Ga direct naar de content

De wereldconjunctuur bestaat

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 2 2003

De wereldconjunctuur bestaat
Aute ur(s ):
DNB (auteur)
Deze rub riek wordt maandelijks samengesteld door Jasper de Winter, Bouke Buitenkamp, Ard den Reijer en (auteur)
Ad Stokman van de Nederlandsche Bank. A.H.J.den.Reijer@dnb.nl
Ve rs che ne n in:
ESB, 88e jaargang, nr. 4401, pagina 211, 2 mei 2003 (datum)
Rubrie k :
DNB-indicator
Tre fw oord(e n):
conjunctuur

Het einde van de oorlog in Irak is goed nieuws voor de mondiale conjunctuur. Wat betekent dit voor Nederland?
Nu de feitelijke oorlog in Irak ten einde is en de olieprijs wat is gezakt, worden de vooruitzichten voor de mondiale conjunctuur
florissanter. De dnb-indicator, die vooruitblikt tot en met september, is deels opgebouwd uit financiële en verwachtingsvariabelen en
laat ook een herstel zien, zij het een afvlakkend herstel (figuur 1). De feitelijke conjuncturele ontwikkeling loopt tot februari en laat
nog geen teken van opgang zien. De conjuncturele ontwikkeling van een kleine open economie als de Nederlandse is in aanzienlijke
mate afhankelijk van internationale ontwikkelingen. Dat Nederland economisch gezien bijna een Duitse deelstaat is, behoeft weinig
betoog. Bovendien is Nederland de meest op Angelsaksische landen georiënteerde economie binnen continentaal Europa. Hierdoor is
de Nederlandse conjunctuur ook gevoelig voor de ontwikkelingen in de Verenigde Staten. Is de Nederlandse conjunctuur nu een
resultante van de Duitse en de Amerikaanse reuzendans?

Figuur 1. DNB-conjunctuurindicator
De wereldconjunctuur….
Sinds het jaar 2000 worden zowel het eurogebied, de Verenigde Staten als in mindere mate Japan getroffen door een groeivertraging. De
hele westerse wereld heeft te kampen gehad met dalende beurskoersen en hoge olieprijzen die samenhangen met met de onzekerheid
rondom Irak. Het fenomeen dat conjunctuurcycli mondiaal gelijktijdig verlopen is geen unicum1. In figuur 2 staan de
conjunctuurpatronen van Duitsland en de Verenigde Staten weergegeven vanaf 1965. De grafiek laat een grote mate van gelijktijdige
beweging zien over vrijwel de gehele periode. De correlatie tussen beide conjuncturele bewegingen bedraagt 0,5 voor de periode tot 1989
en 0,6 voor de periode vanaf 1994. Over de tussenliggende periode van 1989 tot 1994 is de correlatie negatief. Dit duidt op een
tegengestelde conjuncturele ontwikkeling van beide economieën, die werd veroorzaakt door de val van de Berlijnse Muur en de Duitse
eenwording. De hereniging is een klassiek voorbeeld van een landspecifieke schok met consequenties voor het gehele eurogebied, die
zorgde voor conjuncturele divergentie tussen het eurogebied en de Verenigde Staten. Recent onderzoek analyseert de gezamenlijke
beweging in economische activiteit gemeten in bbp-groeivoeten en industriële productie van g7-landen2. Met behulp van
tijdreekseconometrie worden de conjunctuurbewegingen ontleed in een gezamenlijke g7-factor en regiospecifieke factoren. De g7-factor
staat voor een duidelijk identificeerbare gezamenlijke wereldconjunctuurbeweging van de zeven landen. Deze factor is vergelijkbaar met
de gezamenlijke component van de Duitse en de Amerikaanse conjunctuurbeweging (figuur 2) en wordt gedeeltelijk gedreven door de
ontwikkeling van de olieprijzen. Al met al kunnen we stellen dat er zoiets als een wereldconjunctuur bestaat. Niet alleen verloopt de
conjunctuur van een kleine open economie als de Nederlandse parallel aan die van het buitenland, dit geldt grotendeels ook voor de
grote economieën.

Figuur 2. Conjunctuurpatronen in Duitsland
….toont aarzelend herstel
Het reeds ingezette conjuncturele herstel van Duitsland (tot en met februari) en de Verenigde Staten (tot en met maart) zet zich aarzelend
door (figuur 2). Dit beeld wordt bevestigd door de voorlopende indicatoren voor deze landen, die beide op korte termijn voorzien dat het
conjunctureel herstel doorzet. Het beëindigen van de oorlog in Irak zal redelijkerwijs de olieprijzen doen dalen en het vertrouwen een
impuls geven. De Nederlandse consumenten en producenten lijken volgens de cbs-peilingen reeds in april licht positiever over de
algemeen economische situatie. Dit is positief nieuws voor de haperende Nederlandse motor.

1 Zie voor een beschrijving: Verschillende economieën, dezelfde conjunctuurbeweging, Kwartaalbericht DNB, Amsterdam, december
2002.
2 A. Montfort, J.P. Renne, R. Rüffer en G. Vitale, Is economic activity in the G7 synchronised? Common shocks vs. spillover effects,
ongepubliceerd, beschikbaar op www.cepr.org/meets/wkcn/1/1550/papers/vitale.pdf

Copyright © 2003 Economisch Statistische Berichten (www.economie.nl)

Auteur