Ga direct naar de content

Ruim 30.000 huishoudens ver onder armoedegrens in 2018

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: januari 30 2020

■ Kai Gidding (CBS)

In 2018 hadden 584.000 huishoudens (7,9 procent van het totaal) een netto inkomen onder de lage-inkomensgrens (die is afgeleid van het bijstandsniveau voor een alleenstaande in 1979). Daarmee bleef het armoederisico voor het derde jaar op rij onveranderd. De lage-inkomens­grens voor een alleenstaande bedroeg in 2018 12.750 euro per jaar. Per maand komt dit neer op 1.060 euro netto.

Naast de omvang van armoede vormt de intensiteit ervan een belangrijke dimensie. Het gaat dan om de vraag hoe diep onder de armoedegrens huishoudens zich bevinden. De intensiteit van armoede wordt uitgedrukt als het inkomenstekort ten opzichte van de lage-inkomensgrens. Hoe hoger het inkomenstekort, hoe hoger de intensiteit van armoede.

Het mediane inkomenstekort van huishoudens met een laag inkomen bedroeg in 2018 9,8 procent. Voor de ene helft van de lage inkomens was het inkomenstekort dus kleiner dan deze waarde, voor de andere helft groter. Omgerekend naar het inkomen van een alleenstaande komt dit mediane tekort neer op een bedrag van 1.250 euro per jaar ofwel 105 euro per maand. De intensiteit van armoede was in 2018 iets groter dan in 2017 (9,6 procent).

De figuur zoomt in op de 232.000 huishoudens (3,3 procent) die al ten minste vier jaar achtereen een laag inkomen hebben. Deze huishoudens hadden in 2018 een mediaan inkomenstekort van 9,6 procent. Omgerekend naar het inkomen van een alleenstaande komt dit overeen met een bedrag van 1.200 euro per jaar en 100 euro per maand. Bijstandsontvangers vormden twee derde van alle huishoudens met een langdurig laag inkomen. Voor hen ligt het inkomen doorgaans niet meer dan tien ­procent onder de lage-inkomensgrens.

De intensiteit van armoede onder langdurig armen is doorgaans iets geringer dan die van de groep met incidenteel een laag inkomen. Dit komt doordat de groep met een langdurig laag inkomen naar verhouding veel huishoudens bevat die langdurig zijn aangewezen op een bijstandsuitkering en daardoor weinig inkomensfluctuaties ondervinden. De groep met een incidenteel laag inkomen bevindt zich vaker in deze situatie door een specifieke gebeurtenis, zoals baanverlies, arbeidsongeschiktheid of een verlieslijdende onderneming.

Auteur

Categorieën