Ga direct naar de content

Jrg. 23, editie 1178

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: juli 27 1938

7 JULI 1038

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN

Ecónornisch-Statistische

B

erichten

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

23E JAARGANG

WOENSDAG
27 JULI 1938

No.
1178

COMMISSIE VAN REDACTIE:

P.
Lieftinek;
N. J. l’olak; J. Tinbergen; F. de lTries en

ii. M. H. A. van der Valk (Redacteur-,Secretari).

M. F. J. Cool – Adjunct-secretaris.

Redactie-adres: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam-West.

Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties voorpagina f 0,50 per regel. Andere pagi-

na’s f 0,40 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens

tarief. Administratie van abonnementen en advertenties:

Nijgh
d
van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam, Am-

sterdam, ‘s-Oravenhage. Postchè qua- en giro-rekening

No. 145192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in

Nederland f 16,—. étb onnementsprijs EconomischStatis-

tisch ]lfaandbericht f 5,— per jaar. Beide organen samen

f 20,— per jaar. Buitenland en Koloniën resp. fl8,—.

f 6,— en f 23,— per jaar. Losse nummers 50 cent. Dona-

teurs en leden van het Nederlandsok Economisch Instituut

ontvangen het weekblad en het Maandbericht gratis en

genieten een redactie op dc verdere publicaties.

INHOUD:

BIz.

De Rijkspostspaarbank als depositobank door
Mr. J.

Oomkens…………………………………. 564

De beleggingspolitiek van de Nederlandsche banken

door
Dr. H. M. H. A. van der Valk …………..566

Effectenbeleggingsinstellingen in Nederland door
B. H.

A. Meijerinic ………………………………568

Rechtspositie van in het buitenland werkzame vennoot-

schappen door
Mr. H. de Voogt ………………577

AANTEEKENINGEN:

Voorloopigc tekst ‘an de bilaterale overeenkomst

betreffende de buitenlandsche vennootschappen in

de deelnemende landen……………………
578

Statistieken betreffende het passagiersvervoer van

Schiphol en Waalhaven ………………….
579

Statistieken:

Geldkoersen-Wlsselkoersen-Bankstaten ……………..
579, 582
Oroothandeisprijzen ….. . …………………….. . …….
580-581

GELD-, KAPITAAL- EN WISSELMARKT.

Nog steeds blijft er belangstelling bestaan voor de
verhouding Pond—Dollar. Ook na de verklaringen

van de bevoegde Amerikaansche instanties, dat er

geen sprake was van stahilisatieplannen, is de Dol-
lar ijitermato vast gestemd gebleven. De noteering te

Londen bereik.te in de verslagweek een record op
4.911%.
Daarna is een reactie ingetreden, mede door-
dat het Engelsche Egalisatiefonds ingreep om een
verdere inzinking van het Pond te vermijden. Dit
laatste heeft zijn psychologische uitwerking niet ge-

mist. Wanneer inderdaad een herstel van de oudé
Pond-Dollar-pa.riteit in den opzet lag, aldus rede-
neerde men, dan is het allerminst logisch, dat het
Egalisatiefonds tracht een tendens in die richting,
wanneer deze zich op de markt manifesteert, tegen te
houden. Toch blijft de noteering nog zeer dicht in de
nabijheid van het hoogste punt, al. op circa 4.92.
Terzake van de plaats, welke de Gulden tusschen
beide valuta’s gèdurende de recente verschuiving
heeft ingenomen, kan worden opgemerkt, dat blijk-

baar het streven van het Egalisatiefonds is geweest
om de relatie tot het Pond in de eerste plaats te
handhaven. De limite van
8.95
voor deze valuta werd
gehandhaafd, hetgeen tot gevolg had; dat het Fonds
flinke bedragen Ponden moest opnemen, terwijl auto-

matisch natuurlijk de Do]larnoteering zich aanpaste.
Of bij een blijvende wijziging in de Pond-Dollarver-
houding deze richtlijn zal worden aangehouden, is
natuurlijk de vraag. Wanneer men een bepaalde de-
preciatie ten aanzien van het goud wil handhaven, is een oriënteering op den Dollar logischer dan op
het Pond. Anderzijds is het natuurlijk denkbaar, dat

men in verband met de relatieve beteekenis van ons
handelsverkeer op Engeland en op de Vereenigde
Staten aan een oriënteeren van den Gulden op het
Pond de voorkeur geeft. Bovendien moet in dit ver-
band bedacht worden, dat de Dollarnoteering hier,
sedert men bewust begon den Gulden op een bepaald
depreciatieniveau to handhaven, geleidelijk is afge-
brokkeld, en dat wij thans zelfs nog beneden dat aan-
vdngsniveau zijn. Onder die omstandigheden behoeft
het ,,overnemen” van een vaste stemming voor den
Dollar in onze noteerinig nog geenszins te worden

opgevat als een principe:wijqiging, wat betreft dé
bepaling van het zweefhoogteniveau van onze valuta.
Van de andere valuta’s stond de Fransche Franc
voortdurend onder druk en alleen door het regel-
matig ingrijen van het Fransche Egalisatiefonds
kon een inzinken worden voorkomen.

De goudmarkt was wederom vastgestemd in sym-
pathie met Londen, waar een groote goudvraag be-
stond, mede in verband met de verwachtingen ten
aanzien van het toekomstige koersverloop van het
Pond.

De geidmarkt was volkomen onveranderd. De be-
leggingsmarkt vertoonde eveneens niet veel wijzi-ging. De terughoudende stemming, die in de tradi-
tioneele herbeleggingsperiode in de eerste weken van
Juli even voor wat meer willigte had plaats gemaakt,
heeft weer de overhand gekregen.

564

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

DE RIJKSPOSTSPAARBANK ALS

DEPOSITOBANK.

Het verslag der Rijkspostspaarbank over 1.937 ves-

tigt de aandacht op de stijging der inlegcijfers, die

aanmerkelijk hooger waren clan ciie der terugbeta-

]ingen. Voorts wordt opgemerkt: ,,Naarmate de rente

op de beleggingsmarkt daalt en daarmede het ver-

schil tusschen deze en de rente, welke de Rijkspost-

spaarbank vergoedt, geringer wordt, ver*aarloost cle

kleine belegger dit verschil steeds meer tegenover de

zekerheid van kapitaalbehoud, welke de instelling
geeft.” Dit zou inderdaad, zooals verder gezegd wordt,

kunnen wijzen op een te groote mate van gebruik der
instelling als depositobank.

Gradueel verschil tusschen deposito- en spaarbank.

Uiteraard bestaat er tusschen een deposito-bank en

een spaarbank, waar men ongeliiu:iteede bedragefl

kan inleggen en tot
f 2500.—
daarover rente ont-

vangt, slechts een gradueel verschil, beschouwd van

het standpunt van den deposant. Een spaarbank heeft

tot doel het sparen te bevorderen; dit sparen ge-

schiedt door het in bewaring geven en zooveel mo

gelijk laten van zekere bedragen, die al naar de draag-

icracht en de bedoeling van den storter in grootte

varieeren. Objectief gezien geschiedt hetzelfde bij het

in deposito geven van gelden; slechts de bedoeling is

anders. Meestal is deze bij gebruikers van deposito-
banken het tijdelijk onderbrengen tegen een bepaalde

rentevergoeding van niet aanstonds belegbare of aan

te wenden gelden; in den regel zullen dit eenigszins
belangrijke bedragen zijn, die niet als spaargelden

kunnen worden beschouwd en binnen een beperkten

tijd een gebruiksbestemming hebben.
Bij een spaarbank zal het in bewaring geven dik-

wijls geschieden met de bedoeling liet geld daar te
laten en door meer stortingen en het kweeken van
rente te vermeerderen ten einde er later over te kun-

nen beschikken voor een bepaald in het oog gevat

doel, zooals het koopen van meubelen, een uitzet, het

bekostigen van studie e.d. (z.g. doelsparen) of met
het niet omlijncl oogmerk, om later de beschikking

over een som gelds te hebben en daardoer het gevoel

van den bezitter of een zekere ruimte van beweging
in komende tijden te verkrijgen.

Maar niets zal hem, die gelden tijdelijk wenscht
onder te brengen, m.a.w. in deposito wenscht te

geven, weerhouden dit bij de R.P.S. te doen, zoodat
oolc zonder productie van cijfers aangenomen mag
worden, dat thans menigeen vrij belangrijke bedragen

bij de spaariank oncierbrengt in plaats van bij een
meer als depositobanic bedoelde instelling, wijl hij dan
tot
f 2500.—
een rente van
2.64
püt. ontvangt, on-

geacht den tijd, waarvoor zij gedeponeerd worden
(uiteraard ontvangt men krachtens de wet geen rente
voor een storting of voor een terugbetaling over de

halve maand, waarin zij gedaan of ontvangen wor-
den), terwijl de rente der banken in deze tijden van
overmatige geldruimte ger:ing is.
Dit mag a fortiori verondersteld worden, nu de

Rijkspostspaarhank door inschakeling van den Post-chèque- en 0-irodienst het geniak •geeft van het ont-
vangen van inleggingen en het doen van terughetalin-
gen buiten de postkantoren om en zonder gereed geld.

De R.P.S. als aangewezen clepositoba.nk.
Hierbij mag niet uit het oog worden verloren, dat
de R.P.S. van oudsher beschouw’d is als de aange-
wezen instelling oii kleine kapitalen van minder-
jarigen te bewaren, ondanks het ontbreken van een

wettelijke basis voor deze wijze van belegging, daar zij

in art.
449
B.W. niet genoemd wordt. Verder heeft

de vaststell:ing van een hooger. rentegevnd maximum
voor vereenigingen en zecielijke lichamen ed. dan

voor particulieren ,sedert
1932
geldt één en hetzelfde

maximum van
f 2500)
er langen tijd toe medege-
w’erkt haar als een bewaarinstelli.ng te zien.
Zoolang zulks niet in te sterke mate geschiedt en

daardoor het hoofdkarakter van spaarinstituut niet

op den achtergrond geraaict, bestaat tegen het ge-
bruikmaken van de diensten der R.P.S. als bewaarisi-
stelling van haar standpunt gezien weinig bezwaar.
In normale tijden toch levert het deposito-geld

winst op, waaruit het verlies op kleine en zeer kleine
saldi en stortiugen, die immers aanzienlijk meer aan
acimin:istratie kosten clan zij aan rentewinst op-

leveren, kan worden goedgemaakt, hoewel niet on-

vermeld mag blijven, dat een belangrijk aantal groo-

tere saldi sterkere eischen aan de liquiditeitspositie

der bank stelt; en l:iquide bedragen brengen minder

op dan de vast belegde gelden.
In zulke tijden is er echter weinig reden om on-

noodig grootere bedragen bij de R.P.S. te brengen,

wijl belegging in solide papieren hoogere rente geeft

dan de matige spaarbankrente en zelfs de deposito-
rente deze benadert of overtreft. De rentenier en de

grootere hezitter wenden zich dan niet tot de sjaar-

bank. Deze is er dan voor grootei-e bedragen alleen

voor den echten spaarder, diie w’einig financieele

scholing heeft en zij zou derhalve in haar taak te
icort schieten, als zij besparingen in eenigszins be-

langrijke bedragen zou w’eigeren of afstooten. Immers,

wat zij had helpen opbouwen, zou gevaar loopen door

onoordeelkundig beheer verloren te gaan- en dit zou menigeen van het sparen terughouden.
Bovendien, in tegenstelling met particuliere spaar-

banken, die elk geval individueel kunnen onderzoe-
ken en naar bevinding c.q. deposito’s kunnen weige-

ren, is de Rijkspostspaai-hank daartoe niet bij machte,
verondersteld, dat
zij
het zou mogen. Haar vertak-
king over het geheele land tot in de icleinste gehuch-
ten, waar eenvoudige ambtenaren liet publiek bedie-
nen, eischt een uitvoering van de meest voorkomende

handelingen volgens vaste regelen, die geen ruimte
laten voor beoordeelingen van zoo subtielen aard als
die van de natuur der stortingen. Denkbaar zou zijn,
dat die beoordeeling zou worden voorbéhouden aan de

directie. Dit zou echter een stroefheid in haar han-

clelingen te weeg brengen, welke de populariteit der
instelling en daarmede haar doelmatigheid als spaar-
instituut zou schaden, terwijl toch nimmer een schrif-

telijke behandeling geheel in de plaats zou kunnen
treden van het persoonlijk contact, dat voor een

juiste beoordeeling gewenscht is.

Zooals gezegd, in normale omstandigheden behoeft
trouwens tegen den inbreng van
belangrijke
bedra-
gen geen bedenki’ng te worden gemaakt; wat dan niet
tot uitwasSen leidt, bergt echter thans een gevaar in

zich. Dit wordt tot uitdrukking gebracht in de bo-

‘enhedoeide passage uit het jaarverslag.

De R.P.S is thans niet gesteld op deposito’s.
Nu geldt allerminst, dat de rentewinst op de groo-
tere bedragen het verlies op de kleine saldi goed-
maakt, omdat de Rijkpostspaâihank met een onge-
hoord groot onhelegd saldo is belast.
Er is dus alle reden, om te trachten eenig inzicht

te verkrijgen
in de mate, waarin de instelling als
bewaarster van grootere bedragen wordt gebruikt. De stijging van het algemeen saldo-tegoed en die
van het aantal spaarhankhoekjes in omloop verliepen
nagenoeg parallel van de oprichting der bank in
1881

af tot
1916.
Dan kan men een aanvanlcelijk matige

divergentie van de heide
stijgende
lijnen opmerken,

w’elke toeneemt en sedert omstreeks
1928
zoodanig is,

dat elk verband er tusschen is verbroken.
Uit het -volgende staatje blijkt dit duidelijk; het
toont aan, dat het gemiddeld saldo per hoekje vooral

in de jaren sedert
1928
sterk stijt. Nochtans geeft
het geen mitwoord op de vraag, in hoeverre deze
stijging aan vermeerdering der saldi over de geheele
linie, hetgeen zou wijzen op werkelijk sparen, of aan
groote inleggingen op een deel der boekjes moet vor-

den toegeschreven.
Een beter inzicht daaromtrent geeft een vergelij-king van de aantallen inleggingen en terugbetalin-

27 Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

aantal boekjes
saldo-tegoed

iii 01111001)

gein icideld saldo
(in miliioe.neiij
(i
11
cluiie.iidttllen)

per boekje
1889

……….
17.5

241.1

f
72.65
1898

……….
70.0

693.2

,, 1O099
1907

……….
145.4

1336.8

108.83
1910

……….
164.2

1510.0

108.79 1916

……….
206.8

1730.1

,, 119.56
1920

……….
272.9

1908.3

,, 143.03
1925

……….
311.5

1978.1

,, 157.49
1928

……….
340.5

2069.2

., 164.56
1934

………..
539.5

2263.8

,, 238.27
1937

……….
602.5

2306.1

261.29

gen, gesplitst naar bedragen, hggencle tusschcn be-

paalde grenzen
(zie
tabel onderaan de pagina).
Bij de beschouwing van deze tabel moet men zich
rekenschap geven, dat het aantal inleggiiigen over
het geheel genomen steeds grooter is dan dat der terug-

betalingen. Dit kan verklaard worden uit den aard
der spaarhandelingen, welke bestaan in het inbren-gen van besparingen en het terughalen van hetgeen bespaard is. In vele gevallen bestaat een terugheta-
ling dus uit onderscheidene, eerder ingelegcle be-
dragen. Er is derhalve een tendens bij de terughe-
talingen om in een categorie te komen hooger dan
die der samensteilende inleggingen Indien men in

eenige categorie een nadeelig verschil ziet, behoeft
dit dus niet per se te heteekenen, dat het aantal
saldi in die categorie is afgenomen.

Wat kan men als deposito-gelci beschowiven?
Indien men nu hier van cleposito-geiclen spreekt, is het nochtans niet mogelijk om de juiste grens aan
te geven, hij welke zij beginnen en hij welke men niet
meer met spaargelden te doen heeft, zooais boven
reeds betoogd is. Reeds onder de categorie van
f 100
tot
f 1000
icurmen bedragen schuilen, die meer het
karakter van deposito- clan van spaargelden hebben.
Men zal echter niet ver van de waarheid zijn, als
men de categorieën hoven
.f 1000
voor verreweg het
grootste gedeelte beschouw t als deposi to-gel den.
Terwijl de terugbetalirigen in die categorieën in
de jaren 1933-1936 de inleggingeir in aantal over-
troffen, valt het omgekeerde voor 1937 op te merken.
De voordeelige
cijfers
in dat jaar hebben wezenlijk
de aantallen der inlegsalcli in die categorieën ver-
meerderd. Daartoe hebben uiteraard eveneens mede-
geholpen do inleggingen in de lagere bedragen voor
zoover zij. de saldi op de individueele boekjes tot
boven
f 1000
hebben opgevoerd.

Aantallen saldi gesplitst naar
hit ii
grootte.
Beneden
II
tot

flOtot

flOOtot fl000tot f2000tot f3000cn
f1 f10 f1100 fl000 f2000 f3000 hooger
1933 269193 704589 511879 608062 140149 32822 982
1936 228030 735810 525527 600687 130911 45038 1102 1937 212033 736374 537713 618844 140224 59554 1381

In de aantallen saldi van
.f 100
tot
f 1000
en van
f 1000
tot
f
2000 valt hij vergelijking van dc jaren
1933 en 1936 een teruggang op te merken. Hieraan

zal vermoedelijk niet vreemd zijn de afvloeiing van
den abuormalen inieg in de jaren na 1933.
Ovorigns staaft de vergelijking tusschen 1936 en
1937 het boven opgemerkte en toont zij duidelijk aan,
dat de vermeerdering van het inieggerskapitaal over

1937 met 42.5 millioen (excl. cle
bijgeschreven
rente)
grootendeels moet worden gezocht in de hoogste saldi.

Dat ook dit jaar zelfs in versterkte mate een over-
eenlcomstige uitkomst kan doen verwachten, blijkt uit

de percentsgewijs hoogere stijging van het bedrag
van den inleg in verhouding tot den vooruitgang van
het aantal der stortingen over cle maanden Januari-

Mei. Terwijl het bedrag met 37 pCt. is gestegen, is

dit hij het aantal slechts 14 pOt. Dit wijst op een
sterke toeneming van het gemiddeld bedrag per in-
leg en de hierboven gegeven cijfers geven grond aan

cle verwachting, dat zij voor het leeuwendeel op re-
kening komt van de hoogere bedragen.
Aangezien tot nog toe de spaaretiologie nog in
haar windselen ligt vanv.’ege de uiterste moeilijkheid
om cle beweegredenen der inleggers te doorvorschen,
is men op gissinge.n., afgeleid uit bepaalde verschijn-
selen, aangewezen. En nu mag veilig worden aange-
nomen, dat, uitzonderingen daargelaten, de lage
rentestand en de daarmede gepaard gaande groote

kans op kapitaalverlies, op effecten te lijden, de oor-
zaken zijn van het hier aangetoonde verschijnsel.
Daarnevens werkt vermoedelijk de door de bijzondere

spaarbanken toegepaste discriminatie hij het aan-
nemen van belangrijke stortingen mede om den
stroom hiervan naar de Rijkspostspaarbank te leiden.
Wijl bij voortschrijding van dit verschijnsel de
winstcapaciteit der bank gevaar kan loopen en winst
noodig is, om het reservekapitaal in verhouding tot
het inleggerskapitaal op peil te houden, zal t z.t.
moeten worden uitgezien naar geschikte middelen om
aan den toevloed van ongewenschte gelden paal en
perk te stellen of dien althans zooveel mogelijk on-
schadelijk te maken.

Middelen daartoe zouden kunnen bestaan in een
verlaging van het rentegevend maximum al dan niet
gepaard aan vermindering van
i
nleggersrente, ver-
mindering van rente voor saldi hoven een bepaald
bedrag, het verlengen van den termijn voor terug-
betaling van groote bedragen e.d.
Volstaan moet worden met een enkele aanduiding
hiervan. De kcuze zal een moeilijke en verantwoor-
delijke zijn, wijl eik middel ingrijpt in de belangen
van de inleggers, die onder elke klasse der maat-
schappij gevonden worden, en uorzaak kan zijn van
een vervreemdirug van een instelling, die steeds ge-tracht heeft door voorzichtig beheer, door zich stel-
selmatig op de hoogte te houden van wat er onder
haar inleggers leeft en daairnaar te handelen, zich de
plaats te veroveren, welke zij inneemt.
Mr. J.
OoSIKENs.

Aantal beleggingen

en terugbet.alingcu
Beneden
fl
fl
tot
f
10

flO
tot
fiOO
f 100
tot

f 1000
f
1000 tot

f
2000

1

2000
tot

f
3000
f
3000
en

hooger

1933
Inleggingen

………….
15407
655570
1306238 447898
211.72
5622
699
Terugbetalingen
2552 231402 1046170 431088
28769
6446
769

Verschil +


……….
+
12855
+ 424168
1
+ 260068
+
16810

7597

824

70
1934 16864
662069
1

1289610
430026
22479 5450
693
Terugbetalingen
2864 243039
1052169
425912 29886
7256
777
Inleggingen …………..

Verschil

+

……….
+
14000
+
419030
+
237441
+

4114

7407

1806

84
1935
18222
698395
1275310
416209
20188 5203
559
Terugbetalingen
3471
255832
1097275
431974
30185 8486
717

Verschil +


……….

..

+
442563

+
178035

15765

9997

3283

158
1936
..+
14751

19277

..

730807
1285431
408189
18814
4527
517

Inleggingen …………..

Terugbetalingen
3416
270909
1150188
425549
26411 6686 615
Inleggingen …………..

Verschil +

+
15861
+ 459898 +
135243

17360

7597

2159

93
1937
21851
816971
1431811
476234
31348
9171 652
Inleggingen …………..
Terugbetalingen
3259

..

262353
1165260
416994
25543
7379 649

Verschil

+


………..
+
18592
+
554618

+
266551
+
59240
-j

5805
+

1792
.-

3

566

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

DE BELEGGINGSPOLITIEK VAN DE
NEDERLANDSCHE BANKEN.

Het Nederlandsche bankwezen toont na den oorlog niet een gelijkmatige ontwikkeling,
wat
de beleggin-
gen van de activa betreft. Daarom is het zoo moeilijk
om dit bankwezen onder een bepaalde rubriek in te cleelen. Aan den cellen kant staat het zeer dicht bij
het z.g. depositobankwezen, anderzijds nadert het

dicht het gemengde bankwezen, doordat de Neder-

landsche banken ook geanticipeerende emissiecredie-
ten verleenen of althans hebben verleend. In de

jren volgende op den oorlog stond het Nederland-

sche bankwezen dichter bij het z.g. gemengde bank-

stelsel zonder dat het hiertoe geheel behoorde; het be-

drijfsleven in Nederland ondervond in die periode
van de banken een grooten steun. Deze crediet-

v.erleening is op verschillende gebieden te ver ge-

gaan, waardoor groote verliezen in de na-oorlogsche

depressie niet zijn uitgebleven. Als reactie daarop hebben de Neclerlandsche banken zich hoe langer

hoe meer op het type van de zuivere depositobanken
georiënteerd. Ook de omstandigheden hebben hiertoe
bijgedragen.

De overgang van het meer op het gemengde bank-

systeem georiënteerde type naar het meer op het
depositobankwezen georiënteerde type is in de groote
depressie niet alleen voor het Nederlandsche bank-

wezen, maar voor de geheele volkshuishouding van
beteekenis geweest. Indien de Nederlandsche banken

niet deze krachtige structuur hadden gehad, zou de

deflatie, zooals deze in Nederlan.d in de jaren 1931-
1936 heeft geheerscht, zonder
twijfel
tot groote f i-

nancieele moeilijkheden hebben geleid. De voorbeel-
den van de debâcles van het gemengde bankwezen in

deze jaren liggen voor het grijpen. (Oostenrijk,
Duitschland, Vereenigde Staten en België).

Het verleggen van het accet naar het type van
dep&sitobanken heeft in Nederland in de achter ons
liggende jaren echter ook veel éritiek uitgelokt, voor-

al van de zijde van het bedrijfsleven. Het vraagstuk

van de betrekkingen tusschen banken en industrie
heeft hier te lande, mede als gevolg van de ‘heroriën-
teering naar het depositobankwezen, tot een uitge-

breide discussie aanleiding gegeven. Hoewel dit
vraagstuk door de oprichting: van de Maatschap-

pij voor Industriefinanciering en door de oprich-
ting van de Industriebank in Limburg voorloopig is
opgelost, lijkt het ons niet onmogelijk, dat het in de
toekomst opnieuw urgent zal. worden.
Intusschen gaat de ontwikkeling juist in tegenover-
gestelde richting, maar hierbij is een nieuw ver-
schijnsel op te merken. Tengevolge van allerlei om-
standigheden is er een sterk verminderde vraag naar
handelscredieten, zooclat de Nederlandsche banken ge-

dwongen zijn werkeloos te blijven, indien zij zich niet
in andere richting oriënteeren. Dit
verschijnsel
be-
perkt zich echter niet alleen tot ons land.

* *
*

Ook internationaal valt in het depositobankwezen
in de laatste jaren een merkwardige ontwikkeling
waar te nemen. Terwijl het principe van de zuivere
depositobanken gebaseerd is op -het beleggen van de
aan debanken toevertrouwde gelden in kortloopende
activa, voltrekt zich in het bankwezen, dat tot dus-
ver de meest zuivere representant van het deposito-
bankwezen is geweest, een nieuwe ontwikkeling.
Wij doelen hier
01)
de heleggingspolitiek van de
Engelsche banken, die in de laatste jaren er hoe
langer hoe nieer toe zijn overgegaan om, hij gebrek
aan kortloopend heleggingsmateriaal, haar midde-
len ook in overheidsobligaties te beleggen. De activa

van de Engelsche banken, die vroeger, afgezien van
schatkistpapier, vrijwel uitsluitend bestonden uit li-
quide handelscredieten, zijn in de laatste jaren
voor een niet onbelangrijk gedeelte in overheids-
obligaties met langen looptijd belegd. Het is hier

niet de plaats om op dit verschijnsel, dat voor een
deel ook samenhangt met het cash ratio-systeem in
Engeland
1)
nader in te gaan. Overigens moge nog

worden opgemerkt, dat ook in de Vereenigde Staten en andere landen dit verschijnsel is

op te merken..
Wij gebruiken het voorbeeld van Engeland alleen

om aan te toonen, dat de vorm, waarin een bank-
systeem zich in een land opeubaart, niet
altijd
het
gevolg is van bepaalde opvattingen over bankpoli-
tiek, maar vaak veeleer hepa.ld wordt door de om-
standigheden. De banken in Engeland en tot op

zekere hoogte ook in Nederland, kregen vroeger –

waar in deze ]anden het centrum van wereldhandel
en van de scheepvaart lag – voldoende.prima han-

delspapier aangeboden om daarin haar middelen op
korten termijn te beleggen. Er was geen behoefte voor

de banken om haar activiteit tot de industrie uit te

strekken. Bovendien kon de industrie, tengevolge
van de kapitaalrijkdom iii deze landen, voldoende

kapitaal aantrekken.

In beide opzichten is een ‘groote verandering in-
getreden. De verschuivingen in en de teruggang van
den wereldhandel, de ontwikkeling van internatio-
nale kartels en opkomst van groote concerns, de toe-

nemende beteekenis van de interne financiering, de
betalingsmoeilijkheden in verschillende landen, de

toenemende staatsinterventie op het gebied van den

buitenlandschen handel, hebben het aanbod van han-

delswissels en de vraag naar hedri.jfscredieten sterk
beperkt. Aan den anderen kant heeft de technische

ontwikkeling en de opkomst van nieuwe industrieën

de industriefinanciering in Engeland duidelijker ôp
den voorgrond gesteld. Het zijn hier de omstandig-
heden en niet de wijzigingen in de opvattingen over
bankpolitiek, die voornamelijk de veranderingen in
het Engelsche bankwezen in de periode van na den
oorlog hebben teweeggebracht. Deze veranderingen
bestaan hierin,, dat zooals reeds opgemerkt, de beleg-
ging in overheidsobligaties een steeds belangrijker

onderdeel van de activa zijn. geworden, terwijl de

banken ook meerdere belangstelling voor de indus-
trie aan den dag leggen, vooral indirect door middel
van afzonderlijke instellingen ‘).

