Ga direct naar de content

Reactie op: Islamitisch bankieren en financiële stabiliteit

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: september 10 2015

ESB Reactie
522Jaargang 100 (4717) 10 september 2015
MONETAIR
Reactie op: Islamitisch
bankieren en financiële stabiliteit
V
an Wijnbergen (2015) meent, op
basis van een grondige analyse
van gegevens voor Pakistan, dat er
sterke aanwijzingen zijn dat bankieren vol –
gens islamitische principes tot een grotere
stabiliteit van het financiële systeem leidt.
Grosso modo bevestigt ander onderzoek
zijn bevindingen, maar ze gaan niet altijd
en overal op. Een belangrijke uitzondering
tijdens de kredietcrisis vormden de Emiraten (Miniaoui en Gohou,
2013). Tegenover de misschien grotere stabiliteit staan voorts be –
langrijke minpunten.
Een van de oorzaken van de grotere stabiliteit is in de optiek van Van
Wijnbergen de verlies- en winstdeling die voor spaar- en investe –
ringsrekeningen bij islamitische banken toegepast wordt. Spaarders
en beleggers hebben echter behoefte aan vastrentende deposito’s
en ook islamitische banken bieden die aan. Zij bieden in sommige
jurisdicties de mogelijkheid deposito’s op basis van commodity mu –
rabaha aan te houden. Dat houdt in dat de bank als agent van de
cliënt een goed (aluminium, platina of palmolie) koopt tegen con –
tante betaling dat ze vervolgens met een winstopslag van die cliënt
koopt tegen latere betaling en weer doorverkoopt (CIMA, 2008).
De London Metal Exchange en de beurzen van Kuala Lumpur,
Bahrein en Djakarta bieden faciliteiten om zulke transacties snel en
met weinig kosten uit te voeren. Via een omweg wordt zo hetzelfde
resultaat bereikt als met een conventioneel termijndeposito. De goe –
derentransacties zijn nodig om de vaste, vooraf bepaalde vergoeding
als winst te laten figureren en niet als rente. Naarmate meer gebruik –
gemaakt wordt van dit soort deposito’s daalt het verliesabsorberende
vermogen van de deposito’s.
Het blijkt, zoals Van Wijnbergen memoreert, dat cliënten van isla –
mitische banken in Pakistan niet snel overstappen naar een conven –
tionele bank als de winstdeling tegen dreigt te vallen. Het is echter
niet zeker of de cliënten van islamitische banken in andere landen
op dezelfde wijze zullen reageren op slechte winstverwachtingen.
Het is niet voor niets dat de vergoedingen die ze bieden in sterke
mate de depositorentes van de conventionele banken volgen (Cevik
en Charap, 2011). Als bovendien niet-moslims op grotere schaal bij
islamitische banken zouden gaan bankieren, is het wel zeer onwaar –
schijnlijk dat ze ongevoelig blijken voor verschillen in verwachte
vergoeding.
Van Wijnbergen heeft nog niet de passivakant van de bankbalans
onderzocht. Islamitische banken steken zich minder gemakkelijk
in de schulden dan conventionele banken – zij mogen immers niet
tegen rente lenen. Bovendien zijn ze aan sterke beperkingen onder –
hevig bij de creatie van en handel in derivaten. Ze werden derhalve
niet zo sterk getroffen door het plotseling opdrogen van de inter –
nationale geldmarkten in 2008. Dat verklaart voor een groot deel hun stabiliteit. Daar staan negatieve punten
tegenover. Het islamitische financieren is
ontsproten aan bewegingen die de samenle

ving volgens islamitische beginselen beogen
in te richten. Financiering van de productie
van en handel in onder andere alcoholische
dranken en minder fatsoenlijk geachte films
is niet toegestaan, en hotels kunnen slechts fi-
nanciering krijgen als ze drooggelegd zijn en
in mindere of meerdere mate seksescheiding toepassen. Bovendien
zorgt het renteverbod ervoor dat het afdekken van risico’s in veel
gevallen vrijwel onmogelijk wordt gemaakt. Voor simpele valutater –
mijntransacties bijvoorbeeld kan men al niet bij islamitische banken
terecht. Meer in het algemeen biedt het islamitische financieren
minder ruimte voor financiële innovaties dan het conventionele.
Al met al lijkt het islamitische bankwezen gemiddeld meer stabili-
teit te bezitten dan het conventionele, hoewel het niet ongevoelig
blijkt voor de klassieke val van een onroerendgoedcrisis. Het ver –
moeden van Van Wijnbergen dat een grotere rol voor islamitische
financiële instellingen zal leiden tot een stabieler financieel systeem
kan heel wel correct zijn. Dat is echter nog geen reden om een erg
grote rol ervoor na te streven. Hoe groter de plaats van islamitische
financiële instellingen, hoe meer de handelingsvrijheid van indivi-
duen en ondernemingen wordt ingeperkt. Stabiliteit kan in plaats
daarvan ook bereikt worden door regelgeving voor het conventio –
nele bankwezen, zoals strengere liquiditeits- en solvabiliteitseisen,
de Volcker-regel en het indammen in plaats van rigoureus beperken
van financiële innovatie. Islamitische financiële instellingen zijn
welkom omdat ze aan de behoeften van een deel van de islamitische
bevolking voldoen en omdat heterogeniteit in het bankenlandschap
waardevol is. Niettemin mag er met enige arg waan gekeken worden
naar landen met een islamitische meerderheid waar de overheid er –
naar streeft het marktaandeel van islamitische financiële instellingen
gestaag te doen toenemen.
LITERATUUR
Cevik, S. en J. Charap (2011) The behavior of conventional and Islamic
bank
deposit returns in Malaysia and Turkey. IMF Working Paper, 11(156).
CIMA (2008) Islamic banking and takaful – products and services. Study guide two,
Certificate in Islamic Finance. Londen: Chartered Institute of Management Ac-
countants.
Miniaoui, H. en G. Gohou (2013) Did Islamic banking perform better during the
financial crisis? Evidence from the UAE. Journal of Islamic Economics, Banking and
Finance, 9(2), 115–130.
Wijnbergen, S.G. van (2015) Islamitisch bankieren en financiele stabiliteit. ESB,
100(4713/4714), 409 –412.
HANS VISSER
Emeritus-hoogleraar aan de
Vrije Universiteit Amsterdam

Auteur