Ga direct naar de content

Jrg. 13, editie 669

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 24 1928
24 OCTOBER 1928 Economisch-Statistische Berichten ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER 13E Jaargang WOENSDAG 24 OCTOBER 1928 No. 669 STOOMVAARTMAATSCHAPPIJ —NEDERLANDfl – Amsterdam ROTTERDAMSCHE LLOYD Rotterdam MAIL-, PASSAGIERS- EN VRACHTBOOTENDIENST HOLLANDŠJAVA vice versa via SUEZ KANAAL ?Ł> JAVA ŠNEW YORK LIJN Geregelde vrachtbootendienst tus- schen Nederlandsch-Indië en de Oostkust van Noord-Amerika in samenwerking met andere Maat¬ schappijen. J AVAŠBENGALEN LIJN Geregelde dienst tusschen Neder- landsch-Indië, Rangoon en Calcutta. JAVAŠPACIFIC LIJN Geregelde vrachtbootendienst tus¬ schen Nederlandsch-Indië, Singa¬ pore en de Westkust van Noord- Amerika. sas £ Afdeeling Drijfwerk Spanrol* aandrijvingen Voordeelen: Geen slip Geen inkorten van riemen Geringe belasting van assen, riemen en lagers Automatisch gespannen riemen Geen tusschentrans missies HENGELO Het Handelsblad 1 O o JAAR het familieblad der beschaafde kringen. Elke adverteerder weet wat dat zeggen wil! Algemeen Handelsblad Afd. Advertentiën – Amsterdam Poorters- Toeback 30 ct.per half ons. Nederlandsche Hypotheekbank opgericht te Veendam iu 189°- Directie: Mr. M. I. BOS Mr. J. WILKENS. Kapitaal . f 4.000.000,Š Reserves . ruim f 2.200.000,Š Hypotheken.plm. f 54.000.000,Š Pandbrieven.plm. f 51.000.000,Š 4’/2% Pandbrieven ü 9972% Bij omwisseling tegen uitgelote pandbrieven is de koers i/a o/p lager. m ROTTERDAMSCHE BANKVEREENIGING BOTTERDAM AMSTERDAM DEN HAAG KAPITAAL f- 50.000.000 RESERVE / 2Q OOO. OOO DEPOSITO’S OlEOJt RfKENINGEN MET RENTtVEBCiOEDINO ALLE BANKZAKEN B Nlï SS gR 15 MAAR EEN KAREL I R. MEES&ZOONEN Ao 1720 Bankiers en Assurantie-Makelaars ROTTERDAM Safe-Deposit Bezorging van alle Verzekeringen Nederlandsche Handel-Maatschappij Amsterdam Gestort Kapitaal f|80.000.000,Š Statutaire Reserve f 40.000.000,Š AGENTSCHAPPEN TE ROTTERDAM EN ‘S-GRAVENHAGE Rente voor Deposito™s: Direct opvorderbaar … 2 % per jaar 6 maanden opzegging . . 4 % per jaar 1 maand opzegging … 3 % — — 12 — — . 4j4 % ,, — q j n / rrt Voor andere en VASTE termijnen, zoomede voor groote bedragen j maanden opzegging . . J/2 /o ,, >> rentevergoeding nader overeen te komen. SAFE-DEPOSIT Leerboek der Organisatie en Techniek van den Handel voor Handelsscholen DE GOEDEREN HANDEL DOOR J. GROOTEN Leeraar M.O. Wiskunde en Boekhouden Dir. der Levensverz. Mij N.O.G., A™dam en P. BEISHUIZEN Gzq. Leeraar aan de Handelsscholen van de Alg. Winkeliersvereeniging, Amsterdam Deel I f 1.50 Deel II f 1.75 Nijgh & v. Ditmar™s Uitg.-Mij, Rotterdam Abonneert U op De Spiegel van Handel en Wandel Werkloon- berekening Onmisbaar boekje voor allen die werklieden in hun dienst hebben. – Met berekeningen in uurloon van 5Š100 cent Prijs f 1.50 Geb. f 1.90 Verkrijgb. bij den boekhandel en bij NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.- MAATSCHAPPIJ, ROTTERDAM EEN VEELZIJDIGE ERVARING in het maken van Reclame¬ drukwerk waarborgt een smaakvolle en pakkende uit¬ voering. Wij zullen U gaarne van advies dienen. IS» Een verzoek per briefkaart of telefoon brengt U een tech¬ nisch vertegenwoordiger. NIJGH & V. DITMAR™S HANDELSDRUKKERIJ WIJNHAVEN 113 Ł ROTTERDAM TELEFOON 7841 (VIER LIJNEN) Aanteekenboek voor Rijksbelastingen (Vermogens-, Verdedigings-, Rijks¬ inkomsten- en Personeele Belasting) 9e druk Prijs fl.- Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & van Ditmar™s Uitgevers-Maatschappij, Rotterdam H OCTOBER 1928 AUTEURSRECHT VOORBEHOUDEN Economisch-Statistische Berichten ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, FINANCIËN EN VERKEER ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART UITGAVE VAN HET INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN !3E Jaargang WOENSDAG 24 OCTOBER 1928 No. 669 INHOUD. Blz Mededeelingen van de Centr. Commissie voor de Rijnvaart 926 De Rijkspostspaarbank als Depositobank door Mr. J. H. Groen . 928 De aanstaande onderhandelingen te Berlijn over een wijziging en uitbreiding van bet Duitscli-Russiscbe Handelsverdrag 1925 door G. van Gelder.931 De Rijksmiddelen. . 933 De Indische middelen over Juli 1928 934 BUITENLANDSOHE MEDEWERKING: Het Derde deel van het Rapport der Balfour Commis¬ sie. De Electriciteitsnijverheid door F. W. Forge . 934 Het Concessiewezen in de Unie der socialistische Sowjetrepublieken door Georg Böse. 936 De toestand der geldmarkt in Hongarije door K. von Buday . 937 Aanteekeningen: Indexcijfers van scheepsvrachten . 938 Resultaat van de rondvraag van de Internationale Vereeniging voor de Suikerstatistiek door Br. G. Mikusch . 938 Boekaankondigingen: Cunliffe L. Bolling: Hire-Purchase Trading, bespr. door H. M. 11. A. van der Valk . 939 Maandcijfers: Productie der Steenkolen-, Bruinkolen-en Zoutmijnen 939 Posterijen, Telegrafie en Telefonie. 939 Overzicht der Rijksmiddelen . 940 Overzicht van de Indische middelen. 940 Statistieken en Overzichten. 941Š948 Geldkoersen. I Bankstaten. I Goederenhandel. Wisselkoersen. | Effectenbeurzen. | Verkeerswezen. INSTITUUT VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN. Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra. ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN. COMMISSIE VAN ADVIES: Prof. Mr. D. van Blom; J. van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van Lennep; Mr. K. P. van der Mandele; Prof. Dr. E. Moresco; Prof. Br. N. J. Polak; Mr. Dr. L. F. II. Regout; Br. E. van Welderen Baron Rengers; Prof. Mr. H. R. Ribbius; Jan Schilthuis; Mr. Q. J. Terpstra; Prof. Mr. F. de Vries. Gedelegeerd lid: Prof. Mr. Br. G. M. Verrijn Stuart. Redacteur-Secretaris: S. Posthuma. Secretariaat: Pieter de Hoochweg 122, Rotterdam. Telefoon Nr. 3000. Postrekening 8408. Abonnementsprijs voor het weekblad franco p. p. in Nederland … 20,Š. Buitenland en Koloniën … 23,Š per jaar. Losse nummers 50 cents. Leden en donateurs van het Instituut ontvangen het weekblad gratis. Be verdere publicaties van het Instituut uitgaande ont¬ vangen de abonné™s, leden en donateurs kosteloos, voor zoo¬ ver daaromtrent niet anders wordt beslist. Aangeteekende stukken: Bijkantoor Ruigeplaatweg. Advertenties … 0,50 per regel. Plaatsing bij abonnement volgens tarief. Administratie van abonnementen en adver¬ tenties: Nijgh & van Bitmar™s Uit gevers-Maatschappij, Rot¬ terdam, Amsterdam, ™s-Gravenhage. Postchèque- en giro¬ rekening No. 6129. 23 OCTOBER 1928. De vaste stemming op de geldmarkt bleef de ge- lieele week aanhouden; bovendien was het aanbod van wissels vrij groot, zoodat de rente iederen dag hoo- ger werd. Geopend op 4X pCt. werd aan het einde der week 4% en 47/ie pCt. toegestaan en gisteren kon men vrijwel alleen voor 47[ie pCt. plaatsing vinden. Ook call-geld was vaster 314Š3K pCt., terwijl de prolon- gatierente tot 4% a 4% pCt. steeg. * * * Bij de inschrijving op schatkistpapier werd in totaal ingeschreven voor … 103.600.000. Toegewezen werden slechts … 5.790.000 driemaandspromessen a …989,05′ en … 4.020.000 zesmaandspromessen a … 978,60, zoodat voor het grootste gedeelte 414 pCt. jaarbiljetten wer¬ den toegewezen en wel … 55.190.000 a … 1000,25. * * * Op de balans van De Nederlandsche Bank vertoont de post binnenlandsche wissels een vermeerdering van … 3,5 millioen, die zich geheel verklaren laat uit meer¬ dere credieteischen van het Rijk. Het bedrag der recht¬ streeks bij de Bank ondergebrachte schatkistpromessen klom in de afgeloopen week van … 15 millioen tot … 19 millioen. De beleeningen blijken met … 2,2 millioen te zijn afgenomen. Het renteloos voorschot aan het Rijk bedraagt … 4,5 millioen meer dan verleden week. De goudvoorraad der Bank bleef vrijwel op dezelfde hoogte. De zilvervoorraad steeg met een goede … 200.000. De post papier op het buitenland en de diverse rekeningen op de actiefzijde der balans daal¬ den resp. met … 17 millioen en … 3 millioen. De biljettencirculatie geeft een vermindering van … 12,5 millioen te zien. De rekening-courant-saldi bedragen … 1,4 millioen minder dan verleden week. Het beschikbaar metaalsaldo klom met … 3,1 millioen. Het dekkingspercentage bedraagt nagenoeg 54. * * * In tegenstelling met de vorige week, waren Ponden deze week aangeboden; daarentegen waren Dollars vast en meestal vrij dicht bij het goudpunt. Ook Mar¬ ken waren zeer gezocht, zoodat tot 59,44 betaald werd. De Spaansche koers was opmerkelijk rustiger dan de vorige weken. Blijkbaar heeft men de controle ten¬ slotte weder in de hand. Van de overige koersen valt alleen nog te vermelden een plotselinge flauwere stem¬ ming voor Belga™s en Zweedsche Kronen. Beide lie¬ pen enkele punten terug, hoewel de dollarkoers vast was, terwijl deze koersen maanden lang vrijwel alleen in overeenstemming met den dollarkoers fluctueerden. LONDEN, 22 OCTOBER 1928. In de eerste helft van de vorige week was de geld¬ markt zeer vast, doordat de banken hun call-gelden opzegden. Ook bij de Bank of England kon men niet steeds terecht, zoodat call-geld zelfs 5 pOt. noteerde. Aan het eind van de week was geld echter tegen 4 pöt. verkrijgbaar, daar de voornaamste banken als credietgever optraden. Bij de wekelijksche inschrijvingen op schatkistwis- sels op Vrijdag jl. bleef de prijs van een week tevoren ongeveer gehandhaafd nl. 4% pCt. De weekbalans van de Bank of England toonde een vermindering van den goudvoorraad van f 353.859. Tengevolge van een daling van de biljettencirculatie van £ 693.165, was de reserve evenwél £ 339.306 hooger. 926 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 MEDEDEBLINGEN van de centrale commissie VOOR DE RIJNVAART. II (Slot). ONTWERP-VERDRAG, BETREFFENDE EENIGE VRAAGSTUKKEN VAN PRIVAATRECHTELIJKEN AARD. Tekst vastgesteld door het Comité voor Privaatrecht in de vergadering van 18 Mei 1928 en voorgelegd aan de Centrale Commissie voor de Rijnvaart. HOOFDSTUK I. Van de inschrijving. Artikel 1. De contracteerende Staten’ verplichten zich, overeenkom¬ stig hunne wetgeving, openbare registers voor de inschrijving van binnenvaartuigen aan te leggen. De inschrijving der vaartuigen moet ten minste aangeven: 1. de plaats van inschrijving; 2. de letters en het nummer van inschrijving; 3. de naam of de zinspreuk van het vaartuig; 4. het materiaal, waaruit het vaartuig gebouwd is; 5. het maximum laadvermogen of de water verplaatsing, volgens den meetbrief en tevens het nummer van den meet¬ brief; 6. de naam, voornamen, het beroep en de woonplaats van den eigenaar. Artikel 2. De wetgeving van eiken contracteerenden Staat bepaalt de voorwaarden, waaraan een vaartuig moet voldoen om in zijn openbare registers te worden ingeschreven. Elk der contracteerende Staten verplicht zich de noodige maatregelen te nemen, opdat een vaartuig niet gelijktijdig in twee bureaux ingeschreven kunne worden. Artikel 3. Elk vaartuig, hetwelk aan de voorwaarden van inschrijving, voorzien bij de wetgeving van een of meerdere Staten, voldoet, moet worden ingeschreven. De verplichting om het vaartuig te doen inschrijven rust op den eigenaar van het vaartuig. Als het vaartuig aan de voor waarden van inschrijving, vastgesteld door de wetgeving van een enkelen contracteeren¬ den Staat, voldoet, moet het vaartuig op het bevoegde bureau van dien Staat ingeschreven worden. Als het vaartuig aan de voorwaarden van inschrijving, vastgesteld door de wetgeving van twee of meer contractee¬ rende Staten voldoet, kan het vaartuig slechts op het bevoegde bureau van een dezer Staten ingeschreven worden. In dat geval kan de eigenaar kiezen in welk land hij het vaartuig wil laten inschrijven. De eigenaar behoudt deze keus ook, wanneer het vaartuig aan de voorwaarden van inschrijving, vastgesteld door de wetgeving van twee of meerdere Staten blijft of komt te voldoen. Elke contracteerende Staat behoudt zich het recht voor om te verlangen, dat vaartuigen, welke aan de voorwaarden van inschrijving van twee of meerdere Staten voldoen en die aan zijn onderdanen of aan maatschappijen, welke zich op zijn grondgebied bevinden, toebehooren, in zijn registers worden ingeschreven, als zij hun vaste woonplaats op zijn grondge¬ bied hebben en in het geval van maatschappijen, als het hoofd¬ bureau op zijn grondgebied gevestigd is. Artikel 4. Als wijzigingen in de in het register vermelde gegevens plaats vinden of indien het vaartuig vergaat of onklaar ge¬ raakt, moet daarvan een verklaring worden afgelegd op het bureau van inschrijving. De wet van het land van inschrijving bepaalt, voor zooveel noodig, op wie de verplichting rust deze verklaring af te leggen. Artikel 5. Elk bureau van inschrijving heeft een doorloopende lijst van nummers, voorafgegaan door een of meer initialen van den Staat, aangegeven door de bevoegde overheid. De eerste van deze letters is de beginletter van den naam van den Staat, waar de inschrijving is geschied, te weten: B voor België, D voor Duitschland, F voor Frankrijk; I voor Italië, N voor Nederland, C.H. voor Zwitserland. Elke Regeerring vervaardigt een lijst, waarop de andere initialen zijn aangegeven. Deze lijst, evenals alle andere wijzigingen, welke er later op aangebracht worden, moet aan de andere contracteerende Staten medegedeeld worden. Artikel 6. De vaartuigen moeten voorzien zijn, zoowel van de initialen van het bureau, waar de inschrijving heeft plaats gehad, als van hun inschrijvingsnummer. Artikel 7. De naam of de zinspreuk van elk vaartuig, evenals de plaats van inschrijving moet worden aangegeven op den achtersteven van het vaartuig. De letters en de nummers worden aan eiken kant van den voorsteven van het vaartuig aangebracht. Een en ander moet op een duidelijk leesbare wijze worden aange¬ bracht en wel in letters, welke minstens 8 cm. hoog en 12 m.m. dik zijn. Artikel 8. Het is verboden de namen, letters en nummers op de vaar¬ tuigen op eenigerlei wijze uit te wisschen, te wijzigen, onher¬ kenbaar te maken, te bedekken of te verbergen. Artikel 9. Indien een vaartuig is ingeschreven in een van de contrac¬ teerende Staten kan het niet in een anderen Staat ingeschreven worden, zonder dat in den eersten Staat de inschrijving on¬ gedaan gemaakt is. De inschrijving in den tweeden Staat zal slechts geldig zijn vanaf den dag, dat de inschrijving in den eersten Staat onge¬ daan gemaakt is. Het bureau van inschrijving van den eersten Staat moet, zoodra de inschrijving ongedaan gemaakt is, het bureau van den tweeden Staat er mede in kennis stellen, onder mede- deeling van het tijdstip, waarop dit geschied is. Het certificaat van de voorafgaande inschrijving wordt bij deze gelegenheid ingetrokken. Artikel 10. De kapitein van elk vaartuig moet aan boord hebben een certificaat van inschrijving, uitgereikt door de bevoegde over¬ heid en aan het hoofd waarvan de naam van het bureau van inschrijving is vermeld. Dit certificaat moet ten minste de in artikel 1 vermelde ge¬ gevens bevatten; de verdere wijzigingen der gegevens, welke zijn aangegeven, moeten vermeld worden in de gevallen, genoemd in artikel 4. Het Oorspronkelijke certificaat kan vervangen worden door een door de bevoegde overheden te verstrekken duplicaat. Artikel 11. Zijn bevoegd tot het instellen van een vervolging en het nemen van strafmaatregelen: 1. voor zoover het betreft overtredingen van artikel 3, de overheden van de plaats of plaatsen, waar de eigenaar het vaartuig volgens dat artikel moet of kan laten inschrijven; 2. voor zoover het betreft overtredingen van artikel 4, de overheid van de plaats der inschrijving; 3. voor zoover betreft overtredingen van de artikelen 6, 7, 8 en 10, de overheid van de plaats, waar de overtreding is vast¬ gesteld. In de gevallen, genoemd onder 1 en 2 en indien de over¬ treding vastgesteld is in een anderen contracteerenden Staat, moet de overheid van dezen Staat de noodige maatregelen nemen om de vervolging en de bestraffing door de bevoegde overheid, overeenkomstig de bepalingen der genoemde num¬ mers, te verzekeren. Artikel 12. De verplichting, bedoeld bij artikel 3, voor zoover niet in strijd met de wetgeving van een contracteerenden Staat,heeft geen betrekking op: 1. pleziervaartuigen; 2. vaartuigen met een waterverplaatsing van minder dan 20 met. ton bij de grootste inzinking, toegelaten volgens de reglementen op de verschillende waterwegen, welke het schip zal bevaren; 3. in aanbouw zijnde vaartuigen; 4. de vaartuigen, welke nog niet in een contracteerenden Staat ingeschreven zijn en welke zich begeven van het land, waar ze gebouwd of aangekocht zijn, naar het land, waar zij ingeschreven moeten worden. Zoodra één der hierboven aangeduide vaartuigen ingeschre¬ ven is, worden de bepalingen van deze overeenkomst van toe¬ passing. Een in aanbouw zijnd vaartuig echter kan alleen in het land, waar het gebouwd wordt, ingeschreven wnrden, tenzij krachtens een verdrag tusschen twee of meerdere contractee¬ rende Staten dezer Overeenkomst en van welk verdrag de Re- geering van genoemd land deel uitmaakt, een andere regeling kan getroffen worden. De hierboven genoemde verdragen moeten aan alle contrac¬ teerende Staten medegedeeld wnren. HOOFDSTUK II. Van den eigendom. Artikel 13. De verkrijging onder levenden van het eigendomsrecht op een vaartuig wordt door de wet van den contracteerenden 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 927 Staat, waar liet- vaartuig is ingeschreven, geregeld, op voor¬ waarde, dat de wet, de inschrijving in de registers, bedoeld in artikel 1 of een bepaalde wijze van overdracht van het bezit op den kooper, voorziet. Artikel 14. In geen enkel opzicht wordt afgeweken van de steeds ge¬ volgde regels in de contracteerende Staten, wat betreft de ver- krijgingen bij overlijden. Echter kan de wet van het land van inschrijving bepalen, dat de erfgenamen en legatarissen, om het vaartuig te kunnen verkoopen of verpanden, him eigendoms¬ recht in de openbare registers, bedoeld in artikel 1, moeten laten inschrijven. HOOFDSTUK III. Van de hypotheek. Artikel 15. De hypotheken, volgens de wettelijke voorschriften van den contracteerendën Staat, waar het vaartuig is gevestigd en in¬ geschreven in de openbare registers van dien Staat, aangeduid in artikel 1, zijn geldig en worden geëerbiedigd in alle overige contracteerende Staten. Artikel 16. De hypotheken, aangeduid in het vorige artikel, hebben, in geval van verkoop, in alle contracteerende Staten dezelfde rechtsgevolgen als in het land van inschrijving. Als echter de zuivering of eenig ander daarmede gelijk te stellen procedure niet in het land, waar het vaartuig zich be¬ vindt, kan plaats hebben, omdat de wetgeving van dat land een en ander niet geregeld heeft, worden de ingeschreven rechten niet gedelgd, zoolang deze procedure niet volgens de wettelijke voorschriften in een der contracteerende Staten is geregeld. Artikel 17. De vervanging van het verpande voorwerp door het ver¬ zekerde bedrag wordt beschouwd als een rechtsgevolg van de hypotheek in den zin van artikel 16, tenzij deze vervanging in strijd is met de wet van de plaats van betaling. Artikel 18. De inschrijving van een vaartuig bezwaard met hypotheken kan niet zonder toestemming der overige hypothecaire schuld- eischers van de registers van een contracteerenden Staat op de registers van een anderen Staat worden overgedragen, behalve in het geval van verkoop na inbeslagneming (artikel 22). In geval van toestemming worden de hypothecaire in¬ schrijvingen van ambtswege op de registers van het land van de nieuwe inschrijving overgebracht. De rechtsgevolgen worden in dit geval bepaald door de wet van dat land. HOOFDSTUK IV. Van den executorialen verkoop. Artikel 19. In geval van inbeslagneming van een vaartuig, ingeschreven in een der contracteerende Staten, wordt de procedure ge¬ regeld door de wet van de plaats, waar een en ander plaats heeft. De inbeslagneming wordt binnen 24 uur beteekend aan de overheid van de plaats van inschrijving, belast met het houden der registers, waarin de hypotheken worden inge¬ schreven. De overheid vermeldt het beslag in bedoeld register en geeft hiervan kennis aan de ingeschreven schuldeischers. Artikel 20. Elke executoriale verkoop wordt Š op straffe, hetzij van nietigverklaring, hetzij van vergoeding van de veroorzaakte schade, volgens de bepalingen van de wet van de plaats van inbeslagneming Š minstens een maand voor de openbare veiling, aan de overheid genoemd in voorgaand artikel, be¬ teekend. Deze stelt er de hypothecaire schuldeischers mee in kennis. De executoriale verkoop heeft plaats overeenkomstig de wet van de plaats van inbeslagneming; de overdracht van den eigendom en het tenietdoen der ingeschreven hypotheken hebben plaats overeenkomstig de bepalingen van genoemde wet. Artikel 21. De prijs van toewijzing wordt, overeenkomstig de regels van prodecure van de wet van de plaats van inbeslagneming, onder de schuldeischers verdeeld, rekening houdend met den rang, die hen overeenkomstig de bepalingen van dit verdrag toe¬ komt. Artikel 22. De overheid van het land van inschrijving moet overgaan tot het doorhalen der hypotheken, tenietgedaan onder de voorwaarden, omschreven in alinea 2 van artikel 20, op ver¬ toon van een authentiek afschrift van de akte van toewijzing, zonder dat het noodig is vooraf een bevel tot tenuitvoer- legging te verkrijgen. De overheid stelt de schuldeischers van een en ander in kennis. HOOFDSTUK V. Van de voorrechte n.1) Artikel 23. Geen andere dan de navolgende inschulden, zelfs belasting¬ schulden, kunnen voorrecht geven boven een hypotheek op een binnenvaartuig: I. Welke ook de datum der inschuld zijn moge: a. de gerechtskosten, gemaakt in het gemeenschappelijk belang der schuldeischers om tot den