Ga direct naar de content

Jrg. 20, editie 1043

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: december 25 1935

5 DECEMBER 1035

AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN.

Economi*sch~Statistische

Beri*cht

en

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER

ORGAAN VOOR DE MEbEDEEUNGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET NEDERLANDSCH ECONOMISCH INSTITUUT

20E JAARGANG

WOENSDAG 25 DEOEMBER 1935

No. 1043

j

COMMISSIE
VAN REDACTIE:

P. Lieftinck; N. J. Polak; J. Tinbergen; P. de Vries en

II.
M.
H. A. van der Valk (Redacteur-Secretaris).

Redactie-adres: Pieter de Jloochweg 122, Rotterdam.

élan geteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplautweg.

Telefoon Nr. 35000. Postrekening 8408.

Advertenties f 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement

volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver-

tenties: Nijgh van Ditmar N.V., Uitgevers, Rotterdam,

Amsterdam, ‘s-Gravenhage. Postchè qua- en giro-rekening

145192.

Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in

Nederland f 20,—. Buitenland en Koloniën f 23,— per

jaar. Losse nummers 50 cent. Economisch-Statistisch

Kwartaalbericht f 1,—. Leden en donateurs ontvangen

liet weekblad en het Kwartaalbericht gratis en een reductie

op
de verdere publicaties. Nummer Crisispolitiek 60 cents.

INHOUD.

BIz.

ONVOORZIENE GEVOLGEN VAN OONTINGENTENR1NGS. EN
ANDERE DWANOSIAATREGELEN
door
Ing. S. L. Wijn-

bergen ………………………………….
1126

Suikeriuidustrie 01) Java door Th. Ligt hart ……..
1127

Eenige hescliouwiiigeii over de tlieerestrictie……..1129

De strijd in Duitschland om het begrip ,,reclitvaardige

prijs” door
L. J. Lagendijk ………………….
1131

Eenige beschouwingen over den buitenlaudsclien lian-

dcl van Iran door
Dr. V. Kresin …………….
1132

1-Eet Zwitserselie hotelplan door
flr. H. M. ii. A. van

derValk ………………………………..
1134

AANTEEKENINGEN:

Sterke ontwikkeling van de goudproductie in

Rusland ………………………………1135

De monetaire tegenstellingen in Duitschland ….1135

De Britsch-Ind isclte sui kerproductie …………1136

INGEZONDEN STUKKEN:

Waarom wordt de storting der winst op de ver-

munting van liet grove zilver iii liet Tiidiselte

muiitîonds niet opgeschort? door J. van Ettinger 1136

ONTVANGEN BOEKEN
…………………………1137

STATISTIEKEN
……………………….1137-1140

Geldkoersen. – Wisselkoersen. – Bankstaten.

24 DECEMBÉR 1935.

lIet aspect va,n de geklinarkt bleef deze week tamelijk
vel oitveraiicici

d. Het resultaat van de inschrijving
01)
het
schatkistpapier WaS voor den Minister niet zoo bijzonder
gunstig. i)e inschrijving had juist op den incest ongunsti-
gen dag plaats. De bijzonderheden zijn als volgt:

in rnill. ulden

i ngeschr.

toegew.

prijs

rendement
3-niaatids ……37.84

33.81

991.10

bijna 31/2 %
6-maancls ……7.28

6.88

981.—

33/

1-jaai

s 4 %

12.25

8.81

1.001.25

37/8

3-jaars 4 ……1.409

0.605

1.002.50

3t/15

5-jaars
4 ……
4.703

2.643

1.001.—

bijna 4

63.482 52.748

Het gevraagie bedrag bedroeg f65 millioen. Voor drie-
niaands bankaoceptoii, die in het midden der week slechts
tegen bank-tente onder te brengen warei.i, kwam ook weder
geld beschikbaar; zij w’erden tenslotte op
31/
püt. verhan-
deld. J-Ia.lfjaars papier doet
31%
pCt., jaars 3 ft % pOt.
Waarschijnlijk met het oog op ,,window-dressing” was er
tamelijk vraag naar eaIl, waarvan de rente opliep tot
1
1%
pCt. Prolongatie noteerde 3
h
31%
pCt.

* *
*

De wisselmarkt is deze week rustig gebleven, hoewel er
toch oorzaken te over waren, die de situatie ongunstig had-
den kunnen beïnvloeden. De politieke gebeurtenissen in
Engeland en Frankrijk, alsmede de zoo belangrijke zilver-
kwestie, die zich ook op de wisselniarkt zou moeten doen
gevoelen, hadden maar weinig invloed op den gang van
zaken. Het Pond Sterling is met kleine fluctuaties rond
de 7.27% blijven schommelen; de Dollar noteerde ca.
1.47%. De $/ koei-s werd op ca. 4.92% gehouden. Fran-
sehe Franes konden zich niet handhaven; zij liepen van
9.76 op 9.72% terug. In Parijs was er veel vraag naar
deviezen; £/Frs. kwamen van 74.50 op 74.85, terwijl de
Dollar daar weder op 15.18
1
/
2
. dus ongeveer op hét goud-
uitvoerpunt is te land gekomen. Belga’s zakten in van
24.90 tot 24.85. Zwitsersche Francs sloten op 47.90, na
voorbijga.and tot 47.83 te zijn gedaald. Marken met weinig
handel
5932%:.
Registermarken waren aangeboden, waar-
door de prijs eenigszins tei-ugliep. De groote vraag, die
er de laatste weken was naar Creditsperrmarken, heeft
eveneens plaats gemaakt voor aanbod met terugloopende
prijzen. In Noorwegen, waar de w’isselhandel tijden lang
aan beperkende bepalingen gebonden is geweest, sehint
men thans de banken meer de vrije hand te laten. Na op-
heffing van den dagelijks ambtelijk vastgestelden in- en
verkoopkoers voor Londen, heeft men nu ook den termijn-
handel vrijgegeven. Canadeesche Dollars 1.46%. Argen-
tijnsehe Pesos 401,. Milreis terugioopend S’/.
Toen in 1it mi•ddn der week de politieke berichten on-
gunstiger luidden, zijn de marges op de termijnmarkt op-
geloopen. Ponden op dén- en drie-maanden noteerden ten-
slotte 3% en 10% p. boven contant, Dollars
Y.
en 2
1
/
2
c.
Het cléport op den Fransehen Franc is grooter geworden:
10 en

20 p. onder den kassaprijs.

Op de goudmarkt werd wel een en ander omgezet. Baren
levering Amsterdam noteerden fl.65i, levering Londen

f
1.650,50. Eagles en Sovereigns waren weder voor buiten-
lanclsche rekening gezocht; de prijzen zijn 2.49%
CII
12.28.
Gouden Tientjes 10.13. De moeilijkheden op cle zilvermarkt
• gaan hier tamelijk wel onopgemerkt voorbij; er zijn hier
te lande voor zoover bekend geen posities van belang in
zilver. Marken bankpapier grootere coupures 35.25, twin-
tigjes en zilveren munten 40.

1126

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

ONVOORZIENE GEVOLGEN VAN CONTINGEN-
TEERINGS- EN ANDERE DWANGMAATREGELEN.

Naast e.ti eigenlijk juist als reactie op ‘de nadeelen,,
welke op de gemeenschap en meer speciaal op de ver-

‘bruilcers als gevolg der cont-ingenteerii’g en aaclere
clwangmaa’tregelen drukken, zal er een belangrijke
vervorming in de structuur van ons bedrijfsleven ont-
staan.

De voor cle hand liggende gang van zaken lijkt

daarbij deze. De verbruikers zullen weer en meer gaan

beseffen, dat met hun he’hoeftdbevredi’ging, hoewel zij

de ‘belangrijkste factor is ter bepaling van ‘de ‘inten-
siteit van het productieproces, hij cle vaststelling der

regeeringsmaatregelen vrijwel geen rekening ‘gehou-

den wordt. Zij zullen inzien, ‘dat voor de be’hoeftebe.

vre’diging integendeel ‘duurder ‘betaald moet worden,
hetgeen lidt tot inkrimpihg van ‘het verbruik en dus

ook van de productie – een versobering inderdaad,
maar toch wel niet die, welke ‘de Regeering als doel-
stelling van ‘haar politiek stelt.
Zij
zullen daarbij ook
tot ‘het inzicht komen, dat tegenover die na’deelen
‘oor de verbruikers veelal tastbare voordeelen staan

voor de ‘betrekkelijk kleine groep van ‘belanghebhen-
de:n, onder wier aandrang ‘de Regeerinig de dwrang-

maatregelen ‘heeft ingevoerd en wier invloed zich

daarbij natuurlijk eenzijdig ‘heeft doen gelden.

Dit inzicht wordt sterker nar gelang de regee-

ringsnucatregelen meer on’derdeelen ‘der productie
gaan heheerschen, deze daardoor achteruitgaat en ‘de

werkloosheid toeneemt, met als noodzakelijk gevolg

verder afnemend verbruik. De practijk geef t een ‘dui-
delijk ‘beeld van dit proces.

De indruk wordt gevestigd, dat ‘de weg, die oor-

spronkelijk ingeslagen werd om de gevolgen van ‘de
plotseling intredende crisis ‘op te vangen, thans ‘be-
wandeld wordt met ‘de gedachte, dat op deze wijze de

welvaart weder zou zijn te ‘herstellen. Ter verkrij’ging
van meer welvaart zal echter niet ‘het secundaire pro-
ductieproces uitsluitend gesteund moeten worden,

‘doch zal de tendens ‘der maatregelen in ‘hoofdzaak
nioeten zijn stimuleering van de primaire be’hoeftebe-
vrediging.

Thans ontstaat er hij ‘de verbruikers door de prijs-
verhoogin’gen een steeds groeien’de ontevredenheid,
die naast andere gevolgen ertoe zal moeten leiden, dat
naar economische middelen tot verweer gezocht zal
worden.

Wat hierop nog helemmeren.d werkt, is het ge-
brek aan organisatie van ‘de verbruikers, diie, zoo-
lang ‘de markt niet onder den invloed van overheids-

maatregelen in een monopolie-positie gedrongen werd,
in i uder behoefte’daaraan ‘gevoelden.

ilet kan dan ook op ‘den ‘duur niet uitblijven, dat
van deze zijde tot verzet en tegenmaatregelen zal

worden overgegaan, maatregelen, die als het ware
het natuurlijk oomplement zullen vormen van cle
eerstbecloelde. Eerst als de ve’bruikers erin geslaagd
zullen zijn gelijksoortigen invloed op de maatregelen
uit te oefenen als de producenten, zal ‘het verstoorde
eve.uwicht tot ‘zekere hoogte weer ‘hersteld zijn.

Voor de hand ligt, dat ‘bij ‘de invoering ‘der maat-
regelen zich oorspronkelijk ‘de ‘behoefte aan georga-
niseerde tegenmaatregelen minder ‘deed voelen, om-
dat ‘het regeerin’gsingrijpen veelal als
tijdelijk
werd aangekondigd en de gevolgen ervan zich niet direct
openbaarden.

Thans wordt die ‘behoefte zeer voelbaar.
Als middel van georganiseerd verweer zal mi. de
coöperatie sterk op ‘den voorgrond kunnen tre’den.
Werkten ‘de goed ‘geleide coöperaties reeds voordee-
lig onder normale omstandigheden, onder ‘de gewij-

zigde, profiteeren’d van de regeerin’gsmaatregelen,
wordt ‘de situatie van ‘deze ondernemingen nog be-langrjic ‘gunstiger en ‘het laat zich voorzien, dat ‘de
vei4bruikers er naar zullen streven ‘de tengevolge van
de ‘dwangmaatregelen op!gelegde prjsveihoogingeu, via

de coöperatie, te ontgaan.

Weliswaar is ‘het de tiirdens van verschillende der

door ‘belanghebbenden vastgestelde dwangniaatregelen
om ‘door ‘bescherming vestigingen van nieuwe of uit-

breiding van de ‘bestaande coöperaties tegen te gaan,
doch in vele gevallen zal, als ‘de ‘druic ‘groot wordt,
‘hier wel een uitweg worden gevonden. Gedacht kan
‘hierbij o.a. worden aan ‘de overname van ‘bestaande
ondernemingen.
1)

Indien een uitweg in deze richting op groote schaal

toepassing zou vinden, zouden ‘de ‘getroffen maat-

regelen wel eens een an’dere uitwerking ‘kunnen ver-
oorzaken ‘dan ‘de ordenaars er van verwacht hebben.
1

Jet is toch ‘bekend, dat naast ‘de productie-coöpera-

ties ook ‘de distributie- en ver’bruikscoöperaties ‘bij

gunstigen gang van zaken tegen eigen productie niet
opzien.

In de N.R.C. van
29
October
1935
leest men in een arti-
kel ,,iWcnige beroering”, waarin een verslag gegeven wordt
van ccii conferentie te Assen tussahen vertegenwoordigers
van den Cliristelijken Middenstand en het Bestuur van ‘dc
nieuw opgerichte
Christelijke coöperatieve bakkerij ,,De
Korenschoof”, het volgende:
,,De middenstand wenschte alsnog dat het streven –
,,Opriehting van een coöperatieve vereeili’ging – werd
,,stopgezet en verklaarde zich bereid, in dat geval
,,al dc voorloopig gemaakte kosten te vergoeden. Wilde
,,rnen dat niet, •dan moest op strijd worden gerekend, waar-
,,bij ook pressie zou worden geoefend op degenen, die zk’h
bij de coöpei’atie hebben aangesloten of zullen aansluiten
,,en die in eenigerlei betrekking tot den middenstand staan.
,,De middenstand ging hierbij van de gedachte uit, dat die
,,staud het tegenwoordig reeds zoo moeilijk heeft cii dat
,,het dus thans niet de tijd is om een coöperat’ie op te
,,richten.
,,De ‘heeren van de c’oöperatie daarentegen waren van
,,00i’deel, dat het nu juist wel de tijd daarvoor is. De
,,loonen gaan omlaag, de prijzen omhoog en de mindere
,,man moet niet meer voor zijn dagelijksche ‘behoeften uit-
,,geven dan strikt noodzakelijk is. Bovendien werken de
,,tijdsomstandigheden, die in het teeken van saaeeuiiig
,,staan, prijsafspraken in de hand, in welk verband gew’e-
,,zen
werd op den brandstoffenhandel. Men w’enschte daar
,,nivelleerend tegen op ‘te kunnen treden en zou dus niet
,,de actie doorgaan.”

Ook andere mogelijkheden ‘d’oen ‘zich op ‘dit terrein
voor. lledhtereaaneensluitinig van grootverbruikers
behoeft niet ‘denkbeeldig geacht te worden.

In ‘de N.R.C. van
24
October jl. schrijft een medewerker
uit Duitsehland in een artikel over ,,De exportmarkt van
ijzer”: ,,Het streven van enkele groepen om de prijzen
,,voor
1936
althans voor de prijs’gebonden artikelen te ver-
,,’hoogen, vindt weinig ‘steun, daar men voorkomen wil,
,,dat reeds geopperde plannen van bepaalde afnemers, die
,,zich door oprichting van eigen bedrijven onafhankelijk
,,maken, uitgevoerd worden.”

Deze ‘berichten zijn symptomen van den geconsta-
teerden ontwikkelingsgaojg en zij spreken voor zichzelf.
Aan een ‘besluit van grootere Gemeenten om tot
overleg cii samenwerking ‘bij ‘den inkoop van mate-
rialen te geraken, ‘behoeven geen ernsti’ge overwegin-
gen in den weg te staan. Hierbij kunnen verschillende
methoden ‘gevolgd wor’den. Van ‘de verste ‘strekking
zou zijn, ‘dat de ‘Gemeenteu gezamenlijk zich direct ‘bij
de fabricage zouden interesseeren. Minder ver gaat
cle gemeenschappelijke aankoop van de pro’ductie van
één of meer fa’brieken.
Van ‘de minst verre strekking, practisch eenvoudig
te verwezenlijken en daarom het meest voor de hand
liggend, zou ‘gemeenschappelijke inkoop zijn. Voor een
artikel als gebakken steen, waarvoor weliswaar geen
contingenteerin’g, ‘doch in bepaalde kringen ‘gedwon-gen samenwerking na’gestreef’d wordt, zou zulks bijv.
zeer goed zijn uit te voeren.
Onredelijk en economisch onjuist zou ‘liet ‘zijn, in-
dien pu’blieke lichamen, ‘die met groote tekorten ‘heb-

1)
I)eze weg wordt zelfs aangegeven in een overigens
zeer aanvechtbare brochure, uitgegeven ‘door den Bond van
Nederlandsehe Handelaren iii Brandstoffen, ter vei”dedi-
ging tegen aaiivallen 0′!)
de getroffen maatregelen voor de
ordening van den brandstoffenhandel.

25 December 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1127

ben te kampen, tengevolge van druk door belang-
hebbenden op de Regeering uitgeoefend, ‘door deze

zouden worden gedwongen hun tekorten te vergroo-
ten ten Ibe’hoeve van de instandhouding van overbodige

steenfa’brieken.
Gemeenschappelijke inkoop van andere artikelen,
bijv. cement, keien, kolen, waarvoor, sedert de ‘bescher-

-ming is inige’voerd, aanleiding zou kunnen bestaan,

biedt ook mogelijkheden.
Nu de Regeering ‘door tal van maatregelen de Ge-

meenten tot hoogere uitgaven ‘dwingt, om vervolgens
de Gemeenten, wier begrooting mede tengevolge van
deze niaatregelen te ‘groote tekorten aanwijst, als

noodlijdend te beschouwen, behoeft het toch niet on-
mogelijk ‘geacht te worden, dat aan deze noodlijdende
Gemeenten vrijstelling van deze extra ‘heffingen ver-
leend zon worden. Samenwerking van ‘dc ‘getroffen
Gemeenten zou ook met ‘het oog hierop nuttig kun-

nen zijn.
In ‘het algemeen kan men zeggen, dat hoe meer en
vooral ook ‘indien met succes wordt aangedongen

door producenten, handel en distributie, om door
middel van eenzijdige bescherming ‘hun positie te ver-

sterken, ‘hierop een natuurlijke reacti’e van verbrui-
kers, ‘clie zich aan alle zijden in het nauw gedreven gaan voelen, zal moeten volgen. In plaats van sprei-

ding in’ de ‘breedte zal een organisatie in ‘de diepte

optreden.
Het is waarschijnlijk, dat de regeeringsmaatregelen,
afhankelijk als zij zijn van zich voortdurend wijzi-

gen.de
omstandigheden, niet van blijven’den aard zullen

blijken. Daarentegen zullen de afweermaatregelen ‘der
verbruikers, eenmaal genomen en tot resultaat geleid
‘hebbende, niet spoedig ‘ongedaan gemaakt worden.
Zij,
clie than’s hun ‘belang meenen te dienen door de Re-
geering en anderen ‘te beïnvloeden tot het nemen vah
‘dwangmaatrcgele.n, zullen goed doen hun licht ook
eens op te stelcen bij den ijzerharndel, in welke branche

als verzet tegen dwangmaatregelen van ‘den handel en
de internationale kartels, in 1916/17 de coöperatieve
inkoopvereeniging van metaal-industrieelen G.A.

,,coopra” tot stand kwam.
Op een ander gevolg van •de maatregelen, dat zich
begint te openbaren, moge ook hier nog ‘de aandacht
gevestigd worden. De contingenteering en de daarop
volgende prijsafspraken, ilantenihescherming, euz.,

leidt er toe, ‘dat een intensieve bewerking van ‘het af-
zetgebied veel minder noodzakelijk is geworden. Hier-
door wordt een gedeelte van het reizigers- en ander
personeel overbodig en wordf de werkloosheid ‘bevor-

derd. Oolc zal het maken ‘van reclame in sommige
gevallen, bijv. waar de invoer van merkartikelen be-

perkt wordt, ingekrompen worden ten koste van ‘de
personeel’bezettin’g, reclaine-artikelfab nikanten, adver-

tenties, enz.
In een ander geval ziet men ‘de reclame toenemen
door vestiging van tal van a’genttehappen, kostbare straatreclame ed. Zoo bijv. ‘bij den huisbrand. Zulk
een reclame voor een artikel, waarvan ‘de verbruiks-
elasticiteit in hoofdzaak van het weer en niet van de
reclame afhankelijk is, bevordert slechts verschuiving
van den afzet in den detailhandel. Het algemeen be-
lang wordt hierdoor in geen enkel opzicht gediend.
1-let is nu echter mogelijk de onkosten te bestrijden uit dcii meerprijs, ‘die voor ‘het artikel ‘betaald moet
worden, dank zij de prijsafspraken, euz., -die nu ook

voor dit artikel gedecreteerd kunnen worden. Het -zijn de verbruikers, -die gedwongen worden ‘deze reclame

voor hun rekening te nemen.
Over de gevolgen van de contin’genteering van ‘dit
laatste artikel zouden nog wel meerdere opmerkingen


te maken ‘zijn. Met ‘het bo
ven
staande moge echter

voorloopi’g volstaan worden.
Van ‘de voor de gemeenschap nadeelige en tot dus-
ver niet algemeen voorziene -gevolgen der dwaugmaat-
regelen komen er in ‘het ‘hiervoorgaande eenige vol-

doende duidelijk naar voren.
S. L. WIJNBEItGEN.

SUIKERINDUSTRIE OP JAVA.

