Ga direct naar de content

Jrg. 10, editie 476

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: februari 11 1925

ii PEBJWA1?i 125

AUTELIRSRËCHT VOO1?BEHQUDEN

.:

E

Berichten
.

ALGEMEEN WEEKBLAD VOOR HANDEL, NIJVERHEID, F!NANCIËN EN VERKEER

. ORGAAN VOOR DE MEDEDEELINGEN VAN DE ZENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART

UITGAVE VAN HET INSTITUUT. VQOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN

lOE
JAARGANG

•WOENSDAG 11 FEBRUARI 1925

.

.
476

.

INHOUD

Blz.
J 36 rnillioen. De beIeeniugen b1jken met
f 9,4 mii-
EN OEVAAl1Jh
ONTwEliPdoor
Dr. G. Gerretson ….
114
lioen te zijn

te.iuge1oopen.

De

vermindering

van
De vedagieg van de Salarissen der Rijksambtenaren 1
,

.

.
laatstgonoemden

betreft

wecle:r

uitsliutend

de
Post
door

Mr. Dr. J. ii. van
Z(tfltCli
………………..

1

6
Eenige beschouwingen over Kolen in

1924 ……….119
effectenbeleeningen; de voorsdhobten
Op
goederen en
net Lateraal

Kanaal

Maastriclit—Maasbracht

door
1
.

.
iecie handiaven zich nu al sedert nagenoeg drie
Jan

c/tjlt/inji

…………………………….120
AÂNTEEKENINGEN:

..
maanclen, zonder schommelingen van eenige bateeke-

Indexcijfers van groothandeisprijzen …………..123
his, op het niveau van omstreeks
j
23′

millioen. De
Kosten van het levensonderhoud bij arbeidei’sgezinnen
PÖst papier
01)
het, buitenland en de diverse reken:in-
te Amsterdam ……………………………..124
Baidwin’s beschermingsvoorstellen

…………..124
gen op

de actiefzijde der balans daalden resp. met
De nieuwe Oostenrijksclie muntwet

…………. .

125
%3 milliben en
f 1
milliÔei.
B0EIÇAANKONDICINO:
G.
Stibbe: Inleiding tot de kennis der Bestuursin-
,
. ,9ndei het hoofd munt en muutniateriaal trekt ecu

stellingen in vreemde koloniën, bespr. door
Prof.
,.pieuwe vermeerdering van den

zi1vervoorrad,

….it
Mr.
P!i..
Kleintjes

……………………….
126
1

1
me

j

miiii.oen,
1
ue aanuacnt.


OVERZICHT VAN TIJD5OnR1FTEN
………………..
127
MAANDOIJFERs:
– .De bil jettencireulatie daalde met
f 10
inill.iodn. Het

Handelsbeweging over de maand December 1924

128
rekeningcourant-saldo van het Rijk blijkt met

f
4,9
STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN
…………….129-136
Geidkoersen.

Effectenbeûrzen
.

.

..

.
mjlhoen te zijn afgenomen. De saldi van anderen ste-

-Wisselkoersen.

Goederenbandel
gen met
f
8,2 millioen. Het besclilabaar metaaisaido
.[

Baukstaten.

Verkeerswezen.
stide

iili
-f
4,8

niullioeii

hooger.

lIet

dekkingspe.r-

-een tage bedraagt ruim 54.
INSTITUUT
VOOR ECONOMISCHE GESCHRIFTEN
.

* * *

Wd. Algemeen Secretaris: Mr. Q. J. Terpstra.

snel stijgende lijn voor Londen, die de vorige
WEEKBLAD
‘eek reeds was tot staati gekomen

veranderde deze
ECONOMISCH-STATiSTISCHE BERICHTEN
i

.

..
week

n een .dalende.

Blijkbaar

deed het uiitbliyven
COMMISSIE VAN ADVIES.
J.
van Hasselt; Jhr. Mr. L. H. van Lennep; Prof.
Dr.
I
&aiiT niec.r positieve lzeri.ohnten – omtrent het weder in-

Moresco; Mr. Dr. L. F. H. Regout; Dr. E. van
-voeren van den gouden standaard verschillende hans-

Welderen Bdron Ren gers

M. Q. J. Tërpstra;
ibs
.
…toe overgaan om winsi: te nemen. De
Prof. Mr. F. de VrIes.
drang was echter niet groot, zoodat de daling zebr
Gedelegeerde leden: Prof. Mr. D. van Blom;
langzaam ging;- geopend op ca.
11,90
werd Zaterdag
Prof. Mr. R. R. Ribbins.

J
RedacteurSecretaris: D. J. Wansink.
voori.1,86 4

afgedaan.

Daarentegen waren dollars

Secretariaat:

Pieter de Hoochweg

122,

Rotterdcrn.
‘ de stijging bedroeg echter nauwelijks
i/

eeni:

Aan geteekende
stukken:
Bijkantoor Ruige Plaatweg
37.
per dag. Nog iets meer gezocht waren Marken. Overi-

Telefoon Nr. 3000. Postrelcening
8408.
(géns was de markt zeer stil. De meeste wissels bleven

Abonnenrentsprijs voor het weekblo.d franco

.
vrijwel onveranderd of waren iets flauwe.r; alleen de

in Nederland f
20,—.
Buitenland en Koloniën f 25,—
-omzetten ki’ompen nog verder in.

per jaar. Losse nummers 50 cents.
LONDEN, 7 FEBRUARI 1925.
10 FEBRUARI 1925.

Reeds spoedig na de maandwisseling werd liet aan-
i).ividendbetalingeii.

maakten,

dat

geld

deze week

bod van geld weder grooter. De proloiiga.tierente bleef
over het algemeen vrij overvloedig ‘geweest is. In het

wel is waar tot .Vrijda

2% pOt. noteeren cii daalde
. begin verwachtte Lomiba.rdstreet een zeer groote ruim-

eerst
01)
den laatsten dag der week tot 2% pOt.; maar
te, die echter niet optrad. Woensdag- trokken de koer-

liet aanbod van Oallgeld nam snel toe, zoodat reeds
san iets aan tot ongeveer’ 3 liCt., tegen 2% in het be-

Woensdag voor 1 % pOt

werd afgedaan. Ook parti
gin der week en hoewel aan liet einde der week groote

culier disconto liep spoedig terug en was zeer gemak- ,opvragingen plaats vonden met het oog op betalingen

kelijk te plaatsen. Geopend op 2% l

2% pOt.. w’erd
op de Oonversieleening en de nieuwe emissie van de

aan het einde der w’eek voor 2% en 2% püt. afgedaan.
“Londôn Midiand & Scottish Ry. hadden deze weinig
* * *
invloed op •de markt en bleef het geld ruim.

De w’eekstaat van De Nederlandsohe Bank geeft
Disconto’s onveranderd zonder veel zaken.

ook ditmaal weder van een daling van het opereerend
2-mnds. p:rima bankaccopt noteerde 3
11
/

pot.; 3-

kapitaal der centrale credietinsteiling blijk. De post
mnds. idem 3% pOt.; 4-mnds. idem 34_134

POL;

binnenlandsche wiseels vertoont een vermindering van
6-rnnds. idem

pOt—–.

.

114

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

II Februari 1925
AL

EEN GEVAARLIJK ONTWERP.

1.

Nog slechts enkele dagen, en de Srtnten-eneraaI
zullen een wetsontwerp in behandeling nemen, dat

voor de toekomst des Rijks van ‘beslissende beteekenis

is. Ik doel op het ontwerp tot herienin.g van het
Indische Regeeringsreglement, ‘t – welk bij deze ge-

legenheid staat te worden herdoopt tot ,,Wet op de

staats-inri chting van Nederlan’disch-Indi ë”.

Het is een der kenteekenen van het verval van liet
parlernentari,sme, dat het verschil tussohen be1ang

rijke en onbelangrijke aangelegenheden. hoe langer
hoe minder in de wijze van behandeling tot uiting
komst; – en zoo staat ‘het te vreezn, dat ook ‘deze:
in
al
hare on’derdeelen uiterst gewrichtige regeling,

zal worden afgedaan. met den Fransohen slag, die,
aan het einde eener ]egislat’ieve periode, het werk
‘der naar de slagvelden van den verkiezingsstrijd hun-

kerende Kamerleden pleegt te kenmerken.

En
toch,
– hoe gering de kans moge zijn, de em-,

sf,ige gevaren, die in. ettelijke bepalingen van dit ont
wer.p verholea liggen, alsnog te ‘keeren —: de gelegen

‘lieid mag niet veruimd worden, v66r ht te laat is,

een zoo talrijk mogelijken kring van ôns volk te waar-

schu.wen voor wat staat te geschieden. Want, wordt
dit ohtwetp ongewijzigd wet, – aldus kan men de van
zeer xersohillenden kant uitgeoefende critiek samei-

vatten,— dan zijn •daardoor krachten in beweging ge-

bracht, die; in hunne logische, niet-te-stuiten ontwi
keling met ijzeren noodzakelijkheid
moeten
leiden Jo.
tot de vernietiging van de Rijkseenheid; 2o. tot dô
revolutlou’eéring va.n boven-af’van Indië. –

Ik zal itmaclrt.eh deze ‘beide beweringen in, een twee-

tal artikelen zoo kort mogelij’ktoe te lichten.

1.
De vernietiging der Rijkseenheid.

Het ‘Rijk der Nederlanden, zooals wij .dat kenneu,

is eene op ‘de koloniale verhouding gebaseerde econo-

mische ‘symbiose van in eik ander opzicht volstrekt.

onsamenihoorige ‘gebieden in. drie vereid’deelen. Het
houdt op te bestaan, zoodra het een- en ondeelbae
imperium,
hetwelk die belangengemeenschap naar bui-
ten manifesteert en naar binnen handhaaft en ver-
sterkt, gebroken wod.t.

In de tot voor koeten. tijd bestaande itaatkundige
verhouding tussohen nioederlanci en koloniën kon het
probleem van het Rijksverband en de Rijkseenheid
nooit als afzonderlijk vraagstuk de aandacht trekken.
Immers, bij de algeheele
onder geschiktheid
van Indië’
aan Nederland werden opkomende belangentegenstel-‘

lingen uiteraard – door Nederland, volgens Nedér-
landsoh inzicht, beslist: Rijk eu Rijk in Europa, –
ons ‘gr’on’dwettelijk spraakgebruik wijst het nog uit –
waren synoniem, en een gequalificeerd conflict tus-
schn de deelen des Rijks w’as uitgesloten. De eenpa-
righeid van beleid in Indië en in Nederland werd,
voor zooveel nooclig, gehandhaafd door ‘s Konins
bevelen.

In ‘die verhouding is echter sedert enkele jaren
eene ingrijpende verandering ‘gekomen, welke nu ook
grondwettelijk is vastgelegd in de 2e alinea van het nieuwe art. 61, dat
hetalgemeen bestuur in Neder-
landsch-Indië in iraans des Kortings doet uitoef enen
door den G.G.

Praotisch gesproken, beteeken’en de gecursiveerde
woorden, gelezen buiten verband met de in dezelfde
alinea van art.
612
vervatte, later te bespreken beper-
king, dat ‘het Rijk voortaan, uit bestuurlijk oogpunt
beschouwd, zal bestaan uit twee
nevengeschilcie
sta-
ten, in welke het algemeen bestuur, op voor elk af-
zonderlijk geregelde wijze, wordt uiitgeoef end door
twee, in ‘die uitdefening vrijwel
onafhankelijke
staats-
hoofden, waarvan de een, qua Op.perbestau’der ‘des
Rijks, wel den ande.r benoemt, controleert en ont-
slaat, doch de ander, tot de krriik ‘barst en hij terug-
geroepen wordt, het recht ‘heeft te besturen
lijnrecht

tegen den hem bekenden wil van dien Opperbestuur-
der in.

D.w.z. in de, gecursiveerde woorden i,s inderdaad,
in prid.cipe, en (om ‘s Ministers woorden te gebmui-‘

ken) als ,,voorschrift van staatsrecht” de funtioneele
eenheid van het hoogste Rijksgezag
verbroken,:
gedu-
rende de ambtsperiode van een Landvoogd, d.w.z. nor-
maliter,
is
het Rijk gesplitst en, qua talis,
inoperabel
geworden, althans, voor zoover geen remedie gevonden
wordt in de zooeven genoemde beperking van ‘s Lands-
voogds zelfstandigheid, welke in het zelfde art. 61
2

voorzien wordt:
nl. de bij de Grondwet of bij de wet
aan den Koning voor te behouden bevoegdheden.

Zonderling genoeg heeft de Grondwet, die het Rijk
,,voor dagelij’ksch ‘gebruik” in tweeën scheurt, het

voornamelijk aan de wet – ‘d.wz. practisch gesproken

het te wijzigen Regeeringsreglement – overgelaten,

de bevoegdheden voor te behouden, door wier uit-
oefening de Oppenbestuurder (formeel deel’nemend
aan ‘het algemeen bestuur van Indië) materieel in de
gelegenheid kot ‘de eenheid des Rijks daadwerkelijk
te handhaven. ‘ –

Het bovenstaande zal de bijzondere beteekenis van
art. 1 van dit ontwerp hebben duidelijk gemaakt; in
sehin eene voornamelijk voor Indië ‘belangrijke inter-

pretatie van een Grondwetsartikel, beslist het, in

werkelijkheid, over de toekomst van het als afzonder-

lijk, boven de gebieds’deelen staande gedacht, Rijk,

dat, op ‘straffe van ondergan.g van ons jus consti-
t’uenduni zijne eigen organisatie zal moeten harkdhaven.

Want hoe zich ook de initemne verhouding van auto-
crat.ie en autonomie in Indië moge ontwikkelen, de!

door art. 61 voorziene bestuurlijke zelfstandigheid t
brengt mede de mogelijkheid van geformuleerde be- 1

langentegenstel]ingen; daarmee de mogelijkheid van
open conflict; dientengevolge het gevaar voor scheu-
ring des Rijks, en eindelijk de noodzakelijkheid van

een orgaan, dat de Rij’ksee.nheid kan hadha’ven.

* *
*

Nu zijn er in ons land veleii, voor wie de bedoelde

mogelijkheid van scheuring geen so.hrilebeeld oplevert..

De ,,N. R. Ort..” heeft nog dezer ‘dagen uitgespro-

ken, dat’ eene volstrekte onafhankelijkheid het nor-
male einddoel der Indische evolntie is. Stelt men zich
op dit standpunt, dan ligt hier geen probleem; het
geldt dan slechts dit ideaal van scheiding van Indië
en Holland door ]iquidatie van het Rijk te verwezen-
lijken.

Echter, dit ideaal is niet het onze, niet het ideaal

van de groote meerderheid van ons volk, dat van oor-,
deel is, dat meerdere zeifstandigiheid van Indië niet
strijdig behoeft te zijn met ‘het behoud, ja niet ‘de ver-
sterking zelfs van het Rijks’verband. Voor- wie zoo
denken, is het probleem veel, ingewikkelder; wat in
dit ontwerp boven alles hun aandacht wekt is de
viaag, hoe volgens dit ontwerp geschillen tussolien de
gehiedscieelen kunnen ontstaan, en hoe ze zullen wor-
den beslecht; m.a.w. hoe de meerdere zelfstandigheid
van indë met de te verzekeren eenheid des Rijks in
overeenstemming is gebracht.

Het antwoord op de eerste.vraag kan kort zijn.
Geschillen zullen, voortaan alleen mogen ontstaan

over aangelegenheden, die Nederland’s en Indië’s ge-
meenschappelijke belangen raken: een
ingrijpen,
door
Nederland, in de volstrekt. ,,inwendige” aangelegen-heden van Indië behoort voortaan uitgesloten te zijn,
tenzij wanbeheer de aanleiding geef t.
Doch w’at zijn gemeenschappelijke belangen, wat
zijn, anders gezegd, Rij’ksaangelegenheden? – Het zou
bepaald kannen worden door eene juiste definitie van
,,inwendige” aangelegenheden. Doch deze definitie,

zoo niet onmogelijk, is zeer moeilijk. De zaak is, dat
bijna in eik onderwerp, dat in Indië geregeld kan ‘or-
den, onder bepaalde omstandigheden een Rij’ksbelan’g
kan schuilen en hierdoor is het aantal gevallen, waar-in conflict mogelijk is, bijna onbegrensd.

ii Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

115

Welke regeling tot oplossmg dezer geschillen geeft

nu dit ontwerp? Zij is, voor zooveel de Kroon niet

tussohecheide komt, opgedragen aan de Staten-Gene-

raal. Ongelukkiger oplossing kan men zich niet den-
ken, al moet tevens erkend worden, dat een betere
oplossing, in de bestaande omsl;andi;giheden, niet wei

mogelijk was. De zaak is, dat de Staten-Generaal iie

eenmaal •de historische Rijkswetgever zijn, en dat een
a ii der, van de Nederl an dsche ,,honie”-poli ti e.k o o.afh an –

kelijk orgaan ontbreekt. Doch Indië zal nooit kunnen

voorbijzien, dat de ,,Rijiks”-wetgever, tevens de wet-
gevende macht van een der gebied.sdeeleii, liet Rijk

in Europa is, en dus za] Indië elke afwijking van den

geformuleerden staatswil van Indië altijd verstaan

als eene beslissin: dooi’ den Nederlandsohen wetgever,
als rechter in eigen. zaak, ee in het eigenbelang van

Nederland genomen.

In werkelijkheid zijn bovendien. de schijnbaar zoo

gi’oote, aan den Rijkswetgever toegekeade bevoegdheden

vrijwel, waardeloos en Qnbruikbaar en van geen •groo-

tére practische beteekenis dan ‘het veto des Konings;
– een recht dat reeds door zijn bestaan, zonder twij-
fel, een zekeren waarborg oplevert, maar dat niet her-
haaldelijk gdbrui!kt kan worden zander het Eoiiing-
schap in ernstig gevaar te brengen. Zoo zal liet ook

niet de bevogd’heden van Kroon en Staten-Generaal
gaan: het gebruik zelf zal het gebruik onmogelijk
maken.

Telkens zal men zich
geplaatst,
en, hij een kr ach-
tige en zolfbewuste oppositie in Indië
gedreven
Zien

voor het-dilemma
ôf
zich, zelfs dn ernstige Rijksa.an-

gelegenheden, waarin Indië, dooi’ cciie voorloopige be-
slissing een Nederlandsch belang heeft geschonden, de
wet door Indië te laten stellen,
ôf
door ingrijpen den

Voiksraad nieuwe aanleiding te geven tot het verwijt
van overheersohing door het moedenlanid en de oppo-
sitie nieuwe stof te verschaffen voor het zaaien van

onrust en ve.iibi.ttening.

Het stellen van. de Staten-Generaal als arbiter tus-
soheii en als corrector tegenover de Indische onganen

0
1) de wijze. als in het ontwerp geschiedt is
to invite
trouble,
en het drijen van een wig in de eenheid des
Rijks, terwijl men, in het recht van initiatief, den
anti-Nederlandsohen elementen in Indië een voorha-
mer in handen geeft, om haar zoo diep als hun lust
in te drijven.

Maar juist het groote gevaar, voor de goede ver-
standhouding tussahen de deden ‘des Rijks, dat ge]e-
gen is in de noodzakelijkheid tot ingrijpen
nadat
Indië zijn wil geformuleerd heeft, en ‘de belangen-
tegenstelling dus liet karakter van een open conflict
heeft gekregen, doet vragen om een middel, om het ontstaan dezer conflicten zooveel mogelijk te
voor-

l;omen.

Dit is de weg, dien men ook in het Britsohe Rijk
meer en meer oigaat: liet onderwerp, dat oorzaak van
het ontstaan van een conflict ‘dreigt te worden, moet
in eerste instantie aan de publieke discussie
en
aan
de behandeling van de volksvertegenwoordiging in de
betrokken gebiedsdeelen onttrokken en eerst, binnens-
kamers tusschen de vertegenwoordigers der respec-
tieve regeeri.n,gen riji) voor behandeling
len zin” gemaakt worden..

Op deze wi,jze kunflen vaak aangelegenheden, di.e,
wanneer het tot een open conflict ware gekomen, den
Rijksband zenden hebben beschadigd, opgslost worden
op eene wijze, die den Rijksband versterkt, doordat
ii ieuwe gemeenschappelijke belangen worden gescha-
pen. Het is dit inzicht, waaruit in de laatste jaren

den wensch is voortgekomen naar het scheppen van

een soort Rij’ldsraad of Rij ksconferentie.

Nu is het eigenaardig, dat wij reeds in het bezit

zijn vtn een soort permanente
Rijksconferentie,
in den

vorm van de beroemde driehoeksverhouding tusscheiï’

Koning, Minister en Lanidvoogd. Men zal van mij niel

vergen, dat ik in dit kort bestek iets nieuws vertel

over eene veriiou’di og, van welke de scherpzinnigstc
juristen – men dlen.ke aan dle bekende nota-Boasson

– nimmer eene juiste staatsredhtelijke definitie heb-

ben kunnen geven. Doehdesondanks, of wellicht dien-
tengevolge, heeft deze informeele ,,conferentie” sedert

jaren gefunctionieerd, en in sommige gevallen liet

Rijk buitengewone diensten gedaan.

De beteekenis dezer inforineele conferentie ‘berust

op twee eigenaardiigheden:

lo. De directe correspondentie tusschen Koning

en Land’vood, naast die tussohen Koning en Minis-

ter, en Minister en LandivooSd.

‘2o. Op het recht des Konings den Landvoogd te

bevelen, dat, behalve dat het
in
het algemeen bestond,

ook nog in, art. 20 van, liet Regeeringsreglemeiit was
vëstgelegd – en door welks uitoefening de eenheid
van leiding in Rijksaanigelegen’heden steeds verzekerd
bleef.

Nu is het duidelijk, hoe nuttig de bevelen des

Kon.ings,
juist
in ‘de nieuwe omstandigheden, zouden

kunnen zijn, om het ontstaan van conflicten, te ‘voor-
komen door onderwerpen van Rijksbelang, hetzij in

Indië iotijds aan de orde te doen stellen., hetzij, voor

zij in Indië in vericeerdien zin worden gepraoju..dicieerd
voor den Rijk-swetgever te doen reservee:re:n. –

Waar de schifting tussohen Rij’ksbclangen eener-
zijds, en inwendige aangelegenheden van Indië en Ne-derland anderzijds, zich eerst langzaam en geleidelijk,
op grond der practische ervaring kan. voltrekken, zou hot van het hoogste belang zijn, dat het Opperbestuur
de macht bezat, deze sthift.ing, naarmate de vraag-
sI;ulcken practisch, aan de orde komen, voonloopig te
‘hewer]cstelii,gen, éér door eene zelfstandige Indische
beslissing liet open conflict geboren is.

• Juist op dit punt wil echter de Minister een groote,
noodlottige en noodeloo’ze wijziging brengen in den.
‘bestaanden toestand door, in dc door ‘hen) ontworen
wet, liet recht van bevelen
niet
uitdrnklcelijk voor te
behonden; art. 20 van liet oude Regeerin:gsreglemonit

te schrappen; en dus ‘s honing’s thans bestaande
recht van bevelen uit te.schakclen.

De Kroon zal, volgens zijn systeem, voortaan
slechts
controleerende macht hebben, en de vcranl;woordeiijk-
heid van. den. Minister zal zich niet verder ii.tstrek-
ken dan tot cle benoeming en de handhaving van den Landvoogd, en. iot.toezicht op zijn bestuur.

‘1 Dat wil zeggen, de Minister maakt
opzettelijk
geen

Igebruik van de hem door de Grondwet uitdrukkelijk
‘gegeven bevoegdheid, om een remedie te scheppen
l;egen het, met de eenheid des Rijks stnijdige bestuur-
“lij;ke dualisme van Indië en. Nederland.

De Maniste:r meent, ‘dat practisoli ingrijpen den
Koning – den OpperbesMuur.dèr des Rijks, – behalve
door ontslag van den, Landvoogd, – moet worden
onmogelijk gemaakt.

Er is op deze zonderlin.ge interpretatie van art. 61
2

van verschillende zijden, en. door Treub en Neder-
burgh, scherpe cnitiek uitgeoefend. En terecht. Want het is niet vol te houden, z’ooals de Minister poogt te

doen voorkomen, dat deze interpretatie door dien zin
van art.
612
vereischt
wordt.

Doch de scherpste, de vernietigeodste criti.ek op de
ontworpen regeling wordt door den Minister zélf ge-
.geiren, wanneer hij ‘zegt, dat bij zijn systeem, –
waar-
in het ontslag van den Landvoogd niet slechts het
laatste, maar ook het eenige remediurs is,
.,wel zelden

vcel kwaad kan zijn gesticht”,
voor dat ingrijpen mu-

gelijk is!

;,Wel zelden kan veel kwaad zijn gesticht”, –
wij

gelooven liet gaarne! Maar het zeldzame geval behoeft

zich, in een cnitiek tijdsgewnicht, ook maar éénmaai

voor te doen, om liet Rijk te doen verloren gaan.
En een staatsregelin’g, die uit verkeerde d’ogmaiek

den Opperbestuurder des Rijks bevelend ingrijpen
verbiedt en derhalve eenheid van, leiding onmogelijk

116

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

11 Februari 1925

maakt, ook wanneer liet niet de idwendige aangele- genheden van mdie
.
elcit, maar de hoogste. ojivoor-
1

.’

ziene cii o’voorzienhare belangen des Rijks op ‘t spel
staan,

zulk een staatsregeing deugt niet.

Laat ons met éôn enkel woord duidelijk maken, tot

welke situaties ‘s Ministers voorstel zou kunnen lei
den. Stel een B: V. viel 3.ava binnen; de loestand:

werd, gezien, van Ned. md. standpunt, hopeloos; cm

de Landioogd, als opperbevelhebber, rekening hou-

dende met liet Necl.-Ind. belang, zou geneigd zijn cciv

wapenstilstand te sluiten. Doch het Rijks’helang – er

zijn, onderhandelingen gaande, die vanuit ‘s-Gravon-

hage worden gevoerd, – vordert dat, ten koste van
welke offers ook, nog een week wordt volgehouden.:

Ei.lacy, de Koning heeft nuiet het recht bevelen tq

geven En de L’andvoogd, wien liet Ned.-Tn.d. bé-,

lang boven alles gaat, capitulleert.

is dit cciie onmogelijke situatie? Maat. ze heeft’

zich in het begin ‘der vorige eeuw in Mexico voorge
daan! Zal de Landvoogd in zulk een geval aan eerw

aanwijaun,g des Konings ook ‘zonder bevel ge]ioorza
men?
Tjj
gelooven het. Doch. het is essentieel, dat zoo
men de eenheid des Rijks wil handhaven, hët recht

van den Koning, als op;perbestuurder des Rijks, om
de ftmctio’neele eenheid van de Rij’ksleiding op ieden

gewenscht monent, door zijil eenvoudige wilsdaad te

heiust.ellen, ook in de wet op de staatsregeiing duide-
lijk te formuleerert.
. t

Het is overigens, geloof ik, wei duidelijk, welk:

motief den Minister tot zijn, op dit punt zoo onhet

grijpelijk hardnekkige, houding heeft gehraoht, en dit

motief .doet hem eer.

Zoo vaak is hem ten onrechte verweten, dat hij

tegenover de geieehtvaardig’de wensohen van undi
een afwerende houding aannim, dat hij hier, bij cle
uit.voèrung van hei; ongetwijfeld nieuwe beginsel van
art.
612
der Grondwet Indië liet voile pond heeft wil-
1

len geven.