verkoop en de verdeeling der opbrengst over te kunnen gaan, de bewakingskosten in¬ begrepen; de onderbouds- en reparatiekosten gedurende de inbeslagneming,-jde scheepvaartheffingen en havenrechten; b de inschulden voortvloeiende uit het arbeidscontract van den kapitein en de bemanning, vanaf de laatste aanmonste¬ ring; voor wat betreft de gage, gerekend voor een duur van ten hoogste 3 maanden. c. de loonen voor redding en hulpverleening, evenals de bijdragen van het vaartuig in averijgrosse. II. Als de feiten, recht gevende op de inschuld, de inschrij¬ ving van de hypotheek voorafgaan: a. de schadevergoedingen aan een ander binnen- of zeeschip, aan zijn passagiers, aan zijn bemanning of aan zijn lading, tengevolge van een aanvaring of eenig ander scheepvaart¬ ongeval ; b. de schadevergoedingen voor schade, toegebracht aan kunstwerken van waterwegen of havens; c. de schadevergoedingen voor lichamelijk letsel van de bemanning en de passagiers van het vaartuig, evenals voor verlies of schade van de lading en de bagage der passagiers, naar gelang van de waarde. Artikel 24. De onderlinge rangorde der voorrechten wordt bepaald door de wet van de plaats van inbeslagneming. Artikel 25. De voorrechten blijven van kracht, in welke handen het vaartuig zich ook bevinde. Artikel 26. De voorrechten op het vaartuig gaan teniet, behalve in de overige gevallen voorzien door de wet van de plaats van in¬ beslagneming, aan het einde van een termijn van zes maanden, te beginnen bij de opeischbaarheid van de inschuld. Evenwel vernietigt de verkoop in de gevallen van het te¬ nietgaan, voorzien door genoemde wet, de voorrechten alleen dan, indien die verkoop is vergezeld van de formaliteiten van openbaarheid, voorzien bij artikel 20. De termijn loopt, wat betreft de voorrechten, die een waar¬ borg vormen voor de loonen voor hulp en redding, te beginnen bij den dag, waarop de handelingen een einde hebben genomen en wat betreft het voorrecht, dat een waarborg geeft voor de schadevergoeding wegens aanvaring en voor de overige schade¬ vergoedingen, bedoeld in no. II onder a. en 6., te beginnen bij den dag, waarop de schade is veroorzaakt. De opschorting en de onderbreking van de bovenomschre¬ ven termijnen worden bepaald door de wet, geldend voor de rechtbank bij welke de zaak aanhangig is gemaakt. Artikel 27. Tenzij anders bepaald bij dit verdrag, zijn de voorrechten, erkend bij de voorgaande bepalingen en de inschulden, welke zij betreffen, aan geen enkelen bijzonderen bewijsregel onder¬ hevig. Artikel 28. De voorgaande bepalingen zijn van toepassing op vaartuigen geëxploiteerd door een reeder, niet-eigenaar of door een hoofd¬ bevrachter, behalve wanneer blijkt, dat het eigendom door een ongeoorloofde daad aan den eigenaar onttrokken is en daarenboven de schuldeischer te kwader trouw is. Artikel 29. De bepalingen van dit hoofdstuk worden op elk vaartuig, ingeschreven in een contracteerenden Staat, toegepast, al heeft de inbeslagneming plaats op het grondgebied van den Staat, waar het vaartuig ingeschreven is. HOOFDSTUK VI. Algemeene Bepalingen. _ Artikel 30. Deze overeenkomst is niet van toepassing op: 1. oorlogsschepen; 2. vaartuigen toebehoorende aan een openbare adminis¬ tratie en niet voor een handelsdoel gebruikt. 1) Zie noot in het nummer van 17 Oct. j.1. op bladz. 902. 928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 Artikel 31. De Staten, wier tegenwoordige wetgeving niet van dien aard is, dat de uitvoering van deze overeenkomst kan worden verzekerd, zullen de daartoe noodige maatregelen treffen en strafbepalingen uitvaardigen. Artikel 32. Met bet oog op de toepassing van deze Overeenkomst zijn de rechtbanken, de inschrijvingsbureaux en de administra¬ tieve en rechterlijk bevoegde overheid der contracteerende Staten bevoegd om rechtstreeks onderling briefwisseling te voeren. Artikel 33. De contracteerende Staten verplichten zich om elkander onderling de wettelijke of reglementaire maatregelen, welke door ieder van hen genoten zullen worden, ten einde de uit¬ voering van deze overeenkomst te verzekeren, benevens de lijst der autoriteiten, belast met het houden der registers, voorzien bij deze overeenkomst, mede te deelen. Artikel 34. Geen van de artikelen van deze Overeenkomst mag op zoo¬ danige wijze uitgelegd worden, dat daardoor verplichtingen worden opgelegd of rechten worden voorbehouden, welke on- vereenigbaar zijn met het stelsel der internationale waterwegen. Artikel 35. Geen van de artikelen van deze Overeenkomst mag op zoo¬ danige wijze worden uitgelegd, dat daardoor belemmeringen ontstaan voor de, toepassing der maatregelen van verbod of beperking van den in- en uitvoer, welke de Staten in de overeen¬ komst, geteekend te Genève den 8en November 1927, zich voorbehouden te nemen of welke zij zich zouden voorbehou¬ den te nemen in eenig andere overeenkomst, betrekking heb¬ bende op hetzelfde onderwerp. Artikel 36. Geschillen. (voorbehouden). SLOTPROTOCOL. ad Artikel 2, alinea 2. Het is wel te verstaan, dat het bepaalde in alinea 2 van arti¬ kel 2 geen belemmering mag vormen voor het aanleggen van centrale registers, waarin de inschrijvingen plaats hebben, ad Artikel 12, alinea 3. Het is wel te verstaan, dat de inschrijvingen in een ander land dan dat, waar het vaartuig gebouwd is Š in overeenstem¬ ming met een der aan het eind van artikel 12 voorziene verdra¬ gen Š in alle opzichten gelijk worden gesteld met die, welke in dat land zouden plaats hebben, ook ten opzichte van contrac¬ teerende Staten van deze overeenkomst, welke niet aan dat verdrag hebben deelgenomen. ad Artikelen 13, 14 en 15. Het is wel te verstaan, dat de bepalingen van artikelen 13, 14 en 15 geen belemmering vormen voor het houden van verschillende registers voor de inschrijving en de publiciteit der gevestigde rechten, op voorwaarde dat er overeenstemming zij tusschen deze verschillende registers. ad Artikel 15. Onder hypotheken in den zin dezer overeenkomst ver¬ staat men eveneens de pandrechten op ingeschreven vaartui¬ gen, bedoeld bij artikel 1259 van het Duitsche Burgerlijke Wetboekrecht, evenals de pandbrieven, bedoeld bij het vroe¬ gere artikel 315 van het Nederlandsche Wetboek van Koop¬ handel. BIJLAGE VAN HET RAPPORT VAN HET BUREAU VAN HET COMITÉ VOOR PRIVAATRECHT. De Belgische delegatie heeft bij schrijven van 2 Juni en 6 September 1928 een voorbehoud gemaakt, wat betreft de bepalingen over het aantal en de rangorde der voorrechten. Dit voorbehoud is in het schrijven van 6 September als volgt gemotiveerd: —De Volksvertegenwoordiging heeft de overeenkomst van Brussel van 1926, betreffende de unificatie van enkele regels, betrekking hebbende op de voorrechten en zeehypotheken, bekrachtigd en heeft een wetsontwerp, ten doel hebbende overeenstemming te brengen tusschen de Belgische wet en de bepalingen van de overeenkomst, goedgekeurd. Artikel 7 van deze wet breidt de nieuw aangenomen bepalingen voor de zeevaart tot de binnenvaart uit, met uitzondering van die, welke betrekking hebben op gesloten contracten of gedane handelingen buiten de haven, waar het vaartuig thuis behoort. De bekrachtiging van de goedkeuring der Volksvertegen¬ woordiging door den Senaat, lijdt geen twijfel en het is zeker, dat binnenkort het nieuwe, aldus vastgestelde recht in België toegepast zal worden. Het is niet mogelijk om binnen afzienbaren tijd te rekenen met nieuwe wijzigingen in onze wetgeving in den zin van de amendementen, voorgesteld in de vergadering te Berlijn en welke de, in eerste lezing in den Haag aangenomen, grond¬ beginselen, voor zoover het aantal en de rangorde der voor¬ rechten betreft, grondig wijzigen. DE RIJKSPOSTSPAARBANK ALS DEPOSITOBANK. Een voor de prac’tijk cardinaal punt ter onderschei¬ ding van spaarbanken en gewone depositobanken is gelegen in de wijze waarop de banken bare deposito™s rendabel maken. De gewone banken ‘hebben uitslui¬ tend een commercieel karakter. Daarom kunnen aan de door hen verrichte actieve credietoperaties niet zulke hooge eischen worden gesteld als aan de beleg¬ ging bij spaarbanken, welke instellingen een meer sociale strekking hebben. Aangezien het van groot belang is, dat het publiek ten deze niet wordt mis¬ leid, pleegt het Departement van Justitie den naam spaarbank dan ook alleen in statuten van vereenigin- gen of naamlooze vennootschappen toe te laten, in¬ dien behoorlijke waarborgen voor een solide beleg¬ ging aanwezig zijn. De bijzondere eischen, welke men terecht bij spaar¬ banken aan de belegging stelt, zijn evenwel een uit¬ vloeisel van het feit, dat bij die instellingen spaar¬ gelden worden ondergebracht en wel spaargelden van kleine bezitters. Het verzamelen daarvan is het doel dezer instellingen en haar bijzondere sociale betee- kenis is dan ook gelegen in het feit, dat kleine som¬ men alleen bij haar rentegevend kunnen worden be¬ legd. In laatste instantie is het onderscheid tusschen spaarbank en gewone bank daarom een uitvloeisel van het karakter der deposito™s. Nu zijn spaargelden in het algemeen bezwaarlijk van andere deposito™s te onderkennen, omdat de aard der gelden afhangt van de bestemming, die daaraan door de deponenten wordt gegeven. Het is daarom heel goed mogelijk, dat eenzelfde deposito na verloop van tijd van karakter verandert. Dit neemt echter niet weg, dat in sommige gevallen toch wel is te zien of men al of niet met spaargelden te doen heeft. In¬ dien vrij groote sommen in eens voor korten of lan¬ gen tijd worden belegd of wel, indien kleine of groote bedragen telkens worden ingelegd en kort daarna weer worden opgevraagd, dan laat het weinig twijfel over, dat we hier niet met spaargelden te doen hebben. Het komt mij voor, dat men Hij het beschouwen en waardeeren van de in spaarbanken belegde kapitalen in het algemeen niet voldoende rekening houdt met het depositokarakter van vele dezer gelden. Ia het volgende moge ik er ten aanzien van de Rijkspost¬ spaarbank eens de aandacht op vestigen, dat ook die instelling in niet geringe mate als depositobank wordt gebezigd. Bevreemding behoeft dit niet te wekken. Immers de wetgever zelf heeft bij1 verschillende gele¬ genheden de Rijkspostspaarbank voor de belegging van kleine kapitalen aangewezen. Genoemd kan hier worden de in de burgerlijke kinderwet van 1901 ge¬ opende mogelijkheid, dat voogden zekerheid stellen door middel van een inleg in de Rijkspostspaanbank, welke ten behoeve van de minderjarigen wordt ver¬ bonden; voorts de uitdrukkelijke vermelding in de Postspaarbankwet van vereenigingen, stichtingen en fondsen als inleggers en het verhoogd rentegevend maximum (… 2400,Š) voor deze lichamen vastge¬ steld. Dat men hier in den regel niet met spa’argel- den te doen heeft, behoeft geen betoog. Door deze min of meer uitdrukkelijke aanwijzing van de Rijiks- postspaarbank als depositobank kunnen in de Post- spaarbankwet bezwaarlijk bepalingen worden ver¬ wacht, welke min of meer waarborgen, dat de inge¬ legde gelden spaargelden zijn. Elders komen voor¬ schriften met dit doel wel voor, als bijv. tweeërlei 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 929 rentegevend maximum, één algemeen en één voor het¬ geen in zeker tijdperk (dag, maand, jaar) rentegevend belegd kan worden. Ook wordt wel een maximum be¬ drag voor één storting vastgesteld. Met hetzelfde doel kan voor het gedeelte van het tegoed, dat een zeker bedrag te boven gaat, een lagere rente worden vergoed en kunnen voor de terugbetaling van groote bedragen termijnen van opzegging worden voorge¬ schreven. Dit laatste komt veel voor, ook al wordt aan die termijnen niet altijd streng de hand gehouden. Bij de Rijkspostspaarbank zijn al® remmen tegen het bezigen dier instelling als depositobank alleen te noemen het lage rentegevend maximum van … 1200,Š, de constante, betrekkelijk lage, rente van 2,64 pCt. en de halfmaandelijksche renteberekening, ten gevol¬ ge waarvan het telkens opvragen en daarna weer stor¬ ten van gelden veel renteverlies met zich brengt. Van deze remmen is het rentegevend maximum de krach¬ tigste. Men bedenke evenwel, dat het alleen een rem tegen groote, niet tegen kleine deposito™s is en dat deze rem groote deposito™s ook niet absoluut weert. Er wordt namelijk niet door verhinderd, dat onder¬ scheidene publiekrechtelijke instellingen kasgelden bij de Rijkspostspaarbank beleggen, welke verre boven dat maximum uitgaan. Als voorbeeld voor het beleggen van gelden voor langen tijd op de Rijkspostspaarbank kan nog ge¬ noemd worden de belegging van gelden van minder¬ jarigen, zulks in afwijking van artikel 449 B. W., hetwelk deze wijze van belegging niet noemt. Voorts worden meermalen kapitaaltjes, bijeengebracht voor tijdelijke voorziening in het levensonderhoud, op de Rijkspostspaarbank belegd met de bepaling, dat slecht® een zeker bedrag per week mag worden terugbetaald. Dat vele personen een geldsom op de Rijkspostspaar¬ bank beleggen, ten einde in geval van nood direct over de noodige contanten te kunnen beschikken, is bekend. Blijkens laatstgenoemde voorbeelden behoort het deponeeren van geld voor langen tijd niet tot de zeld¬ zaamheden. In het door de Rijkspostspaarbank gepu¬ bliceerd cijfermateriaal komt evenwel dit gebruik maken van de bank niet zoo tot uitdrukking. Daar¬ entegen is uit de cijfers wel iets te ‘halen met betrek¬ king tot ‘het deponeeren van gelden voor korten tijd, welke gelden min of meer zijn te vergelijken met de rekening-courant-isaldi bij gewone banken. Beschouwt men de jaarcijfers van inleggingen en terugbetalingen dan valt waar te nemen, dat een stij¬ ging der stortingen onmiddellijk door een stijging van de terugbetalingen wordt gevolgd. Sprekend komt dit uit in de desbetreffende cijfers over de jaren 1915Š- 1919, ook al moet de stijging in dat tijdsverloop voor een deel aan de waardedaling van het geld worden toegeschreven. Inleggingen en Terugbetalingen (in millioenen guldens). 1915 . … 67.6 1916 . — 85.5 1917 . — 89.7 1918 . —104.8 1919 . —137.8 … 67.6 72.6 79.1 91.6 — 117.7 Men mag hieruit wel afleiden, dat veel van hetgeen wordt ingelegd kort daarna weer wordt opgevraagd. En van welke beteekenis de Rijkspostspaarbank thans in dit opzicht is, blijkt duidelijk, indien mij bedenkt, dat bij een totaal inleggerskapitaal van ongeveer 320 millioen gulden over de laatste jaren per jaar de bedragen van inleggingen en terugbetalingen elk om en bij de 125 millioen gulden lagen. Hoe kort de tijd is, dat deze gelden bij de Rijks¬ postspaarbank belegd blijven, blijkt eveneens uit de seizoenschommelingen van inleggingen en terugbeta¬ lingen. Maandsgewijs overzicht van het bedrag der inleggingen en terugbetalingen in millioenen guldens. 1922Š1926. Jan. I. T. 1922 10.5 8.3 1923 10.9 ! 1.2 1924 11.7 10.5 Febr. I. T. 9.9 8.4 9.1 8.4 10.5 10.- Maart April I. T. I. T. 8.9 11.4 8.7 9.9 8.8 10.2 7.2 10.1 9.4 10.9 8.1 12.7 1925 11.1 10.7 10.1 9.6 9.1 10.4 7.9 11.2 1926 11.4 9.8 11.- 9.3 9.3 10.6 8.- 11.1 Mei I. T. 1922 10.5 10.6 1923 8.7 10.5 1924 9.8 11.3 1925 9.3 11.- Juni Juli Aug. I. T. I. T. I. T. 9.8 8.8 10.7 10.- 10.- 8.7 9.7 10.1 10.9 9.- 10.- 8.9 9.3 9.4 11.4 10.6 10.- 9.8 9.1 9.9 10.3 10.4 9.8 9.3 1926 10.3 10.8 9.6 9.9 10 7 10.8 10.5 Sept. I. T. 1922 9.8’ 8.8 1923 9.2 8.- 1924, 10.- 10.- 1925 9.6 9.3 1926 10.2 9.2 Oct. I. T. 8.9 9.5 9.8 102 9.3 11.2 9.5 10.6 9.5 10.6 Nov. I. T. 9.8 8.8 9.4 9.6 8.8 9.9 9.6 9.- 10.3 9.5 8.8 Dec. I. T. 9.4 8.1 9.5 9.- 9.1 9.7 9.- 9.- 9.6 9.8 De cijfers in bovenstaand staatje bevatten alleen de inleggingen en ‘terugbetalingen aan de kantoren der posterijen. Onder de inleggingen zijn derhalve niet begrepen de in Februari en Augustus op de spaar¬ bankrekeningen bij’geschreven rente van Staatsschuld- boekjes, die in de jaren 1922Š1926 omstreeks f 600.000 per halfjaar bedroeg. Beschouwt men de grafiek, waarin het verloop der maandgemiddelden over de jaren 1922Š1926 is weergegeven, dan blijkt, dat de curve van inleggingen in Januari en Juli haar hoogste punten pleegt te bereiken, om vervolgens in de drie volgende maanden van elk half jaar geleide¬ lijk te dalen, in het eerste halfjaar sterk, in het tweede zwak. Telkens in April en October worden de laagste punten bereikt, waarna weer een stijging volgt. Ook deze stijging is in het eerste halfjaar sterk en in het tweede zwalk. De curve van terugbetalingen is niet zoo regelmatig en ook is het verloop over beide semesters niet zoo gelijk. In elk halfjaar bereikt echter deze curve haar hoogste punt juisct in de maand, dat de curve der inleggingen haar laagste punt aan wijst, derhalve in April en October. 10, F M A M J O N D Dergelijke seizoenschommelingen treft men ook bij andere spaarbanken in binnen- en buitenland in meer¬ dere of mindere ïnate aan. Met betrekking tot de spaarbanken in Frankrijk zijn zij besproken door Jean Vergeot in de Revue d™Economie Politique van 1925. Ter verklaring van het verschijnsel onderzocht hij, welke de voornaamste categorieën van inleggers zijn en vervolgens ging hij1 van hen de gewoonten op finan¬ cieel gebied na. Als voornaamste oorzaken der schom¬ melingen noemt bijl: verkoop van den oogst door landbouwers van December tot Februari; activiteit van den handel tegen het einde des jaars; aankoop van vee door landbouwers in het voorjaar en verkoop van vee in het najaar; verzilvering van halfjaarlijfcsche coupons (Januari en Juli). In hoever dergelijke fac¬ toren ook op de bovenvermelde cijfers van de Rijlks- postspaarbank van invloed zijn Is niet gemakkelijk uit te maken. Omdat in maanden, waarin het bedrag der inleg- 930 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 gingen het laagst is, het hedrag der terugbetalingen in den regel juist het hoogst is, lijkt het -waarschijnlijk, dat, zoowel de grootte van inleggingen als die van terugbetalingen wordt beheerscht do-ór factoren, die voor een deel dezelfde zijn. De invloed van die factoren is dan ook het sterkst te zien bij de saldi van inleg¬ gingen en terugbetalingen. Op de grootte daarvan zijn immers zoowel ‘de inleggingen als de terugbetalingen van invloed. Opvallend zijn over de jaren 1922Š1926 de vele negatieve saldi; vóór den wereldoorlog kwamen deze veel minder voor. Merkwaardig is het sterk negatief saldo over April. Ook vóór den oorlog is het saldo over deze maand steeds negatief geweest en dit was zoowel aan het hedrag der terugbetalingen als aan het abnormaal lage cijfer der inleggingen~te wijten. Als een bijzonderheid kan ook nog vermeld worden, dat de saldi vóór den oorlog hun hoogtepunt in Januari en Juli bereikten, doch de laatste jaren in Februari en Augustus. Wat daarvan ook de oorzaak moge zijn, de seizoenschommelingen bevestigen het gebruiken der Rijkspostspaarbank als depositobank en wijzen erop, dat vele inleggingen binnen het half jaar weer worden opgevraagd. * * * Voor de bepaling van het karakter der inleggingen is ten slotte nog van belang het gemiddeld bedrag der inleggingen en terugbetalingen. Door het bezigen van de Rijkspostspaarbank zuiver als spaarbank is het ge¬ middeld bedrag der inleggingen ten allen -tijde kleiner geweest dan -dat der terugbetalingen. De goede spaar¬ der immers legt vaak en min of meer geregeld kleine bedragen in, terwijl van hetgeen hij terugvraagt ge¬ woonlijk het tegenovergestelde kan worden gezegd. Gemiddeld bedrag van aan de kantoren -der posterijen bewerkstelligde inleggingen terugbetalingen 1881 . 13.10 37.35 1882Š1886 . 15.62 46.32 1887Š1891 …… 22.37 53.24 1892Š1896 …… 28.17 56.92 1897Š1901 . 33.24 66.81 1902Š1906 …… 36.88 69.65 1907Š1911 . 39.97 68.36 1912Š1916 …… 42.71 67.94 1917Š1921 . 55.69 91.13 1922 . 61.30 104.67 1923 . 62.99 99.57 1924 . 63.11 104.17 1925 . 58.38 98.92 1926 . 57.51 97.36 1927 . 