
Veel zzp’ers hebben laag tarief na aftrek kosten
Er is weinig bekend over de verdeling van uurtarieven van zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Daarom hebben we een enquête uitgezet onder zzp’ers in alle relevante sectoren waar ze actief zijn.
Er is weinig bekend over de verdeling van uurtarieven van zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Daarom hebben we een enquête uitgezet onder zzp’ers in alle relevante sectoren waar ze actief zijn.
Jonge mannen participeren steeds minder op de arbeidsmarkt. De bruto-arbeidsdeelname – het percentage dat werkende of werkzoekende is – is tussen 2008 en 2018 met vijf procentpunten gedaald, van 87 procent in 2008 tot 82 procent in 2018.
Consumenten geven aan dat hun eigen financiële situatie achterblijft bij die van de economie als geheel. Dit fenomeen – ‘met ons gaat het goed, met mij slecht’ – speelt al geruime tijd in Nederland, volgens de consumentenvertrouwensindicator van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De introductie van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) in 2006 leidde tot een drastische daling van het aantal nieuwe arbeidsongeschiktheidsuitkeringen. Maar sindsdien stijgt de instroom elk jaar en inmiddels bedraagt ze meer dan het dubbele van die in 2006. Was het succes tijdelijk?
Deze maand staat de ESB in het teken van het consumentenvertrouwen: Bas Butler, Maikel Volkerink en Caroline Liqui Lung over de relatie tussen het consumentenvertrouwen en de conjunctuur; Bahar Öztürk en Ad Stokman over de invloed van het consumentenvertrouwen op de economie; Frank van Es en Carlijn Prins over de relatie tussen consumentenvertrouwen en consumptie; Bart van Ark en Abdul Erumban over de wereldwijde consumentenvertrouwensindicator; Peeperkorn over de verwachtingen van de economische groei; Nieuwenboer over het verschil in consumentenvertrouwen van verschillende groepen in de samenleving. En nog veel meer.
Internationale vergelijkingen van consumentenvertrouwen zijn zeldzaam, en er is nog maar weinig bekend over de betekenis van verschillen in economische vooruitzichten. Een wereldwijde vertrouwensindex voor consumenten in 64 landen verschaft belangrijke informatie over het consumentengedrag.
Oefent het vertrouwen dat consumenten in de economie hebben een zelfstandige invloed uit op hun bestedingsgedrag, los van de objectieve staat van de economie? Dit is sinds Keynes een frequent terugkerend thema onder economen. Wij analyseren de rol van deze animal spirits in zowel de Verenigde Staten als Europa.
Het consumentenvertrouwen wordt door zowel economen als de media nauwgezet gevolgd, zeker als het zoals nu daalt. Toch is het minder bekend hoe het vertrouwen samenhangt met leeftijd, inkomen en arbeidsmarktpositie. Wat leren we van een uitsplitsing van de ontwikkeling van het vertrouwen naar de sociaal-economische en demografische kenmerken van respondenten?
Economen die de conjunctuur volgen, beschouwen dikwijls het consumentenvertrouwen als een indicator van consumptiegroei. Maar welke aspecten van het vertrouwen verklaren de consumptie het beste? En reageren alle consumptiegoederen hetzelfde op veranderingen in vertrouwen?
De laatste jaren is een hoog consumentenvertrouwen gepaard gegaan met groeicijfers die historisch gezien niet spectaculair zijn. Koesteren consumenten in Nederland nu bescheidener verwachtingen van de economie dan vroeger?
Het vertrouwen in de economie is sinds afgelopen najaar in rap tempo aan het dalen. Meer en meer consumenten maken zich zorgen om de toekomst, en geven aan dat het geen goed moment is om grote uitgaven te doen. Deze daling gaat hand in hand met afzwakkende groeiverwachtingen. Waar de economie in 2017 en 2018 nog bovenpotentieel groeide, verwacht het Centraal Planbureau nu groeicijfers in de buurt van de potentiële groei.
Gemeente-investeringen zijn na de crisis fors gekelderd. Doordat de omvang van het gemeentefonds de uitgaven van het Rijk volgt, moesten gemeenten bezuinigen. Kan het Rijk gemeente-investeringen via een andere financieringssystematiek stabieler maken?
Bij de toekenning van Veni-, Vidi- en Vicibeurzen maakt de Nederlandse Wetenschappelijke Organisatie (NWO) gebruik van collega-wetenschappers die de ingediende onderzoeksvoorstellen beoordelen. In hoeverre is dit peer-reviewproces gevoelig voor subsidiesuccessen in het verleden?
Pensioenfondsen staan maatschappelijk onder druk om duurzamer te beleggen. Vinden hun deelnemers dit ook belangrijk? Een enquête onder vijftigplussers.
De financiële crisis is ruimschoots voorbij. Wanneer de economische omgeving het toelaat, normaliseert de Europese Centrale Bank haar monetaire beleid. Daarbij zal ze moeten kiezen: moet ze de grotere balans aanhouden, of terug naar de kleine intermediërende rol van voor de crisis?
De DNB-conjunctuurindicator, een instrument met als doel om omslagen in de Nederlandse conjunctuur tijdig te signaleren, is herzien. Hoe is deze nieuwe indicator tot stand gekomen?