,,Donner et retenir ne vaut”, zegt de Minister, en

wij zeggen het hem na. ,,Het gaat niet aan, cle door de

Grondwet aan den Gouvernur-Generaal verleen d’e
meerdere zelfstandigheid ‘terug te nemen, door hem
in bestuurszaken ondergeschikt te maken aan de be-

velen des Konings”

Zeker niet: maar in welke bestuurszaken is hem
e

de meerdere zelfstandigheid toegezegd? Toch bij d
i
uitoefening van liet ,,algerneen betuur” van Indië;’
een woord dat zijn verklaring vindt in den terni
wendiuge aangelegenheden”. Waar het om te doen was,
‘is Indië te ontheffen vn de v’oogdij van het Depar-
toment van Koloniën in idlerlei interne aangel.egeri-
heden. Doch juist waar deze laatste term zoo moeilijk

defipieebaar is, en dus ook even ondefinieerbaar ts,
waar ‘de grenzen zijn van liet ,,aligemeen besuur”
behoort er een macht te zijn, die tegen
trespassing
door

indië op het terrein der Rijksaangelegenieden
pre-
ventief
kan ingrijpen.

Dit zou kunnen ‘geschieden, door in, art. 1 achter
5

liet woord
.,geschiedt”
de woorden uit art. 20 R.R. ouds
in te sohakeïen, ,,rnot inaohtneming van ‘cle beveleni
des Konungs betreffende Rijksbelangen”.
. 1

Door zulk een. inschakeling zou, – met behoud vant
eene volledige uitvoerng van den geest van art. 61
2,

voor zoover dit cciie emancipatie van Indië’s inswendig
bestuur uit de-mintisterieele voo’dij in uitzicht stelde,t worden tegemoet gekomen aan de ernstige bezwaren, die, van. Rijlesstandpunt, tegen de
volkomen
uitscdia-

keling van de bevelen des Konings gerezen zijn.
Zoo ook kan het Driemanschap de nucleus blijven
1

van eene toekomstige gron dwej
ttelike organisatie ddrt
Rijksgedacht.e.

(Slot volgt).

C. GERRETSON

DE 1ERLA GING VAN DE SAïAi?lS’S’EN DEI

RIJKSAMBTENAREN.

T.

In ,,E.-S. B.” van 18 J’uli 1923 gaven wij een over-

zicht van den toenmaligen stand der salarissen van
de rijksambtenaren in vergelijking niet dien van de
kosten van het levensonderhoud. Ons doel was toen

iii ‘hoofdzaak te laten zien, w’el’k systeem men had

gevolgd bij de regeling der verhoogungen, die met
het oog op de verminderde waarde van het geld voor

de verschillende categorieën noo’dig werden geacht.

Wij kwamen daarbij tot de conclusie, dat bijna zon-
der uitzondering de mate, waarin de nieuwe salaris-
sen aan die vermindering- waren aangepast, afnam

met de hoogte van liet salaris; dat de lagere ambte-
naren over liet algemeen meer ivaren verhoogd dan

dc’ kosten van het leven, de middelbare ein. dle hoogere

minder; ‘dat vooral de ho’ogere ver bij de toeneming
dier kosten ivareD achtergebleven en eindelijk, dat

hot slechts betrekkelijk geringe sommen zou hebben
geëischt om de laatst;genoemden althans op liet; peil

van den tijd v66r de duurte te lian’dhaven. –

Wij zijn thans reeds eenigen tijd in de, periode van

de salaris’verlagi-n’gen en vooral die, welke in de laat;-
ste maanden zijn’ toegepast en in het op 1 Januari,

1925 in werking getreden bezoldigingsbesluit zijn ge-
consoli’deerd, hebben tot heftig verzet van de anibte-

naren, tot groote protestvergatderinigeri en demonstra-

ties aanleiding gegeven en velen tot de overtuiging
gebracht, dat de regeering dezen iceer te ver is ge-
gaan.

Wij zullen thans den huidigen stand der salariee-ring aan een beschouwing onderwerpen. Indien wij

hiertoe over-gaan, dan geschiedt dat met een ande,r
doel dan in 1923, nl. niet om in de eerste plaats
01)
de ongelijke behandeling der verschillende catego-
rieën den nadruk te leggen (hoewel die toch niet ge-

heel bui-ten beschouwing kan blijven), maar vooral

om de betekentis der verlagingen zelf na te gaan.
i-iievtoe zullen wij dan ook de gegevens in een ande-
ren vorm moeten gieten ‘dan ‘toenmaals.

Om een goed beeld van het verloop der zaak te
kunnen geven, zouden eigenlijk alle regelingen, die
er sedert liet uitbreken van den oorlog zijn geweest,

niet elkaar moeten worden , vergelelcen. Dit nu biedt:
bijna onoverkomehijice moeilijkheden aan, waarvan
wij
eerst .een opsomming moeten geiren, omdat liet noo-
rug is duidelijk te laten zien, tot welke methode van
vergelijking wrj ten slotte zijn, gekomen.
In de eerste plaats hebben dan de verschillende

sedert 1918 toegepaste regelingen, met .én uitzonde-

ring, telkens slechts kort gegolden. Immers is, nadat
de tot dusverre voor iederen diensttak afzonderlijk
geldende regelingen bij Koninklijk besluit van 3 Sep-
temjber 1918 Sbbl. 541 in één.algerneene regeling
waren, sarhengevat, welke geacht werd reeds
OJ)
1.
J’anuarj 1918 in werking te zijn getreden, dat besluit

niet alleen twee maal door een ander vervangen,
waarbij nieuwe regelingen werden vastgesteld, nl. dat
van 23 Januari 1920 Stbl. 37, in werking getreden
op 1 Januari 1920, en dat van 22 October 1.924 Stb].
476, in,’ werking getreden op 1 Januari 1.92.5, maat

zelfs tusschen de data van inwerki’ngtreden dier be-

sl.uitëu bleef de toestand der ambtenaren niet, steeds
onveranderd; wel is dat van 1920 drie jaar ongewij-

zigd van kracht gebleven – de uitzondering – maar
in. de overige jaren werden buiten de besluiten om

telkens veranderingen aangebracht hetzij door toe-
kenning van. toelagen of ‘dooi percentsgewijze verla-gingen, of ‘wel door afschaffing of wederinvoering en
verhooging van pensioenkortingen.
Gaat men al deze regelingen in bijzonderheden na,
dan komt men sterk onder den indruk van de, om’

zoo te zeggen, wilde, onsystematischo wijze, waarop
zij ontworpen zijn;’ een gevolg veelal van het feit, dat
men steeds door de gebeurtenissen werd ierrast en,
dan haastig iets in elkaar moest; zetten., Zoo kwam

Ii Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

117

de regeling van 1918 eerst in September tot stand
ce moest toen terugwerkende kracht tot 1. J:
anuar
i
.

krijgen; zoo ging die van 1.920 aanvankelijk gepaard

met een ponsioenaftrek van 7 pOt., die echter bij
wijze van duurtetoeslag in December met terugwer-

kende kracht tot 1 Januari werd ingebrokker. Het
aldus ontstane premievrij pensioen werd op 1 Januari.

:1923 weer opgeheven. Van 1 Januari 1920 af gold

een garantiesalaris voo.r gehuwden, dat op 1 Januari

1923 verviel, doch op 1 Januari 1925 weer in anderen

vorm word ingevoerd; het moet nl. door periodieke

verhoogingen weder worden inverdiend. Op 1 Januari
1.920 werd een kindertoeslag ingevoerd, die reeds in
December van dat jaar met terugwerkende kracht tot

1. Januari en daarna weer op 1 Januari. 1925 werd
gewijzigd. in 1024 werd een salarisvermindering in-
gevoerd met een geleidelijke toeneming, die voor 1925
voor gehuwden weer gedeeltelijk vervalt. in 1.925

wordt het verschil tusschcn ongehuwden en gehuw

den nog grooter gemaakt, doordat aan de eersten de

heide laatste periodieke verhoogingen tot een geza-
inenlijk maximum van 10 pOt. van het salaris of
f
400

worden onthouden.

Een fraai beeld vertoont dit alles niet en het is
dan ook niet mogelijk dit beelid in dit artikel volledig
met cijfers te geven, reeds terstohd niet wegens de

platsru.imite, welke het zou vereischen, maar boven-
dien niet, omdat al die regelingen hebben geleid tot
individueele vaststelling van wrerkel,ijke salanisbodra-
gen en het uiterst moeilijk is daaruit algemeene lijnen,
te trekken. Wij moeten dus een keus doen en meenen
daarbij het best te handelen door ons te beperken tot din toestand, zooais die wordt weergegeven door de
drie bezoldigingsbesluiiten van 1918, 1920 en 1.925,
omdat di.e het meest houvast geven, i.n vergelijking met dien van v66r 1918, en al het tusscshenliggende
weg te laten.
Maar dan ontmoeten wij terstond de tweede mooi.-lijkheid, gevorm’d door de korting voor het pensioen,
d.ie, zooals gezegd, in de jaren 1920-1.922 niet be-
stond en toen dus het bedrag, dat de anSbtenaar mee
naar huis nam, hooger maakte. Na rijpe overweging
zijn wij tot de conclusie gekonen, dat wij die korting
geheel buiten, aanmerking moeten laten. Wij besehoii-wen. toch eigenlijk alleen salarisregelimmgen en wat et

met het salaris gedaan wordt, hetzij verplicht of ort-
verplicht, staat geheel hierbuiten. Bovendien was die
korting altijd vrijwel gelijk: de afloopende korting,
zooals die vôôr 1.918 bestond, kan men op gemiddeld
8 pOt. stellen, in 1920 zou zij aanvankelijk 7 pOt.
zijn, thans is zij in maximum
81%
pCt., maar bij de
laatste komt nog de moeilijkheid, dat voor hem, die
vroeger bij de afloopende korting reeds heeft gestort,
met het gestorte bedrag rekening womidt gehouden,
zoodat zij individueel verschillend wordt. Blijft dan

nog de toestand van 1920-1922, toen niet gekort
werd; wij meenen echter, dat het geoorloofd is deze
niet-korting als een sodrt duurtetoeslag .te heschon-
u
ren, dien wij, waar hot hier slechts over do salaris-
regeling
gaat, evenmn behoeven mee te rekenen als

dergelijke toeslagen, welke in andere jaren zijn gege-
ven. Alleen is bij ‘de beoordeeling van .de veiminde-
ring, welke ‘het bezol’di’gingsbesluit (B.B.) 1925 gaf,
natuurlijk in aanmerking te nemen, dat het wder
invoeren van de korting nog daarbij komt.

Een dede moeilijkheid voor een zuivere vergelij-
king, is, wat men vergelijken moet. In 1923 beperk-

ten wij ons tot de maxima-salarissen. Dat kunnen wij
thans niet meer doen, omdat de verslechtering ider
salarissen thans niet alleen gevonden is in een ver-

laging van minima en maxima, maar tevens in een
langzamer op-klimming van het minimum tot het
maximum, in een verslechtering der opkli-mming, die
niet buiten beschouwing mag blijven. De beste wijze
om met de opklimmin-g rekening te houden, achten
wij deze, dat wij voor de vier genoemde tijdstippen
berekenen, wat de groep, die wij vergelijken, in een

periode van bv. 15 aéhtereeni’olgnde jaren zou ver-

dienen, als zij op het minimum -bgon en ide reeling
in dien tijd niet werd veranderd noch cortigo bevor-

clening tot een hoogeren rang plaats had. Wij kiezen

15 jaar, omdat -deze tijd -‘oor alle rangen, met een

zeer enkele uitzondering, voldoende is om het maxi-

iiuim te bereiken, ook volgens het B.B. van 1925,

en men dn -dus alle perioden van verhooging en de

verhoogin-gen zelf heeft meegerekend. In de bedoelde
uitzonderingsgevalleim kiezen
wij
een langere periode.

Een vier-de moeilijkheid ‘vormen de huwelijks- en

k.i,rmdertoeslagen. Als -deze altijd even hoog ‘waren ge-

weest, zou men ze buiten beschouwing kunnen laten,

maar -vooral in het laatste Koninklijk besluit is hier-
in een sterke wijziging ‘gekomen en daarom kan men

althans de kin’dertoesla-gen niet voorbijgaan. Met den
liuwelijkstoeslag is -dat anders, omdat deze slechts hj
de laagste salarissen voorkomt, dient om het salaris

niet beneden een bepaald minimum te brengen, v66r

1 October 1.020 en van 1 Januari 1923 tot 1 Januari
1025 i,n het geheel niet heeft bestaan en thans weder

inverdiend moet worden door do periodieke verhoo-
ginigen., zoodat hij niet van groote ‘beteekenis is. Dezen
rekenen wij dus niet mee; en om ‘den irevioed der ‘kin-

dertoesla-en te laten ‘zien, meeneu
wij
het beste te
doen om naast elkaar te stellen ‘het salaris van, een

ongehuwde en, dat van een gehuwde met -drie kinde-
ren beneden 18 jaar. Toeval-lig -bezitten wij een:ige
aanwijzing Over -de vraag, in welke mate dit laatste
geval typeerend is. Door de statistiek dr Amsterdam-
sche inkomstenbelasting is nl. het aantal belasting-schuldigen na-a,r de hoogte van den aanslag en het

aantal kinderen beneden 18 jaa,r bekend. Neemt men
aan, dat de groep aangesla-genen met f 1000-9000
inkomen mag worden vergeleken met de groep amb-
tenaren, dan vindt men, dat er te Amsterdam in het
belastingjaar 1919120 onder de 96.706 aangeslagen in-
gezetenen in die groep 16.978 of 111% pOt. waren met
1 kind, 14.705 of 15 pOt. met 2 en 8126 of 9 pOt. met
3 kinderen beneden 18 jaar. Dit kan wellicht eeniger-
mate een beeld geven van. de beteekenis der hoôgere,
resp. minder afgendrrmen percenta-ges,’die wij hieronder

geven zullen, al’s gevolg der kindertoeslagen.

Dat wij voor den ongehuwde cijfers opnemen, geeft
tegelijkertijd gelegenheid om voor dezen rekening te
houden met de hierboven red.s vermelde initoudinig
der beide laatste verhooginigen, die dus noch wat het
maximum noch wat de periode van 15 jaar betieft,
worden meegeteld.
Zoo komen wij tot een vijfde moeilijiheid, ni. die
inn den standplaatsaftrek. Aan het standpunt, in Ons
vorig artikel ingenomen, om nl. alleen de
cijfers
te
geven van -de grootste gemeente, di,is zond,ei aftrek;
houd-en wij thans ook weer vast. 1-let zou te ver voe-
ren om verder te gaan.

Het zal uit deze opsomming duidelijk zijn gewor-
den, hoe bezwaarlijk het iis om een zuiver inzicht te
krijgen in de gevolgen der nieuwe regeling. Initus-
sohen, ‘beproeven de de versohill cmie moeilijkheden, op
de vermelde wijze op te lossen, staan wij voor ‘de
vraag, welke functies wij zullen kiezen om het ver-
langide beeld te schetsen.’
In ons opstel van 1923 hebben wij daartoe eenige
der grootste dienisttakken uitgekozen als typeerend
voor het geheel (departementen, post, waterstaat, di-recte belastingen, registratie en -kadaster) en daarvan
alle
functies genoemd. Thans gaat toepassing van dit systeem echter met ‘bezwaren -gepaard, le omdat het
nieuwe bezoldigingsbesluit niet meen alle functies
opnoemt, doch slecht-s normen bevat, wel een groot
aantal (omstreeks 150), doch niet alles. Zoo ontbreken
daarin de hoogste functies. Het is de bedoeling, dat
dus voor iederen diensttak een afzonderlijk Koninklijk
besluit wordt uitgevaardigd, waarin voor elk der
daarin voorkomen-de functies het salaris wordt ge-
iegeld.

In de 2e plaats zijn de laagste functies, die van

118

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

11 Februari 1925

vasten knecht, portier, bode, brieveubeèt.elle.r ed derg.

geheel uit de regeling ivegenomen; zij werden ni. in

een afzonderlijke rege]iri’g meer als die van we.kliden

opgenomen, met toekenning van maand- of week-

loon en.

• Voor een goed overzicht kan itLen zich dus niet meer

tot ht
B.B.
alleen bepalen, maar het is alweder niets

gemakkelijk om tot een keuze ‘te komen van wat dart 1

wei moet worden gegeven; ook om niet al •te uibvoerig

te worden. Wij meenen ten slotte met het volgende

te mogen volstaan.
Tjj

beginnen met een volledig overzicht van de

departementen van, algemeen bestuui, van de laags.te

tot de hoogste functie, en idoen voor andere dienst-‘
vakken slechts, enkele grepen uit de veelheid van

functies om aan te tonnen, hoe de regeling daar werkt.

Wij meenen dit to niogen ‘doen, o’mjdat de departe-,

inenten, waarbij alle rangen voorkomen, wel als ver-

tegeawoordigend zijn te beschouwen en men mag aan-

nemen, dat do meeste bij de andere diensten voorko-
1

monde fu.nees zich in verband met aard van het werk

en gevraagde capaciteiten wel rondom een daarmede
bij een departement .bestaanden rang groopeerdn.

Laten wij de verhouding van die andete dienst’vakken

tot de departementen aan enkele functies zien dan

kan men. die der overi:ge daaruit wl afleiden.

Een ‘speciale plaats neemt in, het geheel nog in

het onderwijzend en het militaire personeel. Wij stel-

len ons voor daarop aan het einde van het overzicht,

vooral wat denieuwe regeling betreft, nog in het ko
r
t

cven in te gaan.

Het materiaal, noodi.g om het overzicht samen te

stellen, ontvingen wij van het centraal bureau van

voorbereiding voor ambtenaren in Den Haag en een
woord van dank voor de moeite, door 1dit, bureau hier-
aan besteed, is zeker op zijn plaats.

Wij geven dus eerst de salarissen op de ciepartc-

menten 01) de vier tijtdsti; pen.

Het eerste getal geeft telkens het miiiimirn, het
tweede het maximum tian den rang vrbo:nden (voor
)

1925
dat van, gehuwden), en het getal tussche:n haak-

jes het kantal jaren, waarin liet maximum wordt be-

reikt, aan.

Percentages boven den toestand van’

a=Periodevan ‘

VÔÔr
1918 voor

15 jaar. – Ongehuwden

D
Gehuwden m. 3 kind.
b = Maximum

1918

1920
1
1925

118

1920
1
1925

Kosten van het
levensonderhoud

75,0
1
120,6

80,8

Vasteknecht ,l 38

103

79

38

118

95

b 50

.100

75

50

115

104

Bode

a ’29

78

50

20

92

72

bj
40

70

47

40

82

72

Schrijver

al 29

82

52

•29

97

70

b 25

67

.33

25

79

55

Klerk

1)
a 34

89

53

34

104

73

b 29

63

31

29

77

56

Adj.-cominies
t

29

66

35

29

78

50

b 32

58

26

32

70

49

Commi&s
.

t
20

57

’34

20

70

47

b 20

52 . 28

20

63

48

iloofd-commies t 23

67

38

23

79

55

b
31

72

-38

31

85

65

ileferendaris i

17

62

40

17

– 74

59

b
27

58

32

27

70

55

Adnuinistrat. t

15

. 46

32

15

56

49

b
25,

46

27

25

57

48

Secr.-G’eneraal
t

26.

48

46.

26

59

57

b
33

50

42

33

. 60.

52

i) voor een periode van 18 jaar.

deden in vergelijking met de be]ooninig van andere

gelijksoortige beti’ekkingen, roet name die in
,
ar ti-
culieren. dienst. Een vergehjikiag met p:rbvinc’iale of

gemeentelijke betrekkingen valt reeds hierom ten na-
dccle van, cle. rijksbetrelkjngen uit, omdat de riieestè
provinciën, en gemeenten nog niet tot verlaging van
salarisse:n zijn gekomen. En voor verigelijkirig met

particuliere bet.rekkin’gen ontbreken helaas de gege-

vens. Wij moeten ons derhalve beperken tot deze op-
nier] ing, dat dus een scthrijver met ‘drie 1
n
d
e.i
:
en
.iii

maximum ii a 12 jaren dienst ont
v
angt f 35,50 pc’

week, een klerk
T
42 wij drukken dit per week uit
om tot vergelijking- met werkliedenloonen të :n’open;
uien ziet daii terstond, hoe iein.ig de economische
toestand van: deze categorieën meer van, dien der

VSdr 1918

1

1
1918

1

1
, 1920

1

1925

Vaste

kuecht ………….
f

600_800

(4)
1)
f

80-1200 (16)
f
1300-1600 (4)
f

1250-1500 (5) 2)
,,

800_1000 (4)
1)
.
800-1400 (16)
1400-1700 (6)
,,

1325-1575 (5)2)
,,

600-1200 (12)
800 -1500 (16)


1200-2000 (12)
1000-1700 (12)
Klerk

………………
,,

600-1400(17)
3
)
800-1800 (17)
1300-2300 (12)
,, 1100-2000 (14)

Bode

……………….
Schrijver……………..

,,

1200 -1900 (13)
3
)
1500-2500 (13) 2000-3000 (10)
,,
1700-2600
(12)
,,

1800-2500 (14)
3)

..

2000-3000 (12)

,
.

2800-3800 (10)

2400-3400 (14)
Adjunct-cominies ………
Commies …..
.
……….
Roof dcommies …………
,, 2400-2900 (6)

,
,, 2800-3800 (10)
4000-5000 (10)
.
,, 3400-4400 (10)
Rel erendaris …………
.

3000-3800 (8)
3200-4800 (13)
4800-6000 (6)
.

4500-5400 (6)
,, 4000-4800 (8)
4400 6000 (12)

55007000 (6)
,, ‘5500-6500 (8)
Administrateur ………..
Secretaris-Generaal ……
5000-6000 (4)
,, 6500-8000 (4)
7500-9000 (6)
8500
1)
K.B. 17-Mrt. 1916
Stb. 133.

2)
Afgerond.
3)
Zonder perspectiif
op een hoogeren rang.

Wij laten nu volgen een staat, waaruit voor de ja-
ren
1,918, 1.920
en.
1.925
blijkt, hoeveel, percent eens-
‘deels het over 15 jaar in totaal te ontvangen bedrag,’
anderdeels hei’ maximum alleen, voor ongoh’uwden.
resp. gehuwden met drie kinderen beneden
18
jaar,’
hooger is dan het v66r
1918
genotone. A’annemende,
1

dat deze laatste bedragen golden, ‘voordat de duurte,
begon, voegen wij, daaraan toe de bekende indexcijfer voor de kosten van het ioven’son:derhoucl van Amster-
d’amsche arbeideisgezinnen en wel voor
191.8
en
1920
liet gemiddelde van de vier driemaandelijksche cijfers,

in die jaren gepubliceerd, voor
1925
liet laaits:1bekende
van December 1924. Wij merken ook nu weer op, cla,t
men eigenlijk een cijfer Voor liet levensonderhoud vafu
ambtenaren’ moest kunnen gebruiken, dat. l’ioogst.eiaar-
sehijnlijk hooger zou zijn.

Wat leeren ons nu deze cijfers?

In. cie eerste plaats een enkel ‘woord over de :abso-1 tito cijfers. Goed zijn deze feitelijk slechts te beoor-

werklieden verschilt.

De gepromoveerde tunbtcriaar brengt het reeds ‘spoe-
dig tot commies; heeft hij als zo’od.anig 14 dienstja-
ren en drie kinderen, dan gefuiet hij’ f3700; wordt
hij tusschen zijn. 30e en ‘zijn 40e jaar hoo’fdconrïois en lcomt hij ‘langzamerhand in de noodza1elij.klieid
zijn kinderen op grmnasium of H.B.S. te laten gaarl
dart heeft hij’ f
4800,
gelijkstaa’nde niet
f 2150 vdSi:
den oorlog, en is hij referen’d’a,ris en moeten zijn ‘kin-
deren gaan studeeren, dan heeft hij op zijn best

f 5900 = f
3400 v66r den oorlog. Het zijn vooral deze

salarissen, die het meest zijn gedrukt en zoodanig zijn
geworden, dat, zoodra het aanbod van gest’udee:nden
weer wat vermindert en veei: gelegenheid ontstaat
l;ct aanstelling van n’ieuve ambtenaren, de staat zich
met minderwaardige arbeidskrachten zal moeten te-
vreden stellen,, wat ten slotte zeer ‘ten nadeële van
‘den dienst zal udtloopen. ‘

Zoo komen’ we: tot’ de relatieve cijfers. Daaruit’

1•
ii Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

ffm

blijkt met ôGn oogopslag’, dat
in geen enkel geval vol-

gens cle drie bezolcligingsbesluiten ook maar één cate-

jorie
aan
de vcrhooçjingder kosten ‘van hel leven is

aange past geweest,
zelfs niet de ambtenaar met drie

k,i ide.ren; slechts cle vaste knecht, die geen ambtenaar,
maar Werkmiin is, maakt een uitzon’dei&ng; zelfs de

bode is ac’hte.rgohleven. Rekent coen deze beide be-
1,rekki ogen. niel; mede, aan is ‘het het slechtst geste] (1

niet den commies, ‘liet best met den klerk. Opvallend
is het feit, hoe onregelmatig eerst.’de veihooging van

1 920, daarn,a de verlaging vah 1.925 van den iaaigsten
tot den hoogsten rang is toegepast, daling van klerk

tot •commies, daarna stijging tot :i’eferendaris, dan

weder daling.

Het meest opvallend is echter nog de verslechterde )osi tie van den ongehuwde in vengeii,j:king met di
van den gelcuv’de met cliie kinderen en dat voo.t’a.l wat betreft het nieuw’e maximnrn-nalar.i.s, dat voor

hem zooveel lager is. I:T.ie.r’door ontstaat ccii zoo groot
verschil tnsscihen twee ambtenaren, die hetzelfde werk
doen, maar niet denzeifden burgerlijken staat hebben,
dat men niet eens mccc van loon naar behoefte mag

spruken, maar veeleer nar een straf op het ongehuwd
blijven moet denken. Percentages ‘van verhoogi ig van 311, 28, zelfs 20 tegenover een gi’ootere duurte van 80
zijn ontstellend, zelfs als men’ rekent, dat de duurte
op ongoh uwc1en mi der zwaar drinkt clan op gezinnen.
‘.l.’al van ongehuwden hebben zich dan ook sterk moe-
ten verminderen; of dat aan hun ijver ‘ten goede komt,

is de vraag.
Geheel zuiver is deze beoo.t’cleeling der cijfers echter
niet; hierover in liet volgende ci uinimei’.

(slot volgt).

VAN ZANTEN.

EENIGE J3ESOi-IOU W1NOEN OVER KOLEN

iN 10
2
4.

Een medewerker schrijft ons:

Het jaar :1.924 is Voor dan lcolanhiandel iii ons land
ccii jaar geweest van rusti ge oci twi.kkeli ng. Voor het
eerst toch sinds liet u.i4bralceii van den oorlog is de
handel weer in de banen geraakt, clie hij noode had
verlaten, in zoeverre, dat de behoefte aan kolen in
Nederland in dat jaar voor liet eerst weer gedeict kon
worden in hoofdzaak door productie uit eigen bodem

eti door aanicoopen op de Westfaalsohe markt.

Kolen van Westfaalshen oorsprong begonneriin
October 1923 in ruimere mate te komen dan men tot’
dusver gewend was. Nadat ria Duitsohe mijnibestuzen
zi.ch met het ‘toen nog Fransohe Bestuur verstaan
hadden, nam de productie ridnde.rwijze toe en toen.
ook ‘de transportmoJijklieden, aldaar door ruimere
bescih.ilabaarstel.li.ng
van wagons wal.-en. overwonnen,
begonnen ‘beg:in 1924 de Weatfaalsohe keien z66 rijIce-
lijk te komen, dat welhaast ‘de Engeisohe verdrongen
werden, die sindsdien nog slechts in onbeteokenende
mate aangevoeicl worden. Wel is di-t een geweldige
verandering in een z66 Icort tijdsbestek. Immers tot
een. heel stuk ii:t 1923 was liet normaal, dat 80/85 pOt_
van alle kolen, die Nederland, behalve de itt eigen bo-
deni gov’onde:ne, consuimeei’cïe,
JVarj
overzee werden
aai:i.gevoerd. Terstond na den oorlog uitsluitend van
Amerika en later deels daar vandaan en deels van het
Vei’eenigde 1(on’inkrik en zelfs van Zuid-Afrilca, ja
zelfs van Sritsbergen. Dat gansehe beeld is binnen
enkele maanden veranderd en thans gaat liet weer
geheel als v66r den oorlog geschiedde, nl. per schip-
‘aim de Ruhr naar de ,,natte” Plaatsen in Nederland.
De ,,droge” ontvangen nog per wagon en . dan niet alleen van Westfaier, doch ook van Zuid-Limburg,
terwijl
you
edigheidshaive dient gezegd, dat latstge-
noemde soort ook per wagon in contrac,tti’einea naar de ,,natte” plaatsen gaat. Dit zal wel zoo blijven zoo-
lang’ het Maas_Taalkanaal
onvoitooid is.