De aangename overtuiging, ‘dat Nederlandsch-Indië
het dieptepunt van ‘de crisis overschreden heeft en
dat men er thans worstelt om de welvaart geleidelijk omhoog te voeren, wint veld. Vooral in Dcli zijn ‘de

omstandighed’en in gunstigen ‘zin ‘gewijzigd. De be-langrijke verlaging van de invoerrechten ‘op tabak in
Amerika geeft gegronde hoop, ‘dat ‘dit product weldra

in grootere ‘hoeveelheden en tot betere prijzen ge-
plaatst zal kunnen worden, d-e ruhberondernemin’gen

in ‘deze lan’dstreek ‘behooren over het algemeen tot de

goede, zoodat men aan mag nemen, .dat
zij
‘de crisis te

‘hoven zullen komen, zoowel wanneer de restrictie

slaagt -als wanneer deze mislukt; thee is nog wel niet

uit ‘de -zorgen, maar er is eeuige prjsverbeteririg;

palmolie en vezels werpen weer winst af. Er is een
goede kans, -dat in Sumatra’s Oostkust de victorie

begint. Op Java is men nog niet zoover, hoofdzakelijk omdat

‘de economische positie van dit eiland in sterke ‘mate
‘van ‘den gang van zaken in de suikerindustrie afhan-
kelijk is. Suiker is één dier producten, ‘die zwaar -door

de menschelijke ‘dwaasheid getroffen zijn. Naar autar-
mie voor ‘dit volksvoedsel heeft men in -zeer vele lan-
den der wereld ‘gestreefd. Dit geschiedde niet succes.

De volken eten -in hoofdzaak eigen suiker, doch moes-
ten tengevolge van ‘de hooge consumptieprjzen ‘hun

vethruik beperken. De tden van een regelmatig stij-
gende suikerconsumptie 1-reeds lang
voorbij.
De we-

reld is ongeveer 10 millioen ‘ton per jaar ten achter
geraakt, wat ‘beteekent, -dat meer ‘dan 3 miljoen men-
schen te wein’ig in de suikerin’dustrie werk vinden
om niet te spreken van de krachten, ‘die in verwante

bedrijven a’ls machinebouw, transport, handel, enz.
aan den arbeid zouden kunnen worden gezet als er

wederom normaal
ZQU
worden ‘geconsumeerd. Het is
feitelijk overbodig ‘op ‘dit feit in een Nederlan’dsch

tijdschrift te wijzen, want
wij
hebben voor suiker het

autarkish ideaal bereikt en ‘de gevolgen daarvan
kan men ‘bestudeeren in -de cijfers van onze statis-

tieken.
Er is, nu ‘de wereld op het dieptepunt der verdwa-
zing is, eenige verbetering merkbaar. Men begint ‘hier
en daar te voelen, dat de ei-gen suikerproductie erg
zwaar op ‘s lands welvaart ‘drukt, maar nog is men
niet zôéver, dat men ‘hieruit logische gevolgtrekkingeri
maakt. Voorloopig blijft ‘dus ‘de wereldmarkt ‘beperkt,
terwijl sommige landen hun aanvoeren daarheen nog
gaan vergroten. Voor Ned.-Indiö is bearigstigen’cl,
dat Japan den kostprijs van ‘de productie op i’ormosa
heeft gedrukt, zoodat ‘di-t eiland, profiteeren’de van ‘den vrijen invoer in ‘het M-oederland, zijn aanplant
kan ui’brei’den, en dat de suikercultuur op’de man-
-daatse.ilan’den in den Stillen Oceaan met succes wordt
gedreven. Hier komt nieuwe concurrentie, -die strij-
den zal ‘op ‘de Chineesehe markt. Britsc’h-Indië voelt
zich niet ‘heel geluklc’i’g met de sterk opgevoerde
suikerproductie, maar is nog niet murw genoeg om
te mogen verwachten, dat een belangrijk inkrimping
komen zal.
Java moet er dus rekening mee houden, dat ‘het
onmogelijk is afzet te ‘vinden voor de potentieele pro-
ductie
an
ca. 3.000.000 ton. De productie is in de
crisisjaren teruggeloopen, zooals ‘de volgende afge-

ronde cijfers aangeven:

1931 ……2.SSO.000 ton

1934 ……640.000 ton
1932 ……2.530.000

1935 ……500.000
1933 ……1.310.000

,,

1930 ……450.000

De voorraden, die zich aanvankelijk opgehoopt had-
den, ‘zijn sterk verminderd; Czarnikow taxeert deze
per 1 November 1935 op 1.384.000 ton, tegen 2.287.000
t’on op 1 November 1934 en 3.010.000 ton op 1 No-
vember 193.5
Men hoopt, dat ‘de paichuizen -op 1 April 1937 leeg
zullen zijn. Een vraag van belang is nu: ‘hoeveel mag
Java in 1937 produeeeren z-o:nder gevaar te loopen den oogst niet in zijn geheel te kunnen afzetten? De

1128

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

nieeningefi hierover loopen niet ver uiteen; zij variee-
ren tusschen
1.250.000
ton en
1.500.000
ton. Men
houdt dus in ieder geval rekening met een beperking
van
50
pOt. De tragiek van ‘deze res

trictie is, dat zij
‘ernioede1ijk ver uitgaat boven de totale inkrimping
van de wereld-su’ikerpro-ductie en dat zij het land

treft, dat het ‘goedkoopst fabriceeren kan. Zulke ah-
surcliteiten -zijn mogelijk in een tijd, waarover het

woord ,,orden.injg” in alle talen •en toonaarden weer-

klinkt. Is het clan wonder, ‘dat dit woord velen treft

als het uitspreken van ccii rauwen vloek? Hierop zal

men’ misschien antwoorden: ,,Ja, maar laaraan. is nu

eenmaal niets te doen, want de internationale samen-
werkiig ontbreekt, helaas, nog.” Dan vergeet men

echter, dat binnen ‘liet Noderlandsc’he Rijk een biet-
suikerproductie met zwaren steun in stand wordt

gehouden en ‘dat ons ongelu’kk’ige land, eens een
stennpi’laar voor een vrij ruilverkeer, verworden is

tot het meest protectionistische ter wereld, als gevolg
van. een ‘geraffineerde combinatie van ‘invoerrechten,
(ontingenteeringen en rnonopolie-hefingen.

De Nederlau’dsoh-In’dische Regeerin’g is er zich ton
volle van bewust, dat ‘het voo.r ‘de welvaart van Java

noodzakelijk is om van •de suiker-industrie ‘te redden

wat er nog te redden valt. Zij heeft ‘daartoe getracht
leiding te geven aan ‘deze cultuur en ‘haar ‘door de
moeilijke periode, ‘die achter ons ligt, heen te helpen

door nioreolen steun (geldelijke steun blijft voor be-

drijven -i.n Nederland gereserveerd). In dit tijdschrift
werden geregeld ‘cle maatregelen en ordonnanties be-

sproken, zoodat daarop thans niet ‘behoeft te worden
teruggekomen. Men zal zich herinneren, ‘dat ‘de ver-

koop in handen werd gelegd van -de N.I.V.A.S., die
als ,,single seller” ter markt ging. De producenten

zijn slechts tot 1 April 1936 aan ‘dit Inetituut ‘gehon-
leo en de mogelijkheid bestaat, ‘dat meerdere leden
zich door op]egging van ‘de oveieenkomst vrij zullen
willen maken. De Regeeri.ng ‘heeft mmich ‘thans uitge-

sproken en ‘bepaald, ‘dat voorloo’pig gdhondenhei-d noo-

di’g is, gebondenheid op ‘het ‘gebied der prod actie, zoo-
wei als op ‘dat van ‘den handel. Men wil van floogei-
hand leiding geven aan rational’isa’tie en concentratie

en een afzet van ‘het product voort-
zetten.

De bedoeling is -duidelijk. Het ziet .er, naar uit, ‘dat
Java zich niet alleen voor 1937, maar voor vele jaren
iii. zal moeten stellen op een beperkte productie. Er
zullen ‘dus nog vele ondernemingen voor goed uitge-
schakeld moeten worden. De Regeer.ing meent nu, dat
het onder Haar leiding ‘mogelijk zal zijn alleen
cle beste ‘bedrijven te laten voortbestaan. Men zal
langs theoretischen weg ‘bepalen, welke fabrieken he’t
minste levensvatbaarheid bezitten, waarna ‘deze ‘zui-
len worden afgestooten.

Zou men dit goed willen doen, ‘dan zou een gron-
d ig onderzoek ingesteld moeten worden naar alle
factoren, die ‘de levensvatbaarheid van een bedrijf
bepalen, zoo als ligging, hoedanigheid van ‘den bodem,
inrichting ‘der fabriek, euz. enz. Aan de hand van clie
gegevens ‘zou een oordeel kunnen worden uitgespro-ken. Z-oover wil men echter niet ‘gaan, wat begrijpe-
lijk ‘is met het ‘oog op ‘den ‘beperkten tijd en de be-
perkte middelen.
Het is eigenaardig, ‘dat ‘de Regeering ‘meent op
dit terrein leiding te moeten geven. De suikerindus-
trie op Java ‘heeft steeds getoond den weg tot ratio-‘
nalisatie ‘te ‘ken.nen; zij ‘heeft op b
ewon
d
eren.swaar
di
ge

wijze het bedrijf tot een ‘hoogte opgevoerd, ‘die haar
terecht de reputatie gaf vail ‘de allerbest geleide
suikerindustrie ‘ter wereld, zij heeft een proefstation
gesticht en lange jaren in stand ‘gehouden, waar g-
leer-don in alle talcken, ‘de industrie betreffende,
eruchtharen arbeid verrichtten, – is ‘het nu aanne-
nelijk, dat ‘de Regeeringsambtenaren •dit tlles zullen
Icunnen verbeteren? Het is onaannemelijk, vooral als
men .daar:hij ‘bedenkt, ‘dat ce.
4/5
gedeelte van ‘de i.n-‘
ilustrie in handen is ‘van groote concerns, die elk voor
zich een uitgebreid terrein overzien, waarop zij kun-
men én zeer zeker ook zullen -selecteeren. Hun ‘be-

lang brengt mede de vruchtbaarste gronden uit te
zoelcen, ‘de best geoutilieerde fabrieken te laten ‘draai-
en, de transportkosten zoo gering -mogelijk te siiaken,
enz. enz.

Het kan zonder
twijfel
nuttig ‘zijn ‘in onderling
overleg te bepalen, hoe groot de aanplant eik jaar
aal mogen zijn, waarbij dle Regeer1n’g mogelijk een
rol als aibiter kan spelen. Nog
‘belangrijker
kan deze
taak zijn als ‘het gaat om tot een billijke verdeeling
dier -oogsten te komei. Men late echter eerst de orga-

nisatie ‘der ondlernemiI3gen trachten onderling ‘de zaa’lc
te regelen, gaat -dat niet dan is optreden van een

Hoogere instantie gevenscht. Het is ‘zeer goed moge-

lijk, dat blijken zal ‘dat niet alleen de aller-, allerbeste
gronden ‘beplant ‘zullen worden, men wake er in ‘d’it

opzicht echter voor, dat ‘het betere niet cle vijand van

het g’ode worde en stelie aieh tevreden niet ‘het

bereikbare. Regeerings-instanties ‘zijn er aan -gewend
geraakt ‘zich ingrijpend te bemoeien met particuliere
‘hedrij”en. Zij ‘lcrij’gen -daar-door te zeer den indruk,
dat zij ‘de wijs’hei’d in pacht ‘hebben. Zij, overschatten

zoo licht ‘de waarde van getroffen maatregelen. Het
bedlrijfsleven ‘heeft om te bloeien vrijheid noodi-g, en
het is heel moeilijk vrijheid en gebon-den’hei-dl tot een o ist gemiddelde te vereenigen.

Als de groote voorraden op Java verdwenen zijn,

is ‘het tijd voor de Regeering zich zoover mogelijk

terug te trekken. De bedrijfsleiders -moeten zelf weer
gaan leiden.

Dit slaat oolc op den verkoop van het product. Het
,,s’ingle selier” systeem ‘heeft -meer bezwaren dan men

denkt. Het is voor eiken fabrikant een groote rem als
-hem verhinderd wordt over zijn product te :heschik
‘ken. Men ‘hedeuke goed, -dat -de N.I.V4.S. aan vele
verlcoopers tegen hun ‘zin oplegt een verkoopspolitiek
te volgen, waarmede -zij zich niet vereenigen kunnen,

Stelt, ‘dat de N.I.V.A.S. ‘gegronde redenen heeft een

stijging der suikerprijzen te verwachten en ‘zij dus
langzaam verkoopt, clan kan menige fabrikant huive-
– ren als -hij er aan denkt, dat hij dit risico mee moet

loopen, terwijl hij ‘door onmidl’deflijken verlcoop- een
zekere winst zou kunnen ‘binnen halen. Aan den

anderen Icant zullen er zijn, ‘die zouden prefereeren met ‘den ‘verkoop -te wachten en die elken verlcoop
van de N.I.V.A.S. dus met ergernis zouden zien. Men is te ‘hang voor de onderlinge concurrentie! De ‘kapi-
taaikrachtige bedrijven -zullen zich heusch niet als
razen’den op ‘de markt werpen; zij zuilen een verstan-
diig, rustig beleid volgen, omdat -hun eigen belang
daartoe dwingt.

De Regeer-in’g kan voor -de suiker-industrie en voor de cultures ‘in -het algemeen ‘zeer veel doen zonder ‘de
vrijheid van beweging der
‘bedrijven
te beperken. Zij
Ican hijv. alle maatregelen nalaten, die ‘de aanpassing
tc-geni’iou’den. Zij ‘zou zoo s-poedig mogelijk ‘de pas
ingevoerde contin-genteerin’g van rubberbanden onge-
daan kunnen maken, want hiermede ‘houdt Zij dcii
prijs op van een pro’d act, -dat op ondernemingen veel
wordt ‘gebruikt. Het is echter niet te verwachten, dat
zoo’n besluit ‘vallen zal, want ook in de Oost heerscht
‘dle industrialisatie-geestdrift, ‘die moordend kan wor-den -voor ‘de consumenten en ‘dus voor ‘de bedrijven,
waarop Indië’s welvaart steeds gebaseerd is geweest.
Zij zou steun kunnen verleenen aan de proefstations,
die het thans ‘moeilijk hebben, Zij zou er voor kunnen
waken, dat de voedingsmiddelen voor de arbeiders
goedkoop ‘blijven en niet ‘de prijzen ‘door ‘invoerheper-
king opschroeven, Zij zou— ach, Zij ‘zou -zoo ‘heel veel
kunnen ‘doen, -door heel veel na te laten.
Maar diat is een ander hoofdstuk in de economische

ontwi lckeling van Nederland sch-Indië.
Th. L.

25 December 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1129

EENIGE BESCHOUWINGEN OVER DE THEE-

RESTRICTIE.

Bezwaren tegen de toepassing van de restri clie
in Ned.-Indië.

Men schrijft ons van bevoegde zijde:

In
onze
vorige beschouwing’) trachtten wij aan te

toonen, ‘dat de theerestrictie in het algemeen niet
slecht ‘heeft gefuncti’onneer’d. Er is, vooral in mdie,
heel wat werk verzet – en meestal met igroote toe-

wijding en onpartijdighei’d – om het zoo ver te

brengen.
De onhillijkheid, beschreven in ons vorige artikel,
‘dat ‘de ondernemingen, die gemeend hchben in de

jaren van dalende conjunctuur te moeten uitbreiden,
de lasten daarvan niet in de eerste plaats zelf ‘dragen,
maar deze tot nog toe voor een groot deel hebben kun-
nen afwentelen op haar collega’s, ‘die zulks niet heb-
ben gedaan, waardoor vooral de alleenstaande klei-

nere maatschappijen in de verdrukking komen en
onevenredig zwaar worden belast (men kan haast zeg-

gen ,,gestraft”), ligt geenszins in de internationale
overeenkomst, maar in het stelsel, dat tot uitwerking

daarvan in Nederlandsch-Indië gekozen is. Vermoede-

lijk is aan deze consequentie niet ‘gedacht, dan wel
met dit toch voor een zeer groot aantal ondernemin-
gen belangrijke punt ‘bij den opzet te weinig rekening
gehouden.
De toepassing van een voor alle ondernemingen ge-
lijk beperkingsperceutage op ‘hare uitvoer-thee moge
oogenschijnlijk billijk zijn, in wezen is zij dat geens-
zins: zij, die ‘door ‘haar uitbreidingspolitiek ‘de nood-

zakelijlohei’d der theerestrictie het sterkst hebben ‘be-
vorderd, beperken op een vergroote en nog steeds Stij-
gende standaardproductie en zijn dus ‘bevoonleeld hoven
hen, die, om wat voor reden ook, aan deze reusachtige
uitbreidingen part noch ‘deel ‘hebben geha’d. Dit
‘druischt tegen het rechtsgevoel in.
liet argument, dat men deze jonge aanplantinigen toch niet in zijn zak kan steken, kan worden ‘beant-
woord met deze vraag: moeten ‘de niet-uitbreiders dan een deel van hun oudere aanplantingen in ‘den
zak steken?
Er is nog iets. liet huidige systeem in Indië is een
premie geworden op grof-pluk in de basis-jaren, geko-
zen voor ‘de bepaling ‘der stan’daard-producties. Ook
hier
zijn
die ondernemingen, welke met het oog op ‘de
steeds dalende prijzen zich vddr de wettelijke restrictie reeds toelegden op kwaliteit, instede vari’kwantiteit en
‘dus zelf al een vrijwillige ‘beperking opihare oogsten toe-
pasten, achter komen te liggen hij haar, ‘die de prijs-
da1ng niet zochten te compenseeren ‘door een ‘hooge-
ren ophren’gstprijs, maar ‘door een zoo hoog mogelijk
opvoeren van ‘de kwantitatieve productie en ‘dus al
weder het hardst tot de onafwend’baarheid van de
restri cti e-maatregelen hebben ‘bijgedragen.
in ‘de ‘derde plaats – en ‘dit ‘hangt samen met het
vorenstaan’de – legt het uniforme restrictie-percen-
tage een veel zwaarcieren last ‘op de ondernemingen,
aan welke een lage standaard-productie werd toege-
wezen, ‘buy, van 600 pond per hectare, dan op de lan-
‘den, wier standaard-productie uitkomt op bijv. 2000
pond. Bij een intern restrictie-percentage van 40 pOt. mogen ‘de eerste nog maar 360 pond per hectare voor
uitvoer oogsten, de laatste 1200 pon’d. Het is zonder
meer ‘duidelijk, dat de eerste niet rendabel
kunnen
werken, omdat zij haar geheele apparaat intact moe-
ten h’ou’den voor een uiterst ‘geringen oogst, terwijl
bijv. de 1200-pon’ders nog een winst kunnen behalen.
T-let is ‘dus niet ‘meer dan ‘billijk om ‘deze onrechtvaar-
digheid zooveel
doenlijk,
weg te nemen. Niet alleen
wordt thans aan ‘het ‘beginsel van het intact hou’den
van ‘het productie-apparaat afbreuk gedaan, maar
bovendien vervullen ‘de talrijke ondernemingen met
lage standaard-producties een belangrijke economische
functie, niet alleen in het belang van ‘groote groepen
‘der inlan’dsche bevolking, maar ook in dat van den

1)
Zie E.-S.B.. van 4 Dec. ji.

Staat (belastingen). Het ken nimmer in het belang van

Indië zijn, dat over eenige jaren de thee-cultuur
wordt beperkt tot slechts een categorie van onder-
nemingen met hooge stand aard-proci netjes.

Hetzelfde heeft men reeds gevoeld in Britsch-Iridië en men heeft daar dit ‘bezwaar zoo goed mogelijk on-

dervangen op de ,,faire”
wijze,
clie ‘de E.ngelschen on-

derling kenmerkt. In een zeer representatieve verga-

dering van Britsche thee-planters werd onlangs het
volgende door den Voorzitter ‘gezegd:
it was feit that some modification was requi-

red in the allowances ‘to low-producin’g gardens to
mitigate, as far as possible, any hards’hip which the

application •of the scheme might impose on gardens
with a 10w-erop ‘basis, and af Ier careful consideration

of the matter
additional allowa.nces
were given to

very low-producing estates.”
Wij ‘hebben over Neclerlan’dsch-Indië wat langer
uitgeweid ‘dan aanvankelijk onze bedoeling was, doch

het is wel eens goed, dat ‘de fouten, die thans aan de interne uitwerking der restrictie kleven, duidelijk tot
uiting worden gebracht.
Het zal misschien niet zoo gemakkelijk gaan deze

euvelen te verhelpen, maar zij
zijn
o.i. zoo fundamen-
teel onbilljk, ‘dat eventueele ‘bemvaren – ‘hoe zwaar-
wichtig ook ‘op zichzelf – met eenigen goeden wil
zeker niet onoverkomelijk zullen blijken, vooral van-
neer ‘de Indische Regeering de juistheid der gemaakte
opmerkingen zou kunnen onderschrijven. Er zijn bij
deze restrictie wel
moeilijker
vraagstukken bevredi-
gend opgelost.

Beteekenis van de outsiders.

Wij stappen nu van Nederlandsc’h-Indië af en be-
treden ‘het internationale terrein. Zooals bekend, staan
thans buiten de restrietie Japan, F’ormosa, China en
de enkele thee-ondernemingen in Fransch ludo-China.
Deze laatste staan, naar verluidt, niet principieel
afwijzend tegenover de internationale overeenkomst,
doch tot nog toe levert ‘de in’heemsehe cultuur, die
zelf het product op primitieve wijze zon’der fabriek
bewerkt, een velliaast onoverkomelijke hinderpaal op
voor toetreding van In’d’o-Oh.ina.
Medewerking van Chineesche en Japansche zijde
lijkt ons vooralsnog weinig waarschijnlijk. Tot heden
hebben ‘zij
gelijk
gekregen, ‘d’ie ‘de gevaren, welke de
restrictie van die zijden bedreigen, niet hoog hebben
aangeslagen. Ohina voerde weliswaar in 1933 over zee
ca. 236 millioen kg méér uit dan in ‘het voorafgaande
jaar en in 1934 weer ‘bijna 5 millioen méér dan in 1933,
‘doch in ‘de eerste 3 ‘kwartalen van dit jaar liep ‘cie
uitvoer – volgens gegevens van ‘de Vereeniging voor
‘de Theecultuur in Nederlandsch-Indië – weer ruim
9 millioen kg terug t.o.v. het jaar tevoren.
Japan en Formosa voc-men, niettegenstaande hun
uitvoer nog heel wat geringer is dan die van China, mo-
menteel ernstiger concurrenten: de. uitvoer uit die
landen steeg in 1934 en, wat Japan zelf betreft, ook
in 1935. Formosa’s totale uitvoer daalde in dit jaar,
‘doch de uitvoer van zwarte thee, die vroeger een te
verwaarloozen ‘hoeveelheid was, ging met sprongen
vooruit ten koste van de groene chee en bedraagt
thans reeds een ‘derde van het totaal. De bijna 11 mii-
lioen kg, ‘die Formosa verleden jaar exporteerde, zal
het echter dit jaar wel zeker niet halen. Bovendien
zijn de
uitbreidingsmogelijkheden
voor thee op het
eiland ‘beperkt.

