Ga direct naar de content

Het milieu en het einde van de ideologie

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 21 1989

Het milieu en het einde van de ideologie
J.G. Wissema
Ze zeggen dat je oud wordt als je
belastinginspecteurs jong vindt, liftsters meeneemt omdat him anders
lets zou kunnen overkomen, en last
krijgt van deja i/u-ervaringen.
Om met dat laatste te beginnen:
het milieu. Toen in 1971 het rapport
van de Club van Rome uitkwam
was dat het culminatiepunt van een
reeks uitingen over de zorg voor de
natuurlijke omgeving. Er kwamen
congressen, acties, wetten en investeringen, maar een echt politiek
onderwerp werd het milieu in Nederland niet.
Sinds de kerst is dat we! het geval. Na de ‘low key’-behandeling
van Tsjernobyl zien we opeens gegasmaskerde mannen die aan de
einder het gifschip ontwaren. Broeder Hafmo, ziet gij reeds iets ko- aantal thema’s aan de orde gesteld
men? Voorkomen is natuurlijk beter waarvan het milieu er slechts een
dan genezen en een goede voor- was. Achter die thema’s bleken funlichting creeert politieke wonderen damentelere problemen schuil te
zoals we al weten sinds Marnix van gaan dan men aanvankelijk dacht.
St. Aldegonde c.s. de houtsneden Met deze problemen zijn we geen
over Spaanse wreedheden liet ma- meter verder gekomen want alle poken die de lezer nog wel kent uit de litieke energie bleef zitten in het
‘pondje meer pondje minder’.
geschiedenisboekjes.
De verkiezingscampagne was
Laten we het rijtje eens langs
verderweinig inspirerend (ditstukje gaan te beginnen met de vrouwenwerd voor de uitslag geschreven) emancipatie. In eerste instantie
en velen wijten dit aan het bankroet ging het om het verkrijgen van gelijvan de I9e eeuwse ideologieen, die ke rechten en kansen voor vroutot nu toe met veel stut- en stunt- wen. Echter, niet de mannen maar
werk nog een vitale indruk konden de geslachtsbepaalde rollen bleken
achterlaten op onze ‘low definition’ de vijand te zijn. Met de vraag: “hoe
tv-schermen. Sterker nog, er loopt realiseren we de androgyne
een discussie over het einde van de mens?” zijn we nog geen stap vergeschiedenis, waarmee wordt be- der.
doeld dat het liberalisme heeft geVoorbeeld twee: het milieu. De
wonnen (getuige pro: Gorbatsjov) Club van Rome wees niet alleen op
zodat ons in de politiek niets meer het gevaar van de milieuvernietirest dan pragmatisme en consu- ging; een even groot gevaar was de
mentisme. Anderen voorspellen dat bevolkingsgroei. Daarbij zit het veuit de chaos die op allerlei terreinen nijn in de interactie tussen die twee.
toeslaat (bij voorbeeld de belasting- Ruimer gezien is de vraag hoe het
vereenvoudiging die de omzet van nieuwe ecologische evenwicht er
onze accountant naar zijn schatting uit moet zien als we zeg over 200
met 20% zal doen toenemen) een jaar een wereldbevolking hebben
nieuwe ordening zal worden gebo- van 10 miljard zielen en een gemidren zoals een onweersbui na druk- deld welvaartsniveau als dat van
kende lucht verfrissing brengt.
Zwitserland thans1. Op deze vraag
Aan het einde van de jaren zestig hebben we nog niet het begin van
werd op revolutionaire wijze een een antwoord.

ESB 20-9-1989

Derde revolutie: democratisering. Erzijn ondernemingsraden en
stadsdeelraden gekomen en misschien meer openheid, maar Brussel is er bij gekomen en een werkbare filosofie in deze is nog niet
opgesteld. Minder overheid blijkt
ook niet de oplossing, want dat is
niet zo eenvoudig als het lijkt en
intensiveert alleen het probleem.
Vierde revolutie: de abortus. Wat
er achter vandaan kwam was de
vraag welke beslissingsruimte individu respectievelijk gemeenschap
dienen te hebben bij vragen rond
leven en dood. Hier bestaan wel het
individu beperkende ideologieen,
maar weinig meer dan het gedachtengoed van de Verlichting staat er
nog niet tegenover.
De vijfde revolutie ging over de
relatie tussen rijke en arme landen.
Wat er mede achter vandaan kwam
was de vraag hoe lokale culturen en
identiteiten tegenover elkaar en tegenover mondiale culturen dienen
te staan. Ook hier geen mobiliserende ideologie, hooguit oprechte
respectievelijk selectieve verontwaardiging.
Het wachten is op iemand die
deze en andere thema’s vanuit enkele kernprincipes uitwerkt en verbindt tot een vitale, wervende en
realiseerbare ideologie die de kwaliteit van onze ‘high definition’schermen van straks overleeft. Misschien krijgen we dan weer echte
politieke strijd.

1. H. Kahn, World economic development,
Morrow-Quill Paperbacks, 1973.

915

Auteur