Ga direct naar de content

Jrg. 13, editie 671

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 7 1928
7 NOVEMBER 1928 Economisch-Statistische Berichten ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER 13E Jaargang WOENSDAG 7 NOVEMBER 1928 No. 671 STOOMVAARTMAATSCHAPPIJ —NEDERLANDfl – Amsterdam ROTTERDAMSCHE LLOYD Rotterdam MAIL-, PASSAGIERS- EN VRACHTBOOTENDIENST HOLLANDŠJAVA vice versa via SUEZ KANAAL JAVA ŠNEW YORK LIJN Geregelde vrachtbootendienst tus- schen Nederlandsch-Indië en de Oostkust van Noord-Amerika in samenwerking met andere Maat¬ schappijen. J AVA ŠBENGALEN LIJN Geregelde dienst tusschen Neder- landsch-Indië, Rangoon en Calcutta. JAVAŠPACIFIC LIJN Geregelde vrachtbootendienst tus¬ schen Nederlandsch-Indië, Singa¬ pore en de Westkust van Noord- Amerika. B AFD. CENTRIFUGAAL POMPEN SERIE POMPEN voor de méést verschillende doeleinden ZELF- AANZUIGENDE POMPEN SPOEDIG LEVERBAAR HENGELO Het Handelsblad 1 O O JAAR het familieblad der beschaafde kringen. Elke adverteerder weet wat dat zeggen wil! Algemeen Handelsblad Afd. Advertentiën – Amsterdam Poorters- Toeback 30 ct.per half ons Nederlandsche Hypotheekbank opgericht te Veendam inl890- Directie: Mr. M. I. BOS Mr. J. WILKENS. Kapitaal . f 4.000.000,Š Reserves . ruim f 2.200.000,Š Hypotheken. f 55.000.000,Š Pandbrieven. f 52.000.000,Š 4’/2% Pandbrieven ik 9972% Bij omwisseling tegen ingetrokken 5 /2°/o Pandbrieven is de koers tot 15 DECEMBER a.s. f/2 °/o lager. ROTTERDAMSCHE BANKVEREENIGING ROTTERDAM-AMSTERDAM %€DEN HAAG KAPITAAL /= 50. OOO. OOO RESERVE / 20.000.000 DEPOSITO’S CHEQUE REKENINGEN MET RENTEVERGOEDING ALLE BANKZAKEN n ER IS MAAR EEN KAREL I II. MEESaZOONEN Ao 1720 Bankiers en Assurantie-Makelaars ROTTERDAM Safe-Deposit Bezorging van alle Verzekeringen Nederlandsche Handel-Maatschappij Amsterdam Gestort Kapitaal fj80.000.000,Š Statutaire Reserve f 40.000.000,Š AGENTSCHAPPEN TE ROTTERDAM EN ™S-GRAVENHAGE Direct opvorderbaar 1 maand opzegging . 3 maanden opzegging Rente voor Deposito™s: 2 % per jaar 6 maanden opzegging . 4 % per jaar 3 % — — 12 — — . . 4K % — ‘ll/ o/ Voor andere en VASTE termijnen, zoomede voor groote bedragen D /2 /° *» »» rentevergoeding nader overeen te komen. SAFE-DEPOSIT WERKSPOOR A MSTERDAM ROLLEND SPOORWEG MATERIEEL SCHEEPSSTOOM WERKTUIGEN SCHEEPSDIESELMOTOREN IJS- EN KOELMACHINES SUI KERM ACH INERIEËN IJZERCONSTRUCTIES SCHEEPSTURBINES POLDERGEMALEN LOCOMOTIEVEN STOOMKETELS NIJGH & VAN DITMAR™S UITGEVERS-M1J ROTTERDAM Wijnhaven 111-113 T el.7841 -™42-™43-™6! Belast zich met het verzorgen van uit¬ gaven en tijdschrif¬ ten op elk gebied en modern cl E bed rijf Nu * Dl W~ijnhaven 113 Rotterdam Telefoon 78-41 (vier Lijnen) NIJGH & VAN T MAR™S DRUKKERIJ is een modern bedrijf van groote capaciteit zoodat het de meest omvangrijke orders snel kan uitvoeren. Een verzoek per te¬ lefoon of briefkaart brengt U een verte¬ genwoordiger. Plorilegio de Prosistas Espanoles de los periodos romantico, realista. actual, con notas biograficas y con una breve historia de la literatura espafiola, compilado y ampliamente anotado POR J. B. KERPESTEIN Profesor de la escuela superior de altos estudios comer- ciales, de la escuela superior técnica y de la escuela de comercio publica. T 0 M O I y II Prijs per deel f3.25 NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.-MIJ- ROTTERDAM 7 NOVEMBER 1928 AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN Economisch-Statistische Berichten ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN 13E Jaargang WOENSDAG 7 NOVEMBER 1928 No. 671 INHOUD. Blz. Het Rijnverkeer in het Eerste Semester van 1928 EN HET VERKEER VAN ROTTERDAM MET HET DüIT- SCHE ACHTERLAND VAN 1913 TOT 1926 door Mr. Er. K. F. O. James .-. 974 Eenige opmerkingen over het verbruik en de vorming van den kleinhandelsprijs van Thee in Nederland II (Slot) door W. G. 11. van der Zweep. 976 Welvaartsonderzoek in Nederlandsch-Indië door Ir. E. P. Wellenstein . 979 BUITENLANDSOHE MEDEWERKING: Over de Argentijnsche Tarievenpolitiek door B. H. Smith . 980 A ANTEEKENINGEN: Makelaarsleeningen en beurscredieten in de Veree- nigde Staten . 982 Indexcijfers van groothandelsprijzen. 984 Maandcijfers : Giro-kantoor der Gemeente Amsterdam .. 985 Statistieken en Overzichten. 985Š992 Geldkoersen. I Bankstaten. I Goederenhandel. Wisselkoersen. | Effectenbeurzen. | Verkeerswezen. INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN. Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra. ECONOMISCII-STATISTISCIIE BERICHTEN. COMMISSIE VAN ADVIES: Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van hennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Er. E. Moresco; Prof. Er. N. J. Polak; Mr. Dr. L. F. II. Regout; Dr. E. van Welderen Baron Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries. Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Er. G. M. Verrijn Stuart. Assistent-Redacteur: FI. M.. II. A., van der Valk. Secretariaat: Pieter de Iloochweg .122, Rotterdam. Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408. Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in Nederland … 20,Š. Buitenland en Koloniën … 23,Š per jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het weekblad gratis. Ee verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont¬ vangen de abonné™s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo¬ ver daaromtrent niet anders wordt beslist. Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg. Advertenties … 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver¬ tenties: Nijgh é van Eitmar™s Uit gevers-Maatschappij, Rot¬ terdam, Amsterdam, ™s-Gravenhage. Postcheque- en giro¬ rekening No. 6729. 6 NOVEMBER 1928. In den toestand van de geldmarkt kwam ook deze week geen verandering. Het aanbod van geld bleef gering en de geldvraag voor de maandswisseling en de betaling van het schatkistpapier noodzaakte de markt om voor flinke bedragen bij de bank aan te kloppen. Particulier disconto noteerde dan ook vrijwel gelijk aan het olïicieele tarief. Woensdag scheen het, dat er van het voor de maandswisseling gereed ge¬ houden geld iets over zou blijven en het disconto liep tot 47/16 en 4% pCt. terug; maar al spoedig werd weder opnieuw 4x/2 pOt. toegestaan. Callgeld liep ook weder verder op en bleef op ongeveer 534 pCt. eerder gevraagd en de prolongatierente, die op 434 pCt. teruggeloopen was, liep weder tot 534 pCt. op. * * * Op den weekstaat van De Nederlandsche Bank blijkt de post binnenlandsche wissels met f 7,5 mil- lioen te zijn toegenomen. De stijging is in zoover opmerkelijk, dat zij gepaard gegaan is met een niet onbelangrijke aflossing van rechtstreeks bij de Bank ondergebracht schatkistpapier. Het bedrag van dit papier daalde in de afgeloopen week van f 21 mil- lioen tot f 2 millioen. De beleeningen vermeerderden met f 19,3 millioen. Het renteloos voorschot aan het Rijk geeft een teruggang van f 7 millioen te zien. De goudvoorraad der Bank bleef weder bijna on¬ veranderd. De zilvervoorraad verminderde met f 600.000,Š. De post papier op het buitenland steeg met f 1,4 millioen, terwijl de diverse rekeningen op de actiefzijde der balans een vermeerdering van f 2,9 millioen te aanschouwen geven. De biljettencirculatie klom met f 27,5 millioen. De rekening-courant-saldi blijken met f 4,5 millioen te zijn afgenomen. Het beschikbaar metaalsaldo daalde met f 5,2 millioen. Het dekkingspercentage bedraagt 511/2. * * * De wisselmarkt was zeer stil, ook al in verband met de feestdagen in Frankrijk, België en Zuid- Duitschland. De koersen waren door het dure geld opnieuw flauwer. Londen liep tot 12.08K terug, na een vrij groote schommeling op Vrijdag, toen, in ver¬ band met goud onttrekkingen aan London, de koers na een zeer flauwe opening, plotseling weder op 12.09b/i6 steeg. Dollars daalden tot 2.4930 en Marken liepen van 59.42 tot 59.38 terug. Ook de overige wissels waren meestal aangeboden en algemeen iets flauwer. LONDEN, 5 NOVEMBER 1928. De geldmarkt was in het begin van de vorige week vrij vast gestemd. In de tweede helft van de week trad er echter een ontspanning in; vooral op Zaterdag was het aanbod zeer ruim. Callgeld was gemakkelijk tegen 3 pOt. verkrijgbaar. Decemberwis- sels werden verhandeld tegen 4^8 pCt., terwijl 3 maandwissels 43/8 pCt. noteerden. Naar verluidt, zal de Bank van Spanje £ 2 millioen goud naar Londen verschepen, ter bescherming van de peseta, welk bericht hier zeer gunstig ontvangen werd. Deze zending kan aan het einde van het jaar een belangrijke steun voor de geldmarkt worden. 974 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 HET RIJNVERKEER IN HET EERSTE SEMESTER VAN 1928 EN HET VERKEER VAN ROTTERDAM MET HET DUITSCHE ACHTERLAND VAN 1913 TOT 1926. Door het douanekantoor te Lobith zijn dit jaar op verzoek van het Rotterdamsche Gemeentebestuur en na aandrang van de Stukgoedcommissie, voor het eerst half jaarlijksche cijfers over het Rijnverkeer verzameld. Tevens is ditmaal Š hetgeen eveneens een groote ver¬ betering beteekent Š een splitsing in de cijfers aan¬ gebracht al naar het betreft het verkeer op Elzas- Lotharingen en dat op de andere Rijnhavens, boven onze grens gelegen. Daar nu het Rijnverkeer op Zwit¬ serland slechts een geringe fractie bedraagt, kan de omvang van het verkeer op de Duitsche Rijnhavens eveneens geacht worden bekend te zijn. Over deze verkeerscijfers betreffende het eerste semester van 1928 zullen wij hier een enkele opmer¬ king mogen maken. Weliswaar kan bij ontstentenis van vergelijkende opgaven over de vorige jaren, de relatieve beteekenis der in het afgeloopen semester vervoerde quanta moeilijk beoordeeld worden, maar niettemin kunnen deze in verband met de jaarcijfers sinds 1913, eenig licht werpen op de ontwikkeling van het Rijnverkeer tot het laatste halve jaar. De eerste indruk, die bij de beschouwing der cijfers naar voren komt is deze, dat de positie van Rotter¬ dam in het Rijnverkeer een zeer overwegende is. Van het totaal langs dezen waterweg over de grens ver¬ voerde goederen ging immers in 1927 niet minder dan 62 pOt. over deze stad, hetgeen in dat jaar een quan¬ tum van 33.267.697 ton en in het afgeloopen semester een quantum van 14.226.481 ton vertegenwoordigde. Vergelijken wij genoemd percentage met dat van vroegere jaren, dan zien we, dat Rotterdam™s aandeel sinds 1913, toen het ruim 61 pCt. bedroeg, ongeveer gelijk is gebleven. Veel minder gunstig staat het ten aanzien van de Belgische havens, wier aandeel van 25 pCt. in 1913 zakte tot ongeveer 19 pCt. in 1927, terwijl daaren¬ tegen Amsterdam evenals onze stad zijn aandeel op het vooroorlogsche peil, nl. op ruim 4 pOt., wist te handhaven. Uit een en ander blijkt tevens, dat het Rijnverkeer met bestemming voor of afkomstig van het overige Nederland betrekkelijk sterk is toegenomen. Laten wij dit ter zijde alsook het verkeer langs den Rijn op België behalve Antwerpen, zoodat overblijft het ver¬ keer met de drie groote Rijnmondhavens, dan bedraagt daarvan in 1927 het Rotterdamsche aandeel 79 pCt., het Amsterdamsche 6 pCt. en het Antwerpsche 15 pCt. Wel dient hierbij in het oog gehouden te wor¬ den, dat wanneer aan de totaalcijfers de steenkolen onttrokken worden, het Rotterdamsche aandeel sterk daalt, terwijl bij uitschakeling van het overige massa¬ goed het percentage onzer haven in het Rijnverkeer in het geheel niet meer zoo overwegend is. Intusschen is het wel merkwaardig en, naar het ons voorkomt, in strijd met de gangbare meening daaromtrent, dat het aandeel van Rotterdam in het totale stukgoedverkeer langs den Rijn sinds den oor¬ log eerder toe- dan afgenomen is (48,6 pCt. in 1913 x) tegenover 58,4 pOt in het le semester van 1928). Des te bevredigender is zulks, omdat het stukgoedvervoer langs den Rijn sinds 1913 is toegenomen. Anderzijds moeten wij echter op onze voldoening dezen domper zetten, dat bij de verklaring van een en ander niet buiten beschouwing mag worden gelaten, dat ondanks de zooeven gesignaleerde toeneming, toch heel wat stukgoed ten gevolge der gewijzigde Duitsche spoor- wegpolitiek van den Rijn wordt afgeleid, en dat waarschijnlijk de andere havens daarvan nog meer de dupe zijn geweest dan Rotterdam. ‘) Eigenlijk is dit percentage een weinig te laag, daar uit het “totaal van het stukgoederenverkeer langs den Rijn in 1913 niet het stukgoederenverkeer op de Belgische havens (behalve Antwerpen) kon worden gelicht. Een splitsing in massagoed1) en stukgoed ten aan¬ zien van het Amsterdamsche rijnverkeer toont aan, dat de sinds 1913 geboekte winst bijna geheel het gevolg is van een opkomende deelneming dezer haven in het massagoedverkeer en niet verklaard moet wTorden uit een vermeerdering van zijn aandeel in het vervoer van stukgoed. De achteruitgang van Antwerpen sinds de vóór-oorlogsche jaren betreft daarentegen zoowel het massa- als het stukgoed. Bezien wij nu de cijfers van het le semester van 1928 afzonderlijk, en deze gesplitst naar het verkeer op de Fransche en op de Duitsche Rijnhavens, dan valt dadelijk op, in hoe sterke mate Rotterdam sinds 1913 uit het Rijnverkeer met Straatsburg gedrongen is. Uiteraard zijn hier de surtaxes d™entrepöt et d™origine de grootste schuldigen. Wel heeft Rotter¬ dam in het verkeer den Rijn op, voornamelijk door een belangrijk transport van kolen (uit Engeland en vooral Zuid-Limburg), zich nog op 48 pCt. van het totaal weten te handhaven, maar in het zee- waartsche verkeer is zijn aandeel tot 18,4 pCt. terug¬ gebracht, hetgeen voor een overwegend deel geweten moet worden aan de omstandigheid, dat de Elzassi- sche potasch en soda tegenwoordig geheel over Ant¬ werpen gaat (in’ het afgeloopen semester langs den Rijn 141.174 ton). Een lichtpunt in deze voor onze haven zoo on¬ gunstige ontwikkeling, kan slechts geacht worden gelegen te zijn in de omstandigheid, dat in het stuk¬ goedverkeer, vooral dat naar Straatsburg, het Rotter¬ damsche aandeel niet zoo gering is als in verband met de nadeelige positie onzer haven te dezen aan¬ zien, wellicht verwacht kon worden. De volgende opgaven over het afgeloopen semester kunnen zulks aantoonen. Massagoed Stroomaf Stroomop Te zamen Rotterdam . 1.386 115.995 117.381 Antwerpen. 7.876 137.032 144.908 Massaal stukgoed (bijna alleen kunstmest) Rotterdam . 3.747 1.168 4.914 Antwerpen. 141.189 2.942 144.131 Ander stukgoed Rotterdam . 52.355 31.408 83.763 Antwerpen. 99.842 17.978 117.820 T otaal Rotterdam . 57.487 148.571 206.058 Antwerpen. 248.907 157.952 406.859 Een vergelijking met de cijfers van 1913 (ontleend aan de Duitsche —Binnenwasserwegstatistikfl) betref¬ fende het verkeer op den Elzasser Rijn, waarbij die van het afgeloopen jaar verdubbeld zijn, doet verder duidelijk uitkomen, wat Rotterdam aan dit achter¬ land verloren heeft. 1913 1928 uit Rotterdam 320.000 t. 148.571 t. (== 46,4 o/— v. 19! 3) uit Antwerpen 108.520 ,, 157.952 — ( = 145,6«/0— — ) naar Rotterdam + 20.000,, 57.487,, (= 287.4 o/0 — — ) naar Antwerpen + 7.500,, 248.907 — (= 3319.2 o/0 — — ) Wanneer wij onze aandacht bepalen bij de cijfers van het zoo veel belangrijker Rijnverkeer met Duitsch- land, dan doet zich een geheel ander beeld voor. Primo reeds dadelijk, omdat de quanta hier zooveel grooter zijn dan in het Elzasser verkeer, secundo omdat het massagoedverkeer daarbij zulk een be¬ langrijker rol speelt, tertio omdat het Rotterdamsche aandeel dit keer zeer overwegend is, quarto omdat ook Amsterdam in dit verkeer een woordje mee¬ spreekt. Het eerste punt behoeft geen verdere toelichting na de vermelding, dat in het le semester van dit jaar het verkeer tusschen de drie hier genoemde rijnmondhavens en den Duitschen Rijn 17.387.457 ton, dat op Elzas Lotharingen slechts 621.740 ton bedroeg. x) Onder massagoed wordt bier verstaan graan, lijnzaad, erts, steenkool, steen, ruw ijzer, minerale oliën, hout. 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 975 Wanneer men in aanmerking neemt, dat van eerst¬ genoemd quantum niet minder dan 14.020.423 ton over Rotterdam ging, en daarbij in het oog houdt, dat het goederenverkeer ter zee onzer haven in het¬ zelfde tijdperk 17.495.659 ton bedroeg’, dan volgt uit een en ander tevens, welk een innig verband Š vooral wat het massagoed betreft, Š tusschen het verkeer langs den Rijn met het Duitsche achterland, en het goederenverkeer ter zee, in onze haven bestaat. Wat in het bijzonder het rijnverkeer op Duitschland in het afgeloopen halve jaar aangaat, zoo belem¬ mert, gelijk gezegd, het ontbreken van cijfers over het le semester van 1927 ten zeerste het trekken van conclusies daaromtrent. Toch moftnen wij te mogen aannemen, dat dit semester voor de rijnvaart op Duitschland niet ongunstig was, voorzoover het be¬ treft het verkeer stroomafwaarts. Omgekeerd echter liet het vanuit de zeehavens verscheepte quantum in verhouding tot 1927 te wenschen over, zulks voorname¬ lijk door het achterwege blijven van groote graan- en ertstransporten, en in mindere mate ook door het afnemen van het kolenvervoer. Met dat al bedroeg in dit semester het transport der massaproducten tusschen de zeehavens en den Duitschen Rijn nog steeds 13.861.587 ton of 80 pOt. van dit transport in totaal. Over Rotterdam ging hiervan 11.821.892 ton of 85 pCt. Het naar gewicht zooveel geringer, maar naar waarde en voor de be¬ drijvigheid in de haven zooveel belangrijker stukgoed (massaal stukgoed als kunstmest, rijst, peulvruchten, sojaboonen, grondnoten, ruwe suiker, enz. inbegrepen) verdeelde zich over de drie havens als volgt: Rot¬ terdam 62 pCt., Amsterdam 13 pCt. en Antwerpen 25 pCt. Voor een overzicht der absolute quanta, welke in dit semester vervoerd werden, mogen wij naar de volgende tabellen verwijzen. ‘ Totaal Generaal van het Rijnverkeer op Duitschland. Stroomaf Stroomop Tezamen Rotterdam …. 7.219.789 6.800.634 14.020.423 Amsterdam . . 855.159 300.236 1.155.395 Antwerpen …. 1.379.696 831.943 2.211.639 Totaal steenkool in het Rijnverkeer op Duitschland_ Rotterdam …. 5.946.428 333.553 6.279.981 Amsterdam . . 399.099 61.940 461.039 Antwerpen …. 529.143 1.016 530.159 Totaal ander massagoed in het Rijnverkeer op Duitschland. Rotterdam …. 135.274 5.406.637 5.541.911 Amsterdam . . 117.216 111.255 228.471 Antwerpen …. 184.081 635.945 820.026 Totaal massaal stukgoed in het Rijnverkeer op Duitschland. Rotterdam …. 115.634 208.167 323.801 Amsterdam . 7.239 6.390 13.629 Antwerpen …. 135.391 10.713 146.104 Totaal stukgoed in het Rijnverkeer op Duitschland. Rotterdam …. 1.022.453 851.277 1.873.730 Amsterdam . . 331.605 120.651 452.256 Antwerpen …. 