Ga direct naar de content

Input/output

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 1 2014

.

ESB Input / output

Input //output
Ervaringen

met grote onzekerheden. Investeerders die het
fonds geld hadden geleend riskeerden grote
verliezen, maar leden uiteindelijk geen verlies.
Het blijkt dat de haircuts van investeerders die
het fonds geld hadden geleend in de daarop volgende periode groter waren, terwijl die van andere investeerders gelijk bleven. Wanneer veel
investeerders tegelijk hogere veiligheidsmarges
in acht nemen, kunnen er contracyclische bewegingen ontstaan die zichzelf kunnen versterken.

Persoonlijke ervaringen van investeerders, bijvoorbeeld het meemaken van een hevige crisis,
leiden ertoe dat ze bij het verstrekken van een
lening een hogere veiligheidsmarge gaan hanteren tussen de waarde van de lening en het onderpand (haircut). Dit blijkt uit empirisch onderzoek van Koudijs en Voth met gegevens van
leningen op de Amsterdamse beurs uit de achttiende eeuw. Hoe hoger de haircut, hoe meer risico de lener ervaart en hoe meer beschermd hij
is tegen dit risico. In het onderzoek bestuderen
de auteurs de gevolgen van het speculeren van
een beleggingsfonds in 1772, wat gepaard ging

Gezondheid

Scholte et al. onderzoeken hoe de combinatie van
een slechtere situatie in de eerste levensjaren en negatieve gebeurtenissen later in het leven de fysieke
gezondheid van ouderen beïnvloeden. De situatie
in het eerste levensstadium wordt gemeten door de
conjunctuurcyclus. Onder gebeurtenissen later in
het leven verstaat men het opspelen van een chronische ziekte, of de dood of ziekte van een echtgenoot
of andere familieleden. De auteurs gebruiken gegevens over de periode 1992–2006 van 2869 Nederlanders die geboren zijn tussen 1907 en 1937. Het
blijkt dat geboren zijn in een recessie, wat een minder goede start van het leven impliceert, inderdaad
leidt tot een slechtere fysieke gezondheid op latere
leeftijd. Dit komt echter vooral doordat de impact
van negatieve gebeurtenissen op latere leeftijd op de
gezondheid groter wordt. Dit is vooral zichtbaar bij
de impact van een chronische ziekte, die fors groter
is voor mensen die in een recessie geboren zijn.

Koudijs, P. en H.-J. Voth (2014) Leverage and beliefs:
personal experience and risk taking in margin lending.
CEPR Discussion Paper, 9920.

Voorlichting

Rechters

Het expliciet onder de aandacht
brengen van bestaande regulering
bij bedrijven is niet effectief in het
sturen van hun gedrag. Dit concluderen Huizingh en Mulder aan de
hand van twee veldexperimenten
met bedrijven die actief zijn in de
internethandel. In het eerste experiment kregen bedrijven een persoonlijke brief toegestuurd, waarin
de regulering werd toegelicht. In
het tweede experiment kregen bedrijven een aantal algemene publicaties te zien die gericht waren op
de regulering in hun bedrijfstak. In
beide experimenten had het geven
van voorlichting geen significant
effect op het naleven van de regels.

De productiviteit van de rechterlijke macht, ofwel
het aantal behandelde zaken met een gegeven hoeveelheid middelen, is in Nederland in de periode
1965–2011 sterk gedaald. De productiviteit blijft
tot 1983 stabiel, maar neemt daarna sterk af, onder
invloed van onder meer stijgende materiaalkosten
door huisvesting en de invoering van ICT en ingrijpende hervormingen in het rechtssysteem. Na 2002
blijft de productiviteit relatief stabiel. Dit stellen
Dumaij et al. aan de hand van empirisch onderzoek.
Gemeten over de hele periode nam het aantal kantonzaken toe van 350.000 tot 900.000, onder meer
doordat de competentiegrens voor kantonrechters
twee keer verhoogd werd. De aantallen rechtbankzaken en zaken in hoger beroep namen toe van
respectievelijk 220.000 en 6500 tot 450.000 en
41.000. Opmerkelijk is dat het aantal rechtszaken
sneller toeneemt in tijden van recessies.