Werpen wij thans een blik op de om ons liggende
P1’Oducbielandlen. Allereerst Engeland en Wales. Wij
bei’iuclen, dat de productie er over’liet afge.locpen

jaar heeft bedragen ca. 269 millioen tons en dat de

prijzen er ‘de eerste drie maanden vast geweest .zijn.

, De gemicldeh de f.o.b,-prijs vooi Britsche uitivoerlcolen,
. die in April 1924 nog 25/- per ton beliep, bedroeg

over dat jaar ca. 1/9 cl. nuinder dait Over 1923, doch
-ca. 1/- meer dan over 1922, toen de J’ijzing, die ‘dooi

liet lijdelijk verzet in cle Ruhr zou worden voroor-

zaakt, nog beginnen moest. De laagste ‘stand in. 1923
was in Mei, nl. 21/0. Anthraciet in Swarnsea circu-

leerde van 40/- tot 53/9 en verliet liet jaar 1994′ met

47/- f.o.b.

In 1913 bedroeg de ,,average pit labour” 6/10Y2 pci

ton, in Juni 1924 was het 13/1
it
1 En dan te beden-

ken, dat in Juni as. het loonvraagstuk in Engeland

weer aan de orde komt, dat wel niet zal verdwijnen
dan na strijd, tenzij een verhoogi lig zou w’oiden toe-
gestaan, wat een economische onmogelijkheid is. Al-
leen in Du;rha,rn en Northumberland zijn ca. 10 mij-
nen stilgelegd, terwijl er in het geheele Vereenigde

– Koninkrijk ea. 200.000 mijnwerkers werkloos zijn. De
tegenwoordige bonen in En’geiand en Wales bedra-

gén nog steeds ongeveer
1
1
5
meer dart die van de West-:faalsclie mijnwerkers, on,geacbt de loensi’ei’h.00gin.g

‘anm en. 9 pOt., die de laatsten zich langs den weg
van arbitrage onlangs rzagen toegewezen.

in Belgiö, dat zijn vooroorlogsehe productie lang

geleden bereikte, zoekt men evenzeer nâar nieuwe
afzetgebieden als in cle andere kolenprodueeeren’de
landen het geval is. Ook daar een veelheid van indus-
ti’ie- en huisbrandikolen, die ‘men vSSr enkele jaren
onmogelijk gewaancl had.

De Vereenigcle Staten van Noord-Amerika geven
hetzelfde beeld te zien. Men weet er geen rand niet,
dc enorme productie va.n 1.0-11 millioen ton’s kolen,
z.g. harde en zachte
_L
per week. Het merkwaardige
in de groote Republiek is, ‘dat men er met z’n
110.000.000 menschen meer kolen verbmuilct dan
Europa met zijn 420.000.000 meuschen. Ook Amrika
is er -ahdoor op uit zich doo:r uitvoer wat lucht te.
verschaffen. Ten dccie is dat tijdelijk gelukt, vooi’al naar Zuid-Amerika, doch niettegenstaande de kolen
er f.o.b. tidewater lager geprijsd zijn’ dan in Oardiff

en Newcaktle-on-Tyne, heef t men het toch tegen En-
geland moeten afleggen, dat lagere
v
rach,ten voor zijn
Icolen Icani. bedingen, doordat zij cc schepen ebnstant
naar de Plata Rivier hebben te varen om er graan

te halen en daar liet meestal de thuisreis is, die cle
rondreis moet goedmaken, word t de uitgaande kolen-
lading al genomen, indien liet den reeders maar iets
minder onvoordeeii’g uitkomt’ darm in ballast te loo-
pen. Ook in cle Midclallandsoh’e Zee is Amerika bezig’
terrein te verliezen en naar West-Europa
is
het sinds
begin 1923 heelemaal uit.

Frankrijk produceerde in 1923 38it miih’ioen ton
kolen en in 1.924 mt. 45 millioen ton. Ook daar een
groote vooruitgang, waardöor liet land minderafhari-.
kelijik wordt van Engeis’che kolen en Duiitshe ,,i’epa-
rat’ie”-4eolen.

In Dui’tscMand is :de koldnwinciing, sinds de voor-loopige dplossing
van de politieke moeilijkheden, met
groote schreden vooruitgegaan. De proclui-tie bedroeg
over 1924 118 millioen tons, ri’iettegeiistaande er de
laatste maanden 40 pOt. ,,Einsehriin.kung” is. Dat
land heeft een goede Icans in 1925 zijn cijfers van de
1.913-productie te’ bereiken. De blootlegging Vai:i
nieuwe velden gaat gestadig haar gang met l:met doel
voor de verloren gegane kolengebieden een compen-
satie te vinden. Ook is men de voo:roorlogsclie pro-

ductie, resp. fabrica,tié van bruinkolen..reeds niet
100 pOt. voo:rbijgestrefd. Alles wijst er op, dat er
een steeds g”roote.r worden d percelntage aan steenko-

len en steenkolnp:oducten voor wi,tvoer besc]n’kbaar
zal komen, waaraan een groote vraag voor indus-
ti’ieele doeleinden in liet eigen land verm.oeclelijik .nt’ict
heel veel veranderen zal. Eer’stens worden er de be-
drijven, die electrisch gedre’ea wôrden; steeds tal-rijker – wat kolen besparing betealcetit – dan, vi nt

120

ECONQMISCH-STATITISCHE ÈERICHTEN

11
Februari 1925

het gebruik van waterkracht ook daar te lande baan-

cloweg nieuwe aanhangers en verder is het gebruik

‘aii bruinicolen, waarvan de productie over 1924 124

milFioen ton bedragen heeft, er met bijna 250 pOt.
togenomen. Wanneer verder in het oog gehouden

wordt, dat de zeifkosten per geproduceerde toh kolen

in Duitschland slechts ca. 20 pOt. meer bedragen dan
in 1913, terwijl dit nadeeli.ge
verschil in Engeland

nog bijna 70 pOt. bedraagt, dan zal men gereedelijk

toegeven, dat Duitse.hland groote mogelijkheden be-

zit zijn kolenëxpo.rt nog onbepaald uit te zetten. Op

het oogeniblik is het doende weer alle markten binnen

te dringen, waar het tot 1914 geregeld verscheen en

zelfs geheel nieuwe er bij te winnen.Tot deze her-

overing is het zoo”‘eel beter toegerust dan Engeland

wanneer men weet, dat de totale kosten per gepro-

duceerde ton kolen in Duitschland slechts een klei-
nighoid meer bedragen clan cle zelfkosten aan arbeids-

loon alleen in Engeland, die 13/- beloopen.

Deze overwegingen leiden als vanzelf er toe even

stil te staan bij cle besluiten, clie indertijd de Vredes-

conferentie te Parijs genomen hoeft – vermoedelijk
onder leiding van Lioyd G-eorge – ten aanzien van

de door Duitschla.nd in natura te stellen vergoedin-

gen, waaronder kolen, de z.g. reparatiekolen, de eer-

sio plaats inn enren. Als dat besluit nog genomen

moest worden, zou het hoogstwaarschijnlijk niet ge-
nomeii worden. De Engelsche Regeering zou, dunkt

ons, overwegende bezwaren hsbben. De besluiten,

waarbij Frankrijk, België nu Italië jaarlijks elk zoo-

reie millioe.aen tonnen kolen op reparatie-rekening
door- Wostfalen geleverd ktij:gen – ju’iste.r gezegd,

onder de tegenwoordige omstandigheden, te ontvan-

gen hebben zijn bepaald fnuikend S’oor de Brit-

sche kolenindustrie, die v66r den oorlog reusachtige
hoeveelheden naar Frankrijk en Italië zond. Op grond
van de hierboven over Engeland gegeven cijfers is

het begrijpelijk hoezeer een kwantum van, vele mil-

jioerien tonnen productie meer of rninder voor cle

mijnindustrie meetelt. Ze zou er heel wat minder

slecht aan toe zijh dan thans het geval is, indien de
verplichte levering aan Duitsche zijde er niet ware.
Van ‘den anderen kant is het wel niet te g’ewaagd te
oiiderstellen, dat die groo’te ,,klandisie” van Beigië,
Frankrijk en Italië aan de Duitsche koleriindustrie
hoogst welkom is; aangenomen dan, dat DuitschlancF

zonder die betaling in natura een overeenkomstig be-
drag aan goud méér zou hebben te betalen gehad. Hieruit ziet mdn al weer, dat de politici ni.et
alles

kunnen regelen. Ongetwijfeld’ zijn er in Versailles
knappe koppen genoeg aan het werk geweest en ook
heeft men er zijn tijd wel voor genomen, dtooh, ge1jjk
alle menschenwerk, is ook hun werk’ niet volkomen

geweest.

Ten slotte nog iets over de ,,kolenpositie” in ons land. Allereerst dan, dat de productie van de Lirn-
burgsche mijnen ongeveer het dubbele bedraagt van
wat ze was toen de oorlog uitbrak. Onze inclustiieeleu,
:reeders en allen, die voor hun bedrijf kolen gebrui-
ken, zijn wel in een begeerlijke positie. Ze behoeven

maar een simpel ‘krabbelitje rond te sturen aan dc
vele firma’, die zich in den koien’han.clel bewegen, en
onmiddellijk vliegen de offerten hun lca’ntoor binnen.,

de Smne al verloklcender dan de andere! Ja, zelfs clie
kleine moeite behoeven onze lcolenveubruiker.s zich
niet eens te geven. De handelaars, die elkaar in dit

land een concurrentie aandoen, die voor ve]en hunner
op den duur onhoudbaar moet zijn, gaan eenvoudig
den boer op om hun waar kwijt te raken. De verbrui-
ker kan ze rustig op zich af laten komen, glimlacht
oh speelt ze allen

tegen elkaar uit. Tempora mutan-

tur! Niet langer. 4an 4 of 5 jaar is het geleden, dal
dezelfde verbruikers n.a dagen waehtens en dikwerf
niet dan na een reis naar Den Haag met strijkages,
gelukkig waren zich een fractie •te zien toegewezen
van hun zoozeer begeerde kolen en dan nog dikwijls
– wât voor kolen…. –

Voor dkt alles kan de Nederlandsche kolenverbrui-

her dank weten aan de Westfaalsche mijnbesturen, die
goed hebben gevonden verdeeld te b]ijven voor vat
betreft den afzet in Nederland en die thans door ver-

schillende verkoopsorganisaties hunne producten hier

laten verkoopen. Moge derhalve de ,,koienpositie”

voor den handelaar in ons land fnuilcend zijn, voor
den afnemer is ze voortreffelijk.

HET LATERAA.TJ KANAAL MAASTRICHT-

MAASBËA CHT.

Een aantal artikelen is de laatste maanden in dit

blad verschenen over de scheepvaartwegen in Lim-

burg, waarin, vooral cle heeren Ir. A. Plato en Jhr.

Mr. P. Elias de rentabiliteit dier waterwegen heb-
ben behandeld. Duidelijk blijkt uit hun beschouwin-

gen, dat van verschillende der factoren, die het

vraagstuk heheerschen, het gewicht slechts bij be-

nadering is vast te stellen en sommige lang ‘niet
onbelangrijke worden weliswaar genoemd, doch hij

de berekening verder niet in acht genomen., juist

omdat hun waarde niet met eeni.ge zekerheid is te
bepalen. Het is geen wonder, dat zulke here]cenin-

gen tot ui;teen]oopende conclusies leiden, te meer

waar de heer Ehias als chef van den Dienst van J:ia.n-
deiszaken en Goederentarieven bij cle Nederlaeidschic
Spoorwegen de zaak misschien wrel. wat te ‘zeer van

het standp’unt der spoorwegen bekijkt. Hijzelf sluit
die mogelijkheid niet uit en. verklaart haar door toe

te geven, dat het bloed nu eenmaal kruipt waar het

niet gaan kan. Ditzelfde standpunt herkent men

ook .in de passage van, het eerste verslag der Opm-

missie-Patijn, welke eindigt met de woorden: ,,Wij
,,stellen, en’s voo,r bij een volgend rapport, waarin
,,o.m. -de scheep’vaartwegeri zullen worden behandeld;
,,op dit punt terug te komen, maar mogen thans

,,reeds ernstig in, “overweging geven, ook in ‘het he-

,,lang van de bestrijding der spo.orwegtekorten, niet
,,tot den vercleren aanleg van vervoerwogen. over te

,,gaan of den in ‘beginsel besloten aanleg cloo.r te
,,zetten, ‘voordat een nauwkeurig onderzoe]c naar dop

,,financieelen en economi’schen grondslag is inge-
,,stcld.” De heer Bongaerts, lid der Oommissie, kon
zich blijkens liet verslag met deze uitspraak niet
vereenigen.
Waar dus blijkbaar, vooral, niet liet oo
ei)
de finan-
dccle toekomst dor spoorwegen bwjjfei bestaat aan
‘de wenschehijkheid van verdere ontwikkeling van het
Nederlandsehe net
TetL
waterwegen, welke twijfel.
zich vooral richt naar de. waterwegen in Limburg en
het vraagstuk der rentabiliteit daarbij een rol speelt,
is het zaak zich rekenschap .te geven van een zoo
groot m.ogelijk aantal der factoren, velke het vraag-

stuk heheerschen. Het onderwerp is door de hoeren
Piate en Elias niet uitgeput en daarbij, voor ons
land van zoo g.roote beteokenis, dat er alle aanlei-
ding bestaat, de beschouwingen. voort te zetten.
In. do eerste plaats dan kan de bloote financieele
re.ntabiliteits-berdkening niet de eeni.ge basis zijn
voor ‘de beantwoording der vraag, of de aanleg det
Limburgsche waterwegen met kracht moet worden.

voortgezet of maar liever behoorde te worden ge-
staakt. Een aantal gronden immers, op welke het
spoedigo afwerken der plannen wordt bepleit, kan
in zu].k een berekening niet worden. opgenomen, om-
dat haar waarde nu eenmaal niet onder cijfers i:c,
brengen valt. Di.t neemt echter nieF weg, dat zij van
groot gewicht zijn en eenige van die gronden zi,jr.
reeds dooz den heer Plato genoemd. Ik zou daaraan
in de eerste plaats nog willen toevoegen het natio-
nale belang om Limbuig nader te brengen ,tot het
overige Nederland en de Limburg’scho bevolking te
toonen, dat de rest van. Nederland er wat voor over
heeft om ‘haar economisch nauwer aan zich te ver-.
binden.
Voor de overheid bestaat in den tegenvoordigen
tij’d alle aanleiding om de wenscielijkheid van nieu-

Ii Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

.

121

we uitgaven nauwkeurig te overwegen en het zal
wei voornamelijk deze omstandigheid zijn, clie velen

er toe brengt, werken als de Limburgsche waterwe-

gen slechts te. willen zien uitgevoerd, wanneer daar-
VaJ de rentabiliteit in cijfers kan worden bewezen.

Het komt mij voor, dat men hierin v9orai niet te
ver moet gaan. De heer Plate acht het nagaan der

rentabiliteit zeer wenschelijk en hij verwijst naar de
Zuiderzeewerkdn, waarvoor aan zulke berekeningen
groote moeite is besteed. De vergelijking gaat echter

mank, want de gedeeltelijke drooglegging der Zuider-

zee was in haar ongekenden omvang een onderne-
ming, welker resultaat niet aan vroegere ervaringen
viel te toetsen. Zij had bovendien haar rechtvaardi-

ging vooral te vinden in het te verwerven object

zelve, namelijk den drooggelegden grond, terwijl een
waterweg slechts is een middel tot het te bereiken
doel. Het doel is hier, mogelijkheid tot verdere ont-
wikkeling te verschaffen aan een landstrenk, welke

slechts het tot stand te brengen werk ontbeert om
bij te dragen tot verhooging van heb welvaartspeil
van het land en uitbreiding van het verkeer in onze

zeehavens. Sommigen betwijfelen, of met zekerheid
gerekend kan worden op ontwikkelin.g van een be-

langrijike industrie in Zuid-Liuiburg, wanneer de
waterweg gereed zal
zijn.
De kans daarop mag echter

zeker niet uit het oog worden verloren en lieeft juist

nu groo.te waarde, naarmate uitbreiding der Necler-
landsche industrie met vermeerdering der werkge-
legeniieid voor de toenemende bevolking zoozeer in
de lijn ligt van onze ontwikkeling als natie.

Wil men voor den Limurgschen waterweg, on-
danks de noodzakelijke onvoliedigiheid en de onze-
kerheid van verschillende belangrijke factoren, toch
een rentabiliteits-berekening opzetten, dan meen ik,
dat de daarbij door den heer Plate gevolgde methode
voor dit geval niet de meest geschikte is. Zij mag
overeenkomen met de wijze,vaarop men gewoonlijk

nagaat, of de aanleg van een kanaal economisch ge-
rechtvaardigid is en aanbeveling verdient, doch het

gaat er nu voornamelijk om, of de staat als aanlegger
van het kanaal tegenover zijn uitgaven op daarmee
overeenkomende inkomsten kan rekenen.

In de eerste plaats gaat bovendien de heer Plate uit van de kosten van den geheelen waterweg van
Maastricht tot de Waal. Men dient echter niet te
vergeten, dat de discussie voornamelijk begonnen is
over de vraag,’of uitvoering van het Zuidelijk ge-
deelte der werken, liet lateraal kanaal langs de Maas
van Maasbracht tot Borgharen met bijbehoorende
wer.ke.n als de kolenhaven te Bom, havenaansluiting
to Maastricht, kanalisatie der Maas van St. Pieter tot Borgharen en’z., niet liever achterwege moest
blijven. De Noordelijke werken, beattande uit de
voorloopige haven te Maasbracjht, kanalisatie der

Maas van Maasbracht tot nabij Grave, het kanaal
Wessem—Nederweert en het kanaal van het geka-
naliseerde M.aasgedeelte naar de Waal zijn . in uit-
voering. Daaraan zijn reeds zulke groote sommen be-
steed en de uit,voerin.g is reeds zoo ver gevorderd,
dat afwerken onvermijdelijk is. Ten opzichte ian deze
werken kan rentabiliteit nog slechts ter sprake
komen, wanneer men, wil betoogen, dat deze uitge-
sloten is, zoolang hun natuurlijk compiemen’t, het
lateraal kanaal, niet wordt aangelegd. Bij het be-
antwoorden der vraag, of aanleg, van dit kanaal wel
doo:r de kans op rentabiliteit wordt gerechtvaardigd,
kan dus slechts sprake zijn van de aanlegkosten van
het lateraal kanaal zelve met uitsluiting van de
Noordelijke werken. Deze kosten zijn eenige jaren

geleden, in den duren tij’d, belangrijk boven de 30
millioen gulden geraamd, doch tegenwoordig is 30
millioen reeds een booge raming. Neemt men echter
dit bedrag aan, dan brengt dat volgens de methode
vad den heer Plate een jaarlij.ksche uitgaaf met zich
van 1,8 millioen voor rente, aflossing, onderhoud etc.

De heer Plate slaat deze ja’arlijksche uitgaaf (die
hij trouwens wegens den, door hem gesteldn eisch,

dat de geheele 72 miihioen der totale werken in aan-
merking moeten worden genomen, op 4,32 millioen

stelt) om over het te verwachten vervoer -en laat

haar dus een deel van de vervoerkosten uitmaken.
Daarmede wordt dan nagegaan, of de kosten van dcii
waterweg liet vervoer misschien te duur maken, doch
de vervoerder of de ‘belanghebbende bij de te vervoe-

ren goederen is niet degene, ‘die den. aanleg van den waterweg heeft betaald en betaalt oo’k niet aan hem,

die dat wel heeft gedaan, dan staat, een gedeelte der

vervoerkosten, overeenkome’nde met het op het ver-

voer dru.kkende bedrag aan rente en aflossing van

het kapitaal cii onderhoudskosten.

Al komt dus de heer Plate tot de conclusie, dat

de aanlegkosten liet vervoer, waarop ze drukken, niet

te duur maken., voor dengene, die den aanleg be-
taalt, den belastingbetaler, is dat slechts een schrale
troost. Uit algemeen economisch oogpunt beschouwd

moge de redeneering van den heer Plate juist zijn,
zij heeft geen invloed op het standpunt ben opzichte

van de rentabiliteit, dat de staat zou innemen, die

het kanaal betaalt en de jaarljkschè kosten heeft te

dragen. Zij zou zelfs, al is’ ‘dat niet de bedoeling

van den heer Plate, kunnen leiden tot de conclusie,
dat de aanleg van den waterweg slechts zal dienen
het gewestelijk belang van Limburg en het belang
van de mijnindustrie en eenige andere locale takken
van bedrijf; dat het voordeel, dat deze daaruit ver-krijgen, wel de kosten dekt, doch dat de belasting-
betaler van geheel Nederland daarbij ten behoeve
va.n enkelen het loodje legt. Die conclusie nu is nu-
gewenscht, omdat zij weder de vraag zou openen, of
voor groote werken van zoo gewestelijk in plaats van
nationaal’ belang wel de staat de geheele kosten op
zich behoort ‘te nemen. Het is juist zaak, het natio-
nale belang van den aanleg dezer waterwegen aan te
toonen, al zal dan daarnaast als welkom cloel.i bij-
Icomstig gevolg, ook Limburg van de uitvoering pro-
fiteeren. Tevens diett aannemelijk te worden ge-
maakt, dat de staat als zoodanig in de voordeelen,
welke de waterweg hem aanbrengt, de dekking der
kosten zal vinden en niet, dat enkelingen daardoor
voordeelen verkrijgen, welke overeenkomen met de
door den aanleg veroorzaakte staatsui.Vgaven.
Dit aan, te toonen nu, is zeer ,goed mogelijk.
Wel is het juist, dat van de Limibur.gsche kolen-
mijnen tusschen 1930 en 1940 een jaarproductie van
10 millioen ton wordt verwacht, doch bij die ver-
wachting is als basis het tot stand komen van den
geheelen waterweg tot St. Pieter aangenomen. Afzet van deze geheele ‘hoeveelheid naar de gebieden, die
tegenwoordig als afnemer van Limburgsche kolen
optreden, wordt niet
waarschijnlijk
geacht en men
neemt het totaal van 10 millioen slechts aan, indien
nieuwe gebieden voor dien afzet worden geopend.
Uitvoer te water en over zee ‘zullen deze nieuwe ge-
bieden bereikbaar moeten maken. Als bunkerkolen
in de Nederlandsche en eventueel Belgische havens
en voor uitvoer naar kolenstations en overzeesche
landen als Zuid-Amerika zullen in concurrentie met
Engelsohe en Duitsche kolen 2 millioen ton van de verwachte 10 millioen plaatsing moeten vinden en
zonder den waterweg is dat niet mogelijk. Deze zal
dus een meerdere productie van 2 millioen ton kolen
met zich brengen. Voor den staat beteeken’t dat een
jaarljksch inkomen van 1,2 millioen gulden ‘uit mijn-
rechten, divide’ndbelasting, toename der grondbelas-
ting enz. terwijl tevens de staat als grootste onder-
nemer in de Limburgsche mijnindustrie nog zijn in-
komen zou zien toenemen. Verder kost een ton kolen
ongeveer
f 6
aan arbeidsloon en bij een gemiddelde
Rijks’belasting daarover van ‘ ongeveer 5 pOt. ont-
vangt de staat dus van heb arbeidsloon over deze
2 mil]ioen ton jaarlijks ongeveer
f 600.000
aan be-
lasting. Dat de mogelijkheid, jaarljkg 2 millioen ton
meer kolen te produceeren, de werkgelegenheid ver-
ruimt en de werklo’osheidszorg verlicht, is bovendien

r

122

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1 1 Februari 1925

oèn welkom voordeel voor den staat. Ook brengt de

uitvoer over Rotterdam, waar voor van de 2 mill.i.oen

ton, nadat daarvan zijn afgetrokken ‘de waarschijnlijk
haar weg over Antuerpen. te nemen en cle voor bun.-

kerkoien te gebruiken hoeveelheden, 1 millioen ton
overblijft, vermeerdering met zich van inkomsten uit

loodegelden. Ook mag worden gedacht aan de hayen-
gelden, welke
in
de haven van Born kunnen worden
geheven. Niet slechts kan daarbij worden gerekend
op den afvoer van kolen, doch ook op den aanvoo.r
van de goederen, welke de mijnen voor haar bedrijf

noodig hebben, en die voor iedere ton koleriproductic
op
i/j5
ton mag worden aangenomen. Daar tevens
de haven van Bor.n toch ook voor ander verkeer dan’
dat der mijnen zal worden gebruikt, mag op een om-
zet van 2Y2 millioen ton wel worden gerekend, wat
bij; een havengeld van bijFvoorbeeld 2 cent per ton
een opbrengst ‘voor den staat van
f
50.000 per jaar
beteekent. Verschillende inkomsten van dezen aard
zijn nog aan te
wijzen,
doch reeds de sooeven genoem-
de bedragen zijn voldoende oni de jaariij.ksc.he kosteti.
voor rente, aflossing, onderhoud ete. van het lateraal

kanaal met toebehooren te ‘dekken. Op door somini-
gen gevreesde ‘verlieren- voor de spoorwegen, die daar

tegenover zouden staan, kom ik straks terug.

Naast ccii financieel onderzoek acht de Commissie-
Patijn een nauwkeurig onderzoek van den economi-
schen grondslag gewetischt. Vooral tot dit laatste
gebied behooren grootendeels de ‘berekeningen van

den heer Piate. in zijn berekening der vervoerkosten

te w’a,ter nam hij 81 cent per ton op voor rente en
aflossing
,
en onderIwaclskos’ten van dec waterweg,
rat mij om bovenstaande redenen onjuist voorkomt.
Na aftrek van die 81 cent kan dus de conclusie van
het betoog van den heer Plato nog veel overtuigen-

der luiden ten. gunste van de volledige uitvoering
der werken. Voor de scheepsvracht kan als basis vo1-stiih11 wôrden, zooai’s de heer Piate deed, met de be-
kende ggevens uit de Rijnvaart. De tegenwoordige

vi’achteii naar Maastricht kunnen daarbij buiten be-

scliouwing blijven, drndat deze vaart wegens de be-
zwaarlijke vaart op de Zuid-Willemsvaart, en do ‘ge-
,nine ca.pacitei.1 van dien waterweg met geheel andere

schepen wordt gedreven dan voor den groeten wa-
terweg, geschikt van zee tot Born voor schepen vwn, 2000 ton en. van BoYn tot Maastricht van 1000 ton,

zullen. worden gebruikt, evenals op den Rijru het
geval is. • –

Dat

de heer Plate uitging van een vervoer langs
dien waterweg van
5
mili ioeni ton kolen en in mijn
betoog hiorboven slechts sprake was van 2 millioen
ton, maalt, nu de k
os
te
n
voor rente, aflossing en
onderhoud bij de vervoerkosten worden ui tgescha-
ked, geen verschil. Ik wil echter niet nalaten op te
merken, dat die 2 naillioen ton slechts te ‘beschou-
ven zijn als een. zeker te verwachten m.’inimu,m. Voor
het vervoer van kolen naar een gedeelte van Neder-
land zal bovendien de waterweg wegens de lagere
vracht de voorkeur gaan verdienen boven spoorver-
zending. Daar hierdoor de prijs, waarvoor de kolen
ccii’ cle plaats van verbruik kunnen worden geleverd,
dus wordt verlaagd, zal de afzetmogelijkheid der Ne-
derlandsche kolen kunnen toeoemen in den concur-
– ren’tiestrij’d met lcoien van andere herkomst en de

toename cl er Li niiburgsche kolenproducti e worden
vergemakkelijkt. Ook hierin ligt weder een finan-
c’i,eel’ voordeel voor deu staat, evenals een econo-
misch voordeel voor het Ne’derland.sche bedrijfsleven.

