afzetgebied.

Voor de zuivelindustrie was een afzetgebied in ver-

schillende richtingen en voor verschillende soorten
producten van allerlei kwaliteiten. v66r den oorlog
gevormd, en de ontwikkeling van -den handel ging in

deze richting steeds verder. Zoodoende had zich een

zeer gezonde basis voor deze industrie opgebouwd.
Onder dezen invloed verbeterde en intensiveerde zich
de productie van de grondstof voor de bereiding der

zuivelproducten; het melkeehouders’bedrjf in Neder-

land bewoog zich in Nederland langs een stijgende
lijn en was een bron van welvaart voor onze landbou-

wende bevolking, ja, voor ons geheele land. En de

industrie die de grondstof verwerkte ‘ging natuurlijk

.in deze richting mede. De fabrieken werden verbeterd,
kleine en irrationeele bedrijven werden tot grootere

samengevoegd, nieuwe werk-methodes werden inge-
voerd, het product werd steeds verbeterd.

Zoo was de zuivelindustrie v66r den oorlog in ons

land geworden een bron van groote welvaart en volks-
kracht.

III. De’ eerste oorlogsjaren (Augustus 1914 tot
Juli 1916).

Na eene tijdelijke desorganisatie, die het uitbreken

van den oorlog in vrijwel alle •bedrjven teweegbracht,
herstelden zich de zuivelindustrie en ‘de zuivelhandel

ieer spoedig. Want toen de eerste paniek van enkele
‘eken voorbij was, bleek onmiddellijk, dat het afzet-gebied weliswaar zeerw as ingekrompen, doch dat in
het resteerende gedeelte de vraag naar onze producten
zich dermate geconcentreerd had, dat een zeer loo-
nende afzet vrijwel gegarandeerd was.

‘ De Centrale Rijken varen uit het wereldverkeer
uitgeschakeld. Zij waren niet meer in de gelegenheid,
de geweldige hoeveelheden levensmiddelen, welk6 zij gewoon waren te importeeren, te betrekken uit ruimen kring. Zij zagen zich plotseling aangewezen op enkele

klein gebieden. Het baart geen verwondering, dat zij
er zich met alle kracht op toelegden, uit die gebieden
de goederen te ‘betrekken, waaraan zij ‘behoefte hadden.
En zij hadden in de eerste plaats behoefte aan levens-
middelen.

Het gevolg hiervan was, dat gedurende de eerste
oorlogsjaren onze afzet van zuivelproducten zich meer
dn meer naar •het Oosten richtte; de Centrale Rijken
waren vrijwel onze eenigste afnemers. Het is goed, er hier aan te herinneren, dat deze verandering of- liever
inkrimping van afzetgebied uit twee oorzaken voort-
vloeide. In de eerste plaats was het er den Centralen
om te doen, zooveel mogelijk producten te betrekken,
de prijs was bijzaak. Waar de prijzen in hoog.ste
instantie de richting van het handeisverkeer bepalen,
ën waar nienand er zooveel belang bij had onze pro-
ducteu te koopen als de Centrale Rijken, daar is het logisch, dat deze het verkeer in hunne richting trok-
ken door steeds de hoogste prijzen te geven.

Daarnaast was er een tweede oorzaak. Het handels-
l’erkeer over de Duitsche grens werd gedurende den oorlog onbelemmerd voortgezet. Het verkeer vanuit
ons land in alle andere richtingen ondervond buiten-gewoon ernstige belemmeringen. Dit was een factor
die er in sterke mate toe bijdroeg, om den uitvoer van
onze zuivelproducten naar Oostelijke richting ten
zeerste te bevorderen.

In zooverre hand-haafden zich dus de gunstige om-

standigheden gedurende de eerste oorlogsjaren, dat de
afzet van onze zuivelproducten tegen loonende prijzen
mogelijk was. Zoowel de veeheuderj als de zuivel-
industrie hehielden dus het fondament, dat zij zich ,v66r den oorlog gevormd had-dan, doch alleen op eenigszins andere wijze. Voor een zeei veelzijdige
loonende afzet was een eenzijdige, zeer loonende afzet

in de plaats getreden. De productie bewoog zich dan
ook de twee eerste oorlogsjaren in stijgen-de richting
met het gevolg, dat 1916 het grootste productiejaar
was in onze geheele zuivelgeschiedenis.

.. De zeer loonen,de afzetgelegenheid voor -groote hoe-

742

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.

25
Augustus 1920

veelhe Ten zuivelproducten naar het buitenland had

voor ons land, naast de daaruit voortvloeiende finan-
cieele voordeelen; nog tengevolge, dat men ‘binnens-

lands melk, boter en iaas’ tegen lage prijzen kon

verstrekken. Van ‘boter en kaas kon.den bepaa1de per-

centages der productie voor het binnenland ‘bestemd

worden. En hoewel de productiekosten sterk gestegen

waren, kon men de binnenlandsche prijzen toch op of

zelfs onder het normale bedrag handhaven, omdat de

winsten op den uitvoer ‘ der producten voldoende

waren om eventueele verliezen op •de gedeelten, welke

ter beschikking ‘gesteld werden van den Nederland-

schen consument te dekken. Zelfs werd uit ‘die ‘export-

winsten nog een gedeelte afgezonderd en ter beschik-

king gesteld van de Regeering, die daaruit aan de

verkoopers van consurnptiemelk een toeslag per

‘verkochte liter melk verleende, waardoor ook de prijs
voor consumptiemelk op een ‘betrekkelijk laag niveau

kon worden ‘gehandhaafd.

Gedurende de twee eerste oorlogsjaren was dus de

positie van de zuivelindustrie bij ons te lande gunstig.
De meikveehouderij was loonend en werd daardoor aangemoedigd. Zoodat de industrie groote hoeveel-

heden ‘grondstof te verwerken kreeg. En ‘de producten

vonden een zeer ‘gemakkelijken loonenden afzet. Aan

dezen toestand was echter een groot bezwaar verbôn-

den, doordat het vroeger
veelzijdige
afzetgebied werd

teruggebracht tot 65ne richting. En in die eene rich-

ting was nogde afzet ganschelijk veranderd: de

vroegere koopers waren ook •dar uitgeschakeld en ‘d’e

meeste verkoopen hadden plaats aan ‘d’e civiele en de

legeautoriteiten. Daarmede was de vroegere gezonde

ontwikkeling plotseling af’gebroken en daarvoor in de
plaats kwamen weliswaar tijdelijk voordeeli’ge verhou-

dingen, die op •den duur echter niet anders dan zeer

nadeelig konden werken.

Men heeft uit onze groote leveringen van zuivel-
producten aan de Centrale Rijken in ‘de twee ‘eerste

oorlogsjaren wel ‘eens willen conciudeeren, dat wij uit
politieke overwegingen het contact met andere mark-
ten verbroken hadden. Ik kan daartegenover met
nadruk zeggen, ‘dat alle vooraanstaande zuivelherei-

der.s en zuivelhandelslichamen in ons land met zeer
veel leedwezen ‘gezien hebben hoe, de omstandigheden
ons dwongen, ons gezonde en omvangrijke afzetgebied
te ‘doen plaats maken voor een ‘beperkt en daardoor
eenzijdig terrein. Eenige ‘kortzichtigen en de gelegen-
heidshandelaren mogen deze tijdelijke profijten met
onverdeeld genoegen •hchben genoten, de kern van de
Nederlandsche zuivelberei’di’ng heeft het van den
beginne betreurd, dat de economische verhoudingen in

de twee eerste oorlogsjaren ons dwongen tot deze
sterke specialisatie in oostelijke richting.

Ik héb ‘boven reeds gememoreerd, dat ook in

Duitschland en Oostenrijk voor ons geen sprake meer
was van de iormale handelsrelaties. Oorspronkelijk
kochten de particuliere handel, de civiele en ,de mili-
taire autoriteiten ‘allen •dooreen. Met ‘het ‘gevolg

natuurlijk, dat zij on’dèrling elkaar concurrentie aan-
deden en de prijzen opjoegen. Daarom was ‘men in
:Duitschland overgegaan tot de oprichting van de

Zentral Einfuhr Geseilschaft. Er werd een invoerver-
bod ingesteld en deze Maatschappij kreeg ‘het uitslui-

tend recht om zuivelproducten in Duitschland te

importeereri. T’ot dit doel vestigde zij een filiaal in ons

land. Op deze wijze werd h’et doel weliswaar niet vol-maakt ‘bereikt, daar aanvankelijk nog zuivelproducten
langs allerlei meer en minder rechte”wegen buiten de

Z. E. G. om in Duitschland werden ingevoerd. Het is
echter duidelijk, dat met deze maategelen de normald

l
inde1s’hetrekkingen vrijwel opgeheven waren.

Zoo eindigden de’twee eerste or1ogsjaren met eene

vrijwel totale vernietiging v.an onze afzetgebieden
welke vernietiging echter vôor de zuivelindustrie geeli

onmiddellijke ongunstige gevol’gen had. Het is duide
lijk, dat onze vroegere afzetgebieden, die wij niet

meer konden bereiken, zich inmiddels wen’dden tot

andere pro.ductiegebieden, of zelve de productie zoo

goed en zoo kwaa’d als het ‘ging ter handna.men.

G. J. BLINK.

D’E CREDIETSPANNING IN DE V’EREENIGDE

STATEN.

Naar bekend mag w’orden verondersteld waren de
credietei’schen, ‘door de Member-banks aan de Federal
Reserve B’anks gesteld, ‘vôôr de Ver. St. zich in den

oorlog begaven, ‘betrekkelijk gering. Deze ‘waren dart

ook om hun kapitaal emplooi te verschaffen in

hoofdzaak op eigen operaties ‘in de wisselmarkt aan-
gewezen. Een der hoofdoorzaken der geringe her-

disconteering door de Memberhank.s was de groote
1

gel’druimte in ‘de Ver. St., veroorzaakt in hôofdzaak

doôr de aanzienlijke rocluctie der
wettelijk
voorge-
schreven Kasreserves der National Banks, ingevolge

de bepalingen der Fede’ral Reserve Act en vervol-

gens door de enorme goudinvoersald’i, die van 1 Jan.
1915 tot 31 Maart- 1917 $ 1193 millioen bedroegen..

Dientengevolge bewoog de noteering voor cali-
geld te New York en ‘die voor papier met twee hand-
teeken’in’gen en een
looptijd
van 60-90 dagen zich

voortdurend aanzienlijk beneden den rentekoers, door
de Federal Reserve Bank te New York voor 2-3
maands-papier vastgesteld, zooals
blijkt
uit onderstaan-

den staat, ontleend aan een artikel van Prof. Keir-

merer in ‘liet Journal of the American Banker’s As-

sociati’on:

Noteering

voor
i
Caligeld te

N Y.

i

Papier met
2-3 m.
Ionptijd
en
twee handteelc.

Koers v. F. R. B.
te N.
Y. voor
rn
2.3

nds.

han
de1swioses.

1914
December

. .
3.38 4.35
5.71

1915
le
Kwartaal.
.
2.01
3.66 4.46
2e

..
1.96
3.68
.

4.00

3e

..
1.81
3.36 4.00

4e

..
1.88
‘3.11
4.00

1916
le Kwartaal..
1.89
3.12 4.00

2e

,,

. .
2.45 3.28
4.00

3e

..
2.75 3.70 4.00

4e

,,

..
3.39
3.58 4.00
1917
le Kwartaal.
.
2.53
3.89

4.00

Na de ‘toetreding van de. Unie tot den oorlog ver-
anderde het aspect evenwel geheel. Een breed opge-
zette en intensief gevoerde campagne voor de ver-
schillende L’iber’ty-loans werd gevoerd en een krach-
tig middel, ‘het publiek en de banken tot koopen. t brengen, was een zeer liberale discontopolitiek der
F. R. Banks, die wissels, getrokken op onderpand
van staatspapier en door de Mm1herbanks tegen den-
zelfden intrest als vergoea werd op deze fondsen
gedi’sconteerd, in herdisconto namen tegen een rente
beneden die, welke door ‘de Mexnberbanks gemaakt
werd. Een politiek dus, waarbij met ‘den toestand der geidmarkt ‘geen rekening werd gehouden.

Do r’entekoerse.n, clie door de groote vraag op de
geld- en kapitaalmarkt ‘in 1916 reeds waren beiu-
nen to.stij gen, kwamen in het tweede ‘kwartaal van
1917 boven het F. R. disconto, waarmede het verschil
steeds grooter werd, zooals ‘blijkt uit de tabel, afge-
drukt aan het hoofd der volgende bladzijde en even-
eens ontleend aan Prof. Kemmerer’s artikel.
Geen wonder baart het ‘dus te vernemen, dat be-
halve dat deel ‘der leeningen, ‘dat wegens den ‘hij de
kapitaalaccumulatie achterblij;venden omvang der
emissies, niet directgea,bsorbeerd kon worden, tal
van ondernemingen zich goedkoop geld verschaften,
door inplaats van ‘hun handelspapier te verdiscon-
teeren, voorschot te nemen op hun bezit aan oorlogs-
leeningen, waardoor tevens de prikkel, zich hiervan

zoo spoedig mogelijk ‘te ontdoen, verdween.
Deze politiek van lage rentekoersen, een der hoof d-
factoren in ‘de crediet-expansie, welke in de Ver. St.
te bespeuren valt, wordt ‘door den F. R. Board in.

25 Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

743

Noteej ing
vnor
CaIlgeld

te
N. Y.
Papier met
2-3m,
loop-
tijd en twee
handteek,

Koers
v.
F. R. 13.
te
N. Y.
voor
2-3 mnds.
handels’
wissels.

Rente voor
hdeen. ged.
15 dagen
op
onderpand
v
Liberty [loods.

1917
2e Kwartaal
– –
3.30 4.73
4.00
3.00
3e

,,

..
3.66
4.91
4.00
3.00

4e

,,

– –
3.60 5.44
4.05
3.05
1918
le Kwartaal
.
4.63 5.70
4.50
3.50

2e

,,

..
4.44
5.88
4.74 3.97

3e

,,

..
5.64
5.01
4.75
4.00

4e

,,

..
5.72 5.93
4.75 4.00
1919
leKwartaal..
498
5.28 4.75
4.00

2e

,,’
5.73
5.42
4.75
4.130

3e

,,

..,
5.94
5.39
4.75
.
4.00
4e

.’.
8.87

5.58
475
4.37

zijn jongste jaarverslag gemotiveerd op grond van

de overweging, dat geen rentevergoeding op het
Staatspapiet, hoe hoog ook, dit alles direct zou heb-
ben doen absorbeeren door’ beleggers, daar een deel
-der emissies wegens het hierbij achterblijven van’ de
besparingen onmogelijk direct geplaatst- had kunnen

worden.
Op
grond hi’ervaavzou er evenwel niets tegen
geweestijn, hooger rente te vergoeden, nich beter

aanpassend aan den werkelijken renrtesta,nd, doch ge-
geven , de vermelde situatie, heeft -de regeering ‘het
blijkbaar verstandig geoordeeld., dan maar zoo goed-
koop mogelijk aan geld te zien te komen. Zoolang de
Treasury voortging tegen geringe rentevergoeding
zijn eischen aan de gel-dm.arkt te stellen, heeft de
Board gemeend, het haar door .d-i’scoutoverhoo.ginig
niet moeilijk te moeten maken. Welk een gevolg -deze
politiek op de activa en ‘de. elastici’teit van het F. R.
stelsel heeft gehad, moge hieruit blijken, dat 16 Mei
1919 de F. R. Banken $ 1.863.500 wissels ‘in porte-
feuille hadden op onderpand van Staa’tspa.pier of wel

91,4
püt. van het totale bedrag hunner disconto’s.
Het hoogtepunt was hiermede bereikt.
Op 19
Septem-

ber was dit percentage gedaald tot 84,4 en ingevolge

de discontoverhoogin’g van 14 November werd 26
Decemiber het percentage 68,8 bereikt.

Tot deze verhooging is echter eerst. overgegaan,

nadat het programma van de Treasury inzake de

consolidatie der vlotten-de schuld zobver was afge-
werkt, dat een meet normale .bankpolitiek, zooal.s het

verslag zegt, deze afwerking niet

meer in een om-

vang va.n beteekenis kon belemmeren.

Naarmate -de operaties va.n de schatkist een minder
determineerenden invloed op de .geldmarkt -kregen,
werd de credietvraag van handel en industrie van
steeds -grooteren omvang. Schommelde -het bedrag -der

geherdisconteerde handelswissels van 3 J’an.-5 Sept.
1.919 tusschen 295 en 212 millioen dollars, van 5 Sept.
tot 26 December steeg het tot $ 684 millioen en be-
droeg 25 Jun-i 1920 1153 mi’lliöen. De Board -is hier-
over niet zeer verheugd, aangezien de immer stijgende
crediet-eischen in hooge mate ‘het -gevolg zijn van een
ongezonde prijsstijging, waarbij alle loonsverhoogin.gen
ed. maar zonder meer over de prijzen worden emge-
slagen en ondernemers -geen enkelen prikkel hebben
tot goedkoop pi’oduceei’en, terwijl zij verder hun öoi

sprong vinden in goederenspeculatie, een Gpvat’ting
van oorzaa-k en gevolg, die voor rekening van den
Board blijft.