Huizingh, E. en M. Mulder (2014) Effec-

Dumaij, A., T. Niaounakis en T. Urlings (2014) Onderzoek naar

Scholte, R., G.J. van den Berg, M. Lindeboom en D.J.H. Deeg

tiveness of regulatory interventions on

het effect van regulering op de productiviteitsontwikkeling van

(2014) Does the size of the effect of adverse events at high

firm behavior: a randomized field ex-

rechtspraak en Openbaar Ministerie tussen 1965 en 2011. Delft:

ages on daily-life physical functioning depend on the eco-

periment with e-commerce firms. SOM

IPSE Studies.

nomic conditions around birth? IZA Discussion Paper, 8075.

Research Report, 11.

Exporten

Nederland was met een totale export van 500 miljard
euro in 2013 na Duitsland de tweede exporteur van Europa, wat onder meer komt doordat Nederland veel goederen doorvoert. Ongeveer de helft van de exporten bestond dan ook uit wederuitvoer. De gemiddelde bijdrage

260

500
miljard euro

van een euro uitvoer Nederlands product aan de Nederlandse economie is veel hoger dan die van een euro
wederuitvoer, namelijk respectievelijk 54 en 8 eurocent.
CBS (2014) Nederland tweede exportland van Europa. Webartikel,
22 april.
Jaargang 99 (4684) 2 mei 2014

Input / output ESB

Pensionering

Huisartsen

Een hogere concurrentie onder huisartsen doordat
er meer beschikbaar zijn per hoofd van de bevolking, leidt ertoe dat huisartsen meer medicijnen
gaan voorschrijven. Dit concludeert Schaumans
aan de hand van empirisch onderzoek naar het
voorschrijfgedrag met gegevens van 13.866 Belgische huisartsen uit het jaar 2003. De auteur stelt
dat, omdat er voor huisartsen aan het voorschrijven
van medicijnen geen directe financiële voordelen
zijn verbonden en het moeilijk is om op kwaliteit te
concurreren, huisartsen het voorschrijven van medicijnen als signaal van hun kwaliteit gebruiken. Het
effect is groter naarmate de verschillen in omvang
van de aanwezige huisartsenpraktijken groter zijn.
Schaumans, C. (2014) Prescribing behavior of general practioners: competition matters! TILEC Discussion Paper, 014, en
CentER Discussion Paper, 025.

Inspanning

Het niveau van inspanning dat mensen leveren bij
een systeem van relatieve prestatiebeloning, hangt
onder andere af van zowel het aantal deelnemers als
de kans om de beloning te winnen. List et al. stellen
eerst aan de hand van theoretisch onderzoek de hypotheses op dat de geleverde inspanning evenredig
toeneemt met het aantal deelnemers wanneer de
kans op het winnen van de beloning hoog is, en omgekeerd dat de geleverde inspanning afneemt met
het aantal deelnemers wanneer de kans om te winnen klein is. Vervolgens wordt de theorie getoetst in
een laboratoriumexperiment met 136 deelnemers,
waarbij de hypotheses worden bevestigd. Ten slotte
wordt in een veldexperiment nog aanvullend bewijs
gevonden.

Het hebben van een groter vermogen leidt ertoe dat mensen eerder
met pensioen gaan. Bij een toename van het netto totale vermogen
van een 58-jarige met 110.000 euro
stijgt de kans dat hij met pensioen
gaat met een procent. Eenzelfde
stijging van de kans om met pensioen te gaan doet zich voor wanneer het netto liquide vermogen,
waarbij bijvoorbeeld het vermogen
van een eigen woning niet wordt
meegerekend, met 64.000 euro
toeneemt. Dit concludeert Bloemen aan de hand van onderzoek
met gegevens over 1113 mannelijke
werknemers over de periode 1995–
2002.

