Ga direct naar de content

Milieu en economische groei in Polen

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 14 1989

omstandigheden door verschillende
oorzaken zeer onbevredigend zijn:
– ecologisch bedreigde gebieden;
– steden buiten de ecologisch bedreigde gebieden waarvan het milieu op
andere wijze wordt bedreigd;
– beschermde natuur- en landschapsgebieden met een wankel natuurlijk
evenwicht;
– geneeskrachtige bronnen die hun
genezende werking dreigen kwijt te
raken door een wankel natuurlijk
evenwicht.

Milieu en economische
groei in Polen
Kenmerkend voor de situatie in Polen in de jaren zeventig en tachtig is dat
de aanslag op het milieu steeds erger
wordt. Doordat er bij de ontwikkelingsstrategie van het land geen rekening
werd gehouden met ecologische factoren en de pogingen tot bescherming
van de omgeving weinig uitwerking
hebben gehad, is de toestand van het
milieu ernstig verslechterd. De ecologische crisis blijkt vooral uit:
– de uitbuiting van de rijkdommen aan
mineralen, water en bos;
– de snel verslechterende kwaliteit van
lucht, water en grand;
– de algehele verwording van het natuurlijke potentieel, wat een bedreiging vormt voor de ontplooiing van
land- en bosbouw en voor een doeltreffend beheer van watervoorraden;
– de ontaarding van het Poolse landschap;
– de ernstige en nog verergerende besmetting van voedingsmiddelen;

ESB 13-9-1989

– de snelle toeneming van gevaren
voor de volksgezondheid (meer gevallen van ziekten veroorzaakt door
de omgeving), en algemene verslechtering van de levensomstandigheden en het levenspeil.
De huidige toestand van de natuurlijke
omgeving leidt zowel tot meetbare als
onmeetbare schade. De schade als gevolg van milieuvervuiling wordt op dit
ogenblik geschat op ten minste 800 miljard zloty, wat neerkomt op meer dan
10% van het jaarlijkse bnp; sommige
deskundigen schatten de schade op het
dubbele daarvan; zie voor een overzicht
de label.
Bedreigde gebieden
Milieubeleid moet rekening houden
met het feit dat de aard van de vervuiling van plaats tot plaats verschilt. Er
kunnen vier groepen gebieden of plaatsen worden onderscheiden waar de

Tot de eerste categorie behoren 27
gebieden waar het natuurlijke evenwicht
volledig is verstoord, zoals blijkt uit verminderde weerstand, verzwakking van
afbreeksystemen, verergerd gevaar
voor de gezondheid en een groter aantal
ziektegevallen die verband houden met
de omgeving. Deze gebieden beslaan
ongeveer 35 duizend km2 en herbergen
een derde van de landsbevolking.
De tweede groep omvat steden buiten
de bovengenoemde gebieden met gevaarlijke haarden van vervuiling, die het
milieu ook buiten die steden bederven.
Er zijn 60 van deze steden, met totaal
van ongeveer vijf miljoen inwoners.
De derde groep omvat nationale en
landschapsparken. In die gebieden zijn
de natuurlijke weerstand van de omgeving en de zelfregelende processen verzwakt door de vervuiling van water en
lucht (soms door uitstoothaarden op grote afstand), te veel toeristenverkeer, verstedelijking en industrialisatie, en onverstandige bevloeiing. Veel ongewone en
kwetsbare plant- en diersoorten worden
daardoor met uitroeiing bedreigd. Het
hele land telt 15 van zulke gebieden.
Onder de vierde categorie vallen 23
geneeskrachtige bronnen die hun geneeskracht dreigen te verliezen. De
slechte toestand van die bronnen is
meestal te wijten aan slecht beheer van
vast en vloeibaar afval, zeer ernstige
luchtvervuiling en buitensporig autoverkeer, waardoor schade wordt berokkend aan het lokale micro-klimaat.
Tekortkomingen van het beleid
Uit het verslag van een onderzoek
van de Nationale Academie van Weten-