* *
*

‘Hetzelfde probleem als
bij
de Engelsche banken
doet zich ook
bij
onze banken voor. Alleen is in Ne-
derland het vraagstuk later aan de orde gekomen, om-
dat in de periode, toen het ‘Nederlandsche bankwe-
zen nog een inkrimping te zien gaf, de passiva van
de Engelsche banken reeds aanzienlijk toenamen. De

stijging van de passiva van de Nederlandsche ban-
ken sedert 1936 eenerzijds, het tekort aan beleggings-
materiaal op korten termijli anderzijds, hebben ertoe
geleid, dat de banken in den laatsten tij:d haar bezit
aan overheidsQbligaties hebben uitgebreid
3),
zooals
door den President van De Nederlandsche Bank in
zijn jongste jaarverslag wordt vermeld. Wij laten de
betreffende passage hier volgen, omdat dit ons tevens
aanleiding geeft tot enkele nadere opmerkingen. Mr.
Trip schrijft in dit verband:

,,Zooa.ls gemeenlijk het geval is, valt een zeker verband
tusschen de ruimte op de geldmarkt en het lage l)eil der
kapitaa.lren’te te constatecren.
Als
gevolg van dit lage peil
worden gelden, weiker bestemming gelegen is in beleg.
ging
01)
langen termijn, tijdelijk op de geldmarkt aange-

) De Engelsche banken hebbn de gewoonte om niet
een
kas
van ongeveer
10
tot
12
pOt. van de verplichtin-
gen te werken; de overige
90 pOt.
worden belegd. Het
robleem van de beleggingen
stelt’
alch daar dus andéi’s
diali liter ‘te lande, w’aai’ de banken met een sterk wisse-
lend kaspercentage – thans ongeveer
35 ‘pot.!
– werken.
Vgl.
in dii’t verband ons arbikel ,,Indestriefinan’ieriing
in Engeland” in E.-S.B. van
15
September
.1937.
Dit blijkt niet duiidelijk uit een vergelijking van de
nieuwe rhaa.ndstaten van de ‘banken met de balansen per
eind December, omdat toen nog het ovenheidspapier onder
allerlei posten werd geboekt.

27. Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

567

Bezit ai.n overheidspapier per
30 Juni 1938.

Ned. Schat-

Ander over-
kistpapier

heidspapier

Banken met Nederlandsch bedrijf
Rotterdamsche Bankvereeniging
f

71.7
miii.
f

5.1
miii.
Amsterdamsche Bank ………..
,,

23.9
38.6

,,
De Tweutsche Bank

……….
,,

41.6
10.4

,,
Incasso-Bank ………………

..

,,

11.6

,, ,,

6.5

Totaal …………

.. ..

f
148.8 miii.
7
60.6 miii.

Banken met Nederkendsck en

.

Indisch bedrijf
Nederiandsche Handel-Mij …….
,,
118.0

‘)
10.7
Ned.-Indische Handelsbank

….
.
,,

13.1

)
,,

5.0
Ned.-Indische Escompto Mij

2)

2)

Overige banken
2)

Algemeen Totaal ….
1

1f
100 miii.

‘) Ncderian•dsnh en Ned.-Ïndisdh schatkistpapier.
‘)
Nog
nit gepubhiceeid.
3)
hieronder vallen ook de particuliere
bankfirina’s.
4)
i)it bedrag berust
01)
een zeer ruwe
schatbi iig.

houden; anderzijds worden geiden, die
01)
dc geidmarkt
thuis behooren, in verband met gebrek aan remuneratie
in die markt, door banken en andere groote lichamen
‘oor aankoop van obligaties met een gemiddeiden looptijd
van omstreeks vijf jaren aa.ngewend, hetgeen op den ren-
tevoe’t der leeningen met iangen looptijd een vorderen
druk uitoefent. Een grooten omvang hebben de bedragen,
ten opzichte waarvan deze laatste gedragslijn werd ge-
voigd, tot dusver niet verkregen, terwijl de indruk bestaat,
dat de ban.ken de juiste politiek toepassen om obligaties als zooeven bedoeld, evenals die, welke uit niet voiledig geslaagde emissies in haar eigen portefeuille moeten op-
genomen worden, als handeisobjecten te beschouwen, die
bestemd zijn om, naar gelang zulks mogelijk is, van de
hand te worden gedaan. Het zou ongewensoht zijn het
voorbeeld van andere landen te voigen en op beiangrijke
sohaal gelden, die, naar hun aard, iiquide behooren ge-
houden te worden, voor langeren tijd •in obligaties •vast
te leggon. Deze aienswije legt De Nederlaridsohe Bank
dan ook ton grondslag aan dc polItiek, welke zij ten
aanzien van beicen•baarverklai-ing volgt.”

Zooals uit de bovenstaande tabel blijkt, bedraagt
het bezit van de banken aan ,,ander overheidspapier”
per 30 Juni naar ruwe schatting ongeveer
f
100 mil-
lioen, waarvan een deel uit overheidsobligaties be-
staat. Deze obligaties hebben, hetgeen niet uit de
balansen, maar uit het aangehaalde citaat van Mr.
Trip blijkt, een gemiddelden looptijd van omstreeks
5 jaren. In zooverre steekt dus deze belegging, wat
den looptijd van de obligaties betreft, over het alge-
meen gunstig af bij die van de Engelsche en Amen-
kaa.nsche banken. Doch niet alleen de looptijd is kort,
ook het bezit is bij de Nederlandsche banken nog van
betrekkelijk geringen omvang. Aan den anderen kant
moet niet uit het oog worden verloren, dat de Engel-
sche banken het grootste deel van haar bezit aan over-
heidsobligaties hebben gekocht op een moment, dat
de kapitaalrente nog betrekkelijk hoog was, terwijl
de Nederlandsche banken zich bij de overheidsobli-
gaties hebben geïnteresseerd, toen de rente reeds zeer

laag was. Er kunnen daarom door de Nederlandsche
banken hiermede nog geen belangrijke koerswinsten
zijn gemaakt
1
).

Hoewel de belegging in overheidsobligaties in het
algemeen nog geen grooté afmetingén heeft ange-nomen, rijst de vraag, of een voortzetting van deze

1)
Dit punt wordt hier uitsluitend genoemd om de on-
juiste lneeniing te voorkomen, alsof de Engelsche banken
bij een stijging van de kapitaalrenrte omniddellijk groote
verliezen zouden lijden. Uitteraard is het onmogelijk om
na te gaan, bij welk koerspeil dit wel het geval is. Het
is echter interessant te zien, dat de Engeiscihe banken in
de periode van Juni
1937
tot Juni
1938
haar pest In-
vestinonits”, die voornamelijk uit overheidspapier bestaat,
verminderd hebben, zij het weliswaar nog sleohts met een
betrekkelijk gering bedrag.

politiek gewenscht is. In. bovengenoemde discussie
over het vraagstuk van de betrekkingen tusschen ban-

ken en industrie, hebben de Nederlandsche banken
zidh o.i. terecht steeds op het standpunt gesteld, dat het karakter van de passiva een belegging van mid-
delen op langen termijn niet toelaat. Dit standpunt

vloeicie niet alleen voort uit de liquiditeitseischen,
maar ook uit het feit, dat industrieele eredietverlee-
ning met groote risico’s gepaard gaat. Juist voor de

Nederlandsche banken geldt dit bezwaar nog sterker

dan voor de Belgische en Duitsche banken, daar in
deze landen, met name in België, de bankiers vaak

tevens industrieelen waren.

Het genoemde liquiditeits- en risicostandpunt kan

slechts ten deele hij het beoordeelen van de vraag
inzake de wenschelijkheid van een groot bezit van de

banken aan overheidsobligaties dienen. Weliswaar
breng-t de belegging op langen termijn, voor zooverre
zulks uitgaat boven de middelen, die voor dit doel
in aanmerking komen, gevaren met zich mede, doch
een belegging in obligaties met een looptijd van vijf
jaren, kan, wat de koersdaling betreft, geen groote

risico’s opleveren. Daarnaast blijft de factor van de
insolid iteit van den dehiteur bestaan. Hieromtrent
laat zich niets met absolute zekerheid zeggen.
De liquiditeit van de banken kan door deze beleg-
ging niet in gevaar komen, zoolang De Nederland-
sche Baik de heleenbaarverklaring afgeeft. In dit

opzicht is er dus zeker een groot verschil met indus-
trieele credieten op langen termijn.

* *
*

Met een uitspraak over de onwenschelijkheid van
ecn groot bezit aan overheidspapier, zooals in het
jaarverslag van De Nederlandsche Bank geschiedt, is
het vraagstuk van de beleggingspolitiek van de Ne-
derlandsche banken echter niet afgedaan. Indien het
hier een
tijdelijk
probleem zou betreffen, zou het
niet van zoo groote beteekenis zijn hieraan aandacht
te besteden. Er is echter reeds op gewezen, dat van
den kant van de vraag naar bedrijfscredieten factoren
werken, die op een blijvende vermindering wijzen. Het
zou gewenscht zijn deze zijde van het vraagstuk nader
te onderzoeken, omdat het met de toekomstige ontwik-
keling van het bankwezen nauw samenhangt.
Het vraagstuk van de beleggingspolitiek van cie
banken heeft zich niet alleen verscherpt door een
vermindering van de vraag naar credieten, maar ook
door de opkomst van nieuwe concurrenten op de
markt voor kortioopend heleggingspapier. Een van

de recente voorbeelden is de Rijkspostspaarbank, die
in haar onlangs verschenen jaarverslag er melding
van maakt, dat zij meer en meer als depositobank
wordt gebruikt. Dit moet er toe leiden, dat deze in-
stelling in de samenstelling van haar activa daar-
mede rekening houdt en een grooter percentage dan
vroeger in liquiden vorm belegt. Hier doet zich dus
do tendens voor, dat het apparaat van de depositohan-
ken zich uitbreidt, terwijl het beschikbare kortloo-
pende beleggingsmateriaal is afgenomen.
Belangrijker is echter nog het verschijnsel, dat zich hier verschuivingen openbaren, welke, voor een goed
inzicht in het vraagstuk van de beleggingspolitiek
van de algemeene banken, een nader onderzoek ver-
eischen. De tendens is waar te nemen, dat de spaar-

banken in de richting van de algemeene banken gaan,
terwijl do algemeene banken zich in de richting van
de spaarbanken bewegen. Dit verschijnsel, dat zich
thans in de activa van genoemde instellingen open-
baart, moet voortvloeien uit den aard van de depo-
sito’s. Indien de deposito’s van de algemeene banken
zich verschuiven van hetalingsdeposito’s naar spaar-
deposito’s, dan komt daarmede ook het beleggings-
vraagstuk in een ander licht te staan. De problemen,
die hiermede aangeroerd worden,
zijn
echter zoo in-
gewikkeld, dat zij een afzonderlijke beschouwing ver-
eischen. v. d. V.

568

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

EFFECTENBELEGGINGSINSTELLINGEN IN

NEDERLAND.

In het begin van dit jaar is hier’ te lande eenige
belangstelling beginnen te ontstaan voor enkele van

de verschillende soorten beleggingsinstellingen (N.V.

beleggingsmaatschappijen, fixed trusts, flexible
trusts, unit trusts, omniums, depôts, enz.), die

ten doel hebben om aandeelen, depôtfracties, sub-
units, certificaten e.a. aan het publiek uit te geven

en met de opbrengst daarvan een meer of minder

gevarieerde effectenportefeuille samen te stellen,
waarin in den loop der jaren geen, meer of minler

of alle mogelijke wijzigingen mogelijk zijn, om zoo-
zoodoende ‘tot een grootere, meer systematische an

op een meer deskundig heleggingsonderzoek geba-

eerde risicoverdeeling te komen dan waartoe de in-
dividueele – laat staan de kleine belegger – in

staat zou zijn.

Van een ,,heweging” op groote schaal, zooals wij
die in Amerika en Engeland gekend hebben kan men

ten deze
in
Nederland niet – of nog niet – spre-
ken en zeker niet van een of meer gelijkvormige be-

wegingen in é6n of enkele bepaalde richtingen. Wij

zien een veelheid van verschijnselen, die plotseling

op een chaos dreigden te gaan gelijken. Het Bestuur
van de Vereeniging voor den Effectenhandel heeft
dan ook terecht gemeend hier reeds zeer spoedig een

stokje voor te moeten gaan steken. Nadat zij reeds
vroeger en vooral in de eerste maanden van dit jaar

een aantal van de gesignaleerde instellingen tot cle

officieele resp. voorloopige noteering in haar Offi-
cieele Prijscourant had toegelaten, heeft zij in de
Ochtendbladen van 21 April het volgende bekend

gemaakt:

,,Op
28
November 1930 heeft het Bestuur be-
richt, dat tegen opneming in de Prijscourant van
fondsen aangeduid als ,,fixed trust” of andere der-
gelijke benaming principieel geen bezwaar bestaat,

mits aan zekere voorwaarden wordt voldaan.
Gezien de groote verscheidenheid van dergelijke

fondsen, welke in den laatsten
tijd
ter heurze van

Amsterdam
zijn
geïntroduceerd, heeft het bestuur
het noodzakelijk geacht eenige nadere voorschrif-
ten vast te stellen ten aanzien van de opneming in
de Prijscourant van waarden aangeduid als ,,fixed
trust”, ,,omni um” en soortgelijke constructies.
De betreffende reglementaire bepalingen zijn in
voorbereiding en zullen binnenkort worden bekend
gemaakt.
In’ verband hiermede zullen, totdat deze voor-
schriften in werking zullen zijn getreden, geen nieu-

we fondsen, hehoorende tot vorengenoemde cate-
gorieën in de voorloopige noteeringen worden op-genomen, zoodat ‘in afwachting hiervan den leden wordt aangeraden het aan de markt brengen dezer
waarden tot zoolang uit te stellen.”
1)

De ervaring in Londen met het onderzoek naar de
fixed trusts ), die daar nog steeds niet officieel ge-
noteerd zijn, en in New-York met het nog steeds ein-
deloos schijnende onderzoek door de Securities and
Exchange Cominission (S.E.C.) naar de iuvestment-
trusts in het algemeen, leert, dat er dikwijls gerui-
men tijd overheen gaat voor het van de aankondiging
tot de doorvoering van voorschriften komt. Daaroni
lijkt het ons, hoewel de ,,Vereeniging” ten onzent
niet gewend is gras te laten groeien over haar plan-
nen, gewenscht om een uiteenzetting te geven van
de feitelijke situatie op het gebied der effectenbe-

Na de samenstelling van dit artikel zijn de voor-
ivaardu
VOO
r Opneming van depôtf racti ebew ijzen, zoozis
de Vei’een.iging ze
‘thans
gaat noemen,
in
de PrijscOuraÂnt
bekend geniaaikt. Aan het slot van dit artikel maken wij
hiérover enkele opiiierkiingen. B. M.
Zie onze artikelen in dit blad van
26 Aug. 1936
en
28
April
1937.

leggingsinstellingen
1),
zoaJs die zich hier te lande’
ontwikkëld hebben.

Te dien einde hebben wij een schematisch overzieht
samengesteld van de momenteel ter heurze van Am-.
,

sterdam officieel of voorloopig genoteerde effectôn-

beleggingsinstellingen, die naar risicoverdeeling in
haar bezit streven, en die het publiek uit hoofde

daarvan in de gelegenheid hebben gesteld daarin deel
te nemen. Volledigheidshalve
zijn,
er , enkele instel-lingen aan toegevoegd, die weliswaar niet ter beurze.’
genoteerd
zijn,
maar die overigens toch onder het

boven omschreven begrip van beleggingsinstellin

vallen en die soms in méér dan één opzicht van groo
ter beteekenis zijn dan el-officieel genoteerde, waar-
in nooit een noteering tot stand komt. Anderzijds

zijn fondsen zooals bijv. de Nederlandsche Scheep-
vaart Unie e.a. hier niet opgenomen, omdat zij om

een of andere reden niet aan ons begrip beleggings-

instelling beantwoorden.
W.

Bij nadere bestudeering van deze tabel ontwaart

men al spoedig het zeer uiteenloopende karakter van
de hier bestaande heleggingsinstellingen in onzen
zin, zoowel van die van binnenlandsche als van die

van buitenland sche origine. En naar mate men deze
materie meer gedetailleerd onderzoekt, hetgeen in dit

korte bestek helaas niet mogelijk is, komt men tot
grooter tegenstellingen. In zeker opzicht heeft deze

toestand haar verdiensten, maar zij kan spoedig tot

misstanden leiden en vooral tot misvattingen of een

niet-begrijpen bij het groote publiek, waarvoor deze
instellingen toch op de eerste plaats gecreëerd wor-
den, al vertoonen emittenten, introducenten of be-
heerders soms een opmerkelijk gebrek aan publici-
teits- en ,,popularisatie”-besef.

•De trekken van uiteenloopend karakter, die wij
hier willen behandelen, omdat zij het gemakkelijkst
waarneembaar zijn, schuilen vooral in de risicover-

deeling van het effectenbezit, in den heheersvorm en

in de bevoegdheden – vooral op beleggingsgehied –
die de beheerders enz. hebben. Hetgeen niet weg-
neemt, dat er in de helooning, die de beheerders enz.
voor hun soms zeer groote en verdienstelijke, doch
dikwijls ook zeer geringe werkzaamheden genieten,
ook groote verschillen voorkomen evenals in de even-
eens belangrijke kwestie van de wijze, waarop de
effecten ,,hewaard” worden. Het zou reeds een be-
langrijke schrede voorwaarts
zijn
als de te verwach-
ten voorschriften van de Vereeniging
01)
deze heide
laatste punten wat meer eenheid en zekerheid zouden
scheppen.
Een ander vraagstuk is de gemakkelijke verhandel-
haarheid, die den laatsten tijd in sommige gevallen wel wat al te zeer in de knel dreigt te geraken, het-geen een nadeel is zoowel voor den effectenhandel
als voor het publiek, hoewel het o.i. vooral voor den
effectenhezitter een integi-eerende voorwaarde voor zijn risicoverdeeling behoort uit te maken. In bepaalde gevallen speelt ook de levensduur een
rol
bij
de beoordeeling van de doelmatigheid, daar de
ervaring – wij denken hijv. aan het roemloos eind van de geschiedenis van het Vereenigd Bezit van
Hypothecaire Spoorwegobligaties – leert, dat een
lange levensduur niet past
bij
een uiterst geringe
heleggingsbevoegdheid der beheerders.

Risicov erdeelin.g.

Alleen de samenstelling van het effectenhezit der
verschillende instellingen tot maatstaf nernend –

1)
Wij vermijden met opzet iheft woord maatschappijen,
omdat een groot deel der hier gecreëerde ,,constructies”,
zooals cle Vereen’igin.g ze qualif.iceert, juridisoh niet den
voi-m van een N.V.
of zelfs van een rechtspersoon ‘heeft, doch slechts een verzameling, een depôt, een omnium van
een kleiner of grooter aantal effecten vormt, in welker
mutaties de beheerders, trustees of het administratiekan-
toor geen of meer of minder verregaande bevoegdheden
hebben.

27 Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

569

dus van de veronderstelling uitgaand, dat zij alle

eerlijk en kundig en zonder een andere bedoeling
,
dan

om het groote 13übliek een aantrekkelijk beleggings-
object te verschaffen opgericht en beheerd worden –

kan men de risicoverdeeling onderscheiden in één
naar landen, de z.g. geografische, verder naar valu-
ta’s, naar industrieën, naar producten en naar aan-
deelen of obligaties. Een voor alle omstandigheden en
tijden geldende richtlijn is hier o.i. niet aan te geven

en zeker niet scherp te trekken.
Veel, zoo niet alles, hang-t hier af van den smaak,
het doel en de behoeften, die de belegger heeft, voor

wie het fonds gewenscht of geschikt geacht wordt.
liet Rotterdamsch Beleggingsconsortium, een der

jongste en tevens grootste Nederlandsche instellin-
gen – het geplaatste kapitaal bedraagt thans
f
10

millioen – werkend volgens do oude beproefde me-

thode der Engelsch-Schotsche investmenttrusts, is
voor Nederland in het combineeren van de gemerno-
reerde risicoverdeeling het verste gegaan, en is daar-

in o.i. ook het beste geslaagd, al bezit
zij
dan ook een

vrij groot aantal fondsen die niet
1)
ter beurze van

Amsterdam genoteerd zijn.
Volgens een opgave van ult. Dec. 1937 en van 20
Mei ji. was het effectenbezit verdeeld over ruim resp.
250 en 275 verschillende fondsen.
Naar de landen was dit als volgt verdeeld:

uit.
Dec.
1937 20Mei1938
Nederland …………………63.30 %

62

%
Ver. Staten ………………..21.97 ,,

19.8
Engeland

………………….3.93 ,,

6.5
België …………………….2.78

2.2
Canada ……………………2.69 ,,

2.5
Zuid-Afrika

……………….1.71 ,,

3.4
Overige landen ……………..3.62 ,,

3.6

Totaal ……
100 %

100 %

De verdeeling in obligaties en aandeelen was als

volgt:
uit. Dec. 1937 20 Mei 1938
Obligaties …………………22.83 %

20.3 %
Pret. aand. ………………..

4.08

0.–
Gew. aand . ………………..

73.09

73.7

Voor zoover deze cijfers daaromtrent een oordee.l
toelaten – koersfluctuaties e.d. kunnen nl. ook tot
de mutaties hebben bijgedragen – heeft het R.B.C.
in enkele maanden van de haar gegeven onbeperkte
beleggingsbevoegdheid ook inderdaad gebruik ge-
maakt.
De andere in de tabel genoemde beleggingsmaat-
schappijen met onbeperkte beleggingsbevoegdheid
streven op soortgelijke wijze naar een zoo groot mo-
gelijke risicoverdeeling, zonder dat zij er evenwel
steeds in geslaagd zijn daar met evenveel succes
gebruik van te maken, door zich
tijdig
aan de ver-
anderde omstandigheden aan te passen.
Minder gelegenheid tot dit laatste doch ook min-
der mogelijkheid om zich aan eventueel ongewensch-te of onjuist gekozen escapades over te geven, bieden
de z.g. unit trusts die hier, -naar het .Engelsche voor-beeld, vooral den laatsten tijd zijn gesticht ofwel met
een vrij verregaand ,,flexible” of met een star ,,fixed”
karakter. Op het voorbeeld van de Vereeniging zullen
deze voortaan evenals de omniums, de bewijzen van
deelneming e.d. den minder gelukkigen naam van
dep ôtfractiebewijzen dragen.
De risicoverdeeling is hier meerendeels beperkt,
zoowel voor de zuiver binnenlandsche als voor de uit
het buitenland geïmporteerde trusts. Als type van de
meest geslaagde ,,nationalo” risicoverdeeling in de
samenstelling van de effectenportefeuille dient gé-
noemd het in April van dit jaar door de firma’s
Oyens en Van iloboken gecreëerde Algemeen Neder-
landsch_Beleggingsdepôt, dat, zooals het in een lezens-
) Sedert ons artikel in het nummer van 20 April 1938
van dit blad onder het hoofd ,,Nieuw bloed op de Nader-
Iands(he beleggingsmarkt” is hierin reeds een merkbare
veraimdering gekomen door de introductie te A.m.sterdam
van een aantal Yankees van beter beleggingsgelialte, waar-
van wij toen de wensc-heljkheid betoogden.

waardige brochure der beheerders heet, ,,alle wezen-

lijke welvaartsbronnen van ons vaderland vertegen-

woordigt”
1)

– Een andere reeds sedert 1930 bestaande unit trust
met zuiver ,,nationale” risicoverdeeling is het reeds
in 1930 door Wertheim & Gompertz gecreëerde

,,Nationaal Beleggingsdepôt”, hetwelk zich uitslui-
tend tot toonaangevende Nederlandsche aandeelen be-

l)erkt, terwijl het A.N.B. ook obligaties en pandbrie-

ven bevat.
Als typische voorbeelden van een in Engeland veel
voorkomende creatie waarbij de risicoverdeeling niet

alleen nationaal, maar ook valutarisch en bovendien
nog tot één product beperkt is, dient het Depôt van

Aandeele,n
in Rubbermaatschappijen genoemd, als-
mede het Depôt van aandeelen in Nederlandsche ban-

ken en financieele instellingen.
Een andere Nederlandsche creatie – dit jaar door
de Twentsche Bank samengesteld – die echter voor
het grootste deel uit huitenlandsche obligaties en

preferente aandeelen bestaat, zijn de Venco (Verdeeld

Risico Combinatie) Trust Certificaten. Hierbij is
naar een zekere valutarische en landelijke risicover-
deeling tusschen preferente aandeelen en obligaties
gestreefd.
De overige door Amsterdamsche firma’s geerederde
fixed trusts bevatten of wel uitsluitend Amerikaan-

sche preferente aandeelen, of vel dito obligaties, ter-
wijl men
bij
de certificaten van
Vier
Amerikaansche
Spoorwegobligaties nog moeilijk van een noemens-waardige risicoverdeeling, die toch het doel van der-
gelijke creaties moet
zijn,
kan spreken.

Overigens verwijzen wij ten deze naar de bij de
tabel gevoegde noten, waarin ook de samenstelling
van de effectanportefeuille is opgenomen van enkele
zuiver buitenlandsche instellingen op dit gebied, die
hier geïntroduceerd zijn.
Daaruit blijkt wel, dat de keuze ten aanzien van
de risicoverdeeling zeer gevarieerd is, en dit is nog
slechts een flauwe afschaduwing van wat op dit ge-
bied in Engeland en Amerika gepresteerd is.

Beheersvorm en. beleggin.gsbevoegdheid.

Evenals in Engeland de beheerders der beleggings-
instellingen, die in den juridischen vorm van een
company gestoken zijn – zooals met de investment-
trusts van het oude type van v66r 1930 gewoonlijk

het geval was – meestal de hoogst
mogelijke
mate
van vrijheid bij haar beleggingen hebben, van welke
vrijheid gewoonlijk gebruik gemaakt wordt om in
een zeer groot aantal fondsen te beleggen, en deze
beleggingen herhaaldelijk te wijzigen, evenzoo gaat in Nederland de naamlooze vennootschapsvorm ge-paard met een uiterst ruime beleggingsbevoegdheid
van de directie.
Omgekeerd gaat de ,,depôt-vorm”, die sedert een
half jaar in Nederland eenigen ingang heeft gevon-
den, vrijwel steeds gepaard met een beperkte bewe-
gingsvrijheid der beheerders op beleggingsgebied,
vaak zelfs met een vrijwel algeheele afwezigheid
daarvan, alsmede met een meerendeels – soms zeer
beperkt – aantal fondsen waarin belegd is resp.
belegd mag worden.
Door de onaangename ervaringen, die met onbe-
perkte beleggingsbevoegdheid in Amerika in de jaren

1)
Men vindt hier in elke eenheid om. f25.000 3-334
pot. Nederland 1918,
f
14.000 obligaties van onze groote
steden,
f
14.000
336 pOt. pandbrieven in een veertien tal
Nederl. hypotheekbanken,
f
10.200 aandeelen in een tien-
tal Nederlandsuhe bankinstellingen, circa
f
21.000 aandee-
len in een vijftiental zuiver Nederlandsche ondernemingen,

f
3000 Koninklijke Petroleum,
f
4000
in een drietal rub-
bcronderuemingen,
f
3000 in een drietal handelsouderne-
miisgen,
f
6000 in een vijftal sdlieepvaartmaatsehappijeu,

f
5200 suiker wmmrvan
f
4000
H.V.A.,
f
3000 tabakken, en
voorts enkele mijnen euz. en diverse aandeelen, zooals N
.
I.
Gas, Aniem, Billiton, Kali Tello, Bijenkorf, NT. Steen-
kolen, enz.
(Vervolg op pag. 574.)

570

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli’ 1938

Schema per 30 Juni 1938 van de ter beurze van Amsterdam genoteerde effectenbeleggingsinstellingen.

Samenstelling
Koersverloop

NAMEN DER INSTELLINGEN

,
Opge-
Beheers-
van de
1937

1938
30
richt in
vorm

portefeuille
Juni
H.
L.
H.

L.

Onbeperkte Beleggingsbevoegdheid.
Administratiekant. v. Gemeensch. Fondsen
1876
N.V.
?
40
1
/
2

25 28 26
1
/

Mrs. van Vierssen Trip
&
Feith a)
Vereenigd Bezit v. md. Fondsen a)
1894
N
.
V.

,
21 oblig.
212
2
/
2

175
180
160

94 aand. 28)
Fondsen Handel Mij. Aand. v. f1000
1921
N.V.
?
21
19

Ver. Fondsenbez. (Mij. t. Expl.) Aand. v. f 1000
1923
N
.
V.
35 oblig.
56 20
31
.
28
-.
ll0aand.
•Amsterda’msche Investment Trust (vroeger
1929
N.V.
?

Ned. Bank v. Buit. handel) a)
Union Internationale de Placements ,,A”
1931
Soc. An.
249 aand.
1 en 25 bew. v. deelnem.
(1937)
80 oblig. 29)
180 109
1131
/2
96
102
Rotterdamsch Beleggings-Consortiu m Aand.
1933
N.V.
275 fondsen 2?)
v. f1000 en f100

.
(1938)
– –
130 113 127

Beperkte Beleggingsbevoegdheid.
geringe beperking.
Allied Internat.

Invest. cert. v.

10 aand.
1927
Corp.
±200fondsen
31
)
dito cert. v.
$
3 conv. pref. A.
(1929)
Wil-

mington
Engeisch
Hou.
Belegg. Trust 1 ste pr. Aand.
1929
N.V.
188 fondsen 26)
85
80

(Lippman, Rosenthal
&
Co.) 2de pr. Aand.
Internat. Beleggings depôtcertif. in coup.
Fr. fr. 5, 10 en 25 depôtfracties v. d. Soc.
1930
Dep6t
14
)
31 aand.
286 207
218,
191
201
Internationale de Placements
Gemengd bezit v. aand. in Z.-Afr. Ondern.
1938
Depôt
33
)
38 Z.-Afrik.
– – –

f 925′
(NV. Mij voor Z.-Afrikaansche waarden)
,
aand. 34)
strenge beperking.
Diversified Trustee Shar’es cert. v. 10-100
1929
,

50 gew. aand.
aand.
(1930)
Depôt 15)
in Am. Mijen
1/2
22/
4

2/
4

2

,
2/
4

North. American Trust 1953
1929
10,

100, 250 en 2000 shares c)
,

(1930)
Depôt
16
)
28 aand. 25)
2
‘/16
1
5
/
9

1
1
/
1/
9

1
12
/
20

idem

Cumnats 1955





10, 25, 50, 100, 250 en 500 shares
idem

Disnats 1956





10, 25, 50, 100, 250 en 500 shares
Nationaal Beleggingsdepôt 1-5 cert.
1930
Depôt i)
21 aand. 18)
f421,
f316
f365
f:308

f361
Corporate Trust Shares Modif. serie
1931
A.A. distrib. type 10, 25, 50, 100 en 10000
(1932)
Depôt
24
)
30Am. aand. 25)
3
1/
,
115/16
1
9
/,

shares
Idem

accumul. type
Depôt
24
)
idem
3
1/
1
15
/
1
9
/
16


First British Fixed Trust 10-2000 trust
1931
aand. in 24
shares
(1932)
Dep6t
6
)
Eng. Mijen 23)
f236 f192 f196 f180
f189
Grondstof-aandeelen
1932
Depôt 4)
30 aand. 28)
f 490 f 332
f 340
f 319

Depôtbewijzen v. 5, 10 en 25 fracties
Banken en Finantieele Instellingen cert. v.
1933
Depôt
5)
11 aand. 17)
f164
f131
f154
f130
f137
en
10/,

depôt v. aand.
Depôt v. Aandeelen in Rubber Mijen
1934
Depôt 1)
12 aand.
11
)
f300 f147
f174
f128
f164
1
1
2

cert. v.

aandeel in een Depôt-eenheid
Trust of Bank
&
Insurance Shares 10-100
1935
52 Eng. Bank-
units.
(1938)
Depôt?)
en verz. aand. 22)
– –
f 91/
4

f
861/2

f88,70
American Composite Trust Cum. Ser. 10, 25
Depôt 30)
31 aand.
4
2/
2
15
1
i6

2/
9

2/
en 100 shares

(modified)
Algemeen Nederlandsch Beleggingsdepôt 1
1938
Depôt 3)
21 oblig. 19)
– –
f537’/
2

f507’/
2

f537
1
12

en 2 depôt-fracties
51 aand.
Venco’ Trust certificaten

aand.
1938
Depôt”°)
8 pref. aand.
– –
f317
f 279
f314
22

(Verdeeld Risico Combinatie)
16 oblig. 20)

Geen Beleggingsbevoegdheid.

Vereen. Bez. v. H yp. Spoorw. obl. (W. & G.) b)
1887
Depôt 12Am.spoorw.



– –
Oblig. v. F1. 500 en F1. 1000
oblig.
Cert. v. 4 Amerikaansche Spoorweg obligaties
1938 Depôt 13)
4 oblig.


471/4
31
1
/
i

42
1
/
Drie Fransche Banken
Depôt
3 aand.
230
185
,


112/
9


cert. v. Fr. Frs 3000 aand.
Omniumv. cum. pref.aand.inAmerikaansche

1938
Depôt
12
)
20 cum. pref.
‘ –

f316 f282
f304
Mijen 1 en 5 depôtfracties.
aand, in
Am. Mij en
21)

Omnium van Obligaties v. Amer. Ondern.
deel Serie A.
1938
Depôt 11)
16 Am. oblig.
– –
f293
f 236
f 291
dito

B.


1938





Uniprefs (certificten)


1938
Depôt
8)

8 pref. aand. in


f 343 f 320 f 330
Am. Mijen 21)
Depôtfractiebewijzen van Zuid-Afrikaan-
1938
Depôt
32
)
6 cum. pr
. a.
– – –

f222
1
1
2

sche waarden (Africatrust)
6 gew. a.
– –
– –

f233
1
1
2

De tusschen haakjes geplaatste jaartallen
betreffen
het jaar
van introductie
te Amsterdam.
Koersen volgens
Brand’s Gids voor Incourante Fondsen tot 1
Mei.
1

Niptffic.ip,e1e,nntp,erd

ter he,22r,e vn
Amste,rdam
bI

T.iciiiirlatie
vnnreste1d
c Indien op een” aandeel in een, van de 28 Maatschappijn ni”et eenig diviend is betaald binnen 100 dagen,
nadat zij haar gewone dividend heeft gepasseerd is de trustee volgens de trustacte verplicht alle áandeelen dier
maatschappij te verkoopen. De netto opbrengst komt-ten goede aan het uitkeeningsfonds, waarin ook alle andere ontvangsten gestort worden. Daaruit wordt een halfjaarlijksche coupon betaald.

27 Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

571

1)
11ke

depôt-eenheid

bestond

oorspion-
Anglo

Iranian

011,

Babcock

&

Wilcox,
l)Cet, 6
%
cum. pr
. Col. Gas & EI. A., 5
%
kelijk

tilt

de

volgende

aandeelen

â

f 1000
Brit.

Insulateci

Cables,

Callender’s

Cable cum.

pr.

Distili.

Seagrams,

6 %

cum.

pr.
nominaal:

Bandar

Rubber,

Indische

Rub-
& Constr.

J. en P.

Coate Ltd.,

County of
,,A” Firestone Tire & Rubb., 6 % cum. pr
.
her, kuil ]3aka,

Kendeng

Lemboe,

Lam-
London

El.

Stipply,

General

El.,

1-Tarroids
North

Ani.

Cy.,

6
%

cum

le

pr.

(Con’.)
pong

SUIIL,

Nl.

Rubber

en

Koffie,

gew.
Ltd., Shell Trans. & Trad., Staveley Coat
Paraiutount,

6
%

cum.

prior

pr.

(Conv.)
Ver.

Majang

Landen,

Oost-Java

Rubber,
& ]ron

Cy.,

Watney

Combe

Reid

(def.);
flep.

Steet,

5
1
12
%

cum.

pr.

Shett

Union,
t;
%

cum.

t)ref.

R’dam

Tapanoeti,

Sitau
£ 25

Boots

Pure

Brug,

British

Am.

Ta-
7%

cum.

pr.

U.

S.

Steel;

zonder

oom.
Sumatra, Sumatra Rubber, Ver. md. Cutt.
bacco,

Guinness

&

Co.,

Imperial

Tob.,

J.
waaa’de

20

st.

$

3.50

cum.

pr.

(Conv.)
Oud., Amsterdam Rubber ontbreekt, waar-
Lyons

&

Cy.;

£

12
1
/2:

Comm.

Union

As-
Radio

Corp.,

20

St.

$

3

cum.

pr.

United
schijnhijlc

omdat

deze

MIJ.

behalve

rubber
sul’.

Cy.

.
Corp.,

10

st.

$

6

cum.

pr.

Ani.

Water
ook nog groote andere belangen heeft zoo-
7)
De Trust of Bank & Insurance

Sha-
Works & EI., 10 st.

$ 6 cum.

pr.

(Conv.)
ats

palmolle

ed.
les”

ie

een

ftexibte-trust,

van

het

cumu-
Armour

&

Co.

(Iltinois),

10

st.

$

5

Cum.
2)
1tke

depôt-eenheid bestond

aanvanke-
tatleve

type.

De

bij

de

TrustaCte

toege-
pr.

(Con’.)

Gillette

Safety

Razor

Cou.,
lijk

uit

de

volgende

aandeeten

â

f 1000:
stane

beleggingen omvatten

de

aandeelen

st.

CUlfl.
pr
.

(Conv.)

Goodyear Tire,

o
st.

4.50 Cum.

pr.

(Conv.)

”lde

Water
Aku,

Unilever,

Werkspoor,

R’damsChe
der

navolgende

Maatschappijen:

Bank

o
Ass.

Cii,

10

st.

$

6

cum.

pr.

Witson.
Droogdok, Ver. Blikfabr., Van Gelder, N.V.
Engt., Baretays Bank, Barclays Bank

(D.
De

certiliCaten

worden

uitgegeven

in
1)roogdok, Ver. Btlkfabr., Van Gelder, N.I.
C.

&

0.),

District Bank,

Hambros

Bank,
cOul)ures,

rechtgevende

op

resp.

11100

en
Gas Mij.,

Internatlo, Koninklijke, Rubb.

C.
Ltoyds

Bank,

Martins

Bank,

Midtand
5/100 gedeelte van de depôt-eenheid

(depôt-
M
…Adem,

Ned.

Scheepv.

Unie,

Dell
Mij.,

Thomsen’s

F{avenbedr.,

N.
T.

Spoor;
Bank,

Nationat

Bank,

Nationat

Pim’.
Bank,

Royal

Bank

of

Scotland,

Union
fracties)

en

zijn

voorzien

van

dividend-

f
800:

gem.

Bezit

Philips;

f
600:

A’darn-
Bank

of

Scotl.,

Westmlnster

Bank;

Ban-
bewijzen,

vervallende

op 1

Mei

en

1

No- sche

Bank;

f
500:

Ned.

Ford,

H.V.A.;
ken

in

de

Britsche

Dominions,

Kotoniën
vember, voor liet eerst op 1 November 1938.
certif.

v. aand.

è
f 1000:

Ned.

Hand.

Mij.;
enz.:

Bank of Australasla,

Bank ol Ilon-
De

certifiCaten

vertegenwoordigen
1
400:

Biltiton

2e

rubr.;

f
200:

Ned.

Gist
treal,

Bank

01

New

Zealand,

Chartered
elk

een

tiende

deel

van

de

navolgende
en

Spir.
Bank of India, Austr. en China, Dominion
v’arden•

$ 1000:

5 %

Kansas

City

South.
8)
Elk depôt wordt als een eenheid be-
Bank, Engi., Scott. en Austr. Bank, Flong-
kong en

Shanghai

Bank

Oorp.

Meièant.
1950,

ë

,

North.

Pac.

2047,

4
1
12
%

Soutb.
schouwd

en

ie

samengesteld

uit

de

vol-
,
Bank

of

india,

Nation
Bank

of

India,
1981,

South.

Rail.

1956.
geuite

officieel

genoteerde

Nederlandsche
obligatiën
a
f 1000:
25 st. 3__3i/

% Nederi.
Royal

Bank

ot

Can.,

Standard

Bank

o
liet

,,Internationaal

Beleggingsdepôt-
’38,

5

st.

33/

%

N.

Hou.

’38

II,

3

st.
S. Afd.;

Disconto Maatschappijen:

Alexan-
eenheid”

Is

uit

de

volgende

aandeelen
3
1
/s % A’darn

’37 8e Ing., 3 st. 3 % ‘s-Gra-
ders

Disc.

C.’

Natlonal

Disc.

C.,

Union
iu
steagesteld: Nederland:
f
400 Kon. P’eti’.,
venh.

’38,

3

st.

3…..311

%

R’darn

’38,

2

st.
Disc.

C.

of

London;

Verzekering

Maat-
Philips,

FI.V.A.;

Vereenigde

Staten

van
3
1
12
%

Bank

Ned,

Gem.

.1937

II,

verder

1
sc happijen: Alliance Ass. C., Atlas Ass.

C.,
Beacon

Ins,

C,
Amerika:

2

Am.

Tel

&

Tel.,

2

Allied
l)andbr.

Bui
%

Amst.

1I.

B.,

DI2 %

Arnh.
Britannic

Ass.

C.

Corn-
rn
mercial
Che.,

3

U.

S.

Steel,

3

N. Y.

Central

8
Fr.

B.,

3l/

%

Alg.

H.

B.

z.

ultk.,

3t/

%
Union

Ass.

C,

Eagle

tar

&
Stand

Gil

10

Woolworth;

België

2

oC.
Friesch-Gron,

H.

B.

i/_I/,
3h
/

%

Gron.
British

Dom.

Jos.

C.,

Equlty

and

Law
Gén.

de

belg.

(parto

de

rés.);

Canada:
H.

B.,

3
1
/2 % II. B. v.

Ned.

Serie M., Uh
Life Ass C.

Guardian Ass C.

Legal and
Gen.

Aas.

London
Can.

Pac.

Rail.,

5

Shawin.

Water

and
%

MIJ.

v.

1-lyp.

Cred.

in.

verpl.

ultI.,
oc.,

&

Lanc.

los.

C.,
Power;

Denemarken:

10

Det

store

Norci.
3
1
1

% Nation, H. B. Serie B., 3’12 % Ned.
London & ManCh. Ass. C., Lonuun Assur.,
North

British

&

Merc.

los.

C.,

Northe,n
‘pel

selskab.;

Dultschland:

R.M.

1300
H. B. Serie K, 3
1
1

% Utr. H. B. in. verpi.
Ass.

C.

Pearl

Ass.

C.

Phoenix

Ass.

C
i-‘reuss.

Zentralboden,

R.M.

1400

Siemens
ultI.,

3’/s %

Westl.

H.

B.

m.

verpl.

uitI.,
.,
l’he

Pl’anet

Ass.

C.,

‘Prudent.

Ass.

C.,
Haiske

R.M.

1600

1,

G.

Farben,

R.M.
2000

Nordd,

Lloyd;

Engeland

5

Prudent.
3
1
12 %

ïeeuwsche

IJ.

13.,

3
1
1

%

‘Luider

34.
Serie K

L., 4 st. 3
1
12 % Zuid-Holt.

H.
Royal Exchange Ass., Royal Ins. C., Scott.
Ass.

20

British Am.

Tob.,

50

Base,

Rat-
B.,

2

st.

Dia
%

Conv.

Leening

N.

1.
Union

Nat.

Ins.

C.

Sun

Life

Ase.

Soc.,
Union Ina.

Soc. of banton, Yorkshire los.
clifi’ &

Gretton,

50

Courtaulds;

Frankrijk:
Spoorw.

Mij.

1937

en

aandeelen

IL

f 1000:
1
St.

Nat.

Bezit Aand.

Arniern,

Nat. Bezit
C. De Trust-acte staat bovendien toe beleg-
1

Cle

Canel

Suez

3

Crôdit

Lyonnais,

4
Nord

Lurnidre

5
‘PÖchlney,

10

Forges

et
v.

Aanci.

N.

1.

Gas

Mij.,

Borneo Suin.

H.
ging In aandeelen van Banken of Verzeke-
ring-Maatschappijen,

die

opgericht

zouden Acier.

Nord et’ cle l’Est; Zweden: 10 Svens-
IYt

Curac.

I’I.

MIj.,

Internatlo,

Billiton
2e

Ft
..,
worden

door

fusie

of

reorganisatie

der
ka Tëndsticks, 10 Svenska Kullager; Zwit-
ubr. ,

3

st.

Koninklijke,

2

st.

Rubber
bovengenoenide instellingen, en in de offi-
serland: 5 Nestlé & Anglo-Swies, 5 Schwei-
zer, Bankver.
Mij…Amsterdam”, verder 1 stuk Ban-
cieel

geautoriseerde

Trustee-fondsen.
dal’

Rubber,

Kend.

Lernboe,

A’darnsche
Bank,

Amst.

Liq.

Kas,

Holt.

Bank-Unie,
8)
Een

depôt-eenheid

bestond

aanvanke-
ii) Elke

Divereified

Trustee

Share,

Se-
Incasso

Bank,

Kas

Vereen.,

Ned.

B.

v.
lijk

uit:

aand.

á

$ 1000: 7 % cum.

pr.

Ani.
nee C. vertegenwoordigt een vlerduizendste
Z.-Afrika,

Rotterd.

Bankv.,

Roll.

Beton
Sugar Rel. Cy., 6 % Cum. pr. CoIg.

Palin.
(114

gedeelte

In

een

Eenheid

(Unit)
Mij.,

Brocades-Steeman,

Lyernpf, Ned. Gist- Peet,

7 %

CUm.

pr.

Int.

Nickel

Cy.,

7 %
van

het

hieronder

aangeduide

Vereenigd
en

Spiritus,

Ned. Kabeifabr., Rott.

Droog-
CUn).

pr.

P.

Lorillard

Cy.,

7 %

cum.

pr. Bezit,

thans

bestaande

uit

300,

bij

den
dok,

6 % Curn•. pr. Lever Br. en Unilever,
Nat.

Dalry

Producte,

4 %

UnIon

PaClfic,
Trustee

gedeponeerde,

aandeelen

In

het
Ver.

Bilkfabr.,

2

st.

6 %

cum.

preI.

Van
7 %

Cum.

pr.

U.

S.

Smelting

Rel.

en

10
Gewone

Aandeelenkapflaal

van

50

Maat-
Gelder,

1 et.

Roll.

Arn. Lijn,

let.

Nat.

Be-
stuks

z.n.w.

$ 6:

lste

cum.

pr.

aand.

Arn.
schapl)Lien:

10

Spoorweg

Maatschappijen:
zit

K.N.S.

Mij.,

2st.

Ned.

Sch.

Unie,

1

st.
Waterworks.
5

Atch.

Top.,

20

Can.

Pac.,

5

Delaij.,
MIJ. Zeevaart, 4 et.

H.V.A.,

verder 1 stuk
9/to) De Certificaten worden uitgegeven In
Lack & West, 5 Illinols Central, 5 Louisv.
&

Nash.

5

N. Y.

Central,

5

Pensylv.
n
Ai’endsburg,

Dell

Mij.,

Senembah,

Kali
Tello, 2 St

De Bijenkorf”, 3 st. 6 % cum.
.,,
coupures,

elk

vertegenwoordigende

11100
Rail.,
5

Union Pac. ;

10

Openbare

Nutsbe-
pr.

.,, De

Bijenkorf”,

1

st.

N.

1.

Steenk.
resp,

51100

aandeel

in

de

depôt-eenheid,
drijven:

5 kin. Tel. & Tel,, 5 Oolunib.

Gas, Fland.

Mij.;

f

1500:

gem.

Bezit

Philips;
vellce

oorspronkelijk

was

samengesteld
5 Coinmonw. Edison, 5 Consol. Gas, 5 Con-
f
1200:

N.

3.

Suiker Unie

N.

1.

Flanclels-
uit

de

volgende

preferente

aandeelen:
1000:

Heernaf,

Ver. Chern. Fabr., Houth.
sol.

Gas

El.,

Lt.

&

Pwr.,

5

Detroit

Edi-
son, 5 ?orth

Amer., 5 Pac.

Gas & El.

5
bank;

f
900:

Nievelt

Gou1r.;

f

750:

Pref.
Oost-Bomen Mij.;

f
700;

N.

1.

Portl.

Ce-
v.h:

Williarn

Pont;

$

1009:

7 %

Bethie-
Un. Gas Irnpr.

5 West. Union Tel.; 21 in-
ment;
f
600:

Unie v.

lJsfabr.,

Ned.

Ford;
hem

Steel, U.

S.

Steel

Corp., Union

Pac.,
Shell Union

10 etuke Ain. W. & El.

obli-
dustrieele Maatschappijen: 5 Air Reduction,
5 Allled Chem.

5 Am. Can. C.

5 Am. Car
Cert.

v. aand.

t
f 1000:

Ned.

H.

Mij.,

Tw.
Bank,

2

st.

Unilever,

5

et.

v.

7 %

Cum.
gatlën:

f

i’000:

4
1
12 %

Spoorw.

Mij.

Paris
& Foundry,
5

Arn. Radiator,

Borden C.,
pref.

linilevei’.
LyonsIédit

1932, 5 % Spoorw. v. Elzas-
5 Du Pont de Nemours, 5 Eastman Kodak,
Loth.

1929,

6 %

Spoorw.

Mij.

Parijs—Or-
20

General

El.,

5

Ingersoll

Rand,

5

In-
Elke

G.A.D.-fractie

vertegenwoordigt
leans

1927. 7 % Ma.rokk.

Sp.

Mij. 1926, 5 %
tern.

IIarvester,

10

Nat.

Biscuit,

20

Otis
111000
van een eenheid bestaande uit aan-
Parijs 1932, 2 stuks 4 %

Konverslonskasse
Illevator, 5 Procter & Gamble, 5 R.eynôlde
deolen

van

30

verschillende

Maatschap-
ftir

Deutsche

Ausl.schulden

(10-j.

fund.
Tob., 5

Sears,

Roebuck,

5

Union

Carbide,
l)ijen,

dle

grondstoffen

voor

de

Industrie
bonde);

Zw.

Frs.

5000:

4 %

Argentinië
5 United Fruit C., 5 U. S. Steel, 5 Westing-
pi’oduceeren.

Een

eenheid was oorspronke-
1933

(Roca-ieening);

£

200:

7 %

Duitsch
house

El., 5 Woolworth;

9

Petroleum-

en
lijk

als

voigt

samengesteld:

£

100:

Sudan
Kalisynd.

1926;

$

1000:

5
1
12 %

Dorninic.
Mijnbouwrnaatschappijen:

5

Am.

Smelt.

&
Plant.

Synd.

(katoen) ,

Burma

Corp.

(rne
Rep.

1922,

5
1
1

%

First

Mortg.

and

First
Pef.,

5

AtI.

Bef. ,

5

Kennec.

Copper,

5
talen),

Jrnperial Chern. md., Rubber Plant.
Lien Central St. Pow.

& Light Corp. 1928
Prairle Pipe

Line

Cy., 5 Royal

Dutch

C.,
In’.

Trust,

Assam

Cy.

(thee);

£

50:

Tur-
—1953,

6 %

Conv.

Intern,

Hydro-El.

Syst.

5 Stand.

011

C. of Cal., 5 Stand. Oil

C.

N.
ner

&

Newali

(asbest),

Ven.

Oil

Conc.;
3029-3944,

51/i
%

Cities

Serv.

Pow.

&
J.,
5 Stand.

Oil C. of N. Y., 5 Texas Corp.
£

30:

Central

Pim’.

Mangan.

Ore,

Cour-
Light C. 1929-1949

(
1
1
$_
1
1
),
5
%
Ref. and
Een

Eenheid

(Unit)

bestond oorepronlce-
taulds

(kunstzijde);

£

25:

Burma

Gil

Cy.,
lmpr.

Mortg.

Kans.

City

South.

Railway
lijk uit 250 Aandeelen en wel 5 •Aandeelen
Padang

Cons.

(tin);

$

1000:

U.

S.

Steel;
1950,

4 %

Ie

Flyp.

Miss.

Kans.

&

Texas
van elke soOrt.

(Door 5l)litsingen, thans 01)
$

250:

Stand

011

of

N.

J.;

zonder

oom.
1990, 4’/

%

Pensylv.

RalIr.

C.

1970, 4’/

%
30

aandeelen

gebracht.)
waarde: 40 aand. Intern.

Nickel, 30 aand.
Kennecot Copp., 10 aand. Central Agulrra
Southern Pac.

C. 1969.
lG)
Elke

North

American

Trust

share
Ass.

(suiker),

3

aand.

Arbed

(staal

en
fl)
De

depôt

eenheden

zijn

samengesteld
vertegenwooi’digt 112000 aandeel In de. hier-
ijzer);

Zw.

Frs.

1000:

Allumin,

TnO.

A.
uit

de

navolgende

obligaties:

$

1000:

5%
onder aangeduide groep of Eenheid (Stock
G.

Neuhausen;

Fr.

Frs.

1000:

Mines

de
Balt.

&

Ohio

1948

5
%

Centr.

Pac.

1960,
L’nit)

van bij de Trustee gedeponeerde 112
Lens

(steenkool), 5 it. Forges et Acièr du
3314
%
Great Norti.

Co. gen. mortg.

Serie
aandeelen

(common

stocic):

Spoorwegen:
Nord

et

de

tEst;

Fr.

Frs.

500:

Chaux
&

Ciments

Lafarge;

B.

Frs.

200:

1

1067,

4
%

Illin.

Centr.

per

1955,

Kans.
City

South.

ref.

&

impt.

1950,

5 %

Mies.-
4

Atch.

Top.

4

Canad.

Pac.

4

Illinois
Centr., 4 Louisv. & Nashv., 4 N. Y. Centr.
Union
Min. du Ilaut Kat.;

R.M. 1200: 1. G. Far-
Kans.-

Tex.

Serie

A

pr.

tien

1962,

5
%
4

Pennsylv.

Rail.,

4

South.

Pac

C.,

‘i
benind.;

Lit.

3000:

Montecatini

(chew.
N. Y.

Centr.

ref.

& impt.

2013, 6
%

North.
Union

Pac.

Rail.;

Petroleum:

4

Royal
prod.);

9 f1000: 2 st. Amsterdam

Rubber, Pac.

2047,

4
1
1
2
%

Pennsylv.

1970,

4
11

%
South.
Dutch C., 4 Stand. 011 C. of Cal., 4 Stand.
1 st. Aku;
f
500: FI.V.A., Bililton Mij., Dell
Pac. 1969

6% South.

Rail.

de

en
011

C.

N.

J.

4

Stand.

011

C.

of

N.

Y.

4
MIJ.,

Koninkl.

Petr,
gen.

mortg.

1956;

verder

$
2000:

van

3112

Texas Corp.;

Industrie: 4 Am. Radiator, 4
Bethl. Steel Conv. 1952, 5
%
Intern. Tel and
Ma. Tob., 4 du Pont de Nemours, 4 East-
De

certificaten

vertegenwoordigen, Tel 1955, 6
%
Paramount Pict. 1955, 4
1
12
%
man

Kodak,

4

Gen.

El.,

4

Ingers.-Rand,
11300

resp.

101100

aandeel

van

één

depôt-
Rep.

Steel

Serie

C.

1956,

5
%

Western
4

Nat.

Biscuit,

4

Otis

KIev.,

4

Westing-
eenhei&

oorspronkelijk

samengesteld

uit
Union 1951.
house El., 4 Woolworth; Openbare Nutsbe-
de volgende

aandeelen

0.

f1000:

Amsterd.
De

certificaten

worden

uitgegeven

In
drijven:

4

Am.

Tel.

and

Tel.,

4

Consol.
Bank, Aniet. Llq.-Kas, Incasso Bank, Jav.
coupures,

rechtgevende

op

resp.

11100

en
Gas, 4 Western Union.
Bank,

Kasvereen.

Nederi.

Bank, Rotterd.
l3ankver.

Tw. Bank; f600:

N. 3. Handels-
51100 gedeelte van de depôt-eenheid

(depôt-
fracties)

en ziJn voorzIen van halfiaarljk-
17)
Artikel

11

van

de

Voorwaarden

be-
bank;

f

50:

Ned.

1-1.

Mij.
sche

coupons,

vervallende

resp.

op

1

Mei
treffende

de uitgifte

van

certificaten

van
0)
Elke share in de First British Fixed
en 1 November, voor het eerst op 1 Mei
Dcpdt van .4andceicn in Rubbermaatscliap-
vijen:
Trust vertegenwoordigt 112000 deel van een
Mocht naar de meening van het Admini-
unit,

welke

is

samengesteld

als

volgt:
Ii)
De

depôt-eenheden

zijn

samengesteld
stratiekantoor

een

of

meer

van een

der
£

100:

MidI.

Counties

El.

Supply

Cy.;
uit

de

navolgende

aandeelen:

$

1000:
samenstellende

deelen van

de

depôt-een-
£

75:

Courtaulds,

Furness

Withy,

Rolls
7 % cum. pr
. Am. Smelt. & Ref., 6 % cum,
held”

te

eeniger

tijd

niet

meer

als

voor
Royce Ltd., Savoy II otel Ltd., Sweppes Ltd.
Ie pr.

Asoc.

Dry 000ds Corp., 7
%
cum,
dit

depôt

geschikt

belegglngs-object

moe-
(def),

Yorkshire

El.

Oower

Cy.;

£

50:
pr. Bethl.

Steel, 6
%
cum. pr
.

Colg.-Palm.
ten worden beschouwd, dan zal het Admi-

572

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

nistratiekantoor gerechtigd zijn tot vel-
koop van zoodanig fonds over te gaan.
Indien door fusie of anderszins wijzi-
ging in de fondsen van de ,,depôt-eenheid’
plaats vindt, heeft het Administratiekan-
toor liet recht te handelen, zooals de om-
standigheden dit naar
zijne
meening in
het belang der certificaathouders mede-
brengen.
Artikel 14.
liet

Administratieka utoor

heeft

het
recht deze voorwaarden te wijzigen, mits
daarvan per advertentie aan certificaat-
houders kennis gevende. Indien de aard
der wijziging zulks volgens de voorschrif-
ten van de Vereeaiging voor den Effecten-
handel te Amsterdam noodig maakt, zal
door het Administratiekantoor worden me-
degedeeld, dat gedurende een maand na
a ankondiging der wijziging certi ficaathou-
ders hunne certificaten ter royement kun-
nen aanbieden zonder betaling van roye-
mentloon.
ii) Artikel 5 ian de Administratievoor-
waarden van het Nalioncwl Bel eqginçjs-
depôt.
Er zal naar worden gestreefd, zoo-
veel mogelijk de samenstelling van de de-
pôt-eenheid’ te handhaven als in en
aanhef van
deze acte omschreven, behou-
dens het bepaalde in art. 6. Derhalve zal
het Administratiekantoor alle waarden,
welke uit bonusuitkeeri ng, claimrecht, aan-
deelensplitsing of anderszins voortsprui-
ten uit het depôt ten behoeve der certif 1-
caathouders te gelde maken; de opbrengst
wordt overeenkomstig art. 4 geboekt op de
uitkeeringsrekefling.
Artikel 6.
Indien door fusie of anderszins een der
fondsen, welke deel uitmaken van het de-
pôt, wordt vervangen door een ander,
heeft het Administratiekantoor het recht
dat nieuwe fonds uit het beleggings-depôt
te verkoopeti; het is daartoe echter niet
ver 1)1 icht.
Indien door het bestuur eener vennoot-
schap, welker aandeelen resp. daartegen
uitgegeven certificaten deel uitmaken van
het beleggingsdePôt, officieel wordt aan-
gekondigd, dat over een bepaald jaar geen
dividend wordt uitgekeerd, is het Admi-
nistratiekantoor gerechtigd, dat aandeel
resp. certificaat uit het beleggingsdepôt te
verkoopefl.
Jn geval van zulk een verkoop, zal het
belegginga-depôt” in den vervolge blijven
samengesteld, zooalsna den verkoop het
geval is. De opbrengst van de hier be-
doelde verkoopen wordt overeenlomstig
art. 4 geboekt op de uitkeeringsrekening.
ii) Artikel 4 van de voorwaarden, waar-
onder depôt-eenheden van het AND. wor-
den beheerd:
In de samenstelling van een depôt-eenheid mag door de beheerders of het
Administratiekantoor

geen

verandering
worden gebracht. Uitgelote obligatiën wol’-
den derhalve vervangen door stukken van
dezelfde soort. Van conversierechtea zal
gebruik gemaakt worden.
De beheerders zijn evenwel gerechtigd
uitgelote obligatiën niet te vervangen door
stukken van dezelfde soort, van conversie-
rechten geen gebruik te maken en In het
algemeen tot verkoop over te aan van een
of meer fondsen, waaruit de depôt-eenheid
is samengesteld, Indien de uitgelote, de te
converteeren dan wel te verkoopen fondsen
naar hun oordeel niet meer alseen voor
het depôt geschitk belegglngsobject kun-
tien worden beschouwd.
Alle uit dien hoofde of uit anderen
hoofde uit de depôt-eenheden voor herbe-
legging beschikbaar komende gelden vor-
den door de beheerders herbelegd in een of
meer aan uitloting onderworpen Neder-
landsche Staatsieeningen.
In geval van wijziging in de samen-
stelling van een depôt-eenheid waarin deze
acte niet voorziet, beslissen de beheerders,
zooals hun dit in liet belang van de hou-
ders van depôt-fractiebewijzen wenschelijk
voorkomt.
Artikel 5.
I. Claims worden te gelde gemaakt en
de opbrengst wordt bij de eerstvolgende
uitkeering aan. Houders van depôt-fractie-
bewijzen uitbetaald.
2. Bonussen worden, voorzoover de be-
heerders niet besluiten die aan het depôt
toe te voegen, te gelde gemaakt. De op-brengst wordt herbelegd op de wijze als
aangegeven In art. 4.
Artikel 6.
Bij verkoop van fondsen en bonuis-
sen. als bedoeld in de vorige artikelen,
wordt de gezamenlijke netto-opbrengst van
alle uit depôt-eenheden verkochte fondsen
en bonussen ter herbelegging over alle
depôt-eenheden gelijkelijk verdeeld, opdat
de samenstelling van elke depôt-eenheid
steeds gelijk blijv e aan die der andere
depôt-eenheden.
Beheerders en het Administratiekan-
toor dragen zorg, dat de fondsen, die In
de plaats treden van de uit de depôt-een-

heden gelichte stukken, daaraan ten spoe-
digste worden toegevoegd.
10)
Artikel 7 vn de Administratie-voor-
waarde der
T’erico-trusf certi[icaf eis:
De
samenstelling van de depôt-eenheid zal
zooveel mogelijk worden geh andhaafd, als
in Artikel 1 omschreven. 1-let Administra-
tiekantoor zal derhalve alle waarden, voort-
spruitende uit liet uitkeerea van bontis-
aandeelen uit clairnrechten, uit aandeelen-
splitsing en dergelijke, ten behoeve der
certificaatliouders te gelde maken. De
Op-
brengst daarvan zal worden uitgekeerd als
in Artikel 5 omschreven. Artikel 8.
Indien naar de meening van het Ad-
mioisti’atiekautoor een of meel’ der samen-
stehlende deelen van de depôt-eenheid te
eeniger tijd niet meet’ als eelt voor dit
depôt geschikt beleggingsobject kan worden
aangemerkt, aal liet Administratiekantoor
liet recht hebben tot verkoop van liet be-
treffende fonds over te gaan.
Indien door fusie of anderszins voor eeli
der fondsen, welke deel uitmaken van de
depôt-eenheid, een wijziging intreedt, zal
liet Administi’atiekantoor gei’echtigd zijn,
voor de opbrengst eene obligatie van de-
zelfde teeniuig aan te koopen, dan wel, in-
dien Item dit naar zijne mesning in liet
belang der cei

tifieaathouders wenscheljk voorkomt, alle in de depôt-eenheden voor-
komende obligatlënn van dezelfde leening
te verkoopen en voor de opbrengst obhiga-
tiën van een andere soort te koopen of de
opbrengst niet te beleggen.

Artikel 6 van de Administratievoor-
waarden van het
Onsnium v. cum. prcf.
uancf.
V.
.4.merik, Onder,s.
In geval van aflossing van waarden uit
het onderpand, zal liet Administratiekan-
toor een vergadering van certificaathou-
ders bijeenroepen met inachtnerning van een
termijn. van acht dagen, om te beslissen
over de herbelegging of uitkeering aan eer-
tificaathouders, waartoe desbetreffende
voorstellen door het Administratiekantoor
zullen worden gedaan.
1

let Administratiekantoor kan eveneens
een vergadering bijeenroepen ter beslissing
over voorstellen tot verkoop van waarden
uit het onderpand en ruiling tegen andere waarden, dan wel uitkeering van liet pro-
vsnu aan certificaathouders, waoneer het Bestuur daartoe termen aanwezig acht.
1-Eet Administratiekantoor verplicht zich
bovendien een vergadering van certificaat-
houders bijeen te roepen, om te beslissen
over voorstellen als bedoeld in liet tweede
lid, wanneer hem daartoe liet verzoek be-
reikt van de houders, van certificaten van
mInstens drie depôt-eenheden en dit ver-
gezeld is van een concreet voorstel.
In de in dit artikel bedoelde vergade-
ringen van certificaathouders worden be-
slissingen genomen bij meerderheid der
uitgebrachte stemmen en stillen de geval-len besluiten bIndend zijn voor de minder

heid, evenals voor de niet tegenwoordig
zijnde c ertificaathouders. Bij dusdanige
stemming zal elke depôt-fractie recht ge-ven op één stem.

De bij de Trust acte der
Trust
of
Bank d Iissura.nce Shares
toegestane beleg-
gingen zijn beperkt tot de aandeelen in 24
met name genoemde Engelsclie en koloniale
banken, 3 discontomaatscliappijen, en 25
Engelsche verzekeriwgmaatschappijen.
De managers kunnen indien de omstan-
digheden daas’toe aanleiding geven niet toe-
stemming van de Trustee, de beleggingen
van de Trust wijzigen, echter Onder het
voorbehoud dat deze blijven binnen liet ka-
der der geoorloofde. beleggingen en de
voorwaarden van de Trust-Acte. Elke wij-
ziging in het Trust-Fund, ontstaan door
zulke veranderingen In de beleggingen,
worden aan de houders van Units niede-
gedeeld. 1-let is de gewoonte van de Manag-
ei’s om de Trustee van voorgenomen wijzi-
gingen schriftelijk in kennis te stellen, on-der opgave of de betrokken waarden cum-
of ex-dividend zijn, en de toestemming van
de Trustee voor deze wijzigingen te vragen.
Ten einde een juiste verdeeling der be-
leggingen te verzekeren en om te voor-
komen, dat de Trust een onevenredig groot
bezit In één Maatschappij verkrijgt, bepaalt
de Trust-Acte, dat nimmer meer dan
7
1
/.,
pCt. van het T.rust-Fund belegd mag woi’-
den In één maatschappij en dat van eenige
maatschappij nooit meer dan 5 pCt. van
het kapitaal dier maatschappij In het bezit
van de Trust mag zijn.
1

let deel van liet Trust Ford belegd in
versekeringsaandeelen mag nooit minder
bedragen dan 35 pCt. van de totale waarde van het Trust-kapitaal, waarbij de Trustee-
fondsen en het kasgeld buiten beschouwing
worden gelaten. In norm ale verhoudingen
zal dit percentage echter hooger zijn.
28)
Bepalingen uit de trustacte der
First
Brit. Fixed Troost.
Alle aandeelen zijn vol-
gestort en te Londen officieel genoteerd
en uitsluitend aan deze elschen voldoende

aandeelen mogen voor deponeering in de
l)Ol’tefeuille der Trust in aanmerking
kooien. Wanneer een gedeponeerd aandeel
ooit, oni welke reden dan ook, vervallen
zou uit de officieele noteering te Londeti
of ter beurze daar iiiet meer verhandeld
zool woi’deii, nioet liet behang der Trust bij
dat fonds geheel worden gehiquideerd en
de opbrengst Pro rata worden verdeeld
onder de houders der Trustshares.
Indien esnige niaatschiappij, wier aand’ee-
len deel uitmaken van een Eenheid, In
eenig boekjaar op die aandeehen niet heeft
uitgekeerd een dividend tenminste gelijk
aan list gemiddelde dividend over de 5
onmiddellijk voorafgaande boekjaren of
naar liet oordeel van den Beheerder in
eenig boekjaar niet heeft verdiend een be-
drag, beschikbaar voor dIvidend op hare
gewone aarideelen, dat tenminste gelijk is
aan liet gemiddelde van zoodanige ver-
diende en voor uitkeering op het gewone
kapitaal beschikbare bedragen in de 5 0fl-
ni iddelhijk voorafgaande boekjai’en, dan kan
de Beheerder gebruik maken van de be-
voegdheid opdracht te geven aan de Trus-
tee om de aandeelen dier onderneming te
verkoopen ter verdeeling van de op-
brengst pro i’ata onder de hioudei’s de!’ Trustshares. Voorts kan eenig fonds op
verzoek van den Beheerder door verkoop
uit de portefeuille worden verwijderd:
Indien daarvan ter beurze geen vol-
doende aanbod bestaat en het derhalve
practischi onmogelijk wordt de te creëeren
Units in hun samenstelling volkomen gelijk
te doen zijn aan de reeds vroeger uitge-
geven Units;
indien in de rechten toegekend aan
liet aandeel, naar liet oordeel van den Be-
heei’der zoodanige veranderingen worden
gebracht, dat het niet meer aangemerkt
kan worden als een gewoon aandeel in deû
zin der Trustacte;
indien van eenige zijde een voor alle
aandeelhouders gelijkelijk geldend aanbod
tot aankoop van aandeehen tegen contanten
wordt ontvangen.
Wanneer de Beheerder in een of meer
van deze 3 gevallen tot verkoop niocht be-
sluiten, wordt de opbrengst pro rata onder
de houders der Trustshares gedistribueerd.
°eli’anging van een of meer der 24 ge-
deponeerde aandeelen door andere aandee-
hen is slechts dan toegestaan, wanneer
zulks liet gevolg is van een amalgamatie
of van een overgang der activa der be-
treffende onderneming in een nieuwe
maatschappij, en overigens mits met )n-achitneining van al hetgeen In de Trust-
acte is bepaald ten aanzien der voorwaar-den, waaraan de gedeponeerde aandeelen
moeten voldoen. De beslissing in zake het
al of niet deelnenien aan zulk een be-
zitswijziging is vooi’behouden aan den De-
heerder.
24)
1-let fondsendapôt van Corporate
Trust Shares Series A. A. Modified is
samengesteld uit gewone aandeehen der
onderstaande 30 maatschappijen: 16 Alhied
Chieni. & Dye Corp., 16 Am. Can C., 16
Am. Rad. & Stand. San., 16 Am. Smelt.
& Ref. 16 Am. Tel. & Tel., 16 Am. Tob.
Cy. (Cominon 13f, 16 Atchi. Top., 16 Bor-
den C., 16 Cohumb. Gas & El., 16 Consolld.
Gas Cy.of N. Y., 16 Dupont (II. 1.) de
Nemours, 16 Eastman Kodak, 5 El. Bond
& Share Cy.
*),
16 Gen. El. Cy., 16 In-
tern. I

Iarvester Cy., 16 Nat. Biscuit, 16
N. T. Centi’. Railroad, 16 Northi. A.m. Cy.,
16 Otis Ehevator Cy., 16 Pennsylv.
.
Rail.,
16 Procster & Ganible, 16 Stand. Oil Cy.
(Indiana), 16 Stand. Oih Cy. (N. J.), IS
Texas Corp., 16 UnIon, 16 Carbide and
Carb. C., 16 Union Pac, Rail., 16 Un. Cce
Improv. Cy., 16 U. S. Steel, 16 Vesting-
house El. & Man.
,
Cy., 16 Woolworth.
)
Teruggebracht van 16 op 5 aandeehen
door wijziging in de kapitalisatle.
50)
In liet prospectus per 19 October
1032 uitgegeven door de Incasso Bank en
Vermeer & Co,, wordt omtrent de Corp. ‘t’rust Shai’es om, liet volgende niedege-
deeld, hetgeen met eenige variaties ook op
cle North Am. Trust Shares van toepas-
sing is. 1-lieruit blijkt tevens het typische
verschil tusschen het vooral in Aniei’ika in
zwang zijnde aCumulatieve en distribu-
tieve type:
1-let is vanzelfsprekend mogelijk, dat niet
alle 30 maatschappijen aan de verwachtin-
gen, welke men er van koestert, zullen be-
antwoorden. Daarom maakt de Trust-ovei’-
eenkomst liet mogelijk, dat de Depositor
zoodanige aandeelen geheel of ten deele
kan v-erkoopen, welke aan liet gezonde
beheggi ngskarakter van de gedeponeerde
fondsen afbreuk zouden Icunnen doen; even-
weh mogen vooi’ de eenmaal verkochte aan-
dëelen geen andere ter remplaceering wor-
den aangekocht.
In tegenstelling met de bepalingen In de
Trust-overeenkomst der oorspronkelijke
serie Corporate Trust Shiares, zijn de be-
hieet’ders, wat betreft de ,,Modlfied Series”,
niet verplicht de aandeelen te verkoopen

27 Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

573

van een of meerdere maatschappijen (in de
Unit vertegenwoordigd), waarop in Odo
jaar en 30 dagen geen uitkeering heeft
p aatsgevonden.
1 let
diatribalieve type van Corporate
Trust Shanes Serie AA (Modified). Bij het
creëeren van dit type heeft de bedoeling
voorgezeten, aan houders een maxi mum-
uitkeeriug te v@rzekeren, welke mogelijk
gemaakt wordt door het lucasseeren der
Cash- en stock-dividenden op de zich In
het fondsendepôt bevindende aandeelen, en
door den verkbop van claims en van bij
splitsin:g ed. ontvangen aandeelen, boven
de 10 shares van ehke Maatschappij per
eenheid (of boven een kleIner aantal, als
behooreade bij een eenheid, als gevolg van
een vroegere samenvoeging van hares),
Deze worden verkocht, zooals voorgeschre-
ven In de Trust-overeenkomst en de netto-
opbrengst, tezamen met dle van cash- en
verkochte stocicdividenden. en gerealiseer-
de claims, interest enz, zal
01)
de half-
jaarlijksche dividendbewijzen uitgekeerd
worden, volgens de Trust-overeenkomst.
Corpoiate Trust Shares van het
accumu-
lalievo fypc
(Modified) verschillen echter
in zooverre van die van het di str i buti ev e
type (Modifled), dat hij de laatste uit het
fondsendepôt worden verkocht alle aan –
deelen, ontvangen als stockdividend of bij
splitsing, enz. boven het aantal, dat vol-gens de Trustovereenkomst in het depôt
aanwezig moet blijven, terwijl bij het ac-
cumulatleve type (Modified) dergelijke als
stockdivldend of bij splItsing eer, ontvan-
gen aandeelen aan het fondsendepôt toe-
gevoegd worden, met uitzondering van
fractIes van aandeelen, voorlceuo’srechten,
alsmede verkregen waarden, welke ver-
schillen van de aandeelen in het depôt
voor CTS accumulatleve (Modifled) aan-
wezig, welke alle verkocht moeten worden,
en waarvan de opbrengst met de in het af-
geloopen halfjaar ontvangen gewone en extra cash-dlvldenden, plus opgeloopen
rente,
01)
de eerstvolgende hal fj aarlijksche
dlvidendcoupons wordt uitgekeerd.
Ook de opbrengst van dle aandeelen uit
het fondsemidepôt, waarvan de verkoop door
den Depositor noodzalcelijk werd geacht,
zal
01)
de eerst daarop volgende divIdend-
coupon worden uitbetaald. ii) In de trustovereenkomst, gesloten tus-
schen de Socittd Internationale de Place-
ments en de Schweizerische Bankgesell-
schaft te Bazel, als trustee won&t om, het
volgende bepaald:
Betreffende het beheer van het aandee-
loo-depôt wordt het volgende overeenge-
komen:
1 ngeval van fusie of reorganisatie
van een dei’ maatschappijen, waarvan aan-
deeleli in de depôteenheld zijn opgenomen,
worden de waarden, welke de betreffende
aandeelen vervangen, weer In het depôt
opgenomen volgens de bepaling Onder 3,
Ingeval van splitsIng van aandeelen
worden de door deze splitsing nieuw ver-
kregen waarden aan het depôt toegevoegd.
Ingeval van reductie van aandeelen wordt
art. 3 mutatis mutandls toegepast.
Bonusaamideelen worden aan het depôt
toegevoegd md en hunne uItreiking zooda-
nlg plaats vIndt, dat aan Iedere depôt-een-
heid mInstens één stuk (hetzij een geheel
aandeel of een scrip) kan worden toege
wezen, zoodat de vorming van nieuwe de-
pôteenheden en de verkoop van, bestaande
eenheden in geval val) verkoop van certi-
ficaten geel) moeilijkheden Ondervinden.
Na verdeeling der bonuvaandeelen over de
depôteenheden eventueel nog resteerende
waarden, welke over de depôtoenheden niet
gelijkelijk verdeeld kunnen worden, wor-
den verkocht ten gunste der kapltaalreke-
iii lig.
Tngeval van liquidatie van een der
in mi atscllappijen, waarv min aand eelen In het
depôt zijn opgenomen, worden de llquida-
tie-uitkeeringen door den trustee geïncas-
seerd ton gil flste der lca l)Itaalrekenl ng. T-Jet-
zelfde geschIedt bij terugbetallng van kapi-
taal, zonder dat liquidatie plaats heeft.
Behalve In de gevallen, in de vooraf-gaande artikelen genoemd, kan wijziging
mi de samenstelling van liet depôt slechts
l)!aats hebben, IndIen een ouderneining, waarvan zich aandeelen In liet dôpot be-
vinden, (>ver een boekjaar geen dividend
heeft uitgekeerd; de S.I.P. is dan bevoegd,
– evenwel nIet verplicht – het betreffende
aandeel uIt de depôteenheid te verkoopen,
waarna de overblijvende aandeelen voortaan
de depôt-eenheId vormen. De opbrengst
van
01)
deze wijze verkochte aandeelen zal
aan den trustee tegen uitlevering door
dezen van de betreffende aandeelen ter
hand gesteld worden en ten gunste der
kapltaalreken Ing worden geboekt.
Claims worden door de S.I.P. bestcns
verkocht en de opbrengst door den trustee
01)
kapitaall’ekenlng geboekt.
Stockdlvidenden worden door de S.I.P.
bestens verkocht en dooi’ den trustee
Op
ultkeem’ingsrekeui ag geboekt. IndIen stock-

dividenden echei’ een uitkeering van 10
pOt, overtreffen, zoo wordt met betrekking
tot dit meerdere volgens 3. gehandeld
(stôrtlmsg op kapitaalrekening).
T-let saldo der kapitaalrekeniug wordt,
zoodra liet een hoogte van minstens
Zw.
i”rs, 5.000.- ier eenheid bem’eikt heeft, ge-
lijk met de eerstvolgende vercteeling der
u itkeeringsl’ekening tel’ beschikking del’
certificaathouders gesteld
01)
een daartoe
door de S.I.P. speciaal aangewezen dlvi-
dendbewijs, De S.I.P. Is vem’plicht certifi-
caathouders gedurende een jaar in de ge-
legenheid te stellen de opbrengst van dit
dividendbewijs te gebruiken. voor aankoop
van nieuwe certificaten tegen edo voor-
keurskoers, welke 2 pCt. beneden den dage-
ljkschea prijs van afgifte ligt. De kapi-
taalrekening draagt rente tegen den voor
chèquerekeningen

geldenden

rentevoet,
welke lente ten gunste der certificaathou-
iers k&mt.
87)
Overzicht per 31112 ’37 der beleggin-
gen van de Eng. Hoil. Deleggingstrust:
I. Wijze van verdeeling over de verschil-
lende soorten van ondernemingen en pu-
bliekrechtelijke lichamen.
Induetleën

……………………..

61.65%
Staats- en Gemeentelijke leeningen 15,19
Banken en Finantieele Insteil. . 10.94
Cultuur-Ondernemingen ………..5.16
Amerikaansche en andere buiten-
landsche Spoorwegen …………4.82
Scheepvaart-Maatschappijen

2.17
Transport-Ondernemingen ………

0,03
Totaal …… 100.-%
IT. Classificatie volgens de landen.
Nederland en Koloniën …………14.4a %
Engeland

………………………5.38
Engelsche Bezlttlnge i ………….15.12
Zuid-Am., behalve Argentinië

11.03
Vereenigcle Staten van Amerika .. 42,23
Europa behalve Engeland en
Nederland:
Zweden

…………………0.39 %
Polen

………………….0.48
Finland

………………..0.95
Hongarije

………………1.60
Frankrijk

………………0.33
Denemarken

……………0.88
Griekenland

……………. 2.35,,

Azië en Afrika., behalve Ned. Ho
loniën en Engelsche Bezittingem
Totaal …..
ITT, Classificatie volgens den
beleggingen,
Obligatiën

……………………..27.07 %
Preferente aandeelen …………..38
.
05
Gewone aandeelen ……………..36
.
88
Totaal ……100.- %
28)
De boekwaarde der Indische loodsen
der N.V. Vereenigd Bezit van Indische
Fondsen Is als volgt in duizenden Guldens:
30-6- 30-6- 30-6-
1937 1936 1935
Suiker

……………….143

141

174
Banken en Cultuurmnstell

45

51

52
Bergcultures …………246

241

264
Tabak

……………….121

121

121
Petroleum en Mijnbouw

74

74

74
Industm’eën

…………..45

43

42
Transp. en Veeiiibedrven

66

60

63

742

733

792
met een nom. waarde van 715 121 783 terwijl de verkoopwaarde als volgt is in
duizenden Guldens:
30-6- 30-6- 30-6-
1937 1936 1935
Suiker

………………..309

369

143
Banken en Cultuum’lmistell .122

63

47
llel’gcultures

…………502

249

258
Tabak

……………….123

95

68
Petroleum en Mijnbouw 285

182

129
Industrieën

…………..135

83

75
Transp, en Veembedrijveii

(iS

27

24

1.547

871

747
20)
Omtrent de vei’deeling van de beleg-
gingen van de Union Int. de Placements
bepaalt art, .33 der statuten liet volgende:
a,
de vennootschap hal niet meer dan 4 %
harer totale middelen beleggen in effecten,
uitgegeven door eenzelfde opemibaar lichaam
of vennootschap. De raad van beheei’ is
bevoegd
01)
deze regeling een uitzondering
te maken voor de dooi’ hem aan te wijzen
staatsfondsen;
5. het vennootschap zal nooit meer dan
4 % van het uitstaand bedrag van één
fonds mogen bezitten;
de vennootschap zal ten hoogste 70 %
van hare eigen middelen in andere dan
vaste-rentedragende fondsen beleggen, de.
eigen middelen te verstaan lid aftrek van
de netto-opbrengst van evemitueele obliga-
tieleenimigen of notes”;
de vennootschap zal ten hoogste 20 %
van de netto opbreligst van eventueele obli-
gatieleenimigen of notes in mindere dan
Vaste-l’entedragende fondsoii beleggen.
(In art. 11 der statuten is bepaald, dat
liet uitgegeven bedrag aan obligaties en
notes de som van kapitaal ei) reserves nooit
mag overtreffen.)

Pei’ eind 1936 was de geografische ver-deeling van het effectenbezit op basis der
beurskoersen ongeveer als volgt:
Vereenigde Staten ……………ca. 42.6 %
F1’ankrijk en Koloniën …………25.5
Nederland en Ned.-lndië ………7.8
Zuid-Afrika

……………………6.9
Canada

…………………………44
Overige Europeesche landen ……6.4
rest…………………………….0.4
Naar liet aantal fondsen was de risico-
verdeeling per 31 Dec. 1937 als volgt:

Aantal
Aand, Oblig.
Ver, Staten van Amerika ..

62

42
Canada

…………………..7

i
Frankrijk

………………..96


Fransche Kolonlën ……….18


Engeland

…………………10


Luxemburg ei) België …….8


Nederland ………………..19


Zwitserland ………………10


Zuid-Amerika …………….7

20
Zuid-Afrika

………………8


Duitschland ………………-

7
Griekenland ………………-

8
Andere Landen …………..4

2

Totaal ……249

80

80)
Eén Unit der Amer. Coniposite Ti’ust Sliares (cumul. series) modified – verdeeld
in 4000 sliares – is uit de volgende aan-
deelen saniengesteld: $ 100: 4 Atch, ‘I’p,,
4 Union Pac., 4 lijn. Tel. & Tel., 4 Corn-
fl100W.
lôdis., 4 Detroit Ed.., 4 Kon. Peti’.,
$ 50, 4 Westingh. Electric., $ 25: 8 Amer.
Cmiii., 4 Amer. Tobaccq, 8 Cormi. Products,
12 Standard Oil N. J., 16 Texas Corp.,
16
PILC.
Gas, $ 20: 8 Dupont de Neniours,
$ 15: 12 Borden Cy., $ 10: 8 Gen. Motors,
16 Nat. Biscuit, 16 Woolworth, zonder
oom. waarde: 4 Allied Chem., 4 Eastei’n
Kodak, 16 Gen. Electric, 4 Ingers. Rand,
8 intern. T-Iatvest, 12 Otis Elev., 12 Proct,
& Gambie, 12 Union Carb., 16 Stand. 011 of
Cal., 8 Cons. Gas N .J., 8 Con. Gas Balt.,
8 N•orth Am. Cy., 24 Un. Gas lmprov.