Gemoedstoestand

Baillon et al. onderzoeken aan de hand van laboratoriumexperimenten het effect van de gemoedstoestand van mensen op de keuzes die ze maken onder
onzekerheid. De 563 deelnemers moesten keuzes
maken waarvan de opbrengsten onzeker waren, nadat vooraf hun gemoedstoestand werd beïnvloed
door ze een filmfragment te laten zien. Het blijkt dat
een verdrietige of neerslachtige gemoedstoestand
leidt tot minder afwijkingen van de strategie die opbrengsten maximaliseert. De resultaten worden bevestigd door de uitkomsten van een enquête met een
andere groep mensen, waarbij op een bewolkte dag
antwoorden werden gegeven die dicht bij de optimale strategie liggen. Blijdschap en angst leiden wel
tot meer afwijkingen van de optimale strategie. De
resultaten verklaren bijvoorbeeld waarom financiële
markten reageren op het weer of sportuitslagen.
Baillon, A., P.D. Koellinger en T. Treffers (2014) Sadder but

Bloemen H. (2014) Private wealth and

wiser: the effects of affective states and weather on am-

job exit at older age: a random effects

biguity attitudes. Tinbergen Institute Discussion Paper, 044.

model. Netspar Discussion Paper, 010.

Studieprestaties

Presteren ongeduldige studenten,
ofwel studenten die liever nu een
beloning dan later een grotere beloning ontvangen, slechter bij hun
studie doordat ze minder inspanningen voor hun studie leveren?
Non en Tempelaar kunnen hier aan
de hand van empirisch onderzoek
met gegevens over 799 studenten
geen eenduidig antwoord op geven. Ongeduldige studenten behalen weliswaar iets lagere cijfers
en moeten vaker een herkansing
doen, maar studeren niet significant minder uren, behalen aan het
eind van het collegejaar niet minder studiepunten, en stoppen niet
vaker met hun studie omdat ze te
weinig studiepunten hebben.
Non, A. en D. Tempelaar (2014) Time

Stresstesten

De publicatie van de uitkomsten van stresstesten
voor banken zorgt ervoor dat de risico’s die beleggers
ervaren bij banken afnemen. Dit uit zich in dalende
prijzen van credit default swaps, ongeacht het kapitaaltekort van banken. Ook neemt de blootstelling
aan systeemrisico af zoals gemeten door de gelijkmatige bewegingen van variabelen, zoals omzet, met
die van de rest van de financiële markten. Neretina
et al. vinden empirisch bewijs voor deze hypotheses
aan de hand van onderzoek met gegevens over Amerikaanse banken over de periode 2009–2013. De
stresstesten waren dus succesvol in het wegnemen
van overmatige onzekerheden in de bankensector.

List, J.A, D. van Soest, J. Stoop en H. Zhou (2014) On the role

preferences, study effort, and academic

of group size in tournaments: theory and evidence from lab

performance. GSBE Research Memoran-

Neretina, E., C. Sahin en J. de Haan (2014) Banking stress

and field experiments. NBER Working Paper, 20008.

dum, 012.

test effects on returns and risks. DNB Working Paper, 419.

CO2-uitstoot

De aanschafbelasting voor personenauto’s (bpm) is sinds
2006 afhankelijk van de CO2-uitstoot van de auto. Dit beleid heeft ervoor gezorgd dat de CO2-uitstoot van nieuwe
privéauto’s in de periode 2010–2012 4 à 5 procent lager
was dan zonder het beleid het geval zou zijn geweest. De
Jaargang 99 (4684) 2 mei 2014

4%

effectiviteit van het beleid wordt gedempt door een lichte
toename van het autobezit en -gebruik.
Geilenkirchen, G., G. Renes en J. van Meerkerk (2014) Vergroening
van de aanschafbelasting van personenauto’s. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving.

261

Auteur