Talrijk zijn verder de punten, waarop volgens den
èconomischen grondslag, gewerisaht door de Oom-
missie-Patijn, de aanleg van het lateraal kanaal aan-
beveling verdient; Uitvoerig worden zij behandeld
in. een adres, dat cie Kamer van Koophandel en Pa-
bni.eken te Rotterdam in Februari 1924 heeft ge-
richt tot . .de I,Iegeerin.g en in het Rapport, uitge-
bracht ,in Mei 1924 door de Oommissie onder voor-
zitterschap van Prof. Mr. G. W. J. Bruin.s, w’etke

ter bestu.deering van liet vraagstuk der Li’nrburgsche
waterwegen. was i:i’igesteld door het Hoofdbestuur van

de Necierlandsche Maatschappij van Nijrve’rheid en

I-J,anicleL Bei’de kwamen tot de conclusie, dat ‘soedige
aanleg van, het lateraal kanaal âanbeveling verdient

op economische gronden en uit een oogpunt van na-

tionaal belang. Sommige der in deze stukken behan-

delde onderwerpen worden oo]c door ‘den heer Plate
aangevoerd, doch i’n cijfers iii t te drukken zijn ver-

schi Ilende der verwachte ecori omische voordeel en
met. Tie
schat bijvoorbeeld reeds nu den omvang
van het verkeer, dat zich uit cle Belgische industrie-

‘gebieden over den uieuweu waterweg zal bewogen

en waarvan zelcer naast Antwerpen ook Nederland-
sche havens haar aandeel zuilen krijgen. Hoe valt

niet eenige zekerheid de ontwikkeling te berekenen.
,van cle industrie in Zuid-Limburg, ‘welke nu wordt
tegengehouden door liet ontbreken van een verbin.-

dingsweg naar zee, die ‘goedicooper vervoer mogelijk
maakt dan de spoorweg naar Antwerpen. Qp dezen

aan- en afvoerweg is Zuid-Limburg goeddeels aange-
.
eze
n
zoolang de Zi,uid-Willems’vaart met haar onvoi-
doende capaciteit de eenige waterverbinding met het

Noorden vormt, zoodat dit’ gedeelte van. ons land reeds
lang niet meer hlioort tot het achterland ‘onzer
havens, welke toch reeds van alle zijden door con-

curreerende havens niet invallen in dat achterland
worden’ bedreigd.

Zeke:r zal oolc de reritabiliteitsrekening van het
lateraal Icanaal, en dus cie staat,, daarvan, alsook van de vele andere economische voordeelen, een gu nsti –
gen invloed o n dervi’.n den.

De nadeelen, welke cle heer El ias en blijkbaar de Oommissie-Patiin van de voltooiing van den aanleg

vo’o.n de spoorwegen verwachten, lijken mij overcl re-
von In de eerste plaats is een gedeelte van de toe-
name der Limbu.:rgsche kolenproductie slechts mo-
gelijk door nudclel vn’ den waterweg. Zonder den

waterweg zou de spoorweg dus ‘diie hoeveelheid toch
niet te vervoeren krijgen. Ook zonder d’ie twee mii-

lioen ton, echter beteekent de verwachte uitbreiding

der productie nog een toename met 60 pOt., waar-

van voor de spoorwegen, ondanks den waterweg, een
vermeerdering van het door hen te vervoeren ge-
deelte kan worden verivacht. De toename der protduc-

tie toch zal in versc’hiflnde gevallen tot verlaging
der producitiekosten leiden en tot uitbreiding dier af-
zetmogelijkheicl, ook in dat gedeelte van Nederland,
dat door dien spoorweg zijn kolen betrekt. Bovendien
zullen toch nauwelijks verdedigers
te
vinden zijn voor’
het stancipu.nt, dat de aanleg van een vervoerweg, die cle vervoerkosten verlaagt en in verschillende opzich-
ten bijdraagt tot verhooging der welvaart van het
land, achterwege moet blijven, omdat cle spoorwegen
daarvan nadeel zouden kunnen ondervinden. Het ar-
gument, dat de staat de verliezen der spoorwegen heeft
te dragen, heeft slechts weinig waarde, omdat daar- –
tegenover staat het voordeel, dat de staat pirt uit ver-
meerdering der welvaart.

Om reeds vermelde redenen heb ik slechts dien
aanleg van het lateraal kanaal Maasbracih.t—Maas-
tricht bes’proken en de Noordelijke werken heb ik
slechts terloops vermeld. Wie deze in een onderzoek
van rentabiliteit en economische voordeelen wensc’ht
te betrekken, zal dat onderzoek moeten uitbreiden
ver buiten de sfeer, der Limhu,rgsche kolen en de
ontwikkeling van Zu:id-Limburg. De mogelijkheden,
die Venlo en Roermond bieden als everlaadhavens,
de ontwikkeling van Oostelijk en centraal Noord-
l3rabant met de Peel alsmede een aantal Punten,
welke zich hij ,ndere beschouwing ongetwijfeld zul-
len. voordoen, komen daarbij in het geding, doch
voor hunne behanclol’ng is het hier niet de plaats

JAN
SCnii’niiurs.

ii Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

123

AANTEEKENINGEN.

• inclexcijfers van groofhandclsprs.i-

S 11.

Nadat het totaal indexcijfe.r dier groothan-

delsprijzeii per eind December 1924 den hoogen stand

van 4855 had bereikt, treft men in Januari 1925 een reactie aan, die genoemd cijfer op 4768 brengt,. een

daling dns van 87 punten. Deze verandering is tegen-
gesteld aan den loop der Amerikaansche prijzen wèlke

zich
gedurende Januari in opwaartsehe richting

hebben bewogen, en bevestigt
dus
de opvatting, dat

de Amerikaansohe en Engelsche prijsuiveaux waar-

schijulijk çlicihter hun verhouding van v66.r, den
oorlog zullen naderen. Behalve tarwe en meel, zijn
alle veranderingen in neerwaartsche richtiig, het-

geen volgt uit onderstaande aan ,,The Economist”
ontleende tabel, waarin alle groepen, mét uitzoridc-
ring van de eerste, een daling vertoonen.

Data
Granen
en uieeoch

Andere

d
r
t.

ngs
en ge:
nolm.

Weef-
atoffen
Dell-
stoffen

.Diver-
en:
oitgn.
h
out
,
rubier,
enz.

Totaal

A1e-
meen
marx-
cijfer

Basis (gemidd.


1901-5)
•..
500
300 500 400 500
2200
100,0

EindeJulil9l4
579
352
6164
4644
553
2565
116,6

Nov.1918
1289
7824
1848 903
13894
6212
282,6

Dec.1922
861
706
11844
705
8074
4264
193,8

Dec.1923
853
8154
13824
774
755
4580
208,2

Jan.1924
9094
8454
1349
789
769
4662
211,9

Febr.
899
859 1308
819 783
4668
212,2

Mrt.
8974
8434 13134
805
7804
4640
210,9

Apr.
904
8024
1364
788
7784
4637
210,8

Mei
912
7304
13574
753
774 4527
205,8

Juni
914
7364
1347
764.
7694
4531
205,9

Juli
9514
732
14234
777 773
4657,
211,7

Aug.
941
7444
13854
781
774
4626 210,3

Sept.
1003
7774
13954 7624 7904
4729 214,9

Oct.
10274
.7864
14424 7824 808
4847
220,3

Nov.
1009
8014
1424
797
801JI
4833
219,7

Dec.
992
7894
1452
8154
806 4855
220,7

Jan.1925
1020
763.
1404
78241

7984

47681216,7

Met uitzondering vai-i buitenlandsche en binnen-landsehe tarwe en meel, welke meritaar hooger zijn,
zijn de veranderingen in granen en vleesch gering.
Bovendien vertoonden tarweprijzen deze week reeds

een neiging tot dalen. In de tweede groep zijn alle
schommelingen in neerwaartseiho richting; de voor-niaamste is wel een sterke seizoendaling in boter. In

cle weefatoffen vond een stijging plaats van
11
pun-

ten in Egyptische katoen, doch alle overige posten
waren lager. In de delfstoffen was een sterke daling
in lood de eeni’ste verandering van beteekenis, of-
schoon ruwijzer, tin en koper ook iets lagei waren.

In de diverserigroep is de daling van 1 d. van dec
prijs van petroleum aansprakelijk voor den achter

uitgang van het totaalcijfer.
De volgende tabel geeft de wijzigingen «oor de ver-
schillende artikelen aan in vergelijking met einde
Doceniber, waarbij de gemiddelde prijs gedurende

1901-05 gelijk 50 is gesteld:

T.

+

Tarwe (btl.
136
6

+156
Katoen(Am.)
1176

66
Koper
54

2
(Eng.
103
+
96
,,

(Egypt.)
217
+11
Deifstoff.
782
-33
Meel
115
+
9
Garen
136
6

-12
Hout
Gerst
Haver
109
81
6


36
+
55
Laken
Wol (Eng.)
131
.
1845

76

55
(Baltisch)
lol &
Aardapp.
119

,,

(Austr.)
1545

45 s

3
Hout
(Amerik.)
80
Rijst
Rundvi.
11I
73

2

3
Zijde Vlas
97
161
-11

451
Leder
Petroleum
615
100
+

8
Scliapenvl.
97
-j-‘ 16
Hennep
755
Oliën
81
Varkensvl.
745

46
ute
129
Oliezaden
97
+
16
Gran. en
vi.
1.020
:Rï8
Weefstöffen
1.404
8
J
Talk
83
Thee
il
:: 6
Ruw-Ijzer
85

26
Indigo
90
Koffie
153

3
Stalen rails
.75

Soda
85
6

Rietsuiker
114
6


lJz. staven
.92
6


Rubber
19

Is
Bietsuiker.
124

35
Kolen (st.)
132

Diversen
Boter
Tabak
99
116
5
–I4
(huisbr.)
Lood
866-
155
1
-25
Totaal

A,id.’voed.
Tin

.
1025

2
..

en genofm.
763
-26′
.
..

Deze schommelingen hebben de sti,jing boven het

h’ooroorlogselie niveau doen afnemen van 89,3 tot

85,9 pOt. Deze bedroeg81,8 pOt. einde Januari 1924,

tzooals blijkt uit oriilerstaande tabel, waarin het cijfe:i’

voor Juli 1914 = 100 is gesteld.

Data
m. ,anen
en
nemen

Andere
00e-
.,
Ings-
en ge-
noim.

Weef-
otoffen
Delf-
stoffen

Dive,-
om:
. –
ollen,
hout,
rubbe,,
enZ.

Totaal

Juli

1914
100 100
100 100
100 100

December

1918..
226 222 293
186
241
236

December

1922
149
200
193 152 146
166,2

December

1923
148
231
225
167 136
178,6

Januari

1924
157
241
219
170
139
181,8

Februari

,,

..
155
244
212
176 142
182,0

Maart

,
155
240
213
173
141
181,0

April

,,
156
228
221
170
141
180,8
.

157
208
220
162 140
176,5

Juni
158
210 219
164
139
176,6
164
208
231
167
140
181,6

Mei

,
..
.

Augustus

,,
.
162
211 225
168 140 180,4
173
221

226
164
143 184,4

Juli

,
……

October
177
224
234
169 146 189,0
September

,
..

174
228
231
172 145
188,4
November

,
..
becember

,
171
224
235
175 146
189,
..
Januari

1925
176
217
228
168
144
185,1

De 1aagste stand van het totaalcijfer in 1924 was

t16,5 einde Mei. -Aan
het
einde van Januari 1924
stonden granen en vleesch op 151, andere voedings-
middeien op 241, weefstoffen op 219, delfstoffen op

70 en de diversen op 139.
Hieronder laten wij nog volgen een overzicht der
indexcijfers in eenige der voornaamste landen.

>

r
6)
r

0

0″

c
n

N

.13-
6)

Z

a
61

1913
100
100
6

100
100)
100
6
)
100
100
100
Novemb. 1918
206
358 438


367
392
214

oogs e
f
272
591
679

325
366
297
322
1Mei)
(Apr.) (Apr.)
(Jan.)
176
(Juni)
172
(Juli)
165
(Mrt.)
209
Decemb. 1921
Decemb. 1922
147
156
326 362 594 580


175
163
155
183
Decemb. 1923
151
458 577
140 183 160
154 211
januari

1924
151
495
571 137 183
161
156 211
Februari

,
152
544
573
141
180
162 158
208
Maart

,,
150
499 579
145
181
162 155
206
April

,
148
450 579
146
180
161
154
207
Mei

.
147
458
571 138 178 160 153
205
juni
145
465
566
130 173 158
151
200
juli

,
147
481
567
131
171
157
151
195
Augustus
,,
150

477
572
132 170
160
151
200
September,
149
486 580
138 169 163 158
207
October

,,
152
497
602
138 169
167
161
213
November
,,
153
503
621
141
170
167
161
214
Decemb.

,

507
640
145


160
1) Bureau of Labour.
2)
Frankfurter Zeitung. Sedert Januari 1924 ge-
baseerd op 100 artikelen in plaats van op 98.
3) Sedert 1922 gebaseerd op 48 artikelen in plaats van op 53.
t.4) Sedert October 1923: Juli 1914=100.
5)
Midden 1914.

1Tat liet cijfer voor Nederland betreft, meikt het
Centraal Bureau voor de Statistiek op, dat van de
48 artikelen., waarover het maandeiijksoh onderzoek
loopt, er 21 (met 123 punten) daalden, daarentegen
12 (met, 68 punten) stegen. Het algemen indcxcijfer

daalde met 1 punt.

Algemeen Gem. pon- IHerleid

a
m
.
index-cijfer
denkoers
algemeen
over de
index-
Economist”
afg. maand
cijfer
1914……
(
119,2

12,11

119,6
277,0

11,19

256,6
193,8

1155K

185,3
208,2

11,47

197,7
211,9

11,39

199,8
212,2

11,51

202,2 210,9

11,581

202,3

, .
210,8

11,69

204,0
205,8

11,67

. 198,8
205,9

11,55

196,9
211,7

11,52

.

201,9
Augustus
210,3

11,59

201,8
September
214,9

11,61

206,5
October
220,3

11,50

209,7
November
219,7

11,50

209,2
December
220,7

.

11,59

211,7
Januari
216,7

11,81

211,0

Februari Maart

Mei
Juni

Januari
December December December
Januari

t:

April

Juli

1918……
1922……
1923……
1924…….

195……

124

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

11 Februari 192511

Kosten van het levensonde’phoud – bij
arbeidersgezinneii. te Ansterdam.) –

liet, dezer dagen door het Bureau van Statistiek tler
0 onieeate Amsterdam gepu:bli ceende i odexcijfer va ci

de kosten van het leverisonderdiouid
van
arbeidersgezinr
nen over Deceuber 1924 hddraagt 84,6 tegen 82,5 in
September ji.,
2)
waarbij Maart 1920 op 100 is gesteld.

Voe-

ding)) Rest
4
)

Totaal

Gemiddelde weke-
Iijksche uitgave per
gezinseenheid
6)
in

1
guldens in Mrt. ’20
1f
5,56J
if 5,70I
f
11,27

Bedragen, welke p.
gezinseenheid zou-
den zijn uitgege-
ven, indien besteed
aan-hetzelfde als in
Mrt. 1920, in:
Juni

1920……..5,75k,, 5,781

11,54

3,4

1,4 102,4
Sept.

1920…. ,, 6,20

5,83

12,03

11,4

2,2 106,8
Dec.

1920… . ,,6,15

5,54

11,69

10,5 – 2,9 103,7
Maart 1921..
.. ,,
5,83

5,23k

11,06

4,8 – 8,2

98,2
Juni

1921..
.. ,,
5,88

5,08k

10,961

5,7 -10,9

97,3
Sept.

1921.. . . ,,5,43

5,07

10,50 – 2,4 _11,1

93,2
Dec.

1921…
…..5,15k 4,88k

10,04 – 7,3 -14,4

89,1
Maart 1922…. 5,24,, 4,91

10,121 – 6,3 _13,9

89,8
Juni

1922…. 4,93

4,92k

9,85_11,4 _13,7

97,4
Sept. 1922…. 4,33

4,88

9,24 _22

-14,4

81,8
Dec.

1922….4,38,, 4,94

9,30 _21,2 -14,-

82,5
Maart 1923…… 4,264 4,83

9,094 _23,4 -15,4

80,7
Juni

1923…. 4,37

4,78

9,15
-21,5
_16,2

81,2
Sept.

1923. . . . 4,344 4,784 ,, 9,13 -21,9 _16,1

81,_
Dec.

1923…. 4,584,, 4,78 » 9,364 _17,6 _16,2

83,1
Maart 1924…. 4,634 ,,4,804

9,44 _16,7 _15,8

83,8
Juni

1924. … 4,34

4,80

9,14 _22,0 -15,9

81,1
Sept.

1924…. 4,444,, 4,85

9,294_20,1 -15,-

82,5
Dec.

1924…….4,654,, 4,884 ,, 9,54 _16,4 _14,4

84,lj

liet Bureau licht de
cijfers
als volgt toe:

i1et indexcijfer der kosten van het levensonderhoud over December 1924 werd evenals vroeger berekend op grond-
slag van het verbruik, geconstateerd bij het in Maart 1920
gehouden onderzoek en van de prijzen, genoteerd in (en
ioop van eerstgenoemde maand.
Voor zoover het betrekking heeft op cl e totale kosten van
liet levensonderhoud, bechaagt dit indexcijfer over Decem-
ber, 1924 84,6 vergeleken met Maart 1920 = 100, of een
daling van 15,4 pCt. beneden het peil van Maart 1920.
Voor September 1924 bedroeg het cijfer 82,5, zoodat sedert
de vorige driemaandelijksche berekening een stijging is
waar te nemen, en wel met 2,1 op 82,5 of 2,5 pCt. Sedert
September 1920, toen de duurte het hoogste punt bereikt
had met een indexcijfer van 106,8 op cle basis van Maart
1920 = 100, is cle daling thans 20,8 pCt., tegen 22,7 pOt.
in September 1924.
Voor de voeding afzonderlijk is de daling sedert Maart
1920 in December 1924 16,4 pCt. tegen 20,1 pOt. in Sep-
tember 1924. Sedert laatstgenoemde maacl heeft zich dus
een stijging voorgedaan van 4,6 pOt.
Voor een groot gedeelte is deze stijging toe te schrijven
iiiet aan prijsverhoogingen, welke zich na September 1924
zouden hebben voorgedaan, doCh aan het feit, reeds vermeld
in de vorige publicatie, dat de in September op een aantal
artikelen geconstateerde prijsverhoogingen in het index-
cijfer over genoemde maand slechts gedeeltelijk tot uiting
kwamen, omdat deze verhoogingen eerst geleidelijk in den
loop der maand intraden en dus nog niet voor de bereke-
iiingen over de volle maand konden worden meegeteld. Deze
artikelen zijn: brood, melk, eieren, bevroren rundvleesch

) Vergel. het art, op p. 953 v. h. No. van 29 Oct. 1924.

)
Verg.
p.
961 in het nummer van 29 Oct. 1924.
Brood, beschuit, koek, grutterswaren, melk, kaas, eieren,
vleesch, visch, vetten, suiker, andere kruidenierswaren,
groenten, fruit, aardappelen.
Kleeding, schoeisel, huishuur, brandstof, gas, electri-
1

citeit, poetsartikelen, wasch, fondsgelden, verzekering, con-t
tributie, pen odieken, tabak, sigaren, dranken, instandhouding
huisraad, ontspanning, tram, diversen.
De herleiding tot gezinseenheden geschiedt aldus, dati
de man geldt voor 1, de vrouw voor 0,9, een kind in het’
eerste levensjaar voor 0,15, in het tweede voor 0,2, in het
derde voor 0,3 volwassene en zoo geleidelijk opklimmende
met 0,05 voor elk leeftijdsjaar.

en natuurboter. Thans dragen zij voorhun volle gewicht bij
in de hoogte van het indexcijfçr_en komen in de cijfers
van tabel 1 voor niet een stijging ten opzichte van de
vorige driemaandelijksche berekening, hoewel zij in het
afgeloopen kwartaal geen prijsverhoogingen hebben onder-
gaan. Met enkele andere artikelen daarentegen was dit
laatste wel het geval; bijv. met kaas, kalfsvleesh, visch,
koffie en thee (in de groep kruidenierswaren), bakolie en
spek (in de groep vetten) en voornamelijk niet aardappelen,
waarvan de stijging zOd aanzienlijk was, dat cle uitgave per
eenheid per week een vermeerdering onderging van 29Y
cent in September op 39 cent in December. i:u de groep
grutterswaren kwamen enkele onbelangrijke wijzigingen
voor (stijging van capucijners, tarwemeel, gort, vermicelli;
daling van bruine en witte boonen), die geen invloed had-
den op de cijfers. Suiker onderging een niet onbelangrijke
daling.
Zooals gewoonlijk bij de vorige driemaandelijksche bere.
keningen was ook ditmaal de verandering, die voor de voe-
ding alleen is ingetreden, grooter -dan die van het totale
in-dexcijfer, omdat van het overige gedeelte van het budget
de meeste onderdeelen geen of niet noemenswaardige wij-
zigingen hebben ondergaan. Alleen de post huishuur maakt
hierop een uitzondering. Deze post toch vertoont thans een
stijging van 59,2 püt. boven liet peil van Maart 1920,
welke stijging evenzeer het gevolg is ‘van de normale, ge-
leidelijke huurverhoogingen, als van het betrekken door
een aantal gezinnen van nieuwe, duurdere woningen. De
overige posten zijn of wel gelijk gebleven, of wel onbelang-
rijk gestegen, zooals brandstof (anthraciet), wasch, wasch-
en poetsartikelen (wasehartikelenl en huisraad (sponsen,
zeemlappen, dweilen).
Evenals vorige keeren werd ook ditmaal het indexcijfer
84,6 op de basis van Maart 1920 = 100 omgerekend op de
basis van het prijspeil gedurende de periode 1921-1913 =
100 en Maart 1920 = 213,7. liet resultaat van deze om-
rekening geeft voor December 1924 180,8, of een stijging
van 80,8 pOt. boven het peil vals vdSr den oorlog, tegen
76,3 in September 1924. Het voorbehoud, dat in de vorige publicaties tegen deze herleiding werd gemaakt, moet ook hier worden in herinnering gebracht.

Baidwin’s beschermingsvoorstellen.

– Het ligt in de bedoeling der Regeering, al-dus een
mededeeling in het officieele orgaan van •den Board
of Trade, dat alle rechten, welke ook, voorgesteld- ter-

beveiliging -van industrieën, voor een beperkten tijd

zullen worden geheven en wel krachtens een wet,
wraarin deze periode zal worden vastgelegd. Wetsont-werpen, waarbij het heffen van rehteu wordt, voor-ge-
stel-d, rzullen alleen wor-d

eu in

gediend, wanneer de

Board of Trade overtuigd is, dat zich
prima facie”

een geval, dat -voer onder-zoek in aanmerking komt,
voor-doet, een door den Boar,d o-f Trede benoemde
Corn-

missie gerapporteerd heeft, •da-t een recht moet wor-
den geheven -en Boar-d en Trea-sury het over het voor-
stel eens zijn. Ten aanzien van levensmiddelen en
dranken zullen aanvragen niet in overweging worden
genomen.

Bij et nemen

van edn ‘beslissing, of
zich ,,prsrna
facie”
een -geval, dat voor onderzoek in aanmerking
komt,

voordoet, zal -de Board of Trede in overeen-stem-
ming met de rgelen, hieronder in Afdeel-ing 1 neer-
gelegd, -handel-en.
Wanneer -de Board overtuigd is, -dat zich
,,prinsa
facie”
een -geval, -dat voor onderzoek in aanmerking
komt, voordoet, zal de door -den Boar-d benoemde
Com-
missie worden uitgenoodigd, in overeenstemming met
de algemeene regelen, in de hieronder volgende Afdee-
lirig II neergelegd, te rap-porrteren.

Afdeeling
I.
Regelen, toe te passen
door den Board of Trade.

De regel-en door den Board of Tr-ade toe te p-assen,
bij het nemen van een beslissing, of hij opdracht zal
geven tot een onderzoek, zijn de volgen-de:
1. De Board of Tr-ade moet van meening zijn, dat de industrie, welke niet betrekking to-t haar geheele
of gedeeltelijke productie -een aan-vraag om een onder-
zoek indient, redeli.j-kerwijze beschouwd kan worden
van wezenlijk belang te zijn, wegen-s het aantal arbei-
ders bij zood-anige productie werkzaam -of wegen-s den
aar-d der geproduceerde goederen.

Stijging en
daling in perc.
sedert Mrt. 20 Index-

Voe-

Rest

cijfer

100

100

100′

cli
Februari
1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE ‘BERICHTEN

125
.
11

2. De Board moet van meening zijn, dat, het op.
het’eers’te gezicht bewezen schijnt, dat de concurrentie
van vreemde invoeren in. de industrie een uitzonde-
ningskarakter ‘draagt en ‘dat uit hoofde van zoodanige.

concurrentie het aantal in ‘de productie van de, onder-

havige goederen binnen het Vereenigd. Koninkrijk te
werk gestelden ernstig wordt of waarschijnlijk, zal:,

worden beïnvloed.
3; De aanvragen’de industrie moet ook aantoonen,

dat in de landen, vanwaar zoodanige concurréntie

grootendeels komt, deornatandigiheden, in een of meer-

dere ‘ddr in § S vande hierna volgende regelen als

richtsnoer voor commissies genoemde opzidhten,
ZoO

verschillend zijn van die hier te lande, dat zij de con-
currentie unfair maken.
4. De Boaid of’Trade behoudt zich heb recht voor,
naar goedvin.den een onderzoek te weigeren, ongeacht de andere omstandigheden, welke in de industrie heer-
schen, indien ‘hij van meaning is, dat de industrie hier

te. lande i-tiet met redelijke efficiency en economie wordt gedreven, of dat een recht op goederen îan de’ obdethavige soort of klasse een sterk nadeeligen in-

vloed zou hebben op heb aantal in eenigerlei andere

industrie te weik gestelden, indien ‘di’t een industrie
zou zijn, welke goederen van deze klasse ‘of soort bij
haar productie gebruikt.
Indien de Board of Trede overtuigd is met een

,,prima facie”-geval
overeenkoircatig bovenstaande
voo:rwaarden te doen te hebben, zal de Board de aan-
vraag voor onderzoek naar een Comimissie verwijzen.

Afd. II. Instructies voor Comniissie.

Een Commissie door den Board of Trade voor zoo-
danig onderzoek benoemd, ‘zal opdracht ontvangen over
de volgende punten te rapporteeren:

Of de aanvragende industrie wegens het aan-
tal personen, werkzaam bij de productie der goederen,
waarop de aanvraag betrekking heeft, of wegens den
aard der geproduceerde goederen, een industrie van
wezenlijk belang is.

Of buitenlandsche goederen, van de klasse of
soort, waarop de aanvraag betrekking heeft, in het Vereenigd Koninkrijk in abnormale h’oevee1hedn
worden ingevoerd en daar voor consumptie blijven.

Of de aldus geïmporteerde buitenlandsohe goe-
deren in het Vereenigd Koninkrijk verkocht of. ten
verkoop darÇgeboden worden tegen
prijzen
beneden die,,
waartegen soortgelijke goederen in het• Vereenigd
Koninkrijk met voordeel kunnen worden ‘vervaardigd 1

of geproduceerd.

Of wegens de scherpte en omwang van zooda-nige concurrentie ‘het aantal te verk ges’telden hij de
vervaardiging of productie van zoodanige goederen in
het Vereeni.gd Koninkrijk ernstig wordt of waarschijn-
lijk zal worden beïnvloed.

