
ESB 4791S: Duurzame landbouw
De landbouwsector staat voor grote uitdagingen op het gebied van duurzaamheid, en tegelijkertijd staat het verdienmodel van boeren onder druk. Alle reden voor een ESB-dossier over de route naar duurzame landbouw.
De landbouwsector staat voor grote uitdagingen op het gebied van duurzaamheid, en tegelijkertijd staat het verdienmodel van boeren onder druk. Alle reden voor een ESB-dossier over de route naar duurzame landbouw.
De steeds intensievere landbouw leidt tot verlies aan bodemkwaliteit en biodiversiteit en vergt steeds verdere schaalvergroting om de benodigde investeringen te kunnen dragen. Dat resulteert in nog grotere milieurisico’s en risicopremies. Een omslag naar duurzame landbouw vanuit een gebiedsvisie is nodig om de sector weer financierbaar te maken.
De kringlooplandbouw biedt een lonkend perspectief voor een duurzame voedselproductie en een versterking van het platteland in ecologische, sociale en economische zin. Maar we zijn er nog niet. Wat kan de bank doen om de kringlooplandbouw te stimuleren?
Zowel het herstel als de versterking van de agrarische biodiversiteit is urgent. Er is een vorm van landbouw nodig die niet alleen gericht is op de topproductie van agrarische producten, maar ook op de kwaliteit en de instandhouding van de productiemiddelen zoals de bodem, de agrobiodiversiteit en het landschap. Wat is er nodig om tot een duurzaam verdienmodel te komen?
Om de wereldbevolking op een duurzame wijze van voedsel te voorzien, dient de voedselproductie te veranderen. De markt tendeert bij deze transitie naar schaalvergroting. Mochten we niet afhankelijk willen zijn van alleen de allergrootste agrofoodbedrijven, dan is er een grotere rol weggelegd voor overheidsinmenging
De duurzaamheidsuitdagingen wat betreft de landbouw zijn groot en urgent, en vereisen andere manieren van werken. De wil is aanwezig, maar in de maatschappij zijn er veranderingen nodig: er dient duidelijk gemaakt te worden dat het zowel economisch als sociaal-cultureel anders moet en anders kan.
Het meeste Europese landbouwgeld gaat tot nu toe naar intensieve landbouw in de gebieden waar de biodiversiteit het hardst achteruitgaat. En in de nabije toekomst kunnen we helaas nog geen beterschap verwachten. De herbestemming van EU-gelden richting vergroening, heeft weinig uitgehaald en het groene resultaat is ook in de nieuwe begroting niet gewaarborgd.
De Nederlandse boeren dreigen in een val te lopen. Om onder de toelaatbare milieugrenzen te blijven, die nu eenmaal niet voortdurend verlegd kunnen worden, moeten zij maatregelen nemen die niet via de markt terugverdiend kunnen worden. Ondertussen lobbyt Nederland in Europa voor liberalisering van het landbouwbeleid, waardoor ook publieke steun zou wegvallen.
Ons huidige voedselsysteem zet het klimaat en de leefomgeving onder druk, het versterkt de achteruitgang van de biodiversiteit en houdt een ongezonde levensstijl in stand. De overheid pakt daarbij nog onvoldoende door. Deze situatie is onhoudbaar, dus is het belangrijk dat daarin verandering komt.
Hoe de combinatie van verschillende strategieën de relatieve geopolitieke invloed van Nederland kan uitbreiden
Nederland heeft een sterke exportpositie op de internationale markten voor landbouwproducten. De maatschappelijke roep om verduurzaming van de landbouw neemt toe, maar zou de productiekosten verhogen. Zijn duurzame(re) landbouwmethoden verenigbaar met een blijvend sterke handelspositie?
De overheid speelt van oudsher een grote rol in de landbouwsector. Wel verschuift de focus de laatste decennia: de rol van het Europese steunbeleid neemt af, terwijl milieueisen een steeds grotere rol spelen.
De landbouw speelt een belangrijke rol bij de uitstoot van ammoniak en methaan. Om die emissies te reduceren worden er door de sector en de politiek allerlei plannen bedacht. Alle plannen doen een beroep op een ruime inzet van publieke middelen. Emissiebeprijzing is een hierbij een kosteneffectief instrument.