531.081 184.269 715.350 Hebben wij hierboven gesproken van de mogelijk¬ heid,. dat de politiek der —Seehafenausnahmetarifefl geleid heeft tot een inkrimping van met name het stukgoedverkeer over den Rijn, niet zoo gemakkelijk is het dit voor onze haven funeste gevolg op grond der beschikbare statistieken, in cijfers uit te drukken. De tabellen, die hiervoor de beste diensten zouden kunnen bewijzen, zijn de gedetailleerde en districtsgewijze op¬ gestelde Duitsche spoorwegstatistieken en —Binnen- wasserwegfl-statistieken. Helaas echter worden deze beide niet dan met groote vertraging gepubliceerd (de , meest recente cijfers zijn die van 1926). Dit is intus- schen niet het eenige bezwaar. Een ernstiger belem¬ mering is nog, dat Nederland (evenals b.v. België) in die tabellen slechts als één district wordt beschouwd, zoodat het verkeer der Duitsche districten per rail en per schip wèl met geheel ons land, maar niét alleen met bijv. Rotterdam er uit gelezen kan worden. Zoo¬ lang de Duitsche statistieken op dit punt niet worden uitgebreid Š waarop uiteraard wel niet veel kans zal bestaan Š of de Nederlandsche Spoorwegen een bij de Duitsche aansluitende statistiek opstellen, zullen wij derhalve ons met benaderende berekeningen moe¬ ten tevreden stellen. Niettemin hebben wij de cijfers van beide evenge- noemde statistieken eens gegroepeerd en naast elkaar gelegd om na te gaan, welke tusschen 1913 en 1926 de ontwikkeling is geweest van het verkeer per wagon en per schip tusschen het Duitsche achterland van Rotterdam (d.i. ongeveer Duitschland ten Westen van den Rijn RheineŠEger) eenerzijds, en Hamburg, Bre¬ men, Emden, Nederland en België anderzijds. Het bleek ons hierbij, dat men, voorzoover betreft de jaren vóór 1926, zeer stellig in het algemeen niet kan spreken van een overvleugeling van het verkeer te water door dat per rail. Integendeel was het, in het algemeen gesproken, het vervoer langs de spoor¬ wegen, dat van de inkrimping van den invoer van genoemd achterland het meest te lijden had, en het minste van de uitbreiding van den uitvoer profi¬ teerde. Slechts in het verkeer met Zuid-Duitschland wijzen de cijfers zeer duidelijk de gevolgen der (in 1926 trouwens nog niet zoo sterk als thans doorge¬ voerde) nieuwe spoorwegpolitiek aan. Uit deze cijfers blijkt nl., dat terwijl het spoorwegverkeer bij den in¬ voer van dit gebied zeer toegenomen is, het Neder¬ landsche (Rotterdamsche) deel desondanks vermin¬ derde, en zulks terwijl dat van Hamburg met meer dan honderd procent toenam1). Hetzelfde doet zich in sterker mate voor bij den uitvoer van Zuid-Duitsch¬ land naar zee. Daar is het totaal spoorwegverkeer zelfs bijkans verdubbeld2), hetgeen echter wederom vrij¬ wel geheel te danken is aan de zeer sterke uitbreiding van het verkeer per rails naar Hamburg en Bremen, terwijl het ditmaal speciaal het verkeer den Rijn af naar België (Antwerpen) is, welke aan dezen opbloei van het spoorwegverkeer tol heeft moeten betalen. Hoe deze verschuivingen de onderlinge verhouding tusschen de verschillende zeehavendistricten en meer in het algemeen tusschen het spoorwegverkeer en het scheepvaartverkeer hebben beïnvloed, kan blijken uit de tabellen, welke aan het eind van dit artikel zijn opgen omen. Al is verder, gelijk opgemerkt, van een verdringing van den waterweg door het transport per wagon op het eerste gezicht weinig te bespeuren, een nader onderzoek der cijfers geeft ook voor andere gebieden dan Zuid-Duitschland, bijv. voor het Roergebied, wel aanwijzingen, dat de pogingen der Duitsche spoorwe¬ gen geen doel hebben gemist. Zoo toont ons weliswaar de statistiek, dat door een groote toeneming van het massagoedverkeer de ver¬ houding in het transport per rail en per schip van 1) De uit de zeehavendistrieten naar Zuid-Duitschland per rail vervoerde quanta waren als volgt: 1913 1925 1920 uit Nederland . 56.121 71 067 52.099 — België . 87.616 118.071 91.054 Hamburg . 119.549 309.124 299.545 — Bremen . 151.422 159.652 143.847 — Emden .’ 5.177 19.081 16.810 Tezamen . 419.885 676.995 603.355 2) De naar de zeehavendistricten uit Zuid-Duitschland per rail vervoerde quanta waren als volgt: 1913 1925 1926 naar Nederland . pl.m. 42.276 58.826 67.249 — België. — 116.426 49.193 161.800 — Hamburg . — 169.011 247.906 327.796 — Bremen .. — 53.713 72.827 128.505 — Emden .. . — 2.437 4.100 3.902 Tezamen . pl.m. 383.863 432.852 689.252 976 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 het Roergebied naar de zeehavens van 9 : 10 in 1913 tot 5 : 17 in 1926 is gewijzigd1), daartegenover staat echter, dat de Duitsche spoorwegen het verkeer tus- schen de Roer en de Duitsche havens geheel op het oude peil wisten te handhaven. Het is derhalve alleen door den achteruitgang van den export per rail naar Nederland (Rotterdam) (en in veel mindere mate naar België), dat de vermindering van het spoorweg¬ verkeer in den uitvoer van het Roergebied is teweeg¬ gebracht. Wel is tot op zekere hoogte dit verlies voor Rotterdam opgeheven door de phenomenale uitbrei¬ ding van het stroomafwaartsch verkeer op den Rijn, maar men verlieze daarbij niet uit het oog, dat deze, zooals wij in den aanvang van dit artikel zagen, voor¬ namelijk door den vermeerderden uitvoer van massa¬ goederen veroorzaakt werd, terwijl het verloren ge- gane spoorwegverkeer hoofdzakelijk stukgoed betrof. Wat den import van het Roergebied over de zee¬ havendistricten betreft, zien wij een veelal parallel verloop. De achteruitgang van dezen aanvoer heeft nl. weliswaar het spoorwegverkeer zwaarder getrof¬ fen dan het Rijnverkeer, maar wederom blijkt bij splitsing der cijfers, dat het alleen de vermindering van het spoorwegverkeer uit Nederland (en ditmaal óók, ja vooral, uit België) is, die de daling van den totalen aanvoer per rail uit de zeehavens veroorzaak¬ te. En dit terwijl de import per rail uit Hamburg en Bremen zelfs toenam! Daarbij komt, dat Nederland (Rotterdam) zich hier niet kan troosten met een vergrooting van het Rijnver- voer, want, gelijk opgemerkt, onderging ook dit trafiek een achteruitgang. Uit al deze cijfers komt, ondanks den aanvankelij- ken indruk, door de totaalcijfers veroorzaakt, duide¬ lijk tot uiting, dat de —Seehafenausnametarifefl reeds in 1926 het spoorwegverkeer met Nederland zeer had¬ den weten.te treffen2). Dat zij haar doel hadden be¬ reikt, behoeft gelukkig niet getuigd te worden. Evenmin kon geconstateerd worden, dat het Rijn¬ verkeer zelf van deze uitzonderingstarieven belang¬ rijke nadeelen ondervond. Dat dit laatste niet het ge¬ val was, moge hier echter allerminst uit volgen, nóg minder, dat zulks sinds 1926 niet het geval is ge¬ worden. Met te grooter belangstelling zien wij dan ook de statistieken van 1927 en 1928 tegemoet, welke wel¬ licht zullen kunnen aantoonen, of de protectionisti¬ sche spoorwegpolitiek van Duitschland ten aanzien van zijn zeehavens verder niet alleen het spoorwegver¬ keer met Nederland, maar ook het Rijnverkeer met ons land rechtstreeks heeft kunnen aantasten. Wij zullen deze beschouwingen mogen besluiten met eenige tabellen, welke wij uit de hier behandelde sta- . tistieken hebben gedistilleerd, en waarin de verhou- r) In absolute cijfers (tonnen) weergegeven, was de ont¬ wikkeling van den uitvoer van het Roergebied naar (via) de Noordzeehavens als volgt: 1913 1925 1926 per wagon . 13.528.670 5.548.041 10.227.443 per schip . 15.571.903 22.265.854 34.378.260 2) De hier behandelde spoorwegstatistieken kunnen in het algemeen geen inzicht geven in de gevolgen der af¬ schaffing van de —Binnenwasserumschlagtarifefl, daar zij niet aangeven, in hoeverre het spoorwegverkeer van en naar de Duitsche Rijnhavendistricten voor die districten zelf be¬ stemd of daaruit afkomstig is, dan wel voor overslag in het rijnschip bestemd of per rijnschip aangevoerd is. Toch kunnen de volgende cijfers voor de districten Wurtemberg en Beieren wel eenige aanwijzingen te dezen aanzien geven. Daalde het spoorwegverkeer tusschen Beieren eenerzijds en Mannheim, Rheinau en Ludwigshafen anderzijds van 574.312 ton in 1913 tot 495.835 ton in 1926, in dezelfde jaren steeg het spoorwegverkeer tusschen Beieren en Ham- burg-Bremen van 248.954 ton tot 566.597 ton in 1926. En terwijl het spoorwegverkeer tusschen Wurtemberg . . Mann¬ heim c.a. van 1.689.946 ton in 1913 tot 1.572.864 ton in 1926 daalde, nam wederom het spoorwegverkeer tusschen Wurtemberg en Hamburg-Bremen toe, en wel van 76.089 ton in 1913 tot 124.657 ton in 1926. ding tusschen de verschillende havendistricten en tusschen spoor- en waterweg sinds 1913 is uitgedrukt. liet Roergebied ontvangt in pCt. van den totalen aan- of uitvoer. . 1913 1925 1926 p. rail p. schip p. rail p. schip p. rail p. schip Uit Nederland 3,3 70,4 2,8 73,7 2,9 71,Š — België …. 3,4 9,5 0,8 5,6 1,Š 5,3 — Hamburg . . 0,7 0,4 1,2 0,3 1,1 0,5 — Bremen … 0,6 Š 0,9 0,7 0,7 0,8 Ł— ‘Einden-…. 0,2. 11,5 0,3 13,7 0,2 16,5 8,2 91,8 6,Š- 94,Š 5,9 94,1 Totaal-Gencraal 100 pCt. 100 pCt. 100 pCt. Het Roergebied verzendt in pCt. van den totalen aan- of uitvoer. 1913 1925 1926 p. rail p. schip p. rail p. schip p. rail p. schip Naar Nederland 17,3 31,8 5,4 55,4 3,9 57,9 — België . . 10,2 17,1 5,Š 17,2 5,Š 13,5 — Hamburg 11,7 0,1 5,9 0,2 7,5 0,1 — Bremen . 5,8 Š 3,4 2,1 4,9 1,7 — Emden . . 1,5 4,5 0,3 5,1 1,6 3,9 Totaal . 46,5 53,5 20,Š 80,Š 22,9 77,1 Totaal-Generaal 100 pCt. 100 pCt. 100 pCt. Zuid-Duitschland ontvangt in pCt. van den totalen . aan- of uitvoer. 1913 1925 1926 p, rail p. schip p, rail p. schip p. rail p, schip Uit Nederland ± 1,1 + 79,3 2,Š 63,9 1,5 66,6 —België… —1,7 —12,4 3,3 17,Š 2,7 15,8 — Hamburg —2,4 — Š 8,7 0,1 8,7 Š — Bremen . — 3,Š ,, Š 4,5 Š 4,2 Š — Emden . . — 0,1 — Š 0,5 Š 0,5 Totaal . + 8,3 + 91,7 19,Š 81,Š 17,6 82,4 | Totaal-generaal 100 pCt. 100 pCt. 100 pCt. Zuid-Duitschland verzendt in pCt. van den totalen aan- of uitvoer. 1913 1925 1926 p. rail p. schip p. rail p. schip p. rail p. schip Naar Nederl. ± 2,2 ± 52,4 3,6 52,Š 2,4 57,Š — België . — 6,1 — 27,6 2,9 21,8 5,7 18,6 — Hamburg — 8,8 — Š 15,Š Š 11,6 Š — Bremen — 2,8 — Š 4,4 Š- 4,6 Š — Emden — 0,1 — Š 0,3 Š 0,1 Š , Totaal …. ± 20,Š ± 80,Š 26,2 73,8 24,4 75,6 i Totaal-generaal 100 pCt. 100 pCt. 100 pCt. K. F. O. James. EENIGE OPMERKINGEN OVER HET VERBRUIK EN DE VORMING VAN DEN KLEINHANDELSPRIJS VAN THEE IN NEDERLAND. II (Slot). Ook in de jaren na 1919 valt het op, hoé de eerder beschreven gedragslijn van de mengers in het aandeel van de Nederlandsch Indische thee in den gezamen- lijken invoer tot uitdrukking komt. Tegenover de toppen van de prijscurve in 1923 (le en 4e kwartaal),- 1924 (4e kwartaal) en 1925/™26 (4e/le kwartaal) staat; steeds een daling van de lijn der Nederlandsch Indi¬ sche thee. De omgekeerde betrekking kan evenzeer duidelijk uit de grafische voorstelling worden afgelezen, waar¬ bij nog zij opgemerkt, dat ook in 1927 aan een stijging van de lijn der Nederlandsch Indische thee dóór éen daling van den gemiddelden prijs van deze soort wórdt beantwoord, waarbij bovendien de gemiddelde prijs’ van de Ohineesche thee steeg. Hoezeer overigens in de laatste tien jaar de betoe- kenis van de Indische thee in het binnenlandsche ver¬ bruik is blijven toenemen, volgt uit de, in den aanhéf dezes, dienaangaande medegedeelde verhoudingscijfers. Het feit, dat deze in de jaren 1920-Š™22 nog boven het hooge verhoudingscijfer van 1927 uitkwamen, vindt in de lage prijzen gedurende de eerstgenoemde jaren zijn ongedwongen verklaring. Hieraan zij toe¬ gevoegd, dat het aandeel van de Indische thee in de 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 977 Het verband tusschen den prijs en invoer van Nederlandsch-Indische thee. 120 115 110 105 100 95 90 Invoer ïfed-lncL 85. tbeein7°vli.gekelsö EnjS’va’iOraijertoDyö™ goal:cent per &KG. 65 60 55 hy.1 vajiPeccoSouckocf 5 gewoon ordinair 40/ cent per ‘AW>. fl35 Invoer per hoofd vd.l»oüemgmo,oiKj 20 15 fi 3 ZË ;zïs: ‘i – : 4 : r : i ïj| s * * ï- & fc !- &i ïi ^ “êïiïw fc. ft ft & ft ü 1922 1923 1924 1925 1926 1927 eerste maanden van 1925 78,9 pCt., van 1926 76,8 pOt., van 1927 78 pOt. en thans 85 pOt. beliep. Er werd reeds terloops de aandacht op. gevestigd, dat het aanwijzen van het verband tusschen den thee- prijs en den invoer van Nederlandsch Indische thee hier te lande geen verklaring vormt van de eindoor¬ zaken, die het aandeel van de laatste in den geheelen invoer bepalen; tenslotte vloeien deze, in de voort¬ brenging, den ruil en het verbruik liggende, diepere oorzaken evenwel in den prijs tezamen, zoodat die ais de naastbijliggende oorzaak, welke de plaats der In¬ dische thee in het verbruik bepaalt,, mag worden be¬ schouwd. Zoo blijft ook de vraag buiten bespreking, of en in hoeverre het stijgen van het aandeel der Indische thee werd bevorderd door de Š theoretisch te veronder¬ stellen Š versterking van de aantrekkende werking van het specifieke recht op de dure soorten Š dus thans onze koloniale theeën Š als gevolg van het ver- hoogen van dit recht in 1924. Blijkens hun adres aan de Tweede Kamer van 1883 werd een invloed van dezen aard door Amsterdamsche en Rotterdamsche aanvoerders van Javaansche thee als. vaststaand aan¬ genomen. De hier beschreven prijsverheffingen vielen met een tijdelijken achteruitgang van de koopkracht der arbeidersbevolking, die het leeuwendeel van de thee¬ drinkers levert, samen. Met name te Amsterdam vor¬ men de, arbeiders, die met hun gezinnen door het da¬ len van de ruilwaarde hunner loonen werden getrof¬ fen, zulk een aanzienlijk deel van de gezamenlijke verbruikers, dat er van hun kring uit een zeer druk¬ kenden invloed op de geheele behoeftenbeweging moet zijn uitgeoefend. Dat er desniettemin van dezen druk slechts weinig in de statistiek van den theeinvoer, nadat de storende, invloeden daaruit zijn verwijderd, kan worden aangetoond, vloeit onder meer voort uit de omstandigheid, dat de prijsstijgingen in den groot¬ handel niet geheel op den winkelprijs konden worden verhaald. Èn deze verzwakte overbrenging van de verhooging van de marktprijzen in de kleinhandelsprijzen was niet alleen van langen duur, zij was, gelijk nog zal worden aangetoond, van geheel anderen aard dan de vertragende werking hij de vorming van de klein¬ handelsprijzen door het veranderen van de menging. Daarbij heeft de, tijdens de prijsverheffingen Š op 12 Mei 1924 Š ingevoerde verhooging van het invoer¬ recht op thee van 12/4′ op 37/17 cent per %i KG, op welke bereids de aandacht werd gevestigd, de voor een soepele aanpassing reeds bestaande belemmeringen nog versterkt. Deze gang van zaken verklaart mede, hoe de —Sta- tistiek-Commissiefl aan de hand van het oordeel van deskundigen tot de gevolgtrekking is gekomen, dat de verhooging van het recht geen verandering in de ver¬ bruikte hoeveelheden heeft gebracht, hetgeen overi¬ gens ten aanzien van het jaar 1926 niet —volstrekt zeker is. Het recht op thee wordt naar het gewicht geheven en het heeft dus de eigenschap van alle gewichtsrech- ten, om in’druk te verminderen naar mate de prijs stijgt. Dat had tengevolge, dat de schatkist, die in de jaren van 1900 tot 1913 hoogstens 43 pOt. en minstens 27 pCt. van de marktwaarde der thee tot zich trok, hetgeen ongeveer met den druk in 1920 en ™21 over¬ eenkomt, zich na de prijsstijgingen in 1922 slechts 20 pöt. en in 1923 zelfs niet meer dan 14 pOt. zag toe¬ vallen. Van het standpunt van de schatkist beschouwd is het duidelijk, dat men op het herstel van de vroegere verhouding bedacht is geweest, waarbij de_ toenmaals onbevredigende stand van de staatsfinanciën aanlei¬ ding was, om er meteen nog een schepje boven op te doen. Zoo bedroeg het recht in 1924 gemiddeld 41,8 pCt. van de marktwaarde, in 1926 40 pOt. en in 1927 ruim 46 pOt. Dadelijk nadat in September 1923 de voorgenomen verhooging van het invoerrecht bekend werd, zijn groote hoeveelheden,thee in het vrije verkeer neder- gelegd. In het laatste kwartaal van genoemd jaar be¬ liepen deze 3 millioen KG boven de gewone hoeveel¬ heid en tusschen 1 Januari en 11 Mei 1924 kwamen daar nog 7,7 millioen KG hij, tezamen dus 10,7 mil¬ lioen KG. Volgens een mededeeling van Pakhuis¬ meester en van de Thee waren die groote, laag belaste, voorraden tegen het eind van 1925 geheel in het vrije verkeer gebracht. De gezamenlijke inslag in het vrije verkeer beliep in 1923Š™25 29.141.000 KG, of gemiddeld 9.714.000 KG per jaar, hetgeen een stijging van 528.000 KG boven het jaarlijksch gemiddelde van het tijdperk 1919Š™22 beteekent. Het jaar 1926, derhalve het eer¬ ste met een gewonen invoer, staat dan weder 429.00Ö KG boven het gemiddelde van 1919Š™22, doch het blijft 99.000 KG beneden 1923Š™25, terwijl de invoer gedurende 1927 1.017.000 KG boven het gemiddelde van 1919Š™22 en 489.000 KG boven 1923Š™25 uit¬ steekt. Het is dus inderdaad mogelijk, dat zich in 1926 een remmende werking van het verhoogde invoer¬ recht heeft doen gelden, maar ook niet meer dan —mogelijkfl. Want om dit aannemelijk te maken, moet men veronderstellen, dat er op het eind van 1925 in het geheel geen voorraden in het vrije verkeer meer zijn geweest, zoodat men in het volgende jaar niet op ouden voorraad heeft kunnen teren. Voorts moet worden bedacht, dat naast de verhooging van het recht, die in hoofdzaak op het herstellen van den ouden toestand neerkwam, dan toch ook de groote stijging van de marktprijzen sinds 1921, die juist in 1926 haar toppunt bereikte, voor het verminderen van de door het verbruik opgenomen hoeveelheid thee ten opzichte van 1923Š™25 Š met bijna 1 pCt.! %€aansprakelijk dient te worden gesteld. En ook dan staat men nog voor het raadsel, hoe het mogelijk is, dat een recht, hetwelk tot 1925 geen belemmering bleek voor een stijging van den jaarlijk- schen inslag in het vrije verkeer met gemiddeld ruim een half millioen KG in 1926 Š en alléén in 1926 Š plotseling oorzaak wordt van een vertraging in het toenemen van den invoer, terwijl de stijging van den kleinhandelsprijs reeds sedert het begin van 1925 tot staan was gekomen! Doch in ieder geval staat het vast, dat de invoer ; sedert 1919 zeer aanzienlijk toenam, welke dan ook de belemmeringen voor deze vermeerdering mogen zij n geweest. Per hoofd van de bevolking is hiervan evenwel niet veel te bespeuren: in 1919Š™22 en in 1923Š™25 beliep de invoer per hoofd 1,34 IvG, in 1923 1,28 KG en in 1927 wederom 1,34 KG. Haast de bedenkingen, die reeds tegen het leggen van een eng verband tusschen 978 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 No 1928 den invoer per hoofd van de bevolking en de thee- drinkgewoonte werden ingebracht, moet echter ten aanzien van het jaar 1926 nog in het bijzonder wor¬ den bedacht, dat toen het snelle dalen van de-toene- mingscoëfficiënt der bevolking Š gevolg van het achteruitgaan van het geboortecijfer Š voor een stijging van dien factor als gevolg van een vestigings¬ overschot heeft plaats gemaakt, terwijl de snelheid van den bevolkingsaanwas in 1927 wederom afnam. Het verminderen van den invoer per hoofd van de bevolking in 1926 berust dus op een toevallige schom¬ meling in het zielental en wie uit deze vermindering gevolgtrekkingen ten aanzien van het werkelijke ver¬ bruik maakt, legt een verband tusschen het zielental en de grootte van den invoer, dat inderdaad niet aan¬ wezig is. Het verloop van markt- en winkelprijzen van thee 1919-™28. 