Tabel. Milieuschade in Polen (in miljarden zloty)
Aan landbouw

150

Aan bosbouw
Aan watervoorraden
Doorcorrosie
Aan mineralen door ondoelmatige

50
65
215

winning

130

Aan grondstoffen in vloeibaar afval
en luchtvervuilende stoffen
50
Aan gezondheid
115

907

schappen blijkt dat het Poolse milieubeleid met vele problemen kampt:
– gebrek aan goede economische instrumenten en aan doeltreffendheid
van de bestaande instrumenten;
– wetgeving waarop in het algemeen
geen acht wordt geslagen;
– slechte opzet van de milieubescherming, af te lezen aan het ontbreken
van allerlei acties;
– zeer onbevredigend ruimtelijk economisch beleid;
– wetenschappelijk onderzoek dat wel
op hoog niveau, maar ook erg verbrokkeld en ongecoordineerd wordt
uitgevoerd en waarvan de uitkomsten
bijna nooit in praktijkgebrachtworden;
– weinig resultaat van de ecologische
voorlichting van het volk;
– gebrek aan betrouwbare en wijdverbreide informatie over de toestand
van het nationale milieu.

De hoofdoorzaak van de huidige
slechte toestand van het milieu ligt in
het bestaande systeem om de volkshuishouding te beheren en te regelen.
Men noemt het wel een anti-ecologisch
model van economische ontwikkeling,
gekenmerkt door te veel centralisatie,
met als gevolg gebrekkige milieubescherming, wat dan weer invloed heeft
op het economische en maatschappelijke leven, vooral op de gezondheid.

Eco-beleid___________
Tijdens de bijeenkomsten van de ecologische sub-groep van de ‘Ronde tafel’
waren de regering en de sociale partners
het met elkaar eens over veel punten die
de ontwikkeling van de milieubescherming in Polen raken. Een van de belangrijkste daarvan is dat het beginsel van
eco-ontwikkeling en het daaruit voortspruitende eco-beleid als richtlijn voor de
verdere ontplooiing van het land wordt
geaccepteerd en dat men zich daaraan
ook houdt. Het einddoel moet een milieu
zijn dat veilig is voor de gezondheid, dat
de voorwaarden schept voor de reproduktie van menselijk vermogen en de
verdere ontplooiing van het land. Ten
slotte moet er sprake zijn van evenwichtige en fundamentele eco-systemen.
De fundamentele doelstellingen van
de eco-ontwikkeling in Polen zijn:
– nulgroei van de energielevering;
– maximalisatie van het hergebruik;
– een groter aandeel van bio-werkwijzen in land- en bosbouw;
– een stelsel van waterbeheer gebaseerd op stroomgebieden;
– de opzet van een ecologisch netwerk
bij de ruimtelijke ontwikkeling, zowel
op nationale als op regionale schaal;
– verwezenlijking van het denkbeeld
van gezonde steden bij stadsontwikkeling en stedelijk beleid;

908

– opstelling van een nieuw plan van
regionale ontwikkeling op basis van
eco-regio’s.
Uitvoering van deze voornemens
veronderstelt:
– de integrate opneming van ecologische doeleinden in het stelsel van
maatschappelijke en economische
doeleinden en in de doelstellingen
van ruimtelijke ordening;
– herinrichting van de nationale economie, vooral de industrie, in die zin dat
de tot dusver gevolgde anti-ecologische lijn, die uitging van voorrang
voor grondstoffen en energie-opwekkende bedrijven, wordt losgelaten
ten gunste van versnelde ontplooiing
van bedrijvigheid en technologieen
die veilig zijn voor de omgeving en
die minder beslag leggen op de natuurlijke hulpbronnen door een rationeler gebruik;
– het ontwikkelen van regionaal ecobeleid dat rekening houden met de
aard van en de milieuomstandigheden in de afzonderlijke regie’s van
het land. Dat moet allereerst worden
gedaan voor ecologisch bedreigde
gebieden en voorgebieden van hoge
natuurlijke waarde;
– invoering van de plicht om bij elk plan
(programma, studie) ook de risico’s
voor de omgeving te schatten en een
ecologische variant uit te werken als
referentiepunt voor een kostenbatenanalyse van een plan of een
voorgenomen activiteit. Hetzelfde
beginsel moet ook worden toegepast
bij het afsluiten van Internationale
economische overeenkomsten en bij
het opzetten van programma’s op het
gebied van de mechanisering, het
opwekken van elektriciteit, de huizenbouw, de landbouw, enzovoorts.