55.03 97.11 Uit bovenstaand staatje valt te zien, dat de gemid¬ delden beide vrijwel onafgebroken zijn gestegen, doch het gemiddelde hedrag der inleggingen veel sterker dan dat der terugbetalingen. Het komt mijl voor, dat dit er op wijst, -dat de Rijkspostspaarbank in den loop der jaren in toenemende mate als depositobank is ge¬ bezigd. Bij de groote stijging der gemiddelde bedragen na 1916 moet men natuurlijk rekening houden met de waardedaling van het gel-d. De daling -der cijfers over de drie laatst vermelde jaren is daartegenover naar alle waarschijnlijkheid weer een gevolg van de waardestijging van het betaalmiddel. Uit een en ander ‘blijkt wel, -dat ‘het tijdelijk depo>- neeren van geld hij de Rijkspostspaarbank een belang¬ rijke rol speelt. De 14-daagsche renteberekening, welke ‘behalve als een vereenvoudiging voor de administra¬ tie, toch ook als een rem tegen dat deponeeren is be¬ doeld, .is blijkbaar geen rem van veel beteekenis. Het bezigen van de Rijkspostspaarbank voor dit doel lijkt mij overigens zonder bezwaar, indien deze instelling maar niet kan ontaarden in een rijksbeleg- gingsinstituut voor kapitalisten en financieele licha¬ men in tijden, waarin men elders voor gelden op kor¬ ten termijn geen emplooi kan vinden. Hierdoor zou het risico van den staat zonder gegrond motief te zeer worden vergroot. Het rentegevend maximum is er evenwel om iets dergelijks te voorkomen. Thans ‘bedraagt dit maximum, zooals bekend, … 1200,Š en de vraag ligt voor de hand of dit voor den tegenwoor- digen tijd niet te laag is. In dit verband kan melding worden gemaakt van de eenige jaren geleden door de Bezuinigingscommissie-Rink voorgestelde verhooging van het maximum tot … 2500,Š, waartegen de direc¬ tie der bank niet afwijzend stond. Voor zooveel de bank als spaarbank wordt gebezigd kan die verho-o- ging niet anders dan toegejuicht worden. Maar ook voor de andere deposito™s lijkt mij daartegen geen be¬ zwaar te bestaan. De groote saldi vormen in het alge¬ meen een gewenscht tegenwicht tegen de vaak ge¬ ringe spaarsaldi, omdat deze laatsten voor de bank slechts verlies opleveren. Indien de bank haar eigen¬ lijk doel maar niet uit het oog verliest en kleine stor¬ tingen als een verliespost gaat weren, maar daarvoor behoeft men niet te vreezen. In het bijzonder is die verhooging van het maximum aan te hevelen met het oog op de belegging van gelden van minderjarigen, omdat het thans bestaand maximum van … 1200,Š daarvoor vaak te laag is en een even geschikte beleg¬ ging, zonder risico voor kapitaalverlies, elders niet gemakkelijk is te vinden. In het voorgaande werd als een rem tegen het ge¬ bruik maken van de Rijkspostspaarbank als deposito¬ bank ook de ‘betrekkelijk lage rentevergoeding ge¬ noemd. Deze rente staat het meest in de publieke be¬ langstelling. Er gaat bijna geen jaar voorbij, dat er niet bij de regeering op wordt aangedrongen om het rentetype te verhoogen. Of een dergelijke verhooging wenschelij’k is, is een vraagstuk, dat vele kanten heeft. Hier volgen slechts een paar opmerkingen hierover in verband met het onderwerp, dat ons thans bezig¬ houdt, Verhooging van het rentegevend maximum opent de mogelijkheid, dat meer kapitaal naar de Rijkspostspaarbank toestroomt, doch die verhooging op zichzelf oefent geen extra aantrekkingskracht op kapitaal uit. Verhooging van rentevergoeding daar¬ entegen wel. En gezien het gebruik, dat van de Rijks¬ postspaarbank wordt gemaakt zal het nieuwe kapitaal, dat toestroomt voor een groot deel depositogeld zijn. Temeer is dit het geval, omdat men in renteverhoo- ging geen groote stimulans voor het sparen moet zien. De grootte van de rente is meer van invloed voor be¬ antwoording van de vraag, waar men zijn geld zal deponeeren dan op het bedrag, dat men zal deponee¬ ren. In crisistijden houden vele spaarders hun geld angstvallig onder zich. Zij sparen toch, ‘hoewel het in het geheel geen rente opbrengt. De rente zou al bijzonder hoog moeten zijn om een prikkel te vormen om met sparen te beginnen of om meer te gaan spa¬ ren. Men moet daarom in renteverhooging in de eerste plaats een concurrentiemiddel zien tusschen spaar¬ banken onderling. En daaraan mag de Rijkspostspaar¬ bank natuurlijk niet deelnemen. Met betrekking tot den toevloed van depositogel- den staan verhooging van het rentegevend maximum en verhooging der rente natuurlijk in nauw verband met elkaar. Renteverhooging zal des te meer kapitaal aantrekken naar mate het maximum hooger is. Men bedenke in verband hiermede, dat een groote kapitaal- to-evioed naar de Rijkspostspaarbank op zichzelf geen onvermengd voordeel is. De mogelijkheid toch is niet denkbeeldig, dat men ten gevolge van de zorgvuldige en zeer solide belegging bij die instelling, welke be¬ rekend is op belegging van spaargelden, bij een te groote toevloed van deposito™s niet steeds een vol¬ doend heleggingsveld kan vinden. De ‘moeilijke vraag¬ stukken verbonden met groote fondsvorming hij het Rijk zijn overigens reeds nu, gelijk ‘bekend, een punt van veel hoofdbreken. Aangezien ten slotte voor onmiddellijk opvraagbare deposito™s een rente van 2,64 pCt. voldoende is, moet 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 93! renteverhooging bij de Rijkspostspaarbank, voor zoo¬ veel die instelling als depositobank werkzaam is, wor¬ den ontraden. Mr. J. H. Groen. Amsterdam, Augustus 1928. DE AANSTAANDE ONDERHANDELINGEN TE BERLIJN OVER EEN WIJZIGING EN UITBREIDING VAN HET DUITSCH RUSSISCHE HANDELSVERDRAG 1925. In den loop van November zullen, op een verzoek van de Duitsehe’regeering, dat deze op 24 Augustus ter kennis bracht, de Duitsehe en Russische regee- ringsdelegaties wederom bij elkaar komen ter hervat¬ ting der onderhandelingen —nopens een bevestiging en uitbreiding van het Duitsch-Russische Handels¬ verdragfl (van 1925). Die onderhandelingen waren, gelijk men weet, in het voorjaar gaande, toen plotseling de publieke opi¬ nie in Duitschiand in beroering werd gebracht door de omstandigheid, dat onder een vijftigtal wegens sabotage vervolgde en deels veroordeelde ingenieurs en werkbazen van het Sehachty-proces, zich ook een drietal vooraanstaande (later vrijgesproken) Duitsehe ingenieurs bevonden. Achteraf is het wel duidelijk, dat de inderdaad zeer onaangename ondervindingen, die deze drie ingenieurs in de gevangenissen opde¬ den, door de tegenstanders van een Duitsch-Russisch handelsverdrag met talent zijn aangegrepen om hin¬ dernissen op te werpen tegen de onderhandelingen, die aan den gang waren. Het gevolg van de zoo ontstane stagnatie is intus- schen niets anders geweest dan dat men zich over en weer beter heeft kunnen beraden. De politieke cam¬ pagne rondom het lot van de Duitsehe ingenieurs heeft zich langzamerhand omgezet in een bijna uit¬ sluitend economische wapenschouw wederzijds, ge¬ tuige de intense pennestrijd, die geheel gericht was op de meting van het nut zelf der handelsrelaties voor beide partijen. In dezen pennestrijd ging het wederom zoo goed als geheel om belangen, niet of nauwelijks om begin¬ selen. De geruchten over een verdwijning van de heele Handelsvertegenwoordiging te Berlijn, die ook de Nederlandsche pers binnenkwamen, voornamelijk door den Berlijnschen berichtgever van de Telegraaf en ook door den Balkancorrespondent van de N.R.Ot., bleken zooals in verband met de betrekkelijk rustige ontwikkeling der Russische interne aangelegenhe¬ den eigenlijk ook wel begrijpelijk was, niets dan looze geruchten. Er is verder ook geen enkel symptoom openbaar geworden, dat op zulk een verdwijning had kunnen wijzen. Integendeel getuigden bijv. de belang¬ rijke Duitsehe couranten en de Kamers van Koop¬ handel, dat door die Handelsvertegenwoordiging Rusland juist in voortdurend voordeelige positie ver¬ keerde tegenover den Duitschen producent en ver- kooper. De Duitsehe firma™s, zoo klaagde men, wor¬ den onbarmhartig door deze monopolistische instel¬ ling tegen elkaar uitgespeeld. De prijs wordt zoo¬ doende gedrukt. Er waren er, die aanraadden, met de Russen niet verder te gaan, zoolang de Duitsehe regeering er niet in slaagde, tenminste het contin- gentsprincipe (met als doel: evenwicht tusschen koop en verkoop) door de Russen te doen aanvaarden, zoo¬ als dezen het immers vroeger reeds huldigden in hun verdragen met Letland, Perzië en andere kleine sta¬ ten. En vooral ook de gedachte, alle aan Rusland leve¬ rende Duitsehe firma™s tè kartelleeren, won bij onze Oostelijke buren veel aanhangers. Den contingents-eisch kortaf verwerpend (daar is verder niemand op teruggekomen), verweerden de Rus¬ sen zich tegen de gedachte eener kartelleering der Duitsehe producenten zoowel principieel als prac- tisch, en met een zekere opmerkelijke heftigheid. Als leveranciers zich zouden vereenigen en die vereeni- ging van leveranciers ons zou gaan knellen, zeiden de Russische organen, bleef ons nog altijd over die vereeniging te laten concurreeren tegen niet-Duit- sche producenten en handelaars. Maar wij vreezen het ontstaan van zoodanige kartels niet, was tevens principieel hun antwoord. Immers iedere kapitalisti¬ sche organisatie, die niet een werkelijk kartel is, doch slechts op één ondergeschikt punt: nl. uitsluitend op het punt van den Bussischen handel, een samenwer¬ king wil tot stand brengen, komt in tegenspraak met de op elk ander gebied zich heftig voortzettende con¬ currentie der deelgenooten. Voerde dus Š ook naar het inzicht trouwens van Duitsehe economeü, de kartel-gedachte in deze te ver, er was toch wel degelijk in de Duitsehe pers de wensch merkbaar, door een of andere organisatie de Duitsehe belangen tegenover de Russische te verster¬ ken. Lengyel, een hoofdambtenaar van de Sovjet- Handelsvertegenwoordiging te Berlijn, had in een paar interviews in de Izwestia (zie o.a. N.R.Ct. 23 Juli jl.) verklaard, dat reeds in de officieele voor- jaarsonderhandelingen het denkbeeld van een Duitsch- Russische Kamer van Koophandel ter sprake geko¬ men Was en dat toen en thans daartegen van geen enkele zijde bezwaar bestond. Maar hét Berliner Ta- geblatt riposteerde, dat deze gedachte toch uitslui¬ tend aan een Russisch initiatief viel toe te schrijven, en met dit blad vroegen ook andere Duitsehe handels¬ organen om een meer uitsluitend Duitsehe coalisee- ring, hetgeen dan weer de Russische Handelsverte¬ genwoordiging een beetje kribbig deed antwoorden, dat de Duitsehe industrie blijkbaar aan opeenhooping van kleine misverstanden en daardoor noodzakelijke diplomatieke interventies de voorkeur gaf boven de snelle vereffening van kleine geschilen door een bemid¬ delend lichaam. Intusschen klonken van Duitsehe zijde ook andere stemmen, getuige de rede, welke op 26 Juli op de jaarvergadering van de Dusseldorfer Industrie- und Handelskammer de voorzitter Dr. Wilden hield, die, zij het dan onder eenige reserves, den uitbouw der Duitsch-Russische relaties aanprees en de idee van een Duitsch-Russische Kamer van Koophandel toejuichte (Industrie- und Handelszei- tung 27 Juli). Maar het Dusseldorfer district, en met name zijn machinefabrieken, zijn wel altijd bij¬ zonder bij Rusland geïnteresseerd geweest. In dit stadium van voor en tegen verkeerde men begin Augustus. Toen verscheen (bij R. L. Prager te Berlijn’N.W. 7) tegelijk in Russisch en Duitsch een werkje onder lei¬ ding van Prof. M. Kaufmann, —Der Handelsverkehr der TTdSSR mit Deutschlandfl. Deze Prof. Kaufmann is dezelfde, die Rusland vertegenwoordigde op de economische conferentie te Genève; hij bekleedt te Moskou de positie van chef der Handelsverdragen- afdeeling aan het Volkscommissariaat voor den Bui- tenlandschen Handel. Het boekje moet men begrijpen als een soort inlei¬ ding tot de October-onderhandelingen, die voor de deur staan. De schrijver beijvert zich daarin voorna¬ melijk, de valschheid aan te toonen van de in Duitseh- larid vaak gehoorde bewering, dat de ontwikkeling j van den Duitsch-Sovjetrussischen handel bij dien van j voor den oorlog ver achterstaat, niettegenstaande de | tegenwoordige Russische statistiek op verschillend gebied een vermeerdering doet zien van de producti- [ viteit van Ruslands bedrijfsleven. De heer Kaufmann levert een uitgebreid statistisch verweer hiertegen en betoogt o.a., dat de vóóroorlogsche douane-statis- tiek alle over de Duitsehe grenzen in Rusland binnen¬ komende goederen als Duitsehe goederen aanmerkte, en wijst er verder op, dat de uit het 300 millioen Markr crediet voortgevloeide bestellingen voor een groot deel nog niet door de Duitsehe firma™s zijn uitgevoerd (daar het veelal gecompliceerde machines betreft), zoodat Wat dit aangaat de jongste douane-statistieken een te klein beeld zouden geven van het werkelijke han¬ delsverkeer. Zooals vanzelf spreekt, is dit boekje levendig in de Duitsehe pers besproken. Het meest opvallen- 932 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 de antwoord echter, dat er op kwam, was wellicht niet een artikel, maar een daad. Op het eind van Augustus reeds werd bekend, en even later, op 4 Sep¬ tember, werd het een officieel feit, dat eenige voor¬ aanstaande uitsluitend Duitsche industrieele- en han- dels-vereenigingen zich hadden aaneengesloten tot een z.g. —Duitsch-Russisch Comitéfl. Het waren het Reichsverband der Deutschen Industrie, de Deutsche Industrie- und Handelstag, het Eeichsverband des deutschen Bank- und Bankiergewerbes en de Deutsch- Eussische Yerein zur Pflege und Förderung der ge- genseitige Handelsbeziehungen (eveneens een louter Duitsch lichaam). Dit comité noemde zich weliswaar niet anders dan een —voortzetting en sanctionneering der weldra sinds een jaar bestaande losse samenwer¬ kingfl tusschen deze vereenigingen, maar men zag in heel Duitschland er dadelijk in Š hoezeer in geenen deele het —kartelfl, waarover zooveel gesproken was, dan toch een —contra-organisatiefl, Š en het spreekt vanzelf, dat de oprichting daarvan, zoo kort vóór de hervatting der onderhandelingen, veel stof deed op¬ warrelen. Eén ding is dus wel zeker: de oprichting van het Duitsche, z.g. Duitsch-Eussische Comité is een aan¬ kondiging, dat tusschen beide landen groote trans¬ acties op til zijn. Volgens uitlatingen van ter zake deskundige Duitschers zouden die transacties niet alleen voor Eusland nuttig, maar voor de thans zeer noodzakelijke industrieele werkverschaffing in Duitschland zelf een uitkomst zijn. De Duitsche me¬ taalindustrie bijvoorbeeld weet immers bij de heer- schende conjunctuur haar weg niet of nauwelijks naar het Westen te vinden: er is ondanks alle klachten bovendien aan de Russen nog altijd iets aparts te ver¬ dienen. In het vorige bedrijfsjaar hebben de Sovjets, door- middel der Berlijnsche handelsvertegenwoordi¬ ging bij 2400 Duitsche firma™s bestellingen gedaan. Het is duidelijk, dat mén maar niet ineens van dezen klant kan afstand doen. De onderhandelingen, die men in den loop van No¬ vember dus weder zal opvatten, betreffen het bestaan¬ de Duitsch-Russisch Handelsverdrag van 12 October 1925. De Russen doen uitbomen, dat door de regee- ringsvertegenwoordigers niet anders ter sprake zal kunnen worden gebracht dan 1°. eene nadere uit¬ legging der artikelen van genoemd Handelsverdrag, dat tot op heden geldt, 2°. een uitbouw ervan in dezen zin, dat men de in het Handelsverdrag reeds voor¬ ziene completeerende verdragen (zooals een Douane- verdrag, een verdrag nopens Octrooien, enz.) thans tot stand brengt. Zij leggen hierop in het bijzonder den nadruk, omdat inderdaad in de Duitsche pers hier en daar gepoogd is het zóó voor te stellen, of de Russen, in hun verlangen naar eredieten wel zouden toestemmen in een geheele omverwerping van het geldende Verdrag en eventueel een omgaan van de Handelsvertegenwoordiging zelve (door direct con¬ tact te scheppen tusschen Duitsche fabrikanten en Russische verbruikers). In hoever nu, hetzij de Russen hetzij de Duitschers, de sterksten zullen blijken bij de onderhandelingen, en in hoeverre zij water zullen doen in hun wijn, is thans zeker niet uit te maken. In het jongste nummer van het veertiendaagsche tijdschrift der Russische Handelsvertegenwoordiging —Die Volkswirtschaftfl (No. 18) komt intusschen de redactie tot een opmer¬ kelijk principieel antwoord tegenover de genoemde tendenzen in de Duitsche pers. Het loont misschien de moeite, de kern van dit ant¬ woord hier weer te geven. Men is immers nog te zeer gewoon in ons West-Europa, en vooral in landen als het onze, waar geen officieel Verkeer bestaat met Sovjet-Rusland, met de voltrokken veranderingen in het 144 millioenen-rijk geen wezenlijke rekening te houden, en zich liever bij voorbaat in te blijven stellen op een —nog wel weer normaal wordenfl van de Russi¬ sche staatshuishouding (om er dan wederom op groo- ter schaal mee te gaan handel drijven). De Volkswirtschaft, die mij is gebleken een zeer goed geredigeerd handelsorgaan te zijn, beantwoordt de uitgesproken Duitsche verwachtingen aldus (ik trek hier en daar den zin wat samen): —De voornaamste stelling der Duitsche publicaties luidt ongeveer: ——Het is wenschelijk, dat een direct contact wordt geschapen tusschen de laatste schakels van den handelsketting, nl. tusschen producent en con¬ sument; zoo dit in het raam van het Russische mono¬ polie van buitenlandschen handel niet mogelijk is, des te erger voor dat monopolie…. Indien Rusland de opmerkingen, die het van Duitsche zijde vernemen moet, als een verwijt opvat aan het adres van zijn monopolie voor den Buitenlandschen Handel, zoo is dat in zoo ver niet verkeerd gezien, dat de meeste moeilijkheden inderdaad in het algemeen uit de staatsorganisatie van den Russischen Buitenlandschen Handel en van het Russische bedrijfsleven ontstaanflfl. —Hieroverfl, gaat dan de Volkswirtschaft verder, —is geen verschil van meening mogelijk, dat het on¬ derscheid der twee economische systemen en staats¬ inrichtingen de moeilijkheden veroorzaakt hebben en nog veroorzaken, en dat nieuwe methoden van samen¬ werking moeten worden gevonden en getoetst aan de practijk. Het komt echter wel nergens voor, dat men den loop van een rivier verlegt om een brug te bou¬ wen, en deed men het, zoo zou de brug niet de twee bestaande oevers verbinden. Het monopolie voor den Buitenlandschen Handel is een niet weg te denken bestanddeel van het economisch systeem van den Sov¬ jetstaat en vormt in dit systeem de eenig mogelijke verbindingsweg naar het internationaal-kapitalisti- sche systeem. Het monopolie van den Buitenlandschen Handel is niet een hinderpaal, maar de verbindings¬ weg; en uit het vaste voornemen der Sovjetregeering, het contact met de overige wereldeconomie zooveel mogelijk uit te breiden, volgt het vaste voornemen, het monopolie voor den Buitenlandschen Handel te vergrootén en te versterken…. De resten van zijn bureaucratische fouten moet het verliezen, het moet zich ontwikkelen, zoo kan van starheid geen sprake zijnfl. Ziehier vooraf, zooals te verwachten was, het prin¬ cipe vastgelegd. Maar buiten het principe blijkt er met de Russen telkens te praten te zijn. —Binnen het kader van het monopolie van den Buitenlandschen Handelfl, zegt dezelfde schrijver, —kan men ten zeerste in de hand werken een elkaar benaderen van de twee principieel verschillende bedrijfsorganisatiesfl, een —aufeinander- einarbeitenfl noemt hij het. De klachten, die gehoord werden over de ontbrekende directe relatie tusschen Duitschen fabrikant en Russischen verbruiker, blij¬ ken de Sovjet-autor.iteiten er reeds toe gebracht te hebben voor vele honderden Duitsche (en ook andere) technici het tijdelijk werken in Russische onderne¬ mingen zeer te hebben vergemakkelijkt. De bedoeling van deze kortelings begonnen grootscheepsche aan¬ trekking van technici is: tegen te gaan —de technische vervreemding der beide bedrijfslevensfl. Ook kunnen Duitsche firma™s sedert kort met de Sovjets aangaan —verdragen nopens technische hulpverleeningfl, waar¬ door zij het gewenschte contact met de Russische be¬ hoeften verkrijgen kunnen. En dan zijn reeds ver¬ scheidene buitenlandsche firma™s, zoo kan men nog steeds in hetzelfde artikel lezen, in Rusland geregis- %€treerd, die het recht hebben er technische bureaux op te richten. Al deze nieuwigheden, zegt de schrijver, zijn nog zeer goed vatbaar voor belangrijke uitbreiding. De belangrijkste uitbreiding is wel de dezer dagen bekend geworden groote aanbieding van concessies op allerlei gebied in de geheele Sovjet Unie. Het bovenstaande kon niet anders zijn dan een schets, eenige indrukken in verband met de jongste geschiedenis der Duitsch-Russische handelsverhoudin¬ gen. Het moge vanuit dat oogpunt gelezen worden door hen, die weldra in de bladen het verloop zullen 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 933 kunnen volgen der hernieuwde Duitsch-Russische on- derliandelingen. ^ Amsterdam, October ™28. DE RIJKSMIDDELEN. In dit nummer treft men aan het gebruikelijke overzicht van de opbrengst der Rijksmiddelen over de maand September 1928, in vergelijking gebracht met de overeenkomstige cijfers van September 1927. De gewone middelen brachten in de afgeloopen maand …36.227.500 op tegen …39.980.200 in Septem¬ ber 1927 en vertoonen mitsdien een achteruitgang van … 3.752.700, een niet onbelangrijk bedrag. De to¬ tale opbrengst der afgeloopen maand bleef bij de ra¬ ming … 2.603.900 ten achter. De totaal-opbrengst over de eerste negen maanden van dit jaar bedroeg … 365.774.400, d.i. … 9.682.900 . minder dan in hetzelfde tijdvak van het vorige jaar. Daarentegen werd de raming in genoemde periode met … 16.291.600 overschreden. Nogmaals moge hier evenwel in herinnering worden gebracht, dat eene vergelijking tusschen raming en opbrengst nog steeds onzuiver is, daar bij de ramingen voor de personeele belasting en de inkomstenbelasting met belastingver¬ lagingen is rekening gehouden, welke op onderschei¬ denlijk … 6.500.000 en … 15.000.000 zijn gesteld, terwijl bedoelde belastingverlagingen zich gedurende het eer¬ ste halfjaar nog niet of nog slechts in zeer geringe mate hebben doen gevoelen. In vergelijking met de overeenkomstige maand van het vorige jaar vertoonden de grondbelasting, de rech¬ ten op den invoer, het statistiekrecht, de geslacht-, de wijn- en de bieraccijns, de belasting op gouden en zil¬ veren werken, de belasting op rijwielen, de domeinen en de akten voor de jacht en visscherij, enz. een hoo- ger opbrengstcijfer. Daarentegen brachten minder op de personeele belasting, de inkomstenbelasting, de vermogensbelasting, de dividend- en tantièmebelas- ting, de zout-, de gedistilleerd-, de suiker- en de ta- bakaccijns, de zegelrechten, de registratierechten, de rechten van successie, van overgang bij overlijden en van schenking en de loodsgelden. Uit een en ander kan blijken, dat de loop der middelen over het alge¬ meen genomen, veel ongunstiger was dan in de gelijk¬ namige maand van het vorige jaar. In tegenstelling met de beide vorige maanden gaf de grondbelasting ditmaal eene stijging in opbrengst te zien, zij het tot het niet belangrijke bedrag van … 18.900. De raming werd bij lange na niet gehaald, wat evenwel voor de maand September niets bijzon¬ ders is. Waar dit middel in sommige voorafgaande maanden van dit jaar zeer ruim heeft gevloeid, gaf het loopende jaar tot dusver een surplus van … 577.700 boven het voorafgaande. De raming werd in de eer¬ ste drie kwartalen van 1928 met … 2.816.300 over¬ troffen ; bij dit laatste dient echter te worden bedacht, dat de grondbelasting in het midden des jaars de ruim¬ ste opbrengsten geeft, terwijl de laatste vier maanden minder gunstig plegen te zijn. Tot dusver was de loop van dit middel bevredigend, al schijnt de meerdere