Ga direct naar de content

Het klimaat van de economie

Geplaatst als type:
Gepubliceerd om: oktober 11 2001

Het klimaat van de economie
Aute ur(s ):
Davidson, M. (auteur)
Soest, J.P., van (auteur)
* De eerste auteur is werkzaam bij de sectie Economie van milieuadviesbureau CE te Delft. De tweede auteur is directeur van CE-Transform in
Delft en voorzitter van de Bezinningsgroep energie.
Ve rs che ne n in:
ESB, 86e jaargang, nr. 4328, pagina D32, 11 oktober 2001 (datum)
Rubrie k :
Dossier: Klimaatbeleid
Tre fw oord(e n):
epiloog

Waar hangen de onderhandelingen in de Conferences of Parties (CoP) vooral op, en in hoeverre leveren economen zoals in dit esbDossier bijdragen om deze onderhandelingen gesmeerder te laten verlopen?
Wij denken dat er drie belangrijke struikelblokken zijn die de onderhandelingen moeizaam maken. Het eerste punt ligt in de aard van het
klimaatprobleem dat onzeker is, mogelijk grote gevolgen heeft, en verdelingseffecten in ruimte en tijd met zich meebrengt. Het tweede
punt is dat er vrijwel niet expliciet over onderliggende normatieve uitgangspunten en waarden wordt gesproken. Het derde struikelblok:
de factoren macht en eigenbelang domineren de internationale politieke arena.
De eerste twee punten hangen nauw met elkaar samen: door zijn aard is de klimaatproblematiek niet oplosbaar op basis van alleen
wetenschappelijke inzichten. In het rapport Duurzame risico’s, een blijvend gegeven stelt de WRR dat aan elke wijze van omgaan met
risico’s normatieve afwegingen ten grondslag liggen. Om tot heldere politieke keuzen te kunnen komen, acht de WRR het noodzakelijk de
afwegingen expliciet te maken. Dat blijkt economen zwaar te vallen.
Zo kan uit een aantal artikelen de indruk ontstaan dat er een economische optimale strategie zou zijn, waarvan men eventueel ‘om
ethische redenen’ zou kunnen afwijken. Maar aan de economische analyses zijn al ethische keuzen voorafgegaan.
Enkele voorbeelden:
» In de artikelen die erop wijzen dat een vergaand klimaatbeleid economische niet optimaal zou zijn, wordt nut voor toekomstige
generaties minder zwaar gewogen dan huidig nut. De keuze om toekomstig nut een gelijk gewicht te geven als huidig nut is echter geen
normatieve keuze die tegenover een economische keuze staat, maar een andere normatieve keuze;
» In vrijwel geen economische schatting van de kosten van klimaatverandering worden onwaarschijnlijke en onzekere maar mogelijk
dramatische gebeurtenissen meegenomen, zoals het omkeren van de Golfstroom. Vertrekpunt voor de analyse is het meest
waarschijnlijke scenario. Een andere, even verdedigbare strategie evenwel is: indekken tegen risico’s met lage kans maar grote gevolgen.
Dit is niet ongebruikelijk in bedrijfsleven, de gezondheidszorg en de verzekeringsbranche. Wederom geldt: hier is geen sprake van een
normatieve keuze die contrasteert met het idee van het economisch optimum, maar een andere normatieve keuze, waar een ander optimum
uit voortvloeit;
» Het is een normatieve keuze om alleen van die maatregelen die de huidige levensstijl intact laten (vooral technische maatregelen) de
kosten en de baten te bepalen. Blijkbaar is de aanname dat andere maatregelen of gevolgen van maatregelen, zoals gedragsverandering
en verschuiving van consumptie- en productiepatronen niet haalbaar of niet wenselijk zijn;
» De gedachte dat een effectief beleid alleen in internationaal verband zou kunnen berust op de verborgen aannamen dat als effectief
geldt: effectief voor Nederlandse toekomstige generaties, zonder mondiale solidariteit, en dat verlies aan concurrentiekracht
onacceptabel is. Andere normen ten aanzien van de eigen verantwoordelijkheid bij collectieve problemen zijn evengoed verdedigbaar.
In de meeste artikelen wordt niet voldoende duidelijk wanneer sprake is van normatieve uitspraken en wanneer van zuiver economische
redeneringen. Wanneer de redeneringen buiten de oevers van de economische wetenschap treden, valt op dat weinig wordt geput uit de
rijkdom van andere disciplines. Daarnaast missen we geheel een rechtvaardigheidsbeginsel als historische rechten, terwijl deze gedachte
in de internationale klimaatonderhandelingen (VS!) een hoofdrol speelt.
De stap van historische rechten naar het derde struikelblok, macht en eigenbelang, is snel gemaakt. Die factoren worden zo goed als
vergeten. Jammer, want juist als het gaat om het analyseren van (economische) belangen en de vraag in hoeverre deze worden geschaad
of gesteund door verschillende pakketten van maatregelen, hebben economen wat te bieden.
Wat kan nu de politicus die op weg naar Marrakesh deze esb leest worden aangeraden? Ten eerste: laat de gedachte los dat er zoiets is
als een optimaal economisch pad, ook al leest u in dit dossier soms de tegenovergestelde suggestie. Wat optimaal is, hangt helemaal af

van normatieve of, zo u wilt, politieke uitgangspunten. Ten tweede: besteedt in de discussie in Marrakesh expliciet aandacht aan
principiële uitgangspunten, waarden, macht en eigenbelang, vormt u zich een beeld hoe uw wederpartijen in de onderhandelingen staan.
Hoe helderder die worden, hoe beter economen vervolgens weer hun werk kunnen doen. Ten derde: mik op internationale coördinatie
van beleid en instrumenteninzet (zonder de VS zijn alle verdragen uiteindelijk ten dode opgeschreven), maar u kunt in eigen land ook
zinvolle stappen zetten, al is de prijs hoger dan zonder internationale afstemming. Ten vierde: ongeacht uw principiële uitgangspunten,
heffingen en verhandelbare emissierechten zijn altijd de goedkoopste instrumenten. U mag andere oplossingen kiezen, maar u betaalt dan
wel een meerprijs. Ten vijfde en ten slotte: als deelbelangen hard piepen is de kans het grootst dat u een effectief en misschien ook nog
wel efficiënt plan te pakken hebt.

Dossier Klimaatbeleid
J.P. Pronk: Klimaatbeleid na Bonn
A.M. Gielen, H.L.F. de Groot, P.R. Koutstaal en P.J.G. Tang: Klimaat en economie

E.C. van Ierland en R.S.J. Tol: Aanpassen of reduceren
T. Wams en J. Korff: Doorstoken en dijken bouwen is geen optie
M. Harmelink, K. Blok, D. de Jager en C. Hendriks: Emissiereductie: welke gassen en sectoren?
H.L.F. de Groot en P.J.G. Tang: Klimaatbeleid: nu of later?
J.C. Bollen en A. Manders: Klimaatbeleid: hier of daar?
A.M. Gielen en P.R. Koutstaal: Over het kind en het badwater
T. Hoff: Interne emissiehandel: bedrijven en het klimaatprobleem
M. Mulder: Klimaatbeleid in Nederland
H.R.J. Vollebergh: Van de regen in de drup
B. Metz: Wie gaan reduceren
H. Bersee: Internationale klimaatonderhandelingen
A.J. de Zeeuw: Klimaatonderhandelnigen vanuit speltheoretisch perspectief
M. Davidson en J.P. van Soest: Het klimaat van de economie

Copyright © 2001 – 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteurs