Ga direct naar de content

Platforms zijn zoveel meer

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: november 1 2019

Platforms worden vaak in een adem genoemd met lage onzekere inkomens, mensen die elkaar slecht behandelen, werkenden die bescherming nodig hebben en de roep om overheidsingrijpen. Dat beeld is bepaald niet onterecht. Dat is zeker een kant waar platforms mee te maken hebben. Maar platforms zijn meer dan dat, blijkt uit drie artikelen uit het themanummer digitale economie van TPEdigitaal.

Platforms creëren ook positief gedrag

Om te beginnen behandelen mensen op platforms elkaar niet altijd slecht. Ook het tegendeel gebeurt. Het zijn juist platforms geweest die ertoe geleid hebben dat mensen op grote schaal belangeloos hun reisgidsen, grasmachines en partytenten delen met wildvreemden. Dit doen ze geregeld zonder enige garantie dat ze hun spullen onbeschadigd terugkrijgen. Platforms hebben dit fenomeen groot gemaakt, hoewel het voordien ook al bestond. Zo logeerden al in de jaren vijftig esperantisten uit heel Europa bij elkaar zonder elkaar te kennen en bevolkten lifters ver voor de platformtijd de snelwegafritten op zoek naar een gedeelde autorit. Waarom onbekenden elkaar op platforms zonder enige garantie van een externe partij toch vertrouwen is uitgebreid onderzocht (Ter Huurne, 2019; Ter Huurne et al. 2018).

Zo blijkt – op zich niet verrassend – dat mensen elkaar meer vertrouwen naarmate ze meer op elkaar lijken: op platforms van gelijkgestemden is het vertrouwen groter dan op meer algemene platforms.

Ook ervaring met delen op platforms, reputatie van de aanbieder en taalkundige kenmerken in de beschrijving blijken een rol te spelen. Zo bleken mensen op een kookplatform meer vertrouwen te hebben in koks met een langere profielbeschrijving en aan koks die meer positieve emoties (‘blij’, ‘leuk’) in hun profiel gebruikten. De mate van detail waarin de kok zijn kookproces beschreef bleek niet uit te maken: transparantie over de totstandkoming van de maaltijd was blijkbaar niet nodig. Ook het aantal keren ‘jij’ in de tekst (mogelijk bedoeld om een band te smeden) en het aantal uitroeptekens in de tekst (mogelijk bedoeld om enthousiasme te tonen) maakten geen verschil in de mate waarin koks vertrouwd werden.

Bescherm niet alleen werknemers

Daarnaast zijn het niet altijd werkenden die bescherming nodig hebben op platforms. Soms moeten consumenten beschermd worden tegen werkenden. Uit onderzoek (Arets en Frenken, 2019) blijkt dat zogenaamde platformcoöperaties (platforms bestaand uit groepen werkenden) weliswaar onder voorwaarden een goede bescherming bieden aan werkenden, maar het de vraag is of deze platforms maatschappelijk tot betere uitkomsten leiden. Dit omdat platformcoöperaties, op een enkele uitzondering na, organisaties zijn die enkel opkomen voor één partij in de markt: de werkenden. Deze werkenden hebben belang bij het verhogen van toetredingsdrempels om zo meer werk te krijgen. Ook loopt een dergelijk platform evenveel kans als een ander platform om uit te groeien tot monopolist, met alle nadelen van dien voor consumenten. Het is de vraag of de inkomenszekerheid van werkenden niet met minder nadelen bereikt kan worden via overheidsregulering op de platformmarkt. Hier is zeker iets voor te zeggen, hoewel overheidsingrijpen niet in alle opzichten vanzelfsprekend is.

Platforms in de rol van overheid

Verder is op platforms niet altijd overheidsregulering nodig. Platforms vervullen in sommige opzichten juist de rol van de overheid, blijkt uit onderzoek (Werner en de Bijl, 2019). Platforms zijn regelmatig zelf centrale partijen die via regels en instrumenten de markt reguleren. Dat zij dit doen is niet vreemd. Platforms ontlenen hun bestaansrecht aan het repareren van marktfalen. Zo brengen platforms vraag en aanbod samen en bieden zij informatie over het aanbod. Hiermee kunnen zij toetredingsdrempels verlagen (kleine aanbieders kunnen ook meedoen, omdat ze niet zelf reclame hoeven te maken bij iedere klant), transactiekosten reduceren (klanten hoeven niet enorm veel tijd te besteden aan het zoeken en vergelijken van aanbieders) en het aantal transacties dat plaatsvinden op zo’n markt verhogen.

Daar waar platforms zelf marktfalen repareren hoeft de overheid dit niet te doen. Zij kan zich beter richten op situaties van marktfalen die platforms niet oplossen of zelf creëren. Zo is er een grote informatie-asymmetrie tussen platforms en hun gebruikers. Het risico bestaat dat platforms hier misbruik van maken. Bijvoorbeeld door het bevoordelen van bepaalde aanbieders boven anderen (waarvoor ze commissie kunnen rekenen) of door het bewust langdurig net niet tot stand laten komen van een ideale match (bijvoorbeeld op datingsites) om het gebruik van het platform te verlengen.

Om dit soort marktfalen te voorkomen heeft de Europese Commissie op dit moment een voorstel uitstaan dat platformbedrijven met zoekmachines verplicht inzicht te geven in de totstandkoming van hun zoekresultaten. Daarnaast zouden platforms verplicht kunnen worden alle aanbieders gelijk te behandelen in hun zoekresultaten en/of zou hen verboden kunnen worden hun eigen diensten aan te bieden op hun eigen platforms.

Kortom, platforms zijn meer dan plaatsen waar mensen elkaar slecht behandelen, waarop werkenden beschermd moeten worden en waarop de overheid onverkort moet gaan reguleren. Het zijn ook plaatsen waar mensen met meer anderen delen dan ooit tevoren, plaatsen waar niet alleen werkenden, maar ook anderen enige bescherming nodig hebben en plaatsen waarop weliswaar in sommige situaties overheidsregulering zeer wenselijk zou zijn, maar in andere vooral niet.

Meer lezen over platforms? Lees dan het themanummer van TPE Digitaal over digitale economie en het ESB dossier over digitale platformen.

Auteur

Categorieën