inkomst voor een deel aan snellere invordering te moeten worden toegeschreven. Evenals bijna alle vorige maanden van dit jaar, vertoonde de personeele belasting een lager opbrengst¬ cijfer. Het decres beliep ditmaal … 296.400 en is een gevolg van de bij de wet van 28 December 1926 (Staats¬ blad No. 432) tot stand gebrachte belastingverlaging. De raming werd in de afgeloopen maand met bijna … 1.345.800 overtroffen, hetgeen intusschen voor de maand September een normaal verschijnsel is. Gere¬ kend over negen maanden leverde 1928 … 1.336.700 minder op dan het vorige jaar. Daarentegen beliep de opbrengst in de eerste drie kwartalen …4.656.600 méér dan Yn van het geheele voor 1928 geraamde opbrengst¬ cijfer. Dit laatste cijfer is echter misleidend, daar, zooals reeds hierboven werd opgemerkt, de betreffen¬ de middelenpost … 6/4 millioen lager is geraamd, ter- wijl de belastingverlaging, die tot een terugbrengen van de raming aanleiding gaf,’ in de eerste helft des jaars nog maar in zeer beperkte mate kon worden ge¬ voeld. In ieder geval blijkt reeds duidelijk, dat het voor 1928 geraamde opbrengstcijfer van … 2234 mil¬ lioen aanmerkelijk zal worden overschreden. De inkomstenbelasting bleef zich eveneens in da¬ lende lijn bewegen. Ditmaal bedroeg de teruggang niet minder dan … 1.984.500. Ook de raming werd bij verre na niet gehaald (opbrengst bijna … 2.877.000 la¬ ger), wat evenwel niet behoeft te verontrusten, daar de maand September doorgaans voor dit middel vrij ongunstig is. Vergelijkt men de ontvangsten uit deze belasting over de eerste negen maanden van 1927 en 1928, dan blijkt, dat de opbrengsten als volgt over de verschillende dienstjaren kunnen worden gesplitst: Jan. t/m. Sept. 1927 Jan. t/m. Sept. 1928 1924/25…. f 1.479.000,Š Š 1925/26…. — 4.126.200,Š f 761.400,Š 1926/27…. — 62.400.800,Š — 3.206.000,Š 1927/28…. — 7.563.800,Š — 01.052 200,Š 1928/29…. — Š — 4.431.800,Š Totaal. f 75.569.800,Š f 69.451.400,Š Ij it bovenstaand staatje blijkt, dat in de eerste negen maanden van 1928 … 6.118.400 minder binnenkwam dan in hetzelfde tijdvak van het vorige jaar. Voor dezen teruggang kunnen verschillende oorzaken wor¬ den aangewezen. Vooreerst is in de aanslagsregeling 1928Š1929 een geringe achterstand ontstaan, die de ontvangsten op bedoeld dienstjaar ongunstig heeft beïnvloed; daarnaast doet de verlaging van het ta¬ rief zich reeds eenigszins gevoelen. Ook mag niet over het hoofd worden gezien, dat in 1927 achterstand werd ingehaald, terwijl thans de snellere invordering, voor wat de oude dienstjaren betreft, van geen beteekenis meer is. Een en ander maakt het uiterst moeilijk uit den loop van dit middel een bepaalde conclusie te trek¬ ken. De raming werd in het tijdvak Januari t.m. Sep¬ tember met … 5.701.400 overschreden, doch ook op dit cijfer valt geen peil te trekken, daar de belastingver¬ laging, in verband waarmede de betreffende midde¬ lenpost … 15 millioen werd verminderd, eerst met 1 Mei jh in werking is getreden. Bovendien komt het grootste deel der inkomstenbelasting altijd in de eer¬ ste helft van het kalenderjaar binnen. De vermogensbelasting liep ditmaal in opbrengst terug (met … 102.500), vermoedelijk in verband staan¬ de met eenige vertraging in de aanslagsregeling. Dank zij de ruime ontvangsten in de voorafgaande maanden, leverden de eerste 9 maanden van 1928 toch nog … 169.700 méér op dan dezelfde periode van 1927. Daatentegen werd de raming niet bereikt; de ont¬ vangsten beliepen nl. … 1.661.100 minder dan % van het voor 1928 geraamde bedrag. Dit zegt intusschen omtrent de te verwachten totaal-opbrengst van 1928 niets, daar de maanden Mei t.m. Sept. voor deze be¬ lasting steeds zeer ongunstig zijn. Ook de dividend- en tantièmebelasting wees een la¬ gere opbrengst aan (van … 305.700), terwijl de raming in de afgeloopen maand evenmin werd gehaald (na- deelig verschil ruim … 1.054.000). Gerekend over negen maanden bleef 1928 … 1.434.100 bij de opbrengst van het vorige jaar en … 1.563.800 bij de raming ten ach¬ ter. Weliswaar pleegt de dividend- en tantièmebelas¬ ting op zeer onregelmatige wijze binnen te komen en is de mogelijkheid dus niet uitgesloten, dat deze ach¬ terstand voor een goed deel nog wordt ingehaald, doch de waarschijnlijkheid is groot, dat de raming voor 1928 van …21.000.000 (… 6.000.000 méér dan in 1927) te optimistisch zal blijken te zijn. De invoerrechten bleven een uitstekend figuur ma¬ ken en vertoonden een accres van … 31.800. Het statis¬ tiekrecht gaf eveneens een stijging te zien boven de opbrengst van September 1927 (van … 8.500). Ook de raming werd bij beide middelen in de afgeloopen maand belangrijk overtroffen. Hetzelfde kan gezegd worden van de opbrengstcijfers over de eerste drie kwartalen van 1928; zoowel de opbrengst van het vo- 934 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 rige jaar als de raming werden overschreden; bij de invoerrechten met resp. … 3.360.900 en …4.381.500; bij het statistiekrecht met … 180.900 en … 193.700; een uiteraard zeer bevredigende uitkomst. De accijnzen gaven een onderling verschillend beeld te zien. Het zout gaf al weer een lagere inkomst, dit¬ maal van … 40.000. Daarentegen leverde de geslacht- accijns een surplus van … 35.200, evenals de wijn¬ accijns, die een stijging in opbrengst van … 10.300 ver¬ toonde. De gedistilleerdaccijns bracht … 553.000 min¬ der op, doch deze teruggang is slechts schijnbaar, daar de maand September in 1927 vijf verschijndagen van den crediettermijn telde tegen vier in 1928. Per slot van rekening blijkt dus in September 1928 per week meer veraccijnsd te zijn dan in dezelfde maand van het vorige jaar. Het bier gaf … 414.100 méér te boe¬ ken; daarentegen liep de suikeraceijns in opbrengst achteruit (met … 353.700), hetgeen niet aan een ver- ; schil in crediettermijn kan worden geweten, doch waarschijnlijk als een terugslag kan worden beschouwd op de ruime ontvangsten, die in eenige vorige maan¬ den van het jaar uit dit middel werden verkregen. Tenslotte moge nog worden gewezen op den tabakac- ; cijns, die … 142.600 in opbrengst terugliep. Vergelijkt men de opbrengsten der accijnzen over de eerste drie kwartalen van 1928 met die van het¬ zelfde tijdvak van 1927 en met de raming, dan komt men tot het volgende resultaat: Opbrengst Opbrengst Raming 3e kwart. 1927 3e kwart. 1928 3ekwart. 1928 Zout . … 1.611.400 … 1.471.100 … 1.650.000 Geslacht…. — 7.600.200 — 8.043.500 — 7.500.000 Wijn . — 2.072.500 — 2.051.100 — 2.025.000 Gedistilleerd — 33.248.900 — 32.484.200 — 33.750.000 Bier . — 10.005.100 — 10.585.400 — 10.125.000 Suiker …. — 33.629.800 — 34.669.500 — 33.000.000 Tabak …. — 17.210.800 — 17.467.500 — 16.950.000 Zondert men den zoutaccijns en den gedistilleerd¬ accijns uit, dan blijkt deze groep van middelen tot dusver bevredigende opbrengsten te hebben opgele¬ verd. De belasting op gouden en zilveren werken bracht … 6.500 méér in de schatkist dan in September 1927; gerekend over negen maanden bedroeg de vooruitgang … 54.500, terwijl K der raming met … 45.800 werd overtroffen. De opleving in de goud- en zilverindus- trie, die reeds geruimen tijd valt waar te nemen, blijkt zich dus te handhaven. De belasting op rijwielen lever¬ de een surplus van … 300. Tot dusver kwam uit dit middel … 621.700 aan de gewone middelen ten goede, zijnde 10 pOt. van de totale opbrengst. In de eerste drie kwartalen van 1927 kwam in totaal … 6.800 bin¬ nen. Gezien het feit, dat de prijs van een rijwielplaatje van … 3 tot … 2,50 werd teruggebracht, beteekent dit een beduidende toeneming van het aantal verkochte plaatjes. De zegelrechten vertoonden in de afgeloopen maand een decres van … 314.100, dat voor een deel (… 169.300) aan eene daling der beursbelasting was toe te schrij¬ ven. Gerekend over 9 maanden bedroeg de teruggang … 272.800. In dien tijd bracht het effectenzegel echter … 984.900 méér op, hetgeen op een meerdere bedrijvig¬ heid ter beurze wijst. De registratierechten daalden in de afgeloopen maand met … 262.400, doch wezen over het tijdvak Januari t.m. September een hooger opbrengstcijfer aan van … 3.625.100, terwijl % der ra¬ ming met … 3.179.500 werd overschreden, vermoedelijk te danken aan de kapitaalsuitbreiding van verschil¬ lende Naamlooze Vennootschappen. De successierechten leverden slechts … 24.600 min¬ der op dan in September 1927. Gerekend over 9 maan¬ den werd uit dit middel … 7.790.200 minder ontvangen dan in 1927 en …1.525.700 beneden %, der raming. De verlaging van het recht bij de wet van 28 Decem¬ ber 1926 (Staatsblad No. 429) komt hierin tot uit¬ drukking. De domeinen gaven in de afgeloopen maand een surplus van … 115.200, hetgeen aan toevallige omstan- digheden moet worden toegeschreven. Ook de acten voor de jacht en visscherij leverden iets meer op (… 3.800). Daarentegen liepen de loodsgelden terug met … 17.600. De loop van laatstgenoemd middel stelt eenigszins te leur; de opbrengst over Januari/Septem¬ ber 1928 bleef … 50.300 bij die van de eerste negen maanden van 1927 en …431.600 bij de raming ten ach¬ ter. Bij dit laatste valt evenwel te bedenken, dat de raming van het loopende jaar … 1.400.000 hooger is j gesteld dan voor 1927. De inkomsten van het —Leeningfonds 1914fl, die j gaandeweg achteruit loopen, bedroegen in de afgeloo- pen maand … 5.105.400 tegen … 6.711.300 in September 1927. Van eerstgenoemd bedrag was bijna …2.266.000 aan de Verdedigingsbelastingen te danken. In de eer- ste drie kwartalen werd in totaal … 59.227.200 ontvan¬ gen (in hetzelfde tijdperk van 1927 … 76.196.700). Voor liet —Wegenfondsfl kwam in de afgeloopen maand … 276.300 binnen, waarvan …54.300 op reke¬ ning komt van de Rijwielbelasting. De opbrengst over negen maanden beliep … 12.449.700, waarvan … 5.594.900 Rijwielbelasting. In de maanden Januari t.m. September 1927 werd … 5.843.300 ontvangen. DE INDISCHE MIDDELEN OVER JULI 1928. In de rubriek —Maandcijfersfl vindt men op blz. 940 het overzicht van de Indische middelen van de maand Juli. De gewone toelichting werd ons ditmaal niet toegezonden. BUITENLANDSCHE MEDEWERKING. HET DERDE DEEL VAN HET RAPPORT DER BALFOUR COMMISSIE. De Electriciteitsnijverheid. De heer F. W. Forge te Londen schrijft ons: Nadat wij het rapport van de Balfour-Oommissie, ten aanzien van drie reeds vóór den oorlog noodlij¬ dende industrieën Š de katoen-, wol- en ijzer- en staalindustrie Š hebben behandeld 1), komen wij thans aan een geheel ander onderwerp, namelijk de electri- sche nijverheid. In tegenstelling met eerstgenoemde industrieën is laatstgenoemde modern ingericht, waar¬ door het verschil in de algemeene organisatie en den toestand der bedrijven onmiddellijk in het oog springt. Een der voornaamste kenmerken dezer industrie is, evenals bij de chemische en kunstzijde-industrieën, de beteekenis van het research werk. Uitgebreide af- deelingen werden in de voornaamste productielanden opgericht, ten einde de productie te verhoogen, de kosten te verminderen en nieuwe gebruiksmogelijk¬ heden voor electriciteit te ontdekken. De moeilijkheid zich van een goed patent voor electrotechnische fa- bricaten te verzekeren had reeds vóór den oorlog tot internationale samenwerking in verschillende takken dezer industrie geleid; sinds 1919 is deze samenwer¬ king verder voortgezet. De beteekenis van interna¬ tionale overeenkomsten is voor eiken tak van deze industrie verschillend; zij is van het meeste belang voor de lampenfabricatie en van zeer geringe betee¬ kenis voor de productie van electrische machines. Voorts moet men bedenken, dat het bezit van een groote electrische fabrieksnijverheid voor een land ge¬ paard dient te gaan met eenige betrekkelijk dicht¬ bevolkte streken en een goed ontwikkeld electriciteits- net. Daarom hebben vele landen, die in staat waren .. met de oudere industrieën te concurreeren, nauwelijks een begin gemaakt met de voorziening in de binnen- landsche behoefte aan deze artikelen. De Vereenigde Staten en Duitschland zijn feitelijk de eenige groote concurrenten van Engeland voor deze industrie als geheel, hoewel Nederland, inzonderheid Philips Gloei¬ lampenfabrieken te Eindhoven, wat den lampenuit- voer betreft, een overheerschende rol heeft gespeeld bij den invoer in Engeland. Na deze algemeene inlei- J) Zie E.-S. B. van 8 Aug., 5 Sept. en 26 Sept. jl. 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 935 ding zullen wij de afzonderlijke deelen dezer industrie nader beschouwen. * * * Gedurende den oorlog hebben de meeste takken van deze industrie zich aanzienlijk ontwikkeld, hoe-, wel in Engeland de fabrieken voor electrische machi¬ nes niet steeds voldoende werk hadden. De vraag naar deze producten komt in hoofdzaak van de zijde der regeeringen en gemeenten, waarvan velen de nood¬ zakelijkheid van een toenemend gebruik van electri¬ sche kracht voor verkeer en andere doeleinden inza¬ gen. Onder deze omstandigheden nam de vraag, hoe¬ wel ongeregeld, over het algemeen toe, terwijl de meeste groote ondernemingen, ondanks de scherpe concurrentie, goede winsten maakten. Om eenig idee van de organisatie van deze industrie te krijgen, wijzen wij er op, dat ongeveer 30 pCt. van het kapi¬ taal in handen is van 4 ondernemingen, die zware machines construeeren en ca. 20Š25 pOt. in die van kabelondernemingen, waarvan drie het grootste deel produceeren. De Balfour-Commissie heeft geen reke¬ ning gehouden met de fabricatie van diepzeekabels, zoodat dit onderdeel van deze industrie hier niet be¬ handeld wordt. Over de ongeregelde vraag hier te lande wordt veel geklaagd. Men heeft evenwel getracht contrac¬ ten op langen termijn voor een gegarandeerd mini- mumverbruik af te sluiten. Niettemin neemt de pro¬ ductie, hoewel ongeregeld, voortdurend toe, zoodat zij in 1924 reeds viermaal zoo groot was als in 1907. In hetzelfde tijdvak vervijfvoudigde de uitvoer, ter¬ wijl de invoer slechts met ca. 75 pCt. steeg. De Domi¬ nions nemen % van den geheelen uitvoer op. De meeste vraag komt uit Australië, Indië en Zuid-Afri- ka, daar Canada hoofdzakelijk uit de Yereenigde Staten betrekt. De vraag van het Continent is gerin¬ ger dan die van Australië, terwijl Zuid-Amerika weer minder afneemt dan Europa. De verkoop geschiedt bij de groote firma™s door middel van filialen, terwijl verschillende kleine firma™s gemeenschappelijke over- zeesche verkooporganisaties hebben opgericht. De kabelindustrie Š onderdeel van de electrische industrie Š behoort tot een van de beste industrieën van het land. Zij omvat nog geen twintig firma™s, die zich vroeger meerendeels op het maken van diepzee¬ kabels toelegden. De drie grootste ondernemingen sloten verleden jaar een overeenkomst, waarbij zij overeenkwamen gezamenlijk een —researchfl-afdeeling op te richten en alle patenten en geheime procédés uit te wisselen. De totale productie dezer industrie werd voor het jaar 1924 op £ 18/4 millioen geschat en is intusschen waarschijnlijk nog aanzienlijk toegeno¬ men. Ongeveer 25 a 30 pCt. der productie wordt uit¬ gevoerd, waarvan meer dan de helft naar. de Domi¬ nions Š speciaal Australië Š terwijl van het overige deel de grootste hoeveelheid naar de Ver. Staten gaat. De invoer Š hoofdzakelijk uit Duitschland, doch voor een deel ook uit België en de Ver. Staten (voor¬ al onderzeekabels) Š bedraagt slechts 5 pOt. van de binnenlandsche productie. Eenige jaren geleden werd door vereenvoudiging en standaardiseering van het product een enorme besparing verkregen. De leden van de Cable Makers™ Association kunnen hun stan¬ daardproducten over de geheele wereld tegen veel hoo- gere prijzen verkoopen dan de niet-leden-concurren- ten. Ook in deze industrie hebben veel groote firma™s overzeesche verkoopafdeelingen, terwijl in het bin¬ nenland meestal direct groote contracten worden af¬ gesloten en de verkoop van kleinere partijen door middel van handelaren geschiedt. Gewoonlijk wordt in de groote contracten een basisprijs voor het te verrichten werk of de te leveren producten vastge¬ steld, terwijl de werkelijk te betalen prijs afhangt van de dagelijks schommelende prijzen van koper en lood, de twee voornaamste grondstoffen voor de zware kabelindustrie. De telefoon-industrie heeft eerst sedert den oorlog hier te lande werkelijke beteekenis gekregen. Zij dankt haar tegenwoordigen bloei gedeeltelijk aan de bemoeiingen van de Telephone Development Asso¬ ciation, een propaganda-organisatie van den telefoon¬ dienst, en gedeeltelijk aan de invoering van de auto¬ matische telefoon en de normale toeneming van het gebruik van dit communicatiemiddel. De meeste draadlooze toestellen, met uitzondering van de ontvang¬ en zendlampen en batterijen, die hier te lande worden gebruikt, worden door bepaalde ondernemingen ge¬ maakt, die uit de enorme ontwikkeling van deze nieu¬ we branche aanzienlijke voordeelen hebben getrokken. Het valt ten aanzien van de toekomst der telefoon- fabricatie te betwijfelen, of men op een snelle uit¬ breiding van het aantal telefonen in de industrie¬ gebieden en op het platteland rekenen mag. De Asso¬ ciation verwacht echter, dat de bewoonde streken over het algemeen een groot veld voor uitbreiding zullen bieden. Herhaaldelijk werd geconstateerd, dat de bin¬ nenlandsche vraag naar telefoonapparaten onnoodig schommelt en dat de posterijen veel beter contracten op langeren termijn konden afsluiten. Daartegenover staat, dat het buitenlandsch gebruik van Engelsche producten schijnt toe te nemen. De afzet naar het bui¬ tenland is ongeveer gelijkelijk verdeeld tusschen de Dominions en de overige landen. De uitvoer naar Austraal-Azië bedraagt meer dan de helft van dien naar de Dominions, terwijl van de overige landen Ja¬ pan ongeveer opneemt en Argentinië eveneens een groote afnemer is. De invoeren voor eigen gebruik, die voor enkele jaren voor meer dan de helft uit Duitschland kwamen, bedragen ca. 25 pOt. van den uitvoer. Het grootste deel van den invoer betreft ech¬ ter artikelen voor draadlooze telefonie, waaromtrent echter volledige gegevens ontbreken. Op dit gebied is de industrie eveneens goed georganisèerd. De groot¬ ste helft van de productie, die in 1924 op £ 11 Ki mil¬ lioen werd geschat, wordt door zes ondernemingen voortgebracht. Een belemmering voor de lampenfabricatie was eerst het feit, dat Engeland patenten voor draadlam- pen erkende, terwijl de andere landen dit niet deden. Dientengevolge ging deze tak van industrie niet zoo snel vooruit als de meeste andere takken; een groot deel van het verloren terrein is echter reeds herwon¬ nen. De binnenlandsche productie bedraagt thans eenige tienvouden van den invoer voor eigen gebruik, terwijl een twintigtal jaren geleden een aanzienlijk deel van onze behoeften door invoer gedekt moest worden. De uitvoer is nog steeds gering, wat moet wor¬ den toegeschreven aan het feit, dat ten gevolge van een geweldige toeneming van de productiecapaciteit met de industrie in bijna alle landen een overeenkomst werd gesloten ter verdeeling van den afzet. Hier te lande werden bovendien beschermende rechten inge¬ voerd, doch deze factor schijnt van veel minder belang te zijn dan eerstgenoemde. Tot voor kort werden feite¬ lijk bijna alle draadlampen ingevoerd, terwijl thans nog de meeste onderdeelen van bepaalde soorten boog¬ lampen en electrische kachels van overzee komen. Zooals reeds opgemerkt w-erd, is de productie van electrische gloeilampen in Nederland en hun concur¬ rentie voor ons land een feit van beteekenis. Hoewel in den binnenlandschen handel de waarde van paten¬ ten nog steeds wordt hooggehouden, zijn toch enkele firma™s overeengekomen, elkanders patenten te ge¬ bruiken en fabrieksgeheimen en laboratoriumweten- schap uit te wisselen. De binnenlandsche en overzee¬ sche verkoop geschiedt bijna uitsluitend door agen¬ ten, daar de vraag grootendeels van den kleinhandel komt. Uit het bovenstaande blijkt, dat deze industrie Š ondanks het feit, dat de productiecapaciteit de vraag overtreft, Š nauwelijks onder depressies geleden heeft. Dit moet worden toegeschreven aan de zeer voor¬ uitziende politiek om nationale en in sommige geval¬ len zelfs internationale combinaties te vormen ten einde eenerzijds het gebruik van de producten dezer 936 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 industrie door propaganda en goede koopmanschap aan te moedigen en anderzijds zich toe te leggen op de fabricatie van steeds betere artikelen. Hierin schijnt een les voor de oudere industrieën te liggen, al is het nog geenszins duidelijk, hoe de hieruit te trekken moraal in praktijk moet worden gebracht. HET CONCESSIEWEZEN IN DE UNIE DER SOCIALISTISCHE SOWJETREPUBLIEKEN. De heer Georg Böse te Heidelberg schrijft ons: Reeds in den tijd van de tsaren werkte Rusland in groote mate met buitenlandsche hulpmiddelen en bui- tenlandsch kapitaal. De schuld aan Frankrijk, zoowel van den Staat als van particuliere ondernemingen, vormde ook na den oorlog een algemeen besproken vraagstuk. Van ouds was Rusland op buitenlandsche hulp aangewezen om zijn enorme bodemrijkdommen en productieve krachten te kunnen exploiteeren. Hetgeen voor een tamelijk geregeld, alhoewel weinig ontwik¬ keld land gold, hoeveel te meer moest dat niet voor het door den oorlog bezwaarde en door revolutionaire woelingen uit zijn evenwicht geraakte Sowjetbeheer gelden. Zoolang het Bolsjewisme nog met verbitterde eenzijdigheid aan de verwezenlijking van een on- en anti-kapitalistisch beheer werkte, moest iedere poging tot opbouw schipbreuk lijden. Onder de nieuwe econo¬ mische politiek van Lenin begon men pas den econo- mischen toestand en de mogelijkheden tot ontwikke¬ ling van Sowjet-Rusland te onderzoeken, tiet resul¬ taat hiervan was, dat Rusland weder in den stroom van de internationale kapitalistische betrekkingen werd ingeschakeld. Door toevloeiing van kapitaal moesten de uitgeputte Russische financiën hersteld worden. Het land zelf kon niet veidoende geschoolde krachten opbrengen, om het productie-apparaat weder in beweging te brengen. Het vraagstuk der kapitaa.1- verschaffing en dat der verkrijging van bekwame werk¬ krachten hoopte men door het concessiewezen met één slag op te lossen, vooral, nadat de gewone wijze van opneming van credieten op de internationale markt op de grootste moeilijkheden was gestuit. Onder deze omstandigheden scheen het concessiewezen de eenige uitweg; alhoewel het bij een retrospektieve beschou¬ wing twijfelachtig schijnt, of de Sowjet-Staat een even groot risico te dragen had als de buitenlandsche concessionaris, leek het concessiesysteem voor beide partijen de eenige oplossing. De concessiepolitiek werd door het decreet van 1920 formeel in het leven ge¬ roepen, doch trad practisch pas na de invoering der nieuwe economische politiek in werking. Hoewel het voor den buitenlandschen kapitalist buitengewoon moeilijk was bij deelneming de voor- en nadeelen af te wegen, werden van 1922 tot 1 October 1927 in to¬ taal 2193 concessie-aanvragen bij de Hoofdconcessie- commissie in Sowjet-Rusland ingediend. De samen¬ stelling volgens nationaliteit van de voornaamste in aanmerking komende landen was als volgt: Duitschland. 