II)
De risico-verdeeling der Allied int.
Invest. Corp. was op 1 Januai’i 1937 als
volgt:
4l/ % obligaties
611
4
% pret. aaad,
83
1
12 % gen’. aand,
6
1
12 % kas & debit.
100 waarvan
2

% staats oblig.
7

% banken, assur. etc,
12 % sporen
8l/ % nutsbedrijv ei)
64i/ % ilidsistrieelen
6 %kas
‘totaal 100

82)
De ,,A.frica tm’ust” bestaat uit: Serie
A. CslIi).
pref.-aamideelen ei) serie B. geivone
aandeelen in coupures reclitgevende op
1150ste resp. 5150ste aandeel in een depôt-
eenheid.
De depôt-eenheid (Unit) Serie A. bestaat
smit de volgende cum. pret. shares:
in Z.-Afr, t: £ 200-/-: 6% Anglo Am, Corp.
of S.-Afr,; d £ 1-/-: 150 6 % O.K. Bazaars,
100 8
%
Un. Tob., 150
5
1
/2 %
Elephant, 150
8
%
Atkinson-Oates Motors, 150 5′
12
%
S,-
Afr. l)ruggists Ltd. De depôt-eenheid (Unit) Serie
B.
bestaat
smit de volgende gew. aand.
in Z.-Afr. £: d £ 1-/-: 30 Un. Tob,, it 10
sli.: 150 Anglo Am., d 5 sli.: 150 O.K. Ba-
zaars, 200 Eleph. Trading, 150 Atklnson-
Oaies Motors, 200. S.-Afr. Druggists. Art, 6 der Administratlevoorwaarden be-
paalt o.a.
in geval van
aflossing
van waarden smit
liet ondel’pand, zal liet Administratiekan-
tooi’ per advem’temitle een vergadering van hoimders van depôt-fi’actiebewijzen bijeen-
roepen met i nachtnemii Ing van een termim ijn
van acht dagen om te beslissen over de
lierbeleggi ng of ultkeeri mig aan houders van
van depôt-fractiebewijzen, waartoe desbe-
treffende voorstellen door liet Administra-
tiekantoor zullen worden gedaan.
Het administratiekantoor kan eveneens
per advertentie een vergadering bijeeni’oe-
pen tel’ beslissing over voorstellen tot
verkoop van waarden
uit
het ondei’pand
en ruiling tegen andere waarden, dan wel
uitkeering van het provenu aan hosmders
van depôt-fractiebewijzen, wanneer het Be-
stuur ternien daartoe aanwezIg acht.
Art. 8 luidt:
T-Touders van depôt-fractiebewijzen ver-
togenwoordigende tezamen een depôt-een-
Iieid Sem’ie A. en/of B., kunnen tegen over-
gave en royement daarvan verlangen, dat
het Administratiekantoor aan hen de fond-
sen, die op liet oogenblik van het roye-
nient deel uitmaken van een depôt-eenheid,
ter hand stelt In blanco afgeteekend of
vergezeld van eemi Ii) blanco geteekende acte van overdracht benevens liet propor-tioneele deel der geïocasseerde, doch nog
niet voor houders no depôt

fractiebewij-
zen betaalbaar gestelde divldenden etc.

6.98,,

i

4.86,,

100.-%
aard dei’

0 na

574

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

onder aftrek van de kosten en de belooning
van het Administratiekantoor.
) De depôt-eenheden bestaande uit
100
resp.
500
depôt-fractiebewijzen van een Ge-
mengd Bezit van ‘Zuid-Afrikaansche On-
dernemingen zijn als volgt samengesteld:
0. £ 1-1-: 50 S.
Mr. Res. Bank,
100
Cape
Port!. Cement,
50
Cape Times,
50
1-lortors,
30
Lion Match
Cy., 50
Premier Milli’Cy.,
100
Pretoria Port!. Cement,
50 S.
Afr. Bre-
weries,
20
Tin. Tob.
Cy., 50
Victoria Fails
& Transv.
Pow., 300 7 %
cum. pr
. Wire
md. Steel Prod.,
150
Stuttaford
& Cy., 50
Clydesdale Collieries,
200
Witbank Coll!ery,
500 Coos
Main Reef Mines,
150
Geldenhuis
Deep, 100
Modderfontein East,
100
New
Kleinfontein
Cy., 50
New. State Areas,
500
Nourse Mines,
50
West Springs,
10
Tranv.
& Delagoa Bay mv.
Cy.; 0. 10
sh.:
100
Fjume Pipe
Cy., 20
Clown Mines,
50
Dur-
ban Roodepoort Deep,
50
East Rand Propr.
Mines,
50
Nigel Gold Mining
Cy., 100
Rand
Leases (Vogelstruisfontein) Gold Min!ng,
30
Sub Nige!,
100
West Rand Cons. M!nes,
50
Transv. Cons. Land & Exp!or.
Cy.; 0. 5
sh.
400 S.
Afr. Woollen Mills,
700
Union
Whaling
Cy., 300 C.
N. A. Investments,
700

Eleph. Trading Holdings,
500 6 %
cum. pr
.
Ang!o-Transv.
Col!.; 50
Daggafontein Mines;
0. 2
sh.
6
d.:
200
Sinimer and Jack Mines.
81)
Artikel
9
van de Administratievoor-
waarden voor de depôt-fractiebewijzen van
Gemengd Bezit van Aand. in Zuid-Afr.
Ondern. luidt: –
Indien naar het oordeel der N.V. een of meer der waarden, welke tot een eenheid
behooren, te eeniger tijd niet meer als een
gewensch.t beleggingsobject kunnen worden
aangemerkt en de N.V. dit aan het A.K.
mededeeld,
is
het A.K. gehouden, het lie-
treffend object, overeenkomstig de door de
N.V. te. geven aanwijzingen, te gelde te
maken.
De aldus verworven opbrengst, evenals
liquidatieuitkeeringen
op
aandeelen en de
opbrengst van aflosbaar gestelde en gerea-
liseerde obligatiën e.d. waarvan de N.V.
uitkeering aan houders van de depôt-
fractiebewijzen niet gewenscht oordeelt,
zul-
len door de zorg van de N.V. overeenkom-
stig hetgeen deze gewenscht acht, worden
herbelegd. De voor herbelegging bestemde gelden en de door herbelegging verworven
waarden, worden bij het depôt gevoegd.

Indien er, tengevolge van het in de vo-
rige alinea’s van dit artikel bepaalde of
om andere redenen wijziging komt in de
samenstelling, van een depôt-eenheid, geeft
de N.V. âan het A.K. de noodige opdrach-
ten, opdat de samenstelling van alle tot
dezelfde serie behoorende depôt-eenheden
dezelfde blijft: het A.K. is alsdan gehouden
deze opdrachten na te kolTien.
Artikel
12.
Tegen inlevering van depôt-fractiebeWii-.
zen, welke tezamen een cenheia
vormen,
kan men vorderen, dat het A.K. en de
N.V. de waanden afgeven, behooi’end•e tot
een dergelijke eenheid, zulks voorzien van de noodige verklaringen en stukken, opdat
men daarover de volledige beschikkingsbe-
voegdheld verkrijgt. Tegelijk met de over-
dracht. dezer waarden zullen het A.K. en
de N.V. aan dengene, dle Inlevert, een
evenredig deel afstaan In liet netto bedrag, hetwelk onder het A.K. berust en voor uit-
keering bestemd
ts.
De kosten van de overdracht der waar-
den komen voor rekening van dengeen, die
de overdracht heeft gevraagd en moeten
bij de overdracht worden voldaan.

(Vervolg van pig.
569.)

1928 en later met de investmenttrusts waren opge-

claan, en aan welke bittere Con sequ.enties men daar
nu nog lijdt, trachtte men in Amerika en Engeland

het vrtrouwen der beleggers in de investmenttrusts
nadien te herstellen, door nieuwe trusts te creëeren,
waarbij het te beheeren effectenhezit aanvankelijk

vrijwel geheel ,,fixed” was; waarvan de samenstel-

ling ‘dus van te voren vastgelegd en bovendien tot

een vrij gering aantal fondsen beperkt was’. De be-

heerders hadden hier dus geen kans, – dit was aan-

vankelijk de recla.mefactor bij de nieuwe ‘beweging
– om zich aan speculatie, onkuncie of particuliere

belangenbehartiging te buiten’ té gaan.
Spoedig kwam men echter tot het besef
1),
dat de

absolute gefixeerdheid in de aanvankelijk gekozen he-‘
leggingsportefeuille veel te rigoureus was. Men ging
over tot liet ,,flexible” karakter, d.w.z. men hand-
haafde het systeem om aanvankelijk een beperkt aan-

tal – meestal varieerend van 20 tot 100 – fondsen
in één ,,unit”, een depôt samen te brengen, maar den beheerders werd langzamerhand een steeds grootere
bevoegdheid gegeven om in de samenstelling van dit
depôt naar eigen inzicht mutaties Mn te brengen,

dus de. unit “flexible” te maken. Tot men het in
Engeland bijna twee jaar geleden kan aanschouwen,

dat de ,,unit”-beheerders – de unit eenmaal samen-gesteld zijnde – bijna evenveel vrijheid hadden om
mutaties in de samenstelling der portefeuille aan te
breflgen .als de directies der oude investment trust-
companies gehad hadden en nog hebben. In enkele
gevallen ging men er gemalde1ijkheidsiialve zelfs toe

over, om houders van units resp. sub-units aan te
bieden hun bezit om te zetten in shares in een nieuv
te creëeren investmenttrust company. Succes of na-
volging heef t deze beweging in Engeland tot nu toe
echter niet gehad, daar het Engelsch publiek in de
gefixeerdheid – al was deze dan nog allesbehalve
rigoureus – zoowel wat samenstelling der effecten-

portefeuille en de daarin aan’te brengen mutaties
als den tijdsduur betreft, nog steeds het grootste ver-
trouwen blijkt te hebben, voor zoover het althans niet
de vôôr 1928 – en soms reeds in de vorige eeuw op-

gerichte ‘-• investmenttrust companies van het oude
type prefereert.
Ook in Amerika is men van de dwalingen zijns

iveegs teruggekeerd; hier heeft vooral •sedert 1932 een nieuw soort investment trust-company veel op-
gang gemaakt, ni. het ,,mutuai type”, dat in beleg-

gingsvrijheid door de beheerders ongeveer het mid-
den houdt tusschen liet Engelsche ,,flexible” type en
de oude Engelsch-Schotsche investme.nttrust-com-
pany met zijn onbeperkte beleggingsbevoegdheid, al

is de juridiche vorm geheel anders ‘ dan bij deze

beide soorten.

‘) Zie hierover onze artikelen in de E.-S.B., van 28 April
en
1
Dec.
1937.

Uit een en ander blijkt wel, dat (Ie beheerdersbe-
voegdheid bij de moderne investmenttrust beweging
sterk uiteenloopt en dat er van een ,,dynamische”
heleggingspolitiek soms in het geheel geen sprake

meer is.
Met uitzondering van het ,,mutual-type” hebben al deze uiteenloopende vormen, haar vertegenwoordi-

gers ter beurze van Amsterdam gevonden, zoowel
voor de uit het buitenland geïntroduceeerde als voor
de Nederlandsche creaties
‘).
De hiei-voren afgedrukte tabel iuiet de daarbij ge-

voegde noten bewijst zulks afdoende.
Verschillende der nieuwste creaties in Nederland

gaan in verband met haar practisch onbeperkte le-

vensduur en het in enkele gevallen zeer specula-

tieve karakter van de samenstelling van het effec-
tendepôt mank aan het euvel van te weinig soepel-
heid in de beheersbevoegtiheid zooals de geschiedenis
van liet Vereenigd Bezit van Amerikaanschë spoor-

wegobligaties, welke ,,grijsaard”

zelfs internatio-

naal gezien

op dit gebied thans staat te verdwij-

‘nen, afdoende bewijst.
In beginsel is het échter slechts een kwestie van
smaak aan welken beheersvorm en welke mate van
beleggingsbevoegdheid men in bepaalde omstandig-
heden de voorkeur wil geven, daar alles afhangt van
de eerlijkheid, betrouwbaarheid, deskundigheid, be-
leggingsinzicht en aanpassingsvermogen der beheer-
ders. Tenzij men aan de absolute gefixeerdheid de voorkeu geeft, hetgeen o.i. ongewenscht is, indien
men den levensduur van de trust niet op slechts vijf
of hoogstens tien jaar bepaalt, een periode, waar-
over althans met een kleine zekerheid de toekomstige
ontwikkelingskans ‘der gekozen effectenportefeuille
bepaald kan worden.

De ‘Dividend belasting.
Een kwestie van groote practische beteekenis in
Nederland bij de keus tusschen den N.V.-vorm eener-
zijds en den depôtfractie- of unit trust-vorm ander-
zijds is die ‘der dividendbelasting. De dividenduit-
keeringen der N.V.’s zijn volgens de jbngste rege-
ling, n,l. onderworpen aan een belasting vn 12.05
pOt. Hiervan zijn de depôtfracties, sub-units ed. vrij-
gesteld, terwijl de N.V beléggingsmaatschappij in

Nederland ook over •haar uitkeeringen, ‘die zij doet uit hoofde van ontvangen rente op obligaties, waar-
op reeds couponbelasting is betaald en die uit hoof-
de van ontvangen dividenden, waarop de dividendbe-
lasting reeds eenmaal is betaald, nog eens 12.05 pOt.

dividendbelasting moet betalen. Een bepaling echter
waarvan de N.V. beleggingsmaatschappijen in Ne-
derland in hooge mate zullen kunnen profiteeren, als
zij tenminste niet al te dynamisch in haar beleggings-
politiek zijn, is Art. 3 van de wet op cle dividendbe-lasting. Deze staat aan de N.V. toe van de door haar

‘) Zie 1’ierover artikelen in de Maasbode o.a. van 2 Nov.
1937,
2 ed 5 Maart en 15 April
1938
Av.bl.

– .

27 Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

575

te betalen dividendbelasting in mindering te brengen
(Ie geheele diviclendbelasting, die reeds betaald is
0
1)
die binnenlandsche fondsen, die zij minstens het ge-
heele voorafgaande jaar heeft bezeten en tweederden
vôor de buitenlancische fondsen.

In Amerika heeft men het een groot sociaal be-
lang geacht, dat er instellingen bestaan, die zich on-

der deskundige leiding een groote mate van risico-
verdeeling ten doel stellen en die deelneming daar-
in tot in zeer kleine bedragen toe voor het publiek
opnste11en. Daarom zijn de Mutual Type Invest-

ment Oompanies . bij de Federal Revenue Act van

1936 ter vermijding van dubbele belasting gelijk ge-
steld met de spaarbanken, spaarbouwmaatschapijen

en levensverzekeringsmaatschappijen enz. De invest-
menttrusts, di niet van het mutual type zijn moe-

ten 15 pOt. vennootschapsbelasting betalen over 15

pOt. van de ontvangen intresten en dividenden,
welke ook reeds een keer betaald zijn, en voorts nog
15 pOt. vennootschapsbelasting op alle gerealiseerde

doch niet verdeelde winsten, en voorts van 7 tot 27

pCt. surtax op alle niet-verdeelde jaarlijksche in-
komsten. De ,,mutuals” zijn hiervan vrijgesteld, in-
dien zij aan bepaalde voorwaarden voldoen
1)

De Federal Revenue Act heeft aan het ,,mutual
type” de laatste jaren een groote stimulans gegeven,
terwijl zij een eerste stap is op den weg van de sa-
neering der investnienttrust-beweging in de Ver-
eenigde Staten, met welker bestudeering de S.E.O.
reeds twee jaar bezig is.

TTerhandelbaarheid.

Een groot aantal moeilijk verhandelbare fondsen,

waarin niet geregeld noteeringen tot stand komen,
is zoowel voor den beurshandel als voor het beleggen-
de publiek een groot ongerief. En wat erger is, het
zal op den duur het vertrouwen van den belegger in
de effectenmarkt ondermijnen, het vertrouwen, dat
hij ten allen
tijde
zijn bezit te gelde kan maken tegen een algemeen geldenden koers, als hoedanig dan ge-

woonlijk de koers wordt aangezien, die het publiek
‘s avonds regelmatig in de krant vindt, of mist. Dit
is nu een beetje populair voorgesteld, maar er zit

een diepe grond van waarheid in. De Engelsche
fixed en flexible trust hebben dit dan ook terdege
begrepen. 1

Inn circa £ 80 millioen geplaatste units
zijn nog steeds niet tot de officieele noteening op
de Stock Exchanige toegelaten. Daarom hebben de 1)e-
lieerders dezer trusts zelf een ingenieuze en voor den
belegger zeer aantrekkelijken handel in de units resp.
sub-units georganiseerd, di.e bevredigend schijnt te
fuactionneeren. Dagelijks wordt ni. in de Engelsche

bladen door de belangrijkste unit-trusts – ongeveer
een zeventigtal – een lijst gepubliceerd van de h:ied-en laatkoersen der diverse units, d.w.z. van de koer-
sen, waartegen de beheerders bereid zijn sub-units

in de door hen beheerde trusts te verkoopen resp. in
te koopen.

In dit systeem zit o.i., zooals de Engelsche erva-
ring leert, een groote wer:f kracht, omdat het een
groot gevoel van zekerheid voor den belegger geeft,

dat hij zijn bezit ten allen tijde te gelde kan maken, een zekerheid die het enkele feit van het toegelaten
zijn tot de noteering ter beurze nog niet per sé insluit.
Niettegenstaande deze bepaling zijn de unit trusts –

‘) Minstens
95
pOt. van de bruto-winst moet afkomstig zijn uit dividenden, intrest en verkoop van effecten, hoog-
tens 30 pOt. van de bruto-vinst mag afkomstig zijn van
vorkoopen van fondsen, die de maatschappij nog geen
drie maanden bezit, minstens
90
pOt. van de netto-winst
moet aan aandeelhouders worden uitgekeerd per jaar als
belastbaar dividend, niet meer dan
5
p0t. van de bruto-
activa der ,,mutuals” mag belegd zijn in aandeelen enfof
obligaties vali dn maatschappij, staat, stad, ed. behalve
A
merikaansche staatsfondsen, de mutual mag niet meer
dan
10
pCt. van het uitstaande aandeelen- enlof obligatie-
kapitaal van ddn maatschappij enz. bezitten, de iiutual
mag geen uitstaande obligatie- of andere schuld hebben
die •tien procent van haar hruto-aotiva te boven gaat.

daar zijn voor- en tegenstanders van het fixed en
flexibletype het over eens – in Engeland een groote
stahiliseerende invloed op de effecteumarkt ge-
bleken.

Deze tactiek immers is een uitvloeisel van de be-
paling in de trustacte van de meeste der Engelsche
unit-trust en merkwaardigerwijze ook in die van de
Amen kaansche ,,mutual-type” investmenttru st com-

panies, dat de beheerders zich verplichten dagelijks

aan den belegger, di zijn sub-units of depôt’fracties
bij de beheerders ten verkoop aanbiedt, in contanten

te betalen het evenredige gedeelte in de op dien dag
geldende venkoopswaarde van de effecten, clie deel

uitmaken van de unit. De belegger – al heeft hij
een nog zoo kleine sub-unit – kan dus ten allen
tijde zijn evenredig bedrag in de trust in contanten
terug krijgen.

Dat dit een niet geringe psychologische beteeke-
nis heeft, is wel gebleken uit liet koersverloop van
die Enigelsche unit-trusts, die hun beleggers hebben

aangeboden hun bezit om te wisselen in shares in
investmenttrust companies, waarvoor die bepaling

niet geldt, doch die wel officieele beursnoteering
konden krijgen. De in omloop gebleven sub-units van
deze unit-trusts hebben nl. steeds den koers behou-
den, die met de liquidatie-waarde overeenkwam, ter-

wijl de nieuwe shares aanzienlijk daar beneden ge-
daald zijn, hoewel samenstelling van de effeetenpor-

tefeuille, die er aan ten grondslag ligt, precies de-
zelfde gebleven is.

Het is jammer, dat deze psychologische en ook
markttechnisch belangrijke factor niet voldoende is
ingezien, door vrijwel allen, die in Nederland den

laatsten tijd unit-trusts depôtfracties of omniums in
een of anderen vorm opgericht hebben. Het is o.i.
in liet belang van liet beleggende publiek alsmede
van den effectenhandel zelf, dat de Vereeniging ten
deze dwingende bepalingen stelt naar de gememo-

reerde Engelsche en Amenikaansche voorbeelden.
Weliswaar bevatten de meeste Nedenlandsche ad-
ministratievoorwaarden voor de uitgifte van depôt-

fracties, – evenals de Engelsche trust-actes boven-
dien nog doen – de bepaling, dat een voldoend aan-
tal sub-units of depôt-fracties reap. een geheele unit

of depôt-eenheid ten allen tijde liet recht hebben het
overeenkomstige effectenonderpand ,,in natura” op
te eischen – een recht dat overigens haast vanzelf-

sprekend is – maar voor ,,de kleine man” heeft dit
recht niet cle minste beteekenis, daar er gewoonlijk
een waarde van tienduizenden en soms meer Gul-
dens voor noodig zijn om het recht uit te oefenen,
zoodat liet een vlotte verhandelbaarhejd der depôt-
fracties slechts zeer onvoldoende in de hand werkt.
En liet onwaarschijnlijke geval aannemend, dat liet
recht eens uitgeoefend wordt, dan zit de ,,inwisse-
laan” bij de verhoudingen, zooals die nu in Nadien-

land in sommige gevallen zijn, soms met een pakje
vrij incourante – althans niet ter beurze van Am-

sterdam verhandelbare – fondsen opgescheept.
Wij zien hier niet voorbij, dat in enkele depôt-
fracties betrekicelijk regelmatig dagelijlcs een beurs-

noteering tot stand komt. Maar talrijk zijn deze he-
laas zelcen niet.

Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor de aandee-
len in beleggingsmaatschappijen zoowel voor de in

Nederland ontworpene als voor de uit liet buitenland
geïntroduceerde. Ook deze lijden nog aan een hooge
niate van incourantheid, al schijnen hierop de aan-

deelen van het nog jonge Rotterdamsche Beleggirigs
Consortium dan een gelukkige uitzondering te zul-
len gaan vormen, liet voordeel van een groot uit-
staand aandeelenkapitaal draagt hier uiteraard
toe bij.

In Engeland waren reeds lang voor den oorlog en
zijn ook nu nog de aandeelen in investment trusteom-
panies een regelmatig verhandeld beursobject. In
Amerika bestond eenigen tijd geleden zelfs één zesde
van de tot de officieele beunsnoteeningen toegelaten

576

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

fondsen uit diverse soorten investment trusta, fixed

trusts e.d., waarbij er intusschei vele zijn, die het

karakter van holding-companies e.d. hadden.
Destijds heeft Mr: Kwast in zijn boek over de in-

vestment trusts een zwakke poging gedaan om een

verklaring te vinden, waarom zulks in Nederland met
zijn ka.pitaalrijkdom en zijn groote massa kleine be-

leggers nog nooit het geval is geworden. Ook thans

blijft zulks nog onbegrijpelijk, daaï een gezonde, sta-
biele en deskundige risicoverdee.ling zoowel in het

belang van den effectenhandel als van het beleggen-
de publiek geacht moet worden, hetgeen vooral in

Engeland volmondig erkend wordt.

De bepalingen van de Vereeniging betr. het opne-
men van depôt fractiebewijzen in de Prijscourant.

Nadat dit artikel geschreven was, heeft het Be-

stuur van de Vereeniging voor den Effectenhandel
tamelijk uitvoerige bepalingen gepubliceerd ,,betref-
feucle het opnemen van depôtfr actiebewijzen in de
Prijscourant, zoodat de N.V. – investment trusts

hierdoor dus niet worden getroffen. Onder ,,depôt-

fractiebewijzen” – deze term behooren wij dus voort-
aan te gebruiken in plaats van sub-units, van aan-

deelen in effectendepôts enz. – worden volgens de
definitie van de Vereeniging verstaan” stukken aan
toonder strekkende tot bewijs, dat de houder mede
gerechtigd is tot een gemeenschappelijk effecten-

depôt, bestaande uit één eenheid of uit meerdere ge-

lijkvormige eenheden, elk samengesteld uit fondsen

van meer dan één soort,
waarvan de bewaring en het

beheer berusten
bij
twee instellingen, waarvan de een

de bewaarder en de ander de beheerder van het ef-
fectendepôt i) is, of bij een enkele instelling, die tege-

lijk als bewaarder en als beheerder optreedt.”
Met alle waardeering voor het streven van de Ver-
eeniging om op dit terrein, waar zooveel misbruiken
mogelijk zijn, eenige bescherming van den belegger,
eenige eenvorm.igheid van gewoonten, eenige klaar-

heid van begrip en eenige waarborg tegen het af-
troggelen van. overdreven belooning te scheppen, be-
treuren wij het, dat de Vereeniging niet een stap

verder gegaan is, in het belang van belegger en ef-
fectenhandel beide, met het eventueel aantal te stich-
ten depôtfracties te beperken, doch tevens de ver-
handelbaarheid en de. risicoverdeeling ervan te ver-

grooten. De depôtfracties immers zijn op de perste plaats instituten om den belegger risicoverdeeli.ng

op een ruimer terrein mogelijk te maken met be-
perkte middelen. Volgens de definitie van de Vereeni-
ging nu behoeven de depôtfracties of units slechts
te worden samengesteld uit ,,fondsen van meer dan

één soort”. Niettegenstaande de vaagheid dezer ter-
miniologie, meenen
wij
hieruit te mogen conciudee-
ren, dat een combinatie van bijv. één aandeel resp.
obligatie in twee maatschappijen of misschien zelfs
wel een combinatie van deze twee in één maatschap-
pij reeds aan de definitie van de Vereeniging vol-
doet. Dit nu achten wij veel te ,,vrij’gevig”. Wij zullen
niet zoo ver gaan om te eische, dat iedere depôt-
fractie zoowel aandeelen resp. pref. aandeelen als

i) Deze in D
ingeland ‘gebruikelijke bheersoous’tructie
vinden wij o.a. bij de ‘sedert de uitvaardiging dezer ‘be-
paling gemntroduerde depôtfraetiebewijzen in het ,,Ge-
maagd ]3esit van Aandeelen in Zuid-Af rtkaansohe Onder-
nemingen” tot welker ‘beheer opzettelijk is opgericht de
N.V. Maatschappij ‘voor Zuid-Af r’ikaaiische Waarden met
con maatschappelijk ‘kapitaal van
f t
rnifl’ioe’n, waarvan ge-
plaatst
f 500.000,
waarop gestort
f
250.000,
hetwelk blijk-
baar door de oiprichtende instellingen de heeren R. Mees
& Zooiieu, de Rotterdam’she Baakvereeoigin’g, de Nede’rl.
Bank voor Z.-Afrika en de op dit gebied bekende Z.-Afri-
kaansche ‘instelling de Unit Secu.rities an’d Trust Ooni’p.any
of Soutih Af rica Ltd. te Johannesburg – voor de werk-
‘zaainiheden dezer laatste, snel groeiende Cosnpany zie men
‘de Fiijn.an’tiial Times van 9 December. J)eze kapitautsaitie
geeft de NV. Mij. voor Z.-Afri’kaansohe Waarden een ho-
hoorlij’ke bewegingsvrijheid, terwijl deze beheersconstruc-
tie voor den belegger
ook
nog andere voordeelen heeft dan de co,ib’inabic beheerder-bewaarder iii dén hand.

obligaties moet omvatten, maar wel meenen wij’, dat
als minimum eisch om tot een gezonde risicoverdee-

hng te komen – wat toch het bestaansrecht voor deze

instellingen is – gesteld had mogen worden, dat elke

depôteenheid minstens één en liefst twee dozijn

,,soorten fondsen” dient te bevatten.