Tusschen de regels dooi’ is dan ook wel te lezen,
dat de Boar-d niet dan noodgedwongen (‘door de
eischen van -de schatkist) disco.ntoverhooging ter
ibe-
teu’geling van -de -hierboven gememoi’eerde euvelen
zoolang heeft uitgesteld, als geschied is.

Waar de zaken evenwel den hier-boven aangegeven
loop namen, is het -de ‘vraag of het jui-st gezien was
van den Board, de tijdens den oorlog gevolgde -dis-
contopolitiek ‘zool-ang voort ‘te zetten en -zou een eerder
ingrijpen, een meer vooruitziende politiek, wellicht
-hebben -kunnen voorkomen, .dat de spanning gestegen
is tot de ho’ogte, die zij thans heeft bereikt.’

‘Aanvankelijk schi-eed de Board slechts -langzaam
voort op ‘den weg der discontov’erhoogin.g.
Op
4
Nov.

werd het disconto’ voor wissels, getrokken op onder-
pand van en Li’bertybonds van 4Y2 op 43%

püt. gebracht, 12 Dec. dat voor han-delswissel.s even-

eens (looptijd van beide soorten 16-90 dagen).
De invloed van deze tweede verhooging op do geld-

markt was aanzienlijk geringer dan die van de eerste

en waar •het reserve-percentage steeds dalen-de -bleef
(het bedroeg 24 October 1919 46,3 -en 30 J’an. 44,5)

ging de Board 2 Febr. tot een -meer -drastische verhoo-
in-g over en bracht de koersen op 5Y2 pOt. voor, papier

op onderpand van staatsfondsen en op 6 pOt. voor

de overige wissels. Het effect van’ een en ander was

‘een geleidelijke daling van het cijfer – der beleeni’ngeu
– op staatsfondsen in de -balan-sen der Member-ban-ks.

De expansie van ‘het handelscrediet werd er evenwel
geenszins door tot staan gebracht, zooals -blijkt uit
onderstaande cijfers, ontleend aan de gecombineerde
weekbalansen der Mem-ber-bauks (in duizenden dollars):

Beleeningen
op:
Andere
Voor-
schotten
Totaal
Oorlogs-
Andere
leen-ingen
effecten

Fan.

2..
$1.323.257
$3.337.506 $10.046.295
$14.747.068
Febi.

6..
1.220.713
3.289.510
10.437.927
14.948150
Febr. 13..
1.205.885
3.233.294
10.607.707
.15.046.886
Febr.20.

1.190.596
3.168.814 10.692.503
15.051.913
Febr. 27..
1.195.564
3.1P5.281
10.721.475 15.102.320
Mrt.

5..
1.216.694
3.171.057
113.838.483
15.226.234
Mrt. 12..
1.193.926
3.184.987
10.996 294
15.375.207
Mrt.

19.

1.189.775 3.175.231
10.998.771
15.363.777
Mrt. 26..
1.186.935
3.190.652 11.089.191
15.460.778
April

2..
1.184.149
3.158.943
11.091.640
15.434.732
April

9…
1.363.184
3.140.240
11.078.526
15.381.950
April16..
1.153.317
3.179.452
11.124.449 15.457.218
April23
– .
1.112.626
3.147.591
11.138.634, 15.398.851
Apri130…
1.102.334
3.170.316
11.144.666
15:417.316 Mei

7.
.
1.102.696
3.139.528
11.165.696
15.407.920
Mei

14.

1.088.889
3.100.315
11.229.667 15.418.871 Mei

21..
1.043.664 3.109.537
11.139.696
15.282.897
Mei

28..
‘1.061.506
3.115.454 11.192.265 15.369.225
Juni

4..
1.044.043
3.111.1338
11.246.502 15.401.583
Juni 11..
1.040.215 3.095.337
11.254.011 15.389.563
Juni 18..
1.026.225 3.113.141 11.322.149
15.462.515
Juni 25. .
1.026.069 3.106.757
11.351.253

15.484.069

Een daling dus van de .bëleeningen op ieder der
beide categorieën van effecten v-an ongeveer
$ 275.000.000, terw’ijl daarentegen de -handelsvooi’-
schotten met ongeveer $ 1.300.000.000 stegen.
Met het oog op den ernst van de situatie werd op
‘een in ‘de week van 1.4-21. Mei gehouden confei’entie
van -den Board met de Directeuren van klasse A der
F. R.-‘banks o’ok een afvaardiging van de American

Bankers’ Associa’tiou uitgenoodigd, nJ. het Orderly
“Deflation Oommittee. Governor Harding, gaf daar
– als zijn meening te ‘kennen, dat gegeven -de afn.eming’
cle,’ productie in een aantal ‘dci’ voornaamste judo-
‘str-ieën gedurende 1919 met ongeveer 10 pOt., verge-
leken -bij 1918, zooals ‘blijkt uit on’derst,aand staatje, ‘de
‘ci’edietexpansie verontrustend was.

1918

1

1919

Totaal

Totaal gedurende
‘c
gedurende
o

het jaar

het jaar

Aanvoeren van koren
op
17 centra in het binnenlarid(in duizenden bushels)
1.201.027
100
991.787
82.58
Houtverschepingen

naar

rapporten
van 5 maatsch, (in duiz. kub, voet)
10.241
100
9.912
96,79
Anthracieten bitumineuze kool-produc’
tie (in duizenden short tons)

.,….
671.729
100
532.945 79.34
Gewonnen ruwe petroleum (in dui7.
355,925
100
377.719
106.12
Ruw ijzer prod.

(in duiz. long tons)
38.506
100
31.015°
80.55
barrels)………………………….

Productie van steel ,,ingots” (in duiz.
4.3.051
100
39.000 90.59
long tons) …………………………
Koper

(in duizenden Ib.)…………
1,908.534
100
1,278,C00
66.96
Katoen-consumptie (in duiz. balen)
6.176
100
5,924
95.90
Wol.consumptie (in duiz, ponden)

– –
608.159
100
543.086
90.0)
Aantal ton-mijlen van

Gouv. spoor-
437.019°
lOO
394.804° 90.34
wegen

(in millioenen tons)

………
°) Verbeterde cijfers.

744

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Augustus 1920

Hieraan moet echter worden toegevoegd, .dat de

productie in het laatste kwartaal van 1919 gunstig
afstak bij die in de eerste drie maanden, een stijging

in productiviteit, die het eerste kwartaal van 1920
nog kon worden voortgezet. De toenemende con.gestie

op de Spoorwegen belemerde evenwel den afzet der

producten zeer. Deze congestie bereikte volgens het
Juni-bulletin van den F. R. Board in Mei haar hoog.
tepunt. Het gevolg hiervan is, dat April en Mei een
alles behalve voldoening gevende. productie-index
vertoonen. In de vergelijkende cijfer.s over de eerste
vier maanden van 1919 en 1920, die hieronder volgen,.

komt deze daling in April 1920 nog niet tot uiting,
daar de productie begin 1919 laag-was, vooral in de
textielgroep. –

Sepl..Dec. 1919. Jan-it pril 1920 Jan.-Aprit 1919

Totaal

Totaal
1

Totaal

VOOt

Index

VOOr
1
Index

voor
1
Jtidcx.

4 maan
1

4 maan-I

4
maan-

den.

den.
1

den. i

Aanvoeren v. vee op

t
15 markten in het
W. (in duizen.len)

27.186

119.9

2.1. 1Ç4

8).
1

22.674

100 ”
Aanvoeren
t’,
koren
op
17 centra iii het
bi in en la id (in clui
zenden busliels).

371345

1331

250.933

97

268.941

1(70
Zichlbacaanvoe
ren van katoen (‘n duizenden balen)

6.881

211.3

4143

1 7.4

3.257 ,lOO
Iloutverschepin gen
naar rapporten v.
3 maatschappijen
(in duizenden kub.
voet)
…………….
2.949

109.2

3.313

125.3

2. 750

100
Preductie v. bitu-
mineuze kool (in
duizenden short
tons)
……………
f8.945

114.4

173.574

24.9

138.936

11.0
iervoerde anthra-
Ciet langs 9 spoor
wegen (in duizen-
den long tons) . .

24.358

128.4

(‘)

(
)

18.970

100
Product7e v. ruwe
petroleum (in dui-
zenden barrels)..

131.608

112.8

140.0(
1
2

119.9

116.726

100
Productie van ruw-
ijzer (in duizenden
long tons)
……….
9.377

79.4

12 110

102.5

11.811

100
Prôductie v. steel
,,ingots” (in dui.
zendenlongtons)
………………….
11.771

1099

10.714

100
Consumptie van ka-
toen (in duizenden
halen) ———–

2.849

107.8

2.252

1(8.5

1.900

100
Ciimsumptie
V.
wol
(in duizenden lbs ) 20.999

177.9

234.910

18′.5

124.241

100

1)
Cijfers niet beschikbaar wegens trans.ortmoeilijklieden.

Het gevolg van de goederenopeenhooping door
traiisportmoeilijlchede.n en van het met behulp van
bankcredi.et
aanhouden van .groote voorraden in af-
wachting van een prijsstijging is een overbelasting

van de banken, die vooral met het oog op dan snel
gs
naderenden oottijd, tot moeilijkheden aanleiding
kan geven, omdat voor ,,moviu.g the crop” steeds
groote eischen aan de banken gesteld worden. Vooral
op liquidatie der ,,frozen credits” dron.g de heer Hai–

ding aan, terwijl de volgende vijf conclusies werden
aangenomen:
10.
Het is wenschelijk dat de banken hun voor-
schotten met 10 pOt. verminderen of met meer, in-.
dien zulks noodig is voor het financieren van dan
oogst.
2
0
.-Het is wenschelijk dat het Gouvernement alles

uitgaven, behalve de absoluut noodzakelijke, stop zet
tot na den oogst.
30
Het is wenschelijk, dat Staten en Gemeenten
zoolang voorgenomen emissies uitstellen, om con-
currentie bij. het verkrj.gen van crediet te ver±ijden.
40.
Het is wenschelijk dat inclividueele personen
en ondernemingen allen niet noodzakelijken aanbouw
uitstellen. . .
50,
Het is wenschelijk dat men zooveel mogelijk.
spaart en zijn uitgaven tot de noodzakelijke, beperkt.

Hoezeer het treffen vaii . maatregelen noodig is,.
kan blijken, als men nagaat, hoezeer de eischen aan

de F. R. Banks in de oogstdistricten. gesteld, in de
laatste vier maan’deii zijn toegenomen. De herdiscon-

teeringen der Memberbanks bij de F. R. Baiiken be-
droegen op 12 Maart, 14 Mei en 18 J’uni:

In duizenden d11ars

12
Maart
14
Mei.
18 Juni
00
*

Boston ………….
102.522
87.691
82.3

S
56.8
427.539
352.818 330.091
39.2
Philadelphia
116.602
79.744
84.915
45.-‘

New York

……….

5,’.128
52.478
51.1 in
29.662
36.127
37.597
41.7

Clevelan.d

………49.976

Atlanta

….
:
34.648

.

87.684 51.400
54.055
40.6

Richond

……….

Chicago

………..
246 697
246.30.1
40.-
St.

Louis

………
59.055
.
85.838
77.007
41.9
Minneapolis
31 *7
0
6
51.601
49.290
41.1
K.snsas
City
‘53.731
68.064
66961
41.1
20.113
16.776
41.1
Dallas …………..10636
San
Francisco

– . .
55.014
70.131
61.432
42.-

«
.

Totaal …….. .1.158.775 1.209.352

115.998

43.6

*) Totale reserves in verg. met F. R. Notes
en cleposito’s.

Uit het overzicht der d•ekki.ngspercentages blijkt

duidelijk, dat .de banken in. het centrum en zuiden des
lands, de oogatdistricten, de grens van hun crediet-

capaciteit bereikt hebben. Het is dan oo.k niet bij het

opstellen der conclusies gebleven. Een onderzoek is

ingesteld naar de hoegrootheici dci- ,,frozen credits”,

die op suiker alleen reeds $ 250.000.000 bleken to
bedragen. Verder
9,
,
ij hier de aandacht gevestigd op
een zinsnede in het graanoverzicht in het no. van 1
J’u.ni, waar onze medewerker naar aanleiding van de

prijsdaling voor maïs, tarwe en haver opmerkte: ,,Het

schijnt, dat de sterke prijsverlaging voor een niet
gering gedeelte het gevolg is geweest va.n het besluit
van vele Amerikaansche banken, om de credieten te
beperken.” ‘

Verder maken de F. R. banken ïn de laatste weken
gebruik van de hun onlangs bij de P’heiau Act ver-
leende ‘bevoegdheid, een meer soepele politiek te vol-

gen met betrekking tot de grootte der aan de Mom-
ber.banks te verstrekken credieten. Zonder ni. haar
.disconto te verhoogen kan thans een F. R. bank een

Memberbank, die teveel ci’ediet vraagt, rantsoenee-
t-en op twee en een half maal de som van 65 pOt. van
de gedurende de laatste week bij de F. R. Bank aan-
gehouden reserve en de. deelneming in het kapitaal
der F. R. Bank.

Voor de accomodatie, die zij boven haar rntsoen

vraagt, wordt een hooger disconto berekend. In het
licht van de boven gegeven reservepercentages kan
het geen verwondering baren, dat de F. R. Banks te
Kansas, St. Louis, Atlanta en Dallas de’ eerste va-
ren, die van de n.ieuweibevoegd.heid gebruik maakten.
Tdn slotte heeft 1 J’uni de F. R. Board .de rente-
tarieven ovei- de géheele linie met 1 pOt. verhoogd, zoodat het disconto voor handelspapier thans 7 pOt. bedraagt, waardoor het volgens den President der F.
R. Bank tê New York op een zoodanig peil is geko-
men, dat de’ hees-schende credietsitutatie er door
wordt weerspiegèld. Het blijft hierbij evenwel nog
onder het particuliei- disconto. De ,,Ohronicle” van 5
Juni di’ingt ei’ op aan, de Europeesche practijk, het
disconto der circulatiebank boven dat in de open
markt te stellen, te gaan volgen en af te wijken van

den oorspi-onkelijken opzet, het F. R. disconto te
houden ‘beneden particulier disconto, hetgeen een
merkwaardigen kijk geeft op de in’ de Ver. St. heer-
schende opvatting inzake de functie van het bank-
disconto.

De opinies in, de Ver. St. omtrent de uitverking van
een en ander zijn verdeeld. Verwachten sommigen,

dat het financieren van den .graanoogst tot moeiljk
heden aanleiding zal gevèn, anderen meenen, dat
duir gel.d, zooals de Ver. St. thans ‘hebbën, call-money
7-8 pOt., pi-ima obliga’tiés op 7 pOt. .basis en han-

delscredieten 7-9 püt. spoedig tot inkrimping van

FA

25 Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

745

zaken en verlichting van de gelcimarkt zullen leiden.
Voorshands wil het evenwel schijnen, dat de pessi-

misten gelijk zullen krijgen. Het Juni-bulletin van
den F. R. Board deelt mede, dat de credietcontrôle

en het maken van onderscheid tusschen voorschotten
op ,,essentials” en ,,non-essentials” reeds eenig
resultaat heeft, ook al begint dit zich eerst langza-

nierhand te vertoonen. De hierboven gegeven cijfers

omtrent de beleeningen der Member.ban’ks vertoonen
evenwel nog steeds een stijging der handelscredieten,
ongeacht. credietcontrôle en discontoverhooging, die
zich ook niet afspiegclt iii een vermindering der dis-

conto’s der F. R. Banks.

De verklaring van dit verschijnsel kan men zoeken
een.erzijds hierin, dat de winstmarges in handel en

nijverheid zoodanig zijn, dat een disconto van
‘ pOt, voor hen geen belemmering is om zaken
te doen, anderzijds in het feit, dat de tiansportinoei-
lijkheden den afbouw van credieten zeer bemoeilijken.
W.

LONDENSCHE COR1?ESPONDEN7IE.

De verhoudingen met Rusland; hei

voedselvraagstuk in. Engeland; werkloos-

heid; merlcen.questies; spoorwegt ari even;
deelneming der Regeerng in vennoot-

schappen; arbeidsconflicten.

Onze Londensche correspondent schrijft ons dd.
20 Augustus:

To those who . still put their faith in military
experts the present victorious advance of the Poles
will indeed seem a miracle, since it is safe to say
that until the last day or, two no one was allowed

to see a ray of hope for the defenders of Warsaw.
The parallel to the Marne is being stressed an ominous

parallel, for the Marne was followed by four more
years of war. In any case, the hopes of the moderates
have been defeated once more.

The whole history of the relation.s of t h e
West with the Soviet authorities goes
to show that the movemerit for trade and re-
cognit,ion goes inversely with the prospects in the
field. Now that the military prospects seem bet-
ter than ever,
we
shail probably . hear little more
of the trade negotiations. The support .of the
Labour movement has been seriouly hampered
this week by the story of supposed negotiations
with the Soviet authorities for paper and a

subsidy for the ,,D a i 1 y H er al d”. The ,,H e-
L’
a 1 d” denies that money, bonds, or paper have been
actually received, though it .states that it did try
to get paper on commercial terms. Naturally, the
13.igh’t pr.ess is delighted; here at last is evidence of
the ,,Bolshevist”-gold for which it has been seeking.
The Council of Aotion, whose triumphant forma’tion
1 discussed last week, is stated to be developing in-
ternal strains. In a word, •the prospects of a settie-
ment in the East are further off than ever. Yet the
signs of the time point to slackening of trade in all directions, and if only there were peace, the reple-
uishment of Russia might yet save the situation
economically, and do something to fill the gap in
Western food vupplies which the •decline in. acreage
will bring with it.
• It appears from the latest reports of the B o a r d
of A g r i c u 1 t u r e that in this country the acreage
under wheat has fallen by one third since 1918, oats
have fallen off as *ell, and only the bar.ley acreage
has risen somewhat. Here are the f.igures (in million
acres):
1918

1919

1920

Wheat ………….
2.556

2.221

1.877
Barley …………
1.501 .

1.509

1.636
Oats …………..
2.779

2.564′

2.267

At the same time the cattie supplici of the Country
have also serjously fallen off.