774 aanvragen 35,2 pCt. Engeland . 223 — 11,1 — Ver. Staten . 205 — 9,4 — Frankrijk . 174 — 7,8 — Polen. 3,6 — Oostenrijk. 3,3 — Japan . 1,7 — Hiervan komen voor rekening van de: Bewerkende industrie 659 aanvragen 30,1 pOt. (in de eerste plaats Duitschland). Handel 510 aanvragen 23,2 pOt. (in de eerste plaats Engeland). Mijnbouw 256 aanvragen 11,7 pGt. (in de eerste plaats de Ver. Staten). Alleen reeds in 1922, onmiddellijk na de conferentie van Genua, werden al 607 aanvragen ingediend en in 1926 506. Bij de beoordeeling van deze betrekkelijk hooge cijfers moet men in aanmerking nemen, dat vele aanvragers zelfs in de verste verte niet in staat waren, de door de Bolsjewistische Regeering gestelde voor¬ waarden na te komen. Slechts 156 of 7,1 pOt. der bo¬ vengenoemde 2193 aanvragen om concessie leidden tot contracten, hetgeen door den Sowjetstaat vaak als bewijs is aangevoerd, dat het hem slechts om serieuze verbintenissen te doen was, en dat men er voor wilde waken, dat de onderhavige concessie-objecten in han den van speculanten zouden vallen. Van deze 156 over¬ eenkomsten werden gesloten met: Duitschland . 34 27,3 pCt. Ver. Staten. 12 10.6 — Engeland .. 10 8,9 — Japan . 8 7,1 — Zweden . 7 6,1 — Polen .. 6 5,3 — Oostenrijk . 5 4,4 — Frankrijk . 5 4,4 — | Volgens de jongste officieele gegevens hebben de objecten op de volgende takken der industrie betrek¬ king: i Bewerkende industrie . 28 24,8 pCt. Technische hulpverleening. 22 19,5 — i Mijnbouw . 17 15,0 — j Handel . 17 15,0 — I en de rest op landbouw, bouwbedrijven, nijverheid, ; transportwezen enz. j Het jaar 1925 was in dubbel opzicht een keerpunt in : de ontwikkeling der concessiepolitiek. Tot dit tijdstip trokken de handelsconcessies de meeste aandacht, om- j dat men, hetzij uit wantrouwen tegen de politieke hou¬ ding van Sowjet-Rusland, hetzij uit gebrek aan inzicht in den economischen toestand, niet geneigd was geld op langen termijn in Rusland te beleggen. Gedurende de laatste jaren evenwel is het zwaartepunt verplaatst naar die takken van industrie, welke geld op langen termijn noodig hebben. Tegelijkertijd komen in de plaats der kleine belanghebbenden de aanzienlijke groepen van het internationale grootkapitaal, hetgeen door de Bolsjewisten met genoegdoening wordt gecon¬ stateerd. Intusschen werden 43 contracten weder ge¬ liquideerd, hetzij omdat de overeengekomen termijn afgeloopen was, zonder dat verlenging werd aange¬ vraagd, hetzij omdat de concessionarissen verklaarden, niet in staat te zijn, de aangegane verplichtingen na te komen. De liquidatie der Mologa-houtconcessie (,,Mologolessfl) trok wel de meeste aandacht, speciaal in de Duitsche pers. Men heeft den Sowjetautoriteiten verweten, dat de contractsbepalingen den concessiona¬ rissen niet voldoende mogelijkheden tot ontwikkeling lieten en dat speciaal de belastingen en arbeidsvoor¬ waarden buitengewoon zwaar waren De Sowjet tracht¬ te deze argumentatie af te weren door te verwijzen naar den slechten toestand van de internationale hout¬ markt, dien men bij het sluiten van het contract niet verwachtte. Echter, ook van andere zijde werd over moeilijkheden geklaagd, die voornamelijk het gevolg waren van de verhouding tusschen de concessiebedrij- ven en de communistische vakvereenigingen. Aan den anderen kant valt niet te loochenen, dat een aantal maatschappijen met goed succes werkt, zooals de be¬ kende Lena-Goldfields en thans ook het Harriman- concern, waarover nog gesproken zal worden. Reeds lang is de Sowjetregeering doende voor de concessie¬ politiek een eenheidsplan samen te stellen en een- heidseontracten te ontwerpen, ten einde in de toe¬ komst nog meer buitenlandsch kapitaal te trekken. Ter karakteriseering van de bolsjewistische economische politiek volgen hier de voornaamste voorwaarden voor” de concessie-contracten (productie-concessie-contrac- ten) : 1) De concessionaris is verplicht een bepaald bedrag in installaties en bedrijfsmateriaal te beleggen. 2) Vaststelling van de lijst der voortbrengselen. 3) Minimumprogramma voor de productie. 4) De kooper mag de producten vrij verkoopen (in werkelijkheid met veel beperkingen). 5) De concessionaris heeft te betalen: a) pacht voor gehuurde lokalen; 24 October 1928 ECONÖMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 937 b) rijks- en gemeente-belastingen én rechten; c) omzetbelasting aan de Regeering, eveneens be¬ lasting van de overwinst, indien deze grooter is dan in het contract aangegeven. 6) de concessionaris is met zijn geheele vermogen voor nakoming der voorwaarden aansprakelijk. 7) de concessionaris mag een bepaald aantal arbei¬ ders en employe™s uit het buitenland betrekken. 8) De concessionaris mag de voor het bedrijf be- noodigde installatie vrij van rechten invoeren. 9) Het bedrijf moet volgens de nieuwste technische uitvindingen worden ingericht. 10) de concessionaris is verplicht rekening en ver¬ antwoording af te leggen en is aan het toezicht der Regeeringsvertegenwoordigers onderworpen. 11) De arbeidsvoorwaarden worden bepaald door het wetboek van arbeid van de Unie der socialistische Sowjetrepublieken. 12) Na beëindiging van den overeengekomen ter¬ mijn gaat de geheele onderneming in vol bedrijf gratis en vrij van schulden aan den Sowjetstaat over. 13) Eventueele conflicten worden door arbitrage beslecht. 14) Alle niet uitdrukkelijk in het contract vermelde kwesties zijn aan de algemeene wetten der Unie der socialistische Sowjetrepublieken onderworpen. Het plan van de Sowjetregeering om met behulp van de concessionarissen een moderne industrie te krijgen, die door het binnendringen van den buiten- landschen kapitalist en het uitschakelen van eigen invloed voor een bepaalden tijd en een bepaald, gebied wordt betaald, blijkt hieruit duidelijk. Volgens een officiëele uitlating, moeten de concessiebedrijven de kristallisatiepunten voor de rationaliseering van de bolsjewistische industrie vormen. Of men de op deze wijze met het buitenlandsch kapitaal gesloten banden later vrijwillig zal kunnen of zelfs zal wenschen te verbreken, is een vraag, die eerst de practijk zal kun¬ nen oplossen, en die heden nog niet kan worden be¬ antwoord. Reeds daarom niet, omdat de Staatspian- commissie, waarvan het concessiewezen afhankelijk is, nog doende is, verdere deelneming van buitenlandsch kapitaal, hetzij door concessies, hetzij door vergunnin¬ gen, mogelijk te maken. Om het buitenlandsch kapi¬ taal hiermede bekend te maken, werd kort geleden een lijst uitgewerkt, die dé concessie-objecten bevatte, in welker ontginning het buitenland belang zou kun¬ nen stellen.-In den laatsten tijd hebben bijv. Engelsche en Amerikaansche firma™s de concessie-autoriteiten verzocht, haar concessie tot exploitatie der Transbai- kalische Wolframitgebieden te verleenen, hetgeen de Sowjets tot wetenschappelijke onderzoekingen op mijn¬ bouwkundig gebied en tot publicatie van de rentabili- teitsraming noopte. De toekomstplannen hebben in de eerste plaats betrekking op mijnbouw (ijzererts, koper- beddingen, zink, lood enz.), boschbouw, electrotechniek, metaalindustrie en in den laatsten tijd ook op het aan¬ leggen en verbeteren van spoorwegen. Als illustratie van de praktijk wordt hier in grove trekken de eenige jaren geleden met de Amerikaansche groep Harriman voor de exploitatie van de mangaanbeddingen in Tschiaturi gesloten overeenkomst geschetst: Het con- cessiecontract wordt voor een periode van 20 jaren gesloten, op voorwaarde, dat gedurende de eerste drie jaren ten minste 500.000 ton en in de volgende 17 ja¬ ren 800.000 ton jaarlijks wordt geproduceerd. Gedu¬ rende de eerste drie jaren moet de maatschappij $ 3,ŠŁ per ton en gedurende de 17 volgende jaren $ 4,Š per ton aan de Regeering afdragen. Gedurende de eerste twee jaren heeft de concessionaris reeds meer dan 2,5 millioen roebel in het bedrijf gestoken, zoodat hij zijn verplichtingen is nagekomen.. Zoowel het bedrag der aan de Sowjetregeering te betalen belastingen als de eisch der minimumproductie, heeft een officieele discussie uitgelokt, die tot een onderzoek van de door de Russen buitengewoon gunstig genoemde afzetmoge¬ lijkheden van mangaanerts op de internationale markt leidde. Uit bovenstaande schets van den toestand van het concessiewezen in de Unie der socialistische Sow¬ jetrepublieken blijkt, dat ook op dit gebied voorloopig slechts de eerste stappen zijn gedaan en dat de deel¬ neming van buitenlandsch kapitaal vaak nog een nete¬ lige kwestie is. Toch bewijzen de in den laatsten tijd gedane aanvragen om concessie, dat nog tal van solie- de particuliere firma™s in Sowjet-Rusland loonende beleggingsmogelijkheden zien. De Yereenigde Staten spelen onder de aanvragers de grootste rol, wat des te opmerkelijker is, omdat de diplomatieke betrekkingen tusschen beide staten officieel nog niet zijn hervat. Ksandrow’, de voorzitter van de Hoofdconcessie- “commissie, constateerde met een zekeren trots op de eigen kracht van de Russische staathuishoudkunde, dat het totaal der buitenlandsche beleggingen nog niet eens 1 pCt. van het kapitaal van het staatsbedrijf be¬ droeg. Over de werkelijke hoogte van dit kapitaal kan een buitenstaander, zelfs een z.g.n. ingewijde, geen juiste inlichtingen krijgen. De betrekkelijke on¬ belangrijkheid van de deelneming van het buiten¬ landsch kapitaal is boven allen twijfel verheven. De beteekenis hiervan kan men, zooals reeds gezegd, niet kort samenvatten, men moet haar per slot van zaken uit een technisch en politiek-economisch oog¬ punt bekijken. Omtrent de verwachtingen voor de toe¬ komst van het concessiewezen in de Unie kan men zeggen, dat tot nu toe steeds middelen werden gevon¬ den, om een land, dat voor zijn opbouw geld noodig had, in verbinding te brengen met landen, waar kapi¬ talisten loonende beleggingsmogelijkheden zochten. DE TOESTAND DER GELDMARKT IN HONGARIJE. De heer K. von Buday te Budapest schrijft ons: Indien wij naar de oorzaken van de veranderingen op de Europeesche geldmarkten zoeken, treft het ons steeds, dat er zoo™n nauw verband met den financieelen toestand in de Yereenigde Staten bestaat. Het oude spreekwoord Š eenigszins gewijzigd Š schijnt hier ter plaatse te zijn: Alle wegen voeren naar New-York. Zoo heeft de voortdurende verstijving van de Ame¬ rikaansche geldmarkt tenslotte ook de Hongaarsche Nationale Bank gedwongen haar disconto van 6 pCt., dat sinds 26 Augustus 1926 onveranderd van kracht was, op 7 pCt. te verhoogen. Het feit, dat de Hon¬ gaarsche Nationale Bank sinds 25 maanden een dis¬ conto van 6 pCt. wist te handhaven, niettegenstaande in die periode de Duitsche Rijksbank en de Oosten- rijksche Nationale Bank herhaaldelijk tot disconto- wijzigingen zijn overgegaan, getuigt van de stabiliteit van de Hongaarsche geldmarkt en de zelfstandige discontopolitiek van de Hongaarsche Nationale Bank. De leiders van deze Bank hebben tot nu toe weer¬ stand geboden aan de strooming, die, sinds het voor¬ jaar uit Amerika komend, de verhooging van den rente¬ voet in enkele landen heeft veroorzaakt. De Bank wilde zoo lang mogelijk met een laag disconto het bedrijfsleven, vooral de oogstcampagne, van dienst zijn. Men was tevens van meening, dat de Federal Reserve Banken toch eindelijk succes zouden hebben in hun strijd tegen de overmatige speculatie in de Vereenigde Staten en zoodoende weer een verruiming van de Amerikaansche geldmarkt zouden kunnen bereiken, die ook voor de Europeesche geldmarkten van groot belang zou zijn. Het bleek echter, dat de politiek der Federal Reserve Banken slechts tot verstijving van de Amerikaansche geldmarkt heeft bijgedragen zonder dat zij het gestelde doel tot nu toe hebben verwezen¬ lijkt. Dientengevolge bleek, dat op een lager disconto te New York voorloopig niet gerekend behoefde te worden. In de Centraal Europeesche landen zagen wij dan ook in de laatste drie maanden een verhoo¬ ging van den rentevoet voor de buitenlandsche, in de eerste plaats van de Amerikaansche, credieten met 1 tot 114 procent. De onmiddellijke oorzaken van de discontoverhoo- ging waren de buitengewone stijging van de wissel- 938 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 portefeuille en een, hoewel geringe, afneming der buitenlandsehe deviezen, hetgeen des te meer verwon¬ dering wekt, daar anders in dit gedeelte van het jaar, tengevolge van den verhoogden uitvoer van graan, juist een vergrooting van de buitenlandsehe deviezen¬ portefeuille merkbaar is. De oorzaken hiervan liggen niet bij een kleineren uitvoer, daar deze in vergelij¬ king met dien van het vorige jaar geen achteruitgang toont. Veel eerder moet men de verklaring zoeken in het feit, dat binnenlandsche kapitalen in Duitschland en Oostenrijk belegging zoeken tengevolge van het verschil in rentestand met die landen. De balans van de Nationale Bank van 1 October getuigt reeds van de gevolgen van de discontoverhoo- ging; de wisselportefeuille verminderde met 23 mil- lioen pengö, terwijl de goudvoorraad met 19 millioen pengö is gestegen. De bankbiljettencirculatie nam met 23 millioen af en staat op 475 millioen pengö. Waarschijnlijk zal deze ontwikkeling verder gaan, hoe¬ wel deze gunstige verandering niet geheel aan de dis- contoverhooging is toe te schrijven. Indien de toe¬ stand op de binnenlandsche geldmarkt niet ongunsti¬ ger wordt en binnen afzienbaren tijd na de presidents¬ verkiezingen een verruiming van de Amerikaansche geldmarkt zou intreden, is het mogelijk dat het nieu¬ we disconto niet van langen duur zal zijn. Het is overigens een gunstig teeken, dat Hongarije niet in die mate van hulp van het buitenland afhan¬ kelijk is als Duitschland, waar een groot deel van het bedrijfsleven met buitenlandsch kapitaal gefinancierd wordt. Vanzelfsprekend zal Hongarije voortdurend op buitenlandsehe hulp aangewezen blijven en in de naaste toekomst met verschillende emissies op de Ame¬ rikaansche markt komen, zooals bijv. de $ 5.000.000 leening van de onlangs door den Staat opgerichte Hongaarsehe Nationale Hypotheekbank voor Indus- trieele Credieten, die deze maand nog zal worden uit¬ gegeven. AANTEEKENINGEN. Indexcijfers van scheepsvrachten. —The Economistfl schrijft: Het gemiddeld vrachten¬ niveau voor volle ladingen steeg in September met 1,4 pCt. Het indexcijfer van de afgeloopen maand, 115,81, is het hoogste dat dit jaar werd bereikt, doch steekt nog ongunstig af bij dat van September 1927, nl. 125,08. In de overeenkomstige maand van 1925 stond het indexcijfer op 114,24 en in September 1924 op 128,56. In de volgende tabel zijn de bewe¬ gingen in de verschillende groepen samengevat: Datum Basis (Gemiddelde v. 1898Š1913) (Gemidd.v.1913) 1920 1921 1922 1923 1924 1925 1926 1927 Febr. Dgc. Dec. Dee. Dec. Dec. Dec. Dec. Sept. Oct. — Nuv. December — Januari 1928 Februari — Maart — April Mei Juni — Juli — Aug. Sept. — E < E < 100 100 100 100 100 100 100 110,0 113,1 123,4 106,3 117,4 127,9 116,3 814.3 529,9 757,5 744,8 587,0 712,2 691,0 268,9 277,2 244,1 256,8 286,7 347,2 280,1 160.1 164,1 163,7 144,4 141,3 166,5 156,7 137.1 135,2 129,2 122,6 136,1 159,3 136,6 134,0 132,7 120,1 124,4 125,1 144,2 130,1 117.4 129,2 119,5 119,8 129,3 161,1 129,4 117,0 121,6 117,0 110,1 110,1 154,9 121,8 139.7 156,1 145,9 132,9 129,2 179,8 147,3 111.7 130,8 115,3 119,3 123,7 150,0 125,1 109.8 128,1 116,4 116,4 123,6 144,2 123,1 108.8 128,9 120,1 117,6 125,8 140,7 123,6 105.6 116,2 113,6 114,2 124,9 139,8 119,0 106.7 106,9 lli,4 113,6 121,4 127,3 114.6 105.6 106,4 106,2 112,4 114,1 114,0 109,7 101.7 104,8 102,8 106,7 115,1 119,3 108,4 101,6 103,7 106,6 105,9 116,2 126,4 110,1 101.5 100,7 106,0 110,1 111,9 124,6 109,1 99,6 100,4 100,8 104,0 108,8 123,7 106,2 103,4 103,7 105,7 99,4 110,3 131,8 109,0 105,3 111,3 107,1 108,4 116,2 137,1 114,2 108.9 112,4 111,7 109,0 116,7 136,2 | 115,8 De volgende tabel toont de wijzigingen in iedere groep en sub-groep tegenover de cijfers van de vorige maand; het cijfer 100 stelt telkens het gemiddelde niveau gedurende de periode 1898-1913 voor. 5 ” 851/s2 4.85i/32 4,85 4,84s1/32 4,8431/j2 4,871% 4,8667 Parijs Berlijn ($p. 100 fr.) ($ p. 100 Mk.) 3,90s/, 3,9 3,9 3,90 % 3,90% 3,90% 3,92s/, 13,92 2 3,814< 23,84* 23.81 23,82% 23,811* 23.82 23,871* 23,81% Amsterdam ($p. 100 gld.) 40,08% 40,09 40,08% 40,09 40,09 40,08% 40,25% 40*/j| KOERSEN TE LONDEN. Plaatsen en Landen Noteerings- eenheden Alexandria. , Athene .. — Bangkok … Budapest . … B. Aires . .. Calcutta .. — Constantin.. Hongkong .. Kobe — … , Lissabon Mexico. Montevideo Montreal R.d. Janeiro Shanghai .. . Singapore… Valparaiso ). Warschau _ 0 90 dg. Piast. p. £ Dr. p. £ Sh. p.tical Pen. p. £ d.p. $ Sb. p. rup. Piast. p. £ Sh. p. $ Sh.p.yen Escu. p.£ d. per $ d. per $ $ per £ d. per Mil. Sh. p. tael id. p. $ $p.£ Zl. p. £ 6 Oct. 1928 97% 374./, 1/10% 27.81 475/10 Wm 935 2/0% i/lOff 107% 23% 50% 4.84if 2|713/48 2/331/s2 39.59 435/1b 13 Oct. 1928 97% 3747% 1/10«/: 27.82 47i9/«4 i/GV 945 2/019/3S 1,10|| 107% 23% 50i/, 4.85/, 56,/B4 2/713/i6 2/41/«4 39.61 43.235 15/20 Oct. 1928 Laagste 977/4, 3745, 1/10% 27.77 47V32 I/O3/B4 945 2/0i/8 11102 1 107 23% 50 4.85 529/33 2/7 % 2/313/1, 39.60 438/16 Hoogste 97*/i, 3753% 1/ 10A 27.85 473/8 1/68,82 960 2/1 1/107/8 107% 23% 50% 4.853/s 515/46 2/8 i/a 2/43/32 39.68 43™/i, 20 Oct. 1928 97% / 5 1/10% 27.831 47 fi/3I I/O3/,,, 955 2/0% 1/10H 107% 23% 50% 4.851/, 5″/. 4 2/719,32 2/361/64 39.68 435/4, WISSELKOERSEN. KOERSEN IN NEDERLAND. Data New York *) Londen V Berlijn V Parijs V Brussel *) Batavia -1) 16 Oct. 1928 17 — 1928 18 — 1928 19 — 1928 20 — 1928 22 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d.w1) 15 Oct. 1928 8 — 1928 Muntpariteit 2.49% 2.497%, 2.49% 2.49% 2.49% 2.49% 2.493% 2-497%, 2.49% 2.497%, 2.48% 12.10* 12.097/, 12.10 12.09|| 12.097% 12.09%- 12.09s% 12.10i% 12.101% 12.09* 12.10% 59.40 59.40 59.431 59.431 59.414 59.42 59.37 59.45 59.384 59.35 59.26 9.741 9.741 9.74J 9.74 9.74J 9.741 9.73 9.75 9.74J 9.741 9.75fi 34.68 34.674 34.671 34.674 34.674 34.67 34.65 34.69 34.684 34.66 34.59 100* 100* 100 100 100 100 99% 100% 100* 100* 100 Data Zwit¬ serland V Weenen V Praag l) Boeka¬ rest !) Milaan **) Madrid **) 16 Oct. 1928 17 — 1928 18 — 1928 19 — 1928 20 — 1928 22 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d. w1) 15 Oct. 1928 8 — 1928 Muntpariteit 48.01 48.01 48.01% 48.01% 48.01i% 48.01% 47.99 48.03 48.01 48.00% 48.Š 35.10 35.10 35.10 35.05 35.07% 35.07% 35Š 35.25 35.10 35.10 35Š 7.38 7.39 7.391 7.39″ 7.39 7 38£ 7.36 7.41 7.384 7.39 2) 1.51 1.50 1.51 1.50 1.51 1.51 1.49 1.53 1.51 1.52 48_ 13.07 I3.O64 13.07 13.07 13.07 13.04 13.09 13.06 13.07 13.09 40.18 40.20 40.22 40.30 40.31 40.074 40.37J 40.25 40.57 48Š Data Stock- Kopen- holm *)hagen*) Oslo Ł) Hel¬ sing¬ fors 1) Buenos- Aires*) Mon¬ treal !) 16 Oct. 1928 17 — 1928 18 — 1928 19 — 1928 20 — 1928 22 — 1928 Laagste d.w.1) Hoogste d.w1) 15 Oct. 1928 8 — 1928 Muntpariteit 66.721 66.72-1 66.724 66.721 66.70 66.70 66.65 66.75 66.724 06.724 66.67″ 66.521 66.521 66.524 66.521 66.521 66.524 66.45 66.524 66.524 66.50 66.67 66.524 66.524 66.524 66.524 66.50 66.50 66.424 66.51 66.524 66.50 66.67 6.274 6.274 6.274 6.274 6.274 6.274 6.26 6.29 6.274 6.28 6.264 104J/, 104: , 10415/1, 1047% 1047% 1047/, 104% 105i/, 105 1047/, 105s/, 2.49*/, 2.495% 2.49s% 2.493% 2.498/, 2.49»% 2.49i% 2.493% 2.498% 2.49s% 2.48% *) Noteering te Amsterdam. **) Noteering te Rotterdam. 1) Particuliere opgave. 2) Wettelijk gestabiliseerd tusschen 7.534/5 en T.2PI2. In het eerste nummer van iedere maand komt een overzicht voor van een aantal niet wekelijks opgenomen wisselkoersen. ZILVERPRIJS Londen1) 15 Oct. 1928.. 268/16 16 — 1928.. 26u/,, 17 — 1928.. 26ii/46 18 — 1928.. 26u/,, 19 — 1928.. 26»/i, 20 — 1928.. 265/, 22 Oct. 1927.. 257/, 20 Juli 1914. . 241»/,, N. York 3) 58 58 58i/, 58 58 577/, 563/, 59 GOUDPRIJS 1 Londen 15 Oct. 1928. 84/11% 84/1U/, 84/11% 84/11% 84/11% 84/11% 84/11% 84/11 ‘)in pence p. oz. stand. 3) Foreign silver in $c. p.oz. fine. 3) insh. p.oz.fine 16 17 18 19 20 1928.. 1928.. 1928.. 1928.. 1928.. 22 Oct. 1927.. 20 Juli 1914.. STAND VAN ™* RIJKS KAS. De Minister van Financiën maakt bekend: Vorderingen. 