Bezwaren tegen de carry-over als element van on-
zekerheid.

Het Nederlandseh-Engelsehe restrictie-ver.drag be-
vat nog eenige punten, ‘die aan ‘de uitwerking eenigen
afbreuk ‘doen en dus om een oplossing vragen. In ‘de
eerste plaats de kwestie van den z.g. ,,carry-over”.
De res’trictie beoogt om ‘door tij’di’ge ‘bekendmaking
van ‘het restrictie-pereentage voor ‘het komende be-
perkingsjaar aan ‘den ‘handel een zeker ‘houvast te

Er-

1130

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

geven, opdat hij tevoren ruwweg kan ‘berekenen, hoe

veel thee er van de deelnemende landôn voor uitvoer

ter beschikking van de internationale markt zal komen.

Onder de ,,carry-over” wordt verstaan de hoeveel-
heid thee, •die in een restrictie-jaar minder is uitge-

voerd dan toegestaan met inachtneming van het voor

dat jaar vastgestelde restrictie-percentage. In •de
,,aan’hevelingen”, ‘behoorende bij de internationale

overeenkomst, werd voor rechts’geldigen uitvoer van

deze thee een termijn van 3 maanden na afloop van

het restr i etiejaar gesteld, waaraan door Bui tsch-Indië

en later ook door Noderlan’dsch-Indië gevolg is ge-

geven. Aanvankelijk had Nederlandsch-In’dië in het
geheel geen overganigstermijn voor het te weinig uit-

gevoerde in zijn regeling opgenomen.
Blijkens
de

mededeelingen ‘in het laatste verslag der theecultuur-
vereeniging is Ceylon, dat geen limiet aan •de ,,carry-

over” ‘heeft gesteld, op het oogen’bl’ik bezig •daarin te
voorzien.

In ‘de beide afgeloopen restrictie-jaren zijn Neder-
laadsch-Indië en Ceylon een heel eind onder hunne

gerestricteerde quota gebleven, terwijl Britsch-Indiö
door een blijkbaar niet voorziene stijging van zijn

export over land (langs de Noord-Westelijke ‘grens)
er iets overheen gekomen is. Per saldo is de uitvoer

uit de 3 landen tezamen vrij belangrijk onder het

totale quotum gebleven. Een reëel gevaar ‘heeft •de
,,carry-over” dus nog niet opgeleverd, maar dat hij

een element van onzekerheid voor ‘de markt schept en

daardoor aan ‘de doelstelling ‘der restrictie afbreuk
doet, valt niet te ontkennen. Het is dus te hopen, dat
aan dit bezwaar alsnog tegemoet zal kunnen worden

gekomen. –
De reeds hier’boven vermelde sterke toeneming van

den uitvoer van Britsch-Indië over land is weliswaar
in verhouding tot den totalen export niet groot, maar
toch is het zaak dit lek in de restrictie scherper in
het oog te houden dan
‘blijkbaar
tot ‘heden is gedaan.

Volgens de desbetreffende publicatie der thee-vereeni-
ging zou langs dien weg het eerste jaar ruim 6 mil-
lioen lbs. méér zijn uitgevoerd •dan aanvankelijk was

bepaald, terwijl ook het tweede jaar een overschrij-
ding ‘heeft plaats gehad.

De theebela.n gen van Ned.-Indië zijn van andere
beteekenis da.r& die van Engeland.

Nederlan’dsnh-Ind’ië heeft zich door ‘deze restrictie
wel sterk vastgekoppel’d aan de Britsche theecultuur
(Britsch-Indië en Ceylon). Hoe dwingend de omstan-
digheden, die tot het betreden van dezen weg nop-
ten, ook geweest mogen zijn en nôg zijn, toch is deze’
nauwe samenkoppeling op den duur niet zonder be-
denking. De uitbreiding der theecul’tuur heeft in ‘deze
Brïtsche gebieden •de laatste 10 jaren in een steeds
langzamer tempo plaats gehad: sinds 1926 is ‘het
,

areaal in Britsoh-Indië niet ca. 10 pCt. toegenomen,
in Ceylon slechts met enkele procenten. In Neder’
lan’dsc’h-Indië ‘daarentegen heeft de cultuur tot vlak
voor de restrictie een enorme uitbreiding ondergaan,

vooral op Sumatra.
In overeenstemming met ‘de geheele Britsche politiek
van heden brengt ‘het Eogelsche ‘belang ‘bij de thee-cultuur in hoofdzaak een conservatie-politiek ‘mede,
die – de tijdsomstan’cligheden nu eens even 1buiten
beschouwing gelaten – op ‘den duur niet zon kunnen

strooken met ‘de dynamische kracht, die in (Ie Neder-
landsc’h-In’disc’he thee-cultuur nog aanwezig is. Indië
zou er dus verkeerd aan doen zich blijvend eenzelfde lijn ‘te kiezen als de Britsc’he theebelangen ‘blijkbaar
gedwongen zijn te doen. Weliswaar nemen laatstge-
noemde belangen nog een ‘overheerscheude positie in,,

‘hetgeen moge blijken uit ‘het feit, ‘dat de Britsche

theegebieden in 1934
‘bijna
65 pOt. van ‘den wereld-
uitvoer voor hunne rekening namen, ‘doch dat be-

hoeft, als
wij
de huidige depressie weer wat te boven

zijn gekomen, nog geeiï reden te
zijn
odi ons aan het
Britsche belang te blijven Ibinden.
Het ‘is waar, Engeland alléén verbruikt méér dan

de helft van den ivereld-uitvo’er van thee, met zijn
Dominions ‘zelfs ruwweg 75 pOt. van dezen uitvoer

(‘het inheemsche verbruik in de landen van prbductie
buiten beschouwing gelaten), ‘dodh ‘hierbij mag men

niet vergeten, dat Australië geen ‘discrimineeren’de
rechten tegen ‘de Nedevlandsch-Indische thee ken’t en

het natuurlijke afretgdbied van Nederlandsch-Indië

Ïs, terwijl Zuid-Afrika (evenals ‘de Vereenigde Staten)

in toenemende mate Nederlandsoh-Indische t’hee ge-
liruikt. Het thee-verbruik in ‘de meeste Britsohe’gehie-

den is reeds ‘opgevoerd to’t een ‘zeer hoog peil en der-
halve is ‘het potentieele verbruik
daarbuiten
het
grootst (Rusland, Vereenigde Staten, enz.).

Belang van Ned.-Indië bij theepropagando
it
de
geheele wereld wordt eerst van groote beteekenis als
de restrictie-overeenkoinst ontbonden is.

De propaganda, die thans op groote schaal voor uit-
breiding van het thee-verbruik
1)
wordt gemaakt, op
kosten ‘der gezamenlijke producenten in Nederlandsch-
Indië, Britsch-Indië en Ceylon, kan eerst ‘geleidelijk,

maar ‘dan ook in ruime mate, vruc’htdra’gend worden,
vooral in de laatstbedoelde linden. Nu de Russische

Roebel ‘op gou’dbasis gefixeerd is en de Russisohe

goudwinning van steeds grooter b’eteekenis schijnt te
worden, behoeft ‘het niet ‘zoo lang meer te duren, of

dit volk van 170 millioen men’sehen zal gemakkelijker
een stijgende behoefte aan consu’mptiegoederen kun-

nen ‘bevredigen dan sinds lange jaren het geval is
geweest. In een
‘dergelijke
verbruikstoeneming ligt
uiteraard het zwaartepunt voor de saneering der thee-

cultuur en niet in restrictie, waarin ‘bovendien op ‘den

‘duur voor Nederlandsch-Indië niet te onderschatten

gevaren gele’gen’kunnen zijn (om. ‘hebben alle derge-
lijke regelingen het nadeel, ‘dat zij in de
praktijk
den

energiekste neer’drukken tot ‘het peil ‘der middelma-tiigheid, iets wat nimmer in het Ibelang van den ‘be-
trokken
‘bedrijfstak
kan ‘zij’n).

De, ondanks ‘de Nederlandsch-Britsche samenwer-
king gehand’haafde ‘ rechtendiscrirninatie (Enge-
land, Ierland, Canada en Nieuw-Zeeland) tegen de

niet-Britsche thee is een reden temeer, ‘dat Neder-
lad’dsch-Indië op ‘den duur weer zelfstan’dig wor’dt.
Wij mogen echter tot nu toe den Enge’lschen voor deze
‘achterstellin’g – ‘hoe vreemd zulks ook moge klinken
— dankbaar zijn: zij ‘heeft de belangstelling voor het

Nederlan’dsch-Indisc’he product ‘buiten de Britsche
cônsump’tie-gsbieden gestimuleerd, wegens den prijs-
druk, die van ‘de toonaangevende Lon’densche markt
(85 pOt. van haren aanvoer ‘dient voor binnenland-
sche consumptie) op ‘de Nederlan’dsch-In’dische thee
tengevolge der ‘hoogere invoerrechten uitging.
Hierdoor is de positie van ‘de Java/Sumatra thee
op ‘de wereldmarkt intrinsiek versterkt. Het is nim-
nier in ‘het belang van een bepaalde cultuur, om voor
haren afzet grootendeels of sterk te zijn aangewezen
op één of slechts enkele vreemde landen.
Zoolang de restrictie ‘duurt en er sledhts tevoren
bepaalde ‘hoeveelheden thee uit ‘de Nederlan’dsch-
Engelsche theegehieden mogen worden uitgevoerd, is
het van betrekkelijk ondergeschikt belang, waar de
Nederlandsch-Indisc’he thee tenslotte verbruikt wcrdt:
alle verbrui’kslanden tezamen zijn min ‘of meer coin-
municeeremide vaten geworden. Wanneer ‘de restrictie
echter beëindigd zal ‘zijn, is ‘het van groot belang, dat
‘de Nederlandsëh-Indische thee over de geheele wereld ‘bekendheid ‘heeft verworven als een voor haar markt-
waarde uitstekend product.
De pogingen, ‘die in Indië ‘zijn ‘gedaan tot afwen-
ding ‘der geheele of
gedeeltelijke
ineenstorting ‘der
agrarische ‘bedrijven, ‘h’oe loffelijk ook op’ zichzelf en
noodzakelijk in een econo’misch-verdwaasden tijd, ‘zijn
op ‘zichzelf ‘geen geneesmiddel, ‘doch een met ‘mede-
werking ‘der Regeering tot stand gekomen collectieve
beveiliging, ‘die slechts van tijdelijken aard kan zijn
en, wat ‘de thee ‘betreft, ‘op enkele
‘iiunten
spoed ige
aanvulling behoeft.

1)
Van
zwarte thee.

25 December 1935′

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1131

DE STRIJD IN DUITSCHLAND OM HET BEGRIP

,,RECHTVAARDIGE PRIJS”.

In Duitschlarrd is om het begrip ,,rechtvaardige
prijs” een belangwekkende strijd gestreden. Dit be-grip, dat, evenals andere, zijn ontstaan aan de crisis te danken heeft, is in Duitschiand het voorwerp ge-

weest van uitvoerige gedachtenwisselingen, waarbij de

heide tegengestelde standpunten als volgt geformu-

leerd kunnen worden.
De eene partij zag in de toepassing van dit begrip

een mogelijkheid tot verhetering der economische ver-
houdingen cii meende, dat daardoor, aan die verhon-

‘dingen een hechter fundament kon worden gegeven.

De andere partij daarentegen zag die mogelijkheid

niet, integendeel, zij ‘zag allerlei schrikbeelden opko-men, als zij ‘dacht aan een verwezenlijking ervan.
Wij willen de gedachtengang van beide partijen
wat meer van nabij nagaan. Tot de eerste partij kan

voor een niet ‘onbelangrijk gedeelte de Duitsche recht-
spraak gerekend worden. liet is het z.g. Krefel’der

vonnis geweest, waarvan de leiding is uitgegaan. Dit

vonnis had betrckkung
0])
een detaillist. in taba’ks-
varen, welke slechts 17 pCt. verschil tussclien in- en

verkoopsprijs berekende, terwijl als algemeene maat-
staf ‘door de o:rganisatie 22 pOt. was vastgesteld.
De rechtbank ‘heeft den. winkelier veroordeeld tot
het eveneens rekening houden met de marge van

22 pOt. en motiveerde zijn vonnis geheel op een be-
toog betreffende den rechtvaardigen prijs. Uitgangs-
punt van ‘dit ‘betoog was, dat de prijsvorming nooit
uitsluitend ten ‘doel mocht hebben .de hevoordeeling
van ‘den enkeling, doh ‘dat, naar nationaal-socialisti-
sche opvattingen, steeds ook liet gemeenschappelijk
belang in het oog moest ‘gehouden worden. Dus ‘moet
de prijsvorming zoo zijn, dat eenerzij’ds •de verbruiker
niet ge’brandsc’hat wordt, doch dat anderzijds aan den
concurrent geen schade wordt toegebracht.

Bij het vellen van een oordeel over de prijsvorming
moet niet alleen het oog gericht zijn op de belangen
van den verbruiker, doch ‘de belangen van alle ‘scha-
kels, van producent tot consument, kome.n voor be-
schouwing in aanmerking. Zoo heeft ‘de Krefelder
rechtbank betoogd en leidde ‘daaruit af, dat de toe-
passing van het begrip ,,rechtvaardige
prijs”
een

noodzakelijkheid en. een Plicht was.

Een noodzakelijkheid, omdat zonder die toepassing
niet de waarborg is gegeven, dat de prijsvorming aan
alle gerechtvaardi’gde belangen tegemoet komt, en een
plicht, omdat het voordeel van den één nooit ten
koste van den ander mag worden verkregen.

Hiermede is in het kort weergegeven de algemeene
redeneering, welke ‘de Krefelder rechtbank ‘heeft toe-gepast op het speciale geval, dat hem was voorgelegd.
Een ander bekend vonnis is dat van de rechtbank te München-Gladbach geweest. Bij de motiveering
van ‘dit vonnis ging men er zonder meer vanuit, ‘dat
niet de prijs, gevormd ‘door vraag en aanbod, doch de
rechtvaardige prijs toepassing moest v.in’den. De nood-zakelijkheid ‘daarvoor werd vooral gegrond op de over-weging, dat voor een gezonde maatschappij een levens-
krachtige middenstand een eerste vereischte is.

De motiveerung was ‘dus iets algemeener dan van
het Krefeider vonnis. Ging het laatste meer uit van
de positie van het individu door te •betoogen, dat een
bepaalde prijszetting’ aan bonafide concurrenten geen
schade mocht toebrengen, liet vonnis van München-
Gla’d’hach motiveerde de toepassing van het begrip
,,rechtvaardige prijs” op •de noodzakelijkheid van een
sterken en gezonden middenstand.
De Duitsche prijscomm.issaris, D,r. Goerdeler, heeft
zich eenerzij’ds ten opzihte van de toepassing van
‘het begrip ,,rechtvaardi’ge. prijs” veel ‘voorzichtiger
uitgelaten dan •de rechters in ‘de beide bovengenoem-
de vonnissen, anderzijds gaf hij echter een scherpe.re
definitie van ‘het begrip, speciaal bezien van de zijde
.van den producent.
in zijn persverklaring van 9 Noveniber 1934 en in

een nadere verklaring op den 22st’en van die maand

betoogde Dr. Goerdeler, ‘dat van een toepassing van

het begrip ,,rechtvaardi’ge prijs” eerst in laatste in-
stantie sprake zou kunnen zijn. De mogelijkheid uit-
schakelen ‘deed ‘hij echter in geenen ‘deele en tevens
verklaarde
‘hij,
dat ‘de toestand rijp werd voor een
dergelijke toepassing, indien een zoodani’ge prijs tot

stand zou komen, welke ‘het ‘den producent of ‘dcii
handelaar niet mogeljk zou maken te voldoen aan

zijn verplichtingen tegenover den Staat, ‘het personeel
en dle crediteuren.

Als tegenstanders van het streven naar een toepas-

sing van het begrip ,,rechtvaardige prijs” ‘hebben zich
in Duitschlan’d doen kennen het Reidhs’kuratorium

für Wirtschaftlichkeit en het Reichsverband der Mit-

tel- und Groszbetriehe des Deutschen Einzelhandels.
Daarbij heeft •het Reichskuratorium meer ‘de na-
druk gelegd op de onmogelijkheid en het Reichs-
verband meer op het gevaar van de toepassing.

De onmogelijkheid van de toepassing is in het bij-

zonder daarmede gemotiveerd, dat de
werkelijke
ver-
houdingen zoo ingewikkeld ‘zijn, dat ‘het als uitgeslo-
ten moet worden beschouwd, om zelfs maar bij bena-
dering tot een in
cijfers
uitgedrukte rechtvaardige
prijs te komen. Het Reichskuratoriu’m heeft kosten-
analyses ‘d.oen instellen in verschillende bedrijfstak-
ken en
bedrijven
en toen kwamen dergelijke verschil-
len aan den dag, dat het als onbegonnen werk werd
‘beschouwd, om tot een toepassing van •het begrip
,,rechtvaardige prijs” te geraken.
Wel is v.an de zijde van het Rei•ch’skuratorium für
Wirtshaftlichkeit toegegeven, .dat ‘de wijze, waarop
het prijsmechanisme werkt, van groot belang is voor
de economische en sociale verhoudingen en dat die
werking niet steeds volmaakt is, doch het ingrijpen
daarin, rustend op een gedahtengang aan’gaan’de het
begrip ,,rechtvaar.dige
prijs”
werd als ‘behoorend tot
de
onmogelijkheden
beshouwd. Het was immers niet denkbaar alle factoren, die op den prijs ‘betrekking
hebben, in één greep te vatten en elk
ingrijpen
zou
uiteindelijk toch op machtelooshei’d moeten afstuiten.
Het Reichsverband der Mittel- un’d Groszbetriebe
des Deutschen Einzelhandels heeft deze argumentatie

van het Reichskuratorium für Wirtschaftlichkeit ge-
heel overgenomen en daaraan zijn ‘beschouwingen ‘ge-
koppel’d over ‘het gevaar van de toepassing. Want dit
was al direct ‘het merkwaardige in de situatie, dat,
ondanks het feit, dat het Reichskuratoriurn de onmo-
gelijkheid had ‘betoogd, •het practisch economisch
leven ‘blijkbaar ‘behoefte ging gevoelen aan een be-
paalde toepassing, waarvan de ‘beide bovengenoemde
vonnissen trouwens .getuige zijn.
Zoo moest de volgende stap van de tegenstanders
wel zijn, om het gevaar, dat in de toepassing gelegen
zou zijn, ‘breed uit te meten. Dat gevaar werd als
tweeledig beschreven. Vooreerst is er gewezen op het
gevaar van het groepsegoïsme. De toepassing van het
‘begrip ,,rechtvaar.di’ge prijs” vindt ‘haar concrete vorm
meestal hierin, dat een ‘bepaalde groep in de maat-
chappij, die hetzelfde artikel ten verkoop biedt, al
of niet gesteund van Regeeringswege, ‘overgaat tot
het vaststellen van een bepaalden prijs, waarop dan
het etiket ,,reohtvaardig” geplakt wordt. Het gevaar, waarop het Reic’hsverbaud de aandacht heeft willen
vestigen bestaat ‘dan ook ‘hierin, dat ‘de aanduiding
,,rechtvaardig” niets anders inhoudt •dan de beharti-
ging van bepaalde ‘groepsbelangen, zonder rekening te
houden met breedere belangen.
En in de tweede plaats meende het Reidhsverband
te moeten wijzen op het gevaar van ‘de verstarring
van ‘he’t economisch leven. Want, zoo meende men, de
rechtvaardige prijs ‘zal zich noodwendig moeten rich-
ten naar den sleohtsten producent. De meer bekwame
producenten ‘of handelaren zullen hiertegen geen be-
zwaar maken, omdat zij een extra-winst erdoor ver-
krijgen. Zoo vleit alles zich op het zachte kussen van
den rechtvaardigen prijs neer en elke prikkel om tot
vernieuwing en verbetering te komen, wordt gedood.

1132

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

Hiermede ‘gaven wij -de woderzijdsche hoofdargu-

menten weer en de vraag knt op, of er wellicht

reden is voor ‘het aannemen van een critische hou-
ding tegenover
beide
partijen. Zonder eenigen twijfel
moet ‘het antwoord hierop bevestigend luiden. Zoo-
wel hij de argumenten van de voorstanders als van

de tegenstanders kan de vraag gesteld worden: ,,ls, wat hier aan let begrip rechtvaardige p.rijs verbon-

den wordt, logisch eruit voortvloeiend, of kan er

slechts gesproken worden van een mogelijke conse-

quentie, die edhter niet onder alle omstandigheden,
doch alleen onder bepaalde voorwaarden tot verwe-

zenlijking ‘komt?”