1918

1919

1920

Cattie

6.200.000

6.194.000

5.546.000
Sheep

16.475.000

15.123.000

13.378.000

According . to Prof. James Lon.g, a well-known
agricultural expert, the decline in the wheat acreage

is equ.ivalent ,to a loss of bread corn
ecival
to some.
38 million bushels, or sufficient to feed 74 million pe’ople”. The fact is that the .shorter hours and the

higher wages of agricultural labourers no langer ma-

ke wheat a paying crop in large aieas of the coun-

try, and we are consequently being forced back to the

pre-war position in w.h.ich the bulk of the wheat

supply of the country was foreign. Now however,

with the exchan.ge
down at 3.65 or less, the prospect

of buying in the States is not very reassuriug as to

the future of prices.Oonsequently the reopening of
the Russian wheat areas is a matter of great con
sequence, and more than justifies the efforts of the
Premier in getting to grips with the problem of

Russian trade. But, frankly, the position at the mo-

ment is almovt hopeless. Meanwhile, the Ministry
of Labour announces another i’ise in retail prices
which
wrill
have as its consequence a rise in the rates

of railwaymens’ wages, wh.ich are regulated on a
slidiug scale. On September 1 the new goods rates,
of which further mention is made below, will come

into force, and the rise will be of course accentuated.
The late appearance of ‘this month’s ,,Labour Ga.
zette” makes it impossible yet to answer the question, what is the real extent to which u n e m p 1 o y me ii t
is en the increase. One hears the most contradictory re-

ports. The trade figures for July were so goed, that
the optimists can fairly say that the whole situation bas been wrongly painted. On the other hand, busi-
ness men speak as if new orders has altogether ceased:
printers, drygoods men and others all harp on the
.same key. It is recognised that the attempt to reduce
wages would defeat itself, the men would retort by
cutting down output, so that the laibour cost per unit
of output would be unchanged. On the other hand,
an official of the Board of Trade with whom 1 had
some conversation to day regarded the situation as by
no means so bad as is usually supposed.
We have been hearing rather less of the Key-in-
dustries in the last few days. The dye industry is
aaturally anxious to see the Government stick to its guns and pi’omises, and introduce the long aw’aited
key industries bill, and the industry has received
powerful support from the ,,T i m e s” in this de-mand. It is doubtful whether an insistence on the

virtues of the c.hemical industry as a producer of
poison gas is really the best way of rousing public
opinion on this matter.

The B o a r d o f T r a de has recently published
the Rep ort of the Merchandise Marks
O o m m i t te e. As your readers will probably be
aware, the law of merchandise marks in the United
Kingdom is extremely coniusing; the object of the
Oommittee was to report
0fl:
(1) Whether the existing
legislation ought to be extended or amended, (2) On
,,The utility and effect of National Trade ,,Marks”
or other similar (collective) marks, and how far they
should be authorised or encouraged in this cbuntry”,
(3) How far further international action may be
necessary for the purpoe of preventing the false
marking of goods. The Oommittee’s report deals lar-
gely with technical poiuts, but the following fairly
general recommendations may ‘be of interest. The corn-
mittee rejects the proposal of compulsory marking,
but contents itself with the proposal that the Board

of Trade should have power to deal vith any parti-
cular description or class of imported goods by Order
after an official énquiry. The law should be

strengthened by allowing the local authorities to
prosecute, as well as the Oentral Departments of
State, and the High Oourt be given power to deal
1
with all questions under the Act. The trannfer of

746

ECONOMISCHSTATISTISC}1E BERICHTEN

25 Augustus 1920

British trade rnarks to foreign firms, which carries

with it, the danger of misleading usa, should be made

con ditiona] on the consent of the Registrar of Trade
Marks. The Oommittee state that ,,no proposal which

has so far been put forward for a national mark in

this country has secured anything approching ge-

neral acceptance on the part of the tradin.g commu-

n.ity, and, in the aibsence of agreemènt among the

bulk of the traders concerned, we see grave objections
to the institution of a British national or Empire

mark, particularly one which is to be under the con-

trol and administration of a private Association”.

At the same time, cases have been brought to the no-

tice of the Oommittee in which misleading use of

British national embiems has been made, and they

consider that a list of such eniblems s:hould ho autho-

ritatively .settied, ;,the uise of which should be forbid-

den upon forei.gn
go.ods unless specifically authorised

or with an adequate qualification”.

The important suggestion is made that the failure
of any country to carry Qut the obligations of the
various Oonventions regarding iiidustrial property

should he referabile to the League of Nations, or the

Permanent Oourt of Justice to ho set up under the
Oovenant. Regional appelations should he internatio-

nally protected: similarly the names of towns should

receive international protection. British nationals

whose marks have been infringed by foreigm countries

should be letter served than they now are by the ap-

pomntment of. official representatives who should be

in a position to prosecute or ‘bring proceedinks on be-

half of British nationals, and such action ,,ahouid be

undartaken at the expense of the State where the
abuse aimed at affects interests of a national or far

reaching character and not merely those of the mdi-
vidual traders; but in cases where a particular tra
der’s rights are alone or mainly affected, the expense
should be borne in whole or in part by such trader.”

The Report of the Ra.tes Advisory

o
o m m i t t e e bas now also been availaible for some
time, and the rates recommended will very shortly

come into effect. The bases of these now rates are the

suggestions of the Railway Oompanies, though these
have not in all cases been adopted. Had they been
rigid]y adhered to, the rise would have worked out

at a general average increase of 112 per cent., distri-

buted among the various classes as under:
Coal: percentage inerease …………..
103
Class
A.

dO

do

…………..
101

Class B

do

do

…………..
111

C1ass
C

do

do

…………….

Classes
1-5

do

…………..
114

The recommendations are based on the principle of maintaining as far as possijble the pre-war rela-
tions of the various classes of traffic, in this respect
departing from the increases adopted last January,
which increased the ratës inequally. The Oommittee
have altered the Oompanies’ suggestions as regards
coal rates, small consignments, ,,returned empties”,
bicycles and other special articles conveyed by
passenger train, and cloak room charges. Buit substan-
tially the companies are to have it their own way.
Oer taiif concessions for agriculture are to be retained,

and altogether the. Oommittee estimates that the
concessions it has grantod will amount to a loss of.
revenue of £ 1.6 mills. On the other hand, one rise
in rates is proposed ‘briuging in £ 454.000, so that the total estimated increase in reccipts will come to about
£ 53Y2 millions. At the same time dock charges are to
be heavily increased, so as to bring in a net profit of
£ 2.820.000 instead of the present loss of a little over

two millions.

There are of course a very large number of excep-

tional rates in fore at the moment, introduced to

meet special competition from caiials and coastal
traffic, among other reasons. The committee thinks
that the whole qi.estion of these exeeptional rates will

require investigation. Meanwhile, it is rather sur-

prising to find that.the Oommittee thinks that ,,upon

the question whether when the Railway rates have
been increased by the general percentage here recom-

mended the coastwise steamers will be able to attract

a fair share of traffic at freights which will enable
them to compete, we have come to the conclusion upon

the evidence that, w.ith few exceptions, they will not

be able to do so.”

1f the railways have not to fear much from water

competition, however, they must fact the f act that

extensive pieparations are being made to organise the

conveyance of goods ‘by road. The railway strike last
year showed how important a part motor transport

can play in a national crisis, and the rise of rates

will certainly stimudate effort in thd long distance

carriage of goods, just as this su’mmer has shown the
great future that lies ahead of the motor char-a- banc,

the latest terror of the highway.

Yesterday there was published H. 0. 180, w’hich

sets out in detail, ,,the amount of p uh ii c m o n e y

mv
ested in Register ed Oompanies by

His Majesty’s Government.” Apart from the Suez

Oanai Shares and the Ounard Ad’vance of £ 2.600.000,
of which latter £ 1.560.000 has been repaid, the Govern-
ment is interested in the following undertakings:

British Farine Mills. Ltd. ……………… £
325.000

British Dye stuf
Is
Corporation Ltd. ………. ,,
1.700.001
Turkish Petroleum Co. ………………….
.,,

22.105
British America Nickel Corporation (of Canada)

629.618
Ministry of Shippiug: various unciertaikings..,;
656.250 Angio-Persian
Oil Co. ………………….. 5.200.000
Home Grown Sagar Ltd. …………………
..
187.500
British Cellulose and Ohemical Mfg. Co. Ltd.
. , 1.450.000
Commercial Bank of
Siberia ……………….
1.198.371

The floating debt position is distinctly botter this
week than last, as will be seen from the followiug

table:

August
14;’20.
Increase or decrease
Ways and meansadvances: en previous week.

From Bank of England
£ 54.750.000 £ 3.500.000
decrëase
From Government De-
partments ……..,,
155.091.000 ,, 5.000.000
Treasury Buis
Out-
standing ……….
.* 1.048.492.000

1
1.512.000
increase

Total outstanding Debt.
,1.258.333.000 ,, 6.988.000
decrease

This decline in the Government indebtedness is

reflected in the figures of the B a nk R e t u r n,
which shows the following changes from last week:
Public
Deposits

…………
£

115.516 lip.
Other Deposits ……………..
6.884.420 down.
Government Securities …….
, 9.741.974
dowo.

Other Securities …………,,
2.311.360 up.
Reserve …………………..
696.809 up.
Circulation

………………
682.885 clown.
Coin and Bullion …………..
13.924 up. Proportion at
12’% pCt., is 1% pCt. up.

All the notes coming in from circulation have been
added to the reserve, in addition to a small increase
duo to the additional ‘bull.ion held. The circulation of

Ourrency Notes also shows a welcome falling off; the
total outstanding is now £ 352.616.188, being a
decrease of £ 4.598.419. Gold holding and banknote
reserve remain the same: the volume of notes out-
standing, calied and not yet cancelled has fallen to

£ 5.795.741, a decline of £ 391.991. The reserve propor-
tion is 13.35 per cent as compared with 13.18 per cent

a week ago.

There is no end to the labour troubles in
sight. The ‘building trede unions have shown them-selves hostile to the Governments proposal that the
trade should admit dilution of labour in order to
increase the supply of :building lahour and inciden-
tally to decrease the volume of unemployment among
ex-soldiers. In return for a guarantee of wages during
invohrntary idleness, which was the Governments
counter-concession, the unions are only willing to
admit apprenticeship for men under 26 years of age.
It must ho remembered that the building employees

25 Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

747

had a bad -time before the war, so that many men

drifted away from the industry, and it is now

diitirict.ly undernianned to deal with the colossal
shortage produced ‘by the war. There has been a strike
of the waitresses employed by the l’argest of the

Loudon catering firms, which is li’kely to prove a

complete failure; another of the fact that the unions
have not yet learnt to weigh all the chances properly.

There is trouble in the Electrical Industry, and now
the men employed in the engineering workshops of thë railway co’mpanies are demunding a settiement

by the middle of September, failing which they

threaten trouble. One of the difficulties here is that
come of the men are in the National Union of Rail-

waymen, others in the Engineering Union, so that

there is no authority which can settie matters all
round. On the other hand, the textile workers seem

inclined to accept the employers’ offer. The prospects
of a. settiement in the coal industry are not briljant,
if the report is true that the .employers intend to make

this a definite trial of strength. We are in for a vey
bad time, if, in ‘addition to all this, there is no settle-
ment of the Russian situation, for the presti.ge of the

Labour movement as a whole is ‘involved and class
•bitterness •has ‘been growing at an appalling rate in
this country in recent years.

(1 should like to correct an, error in my letter which
you published on the llth of this month. The prefe-

rences stated as being granted to Oanadian products
are not the amounts given, these represeut the limit
bove which the d u t y on Canadian products cannot
go, in comparison with •goods from all other sources.
The ireference is thus the •difference between the
,amount stated and 100, that is in the order givea in

the article, 50, 33w, 25 and 1.0 per cent respectively).

DE RIJKS MIDDELEN.

In dit nummer treft men aan liet gebruikelijk over-
zicht met bijlagen van de opbrengst der Rijksrnidde-
inn over de maand Juli 1920, vergeleken met de
overeenkomstige cijfers van. Juli 1919.

De oorlogswinst- en verdedigingsbelasti’ngen brach-
ten tot dusver ‘in totaal op
f
766.418.406, waarvan
f
565.364.854 op rekening komt van eerstgenoemde
heffing.

Met inibegrip van de opcenten ten behoeve van het
Leeningfonds, behalve die op den Suikeraccijns, wel-
ke geen verzwa’ring van’ belastingdruk -medebrachten,
is dus in totaal een som van
f
932.054.202 ontvangen
uit belastingheffing, ‘die haren grond vindt in, de
buitchgewone omstandigheden.

De geone middelen brachten in de afgeloopen
maand
f
44.201.615 op, tegen
f
31.824.019, in Juli
1919 en vertoonen mirtsdien een vooruitgang van
f
12.377.596. De opbrengst ‘in het eerste halfjaar over-
trof de rarning met
f
50.273.541, terwijl de opbrengst
in Juli 1920 de raming met
f
18.398.574 overtrof. Tot
dusver overtrof de opbrengst over 1920 do raming
derhalve met
f
68.672.115.
Tot de gunstige resultaten van Juli 1920, in verge-

lijking met Juli 1919 ‘droegen vrijwel alle middelen
bij, behalve de pe’rson’eele belasting, de accij as op ge-
slacht, de ‘successierec.hten en de domeinen.

De lagere opbrengst van de personeele be1astin is
uitsluitend het gevolg van de vertraging bij de aan-
slagregeling ‘door de herschatting van mobilair en
huurwaarden. Naar mag worden aangenomen, zal
deze achterstand in de volgende maanden niet alleen
worden ingehaadd, ‘doch zal hij veranderen in een be-
langrijk surplus boven de raming.
De mindere opbrengst van den geslachtsaccijns is
toe te schrijven aan de hooge veeprjzen en aan het
daarmede verband houdende mindere vieesch-ver-
bruik.

De hoogere opbrengst van de grond’belasting hangt
hiermede samen, dat de bestaande achterstand bij de
aanslagregeling gaandeweg wordt ingehaald.

De meerdere ‘baten uit inkomsten en vermogensbe-
laistingen zijn ‘in hoofdzaak te danken aan dô door-
werking van de met ingang ‘Van 1, Mei 1919 in wer-
king getreden tariefsverhoogj.ng- ingevolge de wetten

i:a,n 11 April 1919 (Staatsbladen nos. 169 en 170).

De meerdere opbrengst van de diridend- en tan-
tièmebeiasting is hieraan toe te schrijven, ‘dat de wet

op ‘die bélasting meet en meer haar invloed doet ge-
voelen; eerst thans is’de heffing der belasting volle-
dig in wer’king.

De s’tijging in opbrengst van den suikeraccijna

houdt verband met het toenemend verbruik en met
de vele inslagen. van zoogenaamde ,,vrije” suiker.
• De meerdere opbrengst van den wijn

accijns hangt
samen met deii toenemenden invôer; ‘die van de ge-

distilleerd-accijns met het toenemend verbruik, als-

mede met •de met 7 April 1919 ingegane tariefsver-
hhoging.

De istijging in de opbrengst van den zout-accijns is

hoofdzakelijk te ‘danken aan anno toenemende produc-
tie en ‘de ontwikkeling van het zoutbed,rijf te Boekelo,

dia van den hier-accijffs aan liet beschikbaar komen
van meer grondstoffen voor het brouw-bedrijf.

Het ruimer vloeien van ‘de zegelrechten zal
we]
voornamelijk voortspruiten uit de met ingang van 1

Augustus in werking getreden wet van 27 Juni 1919
(Staatsb]ad no 432) tot wijziging der Zegelwet 1917
en aan de verscherping van ‘het toezicht.

De zeer belangrijke toeneming van ‘het Registratie-
i-echt ‘houdt verband met meerdere ov’ergangen van

vast ‘goed, met het groote aantal uitgiften van nieuwe
aandeelen in Naamlooze Vennootschappen e.d.

De stijging in de opbrengt dci invoerrechten is
een gevolg van de algemeene prijsstijging en van het
toenemend internationaal verkeer. De meerdere op-
brengst ‘der Sta’tistiekrechten is hieraan mede toe te

schrijven; die van de loodsgelden aan de toeneming
‘an het internationaal sclicepvaartverkeei-.

AANTEEKENINGEN.

Inernataon,ale vrsyhan.delsconferen’
Di
e.
– Men verzoekt ons opneming van liet volgende,
waaraan wij gaarne voldoen:

Op uitnoodiging van ‘de Cobden-Olub te Londen en
.le overige vereenigingen voor den vrijhandel itt Groot-
Brittannië zal op 5, 6. en 7 October a.s. een’ interna-

tionale vrijhandelsconferentje worden gehouden ‘in de
Caxton Hall te Londen.