6 Oct. 1928 15 Oct. 1928 Saldo bij de Nederlandsche Bank…. Saldo b. d. Bank voor Ned. Gemeenten Voorschot op ultimo Aug. 1928 aan de gem. op voor haar door de Rijks¬ administratie te heffen gemeentelijke inkomstenbelasting en opcenten op de Rijksinkomsten belasting. Voorschotten aan Suriname. Kasvord.weg. credietverst.a/h. buitenl. Daggeldleeningen tegen onderpand van Staatsschuldbrieven . Saldo der postrekeningen van Rijks¬ comptabelen . Vordering op het Staatsbedrijf der P— T. en f. 3). ld, op andere Staatsbedrijven 2)… … 827.558,99 — 23.984.014,96 — 10.177.838,99 — 135.862.050,30 — 18.606.088,92 — 3.885.348,03 … 1.345.106,04 — 39.254.999,95 — 10.176.898,99 — 134.066.547,55 — 18.423.396,96 — 3.885.348,03 Verpli c h t i n g e n. Voorschot door de Nederl. Bank…. … 13.264.068,87 Schatkistbiljetten in omloop1). — 69.052.000,Š Schatkistpromessen in omloop. — 91.550.000,- Waarvan direct bij de Ned. Bank.. — 28.000.000,Š Zilverbons in omloop. — 11.917.530, Schuld a. d. Bank v. Ned. Gemeenten 2).. ld. aan Ned.-Indië . — 13.767.309,61 ld. aan Curacao. — 174.120,42 ld. a. h. Alg. Burg. Pensioenfonds 2) .. — 637.221,28 ld. a. h. Staatsbedrijf d. P., T. en T. »).-. — 35.072.972,80 ld. aan andere Staatsbedrijven 2). — 1.565.000,Š ld. aan diverse instellingen 2). — 7.874.356,86 !) Waarvan … 12.056.000 vervallende op 1 Juli 1929. 2) In rekg.-crt. met ™s Rijks Schatkist. … 12.069.196,61 — 69.047.000,Š — 84.250.000,Š — 15.000.000,Š — 11.769.001,50 — 16.968.156,14 — 173.504,53 — 971.404,86 — 32.720.876,25 — 1.565.000,Š — 7.901.234,86 NEDERLANDSCH-INDISCHE VLOTTENDE SCHULD. 13 Oct. 1928 20 Oct. 1928 Vorderingen: Saldo bij ™s Rijks kas. Saldo bij de Javasche Bank . Verplichtingen: Betaalmiddelen in ‘s Lands Kas…. Waarvan Muntbiljetten. Muntbiljetten in omloop . Schuld aan het Ned.-Ind. Muntfonds.. idem aan de Ned.-Ind. Postspaarbank. f 16.979.000,Š — 14.071.000,Š — 42.724.000,Š — 939.000,- . 926.000,Š …14.570.000,- — 17.832.000,Š 42.643.000,- 939.000,- 1.009.000,Š 942 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 NEDERLANDSCHE BANK. Verkorte Balans op 22 October 1928. Activa. Binnenl.Wis-(Hfdbk. f 57.522.522,11 seis, Prom.,| Bijbnk. — 2.957.412,48 enz.in disc.J Ag.sch. — 11.360.372,43 Papier o. b. Buitenl. in disconto. Idem eigen portef.. f 185.312.722, Af: Verkocht maar voor de bk. nog niet af gel. — Š Btrs.i=s‚ï7 f 71.840.307,02 185.312.722,- in rek.-crt.J op onderp Ag, sch. 39.315.860,58 8.087.317,24 59.962.727,82 / 107.365.905,64 Op Effectenf Op Goederen en Spec. — Voorschotten a. h. Rijk .. Munt en Muntm ateriaal Munt, Goud__ — f Muntmat., Goud — — 102.671.605,64 4.694.300,Š 67.484.345,Š 367.503.862,77 107.365. 13.487, .905,64 .497,17 Munt, Zilver, enz.. Muntmat., Zilver . . 434.988.207,77 22.063.439,75 )5 kapitaal, reserves en pen¬ sioenfonds .. Gebouwen en Meub. der Bank. Diverse rekeningen .. …… Passiva. Kapitaal…. .. Reservefonds…. Bijzondere reserve.. — ___… Pensioenfonds .. Bankbiljetten in omloop.. Bankassignatiën in omloop. Rek.-Cour. … Het Rijk Š saldo™s: ^Anderen f 37.458.269,33 Diverse rekeningen . …. — 457.051.647,52 — 24.656.753,38 — 5.000.000,Š — 34.346.835,98 7 8993)61.668,71 fl 20.000 7.157. 8.000. 5.512. 811.752. 229. 37.458. 8.949 000,Š 903,12 000,Š 983,68 985,Š 792,83 269,33 729,75 f 899.061.668,71 Beschikbaar metaalsaldo….. . f 286.663.144,30 Op de basis van s/i metaaldeklcing.-— — 116.77Jf.934,90 Minder bedrag aan bankbiljetten in om¬ loop dan waartoe de Bank gerechtigd is. — 1.433.315.720,Š Voornaamste posten in duizenden guldens. Data 22 Oct. 15 — 8 — 1 — 24 Sept. 17 — 24 Oct. 25 Juli ™28 ™28 ™28 ’28 ™28 ™28 ™27 ™14 Goud Munt Muntmat. 67.484 67.486 67.489 67.491 67.400 67.397 67.859 65.703 367.504 367.506 367.506 367.506 367.521 367.521 318.266 96.410 Circulatie 811 824. 833, 855, 797. 803. 806. 310. .753 ,298 ,041 104 .162 .308 .680 437 Andere opeischb. schulden 37.688 39.285 48.407 46.353 38.322 33.938 41.250 Beschikb. Metaal¬ saldo 286.663 283.598 279.857 276.108 289.930 289.493 243.681 6.198 43.5211) Totaal Data bedrag disconto’s 22 Oct. 1928 15 — i928 8 — 1928 1 — 1928 24 Sept. 1928 17 — 1928 24 Oct. 1927 25 Juli 1914 71.S40 68.368 77.987 77.088 52.158 54.703 156.157 67.947 Schatkist- promessen rechtstreeks 19.000 15.000 24.000 22.000 4.000 7.000 Belee- ningen 107.366 109.576 103.149 114.727 102.163 109.303 126.781 61.686 Papier op het buitenl. 185 313 202.337 199.515 197.798 192 857 192.790 111.914 20.188 Diverse reke¬ ningen 2) 14.300 0 Op de basis van >/E metaaldekking. 2) Sluitpost activa. SURINAAMSCHE BANK. Voornaamste posten in duizenden guldens. 34.347 37.370 49.702 59.172 35.111 31.843 52.168 509 Data 15 Sept. 8 — 1 — 25 Aug. 18 — 17 Sept. 5 Juli 1928.. 1928 — 1928.. 1928 — 1928.. 1927.. 1914.. Metaal Circu¬ latie Andere opeischb. schulden Discont. Div. reke¬ ningen!) 961 960 970 976 975 970 645 1.496 1.653 1.687 1.518 1.585 1.494 1.100 629 705 672 739 607 645 560 1.061 1.063 1.063 1.058 1.062 914 735 470 427 530 523 534 566 396 T) Sluitpost der activa. Dek- kings perc. 54 53 52 50A 54 54J 49 54 JAVASCHE BANK. Voornaamste posten in duizenden guldens. De samengetrok¬ ken cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen. Data Goud Zilver Circulatie Andere opeischb. schulden Beschikb. metaal¬ saldo 20 Oct. 1928 13 — 1928 6 — 1928 22Sept.l928 15 — 1928 8 — 1928 1 — 1928 22 Oct. 1927 23 Oct. 1926 25 Juli 1914 18r 187 187 172.093 172.282 172.445 172.501 183.353 198.705 22.057 .200 .200 .700 15.379’ 14.917 15.228 14.515 17.242 28.379 31.907 322 100 327.500 323.700 320.206 324.106 324.346 318.636 320.944 333.104 110.172 61.900 £0.300 51.800 49.134 40.938 46.820 44.314 83.269 72.274 12.634 33.600 36.080 37.500 39.736 41.181 39.206 41.836 120.052 146.491 4.842») Data Dis¬ conto™s Wissels, buiten N.-Ind. betaalb. Belee- ningen Diverse reke¬ ningen1) Dek- kings- percen- tage 20 Oct. 1928 13 — 1928 6 — 1928 22Sept. 1928 15 — 1928 8 — 1928 1 — 1928 22 Oct. 1927 23 Oct. 1926 25 Juli 1914 157.600 154.300 158.300 *** *** *** 50.549 49.313 49.974 47.145 40.737 43.594 2.228 49 50 50 51 51 51 52 50 56 44 12.671 13.060 13.337 13.358 11.902 12.270 7.259 31.698 29.765 29.336 27.071 25.518 25.084 6.395 90.607 89.341 94 247 91.556 129.102 103.309 47.934 ‘) Sluitpost activa. !) Basis – & metaaldekking. BANK VAN ENGELAND. Voornaamste posten, onder bijvoeging der Currency Notes, in duizenden ponden sterling. Data Metaal Circulatie Currency Notes Bedrag Bankbilj. Gov. Sec. 17 Oct. 1928 10 — 1928 3 — 1928 26 Sept. 1928 19 — 1928 12 — 1928 19 Oct. 1927 22 Juli 1914 167.147 167.501 168.227 173.205 176.080 176.585 151.214 40.164 133.501 134.194 135.007 134.494 133.773 134.607 135.539 29.317 293.288 295.831 295.947 293.919 294.499 296.682 294.309 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 56.250 243 901 246 502 246.553 244.388 245.046 247.338 244.809 Data Gov. Sec. Other Sec. Public Depos. Other Depos. Reserve Dek- kings- perc. 0 17 Oct. ™28 10 — ™28 3 .. ™28 26 Sept.’28 19 — ™28 12 — ™28 34.015 31.110 37.110 31.682 28.065 27.145 41.490 45.183 40.668 41.578 44.899 41.396 11.217 13.934 10.006 9.694 15.888 13.074 100.012 97.751 102.446 103.741 100.802 98.886 53.397 53.057 52.970 58.460 62.057 61.727 48 47j i 47 v. 51H 53 55 i/s 19 Oct.™27 47.550 22 Juli ™14 11.005 56.177 22.097 33.633 13.736 99.381 42.185 35.425 29»/16 29.297 52 i) Verhouding tusschen Reserve en Deposits. BANK VAN FRANKRIJK. Voornaamste posten in millioenen francs. Data Oondi) Zilver Te goed in het buitenl. Wis¬ sels Waarv. op het buitenl. Belee- ningen Renteloos voorschot a.d. Staat3 12 Oct. ™28 5 — ™28 28Sept.™28 21 — ™28 13 Oct. ™27 23 Juli™14 30.715 30.669 30.623 30.568 5.546 4.104 732 732 732 732 343 640 13.836 13.289 12.692 12.985 54 21.648 21.963 22.629 21.072 1.339 1.541 18.425 18.498 18.473 18.472 8 8 2.140 2.166 2.017 2.021 1.690 769 3.200 3.200 3.200 3.200 Data Bons v. d. zelfst. amort, k. Diver¬ sen 3) Circulatie Re kg. Courant Staat Zelfst. amort.k Parti¬ culieren 12 Oct. ™28 5 — ™28 28Sept.™28 21 — ™28 13 Oct. ™27 23 Juli ™14 5.930 5.930 5.930 5.930 1.196 1.421 1.407 1.151 24.526 62 021 62.606 62.654 61.013 55.404 5.912 7.675 7.584 7.419 7.421 66 401 3 865 3.676 3.541 3.142 5.4.™ 9 4.972 5.169 5.656 10.697 943 i) Bij de stabilisatie van den franc op 25 Juni is de goudvoorraad gewaardeerd volgens de nieuwe waarde van den franc.2) De schuld van den Staat aan de Banque de France is op 25 Juni afgelost. 3) Sluitpost activa. 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 943 DUITSCHE RIJKSBANK. Voornaamste posten in millioenen Reichsmark. Data Goud Daarvan bij bui- tenl. circ. banken i) Deviezen als goud- dekking geldende Andere wissels en cheques Belee- n in gen 15 Oct. 1928 7 — 1928 29 Sept. 1928 22 — 1928 15 — 1928 15 Oct. 1927 30 Juli 1914 2.508.7 2.487.1 2.397,0 2.335.8 2.310.1 1.851,6 1.356.9 85,6 85,6 85,6 85,6 85,6 66,5 149.6 151,9 179,4 187,8 191,2 161.7 2.062,3 2.345,8 2.576,0 2.034,7 2.116,4 2.432,2 750,9 114,9 59,2 101,6 34.1 69.2 94,9 50.2 Data Effec¬ ten Diverse Activa2) Circu¬ latie Rekg.- Crt. Diverse Passiva 15 Oct. 1928 7 — 1928 29 Sept. 1928 22 — 1928 15 — 1928 15 Oct. 1927 30 Juli 1914 93,5 93,5 93,8 93,8 93,8 92,1 330,8 538.6 538.7 544.7 523.5 515.7 544.6 200,4 4.293.8 4.592.1 4.830.2 4.100,1 4.256,4 3.792,6 1.890.9 606,1 511,3 503,0 575.2 498.2 689,7 944,- 269.4 269.7 252.7 255,2 252.8 411.5 40,0 i) Onbelast. 2) W.o. Rentenbankscheine 15, 7 Oct., 29, 22, 15 Sept. ’28, 15 Oct. ™27, resp. 40; 27; 7; 35; 28; 14; 92 mill. NATIONALE BANK VAN BELGIË. Voornaamste posten in millioenen Belgas. Data 1928 Goud Munt en metaal Te goed in enwisselsop het buitenl. 18 Oct. 11 — 4 — 27 Sept. 20 — 20 Oct i 808 808 808 807 807 683 513 512 511 505 502 457 =Sb3 O . 0-0 44 44 44 44 44 42 fi3’5 590 591 590 584 579 507 «U ~ cu co T3 ŁcSS UOf. to 2» §§ë £-2 g 53 55 59 51 49 33 373 373 373 377 377 400 2.248 2.280 2.260 2.220 2.199 1 991 Rekg. Crt. 14 2 30 26 28 28 84 67 60 90 99 68 i) 1927. VEREENIGDE STATEN VAN NOORD-AMERIKA. FEDERAL RESERVE BANKS. Voornaamste posten in millioenen dollars. Data Goudvoorraad Wettig betaal¬ middel, Zilver etc. Wissels Totaal bedrag Dekking F.R. Notes In her- disc. v. d. member banks In de open markt gekocht 3 Oct. ™28 2öSept.™28 19 — ™28 12 — ™28 5 — ™28 29 Aug.™28 5 Oct. ™27 2.616,6 2.633,0 2.625.9 2.628.9 2.609,1 2.618,8 2.965,8 1.248.3 1.280.4 1.239.1 1.212.1 1.148,8 1.159,1 1.607,6 134 8 138,1 142,4 142,0 138.1 146.1 136,8 1.025,9 1.010,8 1.093,8 1.069,2 1.080,1 1.038,8 462,5 310,0 263,4 237.2 211.2 186,8 184,3 262,2 Data Belegd in U. S. Gov. Sec. F.R. Notes in circu¬ latie Totaal Depo¬ sito’s 3 Oct.™28 230,6 1.703,7 2.414,0 145^7 63,6 66,8 26Sept.™28 229,0 1.681,6 2.366,2 145,6 65,1 68,5 19 — ™28 224,7 1.679,5 2.459,0 145,4 63,5 66,9 12 — ™28 221,3 1.688,3 2.388,1 145,0 64,5 68;0 5 — ™28 206,4 1.701,0 2.305,6 144,9 65,1 68,6 29 Aug.™28 209,0 1.651,0 2.324,7 144,9 65,9 69,5 5 Oct.™27 504,9 1.717,012.426,3 131,1 71,5 74,9 ‘) Verhouding totalen goudvoorraad tegenover opeischbare schulden: F. R. Notes en netto deposito. *) Verhouding totalen voorraad munt- materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem. PARTICULIERE BANKEN AANGESLOTEN BIJ HET FED. RES. STELSEL. Voornaamste posten in millioenen dollars. Gestort Kapitaal Goud- Dek- kings- percA) Algem. Dek- kings- perc.2) Data 26Sept.™28 19 — ™28 12 — ™28 5 — ™28 29 Aug.™28 28Sept.™27 Aan het eind Aantal banken Dis¬ conto’s en beleen. Beleg¬ gingen Reserve bij de F. R. banks Totaal depo¬ sito’s Waarvan time deposits 635 635 635 635 635 660 15.808 15.869 15.814 15.847 15.729 14.942 6.502 6.526 6.390 6.405 6.405 6.042 1.692 1.739 1.731 1.666 1.661 1.723 20.107 20.220 20.153 20.058 19.901 19 915 6.923 6.914 6.890 6.900 6.912 6.332 van ieder kwartaal wordt een overzicht gegeven van enkele niet wekelijks ™ opgenomen bankstaten. EFFECTENBEURZEN. Amsterdam, 22 October 1928. Van de internationale fondsenmarkten is in de achter ons liggende berichtsweek die van New York wel het sterkst bewogen geweest. Ondanks de talrijke waarschuwingen, welke van verschillende zijden worden vernomen, heeft de hausse ter beurze bijna ononderbroken voortgang gehad. Alleen in de laatste dagen is eenige aarzeling ontstaan, doch de hieruit voortgekomen nadeelige koersverschillen zijn niet van grooten omvang geweest, absoluut noch in vergelijking met de vooraf¬ gegane opwaartsche beweging. Ook de toeneming van de makelaarsvoorschotten vermocht geen afbreuk te doen aan de algemeen opgewekte stemming. Als oorzaken worden te New York beschouwd de gunstige berichten omtrent den gang van zaken in nijverheid en handel en bovenal de verwachting, dat de heer Hoover als president zal worden gekozen. In vergelijking met de markt te New York waren de Euro- peesche beurzen mat van toon, hoewel hier en daar toch wel iets van beteekenis is omgegaan. Dit was niet het geval voor de markt te B e r 1 ij n, waar men nog in een lustelooze en zeer kalme houding is blijven volharden. Tijdelijk hebben de be¬ richten omtrent de onderhandelingen met betrekking tot het plan Dawes hierin eenige verbetering gebracht. De mededee- lingen omtrent het gunstige onthaal, dat de heer Parker Gilbert bij zijn bezoek aan de Europeesche hoofdsteden heeft ondervonden, hebben de hoop doen ontstaan, dat binnen af- zienbaren tijd een plan tot regeling van de Duitsche oorlogs- schulden gemaakt zal kunnen worden. Krachtig is de invloed, welke hiervan is uitgegaan, echter niet geworden. De beurs werd overschaduwd door do pessimistische beschouwingen omtrent den gang van zaken in de automobielindustrie en door de berichten in het algemeen, van een minder goeden economischen toestand. De koersen van de meeste aandeelen zijn langzaam afgebrokkeld, hoewel tegen het slot der berichts¬ week wel eenig herstel is ingetreden, met name voor kunstzijde soorten. Te Londen was de tendenz voor —gilt-edgedfl fondsen vast, doch voor aandeelen in binnen]andsche spoorwegonder¬ nemingen heeft eenig aanbod bestaan. Ook voor de overige afdeelingen is de stemming min of meer mat geworden. Over het algemeen bestond voor industrieele soorten de neiging tot winstneming. Een uitzondering hebben aandeelen in petro- leumondernemingen gevormd, in verband met de transactie tusschen de Burmah Oil en de Koninklijke-Shellgroep. Talrijke nieuwe emissies hebben plaats gevonden, waarvan de meeste met graagte door het publiek werden genomen. Te P a r ij s is de omvang van den handel nog niet toege¬ nomen. Voor de meeste aandeelensoorten bestond geen belangstelling, zoodat op sommige dagen de noteeringen, o.a. die van sommige bankaandeelen, vrij gevoelig achteruit liepen. Daarna is echter een herstel ingetreden, dat een goed deel van de koersverliezen heeft uitgewischt. Daarentegen is de aan¬ dacht voor vaste-rente dragende stukken iets grooter gewor¬ den. Het waren vermoedelijk eerder speculatieve posities, dan bona fide beleggingsportefeuilles, welke in deze fondsen werden samengesteld, gezien het feit, dat de kooplust gepaard is ge¬ gaan met allerlei geruchten omtrent een eventueel steunen van de —renteflmarkt door groote groepen belanghebbenden. Ten onzent heeft de markt enkele groote schommelin¬ gen te zien gegeven. De beleggingsafdeeling is wederom zeer kalm geweest; fluctuaties van beteekenis zijn hier niet voor¬ gekomen, terwijl ook de geldmarkt geen aanleiding tot ingrij¬ pen in deze afdeeling heeft gegeven. 6 % Ned. Werk. Schuld: 1045/io> 41/*% Ned. Werk. Schuld: 1001/» 1003/16; 5 % Brazilië 1903 £ 100: 881/,, 89; 5 % Brazilië 1913 £20-100: 771/,, 775/s; 8 % Sao Paulo 1921: 1063/4, 1063/s. Daarentegen heeft de suikermarkt voor verrassingen ge¬ zorgd. In den aanvang van de berichtsperiode viel reeds een iets betere tendenz op te merken, omdat de Y.J.S.P. regel¬ matig voortging met afdoeningen van niet onbelangrijke hoeveelheden suiker uit oogst 1928. Plotseling echter ontstond bijzonder groote kooplust, toen bleek, dat ook suiker uit oogst 1929 reeds kon worden geplaatst. Dit feit heeft de situatie Š welke kort te voren nog pessimistisch werd beoordeeld Š optimistisch doen beschouwen en in verband hiermede werden ruime aankoopen in tal van suikerfondsen opgemerkt. Dit is uit den aard der zaak gepaard gegaan met een stijging van het koerspeil, welke des te krachtiger is geweest, omdat, belangrijke contramineposities, voornamelijk in H.Y.A., bestonden. Cultuur Mij. der Vorstenlanden: 157, 160; H.V.A.: 6621/2, 677; Javasche Cultuur Mij.: 368, 384; Kalibagor: 350, 370; Maron: 245, 24B1/,,; Moormann: 319, 334; Ned. Ind. Suiker Unie: 245, 2571/2; Poerworedjo: 983/4, 1041/2; Sindanglaoet: 380, 390; Tjepper: 680, 700; Watoetoelis Poppoh: 750, 780. Ook de petroleumafdeeling heeft blijk gegeven van een opge¬ wekte houding, in het bijzonder voor aandeelen Koninklijke 944 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 Petroleum Mij. Aanleiding tot de hernieuwde hausse werd gevonden in de hierboven reeds gereleveerde transactie Burmah-Oil-Koninklijke, en in het feit, dat vermoedelijk ook inschrijving op de nieuwe aandeelen met minder dan vijf claims mogelijk zal worden gemaakt. Men verwacht hiervan een verminderd aanbod van claims. Ook aandeelen Perlak Petroleum waren gezocht in verband met het aanboren van een bron op de terreinen der maatschappij. De hoogste koersen konden weliswaar niet behouden blijven, doch de stemming bleef opgewekt. Dordtsche Petr.: 4431/2, 456; Kon. Petr.: 4631/2, 4771/4; Perlak Petr.: 1001/2, 98x/4; Peudawa: 195/8, 203/4; Marland Oil: 3915/16, 3925/:s2» Ook banlcaandeelen hebben blijk gegeven van een herstel, althans voor zoover het de Indische soorten betreft. Aandeelen Nederlandsche Handel Mij. gaven tijdelijk van een reactie blijk, doch uitsluitend voor de aandeelen op rescontre, in verband met de groote positie, welke een in gebreke gebleven beurslid voor zijn rekening had genomen. Amsterdamsche Bank: 186, 1865/s; Hollandsche Bank v. Z.-Amerika: 68x/4, 69; Incasso Bank: 123, 123!/4; Javasche Bank: 316, 313; Koloniale Bank: 2393/4, 250; Ned. Ind. Handelsbank: 1611/4, 166; Ned. Handel Mij. C. v. A.: 17215/le, 1733/8; Robaver: 1053/s, 106x/8; Twentsche Bank 140. Van industrieele aandeelen waren kunstzijde soorten aan¬ vankelijk verwaarloosd om tegen het slot der berichtsweek krachtig te stijgen. Vervolgens waren Philips aandeelen ge¬ vraagd, doch hier is juist op den laatsten dag een daling van beteekenis ingetreden, vermoedelijk in verband met de meening, dat niet aanstonds een nieuwe emissie zal plaats vinden na de verhooging van het statutaire kapitaal. In het middelpunt der belangstelling stonden voorts aandeelen Margarine Unie, Calvé-Delft, van Berkel™s Patent, laatstge¬ noemde als gevolg van de verwachting van een goed jaarver¬ slag en in verband met geruchten omtrent een bijschrijving op de aandeelen. Calvé-Delft: 112, 1223/4; Centrale Suiker Mij.: 78, 77; Van Berkel™s Patent 286, 2915/s; Holl. Kunstzijde Industrie: 208, 2141/2; Intern. Viscose: 1137/g, 112x/2; Maeku- bee: 1927/s, 1911/8; Margarine Unie: 242, 245; Ned. Kunstzijde¬ fabriek : 421,4241/2; Philips Gloeilampenfabriek (Gem. B. v. A.): 774, 7841/2; Ougrée Marihaye: 362.50, 360.75; Separator: 1751/8, 1771/4; Zweedsche Lucifers: 458, 457. Ook mijnaandeelen waren opgewekt, in de eerste plaats Billiton, Boeton Š waarvan het product blijkbaar ook in ons land wordt verwerkt Š doch ook Algemeene Exploratie, Redjang Lebong en Singkep Tin. Alg. Exploiratie Mij.: 1093/g, 114; Billiton le Rubriek: 876, 970; Boeton Mijnbouw Mij.: 199x/4, 21 85/s; Müller & Co. Mijnbouw Mij.: 1025/8, 1021/2; Oost-Borneo: 68x/2, 693/4; Redjang Lebong: 14872» 15372? Singkep Tin Mij.: 354, 364. De scheepmartafdeeling heeft een niet onaanzienlijke ver¬ betering kunnen ondergaan; vooral aandeelen Koninklijke Ned. Stoomboot Mij. waren gevraagd in verband met ge¬ ruchten, dat deze maatschappij van omvangrijk vervoer zou profiteeren. Holland-Amerika Lijn: 75x/2, 783/4; Java-China- Japan Lijn: 1323/4, 1373/4; Kon. Ned. Stoomb. Mij.: 8513/16, 92 Ned. Scheepsvaart Unie: 201 x/2,205; Nievelt Goudriaan: 110,”1133/4; Stoomv. Mij. Nederland: 199, 203. De rubbermarkt is kalm geweest met eenige neiging tot daling, doch met onbelangrijke verschillen. Amsterdam Rubber: 2383/g, 23874? Dek Batavia: I6P/2» I617/8; Hessa Rubber: 308, 30672? Ind- Rubber: 275, 271; Java Caoutchouc: 1527/8, 150; Kali Telepak: 253, 249; Majanglanden: 295, 290; Ned. Ind. Rubber & Koffie: 271, 268; Rotterdam Tapanoeli: 10774,10672? Serbadjadi: 18372» 18272? Sumatra Caoutchouc: 1773/4, 172; Sumatra Rubber: 179, 180x/2; Ver. Ind. Cultuur Ond.: 136, 134; Intercontinental Rubber: 107/S2, 10. Daarentegen was de tabaksmarkt iets sterker bewogen en meer verdeeld. Tegenover een reactie voor Deli Batavia en Senembah stond een koersverbetering van aandeelen Deli Maatschappij. Arendsburg: 666x/2, 666; Besoeki Tabak Mij.: 520, 525; Deli Batavia: 5273/4, 512; Deli Mij.: 4287i, 4243/4 (ex 10 % div.); Ngoepit: 3453/4, 335; Oostkust 1833/4, 1821/2; Senembah: 50372» 501. De Amerikaansche markt was vast, voornamelijk voor aan¬ deelen American Smelting & Refining, Anaconda, Stude- baker, enz. American Water Works: 6P/4, 60; Anaconda Copper: 167, 174x/4; Studebaker: 815/s, 813/4; U. S. Leather Comp.: 361/1, 347,; U. S. Steel Corp.: 163, 160×716; Atchison Topeka: 194x/4, 193; Erie: 58, 563/4; Missouri Kansas & Texas: 40, 43; New York Ont. & Western: 28, 277/s; Union Pacific Cv.: 198, 199; Wabash Railway: 7817i6> 77. GOEDERENHANDEL. GRANEN. 