4iVtFH3J«MiraiiamgsgetaUen’-antraai Dureauvoor Winkelprijs laeotalisliek.kerleil tot i9a-™25=ioo In het theebericht over 1922 van het Nederlandsch Weekblad voor Kruidenierswaren werd aangaande de toen ter tijd tusschen de markt- en de kleinhandels¬ prijzen bestaande verhouding opgemerkt: —neemt men aan, dat de laagste prijzen in den winkel verpakt 90 cent per V? KG bedroegen Š een prijs waarmede pakkers en mengers oorspronkelijk goed konden uitko¬ men Š en dat die prijs thans 110 cent bedraagt, dan is het duidelijk, dat de Hollandsche theeverpakker thans niet uitkomt op basis der laatste marktprijzen voor Nederlandsch Indische thee.fl Deze voor de mengers en pakkers ongunstiger ge¬ worden prijsverhouding is in het bovenstaande dia¬ gram uitgebeeld. Uit die curve spreken derhalve uit¬ sluitend de wisselingen in de ruimte tusschen de groothandels- en de winkelprijzen, maar Š evenals over de prijzen zelve Š zegt zij niets omtrent het deel dat de eerste van de laatste uitmaken. Het verminderen van de speling tusschen in- en verkoopsprijzen, waarvan het —Theeberichtfl gewaag¬ de, blijkt in 1923 en 1924 nog te zijn voortgeschreden, terwijl er daarna schijnbaar weder een aanmerkelijke verruiming intrad, welke slechts in 1926 en op het eind van 1927 gedurende korten tijd werd verbroken. De vergrooting van de speling in de jaren 1925Š 27 verdwijnt evenwel voor een aanzienlijk deel, in¬ dien de storende invloed van de verhooging van het invoerrecht op den kleinhandelsprijs wordt wegge¬ werkt. Het verloop, dat de kleinhandels-curve gehad zou hebben, indien het invoerrecht onveranderd ware gebleven Š aangenomen dat daarvoor dan geen an¬ dere prijsverheffing in de plaats zou zijn getreden Š doet dit duidelijk zien. Als voorbeeld, hoeveel minder voordeelig dan voor¬ heen de prijsverhoudingen aldus gedurende een groot deel van de jaren 1922Š™27 voor den groothandel zijn geweest, diene dat Š blijkens mededeeling uit vak¬ kringenŠ op het laatst van 1927 de gemiddelde vei- lingsprijs van de thee te Amsterdam 100 cent per Vi KG beliep en toen de kleinhandelsprijs op 150 tot 155 cent stond. Uit het verschil moest niet alleen het invoerrecht van 37 ü cent worden bestreden, maar ook alle kosten van verwerking, verpakking, vervoer, reizigers, agenten en winkeliers1). … 1 Š Š rTTTTTT A t. i lŠZ %€:. ‘L ‘ Kleihhc ndelspriis indi en he 1 in recht onverandert wa vge ilev» en I 3 | 1 Een dergelijke wanverhouding moet wel tot de uit¬ zonderingen hebben behoord, want zij laat niet eens meer ruimte voor de gebruikelijke winst van den win¬ kelier , doch daar staat tegenover, dat, zooals uit de grafische voorstelling blijkt, de prijsverhouding vóór 1927 nog veel ongunstiger dan toen is geweest. Tot goed begrip van deze zaak dient uiteraard re kening ermede te worden gehouden, dat de groothan¬ del van Mei 1924 tot eind 1925 voordeel uit den ver¬ koop van laag belaste thee heeft getrokken en tijd¬ perken van een dalenden marktprijs, zooals ook het loopende jaar er een te zien geeft, ontspanning heb¬ ben gebracht. Daarbij stelt een vergelijking van het voorgaande diagram met de verhoudingscijfers van de Nederlandsch Indische thee in de desbetreffende jaren opnieuw in het licht, hoe de mengers getracht hebben, om door het verminderen van het aandeel van deze soort in de verbruiks-thee, aan de moeilijk heden het hoofd te bieden. De hier geschetste gang van zaken en de starheid van den kleinhandelsprijs sedert 1925, ondanks het feit dat toen reeds de verenging van de ruimte tusschen dezen prijs en den marktprijs aanwezig was, laten zich niet voldoende door een te veronderstellen ongeneigdheid van de verbruikers, om een hoogeren prijs te betalen, verklaren. Immers, wanneer men de stijging van den winkelprijs der thee vergelijkt met die_ van het verhoudingsgetal der groot- en dat der kleinhandelsprijzen, (beide Jan.ŠAug. ™28 150 bij 1913 = 100) en met die van de kosten van het levens¬ onderhoud te Amsterdam, (Sept. ™28 169,2Š169,3 bij 1911 13 100), dan blijkt deze niet ongewoon groot: Kleinhandelsprijs van thee per y2 KG uitgedrukt in cent, volgens opgaaf van het Gemeentelijk Bureau van Statistiek te Amsterdam 1913/ 1919 1923 1924 1926 Maart Soorten 1914 Juli Maart Dec. en daarna Soort A 125 120 145 170 170 Soort B 150 130 145 155 150 Soort C 200 200 200 215 235 Een. vermindering van de voorkeur voor thee is evenmin aannemelijk2), terwijl de koopkracht van de arbeiders sedert 1925 weder herstelde. Behalve aan den onderlingen strijd van de groot¬ handelaren om den binnenlandschen afzet, zal het stokken van de stijging der kleinhandelsprijzen dan ook veeleer aan de opkomst van de zoogenaamde sp£- ciaal-zaken dienen te worden toegeschreven. De hou¬ ders van deze winkels mengen hun eigen thee en kof¬ fie en vormen door hun prijsbepaling een voortdu¬ rende bedreiging van het monopolie van het merkar¬ tikel der pakkers. Over het aantal en den invloed van deze speciaal¬ zaken moet men niet licht denken: er zijn thans te Amsterdam niet minder dan 292 winkels, uitsluitend voor den verkoop van thee en koffie, bij een aantal van 1800 algemeene kruidenierswinkels. Behalve in een lagen prijs, vinden zij hun bestaansmogelijkheid in het feit, dat de gehechtheid van de verbruikers aan het merkartikel geringer is gebleken, dan door sommi¬ gen wordt aangenomen. _ Deze betrekkelijke losheid van het publiek ten op¬ zichte van het verpakte artikel maakt het ook gemak¬ kelijker voor den winkelier om, indien de prijsverhou¬ dingen daartoe maar eenigszins gelegenheid bieden, . te trachten losse thee in plaats van verpakte aan zijn klanten te slijten; de natuurlijke neiging van den middenstander om zijn onafhankelijkheid tegenover den groothandelaar zoo goed mogelijk te handhaven, dringt hem in dezelfde richting. Hierbij komt nog, dat te Amsterdam door een van de bekendste verpak¬ kers aan niet minder dan 4600 klein-—handelarenfl met korting wordt geleverd, dus aan 3000 meer dan 1) Markt- en detailprijzen van thee, (als voren). 2) Ook hierop kan door de beperkte ruimte niet verder worden ingegaan. 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN er eigenlijke kruideniers zijn, hetgeen het belang van deze laatsten bij het verpakte artikel uiteraard ver¬ mindert. De groote verpakkers, houders van de merkartike¬ len, moeten dezen aanval op hun monopolie afslaan, het koste wat het wil, en hun middel daartoe is den theeprijs dermate laag te stellen, dat het den winke¬ lier nog juist niet loont om tot eigen menging over te gaan. Het feit, dat op het oogenblik de losse thee reeds tegen 22 cent per ons wordt verkocht, bij een prijs van de verpakte thee van 30 cent, zal dan ook, indien de huidige daling van de groothandelsprijzen blijft bestendigd, een prijsverlaging van het merk¬ artikel ten gevolge moeten hebben. Slotbeschouwing. De belangrijkste uitkomsten van het voorgaande onderzoek samenvattend blijkt, dat men, den aard van een specifiek recht miskennend, de beteekenis van de verhooging van het recht op thee in 1924 heeft over¬ schat en de verkondigde meening, als zoude de stij¬ ging van het gebruik tot 1921Š™22 ten gevolge van die verhooging voor een achteruitgang hebben plaats gemaakt, geen steun vindt in de cijfers betreffende den invoer. De omgekeerde gevolgtrekking, die men op grond van den invoer per hoofd van de bevolking zou wen- schen te maken, ziet het verschil en het gemis aan evenredigheid tusschen den invoer per hoofd van de bevolking en het naar dien grondslag berekende ver¬ bruik voorbij, waardoor de invoercijfers een ondeug- delijken maatstaf voor het theeverbruik bieden: en men vergroot de aldus ontstane verwarring, door bovendien niet te bedenken, dat het jaar 1926 een afwijkend beloop van het zielental heeft, zoodat men het reeds om die reden niet als punt van uitgang voor een vergelijking van het verbruik mag nemen Š ge¬ lijk is geschied. Voorts werd aangetoond, dat de schommelingen van de marktprijzen tot een steeds wisselend aandeel van de Nederlandsch Indische thee in den invoer hier te lande leiden en dit, door de groote prijsverande- ringen sedert 1919, gedurende de laatste jaren ster¬ ker dan voorheen tot uitdrukking is gekomen. De ver- houdingscijfers wezen nochtans onmiskenbaar uit, dat het aandeel van de Indische thee thans grooter is dan ooit, (het 2e kwartaal van 1925 uitgezonderd). Het is overigens niet ondenkbaar, dat het herstel van den Š door het stijgen van den prijs verminder¬ den Š druk van het invoerrecht op iets meer dan den ouden voet, juist doordat het met een aanzienlijke verhooging van den marktprijs samenviel, tijdelijk den groei van den invoer zou hebben vertraagd, voor¬ al wanneer men den algemeenen economischen toe¬ stand in die dagen in het oog vat; al gaan dan ook verbruikers zeer traag tot het veranderen van hun ge¬ woonten op het stuk van levens- en genotmiddelen over. De ervaring van het tegendeel laat zich, behalve door de eerder genoemde omstandigheden, door het feit verklaren, dat de Š zakelijk gesproken Š noodwen¬ dig geworden verhooging van den kleinhandelsprijs niet ten volle tot stand kwam, maar ten deele door het verkleinen van den winstvoet van de mengers en pakkers werd verevend. De belangrijkste oorzaak hier¬ van ligt in de aantasting van het monopolie van het merkartikel der theepakkers door den verkoop van de losse thee door de zoogenaamde speciaal-zaken en de kruideniers. r, Zw. WELVAARTSONDERZOEK IN NEDERLANDSCH INDIË. Ir. E. P. Wellenstein te Weltevreden schrijft ons: Gedurende de laatste jaren is bij verschillende ge¬ legenheden overtuigend gebleken, dat de noodige ken¬ nis nopens de economische verhoudingen, waaronder de inheemsche bevolking in Nederlandsch-Indië leeft en werkt, goeddeels ontbreekt. Wel worden talrijke gegevens verzameld, uitgebreide statistieken aange¬ houden en ook gepubliceerd. Deze statistische arbeid heeft echter in hoofdzaak een administratieven onder¬ grond; het economisch aspect wordt daarbij zooal niet geheel verwaarloosd, dan toch sterk op den achter¬ grond gedrongen. Daardoor moet op velerlei gebied juist dat inzicht ontbreken, hetwelk voor een behoor¬ lijke bestuursuitoefening onontbeerlijk is. Ten einde in de bovenaangegeven leemte te voor¬ zien is door den Gouverneur-Generaal van Neder- landsch-Indië bij besluit van 6 October 1926 No. 37 ingesteld een —commissie tot het nagaan en verza¬ melen van gegevens, betrekking hebbende op de wel¬ vaart der inheemsche bevolking.fl In de tweede helft van 1928 werd in de beoogde richting nog een stap verder gegaan, door aanwijzing van een zelfstandige kracht, ten behoeve van de werkzaamheden van die commissie. Blijkens haar instellingsbesluit is nu de taak van de commissie tweeledig, en wel: lo. na te gaan, welke onderwerpen in aanmerking komen voor de statistisché bijhouding van gegevens, daar bij onderscheidene de gegevens welke nu reeds kunnen dienen voor welvaartsmeting op bepaald ge¬ bied en die, welke, als daartoe onvoldoende of nog geheel ontbrekende, dienen te worden aangevuld of verzameld; 2o. die verschillende reeksen van gegevens met het oog op de welvaart der Inheemsche bevolking in onderling verband te beschouwen. _ Verder is haar dan tevens opgedragen de conclu- siën, welke door haar uit bedoelde gegevens worden getrokken, onder de aandacht te brengen van de Regeering en van de betrokken Departementshoofden. Ten einde een indruk te vestigen van de uit het instellingsbesluit voortvloeiende werkzaamheden, wor¬ den deze wellicht het best in viererlei categorieën gesplitst. lo. Het nagaan van de gegevens, welke tot nu toe geregeld worden bijgehouden, deze te beschouwen in onderling verband en aan te geven op welke wijze deze gegevens, welke hoofdzakelijk een administratief karakter dragen, ook aan het verkrijgen van een urgente kennis van de economische verhoudingen in de inheemsche maatschappij dienstbaar kunnen wor¬ den gemaakt. Als typeerend voorbeeld van deze categorie van werkzaamheden kan, behalve de algemeene bestudee- ring van de bestaande statistieken, genoemdjworden een onderzoek naar de werking van het credietwezen, waarmede voor het pandcrediet reeds een aanvang is gemaakt en waarbij de eisch op den voorgrond staat, dat voor de toekomst naar een berichtgeving is te streven, dat daaruit de oogenblikkelijke overheer- schende economische verhoudingen zoodanig spreken, dat een eventueel ingrijpen, ook vóór het te laat is, mogelijk wordt. Een ander, wellicht nog sterker sprekend voorbeeld, betreft de z.g. conjunctuuroverzichten, welke thans reeds door het Centraal Kantoor voor de Statistiek worden uitgegeven en waarvoor een uitvoerige inlei¬ ding in bewerking is, ten einde misverstand nopens de beteekenis der gepubliceerde cijfers zooveel als doenlijk buiten te sluiten. 2o. Het aangeven van aanvullingen in de tegen¬ woordige berichtgeving en verdere werkzaamheden, met het doel om in de overheerschende economische verhoudingen ook werkelijk een gefundeerd inzicht te verkrijgen. Als voorbeelden van deze categorie mogen genoemd worden: o. onderzoekingen naar oppervlakte en ligging van de grondreserve op Java en Madoera en het beste gebruik, dat in de toekomst van die grondreserve kan worden gemaakt; waarvoor Š na het noodige overleg met verschillende departementshoofden, de eerste voorstellen reeds bij de Regeering zijn ingediend; b. onderzoekingen om tot zoodanige landrente- 980 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 monografieën te komen, dat voor elke beschouwde landstreek, de voornaamste economische verhoudingen worden vastgelegd en bij de tienjaarlijksche herzie¬ ningen van de landrente de voor- of achteruitgang in die verhoudingen aan de overheidsbemoeiingen ter zake kan worden getoetst; c. onderzoekingen naar de juiste beteekenis van verschillende cultures voor de inheemsche samen¬ leving, den invloed van die cultures op het maat¬ schappelijk inkomen en zijn verdeeling waarvoor voor de suiker in samenwerking met het Algemeen Syn¬ dicaat van Suikerf abrikanten in N. T. reeds een aan¬ vang is gemaakt en van andere zijde de noodige toe¬ zegging tot samenwerking reeds is verkregen; 3o. Het desgewenscht verleenen van advies, zoo¬ danig, dat waar van Landswege werkzaamheden worden uitgevoerd, waarbij een gedegen kennis van welvaartsverhoudingen een eerste eisch moet wezen, aan die verhoudingen op de meest juiste wijze de noodige aandacht wordt geschonken. Als voorbeelden van deze categorie van werkzaamheden kan gewezen worden op het onderzoek naar de desa-economie, zooals dat ook in de desbetreffende Memorie van Toe¬ lichting door de Regeering is genoemd; 4o. Het nagaan, verzamelen en rangschikken van de resultaten van de individueele en plaatselijke onder¬ zoekingen, zulks met het drieledig doel om na te gaan, eerstens of zoodanige onderzoekingen wellicht even¬ eens aan een doelstelling van hoogere orde dienstbaar kunnen worden gemaakt; in de tweede plaats öf en zoo ja meer algemeene onderzoekingen in die richting gewenscht kunnen zijn; in de derde plaats, dat van het vele, dikwerf waardevolle materiaal, dat plaatselijk verzameld wordt, tot zijn recht komt en niet, nagenoeg onbenut, in de archieven verloren gaat. Zooals vooropgesteld, beoogt de vorenaangegeven splitsing niet anders dan het vestigen van een alge- meenen indruk van den aard der te verrichten werk¬ zaamheden; allerminst zijn daarin fundamenteele ver¬ schillen te zien. Integendeel: willen werkzaamheden als bovenbedoeld, zooveel als mogelijk vruchtdragend zijn, dan zal daarbij bij voortduring rekening zijn te houden met het onderling verband. Tevens zullen zij van meet af aan er op gericht moeten wezen om de aandacht te vestigen op mogelijkheden om het alge¬ meen welvaartspeil te verhoogen, op verhoudingen, waarin verbeteringen urgent zijn. Op die wijze wordt dan althans de noodige kennis verkregen, welke op korten termijn tot een krachtige welvaartsbevordering kan voeren. BUITENLANDSCHE MEDEWERKING. OVER DE ARGENTIJNSCHE TARIEVENPOLITIEK. I)e heer H. TI. Smith te Buenos-Aires schrijft ons: Het is nog maar kort geleden, dat in een te Buenos- Aires verschijnend dagblad gewag werd gemaakt van een interview met een Noord-Amerikaansch zaken¬ man, welke zou hebben verklaard, dat er weinig lan¬ den ter wereld bestaan, waar de invoerrechten zóó laag zijn als in Argentinië. Zij, die een nadere studie van deze belangwekkende materie hebben gemaakt, kunnen slechts vaststellen, dat de geïnterviewde toevallig slechts heeft kennis ge¬ maakt met enkele artikelen, waarop de invoerrechten laag zijn of waarop in het geheel geen rechten worden geheven. Immers, wie zich de moeite wil getroosten, te bere¬ kenen, wat het gemiddelde Argentijnsche invoerrecht bedraagt, vindt hiervoor niet minder dan 15,3 pCt. van de werkelijke waarde der ingevoerde goederen, en, indien bij deze calculatie de artikelen, welke vrij van rechten kunnen worden ingevoerd, niet worden mede- gerekend, niet minder dan 21,2 pOt. Beziet men de zaak van een ander standpunt en vraagt men zich af, welk aandeel de invoerrechten hebben in de jaarlijksche ontvangsten van de schat¬ kist, dan zal men vinden, dat dit aandeel bijna de helft van bedoeld geheel uitmaakt. In het jaar 1927 werd door de schatkist in totaal een bedrag van $ 658.379.258,38 ontvangen; het aandeel hierin van de in- en uitvoerrechten bedroeg $312.718.100,10. Van dit laatste bedrag zijn slechts $11,4 millioen uitvoer¬ rechten, zoodat voorzeker met recht kan worden ge¬ zegd, dat de invoerrechten het leeuwenaandeel hebben in de stijving van de schatkist. Vraagt men zich af, waaraan dit is toe te schrijven, dan dient men in de eerste plaats enkele bijzonderhe¬ den van land en volk in aanmerking te nemen. Tegen- ovei de uitgestrektheid van het grondgebied der Re¬ publiek is de bevolking gering. Teneinde vestigingen in het binnenland aantrekkelijk te maken, diende men den pioniers de noodige vrijheid te laten en kon men deze bezwaarlijk lastig vallen met directe belastingen. Dit bezwaar klemde temeer door het groote aantal analphabeten onder de immigranten Š althans in die jaren van het verleden, waarin wij .den oorsprong van den huidigen toestand trachten op te sporen. Een tot in. finesses uitgewerkt systeem van vermo¬ gens- en inkomstenbelasting, zooals dat in tal van Europeesche landen mogelijk is, was hier van den be¬ ginne af uitgesloten en zal nog lang op zich laten wach¬ ten. Mocht betalingsdwang hier al denkbaar zijn, om¬ dat de bevolking zich in hoofdzaak te Buenos-Aires en enkele andere steden van beteekenis heeft geconcen¬ treerd, zij zal reeds daarom alleen voorloopig onuit¬ voerbaar zijn, omdat den Argentijn zijn vrijheid lief is en hij zich met hand en tand zal verzetten tegen het op¬ leggen van belastingen van personeelen aard. In het verre binnenland met de min of meer talrijke en zeer verspreide kleinere nederzettingen is een .dergelijke betalingsdwang uiteraard voorloopig geheel ondenk¬ baar. Als gevolg heeft men reeds in vroege jaren de noo¬ dige inkomsten gezocht in indirecte lasten, waarvan de invoerrechten steeds de .allerbelangrijkste zijn ge¬ weest. Dit streven heeft in en vooral ook na den wereldoorlog nog aan doelbewustheid gewonnen door verschillende . factoren, welke eenige aandacht verdienen. Vóór den oorlog was de nationale industrie hier wel van zeer weinig beteekenis. Zij is eerst in het leven geroepen door den oorlog zelf, die den invoer van buitenland- sche goederen sterk belemmerde en dus door bijzon¬ dere omstandigheden de mogelijkheid schiep voor de vestiging en ontwikkeling eener meer uitgebreide ‘ nationale industrie. Toen deze bijzondere omstandig¬ heden waren verdwenen, m.a.w. toen na het sluiten van den wapenstilstand de overzeesche markten we- : derom in de gelegenheid kwamen, zich voor den ver¬ koop hunner goederen in Argentinië te interesseeren, bleek in de meerderheid der gevallen, dat de natio¬ nale industrie kwalitatief niet tegen de buitenland- sche concurrentie was opgewassen. Begrijpelijk is het, dat onder deze omstandigheden de hier gevestigde fabrieken aandrongen op beschermende rechten, ten¬ einde hun debiet niet te verliezen aan de buitenland- sche concurrenten, en dat zij om deze bescherming niet tevergeefs vroegen is zoowel verklaarbaar uit de behoeften van de schatkist als uit de nationale ge¬ dachte, die eene Argentijnsche industrie propageerde. De verhooging der rechten, welke in 1918 en zeer in het bijzonder in 19.23 hebben plaatsgevonden, droe¬ gen er inderdaad dikwijls toe bij, de nationale indus¬ trie te steunen. Dat de verhoogingen der rechten zon¬ der uitzondering de schatkist hebben gebaat, kan niet worden beweerd, daar in verschillende gevallen deze rechten den invoer der belaste artikelen ónmogelijk hebben gemaakt. Voorzoover de invoer nog mogelijk bleef, kan men in het algemeen zeggen, dat de geïmporteerde artike¬ len zich veelal naast de hier te lande geproduceerde hebben gehandhaafd. Dat het echter vaak tot een uiterst scherpen concurrentiestrijd is gekomen, kan iedereen weten, wien de belangrijkheid van Argen- ; 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 