Of zoodanige, een n’itzonderingskarakter dra-
gende concurrentie grootendeel’s afkomstig is uit lan-
den, waar de omstandigheden zoo zeer verschillen van
die hier ‘te lande, ‘ dat zij de concurrentie unfair
maken.

‘In het kader van zoodanig onderzoek word’t concur-
rentie niet unfair geacht, ‘tenzij voortvloeiende uit
een of meer ‘der volgende oorzaken:

Gelddepreciatie, die een exportpremieschept.

Subsidiën, premiën of andere kunstmatige
voordeel en.

Minder gunst.ige arbeidsvoorwaarden, hetzij
met betrekking tot loon of arbeidsduur of anders-
zins, keldeDde voor de personen, werkzaam bij ‘de
productie der betrekkelijke invoergoecleren, verge-
leken met die, .geldnde voor personen, werkzaam
ie de productie ‘van soortgelijke goederen in het
Vereenigd Koninkrijk.

Bij het uitbrengen van haar rapport over de be-
weerde unfairheid’ der concurrentie mag de Commis’
sie ‘de aandacht vestigen, op alle speciale omstandig-
heden, welke oo’k, waardoor ‘naar haai’ meening de:

industrie in het Vereenigd Koninkrjlç in een ernbtig

relatief nadeel wordt gebracht.
• 6. Of de aan.vragende industrie in het Vereenigd
Koninkrijk wordt gedreven met redelijke efficiency
en economie.
1.
Of het leggen van een recht op goederen van

de betrekkelijke klasse of soort een ernstig nadeelig

effect op het aantal te werk gestelden in eenigeriei

andere industrie zou uitoefenen, die goederen van die
klasse’ of soort bij ‘haar productie gebruikt.

8. Of, rekening houdende met bovengenoemde
voorwaarden, de aanivragende ‘industrie naar de mee-

ning der Commissie erin geslaagd is haar aanvrage
am een recht te fundeerenen, indien zulks het geval

is, welke heffing of heffingen naar de meening der
Commissie redelijkerwijze ‘voldoende zouden zijn odi

de unfaire,concurrentie een tegenwicht te bieden.

In de afde,elingen III en 1V worden de •samenstel-
lin’g en de procedure der Commissies gerageld. Zij

zullen uit niet meer ‘dan vijf personen, benoem’d door

dec President van den Board of Trade bestaan en nie-
mand, op wiens belangen welk ingrijpen ook, dat op.
grond van het rapport eener Commissid kan plaats iinden, van belangrijken invloed kan zijn, is daarin’

benoembaar. De zitting.en ‘eener Commissie, waarin
personen gehoor’d worden, zullen publiek zijn, tenzij

de mededeèlingen naar het oordeel der Commissie van
vetrouwelijken aard zijn. ‘

De nieuwe Oosenrijksche muntwet.
– Op 20 December 1924is de nieuwe Oostenrijksche
mudbwet aangenomen. Zij stelt in.plaats ‘van ‘den
Kroon, de Schilling (S.), die in 100 Grosohen (g.)
wordt verdeeld. Omrekeni’n’g van Kroon in Schilling
geschiedt op deze wijze, .dat 1 S. gelijk wordt gesteld
aan 10.000 Kr.

• De staatshu.ishouding, alsmede alle an’dere open-
bare huishouidin,gen moeten zoo spoedig mogelijk, doch
op zijn laatst o 30 J’isoi 1925, in Schillingen wor-
den gevoerd. Bij. de Posterijen, Telegraaf en Telefoon
zal zulks vanaf 1 Maart reeds het geval zijn. Verder
moeten .geldibedr.agen in verordeningen, in openbare
bekendmakingen en ‘besluiten van publiek,recihteljke
lichamen vanaf het in werking treden der wet, alle
gel’dhedragen’ in voor partijren ‘bestemde besch’ikkimgen
.der overheid en der gerechten daarentegen reeds vanaf
,1 Mei 1925 in Schillingen worden vastgesteld, inzoo-‘

,cverre de bedragen niet krachtens de wet ‘in bepaalde
munt moeten worden voldaan.
De voor de vaststelling en betaling der invoerrech-
ten betaande voorschriften worden door deze wat niet
getroffen; ver.rekening van rechten vindt echter even-
‘eens in Sohillingen plaats.
De boeken, rekeningen en andere schrifturen der
onider ‘openbaar toezicht staande, of tot publicatie hun-
ner balans, winst: en verliesrekening verplichte liciha-
,men, fondsen, instellingen, vereenigingen en maat-
schappijen kunnen vanaf 1 Janua.ri 1925 naar keuze
‘in Kronen of Seh.illiiigen wonden gevoerd. De Bond’s-
regeening heeft de bevoegdheid ‘ast te .stèllen,. wan-
neer deze categoriën, tot het voeren ‘der administratie
in Sc’hillingen moeten overgaan.
‘Alle in Kronen na te komen verplichtingen kun-
nen vanaf 1 Januari .1925 volgens de hierboven aan-
gegeven verhouding in Seh’illingen worden nageko-
men. Iedere bepaling van het gel’dende recht, volgens
welke vorderingen in Kronen Itegeu een ‘h’oogere ‘dan
de nominale waarde moeten worden nagekomen, wordt
‘door deze wet niet aangetast.
De Bondsregeerin’g zal gouden bonjds’munten van
100 en’ 25 Schillingen laten aanmaken. Per 1 S. zul-
len deze 0,21112086 .giam fijn goud bevatten. De Oos-
tenrijksche Nationale Bank is verplicht in. ‘deze ver-
houding goud in baren tegen bankbiljetten bij ha’ar,

hoofdkantoor te Weenen te allen
tijde
in te ru,ilen.,1)

f)
Art.’ 92 van de Statûten der Bank.
Zij
is echter voor-
loopig van deze verplichting vrijgesteld.

126

ECONOMISCH-STATISTÏSCHE BERICHTEN

II Februari 1925.

• liet gehalte dezer gouden ïnunt, zal 900 duizendste

goud en 100 duizendste doelen koper bediage.n. Uit
1 KG. rnuntgoud zullen 42.508$ stuks van 100 S. of

170.0352 stuks van 25 S., derhalve uit 1 KG. fijn

goud 47.232 stuks van 100 S. of 188.928 stuks van
25 S. w’orclen vervaardigd.

Het 100 S.-stuk heeft derhalve een ruw gewicht
van 23.5245 gr. en een fijn gewicht van 21.172086 gr.,

liet 25 S-stuk een ruw gewicht van 5.8811 en een fijn

gewicht van 5.20302168 gr. Als uiterte afwijking is

op het ru.we gewicht twee duizendsten, op het fijnge-
wi eht één dni zendste toegestaan.

liet passeergew.icht van het 100 S.stuk is 23,47 gr.
en van het 25 S.-stuk 5,5 gr.

De zilveren Bondsrnurit wordt krachtens de wet van
211 December 1923 geslagen, echter niet de volgende

wijzigingen : de circulatie mag 10 S. per hoofd der
bevolking niet overtreffen en het gehalte der zilve-

ren munten bedraagt 640 duizendste. Het gewicht

van. den Doppeischilling wordt op 12 gr., datvan den

Schilling op 6 gr. en dat van den Halbechilling
3 gr. vastgesteld. Nionianci is verplicht in het parti-

culiere verkeer voor meer dan 50 S. van deze zilveren
munt in ontvangst te nemen.

Dc pasmn ten uit onedel metaal moeten worden go-

sl,ggcri overeenkomstig de wet van 19 Juli 1923, ccli-

ter niet deze wijzigingen, dat cle circulatio 5 S. per.
hoofd der bevolking niet mag overtreffen en de mun-

ten in G.roschen Inplaabs van in Kronen moeten
luiden.

De gouden munten van 100, 20 eiï 10 Kronen, de

pasmunten van 5,2 en 1 Kroon, 20, 10 cci 2 1-leller,

7oowel als de ééngulclenstiiklcen, ‘eflieaen op 31 De
;

cember 1925 hti.n eigenschap van wettig betaalmiddel.

De Oosten.rijksche Nationale Bank heeft ook na

i. Januari 1025, totdat de verschillende sborten dor
in Sohi]linge.n iu.idende biljetten gereed zullen zijn,
uiterlijk echter tot 31 December 1.026 het recht, in
Kronen luidenda b;ijetten bvereenkomstig haar sta-

tuten uit te geven.

BOEKAANKONDIGING.

D. 0
7
iS’tibbe,
Inleiding
tot cle kennis
der
bestuursinsieiiingen in vreemde ko-
lonién,
Haarlem, De Erven F. ]3ohn,
1924.

T-T et geschrift, welks titel hierboven vermeld staat,
is verschenen als een uitgaaf der Volksuniversiteits-
bbl iotheek in het bekende gedistingeerde donker-
vioietkleurige bandje.

Het lijkt mij een bijzonder zware taak zuIlc een

inleiding in uiterst, bekn opten vorm te schrijven zon-
der te vervallen in een vervelend dorre opsomming
van allerhande gegevens van fei.telijkeu aard omtrent

bestuur, wetgeving en reehtspraalc van de zeer vele
liolonies, die we op onze planeet aantreffen. Bij de
beoordeeling van clëke uitgave zal men met bedoelde

haast onovcrlcomelij.ke moeilijkheid rekening hebben
te houden. –

1-let werkje bevat een verbijsterende hoeveelheid
staatsinstehiingen, die in de rond tachtig kolonies,
relke rd
e
schrijver in oogenschoaw neemt, woi:deu
alangetroffen. Terwijl de algemeene inleiding geheel
en de beschrijving van de staatsreehte]ijke inrichting
der Enge]sche kolonies en van Engelsch-Indië over het geheel in een aangenaam leesharen vorm zijn gegoten,
bevat de bewerking van het hierop volgende gedeelte

– inhoud nde Fransche; Amerikaan sche, Belgische,
Por tugeesche, Spaansche, Italiaansche. en Japanische
kolonies – voor alles een, schetsmatige catalogusach-
tige opsomming van diverse koloniale staaitsinstel-
lirigen, die zich .voor een doorloopende lectuur, naar
mijn mening,. niet eigent. Van dit deel van prof.
Stibbe’s werkje zal men wel enkel gebruik maken,
wanneer èr. ièts Öpdit gebied valt op te zoeken.

1)e boknoptheid van de, uitgave eischte hij zulk een

buitengewoon bnivaiirg.rijke en uitgebreide stof be-

l)Crki.ngcn, die men zal moeten verontschuidigen. Zoo
kan men den oud-hoogieeraar aan de Rotterdamsche

1 l.andelshoogesehool, die ten koste van inspannende.n
arbeid al deze gegevens heeft vergaard, danlcbaar zijn

voor .al hetgeen hij gegeven heeft: Enkel vluchtige
aanteekeningen zijn hot niet. Neen, in dit boekje zit
veel. arbeid.

De lezing van deze studie geeft mij aanleiding hier
enkele détailopmerlcingen te maken. Het is mij op

gevallen, dat de schrijver op het gch.ied van liet staats-

recht zich hier en daar zoo weinig scherp,. uitclruiet,
ja misleidende uitdrukkingen bezigt. Een paar voor-
1 beelden ter illustratie. ilandelende over de Do-
minions schrijft hij, dat daar
een
veiantwoiirdelijk-
heid
bestaat van de
Uitvoerende
aan de
Wetgevencie
Macht (
blz. 84) en elders (hlz. 19) lees ilc: ,,Juist we-
gens die verantwoordelijkheid van cle Uitvoerende

Macht in de kolonie aan de Wetgevende Macht in cle

kolonie noemen do Engeischen dezen vo:rni van kolo-
niaal bestuur ,,responsible government” (te vertalen

derhalve met: koloniaal-parlemen tair bestuur).” Wel-

nu, een dergelijke foriuieering kan enkel tot qriisver-stand aanleiding geven. i)e schrijver had moeten zeg:
gen, dat de koloniale
ministers
verantwoording schu.i-
rug zijn aan lo. the Iiouse of Commonis (Dominion of

Canada). the Heuse of Representatives (Common-
wealth of Australia), the House of Assembly (Union

of Soutli Afnica) en 2o. den Senaat. Dit is heel wat
anders dan de formuleering, die de auteur bezigt,

en clie dan ook hij de bestaande staatsrecihtelijke func-

ties der bedoelde organen. in cle Dominions juridisch
niet te aanvaarden is.

In dit verband niag er ook wol gewezen, wonden op liet voortdurend door elkaar hezigen. van de woorden. ,,goodkou ren” en. ,belcraclitigen” van door medewet-

govende lichamen aangenomen wetsontwerpen. (o.a.

hlz. 84). Alsof in de staatsrcchtelijke terminologie
dleze uibdrukkiingen dezelfde . befeekenis hebben en
ei Icaar dekken.

Een ander voorbeeld is hot misplaatste gebruik van
cle ii it.driikk.ing ,.uitvaardigon van een wet”. Op biz.

145 lees ik ,,Tntnssclicn is de Rijksw&tgevor (liet
Fransohe Parinient) ‘bevoegd om vetten voor ide ho-loniön uit te vaandigen omtnenit alle ouderwerpe.n.’
Op blz. 150. slaat: ,,Uij (de gouverneur) kondigt. cle
wetten… . . af, uitgevaardigd in ‘het moder]and.”
Volnu, de wetgoven.de macht vaardigt niet een wet
uit. Dit geschiedt doo.r een orgaan der uitvoerende macht. De uitvaavcliging is de verklaring, dak aan
alle wettelijke veroischten voor het tot stand komen
van de wet is voldaan en dat het in het officieel blad
opgenomen voortbrengsel van wtgev ing gelijldui – dend is aan dcii vatgestelden tekst. Hiervoor bezigt
meg dan. een cci tvaardigingsfo.rmulier, dat bij ons is

sarnengegroeiid met het afkendigingsformulier. De autecir had in plaats van het woord ,,uitv.aardigen”
,,vaststel.en” moeten, bezien, immers die handeling
i.’ilde hij hier aanduiden.

Opmerkelijk is liet, dat de opvolger
aii prof. Stibbe niati de ITandelshoogescinool in zijn ‘inaugurale oratie al cve] min liet woord ,,uitvaardigen
,
” in den zin, dien
de tegenwoordige staatsrecitswctensciia.p daaraan toe-
kent, hezigt (bi. 37).

En wat beteekent ,,origineele” in de uitdrukking
,,origirieele t’rafrechtspraak” op blz. 91?
En thans een. paar opmerkingen, die niet juridisch-technische termen niets hebben uit te staan.
Tot mijn verwondering bezigt de schrijver aoorloo-
percd ide foutieve benaming Vereenigde Staten van

Noord-Amerika (o.a. blz. TX,21, ’27, 80,. 196, 200).
A angezinn de Amerikanen bi ijken.s hun igrondwet, hun
land noemen Vereenigde Staten vnin Amerika mag de
auibeur die officieele benamin.g niet wijigen, vooral
tiiét in een boekje als deze Inleidihig. un de Conistitu-
tie’luidt het: ,,We thePeople of the United States.
astahlish this const.ituibion for
the United States of

1

ii
Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

127

America.”
V. S. van Noord-Amerika is louter een

fan4asienaam. Wil de schrijuer den nadruk leggen op
het woordje ,,Noord”, dan is cle .uitcl rukking ,,Noord-

Amerika” tout court aan te bevelen.
Ik ben liet verder niet eens met pro..
Stibbe,
wan-

neer hij op blz. 44 in de noot beweert: ,,Wij plegen

het
geheel
van direct bestuuid èn Vortengebied op

het vasteland van
Z.-Azië
met zijue ondeihoorighe-

den, dat onder liet gezag van de Enigelsehe Kroon
staat, aan ‘te duiden als ,,Britscih-Indië”. Neen, wij

noemen
dit
gebied Engelsch-Indië, en verstaah onder
l3ritsoh-Indi6 enkel hdb rechtstreeks bestuurd. gebied.

Bovenstaande opmerkingen bedoelen geenszins de

waarde van liet geschrift van prof.
i9iibbe
te verklei,-

nën. Met het oog op de vele gegevens, clie daar bij-
een.ve.rzameld zijn, zal liet werkje, ‘naar ik hoop, vlij-

tig geraadpleegd worden.
Rit. IÇLEIN’r.JIcs.

Amsterdam.

OVERZICHT VAN TIJDSCHRIFTEN.

D e E c o ii. o in i s t. – ‘s-Graivendiago, Novembe.r

1924.
Dr.
N.
J. Polale,
Waarc1eeririg- en balansproblemen,

11;
E. P. Weber,
Do Rijiksbezuinigiingsactie;
Prof. Dr.

J.
Wolf, Den
tschlan’ds Konkurrenzfkli igkeit;
Dr.

Josephine van Anrooy,
Onderwijs in de economie
0
1)
een lanbou.w’tentoonstelliqg;
Prof. Mr. Dr. H. 1V. C.

.Borcicwijlc, De stoffelijkheid van kapitaal.

The Ee en o in i c Je
ii dO
al. – :Londeu, De-

cember 1924.
Prof. 11
7
. Ashley,
A retrospect of frec-trade doe-

tij ne;
C. 14
1
. Gui Itebauci,
The economics of the Dawes
rcport;
A.
EL. Focicer, The monetary standards of

New Zealand and Australia;
Prof. T.
N. Carver,
The

ineidence of costs; H.
Bucicley,
Sir Thomas Gresham

and the foreign exchanges.

The Quarterly Jou.r.ual of Economi.cs.
– Oambnidge, Maas.; Nov. 1924.

F. 1V. Taussig,
Alfred Marshall ;
H. T. Warshow,
The d istributi.on of co rporate ownership in the TJnit-

ed States;
A. B. Wolfe,
Oompetitive costs and the

rent of business a.b,ility;
D. B. Copeland,
The Austra-

l.ian income tax;
F. W. Taussig,
Labor costs in the

United States compared wibh coats elsewihere.

Archiv fiir Soziliwissens.chaft und
So z i. al p 01 i t ii. – Tiibi.ngen, October 1924.

Prof. Dr.
A
,S’alz,
Der Sinn der kapitalistischen

Wirtsciaftsordnung;
Dr.- W. F. Brucic,
Zar Systema-

tik der Unternoh.niunigsfo.rmen. Einreihung der Ge-genwartsformen in das Sys.tem;
Dr. G. Colm,
Die

Masse. Din Bei trag zur Systematik der Gruppen.
Dr.

J. Marscihalc.
Der
korpo:rative
and der hi erarohische

Gedanke im, Fascismus;
Dr. K. Bitter,
Sind jetzt
iS
Deutschland Agrarzölle hereohtigt?
Prof.
Dr. n-

nies

in Sohleswig-Hoisitein.

Jahrbücher für Nationalökoriomie

u n d S t a t is t i. k. – Jena, Nov-Dec. 1924.

0. Spann,
Die Ausglioderungsord nung der Wirt-
schaf t und ih.re Vorran•gverhiiltnisse;
F. Eulenburq,

D.ie sozialen Wirkungen der Wihrungsverhii1tnisse.

Z oit schrift für V o 1.kswirts chaf t, und
Sozialpolitik. Weenen, Leipzig, Bad. IV,

1-lef t 7-9.
Prof. Dr. A. Menzel,
Das Pjoblem der Demokrati.e

in der grieoh’isahen Staatslehre;
Dr.
L.
,S’chönfeld,

IJber Josep’h Schu m.peters Lösun.g des ökonomisehen

Zurechnungsproblems;
Dr.
L.
Oser,
Die russische

A.grarfrage von 1914-1923 mit besonderer Berück-
siohitigung der Genosserisohaftsbewegiing;
Dr. 1V:

Andreae, Die Platonisohe Staatsidee. Ziir Einfüihrung

in Piatons ,,Stâat”.

The American Economie Review. – St.
Albaris, Vt., New Haven, Oonn.; Dceniber 1924.

Ch.
S.
Tippeits,
‘l’lie par remittance controversy;

Y. A. Fetter,
Economics and .Poitland cement prices;

J. Bauer,
Fair value for effeetive rate control;
C. B..

Chambers, Relation of [arm land income to farni
land value;
C. iSnyder,
New measures in the equa-
tion of exohange.

Revue d’Economie Politique— Parijs,
Sept.-Oct. 1924.

Ch. Bist,
Le budget do 1925 et le cr&dit de la
Franee; G. Nowak, La réforme monétaire en Pologne

lepuis ie mois de mars 1924; G.
H. Bousquet,
Les

nouvelles tendarices de 1’Ecole autriohienne;
R.

Michels,
Quelquos propos sui le rôle ‘de da termino-

.logie dans la science écononrique.

Journal des Economistes.— Parijs, 15
Nov. 1924.

I
).”ves-Guyot, Les inquiiétucles. de l’hoinme moyen;
A. Miller,
L’exernple du -traité eomimercial a’nglo-
rasse;
J. B. Legros,
Ohronique de i’inflation;
H.
Soudois,
Diffieultés monétaires du début dii dix-

huitième siècle (suite et fin);
A. Barriol
et
1. Bro-
hu, Bons du Trésor 1024; N.
Mondet,
Modifications
iu projet de budget do 1925 et l’onipr’unt;
B. L. L.
jij., La Ligue da Libre-bel enge (noveniibre 1.924).

T cle m. – Parijs, 15 Dec. 1924.

Yves-Guyot,
La Préparation de 1 ’emprunt et les
,,Gestes symboliques”; G.
de Nouvion,
Les Habita-
lions h bon mcirehé;
Fernand-Jacq
Les Plas-values .aes fonds ‘de com.nicrce et le Fisc;
J. tefort,
Revue
.le i’Aca’dérnie des seienees morales et politiques (dii
16 septenibre au 15 novemibre 1024); J.
B. tegros,
Ühronique de ii uflation ;
X.,
Question.s hudgétaires;

.3.
L.
L.
E.,
La. Ligue dit :Lihre-échan.go (décembre
1.924).

The Journal ofPolitical Ecoi omy. –
Chicago, December 1924.
H. F. C’ia’ric,
Regaiat.ion of hzuiiding and ban asso-
çiation.;
A. F. McGowr,
Inequality and accuiniulation;
4?.
D. Ca/in,
Civilian vocational rohabili’tation.;
P. H.
Douglas, O’bjections to farnily vage system;
L. S.
Lyon
and
T. B. J3assieur,
Price responsiveness;
C.
ouihworth, General overprodueti en.

t

S o ei al e V o or z o r g. – ‘s-Graven’hage, Octo-
ber 1024.
Mr. A. C. Josephus Jitta,
De arbeidswet en de co1-
lectieve regelingen betreffende den arbeidstijd;
A. J.
41.
Bilcicert,
Woningbeurzen en woningstatistiek in
Nederland;
H. G.
1
,
1
7
.
Munnik,
Is cciie wet op de huis-
industrie noodzakelijk?

T cl e m. – ‘s-Giav!h

N
eiage, ovember 1924.
J. Gerritsz,
Het internationale eo’n;gres voor so-
iale politiek; A. J. A. Bilckert,
Woninigbeurzen en
woninigstatiutiek in Nederland (vervolg);
Mr. Dr. A.
jt.
V.
Bhjjn,
Arbeidswet, overwerk en co1lecieve ar-
hei d cover eenkoms t.

Tijdschrift voor Economische Geo-

g
r a p h i e. – ‘s-Gravenhage, 15 November 1024.
D. Houticooper,
De Haarleinniermeerpolder;
Dr.
G.
H. Bousquet,
De handoispolitiek van Oostenrijlc
Dr.
S.
van Vallcenburg,
Het wegei’istelsei van Java.

The Geographieal Jour nal. – Londen,
September 1024.
R.
A: Frazer,
Centra.1 Spitsbergen and North-East-
land; 1 The sledgo journey; II:
E. B.
Bdf,
The cruise
df the ,,Terningen”;
J.
H.
M. C’ornwall,
A journey
in Anatolia;
F. K. Ward,
The snow mountains of
Yunnan;
L.
D. Stamp,
Notes on the vegetation of
Burma;
E. H.,
The Wilton codex of Ptolemy maps;

D. W.
Freshfield,
More ‘talk aibout Hanni,bai.

T d e in. – Londen, Octdber, 1.924.
A.
M. Rassanein J3ey,
Th.rough i.ufra to Darfur;

F. M:
Bailey,
Th rough Bhutan and Soutliern Tibet;
Prof. G. Waterhouse,
Simon van der Stel’s expedi-
tion to Na.niaqualand, 1685;
A. F. v. Stahl,
Notes
en
the march of Alexander the Great from Eebatana to
.Hy:reania;
ili. J. .Wheatly,
The Bhar-el-Arab.

128

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

11 Februari 1925

MAANDCIJFERS.

HANDELSBEWEGING OVER DE MAAND DECEMBER 1924

(volgens de- groepen der naanilijst van goederen, opgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek.)

Invoer
1

Uitvoer
Saldo Invoer Saldo Uitvoer
Groepen
Gewicht
Vaarde
Gewicht
Waarde
Gewicht

I
Waarde
Gewicht
Waarde

1 Dieren en dierljke
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden
K.G.
Gulden

15.767.334
11.068.211
65.441.232 38.146.849


49.673.898
27.078.638
II Plantaard.

voort-
producten ……….

brengselen …….
363.595.445 70.335.010 206.205.081 16.151.702 157.390.364
54.183.308


Illa Mineralen,etalen
in

..

1.178.604.337

3
en niet in andere
groepen

opgeno-
men fabrik. daarv.

31.400.720 442442.833
1

10.224.641′
736.161.504 21.176.079


IlIb Gouden en zilveren
munt en muntmat
2.327
3.031.630
19.386
4.269.684


17.059
1.238.054
IV Meel en meelfabri- cl
7.696.020
31.937.047
6.235.650 8.306.399
1.460.370


V Chemische produc
ten,

geneesmidde-
len, verfwaren en
.
1
kleurstoffen
34.370.710
5.065.500
10.620.631
3.891.888 23.750.079
1.173.612

.

00.282,384

VI Olie,hars,was,pek,

teer en distillatie-
productenvanteer;
f abrikatenvan deze
13.079.786
35.568.436
2

11.220,613
2

64.713.948
1.859.173
– –
VII Hout en fabrikaten
van hout en derge-

stoffen, n.a.g……

lijke stoffen; meu-

….

185.728.484 13.612.519
10.498.480 1.078.226
175.230.004
12.534.293
– –
belen v.a.s………
VIII Huiden, vellen, le-
der, lederwerk en

katen ………….40.243.446

schoenwerk
2.789.894 5.080.246 2.737.264

4.685.875
52.630
394.371


IX Garens,

touw en
touwwerk,weefsels

en stoffen, kleede- ren en modewaren
7.613.738
23.200.382
5.336.913 15.069.992
2.276.825 8.130.390


X Aardewerk, porse-
lein,

pottenbak-
kerswerk,

gebak-
ken steenen andere
kunststeen …….
53.476.618
1.488.489
6.408.454 780.665
47.068.164
707.82e
– –
6.097.792
1.336.791
2.237.880
699.501
3.859.912 637.290


..

6.905.257
2.638.988
23.539.935
3.329.110


16.634.678
690.122

XlllVoedings-

en ge-

XI

Glas …………..
XII Papier …………

notmiddelen,

niet


genoemdindegroe-

pen 1, II, IV en VI
31.645.638 15.556.797
50.187.513 15.115.342

441.455
18.541.875

XIV Rijtuigen, voertui-
gen, vaartuigen en
luchtvaartuigen
– –
3.565.156
4.223.124
1.058.008
2.227.026 2.507.148
1.996.098


XV Andere

goederen
dan gebracht onder

de groepen 1 tot
en met. XIV
12.958.425
13.733.442
11.268.449
7.378.379
1.689.9761
6.355.063

1.138.139.443

2.043.646.985 922.547.655
905.507.542 140.505.143
82.042.51211

Totaal ………

Haxidelsbew. zond. goud.

en zilvmunten munt-
.