Is dit laatste juist, ‘dan
krijgt
het begrip ,,reeht-
vaardige prijs” een geheel ander karakter en kan niet

volstaan worden met een hf het één bf het ander.

Het betoog van het Krefelder vonnis kwam in

‘hoofdzaak hierop neer, dat de ‘vrije prijsvorming
vaak leidt tot bevoordeelirig van den één ten koste
van den ander, doch direct kan de vraag geopperd

worden, of de toepassing van ‘het begrip ,,rechtvaar-
dige prijs” dit buitensluit en of zij op haar ‘beurt niet
iets dergelijks in het leven kan roepen.
Het andere vonnis meende het bestaansrecht van

den middenstand als hoofdmotief te moeten geven
voor de noodzakelijkheid van een toepassin’g van ‘het
begrip ,,rechtvaardige
prijs”
en weer kan de vraag

gesteld worden, of ‘dit wel een voldoende grond kan
zijn voor een
dergelijke
toepassing en of het gestelde
doel bereikt zal worden.

Het Reiohskuratorium für W.irtschaftlichkeit heeft
zich ibeijverd, om de onmogelijkheid der toepassing
aan te toonen, dodh direct kan tegengeworpen wor-
den, ‘of dit standpunt van de onmogelijkheid wel

onder alle omstandigheden en voor alle producten
houdbaar is. Heeft men ‘zich niet blind ‘gestaard op
een bepaalde ‘groep van gevallen (‘de industrieën van
kleine gebruiksvoorwerpen), waar de toepassing in-derdaad allen zin mist, doch daarbij vergeten, ‘dat er

ook productie cii handel plaats heeft onder geheel
andere economische verhoudingen?
En tenslotte, wanneer het Reihsverband der Mit-
tel- un’d Groszbetriebe des Deutschen Einzel’handels op gevaren wijst, behoeft niet ontkend te worden, dat
die ‘gevaren bestaan, doch ken wel gevraagd worden,
of zij onder alle omstandigheden tot werkelijkheid

moeten worden dan wel, of er ook
mogelijkheden
‘be-
staan eraan te ontkomen of ‘de kracht ervan te ver-
minderen.

Zoo kan tegen elke argumentatie, ‘die de voornaam-
ste partijen in Duitschlan’d niet betrekking tot het
begrip ,,rechtvaardige
prijs”
ten ‘beste hebben ge-
geven, een critische houding worden aangenomen.
Vanzelf leidt dit tot de conclusie, dat de Du,itsche
beschouwingen en ervaringen leeren, dat zich om-
standigheden kunnen voordoen, waarin de toepassing
van het ‘begr.ip ,,rechtvaardige prijs” ‘mogelijk en
noodzakelijk is en ‘dat bij ‘de practische verwezenlij-
king ervan steeds daaraan aandacht moet worden
geschonken, of de gevaren, welke het Reichsverhand
inderdaad zeer scherp omschreven heeft, niet tot
werkelijkheid dreigen te worden.
Mogelijkheid van toepassing is gegeven ‘bij die pro-
ducten, waarvan de verschillen in kwaliteit beperkt
of scherp te omlijnen zijn en waarvoor de kostenfac-
toren in de verschillende bedrijven niet te ver uiteen-
loopen. De
noodzakelijkheid
van ‘de toepassing dringt
zich op, wanneer de
prijs,
welke zuiver door de ver-
king van vraag en aanbod is tot stand gekomen, op
eclatante wijze afwijkt ‘van dien prijs, welke het den
producent of handelaar mogelijk maakt aan zijn ver-
plichtingen, voortvloeien’d uit de productie of den
handel, te voldoen.
Hetzij
wettelijke
maatregelen, hetzij maatregelen
van maatschappelijke organisaties, 2ullen dan de toe-
passing van het begrip ,,rechtvaardige prijs” tot ver-
wezenlijking moeten brengen.
L. J.
LAGENDIJK

EENIGE BESCHOUWINGEf* OVER DEN BUITEN

LANDSCHEN HANDEL VAN IRAN.

In sommige gevallen kan men uit de gegevens om

trent een ‘bepaald land conclusies trekken, die voor

een geheele serie landen gel’dingskracht hebben. Wij
willen met het oog ‘hierop in het onderstaande (Ic

cijfers omtrent den ‘buitenlandschen handel van Iran
aan een analyse onderwerpen.

De statistiek van den buitenlandschen ‘handel van
Iran wordt slechts jaarlijks gepubliceerd. De jongste

publicatie omvat het eeonom’ishe jaar van 22 J’uni
1933
tot 21 J’uni
1934,
‘derhalve een periode, die
reeds
bijna
1 jaar achter ons ligt.

Niettemin hopen wij er in te slagen om tot een

conclusie te komen op grond van ‘deze ‘gegevens, al

heeft de situatie zich in de laatste 114 jaar ook
gewijzigd.

Handelsbalans.

De totale invoer van Iran bedroeg in ‘dc hovenver-
mel’de periode
841,7
millioen hals, de totale uitvoer
1817,3
millioen Ri’als, hetgeen dus op een zeer groote
activiteit van ‘de ‘handelsbalans zou wijzen.
1)

Hierbij moet terstond worden opgemerkt, dat in
werkelijkheid de activiteit veel minder was. In den
uitvoer is nl. een post van
1336,9
millioen Rials op-
genomen voor den uitvoer van producten van de

Anglo-Persian. Dit is een Engelsehe maatschappij,
zondat de opbrengst van dezen verkoop naar het

buitenland lang niet ‘geheel in Iran terugkomt.

iletzelf de geldt voor ‘den uitvoer van visscherij-

preducten ‘der Kaspishe Zee, die in handen berust
van een maatschappij, waarin de Sowjet-Unie een be-
langrijk aandeel ‘bezit.

Al deze maatschappijen gebruiken slechts ‘zooveel
aan Ri’als, als zij noodig ‘hebben voor de variabele
kosten in Iran. Is ‘de opbrengst van den verkoop
hunner producten in ‘dat land niet voldoende om ‘die
variabele ‘kosten te ‘dekken, clan moeten zij een deel

van de in het buitenland ontvangen valuta in Rials
omzetten.

Indirect is het echter wel mogelijk, om tot een con-
clusie te geraken, ‘daar ‘de verdeeling van den in- en

uitvoer in verschillende categorieën bekend is, nl.:

Commercieele invoer …………….605.494,499 Rials
Goud ‘in baren …………………..143.480.553
l)iplomatie en concessionarissen 92.761.298

Totale invoer,,.. 841.736.350 Rials

Corninercieele uitvoer …………….466.125.247 Rials
Uitvoer An,glo-Persian ……………1.336.941.699
Uitvoer visch Kaspiscihe Zee ………14.190.475

rj
o
t
C
I
e
uitvoer

1.817.257,421.RiaIs

De invoer der ‘diplomatieke vertegenwoordigers en
van ‘de concessionarissen wordt voor ‘het allergrootste
deel •in ‘buitenlandsche valuta ‘betaald, zonder dat ‘dit
de Iraansche Rials beïnvloedt. De zuiver commer-

cieele in- en uitvoer geeft een passief saldo van
139
millioen Rials te zien. Het feit, ‘dat on’danks dit pas-
sieve saldo de goudvoorrand met ruim
143
millioen
Rials kon stijgen, wijst er indirect wel op, •dat van
de opbrengst der uitgevoerde petroleumproducten ccii

niet onbelangrijk deel in Rials moest worden om-
gezet. Bovendien wordt door cle Anglo Persian een
royalty van
70-80
mili. Rials per Jaar in Ponden
betaald.

Handel met verschillende landen.

Ofschoon ‘de Iraansche handelsbalans in het alge-meen gedurende deze periode als actief mag worden
beschouwd, is de balans met de verschillende landen
sterk varieeren’d.

Iran verkeert nog niet in ‘de positie, dat uit ieder
land evenveel betrokken wordt als dat het daarheen

1)
De gemiddelde koers van den Rials bedroeg in deze
periode:
1
Frausche Franc = 1,06 Rial,
zoodat.
de RiaJ
bijna
f
0.10 was.

25 December 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1133

verkoopt. Dit behoeft ook niet het geval te worden,

omdat het groote verkoopen heeft, naar omliggende
landen, zooais Irac en Turkije, waar het slechts wei-

nig koopt.
De handelsbalans met andere landen zou ‘deihalve

passief kunnen zijn, zonder dat dit nog nadeeligen
invloed ‘op de betalingsbalans van Iran behoeft te

hebben.

handel met verschillende landen in de periode van
22
Juni
1933
tot
21
Juni
1934,
gerangschikt naar
de waarde van den invoer, zonder petroleum
engoud.

Comrnerc. verkeer met
UiO

U. S. S. R ………….
145,2
24,0
90,2
19,3
82,0
13,5 12,5
2,7
64,5
10,7
66,3
14,3
Japan

……………
Duitschland ………..
Groot-Brittannië
1)
63,1 10,4
56,5
12,1

iïritsch-Indië

………
.59,7
9,9
56,6
12,1

Vereenigde Staten …
57,9
9,6
77,2
16,6
Tsjeclio-Slowakije

….
32,4
5,3 1,2
0,25 30,9
5,1
2,0
0,43

Frankrijk …………
19,8
3,3
6,8
1,4
België

……………

9,2
.
1,5
7,0
1,5
Zweden ……………
Irac

……………..
4,5
0,7
34,7
7,5

Turkije

…………..

1

20,2
4,4

‘) Veel waren voor herexport uit Engeland

Nederland voerde volgens de Iraansche statistiek
voor 3,4 m’ilii’oen Rials uit naar Iran, Neclerlandsch-
Indië voor 8,8 millioen Rials. Beide landen namen

practisch niets van Iran af.
Er blijken derhalve ‘diverse Europeesche indus-
trieele landen te zijn, die een sluitende of vrijwel
sluitende handelsbalans met Iran hebben, en, ‘de ‘olie-producten in aanmerking genomen, zelfs een passieve handelsbalans, terwijl daartegenover andere Europee-
sche landen staan, die eveneens ‘belangrijke hoeveel-
heden producten naar Iran verkoopen, zonder daar-
tegenover een evenredige hoeveelheid uit ‘dit land

te betrekken.

Invoer.

De invoer van Iran bestaat voor een zeer’ ‘belang-
rijk gedeelte uit textielgoederen. In de hovenbe-
schouwde periode werden hiervan voor ruim 195 mii-
lioen Rials ingevoerd, waarvan 173 millioen Rials
katoenen garens en weefsels ‘zoodat de texielinvoer
‘bijna / van den totalen invoer uitmaakt. Voegt men
hieraan toe 53 millioen suiker, 34 millioen thee, en

nog ‘verschillende andere levensmiddelen, dan komt
weu tot ccii bedrag van meer dan de ‘helft van den
invoer, -dat voor verbrui ksgoederen werd bestemd.
:Llierin is echter in ‘den laatsten tijd verandering
gekomen, omdat men tracht een eigen textielmndus-

tr.ie op te bouwen, en ‘de binnenlandsohe suiker’pro-
ductie uit te breiden, terwijl ook een eigen olieraffi-
naderij in bedrijf is gesteld, waardoor de invoer
van mine.raalolie (in deze periode voor 17 millioen
Rials) kan komen te vervallen.
Deze activiteit van de Iraansdhe itegeering zal stel-

lig tot gevolg hebben, dat
0
den duur, en wel reeds
in de eerstvolgende jaren, het zwaartepunt van den
invoer in Iran zich gaat vericggen naar de kapitaal-

goederen.
Dit ‘is voor ons land van het grootste belang, omdat
wij, ‘w.at den invoer van verrewegde meeste gebruiks-
goederen betreft, niet tot concurreeren in staat zijn.
De textielgoederen komen buy, voor het belang-
rijkste ‘deel uit de Sovjet-Unie, Japan en Engeland.
Japan voerde in de hier beschouwde peri’ode voor
76,4 millioen Rials textielgoederen in, terwijl de
totale J’apansche invoer 82 millioen Rials bedroeg.
Ook van de geïmporteerde suiker kwam ‘zeer wei-nig uit Nederland en niets uit Nederlan’dsch-Indië.
Bovendien zal bij geljkblijvenden uitvoer door
den verminderden invoer van textielgoederen en sui-
ker de handelsbalans gunstig worden ieïnvl’oed, zoo-

dat de zekerheid der betalingen door Iran gedurende
de eerstvolgende jaren in •dit opzicht wel toenemen

zal, indien niet ‘de industrieele invoer op te groote

‘schaal wordt uitgebreid.
Gezien de groote behoefte van Iran in de naaste
toekomst aan machines, metaal en an’dere industrieele
producten, waaronder wij ‘ook chemisdbe producten

verstaan, is het zeker .de moeite waard, na te gaan,
of Nederland daarvan een deel zal kunnen veroveren,

en zoo ja, op welke wijze.
Gelukkig voor Nederland zal het daarbij niet abso-
luut neodzakeljk zijn, evenveel Iraansche producten

af te nemen als wij naar Iran leveren. Ware .dit wèl

het geval, dan zouden de mogelijkheden voor onzen

export naar dat lan’d er slecht uitzien.

Uitvoer.

Ofschoon Iran verschillende goederen uitvoert, die

voor de Nederlandsche markt van belang zijn, is de
waarde daarvan betrekkelijk gering.

Boven aan de lijst staan tapijten, die voor invoer
in Nederland practisch niet in aanmerking komen.
Wij namen van de 141 millioen aan tapijten in de
beschouwde periode slechts voor 2000 Rials af.
Ook
bij
de tweede post van den export, ruwe ka-
toen, is uitvoer naar Nederland zeer moeilijk, omdat
de Nederlandsehe industrieelen voor den aanvoer van
grondstoffen niet afhankelijk willen ‘zijn van kleine
landen ‘met een speciale soort vezel.
Er blijven dus over versche en gedroogde vruch-
ten, h
uiden
, wol, gommen, opium, bontvellen en nog

eenige kleine artikelen.
Er bestaan echter, vooral [bij den industrieelen

ex

port, die in de allereerste plaats voor ons land van
belang is, wat Iran betreft, wel vooruitzichten, in-
dien door Nederland tot een zekere limiet credieten
bij dien export worden verleend; men zal in dat geval
in Iran niet den eisch van compensatie stllen.
De vraag rijst, of eventueel te verleenen credieten
verantwoord zijn, un.a.i. of men redelijicerwijze op
betaling der schulden gedurende de latere jaren zal
kunnen rekenen.

Gelijk wij reeds in het eerste deel van ons artikel
‘hebben uiteengezet, zijn de vooruitzichten in dit op-
zicht gunstig, omdat de zeer belangrijke invoer ‘van
textielproducten en van suiker geleidelijk zal ver-
minderen, terwijl daarnaast de waarschijnlijkheid
groot is, dat de hoeveelheid ‘geëxporteerde oliepro-

ducten in de toekomst zal stijgen.
Indien wij niet in een crisisperiode verkeerden,
waarin de wereld zulke onaangename ervaringen ‘heeft
opgedaan met verstrekte cred.i’eten, dan zou Iran
ongetwijfeld als een land gelden, waaraan zon’der ah-normaal risico credieten kunnen worden verstrekt.
De middelen ter vergrooting van onze industrieele exporten naar Iran zijn derhalve tweeërlei.

In de eerste plaats moet worden getracht, een
zoo groot mogelijke hoeveelheid Iraan’sche producten
in ons lan’d in te ‘voeren, voor zooverre de prijzen
zulks toelaten. In dit opzicht is het een gunstig
teeken, dat de St’oomvnartmaatschappij Nederland
thans -de kwestie bestudeert, of geregelde verbin.ding tussohen de ‘havens aan de Perzische Golf en tusschen
Nederland en Nederlan’dsch-Indië
mogelijk
is. Een

dergelijke regelmatige scheepsverbinding, die thans ten eenenmale ontbreekt (exportgoederen voor Iran
moeten nu steeds in Antwerpen ‘of in Hamburg wor-
den ingeladen) zal natuurlijk de mogelijkheid van
wederzijdschen handel sterk bevorderen.
Daarnaast echter
blijft
de kwestie van exportcre-
dieten voor Iran zeer urgent. Hierbij behoeven wij
niet te vreezen voor concurrentie van Duitsche zijde,
omdat Duitschland op ‘het moment in het geheel geen
buitenlandsche credieten kan toestaan.
Industrieele export, ‘die op crediet plaats vin’dt,
heeft minder te lijden van de internationale concur-

-‘ 1134

..

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

rentie en van de lage prijzen, die soms door diverse
concurrenten worden verlangd.

Het zijn geen reusachtige bedragen, waarom het

hier gaat. In de boven beschouwde periode bedroeg de totale in’dustrieele import van Iran, waarbij con-

currentie uit Nederland misschien mogelijk was, rond

12 tot 14 millioen Gulden. Het ‘spreekt ‘vanzelf, dat
het nooit gelukken zal om dien geheelen invoer voor
Nederland te veroveren. De kwestie gaat hier ‘om éen

industriee.len uitvoer vanuit Nederland naar Iran

van eenige millioenen. Guldens per jaar, dus mis-
schien een vertienvoudiging van ‘den export gedu-

rende ‘de periode, clie in •de laatste statistiek tot
uiting komt.

Juist echter omdat het niet om zulke groote be-

dragen gaat, en omdat het risico, ‘dat de ‘hesteller, die
‘de credieten ontvangt, niet aan zijn verplichtingen
ZOU
voldoen, voor Iran en verschille:n:de andere landen
niet groo

ter hoeft te wor’den geacht clan het normale

credietrisico, zouden exportcredieten hier zeer wel mo-
gelijk zijn, terwijl voor onze Nederiandsehe zware in-
dustrie de uitvoer ter waarde van misschien èenige mil-
lioenen Guldens per jaar van zeer groote heteekenis is.

Wij zijn er van overtuigd, dat er nog vele andere
landen bestaan, welke zich thans in een stadium van

economische ontwikkeling bevinden, waar ‘de verhou-
dingen van den invoer, en van het aandeel, dat Ne-
derland in dien invoer heeft, ongeveer dezelfde zijn of nog ongunstiger
,
voor ons land ‘dan in Tran het
geva.l is.

Indien wij ons van dit alles goed rekenschap geven,

dan zouden ‘de perspectieven ‘voor onzen iridustrieelen’

export niet onbelangrijk verbeterd kunnen worden,

vooral indien ‘men zijn pogingen instelt op ‘die lan-

den, waar ‘deze met de bovengenoemde middelen een
belangrijke kans ‘op succes ‘hebben.
Men kan ‘daarbij een zeker risico nooit ontgaan, en
wij
zijn er van overtuigd, dat de analyse van de

situatie in vele an’dere landen hetzelfde zal toonen

als hetgeen Iran vertoont, namelijk, dat •het crediet-
risico er geenszins buitensporig ‘hoog moet worden
geacht.

Dr. V. KassiN.

HET ZWITSERSCHE HOTELPLAN.

Wct de soheepvaart is voor Nederland, is de vreem-
delingenin’dustrie voor Zwitserland. Het is een van
de economische pijlers van ‘dat land, ‘hetgeen welis-

waar niet blijkt uit ‘de goederenbeweging, maar
evenals de scheepvaart hij ons – uit de ‘betalings-
balans. In 1929 bedroegen de inkomsten uit ‘het
vreem’delingenverkeer in Zwitserland ongeveer Frs. 600
millioen, in ‘de laatste jaren ongeveer ]frs. 200 mil-
lioen
i)
(de procentueele ‘daling was dus even groot als
bij ‘de ‘inkomsten uit onze scheepvaart, die van
f
196
millioen in 1929 ‘daalden tot
f
66 millioen in 1933).

De moeilijke positie voor ‘het Zwitsersche hotel’be-
drijf vloeit voort uit de ‘groote schulden, die ‘hierop•

rusten. De in dit ‘bedrijf ‘geïnvesteerde bedragen (ge-
bouwen, grond, inventaris) worden geschat op Frs. 2

milliard. Hierop rust een schuld van Frs. 1.4 mil-
hard, de jaarlijksdhe schul’den’dienst ‘bedraagt Frs. 70
– 80 millioen. Bedenkt men, dat in 1934 ongeveer
Frs. 10 millioen overschot voor rentebetalïn’g werd
verkregen, ‘dan begrijpt men onder welke financieele
moeilijkheden de Zwitsersehe ‘hotelindustrie gebukt
gaat. }

Tot Voor kort hebben de Zwitsersche ‘hotels weinig’
rekeuig gehouden met de veranderingen, die zieh’
door ‘de verminderde koopkracht in de wereld in het
intenationale toeristenverkeer voltrokken. De starre

‘y De gegevens betreffende de ‘inkomsten uit het vreem-
del’ingenverkeer zijn ontleend aan ,,Wirtsohaftsdienst” van
13 Dec.
jI.
en inoetei.i op schattingen berusten, daar Zwit-
serla,nd geen ofti cieele betalingsbalans pubi iceert.
) 1)e ‘genoemde cijfers zijn ontleend aan een artikel in
de Frankfurter Zeitung van
1
Sept. 1934.

prijspolitiek leidde er toe, ‘dat !bijv. in de laatste jaren
in ‘het winterseizoen in de wintersportpiaatsen slechts
25 pot. van ‘het aantal ‘bedden bezet was. Van ‘deze
conservatieve prijspolitiek heeft in de eerste plaats
Oostenrijk geprofiteerd i) (mede als gevolg van een

zeer krachtige propaganda), vooral wanneer men bij

analyseering van ‘cle Oostenrijksche vreemdelingensta tistiek rekening ‘houdt met het wegblijven van ‘de Duit-

sche gasten. Wat het wintertoerisme betreft,. trok
Oostenrijk, afgezien van ‘de ‘lage ‘hotelprijzen, veel
vreemdelingen door de goede organisatie van het ski-
onderwijs, ‘dat dear onder staatstoezicht staat.