981 time als import-markt voor internationale producten bekend is. De gang van zaken was meestal, dat het geïmporteerde product door die kringen van consu¬ menten werd gevraagd, waar meer waarde werd ge¬ hecht aan kwaliteit dan aan prijs, terwijl het omge¬ keerde geldt voor de verbruikers der nationale pro¬ ducten. Zulke generalisaties zijn uiteraard niet in alle con¬ sequenties juist. Men zal ons stellig wel enkele voor¬ beelden kunnen noemen van nationale producten, die evengoed of beter zijn dan de geïmporteerde, terwijl van laatstgenoemde de prijs hooger is, en omgekeerd. Het gaat er voor ons echter om, ons langs algemeene lijnen te oriënteeren, teneinde te kunnen onderzoe¬ ken, wat de toekomst ons op het gebied der tarieven¬ politiek zal brengen. Nemen wij in deze zaak nog eens een ander stand¬ punt in, namelijk dat van den consument, dan, valt er weer eén ander licht op de zaak. Bij tal van Ar- gentijnsche consumenten Š en wij spreken hier zoo¬ wel over kleine als groote verbruikers Š bestaat nog steeds de voorliefde voor het buitenlandsche fabri¬ kaat. Op zichzelf is dit niets ongewoons en wie de psychotechniek van den internationalen verkoop heeft bestudeerd, kan weten, dat fabrikanten in tal van West-Europeesche landen klagen over de voorkeur, welke het koopend publiek geeft aan buitenlandsche fabrikaten. De meest acceptabele verklaring, welke voor dit verschijnsel wordt gegeven, is wel, dat de tijd nog niet ver achter ons ligt, dat het internatio¬ nale goederenvervoer langzaam en slecht georgani¬ seerd, en dat de invoer van buitenlandsche goederen dus een groote bijzonderheid was. Er ontstond toen een voorliefde- voor ingevoerde fabrikaten, alleen reeds omdat zij iets nieuws brachten en een additio- neele behoefte bevredigden, en deze voorliefde bleef bestaan, ook toen geleidelijk de nationale industrie zelf zulke artikelen ging produceeren. Daarbij kwam, dat verschillende landen hunne basis-industrieën lang¬ zamerhand zoodanig ontwikkelden, dat de producten daarvan een wereldnaam verkregen en bleven behou¬ den. Deze gedachtengang geldt ook ten aanzien van de houding van den Argentijnschen consument tegen¬ over ingevoerde artikelen. Daarbij komt dan vaak nog de overweging, dat de resultaten van de producten der nationale industrie niet steeds hebben bevredigd en dat in tal van gevallen de heerschende mode, de gewoonte, of de Europeesche ouders of grootouders (m.a.w. het oorspronkelijke ras) van de huidige con¬ sumenten er toe zullen leiden, dat buitenlandsche ar¬ tikelen worden gekocht met voorbijgaan van het na¬ tionale product. Men kan dus veilig aannemen, dat ondanks tal van verhoogingen der invoerrechten de Argentijnsche markt nog een lange reeks van jaren buitenlandsche artikelen zal opnemen en dat deze vraag telkens we¬ der zal worden gestimuleerd door de vele nieuw aan¬ gekomen immigranten welke eerder dan zij, die hier reeds lang zijn gevestigd, zullen vragen naar de pro¬ ducten, waaraan zij in hun vaderland zijn gewend geweest. Men mag zich echter evenmin ontveinzen, dat iedere yerhooging der invoerrechten, al is zij nog zoo gering (en blijkens de ervaring is zij dat veelal niet) de ten¬ dens heeft, de verkoopcondities voor een buitenlandsch artikel minder gunstig te maken. Laten wij nog eens nader onderzoeken, welke ver¬ dere gevolgen een en ander voor den Argentijnschen consument zal hebben. Zoolang de nationale indus¬ trie een bepaald artikel niet. of op zeer slechte wijze fabriceert, zullen buitenlandsche markten hier een goed afzetgebied kunen vinden, niettegenstaande hooge invoerrechten. Inderdaad zullen deze hoog zijn; men kan zich immers blijkens de ervaring nauwelijks den toestand indenken, dat de nationale industrie een zeker artikel zou zijn gaan fabriceeren, zonder dat van te voren de noodige stappen waren genomen, om deze industrie van te voren zeker te stellen door een hoog tarief, gericht tegen het buitenlandsche fabri¬ kaat. Immers, was oorspronkelijk de situatie deze, dat gedurende den oorlog ontstane nationale fabrieken naderhand door het aandringen op hooge invoerrech¬ ten hun omzet trachtten te behouden, naderhand vindt men tal van voorbeelden, waarbij door —would- befl fabrikanten vóór oprichting hunner bedrijven werd aangedrongen op een beschermend tarief. Tot nu toe heeft dit streven slechts weinig succes gehad, doch het is stellig niet illusoir, te meenen, dat er in regeerings- kringen tal van personen te vinden zijn, welke zulk eene —preventievefl wijze van rechten-heffing zouden willen steunen. Neemt men den toestand echter, zooals deze is, dan kan men de conclusie niet ontwijken, dat in het hier¬ boven geschetste voorbeeld de consument voor het artikel zijner keuze duur moet betalen, zoowel omdat de schatkist gevuld, als daar de (in het voorbeeld) nog zeer gebrekkige industrie gesteund moet worden. De verbetering van het product der nationale in¬ dustrie schept geen voordeeliger prijzen voor den consument. Het eens voor den import vastgestelde in¬ voerrecht zal immers blijven bestaan, Š ja, zoo noo- dig nog worden verhoogd. Het nationale product zal weliswaar geleidelijk kwalitatief kunnen verbeteren, doch steeds zullen de prijzen en kwaliteiten van na¬ tionaal en ingevoerd product in een bepaalde ver¬ houding staan. Naarmate de kwaliteit van het Argen¬ tijnsche product verbetert, zal de nationale fabrikant er naar streven, eveneens betere prijzen te maken en het hangt van de hoedanigheid van zijn fabrikaat af, of het hem zal gelukken, het te verkoopen tot een prijs, welke nagenoeg gelijk is aan die van het inge¬ voerde product plus de daarop vallende invoerrechten. De verbetering van het Argentijnsche product moge dus den consument een nationaal gevoel van voldoe¬ ning geven, Š financieel voordeel zal hij er veelal niet van kunnen beleven. Twee dingen zijn door het bovenstaande wellicht reeds voldoende omlijnd; de groote duurte van het leven hier te lande en de belangrijkheid van Argen¬ tinië als kooper van overzeesche producten. Immers, wat het laatste betreft zou men nog mogen toevoegen, dat als geheel beschouwd de Argentijnsche industrie nog bij lange na niet zulke goede producten kan ver¬ vaardigen als de overzeesche exportmarkten en dat tal van artikelen hier nog in ™t geheel niet worden gefabriceerd. Na het bovenstaande zou men er gereedelijk toe kunnen besluiten, dat Argentinië een protectionis¬ tisch land is. Temeer verrassend is daarom het onder¬ zoek naar de mate van ondersteuning, welke een der¬ gelijk protectionisme ondervindt van de zijde der pers en der groepen van groote belangen. Wat de pers be¬ treft, wordt het protectionisme weliswaar gestadig verdedigd door het zeer belangrijke dagblad —La Na- ciónfl, doch het wordt niet minder ijverig bestreden door de stellig niet minder invloedrijke —Prensafl. Teekent men daarbij nog het merkwaardige feit aan, dat geen dezer twee, belangrijkste Argentijnsche bla¬ den een politieke kleur hebben, dan kan onze ver¬ bazing slechts stijgen. Deze verdeeldheid zet zich even¬ eens. voort onder de niet dusdanig toonaangevende bladen; de —Yanguardiafl, orgaan van de socialistische partij is vrijhandelsgezind, evenals de —Tierrafl, te Rosario verschijnend, alsmede meerdere bladen, in Parana-streken uitgegeven. De —Razónfl is daarente¬ gen weder protectionistisch, evenals die bladen, welke de meer plaatselijke belangen van de industrieën, van het Noorden verdedigen. Ook de groote groepen van particuliere belangen strijden uiteraard onder verschillende vaandels. De Argentijnsche Industrieel.e Federatie en de Argen¬ tijnsche Confederatie van Handel, Industrie en Pro¬ ductie zijn even uitgesproken protectionistisch als de Argentijnsche Landbouwbond (Sociedad Rural Argen¬ tine) vrijhandelsgezind is. Van laatstgenoemde in- 982 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 stelling zijn alle belangrijke veehouders en producen¬ ten van gekoeld en bevroren vleescli lid, evenals tal van graanproducenten. Voor al dezen is het van be¬ lang, dat de uitvoer hunner producten niet door het heffen van hooge rechten in de overzeesche afzetge¬ bieden worde belemmerd en niet zonder reden vreezen zij, dat de in de afgeloopen jaren plaatsgevonden ver- hoogingen der Argentijnsche invoerrechten het af¬ sluiten van vrijhandelsgezinde verdragen met andere naties moeilijk, zoo niet onmogelijk zal maken. Afgezien van de waarlijk industrieele ondernemin¬ gen, wordt het protectionisme ijverig gesteund door alcohol- (cana), wijn-, katoen-, yerba- en vruchten¬ producenten. Dat ondanks deze verdeeldheid van opinies Argen¬ tinië toch een protectionistische natie is, dient in hoofdzaak te worden geweten aan de behoeften van de schatkist. Zelfs al zou het denkbaar zijn,’- dat vroeger of later een politieke partij aan het bewind zou ko¬ men, welke de vrijhandelsricliting is toegedaan, dan nog moet ernstig worden betwijfeld of het haar in practijk mogelijk zou zijn, een belangrijk deel van de inkomsten, voortvloeiende uit de bron der invoer¬ rechten, door belastingen op ander gebied te ver¬ vangen. Een andere vraag is, of het niet billijk en verstan¬ dig zou zijn, in zekere mate de groote dispariteit te doen verdwijnen, welke er thans bestaat tusschen de inkomsten uit invoer- en uitvoerrechten; eerstge¬ noemde zijn immers thans ongeveer 10 malen zoo hoog als de laatste. Moge zulks theoretisch wellicht verdedigbaar zijn, in practijk zal de uitvoering dezer gedachte met tal van bezwaren hebben te kampen. Men neme als voorbeeld de maïs-exporteurs, welke steeds zullen verzekeren, dat export op een —zicht¬ barefl winstbasis slechts tamelijk zelden mogelijk is, en dat zij in de meerderheid der gevallen het voor¬ deel der transactie dienen te vinden in besparing op kosten bij het transport, bij den opslag e.d. Er zijn echter wel uitvoer-artikelen te vinden, waarop de marge niet dusdanig gering is, dat een verhooging van het uitvoerrecht de zaken onmogelijk zou maken; trouwens, hoeveel zaken zijn niet onmo¬ gelijk gemaakt door de verhoogingen van het invoer¬ recht op het uit het buitenland geïmporteerde pro¬ duct. Ook de omstandigheid, dat de totale waarden van invoer en uitvoer in de laatste jaren niet belangrijk hebben verschild, is een motief te meer voor onze meening, dat het billijk zou zijn, naar wegen te zoe¬ ken, om de invoerrechten te verlagen en hiervoor een equivalent te vinden in de verhooging van enkele uit¬ voerrechten of van andere lasten. In een land van. toekomst als dit dienen wij ook voor een belangrijk deel ons te richten naar de eischen, die de toekomst zal stellen; een verlaging van verschillende invoer¬ rechten kan in dit verband gezien worden als een maatregel, welke zal verhinderen, dat Argentinië de overzeesche exportlanden in sterke mate antagoni- seert en daardoor repressaillemaatregelen zou uitlok¬ ken, welke de Argentijnsche exportproducten belang¬ rijk zwaarder kunnen treffen dan een matige verhoo¬ ging der uitvoerrechten op laatstgenoemde artikelen. In het belang van het land zelf kunnen wij ons dus noch aan de zijde der protectionisten scharen, noch aan die van den vrijhandel. Voor het oogenblik schijnt ons om fiscale redenen het bestaande protectionisme wel¬ iswaar nog verdedigbaar; voor de toekomst achten wij echter een gezonde ontplooiing van het land slechts mogelijk, indien het vrijhandelsbeginsel over¬ wint. AANTEEKENINGEN. Makelaarsleeningen en bankcredieten in de Vereenigde Staten. Aan een lezing, die de Heer Benjamin M. Ander¬ son Jr. onlangs over dit onderwerp gehouden heeft, ontleenen wij het volgende. In de credietpositie van de Vereenigde Staten hebben zich in de periode van 2 Mei tot 10 October van dit jaar 5 merkwaardige verschijnselen voorge¬ daan, die nauw met elkaar zijn verbonden. Deze zijn: lo. een vermindering van de makelaarsleeningen voor eigen rekening van de banken te New-York met $ 463.000.000.-Š, 2o. een vermeerdering van de credieten voor rekening van derden (bedragen van particulieren, ondernemingen, buitenlandsehe banken, enz.) van $ 642.000.000.Š, volgens de cijfers van de Federal Reserve Board of van $ 846.000.000.Š indien de beurscredieten daarbij gevoegd worden, 3o. een vermindering van de dadelijk opvraagbare deposito™s van de bij het Federal Reserve System aangesloten banken van $ 749.000.000.Š, waarvan $ 591.000.000.Š van de New-Yorksche banken alleen, 4o. een vermindering van de wettelijke reserves van de bij het Federal Reserve System aangesloten banken van $ 129.000.000,Š, 5o. een aantrekking van de rentetarieven op de geldmarkt. Wat dit laatste punt betreft, geeft de nevenstaande grafiek, overgenomen uit het Septemberbericht van de F. R. B. te New-York, een duidelijk overzicht van den gemiddelden maandelijkschen rentestand van beurscredieten van 4 tot 6 maandelijksch handels¬ papier, van driemaandsaccepten en van het bank- disconto gedurende de laatste 10 jaren. De rente voor beurscredieten heeft in September van dit jaar zijn hoogsten stand sedert het begin van 1921 bereikt. Gedurende de eerste drie weken van dezelfde maand noteerde call geld gemiddeld 714 pOt. of bijna twee¬ maal zoo hoog als een jaar geleden. Volgens Anderson is de rentestand gestegen door de daling der reserves en de gestegen vraag naar beurscredieten. Tengevolge van deze stijging zijn ondernemingen en particulieren overgegaan tot het verleenen van makelaarscredieten. Zij hebben hun deposito™s opgevraagd en de banken gedeeltelijk ver¬ vangen, wat de credietverleening betreft. Het gevolg is geweest een gedeeltelijke likwidatie van bankcre¬ dieten en daardoor een mindere behoefte aan reserves, die op ruim $ 91.000.000.Š geschat wordt, terwijl de werkelijke vermindering der reserves in dezelfde periode $ 129.000.000.Š heeft bedragen. De vrees bestond, dat de groote bedragen, die door ondernemingen en particulieren aan de geldmarkt toegevoerd zijn, plotseling en zonder reden zouden kunnen worden opgevraagd. Anderson deelt deze vrees niet en wijst erop, dat ingeval deze bedragen plotseling weggetrokken werden, de rente zeer snel zou stijgen. Een opzegging van credieten is natuurlijk mogelijk, temeer waar een individueele credietgever in dit opzicht geen verantwoordelijkheid voelt. Even¬ wel zijn de credietgevers zeer talrijk met zeer ver¬ schillende belangen. Een opvraging op groote schaal kan slechts geschieden tengevolge van rentedaling, maar de daaropvolgende rentestijging zou deze gelden weer doen terugvloeien. Een dergelijke situatie ver- verhindert daarom practisch een gemeenschappelijke opzegging van credieten. Anderson stelt daarop zeer terecht de vraag, hoe de ondernemingen, de buitenlandsehe banken en particulieren in het bezit van zulke groote bedragen aan liquide geldmiddelen komen, die zij in den vorm van call-leeningen ter beschikking van de beurs kun¬ nen stellen, een verschijnsel, dat zich in de Ameri- kaansche geschiedenis nooit heeft voorgedaan, zelfs niet bij een zeer hoogen rentestand. Het antwoord vindt men in de expansie van bank¬ credieten gedurende de laatste 6 jaren. Gedurende de periode van 30 Juni 1922Š11 April 1928 zijn de zaken der handelsbanken toegenomen met $ 14.512.000.000,Š wat de leeningen en beleggingen en met $ 13.544.000.000,Š wat de deposito™s betreft. Deze groote expansie van bankcrediet is slechts voor 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 983 ]Re nie A IJ f.A- ^hand ELSWISSE L5 r Ł /o 1 «’..1 %€RMÈDlsca lw BEURSi 60-90 1REDIZTE VAGEN V 3 MAAN. ACCEPT 1919 1920 1921 1922 1923 1924 1925 1926 1927 1928 een klein gedeelte aan besparingen toe te schrijven. Het spruit in de eerste plaats uit het streven van de banken voort om de groote reserves te gebruiken, welke reserves een gevolg zijn van den goudvoorraad en van de gemakkelijke geldpolitiek van de Federal Reserve banken. De bedragen, welke op deze manier ter beschikking kwamen, had de handel niet noodig, doch werden gebruikt voor het verleenen van hypotheken, het financieren van afbetalingsmagazijnen en bovenal voor het koopen van effecten. Niet alleen kon iedere binnenlandsche onderneming met succes een beroep op de kapitaalmarkt doen, doch ook het buitenland profiteerde van de gemakkelijke wijze van het op¬ nemen van kapitalen op de Amerikaansche geldmarkt. Dit proces ging gepaard met een prijsstijging van gronden in of om de steden gelegen en een gewel¬ dige koersstijging van effecten. De verkoopers van gronden of van effecten leenden de verkregen gelden weer aan de beurs uit. Zal de toekomst een toe- of afneming van het eredietvolume brengen ? Het antwoord schijnt duide¬ lijk. De periode van de voortdurende expansie van de bankcredieten is voorbij. De toevloed van goud, die geweldige reserves mogelijk maakte, heeft plaats gemaakt voor een afvloeiing, die het laatste jaar ongeveer $ 500.000.000,Š heeft bedragen. De Federal Reserve banken voeren niet langer een gemakkelijke bankpolitiek. De uitgifte van nieuwe leeningen is afgenomen en de rentestand is niet meer van dien aard om het leenen aan te moedigen. Deze feiten in aanmerking nemende, ligt het ver¬ moeden voor de hand, dat het volume van liquide bedragen in handen van ondernemingen, particu¬ lieren enz. eerder af daD toe zal nemen. Canada stelt bij een rente van 7 pCt. de beurs te New York groote bedragen aan call-gelden ter beschikking. Bij een verlaging van de call-rente tot op 5 pCt. zal het voor dit land voordeeliger zijn, deze bedragen aldaar aan te wenden en het proces van afvloeiing zal waarschijnlijk met een onttrekking van goud ge¬ paard gaan. Ditzelfde geldt voor de Europeesche landen. Indien onze geldmarkt zich ontspant en de call-rente daalt, kan men verwachten, dat hiermede tot op zekere hoogte een proces van omwisseling van dollarcredieten in goud parallel zal loopen. De ondernemingen zullen ten slotte hun beschik¬ bare liquide geldmiddelen langzamerhand zelf gaan gebruiken. Ook zal de tijd van aflossing van de aan¬ gegane verplichtingen aanbreken. Bij een gemakke¬ lijke geldmarkt zullen de ondernemingen zich nieuwe middelen verschaffen, terwijl zij bij een hoogen rente¬ stand de voorkeur zullen geven aan aflossing. Verder ligt het vermoeden voor de hand, dat in vele ge¬ vallen de ondernemingen bedragen hebben opgenomen, niet alleen met het doel om contant geld te ver¬ krijgen, maar eveneens met het oog op toekomstige behoeften. Zij hebben de periode van lagen rentestand gebruikt om hun toekomstige behoeften te dekken in plaats van te wachten tot deze zich werkelijk voordeden en de rentestand dan waarschijnlijk hooger zou zijn. De beleggers, die op het oogenblik hun geld tijdelijk aan de effectenbeurs uitleenen, wachten op betere tijden, wanneer de koersen aantrekkelijker zullen zijn. In al deze en andere gevallen zullen de liquide geld¬ middelen tot meer normale verhoudingen terugge¬ bracht worden, tenzij een periode van verdere expansie van bankcredieten inzet. Een blijvende gemakkelijke geldmarkt hangt van een of twee factoren af: lo. een aanzienlijke toeneming van de bankreserves, 2o. een afwikkeling van bankcredieten. Een verminderiug van de bankcredieten van $ 100.Š geeft voor de bij het Federal Reserve System aan¬ gesloten banken Š in de veronderstelling, dat de liquidatie voornamelijk de dadelijk opvraagbare deposito™s betreft Š ongeveer hetzelfde effect op de geldmarkt als een toeneming van de wettelijke reserves met $ 10.Š. Het is niet gemakkelijk in te zien, hoe in de naaste toekomst de bankreserves zullen toenemen. Zeer waarschijnlijk is, dat de geld¬ markt eerst dan werkelijk ruim zal worden, indien de liquidatie van credieten plaats vindt. Gedurende de laatste maanden zijn de bankreserves met $ 129.000.000.