Ga direct naar de content

Ceteris paribus

Geplaatst als type:
Geschreven door:
Gepubliceerd om: mei 28 2014

Ceteris paribus ESB

Ceteris paribus
het woord aan…
Gert Peersman
Gert Peersman is hoogleraar aan de Universiteit Gent.
ESB stelde hem een aantal vragen.
Waar bent u op dit moment mee bezig?
We doen onderzoek naar de effecten op de reële economie van onconventioneel beleid van de Europese Centrale Bank (ECB) sinds het uitbreken van de crisis. Dit onconventionele beleid behelst het onbeperkt
liquiditeit beschikbaar stellen aan banken, het verstrekken van leningen
met een lange looptijd (drie jaar) en de aanschaf van overheidsobligaties
en gedekte obligaties. Al deze beleidsmaatregelen brengen extra geld in
de economie en onze vraag is of dit een invloed heeft op de reële economie.
Hoe meten jullie dit effect?
We hanteren hiertoe een empirische strategie, waarin we gebruikmaken
van een macro-economisch VAR-model. We schatten de effecten van
een toename van de ECB-balans op economische activiteit, inflatie, ren-

Uit de oude ESB-doos
(On)gunstig wk voetbal?

Er is in de economische literatuur weinig bekend over
het verband tussen voetbal en economische groei in
het organiserende land. Recent onderzoek vindt bijvoorbeeld geen bewijs voor een positief effect van
nieuwe sportstadions op de lokale economische groei. Deze studies
richten zich op de Amerikaanse sportinfrastructuur, omdat daar vergeleken met Europa in het laatste decennium fors in is geïnvesteerd.
In plaats van de beloofde positieve impuls van vier miljard dollar,
ondervonden de negen gaststeden een negatief effect van vijf à negen
miljard dollar. Het wordt pas beter als het organiserende land ook
gunstige resultaten op het voetbalveld laat zien.
Hebbink, G. (2006) Vertrouwen, voetbal en conjunctuur. ESB, 91(4486), 235.

Jaargang 99 (4686) 30 mei 2014

tevoeten van overheidsleningen en de spreads hiervan, bankleningen en
de voorwaarden die hieraan verbonden zijn. In het model gebruiken we
restricties waarmee de effecten van de portfolio van onconventionele
ingrepen geïsoleerd worden van de effecten van conventioneel beleid en
de invloed van macro-economische factoren.
Wat is het effect van onconventionele maatregelen?
We vinden een gunstig effect voor de eurozone: de economische activiteit wordt gestimuleerd, met een gering effect op de inflatie en een drukkend effect op de rentevoeten voor overheden. Tevens zijn de financiële
markten, zoals gemeten aan de hand van de beursindexen, gesterkt en
is de interbancaire markt hiermee tot rust gebracht, met als gevolg een
stijging van het aantal interbancaire leningen tegen betere voorwaarden. Al deze effecten zijn uitsluitend aan het onconventionele ingrijpen van de ECB toe te wijzen. Hierbij moet opgemerkt worden dat de
effectiviteit van de afzonderlijke onconventionele beleidsmaatregelen
niet te splitsen is; het gaat hier om de effecten van het totaal aan onconventionele, balansvergrotende beleidsmaatregelen. Deze bevindingen
tonen aan dat de ECB erin is geslaagd om het transmissiekanaal van interbancaire naar private kredietverlening aan te zwengelen – dit druist
in tegen de publieke discussie waarin het tegenovergestelde beweerd
wordt. Zonder de interventies zou de situatie met andere woorden veel
slechter geweest zijn. Wanneer de situatie voor individuele lidstaten
wordt bekeken, blijkt dat de effecten verschillend zijn voor landen in de
Europese kern en de periferie. De effecten voor de kernlanden zijn gunstiger dan voor de perifere landen, zodat de ‘verkeerde’ landen worden
bediend. Het blijkt dat in de kernlanden, waar de banken een sterkere
kapitaalbuffer hebben, de effectiviteit van onconventioneel ingrijpen
door de ECB hoger is. Banken met zwakkere kapitaalbuffers kunnen
de extra liquiditeit die gegenereerd wordt door de ECB minder makkelijk omzetten in private kredietverlening omdat ze gebonden zijn aan
kapitaalratio’s, een eis waar sterker gekapitaliseerde banken reeds aan
voldoen. In perifere landen is de liquiditeit voornamelijk gebruikt om
overheidsobligaties aan te schaffen. Voor de beleidsmaker impliceert dit
dat de kapitaalratio’s in perifere landen eerst verbeterd moeten worden,
daarna zullen de plaatselijke banken erin slagen om de extra liquiditeit
die de ECB op de markt loslaat om te zetten in nieuwe leningen.

De auteur heeft verklaard dit artikel alleen te publiceren in ESB en niet elders
te publiceren in wat voor medium dan ook. Het is wel toegestaan om het artikel voor eigen gebruik
en voor publicatie op een intranet van de werkgever van de auteur aan te wenden.

353

Auteur