1.138.156.5021
mat. (groep Ilib)
2.043.644.658
219.516.025
905.488.1.56
136.235.459
83.280.566

OVERZICHT
van de
waarde van
den In-
en Ijit4oer
voor elke
maand van
het loopendé
jaar
en de drie

daaraan voorafgaande
jaren, met
uitzondering
van’gouden
en zilveren
munt
en muntmateriaal,
in guldens.

Invoer Uitvoer’)
Maanden

.
1921
1922
S


1

1923
192

4
1921

1922


1923
1924

Januari

……
152.49.668
173.045.849
177.506.065
115.835.310 86.106.447 91.487.819
-116.522.007
Februari ……..
170.369.270
152.353.594
162.189.535
185.223.674
120.956.498
8.204.248
94.601.855 125.465.290
Maart
………
180.328.763 165.440.620 186.545.160 107.204.662 112.879.875 106.977.347 131.906.705
April ………
195.772.602 167.451.702 169.639.064 189.679.735 108.819.697 92.729.841 97.005.415 136.430.618 168.114.951 194.080.257
160.129.701
218.738.134 93.818.710
108.423.679 104.128.702
.135.517.501
Juni

……….
150.899.735
159.533.444
188.746.940 120.815.908 100.680.880 97.860.255 110.783.833
Mei

…………

Juli

……….

..
214.136.278

170.674.007 163.863.700 157.464.022
198.162.017
105.420.129 104.572.575 95.693.919

134417.411
Augustus …..

..
213.830.220
..

186.640.179
..
178.807.927
150975.066
174.016.738 142.544.083 99.442.892 107.933.082
137.772.584
September ..

..
188.559.719
197.271.439 164.616.506

166.474.283
189:646.172
135.749.765
115.612.131
127.720.569 162.791.232
October …….
179.043.171
186.643.442 192.923.258
218.062.389
114.694.641
112.003.008 125.848.400 173.486.508
November …..
175.806.364

..

172.295.111
176.660.045
217.688.984
106.623.879 104.350.396 126.123.548 159.327.318
December
180.000.903
.. ..

163.762.355 174.750.818
219.516.025
97.115.318 100.225.239 127.839.691 136.235.459

Totaal ….
2.240.219.103 2.027.598.760 2.009.225.705 2.363.532.033 1.369.598.600
1.221.23ffl
1.303.220.602
1.660.656466

1)
Hieronder zijn
niet begrepen
de bunkerkolen
en bunkerolie
voo’r
w Ned. schepen.

1 1 Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

129

STATISTIEKEN EN OVERZICHTEN.
K0S

TE NEW YORK. (Cable).

Data
1

Londen
s
per £)
Parijs

1
($ p.lOOfr..)I($p.
Berlijn
IOOMk.)
Amsterdam
($p. 100 gid.)
N.B.

beteekeiit

Cijfers
nog
niet ontvangei.

.

Febr.

1925
..3
4,78y
4

5,41
23,80

40,29
.

GELDKOERSEN.

BANKDIsC0NTO’S
:
4

1925 4,79
5,42
23,80

40,26

4
15Jan.’25
Zwits.Nat.Bk. 4
l6Jizli ’23
1925
6

1925
.
4,783%
4,77
5,41
5,39

23,80

40,29

23,80

40,26
jDisc.Wissel8.
Ned.
Bk.
BeI.Binn.Eff.
415Jcen.’25
N.Bk.v.Denem. 7
17Jan. ‘2J

1925
4,77 5,39
23,80

40,26

Vrsch.inR.C.
515Jan.’25
ZweedscheRbk 5j
8Nov.’23
9

,,

1925
4,78/
5,38
23,80

40,26

Javasche Bank
.
.-. 420
Oct.
’24 Bankv.Noorw. 6
26Nov. ’23
27 Jan.

1925
4,793
5,41
23,80

40,33

Bank van Engeland 4

5Juti’23Bk.v.
Tsjecho-
Muntpariteit…1
4,8667
19,30
.
23,813(

408/

VOLGENDE
Duitsche Rijksbk. 10
29 Dec. ’23

slowakijë. .. 6 27
Mei ’24
KOERSEN VANDE PLAATSEN
OP LONDEN
Bank v. Frankrijk 7
11Dec. ’24
N. Bk.v.O’rijk. 13
6Nov. ’24
Plaatsen en

INoteerings-I
24
Jan.
31
Jan.
2(7
Febr.
’25
7
Febr.
.
BelgiacheNat.Bnk.
522Jen.’23
N. Bk.v.Hong.
l2l8Sept.’24
Landen
eenheden
1924
1925
ILaakstelHoogste
l

1925

Fed.Res.Bank N.Y. 3

8Aug.’24
Bank
‘v.
Italië.
511Ji4i ’22
Alexandrië … Piast. p. L 9715
/82
97151s

979/iG


182
Bank van Spanje

5
33Afrt. ’23
Z.-Afr.Res.bnk 6
?Bangkok … Sh. p. tical

1/111
8

11101/
3

1110
/8

1/101/
3

1/0I/
b

B. Airesl)

d. p.
$

455/
9

4527/

45
9
/
3

457/8

45/
32

OPEN MARKT.
Calcutta

Sh. p. rup. 1/515,

115
31
/
32
1!5’b/

1/6I/

ljG
Constantin.
.
Piast.p..

885

907%

900

920

910
Hongkong …

Sh.’p.
$
2/4
29
1
52
2/4
1
/i

2/3%

2/4%

2/3ib/
lo

Amsterdam
Londen
1
Berlijn
New Yor

Data
Part. Part.
Part.
Cail-
Lissabon’) ._ d. per Mii.

2
13
/
32

2
13
/
32

2
5
/8

2
7
/,

2
13
/
32

1
Part. disconto
Prolon-
1
gatte
disconto
mnd.)
disc.
disc
(
money’)
Mexico 3)

.

d. per
$

26

26

25

27

26
Montevideo
1)

d. per
$

49
1

4871
8

47
‘/2

49%

486/
9

Montreal

.

$
per X.

480H 4.79%

4.78

4.80

4.78
7 Febr. ’25 23/
9

2%

3%

‘/8

44%
R.d.Janeirol) d. per Mii.

57/
8

5
13
/
16

5q

5%

5″/16
2-7 Feb.’25 2s/-%

2%-%

39

3i

3-4%
Shanghai … 5h. p. tael 3/1
25
/
82

3/21/,

3/1%

3/25/
8

3
1
2

26-31 J. ’25 28/s-%

2% -%

3% _+

31/
3

3%_4%
Singapore…

id. p.
$

2
/
45
/8
2

2/4
5
/
32

2/4
8

2/43/
to

2
/
45
/32
19-24
,,
1
252%34

2

3H-3/s

3V9

2%3%

ValparaisoS). pesop.0

41.70

43.95

42.80

43.80

43.10

4-9 F. ’24 5

5_%

3
/

/
8

4-5%
Yokohama

Sh. p. yen
1
1/7
11
/33

117
9
/
33

1/7%

1
1/79/
15
1/7
17
/32

5-10 F. ’23 3% -‘/

2%

3% 23/
t

4-5
*
Koersen der voorafgaande dagen.
1)
Telegrafisch transfert.

1)
90
dg.

20-24J1i’14 31J
9
_3/
j5
2%-3% 2%_S,(

21j_%

l%_2%
i)
Nominaal.

1)
Koers v. 6
Febr, en daaraan voorafgaande weken t/m. Vrijdag.
ZILVERPRIJS 1)

GOUDPRIJS )
Londen

N,Yorkl)

Londen
2 Febr. 1925..

325/

687/
9

2 .lebr. 1925-

86/11
WISSELKOERSEN.
3

,,

1925..

32%

68%

3

,,

1925..

87/0

KOERSEN IN NEDERLAND.

.
4

,,

.
1925..

32%

685/
9

4

1925..

87/1
5

,,

1925..

32%

68%

5

1925..

87/1

Data
New
Londen
Berlijn
Parijs
BrussellBataeia’)
€6

,,

1925.
.

32i

68%

6

1925..

8712

York
_______
1
7

,,

1925…

32s/

68s/

7

,,

1925..

9 Febr. 1924..

331
l/io

645i

8 Febr. 1924-

9516
3 Febr. 1925
2.4811
16

11.89*
59.07*
13.
42
*
12
.8
2
* 99%

4

1925
2.48%
11.88* 59.0
7
*
13.44 12.84

99%
20Juli

1914.

2415/

541,

20Juli

1914..

84/10

5

,,

1925
2.48%
11.884
59.08*

13.40
12.78199
1) p. oz
stand.
2)
Foreign silver.
3)
p. oz.
fine.
6

1925
2.485/
11.87*
59.11

13.37*
12.75

99%

7

»

1925

11.86*
59.15
13.39 12.76

99%
STAND VAN ‘s RIJKS. KAS.
0

1925
2.468/8
.

11.86*
59.13* 13.32*
12
.
67
4
!
99
%
12.65
De Min
is
ter van

Fin a nc
i t
n maakt bekend:
Laagsted.w.’)
Hoogste d.w
1
)
2.48
2.485/
9

11.85* 11.89*

59.-
59.20
13.30
13.40 112.86
Vorderingen
1

2
Februari
1925

9
Februari
1925

Saldo bij Nederi. Bank..
f
11.615.5.44,67
ç

2.236.109,98
2 Fêbr. 1925
2.481/
16

11.90
59.05
13.43
12.83*
99/i6
26 Jan. 1925
9.47″/,
11.904
59.-
13.38*
12.76* 99′
S
a
ld
o
bij betaalmeesters..
,,

3.974.415,06
,,

5.230.314,63

Muntpariteit
2.48 12.10 59.26
48.-
48.-
1100
Voorschot
op
uit.Dec. 1924

S)
Noteering
te Amsterdam.
)
Noteering
te Rotterdam.
aan de gemeenten
op
voor haar door Rijk te
1)
Particuliere
opgave.
heffen gem

ink.bei. en
opcentenopRijksink.bel.
75.914.262,36
,,
75.914.262,36
Data
Zwit-
serland
Weenen
Praag
Boeka-lMiiaan
Madrid
il
rest’)
*9)
*3)
Voorsch. aan de koloniën
Voorsch, a. h. buitenland
,,

9.51l.067,9
,,216.511.750,19
,,

8.717.674,36
,,215.923.305,23
3 Febr. 1925
47.924
0.0035
7.374
1.28
10.314
35.474
Daggeldieeningen

tegen
4

,

1925
47.9
2
*
0.0035
7.3
2
*
1.28
10.32
.35.51*
onderp.
v.
schatk.papier

5

1925
47.92*
0.0035 7.324
1.28
10.34
35.53
verplichtingen.

6.

,,

1925
47.924
0.0035
7.33
1.28 10.31
35.50

7

1925
,,
47.95
0.0035
7.32
1.28

_
Voorsch. door deNed.Bank
f


9

1925
47.90
0.00354
7.33
1.28
10.28
35.40
Schatkistbiij. in omloop’)
,,186.199.000,-

,,183.476.000,-

Laagsted.w.’)l
47.85
0.00344
7.30
1

1.25
10.26
35.35
Schatkistprom. in omloop
,,
99.890.000,-

95.210.000,-

Hoogsted.w’)
47.95
0.00354
7.40
1

1.35
10.36
35.574
Waarv. direct bij Ned. Bk.

2 Febr. 1925
47.924 0.0035
1.28
10.34
35.52
Ziiverbons(metinbegripv.

26 Jan. 1925
47.90
0.00344
7.424
1.28
10.19 35.41

debedragenbijdebetaal-

Muntpariteit
1
48.-
50.41 50.41
48.-

48.- 48.-
meesters in kas)….. …
,,
22.027,112,-

21 .038.616,-

9)
Noteering
te Amsteruam.
*8)

Noteering
te Rotterdam.
Door den Postch.- en Giro-
dienst in
‘s
Rijks Schat.

.

1)

Particuliere
opgave,
_______
kist gestort
………..
1)
Waarvan
f
37.056.000 vervallen
,,
37.742.974,06

,,
36.719.217,-
op
of na
1
April
1927.
Data
Stock-
1
Kopen-

I
Oslo
0)

Hel-
sing-
Buenos.

Mon-
holm
9
)
Ihagen9)

r.

Aires
1)
treal
1)
NEDERLANDSCH-INDISCHE
VLOTTENDE SCHULD.

3 Febr. 1925
66.96 44.35

38.-
6.25
99
2.477/
8

1

31Januari1925

1

7
Februari
1925

Voorschot uit
‘s
Rijks
4

,,

1925

44.85


6.24
995/
9

2.48

5

1925
66.924
44.30

38:-
6.25
997/
4

2.477/,
3!
kas aan N.-I.
..

..

f

f

389.0.00,-
6

1925
66.924
44.25

38.-
6.24
9934
2.477/8
Iid. Schatk.prom. in omi.

,,
70.000.000,

,,
70.000.000,-
7

,,

1925
66.924
44.20

38.-
6.25
993j
2.48
Voorsch.Jav.Bk.aanN.-1

5.436.000,-
9

1925
66.95
44.124 37.95
6.25 2.48
Muntbiljetten in
omloop.

,,
37.555.000,-

37.277.000,-
Laagsted.w.
1
)
66.75
44.10

37.85
6.224
98%
2.47%
Penvoordeele
v.
N..I. ge-
Hoogste d.w’
67.05
44.40

38.05
6.274
100
2.48%
t:
boekt beleggingsgeid
v.
2 Febr. 1925
86.90
44.324 38.05
6.25
99%
2.477/s
i
h. N.-I. muntfonds….

»

6.388.000,-

,,

4.683.000,-
26 Jan. 1925
66.85
44.30

38.-
6.24
9934
2.46112
Totaal ……TT1f109.155.000,_ ifll7.785.000,_
Muntpariteit
166.67
66.67

66.67
48.-
105
2.48
Tegoedv.N.-I.bij Jav.Bnk.
,,

3.804.000,-

•,,


“1
Noteering
1′)
Particuliere te Amsterdam.
opgave.
*0)
Noteering
te Rotterdam.
4em bij
‘s
Rijks kas
..

984.000,-

,,

130

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

II Februari 1925

NEDERLANDSCHE BANK.
Verkorte Balans op 9 Februari
1925.

Activa.
Binnenl.Wis-(Rfdbk.
f

44.327.627,38
se1s,Prom.,
Bijbnk.

23.633.757,11
enz.indisc.!,Ag.sch.
,,

41.332.823,16

f

109.294.207,65
Papier o. h. Buiten!, in disconto
.. …. …. .-.

ldem eigen portef;
.
f
120.130.212,-
Af :Verkochtmaar voor
de bk. nog niet afgel.


120.130.212,-
Beleeningen
mci. vrsch.
Hfdbk.
f

67.745.771 29

in
rek.-crt.
Bijbnk.

10.845.219 18
Ag.sch.

72.841.961,39

f
151.432.951,86

Op Effecten.
.

… f
149.134.651,86
OpGoeclerenenSpec.

2.298.300,_
151.432.951,86
Voorschotten a. Ii. Rijk…… …… ……..,,

Munten Muntmateriaal
Munt, Goud
… …..

f

56.284.065,-
Muntmat., Goud

,, 448.227.258,19

f
504.511.323,19
Munt, Zilver, enz.

17.440.679,59
Muntmat. Zilver
…. ,,

,,
Effecten

521.952.002,78

Bel egging Res.fonds.
(

5.654.290,92
id van’isv. h. kapit.,,

3.997.982,13
9.652.273,05
Gebouwen en Meub. der Bank
.

…. •,
5.212.500,-
Diverse rekeningen

,,
92.688.923,77

f
1.010.363.071,11 Passiva.
Kapitaal

f
20000.000,-
Reservefonds …..
5.655.237,53
Bijzondere

reserve
……………_………-.._..

,,
8.235.000,-
Bankbiljetten in omloop

,,
902.700.855,- Bankassignatiën in omloop… … … .._. ..

,,
1.229.754,57
Rek.-Cour. j Het Rijk
f

4.323.483,02
saldo’s:

I
Anderen,,

49.833.667,81

,,
‘54.157.150,83
Diverse rekeningen

,,
18.385.073,18

f

1.010.363.071,11

Beschikbaar metaalsaldo
.

-•—.

r
‘329.937.388,22
Op
de. basta van

metaaldekking……
,,
138.319.836,14
4inder bedrag aan bankbiljetten in om-
loop dan waartoe deBank gerechtigd is. ,, 1.649.686.940,-
Voor na amste posten in du.izendeii
gulden s.

Data

Goud
Zilver Circulatie
oeischb.l Metaal- Ikings

schulden! saldo

perc.

9 Febr.’25 504.511 17.441

902.701 55.387 329.937 54
2

,, ’25 504.501 15.755

921.731 51.937 325.124

53
26 Jan. ’25 504.543 14.103

892.988 77.096 324.208 53
19

’25 594.599 13.558

913.763 61.187 322.719 53
’12

’25 504.523 13.104

931.565 58.270 319.201

52
5 ,,

’25 504.578 12.520

954.979 43.750 316.880 52

11 Febr.’24 581.717 10.130 1.010.923 23.437 384.380

57

25 Juli ’14 162.114 8.228

310.437

6.198 43.521
1
) 54

Hiervan


Papier
1
Totaal Schatkist- Belee-

ophef
1
Diverse
Data

bedrag promessen ningin

buiten-

reke-
disconto’s rechtstreeks

land

ningen
2)

9 Febr. 1925 109.294

Ï51.433 120.130 92.689
2 ,, 1925 112.907

160.790 123.178 93.650
26 Jan. 1925 114.563

157.024 124.516 92.060

1925 116.998 . .-

, 157.068 124.431

94.497
12

1925 120.704

160.254 125.515 99.159
5

1925 123.285

177.175 113.109 101.939

11 Febr. 1924 247.655

57.000

143.804 24.615 47.129

25 Juli 19141 67.947

14.30001.686 20.188

509
1)
Op de basis van
215
metaaldekking.
2)
Sluitpost aCtiva.

CURAÇAOSCFIE BANK.

‘ooxiaamste posten in duizenden guldens.

Voor-
Diverse
1
Diverse
Data
Metaal
Circu-
latie
Dis-
conto’s
sd,otten
aan de reke-
ningen1ningen2
reke-
kolonie
1 December 1924
814 1.450
81
220
849
111
1 November 19241
812
1.424
83
186
832,4
86
1 October

19241
791
1.430
77 176
844
55
1 Septemb. 1924j
794
1.364
79
268
734
76
1 Augusus 19241
609
1.272
81
250
840
104

1 December 19
2
31
732
1.235
80
245
819
245

‘)
Sluitpost der
activa.
2)
Sluitpost
der passlva.

JAVASCHE BANK.

Voornaamste 1osten in dii. zenden guldens. De ,saiuengetrok-
kon cijfers der laatste weken zijn telegrafisch ontvangen.

Andere Beschikb.

Data

Goud.

Zilver

Circulatieopeischb. metaal-
schulden saldo

7Feb. 1925

184000.

280.500

75.000 114.900
31Jan.1925

185.750

276.500

90.500 112.350
24 ,, 1925

186.250

276.000

99.000 111.250

3Jan.1925 133.500

52.319 280.871

87.831 112.56
27Dec. 1924 133.647

52.810 276.780

99.868 111.902
20

1924 133.655

52.821

278.382 101.904 111.175
13

1924 133.280

52.952 281.141 101.594 110.432

9Feb. 1924 149.628

63.918 264.029

77.798 146.029 10Feb. 1923 158.585

58.923 263.818 104.542 144.254

25Juli1914 22.057

31.907 110.172

12.634

4.842
2

Wissels,

Dek-

Dis-

bulten

Belee-

Diverse

kings-

a a

conto’s

N.-ind.

ningen

re e-1

percen- betaaib.’

mogen ,

tage

7Feb.1925

11860

52
31Jan.1925

128.970

51
24 ,, 1925

130.820

50

3Jan.1925 30.969 16.335

76.330

68.947

50
27Dec. 1924 32.406 16.433

73.809

76.948

50
20

1924 32.349 16.312

77.616

76.934

49
13

1924 32.626

16.263

81.701

75.430

. 49

9Feb.1924 35.286

19.137

78.700

20.176

“62
10 Feb. 1923 35.725 32.613

73.396

24.151

‘ 59

25 Juli1914

7.259

6.395

47.934

2.228

44
1)
Sluitpost
activa.
1)
Basis
2
16
metaaldekking.

BANK VAN ENGELAND.
Voornaamste posten, onder bijvocging der Currency Notes,
iii 1iiizend.en poiiden sterling.

Data Metaal
.lrculatiL
Currency_Notes

Bedrag
I
Goudd.

j
00v. Sec.

4
Febr.1925
128.573 125.465
282.879
27.000
284.139
28
Jan. 1925
128.570 124.456
281.240
27.000
231.935
21
1925
128.572
124.843
283.498
27.000
234.422
14
1925
128.569
126.133
287.110
27.000
238.312
7
,,

1925
.128.564
127.563
293.022 27.000
244.471
31
Dec.

1924
128.560
128.296
295.025
27.000
248.111

6
Febr. 1924
128.081 125.881
279.845
27.000
235.335

22
Juli

1914
40.164
29.317


D ata
Gov.
Other
Public
Other
ve
ings
Sec. Sec.
Depos.

Depos.

4
Feb. ’25
67.503
73.688
11.049
134.913
22.858
155f,
28
Jan.’25
50.038
73.991
22.550
107.271
23.863
188/
8

21
’25
49.213 75.280
22.923
107.007
23.478
18
14
,,

’25
50.979 74.386
11.659
117.866
22.186
17′
7
,,

’25 51.665
75.657

12.912
117.170 20.751
157
31
Dec. ’24
68.580
103.600 8.511
165.779 20.014
11,5

6
Feb. ’24
46.797
69.328
15.801
104.198
21.950
18,29

22
Juli ’14
11.005
33.633
13.735
42.185 29.297
‘) vernouuing iusscnen zeserve en ueposlts.

BANK VAN FRANKRIJK.
Voôrnaam.stc posten in millioenen fraucs.

W
aarv.
1

I
Data

Goud
in
Z
het

buitenl.
buitenl.Ja/d._Staa;j?n

i1

5Feb.’25
5.546
1.864
305
573
21.900
4.905
6.301
20 Jan.’25
5.546,
1.864 305
574
21.200
4.892
5.906
22

1
5
5.545
1.864 304
574
21.400
4.891
5.524
15

,,

1
25
5.545 1.864
304 573
21.500
4.890
5.981
8

1
25
5.545
1.864
304 573
21.700
4.885
5.9
,
46

7Feb. ’24
5.541
1.864 297 576
23.100
4.607
3.604

23 Juli’14
4.104
1


639



1.541

Waarvan
op
liet
(»lee-‘
Belee-

Rekg. Courant
Dala
I
stelde
ningen
Circulatie
I
Staat
cuiierenl
buitenl.
Wissels

5Feb. ’25
20
8
2.938
1

40.859
2.006
.

9
20Jan.’25’
19
8
2.950
40.516
1.966
46
22

.
’25
19
8
3.012
40.602
,
1.057
16
15

,,

1
25
21
8
3.012
40.797
.
1.978
15
8

’25
23
9
3.075 40.831
2.239
15

7Feb. ’24
25
13
2.475
39.174
2.446
15

23 Juli’14
24

718 5.911 943
400

1) in disc, genomen wegens voorsch. v. d. Staata. buiteni. regeeringen.

1,1
Februari 1925

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

131

DUITSCHE RIJKSBANK.
‘oornaaniste posten in millioeiien Reiclisinark.

Daarvan
Deviezen
Andere

Data

ud
0
bij bui-
als goud-

I

wissels
Belee-
tenl. circ.
dekking
en
ningen

banken
1)

geldende
cheques

31 ‘Jan.

1925
834,2
198,7
278,1
1.770,7
81,7
23

,;

1924
813,1
198,7
271,0
1.607,7
7,4
15

1925
791,7
198,7
263,9
1.743,6
17,4

7

1925
780,6
198,7
260,2
1.883,5
8,2

31 Dec.

1924
759,6
207,1 253,2
2.064,1
17,0

23

,,

1924
717,6
216,5 239,2
1.959,8 24,2

23 Juli

1914
1.358,9

..
750,9
50,2

Schuld

a a
D


Effec-
Diverse
Circu.
Rekg.-
Diverse aan
ten
Activa
3
)
lauc
Crt.
Passiva
Renten-
bank

31 Jan. 1925
110,1
1.506,6
1.901,3 746,8
1.534,4
347,6
23

,,

1924
110,0
1.747,6
1.550,0
990,2 1.612,6 378,4

15

,,

1925
109,8
1.774,0
1.646,2
983,7
1.629,8 403,5
7

1925
109,9
1.757,5
1.799,8 897,0
1.616,3
432,1

31 Dec.

1924 78,0
1.654,4
1.941,4 820,9
1.570,6 456,5
23

,,

1924
78,3
1.782,8 1.765,0
985,8
1.565,7,
488,3

23 Juli

1914
330,8
2
1
200,41
1.890,9
944,-1
40,0

1)
Onbelast.
2)
Wo. schatk.papier.
3)
W.o. Rentenbankscheine:31,23,
15, 7Jan., 31, 23 Dec. resp. 186,4; 377; 328,2; 258,8; 145,1; 272,1 miii.

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE.
Voornaamste posten in millioenen francs.

Data
r”

5Feb.’25
377
’85 480.
1.441
389
5.200
7.641
213
29Jan.’25
377
85
480
1.545 332
5.200
7.648
258
22

’25
376
85
480
1.504
350
5.200
7.623
278
15

’25
376 85
480
1.518
343
5.200
7.747
‘184
8

25
376


1.520
379
-.
7.746
274
24Dec.’24
359
85
480
1.479
349
5.250
7.590
435

7Feb.’24
365
85
430 1.276
358
1
5.300
7.533
173

VEREENIGDE STATEN yAN NOORD-AMERIKA.
l.fJ1DE1{L BESEIIVE I3AN.KS.
Voornaauitste posten in iniill-ioenen dollars.

Goudvoorraad
Wettig
Wissels

Data
betaal-
middel,
Totaal Dekking
In her-

1
disc. v. d.
In de
open
bedrag
F. R.
Notes
Zilver
etc.
meniber

1
markt
banks

1
gekocht

21 Jan.’25
2.944,7
1.795,3
138,7
202,8
306,2
14

’25
2.953,0
1.790,0
138,7
261,8
323,9
7

’25 2.950,9
1.775,1
124,4
264,4


341,0
31 Dec. ’24 2.936,5
1.743,6
110,5
314,1
387,1
24

’24 2.912,8

1.793,0
84,7
396,4 389,6
17

»

’24
2.954,1
1.869,5
94,5
283,8
336,8

23Jan.’24
3.151,7 2.156,1
119,9
540,8
276,0

Belegd
‘T’

Gestort
Goud-
Dek-
Algem.
Dek-
Data
in U. S.
Gov.Sec.
1
in circu-
.P
0
?;
Kapitaali
kings-
kings-
latie

1

perc.’)
perc.
2
)

21Jan.’25
432,5
1.698,6
2.216,1
112,2
75,2
78,8
14

,,

’25
486,9 1.738,0
2.330,3
112,2
72,5
76
1
0
7

’25
496,0
1.805,4
2.316,5
112,2
71,6
74,6
31 Dec.’24
540,2
1.862,1
2.310,7
112,0
70,4
73,0 24

,,

’24
537,9 1.941,7
2.311,2
112,0
68,4
70,5
17

,,

’24
564,2 1.871,5
2.256,3
112,0
71,5
73
1
9

23 Jan.’24
120,9
2.049,8
2.108,3
110,0 77,5
.

80,4
1)
Verhouding totakn goudvoorraad tegenover opelscttoare scuuluen:
F. R. Notes en netto deposito.
2)
Verhouding totaien voorraad munt-
materiaal en wettig betaalmiddel tegenover idem.
1 R t ICU] IklI 1 13ANKE .A A1GJDSLOIEN BTJ IIE t
FED. RES. STELSEL. Voornaamste posten in millioenen dollars.