Op ‘dit laatste ‘gebied heeft Zwitserland reeds in
1934 Oostenrijk gevolgd. Ook in Zwitserland is ‘het
klassikale onderwijs in skiën in ‘de wintersportplaat-

sen ingevoerd. En thans ‘heeft Zwitserland door het
hotelplan, ‘dat dezen zomer in werking trad, zich ook

op het andere gebied ‘bij Oostenrijk aan’gejast. Hier-

‘door is in ‘dit centrum (Duitso’hland, Oostenrijk, Zwit-
serland) een concurrentiestrijd op het gebied van het

internationale vreemdelingenverkeer onthranrl, die ‘buitengewoon be’langwekkend is, temeer omdat in

Zwitserland zelf het ‘hotelplan reeds een polemiek in
‘de pers ‘heeft ontketend, die door voor- en tegenstan-
ders zeer op ‘de spits is gedreven.

Het ‘hotelplan, waarvan Duttweiler de geestelijke vader is, ‘beoogt de toepassing van het principe van

daling van de ‘kosten per eenheid ‘door vermeerdering
van omzet. De Zwitsersohe ‘hotelindustrje werkt im-

mers met grbote vaste kosten (rente), ‘die betaald

moeten worden of er veel of weinig gasten zijn. De

Zwitsersohe hotels wilden ‘de prijzen niet voldoende
verlagen, omdat zij vreesden, dat ‘de ‘daaruit voort-

vloeiende derving van inkomsten niet zou worden ge-

compenseerd ‘door een toeneming van het aantal gas-
ten. Dit vraagstuk is inderdaad zeer ingewikkeld, om-
dat ‘hiermede ‘de elasticiteit van de vraag nauw ver-
band ‘houdt. Uit de statis’tieken van ‘het internationale

vreemdelingenverkeer is o.i. af te leiden, dat ‘de
elasticiteit van ‘de’ vraag op toeristisch ‘gebied aan
den hoogen kant is,

Hoe ‘dit ook zij, een feit is het, dat de ‘groote hotels
tegenover het ‘hotelplan over het algemeen vijandig
ston’den, ‘de kleinere hotels ondersteunden ‘het. Intus-

sehen zijn de prijzen van ‘de bij het hotelplan aange-
sloten ‘hotels teruggebracht tot het ,,internationale”

niveau. Opmerkelijk ‘is ‘bovendien, dat de Schweizeri-sche I:T.otelier-Verein, ‘de tegenstander van de Hotel-
Plan-Genosseuschaft, ook niet meer volledig aan de
conservatieve prijspolitiek vasthoudt. Ook ‘daar is men
tot een vrij aanzienlijke prijsverlaging overgegaan en
heeft men tevens reeds an’dere methoden voor he’t aan-

trekken van vreemdelingen (extra-treinen, enz.) inge-
voerd.

Bij de ‘beschouwing van dezen toeristischen tarief-
strijd ‘in Zwitserland kan men toch niet een gevoel
van verwondering onderdrukken, dat dit land zich
eerst thans ‘hij het ,,i nterna’tionale” niveau gaat aan-
sluiteh. Verleden jaar hebben wij reeds op ‘grond van
‘de statistiek op ‘de gevolgen van ‘de hooge hotelprjzen
in Zwitserland gewezen. )
T
e
li
svaar
henft een be-
paalde groep van ‘hotels het vorige jaar getracht

door ‘het invoeren van een toeristenfranc (vaste koers tusso’heij Franc en Pond) ‘het ‘hezoe’k uit Engeland te
stimuleeren, ‘doch dit ‘heeft schijnbaar ‘geen voldoende
resultaten opgeleverd. Hoewel de conservatieve prijs-
politiek van ‘de Zwitsersche hotels nauw samenhangt
met ‘de ‘groote renteaste,i en daarom zeer ingewikkeld
is, zal het schuldenvraagstuk niettemin zoowel hij ge-
ringe ‘bezetting en hooge prijzen als ‘bij ‘groote Ibezet
ting en lage prijzen in den een of anderen vorm moe-
ten worden opgelost.

Overigens is ‘het principe van ‘het hotelplan op ‘toe-
ristisch gebied reeds eerder in ons land toegepast. De

1) lii
zijn rectorale rede ,,Oucle Waarheden”
(1931) heeft
Prof. Dr. N. J. Polak zoo terecht op dc gevaren van een
kunstmatig hoog p ‘ijsniveau gewezen.
) ,,Toerisinc cii prijsniveau” in E.-S.13. van 15 Aug.
1934.

25 December 1935

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1135

toeristenre i zen van onze scheepvaartniaatsohappijefl
zijn immers ook gebaseerd op lage prijzen met grooten

omzet. Wat dit betreft, kan men gerust
zeggen,
dat de

Nederlandsche reederijen zich vlugger aan de gewij-
zigde toestanden hebben aangepast dan ‘de Zwitsersche

hoteliers. Doch dan ‘hedenke men tevens, dat men in

ons land
op dit gebied
er van overtuigd is, dat een
groot deel van de in de scheepvaart geïnvesteerde

kapitalen verloren ‘zijn
1)
en ‘daaruit ook ‘de conse-

quenties ‘heeft getrokken. Prijshandhaving met het
doel om het kapitaal een vergoeding te geven, die
economisch niet meer bestaat, beteekent een groot

nadeel voor een dergelijk bedrijf. Dit hebben ‘de feiten
van de laatste jaren voldoende ‘bewezen. Oude waar-
heden, die men een tijdlang kan negeeren, maar ten-

slotte toch als juist moet eikennen. v. d. V.

) Vooral omdat cle concurrentie op dit gebied veel scher-
per naar voren treedt dan bij een hoteliiidustrie, die aan
een bepaalde plaats is gebonden. In Zwitserland is boven-
dien door •de vergunning, welke voor het bouwen en uit-
breiden van hotels noodig is en welke practisch op een
bouwverbod neerkomt, de concurrentie van nieuwe goed-
koope hotels uitgeschakeld.

AANTEEKENINGEN.

Sterke ontwikkeling van de goudproductie in

Rusland.

Het bericht, ‘dat vertegenwoordigers van de Rus-
sische goudindustrie zich ‘begin van ‘het volgend jaar
naar Zuid-Afrika zullen begeven om de veibeterde
methoden van ‘gouclwinning te bestudeeren, verdient

meer dan ‘gewone belangstelling.
Gedurende het laatste decennium zijn er geen ge-
geve.ns ‘betreffende de Russische goudproductie be-

kend geworden. Men bleef er in Rusland zeer geheim-
zinnig mede. Wel kan men iets afleiden uit de ge-
geveiis van de Russische Staatsbank, waaruit bleek,
dat Rusland tot ‘de 10 grootste goudbezittende mach-ten ging ‘behooren. Daar niemand goud naar Moskou gaat zenden voor belegging of uit veiligheidsoverwe-
gingen, moest de productie wel zeer belangrijk zijn
geworden. De centrale bank van Rusland had dezen
zomer reeds een goudbezit van $ 800 millioen, een be-
d rag, dat alleen door ‘de Ver. Staten, Frankrijk en
Engeland wordt overtroffen.
In het voorjaar werd bekend, ‘dat Rusland in 1934
meer goud had geproduceerd ‘dan de Ver. Staten of Canada en dat het daarmede de tweede plaats in de
wereld ‘had veroverd. De ontwikkeling van de goud-productie in de laatste jaren was buitengewoon sterk
geweest. In 1928 bedroeg de productie van goud $ 31
•millioeu, in 1933 reeds $ 93 millioen en in 1934 $ 150
millioen; de productie voor 1935 wordt op $ 225 mii-
lioen geschat.
1)

De verwachtingen voor een voortzetting van •deze
reusachtige ontwikkeling steunen in ‘de eerste plaats
op ‘de productie .van de laatste jaren en bovendien
op de ontdekking van nieuwe rijke lagen. Serebrovsky,
de leider van ‘de Russische .gou’dtrus’t, schat ‘de pro-
ductie voor 1937 op $ 500 millioen. Indien deze schat-ting werkelijkheid zou worden, zou Rusland daarmede

de eerste igoudproducent van de wereld zijn geworden.
Immers, cle productie van Zuid-Afrika schommelt de
laatste jaren om de $ 400 millioen. Opmerkelijk is, dat Rusland ook op ‘het gebied van de goudproductie cle communistische principes heeft
losgelaten. De pioni ersgedachte werd hersteld, waar-
door ‘het zoeken naar goud ten zeerste werd aange-
moedigd. Einde 1934 werkten er een half millioen

Russen in de goudindustrie, hetzij ‘bij de Goudtrust,
hetzij in kleine coöperatieve groepen.

De sterke stijging van de goudproductie verdient
in meer dan één opzicht de aandacht. Ook al zou Rus-
land er niet in slagen Zuid-Afrika als grootste pro-

J)
Deze en de volgende gegevens zijn ontleend aan een
artikel in
,,To
Day” van de hand van J. F. Chapman.

duent voorbij te streven, dan heeft dit land toch in
enkele jaren een zeer belangrijke positie op dit ‘ge-

bied veroverd. Goud is op ‘het oogenbilk het goed met
de grootste koopkracht en een toenemende gou.dpro

ductie beteekent een toenemende koopkracht van Rus-
land op ‘de wereldmarkt. Daarom kan het feit van een stijgende Russische goudpreductie voor een verbete-

ring van den internationalen handel zeer ‘belangrijk
worden. Nu ook in- Nederland ‘belangstelling bestaat
voor een verbetering van’de handelsbetrekkingen met
Rusland, kan •het van belang zijn zich te realiseeren,
welke mogelijkheden de toenemende goudproductie

voosE. een bevordering van den uitvoer naar Rusland

opent. V.

I)e monetaire tegenstellingen in Duitschiand.

De ‘herhaalde betoogen en waarschuwingen van
lei’dende financieele autoriteiten als Dr. Schacht en

Graaf Schwerin von Krosiqk tegen het gevaar en ‘de

nadeelen van devaluatie voor het Duitsche volk doen

vermoeden, dat,
‘zij
het tot dusver nog voornamelijk

onder ‘de oppervlakte, tusschen voor- en tegenstanders
dezer politiek een belangwekkende strj’d wordt gestre-
den. De tegenstand op dit gebied tegen de Regee-
ringspolitiek vindt zijn oorsprong in den boezem der

nationaal-socialistische partij,
waarshijnljk in ‘deze

gesteund door groote industrieele belangen, zoo merkt
Arthur Feiler op in een artikel in ,,Social Research”. Van ‘dezen strijd is ‘de publicatie van het boek ,,Der
Kampf um den internationalen Handel” van de hand
van Albrecht Forstmann, een prominent vertegen-

voordiger der
partij,
een treffend ‘bewijs.
1)

Forstmann constateert in zijn ‘boek, dat de verbete-
ring van de conjunctuur in Duitschland een ,,pseudo-

conjunctuur” is. Hij gelooft niet in de doelmatigheid van de verschillende kunst’middeleu, die in werking werden gesteld om de ,,Ankurbelung” op de binueu-
landsche markt tot stand te brengen, evenmin als in
‘de uiteindelijke ‘doeltreffendheid van ‘de in dit ver-
band noodi’g geworden maatregelen tot regeling van

‘het handels- en ibetalingsverkeer.
De ‘door middel van laatstgenoemde ‘maatregelen
verkregen stabilisatie van de Mark is slechts een
pseu’do-sta’bilisatie, welke op den ‘duur voor Duitsch-
land een gevaar zal gaan vormen.
Duitsohland’s ‘herstel kan slechts verkregen worden
door een drastische verlaging van den levensstandaard
over de geheele linie ‘door middel van deflatie of
devaluatie. Forstmann verwerpt deflatie als anti-
sociaal en stelt een devaluatie van de Mark voor tot
30 pOt. van de tegenwoordige kunstmatige noteering.
Hiervan wordt o.a. verwacht een herstel van de
koopkrachtpariteit, de mogelijkheid om een op herstel
gerichte credietpolitiek te voeren, verlaging van pro-
‘ductiekosten ‘door verlaging van vaste kosten en ‘her-
– stel van Duitschlan’d’s exportcapaciteit.
In zijn critiek op dit voorstel merkt Feiler op, dat
devaluatie ‘beteekent een ‘herverdeeling van vermogens
en inkomens, die slechts voor ‘debiteuren, en voorna-
melijk den Staat als grootste sohuldenaar, voordeel

oplevert.
Engeland en Amerika zijn tot dusver in staat
ge-
veest ‘deze consequenties te compenseeren door een
gunstige ontwikkeling, gegro.ndvest op hun daarop

gerichte economische politiek.
Duitschland ‘zal daartoe evenwel niet in staat zijn,
omdat het een land is •met een ‘groot tekort aan ge-
makkelijk te realiseeren kapitaal, met een relatief ge-
ringe capaciteit om nieuw kapitaal te vormen, en
omdat het een ‘hoog prijsniveau, relatief lage bonen
eu een relatief geringe koopkracht van de massa vn

het volk heeft.
De leidende financieele autoriteiten beseffen, dat
onder deze omstandigheden devaluatie van ‘de Mark
liet land meer nadeel dan voordeel zou geven. –

1) Uitgegeven bij Haude en Spenersehc Buchhand1un
Max Paschke. (Berlijn 1935;
Prijs R.M. 14.—).

1136

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

En zij zijn er zich voorts van bewust, dat Duitsch-

land het grootste gedeelte van zijn grondstoffen in-
voert, hetgeen bij een sterk gedeprecieerde valuta

met groote kosten gepaard zal gaan, terwijl het een geweldige schuld in buitenlandsche valuta heeft en

een onbetee’kenenden •gou’dvoorraad. Juist deze groote
schuldverplichtingen leiden ertoe, dat ook na cleva-
luatie het betalingsverkeer niet ongeregeld zou kun-

nen worden •gelaten. Trouwens, in den staat van po-

litieke ouaekerheid, waarin Duitschland toch nog
steeds tot op zekere hoogte verkeert, zou in een der-

gelijk geval ook kapitaalvlueht op groote schaal ge-

duht moeten worden. Het grootste bezwaar van
devaluatie in Duitschland zou vermoedelijk echter

nog de sinds de na-oorlogsjaren diep gewortelde angst
voor inflatie zijn.
1)

De groote vraag is nu evemvel volgens Feiler, of
de Rijksregeering een devaluatie, waarvan
zij
•de ge-
volgen zoozeer blijkt te duchten, kan vermijden. De
werkverschaffing en herbewapeniug kosten veel geld
en zullen nog meer geld eisohen. Dit geld moet op de

een of andere manier opgebracht worden door ‘het
Duitshe volk, dat reeds ‘door den oorlog en zijn ge-

volgen zoozeer verarm’d is. De Duitsche regeeriug

hoopt op herstel van de wereldmarktprijzen. Maar tegelijkertijd worden de inflationistische gevolgen
van de buitengewone staatsuitgaven ‘steeds duidelijker
cichVbaar.

De sociale ‘druk groeit. Zal het eind hiervan niet,
ondanks alle tegengestelde verzekeringen, de door de

leidende kringen zoo gevreesde devaluatie moeten zijn?
vraagt Feiler in zijn genoemd artikel.

1)
Tot vrijwel dezelfde conclusies komt Dr. Arud Jessen
in
zijn onlangs verschenen boek ,,Lo’hut sich eine Abwer-
tung”. (Cari lleyrnauns Verlag; Berlijn
1935).

De Britsch-Indische suikerproductie.

0. Ozarnikow geeft in zijn week’berioht het volgen-

de uittreksel van het jaarlijksehe rapport van den
Suikertechnoloog in Britsch-Indië:

Gedurende het seizoen
1933/’34
werden
65
nieuwe
fabrieken ‘opgericht, waardoor het totaal in Britsch-
Indië op
123
gebracht werd, waarvan er 112 in ver-
king waren. De
1934/’35
campagne zag ‘de verrijzing van verdere
19
fabrieken, waardoor het totaal op
142
fabrieken gebracht werd. Onderstaande tabel geeft
gedetailleerde
cijfers
over ‘de campagnes
1933/’34
en
1934/’35;
van de
142
fabrieken hebben er, zooals ‘hier-
onder blijkt, in
1934/’35 130
gewerkt,
6
fabrieken wa-
ren’nog niet ‘gereed, terwijl de andere wegens finan-
cieele of andere moeilijkheden stil lagen:

1934/135

1933/’34
Fabrieken ……………..
130

11
Hoeveelheid gemalen riet . .
6.672.030
tons
5.157.373
tons
suiker ………
578.115

453.965
molasse ……..
233.882

190.384 Opbrengst
van
‘suiker

8.66
pOt.

8.80
pCt. inolasse

3.50

3.68

De volgende tabel geeft de productie van suiker
direct uit riet gedure’de de laatste 10 oogstjaren.
Zooals men ziet, werd in ‘het laatste seizoen ruim
11 millioen ton riet meer geoogst clan in het vorige;
‘door een geringer rendement was echter de opbrengst
van suiker iets kleiner ‘dan verwacht werd. De ‘dis-
tricten, ‘die hiervan oorzaak waren, liggen in ‘het

Aantal
Hoeveelheid
Fabrieken
Genialen Riet
Suiker
Opbrengst
in tons
1925/’26
……23
659.406
52.990
8.03
pOt.
1926/’27
……25
742.368
62.941 8.47

,,
1927/’28
……26
786.476 67.684 8.60
1928/’29
……24
791.361
68.050
8.59
1929/’30
……27
989.776
89.768
9.07
1930/’31
……29
1.317.248
119.859
9.09
1931/
1
32′
……32
1.783.499
158.581
8.89
1932/
1
33
57
3.350.231 290.177
8.66
1933/’34
……112
5.157.373 453.965
8.80
1934/’35
……130
6.672.030
578.115
8.66

Westen der Vereenigde Provincies, terwijl ‘het groot-
ste deel ‘der provincie Punja’b veel scha’de heeft on-

dervonden door slecht weer en insectenplagen. De

schade aan ‘de rietoogsten toegebracht, waardoor de
opbrengst der fabrieken in de Westelijke ‘districten

en in ‘de meeste gedeelten van Punja’b zoo ‘belangrijk

verminderd is, hebben in zekere kringen een vrees

doen rijzen over de toekomst der suikerindustrie in deze provincies. Na nauwkeurige ‘bestudeering van

deze aangelegenheid blijkt echter, dat ‘hiervoor geen
aanleiding bestaat. De ongelijke verdeeling van den
regenval en vorst zijn klirnatlogische onregelmatig-
heden en ‘het is te verwachten, ‘dat ‘deze ‘zich niet vaak

zullen voordoen. De scha’de door Pyrilla en an’dere
plagen en ziekten veroorzaakt was veel ernstiger dan

tot dusver kon ‘worden geconstateerd. De stand van
‘het suikerriet in ‘bovengenoemde ‘districten is dit jaar
echter uitstekend. De
moeilijkheden
van ‘het afgeloo-
pen seizoen hebben ‘de noodzaak om ‘de rietsoort te

verbeteren doen uitkomen en stappen in deze richting
worden dan ook genomen noowel door de fabrieken
als ook door de Regeering.

INGEZONDEN STUKKEN.

WAAROM WORDT DE STORTING DER WINST OP

DE VERMUNTING VAN HET ‘GROVE ZILVER IN HET

INDISCH MUNTFONDS NIET OPGESGHORT?

De Heer
J.
van Ettinger
schrijft
ons:

In ee.n naschrift op mijn onder bovenstaan’den
titel in de E.-S.B. van
27
November jl. geplaatst
artikel maakt Mr. Denijs eeuige opmerkingen, welke
mij aanleiding geven het volgende in ‘het midden te
brengen.

Bij ‘de instelling van de Nederlandsehe cii Ne’de.r-
ian’dsch-In’dische Muntfon’dse.n in,
1912
heeft ‘de be-doeling voorgezeten reserves te stichten tegenover te loopcn risico’s en tegelijkertijd te verhinderen, dat de
R.egeering tot aanmuntingen zou kunnen overgaan ten
noordeele van. ‘de schatkist.
Aan deze beginselen is niet tekort gedaan door de
wet van S Juli
1932
(Nederlan’dsch Staatsbla’d No.
343) tot wijziging van ‘de Indische Muntwet
1912,
waarbij bepaald is, dat ‘de renten van de ‘beleggingen van ‘liet fonds onder de middelen van Nederlan’dsch-
Indië zullen worden opgenomen, zoodra ‘de waarde
van clie beleggingen een ‘bepaalde limiet ‘bereikt heeft.
Immers, uit ‘cle aan die wet voorafgaande nauwkeu-
rige berekeningen is gebleken, dat ‘het Fonds sterk
genoeg was om aan eventueele risico’s het ‘hoofd te
bieden, terwijl liet voordeel, voor ‘het Land voortvloei-
end uit de heschikking over ‘de rente d’er ‘belegde ka-
pitalen, ‘niet van dien aard is, ‘dat de gedachte aan

Artikelen

Rotterdam

15121
Dec.

Sedert

Overeenk.
1935

1Jan.
1935

tijdvak
1934

Amsterdam

15121
Dec.

Sedert

Overeenk,
1935

1Jan.
1935

tijdvak
1934

Totaal

19

1934

27.831
967.859
1.335.029

18.851
32.855
986.710
1.367.884
Tarwe

………………
6.712
237.745
398,175

701
15.468
238.446
413.643
871
26.255
23.597
50
100

26.355
23.597

Roge

……………….

Mais………………
790.212
878.8,69
6.266
124.670 214.623
914.882
1.093.492

Boekweit ……………….