Š afgenomen, en de dadelijk opvraag¬ bare deposito™s met $ 749.000.000.Š, wat ongeveer $ 92.000.000.Š aan reserves heeft vrijgemaakt. Evenwel is deze afneming van bankcredieten in de laatste maanden slechts een tijdelijk verschijnsel geweest. De vermindering van de bankcredieten en van de deposito™s is slechts een gevolg geweest van den hoogen rentestand, die de houders van deposito™s ertoe gebracht heeft, hun deposito™s om te wisselen in beurscredieten. Een definitieve liquidatie zal eerst plaats grijpen, indien de eigenlijke beleggers de 984 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 effecten koopen met eigen middelen en dan de plaats innemen van degenen, die deze effecten nu door middel van opgenomen credieten bezitten. Een dergelijke afwikkeling van credieten zou dan definitief zijn. De effecten zouden in de handen komen van de beleggers, waarin zij ook werkelijk behooren. De bankcredieten zullen afbetaald, de bankdeposito™s tot de normale hoogte teruggebracht worden, ter¬ wijl de bankreserves weer voldoende zullen zijn en de geldkoersen de nieuwe situatie zullen weerspie¬ gelen. Indexcijfers van groothandelsprijzen. —The Economistfl schrijft: Het algemeene prijspeil van de groothandelsprijzen onderging slechts weinig verandering gedurende de maand October; ons index¬ cijfer steeg van 3811 tot 3818, hetgeen een vooruit¬ gang beteekent van nagenoeg 1/5 pOt. Het overeen¬ komstige cijfer van October 1927 bedroeg 3996. Data Granen en vleesch Andere voedings- en genotm. Weefstoffen Delfstoffen Diversen: oliën, hout, rubber, enz. Totaal Algemeen indexcijfer Basis (gemidd. 1901Š5) … Einde Julil914 — Nov.1918 — Dec. 1923 — Dec. 1924 — Dec. 1925 — Dec. 1926 — Oct. 1927 — Nov. — — Dec. — — Jan.1928 — Feb. — — Mrt. — — Apr. — — Mei — — Juni — — Juli — — Aug. — — Sept. — — Oct. — 500 579 1289 853 992 936J 875 837 820 8451 839 852* 882fi 913 948| 8931 837fi 8131 7811 802 300 352 7821 8151 7891 679 7361 7311 732 716| 6851 700fi 676 669 655 647 6441 654 668 658J 500 6161 1848 13821 1452 1120 859 1088 1050 10291 1031 10501- 10871 1100 10961 11031 1088 1061J 10274 1013 400 4641 903fi 774 8151 733 773J 6201 6301 620| 609 5941 5984 602 6091 601fi 6021 599fi 6101 618 500 553 13894 755fl 806 7821 731 719 724J 733 722-1 7231 723 754f 7241 7181 720 7194 724fi 727 2200 2565 6212 4580 4855 4251 3975 3996 3957 3945 3887 3921 3907 4039 4034 3963 3892 3847 3811 3818 100,0 116,6 282,6 208,2 220.7 193.2 180.7 181,6 179.9 179.3 176.7 178.2 180.3 183,6 183.4 180,1 176.9 174.9 173,2 173.5 Uit de bovenstaande tabel blijkt, dat de stijgingen in de groepen granen en vleesch, delfstoffen en diversen grootendeels werden teniet gedaan door dalingen in de groepen weefstoffen en andere voedings- en genotmiddelen. Bij de groep granen, stond rijst vooraan met een aanzienlijke stijging, terwijl zoowel Engelsche als buitenlandsche tarwe ook duurder waren. De prijzen voor thee, koffie en suiker waren lager. Met uitzondering van hennep, jute en zijde, waren alle ruwe weefstoffen goedkooper; wol en vlas vertoonden den grootsten teruggang. In de groep delfstoffen, bleven de ijzer- en staalprijzen onver¬ anderd, maar kolen voor huisbrand en de niet ijzer¬ houdende metalen vertoonden een vooruitgang. In de groep diversen waren de prijsverschuivingen slechts gering. + 4) fi C O + + Tarwe (btl.) . (Eng.) Meel Gerst Haver Aardapp. Rijst Rundvl. Schapenvl. Varkensvl. Gran. en vl. Thee Koffie Rietsuiker Bietsuiker Boter Tabak And. voed. en genotm. 836 75 74 845 705 78 113 625 81 + 2 + 5 + 2 Š 2 + 3 +11 802 +20 5 1375 133 86 945 91 1165 45 Š 1 5 + i Katoen(Am.) … (Egypt.) Garen Laken Wol (Eng.) (Austr.) Zijde Vlas Hennep Jute Weefstoffen Ruw-IJzer Stalen rails IJz. staven Kolen (st.) (huisbr.) Lood Tin 95 122 92‚ 108 141 98 74 125» 50 107 Š 16 16 Š 7* 4 + 6 Š 106 3 1013 Š14 6 71 71 79 92 675 93 885 + 3 + 1 + 1 Koper Delfstoff. Hout (Baltisch) Hout (Amerik.) Leder Petroleum Oliën Oliezaden Talk Indigo Soda Rubber Diversen Totaal 56 + 2» + 7‚ 93 776 75 875 826 676 705 76® 856 116 1 +’i‚ + 5 ‘ 16 + 727 + 3 + 7 6586 De derde tabel vertoont de veranderingen van ons indexcijfer, terwijl de prijzen op einde Juli 1914 als basis zijn aangenomen. Uit deze tabel blijkt, dat de stijging van de afgeloopen maand 48,8 pOt. bedraagt, 55,8 pOt. vergeleken bij verleden jaar. Data Granen en vleesch Andere voedings- en genotm. Weefstoffen Delfstoffen Diversen: oliën, hout, rubber, enz. Totaal Juli 1914…. December 1918_ December 1923…. December 1924.. … December 1925._ December 1926… .. October 1927…. November ,, …. December — …. Januari 1928. . … Februari — …. Maart — …. April — – Mei — _ Juni — …. Juli — …. Augustus — …. September — . October — …. 100 226 148 171 162 151 144 142 146 145 147 152 158 164 154 145 140 135 138 100 222 231 224 193 209 208 208 204 195 199 192 190 186 184 183 186 190 187 100 293 225 235 182 139 176 170 167 167 170 176 178 178 179 176 172 167 165 100 186 167 175 158 167 134 136 133 131 128 129 130 131 129 130 129 131 138 100 241 136 146 141 132 130 131 132 131 131 131 136 131 130 130 130 131 131 100 237.5 178.6 189.3 165.8 155,0 155.8 154.3 153.8 151.5 152.8 154.7 157.4 157,3 154,0 151.7 150,0 148.6 148.8 De voornaamste veranderingen, die hebben plaats gehad, vergeleken bij den stand van einde October 1927, zijn de aanzienlijke dalingen in de indexcijfers voor weefstoffen en andere voedings- en genot¬ middelen. Voorts volgt hier nog een overzicht van het prijs- verloop in een aantal belangrijke landen. Ver. Staten1) Frankrijk Italië Duitsch- land 2) Zwitserland Zweden Nederlands) Japan 1913 Novemb. 1918 Hoogste 1920 Decemb. 1923 Decemb. 1924 Decemb. 1925 Decemb. 1926 Septemb. 1927 October — November — December — Januari 1928 Februari — Maart — April Mei — Juni — Juli Augustus — September» 1001 10D 985 1035 1005 96 97 97 97 96 96 96 97 99 98 98 99 1006 358 591 (Apr.) 458 507 632 627 601 588 595 605 608 610 624 625 633 626 625 618 621 100 438 679 (Apr.) 577 640 715 619 484 484 484 483 490 489 491 493 496 493 488 486 487 100 i375 1425 137 140 140 140 140 139 138 138 139 141 141 142 141 140 1001? 325 (Jan.) 183 171 156 148 144 145 147 146 145 144 145 146 145 145 144 144 144 100 367 366 (Juni) 160 168 156 150 148 147 148 148 148 147 149 151 152 151 150 149 146 100 392 297 (Juli) 154 160 155 147 150 150 151 151 153 150 152 153 152 153 148 144 145 100 214 322 (Mrt.) 211 214 194 170 169 170 168 168 169 169 169 169 171 169 169 170 ij Bureau of Labour. 2) Stat. Reichsamt. 3) Sedert 1922 gebaseerd op 48 artikelen. ‘) 1926= 100. 6) jaargemiddelde. ®) Sedert October 1923: Juli 1914 = 100. t) Midden 1914 = 100. De volgende opmerkingen zijn ontleend aan de des¬ betreffende maandpublicatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek en hebben betrekking op de Nederlandsche indexcijfers met basis 1913 = 100. Bij de beschouwing der cijfers over September 1928, in vergelijking met de maand Augustus 1928, blijkt, dat zoowel het algemeen indexcijfer als dat der voedingsmiddelen met één punt is gestegen. Wat het algemeen indexcijfer betreft, staat tegen¬ over een prijsstijging van 14 artikelen met in totaal 161 punten een prijsdaling van 16 artikelen met in totaal 145 punten. Met 10 of meer punten stegen de artikelen: hooi (32), peper (34), alcohol (25), melk (21) en leder (13 punten); met 10 punten of meer daalden daarentegen de artikelen tarwe (19), haver (25), maïs (18), macaroni (11), aardappelen (17) en paardehuiden (19 punten). ONTVANGEN: Oost en West in Nederlandsch-Indïê door Ir. W. F. Staargaard, Bandoeng, FebruariŠApril 1928; H. D. Tjeenk Willink & Zoon, Haarlem. 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 985 Seyi Noma —Magazine Kingfl of Japan. A sketch of his life, character and enterprises door —Santarofl (Mr. Shunkichi Akimoto), contributor of The Japan Advertiser, Tokyo. Tokyo 1927; Dai Nip¬ pon Yubenkwai Kodansha. MAANDCIJFERS. GIRO-KANTOOR DER GEMEENTE AMSTERDAM. Augustus 1928 Augustus 1927 Giro™s (eenzijdige ver¬ melding) Girobetalingen aan gemeen teinstellingen Girobetalingen aan particulieren. Geldomzet. Ontvangsten . Betalingen.. Part. rekeninghouders Waarvan rekeningh. welke gelden voor 1 jaar vast hebben gedeponeerd . In millioenen f 10.9 — 13.6 — 4.4 — 6.8 — 20.21 9.8 Aantal In millioenen 29.696 64.701 6.461 34.511 33.4532 3.8132 f 10.5 — 13.7 — 4.3 — 6.7 —19.21 9.1 Aantal 23.015 56.137 6.809 29.246 30.826 2 3.3482 1) Gemiddeld saldo te goed. 2) Einde der maand. STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN. N.B. *** beteekent: Cijfers nog niet ontvangen. GELDKOERSEN. OPEN MARKT. 1928 || 1927 1926 1914 3 Nov. 29 Oct./ 3 Nov. 22/27 Oct. 15/20 Oct. 31 Oct./ 5 Nov. 1/6 Nov. 20/24 Juli Amsterdam Partic.disc. Prolong. .. Londen Daggeld .. Partic.disc. Berlijn Daggeld .. Partic.disc. 30-55 d… 56-90 d… Waren- wechsel. Neu) York Daggeld i) Partic.disc. P/16-1/2 41/2-3/4 21/2-31/2 43/8 7-81/2 63/8 63/8 63/4-7/8 7-1/4 45/8 43/8-1/2 41/2-5 21/2-5 43/8-1/16 6-9 63/8-5/8 63/8-5/g 63/4-7 7-81/4 45/, 43/8-7/l6 4’/2-S/4 3-43/4 43/8-7/ie 41/2-7 65/8 65/8 67/8-7 6-8I/4 45/s 43/i6Š7/16 41/4-3/4 21/2-5 43/8 6-8 6!/2-5/8 61/2-5/8 67/8-7 61/2-81/4 45/ft 43/8-9/16 41/2-5 11/2-5 45/16-3/8 5-8 63/4-7/8 63/4-7/s 7-1/2 31/2-41/4 33/8 3-3/16 23/4-31/2 3- 5 43/4-13/ie 4- 7 43/4 45/8 51/8-1/4 41/2-3/4 4 31/8Š3/l6 21/4-3/4 13/4-2 21/4-3/4 21/8-™ h 13/4-21/, L) Koers van 2 Nov. en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag. WISSELKOERSEN. KOERSEN IN NEDERLAND. Data New York *) Londen V Berlijn V Parijs V Brussel V Batavia l) 30 Oct. 1928 31 — 1928 1 Nov. 1928 2 — 1928 3 — 1928 5 — 1928 Laagste d.w.i) Hoogste d.wi) 29 Oct. 1928 22 — 1928 Muntpariteit 2.49 S/8 2.49 s/6 2.49s/, 2.49»/, 2.49b/ 2.49*s 2.49% 2-497/id 2.49s/— 2.49** 2.48% 12.0 9/, 12.09% 12.09/, 12.09V, 12.08*| J 2.09 12.08% 12.09** 12.09/, 12.097/, 12.10% 59.41 59.41 59.39* 59.39 59.39* 59.37* 59.37 59.44 59.42 59.41* 59.26 9.74* 9.741 9.741 9.74* 9.74* 9.74 9.73 9.75 9.741 9.741 9.75 34.66* 34.66 34.66 34.66 34.66 34.65* 34.64 34.69 34.66* 34.67* 34.59 100/, 100/, 100/, 100 100 100 99% 100% 100/, 100 100 Data Zwit¬ serland V Weenen *) Praaf* Boeka¬ rest !) Milaan **) Madrid Łv 30 Oct. 1928 31 — 1928 1 Nov. 1928 2 — 1928 3 — 1928 5 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d. w1) 29 Oct. 1928 22 — 1928 Muntpariteit 48Š 48.Š 48.Š 48.Š 47.98 47.99 47.96 48.01 48_ 48.01** 48Š 35.07** 35.07** 35.07** 35.07** 35.07** 35.07** 35_ 35.17** 35.07** 35.07** 35Š 7.39 7.38* 7.38* 7.38 7.38* 7.37* 7.36 7.41 7.38* 7.38* a) 1.51 1.50 1.50 1.50 1.50 1.49* 1.48 1.54 1.50* 1.51 48_ 13.06 13.06 13.06 13.00 13.06 13.03 13.08 13.06 13.07 13.09 40.15 40.20* 40.25 40.23 40.23 40.10 40.32* 40.14 40.31 48_ *) Noteerlng te Amsterdam. **) Noteering te Rotterdam. <) Particuliere opgave. 2) Wettelijk gestabiliseerd tusschen 7.534/5 en 7.21’A Data Stock¬ holm *) Kopen¬ hagen*) Oslo *) Hel¬ sing¬ fors !) Buenos- Air es1) Mon¬ treal !) 30 Oct. 1928 31 — 1928 1 Nov. 1928 2 — 1928 3 — 1928 5 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d.w1) 29 Oct. 1928 22 — 1928 Muntpariteit 66.67* 66.67* 66.67* 66.67* 66.67* 66.65 66.621 66.70″ 66.67* 66.70 66.67 66.50 66.50 66.50 66.47* 66.47* 66.47* 66.40 66.50 66.50 66.52* 66.67 66.50 66.50 66.50 66.47* 66.47* 66.47* 66.40 66.50 66.50 66.50 66.67 6.27* 6.27* 6.27* 6.27* 6.27* 6 27* 8.26 0.29 6.27* 6.27* 6.26* 105i/16 105 105i/i« 105:/, 1051/s 1051/, 104% 105s/s 1041/, ‘041/, 105»/, 2.49»/, 2.49»/, 2.49s/, 2.49s/la 2.49s/16 2.49% 2.49 2 49 s/, 2.49s/, 2.49s/, 2.48% *) Noteering te Amsterdam. **) Not. te Rotterdam. 0 Part. opgave, Laatstbekende noteeringen te Amsterdam en Rotterdam op 3 Sept. 1928 voor telegrafische uitbetaling op: Gulden per Pari Koers disconto Europa. Londen *). Berlijn *). Parijs *). Brussel *) §) . Luxemburg. Zürich *). Praag . Weenen *). Boedapest ……. Boekarest . Sofia . Belgrado. Stamboel . Athene . Milaan **). Madrid **). Lissabon. Kopenhagen *) … Oslo *). Stockholm *). Reickjavik. Warschau . Kovno (Litauen) . Riga (Letland) … Reval (Estland). .. Helsingfors . Moskou . Danzig . Amerika. New-York *) . Montreal .. Mexico . Buenos Aires. La Paz (Bolivia) . . Rio de Janeiro Valparaiso. Bogota (Columbia) . Quito (Ecuador) . . Lima (Peru) .. Montevideo (Urug.) Caracas (Venezuela) Paramaribo . Willemstad (Curag.) San José (C. Rica) Guatemala. Managua (Niearag.) San Salvador (Salv.) Azië. Calcutta. Batavia. Kobe . Hong Kong . Shanghai . Singapore . Manilla . Bangkok. Teheran (Perzië) . . Afrika. Kaapstad . Alexandrië. Australië. Melbourne, Sidney en Brisbane . … Nieuw Zeeland __ £ 100 Mark 100 Franc 100 Belga 100 Franc 100 — 100 Kronen 100 Schilling 100 Pengö 100 Lei 100 Leva 100 Dinar Turksch £ 100 Drachme 100 Lira 100 Peseta Escudo 100 Kronen 100 — 100 — 100 IJsl.Kr. 100 Zloty 100 Lita 100 Lat 100 Estl. Kr. 100 Finnmrk. Tjerwonets (10 Roebel) 100 Gulden $ Canad. $ Mex. Dollar Peso (papier) Boliviano Miireis (pap.) Peso (papier) Peso Sucre Per. £ Peso Bolivar Gulden Gulden Colon Quetzal Cordoba Colon I.C. Rupee Gulden Yen Dollar Taël Straits Doll. Phil. Peso Baht Kran £ Egypt. £ £ £ 12.10f 59.26 9.747 34.59 48Š 48_ 50.41 35_ 43.51 48Š 48Š 4.379 10.93 3.23 13.09 48_ 2.08J 66.67 66.67 66.67 66.67 27.91 24.88 48Š 66.67 6.26| 12.80 48.42 2.4878 2.4878 1.24 1.05681 0.9080 0.80752 0.30 2.42 1.21 12.10| 2.5725 0.4795 1Š 1 Š 1.16 2.48% 2.48f 1.2440 0.91 1_ 1.24 1.4125 1.214 1.10 12.42 12.10f 12.10f 12.09J, 59.39* 9.74* 34.66 6.931 48_ 7.38* 35.07* 43.45 1.50 1.80 4.37* 1.26” 3.22* 13.06 40.25 0.H| 66.50 66.50 66.67* 54.70 27.95 24* 48.10 66.30 6.27 12.85 48| 2.49f 2.49* 1.19 1.05! 0.90f 0.29| 0.30* 2.431 0.494 10.11 2.54 0.47£ 0.97f 1.01J 2.49| 2-49* 1.2225 0.91 1.00 1.17* 1.25* 1.70 1.41 1.21 1.131 0.24 12.06 12.40 12Š 12.01| 41 31 ó2 5 7 6 10 6 10 5 H H- 8 7 6Š7 7* 7 61-7* 5 5.48 6* i) Goudpeso. 2) Miireis Goud. *) Not. te A™dam. **) Id. te R™dam. Ov. not. part. opg. §) 1 Belga = 5 frank. 986 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 KOERSEN TE NEW YORK. (Cable). Data Londen <% per &) Parijs ($ p.JOOfr.) Berlijn rs p. 100 Mk.) Amsterdam p.lOOgld.) 30 Oct. 1928 31 — 1928 1 Nov. 1928 2 — 1928 3 — 1928 l — 1928 7 Nov. 1927 Muntpariteit . . 4,847/, 4,84i»/le 4,847/, 4,8427* 4,8427 4,8412/16 4,871* 4,8667 3,90»/, 3,90s/8 3,90»/, 3,905/, 3,905/, 3,905/, 3,92* 13,92 23,82* 23,82* 23,82* 23,82 23,82 23,81* 23,85 23,81* 40,10 40.10 40.11 40,10* 40,10* 40,10* 40,34* 402/,, KOERSEN TE LONDEN. Plaatsen en Landen Alexandrië. . Athene .. — Bangkok _ Budapest . .. B. Aires . — Calcutta …. Constantin.. Hongkong .. Kobe . Lissabon Mexico. Montevideo Montreal R.d. Janeiro Shanghai .. . Singapore. .. Valparaiso 1). Warschau — ‘) 90 dg. Noteerings- eenheden Piast. p. £ Dr. p. £ Sh.p. tical Pen. p. £ d. p.$ Sh. p. rup. Piast. p. £ Sh. p. $ Sh.p. yen Escu. p. £ d. per $ d. per $ $ per £ d. per Mil. Sh. p. tael id. p. $ $p.£ Zl. p. £ 20 Oct. 1928 97* 375 1 10* 27.831 47 ll/32 b65/e4 955 2/0* 1/10H 107 * 23* 50 * 4.85i/( 56#/,4 2/7>8:32 2/361/64 39.68 13 5/16 27 Oct. 1928 29 Ocf./3/Vov.I928 Laagste Hoogste 97* 374i — 1 10 * 27.84 47s/a 1.65/B4 965 2,05/s 1/1D/8 107)4 23)4 50s/— 4.85i/8 56fi/« 4 2;727/82 2/4 39.70 43s/le 97»/— 3743^ 1/1°tV 27.81 473/8 Wt. 950 2 0)4 1/n A 107 23 50V, 4.84)4 52‚/32 2/1)4 2/3i5/1( 39.68 43s/,6 97»/,, 375)4 1/10)* 27.85 47 * l/07,64 970 2/1 1/H« 107)4 24 50% 4-85* 516 64 2,81/s 2/4i/,, 39.70 43i/— 3 Nov. 1928 Z1LVERPRIJS Londen1) 29 Oct. 1928. . 26u/,, 30 — 1928.. 26)4 31 — 1928.. 26)4 1 Nov. 1928.. 26s/, 2 — 1928.. 26)4 3 — 1928.. 26n/— 5 Nov. 1927.. 20s/16 20 Juli 1914. . 241»/,, N.York i) 57 7/s 58 58V, 57 s/s 58 58 57 59 29 Oct. 30 — 31 — 1 Nov. 2 — 3 — 5 Nov. 20 Juli STAND VAN ™« RIJKS KAS. De Minister van Financiën maakt bekend: Vorderingen. Saldo bij de Nederlandsche Bank…. Saldo b. d. Bank voorNed. Gemeenten Voorschot op ultimo Sept. 1928 aan de gem. op voor haar door de Rijks¬ administratie te heffen gemeentelijke inkomstenbelasting en opcenten op de Rijksinkomsten belasting. Voorschotten aan Suriname. Kasvord.weg. credietverst.a/h.buitenl. Daggeldleeningen tegen onderpand van Staatsschuldbrieven . Saldo der postrekeningen van Rijks¬ comptabelen . Vordering op het Staatsbedrijf der P., T. en T. 2). ld. op andere Staatsbedrijven *). Verplichtingen. Voorschot door de Nederl. Bank … Schatkistbiljetten in omloop1). Schatkistpromessen in omloop. Waarvan direct bij de Ned. Bank. Zilverbons in omloop. Schuld a. d. Bank v. Ned.Gemeenten 2) ld. aan Ned.-lndië . ld. aan Curacao. Id. a. h. Alg. Burg. Pensioenfonds 2) . ld. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T. 2). ld. aan andere Staatsbedrijven2). ld. aan diverse instellingen 2). !) Waarvan … 12.056.000 vervallende 2) In rekg.-crt. met ™s Rijks op Schatkist. 23 Oct. 1928 … 1.305.148,85 , 39.254.999,95 , 10.176.506.13 , 133.370.075,83 16.653.879,87 4.065.348,03 14.247.340,16 68.997.000,- 84.250.000, – 19.000.000,Š 11.774.582,50 13.406.965.29 173.869.27 829.004.50 22.995.220,10 1.640 000,Š 7.915.585,47 1 Juli 1929. 31 Oct. 1928 NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD. Vorderingen: Saldo bij ™s Rijks kas .. Saldo bij de Javasche Bank. Verplichtingen: Betaalmiddelen in ™s Lands Kas…. Waarvan Muntbiljetten. Muntbiljetten in omloop . Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.. Idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank. 27 Oct. 1928 f 17.543.000,- — 14.648.000,- ,42.414.000,- , 939 000,- , 1.012.000,- 3 Nov. 1928 …22 983.000,- — 17.287.000,- , 43.070.000,- — 813.000,- * 622 000,- 97^ 375 i/itfi/, 27.83* 4716/3; 1 /6»/sa 957)4 2P9/sa bH* 107)4 23)4 50i/, 4.851/, fl6# 04 2/725/32 2/4 39.69 435/io GOUDPRIJS 8) Londen 1928…. 84/11)4 1928…. 84/11*4 1928…. 84/11)4 1928…. 84/11)4 1928…. 84/11)4 1928.. .. 84/11)4 1927.. .. 84/11)4 1914.. .. 84/11 l) in pence p. oz. stand. 2) Foreign silver in $c. p.oz.fine. 3) in sh. p.oz.fine … 83.904,64 , 39.254.999,95 , 10.188.383,98 , 135.775.958,01 11.388.675,33 4.065.348,03 … 14.030.256,97 — 68.985.000,Š — 82.450.000,Š — 21.000.000,Š — 11.882.425,50 — 21.784.917,53 — 173.556,96 — 935.941,23 — 20.207.5o2,62 — 1.640.000,- — 7.921.318,33 NEDERLANDSCHE BANK. Verkorte Balans op 5 November 1928 Activa. Binnenl.Wis-fHfdbk. f 71.541.355,32 seis, Prom.J Bijbnk. — 5.148.187,13 enz.in disc.f Ag.sch. — 13.263.132,49 Papier o. h. Buitenl. in disconto. Idem eigen portef. . f 188.194.207, Af :Verkochtmaaryoor de bk. nog niet af gel. — Š Beleeningen f 89.952.674,94 188.194.207,- incl. vrsch.l in rek.-crt.j op onderp. Hfdbk. f Bijbnk. — Ag.sch. — 67.243.879,85 9.514.630,03 59.598.522,12 / 136.357.032,Š Op Effecten f Op Goederen en Spec. — Voorschotten a. h. Rijk — Munten Muntinateriaa! Munt, Goud f Muntmat., Goud .. — Munt, Zilver, enz.. Muntmat., Zilver .. Belegging i/, sioenfonds Gebouwen en Meub. der Bank Diverse rekeningen — … 129.002.597,22 7.354.434,78 67.471.945,Š 367.503.677,73 434.975.622,1T 21.625.395,93 136.357. 6.103. 032,Š 686,09 kapitaal, reserves en pen- 456.601.018,66 Passiva. Kapitaal…… Reservefonds…. … Bijzondere reserve.. Pensioenfonds ……… Bankbiljetten in omloop.. — — Bankassignatiën in omloop. Rek.-Cour. ( Het Rijk Š saldo™s: ‚(Anderen f 29.321.088,05 Diverse rekeningen 24.639. 5.000. 29.697 936.545fl 353,38 000,Š 562,29 534,36 20.000. 7.157. 8.000. 5.539. 856.169. 473 29.321. 9.884. 000,Š 903,12 000,Š 401,60 340,Š 007,92 ,088,05 .793,67 f 936.545.534,36 Beschikbaar metaalsaldo.. — — .. Op de basis van «/, metaaldekking — M!luier bedrag aan bankbiljetten in om¬ loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. 278.907. 101.715. 956,93 269,71, 1.394.539.780,Š Voornaamste posten in duizenden guldens. Data Goud Munt Muntmat. 