Aantal
Dis-
conto’s
Beleg-
Reserve
1

bij de
Totaal
Waarvan
Data
banken
en
gingen
1

FR.
depo-
sito’s
time
deposi ts
beleen.
banks

1.720,3
14Jan.’25
736
13.123
5.557 18.344
4.853
7

,,

’25
736
13.106
5.555
1.702
18.289 4.849
31Dec.’24
737
13.068 5.531
1.680 18.269 4.849
24

,,

’24
738
13.023
5.578
1.700 18.028
4.814
17

,,

’24
739
12.989
5.593
1.694
18.166 4.816

16Jan.’24
762
11.877
4.495
1.434 15.559
4.112
Aan het eind van ieder kwartaal wordt een overzcht
gegeven van enkele niet wekelijks opgenomen bankstaten.

EFFECTENBEURZEN.

..msterdain, 9 Februari 1925.

op
de juuterriatiouuale fouidsenmarkteiu viel als algemeen
kenmerk een zekere lusteloosheid op te merken, welke “.ieh
veelal in eeui iets lager koerspeil heeft gemanifesteerd.
voor cle beurs te B e r 1 ij
is
hebben tuleer in het bijzonder
cle moeilijkheden op de geldniarkt hierton bijgedragen. Deze
zijn voornamelijk te voorschijn geroepen door, de omvang-
rijke ultimo-engagementen, welke per einde Januari de ver-
ilkhting tot opneming van groote posities hç1den doen
ouitstaan. Dienteu.ige’olge is daggeld tot’1.2 it 14 pCt.
‘S
jaars
eI.0 geld voor eelt .m;i;tn.d tot 12 pOt.
‘5
jaars gestegen. Het uict-offinieele karakter van den termijuihanclel heeft ver-
inoeclelijk ook re1fl3Iuctnl getverkt in de rJchtiiug van het vlot
beschikbaar stellen van report-geldoii. Definitieve regoling
dezer aangelegenheid w’rdt eoh4er
i
11
beu-rskrin-gen niet
voor 1 April as. verwacht. Er waren bovendien nog andere
factoren, welke een ru.ei-me ontwikkeling van den beurs-
h;inalei hebben tegengewerkt. iii de eerste plaats waren lint
de onderzoekiuige-n in d.e J3n.rmat-affaire, Nvelke SteedS dle
dreiging vaa nieuwe onverkwikkelijke onthu]]d-ngeiu met
zich hebben gebracht. Ook het buitenland is hierdoor afge-houden vau:I aankoopen op de Berlijnsehe beurs en het zijn
juist deze aankoopen geweest, welke gedurende Januari de
zoo vaste houding ;’ari cle fondsei markt in het levert hebben
ges

oSpen. Vervolgens was hot de binnenlaridache politiek, welke nog steeds niet een zoo,daniige lijn aangeeft, dat cle
beurs met volle vertrouwen haar werk7,aamheid kan ont-
plooien.

De inarkt te 1? a r ij s heeft zich evenmin aan ccii gei’oe] – van lusteloosheicl kunnen onttrekken: Vooral in beleggers-
kringen lieersclut nog dc grootste ongerustheid, niet allen];
ten aanzien van cle fiscale maatregelen der regeering –
o.
n.
is het ,,bor.de-reau cle coupons” Sog steeds het schrik-
beeld van iecleren effectenhezitter – doch ook ten opzichte
van de waardevastheid van den franc. Het heeft in beurs-kringen geen gunstigen indruk gemaakt, dat de Bank van Frankrijk van zins is de in Madagascar en het Saargebied
circuleerende bankbiljetten naar Frankrijk terug te doen
vloeien cii te vervangen door biljetten, welke uitsluitend in
.cle genoenicle landstrekoa kracht van wettig betaalmiddel
zullen hebben. Men ziet hierin een verkapte inflatie. Ook
echter indien het tot scherpe credietrestrictie ei; .verliooging
van den cliscontovoet zou komen, zou de beurs ongunstig
worden heïnvloed, reden, -waaroni men thans reeds

op cle
mogelijkheid vooruitloopt en zijn aandacht grootencieels aan
de z.g. ,,n rhitrnge-fot dsen” besteedt. Te L o
ci
den zijn iii de meeste afcleelingen de ontzetten
tivan weinig beteeleenis geweest. De helegingsmarkt kan
;vl
?iswaar niet flauw worden genoemd, doch heeft toob geens-
zins cle levendigheid van enkele weken geleden te aarischou:
wei; gegeven. Daarentegen heeft het nieuwe regeeringsplan omtrent eventucelen steun aan binnenlauidsehe nijverheids-
ondernemingen stinmleerenci voor sommige soorten gewerkt.
Een dergelijke steun zal edhter niet verkregeu kunnen wor-
den dan na het vervullen van tal van formaliteiten, die
uien elders in dit nummer uitvoerig vermeld vindt.
Te N e
w
Y o i

k is een veel kalmer lioudiug overheer-
cl;entl geweest. De plotselinge
cli
gevoelige daling van
– den graanprijs heeft niet nagelaten haar uitwerking te doen
gei’ocleu, hoewel de kring van belanghebbeuiden in den laat-
t sten tijd betrekkelijk kleii; is geworden. Men acht het clan
ook waarschijnlijk, dat de foncisenmarkt spoedig niet
al
te
‘veel aandacht meer aan verdere eventnee]e clalingen zal
scheutken, temeer, omdat cle landbouwers cie hooge opbrengst
prijzen vam
dcii
laatsten tij(t toch niet in hun geheel heb-
ben ontvangen en een reactie voor deze klasse der bevol-
king derhalve slechts van partieele heteekenis kan worden
rg
cac
ht. Daarentegen is de beurs wel ecnigszins opgeschrikt
door de plannen om eelt ouiclerzoek in te stellen naar cle
,prijs%’onu;ing op de markt voor ruwe petroleum. Voorloo-
pig heeft men een afwachtende houding aangenomen, spe-
ciaal- voor petro]eumwaarcleui, welke zich echter 0-ver cle
gansohe -beurs n;in of meer heeft verspreid.
T en o
ii
z e
ii
t is het beursverloop voor cle meeste af
;

deeliagen eveneens onbelangrijk geweest. Een uitzondering heeft de
belcgçjings;narkt
gevormd, waar de omzetten nog

teeds van groote beteekenis zijn gebleven en waar, ouder
– den invloed van de ivecler ruimer gesvoiclen geldniarkt, om-
vangrijke vraag naar biunenlanclsche staats-leeningen iteef t
bestaan. Wat de buitenlandsche soorten betreft, zijn

cie
omzetten, b.v. voor Mexicanen, hier wel afgenomen, doch
de grondtoon is vast gebleven. 6pCt. Ned. Werk. Schuld
i922: 103y, 103%; 4% pCt. Ned. Werk. Schuld, 1917:
89
15
/
1
6,
90%;
7 pCt. Nec. Oost-Inclip: 102%, 102
11
I
10
;5.pCt.
Brazilië 1913, £ 20-100: 52%,
53/2;
Sao Panlb 977/
s
, 97%.

132

ECONOMISCH-STATiSTISCHE BERICHTEN

II Februari 1925

De groep der
banka.andeelen
was weliswaar niet leven-‘
dig, doch ook hier is de belangstelling, althans voor de
hoofdsoorten, Vrij groot gebleven. DeLoogst bereikte koersen.
konden niet steeds behouden blijven, doch de reactie is,.
stellig in verhouding tot cle voorafgegane r.ijzing, zeer ge-
ring gebleven. Amsterda.msehe Bank: 137, 139, 137
1
/2;
In–
casso Bank:
104%,
105% ; Koloniale Bank: 1783/4, 1773/4,.
178%; Ned. Handel Mij.:. 124%, 125% ; Ned.-Ind. Hand.-
Bank: 1401/
4
, 139%, 139; liotterdamsche Bankvereeniging
:
r

75, 73, 74% ; Twentsclie Bank: 115.
Voor bin’n.enlandsche induatrieele a.andeelcn
is er weinig
aandacht geweest. Alleen voor aandeelen in kunstzijdefa-
brieken heeft eenig animo bestaan, hetgeen ook tot uiting
is gekomen in de aanvragen voor de aan- de Amsterdamsche.. beurs geïntroduceerde aandeelen ,,La Soie de Valenciennes”.,
Centrale Suiker: 117, 117%; Du Croo & Brauns: 13,-
ii., 12%; Feyenoord: 125, 124; Hollandia Melkprod.
en Voeding: 130, 132%, 130% ; Hollandsche Kunstzijdc
Industrie: 159,
160%,
163; Jurgens: 80, 79%, 77
3
/8; Ned. Gist- en Spiritusfabriek: 368, 370, 371; Ned. .Kunstsijdefa-..
briek: 356, 361,
363%;
Philips Gloeilampenfabriek: 319%,
313%; Rotterdamsche Droogdok Mij.: 177, 180, 179%;
Verg. Toti,,,fabrieken: 24%, 23
3
/
4
.
De
rubbermcarkt
was kalm. Wel zijn hier enkele fluctu-
aties van beteekenis voorgekomen, hoofdzakelijk veroorzaakt
door de wisselingen in den prijs van het ruwe product, doch
per saldo is hier toch eenige vraag ontstaan, waardoor de
koersen zich over het algemeen goed, zij Jaet op een lager
ii iveau, hebben kun
1
en handhaven. .Ajiister.dam 11 ubber:
168%, 16%; md. Rubber Comp.: 248, 241, 242%; Hessa
Rubber: 190, 187%, 182; Java Caoutchouc: 1
2
8%, 126%,,,
129%; Ned.-Ind. Rubber en Koffie: 232%, 229, 224; Ser
bad jacli : 218%, 215%, 214; Tjiboeni Tjip: 110, 109, 108%.
?’abalr,ken
varen uitermate stil ; de berichten omtrent een,
grooteren aanvoer ‘van zandbiad uit oogst 1924 hebben wei-
Ilig stirnuleerend gewerkt. Men ziet ter beurze de komende
voorJa ars inschrijvingen wel met vertrouwen ‘tegemoet, doch
(le belangstelling van het publiek is te gering gebleven,
dan dlit dit in hoogere koersen tot uitdrukking kon worden’
gebracht. Dcli ]3atavia: 365%, 368%, 364, 366; Dcli Maat-‘
sol3apij: 390
3
/
4
, 387%,
385%;
Senembah: 393, 39034, 390.
De
veta’oleunzafdeeiiacg
heeft, vooral tegen het slot der
herichtsperiode, sterk den druk te weerstaan gehad van dé
hierboven reeds gereleveerle berichten omtrent een ouder-‘
ioe.k naar cle prijzen van rawe petroleum. Vooral aandeelen
Koninklijke waren dientengevolge vrij sterk aangeboden.
De overige soorten hebben een overeenkomstig verloop
aangetoond. Dordtsohe Petr. md.: 391, 382%, 377; Ge-
eonsolideerde Petr.: 1.84,
181%,
176%; Koninklijke Petr.
Mij.:
417%,
409
5
/8, 405.
Sckeepvea?:taandeeien
zijn geleidelijk afgebrokkeld, on –
(lanka de iets betere berichten omtrent den toestand op (le
vxachtenmarkt. Op het verlaagde niveau is schuchter eenige
vraag naa.r voren gekomen. Java-China-Japanlijn: 1141/4,
113%, 110% ; Holland-Amerika Lijn: 70%, 6934, 69’/
4
;
Kon. Neci. Stoomb. Mij.: 77%, 80%, 79%; Mij. Zeevaart:
88, 91%; Stoomvaart Mij. Nederland:
161%,
162,
161%.
De
8ui1cernarkt
is vast geweest. De zeer geringe fl,ic-
tuaties in de noteeringen voor Cubasuiker en de stabiele
verkoopprijs van de V.J.S.P. hebben het vertrouwen veer
.eenigszins doen terugkeeren. Voornamelijk aancleelen H.V. A.
bleken te zijn gezocht, waardoor een vrij aanmerkelijke
koersverbetering kon intreden. ‘ Cultuur Mij. der Vorsten-
1

landen : 158i/, 156%, 158; Handels Verg. Amsterdam:
441% 443, 439%, 448%; Javasohe Cultuur Mij.: 336, 3323/4,
341; Ned.-Tnd. Suiker Unie: 225, 227%, 221% ; Pugottan
264, 255,
251%;
Sindanglaoet: 465 (ex div.), 467.
Mij.asaandceleas
hebben sterke variaties te aanschouwe n
gegeven met, als resultaat, een aanmerkelijk lager niveau.
Vooral aandeelen Bed,jang Lebong hebben hieronder te
lijden gehad. Billiton Mij., iste Rubr.: 469, 470, 464; Red-
1
1
Lebong, Mijnbouw Mij.: 272%, 262%, 251%, 236;
Siloengkang: 115, 120, 123, 112; Neci. Surin, Goud Mij.:
51, 40, 42%.
i)e
Âmerikansche a[deeliv.g
w’as vast; ook tegen het slot
der berichtsperiode heeft deze tendens zich ten volle kunnen
handhaven. American Car &

Founciry: 196, 199%, 201,
199% ;’ American Smelting & Ref. Cy.: 100, 99, 100%
(ex div.), 103%; American Water Works: .178, 190, 193;
A.naconda Copper: 903/4, 392/4, 93%; Cities Service: 200,
204, 212; Studebaker: 1090, 1115; United States Steel:
123%, 124
3
/
s
, 125
11
/1n;
New York Ont. & W.: 26
1
/,, 25%
(ex div.), 25%; Union Pacific: 149, 149%; Wahash
1..aihvay:
23%,243/1,
24.
De
geldnsa.rkt
is weder ruimer geworden; geld was ten
slotte 5.
23/4
pCt. goed verkrijgbaar.

GOEDERENHANDEL.

GRANEN.

10 Februari 1925.
T a r v e. Spraken wij in ons laatste overzicht van een ige
reactie op de sterke stijging der prijzen der laatste weken,
– in de ,afgeloopen week vond een scheipe daling plaats;
vooral in Noord’Amerjka, doch ook in Argentinië vielen
de prijzen in snel tempo en het had er den schijn va, of
ten slotte toch de markten veel en veel te sterk opgedre-
ven waren en 61 een veel lger niveau zou moeten worden
bereikt, om den toestand weer eenigszins in evenwicht te
brengen. Om ht prijsverloop duidelijk aan te geven wijzen wij er, op, dat te Chicago de Mei-termijn op 5 Januari nog
1,74
1
/8 noteerde en dat de markt toen bijna dagelijks steeg,
tot op’ 28 Januari de markt sloot op 2,05. 1)e prijs van
boven $ 2 kon evenwel niet lang gehandhaafd blijven, doch
op 4 Febr. was de slotnoteering nog 1,99
3
/8. Toen werd
evenwel de aandrang tot vcrkoopen zoo sterk, dat de prijs
in twee dagen bijna 13 dollarcent n.1. tot 1,86% terugliep.
‘Een herstel vond plaats op 7 Februari tot 1,90% en op
9 Februari is de markt op 1,90% gesloten. Te Winnipeg
waren .de schokken nog heviger, nl. een hausse van 5-28
januari van $ 1,84i/
8
tot 2,19% en een daling van 4-6
Februari van 2,08% tot 1,92%. Daarna vond een herstel
plaats, zoodat op 9 Februari de siotkoers was 2,00%. In
Argentinië was er een stijging van 8-28 Januari van 15,20
tot. 18 en een daling van 2-5 Februari van 17,85 tot 17,1.0,
gevolgd door een herstel tot 17,40.
])oor de geweldige afmetingen der speculatie is het meer
dan ooit moeilijk, den toestand te overzien; oügetvijfeld
is er veel te zwaar
5.
la hausse gespeculeerd en uit de Sta-
ten komen er becijferingen, waaruit zou blijken, dat gezien
de behoeften van Europa en de groote afmetingen van de
Ai’gentijnsahe en A.ustralische oogsten, er in de Staten toch
nog een ruim overschot zou overbljeii aan het eind van
het oogstjaar. Dit wordt door anderen betwijfeld en incler-
daad zal men er mede rekening moeten honden, dat als
sl’raks de groo’te uitvoer ui,t de ex-portlanden van het Zui-
clelijk Halfrond afneemt, de Staten voornamelijk de aan-
vulling zullen moeten leveren en meer dan in de laatste welcen zullen moeten bijdragen tot de voorziening van
Europa.
Op de Europeesche markten is men sterk onder den
indruk gekomen van de flauwe stemming op de Amen-
kaansche markten en de omzet verminderde sterk. Toch
hielden de markten zich in Europa beter dan in Amerika,
wat in zooverre niet te ver-wonderen was, daar de prijzen in Amerika ver- ‘boven de Europeesche par.itei’t gestegen
vnren. De dal-ing op de termijnmarkt in Liverpool was
aanmerkelijk geringer dan in Chicago en ook ten onzent
kwamen er vooral ook uit 1)udtschland telkens weer koo-pers om van de verlaagde prijzen te profiteeren. In Enge-
lind zou Rusland nog een.ige verdere inkoopen van meel
gedaan hebben. Bovendien vermeldde de dagblad’pèrs een
bericht, dat in totaal Rusland circa 500.000 tons tarwe,
– of overeenkomstige hoeveelheid meel zou moeten importee-
i’en. Dit zou, indjen het juist zou blijken, verdere groote
verschepingen noodzakelijk maken en ofschoon ruime hoc-
veelheden tarwe de laatste twee weken naar Europa afge-
laden werden, zouden deze toch niet, of slechts nauwelijks, voldoende zijn. Men moet evenwel zulke schattingen onder
de grootste reserve aannemen en ook de hoegrootheid van
(le tot nu wericelijk, door Rusland gekochte voorraden wor-
den te verschillend opgegeven, dan dat wij ons aan het
noemen van cijfers zouden wagen.
Gezien dat Indië aan het eind van zijn oogst is, zijn de
verschepingen van tarwe van dat land merkwaardig ruim.
Ook de berichten van Indië betreffende den nieu.wen oogst
zijn gunstig, en oo.k de andere Staten van het Zuidelijk
Halfrond meiden slechts goede berichten, behalve dat er
in Zuid-Austraiië te zware regens gevallen zijn.
Wij hebben ook deze week eenige berichten gelezén over
ingrijpen van somm.igeregeeniugen om verdere stijging van
de prijzen te voorkomen. In de Staten, zou men volgens
sommigen een exportverbod willen heffen, maar het lijkt.
ons wel zeer onwaarschijnlijk, dat men daartoe zou over-
gaan. Mocht men er toe besluiten, dan zou Europa onte-
genzeggelijk veel te kort komen, daar Argentinië en Aus-
traljië tezamin niet voldoende voor Europa’s broodvoorzie-
ning kunnen zorg dragen. –
In Frankrijk heef.t de regeering, het plan, den handel
hij de wet te verplichten, hun voorraden op te geven. Moch-
ten die te gering zijn, dan zou de regeering zelf de import
Ier hand nemen. Vreemd doet het daarnaast aan, dat een
than’s in Frankrijk ]adende lading buiteplandsche tarwe
naar Griekenland wordt verkocht. De prijs van tarwe in
Frankrijk moet dan wel aanmerkelijk onder de paniteit van
andere Europeesche markten zijn.

1(7 Febr.
1925

19.243
2.597

22.224
4.446
857
1.037
5.850
2.553
285

Rotterdam

Sedert
1
Jan. 1925

82.932
4.203 2.035 97.050
1.8. 348
6.443
24.054
28.922
16394
1.511

Overeenk.
tijdvak 1924

62.723
43.301
3.’119
75.500
26.638
26.265
5558
14.249
20.517
770

Artikelen

Tarwe
… .. .. …….
Rogge……………..
Boekweit
…………-
1
aTs ……………
Gerst ……………..
Haver
…………..
Lijnzaad ……………
Lijnkoek ……………
Tarwemeel …………
Andere meelsoorten ……

II Februari 1925

ECONOMISCH-STATIS’tISCHE.BERICHTEN

133

Noteeringen.

Chicago

Buenos Aires

Data

Tarwe

Maïs

Haver Tarwe

Maïs Lijnzaad
Mei
I
Mei
I
Mei

Febr.
I
Febr.
I
Febr.

7Feb.’25
1907/
8

134%
607/
8

17,15 11,15
24,50

31 Jan.’25
202%
1351,
63
7
/
8

17,91
11,10
25,45
7 Feb.
1
24
111′
81
7
1
8

49
y
4

10.70
10,05
19,85

7Feb.’23
1203,
757/
t

45M
11,75
1
)
9,30
1
)
19,40′)
7Feb.
1
22
128k
58
1
/8
40K
13,40
8,05
22,05

20Juli’14
82
567/
4

3634
9,40
5,38 13,70

1)
Per Maart.

Locoprijzeii te Rotterdam/Amsterdam.

s
oorten 9 Febr.
1925
1
.

2 Febr.
1925
1

II

Febr.
1924

T
arwe
*

……..
1
19,50
20,25
12,50
Rogge (No. 2 Western)

1
17,10
18,20 10,30
Maïs (La

Plata) ……..
2

249,-
257,- 227,-
Gerst
(48
Ib. malting)

.
272,-
279,-
216,-
Haver (38 ib. white clipp.)l
14,_
4
)
14,20
4
)
10,50
Lijnkoeken (Noord-Amen-
kavan La Plata-zaad)
1
14,10 14,50
14,35
Lijnzaad (La Plata)

. . . .
530,-
536,_
460,-

1)
per 100 RU.
2)
per 2000 KG.
3)
per 1960 RU.
•No2Hard/RedWinterWheat
4
)Canada No. 3.

AANVOEBEN in tons van 1000 KG.

Amsterdam
Totaal

1(7 Febr.
Sedert
t

Overeenk.
1925
1

1924
1925
1Jan. 1925
tijdvak 1924



635
82.932
1

63.358
-.

1.725
4.203
1

45.026


1


2.035
1

3.619
6.932
14.822 11.813
111.872
87.313 200
800
.

8.075 19.148
34.713.

150

6.593
26.265 260
4.449 4.926
1

28.503
10.484

. –
450
28.922
14.699 204
3.301
410
19695
20.927
-.

.

1.511
770

De ro g ge-markt volgde in hoofdzaak iie beweging van
tIrwe. Op den logeren prijs was er iets meer kooplust,
maar de meeste Europeesche markten zijn nog niet op dc
Anierikaansche prijzen.
Zoowel iii Hamburg als in Botter.da.m zijn de voorraden
rogge sterk geslonken, daar de consumptie vrij regelmatig
kocht en de aanvoeren beperkt blijven. Stoomende partijen
bleven evenwel tamelijk op de markt drukken. Itt als is al evenmin vast geweest. Dit artikel heeft cveIl-
wel in Amerika al heel weinig de bewegingen van tarwe
gevolgd en ofschoon de voorraden nog zijn toegenomen is
de ondergrond tamelijk vast. De aanvoeren beginnen af te
nemen, maar gezien dat cle zichtbare voorraad toenam,
moet cle consumptie in. de Staten wel zeer on.voldoen.cle
upliemen.
In Europa was de vraag voor rnaïs gering en ofschoon
er slechts zeer weinig iadingen Plaitamaïs werden aange-
boçlen, was er geen enkele markt, clie trachtte te koopen.
De prijzen liepen terug, zoowel voor ouden oogst, als voor
nicuwen oogst La Platnmaïs. Vooral. voor den nieuwen
oogst, w’n.s er meer aandrang tot verkoopen, waartegenover
bijna geen kooplust stond, vooral daar Zuid-Afrika zeer
sterk aati cle markt was voor verlading gedurende den
zomer. De oogsbberichten iuit Argentinië waren gunstig,
zoodat een zeer voldoencl.e oogst tegemoet gezien wordt.
G e r s t daalde met tarive en ofschoon het zich later
ii’eI herstelde; was -toch de stemming te w’cifelend clan dat
veel zaken tot stand konden komen. De verscliepingen had-den in hoofdzaak van Noord-Amerika en voornamelijk naar.
Diutscililaad plaats, terwijl naar Engeland en Nederland
slechts geringe hoeveelheden werden afgelaclen.
Ho v e r was eveneens Hauwer, maar de prijsverlaging was toch niet van zeer groote afmetingen. Onder invloed
van de zeer
onzekere
markten voor andere grnaiisoorten
was ook voor dit artikel cle omzet gering.

SUIKER.
Over het algemeen w’aren de verschillende suikermarkten
dele week prijshouclend gestemd.
In N e w Y o r k fluetneerden cle prijzen zeer weinig, het-
geen uit ondervolgencie cijfers blijkt:

Sp. C. Mrt. Mei .Juli Sept.
Slot voorafgaande week …….462 2.83 2.97 3.12 3.23
Opening verslagweek ……..4,65 2.89 3.02 3.18 328
Slot verslagweek …………4,62 2.83 296 3.12 3.24

De ontvangsten in de Atlantische havens der V. S. be-
droegen deze week 66.550 tons, de versmeltingen 51.000
tons (tegen 64.000 in 1924) en cle voorraden 56.000 tons. In prompte Cubasuiker kwamen belangrijke af doeningen
– ok naar Engeland – tot stand. De prijzen fluctueerden
nogal gedurende de afgeloopen week; aanvankelijk werd
2,84 c. e. & Ir. New York betaald, in het midden der week
291 c., waarna de prijs na een daling tot ongeveer 2,75 c.
weer opliep tot 2,84 c. Fabrikanten op het eiland blij-

ken tamelijk gereserveerd, vooral waar Engelsche raffina-
deurs nog steeds
in
de markt blijven, zonder evenwel ge-
neigd te zijn lioogere prijzen te betalen.
De laatste
C
u b a.statistiek is als volgt:

1925

1924

1923

Tons

Tons

Tons

Weekontvangsten 31 Jan. ’25 181.234 156.584 165.5a6
Tot. sedert 1Dec. ’24-31 Jan.’25 730.325 607.818 660.912
Aantal werkende fabrieken.. .. 170 165 164
Weekexport 31 JanJ925 ……106.680 100.739

80.835
Totaal 1-31 Jan.
1
25 ……..436.434

367.226

387.677
Totale voorraad op 31 Jan. ’25. 293.891 240.622 274.135

Czarnikow geeft de zichtbare voorraden met de volgende
cijfers:
1924/’25

192.i/’24 19221’23

Tons

Tons

Tons

Duitschland 1 Jan. ’25

…1.021.000 1.012.000 1.002.000 Tsjechoslowakije 1 Jan. ’25 .

769.000 546.000 470.000
Frankrijk 1 Jan. ’25 ……..468000 291.000 240.000
Nederland 1 Dec. ’24 ……..198.000

124.000

185.000
België 1 Nov. ’24 ……….62.000

51.000

51.000
Engeland 1 Jan. ’25 ……..172.000

164.000

312.000.

Totaal (Europa). . 2.690.000 2.188.000 2.260.000
V.S. Atlant. havens 4 Febr. ’25 56.000 08.000 47.000
Cuba alle havens 31 Jan.
1
25. . 294.000 240.000 276.000
binnenl. 17 Jan. ’25….

186.000

207.000

196.000

Totaal .. 3.226.000 2.703.000 2.779.000

Op J a v a vonden verdere belangrijke verkoopen door cle
VJ.S.P. plaats tot
f
1034 voor Superieur,
f
9’/ voor No.
16 en hooger en
f
91% voor Muscovados, waarna producen-
ten zich uit de markt terugtrokken. Disponibele witte
suiker werd afgedaan tot
f
13% oploopend tot
f
13%.
II
i er te 1 a n de bleef de markt bijna de geheele week
prijshoudend gestemd. In het begin der week werd Mei tot

f
20% en Augustos tot
f
20% afgedaan, wejke prijzen op-
liepen tot
f
207/
s
wegens uitgebreiden kooplust. Daarna kal.
meerde de stemming en werd ten slotte voor Maart, Mei
en Augustus
fZO34
tot % betaald. De waarde voor De-
cember bewoog zich tushen
f
20% en
f
20’/,. De omzet bedroeg deze week 4900 tons.

NOTEERINGEN.

Londen
______- 1ew York
Amster-

White Java s

Cuba S

96 Ct
Data

dam per Tates

f.o.b. per

96 pCt. ci.f. Ce,Ptri-
Maart Cubes
Na!