Wij kunnen niet alle bepalingen van de Vereeni-

ging, waarvan er verschillende zeer verdienstelijk
zijn, bespreken. Slechts een enkele opmerking zij ons

veroorloofd.
Wij vragen ons af, of de kleine belegger voortaan,
als de ,,eischen t.a.v. het prospectus of bericht” wor-

den opgevolgd, door de boomen het bosch noè wel
ziet. Omtrent de fondsen, waaruit de eenheid (-heden)

is (zijn) samengesteld moeten daarin
al.
dezelfde ge-

gevens worden öpgenomen, welke zouden moeten wor-
den vermeld, indien de opiierning in de Prijscourant

van ieder dier fondsen afzondei1ijk zou worden aan-
gevraagd, met dien verstande, dat indien één of

meer dier fondsen reeds in de Prjscourant voor-
komen daarvan alleen een summiere beschrijving -.be-
hoeft te worden gegeven. De consequentie van dezen

eisch is, dat
bij
de prospecti van die depôts, die veel

nog niet te Amsterdam genoteerde fondsen bevatten,
een heel beschrijvend boekwerk zal moeten verschij-
nen. Na kunnen wij ons voorstellen, dat de Verèeni-

ging het om diverse redenen gewenscht acht, dat de
samenstellers der depôts zich zooveel mogelijk bij

hun beleggingskeus beperken tot reeds te Amsterdam
genoteerde fondsen, maar tot bevordering van de
overzichtelijkheid, ware het o.i. voldoende geweest
een aantal vereischte gegevens in schematische of

tabelvorm bij het prospectus te voegen.
Een andere eisch van de Vereeniging, – waarbij
overigens ook wederom een zeer groote mate van
vrijheid wordt gelaten, – is, dat de ,,Voorwaarden”

zullen moeten vermelden, wat door den bewaarder
en/of beheerder en door den eventueelen derde, boven
hun werkelijke kosten in rekening mag worden ge-
bracht voor het aanmaken en royeeren van depôtfrae-

ti,ebewijzen alsmede ter zake van bewaring, beheer en
de uitoefening van de functie van derde en dat zij

in geen geval direct of indirect iets
in rekening mo-

gen brengen, dat niet in de voorwaarden is vermeld.
Na de in bovengenoemde en ook in enkele andere

bepalingen tot uitdrukking komende betrekkelijke

,,ongebondenheid” verwondert het ons eenigszins bij
de uitgifte van depôtfractiebewijzen tegen
één enkele

eenheid
den eisch – die overigens bij de Engelsche
un’it-trusts en de Amerikaansche mutual type trusts reeds lang in de practijk in een ongeveer soortgelij-
ken vorm bestaat – aan te treffen, dat de. Voor-
waarden een regeling moeten vermelden, waarbij aan
houders van depôtfractiebewijzen de gelegenheid

wordt gegeven om op
redelijke
voorwaarden hun

depôtfractiebewijzen ter intrekking aan te bieden.
Vooral voor niet-courante depôtfracties – al zullen
die dan in tegenstelling met de Erigelsche sub-units

officieele beursnoteering genieten – is dat voor-
schrift op zichzelf toe te juichen, hoewel het voor de
financiering der depôt-eenheden veel zwaardere ii-
quiditeits eischen mee zal brengen dan waaraan men

ten deze hier te lande tot nu toe gewend was. Wij achten het inconsequent en niet in het be’lang van

een couranten handel in de depôtfractiebewijzen, dat
deze intrekkingsmogehijkheid niet gehandhaafd is
gebleven, voor zoover het betreft de uitgifte van de-

pôtfractiebevijzen tegen
meerdere
gelijksoortige een-
heden. Weliswaar moeten ook in dit laatste geval de

Voorwaarden de mogelijkheid tot royement toelaten,
doch – helaas! – slechts, indien afgifte verlangd
wordt van een eenheid tegen inlevering van zooveel
depôtfractiebewijzen als tezamen een eenheid verte-
genwoordigen. Het is ons niet duidelijk, waarom de
kleine belegger bij een groote trust minder inwisse-lingsmogelijkheid heeft dan bij een kleine, voor wie
de vervulling dier mogelijkheid zooveel te moei-

lijker is!
B, H.
A.
MEIJERINK.

27
Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

577

RECHTSPOSITIE VAN IN HET BUITEN-

LAND WERKZAME VENNOOTSCHAPPEN.

(IIei init’ia,t’ief va.n cle Internationale Karn,er vcws

Koophandel.)

lIet aantal industrieën en commercieele onder-
nemingen, dat zich, voor uitbreiding of wol tot be-

houd van afzetgebied, genoodzaakt zag bijkantoren of

fabrieken in het buitenland te vestigen, is in cle
latere jaren aanzienlijk toegenomen. In steeds ster-
kere mate is d.e behoefte gevoeld het productie-appa-

raat daarheen te verplaatsen, waar het product zelf

geen toegang meer vond. Het investeeren van enorme
kapitalen in den vreemde, als gevolg hiervan, heeft

ontegenzeggelijk belangrijk bijgedragen tot verrui-
ming van arbeidsgelegenheid en tot verhooging van

het welvaartspeil in de landen van vestiging. De-
zelfde protectionistische gezindheid, die vedial deze
decentralisatie van bedrijven tengevolge had, werkt
echter eveneens belemrnerend op de oprichting en in-
standhouding zelf van dergelijke huitenlandsche ne-

clerzettingeu.
U:it een speciaal daartoe gehouden enquête, waar-
aan de nationale organisaties van de Internationale
Kamer van Koophandel uit een zostiental landen
hare medewerking verleenden, is gebleken, dat – be-
halve moeilijkheden van fiscalen aard – als de meest
bezwaarlijke belemmeringen ondervonden worden
De algeheele verboden tot vestiging van be-
paalde industr:ieën.
Do ernstig discrimineerende bepalingen voor de
bedrijfsuitoefening van bijv. banken en verzekering-
maatschappij en.
De uitsluit:ing o.a. van deelneming aan openbare

inschrijvingen en van het verwerven van onroerende
goederen, alsook de onbevocgdheid tot het voeren

van procedures.
De restricties ten aanzien van de nationaliteit
van bestuurders en van het personeel in het alge-
meen,
terwijl tenslotte een ware stortvloed van transferbe-
lemineringen als obstakel van recenteren datum zeer
zeker niet ongenoemd mag blijven. Deze opsomming
is uiterst beknopt; doch bij gedeeltelijke opruiming

der hier genoemde oneffenheden zou het internatio-
nale bedrijfsleven reeds zoo zeer gebaat zijh, dat een
dringend beroep op de aandacht der betrokken regee-ringen gerechtvaardigd lijkt.
liet behoeft geen betoog, dat het zoeken naar mici-
delen tot verbetering van dezen, steeds moeilijker
wordenden, toestand een taak vormde, welke bij uit-

stek paste in het kader der werkzaamheden van cle
Internationale Kamer van Koophandel. Deze taak
heeft zij dan ook met de noodige toewijding en ernst
opgevat. Reeds
tijdens
het congres der Kamer te
Stockholm in 1927 werd besloten tot een krachtige
aanbeveling om de rechtspositie van vreemdelingen,
in meer algerneenen zin, door middel van een inter-
nationale conventie te regelen. Nadat poginge:n daar-
toe door een internationale conferentie, welke onder
de auspiciën van. den Voikenbond in 1929 te Parijs
werd gehouden, schipbreuk hadden geleden, besloot
de I.K.K., tijdens het congres te Weene:n in 1933,
hare krachten te concentreeren op een minder om-
vangrijk probleem, nl. de rechtspositie van vennoot-
schappen, welke in het buitenland hare werkzaam-
heid uitoefenen.
* *
*

Allereerst liet de Kamer de hierboven reeds ver-
melde enquête instellen naar de moeilijkheden, welke
cle bedrijven in juridisch, administratief en fiscaal
opzicht ondervinden. Daarna riep zij een studiecorn-
missie in het leven voor het onderzoek van de uit
verschillende landen ontvangen antwoorden. Deze
commissie heeft zich als eerste taak gesteld eenigo
richtlijnen vast te stellen, welke door het congres der
I.K.K. te Parijs in 1935 zijn aanvaard. Men was tot

de overtuiging gekomen, dat op verschillende punten

te weinig overeestemming kon worden verkregen
om van een multilaterale overeenkomst eenig prac-
tisch resultaat te verwachten en meende, dat getracht

moest worden langs bilateralen weg de moest urgente
moeilijkheden op te lossen.

Gevolg gevende aan het aldus aanvaarde beginsel,

heeft de commissie een modol-h:ilateraal verdrag ont-
worpen (waarvan cle origineole tekst op blz. 578 van
dit blad staat afgedrukt), dat bedoeld is om, even-

als het door den Volkenbond in samenwerking met

de I.K.K. opgestelde model tot regeling van het

vraagstuk der dubbele belasting, den regeeringen tot
aanbeveling en leidraad te strekken.

1-let is ten eenen male onmogelijk een telcst volle-
dig pasklaar te maken voor alle denkbare bilaterale
combinaties. Wijzigingen en aanvullingen ter aanpas-
sing aan
bijzondere
vereischteri van de practijk blij-
ven derhalve mogelijk, zonder in conflict te komen
met het beoogde doel, mits de vastgestelde grondbe-

ginselen zoo min mogelijk worden aangetast. Deze
laatsten dienen beschouwd te worden als een com-promis tusschen de op verruiming van het interna-
t.ionale vericeer gerichte principes van de I.K.K. en

hetgeen practisch realiseerhaar is. Het streven was er op gericht utopieën te vermijden, doch evenmin
kon men volstaan met een codificatie van de bestaan-
de restricties. Integendeel, om uit het protectionis-

tisch drijfzand te geraken, moet het project nieuwe wegen banen, waarlangs het internationale privaat-
recht zich vrijelijic kan oatwilckelen.

1-let ontwerp heeft meerdere malen bij de verschil-
lende nationale organisaties gecirculeerd, welke
01)
haar l)eurt alle belanghebbende icringen in de gele-

genhe:id hebben gesteld er kennis van te nemen en
eventueele wenschen naar voren te brengen. T[et
heeft, zooals het thans door de I.K.K. is aanvaard,
met die verschillende wenschen zooveel niogelijlc reke-
ning gehouden. De essentieele punten ervan kannen
als volgt worden samengevat:

Beschermd worden alle vormen van rechtsgel-
dig bestaande associaties van personen en kapitalen
met een commercieel doel, welke in het andere land
haar bedrijf wenschen uit te oefenen door middel van
hetzij juridisch onzelfstandige filialen (,,succursales”
in de Prarische tekst), hetzij juridisch zelfstandige
dochtermaatschappijen (,,filiales” in de Franseho
tekst.)

Bedoelde associaties mogen. vrijelijk ,,succu rsu-
les” en ,,filiales” in het land van de andere verdrag
sluitende partij vestigen, mits voldaan wordt aan

dezelfde formaliteiten en vere.ischten, welke voor de
maatschappijen van het land van vestiging gelden.
Er bestaat voor zooclanige ,,succursaies” en ,,fi-
liales”
rechtsgelijlcheid
met zuiver nationale onder-
nemingen van gelijken aard. Een uitzondering wordt
slechts gemaakt voor deelneming aan openbare in-
schrijvingen en voor het vericrijgen van concessies
voor diensten, voor zoover beide met de nationale de-
fensie direct verband houden.

Op verschillende punten kunnen echter de be-
hoeften van vreemde en nationale onernemingeu
niet geheel met elkander vergelelcen worden. Uit-
schaheling van discriminatie alléén, zou nog geen
voldoende waarborg kunnen bieden. Ter tegemoet-

koming aan deze bijzondere behoeften van buiten-
landsche ondernemingen is daarom bepaald, dat:

volkomen vrijheid zal bestaan ten aanzien van
de nationaliteit van oprichters, bestuurders, aandeel-
houders of deelgenooten van hare dochtermaatschap-
pij en;

het hoogere personeel en het geschoolde tech-
nische personeel, verbonden aan de ,,succursaJes” en

,,filiales”, geheel mag bestaan u:it onderdanen van
het land, waar de moedermaatschappij gevestigd is,
terwijl voor het in dienst nemen van personeel van

een derde nationaliteit dezelfde bepalingen zullen
gelden als voor nationale ondernemingen;

578

ECONOMJSCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

C.
vrij
transfer
zal
bestaan van de gïvesteerde

kapitalen en derzelver opbrengst.

Vooral deze laatste bepaling is van essentieel’ be-

lang. Immers het ‘ligt voor de hand, dat een verdrag
als, het onderhavige, hetwelk in, de eerste plaats ge-
richt is op verruiming van de.)pngelijkheid tot ves-

tiging in het buitenland, zôndéï’Ueze bepaling, vedi,
zoo niet alles van zijn practische waarde zou verlie-

zen. In ccii speciaal commentaar wordt tot uitdruk-
king gebracht, dat de Internationale Kamer zich wel

bewust
is
van de
bijzondere
moeilijkheden, welke
voor sommige staten aan een zoodanige bepaling ver-
bonden zijn. D,e staten, waar reeds restricties ten aan-
zien van het geldverkeer bestaan, zouden genoemde
bepaling bijv. uitsluitend voor alsnog te investeeren

kapitalen kunnen laten gelden.

Tenslotte zij nog vermeld, dat in een ander com-
men taar de wenschelijkheici onderstreept wordt om

gelijktijdig met dit verdrag een ander ter voorkoming

van dubbele belasting te sluiten. De criteria in beide
teksten zouden zooveel mogêlijk gelijkluidend moe-
ten zijn. De voorzitter van de Commissie voor de
dubbele belasting van
dc I.K.K.
heeft alle vergade-
ringen, waarin het thans ontworpen verdrag ter

sprake kwam, bijgewoond, zoodat er inzake deze nauw
aa.n elkaar verwante onderwerpen voortdurend een-
tact
is
geweest.
Moge de, in het internat:ionale bedrijfsleven onge-
twijfeld voor deze materie bestaande, belangstelling

op
dusdanige
wijze
geuit worden, dat verdragen in
den geest van het hiervoren besproken ontwerp ten
spoedigste tot stand komen. Stellig zou dit het be-

lang van de hierbij betrokken staten, in aanzienlijke

mate dienen. Mr. H. DE ‘ooGT.

AANTEEKENINGEN.

Voorloopige tekst van de bilaterale overeenkomst

betreffende de buitenlandsche vennootschappen
in de deelnemende landen.
i)

Préarnbule
– Da,ns le but de facil’iter les relations écono-miques entre les deux Pas, et en particulier de permettre
aux Sociétés des Hautes Partjes contraotantes d’exercer librement leur acbi’vité •sur le territire de l’autre Partie,
les Hautes Partjes contraotautes out convenu ce qui suit:
Artiele 1
– Pour l’exéeution de la présante convention,
seront considerdes par chacune des ilautes Partjes con-
ti’actantes conime Sociétés de l’autre Partie, toutes les
Assoojations d persoirnes ou de ca.itaux poursuivait usi
but lucratif qui possèdent leur siège social sur le ter-
ritoire de cette partie et y exercent ‘lsgitimeiment leur
actilvité.
Article
2 – Le siage soemal fix5 5 l’arbicle prénident est
dans tous les cas, le lieu oü se trouve le centre oft ‘la
Socii0td est effeetivement dirigde.
Gommentaire
– Pour d0termine’r le pays dont rel5vent
les Sociétés visdes dans la pr5sente conventien, ii y a deux l)o’ssibili’tés principa.les: on pont ehoisir soit le
pays nO est situé le siège juridiquc de la Sociét5 (licu
00
la Sociëté est enregistrée,
00
ses statuts la déclarent
coustituée, ete.) ; soit la pays dans lequel ciie possède
san principal Otaiblissesneut. La pr•m.ière méthode a pour
inconvénienit qu’il n’est Pas toujours faoile d’exclure le
aas
0,0
le siège juridique serait un siège social ficijif créd
uniquement pour bénéficier d’un traitesnent plus favo-
rable. La ‘seconde risque, d’autre part, de soulever des
difficultés si l’on iriiterprète ,,l)riIiCiPal étajblissemeiit”
dans le sans de ceutre principal d’exploitation, vu qu’une
Soeiété qui •a beaucoup de ramifications i0,ternationales
peurt avoir plusieurs centres d’exploitatioh très impor-
tante, dont aucun no comnoide avec le siège social juri-
dique.
Le Comité, par un vete acquis seulement 5 la majorirté,
a marqué sa l)référence pour In seconde notien. Ii a tenu
touteteis 5 éyi’ter les malentendus qui peuvent déoouler
de l’expres’sion de ,,principaJ établissesnent” en employ-
ant le terme plus précis de ,,centred’oO la Société est
ei feotivement dirirgée”. ‘

• 1)
Gepubliceerd in ,,L’Ecotiomie Internationale” (,,World
Trade”; ,,Internatidnale Wirtséhaft”), tijdschrift van de
Interiationale Ranier inn .loophandel, Juni 1938.

Néauinioins, en raison de la coniplexité de ce pr.oblème
et ‘du fait qua les cri’tèies adoptés peuvent différer selon
les pa’s, les Partjes contractantes out, bien entendu,
la faculté de choisir, une définition autre que cclie don-
mle ioi, en se cooformant, le cas échéant, 9 leur légis-
lation spéciale.

Artiole 3
– Les Soeiétds d’une des Hautes Parties con-
tractantes auront le droit d’exercer leur activité sur le
territoire de l’arutre Partie, soit par la fendatiolL de suc-
cursales, soit
ar
la création de filiales,
,
en satisfaisaut
Pour celles-ci •aux niêrnes coudirtions et, autorisations aux-
quelles sont astreintes les Sooiétés de cette autre Partie,
étanrt bieii entetidu qu’en auc-un aas in nationalité de la
Société n’influera sûr l’octroi des autorisations sollicitdes.
Article ii
– Les succursales et filiales prévues 5 l’article 3
ci’dessus auront, dans l’Rtat sur Je terriitoii-e duquel elles
seront étarblies, les niëmes droits et capacités que les en-
treprises naitionales siniilaires de eet )ftat, sous réséive
nécessairemcnt de se soumettre aux bis en vigueur dans
lediit Etat.
Elles pourront notamment ester en justice, acquérir des
biens immobiliers, participer aux adjudications publiques
et etre conoessionnaires de servic,es publics.
Toutefois, cihacune des Hautes Partjes contracitantes con-
serve la faouité de réserver ? von gré les adjudications de
fournitures ou les concessions inttiressaiijt la défense na-
tionale proprement dite.
Article 5
– Les dispositions des articles 3 et 4 qui précé-
dent devront etre entendues sans préjudicier en aucune
faqon aux dispositions des articles S, 9 et 10 qui suivent.
Article 6
– Serout considérés connne succursaies d’une
Société des Hautes Partjes contractantes tous les établis-
sernents stables n’ayant pas une personnalité juridique
distincte, situds sur le territoire de l’autre Partie con-
tractante, qui auront la méme dénounirnattion, seront direc-
tement sons Ja dépendance financière ou administrative
de cette Société, dont l’aotivité s’exercera dans les limites
de J’objet social de ceile-ci, eL seront dirigés par un pré-
posé de la Sooiété ayanL qualité pour représenter oette
clernière et l’enigager envei-s les tiers.

Cornnsentaire
– L’expression ,,établi ssemernt stable” doit
s’entendre de la façoa suivante:
L’expression ,,éta,biissemenrt stable” coniprend les in-stallations et les locaux professionnels fixes d’une entre-
prise oomune les mines et puits de pétrole, plantations,
farbrique, ateliers, magneins, bureaux
eL.
ageuces.
Qnand l’expression ,,étajblissemen.t stable” esL eniployde
au sujet d’un Etat donné, elbe englobe rtou’s les éLa-
blisserments sinbles de quelque type qu’ils soient que
sonit &itués sur le territoire de eet Etat.
Le fair qu’une entreprise, dont le siège social (c’est-
5-dire le centra de Diretion effeative) est situd dans un
des Etats cnntractants, af feotuc des opérations commer-
ciales dans un autre Etat contractant par l’entreunise
d’un agent réeilement autonome (courtier, coniniission-
naire, etc.) na sera pas considéré comme signifiaut que
i’entreprise posséde Un Staiblissement stable dans cet
Etat
Lorsqu’urne entreprise étmangè re entrebient des rela-
tions d’affaires régulisres ‘dans un Etat, par l’intermé-
diaire d’un agent qui y est Stabli et a qualité pour agir
au nosn de l’entreprise, dle sera considérée conmie ayant nu étajblissement stable dans eet EtaJt.
11 en vera ainsi lorsqsie l’agent Otaibli dans le Pays: est un fendé de pouvoirs qui engage habituellarnent
l’entreprise pour laquelle ii trawaille, et
est lid par nu contrat d’empboi et se Jivre habituei-
lernent 5 des antes de coninierce, pour le cempe dc l’en-
treprise moycrinant rémundration de celle-cii, ot
a haibituellenient, pour Ja vente, un dépôt ou nu
stock de ,marohandises appartanant 5 l’euitreprise, si la
nature du commerce nu de l’industrie le coniporte.
Cetta définition s’inspire de oelle firgurant dans le
Protocole au Texte Revisé du Projetde Convention de
la Société des Nations relatif 5 la Répartition du Re-
venu Industriel et Coniniercial entre les Etats sux fins
de l’Imposition (C.252.M124.1935.IIA). 11 a été appor-
te
5
ce texte quelques modifications de detail destindes 5 l’adapter 5 la présente Conyention
De plus, – confoi

mérnent au point de vue adopté par
la Chambre de Cominerce Internationale dans sas tra-
vaux sur la double imposition – les trois conditioiis
appl’icaibles 5. un agent dfabli dans un pays out été ren-dues cumulatives, tandi s qu’elles sont alteernatives dans
le texrtc de ba Société des Nations.
L’expressinn ,,mêune dénonuination” ne doit pas s’en-
tendre au sens strict des mots. 11 est évident qu’un éta. blissement’ stabbe, doet la dénomination varierait. no-

27 Juli 1938

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

579

tarnnwiit Parce cju’elle serait traduite dans mie langue
ôtratigre, serait na-11ii1oins considéré comnio ,,ayaiit la
iiime diioinination”. Ce serait le cas, par
exeflhl)1c,
pour
une société a.iionyme française qui, cii AllefnIagne, de-
viendrait A.G.
Article 7
– Seront c-onsidir&s comme t iliales les Socittls
qui, touit en ayant une oxistence juridique et un patri-
nioine propres, avec des organes de direotion et d’adminis-
tration distints, sont ndanmoins subordoinies, du point
de vue ou finaincier, ou administratif, ou technique, il une
yu plusieurs Sociétcis situdes sur le territoire de l’autre
Partie contraotante.
.itrticle 8
– 11 n’existera entre les iLautes Parties con-
tractantes aucune restrietion quant t In iiationalitd des
fondateurs, administrateurs, actionnaires ou associds de
Soci6tés ou de leurs filiales.
11 ne pourra dtreddrogi3

P

éCdeee stipulation que pour des niotifs interessant. l’ordre Public ou la sdcuritd
de l’Etnt.
Aticle 0
– ])„bus les succursales et filiales crddes par les
Sociétés des Hautes Parties contraotantes sur le terri-
toire de l’autre Partie, pourrout être employds sans res-
triction des collaborateurs supdrieurs et des tecihnioiens
spdcialis’tes te la iiationalitd de in Socidtd mère. Pour-
ront etre également empioyôs des collaborateurs supdrieurs
et techniciens sidaialistes dc iiationalité tierce, sans que,
pour ces dernieis, il exiate de plus grandes restrictions
que celles en vigucur pour les en.treprises nationales.
11 ne pourra être ddrogé aux stipulations de eet articie
que pour des nlotifs intéressant l’ordre public ou In si3cu-
rité de l’Etat.
Article 10
– Ii ie pourra être apporté aucune restric-
tion aux transferts d’une des Hautes Parties oontractantes t l’autre, des sommes provennnt des bénctices réalisés ou des capitaux investis dans leurs fiiiales et succursales pal
les Sociétés de ehacune des Hautes Parties contractantes
nu cours des opérations effec-tuées sur ie tei’ritoiie de
l’autre Partie.
Commentaire
– Ge texte étant eelui d’une convention-
type, il iie pourrait y étre tenu coinpte des restrictions
de faitimposées par certains pays nu tra.nsfeit des dcvi-
ses. Cependaut, si la convontion est conciue entre deux
paYs oû des restrictions sont en vigueur, ii leur eet loisi-bio d’adopter l’article 10, comirie une disposition s’appti-
quant t l’avenir, le présent restant réservé. En ee cas,
c-es Etats auront toujours la Lacuité de fixer une date
limite audeit de laquelie ceSsera de jouer la rotroactivité
pour le transfer’t des capitaux investis et des bénéficos
réai.isés aivain.t In conelusion de la convention.
Ce Comité se rend d’ailieurs parfaitement oompte que
par suite de circonstances spéciales, certains pays se
trouvent dans i’impossibilité d’insérer eet article dans
une coivention bilaterale.
Article 11
– Les succursales ot Filiales d’une Soaiété d’une
des Hautes Far-ties contractantes iie doivent pas être sou-
n,ises, sur le territoire de i’autre Pai-tie, en ee qu.i con-
cerne les droits, taxes, impôts et contributions, t des char-ges fiscales plus élevées que ceiles qui sont supportées P”
les entreprises nationales.
Une convention spéoiale réglera les questions de double
imposition entre les Parties.
Commentaire
– Le Comité est unanirne t juger désira-
bie que, sililultanémont aivec in Convention sur les So-
ciétés Etraigèree, soit conciue entre les Parties con-
tractantes nee convention sur in double imposition. 11 conviendra en ce cas d’établir, autant que possibie, un
certain paralléiisme entre les cleux textes de faqon t
éviter toute divergence entre les définitions formuides
dans chacun d’eux.
Articie 12
– En cas de difficulté surgissant dans l’nppli-
cation ou l’interprétation de in précente Convention et
touchant une des Socïétés qui fout l’objêt de ses dispo-
sitions, eet-te Société fera appel nu Gouvernement dont dle
es-t rssorbissante, et les ilautes Parties contractnntee de-
vront s’enteridre, pour In solution de cette difficulté, dans
l’esprit de in présente Convention.
Comnientaire
– Cet artiele laisse aux Etnts contrnotnnts
toute latitude de choisir eux-mêmes la procédure qu’ils
ju’geront in plus apl)ropriée, en cas de désaccord sur-
vennnt entre clix. II est cssentiel, toutefois, que cette
(Iuestiou soit régléc d’nvance par nee disposition de in
Convention.
Article 13
– La présente coiivention est t aite pour une
durée de cinq aunées, renouvelabie par tacité reconduc-
tien. La Partie qui voudra y rnettre fin 9. i’expiration
cI’une période de cinq années devra faire conn.aîtretl’autre
:Partie son intentioii un na avant i’expirntion de cette
période.

Connncutaire
– Le Coniité est unaniine 9. considérer quc
ie terme de 5 aas est un striet minimum. Les Etats
sont done invités t
i
évoir line durde plus longue pour
les conventions qu’iis coucluero nt.

Statistieken betreffende het passagiersvervoer

van Schiphol en Waalhaven.

In het artikel ,,E[et Centrale Vliegveld” van Ir.
J. F. W. Burkij, verschenen in het nummer van
29 Juni ji., wordt er
o.a. op
geweeen, dat in Schiphol
de transitopassagiers dubbel worden geteld en in

Wnalhaven enkel, waaruit de schrijver de conclusie
trekt, dat de verschillen in het aantal vervoerde

passagiers van beide luchthavens kleiner zijn dan uit

een oppervlakkige beschouwing der cijfers
zou
volgen.

Naar aanleiding hiervan wordt er ons
op
gewezen,
dat de uitspraak van den heer Burkij
op
een mis-verstand berust.
Op
Schiphol wordt een transitopas-
sagier evenmin dubbel geteld als
op
Waalhaven. Bij
heide luchthavens heerscht dezelfde opvatting ten
aanzien van het begrip transitopassagier en
OJ)
heide
luchthavens geschiedt de telling van het aantal tran-
sitopassagiers volgens geheel dezelfde methode.

STATISTIEKEN.
OPEN MARKT.

1938


1937
1936

23
18123
hfl6
419
19/24
20/25
H
zz
2,
Juli
Juli Juli Juli
Juli
Juli

Amsterdam
Partic. disc.
114
11
4

11
4

1
12 11
15111
3314_4314
Prolong.

1
12
1
12
114
3
14-1
1’12
3_4114
Londen
Daggeld
1
1I
1
1-1
‘!i-1
‘li-I
‘Ii-1
‘li-1
‘Ii-1
Partic. disc.
‘/,,°/ii

17132.9116
17
132
9
116
1/31-91i6
11
321i5

17182..91I6
91
15
_3/
4

Berlijn
Daggeld

251g-3
2
3
14-3114
2
7
18_3
1
18
2114518
2
1
12_
7
18
251-311
MaandeId
2
3
14-3
2
3
14-3
2
3
14-3
2
3
14-3
21/23/4
2
1
j
2

7
18
2
1
/-
7
1′
Part, disc.
27/8
2
718
2
1
18
3
1
1
2718
211
8

2
1
/s
Warenw.
– .
4.J1
4.11
4-
1
12
4-112
411
4

4.J14
4114
Jew York
Daggeld ‘)
1
1
1
1
1
1
2
/in
Partic.disc.1
11
13
1
11
11
1
12
114
1
1)
Koers van 22Juli en daaraan voorafgaande weken t/m. Vn dag.