23 October 1928. Vooral in de eerste helft dezer week is de omzet aan de Europeesche tarwemarkt zeer bevredigend geweest, speciaal wat Engeland aangaat. Het feit, dat uit Canada het aanbod van tarwe vooral bestaat uit de lagere grades heeft er de zaken in Canadeesche tarwe niet belemmerd, omdat in dit seizoen deze goedkoopere Canadeesche tarwesoorten veel beter bruik¬ baar blijken te zijn als grondstof voor brood dan in vorige jaren het geval was. Zij worden dan ook in Engeland gaarne gekocht en de aanzienlijke omzet, welke aan het begin dezer week aan de Engelsche markt werd bereikt, bestond voor een groot gedeelte uit deze lagere Canadeesche grades. Bovendien werden ook vrij wat zaken gedaan in Plata-tarwe en ook op het vasteland bestond op verschillende markten goede kooplust In Engeland werd de vaste stemming der markt in de hand gewerkt door de voortgaande Britsch-Indische vraag naar Australische tarwe, welke het aanbod van deze tarwesoort zoowel voor ouden als voor nieuwen oogst beperkte. Ook Platatarvve werd weder naar Britsch-Indië verhandeld. Cana¬ deesche voertarwe werd zoowel naar het vasteland als naar Engeland verkocht en uit het ruime aanbod van deze kwaliteit bleek weder, dat de vorstschade in Canada tenslotte toch lang niet onbeteekenend is geweest. Na eenige dagen is echter de vraag naar tarwe in Engeland weder minder geworden en de markt kwam weder meer onder den indruk van de ongekend groote hoeveelheden tarwe, welke speciaal aan de Canadeesche markten worden aangevoerd. De zichtbare voorraad in Canada bedroeg omstreeks het midden der week reeds meer dan 134 millioen bushels tegen 46 millioen op het overeenkomstige tijdstip van het vorige jaar. De gezamenlijke zichtbare voor¬ raad in de Yereenigde Staten en Canada wordt berekend op 266 millioen bushels tegen 142 millioen in het vorige seizoen om dezen tijd en het is geen wonder, dat velen twijfelen aan de mogelijkheid om met zulke enorme voorraden den tarweprijs te handhaven. In de tweede helft der week zijn dan ook aan de termijnmarkt te Chicago en Winnipeg de tarweprijzen vrij wat gevallen. In vergelijking met den 15den sloot Chicago op 22 October 3 dollarcent per 60 lbs. lager, en te Winnipeg be¬ droeg de verlaging 1 a 2 cent. Behalve in de groote Noord-Amerikaansche voorraden vindt deze prijsdaling ook haar oorzaak in den regenval in het wintertarwegebied der Vereenigde Staten, waar reeds geruimen tijd over droogte was geklaagd. Op het Zuidelijk halfrond blij¬ ven de oogstvooruitzichten goed, doch in Argentinië is de prijsdaling langzamer in haar werk gegaan dan in Noord- Indüstrieele Disconto Maatschappij AMSTERDAM LONDEN MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL … 10.000.000.- BERLIJN DARIJS KOPENHAGEN VOLGESTORT GEPLAATST EN RESERVES / 8.900.000 – Financiering van den afzet van industrieele producten. 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 945 AANVOEREN in tone van 1000 KG. Artikelen Rotterdam Amsterdam Totaal 14/20 Oct. 1928 Sedert 1 Jan. 1928 Overeenk. tijdvak 1927 14/20 Oct. 1928 Sedert 1 Jan. 1928 Overeenk. tijdvak 1927 1928 1927 Tarwe. Rogge . Boekweit. Maïs. Gerst . Haver . Lijnzaad. Lijnkoek. Tarwemeel . Andere meelsoorten …. 35.493 4.833 14.066 27.666 4.388 3.864 8.182 3.588 895 1.820.688 170.317 13.775 841.990 367.640 162.375 158.651 162.929 87.977 8.675 1.737.278 331.814 15.985 1.135.446 383.257 180.186 201.981 154.900 90.217 9.775 2.635 752 17.309 1.021 58.843 175.593 10.177 617 316.939 1.184 30.496 39.252 743 67 186.760 11.699 2.829 184.923 35.415 1.879.531 170.317 13.775 1.017.583 377.817 162.992 475.590 164.113 118.473 8.675 1.777.530 332 557 16.052 1.322-206 394.956 183.015 386.904 154.900 125.632 9.775 Amerika. Eerst op 22 October heeft ook aan de termijn- markten te Buenos Aires en Rosario een flinke prijsdaling plaats gevonden, waardoor de prijzen voor oude tarwe 15 a 20 cerftavos per 100 KG. lager kwamen dan een week tevoren. Voor nieuwe tarwe (Eebruari-termijn) bedroeg de verlaging 10 cenfavos. Dat Argentinië voor tarwe aanvankelijk niet flauwer is ge¬ weest, heeft samengehangen met de zoowel in Engeland als op het vasteland goede vraag voor deze tarwesoort, die zich ook op het vasteland bleef handhaven toen in Engeland de vraag weder wat was afgenomen. Dat dit laatste het geval was, is gedeeltelijk veroorzaakt door afname van den kooplust in Britsch-Indië, dat zelfs eenige reeds gekochte partijen ten wederverkoop aanbood. In Russische berichten is bij voort¬ during sprake van de moeilijkheden, welke ondervonden worden bij het vervoer van tarwe en rogge uit de gebieden van goede oogsten naar de gedeelten van Rusland, welke een on¬ voldoende opbrengst hebben gehad. Zelfs schijnt het mogelijk te zijn, dat men in Rusland niet zal kunnen ontkomen aan de noodzakelijkheid van export uit Siberië en Noord-Rusland, omdat de mogelijkheid om de daar aanwezige overschotten naar Oekraïne en Zuid-Rusland te vervoeren, onvoldoende is. In overzeesche rogge bleven ook deze week de zaken weder klein en de verschepingen ondergaan nog steeds geen vermeer¬ dering. Nederland koopt van tijd tot tijd Noord-Amerikaansche rogge ter verscheping van Golfhavens en ook in Scandinavië blijft men wel overzeesche rogge koopen, doch voor een zeer groot gedeelte wordt de Europeesche behoefte aan rogge bij voortduring gedekt uit eigen oogsten. Aan de termijnmarkt te Chicago is de roggeprijs deze week nog wat verder gedaald, doch van grooten omvang is de prijsverlaging ook nu weder niet geweest. Zij bedroeg van 15 tot 22 October slechts 3/8 a 3/4 dollarcent per 56 lbs. Voor maïs is de stemming in den loop dezer week weder veel verbeterd. Aanvankelijk was de markt nog wat weifelend en de termijnmarkt in Argentinië toonde nauwelijks neiging tot prijsstijging. Wel bleven de Argentijnsche verschepers vooral voor latere aflading hunne hooge prijzen handhaven, doch naar verschillende invoermarkten zagen zij zich genoodzaakt om voor stoomende Platamaïs met een vrij wat lageren prijs ge¬ noegen te nemen. Binnen enkele dagen waren deze partijen echter grootendeels opgenomen en tevens verbeterde in Engeland de vraag, die aanvankelijk niet groot was geweest. Het bleek namelijk, dat het met de voorspelde vroege aan¬ voeren van nieuwe maïs aan de Noord-Amerikaansche markten nog zoo™n vaart niet liep. Juist de verwachting van ruime verschepingen uit Noord-Amerika gedurende November en het begin van December had den ondernemingslust aan de maïs- markt doen afnemen, doch zoowel in Engeland als in Neder¬ land bleek voor die eerste Noord-Amerikaansche maïs zeer goede vraag te bestaan, terwijl tevens het aanbod al spoedig sterk afnam en voor November aflading zelfs geheel verdween. Wel blijven de berichten omtrent de nieuwe Noord-Ameri- kaansche maïs gunstig, doch Chicago gaf al spoedig van een vastere stemming blijk en ook voor andere soorten heeft, in verband daarmede, de markt zich in de tweede helft der week flink hersteld, vooral toen aan de Argentijnsche termijnmarkten de maïsprijzen eveneens een verhooging ondergingen. De in Europa arriveerende maïs vond gemakkelijk plaatsing en de markt werd nog verder gesteund door den zeer kleinen omvang van de Argentijnsche verschepingen. De naar Europa onder¬ weg zijnde hoeveelheid maïs is deze week weder afgenomen en zij is nu zelfs vrij wat kleiner dan in het vorige jaar om dezen tijd. Behalve in Noord-Amerikaansche maïs op spoedige posi¬ ties, waarvoor de prijzen in den loop der week aanzienlijk zijn gestegen, worden ook op aflading gedurende de wintermaanden geregeld zaken gedaan, en Nederland doet daaraan in ruime mate mede. Na het verhoogde prijspeil, dat daarvoor in het begin der week werd bereikt, zijn de prijzen slechts weinig meer veranderd. Platamaïs is echter vooral wat reeds afgeladen partijen betreft, vrij wat duurder geworden en er zijn daarin vooral naar Nederland en België zeer groote zaken gedaan. Men raakt weder meer en meer doordrongen van de overtui¬ ging, dat de maïsprijzen nog wel eens verder zouden kunnen stijgen, omdat aan te nemen valt, dat Argentinië niet weder in het zeer snelle tempo van het begin van dit seizoen zal gaan verschepen, Zuidoostelijk Europa zoo goed als geen maïs voor uitvoer beschikbaar zal hebben, uit Zuid-Afrika het aanbod ook al niet groot is en binnen enkele maanden de Vereenigde Staten de voornaamste leverancier van maïs zullen zijn en dus de groote kans bestaat, dat zij van die positie gebruik zullen maken om de prijzen op een hoog peil te houden. Sedert 15 October is te Chicago December-maïs 25/8, Maart 1 ‘/4 en Mei 7/s dollarcent per 56 lbs. in prijs gestegen, terwijl aan de Argen¬ tijnsche termijnmarkten een verhooging van 5 a 15 centavos per 100 KG. plaats gevonden heeft. Op den 22sten was de stemming er wat flauwer geweest, waaronder op den volgenden dag ook in Europa de stemming voor Platamaïs eenigszins leed. Voor gerst is de markt gedurende de laatste dagen langza¬ merhand van aspect veranderd. In het begin der week hadden de bekende moeilijkheden met Noord-Amerikaansche voer- gerst nog steeds tengevolge, dat de markt daarvoor zeer gedrukt was en verschillende Duitsche houders bereid waren tot zeer lage prijzen hun gerst naar het buitenland, waarvoor dan speciaal Nederland en België in aanmerking kwamen, te verkoopen. Tegelijkertijd werden voor Donaugerst en andere soorten in Duitschland nog steeds weder hoogere prijzen betaald. In Nederland echter nam de vraag voor Noord-Amerikaansche voergerst steeds toe, omdat men daar bij het voederen dezer gerstsoort lang niet in zoo sterke mate bezwaren ontmoet als in Duitschland. Tenslotte echter schijnt daarin ook in Duitschland eenige verbetering in te treden, want verschillende partijen zijn in de Noord-Duitsche havens de laatste dagen door den vertegenwoordiger der regeering tot den invoer toegelaten. Gedeeltelijk in verband hiermede, doch ook wegens de vaste maïsmarkt neemt in Nederland de vraag voor Noord-Amerikaansche voergerst nog steeds toe en zijn daarvoor de prijzen geleidelijk gestegen, zoowel voor spoedige posities als op latere aflading. Op levering in de eerste maanden van 1929 worden tegenwoordig in Nederland in deze gerstsoort groote zaken gedaan en de mogelijkheid schijnt te bestaan, dat ook Duitschland binnenkort weder als kooper aan de markt zal komen. Ook Engeland is deze week geregeld voortgegaan met het koopen van Noord-Amerikaan¬ sche voergerst en ofschoon ook daar wel over de eigenaardige eigenschappen dezer gerst wordt geklaagd, zijn de daardoor veroorzaakte bezwaren daar blijkbaar niet onoverkomenlijk. Aan de termijnmarkt te Winnipeg is gerst in den loop der week wat in prijs gedaald doch wegens hoogere vrachten was dit nauwelijks voelbaar in de prijzen, waartoe naar Europa werd geoffreerd. Zeer veel gerst is deze week weder uit Noord- Amerika verscheept en ook van den Donau waren de afla- dingen vrij ruim. Tot de hooge prijzen, welke voor Donaugerst werden gevraagd, zijn zaken eigenlijk slechts naar Noord- Duitschland mogelijk en voor de partijen, welke naar Rotter¬ dam en Antwerpen worden gehandeld, zien de houders zich genoodzaakt met lagere prijzen genoegen te nemen. Gedurende de laatste dagen der week is de termijnmarkt voor gerst te Winnipeg niet weder vaster geloopen, doch op 22 en 23 October is Noord-Amerikaansche gerst vooral in spoedige posities, waarvoor in Nederland de prijzen zoo sterk waren gedrukt, veel vaster geworden met toenemende vraag. Voor buitenlandsche haver is de vraag in Engeland deze week iets beter geweest, doch van grooten omvang is de omzet nog met. Behalve de goedkoope Noord-Amerikaansche soorten kocht men nieuwe Chili- en Plata-haver en geregeld is ook Duitsche haver naar Engeland verkocht. Deze laatste soort vindt ook in Nederland geregeld koopers, terwijl daarheen ook uit Noord-Amerika in beperkte mate zaken tot stand komen. 946 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 SUIKER. Uitgezonderd Java waren de verschillende groote suiker¬ markten ook de afgeloopen week weinig interessant. Op de termijnmarkt in New Y o r k waren de fluctuaties uiterst gering en toonden openings- en slotnoteeringen als¬ mede die voor Spot Centrifugals geen verschil. Voor Cuba en andere ruwsuiker betaalden raffinadeurs een fractie minder dan de vorige week en wel 2.5/32 d.c. c. & fr. New York. De ontvangsten in de Atl. havens der V. S. bedroegen deze week 30.000 tons, de versmeltingen 58.000 tons tegen 56.000 -tons in 1927 en de voorraden 311.000 tons tegen 210.000 tons. De laatste Cuba statistiek is als volgt: 1928 1927 1926 Ton Ton Ton Cubaansche prod, tot 16 0ct.. 4.037.833 4.508.521 4.884.658 Consumptie. 87.117 117.521 115.000 Weekontv. afscheephavens… 22.699 19.680 55.466 Totaal sedert 1 Jan. 3.607.216 3.996.891 4.413.958 Weekexport. 64.049 58.680 113.924 Totale export sedert 1 Jan… 2.994.427 3.426.175 3.936.685 Voorraad afscheephavens. 576.584 570.716 477.273 Voorraad Binnenland . 379.705 394.109 355.700 Op de termijnmarkt in Londen brokkelden de notee- ringen tusschen 2J d. en 3 d. af, terwijl de ruwsuikermarkt op de volgende noteeringen sloot: Dec. Sh 9/6; Mrt. Sh 9/9; Mei Sh 9/10*; Aug. Sh 10/1*; Sept. Sh 10/2*. Op Java verkochten de V.I.S.P. uit oogst 1928 verdere 213.500 tons Superieur tot … 13,50, waaronder 15.000 tons met de bekende verschepingsoptie tot … 12,50 en verc^er 47.000 tons Hoofdsuiker tot /12,25. Buitendien werden uit oogst 1929 verkocht 13.000 tons Sup. tot / 13,50; 40.000 tons Melasse tot / 10,50Š/ 11,25 en 6.000 tons Stroopsuiker tot … 14,25. De markt voor tweedehandsch suiker was stil met weinig verandering in de noteeringen. De September-afschepingen van Java bedroegen volgens officieele gegevens 227.000 tons tegen 292.800 tons verleden jaar. Hier te lande werkten de verdere V.I.S.P. afdoe¬ ningen op Java stimuleerend op de aanvankelijk teruggeloopen noteeringen van den termijnbeurs en kreeg een vaste stemming de overhand. Daarna werd het aanbod weder ruimer; het slot was echter prijshoudend met … 143/8 voor December; … H5/s voor Mrt.; … 143/4 voor Mei en / 15,Š voor Augustus. De omzet bedroeg deze week 6450 tons. NOTEERINGEN. Data 22 Oct. ™28 16 Oct. ™28 22 Oct,™27 22 Oct. ™26 4 Juli ™14 A raster dam per Oct./Dec. kristalsuiker basis 99° f 1411/32 Hi/s — 16r/8 fl 4®7/32 ruwsuiker basis 88° f ll18/a2 basis 99° f )41‚/s2I Londen Tates Cubes No. 1 White Java™s f.o.b. per Cuba™s 960 c.i.f. O ci. 1 Dec. October Sh. 27/6 27j6 32/- 35/Š 18/- Sh. 11/9 11/9 13/- 16/_ Sh. 10/1* lö/l* 14/4* 13/6 $ ets. 3,93 3,93 4,71 4,58 3,26 9 Het verschil tusschen ruwsuiker 88» en krist.suik.99o is aan te nemen op…3 p. 100KG. New York 96o Centri¬ fugals loco KATOEN. Marktbericht van de Heeren Sir Jacob Behrens & Sons. Manchester, d.d. 17 October 1928. Prijzen van Amerikaansche katoen zijn gedurende de afge¬ loopen week vaster geweest. De markt is zeer gevoelig voor weerberichten en de totaal opbrengst van den oogst zal nauw samenhangen met het weer in de eerstkomende weken en het risico van vroegtijdige vorst. Speculanten zullen wel het meest van deze condities profiteeren, zoodat wij zeer waarschijnlijk een zeer onrustige periode tegemoet gaan. Gisteren noteerde Liverpool spot 10.96 d., hetgeen niet ver af was van het hoogste punt van dit seizoen nl. 11.00 d. op 9 Augustus, juist na de publicatie van het eerste Bureau Rapport. Liverpool opende vanmorgen 5/7 punten hooger. Intusschen zijn de ont¬ vangsten in de havens zeer gunstig, vergeleken’bij verleden jaar, wanneer men de oogstschatting in aanmerking neemt. Prijzen van Egyptische katoen zijn vaster geworden in sym¬ pathie met Amerikaansche soorten, terwijl de oogst voldoende voortgang schijnt te maken. De Liverpool spot-markt is ook zeer actief geweest en totaal verkoopen bedroegen 41.000 balen, waarbij alle soorten goed vertegenwoordigd zijn. De Amerikaansche garenmarkt is vaster. Prijzen zijn in overeenstemming met het ruwe materiaal gestegen, doch koopers voelen er nog niet veel voor de verhoogde noteeringen te betalen. Naar grove garens bestaat wéinig vraag. In medio- nummers loopen de ervaringen van verkoopersnog al uiteen; velen rapporteerden voldoende verkoopen en het is duidelijk, dat voorraden niet bijzonder groot zijn en dat spinners trachten STATISTISCH OVERZICHT V TARWE HardWinter No. 2 loco Rotterdam/ Amsterdam per 100 K.G. ROGGE American No.22) loco Rotterdam per 100 K.G. MAÏS La Plata loco R™dam/A™dam per 2000 K.G. GERST Amer.No.23) loco Rotterdam per 2000 K.G. LIJNZAAD La Plata loco R™dam/A™dam per 1960 K.G. STEENKOLEN Westfaalsche bunkerkolen, ongezeefd f.o.b. R™dam/A™dam per 1000 K.G. PETROLEUM Mid. Contin. Crude 33 t/m 33.90 Bé s. g. per barrel IJZER Cleveland Foundry No. 3 f.o.b. Middlesbrough per Eng. ton KOPER Standaard Locoprijzen Londen per Eng. ton Jaargemidd. 1925 Januari 1926 Februari — Maart — April — Mei — Juni Juli Augustus — September — October — November — December — Januari 1927 Februari — Maart — April — Mei — Juni — Juli Augustus — September — October — November — December — Januari 1928 Februari — Maart — April — Mei — Juni — Juli Augustus — September — 1 October — 8 15 22 , !) Men zie voor * Manitoba No. fl. 17.20 *16,90 *16,30 *15,375 *16,10 *16,325 *16,125 *16,20 15,35 14,80 15,75 16,025 15.40 15,225 15,225 15,05 14.80 15,75 15.60 15,10 14,875 14,70 13,725 13,45 13.40 13.50 13.80 14.60 15,30 15.30 14,375 14,25 12,00 11,65 12,15 12.50 12.30 12.20 de toe 3. +Z °/o 100,0 98.3 94.8 89.4 93.6 94.9 93.7 94.2 89.2 86,0 91,6 93.2 89.5 88.5 88.5 87.5 86,0 91.6 90.7 87.8 86.5 85.5 79.8 78.2 77.9 78.5 80.2 84.9 88.9 88,9 83.6 82,8 69.8 67.7 70.6 72.7 71,5 70.9 lichtir uid-Ri fl. 13,075 11.475 f 11,525 f 11,475 f 11,45 f 11,00 11.125 12,175 11.825 11,95 12,325 12,60 12,20 12,50 13,05 12,70 12.825 13.575 13.20 12,05 11,45 12,15 11,45 12.125 12.575 12,70 12,875 14,00 14,975 15.475 14,275 13,075 12,625 11.575 11,90 12,60 12,30 12.20 g op deze ssische. °/o 100,0 87,8 88,1 87.8 87.6 84.1 85.1 93.1 90.4 91.4 94.3 96.4 93,3 95.6 99.8 97.1 98.1 103.8 101,0 92.2 87.6 92,9 87.6 92.7 96.2 97,1 98.5 107.1 114.5 118.4 109.2 100,0 96,6 88.5 91,0 96.4 94,1 93.3 n staa fl. 231.50 190.25 174,00 167.75 177.50 168.50 171,00 175.25 170.50 170,00 175.50 177.75 173.50 165,00 167,00 164.50 173,00 172.75 175,25 171.50 178.50 179.50 178.75 184.75 201,00 207.50 226.50 240.75 239.50 238.50 234,00 246.75 214.75 198.75 208,00 222,00 216,00 220,00 de numrr °/o 100,0 82,0 75.2 72.5 76.7 72.8 73.9 75.7 73.7 73.5 75.8 76.8 74.9 71.3 72.1 71.1 74.8 74.6 75.8 74.1 77.1 77.5 77.2 79.8 86.8 89.6 97.8 104,0 103.5 103,0 101,0 106.6 92.8 85.9 89.8 95.9 93.3 95,0 ïers va fl. 236,00 184.25 175,00 174.50 194.75 192.50 198.75 200.50 190.50 204.75 218.75 215,00 210.75 222.25 230,00 219.25 237.50 258.25 246,00 235.75 252.50 233.25 230.50 233.25 246.25 247.75 243.75 255.75 261,00 260.75 252.50 241,00 226.75 198.25 196,00 189,00 188,00 185,00 n 8 er °/o 100,0 78.1 74.2 73.9 82.5 81.6 84.2 85,0 80.7 86.8 92.7 91.1 89.3 94.2 97,5 92.9 100,6 109,4 104.2 99.9 107,0 98.8 97.7 98.8 104.3 105,0 103.3 108.4 110,6 110.5 107,0 102,1 96.1 84,0 83.1 80.1 79,7 78,4 15 Ai fl. 462.50 370.75 353,00 330,00 335.75 334.50 360,25 382.50 376.50 360.25 367.75 382.50 373.75 362.50 373.75 354.75 351.50 373.75 372.75 367.75 368.25 369.50 359,00 349.75 348.25 361,00 361,00 350.75 358.25 372,00 365.25 359.75 350.75 350,75 357,00 372,00 370,00 368,00 gustus 192 °/o 100,0 80,2 76.3 71.4 72.6 72.3 77,9 82.7 81.4 77.9 79.5 82.7 80.8 78.4 80,8 76.7 76,0 80.8 80.6 79.5 79.6 79.9 77.6 75.6 75.3 78,0 78,0 75.8 77.5 80.4 79,0 77.8 75.8 75,8 77,2 80,4 80,0 79.6 8 (No. fl. 10,80 10,05 10,20 9,85 10,00 13.10 13,85 16.35 17.25 25,50 31.10 38.25 19,00 13.35 12.10 11.25 11,00 10,95 11,00 11,10 11,05 10,90 10,90 10,65 10,60 10,30 10,00 9,95 10,05 10,60 10,10 10,10 10,05 10,00 9,95 9,95 10,00 10,00 658 en 65 °/o 100,0 93.1 94,4 91.2 92.6 121.3 128,2 151.4 159.7 236.1 288,0 353.7 175.9 123.7 112,0 104.2 101.9 101.4 101.9 102.8 102.3 100.9 100,9 98.6 98.1 95.4 92.6 92.1 93.1 98.1 93.5 93.5 93.1 92.6 92.1 92,1 92,6 92,6 3) pag. $ 1.68 1.51 1.80 1.80 1.80 1.93 2.05 2.05 2.05 2.05 2.05 1.81 1.75 1.75 1.70 1.26 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.22 1.21 1.19 1.19 1.19 1.19 1.19 1.21 1.21 1.21 1.18 1.18 1.18 689/90 % 100,0 89,9 107,1 107,1 107.1 114,9 122,0 122,0 122,0 122,0 122,0 107,7 104.2 104.2 101.2 75,0 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,6 72,0 70,8 70,8 70,8 70,8 70,8 72,0 72,0 72,0 70,2 70,2 70,2 n 709. Sh. 73/- 70/- 70/6 70/6 70/6 73/- 76/6 87/- 90/6 94/6 118/- 120/6 99/6 85/6 83/6 81/- 80/- 74/- 70/- 70/- 69/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/- 65/6 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 66/- 2) = West 100/) 95,9 96,6 96,6 96.6 100,0 104,8 119.2 124,0 129.5 161.6 165,1 136.3 117.3 114.4 111,0 109,6 101.4 95,9 95,9 94,5 89,0 89,0. 89,0 89,0 89,0 89,0 89.7 90.4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 90,4 ern vó £ 62.1/6 59.3/- 59.12/- 58.15/6 57.7/6 56.9/6 56.17/6 58.2/- 58.19/6 58.15/- 58.7/6 57.6/6 56.19/6 55.7/6 54.16/- 55.17/- 55.2/6 54.14/- 54.2/6 53.19/- 55.5/6 54.13/- 55.5/- 59.1/- 60.2/- 62.-/- 61.12/- 61.3/6 61.14/6 62.15/- 63.17/- 62.18/- 62.10/6 63.8/- 64.12/6 64.12/6 64.17/6 66.