Mei/Juni

!ebr.JMaart

uga S

Sh.

Sh.

Sh.

$ ets.
9Febr!25
f2034

3616

1716

141_

4,62
2 ,, ’25 ,,20i/,
6

36/6

1716

141…

4,65
9Febr.’24
,,35/v

64/9

281_

29/_

7,16
9Febr.’23 ,,26

5619

2016

19/_

5,78
4 Juli ’14 ,,11
13
/,,
181…

3,26

134

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

11
Februari
1925

KATOEN.

Noteeriiig voor Loco-Katoen.
(Middling Uplands.)

6 Febr.
1925
30 Jan.
1925
23Jan.

1

1925
6 Febr.
1924
6 Febr.
1923

New York
voor
Middling …
24,25 c 23,90 c
23,45 c 34,35 c
28,65 c
Nw Orleans
voor hfiddling
24,10 c
2,75 c
23,25 c
34,-
c
28,3e e
Liverpool voor
Middling . ..
13,28 d 12,92 d 12,87 d
19.72
d*I

16._d*)

*) Voor fully iiiidclliug ouden Standaard.

OlitvaTigsteil in- en ii1itvoeren van

iiierilcaansobe havens
(In duizendtallen balen).

1 Aug. ’24
Overeenkomstigé periode
tot
30Jan. ’25
1923-24

1922-23


l

Ontvangsten Gulf-Havens.
}7203

5481

4607

UitvoernaarGr.Brjttannië

1827

1374

1067
‘t Vasteland ete.

2826

2140

1926
Japan

….

603

441

344

Vooi’racleiu.
(In duizendtallen balen).

Overeenkomstig tijdstip
30Jan.’25
1924

!92
3

1488
874
913
1302
936
1141


Amerik. havens ……….

195
166 70
Binnenland …………..
New York

-” ………….
413 207 208


New Orleans ………….
Liverpool …………….
696
520
‘469

Marktberieh.t van cle Heeren Sir Jacob Behreuts & Sons,
Manchester, d.d. 4 Februari 1925.
Prijzen van Anierikaansche katoen zijii in de afgeloopeuL
ivek w’at vaster geworden, speciaal tei.i gevolge,vaui ,,pro-
fessional” en speculatieve belangen. De verzeeding van.T
katoen blijft geregold plaats vinden en de ontvangsten be- 4
dragen in cle ‘havens clan ook reeds bijna twee milliocu balen 4
meer dan verleden jani’. De uitvoeren naar Groot-i3rittau-
nië zijn thans reeds mneer clan een half mnillioen balen eui
naar het Continent meel’ dan 630.000 balen grooter dan)
verleden jahr, doch daar staat tegenover, dat Frankrijk en
,Japhn dit jaar meer clan 300.000 balen minder opgenomen..
hebben. De positie van Egyptisehe soorteil wordt sterker
en er is vandaag een nieuwe recprclprijs voor dit, seizoen
in Liverpool behaald, daar FuJly Gooci Fnir Sakel 33,65
cl.
per 1h. noteerde. De voorraden in Ahexanclrië zijn ongeveer
even groot als een jaar geleden.
Anerik’aausche gareus vorden beter gevraagd en cle .stij
gi lig van het ru.we materiaal heeft flinke zaken in oops
ten ge’ohge gehad. Producenten van grove, medium en de
fijnere Amerika.ansche nummers hebben meej’ omgezet, al
zijn de prijzen niet voor allea bevredigend. In verschillen-
le gevallen werden er flinke hoeveelheden geboekt en de
stemming was gisteren beter dan sedert geruinien tijd liet
geval is geweest. Spiuner’s prijzen kunnen echter met de
verhoogde •katoennoteeringen geen gelijken tred honden,
waardoor mnargins natuurlijk te lijden hadden. Men ver-
waoht bijna algemeen, dat het voorstel van de Master’s
Federation om den werktijd veer in te krimpen cii zoodoeuu
de de productie te verminderen, voldoende gesteund zal
worden. Getwijnde garens worden slechts matig gevraagd,
zoonel voor het binnenland als voor export, doch biedingen
zijn over hot algemeen te laag eut er wordt slechts weinig
geboekt. Door de ehorbitant hooge prijzen van het ruwe
materiaal, gaat er in Egyptische garens slechts weinig om.
Enkele flinke zakeii, waarover men reeds sedert enkele
dlageu in onderhandeling was, zijn deze week geboekt.
Hetzij ten gevolge van de verandering in den loop van
katoenprijzen, (lan wel om eciulge andere reden, is de stem-
ming in de doekmarkt niet meer zoo lusteloos als de laatste
twee weken; inderclivad is cle toon zelfs meer optimistisc)i
dan sedert het begin van het jaar het geval geweest i.
Ongetwijfeld valt er clan ook een verbetering van cle graag
te coustateeren. ‘Indië, begint meer belangstelling te toonen,
hoewel ‘cle biedingen van Karachi, Madi’as en Bonibay in
vele gevallen te laag zijn; Calcutta tÔont lichter nög weinig
teeken ‘van leven. China ‘begivit ook ;meerj leven te toonen.
en zendt .anvr0gen voor stapels. Ondanks clezen algemeen
verbeterden toon, zijn er echter nog, niet ‘veel meer zaken geboekt, daar prijzeii van Amerikaansoh goed in overeen-
stemming met die van Am.erikaiumsche katoen gestegen

zijn. Dooi’ de buitensporige prijzen van Egyptisehe garens, is de toestand voor Egyptisch doek nog zeer teleurstellend.

28Jan. 4Feb. Oost. koersen. 27Jan. 3Feb.
Liverpoolnoteeri n gen. T.T.op Indië 1/6 1/5f
F.G.F. Sakellaridis 31,75 33,65 T.T.
op
Hongkong2j3% 2/37/
s

G.F.
No. 1 Oomra 9,60 10,35
T.T.op Shanghai
1)
3/13′
i) Feestdag.

KOFFIE.

Ook over cle afgeloopen week valt niet veel nieuws te
berichten. De markt vertoont nog steeds het beeld, 1at.zij
reeds sedert meer claim twee maanden te aanschouwen geeft,
namelijk dat van onzekerheid en gebrek aan vertrouwen.
De onzekenheicl komt in de eerste plaats tot uiting in den loop der prijzen aan de termijnmarkten, alwaar, vanaf het
oogeublik, w’aal’op cle plotselinge teruggang van -November
I.I. tot stilstand kwam, een klein herstel telkens uit ver-
1001) vaui eenige dagon gevolgd werd door eene bijna eveuu
korte periode, waarin cle noteeringen weder iets afbrok-
kelden. Zoo ook in de laatste acht dagen. In den aanvang
liepen cle prijzen langzaani itoch regelmatig iets op en daar-
na zakten zij, zooch’a i3razilië iets verlaagde kost- cii
vrachtofferten zond, cladelijk weder in. En gebrek aan ver

trouwen spreekt duidelijk uit de nog altijd allerwegen door
de consumptie gevoerde politiek van terughot ding. Ht be-
staan dier politiek wdrd.t bewezen, door cle cijfers der afle velingcn’ in Europa’ en in de Vereenigde Staten van Noord-
Amcrika. Volgens cle statistiek van de Firma G. Dnuring
& Zoon te Rotterdam waren de afleveringen:
In Europa In de Ver. St.

Totaal
van N. Am.
In Januari 1925 719.000 bui.’

893.000 bn. 1.612.000 bn.
1924 900.000 ,, 1.087.000 ,, 1.987.000 ,,
zijnde cciie vermindering tegen verleden jaar van 375.000
bui. of ongeveer 19 pCt. Aangezien gebleken is, dat het
totale verbruik tot nu toe door de hooge prijzen nog niet
geleden heeft, doch’ integendeel in liet afgeloopen jaar zelfs
nog is vooruitgegaan, moet worden aangenomen dat liet
voor Januari ‘ontbrekende geput is ui.t de onzichtbare voor-
i’aclen, dat zijn die, welke zich reeds in handen der braul-
des’s bevinden of in eik geval niet meer controleerbaar zijn,
en clie nooit zijn te schatten. Hoe lang deze voorraden nog
invloed zullen kunnen uitoefenen, valt natuum

lijk niet gecin
mogelijkheid te zeggen, doch de ‘oiderviuding heeft wel ge-
leerdi, dat zij iii tijden, zooals er mi weder eèn wordt door-
gemaakt, ten slotte altijd grooter blijken te zijn dan aan-
vankelijk wordt aangenomen.
Van een terugloepen der prijzen knmi echter hij dispomtibel
nog volstrekt niet worden gesproken. Eer is het tegenover

gestelde het geval en hoewel de officieele noteeri’uug vnu Superior Santos op de Rotterciamselme’ markt deze weëk
onveranderd 76 ct. bleef en die van Robitsta 64 et., wordt
voor mooie Extra ‘Prime Santos reeds 82
1
84 et. gevraagd
uu
voor de beste Robusta 66 k 67 ct., alles per 3.4 KG.
Snntos-koff.ie is ten gevolge van iie beke’uu’cie ,maafrege1eiu
van Brazilië om den prijs kunstmatig hoog te houden, ten
slotte aangeland op eene waarde, clie volstrekt niet meer
in verimoudiung staa,t tot die der andere soorten. De zooveeh
betere gowassahen Centraal Amerikaaasçhe en WeSt-Iimdli-
sehe Koffie’s staan bij prijzen van 82 0, 90 ct., al naar
kwaliteit, tegenover Sairtos in pariteiit veel lager dan, ooit
liet geval is gesveest en de goedkoopere Koffie’s als Roimus’t:u
en de gecu1veerde Afrikaansche soorten (Novo Iledondo
en dem

gelijke) staan met 65 P 67 ot. voor de beste mnem’keuu
eveneens iii verhouding te laag. ‘Wanneer hierin ve’i’bete-
ring zal komen, en of dit dan gesehiedien zal’ door daling
van de San,tos-waarcic of door stijging van de prijzen der
andere soorten, valt natuurlijk vooruit niet te zeggen, doch
wenseheljk ware het zeker, dat op de eene of op de audem’ê
wijze aan dezen ab.normalen toestand een einde kwam.
De termijnnoteeringen aan de ochte’n’d-call waren te:

Rotterdam (Santos-contract)

Amsterd. (Gemengd con-
basis Good

tract) basis Santos Good

Mrt. Mei
1
Sept. Dec. ii’Irt. Mei Sept. Dec..

10 Febr. 60(

5781
8
533, ,5171

57

55y
4

5la

5081
3 ,,

61

58
3
4 55y, 53h 59

56sj 53

505/
8

27 Jan. 62

5
9Y4

50i
4
’54k 59

567/, 53’i, 515,,
20 ,,

611/
8 1
58′

563,8

8
/8
58′,9
I
56’/8, 5371,, 513f

De slot-noteeringen te ‘New York van hetaldaar geldende:
gemengd’ contract: (basis Rio No. 7) waren:

Mrt.

9 Febr………$ 20,60

Mei


Sept.
Dec:

$

19,04.
$ 16,90
$ 16,28
2

,
… ……

..
21,13
.,

19,85
,,

17,65.
,,

16,95
26

Jan ………

…20,61.
19,35
17,58

17,08
19

……….,,

20,74
,,

19,55
,,

17,85
,,

17,40

Ii
Februari
1925

ECONOMISCH-STATIS’ISCHE BERICHTEN

35

Volgens alhier ontvangen bericht is vai.iif 15
3
cuivari
I.I. van Bobusta Koffie, die de ]aatste jaren te New York
voor levering op de termijnmarkt was uitgesloten geweest,
de gewassehen soort aldaar wedei leverbaar gesteld voor
contracten per Februari 1926 en later. Voor cle waarde-
bepaling is zij ingedeeld in de klasse van tie Br.azielsoorteii
(behalve Sentos) en van Suriname-koffie.
Robasta, cle soort clie ioo goed als alleen in Nederlardseli
Oost-Indië geteeld wordt, vond sedert de uitsluitirg op de
termijnmarkt te New York, haren weg lioofdza.kel ijk naar
Nederland en gedeeltelijk (doch dan meestal voor Nader-
lancische rekeniaig) naar andere Europeesche havens. Niet
onwaarscbijniijk is het, dat de hierboven vermelde maat-
regel van New York aanleiding zal worden tot uitbreiding
van den aaiwoer aldaar, en dat dit dan, althans ten dccle,
gesohiecleu zal ten koste van dcii aanvoer in Nederland, is
vel bijna zeker.
:Ilotterdam, 10 Februari 1925.

(Mededeel ing van de Vereeniging voor (leo Goeclere,ïhandhl

te Rotterdam.)
Noteeringen en voorraden in Brazilië.

te Rio

te Santos

1
Wisselkoers
Data
1

-1

1
te Rio
1
Voorraad
1
Prijs
1
Voorraad
t
Prijs
1
(In Balen)
1
No.? 11
(In Balen)
1
No. 4 op Londen

9Febr. 1925
256.000

39.150 1.712.000

42.000
5
11
,
2 Febr. 1925
299.000

38.600 1.642.000

41.500
57/
8

26’Jan. 1925
358.000

38.400 1.681.000

41.700
559154

9 Febr. 1924
158.000

22.275

641.000

25.500
6
7
1
8

1)
In Reis.

Ontvangsten
uit het binnenland van Brazilië in Balen.

teRio
te Santos
Data
Afgeloopen
Sedert
Afgeloopen
Sedert
week
1Juli
week
1Juli

7
Febr. 1925..
.
.1
33.000
12.600.000
1

182.000
1
6.482.000
7 Febr. 1924….l 55.000 12.533.000
1
212.000
1
6.197.000

Statistiek der firma G. Duuring & Zoon.

Zichtbare voorraad op 1 Februari 1925 in duizenden balen.

1925 1924 1923

1922 1921

Voorraad in Europa..
1.583
1.340
2.122
1.740
2.000
Stoomend JBrazilië ..
452
776 631
901
480
n.Europa küost

Indië.
37 37
11
28

2.072 2.153
2.764 2.669
2.480
Voorraad Ver. Staten
705
662
820
1.386 1.647
Stoomend

naar – Brazilië ..

407

426

582

438

712
Ver.Statenj

3.184

3.241

4.166

4.493

4.839

Voorraad in Rio ….

305

228 1.349 1.896

421

Santos.. *1736

705 2.199 2.847 3.479

Bahia ..

31

46

25

53

38

Totaal …..5.256

4.220

7.739

9.289

8.777

Op 1 Januari …….5.384

4.467

7.980

9.403

8.765

1924 1923

1922

1921

1920

Op 1 Juli ……….5.071

5.340

8.639

8.750

6.750

* Voorraad in Paulo.

THEE.


In de afgeloopen week gaf Londen wederom een zwak-
kere tendens van de theemarkt to zien en waren de prijzen van %-1 cl. lager. Vooral de Javathee.veiling van jI. Don-
derdag te Londen had een zwak verloop. De ordinaire
theesoorten hadden de zwakste markt en er werden vele
-partijen teruggetrokken. De aanvoeren te Londen blijven abnormaal groot voor dezen tijd van het jaar. De Britsch-.
Indische oogst bedroeg tot ultimo December 326% millioen
lbs. tegen 327 millioen lbs. in 1924. Van een veel ‘grooteren
oogst, die ook grootere afschepingen wettigt, is dus geen
sprake. Intiisschen is toch de voorraad ‘thee in entrepôt in
Londen zoodanig gestegen, dat er voorloopig geen aanlei-
ding bestaat voor hoogere markten. Die voorraden te Lon-
den bedroegen op ultimo Januari ruim 213 millioen lbs.
tegenover 170 millioen lbs. op hetzelf cle tijdstip, van verle-
den,jaar. Er valt dus een toename te constateeren van 43
millioen dis. Hier in Amsterdam ivas cle markt in de af-
geloopen week stil, al was er ook leveudige belangstelling
voor de verkooping van 1500/2 kistjes beschadigde China-
thee, die uit hoofde van de daarop verleende – moderatie van invoerrechten wel in hoofdzaak voor binnenlandsch
verbruik zullen zijn gekocht. De theeveiling van 19 Februari

as. zal nu ruim 17.000 kisten N.-I thee omvatten en zal
het verloop dier veiling zeer veel afhangen van dc houding
welke Londen in deze week te zien zal geven.
Amsterdam, 9 Februari.

RUBBER.
Aangezien de geiiuddelde prijs gedurende de maanden
November/December/Januari ten slotte nog iets onder 1
6
Cl.-
is gebleven, werd het percentage van cle rubberproduc-
tic, toegestaan volgens de bepalingen van het Steven son
Schenie van 50 op 55 pCt. gebracht, voor de ‘volgende diie
maanden, ofschoon algemeen met 10 pCt. vermeerdering
werd gerekend.
De markt opende daardoor zeer vast, doch toen bleek,
dat de kooplust der consumenten uitbleef, weed (le sten-
nhiug spoedig flauwer. –
De slotnoteeringen luiden:
einde voorafgaande week
Crêpe

Februari 98% ct. …………. 98%ct.
Febr./Maart98% ………… ., .98
April/Juni 96

…………… .95
Juli/Sept.

93

,………….- 93%
10 Februari 1925.

KAPOK.

(Opgave van de Makelnars Gebrs. van der Vies, Amsterdam.)
Kapokstatistiek op 31 1)ecember 1925.

Voorr. Aauv. Verk.

Voorr.

1 Jan.

tot

tot

op
Importeurs:

1925 31 Jan. 31Jan. 31Jan.
(in pakken).
H. G. Th. Crone ………
.-

672

672
Van Eeghen & Co……..

141

141


N.V.ffaiidelen CultciurEÏij
v/h. Smidt
&-
Amesz q.q.
Edgar

&

Co’s

Handel

Mij.

Soerabaja

……..
141
2020
813
1348
Int.Hand.&Cred.Mij.IHEC
752 724
28
Jacobson v. d. Berg & Co

2088
2088

Koning,Teves&’Co …….

59
59

Landb. Mij. ,,Geboegan”…


100
40 60
Maintz’Productenhandel.
84
1344
1428

Mirandolle, Voûte & Co…
121
1548 1240 429
Tiedeman & van Kerchem

134
134

Weise &Co …………..
279 305
191
393
Order ……………….
1378 750
608
1520


2003
9913
8138
3778

VERKEERS WEZEN.
VRACHTENMARKT.
Ofschoon cle kolenbevrachting van Amerika op beschei-
den voet voortging, bleken de reecicrijen voor deze trans-
porten, niet veel interesse te hebben en wijclden zij meer
aandacht aan de
in
vergelijking hoogere graanvrachtprijzan.

Wat Europa betreft werd nog steeds alleen naar de Mid-
dellaucische Zee afgesloten en wel per Februari naar West-
Italië tegen $ 3,20 en naar Marseille togen $ 3,40. Tegen
het einde der week konden, echter de vra,cliten worden ver-beterd tot minstens $ 3,60. Naar Zuicl.Anierika vonden geen
afsluitingen plaats. –
Dc graanvrachtenmarkt van Amerika was voor het groot-
ste gedeelte der week kalm en vast en terwijl de vrachtprij-
zeti voor belading Februari een aanmerkelijke stijging
vertoonen, zijn die voor de latere termijnen bijna onveran-
derd. Er was alleei.i vraag naar de Middellandsche Zee.
Van de Range werd tot 21 cents per 100 Ibs., basis 1 haven
West-Italië, betaald per Februari, terwijl voor Maarthe-
lading 18% cents, basis 1 loshaven, werd betaald voor hoo-
ten vm -handige grootte en 18% voor groote boeten. Op
eze basis kunnen nog meer afsluitingen worden gedaan.
De Gulf betaalde
5/-
per qtr. voor een boot met 25 Februari
4oncelling naar de Midclellandsche Zee, terwijl een groote
boot per begin Maart de bijsonder goede vracht van 24 cents

9
er 100 lbs. naar Venetië direct heeft kunnen be:lingen. ver het geheel bracht deze markt een teleurstelling te-
v,eeg; de hoop op een alge-heele verbetering gedurende deze
week werd niet bewaarheid ten gevolge van de prijsdaling
der tarwe.
In de suikermarkt van West-indië is weinig verandering
gekomen. Van Cuba werd een 6000 ton ner afgesloten n a:i r
U. K./Continent per Februari tegen 21/- en werd voor
Februari/Maart 21/- betaald. Er heerscht nog steeds ccii
dchaarschte aan orders voor Ide-inc booten van ongeveer
3000 tous van San-Domingo en Cuba, maar 23/9 is aange-
boden voor boeten van -ongeveer 3000 tons per Februari/
Maart naar de -gebruikelijke range van loshavens. Een af-
sluiting van een kleine lading van ongeveer 3600 tons werd

136

ECONOMISCH-STATISTISCHE BERICHTEN

1
1 Februari 1925

gerapporteerd naar Japail per Februari tegen $ 6,25, doelt
dit werd nog niet bevestigd.
Evenals de andere graarimarkten vertoont ook die van cle
North Pacilic geen verbetering en afsluitingen in alle rich-
tingen zijn bijzonder gering; de tonnage is sehaartoh en
er zijn bijna geen definitieve orders. De vrachten blijven
01)
ongeveer 35/-, t&wijl voor bijladig het vrachticlee 32/6 is.
Lumber orders zijn nog in de markt naar Australië tegeat,
$15,50 per Maart/April en naar de Atlantische staten tegen
$ 15 per denzeifden termijn.
De markt van de River Plate is stil en zoo lang cle
graanprijzen in Argentinië op het huidige peil blijven zal
het moeilijk zijn hier zaken te doen. Aan den an(leren kant blijft de tonnage zich ophoopen en ofschoon 1 of 2 hooten
in

ballast zijn vertrokken, arriveeren er steeds weer andere,
die hun plaatsen innemen. Twee booten van 5000 totis,
10 pCt., spotprompt, werden afgesloten van Concepcion naar
U. K./Continent tegen 24/6 en tegen het einde der week was
de vracht van Upriver niet meer
.
dan 22/- met 20/- van
Bahia Blanca. Er werd een boot afgesloten van Rio nana-
Baltimore voor een lading erts tegen een vracht van $ 4.
De salpetervraehtenmarkt is onveranderd en van deze
richting vallen in het geheel geen afsluitingen te vermel-
den. Naar de Vereenigde Staten kan tonnage geplaatst
worden per Maart tegen $ 5,60 en April tegen $ 5,25, doch
ook hierin vonden geen afsluitingen plaats.
Met uitzondering van Australië is alle vraag van
Oostelijke markten deze week weggevallen ofschoon de. vrachten vast blevn. Van Wladiwostoek werd ruimte ge-boekt voor bonnen per April/Mei tegen 35/- naar Rotter-
dam/Hamburg en. per Mei tegen 35/- naar RuIl, Rotterdam,,
Hamburg, 36/3 naar Scandinavië, terwijl voor cle laatstge
noemde positie tevens afgesloten werd in dieptankruimte
tegen 85/- naar de gebruikelijke continentale havens, 92/6
Hull. Van Dalny werden booten afgesloten voor booneu naar
U. K./Continent tegen 27/6, terwijl dieptankruimte werd
afgesloten tegen 80/- voor dezelfde positie.
Van Saigon werd een partij van 3000 tons rijst gesloten
voor Aprilaflading naar Londen/Hiill/Havre/Ha.mburg tegen
37/6; naar de Fransch-Atlantische havens kan tegen 37/-
een volle lading wnrden gedaan per laatste helft Mei-af
lading.
Bij het openen der week ging Australië voort met het)
afsluiten van tonnage van Zuid/Victoria/Sydney naar de Middellandsehe Zee/U. K./Continent tegeti vrachten tot 55/- per Februari/Maart en 53/9 tot 52/6 per Maart. Ook

per April werd afgesloten tegn 49/-, terwijl een boot van
West.Australië met 42/6 betaald werd. Buiten tonnage, die
voor Februari/Maart en Maart gezocht wordt is er verder
echter op het oogenblik slechts nog zeer weinig definitieve
vraan.
De rijsimarkt van Burmnh vertoonde nog steeds vast-
hei.d, doch er heerscht hier nog een sc-haarseh.te in tonnage
en de vraclitprijzen hebben een vaste tendens. Voor een
Februari/begin M.aartboot is de hoogste vracht, clie nu be
taalci werd 35/- naar Havre/Hamburg range. Verder werd
er per Maart afgesloten tegen 34/- naar de Middellandsehe
of Adriatische Zee en 33/6 naar het Continent. Wat Indië
hetref t werd van Bornbay/Karac%i afgesloten op d.w. tegen
27/6 tot 27/9 per Februari/Maart, naar gelang vat)
grootte, terwijl Karachi’ herhaaldelijk heeft gesloten op
,,scale tcrrns’ tegen 23/6 per Februari/Maart. Van Mauri-
tius werd een groote boot genomen naar Bombay en/of
Karachi tegen 14/6 één, 15/- beide havens, af lading begin
Maart.
De markt van de Zwarte Zee was iets rustiger, terwijl
die van de Midclellandsche Zee onveranderd blijft. De vracht-
prijzen ondergingen geen verandering.
Ook cle kolenvrachtenmarkt van Engeland ondervond
geen verandering. Van Zuicl-Wales werd als volgt afgeslo-ten: Zeebrugge
3/7A,
Roeen 3/6, Bordeaux 4/6, Lissabon
7/9, Gibraltar 713, Algiers 8/3, Marseille 9/-, West-Italië
9/6, Buenos-Aires 14/-, terwijl de volgende afsluitingen van
de Oostkust plaats vonden: Fredérikshaven 5/3, Hamburg
4/6, Antwerpen 2/9, Bordeaux 5/,, Marseille 9/3, Veetië
1.1/3 nat West-Italië 9/6. 9 Februari 1925.

RIJN VAART.

Week van 1 t/m. 7 Februari 1925.
De aanvoeren van zeezijde bleven stationnair en de be-
schikbare seheepsruimte was ruim voldoende.
In dac,,
,
Iiuur
,
naar de Rijnstations werd een enkel schip
gecharterd tegen 23.-2. ct.. per ton en per dag.
De ertsvrachten bedroegen gemiddeld f0,50 met los-
tijd; f.0,60 met Y
2
lostijd.
De waterstand naar den Benedenrijn bleef gunstig, ter-
wijl naar den Bovenrijn. op beperkten diepgang afgeladen
kon worden.
In cle verlading van kolen in cle Ruhrhavens kwam geen verandering. Het sleeplöon werd gemiddeld genoteerd vol-
gens liet
35/371%
ets. tirief. .

UITGIFTE VAN $ 10.000.000.- OBLIGATIËN – -.

ten lste van

SIEMENS & HALSKE
A.G:,
Berhjn,

SIEMENS-SCHUCKERTWERKE’.
G. m. b. H.
Berlijn,

verdeeld in

$5.000.000.- 7 pCt. 3-jarige en
$ 5.000000.- 7. pCt. JO-jarige verzekerde Sinking Fund Goud Obligatiën.

Ondergeteekenden berichten, dat zij te hunnen kantoren, alsmede bij de Heeren
DE BAS &
Co. te

‘s-Gravenhage,

.

i

1f
op iviaanciagio reoruari a.s.

van 9 uur ‘s voormiddags tot 4 uur ‘s namiddags,

de inschrijving openstellen op:

$750.000.— 7 pCt. 3-jarige verzekerde Sinking Fund Goud Obligatien aflosbaar tot ten minste 100 pCt.

(deel uitmakende van bovengenoemde uitgifte groot $ 5.000.000)

tot den koers van
99
1/4
pCt.
Amsterdamsche usance, en op

$750.000.— 7 pCt. lO-jarige verzekerde Sinking Eund Goud Obligatiën aflosbaar tot ten minste 102 pCt.

(deel uitmakende van bovengenoemde uitgifte groot $ 5.000.000)

tot den koers van
961/4
pCt.
Amsterdamsche usance.

Prospectussen en inschrijvingsbiljetten zijn bij de inschrijvingskantoren verkrijgbaar.

Mendelssohn & Co.,
Amsterdam.

Pierson & Co.

AMSTERDAM, 10 Februari 1925.

Auteur