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

Da a
New
Londen

Berlijn
Parijs
Brussel
Batavia
York
5)
S)
S)
S) S)
1)

19 Juli

1938
1.81
I%
8.95y,

73.05
5.0234
30.78
100%
20

,,

1938 1.82
8.95%

7308
5.02% 30.761
100
21

,,

1938
1.82% 8.95

73.08
5.02%
30.77k
100
22

,,

1938 1.82
8.95%

73.07
5.02%
30.7%
100%
23

•,

1938
1.81.1
8.95%

73.08 5.02%
30.7%
100
25

1938 1.82
8.95y,

73.07
5.03
30.7%
100
Laagste d.w’)
1.81%
8.94%

72.97k 5.01%
30.72
100
Hoogste d.w’)
1.82%
8.95%

73.12k
5.03
30.80
100%
Muntpariteit
1
1.469
12.1071

59.263
9.747
24.906
100

Data
Zwit-
serland
Pra1
Boeka-
Milaan
Madrid

19 JuiÇi8
41.62
629
– –

20

,,

1938
41.65%
6.29


21

,,

1938
41.66%

6.29
– – –
22

,,

1938
41.65
6.29

– –
23

,,

1938
41.65
6.29



25

,,

1938
41.66%
6.29



Laagste
d.wi)
41.58
6.26



Hoogste d.wl)
41.70
6.31
1.45
9.60

Muntpariteit
48.003
7.371
1.488

1

13.094

1
48.52

D a a
Stock-
Kopen-
s
1-fel-
Buenos-
Man-
holm
5
)
hagen*)
Aires’)
treal’)

19 Julfi8
46.171 39.971
45.-
3.96 47%
1.80%
20

,,

1938
46.17k 39
971
45.-
3.97
47%
1.81%
21

,,

1938
46.17

39.971
45.-
3.97
47%
1.8134
22

,,

1938
46.17

39.97k
45,-
3.96
47 v
4

1.81%
23

,,

1938
46.15

39.971
45.-
3.96
4734
1.81%
25

,,

1938
46.171 40.-
45.-
3.96
47y
16

1.81%
Laagste d.wi)
46.10

39.90
44.921
3.92
46%
1.80%
Hoogste dw
1
1
46.22k 40.021
45.05
3.98
4734
1.81%
Muntpariteit
46.671 66,671
66,671
6.268
95%
2.1878
5)
Noteeriag te Amsterdam.
55)
Not, te Rotterdam.
1)
Part. opgave.
In ‘t Is-te of 2de No. van iedere maand komt een overzicht
voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

580

GROOTHANDELSPRIJZEN VAN BELANGRIJKE VOEDINGS- EN GENOT

OERST
64/5
kg
MAIS
R000E
TARWE
BURMA
Loonzein
RIJST
BOTER
per
kg.
KAAS
Edammer
EIEREN

Amer.No.3fl
Rotterdam
per 2000
kg.
74kgRussi-

schei)
loco
Rotterdam
per
100
kg.
per
cwt.
f.o.b.
Leeuwar-
Heffing
Alkmaar
Gem.
Eiermijn
not.

Termijn-
Amerik.
ij
I3ahia
)
Zie blz.460
loco
Itterchijn
RangoonjBassein
der Comm.
Crisis
Fabr.kaas Roermond
van E.-S. B. Rotterdam
noteer.
op
Mïxed
lOO
kg.
ni,teer.
op
*

Bli;uca
1;
Noteering

Zuivel-
gang
exp.
P.
100 St.
i1cr.Ned.Ct.!
________
Not.
v. 15Juni II.
per2000kg.
1 of 2
mnd.
No.21)
1 of 2
n2U,i.
.çopiijs
Centr.
per 50kg.

T
%
f
%
T
%
r
%Ish.’T
T7
%
rr
1927
237,-
110,2
171,50
89,3
176,-
87,1
12,475
12,5
l .
,
-,
2b1
110,1
14,75
109,3
6
104,5

‘1113
1
14
2,03
98,4

43,30
95,0 7,96
99,3
1928
228,50 106,2
208,50
108,6
226,-
111,9 13,15
108,1
12,57
5

100,1
13,475
99,9
6,43
98,4 1101
73
14
2,11
102,3

48,05
105,4
7,99
99,6
1929
179,75
83,6
196,-
102,1
204,-
101,0
10,875
89,4
11,27
5

89,8
12,25
90,8
6,34
97»

1016
2,05
99,4

45,40 99,6
8,11
101,1
1930 111,75
52,0
118,50
61,7
136,75
67,7
6,22
5

51,2 8,27
5

65,9
9,67
5

71,7
5,09
77,9
815
1,66
80,5

38,45 84,4
6,72 83,8
1931
107,25
49,9 78,25 40,8 84,50
41,8
4,55
37,4
4,65
37,0 5,55
41,1
3,09
47,3
516
1,34 64,9

31,30
68,7
5,35
66,7 1932
100,75
46,8
72,-
37,5
77,25
38,2
4,62
5

38,0
4,70
37,4
5,22
5

38,7
2,59
39,6
5
1
1
l’j2
0,94 45,6

22,70 49,8 4,14
51,6
1933
Z
70,-
32,5
60,75
31,6 68,50
33,9 3,55
29,3
3,75
29,9
5,02
5

37,2
1,84
28,2
4/51/2

0,61
29,6
0,96
20,20
44,3 3,71
46,3
1934
j

75,75
35,2
64,75
33,7
70,75
35,0
3,32
5

27,3
3,25
25,9
3,67
5

27,3
1,74
26,6
4173/4

0,45
21,8
1,-.
18,70
41,0 3,45
43,0
1935
5
68,-
31,6
56,-1
29,2
61,25
30,3
3,07
5

25,3
3,87
5

30,9
4,12
5

30,6
2,07
31,7
5(8
1
12
0,49
23,7
0,99
14,85
32,6 3,20
39,9
1936
0

86,
40,0
74,50
38,8
74,
36,6
4,27
5

35,1
5,75
45,8
6,27
5

46,5
2,19
33,5
517
1
j
0,58 28,1
0,88
5

17,55
38,5
3,50
43,6
1937 137,75
64,0
105,75
55,1
III,-
55,0
8,95
73,6
8,02
5

63,9
8,92
5

66,2
2,70 41,3
61-
0,78
37,9 0,67
19,75
43,3
3,96 49,4

Mei

1937
144,50
67,2
107-
55,7
110,-
54,5
10,-
82,2
8,925
71,1
9,72
5

72,1 2,64
40,4
5(10
1
12
0,71
34,5
0,725
17,325 38,0
2,89

Juni

,,
z
148,75
69,2
99:-
51,6
105,-
52,0
10,15
83,4
7,52
5

59,9
8,95
66,3
2,63
40,3
511014
0,74
35,9
0,70
19,82
5

43,5
2,98

Juli

iu
149,25
69,4
108,25
56,4
lii

55,0 9,85
81,0
8,57
5

68,3
9,975

73,9
2,68
41,0
5/11
1
(4
0,77
37,4
0,68
20,15
44,2
3,74
46,
Aug.
136,50
63,5
106,50
55,5
112:-

55,4 9,30
76,4
7,82
5

62,3
9,225
68,4 2,86
43,8
6
1
4
0,78
37,9
0,64
21,50
47,2
3,84
47,
Sept.

Z
129,50
60,2
107,-
55,7
122,-
60,4
9,225
75,8
7,55
60,1
8,52
5

63,2
2,96
45,3
617
0,85
41,3
0,52
5

21,-
46,1
4,69 58,
Oct.

136,25
63,3

56,8
114,75
56,8
8,57
5

70,5
7,625
60,7
8,50
63,0
2,96
45,3
617114
1,-
48,5
0,42
23,-
50,5
4,99
62,
Nov.

,,
J
133,50
62,1
106,25
55,3
116,-
57,4 7,22
5

59,4
7,10
56,5
8,12
5

60,2
2,53
38,7
5/71j

0,96
46,6
0,46 22,20
.
48,7
4,99
62
1

Dec.
130,25
60,6

57,3
120,75
59,8
7,30 60,0
7,05
56,1
8,02
5

59,5
2,43 37,2
515
0,84
40,8
0,60
20,80
45,6
5,24
65,

lan.

1938
130,-
60,4
113,75
59,2
117,25
55,0
7,65
62,9
7,45
59,3
8,40
62,3
2,35
36,0
5
1
3
0,80
38,8
0,61
5

21,45
47,1
4,15
51,
l
2
ebr.
129,50
60,2
106,-
55,2
110,75
51,9
7,60
62,5
7,275
57,9
8,30 61,5 2,39
36,6
514
0,81
39,3
0,65
22,12
5

48,5
47,6
3,65
45,
Mrt.
Apr.
121,50 116,75
56,5 54,3
104,50
107,50
54,4
56,0 109,75
117,75
51,5 55,2
7,10
6,65
58,4 54,7
6,77
5

6,55
53,9 52,1
7,70
7,35
57,1
54,5
2,36 2,42
36,1 37,1
513
5
1
5
0,81
0,87
39,3
42,2
0,56
0,47
5

21,70
19,60
43,0
2,80 2,90
34, 36,
Mei

,,
113,50
52,8
104,50
54,4
III,-
52,1
6,17
5

50,8
6,12
5

48,8
6,95
51,5
2,64
40,4
5(J01J

0,89
43,2
0,45
20,-
43,9
3,25
40,
Juni
103,75
48,2
100,50
52,3
102,75
48,2 5,62
5

46,2
5,975

47,6
6,92
5

51,3
2,67
40,9
5(1
11/
2

0,80
38,8
0,51
19,57
5

42,9
3,39
42,
28 Juni-5 JJli
100,50
46,7
103,751
54,0
110451
49,0
6,-
49,3
5,575

44,4
6,85 50,8
2,72 41,6
6j-
3
jj
0,81
39,3
0,50
20,-
43,9
3,55
44,
5I2 Juli ’38
97,50
45,3
104,75 54,6
107,50
50,4
5,90 48,5
5,375

42,8
6,80 50,4
2,74 42,0
6/11/
3

0,78
37.9
0,50 20,25
44,4 3,85 48,
12-19

109,-
50,7
105,75
55,1
107,50
50,4 5,85
48,1
5,30
42,2
6,75 50,0
2,74 42,0
6
1
11
1
1

0,77
37,4
0,50
20,-
43,9
3,70
46,
19-26
107.50
50.0
104.50
54.4
107.50
50.4
6.-
493
5.2251
41.6
6.65
49.3
2.74
42.0
611
1
19
0.79 38.3 0.50 20.75
1

45.5
3.75
46.

JUTE KATOEN
AUSTRALISCHE
WOL
JAPAN. ZIJDE
RUBBER
Flrst Marks”
in olie gekamd; loco Bradford per Ib.
13/14 Dernier
Stand. Ribbed
Middling Upland
Super Fine c.p.
Crosabred Colonial
Carded SO’s
j
erino Ws A
v.
c.i,f. Londen
per Eng. ton
loco
New York per Ib.
Oomra
Liverpool per Ib.
wit Dr. D. te
New York
per
16.
Smoked Sheets
loco Londen p. 1

-_
11
it
llerl.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct./
Not.
Herl.Ned.Ct.
Not.
Herl.Ned.Ct.
1

it
Herl.Ned.Ct.1
Not.
It.
Not

f
%
£
cts.
%
$cts.
cts.
%
pence
cts.
%
pence
cts.
%
pence
1
%
$
cts.
%
pen
1927
442,38
103,4
36.10/- 43,8
93,1
17,60
36,7
102,1
7,27
133,8
96,8
26,50 244,9
104,8
48,50 13,55
105,8
5,44
.

93
140,2
18,5
1928
445,89
104,2
36.16/11
49,8
105,8
20,-
37,9
105,5
7,51
153,8
111,2
.
30,50
259,7
111,1
51,50 12,60
98,4
5,07
54
81,4
10,7
1929
395,49 92,4
32.14/3
47,6
101,1
19,10
33,2 92,4
6,59
127,2
92,0
25,25
196,5
84,1
39,-
12,28
95,9
4,93
52
78,4 10,2
1930
257,97
60,3
21.6
1
9
33,6 71,4
13,50
19,7
54,8
3,92
81,9
59,2
16,25 134,8
57,7
26,75 8,50
66,4
3,42
30
45,2
5,1
1931
M
192,15 44,
0

17.1/7
21,1
44,8
8,50
20,1
55,9 4,28
60,9
44,0

109,0
46,6 23,25
5,97
40,6
2,40
15
22,6
3,1
1932
146,86
34,3
16.181-
15,9
33,8
6,40
19,5
54,3
5,39
42,5
30,7
11,75
79,7
34,1
22,-
3,87
30,2
1,56
12
II
18,1
16,6
3,3
3,2
1933 1934
128,63
115,85
30,1 27,1
15.1212
15.9/9
17,4 18,3
37,0
38,9
8,70
12,30
16,8
13,6
46,8 37,8
4,91
4,37
48,9 51,4
35,4
37,2
14,25
16,50
96,9 95,8
41,5
41,0 28,25 30,75
3,21
1,92 25,1 15,0
1,61
1,29
19
28,6
6,2
1935
lel
134,52
31,4
18.1118
17,6
37,4
11,90
17,7
49,3
5,87
42,2
30,5

84,5
36,2
28,-
2,41
18,8
1,63
18
27,1
6,
1936
X
142,61
33,3
18.618
19,0
40,4
12,10 18,2
50,7
5,60
54,3
39,3
16,75 108,6
46,5
33,50
2,71
21,2
1,73
25
37,7
7,7
1937
183,46
42,9
20.814
20,8 44,2
11,44
20,0
55,7
5,34
89,0
64,4
23,75
132,7
56,8 35,50 3,30 25,8
1,865
36
54,3
9,5

Mei

1937
201,20
47,0
22.7(6
24,3
51,6
13,35
22,7
63,2 6,04
97,4
70,4
26,-
142,9
61,1
38,25
3,25
25,4
1,78
5

38
57,3
10,2
Juni
186,90
43,7
20.1617
22,9 48,6
12,60
22,3
62,1
5,96
95,6
69,1
25,50
140,2
60,0 37,50
3,28
25,6
1,805
36
54,3
9,6
Juli

189,87
44,4
21.1
1
3
22,4
47,6
12,32
21,5
59,8
5,71
95,8
69,3
25,50
142,2
60,8
37,75
3,42
26,7
1,88
5

34
33
51,3
49,7
9,1
8,1
Aug.
188,67
44,1
20.1716
18,8
39,9
10,35
19,6
54,5 48,4 5,19 4,64
98,9
94,1
71,5
68,1
26,25 25,25
145,0 131,3
62,0 56,2
38,50
35,-
3,30
3,19
25,8
24,9
1,82 1,76
34
51,3 9,
Sept.

Oct.

,,
1
86
,01
188,16
43,5 44,0
20.14
1
3
20.19(8
16,3 15,2
34,6
32,3
9,-
8,42
17,4 15,5
43,1
4,15
83,6
60,5
22,50
117,7
50,4.
31,50
3,02
23,6
1,67
30
45,2
8,
Nov.
185,91
43,4
20.12
1
10
14,4
30,6
7,99
15,2
42,3
4,04
74,6
54,0
20,-
103,9
44,5
27,75
2,86
22,3
1,58
5

27
40,7
7,1
Dec.
ii..
173,86
406
19.7
1

14,9
31,6 8,28
15,5 43,1
4,15
69,5
50,3
18,50
110,1
47,1
29,50
2,71
21,2
1,50
5

28 42,2
7,
0
Jan.

1938
168,56
39,4 18.15
1
8
15,4
32,7 8,56
15,9
44,2
4,26 67,3
48,7
18,-
101,2
43,3
27,-
2,69 21,0
1,495
26
39,2
7,
Febr.
0
166,62
38,9
18.11
1
7
16,1
34,2
9,00
16,5
45,9
4,41
63,9 46,2
17,-
98,1
42,0 26,25
2,78
21,7
1,55
5

27
40,7
7,1
Mrt.

Z
165,08
38,6
18.81-
16,1
34,2
8,91
16,1
44,8
4,30
61,1
44,2
16,25
98,3
42,1
26,25
2,81
21,9
1,56
25
37,7
6,
Apr.

156,59
36,6
17.9/5
15,8
33,5
8,76
15,5 43,1
4,15
60,7
43,9
16,25
95,6
40,9
25,50
2,75
21,5
1,52
5

22
33,2
5,
Mei

,,
c.
158,09
36,9
17.12(2
15,3
32,5
8,48
15,2
42,3 4,06
61,7
44,6
16,50
98,9
42,3
26,50 2,82 22,0
1.56
21
31,7
5,
Juni

,,
153,41
35,9
17.2
1
6
15,1
32,1
8,37
14,3
39,8
3,85 60,5
43,8
16,25
95,5 40,9
25,50
2,81
21,9
1,55
23
34,7
6,
28 Juni-S
Juli
160,04
37,4
17.176
16,5
35,0
9,12
15,0
41,7 4,03
59,7
43,2
16,-
95,1
40,7
25,50 2,94 23,0
1,625
28
42,2
7,
5-12 Juli
’38
163,50
38,2
18.51-
16,0
34.0
8,79
16,0
44,5
4,29
60,7
43,9
16,25
97,1
41,5
26,-
3,16 24,7
1,75
27
40,7
7,
12-19

,,

,,
165,22
38,6 18.8
1
9
15,8
33,5 8,72
15,4
42,9
4,12
60,7
43,9
16,25
97,1
41,5
26,-
3,10 24,2
1,70
28
42,2
7,
19.26
17679
41.3
19.151-
16.1
34.2
8.87
15.6
43.4 4.19
60.6
43.8
16.25
97.0
41.5
26.-
3.26
25.5
1.79
5

29
43.7
7.

KOPER
.

Standaard
Loco Londen
per Eng. ton

LOOD
gem. prompt en
1ev. 3 maanden
Londen perEng.ton.
1.

TN
d
°En0′
g.

IJZER.
Cleveland $Fo. 3
franco Middlesb.
per Eng. ton

GIETERIJ-IJZER
(Lux 111)
per Eng. ‘ton
f.o.b. Antwerpen

ZINK
gem. prompt en 1ev. 3 maanden
Londen p. Eng. ton

ZILVER
cash Londen
per Standard
Ounce

iierl.Ned.Ct.1
Not.
H
er
l
.Ned.C
t.1
Ïît
Herl.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct./
Not.

f
%
£
f
%
£
/
%
£
/
%
sh.
f
%
Sh.
f
%
£
cts.
%
pe
1927
675,10
85,9
55.13111
295,75
106,5
24.811
3503,60
120,6
289.115
44,10
104,7
7219
39,10 98,9
6416
345,40
108,8
28.9111 132 101,5
26′
1928
0

771,20
98,1
63.1419
256,15
92,2
21.314
2749,50
94,6
227.418 39,85
94,6
65110
37,90
95,9
6218
305,75
96,4
25.515
135
103,8
26
3

1929
ix
912,55
116,1
75.9/7
281,10
101,2
23.4/11
2465,65
84,8 203.18!10
42,45
100,8
7013
41,55
105,1
6819
300,80
94,8
24.1718
123
94,6
24
7

1930
<
661,10
84,1
54.1317
218,70
78,8
18.115
1716,20
.59,1
141.1911
40,50
96,1
67/-
35,95
91,0
5916
203,55
64,1
16.1619
89
68,5
17′
1931

431,85
54,9
38.719
146,60
52,8
13.-17
1332,55
45,9
118.911
33,-
78,3
5818
28,90
73,1
5115
140,05
44,1
12.8111
69
53,1
14
1932
z
275,75
35,1
31.1418
104,60
37,7
12.-19
1181,30
40,6
135.18110
25,40
60,3
5816
22,20 56,2
5111
118,95
37,5
13.13110.
64
49,2

1933
268,40
34,1.
32.11
1
4
97,25
35,0
11.16
1
1
1603,50
55,2
194.11/11
25,55
60,6
62/-
21,-
53,1
51
1

129,80
40,9
15.14
1
11
62
47,7

1934
226,80
28,8
30.6/5
82,65
29,8
11.11-
1723,15
59,3
230.715
25,-
59,3
66111
20,25
51,2
5411
103,05
32,5
13.1516
66
50,8
21′
1935
&
230,95
29,4
31.1811
103,40
37,2
14.518
1634,25
56,2
225.1415
24,70
58,6
6812
20,25
51,2
56/-
102,65 32,3
14.316
87
66,9
28′
1936
E
298,75
38,0
38.811
137,15
49,4
17.1217
1592,-
54,8
204.1218
28,40
67,4
73/-
22,40 56,7
5717
116,55
36,7
14.1917
65
50,0
20′
1937
488,55
62,1
54.813
208,95
75,3
23.516 2176,70
74,9
242.7110
41,30 98,0
91111
47,10
119,2
10511
199,80
63,0
22.414
75
57,7
20′

Mei

1937
g
545,95
69,4 60.151-
214,95
77,4
23.1815
2256,45
77,6
251.21-
36,40
86,4
81
1

59,65
150,9 132
1
9
209,35
66,0
23.5
1
11
76
58,5
20
Juni

»
499,70
63,6 55.13
1
5
205,40
74,0
22.17/8
2245,10
77,3
250.2(6
36,35
86,3
81/-
60,60
153,3
1351-
194,55
61,3
21.1315
75.
57,7
20
Juli

510,10
64,9
56.1113
213,70
77,0
23.13111
2365,20
81,4
262.51-
45,55
108,1
101/-
59,60
150,8
13216
205,75
64,8
22.1316
75
57,7
20
Aug.
517,55
65,8
57.6/-
205,25
73,9
22.14(6
2388,50
82,2
264.9/-
45,60
108,2
101/-
48,60
123,0
109/-
215,35
67,9
23.16(8
75
57,7
19
Sept.
474,25
60,3
52.15(11 187,55
67,5
20.17(8
2323,10
79,9
258.1216 45,35
107,6
1011-
44,65
113,0 9915
191,80
60,4
21.711
74 56,9
19
Oct.

,,
413,15
52,5
46.1111
164,80
59,4
18.718
2036,85
70,1
227.51-
45,25
107,4
1011-
42,30
107,0
9415
162,05
51,1
18.117
75
57,7
20
Nov.
357,50
45,5
39.1319 150.10
54,1
16.1313
1726,80
59,4
191.141-
46,85
111,2
1041-
39,85
100,8
8815
143,20
45,1
15.17111
74
56,9
19
Dec.

,,
362,70
46,1
40.712
144,90
52,2
16.216
1734,45
59,7
193.-(-
49,-
116,3
1091-
38,80
98,2
8614
139,-
43,8
15.915
70
53,8
1

Jan.

1938
367,75
46,8
40.19(6
143,50
51,7
15.19(9
1640,65
56,5 182.161-
48,90
116,1
109
1

36,50
92,4
81
1
4

*
134,05
42,2 14.18
1
9
74
56,9
19
I’ebr.

,,
353,70
45,0
39.819
137,35
49,5
15.613
1642,15
56,5
183.1(11
48,90
116,1
1091-
33,45
84,6
7416
128,85
40,6
14.714
75
57,7
20
Mrt.

,,
..
357,25
45,4
39.1617 144,80
52,2
16.2110
1649,65
56,8
183.1812
48,90
116,1
1091-
31,80 80,5
70/11
128,90
40,6
14.714
75
57,7
2
Apr.
»
113

354,85
45,1
39.1117
141,35
50,9
15.1514
1536,80
52,9
171.915
48,85
115,9
1091-
32,80 83,0
7312
124,75
39,3
13.1814
71
54,6
1
Mei

»
328,80
41,8
36.1219
127,85
46,0
14.4111
1452,30
50,0
161.16(6
48,90
116,1
1091-
29,75
75,3
6614
113,50 35,8
12.1216
70
53,8
1
Juni

,,
0
317,80
40,4
35.915
125,35
45,1
14.-J-
1599,30
55,0
178.101-
48,85
115,9
109/-
28,05
71,0
6218
118,40
37,3
13.413
71
54,6
1
i8Juni
-5
Juli
gx
354,40
45,1
39.1113
134,35 48,4
15.-(-
1737,75
59,8
194.-(-
48,80
115,8
1091-
28,-
70,9
6216
128,20
40,4
114.613
71
54,6
1
5-12 Juli ’38

347,10
44,1
38.151-
133,55
48,1
14.1812
1698,55
58,4
189.1216
48,80
115,8
1091-
26,85
67,9
601-
126,25
39,8
72
55,4
1
2-19

»
355,35
45,2
39.1319
131,80
47,5
14.1415
172135
59,2 192.51-
48,80
115,8
1091-
27,30
69,1
611.
127,60
40,2
~
14.1111
145-
72
55,4
1
19-26

,,
368,85
46,9
41.319
134,35
48,4
15.-(-
1744,10
60,0
194.151-
48,80
115,8
1091-
26,85
67,9
601-
129,30
40,7
14.89
74
56,9
19

rsrsnrl VN ÇN (RflNflSTflFN.
(Indexciifers gebaseerd op 1927
t/m
1929 = 100).

581

GE-
SLACHTE
GE-.
SLACHTE DEENSCH
BACON
BEVROREN
ARG. RUND-

CACAO G.F.
KOFFIE
Loco R’dam(A’dam
SULXER
Witte krist.-
THEE
N.-lnd.thee-
RUNDEREN
(versch)
VARKENS
(versch)
middelgew. No. 1
VLEESCH
Accra per 50 kg
cii. Nederland
per ’12 kg.
suiker loco Rotterdam!
veiling A’dam
Gem.Java- en

Robusta Superior
per 100 kg
per 100kg
Londen per cwt. Londen per 8 lbs.
Amsterdam
Sumatrathee
HerI.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct.I
Not.
Herl.Ned.Ct.I
Not.
totterdam
1otterdam
Santos
per 100 kg.
per’!zkg.

1
%T,riEf
%
sh.
ƒ
sh.

%
cts.
%
1927
– –
– –
65,15 97,8
10716
2,73 92,2
416
41,21
119,4
681-
46,87
5

95,5
54,10
91,4
19,125
119,6
82,75
109,2
101,3
1928
93,-
98,2
77,50
90,8 66,80
100,3
11015
3,03
102,4
51-

34,64
100,4
5713
49,62
5

101,1
63,48
107,3
15,85
99,1
75,25
99,3
102,2
1929
96,40
101,8
93,12
5

109,2 67,81 101,8
11212
3,12
105,4
512
27,70
80,2
45110
50,75
103,4
59,90
101,2
13,-
81,3 69,25
91,4
94,1
1930
108,-
114,0
72,90
85,5 57,19 85,9
9417
2,97
100,3
4111
21,04
61,0
34/11
32
65,2
38,10
64,4
9,60
60,0 60,75
80,2
12,1
1931
88,-
92,9
48,-
56,3 35,72 53,6
6316
2,44
82,4
414
13,84
40,1
2417
25 50,9
27,10
45,8
8,-
50,0 42,50
56,1
53,3
1932
61,-
64,4
37,50
44,0
25,46
38,2
5817
1,70
57,4
3111
11,77
34,1
2711
24
48,9
30,04
50,8
6,32′
39,6 28,25 37,3
43,0
1933
52,-
54,9
49,50
58,0
30,74
46,2
7417 1,54
52,0
319
9,30 26,9
2217
21,10 43,0
22,83
38,6
5,325
34,5
32,75
43,2 31,0
1934
61,50
64,9
46,65 54,7
32,94 49,5
880
1,42
48,0
3/9
1
12
8,15 23,6
21110
16,80
34,2
18,40
31,1
4,07
5

25,5
40
52,8 34,9
1935
48,12
5

50,8
51,62
5

60,5
32,-
48,1
8815
1,19
40,2
3/3
1
1,
8,15 23,6
2216
14,10
28,7
15,21
25,7
3,85
24,1
34,50
45,5 32,5
1936
53,42
5

56,4
48,60
57,0 36,37
54,6
9316
1,48
50,0
319
1
12
12,05
34,9
3014
13,62
5

27,8
16,87
5

28,5
4,02
5

25,2
40
52,8
39,2
1937
71,275
75,3
61,85
72,5 42,27 63,5
9411
1,90
64,2
413
17,35
50,3
3818
16,62
5

33,9
22,37
5

37,8
6,225
38,9
53,50
70,6
53,6

Mei

1937
73,32
5

77,4
56,75
66,5
42,71
64,1
95/-
1,90
64,2
412
3
14
17,30
50,1
3816
17,50
35,7
23
38,9
6,07
5

38,Ô
55
72,6
53,6
Juni

,,
80,25
84,7
55,75
65,3
39,87
599
88/10
2,04 68,9
4/61/2

15,66
45,4
34111
17,50
35,7
23
38,9
6,52
5

40,8
50,50 66,7
52,1
Juli
78,45
82,8
60,85
71,3
42,63
64,0
9416
1,97
66,6
4/41/2

16,46
47,7
3616
17,50
35,7
23 38,9
6,57
5

411
55
726
55,1
Aug.