22.879
359,745
374.765
487
32.020
46.035
391.765
420.800
Gerst

……………..
29.
.184

2.116 148.370
116.069

1.660
3.195
150.030
119.264
Haver

……………..
Lijnzaad

……………
3.560 188.953
202.525
7.056
324.353
254.061
493.306
456.586
1.100
46.112
63.014


55
46.112
63.069 Lijnkoek

……………
Tarwemeel

………….
395
20.609
20.790
211
7.105
4.016
27.714 24.806
Andere meelsoorten
.. . .
657
32.905 57.763
170
3.541
7.087
36.446 64.850

25 December
19
la

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1137

aanmun ting uit wi nsthejag ‘bij een ige Regeering ooit

zou kunnen opkomen.
Dat het de ‘bedoeling van de Regeering geweest
is om het oorspronkelijk karakter van ‘het Indisch

Muntfonds te behouden, blijkt uit (Ie ‘behandeling in
den Volksraa’d van het ontwerp van evengenoemde
. ït door sommigen bepleit ‘denkbeeld om de
0
1
)

de aanmuntingen verkregen winsten geheel of ten
dccle ten ‘bate van de Indische :j’j’cl{lelen te doen bren-

gen is door ‘de Regeering krachtig bestreden.
2)
Tens)otte nog ccii e.n ander ‘betreffende de overne-

neinmg in
1034
‘door het Rijk van teekenmunt van

het oucle gehalte. Aan teekenmunt van het lager ge-

halte is ten behoeve van Indië van 1 Januari 1020

tot heden aangemaakt voor een nominale waarde van

f 111.700.000.
Voor de vervaardiging hiervan is ge-
bruik gemaakt van a. ‘teekenmunt, oorspronkelijk ge-

maakt ten behoeve vati Nederlan’dsch-Iudië;
b.
teeken-

munt, oorspronkelijk vervaardigd ten behoeve van

Nederland, en c aangekocht zilver. Nadat in den aan-

vang van
1034
‘de nominale waarde van hier te lande

uit Indië ontvangen, ingetrokken teekeninunt van ‘het

oude gehalte een bedrag van
f 111.700.000
over-

schreed, was, met ‘zekerheid vast te stellen, ‘dat de

boven ‘deze
• greis ontvangen grove zilveren munt van

het hoo’ger ‘gehalte oorspronkelijk ten behoeve van

Nederland was vervaardigd. Met ‘den Minister van
Financiën is ‘daarop overeengekomen ‘dat de hoven

een ‘bedrag van
f
111.700.000 ontvangen teekenmunt

van het oude gehalte tegen de nominale waarde door liet Rijk zou worden overgenomen. 01) deze wijze is

in
1034
aan ‘het Rijk overgegeven
f 20.670.320
aan

rijksdaaidcrs van het oude gehalte, uiteraard tegen ‘cle

nominale
waarde van ‘deze formeel nog niet aan den
omloop onttrokken munt. Van een en ander is door

(ten Minister van Koloniën in ‘de Tweede Kamer me-dedeeling gedaan bij •de behandeling van de Indisdhe

begrooting voor 1935.
2)

:Ien vermunting va:n ‘de ingetrokken teekenmunt
tot grove zilveren munt vati het lager gehalte, zooals
Mr. Denijs zich dit voorstelt, zou leiden tot een noo-
delooze vergrooting van ‘den geldsomloop en daardoor
in strijd komen met de v(ôr den aanvang ‘der om-

inunti ug ‘voor Nederland sch-In’d ië aangenomen ge-
dragslijn om niet dan bij gebleken noodzaak over te

gaan tot uitbreiding van de eirculatie.

‘) Gedrukte Stukken Volksraacl zittingsjaar 1931-1932, onderwerp 128, stukken 4 en 5; liandelingen idem, blad-
zijde 2333, 2334, 2396 en 2307.
2)
,,Voor wat dit naaste doel betreft, dat wil dus zeg-
‘gen, dat er geen toeneming -vam.i schuld zal plaats hebben,
zijn wij niet onfortuinlijk geweest, want ofsehoon wij in

1
.1934
toch een onbelangrijk tekort hadden op den gewonen
,,cl ienst, is cle schuld met ongeveer 4
in
ill ioen verini nclerd.
,,Die toestand is ontstaan ‘door het terugzenden van cle
,,ovcrtollige teekemunumit in ‘s Lands kas in Indië, die voor
de cireulatie niet nicer noodig was, ‘teruggezonden werd
.,naar Nederland cmi die gebruikt is geworden voor de iii-
betaling van schuld aan het Ministerie van Financiën”
t [aridelingen Tweede Kamer, zitting 1934-1935, bladz.
1354).

ONTVANGEN BOEKEN.

Lohnt
sich cme
Abwertung?
‘door Dr. Arn’d Jessen.

(Berlijn 1935; Oarl Hey’manns Verlag. Prijs

R.M.
1.20).
De schrijver ‘geeft zich niet de pretentie ‘het vraagstuk wetenschappelijk te behandelen. Hij wil ‘alleen materiaal
aanvoeren, dat ‘voor een zakelijk en logisch antwoord nood-
zakelijk schijnt. 0p ‘grond van de ervaringen in het bui-
teiilancl en van de verhoudingen in Du itsehland komt hij
tot ccii eenigszins onbevredigende conclusie, wat thans het
beste is voor dit land. Devaluatie is een armzalig middel.
Alles wat een devaluatie aan goeds oplevert, is ook bij een
stabiele valuta te bereiken. Hoe dit thans in Dutschland
verwezenlijkt kan worden, laat de schrijver in het midden.

Compermsatiezalce’n.
Uitgegeven ‘door A’msterd amsche
Bank N.V. en Internationale Bank N.V. (Am-
sterdam ‘z.j.; Drukkerij B. van Mantge’m).

STATISTIEKEN.

BANKDISCONTO’S.

‘ed
DiscWissels.
34
14NOV.’85
Lissabon

•…
Londen ……
5

13 Dec.’84
2

Jun,’82
.rm)
el. Binn.Eff. 4
14Nov.’85
I
B
13k
Vrsch.
in
R.C. 4
14Nov.’85
Madrid ……
5 9
Jnh
’35

Athene ……….
7

14 Oct.’33 N’.-YorkF.R.B.
14
1Feb.’34
Batavia ….
……
4

1 Jnli’35
Oslo

……..
342
2
Me$’83

Belgrado

……..5

1
Febr.
’85
Parijs

……
625
Nov. ’35

Berlijn ……….4 22
Bept.’32
Praag

……
3425
Jan.’38

Boekarest……..4
28Ang.’35
Pretoria

….
34
15Mei’33

Brussel ……….2

16Mei’85.
Rome……..
5 9
Bept.’35

Budapest ……..4
28A.ng.’35
Stöckholm
.. 24
1Dec.’83

Calcutta

……..3

28Nov.’35
Tokio

….
3.65

2
Juli’83

Dantzig

……..5

21Oct.
1
35
Weenen ……
3410 Juli’35

flelsingfors ……4

8 Dec.’84
Warschau….
5
26 Oct.
’33

Kopenhagen

3422Aug.’35
Zwits.Nat.Bk. 24
8Mei’35

OPEN MARKT.

1935
1934 1933
1914

21 16121
91
14
Dec.
2
1
7

ec
D
17/22
18123
2024
Dec. Dec.
Dec.
Dec.
Juli

Amsterdam
216,
18
_
Partic.disc.
31R-116
3-’12
311
4

3
1
116
‘li
;i-‘Ii
3
1
18_lul
Prolong. 3
1
/
3_
1
14
2
3
14-3
2
1
12-3
1.
1
211
4
_81
4

Londen
Daggeld
. . .
1
12_
1

/-i
i/_l
12′ 1
1
13-1
1814.2
Partic.disc.
314.
1
3116
i14..u116
1818
9116lu116
i/

18
Ih/16_h/4
41/
4
_i/
4

Berlijn
Daggeld…
3_114
3.11
4

3
1
18_
3
18
3

18
3
1
12_4
1
14
4114_5112

Maandgeld
3_11
3_
114
314-118
3_ï1
4

33/,_4
4112-6

Part, disc.
3
3 3
3
3112
318
2118_117
Warenw.
.
4
1
h
4_
1
14
4_114
4.11
4

4_11
4

4..1/

New York
Dagijeld
9
3/
31
4

3/
4

3
4

1 1
11421,
Partic.disc.
/ii
118
6
/16 6
116
116
71

1)
Koers van 20 Dec. en daaraan voorafgaande weken t/in. Vrijdag

WISSELKOERSEN.
KOERSEN IN NEDERLAND.

D
ata
Nemv
Londen
Berlijn
Parijs
Brussel
Balavia
Y
or
k*)
*)
*)
*)
S)
1)

17 Dec.

1935
1.47% 7.27%
59.36
9.75% 24.91
100

18

,,

1935
1.47%
6

7.26%
59.36 9.76% 24.89
100

19

,,

1935
1.47%
7.28%
59.374 9.74%
24.88
100

20

,,

1935
1.47% 7.27%
59.35 9.74 24.88
100%

21

,,

1935
1.47%
7.27% 59.36 9.72%
24.87
100%

23

,,

1935
1.47%
7.27%
59.321
9.72% 24.86
100%
Laagste d.w’)
1.47% 7.26
59.25
9.72
24.80
100

hoogste d.w’)
1.47%
7.28%
59.424
9.77
24.02
100%

M.untpariteit
2.4878
12.1071
59.263
9.747
34.592
100

Data
sfrland
Weenen
Praag
Bo:ka-
Milaan
Madrid

17 Dec.

1935
47.90

6.14
1.15

20.224

18

,,

1935
47.94

6.13

1.15

20.23

19

1935
47.88

6.13
1.15

20.19

20

1935
47.91

6.13
1.15

20.184

21

1935
47.87

6.13
1.15
– –
23

1935
47.90

6.13
1.15

20.16

Laagste d.w’)
47.82%

6.10
1.10

20.074

Ff.ogste d.w’)
48.-
27.75
6.15 1.20

20.274

Muntpariteit
48.003
35.007
7.3711.488
13.0941
48.52
D ata
Stock-
holm
5)
hagen5)
Kopen-
*
slo

)
Hel-
Buenos-
Aires
1)
Man-
(real’)

17
Dec.

1935
37.50
32.55
36.60
3.20
40%
1.46%

18

1935
37.45
32.50
36.55 3.20
40%
1.46%

io

:’.

1935
37.65 32.55
36.60 3.20
40%
1.46%

20

.

15
37.524 32.474
36.574
3.20
40%
1.46%

21

1035
37.55
32.50 36.60 3.20
40%
1.46%

23

,

1935
37.524 32.50
36.574
3.20
40%
1.46%

Laagste d.W
1
)
37.35 32.35
36.40 3.174
39%
1.45

hoogste d,.w’)
37.70
32.65
36.70 3.224
41 1.47
1luntpariteit
66.671
66.671
66.6711
6.266
95%
2.4878

0) Noteering te Amsterdam.
5*)
Not, te Rotterdam. 1) Part. opgave.
In ‘t hete of 2de No.
van
iedere maand komt een overzicht
‘(>or van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen.

KOERSEN TE NEW YORK. (Cable).

Da a
Londen
($
per
£)
Parijs
($
p.
lOOfr.)
Berlijn
($ p. 100 Mk.)
Amsterdam
1$ p. 100
gld.)

17 Dec.

19351
4,92%
6,62%
40,25 67,86

18

1935
4,92%
6,63
40,27
67,86

19

1935
4,93
6,59%
40,23%
67,74%
20

1935
4,93
6,59%
40,22%
67,75
21

1935
4,93%
6,58% 40,22
67,73
23

1935
4,92% 6,58% 40,19
67,77%

24 Dec.

1934
4,86
3,90%
23,81%
40%
Muntpariteit..
4,86
3,90%
23.81%
40%

STATTSTTS(1-I nVFRZIeH

GRANEN EN ZADEN

.
TTJINBOTJWARTIKELEN
VLEESCH

TARWE
80 kg La
ROGGE
MAIS
GERST

LIJNZAAD
WITTE
KOOL
1 1

UIEN
ROODE
KOOL
RUND-
VARKENS-

Plata
loco
kg
Bahia
Blanca
loco
La Plata
loco
Z.ihe
La Plata
le kwal.
1

gewoon
ie kwal
VLEESCH VLEESCH

Rotterdam(
Amsterdam
R’damfA’dam
R’damlA’dam
loco Rotter-
damjA’dam
loco
R’dam

m
jA’da
1-5 pond
per 100
kg
1

per 100 kg
Broek op
1-5 pond
per lOO kg
(versch)
per 100 kg
(versch)
per 100 kg
per 100 kg.
per lOO kg.
per
2000 kg.
per
000
kg.
per 1960 kg.
Broek op
Langendijk
Langendijk
Broekop
Rotterdam Rotterdam
4)
Lange
f1.
°Io
f1. o/
o

11.
0
10

ii:

-;-

fl.

_ff_


Ir
%
fl
.

0
10


ir
01
0

.
01,
1925
17,20
100,0
13,075
100,0
231,50
100,0
236,00
100,0
462,50
100,0


1926
15,90
92,4
11,75
89,9
174,25
75,3
196,75
83,4
360,50
77,9


1927

14,75

85,8.
12,47
5

95,4
176,00
76,0

237,00

100,4
362,50 78,4

1928
13,475
78,3
13,15 100,6
226,00
97,7
228,50
96,8
363,00 78,5
4,55
100,0

1
325
100,0
17,23
100,0
93,-
100,-
77,50
100,-
1929
12,25
71,2
10,87
6

83,2 204,00
88,1
179,75
76,2 419,25
90,6
7,38
162,4
11,78
88,9
9,10
52,8
96,40
103,7
93,12
5

120,2
1930
.

1931
9,67
5

56,3
6,22
5

47,6
136,75
59,1
111,75
47,4
356,00
77,0
2,05
45,1
2,14
16,2
5,77
33,2
108,-
116,1
72,90
94,1
5,55
32,3
4,55
34,8
84,50
36,5
107,25
45,4
187,00
40,4
3,06
67,3
1,94 14,6
6,96
40,4
88,-
94,6
48,-
61,9
.

1932
1933
5,22
5

30,4 4,62
5

35,4
77,25 33,4
100,75
42,7
137,00
29,6
1.49
32,8
8,07
60.9
1,84
10,7
61

65,6
37,50
48,4
5,02
5

29,2 3,55 27,2
68,50
29,6
70,00
30,0
148,00
32,0
0,82
18,0
2,30
17,4
2,60
15,1
52-
55,9
49,50
63,9
1934
3,67
5

21,4
3,325
25,4
70,75
30,6
75,75
32,1
142,50
30,8
3,23
71,0
189
14,3
3,04
17,6
61,50
66,1
46,65
60,2

Jan.

1934
4,75
27,6
3,10
23,7
65,25 28,2
58,00
24,6
144,25
31,2 3,65
80,2
2,30
17,4
3.08
17,9
62,50
67,2
53,75
69,4
Febr
.

.,,
3,40
19,8
2,77 21,2
65,25
28,2
58,50
24,8
133,00
28,8 3,97
87,3
1,63
12,3
3,12
18,1
63,-
67,7
53,50
69,0
Maart

,,
3,25
18,9
2,725
20,8
70,75
30,6
58,75
24,9
132,00
28,5
5,99
131,6 1,23
9,3 4,24
24,6
61,75
66,4
50,50
65,2
rit

,,
AMei
3,20
18,6
2,70
20,7
70,50
30,5 56,75 24,0
136,50
29,5
63,50
68,3
49,125
63,4

Juni

:
3,32
5

19,2
2,876 21,9
62,00 26,8
63,00
26,7
154,50
33,4


– –

———————
———————–


_
65,75
70,7
47,50
61,3
3,676
21,4
3,175
24,3
65,00
28,1
74,75 31,7
156,50
33,8
–•

———————

63,25
68,0
43,75
56,5
Juli
3,80
22,1
3,30
25,3
71,50
30,9
78,75 33,4
151,25
32,7
63,-
67,7
44,62
5

57,6
Aug.

.
4,37
25,4
4,275
32,7
83,25
36,0
93,50
39,6
159,25
34,4






63,95
68,8
43,30
55,9
Sept.

,,
4.-
23,3 4,15
31,7
77,25
33,4
93,25
39,5
145,50
31,5
63,55 68,3
42,62
5

55,0
Oct.

,,
3,50
20,3
3,70 28,3
69,50
30,0
93,50
39,6
135,25 60,70 65,3
42,
1
2
54,4
Nov.


3,50
20,3
3,45
26,4
71,25
30,8
89,25
37,8
127,75
1,28
28,1
2,25
17,0


53,75
57,8 44,50
57,4
Dec.

,,
3,45
20,1

.
3,55 27,2
76,25
32,9
91,00
38,6
134,00
29,0
1,26
27,7 2,03
15,3
1,73
10,0
53,15
57,2
44,65
57,6

Jan
,

1935
3,30.
19,2
3,525
27,0 74,25
32,1
89,25
37,8
137,25
29,7

1,13

24,8 2,59
19,5
2,89
16,8
53,62
5

57,7
45,62′
58,9
Febr.
3,20
18,6
3,375 25,8
68,00
29,4 71,25
30,2
124,25
26,9
0:91
20,0
2,14










16,2
4,26
24,7
51,90
55,8 47,55 61,4
Maart
3,20
18,6
3,07
5

23,5
67,75
29,3
64,00
27,1
120,50
.
26,1
0,88
19,3
2,92

——




22,0 7,69 44,6
51,40
55,3 51,20
66,1
.

April


4,07
5

23,7
2,95


22,6
70,75 30,6
66,75
28,0
125,00
27,0

27,6 –

—-


—–

51,925
55,8
50,25
64,8
Mei


4,05
23,5 2,90
22,2
5990
25,9 67,25
28,5
125,50
27,1

29,2 –








50,80
54,6 48,50
62,6
Juni
4.0223,4
2,90
22,2
57,50

24,8
75,00
31,8

124,25
26,9
48,-
51,6
46,
1
2
59,5
Juli

3,92
8

22,8 2,55
19,5
54,50
23,5 66,75
28,3
124,50
26,9
48,-
51,6

47,376

61,1

Aug.

.,
4,25
24,7
2,625
20,1
55,25
23,9
64,50
27,3
132,25
28,6











44,80
48,2
52,55
678
Sept.

,,
4,75 27,6
3,-
22,9
55,75
24,1
64,50 27,3
139,50.
30,2









—-




—-







43,375
46,6
56,62
5

73,1
Oct.
495
28,8
3,35 25,6
57,75
24,9 64,75
27,4 142,75
30,9 46,075
49,5
64,62
5

34
Nov
.
.
4,65
27,0 3,20
21,5
55,00
23,8
59,75 25,3
137,75
29,8
3,83
84,2
2,65



—-





—-

20,0
42,75
46,0
5685
73,4
2 Dec
.
4,65
27,9

3,25
24,9
56,00
24,2
60,00
25,4
139,00
30,1
3.80
83,5
2,57



—-





—-




—-



—-

19,4
5.63 38,0

44,-t
47,3 53,….5
68,4
9

,,

.
4,80
27,9
3,15
24,1
55,00
23,8
58,50 24,8
136,50
29,5
4,05
89,0
2,60V



—-



—-

19.6
6,38 37,0
44-6
47,3
52,50
6

67,7
16

5,40 32,0
3,35
25,6
57,00
24,6 59,00 .25,0
148,00
32,1
46,-
49,5
52,50
7
.
67,7
3

,,
5,40 32,0 3,60
27,5
55,50
25,3
63,00
267
154,00
33,3
1)
Men zie voor
de toelichting op dezen
staat
de nos.
van
8, 15Aug.
1928,
25
Febr.
1931
en 15
Febr. 1933.
) Tot Jan.
1931
Hard
Winter
No.2.
van Jan. 1931
to
16 Dec. 1929
tot 26 Mei
1930
7415
kg Hongaarsche
vanaf
26 Mei
1930
tot 23 Mei
1932 74
kg Zuid-Russische
van 23
Mei 1932
tot 2 Oct.
1933
No. 2
Canada.
4)
Tol Canida
Van 19 Sept.
’32 tot 24
Juli ’33
62
1
63 kg
Z.-Russ. van 24 Juli
’33-7
Oct.
’35 64
1
65
kg La Plata.
5)
7
Dec.

6)
14 Dec.
7)
21
Dec.
8)
5D
ec
.
9)
12 Dec.
10)
19
Dec.
fl)

6 Dec.
12
)
13 EPec

MINERALEN

TEXTIELGOEDEREN

,
DIVERSEN

.

,

.
S
STEENKOLEN
Westfaalsche!
PETROLEUM

BENZINE
KATOEN WOL
.
WOL
gekamde
KOE-
.
KALK-t
Hollandsche
Mid. Contin.
Crude
Gulf exp. gekamde
Australische, Australische,
HUIDEN
SALPETER.
Middling
locoprijzen
F. 0. F.
Sakella

.
bunkerkolen,
ongezeefd f.o.b.
tfm 33.9°
64166°
$cts. per
Merino, 64’s
Av.
CrossbredColo-
nial Carded,
Gaaf, open kop
GId. per
100 kg
R’dam/A’dam
1000 kg.
per
Bé s. g.
per barrel
U.S. gallon
New-York
ride
7
óF~~N

Liverpol

loco Bradford
per Ib. 50’s Av. loco
57-61 pnd.
netto
,
per Ib.
Bradford per Ib.


iT



T


•ï

.


8
ets.
01
0

pence
Ol
o

pence
°Io
pence
,
pence
1E
‘fl.
1925
10,80 100,0
1.68 100,0 14,86
100,-
23,25
100,0
29,27
100,-
9,35

100
,-
55,00
100,0
29,50
100,0
34,70
100,0
12,-
tOGO
1926
17,90
165,7
1.89
112,5
13,65
91,9
17,55

75,5
16,24
55,5
6,30
67,4
47,25
85,9
24,75
83,9 28,46
82,0
11′,61
OG8
.