5 Nov. 29 Oct. 22 — 15 — 8 — 1 n 7 25 Nov. Juli ™28 ™28 ™28 ™28 ™28 ™28 ™27 67.472 67.483 67.484 67.486 67.489 67.491 67.840 ™14 65.703 367.504 367.504 367.504 367.506 367.506 367.506 318.266 96.410 Data Totaal bedrag disconto™s Nov. 1928 Oct. 1928 — 1928 — 1928 — 1928 — 1928 Nov. 1927 25 Juli 1914 Schatkist¬ promessen rechtstreeks Circulatie Andere opeischb. schulden Beschikb. Metaal¬ saldo 856.169 828.703 811.753 824.298 833.041 855.104 834.664 310.437 29.794 34.207 37.688 39.285 48.407 46.353 40 307 6.198 278.908 284.109 286.663 283.598 279.857 276.108 237.702 43.5211) Dek- kings perc. 51* 53 54 53 52 50J 47 54 89.953 82.408 71.840 68.368 77.987 77.088 161.539 67.947 2.000 21.000 19 000 15.000 24.000 22.000 14.300 Belee¬ ningen 136.357 117.041 107.366 109.576 103.149 114.727 133.389 61.686 Papier op het buitenl. 188.194 186.795 185 313 202.337 199.515 197.798 131.016 20.188 Diverse reke¬ ningen 2) 29 698 26.813 34.347 37.370 49.702 59.172 57.731 509 ‘) Op de basis van >/6 metaaldekking. 2) Sluitpost activa. SURINAAMSCHE BANK. Voornaamste posten in duizenden guldens. Data 29 22 15 8 1 1 Sept. Oct. Juli 1928.. 1928 — 1928.. 1928 — 1928.. 1927.. 1914.. l) Sluitpost der activa. Metaal Circu¬ latie Andere opeischb. schulden Discont. 960 961 961 960 970 1.170 645 1.626 1.460 1.496 1.653 1.687 1.682 1.100 566 590 629 705 672 580 560 1.067 1.062 1.061 1.063 1.063 900 735 Div. reke¬ ningen !) 456 434 470 427 530 601 396 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 987 JAVASCHE BANK. Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok¬ ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen. Data 3Nov.l928 27 Oct. 1928 20 — 1928 6 Oct. 1928 29Sept.l928 22 — 1928 15 — 1928 5Nov.l927 6 No v. 1926 25 Juli 1914 Goud Zilver 187.500 187.300 187 200 171.762 171 938 172.093 172.282 183.139 198.494 22.057 15.940 15.558 15.379 14.917 17.547 28.778 31.907 Data Dis¬ conto™s Wissels, buiten N.-lnd. betaalb. Circulatie 321 000 320.700 322 100 323 727 319.978 320.206 324.106 321.639 337.117 110.172 Andere opeischb. schulden 65.200 62.700 61.900 51.792 54.073 49 134 40.938 74.486 68.082 12.634 Beschtkb. metaal- saldo 33 020 33.940 33.600 37.494 37.875 39.736 41.181 121.769 146.701 4.842 *) Belee- ningen 3Nov. 1928 27 Oct. 1928 20 — 1928 6 Oct. 1928 29Sept.l928 22 — 1928 15 — 1928 5 Nov.1927 6 Nov.1926 25 Juli 1914 ‘) Sluitpost 165.700 159.400 157.600 13.047 12.399 12.671 13.060 11.799 12.424 7.259 33.281 32.961 31.698 29.765 27.049 25.327 6.395 94.070 92.080 90.607 89.341 126.024 99.514 47.934 Diverse reke¬ ningen^) *** *** 51.342 52.812 50.549 49.313 34.410 46.744 2.228 activa. ») Basis 2I. metaaldekklng. Dek- kings- percen- tage 49 49 49 50 50 51 51 51 56 44 BANK VAN ENGELAND. Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes, in duizenden ponden sterling. Data 31 Oct. ™28 ™28 ™28 ™28 ™28 26 Sept.™28 2 Nov.™27 22 Juli ™14 24 17 10 3 Gov. Sec. 42.623 37.300 34.015 31.110 37.110 31.682 44.610 11.005 Other Sec. 42.562 39.396 41.490 45.183 40.668 41.578 60.673 33.633 Public Depos. 14 133 10.123 11.217 13.934 10.006 9.694 21.346 13.736 Other Depos. 103.523 102.170 100.012 97.751 102.446 103.741 100.654 42.185 ‘) Verhouding tusschen Reserve en Deposits. Reserve 50.168 53.308 53.397 53.057 52.970 58.460 34.425 29.297 Dek- kings- perc. 9 42»/, 47»/8 48 47« 47 0, 51M 28J* 52 BANK VAN FRANKRIJK. Voornaamste posten in millioenen franos. Data 26 Oct. ™28 19 — ™28 12 — ™28 5 — ™28 27 Oct. ™27 23 Juli™14 Data Goud1) 30.786 30.751 30.715 30.669 5.545 4.104 | Zilver 732 732 732 732 343 640 Te goed in het buitenl. 13.983 14.092 13.836 13.289 56 Wis¬ sels Waarv. op het buitenl. 22.678 21.557 21.648 21.963 1.632 1.541 Bons v. d. zelfst. amort, k. Diver¬ sen 3) Circulatie 18.525 18.516 18.425 18.498 7 Belee- ningen 2.099 2.103 2.140 2.166 1.664 769 Renteloos voorschot a.d.StaaP 3.200 3.200 3.200 3.200 Rekg. Courant Staat 26 Oct.™28 5.930 1.270 61.327 7.727 4.201 6.880 19 — ™28 5.930 1.210 61.440 7.647 4.059 5.900 12 — ™28 5.930 1.196 62 021 7.675 3.865 5.459 5 — ™28 5.930 1.421 62.606 7.584 3.676 4.972 27 Oct.™27 Š 24.080 54.700 33 Š 10.753 23 Juli ™14 Š Š 5.912 401 _ 943 Ł) Bij de stabilisatie van den franc op 25 Juni is de goudvoorraad gewaardeerd volgens de nieuwe waarde van den franc.2) De schuld van den Staat aan de Banque de France is op 25 Juni afgelost. 3) Sluitpost activa. Zelfst. Parti- amort.k. culieren Data Metaal Circulatie Currency Notes Bedrag Bankbilj. | Gov. Sec. 31 Oct. 1928 24 — 1928 17 — 1928 10 — 1928 3 — 1928 26 Sept. 1928 2 Nov. 1927 22 Juli 1914 164.921 166.737 167.147 167.501 168.227 173.205 151.251 40.164 134.502 133.179 133.501 134.194 135.007 134.494 136 576 29.317 291.567 291.056 293.288 295.831 295.947 293.919 294 222 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 241.915 241.533 243 901 246.502 246.553 244.388 244.480 EFFECTENBEURZEN. Amsterdam, 5 November 1928. Hoewel er wel belangstelling is geweest voor den handel op sommige internationale fondsenmarkten, is de stemming over het algemeen óf weifelend, óf lusteloos geweest. Vooral te B e r 1 ij n is laatstgenoemde houding goed tot uiting gekomen, doch hier waren speciale factoren in het spel. Het vooruitzicht op de thans tot stand gekomen uitsluiting in de metaalnijver¬ heid heeft het ondernemen van transacties eenigszins tegen¬ gehouden en hierbij had het aanbod nog de overhand. Dienten¬ gevolge is een loome tendenz ontstaan, welke alleen tegen het slot der berichtsweek eenige verbetering heeft kunnen onder¬ gaan. Vermoedelijk moet ten aanzien van dit herstel rekening worden gehouden met het gewone verschijnsel ter beurze: zoodra een lang verwachte gebeurtenis een feit is geworden, blijkt, dat de koersen de omstandigheid reeds ten volle hebben verdisconteerd. Een rem op den handel aan de beurs van Berlijn werd bovendien gelegd door de discussies omtrent de overmatige bezetting ter beurze; men is bezig maatregelen te beramen, teneinde het aantal beursbezoekers te doen verminderen. Te P a r ij s werd de stemming gedrukt door politieke omstandigheden. Men ivas bevreesd, dat deze wel eens aan¬ leiding zouden kunnen geven tot verwikkelingen in den boezem van de huidige regeering en in verband hiermede heeft men de engagementen zoo sterk mogelijk beperkt. Ook heeft tot de loome tendenz medegewerkt het feit, dat het buitenland weinig aandacht aan de Pransche fondsenmarkt heeft ge¬ schonken. Onder andere omstandigheden ware wellicht eenige steun uit Duitschland te verwachten geweest, welke thans vrijwel geheel is weggebleven. De markt te Londen was, voor zoover het de beleg- gingsafdeeling betrof, opgewekt van toon. Daarentegen is in de speculatieve markten een zekere reactie op te merken geweest. Het feit, dat in de achter ons liggende berichtsweek een —accountfl plaats heeft gevonden, heeft uit den aard der zaak bij dergelijke verkoopen als een drukkende factor gegolden. De meeste emissies hebben intusschen een goed onthaal gevonden. Te New York was de stemming onregelmatig. De naderende presidentsverkiezing heeft echter op den omvang van de transacties geen merkbaren invloed gehad. De berich¬ ten uit handel en industrie bleven optimistisch luiden, zoodat geen vrees voor een reactie bestond, ook niet voor het tijdstip, dat de verkiezingen tot het verleden zullen behooren. Onder deze omstandigheden heeft de hernieuwde toeneming van de makelaarsvoorschotten geen druk uit-geoefend. Ten onzent was de handel over het algemeen stil en de stemming onregelmatig, waarbij een dalende richting over- heerschend is geweest, al waren er belangrijke uitzonderingen. In de afdeeling voor beleggingspapieren is weinig omgegaan en de fluctuaties waren niet van grooten omvang. 6 % Ned. Werk. Schuld 1922: 1041/,, 10315/16; 41/* % Ned. Werk. Schuld 1917: lOO1/», 995/16; 41/, %’Ned. Indië 1926 : 993/16, 995/i,; 5 % Mexico £ 100-1000 (afg.): 8V8; 5 % Brazilië 1903 £ 100 : 895/8, SS1/,; 8 % Sao Paulo 1921: 1Ó6s/4, lOöVxe- Daarentegen heeft- de afdeeling voor petroleumaandeelen nogal sterk de aandacht getrokken. De nieuwe emissie van aandeelen Koninklijke Petroleum My. is thans aangekondigd, doch dit feit heeft den aandeelen geen steun kunnen verleenen. Wellicht heeft het ontbreken van animo van de zijde van Parijs en Londen medegewerkt tot den lichten achteruitgang van het koerspeil, welke hier te constateeren is geweest. In scherp contrast met deze houding was het koersverloop van aandeelen Perlak Petroleum Maatschappij. In dit fonds zijn vrij groote kooporders uitgevoerd, welke de noteering op een belangrijk hooger peil hebben gebracht. Voorts hebben aan¬ deelen Steaua Romana de belangstelling getrokken;. een stijging van circa lP/j tot ca. 123/8 pet. is ingetreden. Dordt- sche Petr. Ind. Mij.: 445, 433; Gee. Holl. Petr. Cy.: 210; Kon. Ned. Petr. Mij.: 466s/s, 4571/2; Perlak Petroleum: 1153/s, 131V2; Peudawa: 22, 231/.,; Marland Oil: 449/i6, 4415/ie- De suikermarkt was onregelmatig. Enkele dagen iang liepen geruchten, dat de V.J.S.P. een groote afdoening tot stand zou hebben gebracht van suiker uit oogst 1929. Toen deze ge¬ ruchten waarheid bleken te bevatten, konden de meeste koer¬ sen min of meer belangrijk stijgen, om daarna weder achteruit te loopen als gevolg van de overweging, dat de behaalde prijzen voor de meeste fabrieken weinig winstgevend zou¬ den zijn. Cultuur Mij. der Vorstenlanden: 153, 154Va! H.V.A.: 6541/4, 6541/2; Javasche Cultuur Mij.: 378, 372; Kalibagor: 357, 364; Maron: 238, 240; Moormann: 315, 318; Ned. Ind. Suiker Unie: 2461/2, 244; Poerworedjo: 96V2, 190; Tjepper: SST1/^, 690; Watoetoelis Poppoh: 780, 775. Rubberaandeelen waren verlaten; hier en daar is een lichte reactie waar te nemen geweest. De uitschakeling van het plan Stevenson, welke op 1 November j.1. plaats heeft gevonden, heeft geenerlei invloed op de markt gehad. Wel zijn, in ver- 988 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 band hiermede, allerlei beschouwingen verschenen en bereke¬ ningen gemaakt, waarbij de meeste blijk hebben gegeven van ; een hoopgevenden kijk op de toekomst. Dientengevolge waren j er dan ook wel eenige aankoopen in de markt, spoedig gevolgd door realisaties. De omzetten zijn echter voortdurend gering geweest. Amsterdam Rubber: 242, 2393/8; Deli Batavia: 1671/!, 165; Hessa Rubber: 3191/,,. 316; Indische Rubber: 274, 270; Java Caoutchouc: 1541/,,, 150; Kali Telepak: 253, 248; Kendeng Lemboe: 329, 329x/2; Majanglanden: 292, 2901/r; Ned. Ind. Rubber & Koffie: 2777a, 277! R™dam Tapanoeli: 10972, 107; Serbadjadi: 1943/4, 191; Sumatra Caoutchouc: 180, 1727—; Sumatra Rubber: 188 74, 1873/—; Ver. Ind. Cultuur Ondernemingen: 13474, 13274; Intercontinental Rubber: 10, 93/4. . , n Tabaksaandeelen hebben niet de minste aandacht getrokken. In de meeste gevallen zijn dan ook geen, of slechts bijzonder kleine fluctuaties voorgekomen, waarbij Javasoorten vaker de voorkeur hebben verkregen dan Sumatra soorten. Van laatst¬ genoemde is nog het meeste omgegaan in aandeelen Deli Batavia Maatschappij. Ar’endsburg: 669, 670; Besoeki Tabak Mij.: 541, 544; Deli Batavia: 51D/,, 519V4; Deli Mij.; 4233/4, 42672; Ngoepit: 336, 340; Oostkust: 1827a, 1823/4; Senembah: 4993/4, 500. De scheepvaartafdeeling heeft een kalm verloop gehad, doch heeft bijna voortdurend een vasten ondergrond te zien gege¬ ven. De lichte verbetering van de vrachtenmarkt, althans voor sommige routes, heeft hiertoe aanleiding gegeven. Af en toe zijn realisaties voorgekomen, waardoor de verbetering, welke ten slotte kon worden behaald, slechts matig is gebleven. Holland-Amerika Lijn: 8U/2, 82; Java China Japan Lijn: 137, 1361/2; Kon. Ned. Stoomboot Mij.: 925/s, 92; Ned. Scheep¬ vaart Unie: 204, 2033/4; Nievelt Goudriaan: 1197/8, Stoomv. Mij. Nederland: 2011/2, 2013/4. Aaiideelen in industrieele ondernemingen waren vrij onregel¬ matig. De grootste aandacht werd getrokken door de krachtige koersverheffing van aandeelen Nederlandsche Kabelfabriek, in verband met de aangekondigde emissie van nieuwe aan¬ deelen, waardoor aandeelhouders een belangrijke claim ver¬ krijgen. De handel in het fonds is desniettemin gering geweest, doordat, de meeste aandeelen zich in vaste handen bevinden. Aandeelen Philips Gloeilampenfabrieken hebben slechts af en toe eenige aandacht’getrokken; de stemming was onregel¬ matig, doch wel viel waar te nemen, dat het élan van enkele maanden geleden op het oogenblik niet meer aanwezig was. Aandeelen in kunstzijde ondernemingen bleven stil en met een neiging tot achteruitgang, evenals certificaten Margarine Unie. Centrale Suiker Mij.: 75, 757s; Hollandsche Kunstzijde Industrie: 21277 206; Internationale Viscose: lll3/8, 111; Maekubee: 1883/4, 1771/.,; Margarine Unie: 2447$, 24D/2; Ned. Kabelfabriek: 605, 661; Ned. Kunstzijdefabr.: 4201/2, 415; Philips Gloeilampenfabriek (Gem. B. v. A.): 77474, 777; Ougrée Marihaye: 374, 367; Separator: 17974, 17672; Zweed- sche Lucifer Mij.: 456, 451. Mijnmndeelen traden op den voorgrond door een krachtige koersverheffing van aandeelen Algemeene Exploratie Mij. en eenige vraag voor Müller Mijnbouw. Daarentegen was de belangstelling voor aandeelen Bóeton sterk ingekrompen. Alg Exploratie Mij.: 1163/4, 1213/s; Billiton le Rubriek: 961, 975; Boeton Mijnbouw Mij.: 215, 2127a! Muller & Co™s Mijn¬ bouw Mij.: 1013/4, 107; Oost Borneo: 69; Redjang Lebong: 152, 15472; Singkep Tin Mij.: 367, 36572. Aandeelen in bankinstellingen waren vast en voor de meeste soorten iets hooger. Amsterdamsche Bank: 188, 1877a! Hollandsche Bank voor Zuid-Amerika: 687a, 683/s; Incasso Bank: 123, 124; Javasche Bank: 3127/,, 317; Koloniale Bank: 2371/2, 2397»; Ned. Ind. Handelsbank: 164, 167; Ned. Handel Mij. C. v. A.: 1701/2, 1713/4; R™damsche Bankvereeniging: 10674, 106; Twentsche Bank: 140. De Amerilcaansche markt bleef ten slotte lager in overeen¬ stemming met New York. American Smelting & Refining Cy.: 2733/4, 2667s> Anaconda Copper: 1797a, 1773/4; Stude- baker: 78x/8, 753/4; U. S. Leather: 347/8, 33; U. S. Steel Corp.: 16113/16, 1603/4; Atchison Topeca: 1907a, 19015/16; Erie: 59, 57; Missouri Kansas & Texas: 433/4, 449/lö; New York Ontario & Western: 273/4, 2613/16; Union Pacific: 202, 205;. Wabash Railway: 773/4, 767/s. GOEDERENHANDEL. GRANEN. 6 November 1928. De prijzen voor tarwe aan de termijnmarkt te Winnipeg zijn in de afgeloopen week voor den December-termijn eenigszins gedaald. In vergelijking met een week geleden zijn zij op het oogenblik ruim hj2 dc: per 60 lbs: achteruitgegaan. Deze verlaging is niet groot en door velen was een’ veel. grootere prijsdaling verwacht tegen den tijd, dat het dorschen van tarwe in Canada teneinde was. Tengevolge van den overvloe- digen oogst en de daarmede verband houdende groote aan¬ voeren aan de binnenlandsche markten is de zichtbare voor¬ raad in Canada grooter geworden en bestaat gebrek aan berg¬ ruimte om den steeds doorgaanden toevoer te bewaren. Europeesche koopers, die dezen toestand zagen en in de meening verkeerden, dat hij bij toenemend aanbod van tarwe zou moeten verergeren, verwachten daarvan verlaagde prijzen. Zij hebben daarom slechts matig gekocht en het aantal.zaken, zoowel in Engeland als op het vasteland van Europa, was niet groot. De verwachting, dat prijzen zouden dalen in verband met de groote aanvoeren en toenemende voorraden bestond niet alleen in Europa, doch ook in Amerika was men dezelfde meening toegedaan en flauw gestemd. Tot nog toe zijn deze verwachtingen echter niet in vervulling gegaan en zijn de prijzen voor Canadeesche tarwe slechts weinig gedaald. De prijzen aan de termijnmarkt te Chicago ondergingen grootere verlagingen dan te Winnipeg. Voor den December-termijn waren zij ongeveer l3/4 dc. per 60 lbs. lager dan een week geleden. Het aanbod van tarwe uit de Vereenigde Staten is echter niet groot, want de houders hiervan geven er de voor¬ keur aan een afwachtende houding aan te nemen. Dienten¬ gevolge moet voor het grootste gedeelte in de behoefte aan buitenlandsche tarwe voorzien worden door Manitoba tarwe. Zoowel afladers als de leiders van den Canadeeschen tarwepool maken van deze omstandigheid gebruik om hun tarwe op prijs te houden. Reeds sedert geruimen tijd zijn geen nieuwe schattingen bekend gemaakt over de Canadeesche tarwe-opbrengst. Ge¬ regeld doen echter op het oogenblik geruchten de ronde, dat de opbrengst niet zoo groot zal zijn als korten tijd geleden werd verwacht. Schattingen, welke door particulieren worden ge¬ daan, loopen zeer uiteen tengevolge van de moeilijkheden om te beoordeelen, in hoeverre schade door vorst is ontstaan. Men meent nu met de mogelijkheid te moeten rekenen, dat de op¬ brengst iets kleiner zal zijn dan 500 millioen bushels, waarbij dan ook het door vorst geleden hebbende gedeelte moet worden gerekend. In verband met de vermoedelijke opbrengst en de schattingen van dit oogenblik uit Canada dient erop gewezen te worden, dat in Amerika genomen proeven wijzen op een hoog maal-rendement van den oogst van dit jaar, terwijl het van Canadeesche tarwe gemalen meel zeer goed moet bakken. Het monopolie, dat Canada op het oogenblik heeft voor de Industrieele Disconto Maatschappij AMSTERDAM LONDEN MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL / 25.000.000 – BERL1JN PARIJS KOPENHAGEN VOLGESTORT GEPLAATST EN RESERVES /12.900.000 – Financiering van den afzet van industrieele producten. 7 November i 928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 989 AANVOEREN in tons van 1000 KG. Artikelen Rotterdam Amsterdam Totaal 28 Oct.13 Nov. ‘ Sedert 1928 | 1 Jan. 1928 Overeenk. tijdvak 1927 28 Oct.13 Nov) Sedert 1928 j 1 Jan. 1928 Overeenk. tijdvak 1927 1928 1927 Tarwe .. Rogge … Boekweit. Maïs. Gerst . Haver . Lijnzaad. Lijnkoek. Tarwemeel . Andere meelsoorten …. 