-/- ór de invoer °/o 100,0 95.3 96,0 94.7 92.4 91,0 91.6 93.6 95,0 94.6 94,0 92,3 91.8 89.2 88.3 89.9 88,8 f8,1 87,2 86.9 89.0 88,0 89,0 95.1 96.8 99.9 99.2 98.6 99.4 101,1 102,9 101.3 100,7 102,1 104,1 104,1 104,5 106.3 ng van HTVAM 24 October 1928 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 947 betere marges te verkrijgen. In getwijnde bundelgarens zijn sedert ons vorig bericht flinke verkoopen tot stand gekomen, speciaal voor verfgoed. Naar Egyptische garens bestaat weinig vraag en prijzen zijn vaster. Er worden dan ook voornamelijk slechts kleine hoeveelheden verkocht, hoewel er verschillende goede posten voor fijne doubling weft cops geboekt zijn. Ook in ringbeams worden in de nummers 50er goede zaken gedaan. In getwijnde garens, zoowel voor de binnenlandsche markt als voor export, bestaat weinig vraag. De cijfers van den Board of Trade betreffende den export gedurende de maand Sep¬ tember geven stof tot nadenken, daar deze totaal 11.244.500 pond bedragen tegen 15.807.200 dezelfde maand verleden jaar en 12.142.000 pond in 1926. Die voor Duitschland bedroegen ruim 2j miliioen pond minder en veer Nederland en Polen elk ongeveer 1 miliioen pond minder. Deze cijfers (met die voor Zwitserland en België, die 600.000 pond minder afna¬ men) veroorzaken de grootste afname, terwijl de grootste toe¬ name voor rekening van den Balkan komt en iets meer dan 400.000 pond bedraagt. Er bestaat een goede algemeene vraag naar manufacturen. Over het algemeen zijn biedingen nog te laag om tot zaken te leiden, doch er schijnt voldoende vraag te zijn, zoodra men slechts meer vertrouwen in de tegenwoordige prijzen heeft. Men moet niet vergeten, dat, hoewel prijzen de laatste weken nog al gefluctueerd hebben, doekprijzen geregeld omhoog zijn gegaan. De markt heeft meer ruggegraat en in Lancashire is men eerder geneigd hoogere dan lagere prijzen te vragen. Wij zijn nog geheel onder den invloed van American Cotton Reports en katoenprijzen worden dagelijks met zeer veel belang¬ stelling gevolgd. Liverpoolnoteeringen Oost. koersen 9 0ct. 16 0ct. lOOct. 170ct. T.T. op Br.-Indië 1/6’ 1/6 * F. G.F. Sakellaridis 17,55 18,20 T.T.op Hongkong 2/0% 2/0j^ G. F. No. 1 Oomra 6,60 6,95 T.T. op Shanghai 2/7% 2/7% Ontvangsten in- en uitvoeren van Amerikaansehe havens. _(In duizendtallen balen). 1 Aug. ™28 tot 12 Oct. ™28 Overeenkomstige periode 1927 1926 Ontvangsten Gulf-Havens. — Atlant.Havens Uitvoer naar Gr.Brittannië — —™t Vasteland etc. *** *** *** *** 2763 175 1124 261 3514 389 1179 179 GROOTHANDELSPR1JZEN1) Voorraden. (In duizendtallen balen). 12 Oct. ™28 Overeenkomstig tijdstip 1927 1926 Amerik. havens. Binnenland . New York. New Orleans. Liverpool . *** *** * * * *** 223 1974 863 220 330 629 1889 968 95 330 379 KOFFIE. De min of meer weifelende houding van de koffiemarkt, waarover reeds in het vorig overzicht werd gesproken, leidde in den loop dezer week tot een wel niet groote, maar toch ook met geheel onbelangrijke daling der vraagprijzen in de ver¬ schillende productielanden. In Brazilië hepen de kost- en vrachtaanbiedingen van Santos 1/- a 2/- terug en die van Rio zelfs 1/6 a 2/-. Uit Nederlandsch-Indië kwamen van Robusta offertes, welke voor Palembang slechts 1/4 a 1/2 ct., doch voor de andere ongewasschen soorten 1 a l’/4 ct. lager waren dan een week geleden, terwijl de aanbiedingen van gewasschen Ro¬ busta, welke trouwens op het oogenblik slechts sporadisch voorkomen, ook iets lager waren. De verschillende gewasschen Centraal-Amerikaansehe soorten van den nieuwen oogst (dat is dus aflading in het begin van 1929) waren ook in de meeste gevallen iets gemakkelijker. Alhier bleven de officieele loco-noteeringen onveranderd vastgesteld op 65 ct. per x/2 KG. voor Superior Santos en 53 ct. voor Robusta, doch de afzet liet nog altijd te wenschen over. Aan de Rotterdamsche termijnmarkt liepen de noteeringen van het Gemengd contract 7/8 a D/g ct. terug, om daarna op een iets vastere houding van Brazilië voor enkele maanden wederom een fractie aan te trekken. Berichten uit Brazilië vermelden, dat de September-bloesem van den oogst 1929/30 goed is verloopen en dat de vooruit¬ zichten gunstig blijven. Omtrent den loopenden Santos-oogst wordt gemeld, dat deze waarschijnlijk nog kleiner zal uitvallen dan verwacht werd en dat ook de Rio-oogst in elk geval zeer klein zal zijn. De uitvoer van Nederlandsch-Indië was vanaf 1 Mei Š op welken datum gerekend wordt, dat de Robusta™s beginnen af te komen Š tot begin Augustus 722.000 balen tegen 352.000 balen in dezelfde maanden van 1927, dus dit jaar ruim twee¬ maal grooter dan verleden jaar. In de maand September bedroeg de uitvoer 231.000 balen tegen 168.000 balen verleden TIN locoprijzen Londen per Eng. ton — £ 261.17/- 283.6/- 286.3/- 285.14/- 282.19/6 268.14/6 268.13 6 283.6/- 294.10/6 307.19/6 314.14/6 308.1/6 307.-/6 299.13/6 309.8/6 312.15/- 304.1/- 295.12/- 296.9/6 289.15/6 292 -/6 gj-12/6 264.2/6 264.4/6 266.13/6 255.1/- 233.10/6 233.17/6 234.6/- 230-13/- 2 8.8/6 211.19/- l L18/- 2l4*7/6 222.17/6 218 17/6 220.-/I 224 17/6 «/o 100,0 108,2 109.3 109.1 108.1 102,6 102,6 108,2 112.5 117.6 120,2 117.7 117.3 114.4 118,2 119.4 116,1 112.9 113.2 110.7 111.5 109.8 100.9 100.9 101.8 97.4 89.2 89.3 89.5 88,1 83.4 80.9 80.9 81.9 85,1 83.6 84,0 85.9 KATOEN for Middling locoprijzen New York per lb. $ ets. 23.25 20.75 20.55 19,40 19,10 18,95 18,45 18,80 18.45 17.35 13.25 12.90 12,60 13.45 14.15 14.25 14.75 16.15 16,85 17.90 19,70 22,05 20,65 20.25 19,70 19.25 18.35 19.35 20,65 21.55 21.35 21.75 19,30 18.55 19,30 19,105) -6) 20,057) °/o 100,0 89.2 [88,0 83.4 82,1 81.2 79,3 80.9 79.3 74.3 57,0 55.5 54.2 57.5 60.6 61.3 63.4 69.5 72.7 77,0 84.7 94.4 88.8 87.1 84.7 82.8 78.9 83.2 88.4 92.7 91.8 93.5 83,0 79.8 83,0 82,15 _6) 86,27 WOL gekamde Australische, Merino, 64™s Av. loco Bradford per lb. pence 55,00 48.75 46.50 47.50 47,50 47,50 47,50 47,50 47.75 48.75 47,50 44.75 44.75 45,00 46.25 47.75 47.50 47,00 47.25 48.50 48.50 50,00 50.25 52.25 51.50 53,00 54.75 55,00 54.50 54.25 55.50 53,00 51.75 47,00 46,508) 46,009) 46,0010) °/o 100,0 88,6 84.5 86,4 86,4 86,4 86,4 86,4 86,8 88.6 86.4 81.4 81.4 81,8 84.1 86,8 86.4 85.5 85.9 88.2 88,2 90.9 91.4 95,0 93.6 96.4 99.5 100,0 99.1 98.6 100,9 96.4 94.1 85.5 84,58 83,69 83,6io WOL gekamde Australische, Crossbred Colo¬ nial Carded, 50™s Av. loco Bradford per lb. van ^ huidige officieele noteeringswijze (Jan. 1928). 3) = pence o/0 sh. 29.50 100,0 2/11,625 26,00 88,1 3/4,25 25,00 84,7 2/7,625 25.50 86,4 2/5,125 25,00 84,7 2/1,25 24.25 82,2 1/10,5 24,00 81,4 1/8,375 23.75 80,5 1/8,375 24.50 83,1 1/7,625 25.25 85,6 1/8,125 24.75 83,9 1/8,875 24,00 81,4 1/8 24.50 83,1 1/6,5 25.25 85,6 1/7,375 26,00 88,1 1/7,125 26.50 89,8 1/8,25 26.25 89,0 1/7,875 26,00 88,1 1/7,75 26,00 88,1 1/6 26,50 89,8 3/4,75 26,50 89,8 1/5,25 26.50 89,8 1/4,25 26.75 90,7 1/4,375 28.50 96,6 1/6,5 28.75 97,3 1/7,75] 29.75 100,8 1/7,25 31.75 107,6 1/3,75 33.25 112,5 1/0,75 33,00 111,9 -/9,375 32.25 109,3 -19 31,75 107,6 -/9,25 31.25 105,9 -/9,25 30,00 101,7 -/9,25 29,00 98,3 -/8,5 27,758) 94,18 _/8,5 27,509 ) 93,29 _/s,875 27,0010) 91,5io -/9 -/8,8125 Malting vóór de invoering RUBBER 4) Standaard Ribbed Smoked Sheets loco Londen per lb. °/o 100,0 113,0 88,8 81,8 70.9 63,2 57.5 7,5 55.1 56.5 58.6 56.1 51.9 54.4 53.7 56.8 55.8 55.4 50.5 47,0 40.8 45.6 46,0 51.9 55,4 54,0 44.2 35.8 26.3 25.3 26,0 26,0 26,0 23.9 23.9 24.9 25,3 24.7 SUIKER Witte kristal¬ suiker loco R™dam/A™dam. per 100 K.G. KOFFIE Robusta Locoprijzen Rotterdam per i/2 K.G. tl. 18.75 16.875 17.125 16,375 16,375 16.50 16.625 16.75 16.375 17.25 17.875 19.625 21.875 22,00 21.125 20.625 20.25 20.25 18.375 18.625 18.50 17.875 16.875 17.25 17.875 17.375 16.75 16.875 16.875 16.625 15.75 15.50 16,00 15.875 15,00 14.75 14,75 14.50 °/o 100,0 90,0 91.3 87.3 87.3 88,0 88,7 89.3 87.3 92,0 95.3 104.7 116.7 117.3 112.7 110,0 108,0 108,0 98,0 99.3 98.7 95.3 90,0 92,0 95.3 92.7 89.3 90,0 90,0 88.7 84,0 82.7 85.3 84.7 80,0 78.7 78,7 77.3 cts. 61.375 57.5 58 57.25 54.25 55 56 57 57.75 57.25 53.5 51,625 50 50 48.75 48 48 47 47 47 45.375 44.25 45.25 46 46 46 46 47 47 48.25 49 49.875 51.875 52.75 53 53 53 53 °/o 100,0 93,7 94.5 93.3 88.4 89.6 91.2 92.9 94.1 93.3 87.2 84.1 81.5 81.5 79.4 78.2 78.2 76.6 76,6 76.6 73.9 72,1 73.7 74.9 74,9 74,9 74,9 76,6 76.6 78.6 79.8 81.3 84.5 86,0 86.4 86,4 86,4 86,4 THEE Afl. N.-I. theev. A™dam gem. pr. Java- en Suma- tratheep.i^KG. cts. 84,5 103,5 103.5 100.25 97.5 102.25 100 89.25 87.75 89.5 85.25 79.25 71 71.25 70 72.25 86.5 81.25 84 «94,5 93 96 89.25 84.5 79.5 79 74.25 78.25 73.25 71.25 67.75 70.25 70 van de huidige offic. noteeringswijze (Jan. 1928). 4)J op i/8 pence. 5) 5 Oct. 6) 12 Oct. ?) 19 Oct. °/o 100,0 122,5 122.5 118.6 115,4 121,0 118.3 105.6 103.8 105.9 100.9 93.8 84,0 84.3 82.8 85,5 102.4 96,2 99.4 111,8 110,1 113.6 105.6 100,0 94.1 93.5 87,9 92.6 86.7 !84,3 80.1 83,1 82.8 Indexcijfer v/h. Centr. B. v. d. Stat., herleid van 1913= 100 tot 1925=100 Indexcijfer van The Economist, herleid v. 1901-5 = 100 tot 1925=100 100,0 98.7 96.1 93,5 92,3 92.3 92,9 81,0 89.7 90.3 92.3 94.8 94.8 93,5 94.2 92.9 92.3 93,5 96,1 97.4 96.1 96,8 96,8 97.4 97.4 98.7 96.8 98.1 98,7 98,1 98,7 95.5 92.9 93.5 100,0 93,4 92.3 91.1 90.4 89.4 90,0 90.2 92.2 94.7 94.5 93.3 88.7 87.6 89,5 87.9 87.4 88.9 89,3 89.2 90.8 90,0 89.1 88.3 88,0 86.7 87.4 88.4 90.1 90,0 88,3 86.8 85,0 aar- en maandgemiddelden afgerond 8) 4 Oct. 9) 11 Oct. 10) 18 Oct. 948 ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN 24 October 1928 jaar, zoodat in de vijf maanden van 1 Mei tot 30 September dit jaar uitgevoerd werden 953.000 balen tegen 520.000 balen verleden jaar. De groote uitvoer tot nu toe in het loopende jaar geeft gegronde aanleiding tot de verwachting, dat de Neder- landscli-Indische oogst, en wel in het bijzonder die van Ro- busta, in dit seizoen veel vroeger tot afscheep zal zijn gekomen dan in het vorige. Op 30 September 1927 waren van dien oogst, die dat jaar bedroeg 2.032.000 balen (waarvan 1.897.000 balen Robusta) 1.512.000 balen nog niet tot afscheep gekomen, terwijl van de voor het loopende jaar geraamde hoeveelheid van ca. 1.900.000 balen (waarvan ca. 1.770.000 balen Robusta) op 30 September 1928 niet meer dan ca. 947.000 balen onaf¬ gescheept waren. De prijzen van gewoon goed beschreven Superior Santos op prompte verscheping zijn thans ongeveer 101/9 a 104/- per cwt. en van dito Prime ongeveer 104/3 a 106/-, terwijl zij van Rio type New-York 7 met beschrijving, prompte verscheping, bedragen 79/6 a 80/-. Yan Robusta op aflading van Nederlandsch-Indië zijn de prijzen in de eerste hand op het oogenblik: Palembang Robusta, October-verscheping, 40 ct.; Palem- bang Robusta, November-verscheping, 401/8 ct.; Benkoelen Robusta, October-verscheping, 42 ct.; Mandhéling Robusta, October-verscheping, 451/,, ct.; alles per 1/a KG., eif, uitgele¬ verd gewicht, netto contant. De slot-noteeringen te New-York van het aldaar geldende gemengd contract (basis Rio No. 7) waren: Dec. Maart Mei Sept. 22 Oet. 15 — . 8 — . 1 — . $ 16,10 — 16,39 — 16,39 — 16,20 $ 15,40 — 15,79 — 15,85 — 15,63 $ 14,95 — 15,36 — 15,49 — 15,30 $ 14,25 — 14,65 — 14,79 — 14,70 Rotterdam, 23 October 1928. THEE. De stemming op de theemarkt in de afgeloopen week trok iets aan en konden de prijzen ten slotte over de geheele knie iets verbeteren, welke prijsverbetering ditmaal voornamelijk tot uitdrukking kwam in de ordinaire en midden kwaliteiten. Het schijnt dat ook dit jaar op Java geen sprake is yan een krachtigen Oost-moesson met daaraan gepaard gaande inkrim¬ ping van de thee-productie, waar September een uitvoercijfer laat zien van 4.087.000 KG., welke hoeveelheid slechts 70.000 KG. minder is dan die van verleden jaar over de zelfde maand, toen er ook weinig last werd ondervonden van den Oost-moesson. Amsterdam, 22 October 1928. STEENKOLEN. In Engeland zal vermoedelijk met behulp van de Trade Facilities Act de practische studie van de lage temperatuurs carbonisatie worden ingeleid. De uitkomsten zullen van groot belang zijn voor de geheele kolenindustrie, die weinig minder dan een omwentekng zal doormaken, indien de commerciëele bruikbaarheid van het systeem kan worden aangetoond. De markten zijn vrij algemeen vast. Er is overal wat meer vraag te constateeren, die vermoedelijk verband houdt met de gewone najaarsbehoeften. De prijzen zijn: Northumberland Ongezeefde.… 9.50 Durham — .— 10.20 Cardiff 2/3 large 1/3 smalls.. 12.25 Sehotsche Gezeefde (Pr. Lothians) ,, 9.90 Yorkshire gewasschen Doubles . . . — 11.75 Westfaalsche Vetförder.. — 13.75 — Vetstukken.,,15.Š — Smeenootjes.. 14.50 — Gasvlamförder.— 13.75 — Gietcokes. 16.75 Hollandsche Eierbriketten ……. ,,15.Š alles per ton van 1000 KG. franco station Rotterdam/ Amsterdam. ‘Ongezeefde bunkerkolen f.o.b. Rotterdam/Amsterdam … 10,-. Markt vast. 23 October 1928. IJZER. Op de Belgische markt, waar op het oogenblik de vraag het aanbod overtreft, bleef, evenals op de Fransche ruwijzermarkt de toestand gunstig. Op de Clevelandmarkt is nog steeds geen verbetering te bespeuren. Het O.S.P.M. (Frankrijk) heeft besloten tot een prijsver- hooging van de hematietprijzen met 10 frs. m.i.v. 18 October. Het Roheisenverband heeft de prijzen voor November onver¬ anderd gelaten, In tegenstelling met wat de vakpers meldde over het handhaven van de prijzen door het Fransch-Belgisch- Luxemburgsch gieterij-ijzerkartel tot het eind van dit jaar, heeft het kartel besloten den prijs voor de Belgische markt met 5 frs. tot 590Š600 frs. per ton te verhoogen. Ook de export¬ prijzen hebben een verhooging ondergaan. Die voor Holland is ongewijzigd gebleven, nl. 67 sh. franco Hollandsche grens. In den toestand van de staalmarkt kwam in de afgeloopen veertien dagen geen verandering. VRACHTENMARKT. De betere stemming van de Noord-Amerikaansche graan- vrachtenmarkt bleef de afgeloopen week voortduren. De vrachten zijn x/2 cent opgeloopen en bleven vast, speciaal van de St. Lawrence. Van Montreal werd November tonnage bevracht naar Antwerpen of Rotterdam tegen 151/2 cents en naar Avonmouth tegen 3/6 d. per qtr. Naar Constantinopel werd 23 cents en naar Zweden (3 havens) dezelfde vracht betaald. Yan de Northern range was eenige vraag naar tonnage naar het Continent en er werd bevracht tegen 14 cents naar Antwerpen of Rotterdam, 15 cents Bremen/Hamburg, terwijl een volle lading gerst naar Antwerpen direct 15 cents betaalde. Van de Golf van Mexico is de vraag aanzienlijk grooter ge¬ worden. In het begin der week werd 16y2 cents betaald naar Antwerpen of Rotterdam per Oct./Nov., terwijl hiervoor tegen het einde der week 1/2 cent meer bedongen kon worden. Voor December en Januari is 17 cents betaald naar Antwerpen of Rotterdam en 18 cents naar Bremen of Hamburg. De suikervrachtenmarkt van West-Indië bleef kalm doch bevrachters hebben zich genoodzaakt gezien voor hun Octo¬ ber/November lading een hoogere vracht in vooruitzicht te stellen dan zij tot nu toe deden. Van de North Pacific was een flinke vraag naar tonnage voor graan en tengevolge van de betere stemming der andere markten en de gereserveerde houding der reeders is in de vrachten een verbetering waar te nemen. Van Vancouver is een 7200 tonner per December gedaan tegen 30/- naar U.K./ Continent met volle opties. Per Januari werd 29/- betaald naar Antwerpen of Rotterdam. De vraag naar tonnage van de La Plata was teleurstellend en er werd de afgeloopen week slechts weinig bevracht, namelijk circa 12 booten. Niettemin zijn de vrachten betrekke¬ lijk vast gebleven en werd 21/- betaald van boven La Plata havens naar Antwerpen of Rotterdam per October. Voor deze positie werd tegen het einde der week 22/- genoteerd naar U.K./Continent. De vraag naar tonnage voor November en December is gering en werd hiervoor tot 21/6 betaald naar U.K./Continent. De oostelijke afdeelingen waren over het algemeen kalm gestemd doch de vrachten bleven vast. De vracht van Saigon is nog steeds 29/6 tot 30/- voor rijst naar de gebruikelijke havens Middellandsche Zee/U.K./Continent. Van Java was nog steeds vraag naar tonnage en de vrachten bleven vast. Voor een November boot naar Alexandrië werd 27/- betaald terwijl een boot van 8600 tons naar Marseille direct werd bevracht tegen 28/-. Australië leefde iets op. Voor December/ Januari en later wordt 39/- tot 39/6 betaald van West-Australië en 42/- van Zuid-Austrahë naar de gebruikelijke Europeesche havens. De vraag naar tonnage voor erts van de Middellandsche Zee is weggevallen en de markt is dientengevolge kalm. Er werd betaald: Algiers/Rotterdam 5/-, Melilla/Rotterdam 5/3, Hornillo Bay/Rotterdam 6/-. Fosfaat werd meer bevracht en waren de vrachten hiervoor o.m.: Sfax/Rouaan 5/3, Nantes 5/3, Dublin 10/6, Boness doek 12/6. Het aanbod van tonnage voor kolen van Engeland voor vroege verscheping was gering, zoodat de vrachten, speciaal naar Zuid-Amerika, aanzienlijk zijn opgeloopen. Van Zuid- Wales werd o.m. betaald: Nantes 4/9, Piraeus 11/3, Port Said 10/lOVu, Las Palmas 9/-, Buenos Ayres 13/9, en van de Oostkust: Aarhus 6/-, Hamburg 4/-, Rouaan 4/6, Port Said 10/9, Las Palmas 9/9, Buenos Ayres 13/-. RUNVAART. Week van 14 t/m. 20 October 1928. De aanvoeren van zeezijde, hoofdzakelijk erts, waren tame¬ lijk levendig. Over het algemeen bleef bij tamelijke vraag de beschikbare scheepsruimte schaarsch. De ertsvrachten naar de Ruhrhavens varieerden tusschen … 1,Š a / 1,30 met J en … 1,10 a … 1,40 met lostijd. Naar den Bovenrijn werd uit- sluitendin daghuur bevracht. Deze huren bedroegen voor groote schepen 3J a en van middensoort schepen 31 a 4 ct. per ton. Het sleeploon varieerde tusschen het 40 en 45 ct. tarief. De waterstand bleef afwisselend een weinig vallend of wassend. Naar den Bovenrijn werd op M. 1,80 a M. 1,90 afgeladen, naar de Ruhrhavens op M. 2,40 a M. 2,50. In de Ruhrhavens bleven de verschepingen van kolen onver¬ anderd. Scheepsruimte bleef voldoende beschikbaar. De kolen¬ vrachten ondergingen geen wijziging. Voor exportkolen naar Rotterdam betaalde men M. 1.65 per ton met vrij sleepen. A. E. C. VAN SAARLOOS, Balanslezen Handleiding voor fondsenbezitters, directeuren en commissarissen van Naamlooze Vennootschap¬ pen en studeerenden in de Handelswetenschappen. Tweede druk . f 2.90 Productiekostenverrekening en Wetenschappelijke Bedrijfsleiding Leidraad voor Fabrikanten, Ingenieurs en Ac¬ countants .f 3.50 HANDELSECONOMISCHE BOEKERIJ Deel I. Dr. PAUL FELDKELLER, Het denken in de koopmanspractijk Leidraad voor het logisch denken in het dage- lijksch leven . f175 Deel II. J. F. HALKEMA KOHL, Het Betalingsverkeer.f 1.90 NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.-MIJ Š ROTTERDAM Supplement op het Leerboek van het Boekhouden door W. B. BROCX Leeraar le H.B.S. A. ( 1 e Gemeentelijke = Handelsschool) te Rotterdam = Speciaal bestemd Voor studeerenden voor een particulier Praktijk” diploma in het Boekhouden Prijs: Ingenaaid f 2.25 Š Gebonden f 2.60 Uitwerkingen ter perse. Nijgh & van Ditmar™s Uitgevers-Maatschappij, Rotterdam WERKSPOOR AMSTERDAM ROLLEND SPOORWEGMATERIEEL SCHEEPSSTOOM WERKTUIGEN SCHEEPSDIESELMOTOREN IJS- EN KOELMACHINES SUIKERMACHINERIEËN IJZERCONSTRUCTIES SCHEEPSTURBINES POLDERGEMALEN LOCOMOTIEVEN STOOMKETELS Voorlezingen over Organisatie van den Handel door J. GROOTEN Prijs … 2,90 Alom verkrijgb. bij den Boekhandel en bij NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.-MIJ ROTTERDAM Tweede, omgewerkte druk van Inleiding tot de Studie der Bedrijfshuishoudkunde door J. GROOTEN Dir. der Levensverzekering- Mij. N. O. G., Leeraar M.O Wiskunde en Boekhouden, Amsterdam Ingenaaid f 7.50 Gebonden f 8.50 NIJGH & VAN DITMAR™S UITGEVERS -MAATSCHAPPIJ ROTTERDAM 10 talen! —Het grootste talenblad van Europafl De Spiegel van Handel en Wandel De beste aanvulling van alle taalstudie ! Hoofdredacteur: Dr. E. E. J. Messing, Walenburgerweg 49, Rotterdam Administratie: Wijnhaven 113,R™dam f5.- per jaar proefnummer gratis U OCTOBER 1928 1SE JAARGANG No. 669 Nederlandsch Indische Handelsbank AMSTERDAM ™S-GRAVENHAGE ROTTERDAM BATAVIA AMOY, AMPENAN,BANDOENG,BOMBAY,CALCUTTA, CHERIBON, GORONTALO, HONGKONG, KOBE, MAKASSAR, MEDAN, MENADO, PALEMBANG, PASSOE- ROEAN, PEKALONGAN, PROBOLINGGO, SEMARANG, SHANGHAI, SINGA¬ PORE, SOERABAYA, TEGAL, TJILATJAP, TOKIO, WELTEVREDEN, YOKOHAMA Kleine Advertentiën in de Nieuwe Rott. Courant f 1.50 per 10 woorden – Iedere 2 woorden meer 25 cents Worden aangenomen voor de rubrieken: Vraag en aanbod, Huur en Verhuur, Betrekkingen gezocht en aangeboden, Gevonden en verloren goederen, Voorschotten gevraagd en aangeboden, Lessen gevraagd en aangeboden, Diversen, bij: de Bureaux en Agenten van de N.R.C. te Rotterdam, Amster¬ dam, ™s-Gravenhage en alom in den lande waar Agenten zijn gevestigd, Erkende Advertentiebureaux, Boekhandelaren, Kantoorboekhandelaren, Kantoorhouders der Posterijen en bij alle Kiosken. Aardrijkskundig Woordenboek der geheele aarde door CHR.H. VAN AKEN Prijs in linnen.f 8.75 — in halfleer.f 10.- Nijgh & van Ditmar™s Uitgevers-Maatschappij, Rotterdam Florilegio de Prosistas Espanoles de los periodos romantico, realista, actual, con notas biograficas y con una breve historia de la literatura espafiola, compilado y ampliamente anotado POR J. B. KERPESTEIN Profesor de la escuela superior de altos estudios comer- ciales, de la escuela superior técnica y de la escuela de comercio püblica. TOMO I y II Prijs per deel f3.25 NIJGH & VAN DITMAR™S UITG.-MIJ- ROTTERDAM Waarom adverteeren in, en ™n exempl. koopen van KELLY™S DIRECTORY? Omdat deze uitgave jaarlijks wordt gekocht en geraadpleegd door tien. duizende groote firma™s over de geheele wereld, en U, wanneer Uw naam daarin opvallend is gedrukt, voortdurend exportaanvragen zult ontvangen. Op Uw beurt vindt U er de adressen in van alle handelslichamen, welke in Uw artikel belang stellen, zoodat de gelegenheid om het aantal Uwer relaties uit te breiden, voor het grij. pen ligt. Wanneer U Exporteur, Importeur, Fabrikant of Groothandelaar is, moogt U niet nalaten zich ten minste van de uitstekend bekend staande Kelly™s Directory op de hoogte te stellen. Vraagt kosteloos prospectus of bezoek van een vertegenwoordi¬ ger aan NIJGH & VAN DITMAR™S UITGEVERS-MAATSCHAPPIJ WIJNHAVEN 113 Š ROTTERDAM TELEFOONNUMMER 7843 Lessen over den Handel door J. GROOTEN Pi ijs f8.Š Geb. f8.90 Alom verkrijgbaar bij den Boekhandel en bij Nijgh & van Ditmar™s Uitg.-Mij Rotterdam NIJGH & VAN DITMAR™S BOEK- EN HANDELSDRUKKERIJ, ROTTERDAM

Auteur