Vooraanstaandai economen uit Europa (ook uit de

Centrale rijken) en de Vereenigde Staten van Ame-
rika zullen, naar men verwacht, de bijeenkomst bijwo-
ten en praeadviezen inleveren over de onderwerpen,
die behandeld zullen worden, nl.:

De tegenwoordige economische toestand der
‘wereld: in hoeverre kan vrijhandel daarin verbetering
.bren,gen?

De hooge kosten van levensonderhoud: hoe kun-
trien deze door vrijh’andei worden verminderd?
Stabiliteit der fi’tanciën: op welke wijze kan vrij-
handel haar ‘herstellen?
De ,,open deur.”

Vrijhan.dei als een noodzakelijke voorwaarde voor
een daadwerkeljken v,olkenbond.

r. 6. Het gevaar van protectie ‘in Groot-Brittannië.

Bovendien zullen op de bijeenkomst, ‘die ook door
Nederiandsche economen zal worden bijgewoond, plan-
‘tien worden. besproken voor het houden van een iter-
‘nationaal vrijhandelscongres in Amsterdam in het jaar

1,921. Zooals men zich zal herinneren, zou zoodanig
bongres -in September 1914 . te Amsterdam hebben
plaats gevonden; doch werd ‘dit door het uitbreken
van den oorlog onmogelijk.

Nederlanders, die de bijeenkomst te Londen ven-
schen bij te wonen, doch daarvoor geen circulaire ont-
vingen, kunnen deze aanvragen bij den secretaris vhn
de Vereen’iging ,,Het Vrije Ruilverkeer”, Mr. C. D.
alomonson, Heerengracht 516, Amsterdam.

748

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Augustus 1920

Concentratie in de Engelsche scheep-

v
a a r t. –
In het nummer van 31 December 1919

(no. 209) van dit tijdshrift werd een bespreking ge•
geven van het Cunard- en Royal Mail-Concern, naar
aanleiding van een artikel van Dr. P. Overzier in het

1,
‘,T
e
lt
w
i
r
t
sc
l
ia
ft1i
c
h
es
Archiv”.

In het ‘Januarinummer 1920 wordt deze studie

voortgezet voor het Peninsular and Oriental Con-

cern.
Dit concern heeft zich in betrekkelijk korten

tijd tot één der machtigste groepen ontwikkeld.
Reeds in 1837 had de P. en 0. als Peninsular Corn-
pany met staatshulp de maildienst naar Lissabon en

Gibraltar op zich genomen; in 1839 werd deze tot
Alexandrië uitgestrekt en in 1842, nadat ze in 1840
haar tege,nwoordigen naam (Peninsular and Oriental

Steam Navi.gation Company) had aangenomen, werd
een schip naar Indië gezonden.

In 1844 kwamen haar schepen te Shanghai en in

1852 werd van uit Singapore de zijlinie naar Brazilië ingesteld, die zich later tot een hoofdlijn zou ontwik-

kelen.
In 1910 kocht de P. en 0. de Blue Anchor Line
van de firma W. Lu.nd & Sons, die een dienst onder-

hield tussehen Groot-Brittannië en Australië via
Kaap de Goede Hoop. Hierdoor kwam zij in concur-
rentieverhouding tot de Union Cast]e.Line te staan.

Mei 1914 had de belangrijke aaneensluitiug van de

P. and 0. met de British India Steam Navigation
Co. Ltd. plaats, die zich voltrok door uitwisseling

van aandeelen, waarbij de eigendommen van de Bri-
tih India op do P. en 0. overgingen. De aanleiding

tot deze fusie ligt niet in de algemeene oorzaken, die
tot vorming van zulke belangengemeenschaPPen lei-

den. De beide maatschappijen stonden volstrekt niet
in verbitterden concurrentiestrijd met elkaar. Wel is
waar onderhielden beide een .geregelden scheepvaart-
dienst van Londen naar Calcutta, maar zelfs hier

voerden zij weinig concurrentie.
In het Australische scheepvaartverkeer bevoer de
P. en 0. het Zuiden, de British India het Noorden.

De dienst vanLondon naar Karachi had de P. en 0.,

die van Loudon naar Bombay de B. 1. voor zich al-
leen. Als hoofdoorzaken, die tot fusie geleid ‘hebben,
komen in aanmerking allereerst het voortdurende stij-
gen van de bedrijfs- en bouwkosten, die men door de

aa
neensluiting hoopte te verminderen. Verder wierp deze omstandigheid haar gewicht in

de schaal, n.l., dat ‘het scheepvaartverkeer in do Slaat-‘
ste 10 jaren in zooverre een ander aanzien heeft ge

kregen, dat vroeger op alle •groote .havenplaatsen d.ê
groote stooniva-artlijueii de lading door de lokale
scheepvaart togevoerd kregen, terwijl ze nu zelf

moeite moesten doefl voor de uitbreiding en aanvul

liug van het vrac.htvereer, in het algemeen om aa’

deel daarin te krijgen..,
Ook de concurrentie met de beide Duitsche groote
sc
h
eepvaar
t
on
,dernemingefl, de Hamburg-Amerika
Lijn en de Nrd’deutscbe Lloyd, die zich nauwer dan
9t in het verkeer naar Oost-Azië hadden aaneenge-

sloten, ws een der oorzaken.
Dar er ‘boendien over den Indischen dienst over-
eenkomsten tussohen de Ham’burg-Ameriks. Lijn en.

d.e Dampfchiffartsgesell5Chaft Hansa en ten slotte

ook tusschen de Hamburg-Amerika Lijnen de Duitsche

Australische’ D
am
pf
sc
h’iffartsgesellsChaft bestonden,

was op deze wijze de Duitsche scheepvaart naar het
Ooten zeer. sterk, zoodat een hauwere aaneensluiting
van de Engelsche maatschappijen doelmatig zou zijn

en zich de fusie der P. en 0. met de B. 1. vanuit dit
gezichtspunt bekeken als een middel tot in stand.
houden van. de Britsche heerschappij in het scheep-

vaartverkeer naar het verre Oosten, verklaren laat.
September 1916 vergrootte de P. en 0.. haar machts-
positie door het verwerven van de New Zealand
Shipping Company Ltd., die reeds in de laatste jaren,
door de ‘bij haar aangesloten Federal Steam Naviga-
tion Company, met de British India een gemeenschap-

peljken diens van Engeland naar Australië had onder-

houden, en die in ‘dit verkeer een leidende positie

had ingenomen.
In 1917 werden twee belangrijke scheepvaartmaat-

schappijen, de Union Steam Ship Company of New

Zealand Ltd. en de’ Hain Steamship Company Ltd.

bij de P. en 0. gevoegd. De Union Steamship Co.
onderhield een geregelden post-, passagiers- en vracht,-

dienst tussc’hen de havens ‘der noordelijke en zuide-
lijke eilanden van Nieuw-Zeeland, tusschen Nieuw-

Zeeland, Tasmanië en Australië en tusschen Austra-
lië, Nieuw-Zeeland, de Zuidzee-eilanden, Vancouver en

San Francisco.
Reeds meerdere jaren achtereen had de Union

Steamahip Co. in belangengemeenschap met de P. en

0., de B. I. en de New Zealand Shipping Co. gestaan,

een omstandigheid, die ten slotte tot volledige over-
neming door P. en 0. Concern geleid heeft.

Nauwelijks was de overneming der Union Steam-

ship Co. geschied, of ook de Hain Steamship Oom-

pany Ltd. in Oornwall werd in de werkingssfeer der
P. en 0. getrokken. Deze maatschappij hield zich uit-

sluitend bezig met de wilde vaart en heeft vooral in

den oorlog groote winsten gemaakt. In het midden

van 1917 verwierf de P. en 0. Ibij openbare verkooping
de vroegere gebouwen van ‘de Hamburg-Amerika Lijn.
Eind 1917 werd de N’ourse Line Ltd. in London,

een kleine maatschappij, die haar schepen tusschen
Ca’lcutta en de Zuidzee-eilanden liet varen, ver-

worven.
Begin 1918 volgde de overneming van ‘de Mercan-

tile Steamship Company Ltd., ‘die zich ook beperkte
tot de wilde vaart. Eind 1917 controleerde ‘de P. en 0.

een tonnenmaat van 1.720.179 B. R. T.
Ten slotte nog iets over de financieele ontwikke-

ling der P. en 0.

Het ‘kapitaal der maatschappij is sedert 1914 jaar-
lijks tdegenamen. De ,,deferred stock” is van

£ 1.160.000 in 1913/14 op ‘f 3.197.756 gekomen in
1916/17, terwijl de ,,preferred stock” van £ 2.340.000

i’n het jaar 1913/14 tot £ 3.040.000 in 1916/17 gete-

‘gen is.
De in vreemde ondernemingen belegde kapitalen
zijn van £ 3.246.185 in ‘1913/14 tot £ 6.453.945 in
1914/15 opge’klommen, tengevolge van de overneming

‘der British India. Seder.t 1914 worden die deelnemin-
gen niet meer afzoderlijk in de jaarverslagen ge
noemd.
De totale boekwaarde der vloot, deelnemingen in

•dochtermaatschappijen en nieuwbouw, bedroegen in
1915/16 £ 12.401.009 en in het jaar 1916/17

£ 12.943.302.
De vloot der P. en 0. zonder dochtermaatschap-

pijen is van 505.615 B. R. T. in 1913/14 tengevolge


van door den corlog geleden verliezen tot 350.161
B. R. T. gezonken. In het jaar 1915/16 werden de’
helft der ‘vloot ‘en ‘gedurende 1916/17 alle schepen door de regeerin’g in ‘beslag genomen. Ondanks dit alles stond de maatschappij financieel zeer sterk en

kon ‘b.v. ‘de ‘obligatieleening van £ 1.800.000 in het jaar
1913/14 tot £ 1.593.700 verminderd worden.
D.R.V.A.

Wijziging in de Latijnsche Muntunie.

—Eenigen tijd geleden
1)
werd er in dit ‘blad reeds de

aandacht op ‘gevestigd, dat de moeilijkheden door de
valutaverschillen en de zilverprijsstijging in de Latijn-
sche Muntunie gerezen, aanleiding ‘hadden gegeven tot

een conferentie te Parijs, welke 24 Febr. j.l. aange-
vangen, op 25 Maart met de onderteekening van een

suppletoir verdrag werd ‘besloten.
• Voor de ‘derde maal is hiermede ‘de kwestie van de

pasmunt tot het voorwerp van afzonderlijke overeen-

komsten gemaakt. In 1893 heeft Italië zijn zilveren
pasmunt gen’ationaliseerd, in 1908 is dit voorbeeld
door Griekenland gevolgd. Ongunstige wisselkoersen

1)
Zie pag.
388
van dezen jaargang.

25
Augustus
1920

ECONOMISCHSTATISTISCHE BERICHTEN

749

met als gevolg een speculatieve uitvoer van de pas-

munt vdren in beide gevallen voorafgegaan. Ook
thans is de valutacrisis, gepaard gaande aan de heftige

schommelingen in de edelnietaalprijzen, de oorzaak
van het gepleegde overleg.

Wattoch was liet geval? Sedert begin 1919 was in
de Zwitsersche openbare kassen een buitengewone toe-

neming van de zilveren pasmunt, meest van Fransche,
waar te nemen. Einde Juli 1.919 was een bedrag van
f is. 17.4 tmillioen aanwezig en eenige maanden geleden

was dit tot frs. 23 mill. aangegroeid. Overeenkomstig
art. 7 van het muntverdrag van 1.885 werd tegen het
einde van het jaar voor frs. 3 millioen haar Frankrijk

teruggezonden, dat de tegenwaarde in vijf-francs stuk-

ken vergoedde. Het effect was evenwel ten eenen male
onvoldoende en meer en meer vatte de overtuiging
post, dat alleen buitenkoersstelling dei Fransche pas-
munt in Zwitserland een oplossing zou geven. Bij de
onderhandelingen, waarvan hierboven melding wordt

gemaakt, werd door de Zwitsersche afgevaardigden
voor een
algemeev.e
nationalisatie der zilveren pas-
munt gepleit. Hiervoor konden zij echter geen
meerderheid vinden, daar gevreesd werd, dat de Unie
hierdoor haai bestaansrecht in gevaar zou brengen.

Zwitserland moest er dus genoegen nice nemen, de

kwestie als een FranschZwitsersche aangelegenli eid
behandeld te zien en verklaarde er in toe te stemmen,

dat de in Zwitserland circuleerencle Fransche pas-
munt aan dat land zou worden teruggezonden, op
voorwaarde, dat Frankrijk de in dat land in omloop
zijnde Zwitsersche pasmunt retourneerde. Om. in een
hierdoor eventueel intredencI tekort aan pasmunt te
voorzien, wilde Zwitserland zich evenwel het recht
voorbehouden, om:

5f over te gaan tot een verhooging van het kon-
tingent zilveren pasmunt van 16 op 28 frs. per 1100f d
der bevolking;

5f over te gaan tot de uitgifte van zilvercertifi..
caten op grond van de zich in Zwitserland bevindende
Fransche pasmunt;

5f over te gaan tot liet slaan van uitsluitend
voor het binnenlandseb verkeer in Zwitserland be
stemde zilveren pasmunt, van een geringer gehalte
dan 835 duizendste.

Voor de toepassing van het derde middel heeft het
echter geen toestemming weten te verkrijgen. De
Schweizerische Bankverejn (aan wiens resumé van de

boodschap ter zake van den Bondsraad aan de Bonds-
vergadering, wij deze bijzonderheden ontieenen), acht
het tijdstip nog niet gekomen, om te zeggen, tot welk

middel men zijn toevlucht zal nemen. Het is evenwel
van belang te constateeren, dat de circulatie van zil-

veren pasmint op 70 millioen geschat wordt, waarvan
de helft Fransch geld is. Tegenover een afvloeiing

van deze 35 millioen kan gesteld worden het vermogen
der openbare kassen nog 15 millioen Zwitsersche en
Belgische pasnrunt in circulatie te brengen, alsmede
liet feit, dat Frankrijk 5 millioen ‘zal terugzenden.
Met een aanzienlijke vermindering moet men aldus
evenwel iekening blijven houden.

J:Iieronder volgen de gewichtigste bepalingen van
het 25 Maart door Zwitserland, België, Italië, Frank-

rijk en Griekenland geteekende aanvullingsverdrag:
Art.
1.
De regeeringen van Frakrjk en Zwitserland
verpliahten zich, uit ‘hunne gebieden terug te trekken:
Frankrijk de Zwitsershe zilveren •pasmunt van
2
frs.,
1
fr.,
50
centimes en
20
centinies en Zwitserland cle Fransche
zilverstukken van dezelfde waarde.
Art.
2.
Drie maanden na liet
in
werking treden van dit aanvullingsverdrag zullen de openbare kassen van Frank-rijk, in afwijking
van
de bepalingen van artikel 6 van het
Mu.ntverdrag van 6 November
1885,
ophouden de Zwitser-
sche zilveren pasmunt aan te nemen; evenzoo zullen de
Zivitsersche kassen ten opzichte der Fransche pasmunt
handelen.
Art.
4.
Om in het gebrek aan •pasmunt, dat voor Zwit-
serland als gevolg van het aan de circutlatie onttrekken der
Fransche pasmunt zou kunnen ontstaan, .te voorzien, wordt
liet bij het aanvullingsverdrag van
4
November
1908 op

16 fr. per lioofd der bevolking vastgestelde kontingent pas-
munt voor Zwitserland vanaf de afkondiging van dit aan-
vullingaverdrag tot
28
frs. per hoofd der bevolking ver-
hoogd.

Art. 5. Zwitserland is gerechtigd, van het bedrag waar-
mede .het ibedrag der ingetrokken Fcansche munten het door
Frankrijk ingetrokken bedrag der Zwi tsersehe munten
overschrijdt, zooveel te behouden, als het noodig acht, om in
zijn behoefte te voorzien. Het moet Frankrijk binnen vier
maanden na het van kracht worden
vân
dit aanvullings-
verdrag mededeelea, hoeveel Fransohe pasmunthet wensch’t
te behouden.

Na de Fransahe pasniunt gecentraliseerd te hebben, kan
Zwitser3aud deze als idekIcing aanwenden vooi de uitgifte
van een gelijk Ibedrag zilvercertificaten in coupures van
2 fr., t fr. en 50 centimes.
– Art. 6. Wanneer Zwitserland binnen den ihierboven aan-
gegeven teimijn er de voorkeur aan geeft, binnen de grenzen
van het in art.
4
vastgestelde koutingent, tot het slaan van
nieuwe zilveren pasmunt over te gaan, dan moet het daar-
voor aanwenden
dl
vijffrancs-stukken van een staat der
Latijnsche Muntunie of Fransche zilveren pasmunt, die het
overeenkomstig art. 5 behouden heeft. –

Tijdens de ‘beraadslaging over liet verdrag werd van

regeeringszijde in den Bondsraad verklnkrd, dat •men
slechts in het uiterste geval tot de emissie van zilver-
certificaten zou overgaan, en dat ‘dit papiergeld in

ieder geval v66r 31 December 1921 door hard geld
vervangen zou worden.

Het aanvullingsverdrag is 1 Juli j.l. in werking ge-
treden en tot 30 September o.k. is de gelegenheid
opengesteld de Fransche stukkep van 2 fr. 1 fr., 50 en
20 centimes tegen Zwitsersch geld in te wisselen.

OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.

D e E con o m i s t. – ‘s Gravenhage, 1. Augustus
1920.

Prof. Mr. Dr. A. Heringa,
Modern Utopisme;
Prof.
Mr. D. van Blom,
Kanrttoekeningen tbijhet socialisa-tie-rapport;
P. J. Dobbelaar,
Over de opkomst van hot
Schi cd amsche korenwij nbrandersbed rijf.

Journal des Economistes. – Parijs, Juli
1920.

Yves-Guyot,
La réforme des chemis der for;
W M.
J.
Williams,
Le projet de finance britannique (1920);
J. Girard,
L’évolution actuelle de la législation fran-
çaise des pensions civiles et militaires; modificafin réalisées ‘depuis 1914 et réformes projetées (suite ét
fin);
R. Doucej,
La détermination des prix en temps
de crise de sousproduction;
A. Raffcclovich,
Le procès
d.i capital;
Fernand-Jacq,
La mise en application de
la bi sur le registre de commerce;
H.,
Les h6uéïux
itepôts;
A. Raffalovich,
Un grand fonctionnaire bri-
tannique;
B. L. L. Jij,
La ligue du libre-échange
(juiljet 1920).

B au k-A r ch i v. – Berlijn, 1 Juli 1920.
i. Prof. Dr. E. H. Vogèl,
Das finunzielle Protektorat
der Entente über Oesterreich;
Dr. 0. Heyn,
Wert-
basis und Deckunig des Papiergeldes.

Tijdschrift van het Koninklijk Aard-
i’ijkskuudig Genootschap. – Amsterdam,
Juli 1920,

D. H. S. Blaupot ten. Cate,
De Nederlandsche dui-
nen, beschouw-d in verband met bodembewe
g
ingen;
Dr; S. van- lTal/,enburg, Het
ontstaan der dalvormari in dc Zwitsersche Alpen;
Dr. H. J. Lulofs,
Taproba-
nt’s verrijzing op de oude wereldkaaa.t, II, slot;
W.
0. J. Nicuwert;amp,
Een vijf daagsche tocht naar het
binrenland van Soemba. Drie teekeningen met aan-
tdekeningen;
7ime6is,
De mijl v66r het jaar 1617;
J.
C.
v.
E.. Gegevens betreffende de onderafdeeling
West-Ceram.

,The geographical Journal. – Londen,
Juli 1920.

Prof. J. W. Gregory,
The African Rift vaileys; S.
Burrard,
A brief review of the evidence upon which
the theory f isostasy has been based.

750

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN.

25 Augustus 1920

MAANDCIJFERS.

III JKSPOSTSPAARBANK.

JUNI
1918 1919
1920

f

7.890.455f 11.551.334f
10.005.753

Terugbetalingen

..
,,

6.443.576
,,

8.877.602
,,

10.310.437

Tegoed der inleggers

Inlagen

…………

224.613.164
,, 256.288.803 ,, 264.255.748

Nom. bedr. der uitst.
.
/
staataschuidboekjes
2

30.586.000
,,

34.874.900
,,

40.064.650

Spaarbankboekjes:

op ultimo ………..
op ultimo …………

gegeven
10515
12.893
10.827
Aantal nieuw uit-

Aantal

geheel

af-
betaald
85
5.9
7.009
8.458

Aantal

uitstaande
.

.1

op ultimo
1.786.681
1.859.924
1.900.453

GIRO-OMZET BIJ DE NEDEItLANDSOHE BANK

Juli
1920
Juli
1919

‘p

Posten
Bedrag
Posten
Bedrag .;

Voor reke-
ninghouders

37.859

f1.931.931.811

28:267

f1.333.824.785
waarvan door
de H.-bank
plaatselijk…

14.715

,,1.517.064.083

9.251

.,l .021.821.566

Ter voldoe-

.
ning van
Rijksbelast.

1.563

,,

.10.956.4121

1.686. ,,

10.235.550

GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM.

Juli 1920

1

Pvsten

Juli 1919

1

Bedrag
Posten
Bedrag

Ontvangen en.
betaald:
in contanten. 102141

1
11.911.517 112930 t 10.453.600
door over-


schrijving
1).

57224

11
234.008.882 46704 ,,153.405.929
Particuliere
rekeningboud.

85992) ,, 22.236.082

52272) ,, 20.095.969
Saldo tegoed
part, rek.
uO.

,,
5.585.35611-

,,

3.782.946

2)
Inclusieve verrekeningen tusschen gemeentediensten, zijnde pIm.
/178.712.022,29
in de maand
Juli1920
en pIm.
f94.350.012,-
in de maand
Juli 1919.
9)
Aantal.

PRODUCTIE ‘DER KOLENMIJNEN.’) ‘

(Ontleend aan ,,Maandschrift Centraal Bureau Statistiek”)

Mei
Juui
Naam van de

1920

1
1919
1920

1
1919 Mijn

Staatsmijnen.

,,Wilhelmina”
41.034
49.094
44.479
45.680

,,Emma ……….
60.089 52.356
69.887
48.383

,,Hendrik ……..
28 640, 23.589
30.600
22.450
129.763
125.039
144.966

116.513
Totaal
. . . .

Particul. mijnen.

. .

Domaniale mijn
41.767
43.150 44.222
37.48

Mijn Laura en Ver-
38.06.1
44.869
43.047
39.200

Oranje-Nassau

59.938 62.428
68.966
56.567

eeniging ……..

Mijn. Willem So
mijnen (……..

18.275
14.102
18.925
12.373
158.041
164.549
‘175.160
145.624

phie’ ………….

Totaal ….

287.804
289.588 320.126
262.137
Totaal generaal

*) In tonnen.

, .1

Het ,,Maandschrift” ,teekent bij de cijfers aa:
zooals uit deze cijfers blijkt, was de productie in ‘de
maand Juni grooter dan in elk der . voorafgaande
maanden van 1920 en overtrof zij ook de maximum
maandpröductie in 1919 (Juli). De totale productie

in het eerste halfjaar 1920 bedroeg ruim 1.797.000 ton,

tegen ruim 1.655.000 ton in de overeenkomstige periode

van 1919, di. dus een toeieming van ± 142.000 ton

of ±’ 84 pOt.

OVERZICHT DER RIJKSMIDDELEN.

(In Guldens).


Juli
1920

Sedert
1 Januari
1920

Ou,crecn.

10m3t(ge
periode
1919

Directe belastingen.
3.074.305 11.510.283′
11.71 3.603

Personeele belasting
1.498.827
4.585.426
5.637.952

Inkomstenbelasting
7.895.054
52.909.858
‘31.754.331

Grondbelasting

……..

Dividend- en tantième
2.998.999
10.138.905
2.599.516
Vermogensbelasting
992.352

8.289.156
4.464.966
belasting …………

Accijnzen.
21.708.626 20.739.830
882.054 561.467
Suiker

……………3.374.352

196.019 27.468.988 17.346.678
1.179.819
766.286
.

.

2.093.988

1.339.491
511.330

Gedistilleerd

………4.
.

Zout
……………..160.920

Geslacht

…………
8.254
1
646
7.326.131

Belast. op speelkaarten
37.192
50.543

Bier

……………..325.9P3

Indirecte belastingen.

.1.179.400

Zegelrechten

……..
2
14.436.062
8
10.216.770

Wijn
……………..45.952

Registratierechten ..
7.200 161
32,816.041
17.648.232

3.221.028
19.784.171

17.927.738

Invoerrechten ………..
4.820.83
2

27.303.348
14.696.945

Gouden
en
zilveren wrken

Successierechten ……..

523.775
493.672

•Essaailoon
80
548
486

.

4
)
443 820 2.962.442
2.378.404

Belasting
………….70.306

Statistiekrecht

………
143.887
668.21
261.157

.

970.267 1.900.459

Btaatsloterj

……….
414.759 415.016

4iijnen ………………
Domeinen

………….95.260

Jacht en vissoherij

..
.58.710
200.214 202.551
.’9.057

165.229
895.770 613.028
.44.201.616 249.293.407
170.1 78.548

Loodsgelden

…………

Totaal ……….

OPOENTEN VOOR HET LEENINGFONDS 1914.

,,
Ii

1920

Sedert
1 Januari
1920

Overeen-
kom3tlge
periode 1919

Directe belastin gen.
Grondbelasting
615.787
2.305.047
2.346.336

Personeele belasting ..
260.192 857.643
1.012.755

Inkomstenbelasting

..
2.212.503 15.451.986
13.740.664

Vermogensbelasting ..
246.632 2.078.427 1.783.183

Dividend- en tantième-
.
989.670 3.345.838

Accijnzen.

belasting ………..

674.870
4.341.725
4.147.966
9.190
176.411
112.293
Suiker

……………

Gedist. (binn- en buitl.)
419.602 2.746.899
1.734.668
Wijn ………………

Indirecte belastingen..
Zegelrecht van buitl. ei 1.
33.161
304.904
419.662

Registratierechten .. ..
)

6
6
245

5.461.613
31.608.886 25.297.772
Totaal
. .
,.

BELASTINGEN IN VERBAND MET DE BUlTEN-

GEWONE OMSTANDIGHEDEN.

ju
t
1920

Sedert
1 Januari 1920

Oorlogswinstbelastiiig …….
11.175.186

69.553.028

Verdedigingsbelasting la ..

298.302

.

2.493.495

Verdedigingsbelasting Ib ..

1.578.956

10.325.998

Verdedigingsbelasting II

2.492.003

18.631.811

.

15.544.447

100.984.332

1)
Hieronder begrepen
f 540.633
wegens zegelrecht’ van
nota’s van makelaars en commissionnairs in effecten, enz.
(Beursbelasting).
2)
idem
f4.176.738.
8)
idem
(2.693.286.

Hieronder begrepen /
13,86
volgens de wet van

26
Maart
1920
(St.bl.
No, 157).

In de maand Juli
1920 is
ontvangen
f 5,83,
terwijl

over de eerste zes maanden van
1920 f 0,04
meer werd

terugbetaald dan ohtvangen.

25
Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

751

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.

KOERSEN.TE
NEW YORK.

N.B.

beteekent: Cijfers nog niet ontvangen.

GELDKOERSEN.

BANKDISCONTO’S.

(Disc. Wissels.
4
+
1Ju1i ’15 Zweeds.R.ksbk 7
19Mrt.’20
ed.,B1B.Eff
4
1Juli ’15
Bk.v.Noörw.6-6+
18Dec. ’19
Vrsch.inR.C. 54
19Aug.’14
Zwits.
Nat. Bk. 5 21Aug.’19
Bk. van Engeland
7
16Apr.’20
Belg. Nat. Bk.
54
2
8Apr.’20
Duitsche Rijksbk. .5
23Dec. ’14
Bank v. Spanje 5
12Nov.’19
Bk. van Frankrijk
6
8Apr.’20
Bankv.Italië.6
20Mei ’20
Oostenr. Hong. Bk. 5
12Apr.’15
F.
Res. Bk. N.Y. 6-7
4Juni’20
Nat. Bk. v. Denem. 7
19Apr.’20
Javasche Bank 34
1
Aug.’09

OPEN MARKT.

Data
Amsterdam
Londen
Part.
Berlijn
Part. Parijs
Part.
N. York
Calb
I
Part. Prolon.
disconto
gatte
disconto disconto
disc.
mone5j

21 Aug. ’26
4
1
/
1
)
68/4

6-7 ‘)
16-21 ,,

’20
31/,….4I/
6’/-‘/
4-‘!,

6-9
9-14

’20
3
3′!2
6’/
4’/,

6-7
2-7

,,

’20
3_
1
/
3
1
/,_4
6
1
4-14
4-
1
/e

6-8

17-22 A. ’19
41/)
5
36/s
4-‘!,

3V-6
19-24 A. ’18
2-‘/3
2’I,-3
317/,
2

4_1!

5’/6

20-24Ju1i’14
31/a_t1,,
2/4/g
2’/-/4
2
1
/,-‘/,
2
8
1
1’/4-2
1
/1

t
) Noteering von 20 Aug.1920. ‘) idem van 23 Aug. 1919.

WISSELKOERSEN.

WISSELMARKT.

Zeer vaste en zeer flauwe koersen hebben elkaar in de
afgeloopen week herhaaldelijk afgewisseld. Londen sloot
vast; van 10.98 vejbeterde de koers tot 11.075. Ook de
dollars bleven vast; heden werd voor 3.09 gedaan. Verder valt onder de vaste koersen ook die van den Zwitserschen
franc te rangsehikken; •koers heden 51.20. De beide andere
francs-deviezen waren eerder aangeboden; Parijs 21.95-
21.724, Brussel 23.45-23.20. De Marken waren flauw; van
0.50 kwam dc koers op 5.85. Heden veel vraag door dekkin-
.gei.t van baissiers; slot 6.10. Weenen kwam van 1.52 op
1.32. Zweden aanvankelijk zonder verandering; heden
wat vaster 62.75. Ook cle beide andere Skau•dinavische
deviezen, die de .geheele week eerder aangeboden waren, wer-den heden gezocht.

KOERSEN IN NEDERLAND.

D at
Londen
•.
Parijs
5)
Berlijn
5)
Weenen
5)
Brussel
5*)
New
York°°)

16 Aug. 1920..




23.40
3.02
3
1
17

1920.
.
10.99
1
1

21.974
6.42
1.50
23.374
3.02
1
/
18

,,

1920..
10.99+ 21.924
6.25
1.40
23.37
3.03′!,
19

,,

1920..
10.98
21.80
6.05 1.35
23.12+
3.04′!,
20

1920..
10.99+
21.82+
6.12+
1.37+
23.22+
3.06′!,
21

1920..






Laagste d.w.’)
10.96 21.60 5.85
1.30
23.10
3.01
1
!3
Hoogste
,,

,, 1)
11.03
22.10
6.52+
1.60
23.60
3.07
1
!,
13Aug. 1920..
11.-
21.87+
6.50
1.55
23.30 3.03
6

,,

1920..
10.92
21.65 6.50
1.60 23.07+ 3.02
1
1,
untpariteit.
.
12.10
48.-
59.26
50.41
48.-
2.48’1

) Noteering
te Amoterdam.
‘°)
Noteering
te Rotterdam.
t)
Particuliere op
g
ave.

i
a
0
Stock.
holm°)
Kopen-
hagen’) Chri,-
tiania°)
Zwitser.
land
5
)
Spanje
‘1
Batavia ‘)
telegrafisch

16Aug. 1920
– –


45.25
104-/
4

17

1920
62.60
45.90
46.-
50.274
45.75
104

!4
18

,,

1920
62.50
45.50 48.50
50.324
45.75
104-‘/4
19

,,

1920
62.45
45.40 45.40
50.50
45.75
104-‘!4
20

,,

1920
62.45
45.20 45.30
50.70
45.75
104- ‘/
21

1920


. – .

46.05
104-‘!4
L’stè d.
W.’)
62.10
45.-

50.10
45.-
104-/4
H’ste

,,

,,

‘)
62 80
45.80

51.
46.25
104-/4
13 Aug. 1920
62.50
45.60
45.60
50.20
45.40
104-
1
!,
6

,,

1920
62.25
46.10
46.40
50.-
44.75
104-‘!
Muntpariteit
66.67
66.67 66.67
48.-
48.-
100
5)
Noteering
te Am,tccdam,
1)
Particuliere opgave.

D t
aa
Cable Land.
(in

per)
Zicht Parijs
(in ets. per,)
Zichi Berlijn
(in c1.p.4Rm.)
Zicht Amsierd.
(In ci,. p. gld.)

21 Aug… 1920
3;60.25 7.06
nom.
Laagste d. week
3.65
7.06
nom.
Hoogste,,

,,
3.58.87
7.34
nom..
14 Aug. .. 1920
3.64.50
7.25
nom.
7

,,

..

1920
3.67.50
7.33
nom.
Muntpariteit.
.
4.86.67
5.18’/
95
1
/
40
1
!,,

KOERSEN VAN DE VOLGENDE PLAATSEN OP LONDRN
r.Plaat.cnen
Landen
Noleerings.
eenheden
7Aug.
1920
14Aug.
1920
16-21 Aug.
Laagste Hoogste
21 Aug.
I

1920

Alexandri8
. .
IPiast, p.
£
97
1
!,6

1

97
1
ho
97/,e
971/t6
977/je
5
B. Aires) . .
1
d. p.
£
56/8
57
5
!8
56/4
58
57
1
1,
Calcutta . . . .
£
p. rup.
1/10
7
/8
1/10-4
1110
1
!8
1110
7
/8
1110t!2
Hongkong ..
id. p.
$
4/2
1
!,
4/2
1
!,
412
1
!,
41’5
414
1
!3
Lissabon
. . ..
d. per
Mil.
13
3
!,,
12
11
1
!,
12
8
!4
12
1
!4
Madrid

….
Peset.
p.6

24.27
24.16 23.80 24.15
23.85
•Montevideo’
d. per
$
561/
57718

56
3
!4
58
3
/
5.7’/,
per
£
4.14 4.15
1
!2
4.05
1
!1
4.17
4.06
8
/
5
R.d.Janeiro.
.
.per Mil.
14
13”!,,
13′!16
13′
9
/,,
1
3
3
/t,
Rome

……Lires
p. £
71.-
73.38
73.50
78.-
77.25

Montrea…….$

Shanghai

..
£ p.
tael
5110
3
!4
5/10
3
/
4

5/10
614
1
!2
6/3
8
!4
Singapore

..
id.
p. $
2/326/32

21321132
214’ft2
2/8
7
/s
‘Valparaiso..
d.
p.
peso


11e/s
1
51
182 1126/
32

Yokohama
..
£
per yen
2/9
2/9
5
/,
29’12
2110
1
!4
2/10
IÇ.oer,en der vooratgaande
dagen.
1)
Telegroh.ch
translert.

NOTEERING
VAN ZILVER.
Noteering
te
Londen
te New
York
21
Aug.
1920
……..
63
101
8
!,
14

,,
1920
……..
59′!,
95
8
!8
f

7

,,
1920
……..
58’/s
95
31
Juli
1920
……..
56’/
93
5
/8
23 Aug.
1919
……..
60′!,’)
113’/
4

24 Aug.
1918
……..
49′!,
101
1
!8
20 Juli
1914
……..
24″!,,
1) Noteerng
van
22
Aug.
1919.

NEDERLANDSCHE BANK.

Verkorte Balans op 23 Aug. 1920.
0

Activ&.
Biuneul.Wis-( H.-bk.

f
22.322.024,79
sels, Prom.,

B.-bk.

1.979.719,14
ene.
in disc.!. Ag.sch.

70.957.078,35
95.258.822,28
Papier
o.
h. Buiteni. in disconto

“Idem eigen portef..
f
47.041.550,-
Af: Verkocht maar voor
debk.nognietafgel.

.

Beleeningen
,,

47 04l.55b.-
H.-bk.

(101.031.295,92
mcl.
vrsch.
B.-bk.

,,
28.025 978,51
t

n

rek.-crt.
op

onderp.

Ag.sch.

179.118.390,63

f308.175.665,06
Op Effecten

……f296.034.315,06
Op
Goederen en Spec.
,.
12.141.350,-
308.175.665,06
Voorschotten a.
h.
Rijk
……………..
..12.918.234,96′!,
Munt en Muntn,ateriaal
8
Munt, Goud
……
f
56.426.690,-
0
Muntmat., Goud
..

,,579.912.689,62

f636.339.379,62
Munt, Zilver, eng.

,,.
16.213.947,57
Muntmat., Zilver

Effecten
852.553.327,19

Bel.v.
h.
Res.londg..

f

3.668.159,62
1
1,
0
id. van
‘/,v. h.
kapit.

3.865.127,37’19
7.533.287,-
Geb.enMeub. der Bank
…………….
..3.594.000,-
Diver,e rekeningen
………………

..

24.438.238,43

f 1.151.513.
124
.92

Paasiva,

Kapitaal

………………………
f

20.000.000,-
Reservefonds

………………….

•5.000.000,-.
Bankbiljetten

in

omloop
…………..
1008.04 1.465,-
Bankassignatiën in omloop ……….
..1.260.490,33
Rek.-Cour.

Het Rijk
f

-.
4aldo’s:

J
Anderen
,,
108.319.832,75 108.319.832,75
Diverse rekeningen
………………

..8.901.336,84′!,

S

f
l.l5l.513.124,2’/,

/

t
752

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Augustus 1920

NED. BANK 23 Augustus 1920
(vervolg).

Beschikbaar metaahialdo
…………..f

428.235.40673

Op
de
ba8i8 van
2
/s metaaldelcicing ……
204.713.049,IP/s
Minder bedrag aan bankbiljetten
in omloop
dan waartoe de Bank gerechtigd is
.. ,,
2.141.177.030,-

Verschillen met den vorigen
weekstaaf:
M’cer

Minder
Disconto’s

.
……………
299.810,70/,
Buitenlandsche wissels……3.810.346,-
Beleeningen


4.459.657,25
Goud

………………..
7,65
Zilver ………………..
301.740,75/2
Bankbiljette 17.092.930,- Part. .Rek.-Crt. saldo’s

….

10.815.729,26

Voornaamste posten in duizenden guldens.

Bank-
Andere
Data
Goud
Zlltre,
.
tetten
.i
opeischl’are zenuwen

23 Aug.

1920

.. ..
636.339
16.214
1.008.041
IT
109.570

1

6

1920

….
636.339
15.912 1.025.134 109.288

9

1920

.
.
..
636.338
15.579 1.027.587
102.687
2

,,

1920

….
636.338
.15.351
1.046.620 96.508
26Juli

1920

….
636.338 15.015 1.017.208 124.828

23 Aug.

1919

….
638.640 5.868
987.544
66.650
24 Aug.

1918

….
707;424 7.953
922.122
69.883,

25 Juli

1914

….
162.114 8.228
310.437 6.193

Data
Totaal
bedrag
discontos

Âi7
promessen
rechtstreeks

I

2dec-
ningen
Metaal.
saldo
percon-
lage

23Aug.1920
95.259
11.000
308.176 428.235
58 16

1920
94.859
10.000
303.716
426.572
58′
9

1920
88.734

313.078
425.067
58

2

,,

1920
91.057

327.015
422.268
57
26Juli 1920
90.216

332.238
422.150
57

23Aug. 1919
86.775
28.000
240.259 432.844
61
24Aug. 1918
72.204 55.000
100.660
516.194
72

25 Juli 1914
67.94.7
14.300
81.686
43.521

)
75
t)
Op de basis
van
I/

metaaldekking.

Uit de bekendmaking van den Minister van Finaü-
cin blijkt, dat uitstonden op:

16
Aug. 1920

23Aug. 1920

Aan schatkistproxnessen

f
322.350.000,-
f
333.350.000,—
waarvan rechtstreeks bij
de Ned. Bank geplaatst

10.000.000,-

11.000.000,-
Aan schatkistbiljetten

2.390.000,- ,,

2.390 000,.
1
_
Aan zilverbons ………,, 52.833.220,75

52.858.424,25

JAVASCHE BANK.
Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrokken
cijfers der laatste weken zijn telegrphisch ontvangen.
1
Andere
Data

Goud

Ztltrer
1
Bank- . opeischb.
biljetten

schulden

14 Aug. 1920
554.000
7

,,

1920
546.000
31 Juli

1920
*15*
526.500

1
1

10 Juli

1920 ……
..203.778
6.000
835.477

187.652
3

,,

1920 ……
204.194
5.786
332.643

179.471
199.474 5.570
332.821

158.121
199.750
5.407
330.817

152.700
26 Juni 1920 …….

16 Aug. 1919 ……
147.735
3.229
271.096

91.144

19

,,

1920 …….

103.949
12.668
185.216

73.345
17 Aug. 1918 …….

25

Juli

1914………
22.057 31.907
110.172

12.634

1
Wissels,
,
1
Beochto-
Dek.
….
D

Dis.

hutten

Belee.

“”

baar

king,-
ata

contos

N.-Ind.

ntngen

re e.

metaal. percen-
ntngen
t)
betaalbaar

saldo

lager

14Aug.1920

33900

102.250
7 ,, 1920

334.000

103.500

**

31Juli1920

307.500

105.500
00
*

10Juli1920 2337 20.445 173.638 39.556 105.330

401

3 ,, 1920 27.153 16.906 171.792 38.545 107.744

41
26Juni1920 24.226 20.170 164.133 36.042 107.059

42
19 ,, 1920 19.987 20.856 163.373 36.498 108.661

42

16Aug.1919 12.300 17.172 169.375 21.061 78.742

42
17Aug.1918 7.580 24.259 70.885 25.947 65.082

45

25 Juli 1914 7.259 . 6.395 47.934

2.228

4.842′

44
– ‘) Sluitpoat der activa.

1)
Op
de basis van ‘/ inetaaldekking.

DE SURINAAMSCHE BANK.
Voornaamste oosten in duizenden guldens.

Dato
Metaal
Ctrculatie
Andere
opeischb.
schulden Disconto’s
.
Div. reke.
ningent)

17 Juli

1920

..
1.071
2.113
973
1.644
178
10

1920

..
1.072 2.144
940
1.687
201
3.

,,

1920

..
1.072
2.128
964
1.691
155
26 Juni 1920 ..
1.072
1.900 1.111 1.666 356

19 Juli

1919…
935 1.469 985
1.505
413
20 Juli

1918

..
60
1.423
832
1.138 613

25 Juli

1914

..
645
1.100 580
735
396
1)
Sluitpost der activa.

BUITENLANDSCHE BANKSTATEN.

BANK VAN ENGELAND.

Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes,
in duizenden pond sterling.

Data
Metaal
Circulo lie
Cu,rcncj, Notes.

Bedrog

I
Goudd.
Gov. Sec.

18 Aug. 1920
123.081
124.845
358.412 28.500
327.809
ii

,.

1920
123.068 125.528 363.393 28.500 333.358
4

1920
123.108
126.489 366.680 28.500
336.481
28 Juli

1920
123.234
125.369
361.911
28.500
331.529

20 Aug. 1919
88.269
79.501
334.272
28.500
318.736
21 Aug. 1918
68.665
56.749
267.005
28.500
214.359

22 Juli

1914
40.164
29.317


Data
Go,,.
Sec. Other
Sec.
PublIc
Depos.
Other
Depos.
Re.
serve

Dek.
ktngs

18Aug.’20.
58.508
76.117
16.115 117.135
16687
12,50
11

’20 68.250
73.806
15.999
124.019
15.990 11,40

4

.

’20
76.266 74.789
17.462
130.686 11.069
10,20

28Juli ’20
59.912
75.481
15.149
118.650
16.315 12,20

20Aug.’19
26.418.
83.015 23.397
95.219
27.218
22,94
21Aug.’18
58.422
98.951
53.698
135.996
30.366
17,90

22Juli ’14,
11.005 33.633
13.735
42.185
29.297
52
1
/8
t)
Verhouding
tuaschen Reserve en Deposita.

DUITSCHE RIJKSBANK.

Voornaamste posten, onder bijvoeging der Darlehens-
kassenscheine, in duizenden Mark.

Data
Metaal
Daarean
Goud
Kassen-
achetne
Circu-
latie

Dek.
k
perc.
tngs-
1)

15 Aug. ’20
1.098.535
1.091.674
17.964.366
56.461.863
34
7

,,

’20 1.098.249
1.091.678
17.648.143 56.060.462
34
31 Juli

’20
1.096.206 1.091.677
17.829.748 55.632.255
34
23

,,

’20 1.097.807 1.091.715
17.254.498
53.983.147
34

15 Aug. ’19
1.126.255 1.096.662
8.582.324 28.443.137
34

15 Aug. ’18
2.467.833
2.347.761
1.928.371
1
2.9
2
9.
72
51
34

23 Juli

’14
1.691.398
1.356.857
65.479
1.890.8911
93
t)
Dekking
der circulatie door metaal en Knocnacheine.

Data
Wtstels
Rek. Crt.
Darlehenskassenscheine

Totaal
in kas hij de
uitgegeven
Reichsl,ank

15 Aug. 1920
44.550.576
15.572.929
31.233.500 17.920.800
7

,,

1920
42.242.412
12.975.818
31.015.400 17.823.500
31 Juli

1920
48.427.450
19.834.069
31.279.300
17.831.100
23

,,

1920
39.452.371 14.595.463 30.497.100
17.212.200

15 Aug. 1919
26.410.137 6.282.357
20.360.000
8.560.100
15 Aug. 1918
15.967.678
8.123.912
9.885.000
1.911.800

28 Juli

1914
750.892 943.964
– –

OOSTENRIJKSCH-HONGAARSCHE BANK.

Voornaamste oosten in duizenden Ilronen.

Data
Metaal en
buitenl.
goudwissels
Dis.-. en
beleentngen

ijz. schuld
I.Oostenrlik
n Hongar
ij
e

Bank.
biljetten
I

1
Rek. Crt.
saldi

7F
e
b.’2019
290.428
19.251.400
32.954.000
56.994.022
6.057.646

31Jan.’201
291.083
19.162.543
32.954.000
56.772.802 6.220.536

31Dec.’191
287.640
19.196.063
32.954.000
54.481.264
7.906.378
23

,,

‘191
297.363 17.856.786 32.954.000
53.109.418
7.641.778

23Juli ‘1411.589.267
954.356

2.159.759
291.270
1)
waarvan 222.662 goud. 10.818
buitenlandsche
goudwiosela en
56.948
munt
en muntmatariaal zilver.

25 .Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

753

BANK VAN FRANKRIJK.

Voornaamste posten in duizenden trance.

Data
Goud
Waarvan
In het
Buitenland
Zilver
Te goed
in het
Buitenland

Buil.gew.
vootad,.
a/d. Slaat

19Aug.’20
5.590.036
1.978.278 254.202
651.333
25.800.000
12

’20
5.589.774 1.978.278 248.022
685.469
25.800.000
5

,,

20
5.589.479
1.978.278
247.980
600.178
25.900.000
29 Juli 20
5.589.174
1.978.278
247.636 618.975 25.550.000

21 Aug.’19
5.572.285
1.978.278
297.685 907.892 23.500.000
22Aug.’18
5.434.831 2.037.108
319.173
1.572.721
19.150.000

23 Juli’141
4.104.390

639.620

Uitge-
stelde
Wissels
1

Bv/ee.
nlng
Bankkil..
jellen

Rek. Cel.
Paril-
culieren
Crt.

I

Rek.

.
Slaat

1.980.083
497.046
1.948.034
37.899.776
3.203.750
129.839
1.965.153
499.359 1.069.326 38.046.323
3.319.643
69.561
2.360.513 503.592
1.918.835
38.213.259
3.235.152
56.974
cr
2.032.907 508.039
1.917.244
37.695.875
3.308.666
109.618

1.
912.437
726.803 1.251.568
35.064.119 2.969.322
56.899
871.123
1.066.088
829.814
29.423.8263.715.699
162.078

1.541.080′

769.400
5.911.9101
942.5701400.590

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.

Voornaamste posten in duizenden trance.

1
Metaal
1

md.
Be!een.
.
1

Binn.
Rek.
t

50
J

bulten!.
1

von
1

bulten!,
van
prom. d.
1

wissels
1

en Clee,,-
lalie

.
Cr1.
1

na/dI
J

vord,.,.
p,oelnc.
1

kelven.
portie.

19Aug. ‘201356.943 84.653
480.000
713.137
5.504.260
1.614.870
12

,,


20
1
356
.
693

84.653
480.000 696.846
5.485.314
1.602.293
‘20356.974
84.653
480.000
721.883 5.464.632
1.571.854
29Juli ‘
20
1
356
.
511

84.653
480.000
720.648
5.387.493
1.505.623

VEREENIGDË STATEN VAN NOOPD-AMERiKA.

IEDEBAL BESERVE BANKS.

Voornaamste posten in duizenden dollars.

Dato
Goudvoorraad
Zilver
cie.
Notes In
ct,cu-

Totaal
Dekking
In liet
_______________
bedrag
I
F. R. Notes
I

buitenl.
.
laile

30 Juli

’20
.

1.977.704 1.302.605
111.531
150.936 3.120.138
23

’20
1.983.271
1.303.866
111.531
150.741
3.118.205
16

’20
1.971.421
1.297.218
111.531
147.626
3.135.893
9

,,

’20 1.971.316
1.288.096
111.531
136.877
3.180.948

1Aug. ’19
2.088.475
1.183.304

67.852
2.506 820
2 Aug. ’18
1.980.896
939.611
9.696
54.02211.906
465

D
w

t
Totaal
Deposilo.
Gestort
Kapitva!

Algem.
Dek-
kings_
perc.
t)

Percent.
Goud-
detkir,p
clnu!.

80 Juli

’20 2.836.935′
2.408.309
95.225 44,2 49,2
23

,,

120
2.823.450
2.457.977
95.008
44,4
49,5
16

‘.20
2.846.619
2.577.495
94.730 43,9
48,7
9

,,

’20 2.934.184 2.505.216 94.639
43,1
47,5

Aug. ’39
2.222.730 2.585.798
83.532 47,2
61,4”
2 Aug. ’18
1.480.104
2.090.397
76.518 49,3
7.8,1′
t’)
Verho uding tu,ochen: den totalen goudvoonasj. Zilver etc.. en d
opeiochbare schulden: F R.
Notes en netto depooitop.
5)
Na aftrek
vhn 35 pCi der totale dekkingsmidde!en als
dekking
voor
de
netto
deposiioe.

..,PARTICUL1EBE BANKEN AANGESLOTEN BiJ HET

FED. RES. STELSEL.
Voornaamste posten in duizenden dollars.
Data

Aantal
1

Totaal
1

uitgézelte
1
Reserve
bij de
Totaal
Waarvan
time
banken
1

gelden en
F. R. haaks deposltos
de poalt, b eleggingen

23 Juli ’20
814
16.916.291
1.388.021
14.274.099
2.715.438
16

,,

’20
813
16.977.619
1.421.524
14.364.333
2.693.632
9

20
814
16.904.770
1.402.700
14.204.512
2.698.969
3

’20
814
16.925.893
1.445.713
14.294.352
2.700.371

25 Juli ’19
769
14.379.983
1.318.281
12.737.991
1.7b9.774
26 Juli ‘181
725
12.668.3691
1.150.922
11.132.555!
1.426.697

Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven
van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

EFFECTENEEURZEN.

Amsterdam, 23 Augustus 1920.