34.853 5.870 215 1.204 26.662 5.091 2.791 1.329 737 1.884.525 180.970 14.054 865.180 425.130 170.130 161.792 167.609 91.594 9.813 1.852.698 351.734 15.985 1.189.744 415.024 185.426 214.151 161.092 103.567 10.334 847 1.213 9.337 641 58.843 178.345 12.233 617 330.374 1.184 31.746 39.252 743 67 202.499 12.500 2.829 199.440 38.024 1.943.368 180.970 14.054 1.043.525 437.363 170.747 492.166 168.793 123.340 9.813 1.891.950 352.477 16.052 1.392.243 427.524 Ï88.255 413.591 161.092 141.591 10.334 levering van tarwe naar Europa waardoor het mogelijk is, dat de prijzen zich handhaven niettegenstaande de statistische positie van tarwe flauw is, zal nog geruimen tijd.voortduren tot Australië en Argentinië met tarwe in sterkere mate zullen beginnen te eoncurreeren. Wel gebeuren er reeds, zaken in Plata-tarwe van den nieuwen oogst, doch de daarin tot. stand gekomen omzetten zijn nog slechts van kleinen omvang. De vooruitzichten van den Argentijnschen tarwe-oogst blijven bij voortduring gunstig en verdere regen, welke in groote gedeelten van het land is gevallen, is van gunstigen invloed geweest. Wel werden geruchten over vorst in het Zuiden van Argentinië verspreid, doch er werd niet bij vermeld of daardoor schade was veroorzaakt, Het is ook zeer de vraag of vorst in dezen tijd van het jaar van nadeeligen invloed zal kunnen zijn. De verwachtingen over de opbrengst in Australië zijn, nadat overvloedig regen was gevallen, zeer optimistisch geweest en men sprak reeds van een vermoedelijke opbrengst yan 200 millioen bushels. Deze schatting blijkt overdreven geweest te zijn en volgens de laatste berichten meent men op een op¬ brengst van 150 millioen bushels te mogen rekenen. In het vorige jaar was de opbrengst 116 millioen bushels en in 1926 160 millioen. De verschepingen van rogge uit Noord-Amerika waren in de afgeloopen week vrij belangrijk en grooter dan een week te¬ voren. Grootendeels dienden deze verschepingen tot ver¬ vulling van vroeger afgesloten contracten. Van nieuwe ver- koopen van Amerikaansche rogge hoort men weinig. De vraag naar buitenlandsche rogge is vooral in Duitschland gering, omdat een groote oogst in Duitschland is binnengehaald. Zelfs verkoopt Duitschland inlandsche rogge, waarvan kleine kwantiteiten naar omliggende landen worden verscheept. Ook naar Polen vond uitvoer van rogge plaats, doch omdat in dat land het invoerrecht op rogge is verhoogd, is aan den uitvoer daarheen een einde gekomen. Op het oogenblik wordt in Duitschland veel rogge van den inlandschen oogst gebruikt voor veevoeder wegens de hooge prijzen van buitenlandsche daarvoor bestemde granen, behalve gerst, welke wel laag in prijs is, doch waarvan de levering in Duitschland moeilijk¬ heden oplevert wegens de kwaliteit van sommige Amerikaan¬ sche soorten. Voor de voorziening van maïs zijn de invoerende landen in Europa gedurende den eerstkomenden tijd nog aangewezen op Argentinië. Wel wordt geregeld maïs uit Zuid-Afrika ver¬ laden, doch de verschepingen van daar zijn sterk verminderd .en leggen voor de voorziening van Europa geen groot gewicht in de schaal. De verschepingen van maïs uit Argentinië zijn allengs kleiner geworden en ook in de afgeloopen week waren zij weder kleiner dan in de voorafgaande. Dientengevolge is de stoomende voorraad weder verminderd en is het aanbod van stoomende Platamaïs verre van dringend. De prijzen aan de termijnmarkt te Buenos-Aires en te Rosario zijn in de af¬ geloopen week gestegen. Te Buenos-Aires voor November en December 10 centavos, te Rosario voor dezelfde termijnen 15 centavos per 100 KG. Bijna dagelijks werden door afladers en door houders van stoomende maïs hoogere prijzen gevraagd. De verhooging, welke de prijzen in Europa voor stoomende maïs hebben on¬ dergaan, hielden gelijken tred met de stijging aan de termijn¬ markt in Argentinië. Op latere levering wordt geregeld Ameri¬ kaansche Mixed maïs aangeboden. De eerste partijen, welke worden aangeboden, zullen aan het einde van November worden verladen en daarvoor worden aanzienlijk hoogere prijzen be¬ taald, dan voor verlading in December en de eerste maanden van het volgende jaar. Reeds werden groote contracten af¬ gesloten tot prijzen, welke dagelijks veranderen in overeen¬ stemming met de koersen aan de termijnmarkt te Chicago. Deze zijn in het begin der vorige week sterk verhoogd, doch hebben later eenige verlaging ondergaan. Gerekend over de geheele week sloot de Decembertermijn voor maïs te Chicago r/2 cent per 56 lbs. hooger dan een week geleden. De opbrengst van den Amerikaanschen maïsoogst, welke eenigen tijd ge¬ leden op iets over de 3000 millioen bushels werd geraamd, wordt nu van particuliere zijde geschat op 2912 millioen bushels. Tengevolge van het droge weder schijnt de kwaliteit dit jaar zeer goed te zijn. Uit Roemenië mogen dit jaar geen of slechts zeer geringe aanvoeren naar West-Europa worden verwacht. De opbrengst van den maïsoogst wordt in Roemenië dit jaar geschat op 11.500.000 quarters tegen een opbrengst in het vorige jaar van 17 millioen quarters en van 28 millioen in 1926. In Zuid-Slavië wordt de opbrengst geschat op 9.700.000 quarters tegen een opbrengst in het vorige jaar van 9.900.000 en in 1926 van 15.600.000 quarters. Alleen zullen uitvoeren naar Italië plaats kunnen vinden. Gerst was in de afgeloopen week vooral voor stoomende en spoedig te verladen partijen flauwer. Moeilijkheden, welke in Duitschland met gerst uit de Yereenigde Staten nog steeds worden ondervonden, hebben een groot aanbod van deze gerstsoort doen ontstaan, doordat vele Duitsche houders van gerst hunne partijen naar Nederland willen verkoopen en door¬ dat partij en . aan de markt komen, waarvan de documenten door Duitsche ontvangers niet werden opgenomen. In ver¬ band met het groote aanbod en de verwachting, dat dienten¬ gevolge de prijzen zouden moeten worden verlaagd, namen koopers een afwachtende houding aan. De verwachting, dat de prijzen een verlaging zouden ondergaan, is bewaarheid en op het verlaagde niveau is de vraag weder eenigszins toege- nomen.Vele Duitsche koopers hebben hun Amerikaansche gerst, waarvan het niet zeker is, dat de kwaliteit goed zal zijn en of de invoer daarvan in Duitschland zal worden toegestaan, weder verkocht en daarvoor in de plaats weder andere gerstsoor- ten gekocht. Vooral Canadeesche en Donaugerst komen daarvoor in aanmerking. Voor de eerste soort zijn de prijzen gedurende de afgeloopen week beter op peil gebleven. Van Donaugerst is het aanbod in de laatste dagen iets ruimer geworden en de prijzen daarvoor ondergingen een kleine verlaging. Afladers van Donaugerst zijn echter niet geneigd groote concessies te doen en zijn niet dringend aan de markt. No. 2 Amerikaansche gerst uit de Vereenigde Staten, met welke soort de bekende moeilijkheden in Duitschland worden ondervonden, wordt op latere levering niet in de tweede hand aangeboden en daar¬ mede zijn alleen Amerikaansche afladers aan dë markt. Vóór die posities ter verlading in de eerste maanden van het vol¬ gende jaar bestaat dus niet het dringende aanbod van terug- verkoopers en de prijzen voor deze latere afladingen onder¬ gingen slechts matige verlaging. De verschepingen van haver waren in de afgeloopen week, zooals meestal in dezen tijd van het jaar, gering. Het grootste gedeelte van de verschepingen werd gelevérd door Noord- Amerika. In deze soort alsook in Duitsche haver komen ge¬ regeld kleine zaken tot- stand. SUIKER. Do, verschillende suikermarkten vervielen de afgeloopen week opnieuw in eene zeer flauwe stemming met afbrokkelende prijzen. In Ie w-Y o r k liepen de not-eeringen op de termijnmarkt vooral voor de vroegere leveringen dientengevolge sterk terug en sloten aan het einde der week als volgt: Dec. 1.93; Jan. 1.94; Mrt. 2. Š; Mei 2.08; Juli 2.16; terwijl voor Spot Centri¬ fugals de prijs daalde tot 3.77 d.c. Raffinadeurs in Amerika beperken zich nog steeds tot de slechts hoog noodige aankoopen van ruwsuiker. De prijs hiervoor daalde tot 2.1/32 d.c. c. & fr. New York op basis van Cubasuiker. De ontvangsten in de Atlantische havens der V.S. bedroegen deze week 57.000 tons, de versmeltingen 65.000 tons tegen 48.000 tons in 1927 en de voorraden 272.000 tons tegen 196.500 tons. De laatste Cuba statistiek is als volgt: 990 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 Cubaansche prod, tot 30 Oet. Consumptie. Weekontv. afscheephavens. . Totaal sedert 1 Jan. Weekexport. Totale export sedert 1 Jan. . Voorraad afscheephavens…. Voorraad Binnenland . 1928 Ton 4.037.833 87.785 38.579 3.675.713 86 913 3.164.964 473.876 311.208 1927 Ton 4.508.521 123.521 38.827 4.076.961 58.698 3.545.819 531.142 308.039 1926 Ton 4.884.658 120.000 47.199 4.501.181 101.316 4.110.192 390.989 263.477 Naar uit Honolulu verluidt, wordt de a.s. rietsuikeroogst van Hawaii op 825.000 tons (een recordoogst) geraamd. Volgens F. O. Licht is de gunstige weersverandering met de zoozeer verlangde regens, die in October over vrijwel geheel Europa nog juist intijds inzetten, zeer ten goede van den te velde staanden bietoogst gekomen. De bieten konden belangrijk in gewicht toenemen, zonder dat het suikergehalte noemenswaardig terug liep. Licht vond dan ook aanleiding zijne raming van den a.s. Europeeschen bietsuikeroogst met ruim 200.000 tons te verhoogen in. vergelijking met zijne eerste raming en publiceert de volgende gespecificeerde cijfers: 1928/1929 1927/1928 2e Raming le RamiDg Opbrengst 31.10™28 28.9™28 Duitschland . Tsjecho Slowakije Oostenrijk. Hongarije . Frankrijk . België. Nederland. Denemarken. Zweden . Polen . Italië . Spanje. Brittannië. Andere landen … 1.655, 1.075 110. 180. 860. 260. 280. 165. 165. 700. 380. 238 245 279. .000 .000 OuO 000 0001) 000 2) 0003) 000 000 000 000 .000 000 .000 1.600 1.040 110 170 810 260. 280. 155 165 640. 390. 238 245 274 000 1 .000 1 000 000 0001) 0002) 0003) 000 000 000 000 000 000 000 .665.000 .239.000 110.000 187.000 863.000 273.000 260.000 143.000 145.000 507.000 284.000 226.000 238.000 318.000 Tons Deze cijfers worden door Licht nog niet als finaal beschouwd, aangezien het weer in de komende twee weken nog grooten invloed op den oogst kan hebben. In Engeland verlaagden Raffinadeurs den prijs van hun product deze week met 3 d. Op de termijnmarkt liepen de noteeringen tusschen 8| d. en 7 d. terug. De Ruwsuikermarkt sloot op de volgende noteeringen: Dec. Sh 9/21; Mrt. Sh 9/3; Mei Sh 9/3f; Aug. Sh 9/7j; Sept. Sh 9/8|-. Op Java verkochten de V.I.S.P. uit oogst 1928 nog 10.500 tons Superieur tot den bekenden prijs van … 13J, terwijl uit oogst 1929 200.000 tons Muscovados voor verscheping bewesten Suez werden verkocht tot … 10,25 met optie van Haofdsuiker tot / 10,50. Het contract der V.I.S.P. leden werd in ‘eene te Amsterdam gehouden vergadering verlengd tot ultimo December 1930. De markt voor tweedehandsch suiker was stil zonder noemenswaardige verandering. Hier te lande opende de termijnmarkt in kalme stemming. Prijzen konden zich echter niet op het openings- niveau handhaven en sloten na eenige fluctuatie op ongeveer / I lagere noteeringen als volgt: Deo. … 13J a … -J; Mrt. … 13j a 1; Mei … 14. Š a 13§ en Aug. … 14/ a 14. Š. De omzet bedroeg deze week 6400 tons. KATOEN. Tot. Europa z.Rusland Rusland. 6.592.000 1 430.C00 6.377.000 1.430.000 6.518.000 1.500.000 Tons Tot. Europa inch Rush 8.022.000 7.807.000 8.018.000 Tons *) Inclusief 35.000 tons suiker van uit Nederland en België geïmporteerde bieten. die als bieten naar Frankrijk Excl. 20.000 t. suiker 3) 15.000 , zullen worden gezonden om daar verwerkt te worden. Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons. Manchester, d.d. 31 October 1928. Prijzen van Amerikaansche katoen zijn sedert de vorige week slechts weinig veranderd. Het Ginnersbericht, dat op Donderdag gepubliceerd werd, veroorzaakte een tijdelijke stijging, doch had geen invloed op den algemeenen. prijsloop. Volgens dit rapport waren tot 17 October 8.147.000 balen gegind, een cijfer, dat een paar duizend balen grooter is dan het correspondeerend cijfer voor 1927 en minder dan 600.000 balen lager dan het cijfer voor 1926, Het vorig Ginners rapport gaf een aanmerkelijk geringeren voorraad dan vorig jaar aan, zoodat het rapport van verleden Donderdag als een gunstigere aanwijzing voor den oogst beschouwd kan worden. Egyptische katoen heeft, denzelfden loop als Amerikaansche katoen ge¬ volgd en is dus lager in prijs dan een week geleden. Voor verkoopers van Amerikaansche garens is het een te¬ leurstellende week geweest. Prijzen zijn over het algemeen onveranderd, doch er zijn slechts weinig groote zaken gedaan om de prijzen te testen, welke verkoopers zouden willen accepteeren. Er zijn teekenen, die er op wijzen, dat koopers op de meeste Oostersche markten bij eenigszins vaste katoen- prijzen bereid zouden zijn hun voorraden weer aan te vullen, STATISTISCH OVERZICHT TARWE HardWinter No. 2 loco Rotterdam/ Amsterdam per 100 K.G. Jaargemidd. 1925 Januari 1926 Februari — Maart — April — Mei — Juni — Juli Augustus — September — October — November — December — Januari 1927 Februari — Maart — April — Mei — Juni — Juli Augustus — September — October — November ,, December — Januari 1928 Februari — Maart — April — Mei — Juni — Juli Augustus — September — October — 5 November ,, !) Men zie voor * Manitoba No. fl. 17,20 16,90 *16,30 *15,375 *16,10 16,325 16,125 *16,20 15,35 14,80 15,75 16,025 I5,4ii 15,225 15,225 15,05 14.80 15,75 15.60 15,10 14,875 14,70 13,725 13,45 13,40 13,50 13.80 14.60 15,30 15.30 14.375 14,25 12,00 11,65 12,28 12.30 I 100,0 98.3 94.8 89.4 93.6 94.9 93.7 94.2 89.2 86,0 91,6 93.2 89.5 88.5 88.5 87.5 86,0 91.6 90.7 87.8 86.5 85.5 79.8 78.2 77.9 78.5 80 2 84.9 88.9 88,9 83.6 82,8 69,8 67.7 71.4 71.5 ROGGE American No.22) loco Rotterdam per 100 K.G. MAÏS La Plata loco R™dam/A™dam per 2000 K.G. GERST Amer. No.23) loco Rotterdam per 2000 K.G. LIJNZAAD La Plata loco R™dam/A™dam per 1960 K.G. fl. 13,075 11.475 f 11,525 f 11,475 f 11,45 Ł 11,00 11.125 12,175 11.825 11,95 12,325 12,60 12,20 12,50 13,05 12,70 12.825 13.575 13,20 12,05 11,45 12,15 11,45 12.125 12.575 12,70 12.875 14,00 14,975 15.475 14,275 13,075 12,625 11.575 12,27 12,00 de toelichting op dezen staat 3. f Zuid-Russische. °/o 100,0 87,8 88,1 87.8 87.6 84.1 85.1 93.1 90.4 91.4 94.3 96.4 93,3 95.6 99.8 97.1 98.1 103,8 101,0 92.2 87.6 92.9 87.6 92.7 96.2 97,1 98.5 107.1 114.5 118,4 109.2 100,0 96.6 88.5 93.8 91.8 fl. 231.50 190.25 174,00 167.75 177.50 168.50 171,00 175.25 170.50 170,00 175.50 177.75 173.50 165,00 167,00 164.50 173,00 172.75 175,25 171.50 178.50 179.50 178.75 184.75 201,00 207.50 226.50 240.75 239.50 238.50 234,00 246.75 214.75 198.75 218.50 230,00 °/o 100,0 82, 75.2 72.5 76.7 72.8 73.9 75.7 73.7 73.5 75.8 76.8 74.9 71.3 72.1 71.1 74.8 74.6 75.8 74.1 77.1 77.5 77.2 79.8 86.8 89.6 97.8 104,0 103.5 103,0 101,0 106.6 92.8 85.9 94.4 99.4 I fl. 236,00 184.25 175,00 174.50 194.75 192.50 198.75 200.50 190.50 .04,75 218.75 215,00 210.75 222.25 230,00 219.25 >37,50 258.25 246/0 235.75 252.50 233.25 230.50 233.25 246.25 247.75 243.75 255.75 261,00 260.75 252.50 241,00 226.75 198 25 189.50 180,00 °/o 100,0 78.1 74.2 73.9 82.5 81.6 84.2 85,0 80.7 86.8 92.7 91.1 89.3 94.2 97,5 92.9 100,6 109,4 104.2 99.9 107,0 98.8 97.7 98.8 104.3 105,0 103.3 108.4 110,6 110.5 107,0 102.1 96,1 84,0 80.3 76.3 fl. 462.50 370.75 353,00 330,00 335.75 334.50 360,25 382.50 376.50 360.25 367.75 382.50 373.75 362.50 373.75 354.75 351.50 373.75 372.75 367.75 368 25 369.50 359,00 349.75 348.25 361.00 361,00 350.75 358.25 372,00 365.25 359.75 350.75 350,75 366,00 377,00 100,0 80,2 76.3 71.4 72.6 72.3 77,9 82.7 81.4 77,9 79.5 82.7 80.8 78,4 76.7 76,0 80.8 80,6 79.5 79.6 79,9 77.6 75.6 75.3 78,0 78,0 75.8 77,5 80.4 79,0 77.8 75.8 75,8 79,1 81.5 STEENKOLEN Westfaalsche bunkerkolen, ongezeefd ! f.o.b. R™dam/A™dam i per 1000 K.G. PETROLEUM Mid. Contin. Crude 33 t/m 33.90 Bé s.g. per barrel fl. 10,80 10,05 10,20 9,85 10,00 13.10 13,85 16.35 17.25 25,50 31.10 38.25 19,00 13.35 12.10 11.25 11,00 10.95 11,00 11,10 11,05 10,90 10,90 10,65 10,60 10,30 10,00 9.95 10,05 10,60 10,10 10.10 10,05 10,00 9,95 10.25 °/o 100,0 93.1 94,4 91.2 92.6 121.3 128,2 151.4 159.7 236.1 288,0 353.7 175.9 123.7 112,0 104.2 101.9 1 01 ;4 101.9 102.8 102.3 100.9 100.9 98.6 98.1 95.4 92.6 92.1 93.1 98.1 93.5 93.5 93.1 92.6 92.1 94.9 1.68 1.51 1.80 1.80 1.80 1.93 2.05 2 05 2.05 2.05 2.05 1.81 1.75 1.75 1.70 1.26 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1 22 1.22 1.22 1.22 1.21 1.19 1.19 1.19 1.19 1.19 1.21 1.21 1.19 1.18 °/o 100,0 89,9 107,1 107,1 107.1 114,9 122,0 122,0 122,0 122,0 122,0 107,7 104.2 104.2 101.2 75,0 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,0 70,8 70,8 70,8 70,8 70,8 72,0 72,0 70,8 70,2 IJZER Cleveland Foundry No. 3 f.o.b. Middlesbrough per Eng. ton KOPER Standaard Locoprijzen Londen per Eng. ton Sh. 73/- 70/- 70/6 70/6 70/6 73/- 76/6 87/- 90/6 94/6 118/- 120/6 99/6 85/6 83/6 81/- 80/- 74/- 70/- 70/- 69/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/6 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- °/o 100,0 95,9 96,6 96,6 96.6 100,0 204,8 119.2 124,0 129.5 161.6 165,1 136.3 117.3 114.4 111,0 109,6 101.4 95,9 95,9 94,5 89,0 89,0 89,0 89,0 89,0 89,0 89.7 90.4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 £ 62.1/6 59.3/- 59.12/- 58.15/6 57.7/6 56.9/6 56.17/6 58.2/- 58.19/6 58.15/- 58.7/6 57.6/6 56.19/6 55.7/6 54.16/- 55.17/- 55.2/6 54.14/- 54.2/6 53.19,- 55.5/6 54.13/- 55.5/- 59.1/- 60.2/- 62.-/- 61.12/- 61.3/6 61.14/6 62.15/- 63.17/- 62.18/- 62.10/6 63.8/- 65.12/- 67.10/- °/o 100,0 95.3 96,0 94.7 92.4 91,0 91.6 93.6 95,0 94.6 94,0 92,3 91.8 89.2 88.3 89.9 88,8 >8,1 87,2 86.9 89.0 88,0 89,0 95.1 96.8 99.9 99.2 98.6 99.4 101,1 102,9 101,3 100.7 102,1 105.7 108.7 I de nummers van 8 en 15 Augustus 1928 (No. 658 en 659) pag. 689(90 en 709. 2) = Western vóór de invoering van 26 28 28 28 28 26 26 28 29 30 31. 301 30′ 29! 30! 3i: 30- 29! 29t 28! 29! 28! 2» 26( 25: 231 23; 234 23C 211 211 211 214 221 229 de h 7 November 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN doch het grootste gedeelte van de vraag, dat deze week is doorgekomen, schijnt alleen prijstesting ten doe! te hebben gehad. Er zijn voor Indië niet veel zaken gedaan, doch de andere overzeesche markten hebben slechts weinig te rappor- teeren. De meeste spinners, zoowel van Amerikaansche als Egyptische katoen zijn tot verder zakendoen bereid en het is heel goed mogelijk, dat enkelen bereid zijn tot lage prijzen af te geven om hunne fabrieken nog voor eenigen tijd werk te bezorgen. Prijzen zijn echter nog merkwaardig vast, den stand van den handel in aanmerking genomen. Hoewel prijzen zeer vast zijn, gaat er in de doekmarkt weinig om en er worden niet veel nieuwe zaken afgesloten. De overzeesche markten schijnen verdere ontwikkelingen af te wachten en de resultaten zijn dan ook teleurstellend. Het schijnt, dat speciaal Zuid-Amerika en de binnenlandsche handel er toe hebben bijgedragen de positie van fabrikanten te verbeteren. Zooals wij reeds gezegd hebben, worden er geregeld kleine hoeveelheden in stapelgoederen verkocht. Indische koopers stellen hun aanvullingsorders zoo lang mogelijk uit en zullen zeker teleurgesteld worden, indien zij bemerken, dat zij niet zoo™n vlugge levering kunnen verkrijgen, als zij wel verwacht hadden. De vraag is momenteel tot stil¬ stand gekomen, zonder eenige schijnbare reden, daar het Ginnersbericht praktisch geen invloed op den loop der prijzen heeft gehad. Liverpoolnoteeringen Oost. koersen 230ct. 30Oct. 240ct. 31 Oct, T.T. opBr.-Indië 1/6T’¥ l/6/T F. G.F.Sakellaridis 18,30 17,75 T.T.op Hongkong 2/0‚/8 2/0j£ G. F. No. 1 Oomra 6,85 6,65 T.T. op Shanghai 2(7!^ 2/7f<,’ KOFFIE. De iets betere stemming, welke reeds in de laatste dagen der vorige week in de plaats was getreden van de weifelende; houding, die enkele weken daarvóór overheerschend was ge¬ weest, hield aan, ofschoon de prijzen, zoowel in de productie¬ landen als op de termijnmarkten, geen noémenswaardige ver¬ andering aantoonden. Tegenover een rijzing van slechts -/6 a Ij- per cwt. van de kost- en vracht-aanbiedingen van. Santos en van Rio stonden zoo goed als onveranderde offertes van Robusta uit Nederlandsch-ïncLië en van gewasschen koffies uit de verschillende landen van Centraal-Amerika. Aan de termijnmarkt alhier stegen de noteeringen aanvan¬ kelijk een fractie, doch daarna zakten zij weder een kleinigheid in en bij het afsluiten van dit bericht stonden zij op bijna de¬ zelfde cijfers als een week geleden. De officieele loco-noteeringen bleven alhier onveranderd vastgesteld op 65 ct. per 1/2 K.G. voor Superior Santos en 53 ct. voor Robusta, doch de gang van zaken bleef nog altijd slepend en de afzet beantwoordde dientengevolge ook ditmaal niet aan wat redelijkerwijze mocht worden verwacht. De dezer dagen verschenen Statistiek van de Firma G. Duuring & Zoon te Rotterdam geeft aan, dat in October de aan voer geweest is als volgt: 1928 1927 1926 balen balen balen In Europa. 783.000 807.000 708.000 In Ver. Staten van Am. 802.000 990.000 842.000 Totaal .. 1.585.0001.797.000 1.550.000 De Aanvoeren in Europa en in Amerika tezamen gedurende de eerste tien maanden van het jaar bedroegen 18.580.000 balen tegen 17.282.000 balen in 1927 en 16.992.000 balen in 1926. De Afleveringen in October waren: 1928 1927 1926 balen balen balen . . In Europa.. 873.000 967.000 666.000 In Ver. Staten van Am. 812.000 903.000 855.000 Totaal .. 