Hervormingen
De politieke en economische veranderingen die nu in Polen aan de gang
zijn, gevoegd bij de crisis in bijna alle
levenssferen, scheppen een nieuwe situatie voor zowel de milieubescherming
als de Internationale samenwerking.
Een grondige structurele hervorming
van de Poolse volkshuishouding is onmogelijk tenzij dit land een belangrijke
deelnemerkan worden in internationale
samenwerking. Hierbij gaat het niet om
hulpprogramma’s of om leningen of kredieten tegen lage rente, maar vooral om
voorrang bij de buitenlandse handel en
de toestroom van buitenlands kapitaal
naar Polen.
Enerzijds ligt hier een kans om veel
milieubeschermingsproblemen op te
lossen door de opbouw van de economie te hervormen en te moderniseren,
bij voorbeeld door doelmatiger verbruik
van energie of grondstoffen. Anderzijds

kan er echter een ernstig gevaar voor
ons milieu ontstaan als wij Polen wijd
openstellen voor economische samenwerking met andere landen. Als de
zwakke organisatie van ons stelsel van
milieubescherming wordt geconfronteerd met de agressieve handelwijze
van buitenlandse ondememingen, dan
dreigt het gevaar dat men naar Polen
juist die schadelijke takken van industrie overbrengt die niet kunnen werken
in de ontwikkelde landen of daar te duur
zouden zijn. We hebben daar al voorbeelden van gezien toen er pogingen
werden ondernomen om in Polen schadelijk en zeer giftig afval op te slaan.
Daarom moet de voorwaarde worden
gesteld dat elke nieuwe bedrijvigheid
die voortkomt uit samenwerking met
andere landen ook bijdraagt tot vernieuwing van de economie en vermindering
van de druk op de omgeving.
Als die ecologische beginselen worden toegepast op de economische samenwerking met Polen, dan bestaat nu
de kans om de toestand van het milieu
in Polen, en daarmee in heel Europa, te
verbeteren. Zou bij voorbeeld Zweden
een deel van het voor investering beschikbare geld besteden om de SOauitstoot in Polen te verminderen, dan is
het effect groter dan wanneer het geld
alleen in Zweden was besteed. Daarom
is het van groot belang voor het welslagen van Poolse inspanningen dat eventuele hulp en samenwerking van ontwikkelde landen aan de volgende voorwaarden voldoet:
– de economische samenwerking
moet in milieuvriendelijke banen worden geleid;
– er moet naar worden gestreefd de
‘schuld aan denatuur’ door ‘afruil’afte
lossen;
– uit allerlei afval dat nu in Polen opgeslagen ligt moeten eventuele mineralen worden teruggewonnen;
– er moet overleg worden gevoerd op
het gebied van ecologische technologieen en milieubeheer.
De politieke steun die jarenlang door
het westen aan ons land is gegeven
heeft geleid tot een zekere mate van
democratisering in Polen. Wil Polen ondanks Jalta en Teheran – na bijna 50
jaar een volledige democratic worden,
dan moeten in de huidige fase de hervormingen in ons land worden gesteund. Daarbij moet evenwel ten voile
rekening worden gehouden metde ecologische crisis in Polen. Anders zal de
ongunstige uitwerking die ons land nu
al op het milieu in Europa heeft, alleen
nog maar verergeren, via de grensoverschrijdende luchtvervuiling, het broeikaseffect en de Oostzee.

A. Kassenberg
De auteur is lid van de Poolse Academie van
Wetenschappen te Warschau

Auteur