Ga direct naar de content

Uit de column van Han de Jong

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: oktober 8 2015

“Steevast ontbreekt een analyse of een berekening van welk niveau van totale schuldratio er houdbaar of onhoudbaar is in een economie. Ik denk wel eens: ben ik dan de enige die zulke ‘er is te veel schuld’-beweringen om die reden volledig ongeloofwaardig vindt?”

Column ESB
601Jaargang 100 (4719) 8 oktober 2015
I
n hun House of Debt laten
Mian en Sufi zien hoeveel ne –
gatieve invloed schuld kan
hebben op de uitkomsten van het
economische proces. Het is een ge –
weldig boek dat je om de zoveel tijd
zou moeten herlezen om de inhoud
en vooral de vele details niet te ver –
geten, al ben ik het met veel van de
aanbevelingen uit het boek niet
eens. Maar daar wil ik het nu niet
over hebben.
Wel wil ik het hier hebben over een
belangrijke gedachte die verband
houdt met de strekking van het boek
en die breed wordt gedragen: “Te
veel schuld is gevaarlijk en eigen –
lijk is er momenteel nog steeds te
veel schuld in de economie.” In het
gunstigste geval zal die excessieve
hoeveelheid schuld het economisch
herstel beperkt houden; in een minder gunstige versie zal de
schuldenlast tot een nieuwe implosie in het financiële sys-
teem en de reële economie leiden.
Vertegenwoordigers van de ‘er is te veel schuld’-school te –
kenen vaak plaatjes van de totale hoeveelheid schuld in een
economie, gerelateerd aan het nationaal inkomen. Zulke
plaatjes laten een gestage stijging zien gedurende de laatste
decennia, met af en toe een kleine correctie. Ik erger mij
mateloos aan veel van de commentaren die dat soort plaat –
jes vergezellen. Volledig suggestief wordt erop gewezen dat
een dergelijke trend onhoudbaar is en het dus wel mis moet
gaan. Of liever nog : het is niet verrassend dat het al hevig
misgegaan is. Steevast ontbreekt een analyse of een bereke –
ning van welk niveau van totale schuldratio er houdbaar of
onhoudbaar is in een economie. Ik denk wel eens: ben ik
dan de enige die zulke ‘er is te veel schuld’-beweringen om
die reden volledig ongeloofwaardig vindt?
In mijn optiek wreekt zich hier het verschil tussen micro- en
macro-economie. Eerst micro. Ik weet wat mijn inkomen is,
wat het mij kost om mijn gezin draaiende te houden, wat de
rentestand is en wat de waarde is van mijn vermogen. Die
informatie is voldoende om uit te rekenen hoeveel schuld
dragelijk is voor mij. Aldus de microanalyse. En nu macro,
want voor een economie als geheel ligt het anders. De rente
en aflossingen die ik doe, verlaten mijn huishouden. In de fi-
nanciële huishouding van anderen vormen mijn betalingen
juist weer binnenkomende stromen. Het geld blijft in het
systeem. Mijn schuld is het vermogen van een ander. Daarmee wil ik zeker niet zeggen
dat schuld zonder gevaar is. Integen

deel. In twee gevallen vormt schuld
een regelrechte bedreiging voor de
financiële stabiliteit van het systeem
als geheel. Een eerste gevaar doemt
op wanneer er te veel schuld drukt
op te zwakke schouders. Als vervol –
gens te veel van de zwakke schouders
bezwijken onder die last dan heeft
dat invloed op de reële economie.
Voorafgaand aan de crisis in de VS
was dat zeker het geval. Een tweede
gevaar doet zich voor als er te veel
schuld op balansen staat die aan de
actiefzijde overgewaardeerde activa
hebben. Overgewaardeerde activa
zullen een keer in prijs dalen. Als te –
genover een dergelijke bubbel eigen
vermogen staat, is dat pijnlijk voor
de houders, maar kunnen de gevol –
gen voor de financiële stabiliteit beperkt blijven. Maar als
de zeepbel vooral op schuldfinanciering berust, dan dreigt
een kettingreactie die een negatieve spiraal in de economie
in gang zet. Ook dat was evident het geval in de VS. Sterker
nog , te veel schuld drukte er op te zwakke schouders die bo –
vendien in het bezit waren van overgewaardeerde activa – de
zekerste weg naar een drama.
Wat ik hier betoog , is dat er zeker wel ‘te veel schuld’ in be –
paalde delen van de economie kan zijn. Maar een schuldra –
tio voor de economie als geheel geeft hiervoor geen goede
indicatie. Ik denk dat de decennialange trend van een stij –
gende totale bruto-schuldratio vooral samenhangt met de
ontwikkelingsgraad van het financiële systeem.
We moeten in deze discussie niet uit het oog verliezen dat
financiële intermediatie een cruciale rol speelt in het proces
van economische vooruitgang. Schuld heeft hierbij een be –
langrijke functie. Natuurlijk zijn er gevaren aan schuldpo –
sities verbonden, maar wie die gevaren overdrijft en schul –
dratio’s zonder verdere analyse wil terugdringen, loopt het
risico de economische vooruitgang te ondermijnen. Als we
ervoor zorgen dat de kwaliteit van debiteuren op orde en
de waardering van vermogenstitels niet excessief is, kan ons
weinig gebeuren, ongeacht hoe hoog de totale schuldratio’s
zijn.
Is er teveel schuld?
HAN DE JONG
Chief economist bij ABN AMRO

Auteur