1.685.000 1.8700001.521.000 De Afleveringen in Europa en in Amerika tezamen gedurende de eerste tien maanden van het jaar waren 18.373.000 balen tegen 17.629.000 balen in 1927 en 17.092.000 balen in 1926. Vanaf 1 Juli tot 31 October waren de Aan voeren in Europa en in Amerika tezamen 6.369.000 balen tegen 6.619.000 balen in 1927 en 6.655.000 balen in 1926. terwijl de Afleveringen bedroegen 6.795.000 balen tegen 7.041.000 balen in 1927 en 6.452.000 balen in 1926. De zichtbare voorraad was op 1 November in Europa I. 930.000 balen tegen 2.020.000 balen op 1 October. In Amerika bedroeg hij 693.000 balen tegen 703.000 balen op 1 October. In Europa en in Amerika tezamen was de zichtbare voorraad dus op 1 dezer 2.623.000 balen tegen 2.723.000 balen op 1 October. Hij bedroeg op 1 November 1927 Š 2.128.000 balen en op 1 November 1926 Š 2.424.000 balen. De zichtbare wereldvoorraad was op 1 November 5.332.000 balen tegen 5.365.000 balen op 1 October en 5.240.000 balen verleden jaar (in deze cijfers zijn niet begrepen de voor¬ raden in het binnenland van Sao Raulo, waarvan het cijfer van 1 November nog niet bekend is, doch die op 1 October bedroegen 13.469.000 balen en op 1 November 1927 Š II. 049.000 balen). De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos op prompte verscheping zijn thans ongeveer 102/- a 104/- per cwt. en van dito Prime ongeveer 104/- a 106/-, terwijl zij van Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte verscheping, bedragen 79/3 a 81/-. Van Robusta op aflading van Nederlandsch-Indië zijn de prijzen in de eerste hand op het oogenblik: VAM GROOTHANDELSPRIJZEN1 TIN locoprijzen Londen per Eng. ton £ 261.17/- 283.6/- 286.3/- 285.14/- 282.19/6 268.14/6 268.13/6 283.6/- 294.10/6 307.19/6 314.14/6 308.1/6 307.-/6 299.13/6 309.8/6 312.15/- 304.1/- 295.12/- 296.9/6 289.15/6 292 -/6 287.12/6 264.2/6 264 4/6 266.13/6 255.1/- 233.10/6 233.17/6 234.6/- 230.13/- 218.8/6 211.19/- 211.18/- 214.7/6 221 19/- 229.10/- huidige »/o 100,0 108,2 109.3 109.1 108.1 102,6 102,6 108,2 112.5 117.6 120,2 117.7 117.3 114.4 118,2 119.4 116,1 112.9 113.2 110.7 111.5 109.8 100.9 100.9 101,8 97.4 89.2 89.3 89.5 88,1 83.4 80.9 80.9 81.9 84,8 87.6 KATOEN for Middling locoprijzen New York per lb. WOL gekamde Australische, Merino, 64™s Av. loco Bradford per lb. $ ets. 23.25 20.75 20.55 19,40 19,10 18,95 18,45 18,80 18.45 17.35 13.25 12.90 12,60 13.45 14.15 14.25 14.75 16.15 16,85 17.90 19,70 22,05 20,65 20.25 19,70 19.25 18.35 19.35 20,65 21.55 21.35 21.75 19,30 18.55 19.45 19,350 °/o 100,0 89.2 188,0 83.4 82,1 81.2 79,3 80.9 79.3 74.3 57,0 55.5 54.2 57.5 60.6 61.3 63.4 69.5 72.7 77,0 84.7 94.4 88.8 87.1 84.7 82.8 78.9 83.2 88.4 92.7 91.8 93.5 83,0 79.8 83,7 83,25 pence 55,00 48.75 46.50 47.50 47,50 47,50 47,50 47,50 47.75 48.75 47,50 44.75 44.75 45,00 46.25 47.75 47.50 47,00 47.25 48.50 48.50 50,00 50.25 52.25 51.50 53,00 54.75 55,00 54.50 54.25 55.50 53,00 51.75 47,00 46.25 46,506) °/o 100,0 88,6 84.5 86,4 86,4 86,4 86,4 86,4 86,8 88.6 86.4 81.4 81.4 81,8 84.1 86,8 86.4 85.5 85.9 88.2 88,2 90.9 91.4 95,0 93.6 96.4 99.5 100,0 99.1 98.6 100,9 96.4 94.1 85.5 84.1 84,56; WOL gekamde Australische, Crossbred Colo¬ nial Carded, 50™s Av. loco Bradford per lb. pence 29.50 26,00 25,00 25.50 25,00 24.25 24,00 23.75 24.50 25.25 24.75 24,00 24.50 25.25 26,00 26.50 26.25 26,00 26,00 26,50 26,50 26.50 26.75 28.50 28.75 29.75 31.75 33.25 33,00 32.25 31,75 31.25 30,00 29,00 27.25 26,506) °/o 100,0 88,1 84,7 86.4 84.7 82,2 81.4 80.5 83,1 85.6 83,9 81,4 83.1 85.6 88.1 89.8 89,0 88,1 88,1 89,8 89,8 89,8 90.7 96.6 97,3 100,8 107.6 112.5 111.9 109.3 107.6 105.9 101.7 98.3 92.4 89,86 RUBBERS) Standaard Ribbed Smoked Sheets loco Londen per lb. Sh. 2/11,625 3/4,25 2/7,625 2/5,125 2/1,25 1/10,5 1/8,375 1/8,375 1/7,625 1/8,125 1/8,875 1/8 1/6,5 1/7,375 1/7,125 1/8,25 1/7,875 1/7,75 1/6 1/4,75 1/5,25 1/4,25 1/4,375 1/6,5 1/7,75 1/7,25 1/3,75 1/0,75 -/9,375 -/9 -/9,25 -/9,25 -19,25 -/8,5 -18,8 -18,875 °/o 100,0 113,0 88,8 81,8 70.9 63,2 57.5 7,5 55.1 56.5 58.6 56.1 51.9 54.4 53.7 56.8 55.8 55.4 50.5 47,0 40.8 45.6 46,0 51.9 55,4 54,0 44.2 35.8 26.3 25.3 26,0 26,0 26,0 23.9 24.7 24.9 SUIKER Witte kristal¬ suiker loco R™dam/A™dam. per 100 K.G. KOFFIE Robusta Locoprijzen Rotterdam per i/2 K.G. tl. 18.75 16.875 17.125 16,375 16,375 16.50 16.625 16.75 16.375 17.25 17.875 19.625 21.875 22,00 21.125 20.625 20.25 20.25 18.375 18.625 18.50 17.875 16.875 17.25 17.875 17.375 16.75 16.875 16.875 16.625 15.75 15.50 16,00 15.875 14.625 13.75 °/o 100,0 90,0 91.3 87.3 87.3 88,0 88,7 89.3 87.3 92,0 95.3 104.7 116.7 117.3 112.7 110,0 108,0 108,0 98,0 99.3 98.7 95.3 90,0 92,0 95.3 92.7 89.3 90,0 90,0 88.7 84,0 82.7 85.3 84.7 78,0 73.3 cts. 61.375 57.5 58 57.25 54.25 55 56 57 57.75 57.25 53.5 51,625 50 50 48.75 48 48 47 47 47 45.375 44.25 45.25 46 46 46 46 47 47 48.25 49 49.875 51.875 52.75 53 53 °/o 100,0 93,7 94.5 93.3 88.4 89.6 91.2 92.9 94.1 93.3 87.2 84.1 81.5 81.5 79.4 78.2 78.2 76.6 76,6 76.6 73.9 72,1 73.7 74.9 74,9 74,9 74,9 76,6 76.6 78.6 79.8 81.3 84.5 86,0 86.4 86,4 THEE Afl. N.-I. theev. A™dam gem. pr. Java- en Suma- tratheep.i/aKG. cts. 84,5 103,5 103.5 100.25 97.5 102.25 100 89.25 87.75 89.5 85.25 79.25 71 71.25 70 72.25 86.5 81.25 84 94.5 93 96 89.25 84.5 79.5 79 74.25 78.25 73.25 71.25 67.75 70.25 73 °/o 100,0 122,5 122.5 118.6 115,4 121,0 118.3 105.6 103.8 105.9 100.9 93.8 84,0 84.3 82.8 85,5 102.4 96.2 99.4 111,8 110,1 113.6 105.6 100,0 94.1 93.5 87,9 92.6 86.7 84.3 80.1 83,1 86.4 Indexcijfer v/h. Centr. B. v. d. Stat., herleid van 1913 = 100 tot 1925=100 100,0 98.7 96.1 93,5 92,3 92.3 92,9 01,0 89.7 90.3 92.3 94.8 94.8 93,5 94.2 92.9 92.3 93,5 96,1 97.4 96.1 96,8 96,8 97.4 97.4 98.7 96.8 98.1 98,7 98,1 98,7 95.5 92.9 93.5 Indexcijfer van The Economist, herleid v. 1901 -5Š100 tot 1925 = 100 100,0 93,4 92.3 91.1 90.4 89.4 90,0 90.2 92.2 94.7 94.5 93.3 88.7 87.6 89,5 87.9 87.4 88.9 89,3 89.2 90.8 90,0 89.1 88.3 88,0 86.7 87.4 88.4 90.1 90,0 88,3 86.8 85,0 officieele noteeringswijze (Jan. 1928).3) Š Malting vóór de invoering van de huidige offic. noteeringswijze (Jan. 1928).4) Jaar- en maandgemiddelden afgerond op i/8 pence. 5) 2 Nov. *>) 1 Nov. 992 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 7 November 1928 ct. Palembang Robusta, November-verscheping, 40 Benkoelen — — — 42 Mandhéling — — — 45V2 — W.I.B. f.a.q. — — — 54 — alles per x/2 Kg., cif, uitgeleverd gewicht, netto contant. De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende gemengd contract (basis Rio No. 7) waren: 5 Nov. 29 Oct. 22 — 15 — Dec. $ 15,94 — 15,90 — 16,10 16,39 Maart Rotterdam, 6 November 1928. $ 15,26 — 15,27 — 15,40 15,79 Mei $ 14,84 — 14,83 — 14,95 — 15,36 Sept. 14,07 14,13 14,25 14,65 THEE. De theemarkt in de afgeloopen week bepaalde zich tot de veiling van 1 dezer, die een aanbod te zien gaf van ca. 12.000 kn. Ned. Indische thee, directe aanvoer. De stemming was vrij vlot en Amsterdam volgde, wat het prijsniveau betreft, het voetspoor van Londen, dat in de weken na de vorige Amsterdamsche veiling vrijwel voortdurend vaste markten te zien had gegeven met kleine prijsverhoo- gingen. Bij deze veiling bewogen de meeste prijzen zich op een niveau dat, afhankelijk van de sorteeringen en kwaliteiten, gemiddeld van 2 tot 11 ets. hooger was. Alle kwaliteiten deelden mede in deze verhooging, terwijl het meest gezocht bleken de betere gruis-sorteeringen van de middenkwaliteiten. Het veiling-gemiddelde steeg van 70 ets. per |KG. —in entrepotfl van de veiling van 11 October jl. tot 76 ets. voor deze veiling. Er werden per saldo slechts 1000 kisten opgehouden, welke onverkochte voorraad nog dagelijks vermindert. Voor de veiling van den 22sten November a.s., de vóór¬ laatste van dit jaar, werd een hoeveelheid aangeslagen van circa 12.500 kn. Nederl.-Indische thee, directe aanvoer. Amsterdam, 5 November 1928. STEENKOLEN. Naar het schijnt, wordt in Wales voor zeer groote contrac¬ ten niet langer de hand gehouden aan de minimumprijzen en dit zou oorzaak kunnen zijn, dat de betrekkelijko vastheid, die daar de laatste maanden geheerscht heeft, aan het wankelen wordt gebracht. In Yorkshire is voor November de productie vastgesteld op 65 % van de ingeschreven basishoeveelheid, wat evenwel niet bewerkstelligd heeft, dat er meerdere kolen beschikbaar zijn gekomen voor export dan voorheen. Sommige kolensoorten in de Humber zijn nagenoeg niet te krijgen. In Westfalen is een lockout toegepast in de metaalindustrie, waardoor, stellig de vetkolen-produceerende mijnen zullen worden getroffen. Wanneer deze onverhoopt zouden moeten worden stilgelegd, zou dat van grooten invloed kunnen zijn op de kolenprijzen in het algemeen. De prijzen zijn: Northumberland Ongezeefde .… 9.75 Durham Ongezeefde.— 10,50 Cardiff 2/3 large 1/3 smalls.— 12,50 Schotsche Gezeefde (Prime Lothians).—10,10 Yorkshire gewasschen Doubles.,, 11,75 Westfaalsche Vetförder.— 13,75 — Vetstukken.— 15,Š ,, Smeenootjes .— 14,50 — Gasvlamförder .. 13,75 — Gietcokes. — 16,75 Hollandsche Eierbriketten .—15.Š alles per ton van 1.000 K.G. franco station Rotterdam/Am¬ sterdam. Ongezeefde bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam / 10,25. Markt vast. _ 6 November 1928. IJZER. De stand van de Continentale ruwijzermarkt is onveranderd gebleven. Meer en meer verschijnen er berichten over het binnendringen van Engelsch (Midland) ijzer. De Cleveland markt blijft gekenmerkt door een zeer beperkte vraag. Volgens de laatste berichten begint het conflict in de ijzer¬ en staalindustrie van het Ruhrgebied reeds eenigermate in¬ vloed uit te oefenen op de staalexportmarkt. Reeds wordt gemeld, dat verscheidene producenten zich van de markt hebben teruggetrokken. ; VRACHTENMARKT. De betere stemming van de Noord-Amerikaansche graan- vrachtenmarkt bleef de afgeloopen week voortduren. De vrachten zijn l/a oent opgeloopen. Van Montreal naar Antwerpen of Rotterdam werd 161/2 cents zwaar graan voor November belading betaald, naar Rotterdam direct 18 cents voor gerst, naar de Fransch Atlantische havens 17^2 cents, naar Genua, Leghorn, Napels 23 cents, naar de Syrische havens 28 cents. Van de Northern range werden verscheidene booten bevracht naar Antwerpen of Rotterdam per November/ December en December belading tegen 141/2 cents, met optie Hamburg/Bremen tegen 15I/2 cents en haar Fransch Atlanti¬ sche havens tegen 16 cents, alles zwaar graan. Naar Dene¬ marken/Zweden werd bevracht tegen 21 cents naar 3 havens voor December/Januari en Januari belading. Van de Golf van Mexico werd naar Bremen 21 cents betaald per November/ December. Per December en Januari naar Antwerpen of Rotterdam werd 18 cents gedaan. De suikervrachtenmarkt van West-Indië bleef kalm. Een 7000 tonner werd bevracht naar U.K./Continent per Novem ber en November/December tegen 17/6, maar op het oogen blik zou er weinig kans zijn onder 20/- tonnage te krijgen. De tendenz van de North Pacific was deze week kalm. De vrachten zijn vast gebleven. Van Vancouver werd een 7000 tonner per December/Januari naar U.K./Continent bevracht tegen 32/- (naar Antwerpen of Rotterdam 6 d. minder). Voor tonnage naar Portugal bleef een constante vraag en werd een 6500 tonner bevracht naar Lissabon en/of Leixoes per Decem¬ ber/Januari tegen 34/- één, 35/- beide havens. De vraag naar —picked Continental portsfl is schaarsch, doch er zou voor December en Januari belading tegen 31/- naar Antwerpen of Rotterdam bevracht kunnen worden. Van de La Plata was veel vraag naar tonnage voor alle posities tot December/Januari, de vrachten bleven vast, speciaal voor November. Van Upriver naar U.K./Continent werd per November 23/6 betaald per December 23/3 en per December/Januari 23/-. Voor Nitrate in volle ladingen is de belangstelling matig, maar de vrachten hebben zich goed gehandhaafd. Naar Bordeaux/Hamburg range is een December boot genomen tegen 27/6 met optie Noord-Spanje tegen 28/6, Middellandsche Zee 29/6, Alexandrië 30/6 of Danzig 30/-. Wat lijnruimte be¬ treft, blijven bevrachters in het algemeen onverschillig met het oog op de cijfers, waarop men trampbooten kan krijgen. De Oostelijke afdeelingen waren over het algemeen kalm gestemd, maar door krapheid van tonnage bleven de vrachten gehandhaafd. Van Saigon werd per November/December naar U.K./Continent tegen 32/6 bevracht. Van Java bleven de vrachten kalm; voor November/December tonnage is de vracht nominaal 28/6 naar het Continent. De Australische bevrachters zijn, wat betreft ladingen naar het U.K./Continent, eigenlijk nog niet aan de markt; de eenige afsluitingen zijn: een substituut order voor ca. 7000 ton, per Januari, van Sydney naar Middellandsche Zee/U.K./Continent tegen 44/9, optie Zuid-Australië of Victoria tegen 44/3, en een 7500 tonner per Januari/Februari naar Zuid-Australië of Victoria tegen 43/6. De hoofdvraag blijft voor havens van den Levant: een December/Januari boot is bevracht van Sydney naar Alexan¬ drië en/of Beyron tegen 43/9 en een 6500 tonner van Melbourne naar Alexandrië/Beyrout tegen 42/6 optie beide havens 43/9. Van de Middellandsche Zee werd voor erts betaald: Bona/ Middelsbrough 7/D/2, Bougie/Newport Doek 6/-, Huelva/ Dunkirk 9/-. Voor fosfaat is betaald voor een groote boot van Sfax naar Bordeaux en Nantes 6/- en van Bona naar Amsterdam en/of Delfzijl 7/6 één, 7/9 twee havens; naar de U.K. havens is de vracht 9/6 tot 10/-. Voor uitgaande kolenvrachten van Engeland bleef de markt vast, in het bijzonder voor prompte verschepingen. Van Zuid- Wales werd o.a. afgesloten: Rouaan 5/-, Genua 10/3, Port- Said 12/-, Buenos-Aires 13/6, en van de Oostkust: Helsingfors 6/101/.., Hamburg 4/3, Genua 10/-, Las Palmas 10/-. Van de Oostzee zijn de vrachten zeer vast, vooral van de Noordelijke havens, die naar men verwacht nog slechts een 2 a 3 weken open zullen zijn. Voor prompte tonnage van Zuid- Finland naar Holland werd tegen … 27/28 afgesloten, – voor grootere booten iets minder en voor kleinere booten iets meer zelfs tot … 31,50. Voor 400 stds. van Hernösand naar Delfzijl zijn … 31,Š te maken. RIJNVAART. Week van 28 October t/m. 3 November 1928. De aan voeren van zeezijde waren iets minder dan de voor¬ afgaande week. De scheepsruimte bleef, bij matige vraag, voldoende be¬ schikbaar. De ertsvracht bedroeg min. / 0.55/65 en maximum … 0.65/75 met resp. 1/i en 1/2 lostijd. Naar den Bovenrijn bedroeg de vracht voor ruwe producten ca. /1.30 Š 1.40 met 1,U~1/2 lostijd. Ook werden eenige klei¬ nere schepen gecharterd voor diverse goederen in daghuur op basis van 21/, a 2s/4 Cent per ton. Het sleeploon varieerde tusschen het 40 en 45 Cents tarief. VRAAGT PROEFNUMMERS VAN HET OCTROOI- EN MERKENBLAD AAN DE ADMINISTRATIE: WIJNHAVEN 113, ROTTERDAM, TEL. 7843 Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot Exploitatie van Petroleumbronnen in Nederlandsch-Indië gevestigd te ™s-Gravenhage bericht dat voor H.H. AANDEELHOUDERS de gelegenheid is opengesteld tot inschrijving op f 82.420.600.- Aandeelen der Maatij, recht gevende op het volle dividend over het boekjaar 1929 en volgende dividenden (verdeeld in aandeelen a f 1000.Š en Onder-Aandeelen a f 100.Š) tot den koers van 100 pCt. en wel van Maandag 12 November e.k. af tot en met Vrijdag 7 December e.k. tot des namiddags 4 uur, ten Kantore der Heeren SCHILL & CAPADOSE, ten Kantore der NEDERL. HANDEL MAATU,™ ten Kantore der Heeren DUNLOP & Co., ten Kantore der Heeren DUNLOP & PHILIPS, ten Kantore der Heeren GEBR. BOISSEVAIN, ten Kantore der Heeren VAN DER HOOP OFFERS & Zn., ten Kantore der Factorij der NEDERL. HANDEL MAATSCHAPPIJ, ten Kantore van het Agentschap der NEDERL HANDEL MAATSCHAPPIJ, ten Kantore der Heeren N. M. ROTHSCHILD & SONS, alwaar exemplaren van het bericht en inschrijvingsbiljetten ver¬ krijgbaar zijn en verdere inlichtingen worden verstrekt. Aan Leden van: de Vereeniging voor den Effectenhandel te Amsterdam, de Vereeniging van Effectenhandelaren te Rotterdam en den Bond van den Geld- en Effectenhandel in de Provincie wordt bij de storting 3/s pCt. provisie vergoed over het hun toegewezen bedrag. , _ DE DIRECTIE. s-Gravenhage, 5 November 1928. te ™s-Gravenhage: te Amsterdam: te Rotterdam: te Batavia: te Soerabaia: te Semarang: te Medan: te Londen: ‘CS Waarom adverteeren in, en ™n exempl. koopen van KELLY™S DIRECTORY? Omdat deze uitgave jaarlijks wordt gekocht en geraadpleegd door tien- duizende groote firma’s over de geheele wereld, en U, wanneer Uw naam daarin opvallend is gedrukt, voortdurend exportaanvragen zult ontvangen. Op Uw beurt vindt U er de adressen in van alle handelslichamen, welke in Uw artikel belang stellen, zoodat de gelegenheid om het aantal Uwer relaties uit te breiden, voor het grij¬ pen ligt. Wanneer U Exporteur, Importeur, Fabrikant of Groothandelaar is, moogt U niet nalaten zich ten minste van de uitstekend bekend staande Killy™s Directory op de hoogte te stellen. Vraagt kosteloos prospectus of bezoek van een vertegenwoordi¬ ger aan NIJGH & VAN DITMAR™S UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ WIJNHAVEN 113 Š ROTTERDAM TELEFOONNUMMER 7843 Voorlezingen over Organisatie van den Handel door J. GROOTEN Prijs … 2,90 Alom verkrijgb. bij den Boekhandel en bij NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.-MIJ ROTTERDAM 10 talen! —Het grootste talenblad van Europafl De Spiegel van Handel en Wandel De beste aanvulling van alle taalstudie! Hoofdredacteur: Dr. E. E. J. Messing Walenburger weg 49, Rotterdam Administratie: Wijnhaven 113, R™dam f 5.- per jaar proefnummer gratis 7 NOVEMBER 1928 1SE JAARGANG No. 671 Nederlandsch Indische Handelsbank AMSTERDAM ™S-GRAVENHAGE ROTTERDAM BATAVIA AMOY, AMPENAN, BANDOENG,BOMBAY, CALCUTTA, CHERIBON, GORONTA LO, HONGKONG, KOBE, MAKASSAR, MEDAN, MENADO, PALEMBANG, PASSOE- ROEAN, PEKALONGAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGA¬ PORE, SOERABAY A, TEGAL, TJILATJAP, TOKIO, WELTEVREDEN, YOKOHAMA Kleine Advertentiën in de Nieuwe Rott. Courant f 1.50 per 10 woorden – Iedere 2 woorden meer 25 cents Worden aangenomen voor de rubrieken: Vraag en aanbod, Huur en Verhuur, Betrekkingen gezocht en aangeboden, Gevonden en verloren goederen, Voorschotten gevraagd en aangeboden, Lessen gevraagd en aangeboden, Diversen, bij: de Bureaux en Agenten van de N.R.C. te Rotterdam, Amster¬ dam, ™s-Gravenhage en alom in den lande waar Agenten zijn gevestigd, Erkende Advertentiebureaux, Boekhandelaren, Kantoorboekhandelaren, Kantoorhouders der Posterijen en bij alle Kiosken. Lessen over den Handel door J. GROOTEN Prijs f 8.Š Geb. f 8.90 Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & van Ditmar™s Uitg.-Mij Rotterdam Koersberekening Door JOH. HAGE Een handleiding bij het be¬ rekenen van koersen. Prijs f 2,90 Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & v. Ditmar™s Uitgevers- Maatschappij, Rotterdam. .. 1 Aardrijkskundig Woordenboek der geheele aarde door CHR. H. VAN AKEN Prijs in linnen.f8.75 — in halfleer.f 10.- Nijgh & van Ditmar™s Uitgevers-Maatschappij, Rotterdam Leerboek der Organisatie en Techniek van den Handel voor Handelsscholen De Vestigingsfactoren der Katoenindustrie in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika door Dr. J. WISSELINK Prijs ingenaaid f6.Š Moge dit gave en rijpe werk de belangstelling vinden die het verdient. Wetenschap, industrie en arbeid zijn door de verschijning ervan gelijkelijk gediend. Prof. VOLMER in —De Naamlooze Vennootschap™ . Nijgh & Van Ditmar™s Uitgevers Mij. – Rotterdam. DE GOEDEREN HANDEL DOOR J. GROOTEN Leeraar M.O. Wiskunde en Boekhouden Dir. der Levensverz. Mij N. O. Q., A™dam en P. BEISHUIZEN Gzn. Leeraar aan de Handelsscholen van de Alg. Winkeliersvereeniging, Amsterdam Deel I f 1.50 Deel II f 1.75 Nijgh & v. Ditmar™s Uitg.-Mij, Rotterdam NIJGH & VAN DITMAR™S BOEK- EN HANDELSDRUKKERIJ, ROTTERDAM

Auteur