In 2030 moeten de stikstofemissies met vijftig procent gereduceerd zijn. Dit vergt een grootschalige hervorming van de veehouderij, een van de grootste uitstoters. Wat zijn de economische effecten van de verschillende opties daarvoor? Een maatschappelijke kosten-batenanalyse.
De hoge agrarische grondprijs is deels het gevolg van de opbrengsten van de intensieve landbouw. Zo kan het beeld ontstaan dat de grondprijs een obstakel is voor een meer duurzame landbouw. Maar klopt dat beeld wel?
Sinds mei 2019 worstelt de Nederlandse regering met het nemen van maatregelen om de stikstofemissies terug te dringen. Het adviescollege Stikstofproblematiek doet verschillende voorstellen om de emissies van de intensieve veehouderij op de korte en de lange termijn te verlagen. Er is echter meer mogelijk.
Nederland is de tweede landbouwexporteur ter wereld, en heeft een van de meest intensieve landbouwsystemen ter wereld. Hoe valt dit vanuit een historisch perspectief te verklaren?
Supermarkten spelen een grote rol bij de verduurzaming van de landbouw. Ze doen dat onder druk van maatschappelijke organisaties en uit profileringsdrang. Maar vanwege onderlinge concurrentie wordt er echter scherp op prijs onderhandeld met de boeren, wat verduurzaming in de weg kan zitten. De overheid moet ingrijpen.
''De emotie rond de stikstofproblematiek als gevolg van de ‘strenge’ uitspraak van de Raad van State lijkt wat geluwd te zijn. Maar dat is, vrees ik, slechts schijn. Nu de minister de omstreden voermaatregel heeft ingetrokken, is er een soort adempauze ingetreden, maar de problematiek is nog levensgroot aanwezig.''
De Nederlandse productie en consumptie van landbouwproducten zorgt voor uitstoot van broeikasgassen en legt beslag op land en zoet water. Het beleid focust op vermindering van de milieudruk van de productie in eigen land, maar ook de import is milieubelastend. Een input-outputanalyse.
Quoteringen, subsidies, inkomenssteun, voorlichtingscampagnes, heffingen, opkoopoperaties – allemaal refereren ze aan de milieuproblematiek die ons voedselsysteem steeds verder doet toenemen. Gevolg is een stortvloed aan maatregelen die tegelijkertijd zowel veel te veel is als volstrekt onvoldoende.
''Als kind op de boerderij boeide mij al de economische kant van het boerenbedrijf. Wat zijn de beste investeringen, wat is het juiste moment om die te doen, en hoe verandert de bedrijfsvoering daardoor? Dit ESB-dossier stelt dezelfde vragen – maar dan op grote schaal – bij de verduurzamingsslag die de Nederlandse landbouw doormaakt.''
Aan de ene kant lezen we in de media over de lage prijzen die boeren en tuinders krijgen voor hun producten, terwijl aan de andere kant het beeld wordt geschetst van rijke boeren die enorme hectares land bezitten. Is de boer nu arm of rijk?
Nederland dringt al decennia aan op modernisering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Maar waartoe heeft dit streven geleid? En hoe kan het Europese landbouwbeleid nog toekomstbestendiger worden?
Het Europese Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) is gericht op zowel verduurzaming als inkomensondersteuning. Daarmee probeert Europa twee vliegen in één klap te slaan. Maar gaat de gewenste verduurzaming zo wel van de grond komen?
De Nederlandse landbouw is sterk gericht op export, terwijl er ook veel voedsel geïmporteerd wordt. Ons huidige voedselsysteem stuit op ecologische en economische grenzen en er is een omslag naar kringlooplandbouw nodig. Kortere voedselketens helpen daarbij.
De Europese Unie beschermt meer dan 1.000 streekproducten, zoals Gouda Holland, feta of parmaham. Van deze producten levert Nederland er echter maar elf. Hoe zou Nederland de voordelen van Europese streekproducten kunnen maximaliseren?