Het is opmerkenswaardig, hoe weinig bizonder’heden van
de ‘buitenlandsche beurzen zijn mede te deden. Het verloop
is nergens buitengewoon geweest, ondanks de voorvallen
op internationaal gebied, die in meer normale tijden zeer
zeker aanleiding tot hef tige koersfluctuaties gegeven zouden
hebben. Alleen te Berlijn kan van een tendens gewag wor-
den gemaakt, •die in nauw verband staat met de gebeurte-
nissen aan de oostgrenzeu van het 1)u’itsche Rijk. Doch
noch te Parijs, noch te Londen, noch te New York heeft de
effectenmarkt den weerslag op de oorlogs- en politieke voor-
vallen geleverd.

Voor B e r 1 ij n is ‘het het meest begrijpelijk, dat de wis-
seling der koersen in onmiddellijk verband staat met de
Poolsche politiek. Er was reeds een toenadering te ontdek-
ken tusschen •de leidende politieke kringen in Moskou en
‘Berlijn; zelfs verluidde
r
dat de successen dr Boisjewiki
en de afscheid-ings-politiek ‘van Frankrijk een nauwere
aaneensluiting -tussehen Daitschlan-d en Engeland teweeg
zou brengen. Dit alles is thans weder door de Poolsche
successen op losse schroeven gesteld. Dat

dit laatste wer-kelj:k als een nadeel voor Duitschiand’s toekomst wordt
besohouwd, moge blijken uit de reactie van de Reichsmark over de geheele wereld. Wel hebben de onlusten in Opper-Sil’izië tot deze teruggaande bewegFng het hunne bijgedra:
gen, doch het beginpunt moet worden gezocht in het wijken
der Ronde Russisohe troepen.

Valuta-waarden konden natuurlijk van dezen gang van
zaken opnieuw profiteeren, ongeveer in dezelfde mate als
montaanwaarden een reactie onder.gingen. Toch waren de
onizetten van zeer ‘bescheiden aard en viel eerder eeh stem-ming van afwachten te constateeren. Men geloofde nog niet
vast aan het blijvend succes der Poolsche .troejen en ging
derhalve met het enta’meeren van affaires, die op dit succes varen gebaseerd, met eenige voorzichtigheid te werk:
Zooals gezegd, hebben de beurzen te L o
ii
d e n en te
P a r ij s in nog veel geringer mate den invloed van de
gebeurtenissen in het Oosten ondergaan. Te Parijs was men
nogal verontrust over de voortdurende stijging van .-den dollar. Niet wijl men op dit oogen’blik :dringend -dollar-valuta behoeft (de aankoopen, benoodigd tot aflossing in
October aanstaande van de Anglo-Frenoh Loan, voor zoover
het Fransche gedeelte betreft, schijnen reeds ‘te zijn geëffec-
tueerd), doch naar verluidt is men doende met ‘het afsluiten
van een nieuwe Amerikaansohe leeniag, die, als zij tot
stan’d zou komen, de Fransche handelsbalans niet weinig
zou verlichten, doch welke mislukking het gevaar met
zich brengt, dat de dollar nog honger in waarde zou worden
opgevoerd, terwijl het ‘bovendien voor het financi.eele pres-
tige van Frankrijk niet zeer bevorderlijk genoemd zou kun-
nen worden. Alleen petroleumwaarden mochten zich in zeer
groote belangstelling verheugen, zulks in verband met de
golf van belangstelling, ,die vdor deze waarden over de
geheele wereld op ‘het oogen’bl-ik bestaat.
Vanuit Londen zijn geen berichten van eenige beteekenis
tot ons gekomen. ‘Behalve •petro

leumfondsen waren hier
rubberaandeelen nog steeds gezocht, echter niet in die mate,
als het slot van de vorige berichtsperiode ‘had kunnen doen
verwachten.

Ook te N e w Y o r k is •de tendens uiterst kalm gebleven.
Groote variaties ‘hebben zich ‘hier niet voorgedaan, ‘met
uitzondering dan alweder van aan-deden Koninklijke Petro-
leum Maatschappij.
Van onze beurs ‘daarem4tegen is meer nieuws te vermelden.
In de eerste plaats konden
staats-
en andere
beleggings-
fnciseiv zioh
in uitgebreider vraag verheugen, dan sinds
langen tijd het geval is ‘geweest. Voor een deel ‘hebben de
lage geldkoersen ‘hiertoe het hunne bijgedragen, doch aan
dèn an-dererf kant schijnt veel van ‘het ‘Ier -belegging beschik-
bare geld in solide, vaste-rente dragende effecten te worden
belegd, nu de specula-tieve geest uit ‘de overige markt-afdee-
lin’gen Of eenigszins verdwenen is, Of ‘te wilde vormen ‘heeft
aangenomen. In ieder geval konden de koersen onzer staats-
en Indische fondsen zonder uitzondering ‘monteeren, voor
enkele slechts fractioneel, voçr andere in aanzienlijke mate.
In huitenlandsohe staatspapieren ging slechts zeer weinig om; althans in de open markt. Zuid-Amerikaansche soorten
bleven eenigszins gevraagd.

17Aug. 20Aug.23 Aug.
Rizigof

5
O/
Ned.
W. Sch
. ……
86/

861/
1
’87
1
/

+ 11/16

44 0/

,,

,,

,,

1916 841/
4

84/
4

84 7f

“f” /io
4 0/

,,

,,

1918 76

76/

77 1/4

‘f’ Pl4
33, 0f

,,

,,

,,

. . . .

60

60/8

60/8 -f
/o
3

0
/0 ,,

,,

,,

….

51/j

51
11
/

52

+°Iit

754

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 Augustus 1920

17 Aug. 20 Aug. 23 Aug.
9zigoI

234
0
/0
Cert. N. W. S.

….
44t/
44/
44/8
+
1/1

5

°
/o Oost-Indië 1915

. . .
90/8
91
1
/
91
1
/
+
1/8

4

0/ Hongarije Goud
6 6
6
4

0
1
0
Oostenr. Kronenrente
58/8

51/4
5’/
,

ijs

5

0
/
0
llusland 1906

……
14
131/,
141/4
+
8/4

434
0
/
0
lwangorod Dombr…
13
12
0
/1s
13’I
+
‘/

4

0/ Rusland

Cons.

1880
12/8
12’/
12’/

8
/8

4

0/
RusI. hij Hope
&
Co.
15
8
/te
14io
1411/io

4

0/

Servië

1895

……
18 18
16

2

434 0/ China Goud 1898

..
538/
4

538/
4

538/
4

4

°/
o
Japan

1899 ……..
491/
s


4

0/
Argentinië Buitenl..
.
50Is
50
7
1
.50I8

5

0/

Brazilië 1895

……
541/4
548/
4

548/
4

5

0/

1913

…….
518/4
518/
55
4..
3
1
14

Het centrum van den handel •concen-treerde zich echter

op
petroleun’vwaarden.
Reeds tegen het- slot van de vorige
berichtsweek was bekend geworden, dat een nieuwe emiSsie
van de Koninklijke Petroleum Maatschappij te verwachten
was ek waar een dergelijk bericht op andere fondsen steeds een -deprimeeren’den invloed ‘heeft (uit hoofde van de ver-
watering van kapitaal, ‘die er veelal van wordt gevreesd)
heeft liet verleden van de Kon’inklij)e steeds bewezen, dat
het nieuwe kapitaal onmiddellijk zijn vruchten opbrengt.
Niet alleen dit, doch een nieuwe uitgifte van aandeeleri
brengt gew’oonlijk ‘het uitreiken van een ,,’bonus” aan aan-
deelhouders met zich mede en •hierop speculeerende, wordt
deze bonus als regel reeds maanden tevoren in het koerspei’l
verdisconteerd. Zoo is ‘het ook thans gegaan. Hoewel de
uitgifte eerst in November, vermoedelijk althans, zal plaats
hebben,’ werden thans allerwegen grobte kooporders ge-
plaatst, clie slechts bevredi:ging konden vinden ‘tegen zeer sterk verhoogde prijzen. ‘Niet alleen de zu’ivere speculatie,
doch ook de ‘beleggi-ngsmarkt werd ‘in den -maalstroom be-
trokken en naar verluidde, was er een goed aantal insiders,
dat opnieuw en grooter belang bij het fonds nam. Hoe ‘het

zij,
bijna onafgebroken vond de rijzing gedurende de achter
ons liggende dagen plaats; kwam er op een enkelen dag al
eens, een reactie ‘voor, den volgenden d’ag werd ‘deze ruim-
schoots door nieuwe -koersverheffiugen ingehaald. Het tee-
kenen’de hierbij was, dat onze beurs de leiding der wereld-
beweging nam; zelfs op •dagen, dat N’ew York en Parijs onveranderd of lichtelijk in reactie waren, kon -hier toch
nog een sterke stijging worden geconstateerd.
Het behoeft geen verwondering ‘te wekken, dat deze be-
weging oversloeg op de overige petroleumwaardeu. Aan-
cleelen Geconsoli’deerde konden ook in ruimte, mate profi-
‘teeren van •de ,,oliegolf”, rterwijI voorts ‘aa’n’deelen Orion in
groote posten verhandeld en uit de markt werden genomen.
Het gerucht van overneming dezer Mij. dook ook weder
op, hoeriel hiervoor thans ‘niet de minste aanleiding ‘bestond.
Als tweede afdeeling, die zich door uitermate levendige
omzetten onderscheidde, dient hier te worden genoemd de

tabaksinarkt. Op
den laatsten ‘dag der ‘berichtsper’iocle is het
hier tot bijzonder grooten ‘handel gekomen tot de hoogste,
gedurende de berichtsperiode bereikte prijzen. Naar het
schijnt, was er uiterst weinig materiaal aan de markt, zoo-
dat de vraag, clie ontstaan is door het vooruitzicht op goede
prijzen gedurende ‘de ‘aanstaan’de najaarsveilingen (in ver

band met ‘het ‘verminderen ‘der concurrentie ‘door de fusies
van den laatsten tijd) niet kon worden bevi-edigd, dan
tegen sterk verhoogde koersen. Een teekenend voorbeeld
hiervan is wel •dc beweging, of liever het gebrek aan bewe-
ging, in nandoelen Med’an Tabak Maatschappij. Gedurende
een drietal dagen kon in ‘dit fonds seen noteering tot stand
komen, eenvoudig omdat ei’ tegenover de ‘zeer groote vraag
practisch geen aanbod bestond. De afdeel’ing verlaat de week
in zeer vaste ‘houding en op de hoogste ‘prijzen.
Overigens ‘heeft onze’markt biet veel levendigheid ‘te aan-
schouwen gegeven. De
.suikermarkt
was eerder aan den
flau’ven kant, nu de suikerprijzen uit Amerika voortdurend
een lager ‘niveau ‘te aansohouwen geven. Weliswaar ‘hebben
de prijzen in Indië zich ‘hieraan nog niet aangepast, doch
de ‘bern-s ‘is op de verwachting, ‘dat dit wel zal geschieden,
vooruit geloopen en heeft het mogelijke feit in lagere ‘koer-sen verdiscon’teer’d. Een andere reden ‘voor ‘het gebrek aan
belangstelling en voor ‘het afbrokkelen der prijzen ‘is te
vinden in de omstandigheid, dat de speculatie zich bijna
uitsluitend in petroleum en tabakkeri heeft begeven, zoodat
Of in ‘suikerwaarden tot realisaties wordt overgegaan, Of de
verminderde vraag vanzelf eenige reactie uitlokt. –

Van
industrieele fondsen dienen ‘hier te worden gerele-
veer’d aa,ndeelen Oliefabrieken Insu’linde •en Philips Gloei-
lampenfabrieken, die ‘beide tot lagere prijzen werden ver-
handeld.

17Aug. 20Aug. 23Aug.
Rzig of

Amsterdamsche Bank

. .
..’
180
3
/8
180
8
/8
182
+
l/s
Ned.Handel-Mij. cert.v.aand
232
1
/4
231/2
227

51/
4

Rotterd. Bankvereeniging
136/4
136
7
/8
137
+
1/4

Amst. Superfosfaatfabriek
135
1
/2
138
138
+
2
1
/2
Van Berkel’s Patent ……
128

‘126

125

3
Insulinde Oliefabriek

. .
..
190
1
/
187 184
1
/2

6
Jurgens’ Ver. Fabr. pr.aand.
9912/u
99lb/1

l00’/
+
2
/28
Ned. Schéepsbouw-Mij

….
120
1
h
120
1
/i
1221/1
+
2
Philips’ Gloeilampenfa.briek
979
1
1
930
940

89’/2
R. S. Stokvis &. Zonen ….
594
594
594
Vereenigde Bliklabrieken.
.
131
1308/
4

130/4

1
/4
Coinpania MercantilArgent.
316
1
/,
310
302
14
1
/3

Cultuur-Mij. d. Vorsteuland.
372
1
/
370
3601/

12
Elandelsver. Amsterdam

..
797
.790
770

27
Hoil.
Transatl. Ha.ndelsver.
101
101
101
Linde Teves
&
Stokvis


199
1
/2
199
197
‘/,
—2)
VanNierop&Co’sHandel-Mij.
187
1871/
4

164/4
221/
4
*

Tels
& Co’s
Handel-Mij
….
139
139
139
Cecons. Hou. Petroleum-Mij,
267
286 289
+
22
Kon. Petroleum-Mij .

……
724
760
778
+
54
Orion Petroleum-Mij…….
76
80
79
5
/
+
3814

Steaua Romana Petr.-Mij…
163

163
1
/2
165
+
2,
Amsterdam-Rubber-Mij……
231
1
/j
233
235
-.f-
3/,
Nederl.-Rubber-Mij.

…….
1228/
4

124
125
+
Oost-Java-Rubber-Mij.

….
409’/
411
409

3
/4
Deli-Maatschappij

…. . ….
5O1’/i
531
512
1
/2
+
41
Medan.Tabak-Maatschappij.
318
1
/2
319 319
+ Vi
Senembah.Maatschappij
.. ..
58.0
613
637
1
1
+
57
Vi

* ex dividend.

Rubbers
varen kalm, doch vast.
Scheepvaart fondsen
daar-
entegen zeer sterk in reactie, hetgeen vooral
een tegenstel.
ling vormde met cle opleving van de laatste
weken.

17 Aug.20
Aug.
23Aug:
Riziof

Holland-Amerika-Lijn

– . ..

415
395 392


—23
,,,

,,gem.eig. 400
380
375

25
Holland-Gulf-Stoomv.-Mij.

.
225 220


220

5
Roll.
Alg. AtI. Stoomv.-Mij. 151
1
/4

Hollandsche Stoomboot-Mij. 174
176
176
+2
Java-China-Japan-Lijn
….
264
260 255

9
Kon. Hollandsche Lloyd
.

1678/
4

161
1
/2

160
1
/2

7’/
Kon.

Ned.

Stoomb.-Mij.

..

204
1
/
199
1
h
199’/2

5
Kon. Paketvaart Mij…… 207
206 203

4
Maatschappij Zeevaart
….
240

240 240
Nederl.

Scheepvaart-Unie.. 243
237
234

9

ilI

Nievelt

Goudriaan

……500
500
495

5
Rotterdamsche Lloyd ……

243’/8
236
1
/
235

8
1
12
Stoomv.-Mij.,,Hillegersberg” 245
247
247

,
+
2

,

»

»
Nederland”

. .
289 288
281

S

,,Noordzee”

– –

110
110
110
,,Oostzee”

242 245 245
+ 3

De
Amerikaansche markt
was zeer vast, in hoofdzaak als geolg van den vasten dollarkoers. Vooral in obligaties wer-
den nogal omzetten tot stand gebracht.

17 Aug. 2u Aug. 23 Aug.
RjzocI

American Cai
&
Foundry.
158’h

1601/16

160
1
/1

+
2

9
Anaconda Copper

……..
l25’/n

127
1
/,6
12

+
3
15
1Ii
Un. States Steel Corp…..
1O4’/s

lOS’/s
108

+
37/

Atchison

Topeka

……..
96’/4

97v/8
98
1/,

+
2V
Southern

Pacific

……..
109

110
11115/10 +
2
1
/ti
Union Pacific

…………
138’/,

10
141

+ 2/2t
Int. Mere. Marine orig. Com
.
29/8

30
1
/4
3l/io

+ 1/16
prefs.
90

93
90

De prolongatiokoers is iets gemonteerd in, verband met de
Jevendige aankoopen in hooggeprijsde aandeelen van de
laatste ‘dagen. Prolongatie -monteerde tot
434
pCt. –

GOEDERENHANDEL

GRANEN.
24 Ajgustus 1920,

Het aanvankelijk zoo gunstige weer voor het binnenhalen
der oogsten in Westelijk Europa, is plotseling omgeslagen
en de zware neerslag zal ongeto’ijfel’d schade berokkenen
aan hetgeen nog •te velde staat. Gelukkig
ii
reeds een be-
langrijk deel binnengehaald. In Italië is het integendeel de
droogte die sohade aan den oogst heeft berokken’d. De
schatting van de totaalopbrengst aldaar is -niet gunstig
en het land zal aanzienlijke hoeveelheden moeten invoeren.

25 Augustus 1920

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

755

Noteeringen.

Locoprijzen te Rotterdam/Amsterdam.

Chicago

Buenos Are

Dato

Tarwe

Ma
ra

Haver

Tarwe

MaY*

L(jnzaad
Dec.

Sept.

Sept.