1927
11,25 104,2
1.30
77,4
14,86
100,-
17,50
75,3
16,78
57,3
7,27
77.8
48,50
88,2
26,50
89,8
40,43
116,5 11,48
97
:

1928
10,10
93,5
1.20
71,4

9,98
67,2 20,00 86,0
19,21
65,6
7,51
80,4
51,50
93,6 30,50
103,4
47,58
137,1
11,48
97
1929
11,40 105,6
1.23
73,2
10,-
67,3
19,15
82,4
17.05
58,2 6,59
70,5
39,-
70,9
25,25
85,6 32,25
92,9
10,60
813
1930 11,35
105,1
1.12
66,7
8,77
59,0
13,55
58,3
12,-
41,0
3,92
41,9
26,75 48,6
16,25
55,1
25,36
73,1
9,84
80
1931
.

1932
10,05
93,1
0.58
34,5
5,04
33,9
8,60
37,0 7,33
25,0
3,08
33,0
21,50
39,1 12,00
40,7
18,65
53,7
8,61
78
8,00
74,1
0.81
48,2
4,50 30,3
6,45
27,7
5,21 17,8
311
33,3
16,00
29,1
8,50
28,8
11,15
32,1
6,15
53
.

1933
7,00
.
64,8
0.45
26,8
3,61
24,3 6,75
.
293
5,13
17,5
2,78
29,7
19,25
35,0
9,50 32,2
13,26
38,2
6,18
55
1934
6,20 57,4
0.63
37,5
2,88
19,4
7,35,.
31,6
5,32
18,2
2,68
28,7
19,25
35,0
10,25
34,7
12,07
34,8
6,11
519

Jan.

1933
7,05
65,3 0.53
31,5
4,16
28,0
6,15.
26,5
5,13
17,5
2,95
31,6
15,75
28,6
8,25
28,0
11,50
33,1
6,30
56
Febr
.

.,,
7,20 66,7 0.38
22,6
3,97 26,7
6,10
26,2
4,98
17,0
2,78
29,7
15,50
28,2
8,25
28,0
10,38
29,9 6,40
,

53
Maart

,,
7,25
67,1
0.38
22,6
3,87
26,1
6,40

.
27,5
4,97
17,0
2,77 29,6
15,25
27,7
7,75
26,3
10,75
31,0 6,40
53
April
7,25
67,1
.0.37
22,0
3,67
24,7
6,65
28,6
5,18
17,7
2,68
28,7
15,75
28,6
7,75
.

26,3
11,25
32,4
6,40
53
‘ Mei

7,15
66,2
0.23
5

14,0
2,95
19,9
7,30
31,4
5,60
.
19,1
3,07 32,8
17,00
30.9
8,25
28,0
12,25
35,3
‘6,40
53
Juni
7,15
66,2
0.25
5

15,2
3,02
20,3 7,85

.
33,8 5,85 20,0
3,25
34,8
18,50
33,6
9,00
30,5
15,75
45,4
6,40
533
Juli

7,05
65,3
0.41
24,4
3,33
22,4 7,60
32,7
5,76
19,7
3,20
34,2 20,75
37,7 9,75
33,1
16,-
46,1
6,40
53,1
Aug.
6,95
64,4
0.37
22,0
3,37 22,7
6,90
29,7
5,39
18,4
2,91
31,1
20.75
37,7 9,75
33,1
14,75
42,5
5,80
48,1
Sept.
6,85 63,4
0.52
31,0 3,50 23,6
6,60
28,4
4,70
16,1
2,54 27,2
21,50
39,1
10,50
.

35,6
15,13
44,1
5,85
48,3
Oct.


6,60
61,1
0.66
39,3
4,04 27,2 6,40 27,5
4,55
15,5
2,48 26,5
20,75
37,7
10,75
36,4
14,50
41,8
5,90
49

1
Nov.

6,75 62,5
0.66
39,3 3,72
25,0
6,25
26,9
4,63
,

15,8
2,39
25,6 23,75
43,2
12,00
40,7
13,38
38,6

5,95
49,6
Dec.

,,
6,95
64,4
0.67
39,9
3,75
25,2
6,50

,.
28,0 4,89
16,7
2,38
25,5
25,00
45,5
13,25
44,9
13,50
38,9
6,-
50,0

Jan.

1934
6,65
61,6
0.66
39,3
3,74 25,2
7,10,
30,5
5,47
18,7
2,59
27,7
27,00
49,1
14,75
50,0
13,-
37,5 6,15
51-3
Febr.

6,30 58,3
0.64
38,1
3,25
21,9
7,50
32,3
5,64
19,3
2,68
28,7
23,75
43,2
12,75
43,2
13,-
37,5 6,20
51
Maart

,,
,

6,25
57,9
0.63
37,5
3,05
20,5
7,40
31,8
5,50
18,8
2,76
29,5
23,25
42,3
11,75
39,8
12,50
36,0 6,25
52
1
April

6,30
58,3
0.62
36,9
2,795
18,8
6,95
29,9 5,37
18,3
2,50
26,7
23,00
41,8
11,50
39,0
12,-
34,6 6,30
52
Mei

6,25 57,9
0.62
36,9
2,88
19,4
6,80

.
29,2 5,20
17,8
2,48
26,5
21,00
382
10,50
35,6
11,88
34,2
6,30
52
,6
6

Juni
6.15
56,9 0.62
36,9
2,83
19,0
7,15
30,8
5,23
17,9
2,77
29,6
19,00
34,5
9,50
32,2
11,50
33,1
6,30
52
Juli
6,15
56,9 0.62
.
36,9
2,68
18,0
7,55
32,5 5,22
17,8
2,83
30,3
.
17,00
30,9
9,00 30,5
11,50 33,1
6,30
52
Aug.

,,
6,15

56,9
0.62
36,9 2,68
18,0
7,85
34,0
5,32
18,2
2,85
30,5
16,00
29,1
‘8,50
28,8
11,75
33,9 5,80
48
Sept.

»
6,00
55,6 0.62 36,9 2,74
18,4
7,70
33,1
5,06
17,3
2,71
29,0
15,00
27,3
8,50
28,8
12,-
34,6
5,85
48
Oct.

,,
6,00 55,6
0.62
36,9
2,60
17,5
7,40
31,8 4,93
16,8
2,57 27,5
15,00
27,3
8,50
28,8
12,50
36,0
.
5,90
49
Nov.

• 6,10
56,5
0.62
36,9 2,53
17,0
7,40
31,8 5,42
18,5
2,67 28,6
15,00
27,3
8,75
29,7
12,-
34,6
5,95
49
Dec.

• 6,05
56,0
0.62 36,9 2,76
18,6
7,50
32,3
5,43
18,6
2,77
29,6
14,50
26,4
8,50
28,8
11,25
32,4
6,05
50, 4

Jn.

1935
6,05
56,0
0.625
37,2
2,97
5

20,0 7,55 32,5
5,38
18,4
2,99 32,0
14,75
26,8
8,25
28,0
10,75
31,0
6,15
51,7)
6,05
56,0
0.62
5

37,2
2,75

18,5

7,50
32,3
5,24
17,9
3,-
32,1
14,00
25,5
7,75
26,3
10,50
30,3 6,20
51

ji
Maart

,,
5,90 54,6
0.62
36,9
2,74
18,4
6,80.

29,2 4,85
16,6
2,79
29,8
13,75
25,0
7,50
25,4
10,25
29,5
6,25
5
2
::
April

6,00
55,6
0.63
37,5
2,99
20,1
7,05
30,3
4,89
16,7
2,89
30,9
14,75
26,8
8,00
27,1
10,75
31,0 6,30
52,6
Mei

• 6,05 56.0
0.62
36,9
2,97
5

20,0 7,30

.
31,4
4,96
16,9
3,07
32,8
16,00
29,1
8,50 28,8
11,75
33,9 6,30
521 f.
Juni

6,05 56,0
0.62 36,9
1
3,15
21,2
7,-
30,1
4,82
16,5
2,98 31,9
16,75
30,5
8,50
28,8
12,-
34,6 6,30
52,
juli


6,05
56,0
0.62 36,9
3,11
5

21,0
7,25
31,2 4,82
16,5
3,08 32,9
18,25
33,2
9,00 30,5
11,75
33,9
5,40′
45,
(

Aug.,,
6,15
56,9
0.62 36,9
3,08
20,7
6,80 29,2
4,91 16,8
2,83
30,3
18,25
33,2
9,25 31,4
12,-
34,6
5,40
45,(
Sept.

6,10 56,5
0.62
5

37.2
2,85
19,2
6,40
27,5
4,95
16,9
2,63
28,1
18,25
33,2
8,75 29,7
14,50
41,8
5,50
45,1
Oct.

,,
6,05
56,0
0.62
5

37,2
3,-
20,2
6,70 28,8 5,30
18,1
2,96 31,7
18,50
33,6
8,75
29,7
16,-
46,1
5,55
46,
Nov.,,
6,05
56,0
0.62
36,9
3,17
21,3
7,05
30,3
5,90
20,2
3,16 33,8
18,75
34,1
9,00 30,5

16
,-
46,1
5,60-
46,
2 Dec.

6,10
56,5
0.62
36,9
3,392

22,8
7,20 31,0
6,14
5

21,0
3,20
5

34,2
18,50
8

33,6
8,75
8

29.7
14,25
10
41,1
570.
’47,t
9

,,
6,05
56,0
0.62
36,9
3,393

22,8
7.10
30,5 5,89
6

2°,l
3,16
6

33,8
18,50
9

33,6
8,75
0

29,7
5,70′

Al

6

»

,,
6,05
56,0
0.62
36,9
3,394

1

22,8
6,85 29,5
5,71
7

19,5
3,597
33,0
5,70
47,0
3

,,
6,05
56,0
0.62
36,9
7,10
30,5
1

5,70
47„
15

1)
jaar- en maandgem. afger. op
1
18 pence.
2)7
Dec.
3
)14 Dec.
4
)21 Dec.
5)4
Dec. 6)11 Dec.
7
)18 Dec.
8
)
5 Dec.
9
)12 Dec;
10)
17 Dec.
11)3
Dec.
II)
10 Dec.

NGROOTHANDELSPRIJZEN
1)

.

ZUIVEL EN EIEREN
.
METALEN

BOTER
BOTER

Ea?rer
EIEREN
KOPER
LOOD
TIN
CIeid
GIETERIJ-
ZINK
GOUD
ZILVER
per kg
Leeuwar-
e

ing
Alkmaar
Fabrieks-
Gem. not.
Eiermijn
Standaard
Locoprijzen
Loco rizen Loco rizen

Fondr
IJZER
(Ltc III) p.
Locoprijzen
Londen
cash
Londen
cash
Londen per
derComm.
r•isls
kaas
Roermond
Londen
Lodn
r

ng.

0fl
Lonn

er
ng. ton
No 3 t
0
b
Middlesb
Eng. t.t.o.b. per

per.ounce
Standard
Noteering
Centr
.
kI.
mfmerk

p. 100 st.
per Eng. ton

per Eng ton
Antwerpen
Eng. ton
line
Ounce
per5okg
.

f1.
O(

ii:

f1.
O/
f1.
%
£
O(
£
% £
ole
Sh.
Oj
sh.
Oj
£
0f
sh.
%
pence
Oj
o

1925 2,31
100,0

56,-
100,0
9,18
100,0
62.116
100,0 36.816
100,0
261.171-
100,0 731-
100,0
671-
100,-
36.316
100,-
8516

100,-
32
1
/
100,0
1926

1,98
85,7

43,15
77,1
8,15 88,8
58.11-
93,5
31.116
85,3
290.1716
111,1

866
118,5
6818
102,5
34.216
94,3
851-
99,5
28″116
89,3
1927 2,03
87,9

43,30 77,3
7,96
86,7
55.141-
89,7
24.41- 66,4
290.41-
110,8
731-

100,0
6416
96,3
28.101- 78,8
851-
99,5
26
3
1
83,3
1928

2,11
91,3

48,05
85,8 7,90
87,0 63.161-
102,8
21.11- 57,8 227.51-
86,8
661-
90,4
6218
93,5
25.516
69,9
851-
99,5
261116

81,1
.
1929 2,05
88,7

45,40
81,1 8,11
88,3
75.14(-.
121,9
23.51-
63,8
203.1516
77,8
7016
96,6
6819
102,6
24.1716
68,8 851-
995
24
7
/in
76,2
1930

1,66
71,9

38,45 68,7 6,72 73,2 54.131- 88,0
18.1(6
49,6
142.51-
54,3
671-
91,8
5916
88,8
16.171-
46,6
851-
95
17116
55,4
1931

1,34
58,0

31,30
56,9
5,35 58,3 36.51- 58,4
12.11-
33,1
110.11-
42,0
551-
75,3
4716
70,9
11.1016
31,9
9216

108.2
1318
41,6
1932 0,94
40,7

22,70 40,5 4,14
45,1
22.171-
36,8 8.121- 23,6
97.21-
37,1
421-
57,5
371-

55,2
9.161-
27,1
1181-

138,0
12
7
(
40,1
1933

0,61


26,4
0,06
20,20
36,1
3,71
40,4
22.216
35.6
7.17(6
21,6
131.181- 50,4
411-
56,2
351-
52,2
10.1216
29,4
12417
3
14 145,8
12
3
1
385

1934 0,45
19,5
1,-
18,70
33,4
3,45
37,6
18.1416
30,2 6.1516
18,6
141.1916
54,2
401-
54,8
33j7
50,1
8.91- 23,4
13717
3
1

161,0
13
1
116
40,7

Jan.’340,50
21,6
1,-
20,40 36,4
5,05
55,0
21.71-
34,4
7.7-
20,2
148.31-
56,8
3916 54,1
361-
53,7
9.121-
26,5
12916

151,5
12
3
14
39,7
Feb.

0,47
20,3
1,-
21,55
38,5
3,68
40,1
20.916
33,0
7.41-

19,8
140.131- 53,7
3916 54,1 3615
54,4
9.-j6
24,9
13711

160,3
12
1
/2
38,9
Mrt.

0,44
19,0
1,-
19,90
35,5
2,72
29,5
20.31-
32,5
7.316 19,7
144.15(6
55,3
4016
55,5
3513
52,6
9.21- 25,2
13618

159,8
125/
39,3
Apr. ,
0,42
18,2
1,-
17,20
30,7
2,72
29,6
20.1416
33,4
7.416
19,8
150.1016
57,5
4116
56,8
3412
51,0
9.716
25,9
13511+

158,0
12
1
116
38,7
Mei

,
0,41
17,7
1,-
16,05
28,7
2,54
27,7
20.41-
32,5
6.1616
18,7
144.1916
55,4
4016
55,5
3219
48,9
9.21-
25,2
136j3

159,4
12
1
11
37,5

Juni

0,41 17,7
1,-
19,40
34,6
2,74e 29,9
19.1816 32,1
6.141-
18,4
140.11-
53,5
4016
55,5
3119
47,4
8.161-
24,3
139184

161,1
12
1
14
38,1
Juli

.

0,40
17,3
1,-
21,50
38,4
2,81
30,6
18.111-
29,9 6.1416
18,5
142.91-
54,0
4016
55,5
3214
48,2
8.61-
22,9
137111

161,4
12
3
14
39,7
Aug.
.
043
18,6
1,-
20,90
37,3
3,32
5

36,2
1761-
27,9
6.14/-
18,4 139.716
53,2
401-
54,8
3216
48,5
8.716
23,2
13816

162,0
13
40,5
Sept.,
0,43

18,6
1,-
18,12
5

32,4
3,31
36,1
16.101-
26,6
6.516
17,2
137.171-
52,6
3916
54,1
3216
48,5
7.171-
21,7
1411-

164,9
13
1
1
40,9
Oct.

0,43
Nov.

0,47
18,6
20,3
1,-
1,-
1737b
1i-
31,0
3,95
43,0
16.31-
26,0
6.61-
17,3
137.1916
52,7
3916
54,1
3216
48,5
7.71-

20,3
141110165,9
14
43,6 30,4 4,525
49,3
16.1116
26,7
6.81-
17,6
139.81
53,2
401-
54,8
3216
48,5
7.716
20,4
139164

163,2
14
7
/8
46,3
Dec. ,,

0,54 23,4 0,95
15,12
5

27,0
4,07
44,3
16.161-
27,1
661-

17,3
137.816
52,5
3916
54,1
3411
50,9
7.416
20,0 140/6

164,4
14
11
116
45,7

Jan.’35 0,58
25,1
0,90
14,95
26,7
3,12
5

34,0 16.191-
27,3
6.51-
17,2
138.111-
52,9
3916
54,1 3416
515
7.616
20,4
141/10

165,9
1481
4

45,9
}eb. ,,

0,52
22,5
0,95
14,375
25,7
3,20
34,9
16.41-
26,1
6.41-
17,0 136.81-
.52,1
3916
54,1 3416
51,5
7.316
19,8
14218

166,9
14
1
-j16 46,1
Mrt. ,,

0,37
16,0
1,025
13,30
23,8
2,74 29,8 16.81- 26,4
6.716
17,5
124.516
47,5
381-
52,1
339
50,4
7.-!-
19,4
14715

172,4 1514
49,0
Apr.
.

0,37
16,0 1,08
11,50
20,5 2,315 25,2 18.81- 29,6
7.516
20,0
13I.-I6
50,0
3816
52,7
3316
50,0
7.11-
20,9
14415

168,9
18116
56,6
Mei

,,

0,34
14,7
1,10
11,85
21,2 2,38
5

26,0
20-/-
32,2
8.616

22,9
135.5(6
51,7
391-
53,4
3316
.50,0
8.1516
24,3
142134

166,4
20
62,3
Juni

,,

0,41 17,7
107
5

11,95
21,3
2,41
6

26,3
18.16-
30,3
8.1116
23,5
136.5j6
52,0
3916
54,1 3316
50,0
8.111-
23,6
14116

165,5
19
5
/8
61,1
Juli

,,

0,44
19,0
1,


12,375
22,1
2,54
27,7
18.101- 29,8
8.131-
23,7
140.1116
53,7
39,6
54,1
3316
50,0
8.101-
23,5
140110

164,7

18
5
Iis
57,0
Aug. ,,

0,46
19,9
I,-
15,10
27,0
3,31
5

36,1
19.151-
31,8 9111′-
26,2
135.1216
51,8
40:-
54,8
3316
50,0
8.1816 24,7
14014

.

1641
17
7
18
55,6
Sept..

0,58
25,1
0,97 20,25 36,2
3,16
34,4 120.1016
33,1
9.1416
26,7
135.4j6 51,6
3916
54,1
3316
50,0
9.81-
26,0
1411-

164,9
17116
54,7
Oct .,,

0,65
28.1
0,89
19,8fl
35,5 3,95 43,0
21.3,6
34,1
11.31-
30,6
136.17/6 52,3
39/6
54,1
33/6
50,0
10-16
27,7
14118

165,7
17
5
1
54,9
Nov.,,

0,59 25,5 0,94
16,90
30,2
4,69
51,1
21.216
34,0
10.156
29,6
135.13/6
51,8
3916
54,1
3316
50,0
9.161-
27,1
141/31

165,3
17
9
116
54,7
2 Dec..

0,56e
24,2
0,95
15,75′
28,1
4,70 51,2
21.7/-
34,4
10.1116
29,0
133161-
51,1
3916
54,1
3316
50,0
9101-
26,3
1411-

164,9
17
9
116
54,7
n

n

0,56
9

24,2
0,95
15,50
12

27,7
4,70 51,2
21.1016
34,7
10.111-
29,0
132.121-
‘50,6
3916
54,1
3316
50,0
9.96
26,2
141J-4

165,0
17
1
14
53.7
S
.

0,50
10

24,2
0,95
15,50
13

27,7
4,60
50,1
20.181-
33,7
I0.-f6
27,5
132.12/-
506
3916
54,1
3316
50,0
8.1916
24,8
141/1

165,1
48,6
3

,,
0,95
4,60
50,1
20181.
33,7
9.141-
26,6
130.101-
t49,8
3916
54,1
3316
50,0
8.1616
24,4
141/1

165,0
12/16
39,9
Sept. 1932 79
K.G.
La Plata;
van
26 Sept.
1932
tot

5
Febr. 1934
Manitoba
No.
2

)
Tot Jan.
1928
Western
;
vanaf
Jan.
1928
tot 16
Dec. 1929
American
No.
2, van
1.
1928 Malting;
van
Jan. 1928
tot
9 Febr.
1931
American
No.
2 van
9 Febr.
1931
tot 23
Mei 1932
6415
K.G.
Zuid-Russische.
Van
23
Mei-19
Sept.
1932
No. 3
20 Dec.
.
.