,,
77,87′
82,2
67,875
79,6
46,32 69,6
10216
2,13 72,0
418
1
1,
17,61
51,0
391-
17
34,6 23 38,9
6,50
40:6
54,75
72
:3
55,3
Sept.

,,
72,42
5

76,5
69,20
81,1
46,17 69,3
102110
1,96
66,2
4j411

15,97
46,3
3517
16,75
34,1
23 38,9
6,32
5

39,6
56
73,9
55,1
Oct.

,,
69,97
5

73,7 70,20
82,3
43,70 65,6
9716
1,91
64,5
4/3
12,55
36,4
281-
15,75
32,1
22,875 38,7 6,40 40,0
55,25
72,9
55,0
Nov.
,,
68,17′
72,0
72,37
5

84,8
40,77
61,2
9016 1,95
65,9
414
12,18
35,3
2711
13,50
27,5
20
33,8
6,42
5

40,2
53,75 71,0
52,2
Dec.

,,
68,95
72,8
72,15
84,6
43,23 64,9
96/2
1,92
64,9
4/3
1
/2
11,07
32,1
2418
13
26,5
17,25
29,2 6,40
40,0 47,75 63,0
51,0

Jan.

1938
70,82
5

74,8
79,375

825
43,54
65,4
971-
1,96
66,2
4/4
1
1
12,18
35,3
2712 13
26,5
16,10
27,2
6,17
5

38,6 51,25 67,7
51,1
Febr.
70,25
74,2
68,75
806
43,95
66,0 981-
2,08 70,3
4/71/

12,44
36,0
27/9
13
26,5
16
27,0 5,40
33,8
50,25
66,3
50,3
Mrt.
69,15
73,0
66,37′
77,8
45,87
68,9
10212
1,90
64,2
413
13,30
38,5
2918
13
26,5
15,50
26,2 5,05
31,6 52,25
69,0
48,6
1
Apr.
70,35
74,3
64,40
75,5
47,29
71,0
105/6
1,88
63,5
4/2
11,68
33,8
2611
13
26,5
15
25,4 4,65
29,1
53,50
70,6 47,9
1

Mei

,,
7,1,50
75,5
62,-
72,7
46,22 69,4
1031-
1,92
64,9
41312
8,64
25,0
1913
12,50
25,5
14
23,7 4,70 29,4
53,-
70,0
47,1
1

Juni

,,
70,50
74,4
59,95
70,3
43,99
66,1
9812
1,96
66,2
4j4
1
1
8,74
25,3
1916
12,50
25,5
13,75
23,2
4,72
5

29,6
49,50
65,3 45,5
15
Juni-5 Juli
68,-
71,8
59,50
69,7
44,31
66,5
991-
1,94
65,5
414
9,97
28,9
2213
12,50
25,5
14
23,7
4,75 29,7
47,50
62,7 45,9
15-12 Juli ’38
67,-
70,7
63,-
73,8
44,36 66,6
991-
2,-
67,6
4/51/2

9,52
27,6
2113
12,50
25,5
14
23,7 4,75
29,7
47,50
62,7
45,9

1

-19

,,

,,
67,-
70,7
63,50
74,4
45,69 68,6
1021-
1,98
66,9
415
9,74
28,2
2119
12,50
25,5
14
23,7
5,125
32,0
47,75
63,0
46,4
9-26

,,

,
67,-
70,7
63,-
73,8.
47,44
71,2
1061-
1,98
66,9
1415
9,79 28,4
2110
13
26,5
14
23,7 5,12
5

32,0
47,75
63,0
46,9

GRENENHOUT
Zweedsch ongesort.
2
112
X
7 per standaard
ex opslagpl. Londen

VUREN-
HOUT
basis 7″ f.o.b.
Zweden/FinI.
per standaard
van 4.672 M
3
.

KOE- HUIDEN
Gaaf,open kop
57-61 pond
Veiling te
Amsterdam

COPRA
Ned.-lnd.
.
m. s.
per 100 kg
Amsterdam

GRONÔNOTEN
Gepelde Coromandel,
per longton
c.i.f. Londen

LIJNZAAD
La Plata
loco
Rotterdam
per 1
00
0kg.’)

GOUD
cash Londen
per ounce line

Herl.Ned.Ct.I

Not.

0._ –
.*,

,
.E

,

.
C-

Hen. Ned. Ct.
Not,
HerI. Ned. Ct.
Not,

7
r
%
ƒ
%
r

ƒ
%
T
-;:
1927
230,28
100,1
19.-/-
160,50
105,1
40,43
100,9
32,62
5

106,5
266,03
106,4 21.18111
185,-
95,0
51,50
100,1
851-
105,3 104,4
124,1 1928
229,90
100,0
19.-/-
151,50
99,2
47,58
118,7
31,875 1041
254,10
101,6
21../-
185,25
95,1
51,45
100,0
851-
102,0
100,2
94,6
1929 229,71
99,9
19.-!-
146,-
95,6
32,25
80,5
27,37
5

89:4
230,16 92,0
19.-19
214,-
109,9
51,40
99,9
851-
92,7 95,4 84,5
1930
218,43 95,0
18.112
141,50
92,7
25,36
63,3
22,62
5

73,9
175,55
70,2
14.10/4
181,75
93,3
51,40
99,9
851-
69,6
15,1
60,0
1931
187,88
81,7
16.141-
110,75
72,5
18,65
46,5
15,375
50,2
136,69 54,7
12.2111
95,50
49,0
52,-
101 1
92(5
41,8
54,6 44,7
1932
136,14
59,2
15.1314
69,-
45,2
11,15
27,8
13,-
42,4
130,52
52,2
15.-14
70,-
35,9
51,25
996
1181-
35,1
43,0 38,4
1933
136,48
59,3
16.1112
73,50
48,1
13,26
33,1
9,30 30,4
90,39
36,1 10.1914
75,50
38,8
51,35
99,8
12417
33,1
39,0
34,5
1934
134,02
58,3
17.1814
76,50
50,1
12,07
30,1
6,90
22,5
71,90
28,7
9.1213
72,75
37,3
51,50
100,1
13718
31,6
37,3 36,5
1935
127,91
55,6
17.1314
59,50
39,0
12,54
31,3
9,15
29,9
104,26
41,7
14.81-
67,25
34,5
51,50
100,1
14212
32,2
31,0
34,8
1936
139,98
60,9
17.19110
78,25
51,3
15,40
38,4
11,90
38,9
113,49
45,4
14.1119
85,-
43,6
54,60
106,1
14014
39,0
42,2
40,7
1937
205,35 89,3
22.17/2
132,25
86,6
23,35
58,2
15,22
5

49,7
127,81
51,1
14.418
110,50
56,8 63,20
122,8
14019
53,4 51,8
55,9

Mei

1937
211,29
91,9
23.101-
137,-
89,7
26,25
65,5
14,95
48,8
127,60
51,0
14.41-
112,50
57,8 63,15
122,7
14018
56,7 60,2
58,0
Juni


,,
211,01
91,8
23.101-
137,50
90,1
24,25
60,5
14,32
5

46,8
130,85
52,3
14.1117
110,50
56,7
63,10
122,6
140/71
54,8 59,0
55,9
Juli
212,-
92,2
23.10/-
136,25
89,5

59,9
14,525
47,4
137,65
55,0
15.514
113,-
58,1
63,15
122,7
140/-
55,2
60,2 55,5
Aug.

,,
212,40 92,4
23.101-
135,-
88,4

62,4
13,95
45,6
126,66
50,6
14.-16
115,-
59,1
63,05
122,5
13917
53,7
59,2 54,5
Sept.

,,
211,08
91,8
23.101-
135,–
88,4
25,-
62,4
13,15
42,9
120,84
48,3
13.911
115,25
59,2
63,05
122,5
14014
52,4 57,9 54,7
Oct.,,
210,65
91,6
23.101-
135,-
88,4
23,-
57,4
13,50
44,1
121,70
48,7
13.1117
116,75
59,9
63,-
122,4
140/61
50,4
56,1
50,1
Nov.
209,46
91,1
23.51-
132,50
86,8

44,9
12,50
40,8
109,57
43,8
12.313
110,50
56,7
63,10
122,6
140/11
41,7
53,2
45,4
Dec.

,,
206,69
89,9
23.-!-
125,-
81,9
17,-
42,4
12,37
5

40,4
105,31
42,1

11.1415
109,75
56,3
62,85
122,2
139110
44,9 51,8
45,5

n.

1938
203,65
88,6
22.1319
123,-
80,6

47,4
11,875
38,8
99,85
39,9
11.216
109,75
56,3
62,65
121,8
13917
44,4
51,9
43,5
M
br.

,,
199,56
86,8
22.51-
122,50
80,2
17,-
42,4
10,95
35,8
95,86
38,3
10.1319
108,-
55,5
62,70
121,9
139/91
43,4
51,0 43,4
Mrt.

,,
197,49
85,9
22.-!-
116,25
76,1
15,-
37,4
10,97′
35,8
92,92
37,2 10.7/2
106,25
54,6
62,75
122,0
139111
41,8
49,9
42,0
Apr.
197,23
85,8
22-/-
110,-
72,0
14,50
36,2
10,62
5

34,7
90,22
36,1
10.113
101,75
52,3
62,65
121,8
13919
40,0
48,8
38,8
Mei

,,
195,17
84,9
21.151-
105,50
69,1
14,50
36,2
10,42
5

34,0
91,54
36,6
10.41-
98,50
50,6
62,85
122,2 1401-4
39,4 41,8
37,5
Juni

,,
190,37
82,8
21.5/-
102,50
67,1
14,-
34,9
9,775

31,9
92,40
36,9
10.6/3
96,-
49,3
63,05
122,5
140(84
38,9
41,1
39,2
Juni-5 Juli
188,-
81,8
21.-!-
102,50
67,1
14,-
34,9
10,-
32,7
95,73
38,3
10.13/9
101,75
52,3
63,05
122,5
140194
40,8 47,8
43,7
-12 Juli ’38
188,21
81,8
21.-!-
102,50
67,1
14,75
36,8
10,12
5

33,1
96,85
38,7
10.1613
101,50
52,1
63,25
122,9
14112
40,9
47,8
42,7
-19

,,

,,
188,13
81,8
21-/-
102,50
67,1
14,75
36,8
10,125
33,1
97,93
39,2
10.1819
102,
52,4
63,25
122,9
14113
41,1 48,1
43,8
-26

,,
187,98
81,7
21.-/-
102,50
67,1
14,75
36,8
10,12
5

33,1
98,51
39,4
II.-!-
102,50
52,7
63,30
123,0
141/5
41,8
48,6
44,8

FËrNKOLEN
Westf./Holl.
PETROLEUM
BENZINE
KALK-
ZWAVELZURE
CEMENT
ST
£
EN EN

__________________
binnenmuur
buitenmuur
bunkerk. ongez. Mid. Contin. Crude
33 t/m. 33.9° Bé
S.
g.
Gulf Exp. 64/66°
per
SALPETER
franco schip
AMMONIAK
levering bij
50 ton franco f.o.b. R’dam/ A’dam
per
te N,-Yonk p. barrel
U.S. gallon
Ned.penlookg
franco schip
Ned, per 100kg voor den wal
.
1000 stuks
Rood en
is. 1000 stuks
Klinkers en


C

1000kg.
bruto Rotterdam
Boeregrauw
Hardgrauw
,g
a
HenI.Ned,Ct.I
Not.
Herl,Ned.Ct,I
Not.

%
7″
%
T”
“i


cts.

“T”
‘i”

“T” “T”
T
“T’
“5v’
1927
11,25
103,1
3,21
103,6
1,28
37
128,0 14,86 11,48 102,6 11,44
102
,5

18,-
99,0
13,65
104,3
16,50
88,4
105,1
105,2
1928
10,10
92,5
2,99
97,1
1,20
24,85 85,9
9,98
11,48 102,6 11,08
99,3
18,-
99,0
13,60
104,0
19,50 104,5
96,5 99,0
1929
11,40
104,4
3,06 99,4
1,23
24,90
86,1
10
10,60
94,8
10,96
98,2
18,55 102,0
12,-
91,7

107,1
98,5
95,9
1930
11,35 104,0
2,76
89,6
III
21,90
75,7
8,81
9,84
88,0
10,55
94,5
18,55
102,0
II,-
84,1
19,-
101,8
83,3
71,1
1931
10,05
92,1
1,42
46,1
057
12,38
42,8
4,98
8,61
77,0
7,73
69,3
16,55
91
,
0

76,4
15,50
83,0
61,9
55,4
1932

73,3
2,01
65,3
0,81
11,99
41,5 4,83
6,15
55,0 4,20
37,6
12,-
660
8,50
65,0
II,-
58,9
49,6
43,0
1933
7,-
64,1
1,14
37,0 0,57
9,24
32,0 4,63
6,18
55,2 4,63
41,5
II,-
60,5
8,75
66,9
10,50
56,2
46,4
40,3
1934
6,20
56,8
1,40
45,5 0,94
7,18 24,8
4,84
6,11
54,6
4,70
42,1
11,25
61,9
7,-
53,5
8,50
45,5
44,8
38,8
1935
6,05
55,4
1,39 45,1
0,94
7,65
26,5
5,18
5,89
52,7
4,81 43,1
II,-
60,5
,6,75
51,6
8,50 45,5
46,4
39,9
1936
6,60
60,5
1,63
52,9
1,04
8,86 30,6
5,65
5,70
51,0 4,82 43,2
10,50
57,7 6,75
51,6
8,75 46,9
48,5
44,1
1937
8,80
80,6
2,09 67,7
1,15 11,08
38,3
6,10
‘5,7
5

51,4
4,97 44,5
11,35
62,4
7,50
57,3
9,50
50,9
66,4
60,5

Mei

1937

82,4
2,11
68,5
1,16
11,46
39,6
6,30
5,85 52,3 5,05 45,3
11,35
62,4 7,25 55,4
9,25
49,6 70,9
64,4
Juni

,,
9-
82,4
2,11
68,5
1,16
11,48
39,7
6,31
5,85 52,3 5,05
45,3
1135
62,4 7,25
55,4
925
49,6 69,8
63,0
Juli
9:-
82,4
2,11
68,5
1,16
11,58
40,0
6,38 5,60
50,1
4,80 43,0
1135
62,4 7,45
56,9
950
50,9 70,3
83,4
Aug.
9,-
82,4
2,10
68,0
1,16
11,57
40,0
6,38
5,70 51,0 4,90
43,9
11,35
62,4
7,45
56,9 9,50 50,9
68,2 61,6
Sept.

,,
9,-
82,4
2,11
68,5
1,16
11,56
40,0
6,38
5,75 51,4 4,95
44,4
11,35
62,4
7,45
56,9
9,50
50,9 65,8
59,6
Oct.

,
8,95
82,0 2,10
68,0
1,16
11,25
38,9
6,22
5,80 51,8
5,-
44,8
11,35
62,4
8,25
63,1
9,75
52,2
62,1
56,8
Nov.

,,
9,-
82,4
2,09
67,7
1,16
10,49
36,3 5,82
5,85 52,3 5,05

45,3
11,35
62,4
8,25
63,1
9,75 52,2
59,0
53,9
Dec.

,,
9,35 85,6 2,09
67,7
1,16
9,60
33,2
5,34
5,95
53,2 5,15
46,1
11,35
62,4
8,25
63,1
9,75 52,2 58,5 52,3

Jan.

1938
9,90
90,7 2,08 67,4
1,16
9,34
32,3
5,20
6,05
54,1
5,25
47,0
12,85
70,7 8,50
65,0
10,50
56,2
59,1
52,4
Febr.
9,90
90,7 2,08 67,4
1,16
9,10 31,5
5,09
6,10
54,5
5,30
47,5
12,85
70,7
8,50
65,0
10,50
56,2
56,0
51,4
Mrt.
9,90
90,7 2,09
67,7
1,16
9,08
31,4 5,05 6,15
55,0
5,35
47,9
12,85
70,7
8,50
65,0
10,50
56,2
58,1


50,7
Apr.
9,90
90,7 2,09
67,7
1,16
8,89
30,7 4,94 6,20
55,4
5,40 48,4
12,85
70,7
9,_
68,8
12,-
64,3
57,5
49,5
Mei
9,90
90,7
2,10 68,0
1,16
8,92 30,8 4,94
6,25
55,9
5,45
48,8
12,85
70,7
9,-
68,8

1
2,
64,3
55,6
48,3
Juni
9,90
90,7
2,10
68,0
1,16
8,88
30,7
4,91
6,25
55,9 5,45 48,8
12,85
70,7
9,_
68,8
12,-
64,3
55,7
48,0
Juni-S Juli
9,90
90,7 2,10
68,0
1,16
8,93 30,9 4.94
5,55
49,6
4,80 43,0
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3
58,0

49,1
-12 Juli ’38
9,90
90,7
2,11
68,5
1,16
8,94 30,9 4,94 5,55
49,6
4,80
43,0
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3 55,6
48,9
-19

,,

,,
9,90
90,7
2,11
68,5
1,16
8,98
31,1
4,94
5,55
49,6
4,80
43,0
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3
55,9
49,1
-26

,,

,,
9,90 90,7
2,11
68,5
1,16
8,99
31,1
4,94 5,55
49,6
4,80
43,0
12,85
70,7
9,-
68,8
12,-
64,3
56,2
49,6

582

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

27 Juli 1938

KOERSEN TE NEW YORK; (Cable).

D a a Londen
($ per £)
Parijs
(8
P. 100 fr.)
Berlijn
($ p. 100 Mk.)
Amsterdam
($ p. 100 gid.)

19 Juli

1938
4,91%
2,76
40,16
54,95%
20

,,

1938
4,92% 2,76%
40,17
54,99%
21

,,

1938
4,91%
2,76
40,16%
54,95
22

,,

1938
4,91%
2,76%
40,16′
54,96
23

,,

1938
4,92
2,76% 40,18
5,-
25

,,

1938
4,92%
276K6
40,19
54,98%
26 Juli

1937
4,97%

3,74% 40,25% 55,23%
Muntpariteit..
4,86
3,90%
23,81%
40%

KOÉRSEN TE LONDEN.

Plaatsen en
Landen Noteerings-
eenhèden
9
Juli
1938
16
Juli
1938
18123
Juli
1938

1
Laagste
l
Hoogstel
1
23
Juli
1938

Alexandrie.. Piast. p.,
97%
97%
97%
97% 97%
Athene

….
Dr. p. £
547%
54734
540 555
547%
Bangkok….
Sh.p.tical
1110%
1110%
1110%
110%
1/10%
Budapest

..
Pen. p. £
25
24%
24%
, .5%
24%
BuenosAiresi
p.pesop.
18.99
18.991
18.90
19.-
18.941
Calcutta ….
Sh. p. rup.
115
29
1
32

115
29
/
82

1/5%
1/5i
11599/64
Istanbul

..
Piast.p.
618 618 618
618
618
Hongkong ..
Sh. p.
$
113
1/2311
33

112%
1/3%
112
31
,
1
32

Sh. p. yen
112
1/2
1/1%
112%
1/2
Kobe

…….
Lissabon….
Escu.p.110%
6

110%,
110
110%
110%,
Mexico

….
$
per £
– – – – –
Montevideo .
d.per
20%
20
19%
20%
20
Montreal


$
per £
4.9714
4.96
4.93
4.95%
4.93%
Rio d. Janeiro
d. per Mii.
2%
2
27
/
32

227/33
2
27
1
32

2271
33

Shanghai

..
d. p. $
8% 8%
8% 9%
9%
Singapore ..
Sh. p. $
214 214
213%
2/4%
214
Valparaiso 2).
$
per £
124 124
124
124 124
Warschau ..
Zi.
p.
£
l
26%
26%,
25% 26%
26%

Saldo van ‘s i/
170.220.954,48
/
180.465.564,37
Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
380.892,46
,,

139.398,38
Voorschotten

op

ultimo

Juni

1938
ajd. gemeent. verstr. op a. haar uit te

derlandsche Bank
………………..

keeren hoofds. der pers. bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gem.
fondsbel., alsmede opc. op die belas-
tingen enop de vermogensbelastlng


Voorschotten aan Ned.-Indlë
………
,,

4.071.852,63
Idem aan Suriname ………………
11.007.505,18
,,

10.937.441,48
Kasvord.weg. credietverst. a!h. bultenl.
,, 103.219.353,02 ,, 103.178.908,94
Daggeldieeningen tegen onderpand..
Saldo der

v. Rijkscomptabelen
postrek.

..8.382.361,25
….


31.031.229,05

Vord. op het Alg. Burg. Pensioenf.
1)

,,

38.659.760,04
.

Vord. op andere Staatsbedrijven’)
,,

12.226.066,64
.11.646.915,79
V e r plich t i n ee n

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 25 Juli 1938.

Activa.
Binnen!. Wis- ( Hfdbk.
f

7.784.855,26
sels, Prom.,j Bijbnk.
,,

100.823,1 S
enz.in disc.1Ag.sch.
,,
. 429.615,82

f

8.315.294,26
Papier o. h. Buiten!. in disconto ……,,


Idem eigen portef.
f
4.950.000,-
Af:
Verkochtmaar voor
de bk.nog niet afge!.

4950000
BeleeningenHfdbk.
f
296.193.245,711)
mcl.
vrsch.J
in rek.-crt.1 Bijbnk.
,,

4.432.414,-

op onderp.
1
Ag.sch. ,, 22.798.147,73

( 323.423.807,44

Op Effecten enz.
..
f
321.746.122,561)
OGoederen n (pp1.
1 l77 (R& SR

—-.,,
-.-.
.

“‘.

,,
323.423.807,441)
Voorschotten a. h. Rijk …………….

Munt, Goud
……f

110.937.535,-
Muntmat.

Goud ., ,,1.369.738.801,94

fl.48O.lilG.336,94
Munt, Zilver, enz.

,,

20.490.239,76
Muntmat. Zilver

Belegging van kapitaal, reserves en pen..
1.501.166.576,70
9
)

sioenfonds

……………. ……..,,
43.576.148,24
Gebouwen en Meub. der Bank ……..

rekeningen …………. …..
6.560.532,59
Staat d. Nederi. (Wetv. 27/5/’32, S. No. 221)
8.905.871,61

f
1.901.478.230,84

Passiva
____
Kapitaal …………….
…. ………

f
20.000.000,-
Reservefonds …………
…………,,
4.860.787,51
Bijzondere reserve

………………,,
7.102.179,67
Pensioenfonds

………………….,,
11.829.893,55
Bankbiljetten in omloop …………..

,,
918.854.520,_
Bankassignatiën in omloop

……….,,
10.065,31
Rek.-Cour.
f
Het Rijk
f
176.455.733,48
saldo’s:

Anderen

,,761.041.558,43
937.497.291,91
Diverse rekeningen
………………

,,
1.323.492,89

f

1.901.476.230,84

Beschikbaar metaalsaldo

…………f
758.716.529,19
Minder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop
dan waartoe de Bank gerechtigd
is ,,
1.896.791.320,-
Schatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank
ondergebracht

…………………,,

Waarvan aan Nederlandsch-Indië
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsbiad No.
99)
……..
f

63.247.800,-
Waarvan in het buitenland ………………………151.806.167,10

Voornaamste posten in duizenden guldens.

Data
Goud
Circulatle
Andere
opeischb.
Beschikb.
Metaal-
Dek-
kings Munt
Muntmat.
schulden
saldo
perc.

25 Juli

’38
110938 1.369.739
918.855 937.507 758.717
8 18

,,

’38
112518
1.368.200
920.094
937.663 757.791
80
25 Juli

’14
.65.703
96.410 310.437
6.198
.
43.521
54

Data
e

ii
1
1
disconto’sIrec/,tstreek-

Belee-
op
het
reke-
s
ningen
buitenl.
om_gen
1
)

25 Juli

1938!
8.315
1

1
323.424 4.950
6.561
18

,,

1938)
8.269

8.269
4.950
6.333
25
Juli

1914!

67.947

61.688 20.188
509
‘)Onder de activa.
JAVASCHE
BANK.

Data
Goud Zilver
Circulalie
1

opelschb.
metaal-
schulden
saldo

23 Juli ’38
8
)
137.030 188.040 64.240 36.118
16

,,

’38
8
)
136.830 190.020
61.520 36.214

18Juni1938
116.886
195
186.781
62.578 36.437
11

,,

1938
116.886
19.150 190.317
59.929 35.937
25 Juli 1914
22.057
31.907 110.172
12.634
4.842

Diverse ‘
Data

buiten 1 Dis-
1
Belee-

reice-
1
kings-
1
N.-Ind.
1
conto’s
1
ningen
j
ningen’)
1
1
betaaib.
1
1

tape

23 Juli ’38
2
)
2.460
76500
48.950 54
16

,,

’38
2
)
2;980
71.740 52.590
54

18 Juni 1938
2.959
14.717
49.00′
47.315
55
11

,,

1938
2.493
14.814
48.845
50.943
54
25
juli
1914
.
6.395
7.259 75.541
2.228
44
1
1
Sluitpost activa.
‘)
Cijfers
telegrafisch
ontvangen.

•, uilic. nut.
13
laten, gem. not., Welke Imp. beDDen te betalen 10
Dec. 1936 16.12.
2)
90 dg. Vanaf 13 Dec. 1937 laatste .export” noteering.

ZILVERPRIJS
GOUDPRIJS
8)

19 Juli
Londen’) N.Yorkl)
1938.. 19%

42%
Londen
19 Juli

1938….

141/41
20

,,
1938.. 19%,

42%
20

,,

1938….

14116
21

,,
1938.. 19%

42%
21

,,

1938….

141151
22

,,
1938.. 19%

42%
22

,,

1938….

141/5
23

,,
1938.. 19%
23

,,

1938….

14115
25

,,
1938.. 19%

42% 25

,,

1938….

14115

26 Juli
1937.. 20%,

44%
26 Juli

1937….

139,9
27 Juli 1914.. 24%

59
27 Juli

1914….

84110%
‘)in pence p.oz.stand.
2)
Foreign silver in $c.p.oz.fine.
3)
in sh.p.oz.fine

STAND VAN ‘e
RIJKS
KAS.
Vorderingen.
1

15Juli1938
1

23lu1i1938

art.

16 van haar octrooi verstrekt

.


Schatkistbiljetten in omloop ………
f227.825.000,-
f227.820.000
1

Schatklstpromessen In omloop
– –
Zilverbons In Omloop … . …………
,,

1.086.761,50
Schuld

op

ultimo

Juni

1938

ajd.
gem. weg. a.h.ulttekeeren hoofds.d.

..

pers; bel., aand. 1. d. hoofds. d. grondb.

…1.086.828,-

e. d. gem. fondsb. alsm. opc. op dle
bel, en op de vermogensbelasting

.
7.479.067,10
,,

7.479.067,10

Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.l)

,,
Id.

h. Staatsbedr. der

594.564,90 26.890.577,24
,,

586.065,87

26.965.431,71
Schuld aan Curaçao’)…………….,,

a.

P.T. en T.’)
225.595.070,69
.,, 229.372.702,75
,

26.026.470,32
Id. aan andere Staatsbedrijven’) …….25.025.856,91
Id. aan diverse InsteIlinen
1)
………
..
204.747.496,46 203.580.016,83
‘) In rekg.-crt. met ‘s Rijks Schatkist.

NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD.

1
16 Juli 1938

1
23 Juli 1938
Vorderingen:
1)


Saldo b. d. Postchèque- en Glrodienst
f
372.000,-
f

406.000,-
Saldo Javasche Bank
………………….

Verplichtingen: Voorschot’s Rijks kas

Rijkslnstell.
e.a.

,,
Schatkistpromessen in omloop …….
..
8.307.000,-
10.000.000,-
,,

4.072.000,-
,,

10.000.000,-
Schatkistbiljetten in omloop ………
5.000.000,-
,,

5.000.000,-
Schuld aan het Ned.-Ind. M,intfonds.

,,
818.000,-
818.000,-
Idem aan de Ned.-lnd. Postspaarbank …
1.344.000,-
1.209.000,-
Belegde kasmiddelen Zelfbesturen…

,,
610.000,-
,,

930.000,1
Voorschot van de Javasche Bank

,,
374.000,-
3.032.000,-
1)
Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas
f
32.064.000,-.

Auteur