Aug.

Sept.
I
Sept.

21Aug.’20
233 142
1
/a
66814

19,30)
9,50
26,-
14

,,

’20
2541/
8

148/a
69
5
/8
23,50 9,65
25,70
21Aug.’19
226
185
73
1/
4

16,002) 9,45
37,40
21

,,

’18
228
1631/2
8)

72

2)
10,752)
6,05
26,20
21

,,

’17
210
2)

108/4
2)

53
2
/s
17,452)

11,-
22,20
20 Juli’14
82
1)
568/
8
I)
36V2
9
9,40
2
)
5,38
1
)
13,70
1
)

2)
per Dec. ‘) per Sept,
2)
per Aug.
4)
per Febr.

Soorten.

23Aug.
1

16Aug.

23Aug.
1920

1

1920

1

1919

Tarw€
5

…………..
2
)
34,75
35,50
Rogge (No. 2 Western)
1)
29,75
31,-

Mais (La Plata)

……
2
)
345,-
340,- 410,-
Gerst

…………….’)
445,-
438,-.
450,-
Haver (38 Ib. white cl.).
.1)
21,- 24,-
20,25
Lijukoeken (Noord-Ameri-
ka van La Plata-zaad)’.)
217,50
212,50
310,-
Lijnzaad (La Plata) ….
)
765,-
765,-
1050,-
1)
p. 100 K.G.

2)
p. 2000
K.G.

1)

p. 1000 K.G.

4)

per
1960 K.G.

5)
Hard/Red Winter Wheat
nr. 2.

AANVOEREN in tons van 1000 K.G.

Rotterdam

Am3terdam

Totaal
Artikelen.

16-21 Aug.
1

Sedert

Overeen!.

16-21 Aug.
1

Sedert

1
Overeen!.
1920

1 Ja,,. 1
9
20

tijdvak 1919

1920

1
1
Jan.1920
1
tijdvak
1919

1920

1

1919

Tarwe ……………17.005
308.339
279.446

95.521
45.354 403.860 324.800
Rogge

……………10.074
73.400
66.230
-.
515
19.953
73.915
86.183
Boekweit

………….-
2.825
3.602



2.825
3.602
Mais

…………….
226.719
76.986

41.079
5.488
267.798
82.474
2.500
22.379
125.103

918 62.315 23.297
187.418

20.408
150.965


7.333 20.408 158.298

Gerst

………………
.6
..225

298
27.356
41.062

9.798 12.919
37.154
53.981

Haver

…………….
Lijnzaad ………………
3.249
29.771
34.640

1.406 200
31.177
34.840
Lijnkoek ……………
Tarwemeel ……………
394
19.575
192.243
-.

37.435
19.575
229.678
ni
Andere

eelsoorten ..

2.432

9.783

144.316

100

10.708

9.883

155.024

In Noord-Amerika blijft men spreken van zwarte roest-
Op de
II
o 11 a n d
S C
h e markt ging er
zoo
goed als niets
schade, doch daarentegen in het Noord-Westen woidt de
om. Loco geraffineerd wordt aangeboden tot
f
109 zonder
oogst van wintertarwe buitengewoon gunstig beoordeeld.
koopers te vinden.
In Argentinië is het veer te droog en indien niet spoedig
Op J a v a zijn prijzen belangrijk gedaald en werd ready-
regen valt, zou dit aanleiding kunnen geven tot schade aan
suiker verkocht tot
f
50 e.k., tot welken prijs er thans geen
dc tarwe- en lijnzaadoogsten.
koopers meer zijn. De afschepingen in Juni en Juli bedra-
De termijnmarkt te Chicago is aanzienlijk gedaald, doch
gen 45.000 resp. 181.000 tons, tegen 122.000 resp. 142.000
de verschillen in disponibele tarwe zijn aanmerkelijk ge-
tons rin 1919.
ringer. Bovendien is het voortdurend stijgen van den dollar-
Op de N e
w
Y o r k
5
Ch e markt heersoht voortdurend
koers

oorzaak,

dat

de prijzen in Europa van Noord-
eene flauwe stemming en zijn spot centrifugals verder ge- Amerikaansche tarwe bijna niet lager uitkomen. daaid tot 12.04,. terwijl suiker op termijn genoteerd wordt
Er zouden eeni.ge partijen tarwe uit het Zuiden van Rus-
als volgt: September 10.35, October 10.30, December 10.20,
land verscheept zijn, doch ‘de hoeveelheden zijn nog uiterst
Januari 9.50, Maart 9.20.
gering en men mag niet verwachten, dat er veel meer van
De laatste C ub astatistiek luidt:
die streek

zal

komen.

Daar

Roemenië

zelf

een

kleinen
1920

1919

1918
oogst van tarwe heeft, zal ook dit land dit broodgraan niet
Weekontvangst tot 14Aug.

26.000

30.000

24.063 tong
kunnen uitvoeren, doch de oogst van mais belooft overvloe-
Totaal sedert 1 Dec. 1919. 3.473.563 3.599.288 3.117.580
clig te worden, zoodat het tekort aan tarwe gemakkelijk
Werkende fabrieken

5

5

8
door mais gedekt wordt. Bovendien wordt er nu reeds regel-
Weekexport

tot

14 Aug.

32.500

58.036

53.378
matig

Roemeensche

mais geoffreerd, welke hoofdzakelijk
Totaal sedert 1 Jan. 1920 3.348.610 2.568.195 2.379.891
naar Zuid-Europa gegaan is, doch nu ook reeds algemeen
Totaal voorraad op 14Aug.

363.000

974.625

615.450
op cle Engelsche en Nederlan’d.sohe markten aangetroffen
wordt. iTet monopolie van Piata Mais is hierdoor eenigs-
NOTEERINGEN.
zins

gebroken.

Nadat

aanvankelijk een vaste stemming
voor mais in Engeland aanleiding heeft gegeven tot zaken
Amster
Londen
New York
op ruimen schaal, is plotseling de stemming zeer kalm
Data dam per
Tate,
1

Whtte Java
f.o.b.per
Amer. Gra.
nulated cii.
96pCt.
geworden met eene nijging tot daling, die ook in Argentinië
loopende
,.,
..ube,
Centri-
eenigszins gevolgd wordt. Ook haver en gerst zijn kalm
maand
No.
Aug/Sept.
OCI./
Met
fugals

gestemd, ofschoon de oogsten van ‘deze artikelen over het
Sh.
Sh.
Sh.
$
ets.
algemeen niet ruim zijn. 18Aug.’20
f

1161-
82/-
85/-.

12,54
Voor lijnzaacl kwamen zoowel in E.ugeland als op het
ii

’20
,,


116/-
92/-
921-

14,50
Continent verschillende zaken tot stand. Aan het slot is de
18 Aug.’19

64/9
52/6
5216

7,28
stemming iets trager zonder dat de prijzen veel zijn terug.
18Aug.’18

64/9



5,92
geloopen.
11 Juli
’14
,,11
12
/2
18/-



3,26
N e d e
1′
1 and.

Wegens het dalen van de markenkoers
was Duitsohland slechts aarzelend kooper

van tarwe en
rogge. Jilentengevoige waren net meestal tweedehands-
partijen, die de markt maakten. Toch kwamen er voortdu-
rend nog zaken tot stand. Voor mais was de stemming
uiterst kalm zonder dat clie flauw genoemd kan worden.
Voor spoedige levering is het aanbod zeer beperkt, doch de
vraag is niet van dien aard om een prijsstijging te ver-
wekken. In lijnzaad kwamen regelmatig zaken tot stand,
vooi’al voor spoedige positie. Voor latere aflading is de
attentie zeer gering.

SUIKER.

In E n g e 1 •a n d verlaagde de Royal Commission den
prijs van suiker . voor industrieele doeleinden met 5 sh.
per c.w.t.

In navolging van Amerika zijn de suikermarkten overal
flauw gestemd.

KATOEN.

Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons,
Manchester, d.d. 11 Augustus 1920.

Prijzen van Amerikaansche katoen hebben gedurende de
afgeloopen week vrij belangrijk geflutueerd onder den invloed
der weerberichten, de wisselkoersen en den algemeenen
politieken toestand, doch de stemming blijft vast, doordat
men dezen politieken toestand over het algemeen gunstiger
inziet. Ook zijn de fondsenruarkten weer vaster, zoodat
prijzen van katoen eenigszins gestegen zijn en loconoteeringen
te Liverpool hooger zijn dan een week geleden. De berichten van Alexandrië blijven gunstig, doch de prijs van Egyptische
katoen is ook veer hooger.
De garenmarkt blijft kalm. Er is geen animo om te
koopen, zoolang er in manufacturen zoo weinig omgaat en
de meeste koopers dekken slechts hunne directe behoeften.

ISCHE BERICHTEN

25 Augustus 1920

Java f.m.s. loco

………………….
1
61.-
Aug./Sept.aflading ………..,, 60’h
11
Mixed loco

……………………..,, 58.-
Sept./November aflading …………57

24 Augustus 1920.

METALEN.

Loco-Noteeringen te Londen:
Data

Ijzer
Clev.
No. 3

oper
Stan
Kdard
Tin

Lood
Zink

23Aug. 1920..
nom’.
94.216
267.151-
35.1716
40.15/-

17

,,

1920..
nom.
94.216
274.12
1
‘6
35.3/6
41.-1-
22 Aug. 1919..
nom.
99.3/6
274.-/-
24.15/-
40.- /-

26Aug. 1918..
nom.
122.-!-
367.10/-
30.101-
52.-/-
17 Juli

1914..
51/4
61.-1-
145.151-
19.-1-
21.10/-

VERKEERS WEZEN.

SCHEEPVAART.

– GRAAN

Data

Petra
grad
Londeni
R’dam

Odessa
Rotier-
dam

Au. Kuit
Ve,. Staten
‘San Lorenzo


Rotte,-
Bristol
Rotter-
Enge-
dam
Kanaal
dam
land

16/21 Aug.

1920


11/-
11/-
85/-
85/-

9/14

1920


11/- –
11/-
851- 851-

18
1
23 Aug.

1919


f

90

)
‘)

816
200/7
190/-
19/24 Aug.

1918



50/-

225/-
Juli

1914
11 d.
713
1/11 ‘/
1111
1
/
4

121-

121-

KOLEN

Data

C’ardlfJ
Oo,ik. Engeland

Bar.
deaux
Genua

Port
Said
Plato

Rotte,.
dilfl
Gothen-
l,urg
Rivier

16121 Aug. 1920


2716
2716



9/14

,,

1920

201-
27/-
3216

17/6

1
81
23
Aug. 1919
2)
2516
4716 4716
40/-
f
10,-
Kr. 30

19/24 Aug.1918

691-
10113
2001′-
120/-

,, 200
Juli

1914 Ir. 7,—
7/-
713
14/6
312
41-


DIVERSEN


Boml,a,,
Birma
Vladivo-
Chili

Dat
Wast
Europa
Wast
Europa
stock
Wast
West
Europa
(d. w.)
(rijst)
Europa
(salpeter)

16/21 Aug.

1920 ..
601-
115/-

100/-

9114

,,

1920 ..
60/-
– –
120/-

18/23 Aug.

1919 ..
1401-
215/-

19124 Aug.

1918 ..
275/-
5001-

190/-

Juli

1914 …….
14/6

1613
251-
2213

1)
Per ton stukgoed.
1)
Voor Britsche schepen.

Graan
Petrograd per quarter von 696 16e. zu,aarj Odeovo per unit, Ver. Stoten
per quarter van
480
16e. ewoar.
Overige noteeringen per ton van
1015 K.G.

RIJN
VAART.

Week van 16 tot 23 Augustus 1920.

Het sleeploon Rotterdam-Ruhr werd in ‘het -begin der
afgeloopen -week met 200-cents-tarief genoteerd en klom
geleidelijk tot 20 pOt. boven het 200-cents-tarief op. De
vrachten bleven vrijwel onveranderd. Voor erts naar de
Ru’hr1avens werd ongeveer 95 cents per last bij
34
‘lostijd
betaald, -terwijl voor la-dingen naar tden Boven-Rijn schepen tegeii een -daghuur van 5 cents -per ton werden aangenomen.
De aanvoeren waren nog steeds van mtigen omvang. In Antwerpen -werden schepen tegen 20 tot 22 centimes
per -ton per dag gehuurd.
Het s-leeploon Ruihrort-Mannheim werd -in de afgeloopen
week -belangrijk lager, genoteerd; – hetzelve bedroeg ca.
Ivik. 38.— per ton. Voor ladingen naar den Boven-Rijn
werden in

het begin der -week nog schepen tegen 70 p1. per
ton gehuurd; Ldeze huur werd echter in -de tweede helft der
week 10 pf. minder. –
De exportkolen-vracht ging eveneens -in

den ioop -der
week van
f
1
per -ton tot 80 cents per -ton, met vrij s

leepen,
terug.
Het water bleef -trots den aanhouden-den regen nog val-
lend; Cauber Pegel noteerde einde der week Meter 1.96.

756

.-

ECONOMISCH-STATIS

]

Prijzen zijn weinig veranderd en hebben de stijging van

katoenprijzen niet gevolgd. De export-handel is zeer kalm,
doch er zijn wel zaken aan de markt voor de verschillende
markten van West-Europa, terwijl biêdingen van Indië over

het

algemeen

veel

te

laag

blijven.

Het

is

echter

wel

mogelijk, dat de verschillende aanvragen, die aan de markt
komen, later tot zaken zullen leiden.
De doekmarkt blijft kalm en er gaat weinig om. Dit
komt eenigszins door den vacantietijd en vooral de inge-
wikkelde internationale situatie, die er niet toe medewerkt
om het vertrouwen te herstellen..De markt blijft dan ook
zeer kalm, hoewel er wel zaken worden gedaan, speciaal
voor Indië in goedkoope shirtings en ook in dhooties. Er

worden

dan ook veel offertes uitgeseind, doch over ‘het

algemeen

zijn

de biedingen van

Indië te laag voor

de

tegenwoordige

Manchesterprijzen.

Voor

andere

markten

gaat vrijwel niets om.

4Aug.- 11Aug.

4Aug. 11Aug.

Liverpoolnoteeringen.

T.T. op Indië …. 11104,11104

F.G.F.
Sakellaridis 67,50 70,00

T.T. opHongkong 4/04

411

G.F. No. 1 Oomra 13,25 13,50

T.T.opShanghai 517

51104


KOFFIE.

(Mededeeling van de Makelaars G. Duuring
&
Zoon, Kolf 1

&
Witkamp en Leonard Jacobson
&
Zonen).

Noteeringen en voorraden.

Rio
Sontos
Data
Wisselkoers
Voorraad
Voorraad

21 Aug. 1920

349.0007.125 1.904.000

10.800

13
9
/18

14

,,

1920

358.000

1
)

1.742.000

11.200

13
2
9/82

7

,,

1920

345.000

8.450 1.648.000

11.000

13
1
/io

21 Aug; 1919

510.000

15.525 1.684.000

20 200

14/8

Ontvangsten.

Rio
Sontos
Data
Afgdoo pen
week
Sedert
1 Juli
Afgeloo pen
week


Sedert
1
Juli

21 Aug. 1920 ….

52.060

411.000

263.000 11.407.40

1
21 Aug.1919 ….

49.000

337.000

128.000

740.000

1)

Niet genoteerd.

HUIDEN.

Bericht van de firma Grisar
&
Co.
Wederom zijn belangrijke verkoopen aan de La Plata-
markt te melden, met eene rijzing van
1/2
tot 2 pence

Engeland en Noord-Amerika zijn geregeld in de markt;
1
de

verko6pen aan de La Plata van t tot 18 Augustus bedrajen
ruim 200.000 stuks. Ook voor Westkusthuiden komt -meer
vraag en zijn te Liver-pool Antofagasta-huiclen tot 1534-

153% pence afgedaah.
Voor -drooggezou-ten huiden is nog steeds geen kooplust.

Duitsehl-znd is in

de maikt; de recente daling in de valuta
zal echter de zaken wel moeilijker maken.
Iu-la-ndsc-he

hu-iden:

blijven

voor

goede

soorten
•gevraagd. De Rotterdamsche Hu-i-denclub verkocht de Mei/
Juni en grdeeltelijke Juli-productie, in totaal 10.000 stuks,
met 20 pCt. stieren en 50 pOt. wor-mhuid-en, belangrijk onder
vraagprijs.
Kalfsvellen

en

-paarde-hui-den:

nog

steeds

zonder -animo.
L o o istoffen:

in het algemeen -hoogea.
21 Augustus 1920.


ii
RUBBER.

De markt vertoonde in de afgeloopen week een wat vager
aanzien. Prijzen konden zich in het begin eenigszins verbe-
teren, doch het bleek, dat de vraag voornamelijk van de
zijde der speculanten kwam om hunne shorts in te dekken en de verbetering kon zich niet handhaven.

De noteeringen zijn:

einde vorige wék

Prima CrOpe loco

……….

1/10
8
/t

…………110’/

Smoked

Sheets loco

.
-…….1/91/,

…………
119
Prima Crêpe Oct.! December ..

21-/4

…………

2/-
Januari/Juni

..

212

…….. ….-
.

212
1
/
Hard cure fine Para

……..1/9’/

…………
1(9′!,

24 Augustus 1920.

COPRA.

De markt was deze week vast gestemd en ging er in
loco zoowel als op aflading veel om.

Auteur