.-

BOUWMATERIALEN
KOLONIALE PRODUCTEN

V
URENHOUT
S T
E E N E N
CACAO
COPRA
.
KOFFIE
&d
SUIKER
THEE
INDEXCIJFER

Kolo-
z
F
v;:i

I
binnenniuur

buitenmuur G.F.Accra
Ned.Ind.
Ribbed

perstandaard
per

per
.
.
.50 kg c.i.f.
per
100
kg
Len
Rotterdam
R’dam(A’dam
Java- en Suma-
OrO
1
Id
nlale


van 4.672 M.
per
1000
stuks per
1000
stuks
Nederland Amsterdam
per
1j

kg.
loco
Londen
per Ib.
per
lOO
kg.
trathee P.
!2
kg.
en
dcten

/
S/
f
Oj
f
oj
o

sh.
%
f
cts:
°!o

5h.
OJ
o

f1.
01
0

cts.
Oj
1925 159,75
loo
15,50

100,-
19,-
100,-
4216
100,-
35,975

100,0
61,375
100,0
2111,625
100,0
18,75
100,0
84,5
100,0
100.0 100.0
1926 153,50
96,1
15,75 101,6
19,50 102,6
491-
115,3
34,-
94,8
55,375
90,2
21-
67,4
17,50
93,3
94,25
111,5
90.0 102.8
1927
160,50 100,5
14,50
93,5
18,50
97,4
681-
160,0
32,62v’
90,9
46,875
76,4
116,375
51,6
19,12
5

102,0
82,75
97,9
87.5
109.1
1928
151,50
94,8
12,-
77,4
18,50
97,4
5713

134,9
31,875
88,9
49,625
80,9
-110,75
30,2
15,85
84,5 75,25
89,1
84.8
97.4
1929
146,00
91,4
14,-
90,3 21,25
111,8 45110
107,9
27,37
5

76,3
50,75
82,7
-110,25
28,8
13,-
69,3 69,25
82,0

81.9
85.5
1930
141,50
88,6
12,50
80,6
20,75
l09,2

34111
82,2
22,625
63,1
32
52,1

15,8
7
5
16,5
9,60
51,2 60,75
71,8
66.0
64.3
1931
110,75
69,3
10,25
66,1
20,25
106,6
2215
52,8
15,375
42,9
25
40,7
-13
8,4
8,-
42,7
42,50
50,3
46.8
46.8
1932
69,00
43,2 9,25
59,7
15,-
78,9
19,6
45,9
13,-
36,2
24
39,1
-11,75
4,9
6,325
33,7
28,25 33,4
36.1
38.0
1933
73,50
46,0

64,5
12,75
67,1
1514
36,0
9,30
25,9
21,10 34,2
-12,25
6,3 5,526 29,5
32,75
38,7
35.2
34.7
1934
76,50
47,9
8,50 54,8
10,50
55,3
1316
31,8
6,90
19,2
16,80
27,4 -13,875
10,9
4,07
5

21,7
40
47,3
34.4
32.1

tan.’33
70,00
43,8 9,25 59,7
13,50
71,1
1616
38,8
11,50
32,1
24
39,1
-11,625
4,6
5,37′
28,7
25
29,6
33.2
34.1
Febr.
70,00 43,8
9,25
59,7
13,-
68,4
1519

37,1
10,625
29,6
23,75
38,7 -11,5
4,2
5,60 39,9
26,75
31,7
32.1
.34.4
Mrt.
70,00
43,8
9,50
61,3
12,25
64,5
1613
38,2
10,376
28,9
23,50 38,3 -11,5 4,2
6,
32,0 26,25
31,1
32.4
34.9
Apr.
70,00
43,8 9,75
62,6
12,75
67,1
1515
36,3 9,50
26,5 23,50
38,3
-11,625
4,6
6,07
6

32,4 27,50 32,5
32.8
34.9
Mei
70,00
43,8 9,50 61,3
12,50
65,8
1616
38,8 9,50
26,5
23

.
37,5 -12 5,6 6,026
32,1
26,50 31,4
34.2 35.0
Juni
,,
72,50
45,4
10,-
64,5
13,-
68,4
1811
42,6
10,-
27,9 22,50
36,6
-12,375
6,7
6,35
33,9
31
36,7
37.2
37.5
Juli
75,00
46,9
10,25
66,1
13,-
68,4
17/8
41,6
9,476

26,4
22,50
36,6
-12,625
7,4 5,925
31,6
33,50
39,6
38.2
.

37.4
Aug.,,
75,00
46,9
10,50
67,7
13,-
68,4
1615
38,6
8,75
24,4 20,75
33,8
-12,625 7,4 5,275
28,1
35,25
41,7
36.5 35.6
Sept.,,
80,00
50,1
10,50
.
67,7
12,50
65,8
1415
33,9
8,25
23,0
19,75
32,2
-12,5 7,0
5,375

28,7
36,75
43,5 36.7
34.6
Oct.
,,
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
217
29,6
7,62
5

21,3
17,75
28,8

1
2,625
7,4
4,90
26,1
42,25
50,0
36.5 33.4
Nov.
75,00
46,9
10,-
64,5
12,50
65,8
1216
29,4
8,-
22,3
16,25
26,5
-12,75
7,7
4,65 24,8
40,50
47,9
36.4 32.7
Dec.,,
75,00
46,9
10,75
69,4
12,50
65,8
11/5
26,9
7,975

22,2
16
26,1
-12,875
8,1
4,75
25,3
41
48,5
37.1
.
31.3

Jan.’34
75,00
46,9
10,75
69,4 12,75
67,1
12110
30,2
7,45
20,8
16,50
26,9
-12,875
8,1
4,95 26,4
45,50
53,8
38.9 33.8
Feb.
80,00
50,1
10,50
67,7
12,50
65,8
14
1
5 33,9 7,25 20,2
17,25
28.1
-/3
8,4 4,975 26,5
46,75
55,3
35,9
.35,9
Mrt.
80,00
50,1
9,75
62,6
12,-
63,2
1411
33,6
7,-
19,5
17,75
28,9
-13,25
9,1
4,52
5

24,1
45,50
53,8
35.7
35.2
Apr.
,
80,00
50,1
9,75
62,6
12,-
63,2
1414
33,7
6,55
18,3
17,75
28,9
-13,625
10,2
4,25
22,7
44,25
52,4
35.8
34.5
Mei

,,
80,00
50,1
9,25
59,7
11,25
59,2
1512
35,7
6,72
5

18,7
17
27,7
-14
11,2
4,15
22,1
42,75
50,6
35.1
34.3
Juni
,
77,50
48,5
8,-
51,6
10,-
52,6
15
1
4
36,1
7,-
19,5
17
27,7

1
4
11,2
4,20 22,4
41
48,5 34.5
33.8
Juli
77,50
48,5 7,50
48,4
10,-
52,6
13
1
11
32,7
6,92
5

19,3
16,75
27,3
-/4,375
12,3
3,975
21,2
40,50
47,9
34.1
32.2
Aug.,,
75,50
47,3
7,25
46,8
9,50 50,0
12
1
10
30,2
6,87
5

19,2
16,50
26,9
-/4,5
12,6
3,976

21,2
39,75 47,0
33.9
•31.4.
Sept..
73,50
46,0
7,-
45,2
8,75
46,1
12/5 29,2 6,65
18,5
16,50
26,9
-14,5
12,6
3,725
19,9
33,50
39,6
.

33.1
29.5
Oct.
,
7300
45,7
7,-
45,2
8,75
46,1
1117
27,3
6,70
18,7
16,50

26,9
-/4,125
11,6
3,525
18,8
32,75
38,8
32.7
27.8
Nov..
73,00
45,7
7,

45,2
8,75
46,1
1213
28,8
6,62
5

18,5
16
26,1
-13,875
10,9
3,15
16,8
33
39,1
32.7
27.6
Dec.,,
73,00
45,7
7,-
45,2 8,75
46,1
1218
29,8 7,17
6

20,0
16

.
26,1
..13,875 10,9
3,375
18,0
34,50
40,8 32.7
28.6

Jan.’35
66,00
41,3
‘7,25
46,8 8,50
44,7
1411
33,1
8,775 24,5
16-
..
26,1
-13,875
10,9
3,50
18,7
33,75
.39,9
32.9
29.5
Feb.
,,
66,00
41,3 6,75 43,5
8,25
43,4
14/2 33,3
9,375

26,1
15,625
25,5

1
3,75
10,5
3,45
18,4
32
37,9
32.4 28.9
Mrt.
.
59,00
36,9
7,-
45,2
8,25
43,4
13
1
3 31,2
8,57
5

23,9
14,625
23,8
-13,25
9,1
3,55
18,9
29
34,3
30.9
27.4
Apr.,
60,00
37,6
7,-
45,2 8.25 43,4
1316
31,8
9,15
25,6
14,50
23,6

1
3,375
9,5
4,15
22,1
31,25
37,0
32.4
28.5
Mei

,,
57,50
36,0
7,-
45,2 8,25 43,4
13
1
4
31,4 9,50
26,5
14,125
23,0
-13,5

.
9,8
4,20
22,4 32,75
38,8
33.3
28.6
Juni
,
57,50
36,0
7,25 46,8
9,-
47,4
1313
31,2
9,07b
25,3
13,875 22,6 -13,625
10,2
3,87
5

20,7
30,25
35,8
33.2
27.8
Juli

,
57,50
36,0
7,25 46,8 8,75
46,1
1312
31,0

22,3
13,50
22,0
-13,5
9,8
3,575

19,1
30,75
36,4
33.4
27.1
Aug.,,
58,25 36,5
7,-
45,2
9,25 48,7
1311
30,8
8,07
5

22,5
13,50
22,0
-13,5
9,8 3,525,
18,8
32,50
38,5
33.7
27.4.
Sept.,,
57,75
36,2
7,-
45,2

47,4 .1315
31,6
8,47
5

23,6
13,50
22,0
-13,375 9,5
3,725,
19,9
36
42,6
34.2
28.8
Oct.
56,50 35,4
7,25
46,8 9,25
48,7
1315
31,6
9,975

27,8
13,50
22,0

1
3,75
10,5
4,225
22,5
46,25
54,7
35.5
31.9
Nov.,
57,75 36,2
7,25 46,8
8,75
46,1
13/3
31,2
10,325
28,8
13,50
22,0
3,75
10,5
4,10 21,9
39,50
46,7
35.8
31.1
1 Dec.,,
58,00 36,3
.
13/4″
31,4
10,25
28,6
13
21,2

1
3,8125
10,7
4,12e
22,0
39,5
0
9
46,7
35.8
30,2
58,00 36,3 13/8
12

32,2
10,25
28,6
13
21,2
-13,8125
60,7
4,125 22,0
356
30.2
58,00
36,3 1317
10

31,0
10,375
28,9
13
21,2
-13,8125
10,7
4,125 22,0
35.5 30.5
58,00 36,3
10,62
5

29,6
13
21,2
-13,875
10,9
4,25
22,7
.
35.2
30.4
3. Alle
Pondennoteeringen
vanaf 21 Sept.
‘al
zijn op
goudbasis
omgerekend;
de
Doilarnoteoringen vanaf
20April
1
33
zijn In
verhouding
yen
de depreclatia
1
den Dollar
t.o.v.
dan
Gulden
verlaagd.

-,

1

1140

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

25 December 1935

KOERSEN TE LONDEN,

Plaatsen en

1Noteerings-1
Landen

1
eenheden

1
7
Dec. 114
1925

1
Dec.
1935

1
LaagstelHoogstel
16121
Dec.’35
1
21
Dec.
1935

Alexandrië..
Piast. p. £
97 93
93
97
97
Athene

….
Dr.p.4
518
520
519 520 520
Bangkok. …
Sh.p.tical
1110% 1110%
1110%
1/10k
1110,
Budapest

..
Pen. p. £
16%
16%
16% 16% 16%
BuenosAires’
p.pesop.
17.95
18.-
18.-
18.20
18.15
Caicutt’i …..
Sh. p. rup.
116% 116%
1163132

116
5
35

1/634
Constantin..
Piast.p.0
.613
612
614 614 614
Hongkong ..
Sh. p. $
114%
1/3%
1/3%
1
1
1
4%
1j3i,
Sh. p. yen
112
112
1/1
81
32

112%
112
1
1
32

Lissabon….
Escu.p..,C
110%
110%
109% 110%
110%
Mexico

.
..
.
$perC
17% 17%
17%
18%
17%
Montevideo
2
)
d.per
22
22
218%
22%
22%

Kobe

…….

Montreal

..
$ per £
4.98% 4.96%
4.96
4.98
4.96%
Riod.Janeiro
d. per Mii.
2
28
1
32

2%
2%
2%
2
21
/
32

Shanghai

..
Sh. p. $
1/2%
1/2%
1/2% 1/2%
12%
Singapore . .
id. p.
$
2
/
43
1
32

214
3
1
32

214

2/4%
2/4
3
/
33

Valparaisod).
$per
128 124 124
125
125
Warschau • .
Zi. p.
£
26% 26%
1

2574

1

26%
26%
‘, uluc. nut.
13
laten, gem. not., welke Importeurs Hebben
te
betalen,
1
Oct.- 17.02.
1
)
Offic. not. 6 Dec. 39″I6; 10Dec. 39
5
18;
II
Dec.
3911116;
12Dec.
393j
4;
18Dec.
3913116;
19Dec. 39818.
8)
Id.
II
Mrt. 4
1
14
4
)90 dg. Vanaf
28Aug.
laatste .export” noteering.

ZILVERPRIJS

GOUDPRIJS
8)
Londeni)
N.YorkS)
Londen
17 Dec.

1035.. 24%
58%

17 Dec.

1935….
141,’1
18

,,

1935., –
55%

18

,,

1935.,..
14113
19

,,

1935..

23%6
53%

19

,,

1935….
141,1 20

,,

1935.. –
51%

20

,,

1935….
141111
21

,,

1935.. –

21

,,

1935….
14114
23

,,

1935.. 21%
50%

23

,,

1935….
141/1
24 Dec.

1934..

231
53%

24 Dec.

1934….
14018
27-Juli

1914..

2419,
59

27 Juli

1914….
84/10%
1)
in pence p. oz. Stand.
2)
Foreign silver in $c. p. oz. fine.
3)
in sh.
p. oz. line
STAND VAN
‘s
RIJKS
KAS.
Vorderingen

1
7Dec.1935
14Dec.1935
Saldo van ‘s Rijks Schatkist bij De Ne
derlandsche Bank
………………


Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten
f

13.798,56
/

526.089,21
Voorschotten op ultimo November1935
ajd. gemeent. verstr. op a. haar uit te
keeren hoofds. der pers, bel., aand. in
de hoofds. der grondbel. en der gem.
fondsliel., alsmede opc. op die belas.
tingen en op de vermogensbelasting
4.826.429,09 6.815.776,30

……

133.592.057,16
,, 133.306.378,36
Idem aan

Suriname ………….. ….
,

13.190.951,08
,,

13.191.179,20
,,

527.932,15

408.703,41
Kasvord.weg. credietverst. ajh. buiteni
,, 119.107.525,35
,, 1-18.556.419,68

Voorschotten
aan
Ned.-Indië
………..

Saldo der postrek. v. Rijkscomptabelen
29.518.308,71

.

34.472.193,31

Idem

aan

Curaçao ………………..

Vord. op het Alg.Burg. Pensioenfonds’)


Vord. op andere Staatsbedrijven ‘) ….
36.757.578,29
,

33.171.005,58
Verstr. ten laste der
.
Rijksbegr. kasgeld-
..

leeningen aan gemeenten (saldo)
38.023.435,28
,,

37.973.435,28
Verplichtingen

Voorschot door De Ned. Bank ingev.
art.16 van

haar octrooi verstrekt
t

440,999,34

1

8.762.631,48
Voorsch. d. De Ned. Bk. i. rek. crt.verstr.

– –
Schatkistbiljetten in Omloop ………
413.807.000,-
413.807.000,-
,, 159.930.000,- 152.930.000,-
Schatkistpromessen in Omloop …….
w.v. rechtstr. bij De Ned. Bank gepl..
,,

7.000.000,-

.


Daggeldieeningen

……………. ……….


Zilverbons in omloop …………….
1.19
…8.705,50
1.197.715,-
Schuld op ultimo November’35 aan de
gem. weg. a. h. uit te keeren hootds. d.
pers. bel., aand. i. d. hoofds. d. grondb.
e. d. gem. fondsb. alsm. opc. op die
bel, en op de vermogens belasting

.


Schuld aan het Alg. Burg. Pensioenf.’)
,,

347.615,57
119.171,69
Id. ii, h. Staatsbedr. der P.T. en T.’) …
,,

72.452.854,89
68.692.665,82
Id. aan andere Staatsbedrijven 1)


Id. aan diverse instellingen
1)
………
78.845.031,35
79.230.828,08
1) In rekg.-crt. met’s Rijks Schatkist.
..

NEDERLANDSCH.INDISCHE
VLOTTENDE
SCHULD.
14 Dec. 1935
1

21 Dec. 1935
Vorderingen:
f

1.639.000,-


Saldo b. d. Postchè9ue-. en Girodienst
167.000,-
/

173.000,-
Betaalmiddelen in

s Lands kas …..
,,

62.038.000,-
Verplichtingen:

Saldo Javasche Bank ……………..

Voorschot’s Rijks kas e. a. Rijksinstell.
,,133.306 000,-
,, 129.100.000,-

..60.676.000,-

,,

2.000.000,-
2.o00.000,-
Schatkistbiljetten in omloop ……….
Schuld aan het Ned.-Ind.. Muntfonds.,
714.000,-
714.000,-
Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank.
719.000,-
627.000,-
Voorschot van de Javasche Bank …

,,

1.831.000,-
CURACAOSCHE BANK.
Voornaamste oosten in duIzenden vuldens.

Circu-
Voor-
schotten
Dis-
Diverse
1
Diverse
Data
Metaal latie
aan de
conto’s
reke-
1

reke- kolonie
ningen
1
n
ingen2

1 Novemb.

1935
4.636 4.318
138
47
6021
111
1 October

1935
4.624 14.272
183

48
546
133
1 Septemb. 1935
4.526
14.274
111
8
)
48
608 206
1 Augustus 1935
4.538
14.402
40
8
)
64
606
175

1 Novemb.

19341

4.517 14.567
58
74
663
158

NEDERLANDSCHE BANK.

Verkorte Balans op 23 December 1935

Activa.
.13 i unenl.Wis- (Hfdbk.
f

23.698.711,56
se1s,Prom..

Bijbiik.

610.627,40
enz. in disc, , Ag.sc]l.

3.056.687,09
27.366.026,05
Papier o. h. Buitenl. in disconto

……

Idem eigen portel.

f

1.617.750,-
Af: Verkoclitmaar voor
debk.uogirietafgel.


1.617.750,…..

Beleen ingen –

‘Hfdbk.
f

8.193.836, 19
1
)
mci.

vrsch.
Bijbnk. ,,

4.397.702,27
iii

rek -ert.

op

oiiderp
Ag scl,. ,,

3.180.67,31

f
127.772.215,77

Op Effecten …..
f
123.901.975,27
1
)
01) Goederen en Spec. ,,

3.870.240,50

,,
127.772.215,771)
Voorschotten a. ii. Rijk

……… …..,,

Munt, Goud ……
f
132.599.045,-
Muntmat., Goud ..

,, 504.583.1 39,22

f
637.182.184,22
Munt, Zilver,
enz.

20.099.131,13
Muntinat., Zilver


Belegging- van kapitaal, reserves en pen.
657.281.335,352)

sioenfonds

……………………,,
39.608.737,03
Gebouwen en Meub. der B,.nik

……….
4.600.000,-
Diverse rekeningen

………………
2.723.172,02
Staatd.Nederl.(Wetv.27,5,’32,S. i.To.22l)
15.486.118,55

fS7(J.455.364,.32
Passiva,
Napitaal ……………………….
f
20.000.000,-
Reservefonds

……………………,,

4.049.884,01
Bijzondere

reserve

………………,,
5.675 000,-
Pensioenfonds

………………….,,
9.949.192,04
Bankbiljetten in omloop …………..

..
784.446.545,-
Bankassignatiën in omloop

……….

..
7.552,26
Rek.-Cour.
f
Het Rijk
f

5.465.674,94
s aldo’s:

1

Anderen ,,

42.625.937,91
48.091.612,85
Diverse

rekciiiiigeii ………………,,
4.235.578,66

f
876.455.364,82

J3esclnkbaar

metaalsald,,

…….
…..
f
325.330.649,57
Minder bedrag aan bankbiljetten ii, om
loop dan waartoe de Bank gerechtigd is
813.326.625,-
Sehatkistpapier, rechtstreeks bij de Bank ondergebracht

………………….

Waarvan aan Nederlandsch-Indi8
(Wet van 15 Maart 1933, Staatsblad No. 99)………..
j
71.153.775,-
Waarvan in het buitenland ……………

………..
71.735.212,29

Voornaamste posten in duizenden
guldens.

Data
Goud

1
Muntnzaf1
Circulafie
Andere
opeischb.
I
schulden

Beschikt,.
Metaal-
Dek-
kings
Munt
saldo
perc.

23 Dec.

’35
132599
504.583 784.447 48.099
325.331
78.9
16

,,

‘35132599
499.931
782.116
50513
321.383
78
25 Juli

’14
65.703 96.410 310.437
6.198
43.521
54

Data
Totaal
bedrag
SchatKist-
promessen
B


ee
nien
Papier
op
het
Diverse reke-
disconto’s rechtstreeks
buitenl.
mogen
2)

23 Dec.

1935
27.366

127.772
1.618
2.723
16

,,

1935
28.099

124.371
1.618
3.100

25 Juli

1914
67.947

61.686 20.188
509
1) Onder de activa.
JAVASCHE BANK.

Data
Goud
Zilver
Circulafie
.opeischb.
1
schulden
nietaal-
1

saldo
2’1 Dec.’35 2)
10420
156.870
27.500
28.672
14

,,

1352k
102.250


159.020
24.170
28.974.

23 Nov.1935
80.017 1

22.456
.157.785
18.651
31.899
16

,,

1935
75.017

1

21.860
162.344
16.783
25.226

25 Juli1914
22.057

31.907 110.172 12.634
4.842

Wissels.
1
Diverse
Dek-
Data
buiten
Dis-
Belee-

1
reke-
kings-
N.-lnd.
conto’s
ningen
1
ningen
1)
percen-
betaalb.
1
tage

21 Dec.’35
2
)
2.250 80.830
10.880
56
14

‘352)
2.470 79.320
11.160
56

23Nov.1935
3.001
10.303

1

53.313
10.242

58
16

,,

1935
2.755
10.371

59.600
10.142
54

25 Juli 1-914
6.395
7.259

75.541
2.228
44
1
1 Sluitpost activa. 2)
Ciifers
telearaliscit ontvancen,
-, OflUflp. UC dÇLIVÔ. -, .JIUIIp. UW pdbSIVd. “3 OLUUIU 4411 uc IwlulIle.

1

.

-.

1

11

0

Auteur